INHOUDSTAFEL. D+A Consult 1 BPA Pelikaanstraat

Transcriptie

1

2

3 INHOUDSTAFEL 1. VOORAFGAANDE BEPALINGEN TERMINOLOGIE OVERGANGSMAATREGELEN BESTAANDE FUNCTIES AFWIJKEND VAN DE PLANVOORSCHRIFTEN VERBOUWINGSWERKEN AFWIJKEND VAN DE PLANVOORSCHRIFTEN WAARDEVOLLE PANDEN WEGENIS ZONE VOOR OPENBARE WEGENIS KANTOORZONES ZONE VOOR KANTOREN Begrenzing van de bouwzones Bestemmingen Bebouwing Onbebouwde ruimte WOONZONES ZONE VOOR GESLOTEN BEBOUWING Bestemmingen Bebouwing Onbebouwde ruimte Overige bepalingen SPECIFIEKE ZONES ZONE VOOR BINNENGEBIED Bestemming Inrichting ZONE VOOR BINNENPLEIN Bestemming Inrichting VARIABELE DOORSTEEK LANGE HERENTALSESTRAAT WANDEL- EN FIETSRELATIE... 9 D+A Consult 1 BPA Pelikaanstraat

4 VOORSCHRIFTEN BPA PELIKAANSTRAAT - ALGEMENE BEPALINGEN - 1. VOORAFGAANDE BEPALINGEN Het Bijzonder Plan van Aanleg is begrensd volgens de aanduidingen van bijgaand bestemmingsplan. De grafische gegevens van het plan en de reglementaire voorschriften ervan vullen elkaar aan. Voor de gevallen waarbij kadastrale afwijkingen op het plan voorkomen ten overstaan van de situaties op plan aangegeven, kunnen de bestemmingen aangepast worden rekening houdend met de kadastrale juistheid. Binnen de grenzen van dit BPA blijven de gemeentelijke bouwverordeningen, de klasseringsbesluiten en de speciale wettelijke bepalingen van toepassing, tenzij anders bepaald in dit BPA. De bepalingen van dit plan zullen nooit mogen toegepast worden ten nadele van bestaande erfdienstbaarheden al dan niet van openbaar nut en voorkomende uit bijzondere reglementeringen. De bepalingen van de vergunde verkavelingen gelegen in het BPA blijven van kracht ook al wijken zij af van de voorschriften van het BPA. Nieuwe verkavelingen kunnen enkel vergund worden binnen de voorschriften van het BPA. Het realiseren en verbouwen van ondergrondse en bovengrondse constructies voor openbaar nut is toegelaten in alle zones van het BPA, zonder rekening te houden met de voorschriften van de betreffende zone, op voorwaarde dat ze om redenen van openbaar nut noodzakelijk zijn of complementair zijn aan het realiseren van de bestemming van de zone. 2. TERMINOLOGIE Bebouwingscoëfficiënt De verhouding van de bebouwde grondoppervlakte tot de totale perceelsoppervlakte. Bouwlijn Lijn waarop de gevel van een gebouw is geplaatst. Ééngezinswoning Een woongelegenheid voor één gezin Gebouw Elk bouwwerk dat een voor mensen toegankelijke, overdekte, geheel of gedeeltelijk met doorgaande muren omsloten ruimte vormt. Gelijkvloers Op dezelfde hoogte als de begane grond. Hoofdbestemming De hoofdbestemming is de verplichte invulling van de bestaande en op te richten gebouwen. De hoofdbestemming neemt minimaal 50% van de totale vloeroppervlakte in. Nevenbestemming Een nevenbestemming is een mogelijke en toegelaten bestemming binnen de betreffende zone. De nevenbestemming neemt maximaal 50% van de totale vloeroppervlakte in. D+A Consult 2 BPA Pelikaanstraat

