DE INBRENG VAN GIFTEN IN HET NIEUWE ERFRECHT
|
|
- Emma Koning
- 5 jaren geleden
- Aantal bezoeken:
Transcriptie
1 DE INBRENG VAN GIFTEN IN HET NIEUWE ERFRECHT Aantal woorden: Jean-Baptiste Louagie Studentennummer: Promotor: Prof. dr. Jan Bael Commissaris: Elise Maes Masterproef voorgelegd voor het behalen van de graad master in het Notariaat Academiejaar:
2 II
3 Dankwoord Deze masterproef is het resultaat van een uiterst leerrijke, interessante en soms moeizame periode van veel lezen, begrijpen, analyseren en schrijven. Gelukkig kon ik gedurende dit proces rekenen op de steun van heel wat mensen die mij zowel op academisch vlak als op mentaal vlak hebben bijgestaan. Conform de gebruiken wil ik deze personen persoonlijk bedanken. Allereerst wens ik mijn promotor, professor dr. JAN BAEL, en professor dr. ANNELIES WYLLEMAN te bedanken voor hun overzichtelijke uiteenzettingen met betrekking tot mijn onderwerp in de lessen van zowel het notarieel burgerlijk recht als het opstellen van akten. Dit stelde mij in staat om met een redelijke voorkennis een meer doelgericht onderzoek te voeren en op een efficiëntere manier tot dit resultaat te komen. Verder wens ik ook mijn commissaris, ELISE MAES, te bedanken voor haar duidelijke feedback en richtlijnen met betrekking tot de aanpak van deze masterproef. Het nagenoeg onmiddellijk antwoorden op mails, de bereidheid om individuele feedback te verschaffen en het aanraden van interessante lectuur heeft een enorm motiverend effect op een student. Hiervoor mijn oprechte dank. Tot slot wil ik tevens heel wat mensen bedanken voor hun niet-academische, doch enorm belangrijke en gewaardeerde mentale steun. Dit zijn in eerste instantie mijn familie en vrienden wiens onvoorwaardelijke steun doorheen mijn volledige academische loopbaan een onontbeerlijke bron van motivatie vormden. Daarnaast wens ik ook mijn collega-studenten te bedanken die de tijd namen om mijn werkstuk te bekijken, te bediscussiëren en mij een vernieuwde kijk op de zaak te verschaffen. Jean-Baptiste Louagie III
4 Inhoudstafel Dankwoord... III Inleiding Algemeen: De inbreng als rechtsfiguur De verplichting tot inbreng in het nieuwe erfrecht (art. 843 BW) DE KWALIFICATIE VAN DE GIFT Vermoedens in het huidige recht Gelijkheid tussen alle erfgenamen Vermoedens in het nieuwe erfrecht Gelijkheid tussen kinderen Schenkingen onder levenden Legaten Weerleggen van de wettelijke vermoedens Herkwalificatie in een latere akte De inbreng van schulden WIE IS TOT INBRENG GEHOUDEN? Algemeen: De begiftigde zelf Uitzondering 1: Plaatsvervulling Uitzondering 2: Inbreng ten behoeve van een derde TUSSENCONCLUSIE De positie van de langstlevende echtgenoot en wettelijk samenwonende partner in het nieuwe erfrecht (art. 858bis BW) HUIDIG RECHT NIEUW ERFRECHT Uitgesloten van inbreng Het wettelijk voortgezet vruchtgebruik als correctief TUSSENCONCLUSIE Hoe gebeurt de inbreng? HUIDIG RECHT INBRENG NAARGELANG HET VOORWERP VAN DE GIFT Onroerende goederen IV
5 Principe Uitzonderingen Roerende goederen NIEUW ERFRECHT EEN INBRENG ONAFHANKELIJK VAN HET VOORWERP VAN DE GIFT Principe Inbreng in waarde (art. 858, 1 BW) Modaliteiten van de inbreng in waarde Inbreng in natura (art. 858, 6 BW) TUSSENCONCLUSIE De waardering HUIDIGE RECHT NIEUW ERFRECHT Algemeen Waarde ten tijde van de schenking Intrinsieke waarde De inbreng van schenkingen Indexering Uitzondering: Onvolledig meesterschap over de geschonken goederen De inbreng van legaten TUSSENCONCLUSIE Overgangsrecht Conclusie Bibliografie WETGEVING RECHTSPRAAK RECHTSLEER V
6 Inleiding 1. Bij wet van 31 juli 2017 werd het erfrecht grondig hervormd. 1 Deze recente wijziging van het Burgerlijk Wetboek houdt onder meer een hervorming van de regels van de reserve, de inbreng en inkorting, de verdeling van de nalatenschap en de erfovereenkomsten in. 2 Hierbij werd gevolg gegeven aan een aantal doelstellingen bepaald in een Regeerakkoord van Deze wet werd op 1 september 2017 gepubliceerd in het Belgisch Staatsblad en treedt op 1 september 2018 in werking. 4 In deze thesis wordt de focus gelegd op één van de kernthema s van de wijziging van het Burgerlijk Wetboek, namelijk de regels betreffende de inbreng. 2. Om de wijzigingen en de impact van het nieuwe erfrecht voldoende duidelijk te illustreren, is een summiere bespreking van de huidige regeling onontbeerlijk. Duidelijkheidshalve zal ik spreken van het nieuwe recht en het huidige recht, doch voor de verwijzingen naar artikels uit het Burgerlijk Wetboek zal een verwijzing naar een artikel uit het huidige recht worden voorafgegaan door het woord oud, terwijl naar de gewijzigde artikels onder het nieuwe erfrecht zal worden verwezen alsof die vandaag reeds van toepassing zijn (dus zonder voorafgaande vermelding). Een andere noodzakelijke terminologische verduidelijking betreft de begrippen gift, schenking, en legaat. Deze termen worden in de rechtsleer door mekaar gebruikt en kunnen tot verwarring leiden. In het kader van deze masterproef wordt onder schenking verstaan een dadelijke en onherroepelijke beschikking bij leven van de geschonken goederen ten voordele van de begiftigde (art. 894 Burgerlijk Wetboek). Een legaat is een beschikking bij testament over het geheel of een deel van de goederen van de beschikker voor de tijd dat hij niet meer in 1 Wet van 31 juli 2017 tot wijziging van het Burgerlijk Wetboek wat de erfenissen en de giften betreft en tot wijziging van diverse andere bepalingen ter zake, BS 1 september MvT, Parl.St. Kamer , nr /001, 6; R. BARBAIX, De inbreng en de inkorting in het nieuwe erfrecht in J. BAEL, R. BARBAIX en H. CASMAN (eds.), Rechtskroniek voor het Notariaat (deel 31), Brugge, die Keure, 2017, 41, nr. 1; R. DEKKERS, H. CASMAN, A.L. VERBEKE en E. ALOFS, Erfrecht & giften, Antwerpen, Intersentia, 2017, xiii-xiv. 3 _Regeerakkoord,pdf, Art. 73 Wet 31 juli
7 leven zal zijn (art. 895 Burgerlijk Wetboek). Het begrip gift is een verzamelterm die zowel de schenkingen als legaten omvat. 3. In deze masterproef tracht ik de, mijns inziens, meest logische en meest verduidelijkende opbouw te volgen. Ik vang aan met een korte begripsanalyse van de figuur van de inbreng, waarbij op de voornaamste kenmerken wordt gewezen. Verder volgt een bespreking van het voorwerp van de inbreng en wie tot inbreng gehouden is. Na het verduidelijken van wanneer tot inbreng moet worden overgegaan, wordt de wijze van inbreng onder het nieuwe erfrecht uiteengezet. Onder een afzonderlijk deeltje volgt een bespreking van de bepaling van de in te brengen waarde. Tot slot volgt een uiteenzetting van het overgangsrecht in het kader van de wet van 31 juli Er wordt namelijk voorzien in een lange overgangsperiode van een jaar en gelet op de mogelijks ingrijpende gevolgen van het nieuwe erfrecht op eventuele reeds gedane vermogensplanning is een bespreking van het overgangsrecht en de mogelijkheid tot het kiezen van de toepasselijke spelregels door middel van een verklaring van behoud noodzakelijk. 4. Met betrekking tot de inbreng blijkt de wetgever een drieledig objectief na te streven. Zo beoogt de wetgever om via een aanpassing van de regels inzake inbreng meer overeenstemming te creëren met de verwachtingen van de burgers, de scheeftrekkingen ten gevolge van de huidige regeling te beperken en een eenvormigheid te bewerkstelligen tussen de regels inzake inbreng en regels inzake inkorting. 5 In deze masterproef zal worden onderzocht of de wetgever in haar opzet is geslaagd. 5 MvT, Parl.St. Kamer , nr /001,
8 1. Algemeen: De inbreng als rechtsfiguur 5. De figuur van de inbreng is gesteund op het principe van de gelijkheid tussen de erfgenamen, dat reeds door de wetgever van 1804 als essentieel werd beschouwd. 6 Dit houdt in dat iedere erfgenaam recht heeft op een gelijk deel van de nalatenschap. 7 Voor de verwezenlijking van dit principe is het toekennen van een gelijk aandeel in de nagelaten goederen bij de verdeling onvoldoende. Men moet tevens rekening houden met de schenkingen die iedere erfgenaam reeds bij leven van de erflater heeft verkregen, aangezien deze de gelijkheid tussen de mede-erfgenamen kunnen verbreken. Hiertoe dient de figuur van de inbreng die kan worden omschreven als een handeling waarbij de wettelijke erfgenaam die van de erflater een gift heeft verkregen, deze gaat inbrengen in de massa van de bestaande goederen om samen met de bij overlijden aanwezige goederen tussen de erfgenamen te verdelen. 8 Het bepalen van de te verdelen massa beperkt zich dus niet tot de goederen die op het ogenblik van overlijden in de nalatenschap aanwezig zijn, maar omvat tevens de in te brengen goederen, verminderd met de nog op de nalatenschap rustende schulden De inbreng is een verdelingsverrichting van erfgenamen voor erfgenamen, dat geschiedt op het moment dat tot de verdeling van de nalatenschap wordt overgegaan. 10 Hierbij gaan we de geschonken goederen terug bijvoegen bij de te verdelen goederen. 11 De goederen die de decujus uit de massa heeft genomen om ze aan een erfgenaam te schenken, moeten door de erfgenaam aldus worden teruggeplaatst in de massa. 6 MvT, Parl.St. Kamer , nr /001,16; R. DEKKERS, H. CASMAN, A.L. VERBEKE en E. ALOFS, Erfrecht & giften, Antwerpen, Intersentia, 2017, 101, nr. 127; M. PUELINCKX-COENE, Inbreng/Vrijstelling van inbreng in A.L. VERBEKE, F. BUYSSENS en H. DERYCKE (eds.), Handboek estate planning algemeen: Vermogensplanning met effect bij leven, schenking, Brussel, Larcier, 2009, 269, nr. 478; M.A. MASSCHELEIN, Schenking bij notariële akte, Gent, Larcier, 2007, 75, nr R. BARBAIX, De inbreng en de inkorting in het nieuwe erfrecht in J. BAEL, R. BARBAIX en H. CASMAN (eds.), Rechtskroniek voor het Notariaat (deel 31), Brugge, die Keure, 2017, 41, nr MvT, Parl.St. Kamer , nr /001,16. 9 R. DEKKERS, H. CASMAN, A.L. VERBEKE en E. ALOFS, Erfrecht & giften, Antwerpen, Intersentia, 2017, 101, nr. 128; A.L. VERBEKE, Nieuw Belgisch erfrecht, RW , nr. 28, 1084; R. BARBAIX, Familiaal vermogensrecht in essentie, Antwerpen, Intersentia, 2015, 256, nr. 624; R. BARBAIX, Het nieuwe erfrecht, Antwerpen, Intersentia, 2017, 189, nr A.L. VERBEKE, Nieuw Belgisch erfrecht, RW , afl. 28, 1084; R. BARBAIX, Familiaal vermogensrecht in essentie, Antwerpen, Intersentia, 2015, 256, nr. 626; J. DU MONGH, Inbreng en inkorting in W. PINTENS (ed.), De vereffening van de nalatenschap, Antwerpen, Intersentia, 2007, 85, nr. 3; R. BARBAIX en A.L. VERBEKE, Beginselen erfrecht, Brugge, die Keure, 2013, 246, nr. 534; R. BARBAIX en A.L. VERBEKE, Hervorming van het erfrecht. Een eerste commentaar bij de wet van 10 december 2012 inzake de onwaardigheid, de plaatsvervulling, de huwelijksvoordelen en de giften, RW , afl. 30, 1173, nr R. BARBAIX, Familiaal vermogensrecht in essentie, Antwerpen, Intersentia, 2015, 256, nr
