Inzake bovengenoemd onderwerp bericht de Stichting Autoriteit Financiële Markten ( AFM ) u als volgt.

Transcriptie

1 Strikt vertrouwelijk/aangetekend MBVO De heer Frederik Martin Coenders h.o.d.n. P&C (Planning en Communicatie) Prinses Beatrixplein WH HAARLEM Datum 16 september 2009 Pagina 1 van 10 Kopie aan [..] Telefoon Betreft [ ] [.] Besluit tot boeteoplegging Geachte heer Coenders, Inzake bovengenoemd onderwerp bericht de Stichting Autoriteit Financiële Markten ( AFM ) u als volgt. 1. Inleiding De AFM heeft besloten om aan de heer Frederik Martin Coenders h.o.d.n. P&C (Planning en Communicatie) ( Coenders ) een bestuurlijke boete op te leggen wegens overtreding van artikel 2:80, eerste lid, Wet op het financieel toezicht ( Wft ). Dit besluit is gebaseerd op het feit dat Coenders in de periode van 3 juli 2008 tot in ieder geval 1 januari 2009 in de uitoefening van beroep of bedrijf als tussenpersoon werkzaamheden heeft verricht die gericht waren op het tot stand komen van overeenkomsten ter zake van verschillende financiële producten (waaronder (natura-)uitvaart verzekeringen) en/ of werkzaamheden heeft verricht die gericht waren op het assisteren bij het beheer en de uitvoering van genoemde overeenkomsten. Het onderhavige besluit is als volgt opgebouwd. Allereerst geeft de AFM in paragraaf 2 de feiten weer. Vervolgens wordt in paragraaf 3 een beoordeling van de feiten gegeven. In paragraaf 4 is het besluit beschreven. Tot slot volgt in paragraaf 5 de rechtsgangverwijzing. Bij dit besluit behoren de volgende bijlagen: Bijlage 1:Wettelijk kader; en Bijlage 2: Openbare versie boetebesluit. Stichting Autoriteit Financiële Markten Kamer van Koophandel Amsterdam, nr Kenmerk van deze brief: [ ] Bezoekadres Vijzelgracht 50 Postbus GS Amsterdam Telefoon Fax

2 Pagina 2 van Feiten Op 30 januari 2006 heeft Coenders een vergunningsaanvraag bij de AFM ingediend voor de product dienst combinaties bemiddelen in consumptief krediet, hypothecair krediet, spaarrekeningen, levensverzekeringen, schadeverzekeringen en beleggingsobjecten. Bij brief van 2 november 2007 aan Coenders heeft de AFM de vergunningaanvraag van Coenders afgewezen. Bij brief van 13 december 2007 heeft Coenders bezwaar aangetekend tegen het besluit tot afwijzing van de vergunningaanvraag. Bij brief van 3 juli 2008 heeft de AFM het bezwaar van Coenders kennelijk ongegrond verklaard. Op 3 september 2008 is de AFM benaderd door een consument die opmerkt dat Coenders nog immer actief is. Bij brief van 17 november 2008 heeft de AFM een informatieverzoek verstuurd aan Coenders. Coenders werd hierin gewezen op de vergunningplicht op grond van artikel 2:75 Wft en artikel 2:80 Wft. Daarnaast werd in bedoelde brief aangegeven dat de AFM het vermoeden heeft dat Coenders artikel 2:75 Wft en/of artikel 2:80 Wft overtreedt. De AFM gaf in deze brief tevens aan dat op de website onder andere, het volgende valt te lezen 1. Onder het kopje HYPOTHEKEN : Hypotheken Uw hypotheek is bij ons in goede handen Al uw wensen zullen onze drijfveren zijn om te kiezen voor een voor ú juiste hypotheek. Hypotheek advies Natuurlijk doen wij alleen zaken met de meest gerenommeerde banken en zijn we altijd op de hoogt van de scherpste rentes. Uw huis en uw portemonnee verdienen namelijk een hypotheek op maat! Onder het kopje VERZEKERINGEN : 1 Website d.d. 14 november 2008.

