Team Referentie Doorkiesnummer Faxnummer adres Onderwerp

Transcriptie

1 provincie:: Utrecht.. Afdeling Handhaving Aan: Waterschap Vallei en Eem T.a.v. de heer P. van Dijk Postbus Al LEUSDEN Pythagoraslaan 101 Postbus TH Utrecht Tel Fax http;// Datum Nummer Uw brief van Uw nummer Bijlage 2009INT Team Referentie Doorkiesnummer Faxnummer adres Onderwerp Bodem, Water en Natuur Y. den Otter bodem Beschikking evaluatieverslag grond fase 1 en 2 en instemmen nazorgplan Zuidereind nabij nr. Ila (stort) te Baarn, code UT0308/00029 Geachte heer Van Dijk, 1 Inleiding Wij, Gedeputeerde Staten van Utrecht, hebben op 8 december 2008 het evaluatieverslag, bedoeld in artikel39c van de Wet bodembescherming (Wbb), ontvangen van de afrondende werkzaamheden van saneringsfase I en de volledige saneringsuitvoering van saneringsfase 2. De saneringswerkzaamheden zijn in uw opdracht uitgevoerd. Dit verslag "Evaluatierapport sanering nieuwbouwlocatie 't Kleine Gat Zuidereind Ila te Baarn (fase 2), door eso Adviesbureau, referentie: 07L258.60b, 4 december 2009" heeft betrekking op de deelsanering bestaande uit het aanbrengen van verhardingen rondom de nieuwbouw en het verplaatsen van de aanwezige waterpartij. Tevens worden in bovengenoemd evaluatieverslag de resterende werkzaamheden van saneringsfase I beschreven. De resterende werkzaamheden bestaan uit het aanvullen van de ontgraven terreindelen met schoon zand en het daarna aanleggen van een verharding. Tevens dient de grond van twee opgerichte depots (depot 1.1, 95 m3 en depot 1.2, 100 m3) uit saneringsfase 1 voor het einde van saneringsfase 2 een eindbestemming te hebben gekregen. De overige reeds uitgevoerde saneringswerkzaamheden van fase 1 zijn beschreven in het tussentijds evaluatierapport 'Evaluatierapport sanering nieuwbouwlocatie 't Kleine Gat Zuidereind lla te Baarn (fase 1) van 23 oktober 2007, opgesteld door eso Adviesbureau. Over onze beoordeling van dit tussentijds evaluatierapport hebben wij u per brief met kenmerk 2008INT van 23 januari 2008 op de hoogte gebracht. In de voorliggende beschikking is een samenvatting van ~----

