Vergadering van. De Statencommissie Bestuur en Middelen. Status verslag. Concept

Transcriptie

1 Verslag Vergadering van De Statencommissie Bestuur en Middelen Vergaderdatum 28 september 2011 Kenmerk Status verslag Concept Verslaglegging door Telefoonnummer De heer L. Janssen (Notuleerservice Nederland) Verslag van de vergadering van de Statencommissie Bestuur en Middelen, gehouden op 28 september 2011 in het provinciehuis te Den Haag (openbare gedeelte). AANWEZIG: Voorzitter: Secretaris: de heer Van Dongen mevrouw Van Mulligen PvdA mevrouw Smits, mevrouw Branderhorst CDA mevrouw Kip, de heer Heemskerk, de heer Démoed VVD de heer Overwater, de heer Schuringa, de heer Jarmohamed, de heer Weide ChristenUnie en SGP de heer Stoop GroenLinks mevrouw Kleijweg SP de heer Snellink, de heer Vermeulen D66 mevrouw Meurs Partij voor de Dieren - PVV de heer Braam, de heer Van den Berg 50PLUS de heer Dor AFWEZIG MET KENNISGEVING: - AANWEZIGE GEDEPUTEERDEN: de heer Van der Sande, de heer Janssen VERDER AANWEZIG: de heer Molenaar, mevrouw Boerma, de heer Klein, de heer Van Oostveen AGENDA: 1. Opening 1a. Opening en mededelingen 1b. Vaststelling agenda Pagina 1/13

2 1c. Spreekrecht 1d. Rondvraag 2. Bespreekstukken 2a. Toelichting Randstedelijke Rekenkamer op de onderzoeken doeltreffendheid subsidies, beoordeling doelstellingen Conceptbegroting 2012 en duurzaam inkopen en aanbesteden 2b. Herindelingsregeling grenscorrecties Noord-Holland en Zuid- Holland 2c. Najaarsnota Stukken ter kennisname Stukken in het kader van de actieve informatieplicht van GS Van derden ontvangen informatie 4. Verslag en besluitenlijst vorige vergadering 4a. Conceptverslag B en M 31 augustus b. Conceptbesluitenlijst B en M 31 augustus Sluiting (openbare gedeelte) 1. Opening 1a. Opening en mededelingen De VOORZITTER opent de vergadering om uur en heet commissieleden, ambtenaren en publiek van harte welkom. Van deze vergadering worden niet alleen geluidopnamen maar ook beeldopnamen gemaakt. Gedeputeerde Van der Sande heeft een brief gestuurd over de bijeenkomst over het budgetrecht in relatie tot de nieuwe programma-indeling van de begroting. Voorstel is om hierover op 12 oktober na afloop van de PS-vergadering een extra bijeenkomst te houden, die wordt ingeleid met een presentatie van de gedeputeerde. De heer SNELLINK deelt mee dat dan een vergadering is gepland van de werkgroep Ruimtelijke Kwaliteit. De VOORZITTER verzoekt de griffie om een geschikte datum te zoeken voor de bijeenkomst over het budgetrecht. De subcommissie die met de accountant van gedachten wisselt, wordt gehouden op 7 december s avonds. Dan kan ook het voorstel van de heer Schuringa worden besproken. Het werkbezoek aan Bureau Jeugdzorg wordt gehouden op 16 november in de ochtend. Nader bericht volgt van de griffie. De commissaris van de koningin heeft een notitie toegezegd over de beleidslijn bij de benoeming van waarnemend burgemeesters. Momenteel wordt aan die notitie gewerkt. Statenleden kunnen input leveren. Commissiebespreking van de notitie is mogelijk op 30 november. De heer VERMEULEN vraagt of dan ook de voortgang in de benoeming van burgemeesters kan worden besproken. Pagina 2/27

3 De VOORZITTER antwoordt bevestigend. De griffie heeft het overzicht van de communicatiemiddelen van de provincie pas vandaag ontvangen. De commissie ontvangt het overzicht voor haar vergadering van 26 oktober. Mevrouw KIP vraagt of het werkbezoek aan Rijnmond op 2 november tegelijkertijd plaatsvindt met de hoorzitting over subsidies. De VOORZITTER antwoordt dat de ene bijeenkomst s morgens is en de andere s middags. De heer HEEMSKERK stelt een vraag naar aanleiding van agendapunt 3c. Waarom is de opdracht aan de accountant gegegeven zonder dat PS voorafgaand zijn gehoord? Gedeputeerde VAN DER SANDE antwoordt dat die opdracht nog niet is gegeven. Volgens de gedeputeerde is met PS afgesproken dat GS de tweede verlenging van de opdracht mogen geven zonder PS voorafgaand te hebben gehoord. Het is juist dat PS de formele opdrachtgever zijn. De heer HEEMSKERK merkt op dat het procedureel juister is om ook verlengingen voorafgaand in de (subcommissie) COR te bespreken. De VOORZITTER concludeert dat de commissie dit standpunt van de heer Heemskerk overneemt en besluit dat ook alle verlengingen vooraf in de COR worden besproken. 1b. Vaststellen van de agenda De agenda wordt conform het voorstel vastgesteld. 1c. Spreekrecht Er hebben zich geen insprekers gemeld. 1d. Rondvraag De heer WEIDE vraagt welke rol de gedeputeerde heeft nu is besloten om de Arhi-procedure voor Gouda en Waddinxveen te beëindigen. PS hebben vorig jaar de herindeling in de Krimpenerwaard goedgekeurd. De minister heeft in juni 2011 besloten om dit herindelingsbesluit terug te sturen. Wat is de stand van zaken? Welk standpunt nemen GS in over de rijksplannen voor de instelling van een autoriteit Infrastructuur en voor fusies tussen provincies? Aan welk overleg nemen GS in dit verband deel? Gedeputeerde JANSSEN antwoordt dat GS de Arhi-procedure niet hebben beëindigd maar een pauze hebben ingelast. GS leiden uit gesprekken met de gemeenten af dat de gemeenten zelf in staat zijn om tot een oplossing te komen. Pagina 3/27

