Antwoorden en vragen gemeente Oegstgeest Versie 1: 2 juni 2016

Transcriptie

1 Antwoorden en vragen gemeente Oegstgeest Versie 1: 2 juni 2016 Is een extra opvang locatie voor vluchtelingen of vergunninghouder nog wel nodig? De noodzaak voor nieuwe opvanglocaties is onverminderd hoog. Op grond daarvan is het Centraal Orgaan opvang Asielzoekers (COA) enige tijd geleden met de gemeente Oegstgeest in contact getreden. Er heeft een aantal oriënterende gesprekken plaatsgevonden tussen college en het COA inmiddels zijn de wensen van het COA en de (on) mogelijkheden van de locatie Rivierduinen onderzocht en bij het college en het COA bekend. Wat voor soort opvanglocatie zou het moeten worden? De locatie in Oegstgeest is een aanvullende opvanglocatie (AVO) en geen asielzoekerscentrum. Een AVO wordt beheerd door een beheerder/exploitant waarmee de gemeente rechtstreeks kan communiceren. Het COA sluit met de beheerder een overeenkomst maar blijft verantwoordelijk voor de regie. Op een AVO vangt het COA zowel gezinnen als alleenreizende mannen en vrouwen van diverse nationaliteiten op. Er wonen mensen die in de Verlengde Asielprocedure- (nog geen beschikking van de Immigratie en Naturalisatie Dienst (IND) op asielaanvraag) of inburgeringsfase (verblijfsvergunning) zitten. Na een periode kunnen sommige bewoners in de terugkeerfase terecht komen omdat hun asielaanvraag wordt afgewezen. De verblijfstijden van deze diverse groepen lopen daardoor nogal uiteen. Wel kunnen we aangeven dat het merendeel van de vluchtelingen uit Syrië, Irak en Afghanistan komt. Hoe ziet de besluitvorming er uit? Deze maand vinden gesprekken plaats met bewoners en belanghebbenden. Daarbij worden de reacties verzameld. Daarna vindt besluitvorming plaats. Het afgeven van een gebruiksvergunning (brandveiligheid) voor de locatie is noodzakelijk. Daarnaast dient een omgevingsvergunning te worden aangevraagd om huisvesting op deze plek mogelijk te maken. Beide vergunningen kunnen door de gemeente worden verleend als aan de vergunningsvoorwaarden wordt voldaan. Wat wordt de samenstelling van de beoogde op te vangen groep? De samenstelling van de beoogde op te vangen groep is een weerspiegeling van de instroom. Hoe de samenstelling op het moment van instroom precies zal zijn is op dit moment nog niet te zeggen. Natuurlijk houdt het COA bij het opvangen van asielzoekers rekening met de verschillen per continent en zelfs met het land van herkomst, met cultuur en gezinssamenstelling. Zo zal het COA gezinnen en alleenreizenden scheiden. Dat is ook de reden dat de bezetting in een AZC nooit 100% kan zijn: het welzijn van de bewoners en de sfeer op het AZC zijn belangrijker. Hoe is doorstroming? Bewoners verblijven tijdelijk op een opvanglocatie voordat ze doorstromen naar een woning in Nederland of voordat ze terugkeren naar het land van herkomst. Op dit moment verblijven er ruim vluchtelingen met een verblijfsvergunning op een opvanglocatie die wachten op een woning in Nederland. Welke opvanglocaties zijn er in de regio (Holland Rijnland) en hoe staat het met de reguliere taakstelling in deze gemeenten: In de regio Holland Rijnland bevinden zich op dit moment 4 locaties. Een AZC in Katwijk met een capaciteit van 1160 personen, Leiderdorp heeft een noodopvang locatie met 320 personen, Leiden met een noodopvang locatie van 250 personen en Oegstgeest met een AMV locatie van 56 personen. De locatie (gevangenis) in Alphen aan den Rijn is onlangs gesloten. Van deze locatie zijn veel personen nu woonachtig in Leiderdorp. De reguliere taakstelling huisvesting vergunninghouders is in de regio niet overal ingevuld. Zo heeft de gemeente Leiden een 1

