Paper literatuurstudie

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Paper literatuurstudie"

Transcriptie

1 Paper literatuurstudie Module Verdieping in de beroepspraktijk Preventie en behandeling van het delier bij klinische patiënten van 70 jaar en ouder. Naam : Renate Agterhof Student nummer : adres : ragterhof@spaarneziekenhuis.nl Datum : juli 2011 Praktijkopleider : Mw. dr. A.M. Lagaay (Gooke), internist-geriater adres : alagaay@spaarneziekenhuis.nl Praktijkinstelling : Spaarne ziekenhuis te Hoofddorp Afdeling : Interne/geriatrie Studiecoach : Jeannette Noordhuis adres : noordhuis.j@hsleiden.nl

2 Voorwoord Sinds april 2010 ben ik werkzaam op de afdeling interne/geriatrie van het Spaarne ziekenhuis te Hoofddorp. Mijn aandachtsgebied als nurse Practitioner (NPer) geriatrie in opleiding is de zorg voor kwetsbare ouderen. De zorg voor kwetsbare ouderen is voor alle medewerkers van Spaarne ziekenhuis van groot belang. Daarom is begin dit jaar de projectgroep Veiligheids Management Systeem (VMS) kwetsbare ouderen gestart. Het streven van het thema Kwetsbare ouderen is dat bij alle patiënten van 70 jaar en ouder geen (vermijdbaar) functieverlies optreedt als gevolg van complicaties tijdens hun verblijf in het Spaarne ziekenhuis. Binnen dit project komen de volgende vier problemen aan bod: vallen, fysieke beperkingen, delier en ondervoeding. Het is belangrijk dat er gerichte acties ondernomen worden op de vier problemen om vermijdbaar functieverlies te voorkomen. Met de projectgroep VMS kwetsbare ouderen zijn we daarom protocollen aan het ontwikkelen. Vanuit de protocollen worden multidisciplinaire stappenplannen ontwikkeld de zogenaamde zorgpaden. Binnen de projectgroep ben ik de projectcoördinator. Dit betekent dat ik inhoudsdeskundige ben op het gebied van kwetsbare ouderen en verantwoordelijk voor de ontwikkeling van de protocollen, zorgpaden en het geven van scholing. Het is daarom van groot belang dat ik voldoende kennis heb van de vier problemen en op de hoogte van de onderzoeken die op deze gebieden zijn gedaan. Zo kan ik evidence based protocollen ontwikkelen. Momenteel zijn we binnen de projectgroep bezig met het ontwikkelen van het protocol en het zorgpad delier. Bij de module verdieping in de beroepspraktijk gaat het om het verder uitbouwen van de rol klinisch expert. Dit heb ik gedaan door relevante kennis te vergaren en de kennis toepasbaar te maken voor de eigen beroepspraktijk. Om deze module aan te sluiten op de praktijk heb ik gekozen voor het onderwerp delier bij klinische patiënten van 70 jaar en ouder. Ik wens u veel leesplezier. Hoofddorp, juli 2011 Renate Agterhof 2

3 Inhoudsopgave Inleiding Definitie en klinische verschijnselen delier Wat is de definitie van een delier? Wat zijn de klinische verschijnselen van een delier? Prevalentie & incidentie Hoe vaak komt het delier voor bij klinische patiënten van 70 jaar en ouder? Welke patiënten hebben een verhoogd risico op het krijgen van een delier? Wat zijn de uitlokkende factoren voor het ontstaan van een delier bij klinische patiënten? Preventieve interventies Kan een delier worden voorkomen bij klinische patiënten? Wat zijn de multidisciplinaire preventieve interventies die genomen dienen te worden om een delier te voorkomen? Behandeling en nazorg Waaruit bestaat een behandeling van een delier? Waaruit bestaat de nazorg voor patiënten, die een delier hebben doorgemaakt, en diens mantelzorg(s)? Aanbevelingen voor de praktijk Reflectieverslag volgens STARR Literatuurlijst Bijlage 1 Screeningsinstrumenten delier Confusion Assesment Method (CAM) (lnouye 1990) CAM-ICU (Nederlandse vertaling volgens E.W. Ely) Delirium observatie Screening (DOS)

4 Inleiding Voor de module verdieping in de beroepspraktijk heb ik een literatuurstudie gedaan die ik middels deze paper uitwerk. In deze paper staat de aandoening delier bij klinische patiënten van 70 jaar en ouder centraal. De woorden delier en delirium hebben dezelfde betekenis en worden in deze paper door elkaar gebruikt. Voorafgaand aan de literatuurstudie schreef ik een plan van aanpak. Hierin beschreef ik de volgende hoofdvraag: Welke preventie- en behandelinterventies worden er beschreven met betrekking tot een delier bij klinische patiënten van 70 jaar en ouder? Om tot een antwoord te komen is de hoofdvraag gesplitst in deelvragen. Per hoofdstuk staan deze vragen centraal. De deelvragen zijn: Wat is de definitie van een delier? Wat zijn de klinische verschijnselen van een delier? Hoe vaak komt het delier voor bij klinische patiënten van 70 jaar en ouder? Welke patiënten hebben een verhoogd risico op het krijgen van een delier? Wat zijn de uitlokkende factoren voor het ontstaan van een delier bij klinische patiënten? Kan een delier worden voorkomen bij klinische patiënten? Zo ja, wat zijn de multidisciplinaire preventieve interventies die genomen dienen te worden om een delier te voorkomen? Waaruit bestaat een behandeling van een delier? Waaruit bestaat de nazorg voor patiënten, die een delier hebben doorgemaakt, en diens mantelzorg(s)? De informatie die ik nodig had om mijn hoofd-en deelvragen te beantwoorden heb ik gehaald uit zowel Nederlandse als Engelstalige literatuur. Daarnaast heb ik in de medische databases Pubmed en cochrane gezocht naar relevante wetenschappelijke artikelen. In hoofdstuk 1 vindt u de definitie en de klinische verschijnselen van het delier. Vervolgens leest u hoe vaak en bij wie het delier het meest voorkomt in het hoofdstuk incidentie en prevalentie. Daarna vindt u informatie over de preventie-, behandelinterventies en de nazorg. Ik sluit af met een aanbeveling voor de praktijk en met een reflectie volgens de STARR methode. Aanvullend op deze paper heb ik een bronnenverslag geschreven. Hierin geef ik de diepgang en de volledigheid van de gebruikte bronnen aan. Het bronnenverslag bestaat uit een opsomming van gebruikte bronnen waarbij ik, per bron, een beargumenteerd oordeel over de kwaliteit heb gegeven. Daarnaast heb ik de overeenkomsten en verschillen tussen de verschillende bronnen geanalyseerd. Het bronnenverslag wordt apart van deze literatuurstudie ingeleverd. 4

5 1. Definitie en klinische verschijnselen delier 1.1 Wat is de definitie van een delier? Het woord delirium is afgeleid van de Latijnse woord de = zonder en lira = spoor wat vrij vertaald ontsporing betekend. Het delirium is een acuut neuropsychiatrisch syndroom dat onder invloed van meerdere factoren tot stand kan komen (1). Men spreekt van een delier als er sprake is van een stoornis in het bewustzijn met een verminderd vermogen de aandacht ergens op te richten, vast te houden of te wisselen, en van een verandering in cognitie (incoherent denken, geheugenstoornis, onsamenhangende spraak en desoriëntatie), soms met hallucinaties en wanen. Kenmerkend zijn: het acute begin, in uren tot dagen, en de over het etmaal fluctuerende symptomatologie (2). Er zijn meerdere definities van de diagnose in omloop, waarvan de bekendste uit de 4 e editie van de Diagnostic and Statistical Manual of Mental Disorders (3) van de American Psychiatric Association (APA 2000). Volgens classificatie van de DSM-IV moet het delirium aan de volgende criteria voldoen: A. Bewustzijnsstoornis (dat wil zeggen verminderd helderheid van het besef van de omgeving) met afgenomen vermogen om de aandacht te concentreren, vast te houden of te verplaatsen. B. Een verandering in het cognitief functioneren (zoals geheugenstoornis, desoriëntatie, taalstoornis) of het optreden van een waarnemingsstoornis die niet verklaard kan worden door een reeds aanwezige, vastgestelde of zich ontwikkelende dementie. C. De stoornis ontwikkelt zich in korte tijd (meestal uren tot dagen) en neigt ertoe in het verloop van de dag te fluctueren. D. De voorgeschiedenis, lichamelijk onderzoek en laboratoriumonderzoek laten zien dat het delier het fysiologische gevolg kan zijn van een algemene lichamelijke aandoening, een intoxicatie, of het gebruik van medicatie; meerdere aandoeningen kunnen aan een delier ten grondslag liggen. In de DSM-IV-TR het delirium onderscheiden op basis van de oorzaak, zoals delirium door een algemeen medische aandoening of delirium door het gebruik van (genees) middelen. Naast de DSM-IV is er de 10e editie van de International Classification of Diseases (ICD-10). Hierin worden bovendien ook nog de aanwezigheid van motorische-, emotionele-, en slaapstoornissen vereist. In de ICD-10 wordt verder vermeld dat bij een delier ook vele andere symptomen kunnen voorkomen die niet specifiek zijn voor de diagnose, waaronder emotionele stoornissen als angst, depressie en apathie en verder hallucinaties en wanen. 1.2 Wat zijn de klinische verschijnselen van een delier? Het klinisch beeld van een delirium ontstaat binnen enkele uren tot dagen en de klinische verschijnselen fluctueren in de loop van de dag en nacht. Er zijn drie klinische subtypes van het delier te onderscheiden: het hyperactieve- hyperalerte, hypoactieve-hypoalerte (stille) en het gemengde type (4): De onrustige/hyperactieve vorm: deze vorm wordt meestal gekarakteriseerd door agitatie, desoriëntatie, bewustzijnsdaling, wanen en hallucinaties die bizar en angstaanjagend kunnen zijn. Meestal zoeken de verzorgers bij een hyperactief delier snel hulp, omdat de verzorging als moeilijk wordt ervaren. De apathische/hypoactieve vorm: hierbij staat bewustzijnsdaling op de voorgrond. Een apathisch-delirante patiënt wordt doorgaans als een gemakkelijke patiënt ervaren; het beeld wordt vaak pas laat of niet als delier herkend. 5