4 Die mogelijkheid wordt hun geboden tot 1 mei. GS verwachten voor die datum een reactie van de gemeenten. De rol van de gedeputeerde tot die datum is het op verzoek geven van ondersteuning en sturing. GS willen niet over de schouder van de gemeenten meekijken. De Tweede Kamer houdt op 5 oktober een algemeen overleg over herindelingen. GS werken aan een inventarisatie van wat er speelt. De minister heeft in een mondeling overleg met GS een toelichting gegeven. De gedeputeerde stelt voor om de resultaten van het algemeen overleg in de Tweede Kamer af te wachten. Uit de media wordt duidelijk dat de regering niet op een lijn zit met de vorming van een Randstadprovincie en een vervoerautoriteit. De minister is anderhalve week geleden bij de Algemene Beschouwingen in de Tweede Kamer om een visie gevraagd. Minister Donner heeft toegezegd om hierover op korte termijn een brief te schrijven ( de brief van Donner ). De gedeputeerde stelt voor om deze brief af te wachten. Gedeputeerden gaan al waar mogelijk op pragmatische wijze met de collega-portefeuillehouders aan de slag. Men zoekt elkaar op. GS hebben bezoeken gebracht aan de regio s Haaglanden en Rotterdam Rijnmond. De heer WEIDE stelt voor dat de commissie het onderwerp na het verschijnen van de brief van Donner bespreekt, zo mogelijk vergezeld van een korte reactie van GS op die brief. Gedeputeerde JANSSEN stelt voor om de vervoerautoriteit te bespreken in de commissie Verkeer en Milieu en om de Randstadprovincie in de commissie Bestuur en Middelen te bespreken. 2. Bespreekstukken 2a. Toelichting Randstedelijke Rekenkamer op de onderzoeken doeltreffendheid subsidies, beoordelingen doelstellingen conceptbegroting 2012 en duurzaam inkopen en aanbesteden De VOORZITTER deelt mee dat voor dit agendapunt vier genodigden aan tafel zitten van de Randstedelijke Rekenkamer. De heer SCHURINGA (lid van de programmaraad van de Randstedelijke Rekenkamer en lid van de VVD-fractie) vraagt speciale aandacht voor de onderzoeken over subsidies en over duurzaam inkopen en aanbesteden. De onderzoeken worden op verzoek van de programmaraad verricht. Het onderzoek over de conceptbegroting 2012 gebeurt op verzoek van PS. Hij merkt op dat de VVD niets tegen subsidies heeft, maar wel moeite heeft met subsidies vanwege de vaak minder strakke regelgeving dan geldt voor aanbestedingen. Subsidies vallen onder de Algemene subsidieverordening en aanbestedingen vallen onder de Aanbestedingswet. Het aanbestedingsrecht wordt sterker gehandhaafd. Het zijn ruwe tijden. Er moet in alles worden gesneden en dus ook in subsidies en in aanbestedingen. Over duurzaam inkopen wordt enigszins anders gedacht dan enkele jaren geleden. Provincies met kaderwetgebieden verschillen van andere provincies. Een vergelijking van de wijze waarop de vier Randstadprovincies met subsidies omgaan is nuttig. De burger wil weten of hij fair wordt behandeld. Doelstelling van Pagina 4/27

5 de onderzoeken over de subsidies en over de aanbesteding is dezelfde, namelijk verbetering van het inzicht in de doeltreffendheid. Beide onderzoeken zijn dus onderling vergelijkbaar. De heer MOLENAAR (directielid Randstedelijke Rekenkamer) deelt mee dat het de eerste keer is dat de rekenkamer de onderzoeksopzet presenteert in een Statencommissie. Hij stelt de onderzoekers voor. De heer VAN OOSTVEEN is de onderzoeker van de subsidies. Dit is het eerste onderzoek van de rekenkamer dat is gericht op subsidies. Kritisch kijken naar subsidies is actueel in deze tijd van kerntakendiscussie en bezuinigingen. In het onderzoek van de rekenkamer staat de doeltreffendheid van de subsidies centraal. Inzicht in de doeltreffendheid van de subsidie (in hoeverre de subsidie werkt) leidt tot een betere afweging over handhaving, bijstelling of afschaffing van die subsidie. Het onderzoek bestaat uit twee gedeelten. In het algemene gedeelte wordt voor alle vier provincies onderzocht welk inzicht een provincie heeft in haar subsidies. In dat onderzoek wordt nagegaan in hoeverre de subsidieregelingen zijn geëvalueerd. Verwacht wordt dat het algemene gedeelte eind 2011 is voltooid. In het provinciespecifieke gedeelte wordt per provincie naar een enkele subsidieregeling gekeken. Voor Zuid-Holland is dat de subsidieregeling Vrijetijd. Dat is een subsidieregeling voor de toeristisch-recreatieve ontwikkeling van Kinderdijk, Keukenhof, Wierickerschans en Brouwersdam. In 2011 is voor die regeling 1,2 miljoen euro beschikbaar. De regeling is onderdeel van het uitvoeringsprogramma Vrijetijd. Deze regeling is gekozen vanwege de grootte van het ermee gemoeide bedrag, het feit dat het om een autonome taak van de provincie gaat en het feit dat de regeling al enkele jaren loopt. Bij het onderzoek wordt niet alleen informatie van de provincie betrokken, maar ook informatie van de subsidieontvangers. Voor het algemene gedeelte is een vergelijking mogelijk tussen de provincies. Dat is niet mogelijk voor het specifieke gedeelte. Mevrouw BOERMA is de onderzoeker van de conceptbegroting De Statencommissie Bestuur en Middelen heeft gevraagd om onderzoek naar de SMART formulering van de doelstellingen. De rekenkamer zal tevens onderzoeken of de ambities uit het hoofdlijnenakkoord zijn vertaald in de conceptbegroting. Dat laatste gebeurt mede naar aanleiding van de uitkomsten van de Validatie Terugblik Coalitieakkoord Onderzocht wordt in hoeverre opvolging is gegeven aan de aanbevelingen uit deze validatie. Met het onderzoek is al een begin gemaakt, zodat het rapport op 26 oktober kan worden besproken in de commissie. Het onderzoek richt zich op de doelstellingen en de bijbehorende effectindicatoren. De taken en de prestatie-indicatoren worden alleen onderzocht, als blijkt dat de doelen niet SMART zijn. In het onderzoek wordt een normenkader gegeven voor wat SMART is. De heer KLEIN is de onderzoeker van duurzaam inkopen en aanbesteden door de provincie. Hij is werkzaam bij KplusV. KplusV voert op verzoek van de rekenkamer dit onderzoek uit. Pagina 5/27

