Inzake bovengenoemd onderwerp bericht de Stichting Autoriteit Financiële Markten ( AFM ) u als volgt.

Transcriptie

1 Openbare versie Infonetwerk de heer M.J. Dörr Postbus ZH WILLEMSTAD NB Datum 19 december 2007 Pagina 1 van 11 Telefoon Betreft 020 [ ] Last onder dwangsom Geachte heer Dörr, Inzake bovengenoemd onderwerp bericht de Stichting Autoriteit Financiële Markten ( AFM ) u als volgt. 1. Inleiding De AFM heeft geconstateerd dat de heer M.J. Dörr ( MD ) die voor zijn rekening de eenmanszaak Infonetwerk tevens h.o.d.n. Infopoints ( Infonetwerk ) drijft geen of onvoldoende gevolg heeft gegeven aan informatieverzoeken en rappellen daarop van de toezichthouders van de AFM ex artikel 1:72 van de Wet op het financieel toezicht ( Wft ), juncto artikel 5:16 van de Algemene wet bestuursrecht ( Awb ), als vervat in meerdere aangetekende brieven. Om deze reden heeft de AFM besloten om MD overeenkomstig artikel 1:79, eerste lid, Wft een last onder dwangsom op te leggen. Deze strekt ertoe dat MD binnen 10 werkdagen na de datum van dagtekening van deze beschikking de in de last onder dwangsom, zoals verwoord in paragraaf 5, gespecificeerde informatie aan de AFM verschaft. De dwangsom bedraagt (zegge: vierduizend Euro) voor iedere kalenderdag of gedeelte daarvan na de genoemde begunstigingstermijn dat MD niet voldoet aan voornoemde last, tot een maximum van (zegge: tachtigduizend Euro). Indien de dwangsom wordt verbeurd, zal de AFM het besluit tot het opleggen van de last onder dwangsom op grond van het bepaalde in artikel 1:99, eerste lid, Wft openbaar maken. Het onderhavige besluit is als volgt opgebouwd. Allereerst geeft de AFM in paragraaf 2 het wettelijk kader weer. Vervolgens beschrijft de AFM in paragraaf 3 de feiten die tot het besluit aanleiding geven. In paragraaf 4 wordt een beoordeling van de feiten gegeven. In paragraaf 5 is het besluit beschreven. Tot slot volgt in paragraaf 6 de rechtsgangverwijzing. Stichting Autoriteit Financiële Markten Kamer van Koophandel Amsterdam, nr Kenmerk van deze brief: IFA-[ ] Bezoekadres Vijzelgracht 50 Postbus GS Amsterdam Telefoon Fax

2 Pagina 2 van Wettelijk kader Wft In artikel 1:1 Wft is voor zover relevant het volgende bepaald: In deze wet en de daarop berustende bepalingen wordt, voorzover niet anders is bepaald, verstaan onder ( ) financieel product: a. een beleggingsobject; b. een betaalrekening met inbegrip van de daaraan verbonden betaalfaciliteiten; c. elektronisch geld; d. financieel instrument; e. krediet; f. een spaarrekening met inbegrip van de daaraan verbonden spaarfaciliteiten; g. een verzekering; h. een bij algemene maatregel van bestuur aan te wijzen ander financieel product; financiële dienst: a. aanbieden; b. adviseren over andere financiële producten dan financiële instrumenten; c. bemiddelen; d. herverzekeringsbemiddelen; e. optreden als clearinginstelling; f. optreden als gevolmachtigde agent of ondergevolmachtigde agent; g. verlenen van een beleggingsdienst; h. verrichten van een beleggingsactiviteit; ( ) In artikel 1:72 Wft is bepaald: 1. Met het toezicht op de naleving van de bij en krachtens deze wet gestelde regels zijn belast de bij besluit van de toezichthouder aangewezen personen. 2. Van een besluit als bedoeld in het vorige lid wordt mededeling gedaan door plaatsing in de Staatscourant. In artikel 1:74 Wft is voor zover relevant het volgende bepaald: 1. De toezichthouder kan ten behoeve van het toezicht op de naleving van de bij of krachtens deze wet gestelde regels van een ieder inlichtingen vorderen.