3 Pagina 3 van 10 Coenders Verzekeringen Alles kan altijd goedkoper!!!!! Maar is dit in uw situatie dan ook BETER??? Coenders verteld u in normaal Nederlands hoe en waarom uw huidige verzekeringen, wel of niet, goed geregeld zijn. Advies Mocht het nodig zijn uw pakket over te nemen tegen juiste prijs/kwaliteit verhouding dan bent u ook nog verzekerd van het volgende: - Goede begeleiding/ondersteuning - Snelle schade afhandeling - Wij zijn wel bereikbaar - Direct persoonlijk contact. - Ook bereikbaar na kantoortijden Onder kopje INVESTEREN ; Zekerheid Door onze lange ervaring met bossen (ruim 30 jaar) hebben wij geleerd dat het beleggen in bossen een zekere belegging is bosgrond is en blijft een tastbare, belastingvrije en inflatiebestendige investering. Onder het kopje GELD LENEN : Geld Lenen Coenders helpt u op een professionele manier aan een goedkope lening, die aansluit op al uw wensen en verwachtingen. Lenen bij Coenders betekent goed en goedkoop lenen. Vraag geheel vrijblijvend om een offerte Advies Door een breed en compleet productscale kunnen wij al onze klanten een financiering op maat aanbieden Daarnaast merkte de AFM op dat zij de beschikking hebben over een uittreksel uit het handelsregister van Coenders 2, waarin bij de bedrijfsomschrijving van Coenders het volgende is opgenomen: Het bemiddelen in assurantiën, hypothecaire- en andere financieringen, alsmede spaarcontracten, het optreden als bemiddelaar op het gebied van financiële dienstverlening en het verrichten van werkzaamheden op het gebied van telemarketing. Om te beoordelen of er inderdaad sprake is van overtreding van artikel 2:75 Wft en/of artikel 2:80 Wft heeft de AFM een aantal vragen aan Coenders gesteld om duidelijkheid te krijgen over de activiteiten van Coenders. Coenders heeft tien werkdagen, na dagtekening van het informatieverzoek, de tijd gekregen om te reageren op het informatieverzoek van de toezichthouders. 2 Dit uittreksel is gedateerd op 8 oktober 2008.

4 Pagina 4 van 10 Daarnaast heeft de AFM in genoemde brief aangegeven dat, indien en voor zover Coenders artikel 2:75 Wft en/of artikel 2:80 Wft overtreedt, Coenders deze activiteiten dient te staken. Coenders is daarbij verzocht om in dat geval binnen drie werkdagen aan de toezichthouders te bevestigen dat Coenders geen activiteiten meer zal verrichten die in strijd zijn met artikel 2:75 Wft en/of artikel 2:80 Wft. Bij brief van op 25 november 2008 heeft de AFM tevens informatieverzoeken gezonden aan [A], [B], [C] en [D]. Aan voornoemde verzekeraars heeft de AFM gevraagd welke activiteiten Coenders voor hen heeft verricht in de periode 3 juli 2008 tot 25 november Bij brief van 8 december 2008 aan Coenders verstuurde de AFM een rappel informatieverzoek. In reactie op de informatieverzoeken gaven [E] (bij brief van 10 december 2008) en [F] (bij brief van 12 december 2008) aan dat door bemiddeling en/of advisering van Coenders na 3 juli 2008 bij hen 3 respectievelijk 2 verzekeringen tot stand zijn gekomen. Bij brief van 15 december 2008 reageerde Coenders op het informatieverzoek van 17 november Coenders gaf onder andere aan dat hij zijn activiteiten per januari 2008 heeft gestaakt. Coenders stelt dat hij niet heeft bemiddeld dan wel geadviseerd over financiële producten in de periode vanaf 3 juli Ten aanzien van de provisie ontvangsten geeft Coenders aan dat hij uitsluitend doorloopprovisie heeft ontvangen over de vóór januari 2008 gesloten producten. Tot slot geeft Coenders nogmaals aan dat hij zijn activiteiten reeds heeft gestaakt en bevestigt hij nogmaals dat hij geen activiteiten zal ontplooien die vallen onder de Wft. Als bijlage bij deze reactie stuurt Coenders een uitdraai van [G] met daarin opgenomen een transactieoverzicht over de periode 3 juli 2008 tot en met 11 december Het door Coenders overgelegde transactieoverzicht laat zien dat Coenders in de hiervoor genoemde periode ,82 ontvangen heeft van [H]. Bij brief van 19 december 2008 verstuurde de AFM een informatieverzoek naar [H]. Het informatieverzoek had dezelfde strekking als de verzoeken die reeds eerder aan [E] en [F] waren verzonden. Bij brief van 8 januari 2009 reageerde [H] op eerder genoemd informatieverzoek van 25 november Uit de reactie valt op te maken dat Coenders sinds 16 mei 2003 een samenwerkingsovereenkomst met [H] heeft. [H] geeft aan dat Coenders in de periode 3 juli 2008 tot 19 december 2008 heeft bemiddeld in en/of geadviseerd over financiële producten ten behoeve van [H]. Uit het door [H] overgelegde spreadsheet valt op te maken dat door bemiddeling van Coenders in de periode 1 oktober 2008 tot en met eind december 2008 in ieder geval 631 verzekeringen zijn gesloten. Bij brief van 9 april 2009 aan Coenders maakte de AFM haar voornemen tot boeteoplegging kenbaar. Bij brief van 12 mei 2009 aan de AFM verstuurde de advocaat van Coenders de schriftelijke zienswijze over het voornemen tot boeteoplegging.