9 Het feit dat de inbreng een verdelingsverrichting is, brengt met zich mee dat de vordering tot inbreng niet verjaart zolang de verdeling niet is gebeurd, doch ze kan niet meer worden uitgevoerd na de verdeling. 12 De inbreng is echter geen automatisme en moet door de medeerfgenamen worden gevorderd. De vordering tot inbreng is individueel en deelbaar, wat impliceert dat iedere erfgenaam afzonderlijk en voor zichzelf moet beslissen om de vordering al dan niet in te stellen. Een erfgenaam kan verzaken aan het recht de inbreng te vorderen, maar kan dit pas na het openvallen van de nalatenschap, want voordien zou een dergelijke afstand een erfovereenkomst uitmaken die slechts in uitzonderlijke omstandigheden mogelijk is Oud art. 829 Burgerlijk Wetboek schrijft voor dat elke mede-erfgenaam de verkregen schenkingen en de schulden die deze heeft t.a.v. de nalatenschap moet inbrengen, maar toch zijn niet alle giften vatbaar voor inbreng. Zo kan de erflater de bedoeling hebben gehad om de gelijkheid tussen de erfgenamen te doorbreken en een bepaalde erfgenaam iets extra te geven. Dergelijke giften zijn dan vrijgesteld van inbreng, waardoor ze worden aangerekend op het beschikbaar deel en bij overschrijding daarvan ingekort kunnen worden. De inbreng heeft dus enkel betrekking op giften die een erfgenaam heeft verkregen en die niet zijn vrijgesteld van inbreng, i.e. waarbij de schenker niet de bedoeling had de erfgenamen ongelijk te behandelen. 14 Het onderscheid tussen een schenking binnen deel en een schenking met vrijstelling van inbreng is dus cruciaal voor de al dan niet toepassing van de regels betreffende de inbreng (infra nr. 10). 8. De inbreng dient strikt te worden onderscheiden van de inkorting, die een geheel verschillende maatregel met een andere doelstelling is. Daar waar de inbreng een aangelegenheid is die ter sprake komt tussen erfgenamen die de nalatenschap hebben aanvaard, is de inkorting enkel relevant in een context waar er een reservataire erfgenaam tot de nalatenschap komt. 15 De finaliteit van de inbreng is gelegen in het herstellen van de gelijkheid tussen de erfgenamen, terwijl de inkorting er finaal toe strekt de reserve van de reservatairen te garanderen. 16 De inkorting maakt geen deel uit van het onderzoek gevoerd in deze masterproef 12 N. VANDEBEEK, Schenkingen en legaten van onroerende goederen, Mechelen, Kluwer, 2009, 131; Bergen 28 oktober 1997, Rev.trim.dr.fam. 1999, R. BARBAIX, De inbreng en de inkorting in het nieuwe erfrecht in J. BAEL, R. BARBAIX en H. CASMAN (eds.), Rechtskroniek voor het Notariaat (deel 31), Brugge, die Keure, 2017, 44, nr. 9; R. BARBAIX, Het nieuwe erfrecht, Antwerpen, Intersentia, 2017, 192, nr R. BARBAIX en A.L. VERBEKE, Kernbegrippen erfrecht en giften, Brugge, die Keure, 2012, 117, nr M. PUELINCKX-COENE, Inbreng/Vrijstelling van inbreng in A.L. VERBEKE, F. BUYSSENS en H. DERYCKE (eds.), Handboek estate planning algemeen: Vermogensplanning met effect bij leven, schenking, Brussel, Larcier, 2009, 269, nr R. BARBAIX, Familiaal vermogensrecht in essentie, Antwerpen, Intersentia, 2015, 314, nr. 755; Cass. 29 april 2010, AR C N. 4
10 en zal bijgevolg niet verder worden besproken. Voor een heldere uiteenzetting van de inkorting in het nieuwe erfrecht verwijs ik naar de bijdrage van R. BARBAIX in de Rechtskroniek voor het Notariaat De verplichting tot inbreng in het nieuwe erfrecht (art. 843 BW) 2.1. De kwalificatie van de gift 9. In dit onderdeel wordt onderzocht wanneer er sprake is van een verplichting tot inbreng. Een eerste cruciaal element is de kwalificatie van de gift, aangezien niet alle giften moeten ingebracht worden. Zo is het voor de schenker mogelijk om de gift vrij te stellen van inbreng, waardoor van inbreng uiteraard geen sprake kan zijn. In ieder geval moet de gift bestaan uit een materiële verarming in hoofde van de beschikker en een daarmee verband houdende verrijking in hoofde van de begiftigde, die gekenmerkt wordt door een animo donandi. Het feit dat het moet gaan om een materiële verarming betekent dat een kosteloze terbeschikkingstelling van vermogensbestanddelen of een kosteloze dienstenverlening niet in aanmerking komt voor inbreng. 18 Daarnaast voorziet art. 852 Burgerlijk Wetboek uitdrukkelijk in een aantal uitgaven die de erflater eventueel in het voordeel van een erfgenaam zou kunnen doen, maar die niet als een gift mogen worden beschouwd. Die uitgaven hebben betrekking op kosten van voeding, kosten van onderhoud, kosten van opvoeding, kosten van het aanleren van een ambacht, kosten van bruiloft en gebruikelijke geschenken. De gebruikelijkheid van een geschenk moet beoordeeld worden op het moment van de schenking, waarbij men tevens rekening moet houden met het vermogen van de beschikker Een gift kan op twee wijzen worden gekwalificeerd. Enerzijds kan een gift worden gedaan binnen erfdeel 20, d.w.z. dat aan de begiftigde een voordeel wordt toegekend als voorschot op wat deze later zou verkrijgen. Het spreekt voor zich dat er slechts sprake kan zijn van een gift binnen erfdeel wanneer het gaat om een gift aan een erfgenaam. Een niet-erfgenaam heeft geen recht op een erfdeel, waardoor het onmogelijk is om deze bij voorschot op erfdeel 17 R. BARBAIX, De inbreng en de inkorting in het nieuwe erfrecht in J. BAEL, R. BARBAIX en H. CASMAN (eds.), Rechtskroniek voor het Notariaat (deel 31), Brugge, die Keure, 2017, , nrs R. BARBAIX, De inbreng en de inkorting in het nieuwe erfrecht in J. BAEL, R. BARBAIX en H. CASMAN (eds.), Rechtskroniek voor het Notariaat (deel 31), Brugge, die Keure, 2017, 47-48, nrs ; R. BARBAIX, Het nieuwe erfrecht, Antwerpen, Intersentia, 2017, 205, nr Art. 852 BW. 20 In deze masterproef wordt gesproken van een gift binnen erfdeel of een gift als voorschot op erfdeel. Andere synoniemen zijn: zonder vrijstelling van inbreng of binnen paart. 5
11 iets toe te kennen. Men kan namelijk geen voorschot toekennen op iets dat men niet heeft. Bij een gift als voorschot op erfdeel heeft de schenker niet de bedoeling om de begiftigde erfgenaam te bevoordelen tegenover zijn mede-erfgenamen en in een ongelijke behandeling te voorzien. 21 Deze giften worden erfrechtelijk verrekend via de techniek van de inbreng. Anderzijds kan een gift tevens buiten erfdeel of met vrijstelling van inbreng 22 gebeuren. In dit geval heerst er in hoofde van de schenker wel de bedoeling om de begiftigde een voordeel te verschaffen en de gelijkheid tussen de erfgenamen te doorbreken. 23 Dergelijke schenkingen worden erfrechtelijk verrekend via de techniek van de inkorting, doch vallen buiten het bestek van deze masterproef. De kwalificatie van de gift is afhankelijk van de wil van de schenker en de wijze waarop de schenking wordt geformuleerd. Wanneer een uitdrukkelijke vermelding hiervan in de schenkingsakte of in het testament ontbreekt, wordt deze leemte opgevangen door enkele wettelijke vermoedens. Op dit punt heeft de wetgever met de wet van 31 juli 2017 grondig ingegrepen Vermoedens in het huidige recht Gelijkheid tussen alle erfgenamen 11. Onder het huidige recht houdt oud art. 843 Burgerlijk Wetboek een principe van inbreng van giften in. 24 Dit artikel bepaalt dat iedere erfgenaam die tot de nalatenschap komt, inbreng moet doen aan zijn mede-erfgenamen van al hetgeen hij van de decujus bij schenking onder levenden, rechtstreeks of onrechtstreeks heeft ontvangen. Er is in het huidige recht dus sprake van een inbrengplicht in hoofde van de begiftigde-erfgenaam die de nalatenschap heeft aanvaard, zelfs in geval van aanvaarding onder voorrecht van boedelbeschrijving. De erfgenaam die de nalatenschap verwerpt, is niet gehouden tot inbreng. 25 Deze 21 R. BARBAIX, De inbreng en de inkorting in het nieuwe erfrecht in J. BAEL, R. BARBAIX en H. CASMAN (eds.), Rechtskroniek voor het Notariaat (deel 31), Brugge, die Keure, 2017, 48, nr In deze masterproef wordt gesproken van een gift buiten erfdeel of een gift met vrijstelling van inbreng. Andere synoniemen zijn: een gift buiten paart of 23 R. BARBAIX, De inbreng en de inkorting in het nieuwe erfrecht in J. BAEL, R. BARBAIX en H. CASMAN (eds.), Rechtskroniek voor het Notariaat (deel 31), Brugge, die Keure, 2017, 49, nr MvT, Parl.St. Kamer , nr /001,16; R. DEKKERS, H. CASMAN, A.L. VERBEKE en E. ALOFS, Erfrecht & giften, Antwerpen, Intersentia, 2017, 102, nr. 128; C. SLUYTS, Art. 843 BW. in M. COENE, J. DU MONGH en R. BARBAIX (eds.)., Erfenissen, schenkingen en testamenten. Artikelsgewijze commentaar met overzicht van rechtspraak en rechtsleer, Mechelen, Kluwer, 1995, J. VERSTRAETE, Inbreng van giften/ Algemene principes in A.L. VERBEKE, F. BUYSSENS en H. DERYCKE (eds.), Handboek estate planning algemeen: Vermogensplanning met effect bij leven, schenking, Brussel, Larcier, 2009, 254, nr. 463; MvT, Parl.St. Kamer , nr /001,16; R. BARBAIX, 6