3 Pagina 3 van De artikelen 5:13 en 5:20 van de Algemene wet bestuursrecht zijn van overeenkomstige toepassing. 3. ( ) In artikel 1:79 Wft is voor zover relevant het volgende bepaald: 1. De toezichthouder kan een last onder dwangsom opleggen terzake van een overtreding van voorschriften, gesteld ingevolge de in de bijlage bij dit artikel genoemde artikelen en de prospectusverordening alsmede terzake van overtreding van artikel 5:20 van de Algemene wet bestuursrecht. 2. ( ) In artikel 1:99 Wft is voor zover relevant het volgende bepaald: 1. De toezichthouder maakt een besluit tot het opleggen van een last onder dwangsom ingevolge deze wet openbaar wanneer een dwangsom wordt verbeurd, tenzij de openbaarmaking van het besluit in strijd is of zou kunnen komen met het doel van het door de toezichthouder uit te oefenen toezicht op de naleving van deze wet. 2. Indien wordt verzocht om een voorlopige voorziening als bedoeld in artikel 8:81 van de Algemene wet bestuursrecht, wordt de openbaarmaking van het besluit opgeschort totdat er een uitspraak is van de voorzieningenrechter. In artikel 2:75 Wft is voor zover relevant het volgende bepaald: 1. Het is verboden in Nederland zonder een daartoe door de Autoriteit Financiële Markten verleende vergunning te adviseren over andere financiële producten dan financiële instrumenten. 2. ( ) In artikel 2:80 Wft is voor zover relevant het volgende bepaald: 1. Het is verboden in Nederland zonder een daartoe door de Autoriteit Financiële Markten verleende vergunning te bemiddelen. 2. ( ) Awb In artikel 4:8 Awb is het volgende bepaald: 1. Voordat een bestuursorgaan een beschikking geeft waartegen een belanghebbende die de beschikking niet heeft aangevraagd naar verwachting bedenkingen zal hebben, stelt het die belanghebbende in de gelegenheid zijn zienswijze naar voren te brengen indien: a) de beschikking zou steunen op gegevens over feiten en belangen die de belanghebbende betreffen, en b) die gegevens niet door de belanghebbende zelf ter zake zijn verstrekt. 2. Het eerste lid geldt niet indien de belanghebbende niet heeft voldaan aan een wettelijke verplichting gegevens te verstrekken. In artikel 5:13 Awb is het volgende bepaald:

4 Pagina 4 van 11 Een toezichthouder maakt van zijn bevoegdheden slechts gebruik voor zover dat redelijkerwijs voor de vervulling van zijn taak nodig is. In artikel 5:16 Awb is het volgende bepaald: Een toezichthouder is bevoegd inlichtingen te vorderen. In artikel 5:20 Awb is het volgende bepaald: 1. Een ieder is verplicht aan een toezichthouder binnen de door hem gestelde redelijke termijn alle medewerking te verlenen die deze redelijkerwijs kan vorderen bij de uitoefening van zijn bevoegdheden. 2. Zij die uit hoofde van ambt, beroep of wettelijk voorschrift verplicht zijn tot geheimhouding, kunnen het verlenen van medewerking weigeren, voor zover dit uit hun geheimhoudingsplicht voortvloeit. Wet financiële dienstverlening (hierna: Wfd ) (ingetrokken) In artikel 1 Wfd is voor zover relevant het volgende bepaald: In deze wet en de daarop berustende bepalingen wordt voor zover niet anders is bepaald verstaan onder: ( ) l. financiële dienst: 1º aanbieden; 2º adviseren, voorzover dit niet plaatsvindt door een financiële dienstverlener die tevens optreedt als aanbieder, bemiddelaar, gevolmachtigde of ondergevolmachtigde agent ten aanzien van het aanbevolen financiële product; 3º bemiddelen; 4º herverzekeringsbemiddelen; 5º het optreden als gevolmachtigde agent of ondergevolmachtigde agent; m. financieel product: 1º een betaalrekening met inbegrip van de daaraan verbonden betaalfaciliteiten; 2º een effect; 3º elektronisch geld; 4º krediet; 5º een spaarrekening met inbegrip van de daaraan verbonden spaarfaciliteiten; 6º een verzekering; 7º een beleggingsobject; 8º een bij algemene maatregel van bestuur aan te wijzen ander financieel product; 9º een combinatie van twee of meer van de onder 1º tot en met 8º genoemde producten; cc. toezichthouder: de Stichting Autoriteit Financiële Markten; ( ) In artikel 10 Wfd is het volgende bepaald: Het is verboden in of vanuit Nederland een financiële dienst te verlenen zonder daartoe van de toezichthouder een vergunning te hebben verkregen.

