GEMEENTE ONDERBANKEN

Transcriptie

1 RAADSVOORSTEL GEMEENTE ONDERBANKEN Onderwerp: Vaststellen basistarief hulp bij het huishouden Gemeentebladnummer :2012/73 Behandelend ambtenaar : RAEVEN, FRANS Agendapunt : Portefeuille : WELZIJN, ECONOMIE EN RECREATIE Registratienummer : 4098 Raadsvergadering : 1 november 2012 Commissie : WAS Programma : Datum college voorstel : AAN DE GEMEENTERAAD, Voorstel 1.Vaststellen van het basistarief voor de Wmo-voorziening hulp bij het huishouden-mixtarief op 20,24 en dit basistarief te hanteren bij het aanbesteden van de hulp bij het huishouden vanaf Inleiding Wetswijziging Door de recente wetswijziging in zake invoering basistarieven voor de hulp bij het huishouden is bepaald dat de gemeenteraad het basistarief voor de hulp bij het huishouden dient vast te stellen op basis van reële kostprijzen. Voor nadere info verwijzen wij naar bijlage 1, 2 en 3) In de Wet maatschappelijke ondersteuning wordt na artikel 21 een paragraaf ingevoegd. Voor de exacte wettekst wordt verwezen naar bijlage 2. Basistarief: Het basistarief is te beschouwen als een minimumtarief voor de hbh. Dit minimumtarief moet gebaseerd zijn op een reële kostprijs van de gevraagde dienst. De wet beoogt hiermee dat zorgaanbieders niet kunnen inschrijven onder die reële kostprijs. Hiermee beoogt de wet te voorkomen dat aanbieders voornamelijk op prijs in plaats van op kwaliteit gaan concurreren. Aan de andere kant beoogt de wet te voorkomen dat gemeenten in hun bestek een minimumtarief hanteren dat lager ligt dan de reële kostprijs. In de wet is geen definitie gegeven van wat een 'reële kostprijs' is. Wat reëel is kan vanuit verschillende perspectieven worden benaderd. Men kan primair kijken naar de feitelijke prijzen op de (lokale) markt, of men kan een berekening maken op basis van de belangrijkste kostencomponenten. Dit zijn directe en indirecte personeelskosten, algemene kosten, kosten van automatisering en huisvesting (overhead). Wanneer een gemeente meerdere vormen van hbh contracteert, zal de gemeenteraad per vorm een basistarief moeten vaststellen. De gemeente heeft echter in de nieuwe aanbesteding gekozen om nog maar een integraal mix-tarief voor de hbh te hanteren.

2 Dat het basistarief moet worden opgevat als een minimumtarief is belangrijk, omdat het daardoor mogelijk blijft voor aanbieders om via openbare aanbesteding te concurreren op prijs, maar uiteraard met minder ruimte dan wanneer er geen basistarief zou zijn. Voor de duidelijkheid merken wij op dat het basistarief niet hetzelfde is als het PGB tarief. Het basistarief heeft betrekking op het tarief dat de gemeente betaalt aan instellingen. Aanbesteding HbH regio Parkstad Op dit moment zijn, in de regio Parkstad, zes gemeenten (waaronder Onderbanken) bezig met de aanbesteding HbH (zie Collegebesluit 3 april 2012/1593: Uitgangspunten aanbesteding Hulp bij het Huishouden en besluit d.d. 3 juli 2012/3294: Vaststelling Aanbestedingsdocument ). De gemeente Heerlen is daarbij gemandateerd om namens de deelnemende gemeenten als aanbestedende dienst te fungeren. In principe geldt de wetswijziging alleen voor nieuwe aanbestedingen en niet voor de lopende contracten. In ons geval gaat het om een lopende aanbesteding. Het bestek is, conform planning, 10 juli 2012 naar de zorgaanbieder gestuurd. We hebben dit in de aanbesteding als volgt ingebouwd: - In het bestek is een alinea opgenomen over deze wetswijziging; de gemeenteraden dienen nog een besluit te nemen over de basistarieven. Dit besluit is uiteindelijk leidend in de aanbesteding. - De gemeenteraden nemen een besluit over de basistarieven vóórdat de colleges contracten gaan sluiten met één of meerdere zorgaanbieders. - De inhoud van het bestek (met name het pakket van eisen) is zodanig geformuleerd dat het voldoet aan de inhoud van de wetswijziging. Concreet: er is gerekend met een reële kostprijs en de CAO VVT is toegepast in deze berekening. - Voorafgaande aan het opstellen van het programma van eisen en het bestek heeft een marktconsultatie plaatsgevonden. Dit is ook het advies van de VNG. - Als laatste heeft er een benchmark plaatsgevonden onder gemeenten om te bekijken wat een reële kostprijs is. - Dit betekent dat we het bestek op een verantwoorde manier hebben opgesteld en daarbij de wetswijziging respecteren. Doelstelling en beleidskader Wmo: prestatieveld 6 verstrekken individuele voorzieningen i.c. hulp bij het huishouden. Vaststelling basistarief hbh. Argumenten 1. Het vaststellen van het baistarief is een taak van de gemeenteraad. Gezien de Wet basistarieven (Kamerstuk 31347, zie bijlage 1+2) is aangenomen door de Tweede en Eerste Kamer is het, conform artikel 21 a, aan de gemeenteraad om de basistarieven voor het verlenen van de hulp bij het huishouden vast te stellen. 2