6 De gemengde vorm: bij deze vorm is de patiënt afwisselend hyper- en hypoactief; dit type komt bij ouderen veel voor. In de delier richtlijn (4) worden veel voorkomende klinische verschijnselen beschreven. Deze verschijnselen zijn in de verpleegkundige richtlijn acuut optredende verwardheid/delier (5) onder elkaar gezet. In tabel 1 kenmerken delier staan de veel voorkomende klinische verschijnselen. Voor al deze verschijnselen geldt dat zij in de loop der dag fluctueren. Hierdoor kunnen delirante patiënten zelfs gedurende enige uren vrij van symptomen zijn. Tabel 1 Kenmerken delier (5) Bewustzijn Aandacht/concentratie Geheugen Waarnemen Denken Stemming Psychomotoriek Slaap-waak ritme Autonome neurologische functies Neurologische symptomen Wisseling in helderheid, gedaald omneveld* bewustzijn, Veranderde gewaarwording van zichzelf en de omgeving Verhoogde of verlaagde waakzaamheid Vermindert, aandacht moeilijk vast te houden Stoornissen in inprenting en geheugen (korte termijn) Gestoorde oriëntatie (met name tijd en plaats) Hallucinaties (visuele), illusionaire vervalsing* en persoonsmiskenningen Stoornissen qua proces en inhoud Versneld of vertraagd, verward, wijdlopig,incoherent, gefragmenteerd, ongericht Waandenkbeelden (vooral paranoïde) Spreken is onsamenhangend, sloom en onduidelijk Angst, radeloosheid, geprikkeldheid, somberheid of vlakke stemming Motorische opwinding/agitatie of juist motorische remming Gestoord, vaak s nachts wakker en overdag suffig Soms verhoogde autonome activiteit (blossen in het gezicht, wijde pupillen, tachycardie, hypertensie, verhoogde transpiratie) Soms nystagmus (oogsiddering), dysartrie (lallende spraak), ataxie (spiercoördinatie-stoornis), myoclonieën (clonische spiercontracties), tremoren, urine incontinentie * Deze waarneming berust wel op een prikkel van buitenaf maar wordt niet goed herkend en daardoor anders uitgelegd. De diagnose van het delier wordt gesteld op basis van de klinische verschijnselen. Met laboratoriumof aanvullend (beeldvormend) onderzoek is het nog niet mogelijk om deze diagnose te stellen. De onderzoeken dragen wel bij tot het opsporen van de onderliggende oorzaken voor het delier (1). 6

7 Vanuit onderzoek van Leentjes (2005) en Young (2007) blijkt dat, bij ouderen, de DSM-IV criteria soms problemen kan geven. De reden hiervan is dat bij ouderen vaak moeilijk aan te geven is waardoor het delier is opgetreden en vaak kan een relatief onschuldige aandoening al een delier uitlokken (6). Hierover staat meer beschreven in paragraaf 2.2. Het stellen van de diagnose delier is niet altijd eenvoudig. Hiervoor worden er binnen de geriatrie de drie D s onderscheiden: delier, dementie en depressie (1). Tabel 2 onderscheidende kenmerken van de belangrijkste diffentieel diagnostische overwegingen geeft een overzicht van de verschillen tussen de drie aandoeningen wat betreft een aantal onderwerpen. Hierdoor wordt duidelijk waarin de drie D s zich onderscheiden (2). Tabel 2 Onderscheidende kenmerken van de belangrijkste differentieel diagnostische overwegingen (2) Om de diagnose delier te bevestigen is het noodzakelijk om inzicht te krijgen in het klinische beeld, de (hetero)anamnese en psychiatrisch/cognitief onderzoek te verrichten. Verder is diagnostiek van onderliggende somatische aandoeningen noodzakelijk (6). Voor het stellen van de diagnose delier en het bepalen van de ernst van het delier kan gebruik worden gemaakt van een meetinstrument. In het geriatrie formularium beschrijft de Rooij (1) dat er de afgelopen jaren veel klinische meetinstrumenten zijn ontwikkeld. In het formularium wordt een selectie beschreven van de meetinstrumenten deze selectie is gebaseerd op beschikbaar wetenschappelijk onderzoek. 1. Screening door artsen/verpleegkundigen: Confusion Assessment Method (CAM) (bijlage 1) Confusion Assessment Method Intensive Care Unit (CAM-ICU) (bijlage 1) 2. Screeninginstrumenten voor verpleegkundigen: Delirium observatie Screening (DOS) scaal (bijlage 1) alternatief; Neelon/Champagne Confusion-scal (NEECHAM) 3. Ernst en beloop meting door artsen: Delirium Rating Scale Revises 98 (DRS-R-98) al dan niet in combinatie met de MMSE Memorial Delirium Assessment Scale (MDAS) 7

8 2. Prevalentie & incidentie 2.1 Hoe vaak komt het delier voor bij klinische patiënten van 70 jaar en ouder? In het handboek Ouderenpsychiatrie (6) wordt beschreven dat de prevalentiecijfers voor het delier sterk worden bepaald door de keuze van de patiëntenpopulatie, de definiëring van het klinische beeld en het gebruikte onderzoeksinstrument. In dit handboek worden de cijfers weergegeven zoals in tabel 3 prevalentie van het delier in verschillende populaties. tabel 3 prevalentie van het delier in verschillende populaties Algemene populatie: - ouder dan 18 jaar 0,4 % - ouder dan 55 jaar 1,1% - ouder dan 85 jaar 13.6% Opgenomen niet-chirurgische patiënten 11-42% Opgenomen chirurgische patiënten 60 jaar Tot 50% Patiënten opgenomen op IC-afdelingen 20-87% Oncologische patiënten Tot ruim 40% Terminale patiënten Tot 80% In de praktijkgids VMS kwetsbare ouderen (7) wordt beschreven dat uit onderzoek blijkt dat in Nederland jaarlijks tussen de en ziekenhuispatiënten een delirium krijgen. Oudere patiënten, vooral 70-plussers, hebben een grotere kans om delirium te ontwikkelen. Daarnaast wordt het delier vaak niet of te laat herkent bij klinische patiënten. Naar schatting komt dit bij 20 tot 60% van de patiënten voor (7). Gemiddeld zijn deze patiënten vijf dagen langer opgenomen in het ziekenhuis (4). Voor het niet of te laat herkennen van een delier bij klinische patiënten beschrijft Inouye (9) twee oorzaken. Ten eerste worden de symptomen van een delier vaak verward met die van een dementie of een depressie. Ten tweede is er onvoldoende kennis over het delier bij zowel artsen als verpleegkundigen. Ouderenzorg maakt nog niet standaard deel uit van de basisopleidingen. De onrustige/hyperactieve vorm wordt meestal wel herkent terwijl de apathische/hypoactieve vorm vaak niet herkend wordt. De sufheid en passiviteit worden verklaard vanuit de vermoeidheid van de patiënt die samenhangt met de acute ziekte of operatie en de somatische oorzaak van het delier wordt dan ook niet behandeld. 2.2 Welke patiënten hebben een verhoogd risico op het krijgen van een delier? Naast kinderen waarvan, de relatief onrijpe hersenen, gevoelig zijn voor het ontwikkelen van een delirium hebben ook ouderen een verhoogd risico op het ontstaan van een delier. Met het ouder worden treden geleidelijk veranderingen in het lichaam op, waarbij de lichamelijke en geestelijke reservecapaciteit en draagkracht afnemen. Bij het ontstaan van een delier zijn meerdere factoren betrokken. Dit zijn de zogenaamde predisponerende factoren en de precipiterende factoren: Predisponerende factoren zijn factoren die een patiënt gevoeliger maken voor het ontstaan van een delier. Precipiterende factoren zijn de luxerende/uitlokkende factoren. Meer hierover leest u in paragraaf

9 Het ontstaan van een delier bij ouderen hangt af van de mate van kwetsbaarheid (predisponerende factoren) en de uitlokkende factor (precipiterende factoren). Een lage minimale kwetsbaarheid in combinatie met zware uitlokkende factoren kan leiden tot een delirium. Omgekeerd kunnen ook patiënten met een hoge mate van kwetsbaarheid met een enkele uitlokkende factor een delier ontwikkelen. In afbeelding 1 is de samenhang tussen de kwetsbaarheid en de uitlokkende factor weergegeven (7). Afbeelding 1 Kwetsbaarheid & uitlokkende factoren 2.3 Wat zijn de uitlokkende factoren voor het ontstaan van een delier bij klinische patiënten? Vanuit de onderzoeken die beschreven zijn in de richtlijn delirium (4) worden de onderstaande predisponerende en precipiterende factoren voor een delirium beschreven. Predisponerende factoren voor het delier zijn: leeftijd 70 jaar; cognitieve stoornissen en dementie; visus- en gehoorstoornissen; stoornissen in de activiteiten van het dagelijks leven (ADL) en comorbiditeit*; gebruik van alcohol en opiaten. Precipiterende factoren voor het delier zijn: infectie en koorts; dehydratie; serum-elektrolytstoornissen; polyfarmacie**; gebruik van (genees)middelen met een psychoactieve-, vooral anticholinerge werking. * het tegelijkertijd hebben van twee of meer stoornissen of aandoeningen bij een patiënt ** het gebruik van meer dan 3 of 4 geneesmiddelen 9

10 Met betrekking tot de medicijnen die een delier kunnen veroorzaken beschrijft het geneesmiddelenbulletin (9) dat bekend is dat een aantal (groepen) medicijnen een delier kunnen veroorzaken. Dit zijn met name middelen met een sterk anticholinerge activiteit. Anticholinerg is een werking van medicijnen waarbij de prikkeloverdracht door acetylcholine in het motorische zenuwstelsel wordt geremd. De anticholinerge werking van medicijnen kan zowel een gewenst als ongewenst effect zijn. Bij antiparkinsonmiddelen zoals akineton en tremblex is de anticholinerge werking juist gewenst, zoals verminderen van spierstijfheid, en bewegingsarmoede. Tot de ongewenste anticholinerge effecten behoren: accomodatiestoornissen, urineretentie, droge mond en/of ogen, obstipatie, onrust, verwardheid. In het geneesmiddelenbulletin (9) worden de volgende middelen met een sterk anticholinerge activiteit beschreven: anti-parkinsonmiddelen, klassieke antipsychotica (fenothiazine-afgeleiden), atypische antipsychotica (clozapine, olanzapine), antiarrhythmica (disopyramide), anti- emetica (cyclizine, meclozine), antihistaminica (clemastine, dexchloorfeniramine, meclozine, promethazine) en spasmolytica (atropine, oxybutynine, tolterodine). Veel andere (groepen) medicijnen lijken eveneens een delier te kunnen veroorzaken of hieraan te kunnen bijdragen, zoals benzodiazepinen (met name langwerkende en hoge doses), lithium, pethidine en corticosteroïden. Over de ontstaanswijze van het delirium is nog weinig bekend maar er wordt gedacht dat het veroorzaakt wordt door een (relatief) overschot aan dopamine ten op zichten van acetylcholine in de hersenen (7). 3. Preventieve interventies 3.1 Kan een delier worden voorkomen bij klinische patiënten? Bij preventie wordt er onderscheid gemaakt tussen primaire preventie en secundaire preventie: Primaire preventie heeft als doel een delier te voorkómen. Secundaire preventie is gericht op vroege detectie van delirante symptomen en snelle behandeling ervan. Met betrekking tot primaire preventie zijn er verschillende onderzoeken gericht op het toepassen van interventies op verschillende predisponerende factoren. In het handboek ouderenpsychiatrie (6) wordt beschreven dat eerder onderzoek van Inouye et.al. (1999) al een vermindering van 30% van het aantal delieren heeft aangetoonde door het toepassen van interventies op predisponerende factoren. Naar aanleiding van dit onderzoek is er een aantal onderzoeken verricht naar het effect van proactieve geriatrische of psychiatrische consultatie (Siddiqi e.a. 2007). Hiervoor worden patiënten voor of ten tijde van de opname in consult gezien waarbij risicofactoren voor delier worden opgespoord en behandeld. In tabel 4 proactieve geriatrische consultatie om een delier te voorkomen staan de interventies beschreven (9). In verband met de positieve effecten van deze primaire preventieve maatregel is deze vertaald naar een routine model het zogenaamde hospital elder life program (HELP/ 10