5 Pagina 5 van 11 In artikel 68 Wfd is het volgende bepaald: 1. De toezichthouder kan bij: a. de aanvrager van een vergunning; b. de vergunninghouder; c. degene op wie een vrijstelling of ontheffing als bedoeld in de artikelen 9 onderscheidenlijk 18 van toepassing is; d. degene die deel uitmaakt van een groep waartoe een vergunninghouder behoort; e. degene waarvan kan worden vermoed dat deze handelt in strijd met de bij of krachtens deze wet gestelde regels, alle inlichtingen inwinnen, of doen inwinnen, die redelijkerwijs geacht kunnen worden nodig te zijn voor het toezicht op de naleving van deze wet. 2. Degene van wie de inlichtingen, bedoeld in het eerste lid, worden verlangd, verstrekt deze binnen een door de toezichthouder te stellen termijn. 3. Feiten Infonetwerk is sinds 15 februari 2004 ingeschreven in het handelsregister van de Kamer van Koophandel voor West-Brabant ( KvK ) onder nummer Het in het handelsregister geregistreerde adres van Infonetwerk luidt:[ ]. De bij de KvK geregistreerde telefoonnummers zijn [ ] en [ ]. Blijkens het handelsregister is MD, voor wiens rekening Infonetwerk wordt gedreven, geboren op [ ] te [ ] en woonachtig op het voornoemd adres. De in het KvK register opgenomen bedrijfsomschrijving luidt: Informatiewerving en beheer en distributie door middel van electronische netwerken. Het verlenen van bemiddeling en advisering bij het sluiten van verzekeringen en het aangaan van financieringen, deelnemen in of zich op andere wijze financieel of anderszins interesseren bij andere ondernemingen. Het beheren en investeren van vermogen voor derden. De AFM beschikt over informatie dat MD mogelijk financiële diensten verleent en heeft verleend en de bepalingen van de Wft overtreedt. Naar aanleiding van deze informatie hebben de toezichthouders van de AFM op 16 mei 2007 een informatieverzoek (kenmerk: IFA-[ ] ) aangetekend met handtekening retour naar MD verzonden, teneinde te bezien of MD mogelijk de bepalingen van de Wft heeft overtreden dan wel overtreedt. De toezichthouders van de AFM hebben MD verzocht binnen 10 werkdagen na dagtekening van voornoemde brief hen schriftelijk en gedetailleerd te informeren aangaande de door MD verrichtte activiteiten. Op 22 mei 2007 heeft MD kort gereageerd waarbij niet op de door de AFM gestelde vragen is ingegaan. Bij brief van 13 juni 2007 (kenmerk: IFA-[ ] ) is MD gerappelleerd om alsnog de vragen uit het informatieverzoek van 16 mei 2007 te beantwoorden. Op dat moment was de AFM nieuwe informatie bekend over mogelijke overtreding van de bepalingen van de Wft door MD. In de brief van 13 juni 2007 van de AFM zijn daarom, naast voornoemd rappel, additionele vragen aan MD gesteld. Deze brief wordt op 19 juni 2007 door MD in ontvangst genomen. Op 21 juni 2007 ontvangt de AFM de reactie van MD die is gedateerd 14 juni Hiermee beantwoordt MD alleen de vragen gesteld in het informatieverzoek van 16 mei Op 2 juli 2007 heeft de AFM een brief aan MD verzonden (kenmerk: IFA-[ ] ), waarin is vermeld dat er vragen uit het informatieverzoek van 13 juni 2007 openstaan. De AFM verzoekt om beantwoording van deze vragen binnen 5 werkdagen na dagtekening van