6 In het onderzoek staat centraal wat de kwaliteit is van het kader en van de uitvoering. Niet alleen het wettelijk kader en het beleidskader wordt daarbij onderzocht, maar ook wat de vier provincies van elkaar kunnen leren. Dat is mede gebeurd omdat is gevraagd om te kijken naar wat de mogelijkheden zijn voor samenwerking tussen de provincies. In het onderzoek wordt gewerkt met het bollenmodel. Dat model bestaat uit de drie elementen beleid, organisatie en uitvoering. Daaraan wordt dan een vierde element (de samenwerking) toegevoegd. Het onderzoek is inmiddels van start gegaan. De heer HEEMSKERK vraagt of het subsidieonderzoek niet is achterhaald door de politieke actualiteit. Ten eerste hebben PS afgelopen maand namelijk een nieuw subsidiekader vastgesteld. Ten tweede stelt het Rijk binnenkort een nieuw subsidiekader vast. Ten derde is in het nieuwe coalitieakkoord afgesproken dat zal worden bezuinigd op subsidies en dit gebeurt op basis van nut en noodzaak van die subsidies. Ten vierde is er het CDA/VVD-amendement 59. Volgens dat amendement moeten GS zich verantwoorden over de verleende subsidies. GS moeten bij die verantwoording aangeven in hoeverre die subsidies hebben bijgedragen aan de door PS gestelde doelen en waarom de verleende subsidie daarvoor het meest geëigende middel was. Is de rekenkamer bereid om in het onderzoek ook naar deze actuele feiten te kijken? Kunnen in het algemene gedeelte van het onderzoek ook de administratieve lasten worden vergeleken tussen de provincies? Het CDA vindt het jammer dat in het specifieke gedeelte van het onderzoek is gekozen voor slechts een enkele subsidie per provincie. Bovendien is in het coalitieakkoord afgesproken om te bezuinigen op de subsidie die in het specifieke gedeelte wordt onderzocht. Is het mogelijk om het onderzoek in het specifieke gedeelte te verbreden tot meer dan een enkele subsidie? Amendement 59 gaat erover of subsidies wel een geëigend middel zijn. Daarmee legt dit amendement een relatie met inkoop en aanbesteding. Effectiviteit, rechtmatigheid en gelijkheidsbeginsel zijn bij inkoop en aanbesteding voor de fractie relevantere aspecten dan duurzaamheid. Het gaat er bij het gelijkheidsbeginsel bijvoorbeeld om of mkb-bedrijven evenveel kans maken op het gegund krijgen van de opdracht als grote bedrijven. Is de rekenkamer bereid om bij het onderzoek ook rekening te houden met de effectiviteit, rechtmatigheid en het gelijkheidsbeginsel? De fractie kan zich goed vinden in de onderzoeksopzet voor de conceptbegroting Jammer is wel dat de prestatie-indicatoren minder aandacht krijgen dan de effectindicatoren. In een eerder onderzoek van de Quint Group waren het ook al de effectindicatoren die centraal stonden. Mevrouw MEURS merkt op dat D66 zich grotendeels aansluit bij wat de heer Heemskerk heeft gezegd over inkoop en aanbesteding. Ook deze fractie vindt het jammer dat de nadruk in dat onderzoek op duurzaamheid ligt. Zij had de voorkeur gegeven aan een onderzoek waarbij de praktijk meer centraal staat en waarbij wordt vergeleken op de aspecten die de heer Heemskerk noemde. De oorspronkelijke onderzoeksopzet sloot daarop meer aan. Is de planning van het onderzoek naar de conceptbegroting 2012 realistisch? De fractie benadrukt dat de kerntakendiscussie voorafgaat aan de discussie over concrete subsidies. Het rekenkameronderzoek naar de doeltreffendheid van de Pagina 6/27

7 subsidies kan dus geen rol spelen bij de kerntakendiscussie in Zuid-Holland. Dat onderzoek speelt pas een belangrijke rol na die kerntakendiscussie. Bij het subsidieonderzoek moet meer worden ingezet op beoordeling van de doeltreffendheid dan op kwaliteit van de gehouden evaluaties. Verdient onderzoek van een andere subsidie dan Vrijetijd niet de voorkeur in het specifieke gedeelte? Mevrouw BRANDERHORST merkt op dat voor de PvdA de vraag centraal staat of dankzij een bepaalde subsidie een bepaalde prestatie wordt behaald. Die vraag wordt in de onderzoeksopzet nogal summier uitgewerkt. In het algemene gedeelte van het onderzoek wordt namelijk meer betekenis gehecht aan de kwaliteit van de gehouden evaluaties dan aan de beoordeling van de doeltreffendheid. In het specifieke gedeelte van het onderzoek wordt de doeltreffendheid van slechts een enkele subsidie onderzocht, terwijl dat volgens de fractie had moeten worden onderzocht van alle concrete subsidies. De fractie is blij dat de onderzoeksresultaten bij de behandeling van de conceptbegroting 2012 kunnen worden besproken. Als ze pas daarna konden worden besproken, zouden ze misschien niet meer politiek relevant zijn. De fractie zou graag zien dat het SMART-gehalte van alle prestatie-indicatoren wordt onderzocht en niet alleen van prestatie-indicatoren bij doelstellingen die niet SMART zijn geformuleerd. De fractie wil aan het onderzoek over duurzaam inkopen en aanbesteden enkele elementen toevoegen. Ten eerste de administratieve lasten. Ten tweede wat de provincie concreet bereikt, bijvoorbeeld hoeveel wordt ingekocht aan biologische producten en hoeveel uit de regio wordt betrokken. Ten derde de wijze waarop wordt ingekocht, bijvoorbeeld of alleen belang wordt gehecht aan de kostprijs of ook aan de levensduur van het product en aan de duurzaamheid van de leveranciers. Ten vierde goede praktijkvoorbeelden. De heer HEEMSKERK vraagt of mevrouw Branderhorst het onderzoek wil beperken tot duurzaamheid. Mevrouw BRANDERHORST antwoordt dat duurzaamheid de invalshoek van het onderzoek moet zijn. Daarnaast kan het onderzoek zich ook richten op andere aspecten, zoals administratieve lasten en het gelijkheidsbeginsel (mkb-bedrijven). De heer VERMEULEN merkt op dat de SP zich grotendeels aansluit bij de woorden van de heer Heemskerk over aanbestedingen. Zijn opmerking over mkbbedrijven was heel waardevol en is goed verenigbaar met duurzaamheid, want kleine ondernemers komen vaker uit de regio. Ook deze fractie is voorstander van verbreding van dit onderzoek. De heer SCHURINGA merkt op dat niet alleen in 2012 maar ook in 2013 en wellicht 2014 bezuinigd moet worden. Daarom mag er van de VVD geen geld worden uitgegeven zonder precies te weten waar het heen gaat. Het subsidieonderzoek is zeker geen mosterd na de maaltijd. Niet uitgesloten is dat het feit dat een subsidie die geen doel treft een reden is om aan te nemen dat het gesubsidieerde geen kerntaak is van de provincie. Dat is ook het geval als het de provincie niet kan worden toegerekend dat die subsidie Pagina 7/27

