HET STERFHUIS ANNO EEN PALLIATIEVE CLAUSULE?

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "HET STERFHUIS ANNO EEN PALLIATIEVE CLAUSULE?"

Transcriptie

1 Faculteit Rechtsgeleerdheid Universiteit Gent Academiejaar HET STERFHUIS ANNO EEN PALLIATIEVE CLAUSULE? Masterproef van de opleiding Master of Laws in het Notariaat Ingediend door Kevin Verhaeghe Promotor: Prof. Dr. Michel Maus Faculteit Rechtsgeleerdheid RE51 Kabinet van de Decaan Universiteitstraat 4, BE-9000 Gent

2 Inhoudstafel INHOUDSTAFEL INLEIDING 1 HOOFDSTUK 1: ALGEMEEN KADER 2 AFDELING 1. INLEIDING 2 AFDELING 2. HET VERBLIJVINGSBEDING EN HET BEDING VAN ONGELIJKE VERDELING 2 AFDELING 3. DE STERFHUISCLAUSULE 4 1. Begrip 4 2. Varianten op de sterfhuisclausule 6 3. Nadelen verbonden aan de sterfhuisclausule 7 HOOFDSTUK 2: DE AANLOOP NAAR HET CASSATIEARREST VAN 10 DECEMBER AFDELING 1. INLEIDING 9 AFDELING 2. DE PROBLEMATIEK VAN DE STERFHUISCLAUSULE 9 AFDELING 3. DE FEITEN 10 AFDELING 4. DE PROCEDURE VOOR DE RECHTBANK VAN EERSTE AANLEG TE HASSELT 10 AFDELING 5. DE PROCEDURE VOOR HET HOF VAN BEROEP TE ANTWERPEN 11 HOOFDSTUK 3: HET CASSATIEARREST VAN 10 DECEMBER AFDELING 1. INLEIDING 13 AFDELING 2. DE BURGERRECHTELIJKE BEOORDELING VAN DE STERFHUISCLAUSULE De sterfhuisclausule en de theorie van de huwelijksvoordelen De problematiek van het surplus De visie van het Hof van Cassatie 19 A. De sterfhuisclausule: een huwelijksvoordeel? 19 B. De kwalificatie van het surplus 21 AFDELING 3. DE FISCAALRECHTELIJKE BEOORDELING VAN DE STERFHUISCLAUSULE Inleiding Grondbeginselen van het fiscaal recht 23 A. Het fiscaal recht volgt het burgerlijk recht 23 B. De keuze voor de minst belaste weg 24 C. Geen belasting zonder wet 24 D. De restrictieve interpretatie van fiscale normen De belastbaarheid van de sterfhuisclausule en de visie van het Hof van Cassatie 25 A. De sterfhuisclausule en artikel 1 en 2 W. Succ. 25 B. De sterfhuisclausule en artikel 2 W. Succ. 26 C. De sterfhuisclausule en artikel 5 W. Succ. 27 D. De sterfhuisclausule en artikel 7 W. Succ. 30 E. De sterfhuisclausule en artikel 4, 3 Vlaams Wetboek Successierechten 31 F. De sterfhuisclausule en het oude artikel 106 W. Succ. 32 G. Conclusie 33 AFDELING 4. DE VISIE VAN DE FISCALE ADMINISTRATIE 33 HOOFDSTUK 4: DE ADMINISTRATIEVE BESLISSING VAN 15 JULI AFDELING 1. BESPREKING VAN DE ADMINISTRATIEVE BESLISSING 35 AFDELING 2. WELKE GEVOLGEN BRENGT DE ADMINISTRATIEVE BESLISSING MET ZICH MEE? 40 AFDELING 3. HET TOEPASSINGSGEBIED VAN DE ADMINISTRATIEVE BESLISSING 40 HOOFDSTUK 5: DE NIEUWE ANTIMISBRUIKBEPALING 42 AFDELING 1. INLEIDING 42 AFDELING 2. DE WETTEKST VAN ARTIKEL 106, TWEEDE LID W. SUCC. EN ARTIKEL 18 W. REG. 43 AFDELING 3. DE WERKING VAN DE ANTIMISBRUIKBEPALING Het begrip fiscaal misbruik 44 I

3 Inhoudstafel 2. De bewijslast in hoofde van de belastingplichtige De niet-tegenstelbaarheid van de rechtshandeling 47 AFDELING 4. DE GRONDWETTELIJKHEID VAN DE ANTIMISBRUIKBEPALING 47 AFDELING 5. DE CIRCULAIRES VAN DE FISCALE ADMINISTRATIE EN DE IMPLICATIES VOOR DE STERFHUISCLAUSULE De circulaire van 4 mei De circulaire van 19 juli De circulaire van 10 april De impact van de circulaires op de sterfhuisclausule: enkele kritische overschouwingen 53 HOOFDSTUK 6: EEN BLIK OP DE TOEKOMST 58 BIBLIOGRAFIE BIJLAGEN I I II

4 Dankwoord DANKWOORD In dit dankwoord wil ik mij richten tot de mensen die mij de nodige hulp en steun verschaft hebben tijdens het schrijven van deze masterproef, en tijdens mijn studies in het algemeen. Vooreerst wens ik een dankwoord te richten tot Prof. Dr. Michel Maus, mijn promotor. Hij heeft mij te allen tijde met raad en daad bijgestaan. Daarenboven hebben zijn lescolleges zonder twijfel een meerwaarde betekend voor dit werk. Vervolgens wens ik ook mijn ouders, Jean-Marie Verhaeghe en Monique Verbuyst, uitdrukkelijk te bedanken. Zij hebben mij gedurende het schrijven van deze masterproef, en tijdens mijn studies in het algemeen, steeds onvoorwaardelijk gesteund. Dit zowel op emotioneel, mentaal als financieel vlak. In het bijzonder wil ik mijn moeder bedanken voor het nauwgezet nalezen van dit werk. Ook notaris Alexis Lemmerling verdient in dit kader een woord van dank. Hij maakte, ondanks zijn drukke agenda, tijd vrij om mijn vragen van een gepast antwoord te voorzien. Zijn inzichten zijn een grote bron van inspiratie geweest.

5 Inleiding Inleiding 1. De sterfhuisclausule is een clausule die doorgaans ingelast wordt gedurende een uitermate sombere periode in een mensenleven. Eén van de echtgenoten is terminaal ziek, en voelt zijn of haar einde naderen. Het is in die setting dat er vaak wordt geopteerd voor een sterfhuisclausule. Op die manier komt het volledige gemeenschappelijke vermogen toe aan de aangeduide echtgenoot, en gezien dit zonder voorwaarde van overleving geschiedt, betaalt deze laatste geen euro successierechten. 2. De fiscale administratie heeft, omwille van die reden, de sterfhuisclausule dan ook nooit een warm hart toegedragen, wat het afgelopen decennium duidelijk gebleken is. De fiscale administratie blijft, tot op vandaag de dag, de mening toegedaan dat de sterfhuisclausule dient belast te worden. De fiscus gaat hiermee lijnrecht in tegen de wet en de rechtspraak van het Hof van Cassatie. De nieuwe antimisbruikbepaling, en de daarbij behorende circulaires bevestigen de stringente lijn die de fiscale administratie aanhoudt. De vraag die zich dan ook opwerpt is of de sterfhuisclausule, gezien de felle tegenkanting vanuit de hoek van de fiscale administratie, aan zijn zwanenzang bezig is. 3. In deze masterproef wordt er, bij wijze van inleiding, stilgestaan bij de figuur van de sterfhuisclausule zelf. Vervolgens worden de feiten die aanleiding hebben gegeven tot het arrest van het Hof van Cassatie van 10 december 2010 belicht, om vervolgens over te gaan tot de bespreking van het arrest zelf. Hierna worden de administratieve beslissing van de fiscale administratie, evenals de nieuwe antimisbruikbepaling en de daarbij behorende circulaires besproken. Ook de implicaties die deze teksten hebben op het gebruik van de sterfhuisclausule worden nader toegelicht. Tot slot wordt er een blik op de toekomst geworpen, waarbij wordt nagegaan in hoeverre de sterfhuisclausule nog een volwaardig plaats heeft binnen de successieplanning. 1

6 Algemeen kader Hoofdstuk 1: Algemeen kader AFDELING 1. INLEIDING 4. Om een volledig beeld te kunnen krijgen over de hedendaagse problematiek is het opportuun om eerst en vooral stil te staan bij de figuur van de sterfhuisclausule. Dit deel zal dan ook het concept van de sterfhuisclausule nader toelichten. Vooreerst zal het verblijvingsbeding en het beding van ongelijke verdeling worden belicht. Vervolgens wordt het gebruik van de sterfhuisclausule in het kader van successieplanning besproken. AFDELING 2. HET VERBLIJVINGSBEDING EN HET BEDING VAN ONGELIJKE VERDELING 5. Voor koppels die gehuwd zijn onder het wettelijk stelsel leidt het erfrecht ab intestato in beginsel tot de situatie waarbij de langstlevende echtgenoot het vruchtgebruik erft van het eigen vermogen van de decujus, en de helft van de gemeenschap. De kinderen hebben in deze hypothese recht op de blote eigendom Echtgenoten kunnen daarentegen, omwille van uiteenlopende redenen, ook opteren voor een andere verhouding. Zo willen bepaalde koppels de inmenging van hun kinderen vermijden wanneer één van de ouders het tijdelijke voor het eeuwige inruilt. Een andere beweegreden bestaat erin dat men de langstlevende wil beschermen, in die zin dat men zeker wil zijn dat diegene die achterblijft, kan genieten van een zorgeloze oude dag. De wetgever geeft, althans wat dit betreft, blijk van de nodige realiteitszin, en reikt dan ook oplossingen aan voor dergelijke situaties. Artikel 1461 van het Burgerlijk Wetboek is hiervan de veruitwendiging. Voorgenoemd artikel bepaalt immers dat Echtgenoten kunnen overeenkomen dat de langstlevende of één hunner indien hij het langst leeft, bij de verdeling een ander deel dan de helft, of zelfs het gehele vermogen, zal ontvangen. 2 Respectievelijk worden hiermee de bedingen van ongelijke verdeling, en de verblijvingsbedingen geviseerd. 7. Wat het verblijvingsbeding betreft, brengt deze bepaling met zich mee dat de langstlevende echtgenoot het gehele gemeenschappelijk vermogen in volle eigendom kan 1 Artikel 745bis, 1, eerste lid BW 2 Artikel 1461 BW 2

7 Algemeen kader bekomen. Dit is ontegensprekelijk een aanzienlijke opwaardering van de positie van de langstlevende. 8. Daarenboven hoeft de langstlevende geen vorderingen tot inkorting te vrezen van de reservataire erfgenamen. 3 Artikel 1464, eerste lid van het Burgerlijk Wetboek bepaalt immers uitdrukkelijk dat dergelijke bedingen niet beschouwd worden als schenkingen, maar als huwelijksvoorwaarden. Verblijvingsbedingen worden als dusdanig beschouwd als overeenkomsten onder bezwarende titel, en niet als schenkingen Het tweede lid van artikel 1464 Burgerlijk Wetboek voorziet echter in een correctie in de hypothese dat er gemeenschappelijke kinderen zijn. Wanneer een inbreng wordt gecombineerd met een beding van ongelijke verdeling, of een verblijvingsbeding, zal de helft van de waarde van de inbreng op de dag van de verdeling, door de vooroverleden echtgenoot gedaan, als schenking worden beschouwd. 5 6 De ratio achter deze correctie is eenvoudig te verantwoorden. De teneur van het eigen vermogen in het huwelijksvermogensrecht is dat er al een bepaald kapitaal is van voor het huwelijk. Normaliter gaat deze in blote eigendom naar de kinderen, en verkrijgt de langstlevende hierop het vruchtgebruik. Wanneer men echter een component van het eigen vermogen, door middel van een verblijvingsbeding, gaat overhevelen naar het gemeenschappelijk vermogen, kan dit de reserve van de kinderen aantasten. De wetgever wou de kinderen, in deze optiek, dan ook een mogelijkheid geven om dit tegen te gaan, zij het voor de helft. 10. Een tweede correctie is terug te vinden in artikel 1465 van het Burgerlijk Wetboek. Dit artikel is in het leven geroepen voor de gevallen waarin er niet-gemeenschappelijke kinderen zijn. De toepassing van dit artikel impliceert dat slechts de helft van de aanwinsten worden aanzien als zijnde een overeenkomst ten bewarende titel. Elk beding waardoor de 3 J. DU MONGH, Huwelijksvoordelen en successieplanning. Voorzichtigheid blijft geboden, T.Not. 2007, 493; K. BOONE, Commentaar bij art. 1458, BW in P. SENAEVE, F. SWENNEN en G. VERSCHELDEN (eds.), Personen- en familierecht. Commentaren met overzicht van rechtspraak en rechtsleer, Mechelen, Kluwer, losbl., W. PINTENS, C. DECLERCK, J. DU MONGH en K. VANWINCKELEN, Familiaal vermogensrecht, Antwerpen - Oxford, Intersentia, 2010, W. PINTENS, C. DECLERCK, J. DU MONGH en K. VANWINCKELEN, Familiaal vermogensrecht, Antwerpen - Oxford, Intersentia, 2010, J. DU MONGH, Huwelijksvoordelen en successieplanning. Voorzichtigheid blijft geboden, T.Not. 2007,