12 inbrengverplichting is gesteund op een vermoeden dat de beschikker slechts een voorschot heeft willen toekennen op het erfdeel dat in het kader van de vereffening-verdeling aan de begunstigde zal toekomen en de gelijkheid tussen zijn erfgenamen niet heeft willen verbreken door aan de begunstigde een gift te doen. 26 Dit betekent bijgevolg dat een schenking gedaan door de overledene tijdens zijn leven aan een erfgenaam, wordt vermoed een schenking als voorschot op erfdeel of binnen deel te zijn. Onder het huidige recht is de gelijkheid tussen alle erfgenamen aldus de wettelijke regel Dit vermoeden is echter een weerlegbaar vermoeden. 28 Oud art. 843 in fine Burgerlijk Wetboek bevat een uitzondering op het principe van de inbrengverplichting, wanneer de giften en legaten uitdrukkelijk zijn gedaan bij vooruitmaking en buiten erfdeel of met vrijstelling van inbreng. Wanneer we de wet letterlijk interpreteren, is het dus de schenker/erflater die beslist of er sprake is van een vrijstelling van inbreng en moet deze dit zelfs uitdrukkelijk vermelden. 29 In de rechtspraak en rechtsleer wordt aangenomen dat dergelijke vrijstelling van inbreng niet per se uitdrukkelijk moet zijn bedongen, maar dat het volstaat dat de vrijstelling van inbreng met voldoende zekerheid uit de omstandigheden kan worden afgeleid. 30 Het is dan aan de begiftigde erfgenaam om dit bewijs te leveren overeenkomstig de regels van het gemeen recht (art e.v. Burgerlijk Wetboek). 31 Onder het huidige recht gaat men ervan uit dat de vrijstelling van inbreng met alle middelen van recht aangetoond kan worden. 32 Familiaal vermogensrecht in essentie, Antwerpen, Intersentia, 2015, 256, nr. 624; C. DE WULF m.m.v. J. BAEL en S. DEVOS, Notarieel familierecht en familaal vermogensrecht: het opstellen van notariële akten, Mechelen, Kluwer, 2011, 1195, nr MvT, Parl.St. Kamer , nr /001, R. DEKKERS, H. CASMAN, A.L. VERBEKE en E. ALOFS, Erfrecht & giften, Antwerpen, Intersentia, 2017, 102, nr MvT, Parl.St. Kamer , nr /001, M. PUELINCKX-COENE, R. BARBAIX en N. GEELHAND, Giften het voorbehouden deel (Partim II), TPR 2013, afl. 1, 872, nr J. VERSTRAETE, Inbreng van giften/ Algemene principes in A.L. VERBEKE, F. BUYSSENS en H. DERYCKE (eds.), Handboek estate planning algemeen: Vermogensplanning met effect bij leven, schenking, Brussel, Larcier, 2009, 254, nr. 462; Brussel 27 mei 1986, TBBR , 396, 408; Bergen 15 september 1992, Rev.not.b. 1995, M. PUELINCKX-COENE, R. BARBAIX en N. GEELHAND, Giften het voorbehouden deel (Partim II), TPR 2013, afl. 1, 872, nr. 914; C. SLUYTS, Art. 843 BW. in M. COENE, J. DU MONGH en R. BARBAIX (eds.)., Erfenissen, schenkingen en testamenten. Artikelsgewijze commentaar met overzicht van rechtspraak en rechtsleer, Mechelen, Kluwer, 1995, C. DE WULF, De Erfwet van 31 juli 2017: een algemeen overzicht met modellen voor de praktijk, Brugge, die Keure, 2018, 7, nr. 9. 7
13 Vermoedens in het nieuwe erfrecht Gelijkheid tussen kinderen 13. Zoals hierboven reeds werd vermeld, is het in eerste instantie de schenker die bepaalt of er sprake is van een verplichting tot inbreng, dan wel een vrijstelling van inbreng. Het is slechts wanneer de schenker daarover geen duidelijk standpunt heeft ingenomen, dat we rekening moeten houden met wettelijke vermoedens. 33 Die wettelijke vermoedens zijn met de wet van 31 juli 2017 grondig gewijzigd en een stuk complexer geworden. Onder de nieuwe regeling worden de vermoedens afhankelijk gesteld van de verwantschap tussen de schenker en de begiftigde. Voor de legaten wordt een onderscheid gemaakt naargelang om welk soort legaat het gaat Schenkingen onder levenden Aan erfgenamen in de rechte nederdalende lijn 14. Uit het gewijzigde art. 843 Burgerlijk Wetboek blijkt dat onder het nieuwe erfrecht een onderscheid wordt gemaakt tussen de erfgenamen in rechte nederdalende lijn en andere erfgenamen. 35 Op grond van de wettekst zullen enkel de erfgenamen in rechte nederdalende lijn, aldus de kinderen en bij uitbreiding alle afstammelingen van de erflater, voortaan nog gehouden zijn door de inbrengverplichting. Het wettelijk vermoeden van inbreng dat onder het oude recht van toepassing was op alle giften aan erfgenamen wordt hierdoor beperkt tot de giften toegekend aan erfgenamen in de rechte nederdalende lijn. Het principe van de gelijkheid tussen alle erfgenamen dat aan de basis ligt van de inbrengregels evolueert naar een principe van gelijkheid die vooral gericht is op de gelijkheid tussen de afstammelingen. Een schenking aan een erfgenamen in rechte nederdalende lijn wordt verondersteld een schenking als voorschot op erfdeel te zijn Verder behoudt art. 843, 1 Burgerlijk Wetboek de mogelijkheid voor de schenker om van dit vermoeden af te wijken en aan een erfgenaam in rechte nederdalende lijn een schenking 33 C. DE WULF, De Erfwet van 31 juli 2017: een algemeen overzicht met modellen voor de praktijk, Brugge, die Keure, 2018, 4, nr C. DE WULF, De Erfwet van 31 juli 2017: een algemeen overzicht met modellen voor de praktijk, Brugge, die Keure, 2018, 4, nr Art. 843, 1 en 2 BW. 36 R. DEKKERS, H. CASMAN, A.L. VERBEKE en E. ALOFS, Erfrecht & giften, Antwerpen, Intersentia, 2017, 102, nr. 129; C. DE WULF, De Erfwet van 31 juli 2017: een algemeen overzicht met modellen voor de praktijk, Brugge, die Keure, 2018, 6, nr. 7; MvT, Parl.St. Kamer , nr /001, 36. 8
14 bij vooruitmaking en met vrijstelling van inbreng te doen. 37 Wanneer we de tekst van art. 843, 1 Burgerlijk Wetboek vergelijken met oud art. 843 Burgerlijk Wetboek stellen we vast dat de wetgever het woord uitdrukkelijk heeft vervangen door de woorden op zekere wijze. De impact van deze wijziging is echter beperkt, aangezien deze aanpassing werd gedaan om een overeenstemming te creëren tussen de wettekst en de interpretatie die in de praktijk aan de uitdrukkelijkheidsvereiste van oud art. 843 Burgerlijk Wetboek reeds werd gegeven. 38 Voor wat de erfgenamen in rechte nederdalende lijn betreft, wijzigt de wet van 31 juli 2017 dus zo goed als niets Aan andere erfgenamen 16. Wat de schenkingen onder de levenden aan een andere erfgenaam dan erfgenamen in de rechte nederdalende lijn betreft, is er wel een belangrijke wijziging die wordt verwezenlijkt door het nieuwe erfrecht. Voor die andere erfgenamen wordt het principe omgekeerd en is er geen inbrengverplichting meer. 39 Dergelijke schenkingen worden vermoed te zijn gedaan met vrijstelling van inbreng, tenzij de beschikker op zekere wijze heeft bepaald dat de schenking voor inbreng vatbaar is. De ratio van deze omkering van het principe is gelegen in de verwachtingen van de beschikker. Men gaat ervan uit dat wanneer de schenker een schenking doet aan zijn kinderen, deze niet de bedoeling heeft om zijn afstammelingen ongelijk te behandelen. Dit is doorgaans niet het geval wanneer een schenking wordt gedaan aan andere erfgenamen dan afstammelingen. Ten aanzien van die andere erfgenamen is de wil van de beschikker om de gelijkheid te behouden in de praktijk over het algemeen niet aanwezig, waardoor een omkering van het vermoeden van inbreng gerechtvaardigd is en strookt met de verwachtingen van de schenker Art. 843, 1, eerste lid BW. 38 MvT, Parl.St. Kamer , nr /001, 36; R. BARBAIX, De inbreng en de inkorting in het nieuwe erfrecht in J. BAEL, R. BARBAIX en H. CASMAN (eds.), Rechtskroniek voor het Notariaat (deel 31), Brugge, die Keure, 2017, 49, nr. 23; R. BARBAIX, De inbreng en de inkorting in het nieuwe erfrecht in J. BAEL, R. BARBAIX en H. CASMAN (eds.), Rechtskroniek voor het Notariaat (deel 31), Brugge, die Keure, 2017, 51, nr Art. 843, 2 BW; R. DEKKERS, H. CASMAN, A.L. VERBEKE en E. ALOFS, Erfrecht & giften, Antwerpen, Intersentia, 2017, 102, nr. 130; C. DE WULF, De Erfwet van 31 juli 2017: een algemeen overzicht met modellen voor de praktijk, Brugge, die Keure, 2018, 6, nr MvT, Parl.St. Kamer , nr /001, 39; C. DE WULF, De Erfwet van 31 juli 2017: een algemeen overzicht met modellen voor de praktijk, Brugge, die Keure, 2018, 6, nr. 7. 9
15 Legaten 17. Wat de legaten betreft, is het soort legaat bepalend voor de al dan niet inbreng ervan. 41 Er zijn drie soorten legaten: algemeen legaat, legaat onder algemene titel en een bijzonder legaat. Een algemeen legaat houdt een beschikking in over de algemeenheid van de nalatenschap ten voordele van een of meer personen. 42 Een legaat onder algemene titel is een legaat waarbij de testator ofwel een gedeelte van zijn vermogen, ofwel alle roerende goederen, ofwel alle onroerende goederen, ofwel een evenredig deel van alle roerende of onroerende goederen vermaakt. 43 In alle andere gevallen waarbij een legataris aanspraak maakt op goederen van de nalatenschap is er sprake van een bijzonder legaat Art. 843, 1, tweede lid Burgerlijk Wetboek bepaalt dat het algemeen legaat en het legaat onder algemene titel in principe niet moeten worden ingebracht en dus vermoed te zijn vrijgesteld van inbreng, tenzij op zekere wijze werd bepaald dat zij voor inbreng vatbaar is. Dit principe geldt ongeacht dergelijk legaat werd gedaan aan een erfgenaam in rechte nederdalende lijn, dan wel aan een andere erfgenaam. 45 De wetgever heeft in art. 843, 1, tweede lid Burgerlijk Wetboek geen uitdrukkelijke afwijkende regeling voorzien voor het bijzonder legaat, waardoor a contrario het vermoeden dat de gift binnen deel is, tevens geldt voor bijzondere legaten aan afstammelingen. 46 De ratio hiervan is dat het algemeen legaat of een legaat onder algemene titel een uitdrukking is van de wil om de begunstigde zo ruim mogelijk te bevoordelen, terwijl een bijzonder legaat aan een afstammeling eerder als een toewijzing bij voorrang zonder bevoordeling moet worden beschouwd C. DE WULF, De Erfwet van 31 juli 2017: een algemeen overzicht met modellen voor de praktijk, Brugge, die Keure, 2018, 6, nr Art BW; R. BARBAIX, Familiaal vermogensrecht in essentie, Antwerpen, Intersentia, 2015, 396, nr. 939; C. DE WULF m.m.v. J. BAEL en S. DEVOS, Notarieel familierecht en familaal vermogensrecht: het opstellen van notariële akten, Mechelen, Kluwer, 2011, 470, nr. 707bis. 43 Art BW; R. BARBAIX, Familiaal vermogensrecht in essentie, Antwerpen, Intersentia, 2015, 397, nr. 940; C. DE WULF m.m.v. J. BAEL en S. DEVOS, Notarieel familierecht en familaal vermogensrecht: het opstellen van notariële akten, Mechelen, Kluwer, 2011, 471, nr R. BARBAIX, Familiaal vermogensrecht in essentie, Antwerpen, Intersentia, 2015, 397, nr. 941; C. DE WULF m.m.v. J. BAEL en S. DEVOS, Notarieel familierecht en familaal vermogensrecht: het opstellen van notariële akten, Mechelen, Kluwer, 2011, 471, nr MvT, Parl.St. Kamer , nr /001, 38; C. DE WULF, De Erfwet van 31 juli 2017: een algemeen overzicht met modellen voor de praktijk, Brugge, die Keure, 2018, 6, nr R. BARBAIX, De inbreng en de inkorting in het nieuwe erfrecht in J. BAEL, R. BARBAIX en H. CASMAN (eds.), Rechtskroniek voor het Notariaat (deel 31), Brugge, die Keure, 2017, 50, nr MvT, Parl.St. Kamer , nr /001, 38; A. VAN DEN BOSSCHE, Het testament en de erfwet van 2017, Notariaat 2017, afl. 16, 8. 10