6 Pagina 6 van 11 de brief. MD heeft deze brief op 3 juli 2007 in ontvangst genomen. Op 4 juli 2007 reageert MD op deze brief. Op 21 augustus 2007 (kenmerk: IFA-[ ] ) heeft de AFM schriftelijk aan MD meegedeeld dat de beantwoording onvoldoende is en dat naar aanleiding van de beantwoording tevens nieuwe vragen gerezen zijn. MD wordt verzocht binnen 10 werkdagen (alsnog) de vragen schriftelijk te beantwoorden. Deze brief is op 22 augustus 2007 door MD in ontvangst genomen. Op 2 september 2007 heeft MD schriftelijk gereageerd. Op 17 september 2007 (kenmerk: IFA-[ ] ) heeft de AFM aan MD schriftelijk aangegeven dat de beantwoording van de vragen wederom onvoldoende is en tevens nieuwe vragen oproept. De toezichthouders van de AFM hebben MD verzocht binnen 5 werkdagen na dagtekening van de brief van 17 september 2007 (alsnog) de vragen te beantwoorden. Bij deze gelegenheid is MB geïnformeerd dat indien er binnen de gestelde termijn geen of een niet toereikende schriftelijke reactie van MB wordt ontvangen er een voorstel zal worden opgesteld om een last onder dwangsom op te leggen. MD wordt verzocht antwoord te geven op de volgende vragen: - Van wie zijn er gelden bijeengebracht om diverse zaken te kunnen financieren, zoals dit door MD is vermeld in een schrijven aan de heer [ ] op 17 april 2007 en om hoeveel ingebracht geld gaat het? Graag ontvangen wij een lijst met de namen van de inleggers alsmede, duidelijk gespecificeerd, de door hen ingelegde bedragen over de periode 2003 tot heden met hierbij aangegeven in welk(e) project(en) deze deelnemers hebben ingelegd. - Graag ontvangen wij van u een gedetailleerde omschrijving van alle verschillende projecten van MD, waarvan MD er een aantal heeft genoemd in het schrijven aan de heer [ ]. - Op welke wijze werft en/of heeft MD cliënten geworven voor de voornoemde projecten? - Wat is de rol van MD in elk van deze projecten? - Op welk(e) rekeningnummer(s) werden en/of worden de gelden door de deelnemers gestort en/of uitbetalingen aan deelnemers gedaan? - Waarvoor zijn de door de familie [ ] verstrekte gelden precies gebruikt? Graag ontvangen wij een uitgebreide en gedetailleerde verklaring terzake. - Indien de projecten, waarvan u heeft verklaard dat de ingelegde gelden zijn verstrekt voor 2003 nog liepen na 2003 (wat aannemelijk is gezien de deelaflossing aan deelnemers medio 2006) ontvangen wij daarvan graag per project een gedetailleerde uitleg van de modaliteiten alsmede per project een lijst met informatie over de inleggers (naam, adres, woonplaats), inlegbedrag en inlegdatum, uitbetalingen en data van de uitbetalingen. (In de brief van 2 september 2007 heeft MD aangegeven dat: Met verstrekte gelden zijn aankopen gedaan waarvan een redelijke winst kon worden verwacht. Dit is niet de gedetailleerde uitleg waarom wij nadrukkelijk hebben verzocht). Naar aanleiding van het antwoord van MD van 2 september 2007 is MD tevens verzocht de volgende vragen te beantwoorden c.q. de volgende informatie te verstrekken: - MD heeft aangegeven dat: De door de familie [ ] verstrekte gelden zijn toegevoegd aan de middelen bestemd om andere particuliere verstrekkers ten dele af te lossen. Deze betrokken zijn u reeds eerder gemeld. Met de familie [ ] is daarover geen overeenkomst gesloten anders dan de reeds bekende afsprakenbevestiging. Wij informeren MD dat de bedoelde betrokkenen niet eerder aan ons gemeld zijn, althans niet door MD, ondanks dat wij een dergelijke vraag bij herhaling en wederom in dit schrijven aan MD hebben gesteld. Wij verwachten dat MD bij deze gelegenheid deze informatie wel alsmede volledig verstrekt. Voorts ontvangen wij graag een afschift van de door MD aangehaalde reeds bekende afsprakenbevestiging.