11 Tabel 4 Proactieve geriatrische consultatie om een delier te voorkomen (10) Preventie, detectie en snelle behandeling van postoperatieve complicaties Structurerende en oriënterende omgevingsmaatregelen Dagelijkse evaluatie van: Polyfarmacie Pijn Voedselinname Vocht- en electrolytenhuishouding Urineproductie en stoelgang Oxygenatie (zuurstofgehalte in het bloed) Snelle mobilisatie en revalidatie Onmiddellijke behandeling van een toch optredend delier In het handboek ouderenpsychiatrie (6) wordt beschreven dat het nog onvoldoende is onderzocht of farmacologische preventie van het delier mogelijk is (Young e.a. 2008). Een Nederlands dubbelblind onderzoek bij patiënten van gemiddeld 79 jaar, waarbij de ene helft een placebo kreeg en de andere helft Haldol, liet geen vermindering van het aantal delieren zien. Wel was het delier wat optrad minder ernstig en korter van duur (Kalisvaart e.a. 2005). Verder wordt in het handboek Ouderenpsychiatrie (6) beschreven dat er enkele onderzoeken gedaan zijn naar het preventieve effect van cholinesteraseremmers op het optreden van een delier. De uitkomsten van deze onderzoeken bleken tot dusver negatief. Momenteel wordt er een onderzoek gedaan, op de afdeling Ouderengeneeskunde in het AMC en Tergooiziekenhuizen, naar het effect van melatonine bij het voorkomen van een postoperatief delier bij ouderen acuut opgenomen patiënten. Dit is de MAPLE studie (Melatonin Against PLacebo in Elderly persons). Er zijn nog geen resultaten van dit onderzoek gepubliceerd. Wel blijkt dat, uit contact dat ik had met het AMC, dat de eerste resultaten positief zijn. Aangezien primaire preventie intensief is en nog onvoldoende onderbouwd is delier preventie vooralsnog gericht op secundaire preventie (6). De delier richtlijn (4) geeft op wetenschappelijke gronden aanbevelingen voor optimale preventie in een algemeen ziekenhuis. De conclusies die in de richtlijn beschreven worden zijn: A. Het is aannemelijk dat medische/verpleegkundige interventieprogramma s op verblijfafdelingen van een algemeen ziekenhuis de incidentie van delieren kunnen verminderen en de duur van eventueel optredende delieren kunnen bekorten. B. Het is aannemelijk dat een interventieprogramma effectief kan zijn als het ten minste bestaat uit actieve opsporing van risicopatiënten bij opname, dagelijks onderzoek gedurende het verblijf in het ziekenhuis en gestandaardiseerde protocollen voor specifieke preventieve behandeling van patiënten met risicofactoren. C. Het is aannemelijk dat de toepassing van een deliriumrichtlijn in samenhang met consultatie kan leiden tot een kortere opnameduur, betere documentatie en minder consultatie van andere disciplines. Risicofactoren die de patiënt kwetsbaar maken voor delirium zijn vaak al voor de opname bekend. Met betrekking tot secundaire preventie wordt in de VMS praktijkgids kwetsbare ouderen (4) geadviseerd om, bij alle patiënten van 70 jaar en ouder die gepland of acuut worden opgenomen, binnen 24 uur een risicoscreening uit te voeren. 11

12 Het expertteam kwetsbare ouderen adviseert, net als de Inspectie voor gezondheidzorg- (IGZ) werkgroep, deze screening ten minste bestaat uit het stellen van de volgende inventariserende vragen aan de patiënt en/of zijn naasten: 1. Heeft u geheugenproblemen? 2. Heeft u in de afgelopen 24 uur hulp nodig gehad bij zelfzorg? 3. Zijn er bij een eerdere opname of ziekte perioden geweest dat u in de war was? Indien één of meer van deze drie vragen positief wordt beantwoord, dan bestaat er een verhoogd risico op het ontstaan van delier. Als een verhoogd risico voor delirium is vastgesteld, kan er worden nagegaan welke precipiterende factoren ( 2.3) voor een delirium aanwezig zijn of verwacht kunnen worden tijdens de opname. Ook vroegtijdige herkenning van een delier op een verpleegafdeling is van groot belang (7). De DOS (bijlage 1 ) wordt geadviseerd te gebruiken bij patiënten van 70 jaar of ouder voor het vaststellen van een verhoogd risico op delirium. Vanaf de opnamedag en/of postoperatief wordt de DOS gedurende drie dagen drie keer per dag ingevuld. Bij een score 3 punten is er een indicatie dat er bij de patiënt sprake kan zijn van delirium. Op intensive care afdelingen hebben alle patiënten, vanwege de ernst van de ziekte, ongeacht hun leeftijd een hoog risico op delirium. Omdat het risico al bekend is, is screening met bovengenoemde drie vragen op de IC overbodig, maar is vroegtijdige herkenning van groot belang. Hiervoor wordt geadviseerd gebruikt gebruik te maken van de CAM-ICU (bijlage 1). 3.2 Wat zijn de multidisciplinaire preventieve interventies die genomen dienen te worden om een delier te voorkomen? Bij patiënten met een vastgesteld verhoogd risico worden preventieve interventies ingezet. Medische en verpleegkundige preventieve interventies bij een verhoogd risico op delirium kunnen verschillen per patiënt en zijn afhankelijk van de oorzaak van het risico. Ofwel welke risicofactoren bepalen bij deze patiënt het verhoogde risico? Het gaat altijd om het in de beste conditie brengen en houden van de patiënt (4). Bij een verhoogd risico beoordeelt de arts welke risicofactoren de mate van het risico bepalen. Daartoe kunt u de volgende passende interventies inzetten, waarbij u tenminste aandacht besteedt aan (7): Het screenen van de medicatie op deliriumbevorderende eigenschappen. De preventie en behandeling van infecties. De preventie en behandeling van dehydratie en elektrolyten stoornissen. Een adequate pijnbehandeling. Het op peil houden van de bloeddruk. Het handhaven en verbeteren van de voedingstoestand, waarbij speciale aandacht en eventuele suppletie van de B-vitamines. Het geven van voorlichting aan de patiënt en zijn naasten. Het afwegen van het gebruik van invasieve interventies, zoals katheters, tegen het risico van delirium. Het in consult vragen van deskundigen op het gebied van delirium. 12

13 Bij een verhoogd risico beoordeelt de verpleegkundige welke risicofactoren de mate van het risico bepalen. Daartoe kan de verpleegkundige de volgende passende interventies inzetten, waarbij aandacht besteedt wordt aan (7): Het voorlichten (mondeling en schriftelijk) van patiënten en hun naasten over het delirium Het zo nodig in consult vragen van deskundigen op het gebied van delirium. Het therapeutisch klimaat optimaliseren, bijvoorbeeld prikkelarm of juist niet, minimaliseer verplaatsing naar een ander ziekenhuiskamer. Het ondersteunen van naasten (indien gewenst rooming-in van familie of naasten). Het systematisch uitvoeren van interventies gericht op cognitieve stoornissen, verminderd gehoor, verminderde visus, verstoring van de mobiliteit, vocht-voedingsbalans, slaap- en waakpatroon Het beperken van het gebruik van vrijheidsbeperkende interventies. Als dit al moet, wordt geadviseerd eerst de richtlijn vrijheidsbeperkende interventies van het ziekenhuis te raadplegen. Het vroegtijdig herkennen met behulp van de DOS (bijlage 1) Daarnaast is samenwerking in een multidisciplinaire team bij delier preventie van belang. De betrokken disciplines zijn onder andere de behandelend arts, verpleegkundige, psychiater, klinisch geriater, internist ouderengeneeskunde en/of neuroloog (7). 4. Behandeling en nazorg 4.1 Waaruit bestaat een behandeling van een delier? De behandeling van het delier bestaat uit twee delen. Namelijk het behandelen van de onderliggende oorzaak van het delier en het saneren van de medicijnen die een delier uit kunnen lokken. Verder kan er als de patiënt een gevaar is voor zichzelf of andere of als de patiënt lijdt gestart worden met de medicamenteuze behandeling van het delier. Daarnaast zijn bij een delier ook altijd niet medicamenteuze interventies vereist. Toepassen van deze interventies is minstens zo belangrijk als de behandeling met medicatie. Naar het effect van deze interventies is weinig wetenschappelijk onderzoek gedaan. Deze, veelal verpleegkundige interventies (psychohygiënische maatregelen), zijn vooral gebaseerd op best practice (1). Niet medicamenteuze interventies bij een delier zijn (7): Herkenningspunten bieden (klok, kalender, foto's) Regelmatig persoon, plaats, dag en tijdstip benoemen Rustig en in korte zinnen spreken, korte vragen stellen De patiënt zo min mogelijk alleen laten (zeker bij angst of paniek), de aanwezigheid van vertrouwde, rustgevende personen stimuleren Bezoek beperken (aantal personen en duur van het bezoek) Indien van toepassing de patiënt bril en gehoorapparaat laten gebruiken Zorgen voor een continue verlichting van de kamer (maar 's nachts gedempt licht) Begrip tonen voor de angst die door hallucinaties en wanen kan worden opgewekt; niet meegaan in waanideeën, duidelijk maken dat uw waarneming anders is, zonder de patiënt tegen te spreken (discussie vermijden) In aanwezigheid van de patiënt niet fluisteren met derden Zorgen voor voldoende vochtinname en adequate voeding Bij voorkeur géén vrijheidsbeperkende maatregelen/fixatie toepassen. Indien dit toch wordt toegepast gebruik maken van het ziekenhuisprotocol vrijheidsbeperkende interventies 13

14 Ook het gedrag verpleegkundigen en anderen is van invloed op het gedrag van de delirante patiënt. Het gedrag moet erop gericht zijn de patiënt gerust te stellen en angst te voorkomen. Geadviseerd wordt daartoe altijd de drie stappen te volgen: 1. Contact maken 2. Uitleg geven (aan de patiënt en aan de familie/mantelzorger, bijvoorbeeld via een folder) 3. Handelen. Het is belangrijk de acuut verwarde/delirante patiënt altijd op een rustige, geruststellende wijze te Benaderen, dat wil zeggen: Vriendelijk en langzaam praten Gebruik maken van korte, duidelijke zinnen Korte/eenduidige vragen stellen en wacht op antwoord Loop, beweeg en handel rustig Niet met deuren slaan en harde, plotselinge geluiden voorkomen De verpleegkundige en andere dienen zich bewust te zijn van de mogelijk bedreigende houding, dit kan voorkomen worden door bijvoorbeeld gezicht op gelijke hoogte met dat van de patiënt te brengen, te gaan zitten of afstand te houden (1). Bij medicamenteuze behandeling van het delier is bij ouderen een lage dosis Haldol de eerste keus. Bij patiënten met dementie dient atypische antipsychotica zoals risperdon en olanzapine vermeden te worden in verband met het risico op een beroerte (9). In tabel 5 medicatie bij delier wordt het medicatieschema weergegeven zoals deze in het geriatrieformularium beschreven staat. 14