2 2 onze beoordeling gegeven. Voor de verdere inhoud van deze beoordeling verwijzen wij u naar de genoemde brief. Deze bodemsanering is uitgevoerd op de locatie kadastraal bekend als: Kadastrale gemeente Sectie Nummer Baarn 0 54 De saneringslocatie is aangegeven op de kadastrale kaart in hoofdstuk 8 van deze beschikking. 2 Saneringsplan fase 1 en fase 2 Bij beschikking van 15 mei 2007 (kenmerk 2007wem i) en van 6 augustus 2007 (kenmerk 2007INT20315I ) hebben wij ingestemd met de saneringsplannen voor fase 1 en fase 2 voor de hierboven genoemde locatie. De aanleiding van de sanering is de aangetroffen verontreinigingen in de grond en het grondwater, die samenhangen met het feit dat op de locatie een voormalige stortplaats aanwezig is geweest. De doelstelling van de sanering is de verontreinigde bodem op kosteneffectieve wijze geschikt te maken voor de gebruiksfunctie extensief gebruikt openbaar groen (bodemgebruiksvorm II) en bebouwing en verharding (bodemgebruiksvorm lil). Dit wordt gerealiseerd door middel van open ontgraving van verontreinigde grond, afvoeren van sterk verontreinigde grond, herschikken van licht verontreinigde grond, aanbrengen van schone grond en het aanleggen van bebouwing en verharding. In tàse I van de sanering wordt eerst alle bestaande verharding verwijderd. Daar waar geen klinkerbestrating aanwezig is, zal het bovenste gedeelte van de bodem, de roofgrond (volume: ca. 50 m3; bodem laag: 0,0-0,2 m-mv) worden afgevoerd naar een erkend verwerker. Daarna wordt ter plaatse van de nieuwbouw en tot circa 1 meter daarbuiten ontgraven tot ca. 0,7 m-mv. Hierbij komt ca. 335 m3 verontreinigde grond vrij. Van de onderliggende verontreinigde grond zal een gedeelte (ca. 100 m3) worden gebruikt om de noordzijde van de plas te dempen en zal een gedeelte binnen de locatie in depot worden opslagen. Dit depot wordt bij het saneren van de rest van de stortplaats (fase 2) hergebruikt als secundaire bouwstof (na beoordeling van de kwaliteit). Het depot moet binnen zes maanden worden verwerkt en tijdelijk zodanig worden afgedekt dat contact met de onderliggende verontreinigde grond niet mogelijk is. Indien het depot niet binnen zes maanden wordt verwerkt dient het te worden afgevoerd naar een erkende verwerker. Na afronding van saneringsfase 1 wordt de verontreinigde grond ter plaatse van de deellocatie gesaneerd middels het aanbrengen van een laag van 0,7 meter schoon zand en daarop een verharding (ter plaatse van de nieuwbouw) en het aanbrengen van een aaneengesloten verharding (ter plaatse van het gedempte gedeelte van de plas). In fase 2 wordt ter plaatse van de toekomstige duurzame verhardingen (klinkerbestrating) rondom de nieuwbouw aanvankelijk ontgraven tot 0,7 m-mv. De vrijkomende (licht) verontreinigde grond (circa m3) wordt op de locatie op een folie in depot geplaatst. Daar waar geen klinkerverhardingen aanwezig zijn geweest wordt de eerste 0,2 meter (wortelhoudende bovengrond) apart ontgraven en op een folie in depot geplaatst, waarna wordt doorgegraven tot 0,7 m-mv. De hoeveelheid wortelhoudende bovengrond bedraagt circa 745 m3 en zal na uitkeuring worden afgevoerd naar een erkende verwerker. Beschikkingnummer: 20091NT24195 I Zuidereind nabij nr 11a (stort) te Baam, code UTOJ ~

3 provincie:: Utrecht 3 Binnen de huidige waterplas wordt de baggerspecie ontgraven (tussen 1,0 en 2,8 m. -NAP) volgens de ontgravingsprofielen zoals opgenomen in het deel saneringsplan fase 2. De vrijgekomen klasse 4 baggerspecie met een hoeveelheid van circa m3 wordt afgevoerd naar een erkende verwerker. De noordzijde van de huidige waterpartij zal na ontgraven van de verontreinigde waterbodem worden gedempt met grond vanuit de depots op de locatie waarna dit gedeelte wordt verhard. Aan de zuidzijde van de waterplas wordt grond ontgraven, volgens de in het deelsaneringsplan opgenomen ontgravingsprofielen, waardoor de waterplas wordt uitgebreid naar het zuiden. De ontgraving varieert in diepte tussen 0,1 tot 0,7 m-mv. De vrijkomende grond met een omvang van circa 580 m3wordt op de locatie in depot geplaatst. De depots worden binnen de contour van de voormalige stortplaats ingericht. De grond, die in depot wordt geplaatst, wordt op het terrein uitgekeurd. De grond wordt gebruikt als aanvulmateriaal indien de grond geschikt is voor gebruik zonder verharding (extensief gebruikt (openbaar) groen, BGW 11)of als aanvulmateriaal onder de toekomstige verharding (bebouwing en verharding, BGW III). Indien de grond niet geschikt is voor toepassing wordt deze afgevoerd naar een erkende verwerker. Na aanvullen van de ontgravingen met grond van de juiste kwaliteit wordt ter verhoging van het maaiveld circa 834 m3 schone grond geleverd. Na afronding van de gehele sanering (fase 1 en 2) is de verontreinigde grond gesaneerd middels duurzame verhardingen (bebouwing en verharding), ontgraving (waterbodem en zuidzijde waterpartij) en het aanbrengen van een leeflaag van BGW H kwaliteit waarop ter maaiveldverhoging schoon zand wordt aangebracht. Na de sanering blijft onder de aangebrachte verharding ernstige verontreinigde grond op het bovengenoemde perceel achter. Hierop rust een nazorgverplichting op de saneerder. 3 Beoordeling tussentijds evaluatieverslag (fase 1) Bij brief met kenmerk kenmerk 2008INT van 23 januari 2008 hebben wij ingestemd met de uitvoering van de tot dat moment uitgevoerde saneringswerkzaamheden, als beschreven in het tussentijds eval uatievers lag. In genoemde brief is aangegeven, dat de sanering nog niet is afgerond. De ontgraven delen zullen in fase 2 van de sanering worden afgewerkt met een leeflaag/isolatielaag ten behoeve van de herinrichting van de locatie. 4 Wijzing op saneringsplan (fase 2) De volgende wijzigingen op het saneringsplan (fase 2) zijn bij ons gemeld en door ons per van 15 mei 2008 goedgekeurd: In het saneringsplan is voorzien dat een gronddepot van circa 900 m3 sterk verontreinigde grond op locatie zou worden geïmmobiliseerd tot een herbruikbare bouwstof. Uit indicatieve keuring blijkt dat de grond licht tot maximaal matig verontreinigd is met zink. Deze grondkwaliteit voldoet aan de doelstelling van de in het saneringsplan aangegeven BGW-II kwaliteit van de leeflaag ter plaatse van de gerealiseerde waterplas en het openbaar groen op de rest van het perceel. De grond is daarom zonder immobiliseren hergebruikt binnen de saneringslocatie; " eschikk ingnummer: 20091NT24195 I Zuidercind nabij nr. 1I a (stort) te Baarn, code LJT