2 achterstand. Over het algemeen kan gezegd worden dat de gemeenten in onze regio aan hun taakstelling voldoen. Oegstgeest kan nog steeds voldoen aan de vraag. Welke activiteiten vinden plaats op de locatie? Afhankelijk van in welke fase van de procedure een bewoner zich bevindt volgt hij/zij programma's en begeleidingsgesprekken. De programma's zijn op het individu afgestemd en betreffen diverse trainingen. Ook krijgen bewoners Nederlandse les afgestemd op de fase van de asielprocedure waarin zij zich bevinden. Activiteiten vinden met name overdag plaats. Het COA heeft veel aandacht voor de kinderen van de bewoners. Op elke opvanglocatie is een recreatiezaal, een Open Leercentrum, speeltoestellen en buitenruimte. Hoe worden activiteiten buiten de locatie georganiseerd zoals onderwijs? De gemeente is verantwoordelijk voor het regelen van het basisschoolonderwijs voor de kinderen van asielzoekers. Het COA kan hierin bepaalde zaken faciliteren. De gemeente Oegstgeest en het COA maken gezamenlijk de afspraak dat kinderen in het basisonderwijs naar school in Oegstgeest gaan. Voor wat betreft het onderwijs is het zo dat asielzoekers, net als iedereen, vrij zijn in hun keuze voor een school. Ongeveer 10 tot 15 procent van de asielzoekers zal naar verwachting leerplichtig zijn. Asielzoekers mogen daarnaast maximaal 24 weken per jaar betaald werken. Wanneer asielzoekers een verblijfsvergunning hebben, is arbeid vrij toegestaan. Eventuele inkomsten worden voor een deel ingehouden op het leef-en kleedgeld. Bewoners die willen werken moeten zelf werk zoeken. Het COA geeft wel advies maar bemiddelt niet. Op en rond het asielzoekerscentrum worden bewoners betrokken bij dagelijkse werkzaamheden. Ze krijgen hiervoor een kleine vergoeding. Bewoners mogen ook buiten het de opvanglocatie vrijwilligerswerk doen. Hoe kunnen bewoners en organisaties bij eventueel verblijf participeren? Vrijwilligers spelen een belangrijke rol in een zinvolle dagbesteding van onze bewoners. Op een opvanglocatie kunnen vrijwilligers op diverse activiteiten ingezet worden zoals voorlichting, sporten spelactiviteiten, Nederlandse les etc. Op elke opvanglocatie is een COA medewerker die de coördinatie van vrijwilligers verzorgt en daarvoor verantwoordelijk is. Deze medewerker is voor de vrijwilliger het directe aanspreekpunt. Alle werkzaamheden die met, door en voor externe vrijwilligers gedaan worden, vallen onder verantwoordelijkheid van het COA. Vrijwilligers, werkzaam op de locatie, moeten in het bezit zijn van een VOG (Verklaring Omtrent Gedrag). Tijdens de informatieavond kunnen mensen zich opgeven voor vrijwilligerswerk. Welke aanspraak kan door de doelgroep worden gemaakt op huisvesting in Oegstgeest? Asielzoekers die een verblijfsvergunning hebben ontvangen, verhuizen naar een woning ergens in Nederland. De taak om deze 'vergunninghouders' of 'statushouders' te huisvesten, ligt bij de gemeente. Het COA koppelt op basis van de taakstelling vergunninghouders aan gemeenten die vervolgens passende woonruimte zoeken. Bewoners van de opvanglocatie worden over het algemeen gehuisvest in de regio, Nederland is verdeeld over vijf uitplaatsingsregio's. Bewoners worden alleen specifiek gekoppeld aan een gemeente op basis van medische of familiare redenen. Waar is het aantal van 250 personen in het verzoek van het COA op gebaseerd? Allereerst gaat het op de locatie om moderne gebouwen. Het pand Rhijngeesterstraatweg 13c heeft nu al een woonfunctie en is daarmee geschikt voor tijdelijk bewoning. Het deel van pand 13a is relatief eenvoudig om te bouwen naar een woonlocatie. Daarnaast is de locatie geschikt om verblijf goed te faciliteren, daarbij hoort het inrichten van recreatieruimten, een medische post en