8 geen doel treft. Dat is zelfs niet uitgesloten als het gaat om een wettelijke kerntaak. De VVD is het op dit punt dus niet eens met D66. Mevrouw MEURS antwoordt dat subsidie slechts een middel is. Eerst bepaal je wat de kerntaken zijn. Vervolgens bepaal je de wijze waarop die taken worden uitgevoerd. Subsidie is een middel om een taak uit te voeren, maar er zijn andere middelen. Uit de ondoeltreffendheid van een subsidie kan dus op zichzelf niet worden afgeleid dat het gesubsidieerde geen kerntaak is. De heer SCHURINGA geeft als voorbeeld de subsidie voor de bevordering van zuinig energieverbruik. Die subsidie is niet doeltreffend en geen goed middel om het gestelde doel te bereiken. De VVD geeft de voorkeur aan inkooprelaties boven subsidierelaties, omdat inkoop tot stand komt in een aanbestedingsproces. Bij aanbesteding kijkt iedereen mee, inclusief de rechter. Voor aanbesteding gelden heel scherpe voorwaarden, zowel voor de aannemer als voor de opdrachtgever. De fractie vraagt de onderzoekers om een tool waarmee PS kunnen bepalen welke relatie beter is. Mevrouw KLEIJWEG merkt op dat GroenLinks is te spreken over elk van de drie onderzoeken. Daarin wordt niet alleen onderzocht of het werkt, maar ook waarom het wel of niet werkt. Het subsidieonderzoek is geen mosterd na de maaltijd. De heer HEEMSKERK merkt op dat hij niet heeft gezegd dat het subsidieonderzoek mosterd na de maaltijd is. Hij heeft alleen gevraagd om in dat onderzoek rekening te houden met de actuele politieke ontwikkelingen. Mevrouw KLEIJWEG merkt op dat het subsidieonderzoek moet worden aangevuld met de vraag wat het effect was geweest als een subsidie niet zou zijn verleend. De heer DOR stelt een vraag over de controle van de uitvoering bij duurzaam inkopen en aanbesteden met behulp van meetpunten. Het woord duurzaam heeft in deze tijd een heel andere klank gekregen. Wordt een subsidie teruggehaald als het niet doeltreffend blijkt? Het woord doeltreffend betekent niet hetzelfde als bereikt effect. In het onderzoek zou het laatste volgens 50PLUS meer centraal moeten staan. De heer BRAAM is tevreden over de opzet van het onderzoek naar de conceptbegroting De PVV is echter niet tevreden over de onderzoeksopzetten van de doeltreffendheid van de subsidies en van het duurzaam inkopen en aanbesteden, omdat slechts enkele stukjes van de puzzel zullen worden onderzocht. Het had de voorkeur verdiend om bijvoorbeeld de subsidies voor de Zandmotor in Zuid-Holland aan een diepgaander onderzoek te onderwerpen. Na een dergelijk onderzoek was het mevrouw Kleijweg direct duidelijk geworden dat er veel subsidies zijn verstrekt die geen enkel effect hebben. Pagina 8/27

9 De heer SCHURINGA merkt op dat de onderzoeken naar subsidie en naar duurzaam inkopen en aanbesteden dienen als extra werktuig voor het onderzoek van de COR in het kader van Subsidie Transparant. De onderzoeken van de rekenkamer leveren objectieve werktuigen (tools) die als bouwstenen kunnen dienen voor het COR-onderzoek. Mevrouw KLEIJWEG merkt op dat zij doeltreffende subsidies veel prettiger vindt dan subsidies die niet het beoogde effect hebben. De heer MOLENAAR (directielid Randstedelijke Rekenkamer) merkt op dat de onderwerpen intensief zijn besproken in de vorige programmaraad. In de tussentijd zijn er provinciale verkiezingen geweest. Aan de rekenkamer zijn kaders meegegeven, zoals samenwerken en duurzaamheid. Vervolgens is het onderzoeksprogramma daarop gebaseerd. Dat neemt niet weg dat bij de inrichting van de onderzoeken waar mogelijk aan de vandaag in de commissie geuite wensen tegemoet wordt gekomen. Een van de belangrijkste doelen van de rekenkamer is de bevordering van leereffecten tussen de provincies. In het algemene gedeelte van het subsidieonderzoek wordt onderzocht wat de provincie weet over de effectiviteit van haar subsidies. Dat onderzoek wordt gedaan aan de hand van evaluaties. Op 13 oktober verschijnt een rapport van de Algemene Rekenkamer over de stand van zaken bij de rijkssubsidies. Ook voor dat onderzoek is gekeken naar evaluaties. In het specifieke gedeelte van het subsidieonderzoek wordt per provincie een enkele subsidie diepgaand onderzocht. Het is lastig om voor dat onderzoek een geschikte subsidie te vinden. Voor Zuid-Holland kwam als meest geschikte subsidie Vrijetijd naar voren. De rekenkamer houdt zich aanbevolen voor suggesties voor een andere subsidiekeuze. De heer HEEMSKERK vraagt waarom de rekenkamer zich beperkt tot onderzoek van een enkele subsidie in het specifieke gedeelte. De heer MOLENAAR (directielid Randstedelijke Rekenkamer) antwoordt dat onderzoek van meer subsidies in het specifieke gedeelte niet is uitgesloten, maar dat elke subsidie veel onderzoekstijd kost. Des te meer tijd kost het als ook naar de praktijkeffecten moet worden gekeken. Daarvoor zullen de onderzoekers veldonderzoek moeten doen. Onderzoek in het specifieke gedeelte naar vijf of tien subsidies leidt tot weinig diepgaande en dus teleurstellende resultaten. De rekenkamer is van oordeel dat onderzoek van een enkele subsidie per provincie voorlopig het maximaal bereikbare is. Mevrouw MEURS vraagt of het mogelijk is om minder aandacht te besteden aan de evaluaties en in plaats daarvan een tweede subsidie te onderzoeken. De heer MOLENAAR (directielid Randstedelijke Rekenkamer) antwoordt dat hij niet verwacht dat de evaluaties veel onderzoekstijd zullen kosten. Mevrouw KLEIJWEG vraagt of ook kan worden onderzocht wat er zou zijn gebeurd als de subsidie niet was verstrekt. Pagina 9/27

10 Mevrouw BRANDERHORST steunt het pleidooi van vorige sprekers voor het onderzoek van meer subsidies in het specifieke gedeelte. De heer MOLENAAR (directielid Randstedelijke Rekenkamer) antwoordt dat uitbreiding van het aantal subsidies zeker in overweging zal worden genomen waar daarvoor ruimte bestaat. Een hardere toezegging is op dit moment niet mogelijk. De rekenkamer kan geen onderzoek doen naar wat er zou zijn gebeurd als de subsidie niet was verstrekt, omdat er geen nulmetingen zijn verricht voordat de subsidie was ingesteld. Het is wel mogelijk om te onderzoeken of de subsidieontvanger de activiteiten of het gedrag had vertoond zonder subsidieverlening, bijvoorbeeld door aan ontvangers van zonne-energiesubsidie te vragen of zij ook zonder die subsidie zonnepanelen hadden geïnstalleerd. Dergelijk onderzoek geeft echter slechts een indicatie van het nut van de subsidie. Mevrouw KLEIJWEG is tevreden met dit antwoord. 2b. Herindelingsregeling grenscorrectie Noord-Holland en Zuid-Holland De heer BRAAM merkt op dat de PVV bij herindelingen veel belang hecht aan de mening van het lokale publiek. De onderhavige grenscorrectie raakt het publiek niet. Daarom stemt de fractie in met het GS-voorstel. De heer VERMEULEN merkt op dat de SP instemt met het GS-voorstel en hij heet de nieuwe inwoners van Zuid-Holland van harte welkom. De VOORZITTER concludeert dat de aanwezige commissieleden unaniem instemmen met het GS-voorstel. Het is een hamerstuk in de PS-vergadering. 2d. Lange Termijn Agenda De gedeputeerde heeft de vergadering voor korte tijd verlaten. Daarom wordt besloten om de overige agendapunten eerst te behandelen. De Lange Termijn Agenda wordt ongewijzigd vastgesteld. 3. Stukken ter informatie Stukken in het kader van de actieve informatieplicht van GS Van derden ontvangen informatie Er zijn geen opmerkingen. 4. Verslag en besluitenlijst vorige vergadering 4a. Conceptverslag B en M van 31 augustus 2011 Het verslag wordt ongewijzigd vastgesteld. 4b. Conceptbesluitenlijst B en M van 31 augustus 2011 Pagina 10/27