8 Algemeen kader langstlevende echtgenoot meer krijgt dan de helft van de aanwinsten, wordt als een schenking beschouwd Deze regeling dient, althans op burgerrechtelijk vlak, als positief beschouwd te worden. Zij voorziet adequate oplossingen voor koppels die willen afwijken van de reguliere gang van zaken. Fiscaalrechtelijk daarentegen, krijgen we een ander verhaal. De bedingen van ongelijke verdeling, evenals de verblijvingsbedingen, zijn vanuit een fiscaal oogpunt immers eerder nadelig. Meer specifiek is de fictiebepaling in artikel 5 W. Succ. een domper op de vreugde. De toepassing van laatstgenoemd artikel brengt namelijk met zich mee dat de toebedeling, op grond van een huwelijksovereenkomst, boven de helft van het gemeenschappelijk vermogen aan de langstlevende echtgenoot als een legaat wordt belast in de successierechten. 8 Dit indien aan deze constructie een voorwaarde van overleving is gekoppeld, of wanneer de langstlevende met andere woorden het voordeel verkrijgt net omdat hij de langstlevende is. 9 Dit alles heeft als ietwat pervers gevolg dat de helft van het gemeenschappelijk vermogen maar liefst tweemaal belast zal worden. Een eerste maal bij de toebedeling aan de langstlevende echtgenoot op grond van artikel 5 W. Succ., en een tweede maal in hoofde van de erfgenamen van de langstlevende, op grond van artikel 1 en 2 van het W. Succ.. 10 Het hoeft geen betoog dat dit vanuit een fiscaal perspectief verre van interessant is. Het is dan ook betreurenswaardig dat de gunstige regeling uit het Burgerlijk Wetboek niet is doorgetrokken in het Wetboek Successierechten. AFDELING 3. DE STERFHUISCLAUSULE 1. BEGRIP 12. De sterfhuisclausule wordt als beding reeds enige tijd gebruikt binnen de notariële praktijk. De constructie zag het levenslicht in 1985, wanneer het door het Comité voor Studie en Wetgeving van de Koninklijke federatie van het Belgisch notariaat werd erkend. 11 Het 7 W. PINTENS, C. DECLERCK, J. DU MONGH en K. VANWINCKELEN, Familiaal vermogensrecht, Antwerpen - Oxford, Intersentia, 2010, W. PINTENS, C. DECLERCK, J. DU MONGH en K. VANWINCKELEN, Familiaal vermogensrecht, Antwerpen - Oxford, Intersentia, 2010, N. GEELHAND DE MERXEM, De sterfhuisclausule. Fiscale aspecten, in R. BARBAIX, N. GEELHAND DE MERXEM en A. VERBEKE, Handboek Estate Planning. Bijzonder deel 4: Huwelijksvoordelen, Gent, Larcier, 2010, I. VERHULST, Kan artikel 2 W.Succ. worden toegepast op bedingen van ongelijke verdeling?, TFR 2007, C.S.W., Verslagen en debatten, Dossier 6283 met verslag J. DECUYPER, Brussel, Bruylant 2000, p

9 Algemeen kader beding an sich is het typevoorbeeld van successieplanning in extremis, en bewijst zijn nut dan ook in welbepaalde omstandigheden. In het merendeel van de gevallen betreft het situaties waarbij het duidelijk is dat één van de echtgenoten als eerste zal overlijden, omdat hij of zij bijvoorbeeld aan een terminale ziekte lijdt en het overlijden zeer nabij is. 12 Vandaar de naam sterfhuisclausule. 13. De sterfhuisclausule is in wezen een beding in een huwelijkscontract, of in een akte tot wijziging van het huwelijkscontract, waarbij de gehele huwgemeenschap wordt toebedeeld aan één van de echtgenoten, los van een voorwaarde van overleving De constructie is aldus een variant op het verblijvingsbeding, waarbij het volledige gemeenschappelijk vermogen in volle eigendom wordt toebedeeld aan één welbepaalde echtgenoot, die bij naam wordt genoemd. 15 Net omwille van het feit dat de toebedeling geschiedt aan één welbepaalde echtgenoot, ontbreekt de overlevingsvoorwaarde en het daarbij behorende kanselement. De afwezigheid van dat kanselement heeft ertoe geleid dat de sterfhuisclausule ook bekend staat als het zogenaamde nihilbeding, gezien één van de echtgenoten sowieso niets bekomt uit het gemeenschappelijk vermogen Het grote voordeel van de sterfhuisclausule, op burgerrechtelijk gebied, bestaat er dus in dat het gemeenschappelijk vermogen in volle eigendom aan een echtgenoot wordt toebedeeld ten titel van huwelijksvoordeel. 17 Concreet brengt dit met zich mee dat de kinderen zich niet tegen deze toebedeling kunnen verzetten met het oog op de bescherming van hun reservataire aanspraken. 15. Naast dit burgerrechtelijk voordeel bood de sterfhuisclausule tevens een aanzienlijk fiscaal voordeel, met name de vrijstelling van successierechten. De helft van het gemeenschappelijk vermogen dat aan de decujus toebehoorde, gaat zonder betaling van 12 W. PINTENS, C. DECLERCK, J. DU MONGH en K. VANWINCKELEN, Familiaal vermogensrecht, Antwerpen - Oxford, Intersentia, 2010, W. PINTENS, C. DECLERCK, J. DU MONGH en K. VANWINCKELEN, Familiaal vermogensrecht, Antwerpen - Oxford, Intersentia, 2010, C. DE WULF, Een kritische doorlichting van recente rechtspraak en rechtsleer in verband met de sterfhuisclausule, T.Not. 2008, afl. 10, L. VAN DER REYSEN, P. VAN RYCKEGEM en L. VOSSEN, 20 fiscale klassiekers getoetst aan de nieuwe antimisbruikbepaling, Leuven, Indicator, 2012, C. DECLERCK, Secundair huwelijksvermogensstelsel, in W. PINTENS en J. DU MONGH, Patrimonium 2006, Antwerpen-Oxford, Intersentia, 2006, N. GEELHAND DE MERXEM, De sterfhuisclausule, het Hof van Cassatie, de commentaren in de rechtsleer en de Fiscale Administratie., TEP 2011, afl. 4,

10 Algemeen kader successierechten over naar de langstlevende echtgenoot. De artikelen 1 en 2 van het Wetboek Successierechten zijn niet van toepassing, gezien de langstlevende alles verkrijgt op grond van een huwelijkscontract, en niet uit de nalatenschap. 18 Ook artikel 5 W. Succ. vindt geen toepassing, gezien dit artikel enkel van toepassing is wanneer er een overlevingsvoorwaarde is bedongen. 19 Ook artikel 2 W. Succ. zal geen grondslag vormen voor de heffing van successierechten, gezien een huwelijksvoordeel geen contractuele erfstelling is Het opzet van de sterfhuisclausule is met andere woorden tweeledig. Vooreerst wil men de langstlevende echtgenoot een betere positie verschaffen, door hem of haar de volledige gemeenschap in volle eigendom toe te kennen. Ten tweede wil men dit vermogen volkomen onbelast laten overgaan. 2. VARIANTEN OP DE STERFHUISCLAUSULE 17. In de praktijk komt de sterfhuisclausule in twee vormen voor. Men maakt een onderscheid tussen de gewone, en de uitgebreide versie van de sterfhuisclausule. 21 Vooreerst is er de gewone sterfhuisclausule, waarbij het gehele gemeenschappelijk vermogen wordt toegekend aan één van de echtgenoten, zonder voorwaarde van overleving. Daarnaast bestaat er ook een uitgebreide sterfhuisclausule, waarbij men nog een stap verder gaat dan bij de gewone sterfhuisclausule. 18. Concreet zien we bij deze variant een procédé in twee stappen. Eerst wordt een eigen goed van de terminaal zieke echtgenoot in het gemeenschappelijk vermogen ingebracht. Vervolgens wordt er dan een sterfhuisclausule opgesteld ten behoeve van de andere echtgenoot Een interessant nevenaspect verbonden aan deze laatste variant, is dat er geen 18 N. GEELHAND DE MERXEM, De sterfhuisclausule, het Hof van Cassatie, de commentaren in de rechtsleer en de Fiscale Administratie., TEP 2011, afl. 4, N. GEELHAND DE MERXEM, De sterfhuisclausule. Fiscale aspecten, in R. BARBAIX, N. GEELHAND DE MERXEM en A. VERBEKE, Handboek Estate Planning. Bijzonder deel 4: Huwelijksvoordelen, Gent, Larcier, 2010, , nr N. GEELHAND DE MERXEM, De sterfhuisclausule, het Hof van Cassatie, de commentaren in de rechtsleer en de Fiscale Administratie., TEP 2011, afl. 4, E. SPRUYT, Cassatie aanvaardt sterfhuisclausule, Juristenkrant 2011, afl. 222, L. VAN DER REYSEN, P. VAN RYCKEGEM en L. VOSSEN, 20 fiscale klassiekers getoetst aan de nieuwe antimisbruikbepaling, Leuven, Indicator, 2012, E. SPRUYT, Cassatie aanvaardt sterfhuisclausule, Juristenkrant 2011, afl. 222, 1. 6

11 Algemeen kader registratierechten verschuldigd zijn bij het inbrengen van de eigen goederen naar de huwgemeenschap. Een wijziging van het huwelijkscontract volstaat NADELEN VERBONDEN AAN DE STERFHUISCLAUSULE 19. Naast de voordelen die de figuur van de sterfhuisclausule biedt, zijn er ook enkele onmiskenbare nadelen aan verbonden. 20. Vooreerst heeft het gebruik van het sterfhuisbeding tot gevolg dat de betaling van successierechten als het ware een generatie wordt uitgesteld. De begunstigde echtgenoot verkrijgt immers de volle eigendom van het gehele gemeenschappelijk vermogen, zonder ook maar 1 euro successierechten te betalen. 25 Wanneer laatstgenoemde echter komt te overlijden, zullen de erfgenamen dan gehouden zijn tot betaling van de verschuldigde successierechten, en dit aan een hoger tarief. 26 Het voordeel dat aan de langstlevende in dit kader wordt toegekend, kan dus later een wrange nasmaak hebben voor de kinderen, gezien er geen sprake is geweest van enige spreiding van de successierechten Vervolgens kunnen er zich ook moeilijkheden manifesteren wanneer de verkeerde echtgenoot eerst komt te overlijden. Het risico bestaat immers dat er een sterfhuisclausule wordt opgesteld, en de begunstigde echtgenoot onverwachts eerst overlijdt. Het gevolg hiervan is dat de volledige huwgemeenschap dan naar de erfgenamen van decujus gaat, met alle gevolgen van dien Ook het psychologisch aspect verbonden aan het gebruik van de sterfhuisclausule in hoofde van de terminaal zieke echtgenoot, valt niet te onderschatten. De ene echtgenoot aanvaardt immers dat de andere, begunstigde echtgenoot het hele gemeenschappelijk vermogen zal verkrijgen. Hij of zij doet daarbij afstand van zijn aandeel in dat gemeenschappelijk vermogen, en tekent als het ware zijn doodsvonnis. 29 Daarenboven brengt 24 L. VAN DER REYSEN, P. VAN RYCKEGEM en L. VOSSEN, 20 fiscale klassiekers getoetst aan de nieuwe antimisbruikbepaling, Leuven, Indicator, 2012, L. VAN DER REYSEN, P. VAN RYCKEGEM en L. VOSSEN, 20 fiscale klassiekers getoetst aan de nieuwe antimisbruikbepaling, Leuven, Indicator, 2012, D. MICHIELS, Huwelijkscontracten als instrumenten van successieplanning, AFT 2008, afl. 1, 29-30, nr D. MICHIELS, Fiscale aspecten van huwelijkscontracten, T. Not. 2007, Afl. 9, p L. VAN DER REYSEN, P. VAN RYCKEGEM en L. VOSSEN, 20 fiscale klassiekers getoetst aan de nieuwe antimisbruikbepaling, Leuven, Indicator, 2012, D. MICHIELS, Huwelijkscontracten als instrumenten van successieplanning, AFT 2008, afl. 1, 29-30, nr

12 Algemeen kader deze regeling met zich mee dat de afstand tevens zal gelden wanneer hij of zij niet als eerste overlijdt. 30 Ook in geval van echtscheiding zal diegene die afstand heeft gedaan niets verkrijgen W. PINTENS, Het verval van huwelijksvoordelen bij echtscheiding en de interpretatie van artikel 299 B.W, T.B.B.R. 2003, afl. 4, ; 31 L. VAN DER REYSEN, P. VAN RYCKEGEM en L. VOSSEN, 20 fiscale klassiekers getoetst aan de nieuwe antimisbruikbepaling, Leuven, Indicator, 2012,