15 Tabel 5 medicatie bij delier (1) Ernst delier Dosering Haldol per 24 uur* Comedicatie Licht delier = onrust s avonds Begin op vaste tijden op dag 1 0.5mg om 16:00 0.5mg om 22:00 Om 22:00 temazepam 10mg zn 10mg nog éénmaal herhalen Matig ernstig delier = onrust s middags en s avonds Ernstig delier = over de hele dag onrustig of hevig motorische onrust, verwijdert infuus etc. Delier met extreme angst en onrust, acuut en ernstig interfererend met de medische behandeling. Begin op vaste tijden op dag 1 0.5mg om 12:00 0.5mg om 16:00 0.5mg om 22:00 Bij onvoldoende resultaat op dag 2: Indien leeftijd < 65 jaar dosering verdubbelen, Indien > 65 jaar dosering verdubbelen en consult geriatrie Direct consult inschakelen In geval van nood: Indien leeftijd < 65jaar: 2.5mg iv of im** 1-2x daags herhalen > 65 jaar: 1mg iv of im** 1-2x daags herhalen Overdag; direct consult inschakelen s nachts 5mg iv** totdat verbetering optreed ieder uur 1mg herhalen tot max 20mg per dag zn consult psychiatrie Om 22:00 temazepam 10mg zn 10mg nog éénmaal herhalen Bij hevige onrust op vaste tijden 0.5mg lorazepam of midazolam per keer geven tot maximaal 2mg per dag. im of iv** In dat geval temazepam stoppen Bij hevige onrust op vaste tijden 0.5mg lorazepam of midazolam per keer geven tot maximaal 2mg per dag. im of iv** In dat geval temazepam stoppen Bij hevige onrust op vaste tijden 0.5mg lorazepam of midazolam per keer geven tot maximaal 2mg per dag. im of iv** In dat geval temazepam stoppen Bij verbetering: Dosering medicatie stapsgewijs afbouwen volgens schema: Dag 1; Dosis van 12:00 stoppen Dag 2; Dosis van 16:00 stoppen Dag 3; Dosis van 22:00 stoppen Lorazepam/midazolam kan vaak al eerder afgebouwd worden op identieke manier. Temazepam vor de nacht hervatten en later stoppen. * M. Parkinson en parkinsonisme zijn een contra-indicatie voor Haldol. In dat geval consult inschakelen. ** im = intramusculair, iv = intraveneus 15

16 4.2 Waaruit bestaat de nazorg voor patiënten, die een delier hebben doorgemaakt, en diens mantelzorg(s)? Als een patiënt een delirium heeft doorgemaakt, is de kans op herhaling bij een nieuwe opname of ziekte verhoogd. Het doormaken van een delirium is ook een stressvolle gebeurtenis, zowel voor de patiënt als zijn naasten. Daarom is aandacht voor nazorg belangrijk. Nadat de delirante symptomen zijn verdwenen en de lichamelijke toestand is verbeterd kan er nogmaals met patiënt en familie worden besproken wat er is voorgevallen. Daarbij moet men alert zijn op de eventuele aanwezigheid van posttraumatische verschijnselen. Geef adviezen voor vroegtijdige herkenning, zoals: - Benoem nogmaals de verschijnselen van delirium. - Adviseer de huisarts te bellen bij verschijnselen van delirium in de thuissituatie. - Laat patiënten bij een volgende opname in een ziekenhuis melden dat er eerder sprake was van delirium thuis of in het ziekenhuis. Maak een schriftelijke overdracht naar de huisarts en zo nodig naar de specialistouderengeneeskunde en/of thuiszorg. In sommige ziekenhuis wordt bestaan er zogenaamde delier nazorg poli s hier wordt bovenstaande met patiënt en diens partner/mantelzorger(s) besproken (1,7,9). Aanbevelingen voor de praktijk Momenteel wordt er in het Spaarne ziekenhuis gebruik van een medische en verpleegkundige richtlijn delier. Met betrekking tot preventie wordt er in richtlijnen verwezen naar de delier risicosticker. Deze sticker was bestemd voor de oude dossiers. Inmiddels maakt het Spaarne ziekenhuis gebruik van een elektronisch patiëntendossier (EPD) EPIC. Ook heeft de projectgroep Veiligheids Management Systeem (VMS) kwetsbare ouderen geadviseerd om het risico op het ontstaan van een delier bij ouderen vast te stellen door middel van de volgende 3 vragen: 1. Heeft u geheugenproblemen? 2. Heeft u in de afgelopen 24 uur hulp nodig gehad bij zelfzorg? 3. Zijn er bij een eerdere opname of ziekte perioden geweest dat u in de war was? Het is raadzaam om deze vragen in het EPD op te nemen. Verder worden er in de richtlijnen in het Spaarne ziekenhuis gebruik gemaakt van oude literatuur bijvoorbeeld het CBO rapport december Het is belangrijk om de richtlijnen te herzien met de huidige richtlijnen/deze literatuurstudie. Ook is het belangrijk om de niet medicamenteuze interventies en behandelingen bij verpleegkundigen onder de aandacht te brengen omdat uit mijn onderzoek blijkt dat dit essentieel is bij de behandeling van het delier. Er is een patiënten informatiebrief met betrekking tot het delier. Het is wel zaak om deze bij de verpleegkundigen meer onder de aandacht te brengen. Mijn ervaring is dat niet alle verpleegkundigen van het bestaan van deze folder af weten terwijl dit voor de preventie en behandeling en nazorg erg belangrijk is. Ook wordt er in het Spaarne ziekenhuis onvoldoende gebruik gemaakt van de delier nazorgpoli. Omdat uit mijn literatuurstudie blijkt dat een delier voor veel mensen een ingrijpende gebeurtenis kan zijn is het raadzaam om de patiënten daadwerkelijk naar deze poli te verwijzen. 16

17 Reflectieverslag volgens STARR Situatie Ik heb voor de module verdieping in de beroepspraktijk een literatuurstudie gedaan naar de preventie en behandeling van het delier bij klinische patiënten van 70 jaar en ouder. Voorafgaand aan deze literatuurstudie heb ik een plan van aanpak geschreven. Taak Voor de module was het de bedoeling om kennis met betrekking tot het door mij zelf gekozen, hierboven beschreven onderwerp, te vergaren. Bij het vergaren van de kennis het ik gebruik gemaakt van recente vakliteratuur, richtlijnen en wetenschappelijke artikelen gevonden via de medische databases. Actie Voorafgaand aan deze module kregen we een college met betrekking tot de module en het zoeken van relevante literatuur op diverse databases. Toen mijn plan van aanpak goedgekeurd werd door mijn studiecoach, Jeannette Noordhuis en mijn leermeester ben ik aan de slag met het zoeken van literatuur. Vervolgens heb ik alle literatuur gebundeld en hier een literatuurverslag van geschreven. Resultaat Het resultaat is een literatuurstudie waarin ik mijn vooraf opgestelde vragen met betrekking tot het delier heb beantwoord. Het geeft een overzicht van de diagnose, de prevalentie, de preventie, de behandeling en de nazorg van het delier. Verder heb ik een bronnenverslag geschreven naar aanleiding van deze literatuurstudie. Dit verslag maakt inzichtelijk waarom ik voor de bronnen, zoals gebruikt in mijn literatuurstudie, heb gekozen. Reflectie Het schrijven van een literatuurstudie is voor mij nieuw. Over het delier bij ouderen tijdens opname is veel onderzoek gedaan en veel geschreven. Dit maakte dat ik veel artikelen vond. Veel artikelen melden wel hetzelfde en tijdens mijn studie kwam ik erachter dat veel van de artikelen al verwerkt waren in vakliteratuur. Na overleg met mijn leermeester, Gooke Lagaay en met de psychiater, Cees Koevoets en de psychiatrisch verpleegkundige, Hans van der Hoorn heb ik me beperkt tot de recente vakliteratuur en richtlijnen en een aantal onderzoeken. Dit maakte het voor mij overzichtelijker en zo kon ik van start gaan met het schrijven van dit verslag. Ook kreeg ik van hen tips over literatuur en het schrijven van het verslag. Ik wil Gooke, Cees en Hans hiervoor hartelijk danken. Door deze literatuurstudie heb ik niet alleen veel geleerd op het gebied van delier maar ook over het zoeken van relevante literatuur en over het schrijven van een verslag en bronnenverslag. Leerdoelen: In het vervolg ga ik eerder overleggen met deskundigen zodat ik me tijdig op de juiste literatuur kan richten. Verder zorg ik voor een betere planning. In verband mijn werkdruk was het voor mij vaak niet mogelijk om aan deze literatuurstudie te werken. Dit maakte dat ik alles op het laatste moment af moet ronden. Voor een volgend project ga ik dit zeker beter plannen. 17

18 Literatuurlijst 1. Jansen P.A.F, Laan van der J.R., Schols J.M.G.A ; Het geriatrieformularium. Houten:Bohn Stafleu van Loghum 2. Van der Weele GM, Van Dijk A, Eekhof JAH, Olde Rikkert MGM, Scholtes ABJ, Veehof LJG, Janssen PGH, Eizenga WH. NHG-Standaard Delier bij ouderen, Huisarts Wet 2003;46(3): American Psychiatric Association Diagnostic and Statistical Manual of Mental Disorders. 4th edition, Text Revision. Washington DC, Nederlandse Vereniging voor Psychiatrie. (CBO) Richtlijn Delirium. Amsterdam: Boom; Schuurmans, MJ, Van der Woude, J. Richtlijn Acute verwardheid/delier, UMC Utrecht. (download op 06 juni 2010) 6. Mast van der R. et. al. (2010) Handboek ouderenpsychiatrie. Utrecht: De Tijdstroom 7. Rooij de S.E.J.A et al (2009) VMS praktijkgids kwetsbare ouderen. VMS veiligheidsprogramma. (download op 01 juni 2010) 8. Van Melick EJM, De Vries OJ. Geneesmiddelen en ouderen: het delirium Geneesmiddelenbulletin 2002;36: Delirium in older people John Young, Sharon K Inouye BMJ 2007;334: doi: /bmj ad (Published 19 April 2007) 18