16 Weerleggen van de wettelijke vermoedens 19. De nieuwe Erfwet is complexer en meer genuanceerd dan het huidige erfrecht. Zo verschilt de mogelijkheid tot het weerleggen van de wettelijke vermoedens naargelang het gaat om een gift die wordt vermoed binnen, dan wel buiten erfdeel te zijn gedaan. 48 Wanneer de gift wordt vermoed binnen erfdeel te zijn, kan dit vermoeden worden weerlegd wanneer de gift op zekere wijze is gedaan met vrijstelling van inbreng. Wanneer de gift geacht wordt een gift buiten erfdeel te zijn, kan dit weerlegd worden indien op zekere wijze werd bepaald dat de gift voor inbreng vatbaar is. Uit deze subtiele nuance in de wet, waarop door DE WULF werd gewezen, volgt mijns inziens duidelijk dat er meer mogelijkheden zijn voor het weerleggen van het vermoeden van giften binnen erfdeel, aangezien deze door alle middelen van recht kan worden weerlegd. Het tegenbewijs van het vermoeden dat de gift buiten erfdeel is, kan o.g.v. een letterlijk interpretatie van art. 843 Burgerlijk Wetboek enkel door middel van een geschrift worden geleverd. 49 In de Memorie van Toelichting wordt hierover niets bepaald. 20. Uiteraard is deze problematiek slechts aan de orde wanneer in de schenkingsakte of in het testament niet uitdrukkelijk wordt bepaald of het gaat om een gift als voorschot op erfdeel of een gift met vrijstelling van inbreng. In het ideale scenario is het de notaris die erop toeziet dat een dergelijke vermelding uitdrukkelijk wordt opgenomen in de schenkingsakte of het testament. Die uitdrukkelijke bepaling van de kwalificatie van de gift doet men in ieder geval best als het gaat om een gift aan een vermoedelijke erfgenaam, want anders kan je discussie krijgen en is er het risico dat de mensen achteraf zullen zeggen dat de notaris hen dat nooit heeft uitgelegd en kan dit eventueel leiden tot een aansprakelijkheidsvordering ten aanzien van de notaris. Wanneer dit niet het geval is, kan de inhoud van de schenkingsakte of het testament nog uitsluitstel bieden wanneer uit de gebruikte bewoordingen duidelijk de bedoeling van de schenker kan worden afgeleid. Het grootste probleem en de grootste kans op discussie doet zich voor bij de eigenhandige testamenten, want hier zal een dergelijke verklaring vaak ontbreken. Het is maar de vraag wat de impact van deze wijzigingen ten aanzien van het tegenbewijs van de door de wet gestelde vermoedens in het nieuwe erfrecht zal zijn. Zoals hoger reeds vermeld, is de wijziging van de woorden uitdrukkelijk in op zekere wijze een loutere bevestiging 48 R. DEKKERS, H. CASMAN, A.L. VERBEKE en E. ALOFS, Erfrecht & giften, Antwerpen, Intersentia, 2017, 108, nr C. DE WULF, De Erfwet van 31 juli 2017: een algemeen overzicht met modellen voor de praktijk, Brugge, die Keure, 2018, 7, nr
17 van rechtspraak en rechtsleer, die reeds bepaalden dat de vrijstelling van inbreng impliciet uit het geheel van de schenkingsakte of omringende omstandigheden kan voortvloeien. Verder zien we ook dat onder de huidige regeling de rechtspraak en rechtsleer nog steeds vaak terughoudend is en er mijns inziens absoluut geen gefundeerde voorspelling van de evolutie daarvan in de toekomst kan worden gedaan Herkwalificatie in een latere akte 21. In principe beslist de beschikker over de kwalificatie van de gift op het ogenblik van de gift zelf, dus in geval van schenking in de schenkingsakte en bij een legaat in het testament. Dergelijke keuze is ook mogelijk op een later ogenblik. Onder het huidige recht is in oud art. 919, tweede lid Burgerlijk Wetboek uitdrukkelijk voorzien dat een schenking binnen erfdeel kan worden omgezet in een schenking met vrijstelling van inbreng. 51 De omgekeerde beweging is in de huidige regeling niet voorzien en wordt betwist. 52 Dit wordt door de wetgever in de wet van 31 juli 2017 opgevangen door de invoering van art. 843/1 Burgerlijk Wetboek. Deze bepaling maakt de omvorming van de kwalificatie van de schenking in beide richtingen mogelijk, mits akkoord van de schenker en de begiftigde Art. 843/1, 3 en 4 Burgerlijk Wetboek bepaalt de wijze waarop de conversie moet gebeuren. Dit moet ofwel in de vorm van een beschikking onder levenden, ofwel via een testament, maar mag niet worden afgeleid uit de omstandigheden. 54 Wanneer de conversie gebeurt bij testament is het vereist dat de begiftigde dit na het overlijden van de schenker aanvaardt, want de omzetting wordt immers beschouwd als een bijkomende overeenkomst om de modaliteit van de schenking te wijzigen. De herkwalificatie van een schenking via een testament heeft dus slechts uitwerking vanaf de aanvaarding ervan door de begiftigde. Anders oordelen zou ertoe leiden dat de schenker zijn schenking in zijn testament eenzijdig kan wijzigen, wat niet verenigbaar is met de vereiste aanvaarding in het kader van een schenking. 50 R. BARBAIX, De inbreng en de inkorting in het nieuwe erfrecht in J. BAEL, R. BARBAIX en H. CASMAN (eds.), Rechtskroniek voor het Notariaat (deel 31), Brugge, die Keure, 2017, 51-52, nr J. BAEL, Het verbod van bedingen betreffende toekomstige nalatenschappen, Mechelen, Kluwer, 2006, , nrs J. BAEL, Het verbod van bedingen betreffende toekomstige nalatenschappen, Mechelen, Kluwer, 2006, 227, nrs. 385; C. DE WULF, De Erfwet van 31 juli 2017: een algemeen overzicht met modellen voor de praktijk, Brugge, die Keure, 2018, 21, nr Art. 843/1, 1 en 2 BW. 54 Cass. 5 juni 2014, RW , 370, noot A. VAN DEN BROECK. 12
18 Die aanvaarding van de herkwalificatie staat volledig los van de aanvaarding van de nalatenschap De inbreng van schulden 23. Voor de volledigheid is een summier woordje over de inbreng van schulden in het nieuwe erfrecht op zijn plaats, aangezien een volledige gelijkheid tussen de erfgenamen onmogelijk is wanneer hiermee geen rekening wordt gehouden. Hierbij zal door mij even worden vooruitgelopen op de regels inzake de wijze van de inbreng en de waardering van de inbreng die later in een apart deel uitvoerig worden besproken. De inbreng van schulden wordt onder het huidige recht bondig in oud art. 829 Burgerlijk Wetboek vermeld en wordt door de wet van 31 juli 2017 uitgebreider herschreven in art. 859 Burgerlijk Wetboek. Dit artikel bepaalt dat de vaststaande schulden die een van de erfgenamen heeft ten aanzien van de massa moeten worden ingebracht, waarbij de inbrengregels inzake giften in principe van toepassing zijn. 56 Dit impliceert dat de inbreng van schulden in principe in waarde geschiedt door mindere ontvangst, ofwel door betaling van het verschuldigde bedrag aan de massa. Wanneer de schuld het erfdeel van de schuldenaar overtreft, dient enkel de schuld ten belope van het erfdeel te worden ingebracht. Het deel van de schuld dat het erfdeel overtreft, wordt terugbetaald aan de massa volgens de voorwaarden en termijnen die voor de oorspronkelijke schuld golden. 57 Op het verschuldigde bedrag zijn ook interesten verschuldigd aan de bedongen interestvoet voor de periode voor het overlijden en aan de wettelijke interestvoet vanaf het ogenblik van overlijden C. DE WULF, De Erfwet van 31 juli 2017: een algemeen overzicht met modellen voor de praktijk, Brugge, die Keure, 2018, 21, nr. 38; R. DEKKERS, H. CASMAN, A.L. VERBEKE en E. ALOFS, Erfrecht & giften, Antwerpen, Intersentia, 2017, , nr Art. 859, 1 BW. 57 Art. 859, 2, derde lid BW; R. BARBAIX, Het nieuwe erfrecht, Antwerpen, Intersentia, 2017, 192, nr Art. 859, 4 BW. 13
19 2.2. Wie is tot inbreng gehouden? Algemeen: De begiftigde zelf 24. Als algemene regel geldt dat iedere mede-erfgenaam die tot de nalatenschap komt, verplicht is alle giften binnen erfdeel die hij zelf heeft verkregen, moet inbrengen. 59 Er is dus sprake van een cumulatieve voorwaarde om te bepalen wie tot inbreng is gehouden. Enerzijds moeten enkel de giften binnen erfdeel worden ingebracht. Dit werd hierboven reeds besproken. Anderzijds is enkel de erfgenaam die ab intestato tot de nalatenschap komt, gehouden tot inbreng. 60 Het is slechts op het moment van het openvallen van de nalatenschap dat wordt uitgemaakt of de begiftigde ab intestaat tot de nalatenschap komt of niet. Het ogenblik van de schenking is wat dit betreft irrelevant. Dit wordt bevestigd in art. 846 Burgerlijk Wetboek dat bepaalt dat de begiftigde die ten tijde van de schenking geen vermoedelijke erfgenaam was, maar op het moment van het openvallen van de nalatenschap erfgerechtigd is, gehouden is tot inbreng van verkregen giften als voorschot op erfdeel. Toch zijn er situaties waarbij een andere persoon dan de begiftigde zelf tot inbreng gehouden kan zijn, namelijk in geval van plaatsvervulling en de inbreng ten behoeve van een derde. 25. In het nieuwe erfrecht wordt de inbrengverplichting bovendien beperkt tot de erfgenamen-bloedverwanten, aangezien de inbreng voortaan als een verdelingsverrichting tussen de klassieke bloedverwanten wordt beschouwd. 61 Hierdoor is voortaan de langstlevende echtgenoot en de langstlevende wettelijk samenwonende partner niet meer tot inbreng gehouden. Dit is een groot verschil met de situatie onder het huidige recht. De positie van de langstlevende echtgenoot is onder het nieuwe erfrecht grondig gewijzigd, waarvoor ik verwijs naar de bespreking hiervan in het aparte hoofdstuk (infra nr. 32 e.v.). 59 R. DEKKERS, H. CASMAN, A.L. VERBEKE en E. ALOFS, Erfrecht & giften, Antwerpen, Intersentia, 2017, 109, nr. 135; C. DE WULF m.m.v. J. BAEL en S. DEVOS, Notarieel familierecht en familaal vermogensrecht: het opstellen van notariële akten, Mechelen, Kluwer, 2011, 1195, nr R. BARBAIX, Familiaal vermogensrecht in essentie, Antwerpen, Intersentia, 2015, 257, nr MvT, Parl.St. Kamer , nr /001,