13 De aanloop naar het cassatiearrest van 10 december 2010 Hoofdstuk 2: De aanloop naar het cassatiearrest van 10 december 2010 AFDELING 1. INLEIDING 23. Vooraleer we dieper kunnen ingaan op het cassatiearrest van 10 december 2010, is het opportuun om stil te staan bij de controverse omtrent de sterfhuisclausule en de feiten die aanleiding hebben gegeven tot de totstandkoming van het arrest. Naast de feiten zal ook de motivering van zowel de Rechtbank van Eerste Aanleg al het Hof van Beroep summier besproken worden. AFDELING 2. DE PROBLEMATIEK VAN DE STERFHUISCLAUSULE 24. De fiscale administratie aanvaardt reeds lang dat er bij de toepassing van een eenvoudige sterfhuisclausule geen successierechten verschuldigd zijn. 32 Hieronder verstaat de fiscus de situatie waarbij er geen voorafgaande inbreng in het gemeenschappelijk vermogen is gebeurd. De situatie is meer problematisch wanneer een dergelijke voorafgaande inbreng wel heeft plaatsgevonden. In dat geval is de fiscale administratie de mening toegedaan dat er wél successierechten verschuldigd zijn. 33 Wanneer men immers gebruik maakt van een zogenaamde uitgebreide sterfhuisclausule is artikel 1464, lid 2 BW van toepassing, aldus de fiscale administratie. Deze redenering brengt met zich mee dat de toebedeling aan de andere echtgenoot als een schenking wordt beschouwd ten belope van de helft van de waarde van de ingebrachte goederen, het zogenaamde surplus. 34 De fiscus baseert zich hiervoor op artikel 2 van het Wetboek Successierechten, dat stelt dat verkrijgingen op grond van contractuele erfstellingen belastbaar zijn in de successierechten. 35 Het is net dit standpunt van de fiscale administratie dat tot rechtsgedingen heeft geleid, met als orgelpunt het Cassatiearrest van 10 december N. GEELHAND DE MERXEM, De sterfhuisclausule, het Hof van Cassatie, de commentaren in de rechtsleer en de Fiscale Administratie., TEP 2011, afl. 4, N. GEELHAND DE MERXEM, De sterfhuisclausule, het Hof van Cassatie, de commentaren in de rechtsleer en de Fiscale Administratie., TEP 2011, afl. 4, L. VAN DER REYSEN, P. VAN RYCKEGEM en L. VOSSEN, 20 fiscale klassiekers getoetst aan de nieuwe antimisbruikbepaling, Leuven, Indicator, 2012, N. GEELHAND DE MERXEM, De sterfhuisclausule, het Hof van Cassatie, de commentaren in de rechtsleer en de Fiscale Administratie., TEP 2011, afl. 4,

14 De aanloop naar het cassatiearrest van 10 december 2010 AFDELING 3. DE FEITEN 25. In casu betrof het een echtpaar dat gehuwd was onder het wettelijk stelsel, zonder een huwelijkscontract. Begin juli 2003 werden er via een aktewijziging aan het huwelijkscontract twee onroerende goederen van de man ingebracht in het gemeenschappelijk vermogen. Tevens werd er in de huwelijksakte voorzien dat bij het overlijden van de man, het gemeenschappelijk vermogen in volle eigendom aan zijn echtgenote zal toekomen, en dit door middel van een langst leeft, al heeft beding. Enkele maanden later wordt laatstgenoemde clausule echter geschrapt en vervangen door een zogenaamde sterfhuisclausule. De volledige gemeenschap zou dus toekomen aan de vrouw, die bij naam wordt genoemd in de clausule zelf, wanneer de huwgemeenschap wordt ontbonden om welke reden dan ook. De man overlijdt niet veel later en op 22 juni 2004 wordt de aangifte van nalatenschap ingediend waarbij verklaard wordt dat er geen successierechten verschuldigd zijn, gezien de aanwezigheid van een verblijvingsbeding zonder overlevingsvoorwaarde De fiscale administratie was deze redenering echter niet bepaald genegen. De administratie stelde dat deze toebedeling onder artikel 2 van het Wetboek Successierechten valt, en dat er dus successierechten dienen betaald te worden op de helft van de ingebrachte onroerende goederen. De fiscus redeneert dat de toebedeling in deze constellatie niet kan beschouwd worden als een overeenkomst ten bezwarende titel, maar als een schenking, en dit op grond van artikel 1646, tweede lid BW. Deze schenking wordt dan belast als een contractuele erfstelling. 37 De echtgenote weigerde zich echter neer te leggen bij de redenering van de fiscale administratie en trok naar de rechter. AFDELING 4. DE PROCEDURE VOOR DE RECHTBANK VAN EERSTE AANLEG TE HASSELT 27. De zaak wordt een eerste keer voorgelegd voor de Rechtbank van Eerste Aanleg te Hasselt. 38 De rechter bevestigt vooreerst de niet-toepasselijkheid van artikel 5 W. Succ. gezien de vereiste van de overlevingsvoorwaarde in casu niet aanwezig is. Het beding van verblijving van het volledig gemeenschappelijk vermogen wordt dus niet als schenking 36 L. VAN DER REYSEN, P. VAN RYCKEGEM en L. VOSSEN, 20 fiscale klassiekers getoetst aan de nieuwe antimisbruikbepaling, Leuven, Indicator, 2012, J. ADRIAENS en P. VAN RYCKEGEM, 70 technieken voor fiscale vermogens- en successieplanning, Leuven, Indicator, 2013, Rb. Hasselt 18 oktober 2006, TFR 2007,

15 De aanloop naar het cassatiearrest van 10 december 2010 aanzien, maar als huwelijksvoorwaarde. Vervolgens wordt de toepasselijkheid van artikel 2 W. Succ. onderzocht. De Rechtbank van Eerste Aanleg volgt de redenering van de fiscale administratie, en bevestigt dat het surplus als schenking dient gekwalificeerd te worden op grond van artikel 1464, tweede lid BW. Tegen dit vonnis tekende de echtgenote hoger beroep aan. 39 AFDELING 5. DE PROCEDURE VOOR HET HOF VAN BEROEP TE ANTWERPEN 28. Het Hof van Beroep te Antwerpen houdt er, in tegenstelling tot de Rechtbank van Eerste Aanleg, een ander visie op na. 40 Het Hof gaat vooreerst dieper in op de invulling van het begrip huwelijksvoordelen. Het Hof omschrijft deze huwelijksvoordelen als voordelen die echtgenoten verkrijgen uit de werking, samenstelling of verdeling van het huwelijksvermogensstelsel. 41 De beoordeling dient volgens het Hof doorgevoerd te worden op het ogenblik van de ontbinding van het huwelijksstelsel, gezien op dat moment de effectieve toewijzing geschiedt. Bij een dergelijke toewijzing dient men daarenboven ook rekening te houden met de grenzen gesteld in artikel 1464 en 1465 BW, aldus het Hof. 29. Dit brengt met zich mee dat de helft van de eigen goederen die door de overledene in de gemeenschap zijn ingebracht, als een schenking moeten beschouwd worden. 42 Dit betekent echter niet dat het surplus als dusdanig een schenking is. Het Hof stelt immers dat het zogenaamde surplus noch een huwelijksvoordeel, noch een schenking is. Het wordt enkel als een schenking beschouwd voor de regels op het gebied van de inkorting, met andere woorden ter bescherming van de reservataire erfgenamen Dit alles brengt echter niet met zich mee dat er een echte gift gebeurd is, en dat er op die helft successierechten verschuldigd zijn. Bij een schenking van toekomstige goederen is er immers een wil om te schenken vereist. Aangezien het surplus, zo besluit het Hof, geen schenking is, kan het ook niet als contractuele erfstelling gekwalificeerd worden en zijn er 39 L. VAN DER REYSEN, P. VAN RYCKEGEM en L. VOSSEN, 20 fiscale klassiekers getoetst aan de nieuwe antimisbruikbepaling, Leuven, Indicator, 2012, Antwerpen 24 juni 2008, T.Not. 2008, J. ADRIAENS en P. VAN RYCKEGEM, 70 technieken voor fiscale vermogens- en successieplanning, Leuven, Indicator, 2013, J. ADRIAENS en P. VAN RYCKEGEM, 70 technieken voor fiscale vermogens- en successieplanning, Leuven, Indicator, 2013, L. VAN DER REYSEN, P. VAN RYCKEGEM en L. VOSSEN, 20 fiscale klassiekers getoetst aan de nieuwe antimisbruikbepaling, Leuven, Indicator, 2012,

16 De aanloop naar het cassatiearrest van 10 december 2010 bijgevolg geen successierechten verschuldigd. 44 De Belgische Staat is het echter niet eens met de visie van het Hof van Beroep te Antwerpen, en tekent cassatieberoep aan op grond van artikel 149 Gw. Meer bepaald meent de Belgische Staat dat het arrest gebrekkig is geformuleerd, gezien de appelrechter niet dieper ingaat op de kwalificatie van het sterfhuisbeding in het algemeen, en het surplus in het bijzonder. 44 Antwerpen 24 juni 2008, T.Not. 2008,

17 Het cassatiearrest van 10 december 2010 Hoofdstuk 3: Het cassatiearrest van 10 december 2010 AFDELING 1. INLEIDING 31. Het arrest van het Hof van Cassatie van 10 december 2010 was grotendeels gericht op de fiscaalrechtelijke benadering van de sterfhuisclausule. Maar ook op civielrechtelijk vlak was er geen eensgezindheid over de invulling van de sterfhuisclausule. Het Hof van Cassatie heeft zich dan ook in eerste instantie gericht op de burgerrechtelijke behandeling van de figuur van het sterfhuisbeding, alvorens in te gaan op de fiscaalrechtelijke behandeling. De burgerrechtelijke en fiscaalrechtelijke behandeling zullen in dit deel elk aan bod komen, gekaderd in het licht van de controverse die in de rechtsleer heerste. AFDELING 2. DE BURGERRECHTELIJKE BEOORDELING VAN DE STERFHUISCLAUSULE 1. DE STERFHUISCLAUSULE EN DE THEORIE VAN DE HUWELIJKSVOORDELEN 32. Zoals ik reeds in hoofdstuk 1 aangaf, worden bedingen van ongelijke verdeling en verblijvingsbedingen als huwelijksvoordelen gekwalificeerd. Het gevolg van deze kwalificatie is dat dergelijke verkrijgingen worden beschouwd als verkrijgingen ten bezwarende titel, wat met zich meebrengt dat de regels met betrekking tot de schenking geen toepassing vinden. Daarenboven is de verkrijging beschermd tegen de aanspraken van reservataire erfgenamen. Artikel 1464, tweede lid BW en artikel 1465 BW bepalen de maximumgrenzen, het zogenaamde plafond. Alles wat hierboven wordt toegekend, het zogenaamde surplus, wordt niet langer beschouwd als een huwelijksvoordeel, maar als een schenking. 33. De vraag die zich in dit kader stelt, is of de sterfhuisclausule in het licht van artikel 1464, eerste lid BW, kan beschouwd worden als een huwelijksvoordeel, ook al ontbreekt de vereiste overlevingsvoorwaarde omwille van fiscale motieven. Anders gesteld: Is de sterfhuisclausule een voordeel dat een echtgenoot verkrijgt uit de werking, samenstelling of verdeling van het huwelijksvermogensstelsel? Deze vraag lijkt in eerste instantie puur theoretisch van aard. Niettemin is de burgerrechtelijke kwalificatie van de sterfhuisclausule van aanzienlijk belang, aangezien ook de fiscale behandeling hiermee verbonden is. In de periode voor het arrest van 13

18 Het cassatiearrest van 10 december 2010 het Hof van Cassatie van 10 december 2010, woedde er een heftige tweestrijd in de rechtsleer omtrent deze problematiek Een eerste strekking binnen de rechtsleer was er één onder leiding van HÉLÈNE CASMAN en ALAIN VERBEKE. Hun visie kan concreet omschreven worden als zijnde in het voordeel van de langstlevende echtgenoot. 46 Zij huldigden het algemene principe van de contractsvrijheid voorzien in artikel 1387 BW, wat met zich meebrengt dat de echtgenoten binnen bepaalde grenzen hun vermogensstelsel naar goeddunken kunnen regelen. 47 De leer van de huwelijksvoordelen laat de echtgenoten de nodige vrijheid om de bestemming van het gemeenschappelijk vermogen te bepalen. Hoewel de artikelen 1457 en 1461 BW verwijzen naar de langstlevende, verbieden deze geenszins om een beding van ongelijke verdeling of verblijvingsbeding in het huwelijkscontract op te nemen ten gunste van een welbepaalde, met naam aangeduide echtgenoot. 48 Beiden zijn er immers van overtuigd dat er, ook in situaties die niet uitdrukkelijk in de wet zijn voorzien, sprake kan zijn van een huwelijksvoordeel. 35. Een andere, meer restrictieve interpretatie, is die van CHRISTIAN DE WULF en JOHAN DU MONGH Zij zijn eerder geneigd de reservataire erfgenamen bescherming te bieden. Beiden verdedigen de stelling dat bedingen van ongelijke verdeling en verblijvingsbedingen niet kunnen bedongen worden buiten de voorwaarde van overleving. 51 Deze stelling wordt onderbouwd door een strikte toepassing van artikel 1461 BW en de artikelen 1429 juncto 299 BW. 52 Naast de verwijzing naar het Burgerlijk Wetboek vinden de aanhangers van deze strekking ook een grondslag in de parlementaire voorbereiding van de wet van 14 juli 1976 en de onverenigbaarheid met de essentiële kenmerken van een gemeenschapsstelsel en de 45 F. BUYSSENS, De sterfhuisclausule na het arrest van het Hof van Cassatie de dato 10 december 2010 en de burgerlijke aansprakelijkheid van de notaris, in A.-L. VERBEKE en F. BUYSSENS, Leuvense Notariële Geschriften: Actuele reflecties over notariële materies, Gent, Larcier, 2012, H. CASMAN en A. VERBEKE, Wat is een huwelijksvoordeel?, Not. Fisc. M. 2005, F. BUYSSENS, De sterfhuisclausule na het arrest van het Hof van Cassatie de dato 10 december 2010 en de burgerlijke aansprakelijkheid van de notaris, in A.-L. VERBEKE en F. BUYSSENS, Leuvense Notariële Geschriften: Actuele reflecties over notariële materies, Gent, Larcier, 2012, R. BARBAIX, Het sterfhuisbeding. Civielrechtelijke aspecten, in R. BARBAIX, N. GEELHAND DE MERXEM en A. VERBEKE, Handboek estate planning bijzonder deel 4: huwelijksvoordelen, Gent, Larcier, 2010, J. DU MONGH, Huwelijksvoordelen en successieplanning. Voorzichtigheid blijft geboden, T. Not. 2007, p C. DE WULF, Een kritische doorlichting van recente rechtspraak en rechtsleer in verband met de sterfhuisclausule, T. Not. 2008, afl. 10, p C. DE WULF, Een kritische doorlichting van recente rechtspraak en rechtsleer in verband met de sterfhuisclausule, T.Not. 2008, F. BUYSSENS, De sterfhuisclausule na het arrest van het Hof van Cassatie de dato 10 december 2010 en de burgerlijke aansprakelijkheid van de notaris, in A.-L. VERBEKE en F. BUYSSENS, Leuvense Notariële Geschriften: Actuele reflecties over notariële materies, Gent, Larcier, 2012, 6. 14