19 Bijlage 1 Screeningsinstrumenten delier 1.1 Confusion Assesment Method (CAM) (lnouye 1990) Instructies bij het invullen van de observatielijst: beantwoord de volgende vragen direct na afloop van het gesprek op basis van de tijdens het gesprek gemaakte observaties. Volgens de CAM is er sprake van een delirium als zowel kenmerk 1 als kenmerk 2 aanwezig is in combinatie met kenmerk 3 òf kenmerk 4 (of zowel 3 als 4). Kenmerk 1: acuut optreden en wisselend beloop Kenmerk 1 is aanwezig als de volgende twee vragen met ja worden beantwoord. De informatie kan meestal worden verkregen van een familielid, verzorgende of verpleegkundige. A Zijn er aanwijzingen voor een acute verandering in de geestelijke toestand van de patiënt vergeleken met zijn uitgangssituatie? ja/nee B Fluctueerde het (afwijkende) gedrag gedurende de dag, dat wil zeggen: was het wisselend aan- en afwezig of was het wisselend in ernst? Ja/nee Kenmerk 2: concentratiestoornis Kenmerk 2 is aanwezig als de volgende vraag met ja wordt beantwoord. Had de patiënt moeite zich te concentreren, bijvoorbeeld door snel afgeleid te zijn of door moeite te hebben de aandacht bij het gesprek te houden? Ja/nee Kenmerk 3: ongeorganiseerd denken Kenmerk 3 is aanwezig als de volgende vraag met ja wordt beantwoord. Was het denken van de patiënt ongeorganiseerd of incoherent; bijvoorbeeld door onsamenhangende of irrelevante conversatie, een onduidelijke of onlogische gedachtegang of onvoorspelbare veranderingen van onderwerp? Ja/nee Kenmerk 4: veranderd bewustzijnsniveau Kenmerk 4 is aanwezig als de volgende vraag wordt beantwoord met waakzaam, lethargisch, stupor of coma. Hoe zou je in het algemeen het bewustzijnsniveau van de patiënt omschrijven? alert (normaal) waakzaam (hyperalert, overgevoelig voor omgevingsstimuli, schrikachtig) lethargisch (slaperig maar makkelijk wekbaar) stupor (moeilijk wekbaar) coma (niet wekbaar) 19

20 1.2 CAM-ICU (Nederlandse vertaling volgens E.W. Ely) 20

21 Plaatjes behorende bij vraag 2B: 21

22 1.3 Delirium observatie Screening (DOS) 22

Verslag multidisciplinair overleg

Verslag multidisciplinair overleg 2012 Verslag multidisciplinair overleg Renate Agterhof S1002628 Spaarne ziekenhuis 27-5-2012 Inhoud Inhoud... 2 Inleiding... 2 1. Betrokken disciplines bij het MDO... 3 2. Belang van een MDO tussen de

Nadere informatie

Plan van aanpak. Module Verdieping in de beroepspraktijk. Preventie en behandeling van het delier bij klinische patiënten van 70 jaar en ouder.

Plan van aanpak. Module Verdieping in de beroepspraktijk. Preventie en behandeling van het delier bij klinische patiënten van 70 jaar en ouder. Plan van aanpak Module Verdieping in de beroepspraktijk Preventie en behandeling van het delier bij klinische patiënten van 70 jaar en ouder. Naam : Renate Agterhof Student nummer : 1002628 E-mailadres

Nadere informatie

De delirante patiënt van vergeetachtig tot verwardheid

De delirante patiënt van vergeetachtig tot verwardheid De delirante patiënt van vergeetachtig tot verwardheid Marja Jellesma-Eggenkamp Klinische geriatrie Alysis 25 mei 2010 symposium Zevenaar 1 Kwetsbare ouderen inleiding >25% opgenomen patiënten 70+ 10-40%

Nadere informatie

3.3 Delirium. herkend wordt. Onduidelijk is in hoeveel procent het delirium niet, of niet volgens de gangbare richtlijnen, behandeld wordt.

3.3 Delirium. herkend wordt. Onduidelijk is in hoeveel procent het delirium niet, of niet volgens de gangbare richtlijnen, behandeld wordt. 3.3 Delirium Delirium is waarschijnlijk de meest voorkomende neuropsychiatrische stoornis in het algemeen en academisch ziekenhuis, met een prevalentie van 15 tot 50 procent bij opgenomen oudere patiënten.

Nadere informatie

Doel. Achtergrond. Hiernaast kunnen (paranoïde) wanen voorkomen (1).

Doel. Achtergrond. Hiernaast kunnen (paranoïde) wanen voorkomen (1). Doel Het geven van informatie over: het herkennen van een delier. het opsporen en behandelen van de lichamelijke oorzaak. medicamenteuze behandeling van de symptomen van een delier. niet-medicamenteuze

Nadere informatie

De 3D,s POH 02-04-2014

De 3D,s POH 02-04-2014 De 3D,s POH 02-04-2014 Doelstelling Onderscheid delier, dementie en depressie Vroegtijdig herkennen/signaleren van een delier. Behandeling delier Delier Dementie Depressie Casus Een 70-jarige vrouw wordt

Nadere informatie

Delier 18-04-2011. Sini van den Boomen Anja Manders Marianne de Nobel

Delier 18-04-2011. Sini van den Boomen Anja Manders Marianne de Nobel Delier 18-04-2011 Sini van den Boomen Anja Manders Marianne de Nobel Welkom Doel: Kennisoverdracht/bewustwording Signalering Verpleegkundige interventies Programma Film Medische aspecten delier Casus in

Nadere informatie

Wat kunnen we doen bij patiënten met een delier (acute verwardheid)?

Wat kunnen we doen bij patiënten met een delier (acute verwardheid)? Wat kunnen we doen bij patiënten met een delier (acute verwardheid)? Voorkomen is beter dan genezen! (deel 1) Delier is een zeer ernstige situatie, preventie kan een hoop ellende voorkomen. In dit artikel

Nadere informatie

delier bij ouderen Delier bij ouderen Videofragment 1 De anamnese bij een delirante patiënt 1. Toelichting op de module

delier bij ouderen Delier bij ouderen Videofragment 1 De anamnese bij een delirante patiënt 1. Toelichting op de module Videofragment 1 De anamnese bij een delirante patiënt 1. Toelichting op de module Deze module is gebaseerd op de NHG-Standaard M77 van maart 2003. Om te kunnen begrijpen hoe de huisarts het beste kan omgaan

Nadere informatie

Delier voor de patiënt. Workshop Delier in de palliatieve fase. n droom woar ge geen sodemieter van op aan kunt. angstdroom.

Delier voor de patiënt. Workshop Delier in de palliatieve fase. n droom woar ge geen sodemieter van op aan kunt. angstdroom. Workshop Delier in de palliatieve fase 11 oktober 2012 Hedi ter Braak Monique van den Broek 1 Delier voor de patiënt n droom woar ge geen sodemieter van op aan kunt angstdroom nachtmerrie 1 Inhoud workshop

Nadere informatie

Deze module is gebaseerd op de NHG-Standaard M77 van maart 2003.

Deze module is gebaseerd op de NHG-Standaard M77 van maart 2003. Videofragment 4 Zorg na het verbleken van het delier 1. Toelichting op de module Deze module is gebaseerd op de NHG-Standaard M77 van maart 2003. Een delier is een ingrijpend ziektebeeld, zowel voor de

Nadere informatie

DEMENTIEZORG. Chronische en acute verwardheid. Jan Oudenes Verpleegkundig consulent geriatrie Ede, 10 november 2015

DEMENTIEZORG. Chronische en acute verwardheid. Jan Oudenes Verpleegkundig consulent geriatrie Ede, 10 november 2015 DEMENTIEZORG Chronische en acute verwardheid Jan Oudenes Verpleegkundig consulent geriatrie Ede, 10 november 2015 Programma Acute verwardheid/delier Fragment Mieren in de thee Dementie en delier 1 Delier

Nadere informatie

Delirium Clinical Assessment Protocol (CAP) = 0

Delirium Clinical Assessment Protocol (CAP) = 0 Delirium Clinical Assessment Protocol (CAP) = 0 De informatie over deze CAP-code wordt opgesplitst in twee delen: (I) Betekenis: De betekenis van code 0 bij de Delirium-CAP. (II) Richtlijnen: De stappen

Nadere informatie

Delier voor de patiënt. Inhoud presentatie delier. Delier. Symptomen. Diagnose delier 21-6-2012. n droom woar de geen sodemieter van op aan kunt

Delier voor de patiënt. Inhoud presentatie delier. Delier. Symptomen. Diagnose delier 21-6-2012. n droom woar de geen sodemieter van op aan kunt Delier voor de patiënt n droom woar de geen sodemieter van op aan kunt angstdroom nachtmerrie Inhoud presentatie delier Wat is een delier Wat zijn de gevolgen van een delier Wat zijn risicoverhogende en

Nadere informatie

Delier in de palliatieve fase. Marlie Spijkers Specialist ouderengeneeskunde Consulent Palliatieve zorg IKZ

Delier in de palliatieve fase. Marlie Spijkers Specialist ouderengeneeskunde Consulent Palliatieve zorg IKZ Delier in de palliatieve fase Marlie Spijkers Specialist ouderengeneeskunde Consulent Palliatieve zorg IKZ Delier voor de patiënt n droom woar de geen sodemieter van op aan kunt angstdroom nachtmerrie

Nadere informatie

Delier in de palliatieve fase

Delier in de palliatieve fase Delier in de palliatieve fase Marlie Spijkers Specialist ouderengeneeskunde Consulent Palliatieve zorg IKZ Delier voor de patiënt n droom woar de geen sodemieter van op aan kunt angstdroom nachtmerrie

Nadere informatie

ACUUT OPTREDENDE VERWARDHEID (DELIER) INFORMATIE VOOR PATIENT, FAMILIE EN BETROKKENEN

ACUUT OPTREDENDE VERWARDHEID (DELIER) INFORMATIE VOOR PATIENT, FAMILIE EN BETROKKENEN ACUUT OPTREDENDE VERWARDHEID (DELIER) INFORMATIE VOOR PATIENT, FAMILIE EN BETROKKENEN Inleiding Uw familielid, partner of kennis is in Franciscus Gasthuis & Vlietland opgenomen. Hij of zij is opgenomen

Nadere informatie

Onderwijsmateriaal voor toetsgroepen

Onderwijsmateriaal voor toetsgroepen Videofragment 1 de anamnese bij een delirante patiënt 1. Toelichting op de module Deze module is gebaseerd op de NHG-Standaard M77, herziene versie april 2014. Om te kunnen begrijpen hoe de huisarts het

Nadere informatie

Acuut optredende verwardheid

Acuut optredende verwardheid Acuut optredende verwardheid Een delier Bij mensen met een ziekte komt acute verwardheid ofwel delirium (delier) regelmatig voor. Dit is geen onschuldig verschijnsel. Het wijst er meestal op dat er iets

Nadere informatie

ACUTE VERWARDHEID NIET ALTIJD DEMENTIE 10 en 12/11/2015

ACUTE VERWARDHEID NIET ALTIJD DEMENTIE 10 en 12/11/2015 ACUTE VERWARDHEID NIET ALTIJD DEMENTIE 10 en 12/11/2015 Niet steeds dementie Vraagstelling: 1) Kan elke verwardheid voorkomen worden? 2) Wat kunnen we doen om te voorkomen? 3) Wat kunnen we doen bij acute

Nadere informatie

PATIËNTEN INFORMATIE. Plotse verwardheid Delier

PATIËNTEN INFORMATIE. Plotse verwardheid Delier PATIËNTEN INFORMATIE Plotse verwardheid Delier Wat is delier? Plotse verwardheid wordt ook wel een delier genoemd. Deze verwardheid kan op enkele minuten tot dagen ontstaan (of een bestaande toestand ineens

Nadere informatie

VERANDERING VAN GEDRAG: EEN PROBLEEM OF NIET? Marieke Schuurmans Verpleegkundige & onderzoeker UMC Utrecht/Hogeschool Utrecht

VERANDERING VAN GEDRAG: EEN PROBLEEM OF NIET? Marieke Schuurmans Verpleegkundige & onderzoeker UMC Utrecht/Hogeschool Utrecht VERANDERING VAN GEDRAG: EEN PROBLEEM OF NIET? Marieke Schuurmans Verpleegkundige & onderzoeker UMC Utrecht/Hogeschool Utrecht GEDRAG: De wijze waarop iemand zich gedraagt, zijn wijze van doen, optreden

Nadere informatie

Verhoogde kans op een delier?