7 Pagina 7 van 11 Als deze niet op schift is gesteld ontvangen wij graag een verklaring van MD wat deze afspraakbevestiging inhoudt. - MD heeft aangegeven dat: Van deze aankopen zijn facturen en betalingsbewijzen door o.a. bank overschrijvingen beschikbaar. Graag ontvangen wij kopieën van bedoelde facturen en betalingsbewijzen. - MD heeft aangegeven dat er geen standaardovereenkomst was tussen MD en de inleggers, maar dat: de afspraak luidde dat van de behaalde netto-winst 1/6 deel aan ondergetekende zou toekomen onder aftrek van een rentevergoeding. Ongetwijfeld zijn dergelijke afspraken op schrift gesteld. Graag ontvangen wij kopieën van deze schriftelijke afspraken. - MD geeft [op 2 september 2007] de contactgegevens door van 3 personen waar wij navraag zouden kunnen doen. Wat is de relatie van deze personen tot MD en de projecten van MD waar wij aan MD vragen over hebben gesteld? - In de brief van 14 juni 2007 heeft MD in reactie op onze vraag Welke bankrekeningnummers gebruikt(e) Infonetwerk voor haar bedrijfsactiviteiten? geantwoord dat Infonetwerk een rekening heeft bij [ ] onder nummer [ ]. Echter zijn de gelden die zijn verstrekt door de familie [ ] overgemaakt aan Dörr Assurantiën op rekeningnummer [ ] t.n.v. [ ]. Bovendien zijn wij een [ ] rekeningnummer [ ] tegen gekomen die staat op naam van Infonetwerk Willemstad. Graag ontvangen wij terzake van MD een nadere verklaring. Conform de Aangetekend handtekening retourkaart binnenland van TNT post is de brief van de AFM van 17 september 2007 door MD op 19 september 2007 in ontvangst genomen. Tot op heden heeft de AFM de informatie zoals verzocht in het informatieverzoek van 17 september 2007 niet ontvangen. 4. Beoordeling feiten Om te kunnen vaststellen of MD in strijd handelt met de bepalingen uit de Wft is het noodzakelijk dat de AFM antwoord krijgt op de vragen die zij in haar informatieverzoeken aan MD heeft gesteld. Tot op heden - en onder verwijzing naar bovenstaand feitencomplex - heeft de AFM niet alle gevraagde informatie ontvangen. Daarmee heeft MD artikel 5:20 Awb overtreden. 5. Last onder dwangsom Op grond van het voorgaande heeft de AFM besloten aan MD een last onder dwangsom op te leggen wegens overtreding van artikel 5:20 Awb teneinde het hierna beschrevene te bewerkstelligen: Binnen tien werkdagen na dagtekening van deze brief dient MD alsnog volledig te voldoen aan het informatieverzoek van 17 september 2007 en derhalve schriftelijk en gedetailleerd de navolgende informatie te verstrekken dan wel onderstaande vragen te beantwoorden:

8 Pagina 8 van 11 - Van wie zijn er gelden bijeengebracht om diverse zaken te kunnen financieren, zoals dit door MD is vermeld in een schrijven aan de heer [ ] van 17 april 2007 en om hoeveel ingebracht geld gaat het? MD dient een lijst met de namen van de inleggers alsmede, duidelijk gespecificeerd, de door hen ingelegde bedragen over de periode 2003 tot heden met hierbij aangegeven in welk(e) project(en) deze deelnemers hebben ingelegd aan de AFM te verstrekken. - MD dient een gedetailleerde omschrijving aan de AFM te verstrekken van alle verschillende projecten waarvoor gelden door MD bijeen zijn gebracht, waaronder in ieder geval de door MD in het schrijven aan de heer [ ] genoemde projecten, te weten: Aankoop recreatiewoningen te Nw. Vossemeern, auto s (voornamelijk import uit België), textielimport uit India, een detachering organisatie in Rotterdam, aankoop/overname van levens en beleggingspolissen, kortlopende overbrugging met hypothecaire zekerheid. - Op welke wijze werft en/of heeft MD cliënten geworven voor de voornoemde projecten? - Wat is de rol van MD in elk van deze projecten? - Op welk(e) rekeningnummer(s) werden en/of worden de gelden door de deelnemers gestort en/of uitbetalingen aan