19 Het cassatiearrest van 10 december 2010 solidariteitsgedachte tussen echtgenoten, evenals in een arrest van het Hof van Cassatie van 23 november 2001 over de interpretatie van het begrip voordelen In het verlengde van deze argumentatie stelt deze strekking vooreerst dat een sterfhuisclausule niet kan worden bedongen buiten een overlevingsvoorwaarde, en vervolgens, dat de sterfhuisclausule, als gevolg van het ontbreken van een dergelijke voorwaarde, dient geherkwalificeerd te worden als een schenking, waardoor ze buiten het toepassingsgebied van de artikelen 1457, 1461, 1458 en 1464 valt en dus niet als huwelijksvoordeel kan beschouwd worden Deze tweespalt in de rechtsleer kon op een buitengewone interesse van de fiscale administratie rekenen. Het staat buiten kijf dat de fiscus de sterfhuisclausule nooit een warm hart heeft toegedragen. Tot voor de administratieve beslissing van 15 juli 2011 aanvaardde de fiscus echter wel dat het gedeelte dat de met naam aangeduide echtgenoot boven de helft van de huwgemeenschap heeft ontvangen, niet kon worden belast op grond van artikel 5 Wetboek Successierechten, gezien de in deze fictiebepaling omschreven overlevingsvoorwaarde bij een sterfhuisbeding niet aanwezig is. 56 De fiscale administratie had zich hier, bij wege van de administratieve beslissing van 22 oktober 2003, bij neergelegd. 57 Enige tijd later verwisselde de fiscale administratie het geweer van schouder, en nam de sterfhuisclausule waarbij er eerst een inbreng geschiedde onder vuur. In dat geval, zo oordeelde de fiscus, moest het surplus als een schenking beschouwd worden op grond van artikel 1464, tweede lid BW. Op deze wijze poogde de fiscale administratie het surplus op grond van artikel 2 W. Succ. te belasten, door tot een herkwalificatie als contractuele erfstelling over te gaan Deze visie werd in eerste instantie, zoals eerder werd besproken, gevolgd door de Rechtbank van Eerste Aanleg te 53 J. DU MONGH en Ch. DECLERCK, Burgerrechtelijke en fiscale tendensen in het familiaal vermogensrecht in CBR-jaarboek , , nr G. DEKNUDT, De sterfhuisclausule en het finaal verrekenbeding: (nog) adviseerbaar?, T. Not. 2010, Ch. DECLERCK, Secundair huwelijksvermogensrecht in W. PINTENS en J. DU MONGH, Patrimonium 2007, Antwerpen, Intersentia, 2007, p58, nr N. GEELHAND DE MERXEM, Het sterfhuisbeding. Fiscale aspecten, in R. BARBAIX, N. GEELHAND DE MERXEM en A. VERBEKE, Handboek estate planning bijzonder deel 4: huwelijksvoordelen, Gent, Larcier, 2010, Adm. Besl. 22 oktober 2003, nr. EE/99.731/MM. 58 F. BUYSSENS, De sterfhuisclausule na het arrest van het Hof van Cassatie de dato 10 december 2010 en de burgerlijke aansprakelijkheid van de notaris, in A.-L. VERBEKE en F. BUYSSENS, Leuvense Notariële Geschriften: Actuele reflecties over notariële materies, Gent, Larcier, 2012, Adm. Besl. 6 december 2004, nr. EE/ , T. Not. 2005,

20 Het cassatiearrest van 10 december 2010 Hasselt. 60 Het is net die zienswijze van de fiscale administratie die opnieuw tot controverse in de rechtsleer heeft geleid. 2. DE PROBLEMATIEK VAN HET SURPLUS 38. Concreet werden er met betrekking tot de problematiek van het zogenaamde surplus twee discussiepunten opgeworpen. Het eerste twistpunt had betrekking op de vraag of het surplus beschouwd kon worden als een contractuele erfstelling. Het tweede discussiepunt vloeide voort uit het eerste, met name welke kwalificatie aan het surplus moest gegeven worden indien men het niet beschouwd als een contractuele erfstelling Het eerst discussiepunt spitst zich toe op de kwalificatie als contractuele erfstelling. De overgrote meerderheid van de rechtsleer is terzake de mening toegedaan dat deze herkwalificatie dient afgewezen te worden. 62 Een eerste argument dat deze stelling onderbouwt, kan teruggevonden worden in de omschrijving van wat onder een contractuele erfstelling moet worden begrepen. Algemeen gesteld is een contractuele erfstelling een beschikking in de vorm van een contract waarbij de erfsteller nu reeds en om niet ten voordele van de erfgestelde, die aanvaardt, beschikt over een deel of het geheel van de goederen die zijn nalatenschap zullen uitmaken. 63 Bij een sterfhuisclausule is er echter geen sprake van een overeenkomst over goederen die deel zullen uitmaken van een nalatenschap. 64 Het is daarentegen een beding dat handelt over de vereffening-verdeling van het gemeenschappelijk vermogen, welke de vereffening-verdeling van de nalatenschap voorafgaat. 65 Ook de vereiste van de animus donandi bij een contractuele erfstelling vinden we niet terug bij een 60 Rb. Hasselt 18 oktober 2006, TFR 2007, F. BUYSSENS, De sterfhuisclausule na het arrest van het Hof van Cassatie de dato 10 december 2010 en de burgerlijke aansprakelijkheid van de notaris, in A.-L. VERBEKE en F. BUYSSENS, Leuvense Notariële Geschriften: Actuele reflecties over notariële materies, Gent, Larcier, 2012, F. BUYSSENS, De sterfhuisclausule na het arrest van het Hof van Cassatie de dato 10 december 2010 en de burgerlijke aansprakelijkheid van de notaris, in A.-L. VERBEKE en F. BUYSSENS, Leuvense Notariële Geschriften: Actuele reflecties over notariële materies, Gent, Larcier, 2012, G. VAN OOSTERWYCK, Huwelijksvoordele en contractuele erfstellingen, TPR 1985, H. CASMAN en A. VERBEKE, Belastbaarheid van huwelijksvermogensrechtelijke verkrijgingen, Not. Fisc. M. 2007, F. BUYSSENS, De sterfhuisclausule na het arrest van het Hof van Cassatie de dato 10 december 2010 en de burgerlijke aansprakelijkheid van de notaris, in A.-L. VERBEKE en F. BUYSSENS, Leuvense Notariële Geschriften: Actuele reflecties over notariële materies, Gent, Larcier, 2012, 9. 16

21 Het cassatiearrest van 10 december 2010 sterfhuisclausule, evenmin als de onherroepelijkheid. Het logische gevolg is dat artikel Wetboek Successierechten onder geen beding toepassing kan vinden. 40. De meerderheid van de rechtsleer is aldus de mening toegedaan dat de herkwalificatie naar een contractuele erfstelling niet kan worden bijgetreden. De vraag die zich dan logischerwijze als volgende manifesteert, is welke kwalificatie dan wel als opportuun kan worden beschouwd. Omtrent deze vraag bestaat in de rechtsleer grote onenigheid Zoals reeds eerder vermeld, stelde het Hof van Beroep te Antwerpen in het arrest van 24 juni 2008 dat het surplus noch als een huwelijksvoordeel, noch als een schenking kan gekwalificeerd worden. Het dient enkel als schenking te worden aanzien bij inkortingsvragen, dit ter bescherming van de rechten van de reservataire erfgenamen. 69 Het Hof liet echter na vast te stellen welke kwalificatie wel gehanteerd diende te worden. Dit stilzwijgen werd dan ook voor het Hof van Cassatie door de Belgische Staat ingeroepen als onderdeel van het eerste middel Net als in de rechtspraak is er ook in de rechtsleer niet meteen een eenduidig antwoord terug te vinden op deze prangende vraag. 43. Zo waren de professoren H. CASMAN en A. VERBEKE, reeds voor het arrest van het Hof van Beroep te Antwerpen, de mening toegedaan dat het surplus niet kan worden beschouwd als een huwelijksvoordeel, maar ook niet kon worden gekwalificeerd als een schenking F. BUYSSENS, De sterfhuisclausule na het arrest van het Hof van Cassatie de dato 10 december 2010 en de burgerlijke aansprakelijkheid van de notaris in A.-L. VERBEKE en F. BUYSSENS, Leuvense Notariële Geschriften: Actuele reflecties over notariële materies, Gent, Larcier, 2012, A. CULOT, De sterfhuisclausule bijna dood?, Not Fisc. M. 2011, F. BUYSSENS, De sterfhuisclausule na het arrest van het Hof van Cassatie de dato 10 december 2010 en de burgerlijke aansprakelijkheid van de notaris in A.-L. VERBEKE en F. BUYSSENS, Leuvense Notariële Geschriften: Actuele reflecties over notariële materies, Gent, Larcier, 2012, Antwerpen 24 juni 2008, TEP 2008, F. BUYSSENS, De sterfhuisclausule na het arrest van het Hof van Cassatie de dato 10 december 2010 en de burgerlijke aansprakelijkheid van de notaris, in A.-L. VERBEKE en F. BUYSSENS, Leuvense Notariële Geschriften: Actuele reflecties over notariële materies, Gent, Larcier, 2012, H. CASMAN, Het begrip huwelijksvoordelen, Antwerpen, Maklu, 1976,

22 Het cassatiearrest van 10 december 2010 Zij baseerden zich hiervoor op een letterlijke lezing van artikel 1464, tweede lid BW, dat het volgende bepaalt: Art Het beding van ongelijke verdeling en het beding van verblijving van het gehele gemeenschappelijke vermogen worden niet beschouwd als schenkingen, maar als huwelijksvoorwaarden. Zij worden echter wel als schenkingen beschouwd voor het aandeel boven de helft dat aan de langstlevende echtgenoot wordt toegewezen in de waarde, op de dag der verdeling, van de tegenwoordige of toekomstige goederen die de vooroverleden echtgenoot in het gemeenschappelijk vermogen heeft gebracht door een uitdrukkelijk beding in het huwelijkscontract. 44. Bovenstaand artikel stelt dat dergelijke bedingen als schenkingen kunnen beschouwd worden, maar zegt niet letterlijk dat het surplus ook effectief een schenking is. In samenlezing met artikel 1465 besloten beiden dan ook dat het surplus geen schenking uitmaakt. De regels van het schenkingsrecht zijn daarentegen wel van toepassing ter bescherming van de reservataire erfgenamen, met als gevolg dat het surplus niet beschermd is tegen vragen van inkorting Deze denkwijze is door het Hof van Beroep te Antwerpen overgenomen in het arrest van 24 juni Later kwam A. VERBEKE, die oorspronkelijk de mening was toegedaan dat het surplus geen huwelijksvoordeel was, op dit standpunt terug. Indien men, zo stelt hij, onder de grenzen blijft bepaald in de artikelen 1458, tweede lid, 1464, tweede lid en 1465 BW, betreft het een volkomen huwelijksvoordeel. Indien voorgenoemde grenzen overschreden worden, wordt het surplus een onvolkomen, of inkortbaar huwelijksvoordeel R. BARBAIX sluit zich bij de stelling van A. VERBEKE aan, al opteert hij wel voor een andere terminologie. 75 Barbaix spreekt immers over een aanrekenbaar of nietaanrekenbaar huwelijksvoordeel. Dit omwille van het feit dat een overschrijding van de 72 H. CASMAN en A. VERBEKE, Belastbaarheid van huwelijksvermogensrechtelijke verkrijgingen, NFM 2007, K.F.B.N., Verslagen en debatten van het Comité voor studie en wetgeving, dossier 4374bis met verslag van H. CASMAN, A. VERBEKE, Brussel, Bruylant, 2008, A. VERBEKE, Huwelijksvoordelen. Een tweede Antwerps mijlpaalarrest, TEP 2008, F. BUYSSENS, De sterfhuisclausule na het arrest van het Hof van Cassatie de dato 10 december 2010 en de burgerlijke aansprakelijkheid van de notaris in A.-L. VERBEKE en F. BUYSSENS, Leuvense Notariële Geschriften: Actuele reflecties over notariële materies, Gent, Larcier, 2012,