Verhoogde kans op een delier? Verhoogde kans op een delier? Maatregelen om een delier te voorkomen Afdeling Geriatrie Inleiding U of uw naaste heeft een verhoogd risico op een delier. Dat heeft de verpleegkundige en/of uw behandelend

Nadere informatie

Delirium of delier (acuut optredende verwardheid)

Delirium of delier (acuut optredende verwardheid) Delirium of delier (acuut optredende verwardheid) In deze folder leest u wat een delirium is, wat de verschijnselen van een delirium zijn en leest u informatie over de behandeling en tips voor patiënten

Nadere informatie

Risicofactoren voor een delirium

Risicofactoren voor een delirium 3. Risicofactoren voor een delirium 3.1. VRAAGSTELLING In dit hoofdstuk heeft de werkgroep gezocht naar een antwoord op de volgende uitgangsvraag: Wat zijn de omstandigheden die de kans op het optreden

Nadere informatie

Delier, ontspoord in het verpleeghuis. Miriam Jacobs Nurse Practitioner in opleiding

Delier, ontspoord in het verpleeghuis. Miriam Jacobs Nurse Practitioner in opleiding Delier, ontspoord in het verpleeghuis Miriam Jacobs Nurse Practitioner in opleiding Opzet presentatie Huishoudelijke mededelingen Inleiding Stellingen invullen Uitleg rondom delier Screening delier + Delier

Nadere informatie

Verhoogde kans op een delier?

Verhoogde kans op een delier? Geriatrie Verhoogde kans op een delier? Maatregelen om een delier te voorkomen Inleiding U of uw naaste heeft een verhoogd risico op een delier. Dat heeft de verpleegkundige en/of uw behandelend specialist

Nadere informatie

p a t i ë n t e n i n f o r m a t i e 2

p a t i ë n t e n i n f o r m a t i e 2 Delier In deze brochure leest u meer over acute verwardheid, ook wel delier genoemd. Verder krijgt u informatie over de behandeling en wat u kunt doen. Acuut optredende verwardheid Delier is een vorm van

Nadere informatie

De geriatrische patiënt op de SEH. SEH onderwijsdag Sigrid Wittenberg, aios klinische geriatrie

De geriatrische patiënt op de SEH. SEH onderwijsdag Sigrid Wittenberg, aios klinische geriatrie De geriatrische patiënt op de SEH SEH onderwijsdag Sigrid Wittenberg, aios klinische geriatrie Relevante onderwerpen Delier Symptoomverarming Medicatie op de SEH Duur aanwezigheid patiënt op de SEH Delier

Nadere informatie

Informatiefolder delier

Informatiefolder delier Informatiefolder delier Informatiefolder delier Het gedrag en de reactie van uw partner, familielid, vriend(in) of kennis zijn anders dan u gewend bent. Hij of zij is onrustig, begrijpt u niet, geeft vreemde

Nadere informatie

Delier in de palliatieve fase DR. KARIN SCHOTTE MEDISCHE ONCOLOGIE- PALLIATIEF SUPPORTTEAM

Delier in de palliatieve fase DR. KARIN SCHOTTE MEDISCHE ONCOLOGIE- PALLIATIEF SUPPORTTEAM Delier in de palliatieve fase DR. KARIN SCHOTTE MEDISCHE ONCOLOGIE- PALLIATIEF SUPPORTTEAM 1. Definitie en voorkomen 2. Pathofysiologie 3. Oorzaken 4. Diagnose 5. Behandeling Definitie en voorkomen: 1.

Nadere informatie

Patiënteninformatie. Acuut optredende verwardheid. (delier) Acuut optredende verwardheid (delier)

Patiënteninformatie. Acuut optredende verwardheid. (delier) Acuut optredende verwardheid (delier) Patiënteninformatie Acuut optredende verwardheid (delier) Acuut optredende verwardheid (delier) 1 Acuut optredende verwardheid (delier) Intensive Care, route 3.3 Telefoon (050) 524 6540 Inleiding Uw familielid

Nadere informatie

In de war? Op de Intensive Care

In de war? Op de Intensive Care In de war? Op de Intensive Care Naar het ziekenhuis? Lees eerst de informatie op www.asz.nl/brmo. Inleiding Uw partner of familielid is in het Albert Schweitzer ziekenhuis opgenomen op de Intensive Care.

Nadere informatie

Verhoogde kans op een delier?

Verhoogde kans op een delier? Verhoogde kans op een delier? Maatregelen om een delier te voorkomen Afdeling Geriatrie Locatie Purmerend/Volendam Inleiding U of uw naaste heeft een verhoogd risico op een delier. Dat heeft de verpleegkundige

Nadere informatie

In de war? Op de Intensive Care

In de war? Op de Intensive Care In de war? Op de Intensive Care Albert Schweitzer ziekenhuis juni 2015 pavo 1168 Inleiding Uw partner of familielid is in het Albert Schweitzer ziekenhuis opgenomen op de Intensive Care. Waarschijnlijk

Nadere informatie

Delirium op de Intensive Care (IC)

Delirium op de Intensive Care (IC) Deze folder is bedoeld voor de partners, familieleden, naasten of bekenden van op de Intensive Care (IC) afdeling opgenomen patiënten. Door middel van deze folder willen wij u als familie* uitleg geven

Nadere informatie

Vroegtijdig herkennen van een delier (acute verwardheid) door het gebruik van de DOS (Delirium Observatie Screening) Schaal (deel 2)

Vroegtijdig herkennen van een delier (acute verwardheid) door het gebruik van de DOS (Delirium Observatie Screening) Schaal (deel 2) Vroegtijdig herkennen van een delier (acute verwardheid) door het gebruik van de DOS (Delirium Observatie Screening) Schaal (deel 2) In het artikel Wat kunnen we doen bij patiënten met een delier (acute

Nadere informatie

Casuïstiek bespreking. delier

Casuïstiek bespreking. delier Casuïstiek bespreking delier Bernarda Heslinga Huisarts, kaderarts palliatieve zorg, lid consultatieteam palliatieve zorg Helma Mebius Verpleegkundige, lid consultatieteam palliatieve zorg Palliatieve

Nadere informatie

Delier, benadering vanuit het ziekenhuis. Dhr. A. Lahdidioui Internist ouderengeneeskunde i.o. Donderdag 26 januari 2017

Delier, benadering vanuit het ziekenhuis. Dhr. A. Lahdidioui Internist ouderengeneeskunde i.o. Donderdag 26 januari 2017 Delier, benadering vanuit het ziekenhuis Dhr. A. Lahdidioui Internist ouderengeneeskunde i.o. Donderdag 26 januari 2017 Diagnose DSM IV criteria: 1. Bewustzijnsstoornis met verminderde aandacht 2. Verandering

Nadere informatie

Parkinson en Psychoses

Parkinson en Psychoses Parkinson en Psychoses Inleiding Mensen met de ziekte van Parkinson kunnen last krijgen van ongewone belevingen die niet overeenkomen met de werkelijkheid. Dit zijn psychotische belevingen die de vorm

Nadere informatie

Onderwijsmateriaal voor toetsgroepen

Onderwijsmateriaal voor toetsgroepen Videofragment 2 het psychiatrisch onderzoek 1. Toelichting op de module Deze module is gebaseerd op de NHG-Standaard M77, herziene versie april 2014. Om de diagnose delier te kunnen stellen dient er een

Nadere informatie

Welkom in het Jeroen Bosch Ziekenhuis

Welkom in het Jeroen Bosch Ziekenhuis Welkom in het Jeroen Bosch Ziekenhuis Delier Vakgroep geriatrie vanaf juni 2014. Bovenste rij: Astrid van Strien, Janet Bootsma, Karen Keijsers, Truuke Kamminga. Onderste rij: Rob van Marum, Cees Wouters,

Nadere informatie

Cognitieve beperkingen & delier

Cognitieve beperkingen & delier Cognitieve beperkingen & delier Introductie Uit eerder onderzoek blijkt dat 16-40% van oudere patiënten op de SEH cognitieve beperkingen hebben Oorzaken: Dementie Delier Depressie Klinisch ziek zijn hypoperfusie

Nadere informatie

Parkinsonismen Vereniging. Parkinson en Psychose

Parkinsonismen Vereniging. Parkinson en Psychose Parkinsonismen Vereniging Parkinson en Psychose Inhoudsopgave Inleiding 4 Psychose 4 Oorzaak 5 Door de ziekte van Parkinson 5 Door het gebruik van anti-parkinsonmedicatie 5 Door een lichamelijke aandoening

Nadere informatie

Inhoud. Carolien de Croon, Specialist Ouderengeneeskunde/ d Kaderarts GRZ i.o. Sireen Hendriks Franssen, Verpleegkundig Specialist i.o.

Inhoud. Carolien de Croon, Specialist Ouderengeneeskunde/ d Kaderarts GRZ i.o. Sireen Hendriks Franssen, Verpleegkundig Specialist i.o. Delier in de Geriatrische i Revalidatiezorg Carolien de Croon, Specialist Ouderengeneeskunde/ d Kaderarts GRZ i.o. Sireen Hendriks Franssen, Verpleegkundig Specialist i.o. UKON workshop 7 april 2016 Inhoud

Nadere informatie

Hoe een delier herkennen?

Hoe een delier herkennen? Infobrochure Delier Inhoud Wat is een delier?. 3 Hoe een delier herkennen?. 3 Is een delier niet gewoon dementie?.4 Hoe behandelen we een delier?. 5 Wat kan u als familie doen?. 5 Meer info of vragen?.