5 Verdieping Elk der afdelingen waarin een gebouw door horizontale scheidingsvlakken verdeeld wordt. Ruimte tussen twee vloeren. Vloerpas Niveau van de gelijkvloerse verdieping. Voorste bestemmingsgrens Bestemmingsgrens aan de straatzijde. Plint Vlak stuk aan de voet van een gebouw Zone Gebied binnen zekere begrenzingen waarbinnen bepaalde voorschriften gelden met betrekking tot het bouwen of niet bouwen, en tot het inrichten. 3. OVERGANGSMAATREGELEN 3.1. Bestaande functies afwijkend van de planvoorschriften Bestaande vergunde/ vergund geachte functies afwijkend van de planvoorschriften kunnen behouden blijven binnen de bestaande volumes mits de plaatselijke bouwvoorschriften in acht worden genomen en voor zover deze activiteiten geen rook-, reuk-, lawaai- en/of andere hinder veroorzaken die schadelijk is voor de voorgeschreven of feitelijke hoofd- en nevenbestemmingen van het gebied. Verbouwingswerken binnen het bestaande volume waarbij een bestaande activiteit behouden blijft, die niet overeenstemt met de voorschriften van de betreffende zone, kunnen worden toegestaan. Bij herbouwings- of nieuwbouwwerken, met inbegrip van uitbreidingswerken, dient de nieuwe functie overeen te komen met de voorgeschreven bestemming Verbouwingswerken afwijkend van de planvoorschriften Bestaande vergunde gebouwen, in strijd met de voorschriften en aanduidingen van het BPA mogen verbouwd worden zolang er geen bijkomende elementen in strijd met de voorschriften en aanduidingen van het nieuwe BPA ontstaan. 4. WAARDEVOLLE PANDEN Voor het op plan aangeduide waardevolle pand zijn slechts werken en handelingen toegelaten die verenigbaar zijn met de cultuurhistorische identiteit en waarde van het pand. In functie van dergelijke werken kunnen afwijkingen worden toegestaan ten opzichte van de voorschriften van de bestemmingszone waarin het zich bevind. In elk geval dienen werken en wijzigingen aan dit pand grondig gemotiveerd te worden bij de vergunningsaanvraag. D+A Consult 3 BPA Pelikaanstraat

6 VOORSCHRIFTEN BPA PELIKAANSTRAAT - BEPALINGEN PER ZONE - 5. WEGENIS 5.1. Zone voor openbare wegenis De bestemmingsgrens van de openbare wegenis legt tevens de rooilijn vast tenzij grafisch anders aangeduid op het bestemmingsplan. De stroken in dit plan aangeduid voor openbare wegenis zullen, in zoverre zij nog niet tot de openbare wegenis behoren, hierbij ingelijfd worden door afstand, onteigening of verwerving. De aanduidingen der verhardingen, boordstenen, vluchtheuvels, beplantingen en dergelijke zijn enkel gegeven ten titel van inlichting, indien aangeduid op plan. Toelating tot bouwen kan slechts verleend worden op kavels die rechtstreeks palen aan, of een regelmatige aangelegde toegang hebben tot de openbare weg, waarvan de rooilijnen door de bevoegde overheid zijn vastgelegd en waarvan de aanleg, de verharding en de algemene uitrusting uitgevoerd zijn overeenkomstig de eisen die hieraan door de bevoegde overheid gesteld zijn. Binnen deze stroken mag worden aangebracht al wat de hedendaagse verkeerstechniek vereist, zoals parkeerruimten, beplantingen, voorzieningen voor openbaar vervoer, KANTOORZONES 6.1. Zone voor kantoren Begrenzing van de bouwzones De verschillende bouwzones zijn, tenzij anders gespecificeerd in de voorschriften of op het bestemmingsplan, op het bestemmingsplan begrensd door de grens van de bestemmingszone. Tenzij anders aangegeven geldt de voorste bestemmingsgrens van de bouwzones tevens als verplichte bouwlijn Bestemmingen In hoofdbestemming kantoren In nevenbestemming handelszaken; vrije beroepen; horeca; niet-hinderlijke verzorgende en ambachtelijke bedrijven; diensten; culturele activiteiten; wonen. In de zones die op het bestemmingsplan met een rode contour zijn aangegeven, moet minstens 30% van de totale vloeroppervlakte per pand met een woonfunctie en/of verblijfsfunctie worden ingevuld Bebouwing Bouwlijn en inplanting D+A Consult 4 BPA Pelikaanstraat