11 De besluitenlijst wordt ongewijzigd vastgesteld. De heer OVERWATER merkt op dat het definitieve verslag niet wordt geplaatst bij de stukken van de desbetreffende vergadering. De VOORZITTER zegt toe hiervoor extra aandacht te vragen bij de griffie. 2c. Najaarsnota 2011 De heer OVERWATER merkt op dat hij als nieuw Statenlid na lezing van de najaarsnota niet het gevoel heeft te weten hoe het gaat bij de provincie. Hopelijk leidt het onderzoek van de Randstedelijke Rekenkamer tot een aanzienlijke verbetering. Er wordt in de najaarsnota veel informatie gegeven waarmee de Statenleden weinig kunnen doen. De heer HEEMSKERK merkt op dat in de afgelopen jaren al veel verbeteringen zijn aangebracht. De heer OVERWATER merkt op dat over de Zuidplaspolder geen enkele conclusie wordt getrokken (pagina 7 onder punt d). Bij alle overige punten wordt wel een ontwikkeling geschetst. Onder punt e wordt gezegd dat de provincie problemen krijgt met de regionale uitvoeringsdiensten (RUDs) doordat gemeenten minder geld ontvangen uit het gemeentefonds. Is dit inderdaad zo afgesproken tussen provincie en gemeenten? De heer STOOP vraagt of de heer Overwater begrip heeft voor de positie waarin de gemeenten zich bevinden, als zij 100 miljoen euro minder ontvangen uit het gemeentefonds. De heer OVERWATER antwoordt dat hij daarvoor begrip heeft, maar dat hij daaraan niet de conclusie wil verbinden dat de problemen van de gemeenten zonder meer op het bord van de provincie terechtkomen. Is er een einde aan de provinciale inspanning voor de herplaatsing en uitplaatsing van boventalligen (pagina 10)? Criterium voor doorgeschoven prestaties is dat realisatie van die prestaties op de korte termijn mogelijk is. Aan dat criterium wordt niet voldaan bij de vorming van een reserve voor jeugdzorg (pagina 20). Kan de gedeputeerde hierop een toelichting geven? De Zuidplaspolder wordt niet ingevuld (pagina 100). Waarom niet? Voor recreatie om de stad (RodS) is de afspraak gemaakt om gedurende vijf jaren 20 miljoen euro structureel beschikbaar te stellen. De VVD gaat ervan uit dat dit geld apart wordt gezet en er geen stappen worden gezet voor verwerving en dergelijke voordat duidelijk is welke bezuinigingen eraan komen. De voorkeur van de fractie gaat uit naar onderhoud van het bestaande boven aanschaf van het nieuwe. In de commissie is afgesproken dat de griffie meeloopt in de cyclus van begroting en rekening (de P&C-cyclus). Volgens die afspraak wordt in de begroting een apart hoofdstuk opgenomen over de griffie. In het presidium zijn daarover andere afspraken gemaakt. Kan de gedeputeerde daarop een toelichting geven? Pagina 11/27

12 De aanbiedingsbrief (vijfminutenversie) is onleesbaar wat betreft de aanpassingen van het openbaar vervoer Zuid-Holland. De nota bevat veel taalkundige onjuistheden. Voor de ZHBT is een ophoging nodig terwijl het in de begroting past. Waarom staat de informatie over Zorgbelang Zuid-Holland niet in de begroting als het wel al bekend is? Mevrouw KLEIJWEG merkt op dat zij de najaarsnota goed leesbaar vindt. GroenLinks heeft wel moeite om een vergelijking te kunnen maken tussen najaarsnota en begroting als het gaat over de staat van reserves en voorzieningen. De fractie heeft het gevoel dat de reserves erg veel oplopen. Bijlage 3 gaat over de reserves en voorzieningen. Daarin wordt echter begonnen met de Jaarrekening 2010 in plaats van de Begroting Een vergelijking van het beoogde saldo per 1 januari 2012 in de oorspronkelijke begroting met het nu verwachte saldo van de reserves op 1 januari 2012 laat een verschil zien van 150 miljoen euro aan hogere reserves. Is het niet beter om dat geld zinvol in te zetten? Er is vertraging in de vorming van de regionale omgevingsdiensten (RODs of RUDs). Is de nieuwe datum voor West-Nederland niet te optimistisch? Er zijn namelijk vier gemeenten die nog niet willen meedoen. Wat is de stand van zaken? Maatschappelijke participatie is een speerpunt in Telefonische hulpdiensten zoals Sensoor vallen daaronder. Zij krijgen te maken met stopzetting van subsidiëring door de provincie. Dat leidt voor deze subsidieontvangende organisatie tot grote problemen. In hoeverre trekt de gedeputeerde zich die problemen aan? Mevrouw BRANDERHORST heeft de najaarsnota met verbazing gelezen. Verbazingwekkend is dat in de najaarsnota de algemene reserve met 20 miljoen euro is verlaagd. Waarom is ervoor gekozen om dat in de najaarsnota te doen? Dat zou volgens de systematiek van de P&C-cyclus moeten gebeuren bij de begroting en bij de kadernota. Bovendien hebben GS uitdrukkelijk aangegeven om pas bij de Begroting 2012 een integrale afweging te maken en om daarop niet vooruit te willen lopen. Verbazingwekkend is ook dat in de najaarsnota miljoenen euro s worden uitgegeven voor wachtgelden, reorganisatie, sociale plannen en dergelijke. De PvdA wil de ambtenaren zoveel mogelijk aan het werk houden. Welke actie onderneemt de gedeputeerde daartoe? Aan twee systemen die niet op elkaar aansluiten wordt in de najaarsnota 3,8 miljoen euro belastinggeld uitgegeven (pagina 10). Kan de gedeputeerde daarop een toelichting geven? Het aantal vrouwen in leidinggevende functies daalt. De fractie vertrouwt erop dat GS een inhaalslag maken en er niet voor kiezen om de ambitie neerwaarts bij te stellen. Het ziekteverzuim is hoog tot flink hoog. Is de gedeputeerde bereid om hierop actief te sturen? De heer HEEMSKERK moet helaas constateren dat de discussie over de najaarsnota gedeeltelijk over de vorm gaat. Inderdaad zijn verbeterstappen nodig, ook al heeft het werk van de commissie-van Dieren geleid tot diverse verbeteringen. Pagina 12/27