3 2. Het basistarief is een reëel tarief. Het basistarief is te beschouwen als een minimumtarief voor de hulp bij het huishouden. Dit minimumtarief moet gebaseerd zijn op een reële kostprijs van de gevraagde dienst. De wet beoogt hiermee dat zorgaanbieders niet kunnen inschrijven onder de reële kostprijs. Hiermee beoogt de wet te voorkomen dat aanbieders voornamelijk op prijs in plaats van op kwaliteit gaan concurreren. Aan de andere kant beoogt de wet te voorkomen dat gemeenten in hun bestek een minimumtarief hanteren dat lager ligt dan de reële kostprijs. In de wet is geen definitie gegeven van wat een 'reële kostprijs' is. Wat reëel is kan vanuit verschillende perspectieven worden benaderd. Men kan primair kijken naar de feitelijke prijzen op de (lokale) markt, of men kan een berekening maken op basis van de belangrijkste kostencomponenten. Dit zijn directe en indirecte personeelskosten, algemene kosten, kosten van automatisering en huisvesting (overhead). Het tarief ad 20,24 is gebaseerd op de reële kostprijs en op het hanteren van de CAO voor de thuiszorg: - max. schaal FWG 10 + max. schaal FWG 15 - een mixtarief voor HbH basis en HbH plus - geleverde uren voor de gemeente Heerlen - 7 % ziekteverzuim - 90 % productiviteit - 30 % overhead - doorrekening van de verwachte uren in 2013 Kortom: op basis van berekeningen komen we tot een reëel basis mixtarief van 20,24. (zie bijlage 4). 3. Het basistarief is de ondergrens. Zoals hierboven vermeld is het basistarief de ondergrens, om zo prijsduikers en wantoestanden in de thuiszorg uit te sluiten. Het is echter binnen de huidige aanbesteding mogelijk om voor een hoger tarief in te schrijven tot aan een bepaald plafond (via een opslagmodel), het zogenaamde maximaal tarief. Kanttekeningen en risico s Onderbanken werkt op dit moment met twee tarieven (basis en plus). In de nieuwe aanbesteding gaan we samen met nog vijf andere gemeenten voor één tarief. Reden daarvoor is dat er bij de thuiszorgleverancier de mogelijkheid bestaat om flexibeler met de inzet van het personeel om te gaan, zonder dat de klant ervan de dupe wordt en wij er financieel iets van merken. Daarom hoeft er ook maar één basistarief te worden vastgesteld. Het advies van wmo-platform zal bij de behandeling van dit voorstel in de commissie als bijlage 5 worden toegevoegd. Juridisch: 3

4 Personeel: Bestuurlijke/politieke of algemene risico s en gevolgen: Financieel: Kosten/opbrengsten verbonden aan dit voorstel zijn: Jaar Bedrag Ten laste/gunste van FCL Product/ECL Uitvoering Na vaststelling van het basistarief door de gemeenteraad zal het college pas overgaan tot het sluiten van contracten. Evaluatie Conform de eis in de wet zal er een continu evaluatieproces lopen waarin op meerdere momenten per jaar en op diverse onderdelen de uitvoering van de hulp bij het huishouden zal worden geëvalueerd. (conform artikel 21 b van de Wet). Middelen financiële middelen personele middelen n.v.t. Schinveld, 4 september 2012 Burgemeester en wethouders van Onderbanken, M.A.H. Clermonts-Aretz burgemeester F.C.W. Geraets secretaris Bijlage(n) : 4 4

5 De raad van de gemeente Onderbanken; Gezien het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van (gemeenteblad 2012/73); B e s l u i t: Vaststellen van het basistarief voor de Wmo-voorziening hulp bij het huishouden-mixtarief op 20,24 en dit basistarief te hanteren bij het aanbesteden van de hulp bij het huishouden vanaf Aldus besloten in zijn openbare vergadering van d.d De raad voornoemd, de griffier, de voorzitter, Mr. M.M.G.M. Richter. M.A.H. Clermonts Aretz. 5