kinderopvang. Tevens voldoet de locatie aan de landelijke norm die het COA stelt aan de leefruimte, te weten 5m2 per persoon. Tot slot worden bij bewoning door 250 personen, de totale kosten voor beheer, waaronder begeleiding van de activiteiten, recreatie mogelijkheden en leefbaarheid, acceptabel. Is gefaseerde instroom mogelijk of komen de 250 personen allemaal tegelijk? Het COA kent altijd een vorm van gefaseerde instroom. Op het moment dat de locatie opengaat komen er nooit 250 personen op de eerste dag. De instroom zal verspreid plaatsvinden over een aantal dagen tot 1 à 2 weken. 2

3 Zou er toegewerkt kunnen worden naar een zo homogeen mogelijke groep waarbij de voorkeur uitgaat naar gezinnen? De bezetting op de opvanglocatie is altijd afhankelijk van welke mensen er over de Nederlandse grens komen. Op een opvanglocatie zitten personen van diverse nationaliteiten, leeftijden en gezinssamenstelling. Zowel gezinnen als alleenreizenden. Het COA heeft ruim 20 jaar ervaring in het opvangen en begeleiden van asielzoekers. Deze ervaring gebruikt het COA om er voor te zorgen dat op de opvanglocatie een goede mix aan personen wordt opgevangen. De locatie moet voor iedereen; zowel bewoners, medewerkers als omwonenden, een veilige en leefbare plek zijn. Hoeveel COA medewerkers zijn op de locatie aanwezig? Op een opvanglocatie van maximaal 250 asielzoekers werken ongeveer 12 COA medewerkers in wisseldiensten. Daarnaast is op de locatie ook personeel aanwezig van GCA (gezondheidscentrum asielzoekers), Vluchtelingenwerk etc. Medewerkers van het COA zijn tussen en uur aanwezig op de locatie. Buiten deze tijd is de beheerder verantwoordelijk voor de veiligheid. Kunnen lokale/regionale partijen betrokken worden bij de werkzaamheden? Het schoonmaken van kantoorgebouwen en beveiliging van een opvanglocatie zijn werken en diensten die ingehuurd worden op basis van een centraal inkoopbeleid met (Europese)aanbestedingen. De praktijk leert dat leveranciers hun medewerkers vervolgens wel lokaal of regionaal inhuren. Bij een aanvullende opvang is de exploitant verantwoordelijk voor de bouwkundige aanpassingen (indien noodzakelijk)en beveiliging Het COA zal met de exploitant kijken naar mogelijkheden om lokale partijen in te laten schakelen voor deze werkzaamheden. Wordt een AVO aan een AZC gekoppeld? Oegstgeest is een aanvullende opvanglocatie en wordt niet gekoppeld aan een AZC. Er wordt wel gekeken of het mogelijk is om bepaalde programma s of activiteiten, die bij een AZC in de omgeving worden aangeboden, samen zijn te voegen. Veiligheid Hoe en onder wiens verantwoordelijkheid wordt de beveiliging geregeld? De exploitant regelt het beheer op de opvanglocatie en is daar verantwoordelijk voor. Bij calamiteiten grijpt de beheerder in. De beheerder moet voldoen aan de wet- en regelgeving met betrekking tot beheer opvanglocaties. De beheerder is verantwoordelijk voor het uitvoeren van deze regelgeving; 7 dagen per week,24 uur per dag. Op momenten dat het COA personeel aanwezig is zal het COA passende maatregelen nemen. Indien nodig worden de hulpdiensten geïnformeerd. Welke vorm van beveiliging is er en kan het COA garanderen dat incidenten zich niet voordoen? Het terrein van de aanvullende opvanglocatie zal voldoen aan alle veiligheidseisen die het COA aan haar locaties stelt. 