23 Het cassatiearrest van 10 december 2010 grenzen niet automatisch impliceert dat het beschikbaar deel is overschreden, en omdat de inkorting geen automatische toepassing kent, maar gevorderd dient te worden Professor C. DE WULF gooit het over een andere boeg. Hij is de mening toegedaan dat de optiek van de wetgever erin bestond om het surplus te onderwerpen aan de regels van het schenkingsrecht. Hij is het manifest oneens met bovenstaande stelling, die poneert dat er nergens letterlijk wordt bepaald dat het surplus een schenking is. Dit omwille van het feit dat de wetgever, aldus C. DE WULF, niet letterlijk kon stellen dat het surplus een schenking is, gezien het niet als dusdanig in de schenkingsakte wordt vermeld. Volgens DE WULF gaat het dan ook om een onrechtstreekse schenking, waarbij het huwelijksvoordeel ofwel een dubbele kwalificatie kan krijgen, zijnde deels huwelijksvoordeel, deels schenking, ofwel volledig kan geherkwalificeerd worden als schenking DE VISIE VAN HET HOF VAN CASSATIE A. DE STERFHUISCLAUSULE: EEN HUWELIJKSVOORDEEL? 48. In het arrest van 10 december 2010 ging het Hof van Cassatie dieper in op de vraag of de sterfhuisclausule kan beschouwd worden als een huwelijksvoordeel. Hoewel het Hof niet expliciet stelt dat het sterfhuisbeding als dusdanig een huwelijksvoordeel is, zijn er in het arrest sterke indicaties in die richting terug te vinden Vooreerst valt in het tweede onderdeel in overweging 7 te lezen dat het verblijvingsbeding in een huwelijkscontract, dat het volledig gemeenschappelijk vermogen bij ontbinding van het huwelijksvermogensstelsel om eender welke reden aan de medeechtgenoot toebedeelt, geen overeenkomst over goederen van de nalatenschap van die medeechtgenoot is, maar een overeenkomst over het gehele gemeenschappelijke vermogen. 76 R. BARBAIX, Het sterfhuisbeding. Civielrechtelijke aspecten in R. BARBAIX, N. GEELHAND DE MERXEM en A. VERBEKE, Handboek estate planning bijzonder deel 4: huwelijksvoordelen, Gent, Larcier, 2010, C. DE WULF, Een kritische doorlichting van recente rechtspraak en rechtsleer in verband met de sterfhuisclausule, T.Not. 2008, 468 en N. GEELHAND de MERXEM, Successieplanning: sterfhuisclausule en alternatieven, Brussel, Ehsal-fhs Seminaries, 2012,

24 Het cassatiearrest van 10 december Verder valt in het tweede onderdeel van het arrest in overweging 8 het volgende te lezen: De specifieke bepalingen van het Burgerlijk Wetboek over het huwelijksvermogensrecht verplichten niet tot een kwalificatie als een schenking of een contractuele erfstelling. 51. Overweging 9 stelt: De bescherming die artikel 1464, tweede lid, Burgerlijk Wetboek biedt aan de reservataire erfgenamen, is van overeenkomstige toepassing indien in het huwelijkscontract een verblijvingsbeding werd ingelast dat uitwerking heeft, welke ook de reden van ontbinding van het huwelijksstelsel is en dat gecombineerd werd met een inbreng van eigen goederen in het gemeenschappelijk vermogen door de vooroverleden echtgenoot. 52. Wat het bovenstaande betreft, dient opgemerkt te worden dat de toepassing van art 1464, tweede lid BW echter maar enige betekenis heeft, wanneer deze clausule aan de basis een huwelijksvoordeel is. Zodoende staat het vast dat het ontbreken van een overlevingsvoorwaarde een kwalificatie als huwelijksvoordeel niet in de weg staat. 53. Ook in het derde onderdeel kan een grondslag worden gevonden. Zo stelt het Hof in overweging 11 het volgende: Het onderdeel voert aan dat bedingen van ongelijke verdeling en het verblijvingsbeding van het gehele gemeenschappelijke vermogen slechts als huwelijksvoorwaarden kunnen worden beschouwd wanneer zij afhankelijk zijn van een overlevingsvoorwaarde. Overweging 12 stipuleert dan weer het volgende: Het onderdeel gaat eveneens uit van de foutieve veronderstelling dat door het litigieuze beding werd beschikt over de toekomstige goederen van de nalatenschap van J. V.. Uit het antwoord op het tweede onderdeel blijkt dat die stelling niet kan worden aangenomen. 54. Uit het arrest van het Hof van Cassatie 2010 kan men bijgevolg afleiden dat het Hof meent dat de sterfhuisclausule een huwelijksvoordeel is. De overgrote meerderheid van de rechtsleer is diezelfde mening toegedaan, en volgt dan ook deze civielrechtelijke kwalificatie van het Hof van Cassatie Eén auteur blijft zich hiertegen echter verzetten, zij het ten 79 N. GEELHAND DE MERXEM, De sterfhuisclausule, het Hof van Cassatie, de commentaren in de rechtsleer en de Fiscale Administratie., TEP 2011, afl. 4, A. VERBEKE en R. BARBAIX, Hof van Cassatie bevestigt sterfhuisclausule, RW , A. VERBEKE en R. BARBAIX, Hof van Cassatie bevestigt sterfhuisclausule, RW , F. BUYSSENS, De sterfhuisclausule na het arrest van het Hof van Cassatie van 10 december 2010, T.Fam. 2011, afl. 6, nr. 14,

Handboek Estate Planning Bijzonder Deel... Voorwoord... De auteurs... Verkrijgingen door de langstlevende echtgenoot via huwelijkcontract...

Handboek Estate Planning Bijzonder Deel... Voorwoord... De auteurs... Verkrijgingen door de langstlevende echtgenoot via huwelijkcontract... Inhoudsopgave Handboek Estate Planning Bijzonder Deel..................... Voorwoord.............................................. De auteurs............................................... i iii v DEEL

Nadere informatie

Hof van Cassatie van België

Hof van Cassatie van België 10 DECEMBER 2010 F.08.0102.N/1 Hof van Cassatie van België Arrest Nr. F.08.0102.N BELGISCHE STAAT, vertegenwoordigd door de minister van Financiën, met kantoor te 1000 Brussel, Wetstraat 12, voor wie optreedt

Nadere informatie

De sterfhuisclausule na het arrest van het Hof van Cassatie van 10 december 2010 en na de wijziging van het standpunt van de fiscale administratie

De sterfhuisclausule na het arrest van het Hof van Cassatie van 10 december 2010 en na de wijziging van het standpunt van de fiscale administratie Faculteit Rechtsgeleerdheid Universiteit Gent Academiejaar 2011-12 De sterfhuisclausule na het arrest van het Hof van Cassatie van 10 december 2010 en na de wijziging van het standpunt van de fiscale administratie

Nadere informatie

De sterfhuisclausule

De sterfhuisclausule Stamnr. 20033586 De sterfhuisclausule Noot onder Antwerpen 24 juni 2008 Masterproef notariaat 2008-2009 Promotor: prof. dr. J. Bael Comm.: prof. dr. N. Geelhand Comm.: H. Baert INHOUD INLEIDING... 3 Antwerpen

Nadere informatie

HUWELIJKSVOORDELEN EN SUCCESSIERECHT

HUWELIJKSVOORDELEN EN SUCCESSIERECHT Faculteit Rechtsgeleerdheid Universiteit Gent Academiejaar 2010-11 HUWELIJKSVOORDELEN EN SUCCESSIERECHT Masterproef van de opleiding Master in het notariaat Ingediend door Pieter Steenbrugge Stamnummer:

Nadere informatie

De sterfhuisclausule springlevend

De sterfhuisclausule springlevend Alain-Laurent Verbeke 1 & Renate Barbaix 2 1. De betwisting 130. Het hierna gepubliceerde cassatiearrest van 10 december 2010 bevestigt het arrest van het hof van beroep te Antwerpen van 24 juni 2008 3,

Nadere informatie

Recente evoluties met betrekking tot sterfhuisclausules

Recente evoluties met betrekking tot sterfhuisclausules Faculteit Rechtsgeleerdheid Universiteit Gent Academiejaar 2014-2015 Recente evoluties met betrekking tot sterfhuisclausules Masterproef van de opleiding Master of Laws in het Notariaat Ingediend door

Nadere informatie

1. HET ERFRECHT VAN DE LANGSTLEVENDE ECHTGENOOT EN HET WETTELIJK OF CONVENTIONEEL RECHT VAN TERUG- KEER 2

1. HET ERFRECHT VAN DE LANGSTLEVENDE ECHTGENOOT EN HET WETTELIJK OF CONVENTIONEEL RECHT VAN TERUG- KEER 2 HOOFDSTUK 1 DE WISSELWERKING TUSSEN SCHENKINGEN EN UITERSTE WILSBESCHIKKINGEN Annelies Wylleman Hoofddocent Vakgroep Burgerlijk Recht Universiteit Gent Notaris Lise Voet Assistent Vakgroep Burgerlijk Recht

Nadere informatie

Keuzebeding onder last Analyse en de invloed van de nieuwe antimisbruikbepaling

Keuzebeding onder last Analyse en de invloed van de nieuwe antimisbruikbepaling UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE ACADEMIEJAAR 2014 2015 Keuzebeding onder last Analyse en de invloed van de nieuwe antimisbruikbepaling Masterproef voorgedragen tot het bekomen van

Nadere informatie

Hoe beveilig ik mijn partner?

Hoe beveilig ik mijn partner? Hoe beveilig ik mijn partner? Brussel, 22 oktober 2011 2 Agenda Planning tussen partners Samenwonenden Echtgenoten Civiel- en fiscaal statuut Instrumenten Van testament tot contract 3 Wettelijke bescherming

Nadere informatie

De sterfhuisclausule begraven?

De sterfhuisclausule begraven? =: UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE ACADEMIEJAAR 2014 2015 De sterfhuisclausule begraven? Masterproef voorgedragen tot het bekomen van de graad van Master of Science in de Handelswetenschappen

Nadere informatie

Noot onder Antwerpen 24 juni 2008

Noot onder Antwerpen 24 juni 2008 Faculteit Rechtsgeleerdheid Universiteit Gent Academiejaar 2009-2010 Noot onder Antwerpen 24 juni 2008 Huwelijksvermogensstelsel Erfstelling Masterproef van de opleiding Master in de Rechten Ingediend

Nadere informatie

Inhoud. Inhoud... Titel 1. Juridische aspecten... 1. Hoofdstuk 1. Algemeen... 1

Inhoud. Inhoud... Titel 1. Juridische aspecten... 1. Hoofdstuk 1. Algemeen... 1 p. Inhoud... V Titel 1. Juridische aspecten.... 1 Hoofdstuk 1. Algemeen... 1 Hoofdstuk 2. Algemene beschouwingen over de schenking onder de levenden... 2 Afdeling 1. Definitie...... 2 Afdeling 2. Grondvereisten

Nadere informatie

Successieplanning met verzekeringsproducten in nieuw samengestelde gezinnen

Successieplanning met verzekeringsproducten in nieuw samengestelde gezinnen Successieplanning met verzekeringsproducten in nieuw samengestelde gezinnen Samenlevingsvormen huwelijk wettelijke samenwoning feitelijke samenwoning Doelstellingen bescherming langstlevende echtgenoot

Nadere informatie

GROEPSVERZEKERINGEN EN HET HUWELIJKSVERMOGENSRECHT

GROEPSVERZEKERINGEN EN HET HUWELIJKSVERMOGENSRECHT GROEPSVERZEKERINGEN EN HET HUWELIJKSVERMOGENSRECHT 1. De artikelen 127 en 128 van de Wet van 25 juni 1992 op de Landverzekeringsovereenkomst (WLVO) stelden eertijds het volgende: Artikel 127 WLVO: De aanspraken,

Nadere informatie

INHOUD VOORWOORD... KRONIEK FAMILIAAL VERMOGENSRECHT Coördinatie Prof. Dr. JOHAN DU MONGH... 1. Primair huwelijksvermogensstelsel VEERLE ALLAERTS...

INHOUD VOORWOORD... KRONIEK FAMILIAAL VERMOGENSRECHT Coördinatie Prof. Dr. JOHAN DU MONGH... 1. Primair huwelijksvermogensstelsel VEERLE ALLAERTS... INHOUD VOORWOORD... v DEEL I. KRONIEK FAMILIAAL VERMOGENSRECHT Coördinatie Prof. Dr. JOHAN DU MONGH... 1 Hfdst. I. Primair huwelijksvermogensstelsel VEERLE ALLAERTS... 3 I. Algemeen... 3 II. Verplichting

Nadere informatie

INHOUD. VOORWOORD... v. KRONIEK FAMILIAAL VERMOGENSRECHT Prof. Dr. Johan Du Mongh Primair huwelijksvermogensstelsel Veerle Allaerts...