20 Uitzondering 1: Plaatsvervulling 26. Het is echter niet enkel de begiftigde zelf die tot inbreng gehouden kan zijn. Zo zijn ook de descendenten die bij plaatsvervulling opkomen voor hun ascendent, die een gift binnen erfdeel heeft verkregen van de overledene, tot inbreng van de gift gehouden. 62 Dit is logisch, aangezien plaatsvervullers in de rechten en verplichtingen treden van degene wiens plaats ze innemen, dus ook de verplichting tot inbreng. Art. 847, in fine Burgerlijk Wetboek bepaalt dat het irrelevant is dat de plaatsvervuller de nalatenschap van diegene wiens plaats deze vervuld, heeft verworpen. 63 Verder is het ook irrelevant in welk geval de plaatsvervulling tot stand is gekomen. Het maakt met andere woorden niet uit of degene wiens plaats wordt vervuld de nalatenschap heeft verworpen, onwaardig is om te erven of is vooroverleden. 64 Het is bijgevolg mogelijk dat de plaatsvervuller gehouden is om bepaalde zaken in te brengen die hij nog niet zelf in handen heeft. De ratio hiervan is het beschermen van de aanspraken van de andere erfgenamen, aangezien anders de aanspraken van die andere erfgenamen worden aangetast. Men gaat ervan uit dat het niet de bedoeling was van de schenker om een ongelijkheid te creëren tussen de erfgenamen en wanneer dat wel de bedoeling was, dan moest de schenker een gift met vrijstelling van inbreng hebben vermaakt Naast de verplichting voor de plaatsvervuller om hetgeen in te brengen dat degene wiens plaats men vervuld heeft gekregen, moet de plaatsvervuller ook inbrengen wat hij zelf heeft gekregen. 66 Hier worden de gewone inbrengregels gevolgd. Art. 847 Burgerlijk Wetboek houdt voor de plaatsvervuller aldus een dubbele inbrengverplichting in. Wanneer we deze bepaling in het licht van de doelstelling van de inbreng bekijken, namelijk de gelijkheid, kunnen er vragen gesteld worden omtrent de rechtvaardigheid van de mogelijke gevolgen van deze bepaling. Wanneer de schenker de bedoeling had om bijvoorbeeld zijn twee kinderen een gelijk deel te geven en tevens een gelijke schenking te doen aan de kleinkinderen, dan is het mogelijk dat wanneer een van de kinderen verwerpt, vooroverleden of onwaardig is om te erven van de 62 Art. 847 BW; R. BARBAIX, Familiaal vermogensrecht in essentie, Antwerpen, Intersentia, 2015, 258, nr. 631; C. DE WULF m.m.v. J. BAEL en S. DEVOS, Notarieel familierecht en familaal vermogensrecht: het opstellen van notariële akten, Mechelen, Kluwer, 2011, 1196, nr R. BARBAIX, De inbreng en de inkorting in het nieuwe erfrecht in J. BAEL, R. BARBAIX en H. CASMAN (eds.), Rechtskroniek voor het Notariaat (deel 31), Brugge, die Keure, 2017, 58, nr R. DEKKERS, H. CASMAN, A.L. VERBEKE en E. ALOFS, Erfrecht & giften, Antwerpen, Intersentia, 2017, 109, nr. 136; R. BARBAIX, De inbreng en de inkorting in het nieuwe erfrecht in J. BAEL, R. BARBAIX en H. CASMAN (eds.), Rechtskroniek voor het Notariaat (deel 31), Brugge, die Keure, 2017, 59, nr R. DEKKERS, H. CASMAN, A.L. VERBEKE en E. ALOFS, Erfrecht & giften, Antwerpen, Intersentia, 2017, 110, nr MvT, Parl.St. Kamer , nr /001,
21 schenker, dat de kleinkinderen gehouden zijn tot het inbrengen van de schenking die aan dat kind werd gedaan en dus meer moet inbrengen dan de anderen. Er kan dus zonder dat de schenker dit wil een ongelijkheid ontstaan tussen de verschillende staken bij de toepassing van art. 847 Burgerlijk Wetboek. Dit is niet het geval wanneer de schenking aan de kleinkinderen met vrijstelling van inbreng is gedaan. In mijn ogen is het de taak van de notaris om deze situatie duidelijk te maken aan de schenker, aangezien dit toch drastische gevolgen kan hebben als het gaat om waardevolle schenkingen. Aan de andere kant is het misschien een idee voor de wetgever om in te grijpen en een extra vermoeden te creëren, waarbij de schenking aan een erfgenaam-plaatsvervuller die in de plaats komt van een andere erfgenaam die een schenking binnen deel heeft verkregen, wordt vermoed een schenking met vrijstelling van inbreng te zijn. Het zal in mijn ogen namelijk zelden voorkomen dat wanneer de schenker de bedoeling had om de kinderen gelijk te behandelen, dat hij zou willen voorzien in een ongelijke behandeling tussen de kleinkinderen Uitzondering 2: Inbreng ten behoeve van een derde 28. Een door de wet van 31 juli 2017 compleet nieuw ingevoerd begrip is de inbreng ten behoeve van een derde. 67 Art. 845, 2 Burgerlijk Wetboek voert de mogelijkheid tot een inbreng met generatiesprong in. Het gaat om de concrete situatie waarin een grootouder een schenking wil doen aan een kleinkind (of meerdere kleinkinderen), maar met de bedoeling dat die schenking wordt aangerekend op het erfdeel van zijn kind. 68 De facto gaat de grootouder iets uit het erfdeel van zijn kind halen en meteen aan zijn kleinkind geven, waarbij ook alle takken gelijk worden behandeld. 69 In principe worden schenkingen aan kleinkinderen aangerekend op het beschikbaar deel, want de kleinkinderen komen in principe niet tot de nalatenschap van de grootouder. 70 Deze techniek heeft tot gevolg dat de zoon gehouden is tot de inbreng van iets wat hij niet heeft gekregen en vormt een uitzondering op het principe dat enkel wat de 67 MvT, Parl.St. Kamer , nr /001, 20 en 46; A.L. VERBEKE, Nieuw Belgisch erfrecht, RW , nr. 28, N. LABEEUW en R. ELSERMANS, De hervorming van het erfrecht, Notariaat 2017, afl. 9, 5, nr. 16; C. DE WULF, De Erfwet van 31 juli 2017: een algemeen overzicht met modellen voor de praktijk, Brugge, die Keure, 2018, 111, nr. 179; C. AUGHUET, U. CERULUS en M. GIJBELS, Nieuwe wetgeving en wetsvoorstellen in W. PINTENS en C. DECLERCK (eds.), Patrimonium 2017, Brugge, die Keure, 2017, 120, nr A.L. VERBEKE, Nieuw Belgisch erfrecht, RW , nr. 28, M. GIJBELS en A. VAN GEEL, Familiale vermogensplanning in het nieuwe erfrecht: nieuwe mogelijkheden?, Notariaat 2018, afl. 1-2, 6. 16
22 erfgenaam zelf heeft verkregen aan inbreng is onderworpen. 71 Deze mogelijkheid vereist op grond van art. 845, 2 Burgerlijk Wetboek een driepartijenovereenkomst, waarbij zowel de schenker (grootouder), de begiftigde (kleinkind) en het kind van de schenker het eens zijn. 72 Een dergelijke verbintenis, waarbij een erfgenaam aanvaardt om een inbreng te doen in het voordeel van een derde, maakt een toegelaten punctuele overeenkomst uit omtrent een toekomstige nalatenschap waardoor aan de vereisten van art. 1100/2 tot 1100/6 Burgerlijk Wetboek moet zijn voldaan. 73 Deze overeenkomst kan zowel in de schenkingsakte als in een latere akte worden vastgesteld Het gevolg is dat de schenking aan het kleinkind fictief wordt geacht binnen erfdeel te zijn gedaan aan het kind van de schenker zelf. 75 Art. 845, 2, tweede lid Burgerlijk Wetboek bepaalt dat de schenking die het begiftigde kleinkind heeft ontvangen, in de nalatenschap van het kind worden behandeld alsof de begiftigde ze van het kind heeft verkregen. 76 Dit betekent dat het begiftigde kleinkind de schenking in de erfenis van het kind zal moeten inbrengen, waardoor ongelijkheden tussen verschillende kinderen van degene die de inbrengverplichting ten laste neemt ongedaan worden gemaakt. Hieruit kunnen we afleiden dat het moet gaan om een schenking binnen erfdeel, aangezien ze door het kind van de schenker moet worden ingebracht in de nalatenschap van de beschikker en door het begiftigde kleinkind in de nalatenschap van het kind van de beschikker Wanneer we onze fiscale bril opzetten, zouden we ons kunnen afvragen of er geen sprake is van een dubbele schenking en er dus niet twee keer schenkbelasting verschuldigd is? Hier wordt aangenomen dat de tekst van art. 845, 2, in fine Burgerlijk Wetboek duidelijk is en bepaalt dat de schenking aan het begiftigde kleinkind wordt behandeld alsof hij de goederen 71 R. DEKKERS, H. CASMAN, A.L. VERBEKE en E. ALOFS, Erfrecht & giften, Antwerpen, Intersentia, 2017, 110, nr. 137; R. BARBAIX, De inbreng en de inkorting in het nieuwe erfrecht in J. BAEL, R. BARBAIX en H. CASMAN (eds.), Rechtskroniek voor het Notariaat (deel 31), Brugge, die Keure, 2017, 62, nr. 35; C. DE WULF, De Erfwet van 31 juli 2017: een algemeen overzicht met modellen voor de praktijk, Brugge, die Keure, 2018, 111, nr A.L. VERBEKE, Nieuw Belgisch erfrecht, RW , nr. 28, Art. 845, 2, eerste lid BW; N. LABEEUW en R. ELSERMANS, De hervorming van het erfrecht, Notariaat 2017, afl. 9, 5, nr. 16; R. DEKKERS, H. CASMAN, A.L. VERBEKE en E. ALOFS, Erfrecht & giften, Antwerpen, Intersentia, 2017, 110, nr A.L. VERBEKE, Nieuw Belgisch erfrecht, RW , nr. 28, R. BARBAIX, De inbreng en de inkorting in het nieuwe erfrecht in J. BAEL, R. BARBAIX en H. CASMAN (eds.), Rechtskroniek voor het Notariaat (deel 31), Brugge, die Keure, 2017, 62, nr C. AUGHUET, U. CERULUS en M. GIJBELS, Nieuwe wetgeving en wetsvoorstellen in W. PINTENS en C. DECLERCK (eds.), Patrimonium 2017, Brugge, die Keure, 2017, 121, nr C. DE WULF, De Erfwet van 31 juli 2017: een algemeen overzicht met modellen voor de praktijk, Brugge, die Keure, 2018, 112, nr
De hervorming van het erfrecht. Grote lijnen van de wet van 31 juli 2017 en aandachtspunten Vlaamse registratie- en erfbelasting
De hervorming van het erfrecht Grote lijnen van de wet van 31 juli 2017 en aandachtspunten Vlaamse registratie- en erfbelasting Inleiding Inleiding Wet van 31 juli 2017 tot wijziging van het Burgerlijk
Nadere informatieBeknopte inhoudstafel
Beknopte inhoudstafel Inleiding... 1 Eerste titel. Erfenissen... 5 Eerste hoofdstuk. Openvallen van erfenissen en bezit van de erfgenamen... 5 Hoofdstuk II. Hoedanigheden vereist om te kunnen erven...
Nadere informatieHERVORMING ERFRECHT ESTATE PLANNING. PHILIPP BOLLEN 26 april 2018
HERVORMING ERFRECHT ESTATE PLANNING PHILIPP BOLLEN 26 april 2018 Situering Oorsprong: 1804 Gebaseerd op - traditionele relatievorm/norm = (standvastig) huwelijk - bloedrecht - onroerend goed als waardevast
Nadere informatieBeknopte inhoudstafel
Beknopte inhoudstafel Inleiding... 21 Eerste titel. Erfenissen... 25 Eerste hoofdstuk. Openvallen van erfenissen en bezit van de erfgenamen... 25 Hoofdstuk II. Hoedanigheden vereist om te kunnen erven...
Nadere informatieDE IMPACT VAN HET NIEUWE ERFRECHT OP IN HET VERLEDEN UITGEWERKTE FAMILIALE VERMO- GENSPLANNINGEN.