Nadere informatie

Delier in de laatste levensfase. Informatie voor naasten van patiënten met een delier in de laatste levensfase

Delier in de laatste levensfase. Informatie voor naasten van patiënten met een delier in de laatste levensfase Delier in de laatste levensfase Informatie voor naasten van patiënten met een delier in de laatste levensfase Inhoudsopgave Wat is een delier?... 3 Wat zijn kenmerken van een delier?... 3 Invloed op u

Nadere informatie

Een delier en wat nu!!! Wat kunnen we doen bij patiënten met een acute verwardheid (delier)? (deel 3)

Een delier en wat nu!!! Wat kunnen we doen bij patiënten met een acute verwardheid (delier)? (deel 3) Een delier en wat nu!!! Wat kunnen we doen bij patiënten met een acute verwardheid (delier)? (deel 3) In dit artikel wordt beschreven wat er gedaan moet worden wanneer er aanwijzingen zijn dat de patiënt

Nadere informatie

(Verhoogde kans op) acute verwardheid/delier bij ouderen. Informatie en adviezen voor oudere patiënten met (een verhoogd risico op) een delier

(Verhoogde kans op) acute verwardheid/delier bij ouderen. Informatie en adviezen voor oudere patiënten met (een verhoogd risico op) een delier (Verhoogde kans op) acute verwardheid/delier bij ouderen Informatie en adviezen voor oudere patiënten met (een verhoogd risico op) een delier In deze folder gaan we in op factoren die het risico op een

Nadere informatie

Patiënteninformatie. Acuut optredende verwardheid (delier) Acuut optredende verwardheid (delier)

Patiënteninformatie. Acuut optredende verwardheid (delier) Acuut optredende verwardheid (delier) Patiënteninformatie Acuut optredende verwardheid (delier) Acuut optredende verwardheid (delier) 20140024 Delier.indd 1 1 24-01-17 14:02 Acuut optredende verwardheid (delier) Wat is acuut optredende verwardheid

Nadere informatie

Vroegsignalering bij dementie

Vroegsignalering bij dementie Vroegsignalering bij dementie Docentenhandleiding voor mbo-zorg onderwijs en bijscholing Docentenhandleiding voor mbo-zorg onderwijs en bijscholing Contact: Connie Klingeman, Hogeschool Rotterdam c.a.klingeman@hr.nl

Nadere informatie

Patiënteninformatie. Delier: Acute verwardheid

Patiënteninformatie. Delier: Acute verwardheid Patiënteninformatie Delier: Acute verwardheid 2 Inhoud Inleiding... 4 Wat is acute verwardheid of een delier?... 4 Wat zijn de risicofactoren van een delier?... 5 Wat zijn de symptomen van een delier?...

Nadere informatie

Acute verwardheid / Delier

Acute verwardheid / Delier Acute verwardheid / Delier In deze folder vindt u informatie over acute verwardheid / delier. Daarnaast staat beschreven wat u voor uw naaste kan doen. Waar "hij" staat, kunt u uiteraard ook "zij" lezen.

Nadere informatie

De huisarts / de acuut verwarde patiënt. Presentatie2015: Cassandra Kalidien Conny Koffeman

De huisarts / de acuut verwarde patiënt. Presentatie2015: Cassandra Kalidien Conny Koffeman De huisarts / verpleeghuisarts en de acuut verwarde patiënt Presentatie2015: Cassandra Kalidien Conny Koffeman Disclosure belangen spreker (potentiële) belangenverstrengeling Voor bijeenkomst mogelijk

Nadere informatie

Klinische verschijnselen en beloop van een delirium

Klinische verschijnselen en beloop van een delirium 2. Klinische verschijnselen en beloop van een delirium 2.1. Inleiding 3. Zie ook handboeken, zoals Textbook for Consultation-Liaison Psychiatry (Wise & Rundell 2002) en Delirium in old age (Lindesay e.a.

Nadere informatie

Acute verwardheid. Locatiegegevens. Locatie Utrecht Bosboomstraat KE Utrecht. Locatie Zeist Jagersingel HL Zeist

Acute verwardheid. Locatiegegevens. Locatie Utrecht Bosboomstraat KE Utrecht. Locatie Zeist Jagersingel HL Zeist Acute verwardheid Inleiding Acute verwardheid wordt ook wel een delirium of een delier genoemd. In deze folder kunt u lezen wat acute verwardheid is en hoe het ontstaat. Er wordt ingegaan op de verschijnselen,

Nadere informatie

Workshop Delirium Symposium Palliatieve Zorg, richtlijnen voor de praktijk Utrecht, 12-01-2006

Workshop Delirium Symposium Palliatieve Zorg, richtlijnen voor de praktijk Utrecht, 12-01-2006 Workshop Delirium Symposium Palliatieve Zorg, richtlijnen voor de praktijk Utrecht, 12-01-2006 Ine Klijn, psychiater, Zorglijn Acute en Consultatieve Psychiatrie Divisie Hersenen, UMCU Rob Krol, adviseur

Nadere informatie

Onderwerp: Acute verwardheid of delier

Onderwerp: Acute verwardheid of delier Onderwerp: 1 Informatie over acute verwardheid of delier Voor wie is deze folder bedoeld? Deze folder is bedoeld voor patiënten die worden opgenomen in het Ikazia Ziekenhuis. Zoals de verpleegkundige aan

Nadere informatie

Inhoud. Aanleiding Doel Samenstelling Werkmodel Activiteiten Resultaten

Inhoud. Aanleiding Doel Samenstelling Werkmodel Activiteiten Resultaten Inhoud Aanleiding Doel Samenstelling Werkmodel Activiteiten Resultaten 1 Aanleiding 1. Steeds groter wordende groep kwetsbare klinische patiënten van 70 jaar en ouder die kwetsbaar zijn voor functieverlies:

Nadere informatie

DELIER IN HET VERPLEEGHUIS

DELIER IN HET VERPLEEGHUIS DELIER IN HET VERPLEEGHUIS Weten wat je moet doen en doen wat je weet! UKON symposium 10 april 2018 VOORSTELLEN Expertteam delier UKON: Kim Bergmans, Specialist Ouderengeneeskunde Waalboog Trees Boerakker,

Nadere informatie

Palliatieve Zorg. Marjolein Kolkman en Ingrid Kienstra. Verpleegkundigen Palliatieve Zorg

Palliatieve Zorg. Marjolein Kolkman en Ingrid Kienstra. Verpleegkundigen Palliatieve Zorg Palliatieve Zorg Marjolein Kolkman en Ingrid Kienstra Verpleegkundigen Palliatieve Zorg Wat is het belangrijkste speerpunt van palliatieve zorg? A Genezing B Kwaliteit van leven C Stervensbegeleiding

Nadere informatie

Rode Kruis ziekenhuis. Patiënteninformatie. Delier (acute verwardheid) rkz.nl

Rode Kruis ziekenhuis. Patiënteninformatie. Delier (acute verwardheid) rkz.nl Patiënteninformatie Delier (acute verwardheid) rkz.nl Inleiding Uw partner, familielid of iemand uit uw naaste omgeving is opgenomen in het. Zoals u gemerkt heeft, reageert uw naaste niet zoals u gewend

Nadere informatie

Herkennen van DEPRESSIE bij ouderen

Herkennen van DEPRESSIE bij ouderen Herkennen van DEPRESSIE bij ouderen ook in relatie tot dementie en delier Congres depressie bij ouderen, workshop Utrecht, 25 november 2014 Jan Oudenes, verpleegkundig consulent geriatrie Bestaat Sinterklaas?

Nadere informatie

Parkinson en Dementie

Parkinson en Dementie Parkinson en Dementie Alzheimer Café 4 februari 2019 dr. Arthur G.G.C. Korten neuroloog geheugenpolikliniek Laurentius Ziekenhuis Roermond Inhoud De ziekte van Parkinson Dementie Lewy Body Ziekte en Parkinsondementie

Nadere informatie

Rode Kruis ziekenhuis. Patiënteninformatie. Delier (acute verwardheid) rkz.nl

Rode Kruis ziekenhuis. Patiënteninformatie. Delier (acute verwardheid) rkz.nl Patiënteninformatie Delier (acute verwardheid) rkz.nl Inleiding Uw partner, familielid of iemand uit uw naaste omgeving is opgenomen in het. Zoals u gemerkt heeft, reageert uw naaste niet zoals u gewend

Nadere informatie

Acute verwardheid of delier

Acute verwardheid of delier Acute verwardheid of delier Beter voor elkaar Voor wie is deze folder bedoeld? Deze folder is bedoeld voor patiënten die worden opgenomen in het Ikazia Ziekenhuis. Zoals de verpleegkundige aan u heeft

Nadere informatie

Herkennen van DEPRESSIE bij ouderen

Herkennen van DEPRESSIE bij ouderen Herkennen van DEPRESSIE bij ouderen Wat is uw rol? Congres depressie bij ouderen, plenair Utrecht, 25 november 2014 Jan Oudenes, verpleegkundig consulent geriatrie Van reactief naar proactief Komt een

Nadere informatie

Informatiebrochure voor patiënten en familie. Acute verwardheid. I Autonome verzorgingsinstelling

Informatiebrochure voor patiënten en familie. Acute verwardheid. I Autonome verzorgingsinstelling Informatiebrochure voor patiënten en familie Acute verwardheid I Autonome verzorgingsinstelling IIInhoudsopgave Voorwoord 5 Wat is acute verwardheid of delier? 6 Oorzaken van acute verwardheid 7 Symptomen

Nadere informatie

Acuut optredende verwardheid (delier) Informatie voor familie en bezoekers van het Intensive Care Centrum UMC Utrecht. Afdeling Intensive Care

Acuut optredende verwardheid (delier) Informatie voor familie en bezoekers van het Intensive Care Centrum UMC Utrecht. Afdeling Intensive Care Acuut optredende verwardheid (delier) Informatie voor familie en bezoekers van het Intensive Care Centrum UMC Utrecht Afdeling Intensive Care Acuut optredende verwardheid (delier) Acuut optredende verwardheid

Nadere informatie

Dilemma s rondom actieve levensbeëindiging bij bejaarden. Paul Beuger, huisarts, Scenarts Jos Verkuyl, geriater

Dilemma s rondom actieve levensbeëindiging bij bejaarden. Paul Beuger, huisarts, Scenarts Jos Verkuyl, geriater Dilemma s rondom actieve levensbeëindiging bij bejaarden Paul Beuger, huisarts, Scenarts Jos Verkuyl, geriater Programma Inleiding Casuistiek, in groepen Centrale terugkoppeling Inzicht vanuit geriatrisch

Nadere informatie

De patiënt met plotseling optredende verwardheid (delier) Informatie voor familie en betrokkenen

De patiënt met plotseling optredende verwardheid (delier) Informatie voor familie en betrokkenen De patiënt met plotseling optredende verwardheid (delier) Informatie voor familie en betrokkenen Inhoud Inleiding 3 Wat is een delier? 4 Wat zijn de verschijnselen bij een delier? 4 Wanneer treedt een

Nadere informatie

Acute verwardheid (delier) Informatie voor familie en bekenden

Acute verwardheid (delier) Informatie voor familie en bekenden Acute verwardheid (delier) Informatie voor familie en bekenden Verpleegafdelingen en poliklinieken Wanneer iemand bij een ongeluk, operatie of ziekenhuisopname plotseling verward reageert, kan er sprake

Nadere informatie

Tijdelijke verwardheid (delier) Ondervoeding Vallen Fysieke beperkingen

Tijdelijke verwardheid (delier) Ondervoeding Vallen Fysieke beperkingen Kwetsbare ouderen Het Van Weel Bethesda ziekenhuis zet zich extra in voor de zorg aan ouderen van 70 jaar en ouder. Het ziekenhuis volgt een landelijk Veiligheidsprogramma (VMS) gericht op Kwetsbare Ouderen.