7 Tenzij grafisch anders aangegeven, geldt de voorste bestemmingsgrens als verplichte bouwlijn voor het hoofdgebouw. Bouwdiepte De zone mag over de hele oppervlakte bebouwd worden. Bouwhoogte De maximale kroonlijsthoogte wordt grafisch weergegeven op het bestemmingsplan. Dit betekent bij een aanduiding van: 13: kroonlijsthoogte minimaal 12m, maximaal 13m en 4 bouwlagen; 16: kroonlijsthoogte minimaal 15m, maximaal 16m en 5 bouwlagen; 19: kroonlijsthoogte minimaal 18m, maximaal 19m en 6 bouwlagen; 22: kroonlijsthoogte minimaal 21m, maximaal 22m en 7 bouwlagen; 26: kroonlijsthoogte minimaal 24m, maximaal 26m en 8 bouwlagen; 36: kroonlijsthoogte maximaal 36m en 12 bouwlagen; 42: kroonlijsthoogte maximaal 42m en 14 bouwlagen. In elk geval dient op een kwalitatieve wijze te worden aangesloten op de bestaande bebouwing, dit zowel naar hoogte van het volume als naar ritmering van bouwlagen en hoogte van de plint van het gebouw. Boven de kroonlijsthoogte kan nog 1 extra bouwlaag voorzien worden. Deze bouwlaag moet minstens 3 m achter de gevels worden ingeplant. De hoogte van de bouwlaag bedraagt maximaal 3 m. De maximale totale bouwhoogte met inbegrip van alle antennes, masten, daktuinen, technische gebouwtjes, tijdelijke constructies, mag niet meer dan 50 m boven het bestaande maaiveld bedragen. Dakvorm en technieken Dakvorm: plat dak. Op het dak mogen de voor het gebouw vereiste technische installaties worden geplaatst. Indien een bouwlaag boven de kroonlijsthoogte wordt voorzien, moeten de technische installaties in deze bouwlaag worden geïntegreerd. Uiterlijke afwerking van de gebouwen Alle definitief zichtbaar blijvende gevels moeten als voorgevel worden behandeld voor wat de keuze van materialen en de afwerking betreft. In principe zijn alle gevelmaterialen toelaatbaar indien ze constructief en esthetisch verantwoord zijn, zowel voor het betreffende gebouw als voor de omgeving. Een overmatige verscheidenheid van materialen en kleuren, zowel voor één gebouw als binnen de volledige zone, dient vermeden te worden. Het algemeen uitzicht en de keuze van de materialen van de op te richten gebouwen moeten in harmonie zijn met het karakter en het uitzicht van de omgeving. Vloerpas De vloerpas van de op te richten gebouwen mag niet onder het straatpeil liggen, behoudens afwijkingen welke door het College van Burgemeester en Schepenen kunnen toegestaan worden om reden van een goede stedenbouwkundige integratie Onbebouwde ruimte De onbebouwde ruimte dient ingericht te worden als tuin of buitenruimte met een stedelijk karakter. Vanaf een oppervlakte van 150m² dient de onbebouwde ruimte voorzien te worden van hoogstammig groen en een gronddekking van minimaal 80 cm. Voor de aanleg van verharde buitenruimtes is het gebruik van waterdoorlatende materialen verplicht. D+A Consult 5 BPA Pelikaanstraat