DE IMPACT VAN HET NIEUWE ERFRECHT OP IN HET VERLEDEN UITGEWERKTE FAMILIALE VERMO- GENSPLANNINGEN. Aantal woorden: 23.675 Lynn Fermyn Studentennummer: 01200348 Promotor: Prof. dr. Jan Bael Commissaris:
Nadere informatieHERVORMING ERFRECHT ESTATE PLANNING. PHILIPP BOLLEN 1 februari 2018
HERVORMING ERFRECHT ESTATE PLANNING PHILIPP BOLLEN 1 februari 2018 Situering Oorsprong: 1804 Gebaseerd op - traditionele relatievorm/norm = (standvastig) huwelijk - bloedrecht - onroerend goed als waardevast
Nadere informatie1. HET ERFRECHT VAN DE LANGSTLEVENDE ECHTGENOOT EN HET WETTELIJK OF CONVENTIONEEL RECHT VAN TERUG- KEER 2
HOOFDSTUK 1 DE WISSELWERKING TUSSEN SCHENKINGEN EN UITERSTE WILSBESCHIKKINGEN Annelies Wylleman Hoofddocent Vakgroep Burgerlijk Recht Universiteit Gent Notaris Lise Voet Assistent Vakgroep Burgerlijk Recht
Nadere informatieImpact hervorming van het federale erfrecht op de Vlaamse erfbelasting
Impact hervorming van het federale erfrecht op de Vlaamse erfbelasting Hoorzitting, Vlaams Parlement, 20 februari 2018 1 Inleiding / agenda Verwijzing naar het verslag van de hoorzitting van 6 februari
Nadere informatieHET (NIEUWE) ERFRECHT ANNO 2018
HET (NIEUWE) ERFRECHT ANNO 2018 INLEIDING AGENDA INLEIDING ERFRECHT ERFBELASTING WIJZIGING RESERVE WIJZIGING REGELS INBRENG ERFOVEREENKOMSTEN CASUS INLEIDING HERVORMING ERFRECHT NOODZAKELIJK Het erfrecht
Nadere informatieDe hervorming van het erfrecht: grotere vrijheid om uw nalatenschap te regelen
20 juli 2017 Persinfo: Bart Azare Fednot 02 505 08 14-0478 58 46 21 azare@fednot.be www.notaris.be De hervorming van het erfrecht: grotere vrijheid om uw nalatenschap te regelen Het federaal parlement
Nadere informatieINLEIDING. ALGEMENE TOELICHTING BIJ DE HERVORMING INZAKE HET VERBOD VAN ERFOVEREENKOMSTEN 1
INLEIDING. ALGEMENE TOELICHTING BIJ DE HERVORMING INZAKE HET VERBOD VAN ERFOVEREENKOMSTEN 1 HOOFDSTUK 1. HET VROEGERE VERBOD VAN BEDINGEN BETREFFENDE TOEKOMSTIGE NALATENSCHAPPEN. WELKE OVEREENKOMSTEN EN
Nadere informatieBegripsbepaling H OOFDSTUK
H OOFDSTUK Begripsbepaling I 1. WETTELIJKE DEFINITIE Artikel 1075 van het Belgisch Burgerlijk Wetboek (hierna BW) bepaalt: De vader, de moeder en andere bloedverwanten in de opgaande lijn kunnen hun goederen
Nadere informatieINHOUDSOPGAVE ADLOCUTIO ROGERUM DILLEMANS HONORIFICANS FAMILIAAL VERMOGENSBEHEER IN RECENTE NATIONALE EN EUROPESE RECHTSPRAAK
INHOUDSOPGAVE ADLOCUTIO ROGERUM DILLEMANS HONORIFICANS... v FAMILIAAL VERMOGENSBEHEER IN RECENTE NATIONALE EN EUROPESE RECHTSPRAAK Walter PINTENS...1 I. Inleiding...3 II. Huwelijksvoordelen...4 1. Artikel
Nadere informatieHOOFDSTUK 4. De reserve
HOOFDSTUK 4 De reserve 35. Grondbeginsel De wet (BW, art. 913 en volgende) legt een reserve vast ten gunste van sommige wettelijke erfgenamen (de wettige bloedverwanten in opgaande lijn, de bloedverwanten
Nadere informatieEnkele belangrijke begrippen en afkortingen
35 Enkele belangrijke begrippen en afkortingen De volgende lijst geeft een beknopte omschrijving 3 van enkele juridische termen die in dit boek aan bod komen, en dient enkel om die begrippen beter te kunnen
Nadere informatieBedenkingen bij schenkingen van onroerende goederen tussen echtgenoten. Hoe verrekenen ten tijde van de afwikkeling van de nalatenschap?
Bedenkingen bij schenkingen van onroerende goederen tussen echtgenoten. Hoe verrekenen ten tijde van de afwikkeling van de nalatenschap? Elisabeth DE NOLF en Bénédicte VAN DER HEYDE Nieuwsbrief Notariaat,
Nadere informatieTETRALERT FISCAAL RECHT
TETRALERT FISCAAL RECHT DE HERVORMING VAN HET ERFRECHT : WAT MOETEN WE DOEN VÓÓR 1 SEPTEMBER 2018? De wet van 31 juli 2017, gepubliceerd in het Belgisch Staatsblad, heeft ingrijpende wijzigingen aangebracht
Nadere informatieINHOUD. Woord vooraf... v Over de auteurs... vii Algemene bibliografie... ix ERFRECHT
INHOUD Woord vooraf.................................................................... v Over de auteurs................................................................. vii Algemene bibliografie.............................................................
Nadere informatieHet nieuwe erfrecht. Inleiding De wet van31 juli 2017 tot hervormingvan het erfrecht. Belangrijkste krachtlijnen:
Het nieuwe erfrecht 1 Inleiding De wet van31 juli 2017 tot hervormingvan het erfrecht Publicatie BS op 1september 2017 Inwerkingtreding nieuwe wet op 1september 2018 Belangrijkste krachtlijnen: Uitbreiden
Nadere informatieHet nieuwe erfrecht. Rudi Mattheus. CEO AXIS Finance
Het nieuwe erfrecht Rudi Mattheus CEO AXIS Finance Inhoudsopgave De nieuwe reserveregeling Nieuwe regels inzake inkorting Nieuwe regels inzake inbreng Schenking buiten erfdeel Erfovereenkomsten De erfrechtelijke
Nadere informatieInhoud. Deel 1 Huwelijksvermogensrecht 17. Inleiding 13
Inhoud Inleiding 13 Deel 1 Huwelijksvermogensrecht 17 Hoofdstuk 1 Inleiding 19 Hoofdstuk 2 Het wettelijk stelsel 25 1 Algemeen 25 2 Samenstelling van het vermogen: actief 27 2.1 Het gemeenschappelijk vermogen
Nadere informatieDe Ascendentenverdeling
UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE ACADEMIEJAAR 2015 2016 De Ascendentenverdeling Masterproef voorgedragen tot het bekomen van de graad van Master of Science in de Handelswetenschappen
Nadere informatieHANDBOEK BURGERLIJK RECHT
RENE DEKKERS HANDBOEK BURGERLIJK RECHT DEEL IV Huwelijksstelsels - Erfrecht - Giften DERDE UITGAVE BEWERKT DOOR HELENE CASMAN Gewoon Hoogleraar Vrije Universiteit Brussel Hoogleraar Université Libre de
Nadere informatieVR DOC.0453/2BIS
VR 2018 0405 DOC.0453/2BIS Ontwerp van decreet tot modernisering van de erf- en schenkbelasting, aangepast aan het nieuwe erfrecht DE VLAAMSE REGERING, Op voorstel van de Vlaamse minister van Begroting,
Nadere informatieHoofdstuk V Overige aanpassingen in het erfrecht bijzonder voor wettelijke samenwoners. Erfrecht na gewone adoptie
72 Erfrecht wettelijk samenwonenden Hoofdstuk V Overige aanpassingen in het erfrecht bijzonder voor wettelijke samenwoners A f d e l i n g 1 Erfrecht na gewone adoptie 99. Artikel 353-16, eerste lid BW
Nadere informatieHET ENE VRUCHTGEBRUIK IS HET ANDERE NIET.
HET ENE VRUCHTGEBRUIK IS HET ANDERE NIET. R. KUMPEN Wanneer in erfrechtelijke dossiers het woord vruchtgebruik (VG) opduikt ontstaat vaak de grootste verwarring, vandaar deze nota voor enige toelichting.
Nadere informatieInhoud. Inhoud... Titel 1. Juridische aspecten... 1. Hoofdstuk 1. Algemeen... 1
p. Inhoud... V Titel 1. Juridische aspecten.... 1 Hoofdstuk 1. Algemeen... 1 Hoofdstuk 2. Algemene beschouwingen over de schenking onder de levenden... 2 Afdeling 1. Definitie...... 2 Afdeling 2. Grondvereisten
Nadere informatieHet nieuwe erfrecht. Prof. dr. Charlotte Declerck
Het nieuwe erfrecht Prof. dr. Charlotte Declerck Overzicht Wettelijk erfrecht Wie zijn volgens de wet onze erfgenamen? Reserve en beschikbaar deel Kunnen wij onze erfgenamen zelf kiezen? Kan ik iemand
Nadere informatieVEERTIG JAAR INSTITUUT VOOR FAMILIAAL VERMOGENSRECHT Prof. Em. ROGER DILLEMANS... xi
VEERTIG JAAR INSTITUUT VOOR FAMILIAAL VERMOGENSRECHT Prof. Em. ROGER DILLEMANS... xi DE WET VALKENIERS, EEN GEMISTE KANS? Prof. MIEKEN PUELINCKX-COENE...1 I. De bedoeling van de wet...1 II. Betekenis van
Nadere informatieHet erfrecht van de langstlevende wettelijk samenwonende en de problematiek van de inbreng en de inkorting
Faculteit Rechtsgeleerdheid Universiteit Gent Academiejaar 2009-10 Het erfrecht van de langstlevende wettelijk samenwonende en de problematiek van de inbreng en de inkorting Masterproef van de opleiding
Nadere informatieVermogensplanning. Het vernieuwde erfrecht
Vermogensplanning Het vernieuwde erfrecht Meer zelfbeschikkingrecht Het nieuwe erfrecht Meer rechtszekerheid Meer aansluiting bij de maatschappelijke realiteit Meer zelfbeschikking Het reservatair erfdeel
Nadere informatieStructuur van het volume Schenking
Voorwoord Inbedding Dit boek is het tweede volume van het Handboek Estate Planning, Algemeen Deel. In de voorgaande pagina s kon u nadere uitleg en toelichting vinden bij het globale concept van dit handboek.
Nadere informatieMaak gebruik van de overgangsperiode bij de hervorming van het erfrecht
Maak gebruik van de overgangsperiode bij de hervorming van het erfrecht De hervorming is goedgekeurd, maar treedt pas in werking op 1 september 2018. Er is voorzien in een overgangsperiode die u kunt gebruiken
Nadere informatieFaculteit Rechtsgeleerdheid Universiteit Gent. Academiejaar 2009-10. De problematiek van de reserve bij schenking
Faculteit Rechtsgeleerdheid Universiteit Gent Academiejaar 2009-10 De problematiek van de reserve bij schenking Masterproef van de opleiding Master in de rechten Ingediend door VAN HEYGHEN CAMILLE (Studentennr.
Nadere informatieDe wijziging van het erfrecht: wetsvoorstel tot wijziging van het Burgerlijk Wetboek met betrekking tot het erfrecht
Faculteit Rechtsgeleerdheid Universiteit Gent Academiejaar 2013-14 De wijziging van het erfrecht: wetsvoorstel tot wijziging van het Burgerlijk Wetboek met betrekking tot het erfrecht Masterproef van de
Nadere informatieHet nieuwe erfrecht. Prof. dr. Charlotte Declerck
Het nieuwe erfrecht Prof. dr. Charlotte Declerck Overzicht Wettelijk erfrecht Wie zijn volgens de wet onze erfgenamen? Reserve en beschikbaar deel Kan ik mijn erfgenamen zelf kiezen? Kan ik iemand onterven?