13 In de bestuurlijke inleiding is sprake van flinke toevoegingen aan de reserves. In het exploitatiedeel is niet zichtbaar waaruit zij zijn samengesteld. Een voorbeeld is het doorschuiven van projecten kleiner dan 1 miljoen euro (in totaal 7 miljoen euro). Daardoor is het volgen daarvan lastig, zeker bij een vergelijking met de begroting. Voor het CDA is het onacceptabel om 3,8 miljoen euro uit te geven aan frictiekosten, zoals het geval is bij het niet op elkaar aansluiten van de systemen voor personeelsinformatie en begroting. Er zijn vacatures bij de provincie. Is de gedeputeerde bereid om snel actie te ondernemen? Waarom zijn PS niet eerder in kennis gesteld van dit probleem? De fractie kan het schuiven met personeelslasten sowieso niet meer volgen. Niet alle overschrijdingen worden toegelicht. Een voorbeeld is de overschrijding met bijna euro in het molenbeleid. Daardoor ontstaat een diffuus beeld. Het ziekteverzuim is met 0,5% gestegen. Wat is de oorzaak van deze niet productieve inzet van belastinggelden? Is de gedeputeerde bereid om daarop actie te ondernemen? De verlaging van de algemene reserve met 20 miljoen euro in 2011 is het gevolg van eerder gemaakte afspraken. De fractie heeft er daarom begrip voor dat deze verlaging in de najaarsnota plaatsvindt. Mevrouw BRANDERHORST merkt op dat die afspraak niet is gemaakt. De heer BRAAM merkt op dat de najaarsnota een brei aan informatie bevat. Het is niet nodig dat de kleine puzzelstukjes tot euro of euro zo duidelijk in de najaarsnota worden benoemd, tenzij ze politiek relevant zijn. Politiek relevant is bijvoorbeeld de post van 2500 euro (de uitglijder van de laatste voorjaarsnota). Het is jammer dat hierover een besluit is genomen zonder goed onderzoek naar wat achter de cijfers zit. Het is voldoende dat de andere kleine puzzelstukjes terugkomen in de jaarrekening. De PVV pleit voor een gecomprimeerde en voor iedereen leesbare najaarsnota. In de commissie gaat het uiteindelijk om de grote afwijkingen. Een grote afwijking betreft bijvoorbeeld de personeelskosten. Het is te gek voor woorden dat een deel van het personeel zo lang thuis zit en hun salaris wordt doorbetaald. In het bedrijfsleven gebeurt dat evenmin. De fractie doet een oproep aan de gedeputeerde om de werknemersorganisaties meer te betrekken bij de reorganisatie. Wordt van de 20 miljoen euro aan reservering 15 miljoen euro uitgegeven aan Drechtsteden? Het is te gek voor woorden dat voor Horizon en andere jeugdzorg zaken zo lang blijven liggen bij de provincie en daardoor nu in de najaarsnota moeten worden bijgesteld. De VOORZITTER merkt op dat de heer Braam in de subcommissie het autorisatieniveau en de gedetailleerdheid van bijvoorbeeld de najaarsnota aan de orde kan stellen. De heer SNELLINK vraagt waarom er een structureel tekort is van (de ook door vorige sprekers genoemde) 3,8 miljoen euro. Is bekend hoe de opcenten zich in de toekomst ontwikkelen? De SP is blij met de reservering voor de wachtlijst in de jeugdzorg. Pagina 13/27

14 De fractie stemt in met de reservering in de najaarsnota voor recreatie om de stad (RodS) in Mevrouw BRANDERHORST merkt op dat ook de PvdA RodS wil steunen. Haar kritische opmerking had betrekking op de procedure. Beleid moet volgens deze fractie integraal in de begroting worden vastgesteld en niet in de najaarsnota. De heer SNELLINK merkt op dat de SP ook blij is met de verhoging voor Horizon, omdat pleegzorg een belangrijke en relatief goedkope manier is om deze jongeren op te vangen. Mevrouw MEURS vraagt of het al eerder genoemde structurele tekort van 3,8 miljoen euro door systemen die niet op elkaar aansluiten iets anders is dan de post voor wachtgelden en herplaatsingen. Bij de vergaderstukken van de commissie van 31 augustus was een financieel overzicht voor de regionale uitvoeringsdiensten (RUDs) opgenomen. In die commissie is bij dit overzicht de expliciete vraag gesteld of er een risico voor de provincie is verbonden aan de korting op het gemeentefonds ad 100 miljoen euro. Het antwoord van de gedeputeerde luidde toen ontkennend. In de najaarsnota 2011 wordt echter volgens D66 de suggestie gewekt dat de provincie wel risico s loopt. De heer STOOP is verrast door de reactie van sommige andere fracties op de najaarsnota. De najaarsnota is een afwijkingsrapportage ten opzichte van de eerder vastgestelde begroting. Terecht wordt zowel over substantiële afwijkingen als over klein grut gerapporteerd. CU-SGP is het dan ook niet eens met de heer Braam om een deel van het kleine grut weg te filteren in de najaarsnota. De najaarsnota is begrijpelijk en goed te relateren aan de vastgestelde begroting. De fractie is het principieel niet eens met het in de najaarsnota doen van een onttrekking aan de algemene reserve ten gunste van de regionale uitvoeringsdiensten (RUDs). PS hebben voor de zomer ingestemd met het voorstel van GS om geen kadernota te maken, omdat daarvoor onvoldoende tijd beschikbaar was. De fractie heeft toen het voorstel gedaan dat vanuit elke fractie een kader wordt meegegeven die GS vervolgens zouden verwerken in de voorliggende najaarsnota. Dat voorstel is aangenomen. GS hebben echter een van de substantiële onderdelen uit het hoofdlijnenakkoord financieel vertaald in de najaarsnota. De fractie is onaangenaam verrast omdat een integrale afweging door PS daardoor onmogelijk is geworden. Daarom vraagt de fractie om de financiële vertaling van dit onderdeel alsnog uit de najaarsnota te verwijderen. De heer HEEMSKERK merkt op dat de financiële vertaling van dit onderdeel van het hoofdlijnenakkoord bestaat uit een bestemmingsreserve van 20 miljoen euro in Het geld wordt dus nog niet uitgegeven en bij de begrotingsbehandeling is weer toevoeging aan de algemene reserve mogelijk. De heer STOOP antwoordt dat de redenering van de heer Heemskerk onvoldoende rechtlijnig is. De constructie van de heer Heemskerk is cosmetica, omdat de najaarsnota niet het juiste moment is om integrale afwegingen over het totale financiële perspectief te maken. Pagina 14/27