INHOUD. VOORWOORD... v. KRONIEK FAMILIAAL VERMOGENSRECHT Prof. Dr. Johan Du Mongh Primair huwelijksvermogensstelsel Veerle Allaerts... INHOUD VOORWOORD.................................................... v DEEL I. KRONIEK FAMILIAAL VERMOGENSRECHT Prof. Dr. Johan Du Mongh.............................. 1 Hfdst. I. Primair huwelijksvermogensstelsel

Nadere informatie

Het finaal verrekenbeding: enkele rechtsvragen Noot onder Antwerpen 19 mei 2015

Het finaal verrekenbeding: enkele rechtsvragen Noot onder Antwerpen 19 mei 2015 Faculteit Rechtsgeleerdheid Universiteit Gent Academiejaar 2016-2017 Het finaal verrekenbeding: enkele rechtsvragen Noot onder Antwerpen 19 mei 2015 Masterproef van de opleiding Master in het Notariaat

Nadere informatie

PLANNEN ZONDER SCHENKEN. Legal Counsel Wealth Analysis & Planning

PLANNEN ZONDER SCHENKEN. Legal Counsel Wealth Analysis & Planning PLANNEN ZONDER SCHENKEN Legal Counsel Wealth Analysis & Planning Inhoud Inleiding Planning via huwelijkscontract Planning via testament Beding van aanwas Besluit 2 Inhoud Inleiding Planning via huwelijkscontract

Nadere informatie

VOORWOORD...v. KRONIEK FAMILIAAL VERMOGENSRECHT Coördinatie Prof. Dr. JOHAN DU MONGH...1. Primair huwelijksvermogensstelsel VEERLE ALLAERTS...

VOORWOORD...v. KRONIEK FAMILIAAL VERMOGENSRECHT Coördinatie Prof. Dr. JOHAN DU MONGH...1. Primair huwelijksvermogensstelsel VEERLE ALLAERTS... VOORWOORD...v DEEL I. KRONIEK FAMILIAAL VERMOGENSRECHT Coördinatie Prof. Dr. JOHAN DU MONGH...1 Hfdst I. Primair huwelijksvermogensstelsel VEERLE ALLAERTS...3 I. Algemeen...3 II. Verplichting tot hulp

Nadere informatie

Erfrecht. Wie erft wat?

Erfrecht. Wie erft wat? Erfrecht. Wie erft wat? Alle vragen rond erfenis en testament, kort en begrijpelijk uitgelegd. Iven De Hoon Wie erft wat? Alle vragen rond erfenis en testament, kort en begrijpelijk uitgelegd. Lees nu

Nadere informatie

Verkrijgingen door de langstlevende echtgenoot via huwelijkcontract

Verkrijgingen door de langstlevende echtgenoot via huwelijkcontract HOOFDSTUK I VERKRIJGINGEN DOOR DE LANGSTLEVENDE ECHTGENOOT VIA HUWELIJKCONTRACT Hoofdstuk I Verkrijgingen door de langstlevende echtgenoot via huwelijkcontract 1. Echtgenoten kunnen in hun huwelijkscontract

Nadere informatie

De anti-misbruikbepaling in de registratie- en successierechten Invloed op technieken van successieplanning

De anti-misbruikbepaling in de registratie- en successierechten Invloed op technieken van successieplanning De anti-misbruikbepaling in de registratie- en successierechten Invloed op technieken van successieplanning door Karl Ruts, Leo Stevens & Cie A. TOEPASSELIJKE WETTEKSTEN ANTI-MISBRUIKBEPALINGEN Door de

Nadere informatie

NIEUWSFLASH SUCCESSIERECHTEN OP AFKOOPWAARDE LEVENSVERZEKERINGEN

NIEUWSFLASH SUCCESSIERECHTEN OP AFKOOPWAARDE LEVENSVERZEKERINGEN NIEUWSFLASH SUCCESSIERECHTEN OP AFKOOPWAARDE LEVENSVERZEKERINGEN Dit nieuwsbericht is enkel voor informatie doeleinden bestemd. Ondanks het feit dat aan dit nieuwsbericht de gebruikelijke zorg is besteed,

Nadere informatie

Omzendbrief 2014/2 ///////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////

Omzendbrief 2014/2 /////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////// Omzendbrief 2014/2 /////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////// Omzendbrief betreffende art. 3.17.0.0.2 van de Vlaamse Codex

Nadere informatie

Successierechten. Maandelijkse nieuwsbrief verschijnt niet in juli

Successierechten. Maandelijkse nieuwsbrief verschijnt niet in juli Successierechten Nr. 8 1 september 2016 Maandelijkse nieuwsbrief verschijnt niet in juli Afgiftekantoor Brussel X P 2A9331 Inhoud p. Rechtspraak Schuld uit keuzebeding onder last bij het tweede overlijden

Nadere informatie

Enkele belangrijke begrippen en afkortingen

Enkele belangrijke begrippen en afkortingen 35 Enkele belangrijke begrippen en afkortingen De volgende lijst geeft een beknopte omschrijving 3 van enkele juridische termen die in dit boek aan bod komen, en dient enkel om die begrippen beter te kunnen

Nadere informatie

Vermogensplanning & de antimisbruikbepaling: of over een aangekondigde tsunami die er geen blijkt te zijn

Vermogensplanning & de antimisbruikbepaling: of over een aangekondigde tsunami die er geen blijkt te zijn VERMOGEN // 29.06.2012 Vermogensplanning & de antimisbruikbepaling: of over een aangekondigde tsunami die er geen blijkt te zijn Auteurs: Jan Sandra, Stijn Lamote Tot voor 1 juni 2012 was geen antimisbruikbepaling

Nadere informatie

16 februari 2015. Deze omzendbrief vervangt vanaf 1 januari 2015 de omzendbrief 2014/2. Inhoudstabel

16 februari 2015. Deze omzendbrief vervangt vanaf 1 januari 2015 de omzendbrief 2014/2. Inhoudstabel Omzendbrief 2015/1 ///////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////// Omzendbrief betreffende art. 3.17.0.0.2

Nadere informatie

Deel 1. Naar wie gaat uw nalatenschap?

Deel 1. Naar wie gaat uw nalatenschap? INHOUDSTAFEL Deel 1. Naar wie gaat uw nalatenschap? 1. Een aantal principes.................................................... 1 2. De zeven basisregels van het erfrecht....................................

Nadere informatie

HANDBOEK BURGERLIJK RECHT

HANDBOEK BURGERLIJK RECHT RENE DEKKERS HANDBOEK BURGERLIJK RECHT DEEL IV Huwelijksstelsels - Erfrecht - Giften DERDE UITGAVE BEWERKT DOOR HELENE CASMAN Gewoon Hoogleraar Vrije Universiteit Brussel Hoogleraar Université Libre de

Nadere informatie

ACTUELE KNELPUNTEN FAMILIAAL VERMOGENSRECHT

ACTUELE KNELPUNTEN FAMILIAAL VERMOGENSRECHT ACTUELE KNELPUNTEN FAMILIAAL VERMOGENSRECHT ACTUELE KNELPUNTEN FAMILIAAL VERMOGENSRECHT Renate Barbaix Alain Laurent Verbeke (eds.) Antwerpen Cambridge Actuele knelpunten familiaal vermogensrecht Renate

Nadere informatie

Handboek Estate Planning Bijzonder Deel... Voorwoord...

Handboek Estate Planning Bijzonder Deel... Voorwoord... Inhoudstafel Handboek Estate Planning Bijzonder Deel..................... Voorwoord.............................................. i iii ALGEMEEN DEEL........................................... 1 Inleiding.................................................

Nadere informatie

Antimisbruikbepaling - Fiscaal misbruik - Toepassingsgevallen - Registratie- en successierecht

Antimisbruikbepaling - Fiscaal misbruik - Toepassingsgevallen - Registratie- en successierecht Circulaire nr. 5/2013 (vervangt Circ. Nr. 8/2012) dd. 10.04.2013 Antimisbruikbepaling - Fiscaal misbruik - Toepassingsgevallen - Registratie- en successierecht Federale Overheidsdienst FINANCIEN Algemene

Nadere informatie

DE CLAUSULES DIE EEN REGELING VOORZIEN BIJ OVERLIJDEN VAN EEN ECHTGENOOT IN DE GEMEENSCHAPSSTELSELS

DE CLAUSULES DIE EEN REGELING VOORZIEN BIJ OVERLIJDEN VAN EEN ECHTGENOOT IN DE GEMEENSCHAPSSTELSELS Faculteit Rechtsgeleerdheid Universiteit Gent Academiejaar 2008-2009 DE CLAUSULES DIE EEN REGELING VOORZIEN BIJ OVERLIJDEN VAN EEN ECHTGENOOT IN DE GEMEENSCHAPSSTELSELS Masterproef van de opleiding Master

Nadere informatie

INHOUDSOPGAVE ADLOCUTIO ROGERUM DILLEMANS HONORIFICANS FAMILIAAL VERMOGENSBEHEER IN RECENTE NATIONALE EN EUROPESE RECHTSPRAAK

INHOUDSOPGAVE ADLOCUTIO ROGERUM DILLEMANS HONORIFICANS FAMILIAAL VERMOGENSBEHEER IN RECENTE NATIONALE EN EUROPESE RECHTSPRAAK INHOUDSOPGAVE ADLOCUTIO ROGERUM DILLEMANS HONORIFICANS... v FAMILIAAL VERMOGENSBEHEER IN RECENTE NATIONALE EN EUROPESE RECHTSPRAAK Walter PINTENS...1 I. Inleiding...3 II. Huwelijksvoordelen...4 1. Artikel

Nadere informatie

Is familiale vermogens- en successieplanning voortaan een fiscaal misbruik? Verduidelijking door de fiscus

Is familiale vermogens- en successieplanning voortaan een fiscaal misbruik? Verduidelijking door de fiscus Is familiale vermogens- en successieplanning voortaan een fiscaal misbruik? Verduidelijking door de fiscus Op 1 juni 2012 is de nieuwe algemene anti-misbruikbepaling op het gebied van registratie- en successierechten

Nadere informatie

DE OORZAAK VAN EISBAARHEID VAN DE SUCCESSIERECHTEN...

DE OORZAAK VAN EISBAARHEID VAN DE SUCCESSIERECHTEN... Successierechten 1. INLEIDING...2 A. OMSCHRIJVING...2 B. ONDERSCHEID...2 1 Het eigenlijk successierechten...2 2 Het recht van overgang bij overlijden...2 3 Oneigenlijke gewestelijke belasting...2 4 Ontstaan

Nadere informatie

privé-vermogenvermogen

privé-vermogenvermogen FAMILIAAL VERMOGENSRECHT VENNOOTSCHAPSRECHT Inleiding Prof. Dr. Johan Du Mongh KU Leuven Advocaat Johan Du Mongh 1 Johan Du Mongh 2 Het huwelijksgoederenrecht speelt op het ogenblik van inbreng van privé-vermogenvermogen

Nadere informatie

Zuivere scheiding van goederen en het probleem van de koude uitsluiting: is het verrekenbeding de oplossing?

Zuivere scheiding van goederen en het probleem van de koude uitsluiting: is het verrekenbeding de oplossing? Faculteit Rechtsgeleerdheid Zuivere scheiding van goederen en het probleem van de koude uitsluiting: is het verrekenbeding de oplossing? Sofie Vandeputte 01310080 Masterproef voor de opleiding Master in

Nadere informatie

Persoonlijke kopie van ()

Persoonlijke kopie van () PATRIMONIUM 2007 REDACTIERAAD PATRIMONIUM Prof. Dr. Walter Pintens (voorzitter redactieraad) Prof. Dr. Johan Du Mongh (hoofdredacteur) Charlotte Declerck PATRIMONIUM 2007 Prof. Dr. WALTER PINTENS Prof.

Nadere informatie

Inhoud. Deel 1 Huwelijksvermogensrecht 17. Inleiding 13

Inhoud. Deel 1 Huwelijksvermogensrecht 17. Inleiding 13 Inhoud Inleiding 13 Deel 1 Huwelijksvermogensrecht 17 Hoofdstuk 1 Inleiding 19 Hoofdstuk 2 Het wettelijk stelsel 25 1 Algemeen 25 2 Samenstelling van het vermogen: actief 27 2.1 Het gemeenschappelijk vermogen

Nadere informatie

Instelling. Cazimir. Onderwerp. VLABEL spreekt zich uit over langst-leeft-al-heeft-beding of verblijvingsbeding. Datum.

Instelling. Cazimir.  Onderwerp. VLABEL spreekt zich uit over langst-leeft-al-heeft-beding of verblijvingsbeding. Datum. Instelling Cazimir www.cazimir.be Onderwerp VLABEL spreekt zich uit over langst-leeft-al-heeft-beding of verblijvingsbeding Datum 17 juli 2016 Copyright and disclaimer De inhoud van dit document kan onderworpen

Nadere informatie

De gezinswoning voor 99,6 % legateren aan de langstlevende?