Nadere informatie

Deze module is gebaseerd op de NHG-Standaard M77 van maart 2003.

Deze module is gebaseerd op de NHG-Standaard M77 van maart 2003. Videofragment 3. Omgaan met een delirante patiënt thuis 1. Toelichting op de module Deze module is gebaseerd op de NHG-Standaard M77 van maart 2003. Voor familieleden en andere verzorgers kan het gedrag

Nadere informatie

HET ZAL JE MOEDER MAAR ZIJN

HET ZAL JE MOEDER MAAR ZIJN HET ZAL JE MOEDER MAAR ZIJN Ouderen in het ziekenhuis: wat weten we? Marieke J. Schuurmans Hoogleraar Verplegingswetenschap UMC Utrecht Lector Ouderenzorg Hogeschool Utrecht HOEVEEL MENSEN BREKEN ER PER

Nadere informatie

Hospital ABCD studie Pinnummer: H 1. Baseline (binnen 48 uur na opname) Extra benodigdheden: - Horloge - Pen - Leeg A4 vel - MMSE formulier

Hospital ABCD studie Pinnummer: H 1. Baseline (binnen 48 uur na opname) Extra benodigdheden: - Horloge - Pen - Leeg A4 vel - MMSE formulier H 1 Baseline (binnen 48 uur na opname) Extra benodigdheden: - Horloge - Pen - Leeg A4 vel - MMSE formulier 1 Uw ervaringen zijn waardevol In dit interview gaan we het hebben over uw dagelijkse bezigheden

Nadere informatie

Gebruik bedtent bij acuut optredende verwardheid

Gebruik bedtent bij acuut optredende verwardheid Gebruik bedtent bij acuut optredende verwardheid Ziekenhuis Gelderse Vallei Uw familielid, vriend(in) of kennis is opgenomen in ons ziekenhuis vanwege ziekte, ongeval en/of operatie. Zoals u vermoedelijk

Nadere informatie

De patiënt met acuut optredende verwardheid (delier)

De patiënt met acuut optredende verwardheid (delier) De patiënt met acuut optredende verwardheid (delier) De patiënt met acuut optredende verwardheid/delier Uw familielid, vriend(in) of kennis is opgenomen vanwege een ziekte, een ongeval en/of een operatie.

Nadere informatie

Delier (acute verwardheid)

Delier (acute verwardheid) Geriatrie Delier (acute verwardheid) i Patiënteninformatie Thuis en in het ziekenhuis Slingeland Ziekenhuis Algemeen Vooral oudere mensen kunnen bij een lichamelijke ziekte thuis of in het ziekenhuis plotseling

Nadere informatie

Middelenmisbruik en crisis

Middelenmisbruik en crisis Middelenmisbruik en crisis Een lastige combinatie Mike Veereschild Tom Buysse Middelengebonden spoedeisende situaties Intoxicatie van een verslavend middel Onthouding van een verslavend middel Kernsymptomen

Nadere informatie

HELP-Programma. Informatieboekje. Voor vrijwilligers na de intake

HELP-Programma. Informatieboekje. Voor vrijwilligers na de intake HELP-Programma Informatieboekje Voor vrijwilligers na de intake 2 Ruth Pel-Littel Expert kwetsbare ouderen Vilans Postbus 8228, 3503 RE Utrecht Telefoon: (030) 789 2300, e-mail: r.pel@vilans.nl Website:

Nadere informatie

Transmurale zorgbrug

Transmurale zorgbrug Transmurale zorgbrug 13 februari 2014 Geriatriedagen 2014 Renate Agterhof, verpleegkundig specialist Spaarne Ziekenhuis Marina Tol, onderzoekscoördinator AMC Programma Aanleiding, ontwikkeling en stand

Nadere informatie

Onderzoeksvoorstel. sensitivity and specificity ISAR-HP & VMS SASIV-study

Onderzoeksvoorstel. sensitivity and specificity ISAR-HP & VMS SASIV-study Onderzoeksvoorstel sensitivity and specificity ISAR-HP & VMS SASIV-study Snelle herkenning van patiënten at risk en gerichte behandeling kan veel leed voorkomen. (Hoogerduijn 2010) Opleiding : Masteropleiding

Nadere informatie

In de war? Informatie voor familie van patiënten met acuut optredende verwardheid

In de war? Informatie voor familie van patiënten met acuut optredende verwardheid In de war? Informatie voor familie van patiënten met acuut optredende verwardheid Inleiding Uw familielid, partner of kennis is in het Albert Schweitzer ziekenhuis opgenomen. Waarschijnlijk heeft u gemerkt

Nadere informatie

26/05/2015. Workshop assessment bij delier en depressie. Delirium. Screening. Delier? Vormen van delier

26/05/2015. Workshop assessment bij delier en depressie. Delirium. Screening. Delier? Vormen van delier Workshop assessment bij delier en depressie Delirium Jessie De Cock Ergotherapeut Gerontoloog titel 2 Delier? Aandachts- en bewustzijnsstoornis Acuut en fluctuerend Verandering in cognitie of ontwikkeling

Nadere informatie

Acuut optredende verwardheid Delier

Acuut optredende verwardheid Delier Acuut optredende verwardheid Delier Uw familielid, vriend(in) of kennis is opgenomen in ons ziekenhuis vanwege ziekte, ongeval en/of operatie. Zoals u vermoedelijk hebt gemerkt, is zijn of haar reactie

Nadere informatie

Masterclass DementieNet Vroege signalen dementie. Jan Oudenes 2017

Masterclass DementieNet Vroege signalen dementie. Jan Oudenes 2017 Masterclass DementieNet Vroege signalen dementie Jan Oudenes 2017 Hoe herken ik vroege signalen van dementie? Programma: Welkom en kennismaking Inleiding Doel van de training Waarom is het belangrijk om

Nadere informatie

RICHTLIJN PEDIATRISCH DELIER

RICHTLIJN PEDIATRISCH DELIER RICHTLIJN PEDIATRISCH DELIER OPBOUW Prevalentie Risicofactoren en oorzaken Presentatie Detectie, screening, diagnose Behandeling DELIRARE / DE LIRA (LATIJN) = ONTSPOORD, VAN HET PAD CEREBRAAL Acuut difuus

Nadere informatie

Acute verwardheid (delirium) op de Intensive Care

Acute verwardheid (delirium) op de Intensive Care Acute verwardheid (delirium) op de Intensive Care Op dit moment verblijft uw partner of familielid op de afdeling Intensive Care. Dit is een afdeling waar (ernstig) zieke mensen worden behandeld en verzorgd.

Nadere informatie

HET ZORGTRAJECT COGNITIE. Vroegtijdige diagnosestelling van geheugenproblemen bij ouderen

HET ZORGTRAJECT COGNITIE. Vroegtijdige diagnosestelling van geheugenproblemen bij ouderen HET ZORGTRAJECT COGNITIE Vroegtijdige diagnosestelling van geheugenproblemen bij ouderen HET ZORGTRAJECT COGNITIE Vroegtijdige diagnosestelling van geheugenproblemen bij ouderen Doelstelling Het zorgtraject

Nadere informatie

Wat is dementie? Radboud universitair medisch centrum

Wat is dementie? Radboud universitair medisch centrum Wat is dementie? Bij de diagnostiek en behandeling van mensen met dementie werkt het Jeroen Bosch Ziekenhuis nauw samen met het Radboud Alzheimer Centrum in het Radboudumc te Nijmegen. We wisselen voortdurend

Nadere informatie

Dementie per leeftijdscategorie 6-1-2010. Dementie Dementiesyndroom. = ontgeesting. Omvang dementie in Nederland. Matthieu Berenbroek

Dementie per leeftijdscategorie 6-1-2010. Dementie Dementiesyndroom. = ontgeesting. Omvang dementie in Nederland. Matthieu Berenbroek Dementie Dementiesyndroom de-mens = ontgeesting Matthieu Berenbroek Fontys Hogeschool Verpleegkunde Omvang dementie in Nederland 2005 180.000 / 190.000 dementerenden 2050 400.000 dementerenden Bron CBO

Nadere informatie

Acuut optredende verwardheid/delier

Acuut optredende verwardheid/delier Acuut optredende verwardheid/delier Klinische geriatrie alle aandacht De patiënt met acuut optredende verwardheid/ delier (informatie voor familie en betrokkenen) Wat zijn de verschijnselen van een delier/acuut

Nadere informatie

Verslag Multi Source Feedback

Verslag Multi Source Feedback 2012 Verslag Multi Source Feedback Masteropleiding Advanced Nursing Practice (MANP) 2010-2012 Renate Agterhof, S1002628 ragterhof@spaarneziekenhuis.nl Praktijkopleider: Mw. dr. A.M. Lagaay (Gooke), internist-geriater

Nadere informatie

Patiënteninformatie. Het delier. Informatie voor familie en betrokkenen terTER_

Patiënteninformatie. Het delier. Informatie voor familie en betrokkenen terTER_ Patiënteninformatie Het delier Informatie voor familie en betrokkenen 1234567890-terTER_ Het delier Informatie voor familie en betrokkenen. U heeft een afspraak in Tergooi gehad voor een behandeling.

Nadere informatie

Acuut optredende verwardheid (delier)

Acuut optredende verwardheid (delier) PSYCHIATRIE & PSYCHOLOGIE Acuut optredende verwardheid (delier) Informatie voor de patiënt, partner, familie en betrokkenen Acuut optredende verwardheid (delier) Uw partner, familielid, vriend of kennis

Nadere informatie

Ik ben uit de mode. Netwerk Dementie 7 februari 2019 Judith van Tuijn

Ik ben uit de mode. Netwerk Dementie 7 februari 2019 Judith van Tuijn Ik ben uit de mode Netwerk Dementie 7 februari 2019 Judith van Tuijn (potentiële) belangenverstrengeling Voor bijeenkomst mogelijk relevante relaties met bedrijven Sponsoring of onderzoeksgeld Honorarium

Nadere informatie

DELIER. Informatie voor partner, familie en vrienden

DELIER. Informatie voor partner, familie en vrienden DELIER Informatie voor partner, familie en vrienden Bij uw partner of familielid is er sprake van een delier of acute verwardheid. In deze folder kunt u lezen wat een delier is en waar de behandeling uit

Nadere informatie

Dienst geriatrie Interne liaison. Informatiebrochure voor de patiënt en de familie

Dienst geriatrie Interne liaison. Informatiebrochure voor de patiënt en de familie Dienst geriatrie Interne liaison Informatiebrochure voor de patiënt en de familie INLEIDING Een ziekenhuisopname is voor kwetsbare oudere patiënten risicovol vanwege hun verhoogde kans op complicaties

Nadere informatie

APOP op de opnameafdeling

APOP op de opnameafdeling APOP op de opnameafdeling Ouderen op de SEH Toename van ouderen op de spoedeisende hulp Ouderen hebben een grotere kans op ongewenste uitkomsten zoals functionele achteruitgang tijdens opname of het ontwikkelen

Nadere informatie