4 4 Door toepassing van niet draagkrachtige grond uit fase I als gedeeltelijk dempen van de waterplas, is ter voorkoming van afschuiving, een extra damwand langs de waterkant aangebracht. De volgende wijziging op het saneringsplan (fase 2) is bij ons gemeld en door ons per van 30 juni 2008 goedgekeurd: Vanwege de aanleg van een damwand en de draagkracht van de bodem ter plaatse van de noordelijke oever van de nieuw gerealiseerd waterplas is het civieltechnisch niet mogelijk om een leeflaag van 0,5 m te realiseren. De leeflaag ter plaatse zal minimaal 0, I meter dikte bedragen. 5 Beoordeling evaluatieverslag (fase 2) Het evaluatieverslag van de sanering (fase 2) en de aanvullende saneringswerkzaamheden van fase I hebben wij beoordeeld aan de eisen die daaraan in artikel 39c van de Wbb zijn vastgelegd. Uit het evaluatieverslag blijkt het volgende: Algemeen: de saneringswerkzaamheden van fase 2 zijn uitgevoerd in de periode 12 november 2007 t/m 8 juli 2008; De milieukundige begeleiding en de saneringsuitvoering zijn uitgevoerd door erkende bodemintermediairs (conform Kwalibo). Ontgravingen: Rondom de loods is ontgraven tot circa 0,9 m-mv. Daar waar geen klinkerverharding aanwezig is, is de wortel houdende grond tot circa 0,2 m-mv (745 m3) ontgraven en samen met de ontgraven wortelhoudende bovengrond van fase I (100 m3) tijdelijk binnen de saneringslocatie in depot geplaatst (depot 1.2,845 m'). De ontgraven grond onder de klinkerverharding danwel wortelhoudende grond is tijdelijk binnen de saneringlocatie in depot geplaatst (depot 2.1, m\ Langs de oorspronkelijke contouren van de waterplas is in het kader van herprofilering van de waterplas de grond tot maximaal 1,0 m-mv ontgraven. Deze grond is tijdelijk binnen de saneringslocatie in depot geplaatst (depot 2.2,580 m'). Binnen de contouren van de oorspronkelijke waterplas is de volledige slib laag (maximaal 1,0 meter dikte) in den droge ontgraven. Het uitkomende slib is tijdelijk binnen de saneringslocatie in depot geplaatst (depot 2.3,630 m\ Ter plaatse van de nieuw ontstane waterplas is een HOPE-folie aangebracht. Controle puthodem van de ontgraven oevers van de oorspronkelijke plas: Van de putbodems rondom de waterplas waar geen leeflaag is aangebracht zijn grondmonsters genomen voor eindbemonstering. U it de toetsingsresultaten blijkt dat ter plaatse van met name de westelijke en noordelijke oever in de putbodem sterk verhoogde concentraties zink zijn aangetoond. Ter plaatse van deze oevers is een leeflaag van 0,5 m dikte gerealiseerd. In verband met de aanleg van de damwand en de draagkracht van de grond is de dikte ter plaatse van het noordelijke deel 0, I m dik. Dit is op voorhand overlegd met de afdeling Handhaving van onze provincie. Op 30 juni 2008 is per door afdeling Handhaving de goedkeuring voor deze afwijking op het saneringsplan gegeven. n._.._._ Beschikkingnummer: 20091NT Zuidereind nabij nr. 11a (stort) te Baarn, code LJT