deelnemers gedaan? - Waarvoor zijn de door de familie [ ] verstrekte gelden precies gebruikt? Terzake verzoeken wij MD om een uitgebreide en gedetailleerde verklaring. - Indien de projecten, waarvan MD heeft verklaard dat de ingelegde gelden zijn verstrekt voor 2003 nog liepen na 2003 (wat aannemelijk is gezien de deelaflossing aan deelnemers medio 2006), dient MD per project een gedetailleerde uitleg van de modaliteiten alsmede per project een lijst met informatie over de inleggers (naam, adres, woonplaats), inlegbedrag en inlegdatum, uitbetalingen en data van de uitbetalingen aan de AFM te verstrekken. - MD heeft aangegeven dat: De door de familie [ ] verstrekte gelden zijn toegevoegd aan de middelen bestemd om andere particuliere verstrekkers ten dele af te lossen. Deze betrokken zijn u reeds eerder gemeld. Met de familie [ ] is daarover geen overeenkomst gesloten anders dan de reeds bekende afsprakenbevestiging. De bedoelde betrokkenen zijn niet eerder aan ons gemeld, althans niet door MD, ondanks dat wij een dergelijke vraag bij herhaling aan MD hebben gesteld. MD wordt verzocht bij deze gelegenheid deze informatie wel alsmede volledig te verstrekken. Voorts dient MD een afschift van de door MD aangehaalde reeds bekende afsprakenbevestiging aan de AFM te verstrekken. Als deze niet op schift is gesteld, dient MD een verklaring aan de AFM te verstrekken over wat deze afspraakbevestiging inhoudt. - MD heeft aangegeven dat: Van deze aankopen zijn facturen en betalingsbewijzen door o.a. bank overschrijvingen beschikbaar. MD dient kopieën van bedoelde facturen en betalingsbewijzen aan de AFM te verstrekken. - MD heeft aangegeven dat er geen standaardovereenkomst was tussen MD en de inleggers, maar dat: de afspraak luidde dat van de behaalde netto-winst 1/6 deel aan ondergetekende zou toekomen onder aftrek van een rentevergoeding. Indien dergelijke afspraken op schrift zijn gesteld dient u daarvan een kopie aan de AFM te verstrekken. Indien deze afspraken niet op schift zijn gesteld dient u een verklaring aan de AFM te verstrekken welke afspraken waarover gemaakt zijn. - MD heeft de contactgegevens van 3 personen doorgegeven waar de AFM navraag zou kunnen doen. Wat is de relatie van deze personen tot MD en de projecten van MD waar wij u vragen over hebben gesteld? - In de brief van 14 juni 2007 heeft MD in reactie op onze vraag Welke bankrekeningnummers gebruikt(e) Infonetwerk voor haar bedrijfsactiviteiten? geantwoord dat Infonetwerk een rekening heeft bij [ ] onder nummer [ ]. De gelden die zijn verstrekt door de familie [ ] zijn echter overgemaakt aan Dörr

9 Pagina 9 van 11 Assurantiën op rekeningnummer [ ]t.n.v. [ ]. Bovendien stuitten wij in ons onderzoek op [ ] rekeningnummer [ ] op naam van Infonetwerk Willemstad. Maakt Infonetwerk voor haar bedrijfsactiviteiten ook gebruik van de twee laatstgenoemde rekeningnummers? Zo ja, dient u nader te verklaren waarom u deze rekeningnummers in eerdere instantie niet aan de AFM heeft gemeld. Bij een onmogelijkheid om de hierboven puntsgewijs gevraagde informatie te verstrekken, dan wel bij een onmogelijkheid om (een deel van) de gevraagde informatie te verstrekken, dient u per (deel)punt de reden daartoe schriftelijk en gedetailleerd uiteen te zetten binnen de termijn zoals hierboven aangegeven. De dwangsom bedraagt (zegge: vierduizend Euro) voor iedere dag of gedeelte daarvan na de termijn dat MD een of meer van de hierboven gevraagde gegevens niet heeft verstrekt, tot een maximum van (zegge: tachtigduizend Euro). De gevraagde informatie dient te worden gezonden aan de AFM, t.a.v. [ ], Postbus 11723, 1001 GS te Amsterdam. U kunt de informatie ook versturen per fax: +31(0)20-[ ]. De AFM heeft bij de beoordeling van de hoogte van de dwangsom en het maximum te