Nadere informatieERFOVEREENKOMSTEN IN HET NIEUWE ERFRECHT
ERFOVEREENKOMSTEN IN HET NIEUWE ERFRECHT Brent Imschoot Studentennummer: 01205350 Promotor: Prof. Dr. Jan Bael Commissaris: Elise Maes Masterproef voorgelegd voor het behalen van de graad master in de
Nadere informatieFAQ Schenkingen en Legaten
FAQ Schenkingen en Legaten SCHENKINGEN EN LEGATEN AAN DOMINIEK SAVIO Waarom kiezen voor Dominiek Savio voor een schenking of (duo)legaat? Dominiek Savio wil voor kinderen, jongeren en volwassenen met een
Nadere informatieREGELING HOUDENDE AFSTAND VAN RESERVE BIJ EEN SCHENKING IN BELGIË EN ONZE BUURLANDEN
REGELING HOUDENDE AFSTAND VAN RESERVE BIJ EEN SCHENKING IN BELGIË EN ONZE BUURLANDEN Stevens Eline Studentennummer: 01201759 Promotor: Prof. dr. Jan BAEL Commissaris: de heer Daan DE WITTE Masterproef
Nadere informatieDe impact van het nieuwe erfrecht op de schenkbelasting en de erfbelasting
De impact van het nieuwe erfrecht op de schenkbelasting en de erfbelasting Aantal woorden: 21095 Sam De Neve Studentennummer: 01202338 Promotor: prof. dr. Mark Delanote Commissaris: Frederik De Clercq
Nadere informatieENKELE PROBLEMEN INZAKE DE OMZETTING
ENKELE PROBLEMEN INZAKE DE OMZETTING VAN HET VRUCHTGEBRUIK NADER BEKEKEN Masterproef in het kader van de opleiding Master in het notariaat Ingediend door: NATHALIE BONTINCK Studentennummer: 20054899 Academiejaar
Nadere informatieACTUELE KNELPUNTEN FAMILIAAL VERMOGENSRECHT
ACTUELE KNELPUNTEN FAMILIAAL VERMOGENSRECHT ACTUELE KNELPUNTEN FAMILIAAL VERMOGENSRECHT Renate Barbaix Alain Laurent Verbeke (eds.) Antwerpen Cambridge Actuele knelpunten familiaal vermogensrecht Renate
Nadere informatieINHOUD. Hoofdstuk IV. Ongeldigheid van het huwelijkscontract... 48 TITEL II DE VERSCHILLENDE HUWELIJKSSTELSELS... 51
INHOUD BOEK VIII. HUWELIJKSSTELSELS.... 1 Inleiding... 3 TITEL I HET HUWELIJKSCONTRACT.... 5 Hoofdstuk I. Inleiding.... 5 Hoofdstuk II. Inhoud van het huwelijkscontract.... 10 Afdeling I. Huwelijksovereenkomsten....
Nadere informatieINHOUD VOORWOORD... KRONIEK FAMILIAAL VERMOGENSRECHT Coördinatie Prof. Dr. JOHAN DU MONGH... 1. Primair huwelijksvermogensstelsel VEERLE ALLAERTS...
INHOUD VOORWOORD... v DEEL I. KRONIEK FAMILIAAL VERMOGENSRECHT Coördinatie Prof. Dr. JOHAN DU MONGH... 1 Hfdst. I. Primair huwelijksvermogensstelsel VEERLE ALLAERTS... 3 I. Algemeen... 3 II. Verplichting
Nadere informatieRuimere beschikkingsvrijheid Houdt rekening met de veelheid aan familievormen in de nieuwe complexe maatschappelijke realiteit
De Vlaamse erfbelasting : Gemoderniseerd Gematigd Afgestemd op het nieuwe federale erfrecht Window of opportunity 1) Hoge belastingdruk 2) In werking treding nieuwe federale erfrecht d.d. 1.09.2018 Ruimere
Nadere informatieHet Nieuwe Erfrecht. Roel Deseyn Federaal Volksvertegenwoordiger CD&V.
Het Nieuwe Erfrecht Roel Deseyn Federaal Volksvertegenwoordiger CD&V !2 PROGRAMMA INLEIDING OVERZICHT WETTELIJK ERFRECHT NIEUWE ERFRECHTWET GEEFT MEER VRIJHEID: WAT KAN IK ZELF REGELEN? ERF- EN SCHENKBELASTING
Nadere informatieJe rechten bij erfenis
Je rechten bij erfenis Wie zijn je erfgenamen? De principes Bloedverwanten + echtgenoot + WSW partner + geadopteerden Volgorde? Eerst de ORDEN : de eerste orde sluit alle volgende uit Eerste orde : afstammelingen
Nadere informatieOVERGANGSRECHT IN HET NIEUWE ERFRECHT.
OVERGANGSRECHT IN HET NIEUWE ERFRECHT. DE INBRENG VERSCHULDIGD DOOR OF TEN AANZIEN VAN DE LANGSTLEVENDE ECHTGENOOT. DE IMPACT VAN HET NIEUWE RECHT OP BESTAANDE SCHENKINGEN EN TESTAMENTEN. Aantal woorden:
Nadere informatieDE RESERVE EN DE INKORTING VAN GIFTEN IN HET NIEUWE ERFRECHT.
DE RESERVE EN DE INKORTING VAN GIFTEN IN HET NIEUWE ERFRECHT. Catherine Roman Studentennummer: 01007714 Promotor: Prof. dr. Jan Bael Commissaris: Mevrouw Elise Maes Masterproef voorgelegd voor het behalen
Nadere informatieprivé-vermogenvermogen
FAMILIAAL VERMOGENSRECHT VENNOOTSCHAPSRECHT Inleiding Prof. Dr. Johan Du Mongh KU Leuven Advocaat Johan Du Mongh 1 Johan Du Mongh 2 Het huwelijksgoederenrecht speelt op het ogenblik van inbreng van privé-vermogenvermogen
Nadere informatie1. (Een gewone) hand- en/of bankgift
1. (Een gewone) hand- en/of bankgift 1.1. WAT HOUDT ZO N HAND- OF BANKGIFT PRECIES IN? 1.1.1. Schenken zonder schenkingsrechten! Schenking is in principe notarieel. Dat is in ieder geval het basisprincipe
Nadere informatieHet nieuwe erfrecht Servais Verherstraeten Voorzitter CD&V-Kamerfractie
Het nieuwe erfrecht Servais Verherstraeten Voorzitter CD&V-Kamerfractie 2 PROGRAMMA INLEIDING OVERZICHT WETTELIJK ERFRECHT NIEUWE ERFRECHTWET GEEFT MEER VRIJHEID: WAT KAN IK ZELF REGELEN? ERF- EN SCHENKBELASTING
Nadere informatieHet nieuwe erfrecht Servais Verherstraeten Voorzitter CD&V-Kamerfractie.
Het nieuwe erfrecht Servais Verherstraeten Voorzitter CD&V-Kamerfractie 2 PROGRAMMA INLEIDING OVERZICHT WETTELIJK ERFRECHT NIEUWE ERFRECHTWET GEEFT MEER VRIJHEID: WAT KAN IK ZELF REGELEN? ERF- EN SCHENKBELASTING
Nadere informatieConventioneel recht van terugkeer met en zonder optie bij schenkingen
Faculteit Rechtsgeleerdheid Universiteit Gent Academiejaar 2013-14 Conventioneel recht van terugkeer met en zonder optie bij schenkingen Masterproef van de opleiding Master in het Notariaat Ingediend door
Nadere informatieDe onherroepelijkheid van de schenking: de lege lata en de lege ferenda
Faculteit Rechtsgeleerdheid Universiteit Gent Academiejaar 201213 De onherroepelijkheid van de schenking: de lege lata en de lege ferenda Masterproef van de opleiding Master in het notariaat Ingediend
Nadere informatieOns erfrecht. Vandaag en morgen
Ons erfrecht Vandaag en morgen U dient er rekening mee te houden dat de regelgeving snel wijzigt. Wees dus voorzichtig bij de raadpleging van deze brochure en bij twijfel, raadpleeg uw notaris of neem
Nadere informatieERFENIS, SCHENKING EN SUCCESSIERECHTEN. Advocaten Meersman & Van Keer Willem Tellstraat 22 9000 GENT 09 225 80 30
ERFENIS, SCHENKING EN SUCCESSIERECHTEN. Advocaten Meersman & Van Keer Willem Tellstraat 22 9000 GENT 09 225 80 30 ERVEN. 1. Erfgenamen kun je kiezen voor zover de reservataire erfgenamen hun deel krijgen.
Nadere informatieHoe beveilig ik mijn partner?
Hoe beveilig ik mijn partner? Brussel, 22 oktober 2011 2 Agenda Planning tussen partners Samenwonenden Echtgenoten Civiel- en fiscaal statuut Instrumenten Van testament tot contract 3 Wettelijke bescherming
Nadere informatieVOORWOORD...v. KRONIEK FAMILIAAL VERMOGENSRECHT Coördinatie Prof. Dr. JOHAN DU MONGH...1. Primair huwelijksvermogensstelsel VEERLE ALLAERTS...
VOORWOORD...v DEEL I. KRONIEK FAMILIAAL VERMOGENSRECHT Coördinatie Prof. Dr. JOHAN DU MONGH...1 Hfdst I. Primair huwelijksvermogensstelsel VEERLE ALLAERTS...3 I. Algemeen...3 II. Verplichting tot hulp
Nadere informatieFaculteit Rechtsgeleerdheid Universiteit Gent Academiejaar
Faculteit Rechtsgeleerdheid Universiteit Gent Academiejaar 2009-2010 Het verbod van erfovereenkomsten bij de echtscheiding door onderlinge toestemming Masterproef van de opleiding Master in het notariaat
Nadere informatieRECHTSVERGELIJKENDE BEDENKINGEN BIJ HET VERBOD VAN ERFOVEREENKOMSTEN IN HET NIEUWE ERFRECHT
RECHTSVERGELIJKENDE BEDENKINGEN BIJ HET VERBOD VAN ERFOVEREENKOMSTEN IN HET NIEUWE ERFRECHT Aantal woorden: 49 550 Fien Martens Studentennummer: 01203536 Promotor(en): Prof. dr. Jan Bael, Commissaris:
Nadere informatieKrachtlijnen van het nieuwe erfrecht. DB Planning Insights
Krachtlijnen van het nieuwe erfrecht DB Planning Insights DB Planning Insights Krachtlijnen van het nieuwe erfrecht 3 Minister Koen Geens over de evolutie naar erfrecht op maat 14 Kiezen voor de oude regels
Nadere informatieACTUALIA VERMOGENSRECHT
ACTUALIA VERMOGENSRECHT Het Centrum voor Beroepsvervolmaking in de Rechten (CBR) is een feitelijk samenwerkingsverband tussen de Raad van de Orde der Advocaten bij de balie te Antwerpen en de faculteit
Nadere informatieberekening en tarieven
Page 1 of 6 Leven - Schenken en Erven Schenkingsrechten in Vlaanderen: tarieven Net zoals bij successies worden de heffingen op schenkingen, de belastbare basis en de eventuele vrijstellingen door elk
Nadere informatieEEN NIEUWE ONBEKWAAMHEID TOT ONTVANGEN IN ARTIKEL 908 VAN HET BURGERLIJK WETBOEK
EEN NIEUWE ONBEKWAAMHEID TOT ONTVANGEN IN ARTIKEL 908 VAN HET BURGERLIJK WETBOEK Elina Vanhauter Studentennummer: 01102539 Promotor: Prof. dr. Jan Bael Commissaris: Mevrouw Anne-Sophie Baudry Masterproef
Nadere informatieSuccessieplanning met verzekeringsproducten in nieuw samengestelde gezinnen
Successieplanning met verzekeringsproducten in nieuw samengestelde gezinnen Samenlevingsvormen huwelijk wettelijke samenwoning feitelijke samenwoning Doelstellingen bescherming langstlevende echtgenoot
Nadere informatieDE SCHENKING VAN ROERENDE GOEDEREN MET FIDEÏ-COMMIS DE RESIDUO
Faculteit Rechtsgeleerdheid Universiteit Gent Academiejaar 2009-2010 DE SCHENKING VAN ROERENDE GOEDEREN MET FIDEÏ-COMMIS DE RESIDUO Masterproef van de opleiding Master in het Notariaat Ingediend door Elissa
Nadere informatieStéphanie Crombez. Promotor: Prof. dr. Annelies Wylleman Copromotor: Mevr. Lies Pottier. Aantal woorden: Studentennummer:
DE BEVOEGDHEIDSAFBAKENING TUSSEN NOTARIS EN RECHTBANK BIJ DE OMZETTING VAN HET VRUCHTGEBRUIK VAN DE LANGSTLEVENDE ECHTGENOOT OF LANGSTLEVENDE WETTELIJK SAMENWONENDE PARTNER Aantal woorden: 21.155 Stéphanie
Nadere informatieHet bewijs van de gezondheid of ongezondheid van geest van de testator of schenker en de problematiek van het medisch beroepsgeheim
Faculteit Rechtsgeleerdheid Universiteit Gent Academiejaar 2010-11 Het bewijs van de gezondheid of ongezondheid van geest van de testator of schenker en de problematiek van het medisch beroepsgeheim Masterproef
Nadere informatieBEDINGEN VAN AANWAS EN TERUGVALLING
Faculteit Rechtsgeleerdheid Universiteit Gent Academiejaar 2014-2015 BEDINGEN VAN AANWAS EN TERUGVALLING INZAKE REGISTRATIE- EN SUCCESSIERECHTEN Masterproef van de opleiding Master na master in het notariaat
Nadere informatieHoe afwijken van het wettelijk erfrecht? Fundamenten van het nieuwe erfrecht
Hoe afwijken van het wettelijk erfrecht? Fundamenten van het nieuwe erfrecht Bart Chiau Augustus 2018 1 september 2018 Hervorming wettelijk erfrecht Hervorming erfbelasting Hervorming huwelijksvermogensrecht
Nadere informatieDe fiscale aspecten van het fideïcommissum de residuo
Faculteit Rechtsgeleerdheid Universiteit Gent Academiejaar 2011-2012 De fiscale aspecten van het fideïcommissum de residuo Masterproef van de opleiding Master na master notariaat Ingediend door Lust Thomas
Nadere informatieHof van Cassatie van België
10 DECEMBER 2010 F.08.0102.N/1 Hof van Cassatie van België Arrest Nr. F.08.0102.N BELGISCHE STAAT, vertegenwoordigd door de minister van Financiën, met kantoor te 1000 Brussel, Wetstraat 12, voor wie optreedt
Nadere informatieINHOUD. VOORWOORD... v. KRONIEK FAMILIAAL VERMOGENSRECHT Prof. Dr. Johan Du Mongh Primair huwelijksvermogensstelsel Veerle Allaerts...