5 provincie :: Utrecht 5 Partijkeuringen grond- en slibdepots: Op de grond van depot 1.2 (845 m3) en depot 2.2 (580 m3) is een indicatieve partij keuring uitgevoerd. Hieruit blijkt dat de grond van beide depots matig verontreinigd is met zink en maximaal licht verontreinigd met de overige verontreinigende parameters uit het basisstoffenpakket; Een gedeelte van depot 2.1 (circa 800 m3) is gekeurd conform het Bouwstoffenbesluit. Het keuringsrapport is opgenomen in het evaluatieverslag. Uit de keuring blijkt dat de partij grond als schone grond wordt geclassificeerd; Op de grond van het resterende deel van depot 2.1 is samen met de grond van depot I. I uit fase I een indicatieve partij keuring uitgevoerd. Hieruit blijkt dat de grond (619 m3) niet verontreinigd is; Het slib van depot 2.3 is in eerste instantie gekeurd conform het Bouwstoffenbesluit en als niettoepasbare grond aangemerkt. Het keuringsrapport is bijgevoegd aan het evaluatieverslag. Na hertoetsing aan het Besluit Bodemkwaliteit werd een kwaliteitsklasse B vastgesteld. Toepassen gebiedseigen grond voor leeflaag in en rondom de waterplas: De grond uit depot 1 (845 m3) is toegepast als gebiedseigen grond voor de leeflaag in de waterplas; De grond uit depot 2.2. (580 m3) is toegepast als gebiedseigen grond voor de ophoging van het maaiveld aan de oost- en noordzijde van de waterplas; De schone grond uit de depots 1.1 en 2.1 (800 m3) is, na overleg met onze provincie, toegepast als gebiedseigen grond voor ophoging van het maaiveld aan de noord- en de oostzijde (350 m3) en voor de leeflaag in de waterplas (450 m\ De resterende grond uit depot 2.1 is uiteindelijk op locatie hergebruikt als gebiedseigen grond voor de leeflaag in de waterplas; Bovenstaande toepassingen resulteert in een gemiddelde leeflaagdikte in de waterplas van circa 1,0 meter en rondom de waterplas van 0,5 tot 0,7 meter. De noordoever van de huidige waterplas heeft slechts een leeflaag van 0,1 meter dikte; Er zijn geen gronddepots na afronding van de sanering achtergebleven. Afvoer van verontreinigd slib: Het slib is onder afvalstroomnummer PV0512 afgevoerd naar de locatie Plas van Heenvliet. Deze locatie accepteert baggerspecie tot en met kwaliteitsklasse B conform het Besluit Bodemkwaliteit. Plas van Heenvliet wordt heringericht door de Aannemerscombinatie Plas van Heenvliet en de gemeente Brielle. Een van de betrokken verwerkers is de het aannemingsbedrijf Martens en van Oord Baggerbalans BV (erkend verwerker conform de SIKB 7500). Aanvoer grond voor leeflaag rondom loodsen: De leeflaag rondom de loods is opgebouwd uit een verharding van betonstraatstenen met daaronder een combinatie van straatzand, gebroken puin en schoon zand. De certificaten van de schone grond en de bouwstoffen zijn als bijlage toegevoegd. In totaal is circa 1900 m3 gecertificeerd schoon zand en 1170 ton gebroken puin toegepast. Afrondende saneringswerkzaamheden jàse I De afrondende saneringswerkzaamheden uit fase I bestonden uit het afwerken van de ontgraven delen ter plaatse van de nieuw te bouwen loods door middel van een leeflaag/isolatielaag. Er is circa 350 m Beschikkingnllmmer: 20091NT ZlIidereind nabij nr. 1I a (stort) te Baarn, code UT