5 Pagina 5 van 10 Bij brief van 18 juni 2009 aan Coenders verzocht de AFM Coenders aan te geven of hij een beroep doet op matiging van de hoogte van de voorgenomen boete. Voor het geval Coenders inderdaad een beroep doet op matiging, verzocht de AFM Coenders dit beroep binnen twee weken met documenten te onderbouwen. Bij faxbrief van 15 juli 2008 aan de advocaat van Coenders gaf de AFM aan dat Coenders nog niet heeft gereageerd op voornoemde brief van 18 juni De AFM verzocht de advocaat van Coenders alsnog te reageren vóór 1 augustus Bij brief van 29 juli 2009 aan de AFM reageerde Coenders op laatstgenoemde faxbrief en op de brief van 18 juni Beoordeling 3.1 Inleiding Deze paragraaf kent de volgende indeling. In paragraaf 3.2 is het oordeel van de AFM opgenomen ten aanzien van boeteoplegging aan Coenders. Vervolgens is in paragraaf 3.3 het oordeel van de AFM opgenomen ten aanzien van de hoogte van de boete. In paragraaf 3.4 is ten slotte het oordeel van de AFM weergegeven ten aanzien van publicatie van het boetebesluit. 3.2 Ten aanzien van boeteoplegging Oordeel AFM De AFM is van oordeel dat Coenders gedurende de periode 3 juli 2008 tot in ieder geval 1 januari 2009 het bepaalde in artikel 2:80, eerste lid, Wft heeft overtreden. Uit de door Coenders overgelegde informatie, de door [E], [F] en [H] overgelegde informatie, de uitdraai van de website van Coenders d.d. 14 november 2008 en het uittreksel van de Kamer van Koophandel d.d. 8 oktober 2008, blijkt namelijk dat Coenders in voornoemde periode in de uitoefening van beroep of bedrijf als tussenpersoon werkzaamheden heeft verricht die gericht waren op het tot stand komen van overeenkomsten ter zake van verschillende financiële producten (waaronder uitvaart verzekeringen) en/ of werkzaamheden heeft verricht die gericht waren op het assisteren bij het beheer en de uitvoering van genoemde overeenkomsten. Na bemiddeling door Coenders zijn voornoemde periode ten minste 636 nieuwe verzekeringsovereenkomsten afgesloten, waarvoor Coenders ten minste ,82 provisie heeft ontvangen. In de periode vanaf 3 juli 2008 was Coenders niet in het bezit van de voor bemiddeling vereiste vergunning van de AFM. De werkzaamheden van Coenders waren niet uitgezonderd van de vergunningplicht noch vielen zij onder een vrijstelling op grond van de Vrijstellingsregeling Wft.