24 uur per dag/7 dagen per week is personeel van het COA/beheerder/exploitant aanwezig en bereikbaar. De medewerkers zijn BHV-getraind en kunnen optreden bij calamiteiten. Het COA heeft voor iedere opvanglocatie een zogeheten 'bedrijfsnoodplan', waarin scenario's zijn opgenomen voor bedreigende situaties. COAmedewerkers en/of de beheerder treden in geval van calamiteiten of incidenten handelend op en schatten in of er hulpdiensten moeten worden ingeschakeld. Onderwerpen betreffende leefbaarheid en veiligheid behoren tot de zorg van de gemeente en politie. Dat geldt voor de omgeving van de opvanglocatie, dat geldt voor heel de gemeente. De bewoners van de opvanglocatie worden in dat opzicht gezien en behandeld als bewoners van de gemeente. De opvanglocatie geldt als particulier terrein, waar het COA voor verantwoordelijk is. Voor de veiligheid buiten het terrein zijn gemeente en politie verantwoordelijk, zoals dat ook nu het geval is. Bij calamiteiten geldt dat er niets wijzigt met de komst van een opvanglocatie. Bewoners en omwonenden mogen dag en nacht rekenen op hulp van de hulpdiensten binnen de aangegeven wettelijke aanrijdtijden. Bij ernstige zaken binnen of buiten de opvanglocatie blijven de reguliere hulpdiensten (politie, brandweer, ambulance) dag en nacht bereikbaar. 3

4 Inzicht in de normen die gehanteerd worden voor escalatie Bewoners op een opvanglocatie moeten zich houden aan de huisregels die gelden op de locatie. Ze tekenen deze huisregels op het moment van aankomst op een opvanglocatie. Als bewoners zich niet houden aan het naleven van deze huisregels dan kent de locatie een aantal strafmaatregelen zoals: inhouding leefgeld, overplaatsing of tijdelijke ontzegging van het terrein. Buiten de opvanglocatie is de politie verantwoordelijk voor de openbare orde. Bewoners moeten zich houden aan de Nederlandse wet- en regelgeving. Dit betekent dat er ook aangifte kan worden gedaan. Beheerder/exploitant Wie is de beoogde exploitant (als het een AVO wordt)en wat is zijn/haar ervaring? De beoogde exploitant is de heer Tom Lohmans en mevrouw De Vetter van TOA Oegstgeest BV. Beiden hebben in het verleden de volgende locaties voor het COA geëxploiteerd: o.a. Roermond, Kortenhoef, Groenekan, de Klomp, en Zwijndrecht. Wat is de rol van de exploitanten? Bij een aanvullende opvanglocatie is de exploitant de beheerder van de locatie. De exploitant zorgt voor de verbouwing van het pand en beheert het pand op het moment dat de opvanglocatie gevestigd is. Het COA is verantwoordelijk voor het opvangen en begeleiden van de asielzoekers. In hoeverre heeft de exploitant ervaring met deze doelgroepen? COA en de exploitant hebben beiden ervaring met het opvangen van mensen van verschillende nationaliteiten. De expertise en begeleiding van het opvangen van deze doelgroep ligt bij COA medewerkers. Communicatie Hoe worden omwonenden en belanghebbenden vooraf geïnformeerd? De gemeente is in het voortraject (voordat er een opvanglocatie is)leidend in de communicatie. Gemeente en het COA informeren gezamenlijk omwonenden en andere belanghebbenden over wat het betekent om een opvanglocatie in de omgeving te hebben. Communícatieadviseurs van beide organisaties stemmen af wat de meest optimale vorm van informatieverstrekking is. In veel gevallen wordt een informatiemarkt georganiseerd. Tijdens een informatiemarkt zijn gemeente, COA en ketenpartners GCA aanwezig om informatie te verstrekken en vragen te beantwoorden. Het COA kan communicatie-voorbeelden verstrekken zoals omwonendenbrieven, persbericht, etc. Hoe borgen we de goede relatie met buren zoals centrum 40-45? Het COA vindt het belangrijk om een goede buur te zijn en organiseert daarom regelmatig een omwonendenoverleg op het moment dat de locatie geopend is. In het overleg nemen naast het COA ook de gemeente, de wijkagent en een afvaardiging van het centrum en omwonenden deel. In dit overleg worden zaken met elkaar besproken en waar nodig gezocht naar oplossingen en eventueel passende maatregelen. Medische zorg Hoe is de medische zorg voor asielzoekers geregeld? Voor