INHOUD VOORWOORD.................................................... v DEEL I. KRONIEK FAMILIAAL VERMOGENSRECHT Prof. Dr. Johan Du Mongh.............................. 1 Hfdst. I. Primair huwelijksvermogensstelsel
Nadere informatieDE OORZAAK VAN EISBAARHEID VAN DE SUCCESSIERECHTEN...
Successierechten 1. INLEIDING...2 A. OMSCHRIJVING...2 B. ONDERSCHEID...2 1 Het eigenlijk successierechten...2 2 Het recht van overgang bij overlijden...2 3 Oneigenlijke gewestelijke belasting...2 4 Ontstaan
Nadere informatieEstate Planning. crashed.life / photocase.com HOEZO, GEGEVEN IS GEGEVEN?
Estate Planning crashed.life / photocase.com HOEZO, GEGEVEN IS GEGEVEN? ONS ADVIES OM CONTROLE TE HOUDEN OVER UW GESCHONKEN BELEGGINGSPORTEFEUILLE Vermogen overhevelen naar een volgende generatie is relatief
Nadere informatieDe conventionele vrijheid in het schenkingsrecht
Faculteit rechtsgeleerdheid Universiteit Gent Academiejaar 2013-2014 De conventionele vrijheid in het schenkingsrecht Masterproef van de opleiding Master in de rechten Ingediend door: Saar Vanrenterghem
Nadere informatieInhoud. Deel 1 Analyse van de situatie 17. Woord vooraf 3 Inleiding 11
Inhoud Woord vooraf 3 Inleiding 11 Deel 1 Analyse van de situatie 17 Hoofdstuk 1 Inleiding 19 Hoofdstuk 2 De persoonlijke situatie 23 1 Inleiding 23 2 De familiale aspecten 23 2.1 De huidige burgerlijke
Nadere informatieDE SUCCESSIE- EN SCHENKINGSRECHTEN: OFFICIËLE TARIEVEN
DE SUCCESSIE- EN SCHENKINGSRECHTEN: OFFICIËLE TRIEVEN De successie- en schenkingsrechten verschillen per gewest.. DE SUCCESSIERECHTEN EN DE SCHENKINGSRECHTEN IN HET BRUSSELS HOOFDSTEDELIJK GEWEST 1. SUCCESSIERECHTEN
Nadere informatieMr H.M.L. Simons, notaris Notariskantoor Kunderlinde Voerendaal
Erfrecht Mr H.M.L. Simons, notaris Notariskantoor Kunderlinde Voerendaal Erfrecht Algemeen Wettelijke verdeling Legitieme portie Samenwoners 2-Trapsmaking Zuivere aanvaarding, beneficiaire aanvaarding,
Nadere informatieDe aansprakelijkheid voor schulden der nalatenschap bij de wettelijke verdeling
De aansprakelijkheid voor schulden der nalatenschap bij de wettelijke verdeling 1. Inleiding Wanneer men de problematiek van aansprakelijkheid voor en verhaalbaarheid van schulden van de nalatenschap bij
Nadere informatie1. Onterven. 2. Generatiesprong
1. Onterven Ik leef in onmin met mijn moeder, die een huis bezit en verscheidene bankrekeningen heeft. Kan zij bewerkstelligen dat mij helemaal niets zou toekomen? Neen. Kinderen kunnen niet volledig onterfd
Nadere informatieNieuwe beslissingen VLABEL over erfbelasting
Nieuwe beslissingen VLABEL over erfbelasting Het artikel van Cazimir Advocaten dd. 23/01/2017 over de update inzake erfbelasting kunnen wij u niet onthouden. Beding van aanwas en terugvalling (Standpunt
Nadere informatieDe hervorming van het erfrecht. Carina VAN CAUTER Federaal volksvertegenwoordiger Open Vld
De hervorming van het erfrecht Carina VAN CAUTER Federaal volksvertegenwoordiger Open Vld Inhoudstafel 1. Openvallen van de nalatenschap 2. Toebedeling van de erfenis 3. Keuze van de erfgenaam 4. Verdeling
Nadere informatieINHOUD. VOORWOORD... v. KRONIEK FAMILIAAL VERMOGENSRECHT Prof. Dr. Charlotte Declerck Primair huwelijksvermogensstelsel Veerle Allaerts...
INHOUD VOORWOORD.................................................... v DEEL I. KRONIEK FAMILIAAL VERMOGENSRECHT Prof. Dr. Charlotte Declerck........................ 1 Hfdst. I. Primair huwelijksvermogensstelsel
Nadere informatieRendement. 12 de jaargang september 2018 nr 38 FINANCIEEL NIEUWS
Rendement 12 de jaargang september 2018 nr 38 FINANCIEEL NIEUWS WIJZIGING IN RESERVATAIRE GEDEELTE 1) Minder reserve - Meer vrijheid om de nalatenschap naar wens te verdelen DE HERVORMING VAN HET ERFRECHT
Nadere informatieSAMENWONING RELEVANTE ARTIKELS UIT HET BELGISCH BURGERLIJK WETBOEK
WETTELIJKE SAMENWONING RELEVANTE ARTIKELS UIT HET BELGISCH BURGERLIJK WETBOEK BOEK III TITEL Vbis WETTELIJKE SAMENWONING Artikel 1475 Onder wettelijke samenwoning wordt verstaan de toestand van samenleven
Nadere informatieONTWERP VAN DECREET TEKST AANGENOMEN DOOR PLENAIRE VERGADERING
Zitting 2005-2006 5 juli 2006 ONTWERP VAN DECREET houdende vrijstelling van successierechten ten voordele van de langstlevende partner voor de nettowaarde van de gezinswoning TEKST AANGENOMEN DOOR PLENAIRE
Nadere informatieHof van Cassatie van België
21 OKTOBER 2016 C.15.0457.N/1 Hof van Cassatie van België Arrest Nr. C.15.0457.N R. V. R., handelend in eigen naam en in hoedanigheid van erfgenaam van de heer P. V. R., eiseres, vertegenwoordigd door
Nadere informatieKRONIEK FAMILIAAL VERMOGENSRECHT Prof. Dr. Johan Du Mongh en Dr. Charlotte Declerck.. 1
INHOUD VOORWOORD.................................................... v DEEL I. KRONIEK FAMILIAAL VERMOGENSRECHT Prof. Dr. Johan Du Mongh en Dr. Charlotte Declerck.. 1 Hfdst. I. Primair huwelijksvermogensstelsel
Nadere informatieUPDATE SUCCESSIEPLANNING PIETER VAN DE SIJPE
UPDATE SUCCESSIEPLANNING PIETER VAN DE SIJPE Successieplanning anno 2018 Hervorming erfrecht VLABEL aan de macht: een overzicht van enkele standpunten Huwelijkscontract en fiscaliteit: een moeilijk huwelijk
Nadere informatiewww.mentorinstituut.be
www.mentorinstituut.be Weg met Napoleon erfenissen op maat! Finance Day, 1 juni 2013 2 Agenda Voorstellen justitieminister Beleidsnota 9 januari 2013 Belgisch erfrecht: ingewikkeld star niet aangepast
Nadere informatieArtikel 918 B.W.: mogelijkheden en gevaren
UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE ACADEMIEJAAR 2015 2016 Artikel 918 B.W.: mogelijkheden en gevaren Masterproef voorgedragen tot het bekomen van de graad van Master of Science in de
Nadere informatieHandboek Estate Planning Bijzonder Deel... Voorwoord... De auteurs... Verkrijgingen door de langstlevende echtgenoot via huwelijkcontract...
Inhoudsopgave Handboek Estate Planning Bijzonder Deel..................... Voorwoord.............................................. De auteurs............................................... i iii v DEEL
Nadere informatieAuteur. Onderwerp. Datum
Auteur Alain Verbeke Buitengewoon Hoogleraar Leuven, Antwerpen, Tilburg Advocaat Philippe & Partners Onderwerp Vruchtgebruik: creatief met rechthebbenden Datum 1999 Copyright and disclaimer Gelieve er
Nadere informatieINHOUDSTAFEL VOORWOORD... DANKWOORD... LIJST VAN DE MEEST GEBRUIKTE AFKORTINGEN... INLEIDING...1 I. VOORSTELLING VAN HET ONDERWERP...3 II. METHODE...
INHOUDSTAFEL VOORWOORD... DANKWOORD... LIJST VAN DE MEEST GEBRUIKTE AFKORTINGEN... ix xi xix INLEIDING...1 I. VOORSTELLING VAN HET ONDERWERP...3 II. METHODE...7 DEEL I. DE ERFOVERGANG VAN AANDELEN AB INTESTATO...9
Nadere informatieBEGINSELEN VAN BELGISCH PRIVAATRECHT VI ERFRECHT DEELI OPENVALLEN EN TOEWIJZING VAN DE NALATENSCHAP, ERFOVEREENKOMSTEN, RESERVE EN INBRENG
BEGINSELEN VAN BELGISCH PRIVAATRECHT VI ERFRECHT DEELI OPENVALLEN EN TOEWIJZING VAN DE NALATENSCHAP, ERFOVEREENKOMSTEN, RESERVE EN INBRENG M. PUELINCKX-COENE Prof. Emeritus Univ. Antwerpen 2011 LKluwer
Nadere informatieMASTERPROEF: DE SCHENKING VAN ROERENDE GOEDEREN BIJ NOTARIËLE AKTE
Academiejaar 2009-2010 MASTERPROEF: DE SCHENKING VAN ROERENDE GOEDEREN BIJ NOTARIËLE AKTE Promotor: Prof. J. Bael Ann-Sophie Buyck Facultieit Rechtsgeleerdheid Gent 20021932 VOORWOORD Aan het einde gekomen
Nadere informatieKrachtlijnen van het nieuwe erfrecht
Krachtlijnen van het nieuwe erfrecht DB Planning Insights November 2017 DB Planning Insights - November 2017 Krachtlijnen van het nieuwe erfrecht Inleiding Krachtlijnen van het nieuwe erfrecht 3 Minister
Nadere informatie1.1. Lijst van gebruikte begrippen en afkortingen. Successiewet Successiewet 1956. Burgerlijk Wetboek
Schenk- en erfbelasting. Overdrachtsbelasting. Verwerping van een nalatenschap. Ongelukkige redactie testament. Vergeten testament. Informele wil Belastingdienst/ Directie Vaktechniek Belastingen. Besluit
Nadere informatie