6 Pagina 6 van Ten aanzien van de zienswijze van Coenders Samenvatting zienswijze Coenders (i) De AFM zou bij beschikking van 3 februari 2006 ten onrechte de betrouwbaarheid van de heer F.M. Coenders ter discussie hebben gesteld, waardoor de registratie van Coenders als cliëntenremisier werd doorgehaald. Die gang van zaken zou Coenders veel schade hebben toegebracht en alleen al vanwege dit feit zou oplegging van een bestuurlijke boete achterwege moeten blijven. (ii) Coenders zou zich vanaf januari 2008 hebben onthouden van bemiddeling in financiële producten. De verzekeringen die bij [E] zijn ondergebracht zouden, volgens Coenders, slechts mutaties (veranderingen binnen een bestaande polis) hebben betroffen. Van bemiddeling zou geen sprake zijn geweest. (iii) Ten aanzien van de activiteiten ten behoeve van [H] zou Coenders slechts hebben bemiddeld in simpele uitvaartverzekeringen van [H]. Reactie AFM Ad (i) De omstandigheid dat de AFM ten onrechte de betrouwbaarheid van de heer F.M. Coenders ter discussie zou hebben gesteld, waardoor de registratie van Coenders als cliëntenremisier zou zijn doorgehaald, heeft niets uit te staan met het feit dat Coenders het bepaalde in artikel 2:80, eerste lid, Wft heeft overtreden. De vergunningaanvraag van Coenders is immers afgewezen omdat Coenders niet heeft aangetoond dat: - de feitelijk leidinggevende (de heer F.M. Coenders) niet voldoet aan de vakbekwaamheidsvereisten; - (mede)beleidsbepaler [I] niet voldoet aan de betrouwbaarheidsvereisten en; - Coenders voldoet aan het vereiste van het hebben van een beroepsaansprakelijkheidsverzekering 3. Wat hiervan ook zij, van groter belang is dat Coenders na afwijzing van de vergunningaanvraag is doorgegaan met bemiddelen. Daarmee heeft Coenders willens en wetens de wet overtreden. Ad (ii) Dat de verzekeringen die bij [E] zijn ondergebracht (enkel) mutaties betroffen, acht de AFM niet aannemelijk. In antwoord op een informatieverzoek van de AFM geeft [E] daarover immers het volgende aan: In de periode 3 juli 2008 tot heden zijn door advisering en bemiddeling van Planning & Communicatie twee schadeverzekeringspakketten en een evenementenverzekering tot stand gekomen. 4 Bovendien is het voor de vraag of artikel 2:80, eerste lid, Wft is overtreden niet relevant of mutaties zijn doorgevoerd of dat werkzaamheden zijn verricht die gericht waren op het tot stand komen van nieuwe verzekeringsovereenkomsten. Ook het doorvoeren van mutaties wordt namelijk aangemerkt als bemiddelen in 3 Brief AFM aan Coenders d.d. 2 november 2007 (kenmerk [ ]) inzake afwijzing van de vergunningaanvraag. 4 Brief [E] aan de AFM d.d. 10 december 2009.

7 Pagina 7 van 10 de zin van artikel 2:80, eerste lid, Wft j artikel 1 Wft (definitie van bemiddelen). Immers, het assisteren bij het beheer en de uitvoering van een verzekering valt eveneens onder deze definitie 5. Ad (iii) (Natura-)uitvaartverzekeringen vallen onder de definitie van verzekering als bedoeld in artikel 1 Wft. Een verzekering valt op haar beurt onder de definitie van financieel product. Bemiddelen in (natura-) uitvaartverzekeringen valt niet onder een uitzondering als bedoeld in de Wft noch onder een vrijstelling als bedoeld in de Vrijstellingsregeling Wft. Nu Coenders zonder een daartoe verleende vergunning heeft bemiddeld inzake (natura-)uitvaartverzekeringen heeft zij derhalve het bepaalde in artikel 2:80, eerste lid, Wft overtreden. 