huisartsenhulp kan de asielzoeker terecht bij het Gezondheidscentrum Asielzoekers (GCA) Het GCA is een landelijk opgezette huisartsenpraktijk. Het is het eerste aanspreekpunt voor de medische zorg aan asielzoekers. Alle bewoners worden bij het GCA ingeschreven en aan deelnemende huisartsen toegewezen. De huisarts zorgt waar nodig voor doorverwijzingen naar een specialist. Op of nabij elke opvanglocatie zijn regelmatig inloopspreekuren waar bewoners terecht kunnen bij een dokter en/of doktersassistent(e).er is ook een medisch callcenter waar asielzoekers 24 uur per dag met vragen over hun gezondheid terecht kunnen: de GC A Praktijklijn. De vergoeding van de zorg is voor asielzoekers vastgelegd in de Regeling Zorg Asielzoekers (RZA). Het verstrekkingenpakket van de RZA komt grotendeels overeen met het pakket van de Zorgverzekeringswet en de AWBZ. Een asielzoeker heeft ook recht op een aantal onderdelen uit de 4

5 Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo). Asielzoekers die dat nodig hebben kunnen ook gebruik maken van verpleging, persoonlijke verzorging en huishoudelijke hulp. Daarnaast wordt onder voorwaarden individuele begeleiding vergoed. Asielzoekers met een beperking of aandoening, kunnen aanspraak maken op behandeling, dagbesteding of verblijf in een instelling. Voor deze zorg moet een aanvraag worden ingediend bij het onafhankelijk indicatieorgaan van de RZA (Regeling Zorg Asielzoekers). MCA (Menzis COA Administratie) neemt op basis daarvan een machtigingsbesluit. Omdat onze bewoners doorgaans weinig geld hebben, geldt voor hen geen eigen bijdrage of eigen risico. De GGD is verantwoordelijk voor de publieke gezondheidszorg: jeugdgezondheidszorg, preventie, voorlichting en screening. Asielzoekers vallen ook onder die zorg van de GGD. De verantwoordelijkheid voor de Jeugdzorg is per 1 januari 2015 overgedragen aan de gemeenten, het COA behoudt echter de komende jaren de verantwoordelijkheid voor de financiering asielzoekers. Alleen in het geval van crises of een vermoeden van kindermishandeling dragen gemeenten deze verantwoordelijkheid ook voor asielzoekers. Inzicht in de stand van vaccinaties Het COA is verantwoordelijk voor het beschikbaar stellen van de medische zorg. Professionele organisaties zoals de GGD en het Gezondheidscentrum Asielzoekers zijn verantwoordelijk voor de uitvoering daarvan. Op het moment dat asielzoekers Nederland binnenkomen krijgen ze een medische screening en daarnaast krijgen asielzoekers uit risicolanden een tbc screening. Samenwerkingsovereenkomst Hoe garandeer je tijdelijkheid van de overeenkomst? Bij het openen van een opvanglocatie zijn gemeenten voor het COA belangrijke partners. Samen maken we afspraken over het aantal opvangplaatsen, de bestaansduur van de opvang, de overlegstructuur, het onderwijs, de organisatie en de financiering. Al deze afspraken leggen we vast in een samenwerkingsovereenkomst. Dit zijn harde afspraken die we met elkaar maken. Hardheidsclausule Gemeente Oegstgeest en het COA sluiten een samenwerkingsovereenkomst voor het opvangen van maximaal 250 asielzoekers voor maximaal 2 jaar. De samenwerkingsovereenkomst wordt door beide partijen ondertekend en is leidend in de samenwerking. Na de periode van 2 jaar zal het COA de locatie sluiten en overdragen aan de beheerders. Het COA neemt in de samenwerkingsovereenkomst op dat de opvanglocatie voor maximaal 2 jaar wordt gevestigd en dat er geen mogelijkheid tot verlenging is. En in hoeverre heeft er al concreet overleg plaatsgevonden met Rivierduinen? Zijn ze daarmee al rond? Momenteel is op hoofdlijnen overeenstemming bereikt tussen Rivierduinen, COA en de exploitant. De hoofdlijnen worden nu uitgewerkt in een