15 De heer HEEMSKERK merkt op dat de najaarsnota ook een prognose is, met daarin ruimte voor beleidsrijke mutaties. De heer STOOP antwoordt dat PS nu geen integrale afweging kunnen maken. Waarom zouden PS nu wel in staat zijn om een beslissing te nemen over de reservering voor de RUDs en niet over andere onderdelen uit het hoofdlijnenakkoord? De financiële ruimte bij de begroting wordt ingeperkt door deze bestemmingsreserve ad 20 miljoen euro in de najaarsnota. Bij de begrotingsbehandeling is hierover geen bespreking meer mogelijk. CU-SGP handhaaft haar oproep aan GS om onttrekking uit de algemene reserves uit de najaarsnota te halen. Als dat niet gebeurt, is er ook de dreiging van precedentwerking. De fractie sluit zich aan bij de vragen over de structurele 3,8 miljoen euro voor personeelskosten. Op bladzijde 10 is sprake van een dekking loonkosten ad 6,45 miljoen euro. Wat is het verschil tussen beide? Gedeputeerde JANSSEN begint zijn beantwoording met de vragen over de RUDs. In de commissievergadering van 31 augustus 2011 was nog niet duidelijk op welke wijze de 100 miljoen euro zou worden ingevuld. Dat was afhankelijk van de invulling in de septembercirculaire en de miljoenennota. Of het wordt ingevuld als een algemene korting of als een korting op het fysieke milieu. Voor de gemeente Den Haag bedraagt de algemene korting 4,7 miljoen euro en de korting op het fysieke milieu 3,1 miljoen euro. Het is nog steeds niet helemaal duidelijk welke korting het wordt. Minister Donner heeft daarom een brief met uitleg gestuurd naar de Tweede Kamer. Feit is dat momenteel bij een aantal gemeenten wordt bekeken of het in mindering moet worden gebracht op de inbreng van hun taken. De gedeputeerde heeft in de vorige commissie aangegeven dat GS ervan uitgaan dat het in elk geval niet duurder wordt voor de provincie. Als de gemeenten minder gaan inbrengen op hun taken, zal het bedrijfsplan van de RUDs moeten worden aangepast. Voorafgaand aan die aanpassing vindt bespreking plaats in de commissie. De provincie is een van de vele contractpartners. Als alle gemeenten het contract willen openbreken, dan heeft de provincie weinig keuze. Bij een nieuw contract staat voorop dat partijen minimaal het basispakket afnemen. Sommige gemeenten nemen in het huidige contract meer af dan het basispakket. Het is niet uitgesloten dat zij zich straks beperken tot het basispakket. In het kader van RUD West-Holland heeft Voorschoten gevraagd om een opt out, omdat Voorschoten en Wassenaar mogelijk met elkaar gaan fuseren. De gemeenten Katwijk en Noordwijk hebben andere bezwaren. Daarover vindt overleg plaats. Als stok achter de deur is er de algemene maatregel van bestuur. De toepassingskosten daarvan zullen voor rekening van de betrokken gemeenten zijn. De subsidie voor Sensoor komt uitgebreid aan de orde bij de begrotingsbehandeling. De gedeputeerde stelt voor om bespreking tot dat moment uit te stellen. Gedeputeerde VAN DER SANDE begint zijn beantwoording met de Zuidplas. De Zuidplas komt later deze avond in een besloten vergadering aan de orde. Een uitspraak van de Raad van State heeft de onzekerheid verminderd. Pagina 15/27

16 GS stellen in de najaarsnota voor om 20 miljoen euro te onttrekken aan de algemene reserve en door te storten naar een speciale reserve voor RUDs. In het hoofdlijnenakkoord van de coalitiepartijen is een extra investering opgenomen voor groen ad 100 miljoen euro. Die investering wordt verdeeld over vijf jaarschijven. Het eerste jaar is De dekking wordt volgens het hoofdlijnenakkoord gevonden in het rekeningenoverschot Dat rekeningenoverschot is bij de jaarrekening in de algemene reserve gestort. De aanstaande begroting heeft betrekking op het jaar De specifieke reserve ad 20 miljoen euro in de najaarsnota heeft echter betrekking op Zodra de ILGdiscussie helder is, kan over die specifieke reserve inhoudelijk worden besloten en beschikt. De Begroting 2012 is sowieso geen goed moment om een specifieke reserve voor het jaar 2011 op te bouwen. De Najaarsnota 2011 en de Jaarrekening 2011 zijn daarvoor procedureel gezien goede momenten. GS hebben gekozen voor de najaarsnota, omdat het daarmee aan de voorkant gebeurt, expliciet aan PS wordt voorgelegd, het budgetrecht beter wordt nageleefd en de jaarrekening pas een half jaar later wordt vastgesteld. De heer STOOP merkt op dat de opneming in de najaarsnota inbreuk maakt op de gemaakte afspraken. Gedeputeerde VAN DER SANDE antwoordt dat die discussie niet alleen over de financiële vertaling maar ook over de inhoudelijke vertaling van het hoofdlijnenakkoord ging. In de najaarsnota heeft de inhoudelijke vertaling geen plaats gekregen. Daarover zullen PS over enige tijd voorstellen ontvangen. Het geld wordt met de opneming in de najaarsnota niet uitgegeven, maar expliciet gereserveerd voor het doel uit het hoofdlijnenakkoord. De opcenten bedragen in ,4 miljoen euro. In 2012 en 2013 zullen ze lager uitvallen. Vanaf 2014 zullen ze hoger uitvallen dan nu het geval is. De ontwikkelingen hangen samen met wijzigingen in het aankoopgedrag van consumenten en in de fiscale wetgeving. In de najaarsnota wordt op de pagina s 10 en 134 gesproken over personeelskosten. Er zijn twee bedragen: 3,8 miljoen euro voor niet op elkaar aansluitende systemen en 4,2 miljoen euro voor boventalligen. Het dekkingsbedrag ad 6,45 miljoen euro is dit jaar anders omdat er dit jaar een incidentele dekking is gevonden. Ook in de vorige PS-periode is ingezet op personeelsvermindering, maar daarvoor is geen toereikend potje voor frictiekosten gemaakt. Een deel van het personeel blijkt nu niet naar ander werk binnen de provincie te kunnen worden geleid, omdat hun opleiding en kennis niet aansluiten bij de vacatures. Deze mismatch is onoverbrugbaar. Externe herplaatsing is lastig, omdat de provincie niet de enige krimpende organisatie is. De vorige GS hebben een sociaal convenant gesloten met werknemersvertegenwoordigingen en vakbonden. Daarin is op heldere wijze afgesproken dat er geen sprake zal zijn van reorganisatieontslagen. De huidige GS zijn aan die afspraken gebonden. In de toekomst zijn nieuwe reorganisaties niet uitgesloten. Er zullen nieuwe functies komen. Volgens de wet is dan sprake van een reorganisatie en dus is daarvoor een nieuw sociaal convenant nodig. De gedeputeerde merkt op dat in het nieuwe sociale convenant een evenwicht moet worden gevonden tussen enerzijds flexibiliteit en organisatiebelang en anderzijds het belang van de Pagina 16/27