De gezinswoning voor 99,6 % legateren aan de langstlevende? De gezinswoning voor 99,6 % legateren aan de langstlevende? De laatste tijd komen steeds vaker testamenten voor waarbij de ene echtgenoot aan de andere 99,6 % van de gezinswoning in volle eigendom legateert

Nadere informatie

De Private Stichting als modern alternatief voor successieplanning van ouders met een zorgenkind

De Private Stichting als modern alternatief voor successieplanning van ouders met een zorgenkind De Private Stichting als modern alternatief voor successieplanning van ouders met een zorgenkind Annick Buggenhout Adviseur Estate Planning 18/10/2014 1 Agenda Uitgangspunt (praktijkvoorbeeld) Geen planning:

Nadere informatie

KRONIEK FAMILIAAL VERMOGENSRECHT Prof. Dr. Johan Du Mongh en Dr. Charlotte Declerck.. 1

KRONIEK FAMILIAAL VERMOGENSRECHT Prof. Dr. Johan Du Mongh en Dr. Charlotte Declerck.. 1 INHOUD VOORWOORD.................................................... v DEEL I. KRONIEK FAMILIAAL VERMOGENSRECHT Prof. Dr. Johan Du Mongh en Dr. Charlotte Declerck.. 1 Hfdst. I. Primair huwelijksvermogensstelsel

Nadere informatie

Faculteit Rechtsgeleerdheid Universiteit Gent Academiejaar

Faculteit Rechtsgeleerdheid Universiteit Gent Academiejaar Faculteit Rechtsgeleerdheid Universiteit Gent Academiejaar 2009-2010 Het verbod van erfovereenkomsten bij de echtscheiding door onderlinge toestemming Masterproef van de opleiding Master in het notariaat

Nadere informatie

HOOFDSTUK 4. De reserve

HOOFDSTUK 4. De reserve HOOFDSTUK 4 De reserve 35. Grondbeginsel De wet (BW, art. 913 en volgende) legt een reserve vast ten gunste van sommige wettelijke erfgenamen (de wettige bloedverwanten in opgaande lijn, de bloedverwanten

Nadere informatie

HET (NIEUWE) ERFRECHT ANNO 2018

HET (NIEUWE) ERFRECHT ANNO 2018 HET (NIEUWE) ERFRECHT ANNO 2018 INLEIDING AGENDA INLEIDING ERFRECHT ERFBELASTING WIJZIGING RESERVE WIJZIGING REGELS INBRENG ERFOVEREENKOMSTEN CASUS INLEIDING HERVORMING ERFRECHT NOODZAKELIJK Het erfrecht

Nadere informatie

www.mentorinstituut.be

www.mentorinstituut.be www.mentorinstituut.be Fiscaal misbruik in vermogensstructurering en successieplanning Brussel, 20 oktober 2012 J. Ruysseveldt 2 Agenda Nieuwe fiscale misbruikbepaling inzake registratie- en successierechten

Nadere informatie

Het Vlaams Decreet van 19 december 2003 in werking sinds 1 januari 2004 wijzigt het schenkingsrecht in Vlaanderen.

Het Vlaams Decreet van 19 december 2003 in werking sinds 1 januari 2004 wijzigt het schenkingsrecht in Vlaanderen. DE NIEUWE VLAAMSE SCHENKINGSRECHTEN Wettelijk kader Het Vlaams Decreet van 19 december 2003 in werking sinds 1 januari 2004 wijzigt het schenkingsrecht in Vlaanderen. Tariefherschikking : art 131 W.Reg

Nadere informatie

Estate planning met behulp van Belgisch huwelijksvermogensrecht

Estate planning met behulp van Belgisch huwelijksvermogensrecht Estate planning met behulp van Belgisch huwelijksvermogensrecht Mr. Theo C. Hoogwout 1 Nederlanders die emigreren naar België, kunnen gebruik maken van de mogelijkheden die het Belgische huwelijksvermogensrecht

Nadere informatie

Finaal verrekenbeding: civielrechtelijk en fiscaalrechtelijk

Finaal verrekenbeding: civielrechtelijk en fiscaalrechtelijk Het finaal verrekenbeding Finaal verrekenbeding: civielrechtelijk en fiscaalrechtelijk performant bevonden! Renate BARBAIX Docent UA, Docent Postgraduaat Estate Planning VUB/ULB, Advocaat GREENILLE Alain-Laurent

Nadere informatie

FAMILIAAL VERMOGENSRECHT IN 143 UITSPRAKEN

FAMILIAAL VERMOGENSRECHT IN 143 UITSPRAKEN FAMILIAAL VERMOGENSRECHT IN 143 UITSPRAKEN Walter PINTENS Hoogleraar K.U. Leuven Frank BUYSSENS Assistent K.U. Leuven Huwelijksvermogensstelsels Schenkingen Erfenissen - Testamenten Familiale Schikkingen

Nadere informatie

Impact hervorming van het federale erfrecht op de Vlaamse erfbelasting

Impact hervorming van het federale erfrecht op de Vlaamse erfbelasting Impact hervorming van het federale erfrecht op de Vlaamse erfbelasting Hoorzitting, Vlaams Parlement, 20 februari 2018 1 Inleiding / agenda Verwijzing naar het verslag van de hoorzitting van 6 februari

Nadere informatie

INHOUD. Deel I. Privaatrechtelijke aspecten... 1

INHOUD. Deel I. Privaatrechtelijke aspecten... 1 Deel I. Privaatrechtelijke aspecten..... 1 Hoofdstuk 1. Wettelijk kader van het samenwonen.... 3 1. Wet inwerkingtreding......... 5 2. Civielrechtelijk begrip wettelijke samenwoning..... 5 3. Verklaring

Nadere informatie

BEDINGEN VAN AANWAS EN TERUGVALLING

BEDINGEN VAN AANWAS EN TERUGVALLING Faculteit Rechtsgeleerdheid Universiteit Gent Academiejaar 2014-2015 BEDINGEN VAN AANWAS EN TERUGVALLING INZAKE REGISTRATIE- EN SUCCESSIERECHTEN Masterproef van de opleiding Master na master in het notariaat

Nadere informatie

Frédéric Vansteenkiste Stamnr.: FISCALE SUCCESSIEPLANNING IN EXTREMIS

Frédéric Vansteenkiste Stamnr.: FISCALE SUCCESSIEPLANNING IN EXTREMIS Stamnr.:00906915 FISCALE SUCCESSIEPLANNING IN EXTREMIS Masterproef notariaat 2009-2010 Promotor: Prof. Dr. N. Geelhand Comm.: D. Cottenie INHOUDSTAFEL DEEL I INLEIDING SITUERING PROBLEEMSTELLING... 1

Nadere informatie

HET ENE VRUCHTGEBRUIK IS HET ANDERE NIET.

HET ENE VRUCHTGEBRUIK IS HET ANDERE NIET. HET ENE VRUCHTGEBRUIK IS HET ANDERE NIET. R. KUMPEN Wanneer in erfrechtelijke dossiers het woord vruchtgebruik (VG) opduikt ontstaat vaak de grootste verwarring, vandaar deze nota voor enige toelichting.

Nadere informatie

Begripsbepaling H OOFDSTUK

Begripsbepaling H OOFDSTUK H OOFDSTUK Begripsbepaling I 1. WETTELIJKE DEFINITIE Artikel 1075 van het Belgisch Burgerlijk Wetboek (hierna BW) bepaalt: De vader, de moeder en andere bloedverwanten in de opgaande lijn kunnen hun goederen

Nadere informatie

www.mentorinstituut.be

www.mentorinstituut.be www.mentorinstituut.be Weg met Napoleon erfenissen op maat! Finance Day, 1 juni 2013 2 Agenda Voorstellen justitieminister Beleidsnota 9 januari 2013 Belgisch erfrecht: ingewikkeld star niet aangepast

Nadere informatie

ERFENIS, SCHENKING EN SUCCESSIERECHTEN. Advocaten Meersman & Van Keer Willem Tellstraat 22 9000 GENT 09 225 80 30

ERFENIS, SCHENKING EN SUCCESSIERECHTEN. Advocaten Meersman & Van Keer Willem Tellstraat 22 9000 GENT 09 225 80 30 ERFENIS, SCHENKING EN SUCCESSIERECHTEN. Advocaten Meersman & Van Keer Willem Tellstraat 22 9000 GENT 09 225 80 30 ERVEN. 1. Erfgenamen kun je kiezen voor zover de reservataire erfgenamen hun deel krijgen.

Nadere informatie

Successieplanning. Jan Van Ermengem Notaris te Meerhout

Successieplanning. Jan Van Ermengem Notaris te Meerhout Successieplanning Jan Van Ermengem Notaris te Meerhout Inhoud 1. Hoe wordt het huwelijksvermogen verdeeld bij overlijden? 2. Hoe wordt de nalatenschap verdeeld? 3. Hoe worden successierechten berekend?

Nadere informatie

'HVWHUIKXLVFODXVXOHILVFDDORQWNOHHG

'HVWHUIKXLVFODXVXOHILVFDDORQWNOHHG 'HVWHUIKXLVFODXVXOHILVFDDORQWNOHHG 6WHYHQ9DQGHQ'DHOHQ Onder wetenschappelijke begeleiding van Christoph Castelein 1,1/(,',1* ³/LHIGHLV«HONDDUHHQYHUEOLMYLQJVEHGLQJWRHNHQQHQ. Het zou een plaatje zijn dat

Nadere informatie

Successieplanning via levensverzekering en huwelijkscontract. Brussel, 23 oktober 2010

Successieplanning via levensverzekering en huwelijkscontract. Brussel, 23 oktober 2010 Successieplanning via levensverzekering en huwelijkscontract Brussel, 23 oktober 2010 Inhoud Agenda 1. Successieplanning via levensverzekering 2. Belang huwelijkscontract Instrumenten Instrumenten tot

Nadere informatie

INHOUD. Hoofdstuk IV. Ongeldigheid van het huwelijkscontract... 48 TITEL II DE VERSCHILLENDE HUWELIJKSSTELSELS... 51

INHOUD. Hoofdstuk IV. Ongeldigheid van het huwelijkscontract... 48 TITEL II DE VERSCHILLENDE HUWELIJKSSTELSELS... 51 INHOUD BOEK VIII. HUWELIJKSSTELSELS.... 1 Inleiding... 3 TITEL I HET HUWELIJKSCONTRACT.... 5 Hoofdstuk I. Inleiding.... 5 Hoofdstuk II. Inhoud van het huwelijkscontract.... 10 Afdeling I. Huwelijksovereenkomsten....

Nadere informatie

Inbreng en uitbreng: planning door middel van de huwelijksgemeenschap en de antimisbruikbepaling

Inbreng en uitbreng: planning door middel van de huwelijksgemeenschap en de antimisbruikbepaling UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE ACADEMIEJAAR 2014 2015 Inbreng en uitbreng: planning door middel van de huwelijksgemeenschap en de antimisbruikbepaling Masterproef voorgedragen tot

Nadere informatie

Auteur. Elfri De Neve. Onderwerp. Geregistreerde schenkingen om successierechten te vermijden. Copyright and disclaimer

Auteur. Elfri De Neve.  Onderwerp. Geregistreerde schenkingen om successierechten te vermijden. Copyright and disclaimer Auteur Elfri De Neve www.elfri.be Onderwerp Geregistreerde schenkingen om successierechten te vermijden Copyright and disclaimer Gelieve er nota van te nemen dat de inhoud van dit document onderworpen

Nadere informatie

Rolnummer 3444. Arrest nr. 170/2005 van 23 november 2005 A R R E S T

Rolnummer 3444. Arrest nr. 170/2005 van 23 november 2005 A R R E S T Rolnummer 3444 Arrest nr. 170/2005 van 23 november 2005 A R R E S T In zake : de prejudiciële vraag betreffende de artikelen 299, 300 en 1429 van het Burgerlijk Wetboek, gesteld door de Rechtbank van eerste

Nadere informatie

Bedenkingen bij schenkingen van onroerende goederen tussen echtgenoten. Hoe verrekenen ten tijde van de afwikkeling van de nalatenschap?

Bedenkingen bij schenkingen van onroerende goederen tussen echtgenoten. Hoe verrekenen ten tijde van de afwikkeling van de nalatenschap? Bedenkingen bij schenkingen van onroerende goederen tussen echtgenoten. Hoe verrekenen ten tijde van de afwikkeling van de nalatenschap? Elisabeth DE NOLF en Bénédicte VAN DER HEYDE Nieuwsbrief Notariaat,

Nadere informatie

DOSSIER. De Burgerlijke Maatschap

DOSSIER. De Burgerlijke Maatschap DOSSIER De Burgerlijke Maatschap U wil uw beleggingsportefeuille nu al aan uw kinderen schenken, maar tegelijk wenst u ook controle te blijven houden en inkomsten te ontvangen? In dat geval kan de burgerlijke

Nadere informatie

Rolnummer 2704. Arrest nr. 109/2003 van 22 juli 2003 A R R E S T

Rolnummer 2704. Arrest nr. 109/2003 van 22 juli 2003 A R R E S T Rolnummer 2704 Arrest nr. 109/2003 van 22 juli 2003 A R R E S T In zake : de prejudiciële vraag over artikel 1, 3, eerste lid, van artikel III, overgangsbepalingen, van de wet van 14 juli 1976 betreffende

Nadere informatie

Oefening 5: de aangifte van nalatenschap inbreng van schenkingen

Oefening 5: de aangifte van nalatenschap inbreng van schenkingen 201501 - Vlaamse Erfbelasting - Oefeningen.book Page i Tuesday, January 20, 2015 1:28 PM Woord vooraf...................................................... 1 Inleiding...........................................................