8 7. WOONZONES 7.1. Zone voor gesloten bebouwing Bestemmingen In hoofdbestemming Wonen: eengezinswoningen, appartementen en studio s zijn toegelaten. Per woongelegenheid geldt een minimale oppervlakte van 44 m². In nevenbestemming kantoren vrije beroepen. winkelhuizen; horeca; verzorgende en ambachtelijke bedrijven; diensten. De nevenbestemmingen zijn slechts toegelaten op de gelijkvloerse en eerste verdieping Bebouwing Bouwlijn en inplanting Tenzij grafisch anders aangegeven, geldt de voorste bestemmingsgrens als verplichte bouwlijn voor het hoofdgebouw. Bouwdiepte Minimale bouwdiepte: 8 m Tenzij grafisch anders aangegeven, bedraagt de maximale bouwdiepte: 20 m voor het gelijkvloers; 15 m voor de verdiepingen. Vanaf de achterste perceelsgrens is minimum 5 m vrije zone voorzien, behalve bij hoekpercelen in straathoeken. Het gelijkvloers mag 100 % bebouwd worden indien er op dit niveau geen woon- en/of kantoorfuncties worden voorzien. Maximale bouwdiepte: Gelijkvloers: de achterste perceelsgrens geldt als uiterste bouwgrens. Voor wonen en diensten op het gelijkvloers geldt een maximale bouwdiepte van 20 m. Verdiepingen: maximale bouwdiepte 15 m Bouwhoogte Maximaal 4 bouwlagen, met een kroonlijsthoogte van minimaal 12 m en maximaal 13 m. Boven de kroonlijsthoogte kan nog 1 extra bouwlaag voorzien worden. Het volume van deze bouwlaag dient zich in te passen binnen een vlak van 45 vanaf de kroonlijst. Dakvorm en technieken Dakvorm: hellend of plat dak. Op het dak mogen de voor het gebouw vereiste technische installaties worden geplaatst, binnen een vlak van 45 vanaf de kroonlijst. Indien een bouwlaag boven de kroonlijsthoogte wordt voorzien, moeten de technische installaties in deze bouwlaag worden geïntegreerd. Uiterlijke afwerking van de gebouwen Alle definitief zichtbaar blijvende gevels moeten als voorgevel worden behandeld voor wat de keuze van materialen en de afwerking betreft. In principe zijn alle gevelmaterialen toelaatbaar indien ze constructief en esthetisch verantwoord zijn, zowel voor het betreffende gebouw als voor de omgeving. Een overmatige verscheidenheid van materialen en kleuren, zowel voor één gebouw als binnen de volledige zone, dient vermeden te worden. D+A Consult 6 BPA Pelikaanstraat

9 Het algemeen uitzicht en de keuze van de materialen van de op te richten gebouwen moeten in harmonie zijn met het karakter en het uitzicht van de omgeving. Vloerpas De vloerpas van de op te richten gebouwen mag niet onder het straatpeil liggen, behoudens afwijkingen welke door het College van Burgemeester en Schepenen kunnen toegestaan worden om reden van een goede stedenbouwkundige integratie. Onder de gebouwen kunnen kelders worden voorzien voor opslag en/of technieken. In deze zone kan eveneens een ondergrondse parking voorzien worden Onbebouwde ruimte De onbebouwde ruimte dient ingericht te worden als tuin of buitenruimte met een stedelijk karakter. Vanaf een oppervlakte van 150m² dient de onbebouwde ruimte voorzien te worden van hoogstammig groen en een gronddekking van minimaal 80 cm. Voor de aanleg van verharde buitenruimtes is het gebruik van waterdoorlatende materialen verplicht Overige bepalingen Voor iedere groep van woningen zal de architectuur (algemeen uitzicht, hoogte, dakvorm) van de eerst gebouwde woning bepalend zijn voor de overige. De woonfuncties op de verdiepingen moeten een afzonderlijke toegang, gescheiden van de nevenfuncties, hebben op het gelijkvloers. Eén toegang voor meerdere woningen is toegestaan. 8. SPECIFIEKE ZONES 8.1. Zone voor binnengebied Bestemming Deze zones zijn bestemd voor de aanleg van open binnenruimtes en bijgebouwen Inrichting De maximale bebouwingscoëfficiënt per perceel bedraagt: in zone A: 50%; in zone B: 40%. De maximale bouwhoogte bedraagt: in zone A: 3 bouwlagen, zijnde maximaal 10 m; in zone B: 1 bouwlagen, zijnde maximaal 7 m. De bebouwing in de zone voor binnengebied dient ruimtelijk en functioneel aan te sluiten bij de bebouwing in de aanpalende bebouwbare zones. De onbebouwde ruimte dient ingericht te worden als tuin of buitenruimte met een stedelijk karakter. Vanaf een oppervlakte van 150 m² dient de onbebouwde ruimte voorzien te worden van hoogstammig groen en een gronddekking van minimaal 80 cm. Voor de aanleg van verharde buitenruimtes is het gebruik van waterdoorlatende materialen verplicht. De gebouwen worden opgetrokken in duurzame materialen die in harmonie zijn met de materialen van het hoofdgebouw. De dakvorm is vrij. Het dak dient opgetrokken te worden in duurzame en esthetisch verantwoorde materialen. Wat de afwerkingsgraad betreft, dient het dak als vijfde gevel te worden behandeld. Indien een plat dak wordt gebruikt, dient dit als extensief groendak te worden ingericht. Op het dak mogen geen technische installaties worden voorzien. D+A Consult 7 BPA Pelikaanstraat