verbeuren bedrag rekening gehouden met de zwaarte van de overtreding en de beoogde werking van de oplegging van de last onder dwangsom. Daarbij heeft de AFM onder meer in aanmerking genomen dat zij MD herhaaldelijk heeft verzocht om een aantal vragen te beantwoorden en aan haar de nodige informatie te verstrekken, maar dat MD niet afdoende heeft gereageerd. De onderhavige dwangsom is na het verstrijken van de bedoelde termijn onmiddellijk opeisbaar door de AFM. Het maken van bezwaar schorst de werking van deze beschikking niet. De AFM zal de eventuele kosten van aanmaning tot betaling van de verbeurde dwangsom, eventuele kosten van invordering en de eventuele wettelijke rente voor rekening van MD doen komen. Indien de dwangsom wordt verbeurd, zal de AFM het besluit tot het opleggen van de last onder dwangsom openbaar maken op grond van het bepaalde in artikel 1:99, eerste lid, Wft. De AFM heeft geen aanwijzingen dat openbaarmaking van het besluit in dit geval in strijd is of zou kunnen komen met het doel van het door de AFM uit te oefenen toezicht op de naleving van de Wft. Op grond van het bepaalde in artikel 1:99, tweede lid, Wft wordt de openbaarmaking van het besluit opgeschort totdat er een uitspraak is van de voorzieningenrechter, indien wordt verzocht om een voorlopige voorziening als bedoeld in artikel 8:81 Awb. Indien de dwangsom wordt verbeurd, zal de openbaarmaking plaatsvinden door: a. publicatie van het onderhavige besluit op de website van de AFM, en; b. publicatie van de kern van het besluit in één of meer landelijke en/of regionaal te verschijnen dagbladen en in een persbericht. Ad a. Het besluit tot oplegging van een last onder dwangsom zal integraal worden gepubliceerd op de website van de AFM, met dien verstande dat dit besluit zal worden geschoond van eventuele vertrouwelijke

10 Pagina 10 van 11 gegevens. De AFM is van oordeel dat in het onderhavige besluit de grijs gemarkeerde gegevens vertrouwelijk zijn. Die informatie zal dan ook in de publicatie worden afgeschermd. Indien MD meent dat bepaalde andere gegevens ook als vertrouwelijk moeten worden aangemerkt, kan MD dit binnen de termijn van tien werkdagen na dagtekening van deze brief aan de AFM kenbaar maken. Ad b. De tekst die indien de dwangsom wordt verbeurd zal worden gepubliceerd in één of meer landelijke en/of regionaal te verschijnen dagbladen en in een persbericht is de volgende: De AFM legt een last onder dwangsom op aan de heer M.J. Dörr van eenmanszaak Infonetwerk tevens h.o.d.n. Infopoints De Autoriteit Financiële Markten (AFM) maakt bekend dat zij op 19 december 2007 een last onder dwangsom heeft opgelegd aan: de heer M.J. Dörr die voor zijn rekening de eenmanszaak Infonetwerk tevens h.o.d.n. Infopoints drijft en is gevestigd op het adres Koningin Emmastraat 20, 4797 HK te Willemstad NB. De last onder dwangsom is opgelegd omdat de heer Dörr niet voldoet aan de informatieverzoeken van de AFM. De AFM heeft de heer Dörr om informatie verzocht, omdat het vermoeden bestaat dat hij via zijn eenmanszaak financiële diensten heeft verleend, of nog steeds verleent zonder dat hij hier een vergunning voor heeft van de AFM. De heer Dörr heeft de verzochte informatie niet binnen de termijn geleverd en is daarom verplicht de dwangsom te betalen. Ook zal de verzochte informatie nog steeds aan de AFM moeten worden geleverd. De volledige beschikking is te vinden op Bij vragen of klachten kunt u ook contact opnemen met het Meldpunt Financiële Markten van de AFM: (0,05 euro per gesprek)

11 Pagina 11 van Rechtsgangverwijzing Iedere belanghebbende kan tegen deze beschikking bezwaar aantekenen door binnen zes weken na bekendmaking daarvan een bezwaarschrift in te dienen bij de AFM, Juridische Zaken, Postbus 11723, 1001 GS Amsterdam. Was getekend