6 6 schoon zand toegepast. De aanvoerbonnen en de kwaliteitscertificaten is bijgevoegd in het evaluatierapport fase 2. Daarna is de nieuwbouw van de loods gerealiseerd. 6 Conclusie Het evaluatieverslag voldoet aan de eisen die in artikel 39c van de Wbb zijn gesteld. In het evaluatieverslag zijn tevens de aanvullende saneringsmaatregelen van fase I beschreven. De getroffen saneringsmaatregelen voldoen aan het saneringsplan fase I en 2 waarmee wij bij beschikking van 15 mei 2007 (kenmerk 2007wem002l73i) en van 6 augustus 2007 (kenmerk 2007INT302151) hebben ingestemd. De bebouwde en verharde delen van het gesaneerde perceel zijn geschikt voor bodemgebruiksvorm HL De onbebouwde delen van het gesaneerde perceel (inclusief de waterplas) zijn geschikt voor bodemgebruiksvorm II. 7 Nazorg en gebruiksbeperkingen Uit het evaluatieverslag blijkt dat na sanering ernstig verontreinigde grond onder de aangebrachte leeflaag en de aangebracht isolatielaag (bebouwing en verharding) in onbekende hoeveelheid is achtergebleven. De hoeveelheid achtergebleven sterk verontreinigde grond is niet in te schatten omdat het een voonnalige stortplaats betreft. Deze restverontreiniging noodzaakt tot het opleggen van een gebruiksbeperking en nazorg als bedoeld in artikel39c en d van de Wbb. De gebruikersbeperking bestaat uit het niet morgen graven ter plaatse van in hoofdstuk 8 aangegeven perceelsgedeelte. De nazorg bestaat uit het in stand houden van de leeflaag en/of de isolatielaag ter plaatse van het in hoofdstuk 8 aangegeven perceelsgedeelte. 8 Kadastrale registratie en publicatie Een afschrift van deze beschikking met bijbehorende kadastrale kaart waarop het gesaneerde perceel is aangegeven, zenden wij op grond van artikel 55 van de Wbb aan het Kadaster. Als gevolg van de nazorgverplichting voor de sterke restverontreiniging in de grond, blijft de KW-code (voorheen "WB/WBD-code") voor onderstaand perceel gehandhaafd. De publiekrechtelijke beperking (KW-code) volgde uit de beschikking ernst en spoedeisendheid van 15 mei 2007 (kenmerk 2007wem i). Het gesaneerde kadastrale perceel is: Kadastrale Baarn gemeente Sectie o Nummer 54 7 Gesaneerde oppervlakte m Van OI1Sbesluit doen wij op grond van artikel 39 van de Wbb een publicatie in een huis-aan-huisblad in de gemeente Baarn. Beschikkingnummer: 2009INT24195 I Zuidcrcind nabij nr. Ila (stort) te Baarn. code UT

7 provincie:: Utrecht 7 Gesaneerd perceelsgedeelte en tevens perceelsgedeelte waarvoor een gebruikersbeperking en nazorg geldt Bezwaar U kunt binnen zes weken na de bekendmaking tegen dit besluit schriftelijk bezwaar maken. U dient dan een bezwaarschrift in te dienen bij Gedeputeerde Staten van Utrecht, ter attentie van de secretaris van de Awb-adviescommissie, Postbus 80300, 3508 TH Utrecht. Na indiening van een bezwaar kan een verzoek om voorlopige voorziening (inclusief schorsing) worden ingediend bij de Voorzitter van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State, Postbus 20019, 2500 EO Den Haag. Aan een verzoek om voorlopige voorziening, zijn kosten verbonden, het griffierecht (zie voor de hoogte van het griffierecht). Onder vermelding van de code UT0308/00029 kan over deze beschikking nadere informatie worden gevraagd bij de heer Y. den Otter, bereikbaar onder doorkiesnummer Staten van Utrecht, ing. A.H.A. van den Broek teamleider Handhaving Aeschikkingnummer: 20091NT Zuidcreind nabij nr. Ila (stort) te Baarn, code UT

8 8 Een kopie van deze brief is verzonden naar: - Gemeente Baarn, t.a.v. VROM, t.a.v. de heer W.G. Stolp, Postbus 1003,3740 BA Baarn; - CSO adviesbureau, t.a.v. de heer M.H.M. van Gelderen, Postbus 2,3980 CA Bunnik; - Kadaster team Wkpb, Postbus 9015, 6800DT Arnhem. Besehikkingnummer: 20091NT24195 I Zuidereind nabij nr. 1I a (stort) te Baarn, eode UTOJ