overeenkomst. Wat voor effect heeft het uitwerkingsakkoord Verhoogde Asielinstroom op de afspraken tussen gemeente en het COA voor Rivierduinen? De afspraken gemaakt in het uitwerkingsakkoord gaan aan uit van een gedeelde grondgedachte om integratie en participatie van vergunninghouders te bevorderen door in te zetten op onderwijs, werk en gezondheidszorg. Dit heeft geen nader effect op de afspraken tussen gemeente Oegstgeest en het COA met betrekking tot het opvangen van asielzoekers. Welke samenwerkingsovereenkomsten zijn er? - Privaatrechtelijke overeenkomst tussen COA en Rivierduinen (eigenaar); - Een overeenkomst tussen COA en de exploitant; - Een overeenkomst tussen COA en de gemeente (m.b.t. de kostenvergoeding). Financiële vergoedingen en regelingen onderwijs Wat zijn de financiële consequenties voor de gemeente de doelgroep en de periode van verblijf? Wat zijn de financiële consequenties voor de gemeente gegeven de doelgroep en periode. Het openen van een opvanglocatie mag een gemeente geen geld kosten. De gemeente ontvangt een bijdrage van 18,15 per bezet bed per maand en het COA zorgt voor een tegemoetkoming in de 5

6 voorbereidingskosten (communicatie en informatie verstrekking). Daarnaast geeft een opvanglocatie ook een economische impuls. De locatie biedt werkgelegenheid aan schoonmakers, ondersteunend personeel etc. Kinderen van asielzoekers gaan naar school, zo zorgt een opvanglocatie voor werkgelegenheid in het onderwijs. Asielzoekers op een AVO voeren hun eigen huishouding en doen over het algemeen boodschappen in hun directe omgeving. Op jaarbasis besteden asielzoekers in een opvanglocatie daarmee een flink bedrag bij de lokale middenstand. Ook kunnen ze vrijwilligerswerk of tijdelijk betaald werk verrichten. Zijn er arrangementen mogelijk om een eventuele bijdrage voor Oegstgeest te compenseren? In de te ondertekenen samenwerkingsovereenkomst worden afspraken gemaakt omtrent compensatie. Dit heeft betrekking op compensatie in de kosten voor huisvesting van klaslokalen en voor compensatie van de informatiebijeenkomsten. Daarnaast is er een reguliere vergoeding per bezette opvangplaats per maand. Met welke kosten dient de gemeente rekening te houden? Om gemeenten te ondersteunen biedt het COA vergoedingen aan gemeenten waar een opvangcentrum is gevestigd. Deze vergoedingen vinden hun wettelijke basis in het Faciliteitenbesluít opvangcentra. Op basis van het Faciliteitenbesluít (artikel 5) kan een gemeente waar een opvanglocatie is gevestigd, aanspraak maken op deze uitkeringen. De hoogte hiervan is gerelateerd aan de capaciteit van het centrum. Het Faciliteitenbesluít kent in grote lijnen de volgende vergoedingen: - Reguliere vergoedingen (wooneenheden en bijdrage per bewoner) 18,15 euro per bezet bed per maand (250 x 18,15 euro x 24 maanden). Deze bijdrage is de vergoeding voor de kosten die de gemeente maakt; zoals inzet ambtelijke uren, BRP inschrijving (indien van toepassing) etc. - Vergoeding voorbereiding/initiële kosten (communicatiekosten) euro voor communicatie-en informatiekosten; - Vergoeding onderwijshuisvestingskosten (zie Ohba (onderwijshuisvestingsbudgetten asielzoekers) regeling). Reguliere vergoeding Een bijdrage (bestuurskosten),welke halfjaarlijks achteraf wordt vastgesteld (medio februari/maart en medio juli/augustus)op basis van de werkelijke bezettingsgegevens uit IBIS (Integraal Bewoners Informatie Systeem). De vergoeding bedraagt 6 18,15 per bezette opvangplaats per maand. Deze bijdrage wordt door het COA zelf beschikt en betaalbaar gesteld. Bijdrage onderwijshuisvestingskosten De gemeente ontvangt vooraf een bijdrage voor de stichtingskosten huisvesting die gemaakt worden om kinderen