17 individuele werknemer voor wie in de nieuwe organisatie geen passende functie meer bestaat. De gedeputeerde heeft in dat verband niet alleen te maken met PS, maar ook met de werknemersvertegenwoordigingen en vakbonden. Mevrouw BRANDERHORST merkt op dat ook een reorganisatieontslag veel geld kost. Spreker weet uit eigen ervaring dat een organisatie beleid en werk ook gezamenlijk met de betrokken werknemers kan veranderen, vooral als die organisatie geen geld heeft voor dure ontslagen. Die mogelijkheid ontbreekt in het betoog van de gedeputeerde. Gedeputeerde VAN DER SANDE antwoordt dat functies die binnen de organisatie van de provincie komen te vervallen een veel lager functieniveau hebben dan de functieniveaus waaraan in de nieuwe organisatie behoefte bestaat. Dat verschil is niet overbrugbaar met een jaar opleiding. De oude GS hebben al gesproken met PS over deze problemen. GS zoeken naar oplossingen hiervoor. Het is niet de bedoeling dat dit een structureel probleem wordt. De heer BRAAM merkt op dat het te lang duurt, omdat er al in de vorige PSperiode over is gesproken. Daarom vraagt hij de gedeputeerde een termijn te noemen waarbinnen de gedeputeerde samen met de vakbonden een oplossing bereikt. Gedeputeerde VAN DER SANDE antwoordt dat hij al om tafel zit met de vakbonden. De provinciesecretaris zit om tafel met de ondernemingsraad. GS streven ernaar dat een structurele oplossing wordt bereikt voor de voorjaarsnota. In de Conceptbegroting 2012 is een incidentele post van 4 miljoen euro opgenomen. Dat is 50% van het totale bedrag. De gedeputeerde benadrukt dat een oplossing niet alleen afhankelijk is van PS en GS, maar ook van de ondernemingsraad en de vakbonden. De impact van het probleem komt bovenop de bestaande budgettaire randvoorwaarden, waarbinnen GS moeten opereren. Vakbonden en ondernemingsraad zijn zich hiervan bewust. De heer HEEMSKERK merkt op dat het om echt geld gaat en dat de voorjaarsnota nog ver weg is. Daarom stelt hij voor om PS in de tussentijd op de hoogte te hoogte te houden van de maatregelen. Gedeputeerde VAN DER SANDE antwoordt dat hij PS daarvan zonder meer op de hoogte zal houden. GS zoeken aansluiting bij de bestaande P&C-cyclus en daarom is de voorjaarsnota de meest logische keuze om daarin de oplossing te geven. In de voorliggende najaarsnota wordt het probleem duidelijk neergezet. Ook het probleem van de mismatch tussen financieel systeem en personeelssysteem wordt in de voorliggende najaarsnota duidelijk neergezet. In de afgelopen jaren bestonden deze problemen ook al, maar was er altijd wel ergens geld beschikbaar waardoor zij materieel niet tot een tekort hoefden te leiden. Die tijd is nu voorbij. De heer HEEMSKERK merkt op dat PS behoefte hebben aan veel meer inzicht in het totale beeld, waarom het tot nu toe verborgen was en in de oplossingsrichting. Het item is belangrijk genoeg om boven de P&C-cyclus uit te tillen. Pagina 17/27

18 Gedeputeerde VAN DER SANDE antwoordt dat de voorjaarsnota het meest geschikt is voor de budgettaire gevolgen van door GS voorgestane oplossingen. GS zullen op een eerder moment een notitie schrijven waarin de inhoudelijke oplossingen centraal staan. Die notitie heeft tevens betrekking op de bezuinigingsopgave voor externe inhuur. Ook het probleem van de 3,8 miljoen euro is nu zichtbaar geworden, omdat vacaturegelden om dit probleem te dekken niet meer voorhanden zijn. De inhoudelijke oplossing is om de beide systemen beter op elkaar aan te laten sluiten. Daarnaast is een budgettaire oplossing nodig, die past in het budgettaire kader. Dat kader geven PS mee aan GS in het hoofdlijnenakkoord en in de begroting. De organisatie heeft aandacht voor ziekteverzuim. Leidinggevenden nemen zo snel mogelijk telefonisch contact op met zieke werknemers en stellen daarbij de vraag welke arbeid nog kan worden verricht. De organisatie biedt daarbij faciliteiten aan, zoals thuiswerk en ophalen en brengen met een taxi. De directies zijn zich bewust van de stijging van het ziekteverzuim met 0,5%, en sturen hierop. In het beleid staat een grotere personeelsdiversiteit voorop. Het stimuleren van vrouwen in leidinggevende functies maakt daarvan deel uit. Tweede termijn De heer OVERWATER herhaalt zijn opmerking over de onleesbaarheid van de toelichting op de subsidieregeling kwaliteitsbevordering openbaar vervoer Zuid- Holland. Enerzijds wordt hierin gezegd dat een totaalbedrag van 15 miljoen euro is beschikbaar gesteld en dat de uitvoering van de projecten bij de gemeenten ligt. Anderzijds moeten de aan derden toegekende bedragen worden verantwoord bij de provincie. Dat is niet logisch. Het is merkwaardig dat aan het Zuid-Hollands Bureau voor Toerisme (ZHBT) een subsidietoezegging is gedaan. De VVD bepleit dat gedeputeerden voortaan alleen onder voorbehoud van goedkeuring door PS toezeggingen kunnen doen aan derden. Gedeputeerde VAN DER SANDE antwoordt dat hij de ambtelijke ondersteuning van gedeputeerde De Bondt zal vragen om de vraag over de subsidieregeling kwaliteitsbevordering openbaar vervoer Zuid-Holland schriftelijk te beantwoorden. De gedane toezegging was niet alleen een toezegging, maar ook een aansporing die vervolgens is uitgevoerd. Het is dan heel raar om vervolgens op die toezegging terug te komen. De gedeputeerde geeft toe dat hij bij het doen van de toezegging onvoldoende duidelijk heeft gemaakt dat het om een bestaande bestuurlijke GS-toezegging ging. Het budgetrecht van PS is niet in het geding. De VOORZITTER concludeert dat de behandeling van dit agendapunt is beëindigd. Op de agenda staat nu de bespreking van de Zuidplaspolder. GS hebben geheimhouding opgelegd. Is de commissie het ermee eens om dit agendapunt in een besloten vergadering te bespreken? De VOORZITTER stelt vast dat de aanwezige commissieleden hiermee unaniem instemmen. Pagina 18/27

19 5. Sluiting (van het openbare deel van de vergadering) De VOORZITTER sluit het openbare gedeelte van de vergadering om uur. Pagina 19/27