10 8.2. Zone voor binnenplein Bestemming Deze zone is bestemd om ingericht te worden als (semi-)publiek binnenplein met (semi-)publieke doorsteken naar de Hoveniersstraat, de Pelikaanstraat en de Lange Herentalsestraat Inrichting Deze zone mag niet bebouwd worden, tenzij in de daartoe op het bestemmingsplan aangegeven overbouwbare zones. Om de nadelige windeffecten ten gevolge van de hoge bebouwing op te vangen, kan wel een lichte constructie met transparante invulling aangebracht worden over 50% van de totale oppervlakte van het binnenplein. Deze constructie mag in geen geval het licht van de aanpalende gebouwen ontnemen. Voor de doorsteken gelden volgende bepalingen: Doorsteek Pelikaanstraat: - De noordelijke zijde van de doorsteek dient verplicht in het verlengde te liggen van de noordelijke wand van het binnenplein. - De breedte van de doorsteek bedraagt minimaal 10 m en maximaal 15 m. - De hoogte van de doorsteek bedraagt minimaal 2/3 van de breedte.. - Binnen de overbouwbare zone mag de doorsteek over maximaal 60% van de oppervlakte overbouwd worden. Dit betekent dat minstens 40% van de doorsteek over de volledige hoogte open moet blijven teneinde voldoende lichtinval te garanderen. - Voor overbouwde delen van de overbouwbare zone geldt een kroonlijsthoogte van minimaal 24 m en maximaal 26 m, met maximaal 8 bouwlagen. Boven de kroonlijsthoogte kan nog 1 extra bouwlaag voorzien worden. Deze bouwlaag moet minstens 3 m achter de grenzen met de zone voor binnenplein worden ingeplant. De hoogte van de bouwlaag bedraagt maximaal 3 m. Binnen de overbouwbare zones zijn voor het effectief gebouwde deel de voorschriften van de zone voor kantoren van toepassing. - De doorsteek kan afgesloten worden met een transparante en doorzichtige constructie, maar dient tussen 6.00 uur en uur publiek toegankelijk te blijven. - Alle definitief zichtbaar blijvende vlakken moeten als volwaardige gevel worden behandeld voor wat de keuze van materialen en de afwerking betreft. Vormgeving, afwerking, lichtinval en materiaalgebruik moeten een kwalitatieve meerwaarde bieden voor de beleving van de doorsteek. Doorsteek Hoveniersstraat - De zijden van de doorsteek vallen samen met de bestemmingsgrenzen tussen de zone voor binnenplein en de zone voor kantoren. - De hoogte van de doorsteek onder de gebouwen bedraagt minimaal 4 m en maximaal 7 m. - Voor de overbouwbare zone geldt een kroonlijsthoogte van maximaal 36 m, met maximaal 12 bouwlagen. Boven de kroonlijsthoogte kan nog 1 extra bouwlaag voorzien worden. Deze bouwlaag moet minstens 3 m achter de grenzen met de zone voor binnenplein en de openbare wegenis worden ingeplant. De hoogte van de bouwlaag bedraagt maximaal 3 m. Binnen de overbouwbare zones zijn voor het effectief gebouwde deel de voorschriften van de zone voor kantoren van toepassing. - De doorsteek kan afgesloten worden met een transparante en doorzichtige constructie, maar dient tussen 6.00 uur en uur publiek toegankelijk te blijven. - Alle definitief zichtbaar blijvende vlakken moeten als volwaardige gevel worden behandeld voor wat de keuze van materialen en de afwerking betreft. Binnen de zone voor binnenplein moeten de nodige maatregelen worden genomen om het verkeer zodanig te geleiden dat de verblijfsruimte (ontmoetingsruimte, speelruimte, ) primeert boven de verkeersruimte. Hiertoe mogen beplantingen, onverharde zones en voorzieningen (bijv. banken) aangebracht worden die het verblijfskarakter van het plein benadrukken. D+A Consult 8 BPA Pelikaanstraat