3.3 Ten aanzien van de matiging van de boete De in de wet voorziene hoogte van de boete bedraagt ,- 6. Nu Coenders heeft aangegeven dat bij hem minder dan 15 personen werkzaam zijn, is draagkrachtfactor 1 van toepassing 7. Derhalve bedraagt het boetebedrag ,-. De AFM ziet geen aanleiding om tot matiging van de boete over te gaan. Daartoe is onder meer redengevend dat Coenders ondanks de afwijzing van zijn vergunningaanvraag willens en wetens op illegale wijze is doorgegaan met bemiddelen, waarna een groot aantal verzekeringsovereenkomsten tot stand zijn gekomen. Bovendien heeft Coenders met zijn bemiddelingsactiviteiten een aanzienlijk bedrag aan provisie ontvangen (ten minste ,82). Evenmin vormen de door Coenders overgelegde financiële draagkrachtgegevens aanleiding om tot matiging van de boete over te gaan. De heer Coenders heeft weliswaar in beperkte mate informatie overgelegd ten aanzien van zijn financiële draagkracht (de voorlopige aangifte inkomstenbelasting 2007, de voorlopige aangifte inkomstenbelasting 2008, de saldo-opgave van de gemeente Haarlem ingevolge het Bijstandsbesluit Zelfstandige en een transactieoverzicht van de [G]). Echter daaruit kan geen volledig en actueel beeld worden gedestilleerd van de inkomenssituatie van Coenders, temeer nu uit deze gegevens niet blijkt of en hoe voornoemd provisiebedrag hierin is verwerkt. 3.4 Ten aanzien van publicatie van de boete Overtreding van artikel 2:80, eerste lid, Wft is door de wetgever aangemerkt als een zware overtreding. Dit houdt in dat het boetebesluit in beginsel tweemaal dient te worden gepubliceerd, na bekendmaking van het besluit 8 en voor de tweede maal na onherroepelijk worden van het besluit 9. De toezichthouder dient slechts dan af te wijken van deze publicatieplicht indien openbaarmaking in strijd is of zou kunnen komen met het doel van het door de toezichthouder uit te oefenen toezicht op de naleving van de Wft. Daarvan is naar het oordeel van de AFM geen sprake. 5 Zie ook Voorzieningenrechter rechtbank Rotterdam 5 november 2008, JOR 2009/16. 6 Artikel 3 j artikel 2 Besluit Boetes Wft. 7 Artikel 6 lid 2 Besluit boetes Wft j artikel 7 sub e onder 2 Besluit boetes Wft. 8 Artikel 1:97, eerste lid onder a, Wft. 9 Artikel 1:98 Wft.

8 Pagina 8 van Besluit Op grond van het vorenstaande heeft de AFM besloten om uit hoofde van artikel 1:80 Wft juncto het Besluit boetes Wft aan BNP een boete van ,- op te leggen wegens het overtreden van artikel 2:80, eerste lid, Wft. Het bedrag van de bestuurlijke boete is vastgesteld met inachtneming van artikel 1:81 Wft juncto artikelen 2 en 3 van het Besluit boetes Wft. In artikel 3 van het Besluit boetes Wft is bepaald dat het bedrag van de boete voor overtreding van artikel 2:80, eerste lid, Wft ,- (boetecategorie 5) bedraagt. In artikel 6 van het Besluit boetes Wft is bepaald dat de hoogte van de boete mede afhankelijk is van de draagkracht van degene aan wie de boete wordt opgelegd. Krachtens artikel 6, tweede lid, Besluit boetes Wft is de hoogte van de boete vastgesteld door het boetebedrag, zoals bepaald op grond van artikel 3 Besluit boetes Wft, te vermenigvuldigen met de op grond van artikel 7 toepasselijke draagkrachtfactor (factor 1-5). Nu bij Coenders minder dan 15 personen werkzaam zijn, is draagkrachtfactor 1 van toepassing 10. Dit houdt in dat het bedrag van de boete van ,- wordt vermenigvuldigd met factor 1. Zoals weergegeven in paragraaf 3.3 heeft de AFM besloten om de boete niet te matigen. Aan Coenders wordt derhalve een boete opgelegd van ,-. Het bedrag van de boete van ,- dient, onder vermelding van 'boete inzake Coenders, dossier, factuurnummer [..]', te worden betaald aan de AFM door overschrijving op bankrekeningnummer [ ] bij de [ ] te Amsterdam. Op grond van artikel 1:85, eerste lid, Wft dient de boete te worden betaald binnen zes weken na de inwerkingtreding van deze beschikking. Artikel 1:85, tweede lid, Wft kent opschortende werking toe aan een daartegen ingesteld (bezwaar en) beroep. Beslissing tot publicatie van de boete wegens overtreding van artikel 4:23, eerste lid onder a en b, Wft Artikel 1:98 Wft verplicht de AFM ertoe om een besluit tot het opleggen van een boete te openbaren nadat deze in rechte onaantastbaar is geworden. Daarenboven verplicht artikel 1:97, eerste lid, Wft om dit besluit tot