Nadere informatie

Inhoud. Deel 1 Analyse van de situatie 17. Woord vooraf 3 Inleiding 11

Inhoud. Deel 1 Analyse van de situatie 17. Woord vooraf 3 Inleiding 11 Inhoud Woord vooraf 3 Inleiding 11 Deel 1 Analyse van de situatie 17 Hoofdstuk 1 Inleiding 19 Hoofdstuk 2 De persoonlijke situatie 23 1 Inleiding 23 2 De familiale aspecten 23 2.1 De huidige burgerlijke

Nadere informatie

Er wordt verwezen naar de Circulaire nr. 4 van 4 mei 2012. Huidige circulaire wijzigt in niets deze eerste circulaire. * * *

Er wordt verwezen naar de Circulaire nr. 4 van 4 mei 2012. Huidige circulaire wijzigt in niets deze eerste circulaire. * * * Federale Overheidsdienst FINANCIEN Algemene Administratie van de PATRIMONIUMDOCUMENTATIE Sector registratie Dienst VI - Directies VI/8&9 Dossier nr. EE/L.214 Antimisbruikbepaling Toepassing gevallen fiscaal

Nadere informatie

1. (Een gewone) hand- en/of bankgift

1. (Een gewone) hand- en/of bankgift 1. (Een gewone) hand- en/of bankgift 1.1. WAT HOUDT ZO N HAND- OF BANKGIFT PRECIES IN? 1.1.1. Schenken zonder schenkingsrechten! Schenking is in principe notarieel. Dat is in ieder geval het basisprincipe

Nadere informatie

DE INBRENG VAN GIFTEN IN HET NIEUWE ERFRECHT

DE INBRENG VAN GIFTEN IN HET NIEUWE ERFRECHT DE INBRENG VAN GIFTEN IN HET NIEUWE ERFRECHT Aantal woorden: 23.022 Jean-Baptiste Louagie Studentennummer: 01104315 Promotor: Prof. dr. Jan Bael Commissaris: Elise Maes Masterproef voorgelegd voor het

Nadere informatie

HET VERBOD VAN ERFOVEREENKOMSTEN BIJ DE

HET VERBOD VAN ERFOVEREENKOMSTEN BIJ DE Faculteit Rechtsgeleerdheid Universiteit Gent Academiejaar 2010-11 HET VERBOD VAN ERFOVEREENKOMSTEN BIJ DE ECHTSCHEIDING DOOR ONDERLINGE TOESTEMMING Masterproef van de opleiding Master in de rechten Ingediend

Nadere informatie

Het erfrecht van de langstlevende wettelijk samenwonende en de problematiek van de inbreng en de inkorting

Het erfrecht van de langstlevende wettelijk samenwonende en de problematiek van de inbreng en de inkorting Faculteit Rechtsgeleerdheid Universiteit Gent Academiejaar 2009-10 Het erfrecht van de langstlevende wettelijk samenwonende en de problematiek van de inbreng en de inkorting Masterproef van de opleiding

Nadere informatie

Instelling. Onderwerp. Datum

Instelling. Onderwerp. Datum Instelling Federale Overheidsdienst Financiën Onderwerp Circulaire nr. 16/2006. Levensverzekeringen - Echtgenoten gehuwd onder een stelsel van gemeenschap van goederen. Datum 31 juli 2006 Copyright and

Nadere informatie

INHOUD. VOORWOORD... v. KRONIEK FAMILIAAL VERMOGENSRECHT Prof. Dr. Charlotte Declerck Primair huwelijksvermogensstelsel Veerle Allaerts...

INHOUD. VOORWOORD... v. KRONIEK FAMILIAAL VERMOGENSRECHT Prof. Dr. Charlotte Declerck Primair huwelijksvermogensstelsel Veerle Allaerts... INHOUD VOORWOORD.................................................... v DEEL I. KRONIEK FAMILIAAL VERMOGENSRECHT Prof. Dr. Charlotte Declerck........................ 1 Hfdst. I. Primair huwelijksvermogensstelsel

Nadere informatie

RECHTSPRAAKFICHES FAMILIAAL VERMOGENSRECHT

RECHTSPRAAKFICHES FAMILIAAL VERMOGENSRECHT RECHTSPRAAKFICHES FAMILIAAL VERMOGENSRECHT RECHTSPRAAKFICHES FAMILIAAL VERMOGENSRECHT 2 Alain Laurent Verbeke Renate Barbaix Elisabeth Adriaens Elise Goossens Ariadne Van den Broeck (eds.) Rector Roger

Nadere informatie

Structuur van het volume Schenking

Structuur van het volume Schenking Voorwoord Inbedding Dit boek is het tweede volume van het Handboek Estate Planning, Algemeen Deel. In de voorgaande pagina s kon u nadere uitleg en toelichting vinden bij het globale concept van dit handboek.

Nadere informatie

Faculteit Rechtsgeleerdheid. Academiejaar

Faculteit Rechtsgeleerdheid. Academiejaar Faculteit Rechtsgeleerdheid Academiejaar 2012-2013 Het criterium van de vereffening van het vorige stelsel voor het bepalen van het onderscheid tussen de kleine en de grote wijziging aan het huwelijksvermogensstelsel

Nadere informatie

MAAK IK EEN TESTAMENT? Erven en onterven. Prof. Walter Pintens

MAAK IK EEN TESTAMENT? Erven en onterven. Prof. Walter Pintens MAAK IK EEN TESTAMENT? Erven en onterven Prof. Walter Pintens 1 Wettelijk stelsel 3 vermogens Eigen vermogen Man - Goederen verkregen vóór het huwelijk; - Goederen verkregen tijdens het huwelijk om niet:

Nadere informatie

Zuivere scheiding van goederen

Zuivere scheiding van goederen Zuivere scheiding van goederen Boek 4 / Topic 24 Boek 4 / Topic 24 Zuivere scheiding van goederen ALAIN VERBEKE 174. Het huwelijksvermogensstelsel van de zuivere scheiding van goederen is in theorie een

Nadere informatie

VERGELIJKING HUWELIJK WETTELIJK SAMENWONEN FEITELIJK SAMEWONEN

VERGELIJKING HUWELIJK WETTELIJK SAMENWONEN FEITELIJK SAMEWONEN VERGELIJKING HUWELIJK WETTELIJK SAMENWONEN FEITELIJK SAMEWONEN HUWELIJK WETTELIJK SAMENWONEN FEITELIJK SAMENWONEN = verbintenis tussen 2 ongehuwde personen van verschillend of hetzelfde geslacht die een

Nadere informatie

INHOUDSTAFEL WOORD VOORAF... CONTRACTEN ONDER VOORWAARDE ALAIN VERBEKE & IRIS VERVOORT... 1

INHOUDSTAFEL WOORD VOORAF... CONTRACTEN ONDER VOORWAARDE ALAIN VERBEKE & IRIS VERVOORT... 1 voorwerk.fm Page vii Monday, October 11, 2004 3:26 PM INHOUDSTAFEL WOORD VOORAF....................................... v CONTRACTEN ONDER VOORWAARDE ALAIN VERBEKE & IRIS VERVOORT.........................

Nadere informatie

Decreet 8 december 2017: verrekenbedingen en verblijvingsbedingen onder last nieuwe regeling is discriminatie

Decreet 8 december 2017: verrekenbedingen en verblijvingsbedingen onder last nieuwe regeling is discriminatie Decreet 8 december 2017: verrekenbedingen en verblijvingsbedingen onder last nieuwe regeling is discriminatie Griet VANDEN ABEELE 1 Jessica VANHOVE 2 Vaak bestaat de wens tussen gehuwden om de rechten

Nadere informatie

Sinds oktober 2007: docent Postgraduaat Estate Planning VUB-ULB-Stichting Vermogensplanning (http://www.vub.ac.be/ipavub/pg_estate.html).

Sinds oktober 2007: docent Postgraduaat Estate Planning VUB-ULB-Stichting Vermogensplanning (http://www.vub.ac.be/ipavub/pg_estate.html). Academische fiche Prof. dr. Renate BARBAIX 1. Personalia Naam : Barbaix Voornaam: Renate Geboortedatum: 17/11/1979 Geboorteplaats: Dendermonde Werkadres: Universiteit Antwerpen Faculteit Rechten Campus

Nadere informatie

Auteur. Onderwerp. Datum

Auteur. Onderwerp. Datum Auteur Alain Verbeke Buitengewoon Hoogleraar Leuven, Antwerpen, Tilburg Advocaat Philippe & Partners Onderwerp Vruchtgebruik: creatief met rechthebbenden Datum 1999 Copyright and disclaimer Gelieve er

Nadere informatie

Nieuwe beslissingen VLABEL over erfbelasting

Nieuwe beslissingen VLABEL over erfbelasting Nieuwe beslissingen VLABEL over erfbelasting Het artikel van Cazimir Advocaten dd. 23/01/2017 over de update inzake erfbelasting kunnen wij u niet onthouden. Beding van aanwas en terugvalling (Standpunt

Nadere informatie

Huwelijk, wettelijk samenwonen of feitelijk samenwonen voor partners met kinderen uit een vorige relatie: de voor- en nadelen afgewogen

Huwelijk, wettelijk samenwonen of feitelijk samenwonen voor partners met kinderen uit een vorige relatie: de voor- en nadelen afgewogen Huwelijk, wettelijk samenwonen of feitelijk samenwonen voor partners met kinderen uit een vorige relatie: de voor- en nadelen afgewogen SAMUEL WYNANT 15 mei 2009 Masterproef van de opleiding Master in

Nadere informatie

Over A-A-B en AB-AB-C -verzekeringen: het nieuwe huwelijksvermogensrecht en successierecht, elk zijn eigen logica?

Over A-A-B en AB-AB-C -verzekeringen: het nieuwe huwelijksvermogensrecht en successierecht, elk zijn eigen logica? Over A-A-B en AB-AB-C -verzekeringen: het nieuwe huwelijksvermogensrecht en successierecht, elk zijn eigen logica? Het nieuwe huwelijksvermogensrecht is op 1 september 2018 in werking getreden. Een van

Nadere informatie

Deel 2 Op weg naar een gelijkschakeling, maar toch nog belangrijke verschilpunten

Deel 2 Op weg naar een gelijkschakeling, maar toch nog belangrijke verschilpunten Samenwonen of huwen? Deel 2 Op weg naar een gelijkschakeling, maar toch nog belangrijke verschilpunten In onze vorige nieuwsbrief hebben we de verschillende samenwoningsvormen onder de loep genomen: Wat

Nadere informatie

INTERFERENTIE TUSSEN HUWELIJKSBEDINGEN VAN ONGELIJKE VERDELING EN VERGOEDINGSREKENINGEN

INTERFERENTIE TUSSEN HUWELIJKSBEDINGEN VAN ONGELIJKE VERDELING EN VERGOEDINGSREKENINGEN Faculteit Rechtsgeleerdheid Universiteit Gent Academiejaar 2009-10 INTERFERENTIE TUSSEN HUWELIJKSBEDINGEN VAN ONGELIJKE VERDELING EN VERGOEDINGSREKENINGEN Masterproef van de opleiding Master in het notariaat

Nadere informatie

Conventioneel recht van terugkeer met en zonder optie bij schenkingen

Conventioneel recht van terugkeer met en zonder optie bij schenkingen Faculteit Rechtsgeleerdheid Universiteit Gent Academiejaar 2013-14 Conventioneel recht van terugkeer met en zonder optie bij schenkingen Masterproef van de opleiding Master in het Notariaat Ingediend door

Nadere informatie

Goed geven! Dirk Vercoutter van testament.be 20/09/14

Goed geven! Dirk Vercoutter van testament.be 20/09/14 Goed geven! Dirk Vercoutter van testament.be 20/09/14 Testamenten en legaten Een gebaar voor het leven 1 IS ER LEVEN NA DE DOOD? DE DOOD IS EEN DEEL VAN HET LEVEN. MAAR WAT GEBEURT ER MET MIJN BEZIT ALS

Nadere informatie

Inhoudstafel...I. Inleiding... 2

Inhoudstafel...I. Inleiding... 2 Inhoudstafel Inhoudstafel...I Inleiding... 2 Hoofdstuk 1. Stiefkinderen... 3 Afdeling 1. Overdrachten om niet ten gevolge van overlijden: successierechten... 3 1. Het overlijden van de stiefouder... 4

Nadere informatie

Notariële actualiteit

Notariële actualiteit Notariële actualiteit 2012-2013 LNG 15 KU Leuven Faculteit Rechtsgeleerdheid Centrum voor Notariaat Leuvense Notariële Geschriften Notariële actualiteit 2012-2013 Frank Buyssens Alain Laurent Verbeke (eds.)

Nadere informatie