11 Omwille van de doorwandelbaarheid van het gebied dient de zone voor binnenplein publiek toegankelijk te zijn tussen 6.00 uur en uur. Gemotoriseerd verkeer is enkel toegelaten voor laden en lossen binnen een afgebakend tijdsbestek en voor veiligheidsdiensten. Bij het ontwerpen van de aanpalende bebouwbare zones dient de nodige aandacht te worden besteed aan de ruimtelijke relatie met het plein als verblijfsruimte Variabele doorsteek Lange Herentalsestraat De op het bestemmingsplan aangegeven variabele doorsteek dient gerealiseerd te worden binnen de op het bestemmingplan aangeduide zwarte contour. De hoogte van de doorsteek onder de gebouwen bedraagt minimaal 4 m en maximaal 7 m. De doorsteek kan afgesloten worden met een transparante en doorzichtige constructie, maar dient tussen 6.00 uur en uur publiek toegankelijk te blijven. Alle definitief zichtbaar blijvende vlakken moeten als volwaardige gevel worden behandeld voor wat de keuze van materialen en de afwerking betreft Wandel- en fietsrelatie De op het bestemmingsplan met stippellijn aangeduide wandel- en fietsrelatie is ter indicatieven titel weergegeven. De aangegeven relatie dient te allen tijde verzekerd te blijven. Daartoe dient een doorsteek gerealiseerd te worden binnen de op het bestemmingsplan aangeduide zwarte contour. Bij het realiseren van een project waarvan de projectgrond minstens 1/3 van de oppervlakte binnen deze contour beslaat, dient de exacte ligging van deze doorsteek vastgelegd te worden. De doorsteek mag enkel overbouwd worden binnen de zones voor gesloten bebouwing en voor kantoren. De breedte en de hoogte van de doorsteek bedragen minimaal 4 m. Materialen en inrichting van de doorsteek moeten in harmonie zijn met de materiaalkeuze en inrichting van de zone voor binnenplein. Alle definitief zichtbaar blijvende vlakken moeten als volwaardige gevel worden behandeld voor wat de keuze van materialen en de afwerking betreft. De toegangen tot de omliggende functies worden bij voorkeur georganiseerd vanuit deze doorsteek. Opgemaakt door ondergetekende ontwerper te Antwerpen, Frank De Bruyne, Stedenbouwkundige D+A Consult 9 BPA Pelikaanstraat

12 gezien en voorlopig vastgesteld door de gemeenteraad in zitting van 27 maart 2006 voor de stadssecretaris bij machtiging van 29 juli 2005 voor de burgemeester de afgevaardigde schepen Frank De Bruyne bestuurscoördinator L. Van Campenhout het college van burgemeester en schepenen bevestigt dat dit plan voor het openbaar onderzoek in het stadhuis ter inzage werd gelegd van 15 april 2006 tot en met 15 mei 2006 voor de stadssecretaris bij machtiging van 29 juli 2005 voor de burgemeester de afgevaardigde schepen Frank De Bruyne bestuurscoördinator L. Van Campenhout gezien en definitief vastgesteld door de gemeenteraad in zitting van 23 oktober 2006 voor de stadssecretaris bij machtiging van 29 juli 2005 voor de burgemeester de afgevaardigde schepen Frank De Bruyne bestuurscoördinator L. Van Campenhout D+A Consult 10 BPA Pelikaanstraat