oplegging van een boete ook openbaar te maken nadat dit aan de betrokken persoon is toegezonden. Op grond van het bepaalde in artikel 1:97, tweede lid, Wft geschiedt openbaarmaking van het besluit niet eerder dan nadat vijf werkdagen zijn verstreken na de dag waarop het besluit aan de betrokken persoon bekend is gemaakt. Met de verplichting tot openbaarmaking van bestuurlijke boetes door de AFM beoogt de wetgever de deelnemers op de financiële markten te waarschuwen in het belang van de ordelijke en transparante financiëlemarktprocessen, zuivere verhoudingen tussen marktpartijen en de zorgvuldige behandeling van cliënten (Vergelijk Parlementaire Geschiedenis 29708, nr. 19, p , p , nr. 20, p. 30 en nr. 39, p. 8-10). Dit is in lijn met de doelen die de inmiddels vervallen sectorale toezichtwetten beoogden te dienen. De AFM kan slechts van openbaarmaking afzien indien op grond van artikel 1:98, respectievelijk 1:97, vierde lid, Wft, openbaarmaking van het besluit in strijd is of zou kunnen komen met het doel van het door de AFM uit te oefenen toezicht op de naleving van deze 10 Artikel 6 lid 2 Besluit boetes Wft j artikel 7 sub a onder 5 Besluit boetes Wft.

9 Pagina 9 van 10 wet. Van dat laatste is naar het oordeel van AFM geen sprake, zodat niet van openbaarmaking kan worden afgezien. De tekst van het besluit - geschoond van vertrouwelijke, concurrentie- en privacygevoelige informatie - zoals die op de website van de AFM zal worden gepubliceerd, treft u aan in een bijlage bij dit besluit. De openbaarmaking van de boete zal plaatsvinden door publicatie van het onderhavige besluit op de website van de AFM en door middel van een persbericht en/of advertentie. De basis van de tekst die in het te publiceren persbericht en/of advertentie zal worden opgenomen, is de volgende: AFM legt aan de heer F.M. Coenders h.o.d.n. Planning & Communicatie B.V. een boete op voor bemiddeling zonder vergunning De Autoriteit Financiële Markten (AFM) heeft op (datum) een bestuurlijke boete van euro opgelegd aan de heer F.M. Coenders h.o.d.n. Planning & Communicatie B.V. ( de heer Coenders ), gevestigd te Haarlem. De AFM heeft vastgesteld dat de heer Coenders in de periode van 3 juli 2008 tot in ieder geval 1 januari 2009 bemiddelingsactiviteiten heeft verricht in verzekeringen zonder dat de heer Coenders in het bezit was van een door de AFM verleende vergunning voor het verrichten van deze bemiddelingsactiviteiten. Dit is een overtreding van de verbodsbepaling (artikel 2:80, eerste lid, Wet op het financieel toezicht) die stelt dat het verboden is in Nederland zonder een daartoe door de Autoriteit Financiële Markten verleende vergunning te bemiddelen. Het in het besluit vervatte oordeel van de AFM kan door belanghebbende(n) ter toetsing aan de rechter worden voorgelegd. Het volledige besluit kunt u op deze pagina downloaden. Bij vragen of klachten kunt u contact opnemen met het Meldpunt Financiële Markten van de AFM: (0,05 euro per minuut). De AFM bevordert eerlijke en transparante financiële markten. Wij zijn de onafhankelijke gedragstoezichthouder op de markten van sparen, lenen, beleggen en verzekeren. De AFM bevordert zorgvuldige financiële dienstverlening aan consumenten en ziet toe op een eerlijke en efficiënte werking van kapitaalmarkten. Ons streven is het vertrouwen van consumenten en bedrijven in fianciële markten te versterken, ook internationaal. Op deze manier draagt de AFM bij aan de welvaart en de economische reputatie van Nederland. Indien u een verzoek om een voorlopige voorziening als bedoeld in artikel 8:81 van de Algemene wet bestuursrecht heeft gedaan, verzoeken wij u dit aan de AFM per ([..]) door te geven. Bij gebreke daarvan zal de AFM de boete openbaarmaken op de wijze als bovengenoemd. Tevens vraagt de AFM u het verzoek om de voorlopige voorziening per fax aan de AFM toe te sturen (faxnummer [ ]).