in de asielprocedure basisonderwijs te bieden. Dit is de regeling 'Onderwijshuisvestingsbudgetten ten behoeve van asielzoekers die basisonderwijs volgen'. De regeling voorziet in een bijdrage in de stichtingskosten onderwijshuisvesting ten behoeve van basisonderwijs aan kinderen. Het gaat hierbij om een bijdrage aan zowel nieuw te realiseren voorzieningen als uitbreidingen op bestaande voorzieningen. Algemene facilitering onderwijs aan kinderen Naast de Ohba-regeling kent het COA een algemene regeling voor het faciliteren van het volgen van onderwijs door leerplichtige kinderen: het Kader Onderwijsvoorzieningen en faciliteiten kinderen. Hierin komen de financiële vergoeding aan de asielzoekers en de scholen, de procedures voor invulling van de onderwijskaart en het schoolvervoer aan de orde. Het Kader sluit aan bij de bedragen uit de Wet tegemoetkoming onderwijs-en schoolkosten (WTOS) als uitgevoerd door de Dienst Uitvoering Onderwijs (DUO). De bedragen worden vóórafgaand aan ieder schooljaar vastgesteld. Hoe wordt gymnastiekonderwijs voor asielkinderen bij Rivierduinen ingezet? Beweging voor asielkinderen vindt het COA zeer belangrijk. Op veel locaties is een speciale 6

7 sportcoördinator aangesteld. Gymnastiekonderwijs is in basis een verantwoordelijkheid van de basisschool waar deze kinderen naar toe gaan. Bijdrage voor de leerplichtige kinderen Ouders van een leerplichtig kind ontvangen van het COA per schooljaar een bedrag voor de aanschaf van schrijfmateriaal, schooltas, gym-/zwemspullen en dergelijke. Bijdrage voor de basisschool Een basisschool die wordt bezocht door kinderen van een opvanglocatie ontvangt een lumpsum bedrag per leerling-plaats op jaarbasis. Bijdrage voor het vervolg onderwijs De hoogte van de vergoeding voor scholen van vervolg onderwijs wordt bepaald door het type onderwijs dat de leerplichtige asielzoeker volgt en wordt wederom per leerling-plaats beschikbaar gesteld. Voor de vergoeding aan scholen voor het gehele jaar wordt gekeken naar het maximaal aantal leerling-plaatsen dat zij gelijktijdig beschikbaar heeft gesteld. Dit is gelijk aan het maximaal aantal leerlingen dat gedurende het jaar gelijktijdig is ingeschreven. Dit maximum aantal is dan ook de basis voor de afrekening aan het eind van het jaar. Verrekening vindt achteraf plaats. Afspraken over onderwijs worden tussen het COA en de school vastgelegd in een convenant. Hardheidsclausule:art.8 Faciliteitenbesluit ("Budgettaire neutraliteit"). In artikel 8 Faciliteitenbesluit staat vermeld dat, indien een bepaald artikel van het Faciliteitenbesluit zal leiden tot een onbillijkheid van overwegende aard, het COA onder goedkeuring van het ministerie van V&J een hogere jaarlijkse uitkering kan verstrekken. Uitgangspunt van dit artikel is dat de komst van een opvangcentrum geen extra kosten met zich mag meebrengen. Het COA geleidt de ingediende aanvraag (met een door de gemeente aangeleverde bijbehorende accountantsverklaring) naar het ministerie van waarbij het ministerie van V&J zijn goedkeuring dient te verlenen. Na goedkeuring door V&J stelt het COA een brief op en wordt het goedgekeurde bedrag aan de gemeente door het COA uitbetaald. Overig Is er een afspraak te maken met de Provincie dat Oegstgeest minder aandacht hoeft te schenken aan de taakstelling voor vergunninghouders? Het opvangen van asielzoekers staat buiten de taak die gemeenten hebben met betrekking tot het huisvesten van vergunninghouders. De komst van een opvanglocatie heeft geen invloed op de taakstelling van de gemeente. Minimaregeling Kunnen kinderen beroep doen op de minimaregeling? Zolang mensen in de opvang zitten, kunnen ze geen aanspraak doen op gemeentelijke regelingen. 7