10 Pagina 10 van Rechtsgangverwijzing Ten aanzien van het boetebesluit Iedere belanghebbende kan tegen deze beschikking bezwaar aantekenen door binnen zes weken na bekendmaking daarvan een bezwaarschrift in te dienen bij de AFM, t.a.v. Juridische Zaken, Postbus 11723,1001 GS, Amsterdam. Ten aanzien van de publicatie van het boetebesluit Indien wordt verzocht om een voorlopige voorziening als bedoeld in artikel 8:81 Awb, wordt op grond van het bepaalde in artikel 1: 97, derde lid, Wft de openbaarmaking van het besluit opgeschort totdat de voorzieningenrechter uitspraak heeft gedaan. Hoogachtend, Autoriteit Financiële Markten Was getekend Was getekend

11 Bijlage 1 Wettelijk kader Vierde Tranche Algemene wet bestuursrecht ( VT Awb ) Op 1 juli 2009 is de Algemene wet bestuursrecht gewijzigd door middel van de VT Awb. In de VT Awb is de volgende overgangsbepaling opgenomen: Indien een bestuurlijke sanctie wordt opgelegd wegens een overtreding die plaatsvond voor het tijdstip van inwerkingtreding van deze wet, blijft het recht zoals dat gold voor dat tijdstip van toepassing. Wet wijziging boetestelsel financiële wetgeving ( Wwbfw ) Op 1 augustus 2009 is de Wwbfw in werking getreden. Daarin is de volgende overgangsbepaling (artikel XII) opgenomen: Ter zake van overtredingen die hebben plaatsgevonden of zijn aangevangen voor het tijdstip van inwerkingtreding van deze wet, blijft het recht van toepassing zoals dat gold voor dat tijdstip van toepassing. Wet op het financieel toezicht ( Wft ) In artikel 1:1 Wft is bepaald, voor zover relevant: In deze wet en de daarop berustende bepalingen wordt, voor zover niet anders is bepaald, verstaan onder: bemiddelen: a. alle werkzaamheden in de uitoefening van een beroep of bedrijf gericht op het als tussenpersoon tot stand brengen van een overeenkomst inzake een ander financieel product dan een financieel instrument, krediet of verzekering tussen een consument en een aanbieder; b. alle werkzaamheden in de uitoefening van een beroep of bedrijf gericht op het als tussenpersoon tot stand brengen van een overeenkomst inzake krediet tussen een consument en een aanbieder of op het assisteren bij het beheer en de uitvoering van een dergelijke overeenkomst; of c. alle werkzaamheden in de uitoefening van een beroep of bedrijf gericht op het als tussenpersoon tot stand brengen van een verzekering tussen een cliënt en een verzekeraar of op het assisteren bij het beheer en de uitvoering van een verzekering; financiële dienst: c. bemiddelen; financieel product: g. een verzekering; verzekering: b. levensverzekering;

12 levensverzekering: een levensverzekering als bedoeld in artikel 975 Boek 7 van het Burgerlijk Wetboek, met dien verstande dat de prestatie van de levensverzekeraar uitsluitend in geld geschiedt, of een natura-uitvaartverzekering als bedoeld in dit artikel; toezichthouder: de Nederlandsche Bank of de Autoriteit Financiële Markten, ieder voorzover belast met de uitoefening van het toezicht overeenkomstig artikel 1:24 onderscheidenlijk artikel 1:25; In artikel 1:80 Wft is bepaald, voor zover relevant: 1. De toezichthouder kan een bestuurlijke boete opleggen terzake van overtreding van voorschriften, gesteld ingevolge de in de bijlage bij dit artikel genoemde artikelen [...] In de Bijlage bij artikel 1:80 Wft is vermeld: Overtreding van voorschriften, gesteld bij of krachtens artikel: Deel Markttoegang financiële ondernemingen 2:80, eerste lid In artikel 1:81 Wft is bepaald: 1. Het bedrag van de bestuurlijke boete wordt bepaald bij algemene maatregel van bestuur, met dien verstande dat de boete voor een afzonderlijke overtreding ten hoogste bedraagt. 2. De algemene maatregel van bestuur, bedoeld in het eerste lid, bepaalt bij elke daarin omschreven overtreding het bedrag van de deswege op te leggen bestuurlijke boete. 3. De toezichthouder kan het bedrag van de bestuurlijke boete lager stellen dan in de algemene maatregel van bestuur is bepaald, indien het bedrag van de boete in een bepaald geval onevenredig hoog is. In artikel 1:83 Wft is bepaald: 1. Indien de toezichthouder voornemens is een bestuurlijke boete op te leggen, geeft hij de betrokkene daarvan kennis onder vermelding van de gronden waarop het voornemen berust. 2. In afwijking van afdeling van de Algemene wet bestuursrecht, stelt de toezichthouder de betrokkene in de gelegenheid om naar keuze schriftelijk of mondeling zijn zienswijze naar voren te brengen voordat de bestuurlijke boete wordt opgelegd. In artikel 1:97 Wft is bepaald, voor zover relevant: 1. De toezichthouder maakt een besluit tot het opleggen van een bestuurlijke boete ingevolge deze wet na bekendmaking openbaar, indien de bestuurlijke boete is opgelegd terzake overtreding van: a. een verbodsbepaling uit deze wet [...]; 2. De openbaarmaking van het besluit tot het opleggen van een bestuurlijke boete geschiedt niet eerder dan nadat vijf werkdagen zijn verstreken na de dag waarop het besluit aan de betrokken persoon bekend is gemaakt. 3. Indien wordt verzocht om een voorlopige voorziening als bedoeld in artikel 8:81 van de Algemene wet bestuursrecht, wordt de openbaarmaking van het besluit opgeschort totdat er een uitspraak is van de voorzieningenrechter. 4. Indien de openbaarmaking van het besluit in strijd is of zou kunnen komen met het doel van het door de toezichthouder uit te oefenen toezicht op de naleving van deze wet blijft deze achterwege.

13 In artikel 1:98 Wft is bepaald: Onverminderd artikel 1:97 maakt de toezichthouder een besluit tot het opleggen van een bestuurlijke boete ingevolge deze wet openbaar, nadat het rechtens onaantastbaar is geworden, tenzij de openbaarmaking van het besluit in strijd is of zou kunnen komen met het doel van het door de toezichthouder uit te oefenen toezicht op de naleving van deze wet. In artikel 2:80, eerste lid, Wft is bepaald: 1. Het is verboden in Nederland zonder een daartoe door de Autoriteit Financiële Markten verleende vergunning te bemiddelen. Besluit boetes Wft In artikel 2 Besluit boetes Wft is bepaald, voor zover relevant: Voor de tariefnummers, behorend bij de in artikel 3, 4 en 5 genoemde overtredingen, zijn de boetebijdragen als volgt samengesteld: Tariefnummer Boete In artikel 3 Besluit boetes Wft is bepaald, voor zover relevant: Wet op het financieel toezicht Tariefnummer 2:80, eerste lid 5 In artikel 6 Besluit boetes Wft is bepaald, voor zover relevant: 1. Indien een boete wordt opgelegd aan een persoon die behoort tot een van de hierna genoemde categorieën, is de hoogte van de boete mede afhankelijk van diens draagkracht: a. financiële ondernemingen; 2. De draagkracht komt in de hoogte van de boete tot uiting door het boetebedrag, zoals bepaald op grond van artikel 3, 4 en 5, te vermenigvuldigen met de op grond van artikel 7 toepasselijke draagkrachtfactor. 3. Indien de toezichthouder niet beschikt over de voor de bepaling van de draagkracht noodzakelijke gegevens, verzoekt hij degene aan wie de boete zal worden opgelegd deze gegevens binnen een door hem te stellen redelijke termijn te verstrekken. In artikel 7 Besluit boetes Wft is bepaald, voor zover relevant: De in artikel 6, tweede lid, bedoelde draagkrachtfactoren zijn: a. draagkrachtfactor één: 5. financiëledienstverleners, niet zijnde financiële ondernemingen als bedoeld onder 1 tot en met 4, waarvan het aantal werknemers, gemeten naar voltijdsequivalent, dat zich rechtstreeks bezighoudt met financiële dienstverlening minder dan 15 bedraagt;