Handleiding Fasewijzer 0-8 jaar - 1 Lereniseenmakkie Werkboek

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Handleiding Fasewijzer 0-8 jaar - 1 Lereniseenmakkie Werkboek"

Transcriptie

1 Handleiding Fasewijzer 0-8 jaar - 1 Fasewijzer 0-8 jaar Deze Fasewijzer 0-8 jaar is een praktisch instrument voor begeleiders in de kinderopvang en leerkrachten in het basisonderwijs om de ontwikkeling van kinderen te observeren, diagnosticeren en remediëren indien nodig. De Fasewijzer geeft inzicht in de ontwikkelingsfasen en metacognitieve vaardigheden van kinderen van 0 tot 8 jaar. Met behulp van duidelijk beschreven proefjes en opdrachten kan achterhaald worden in welke ontwikkelfase de leerling zich bevindt op een bepaald gebied. De Fasewijzer, gebaseerd op de theorieën en praktische ervaringen van o.m. Kleefkens, Vervaet en Feuerstein, bevat op dit moment de belangrijkste ontwikkelingsdomeinen lezen, schrijven en rekenen. Versie 6, augustus 2012

2 Handleiding Fasewijzer 0-8 jaar - 2 Inhoud Inleiding... 3 Bepalen van ontwikkelingsfase jaar jaar Lezen & Taal jaar Schrijven jaar Logisch-mathematisch... 9 Overzicht ontwikkelingsfasen Baby Dreumes Jonge peuter Peuter Oudere peuter / Jonge Kleuter Kleuter Schoolkind Observatieformulieren Baby Dreumes Jonge peuter Observatieformulier 3-8 jaar Alle gebieden Observatieformulier 3-8 jaar Logisch-mathematisch subdomeinen Bronnen en verantwoording... 36

3 Handleiding Fasewijzer 0-8 jaar - 3 Inleiding Al voor onze geboorte start onze neurologische ontwikkeling in interactie met de omgeving. We weten dat pasgeboren baby s die aan hun lot overgelaten worden of bij dieren geplaatst, zich niet volwaardig ontwikkelen. Goede voeding, liefdevol opgroeien, volop kunnen bewegen, het zijn allemaal belangrijke voorwaarden voor een optimale neurologische en psychische ontwikkeling. Kinderen zijn als planten, ze groeien niet door eraan ze trekken, maar door goede groeiomstandigheden aan te bieden. Extreme droogte, maar ook teveel mest is niet goed voor planten. Bovendien is iedere plant uniek. Ook kinderen ontwikkelen zich ieder in hun eigen tempo, zelfs onder de ideale omstandigheden: een veilige omgeving, genoeg uitdaging, mogelijkheden biedend wanneer ze er zelf om vragen om een volgende stap te willen maken en af en toe eens kietelen om een volgende stap te durven zetten of uitproberen. Wanneer een kind aan juf of meester vraagt om iets bij de net gemaakte tekening te zetten, kan het een signaal zijn van een ontluikende interesse voor lezen of schrijven. Dus zet er iets liefs, zoals een persoonlijk compliment, onder! Met dit onderdeel van de methode Lereniseenmakkie bieden we een praktisch inzicht in het verloop van de ontwikkeling die leidt naar het toe zijn aan soepel en vlot leren lezen, schrijven en rekenen. We geven concrete handvatten om die ontwikkeling te kunnen observeren en stimuleren: Instrumenten waarmee we de fasen kunnen observeren en vaststellen bij een leerling op diverse domeinen. (paragraaf Bepalen van ontwikkelingsfase) Een overzicht van de ontwikkelingsfasen van de jonge leerling tot circa 8 jaar op diverse domeinen. (paragraaf Overzicht ontwikkelingsfasen) Instrumenten om daarover met collega s en ouders te communiceren. Diverse werkbladen Adviezen voor de leeromgeving, die de rijping van de leerling zo soepel mogelijk doet verlopen. Vanuit Leren Leren principes weten we immers dat stress een bijzonder negatieve invloed op de ontwikkeling van het jonge kind heeft. Deze onderdelen zijn elders in de methode Lereniseenmakkie opgenomen. Bij een gezonde en rijke leef- en leeromgeving waar veel interactie met het jonge kind plaatsvindt en het zijn omgeving en de wereld ervarend kan verkennen, verloopt de ontwikkeling van (cognitieve basisbouwstenen) overwegend ongemerkt, onbewust en semiautomatisch. In dit document onderscheiden we de volgende fasen (leeftijdsindicatie circa): Baby Dreumes Jonge peuter Peuter Jonge kleuter *) Kleuter Schoolkind 0 1 jaar 1 2 jaar 2-3 jaar 3-4 jaar 4-4,5 jaar 4,5-6,5 jaar vanaf 6,5 jaar (in de praktijk ook wel het jonge schoolkind genoemd) Tot slot behandelen we ook nog kort de theoretische achtergrond en onderbouwing van dit instrument (paragraaf Bronnen).

4 Handleiding Fasewijzer 0-8 jaar - 4 *) In de ontwikkelingspsychologie is de officiële term oudere peuterfase en loopt van 3 jaar en 9 maanden tot 4 jaar en 6 maanden. Aangezien kinderen pas met 4 jaar op school komen en men daar alleen de term kleuters hanteert, hebben we ervoor gekozen in dit geval de praktijk te volgen. Bepalen van ontwikkelingsfase Hieronder geven we per domein aan op welke wijze en met welke instrumenten bepaald kan worden in welke fase een kind verkeert, op dat specifieke domein. Houd voor ogen dat het kind op een domein als lezen verder zou kunnen zijn dan bijvoorbeeld schrijven of rekenen, of vice-versa. Ook is het zeker niet zo, dat een kind vandaag iets niet kan en morgen ineens wel. Het kind ontwikkelt de capaciteit van niet kunnen via onderweg naar tot onder de knie hebben. Ook is een kleine terugval een natuurlijk verschijnsel. Benodigdheden proefjes 3-8 jaar Papier Potlood Voorwerpen voor de begrippen: langer, korter, dikker, dunner, hoger, lager, groter, kleiner Laag, breed glas met water gevuld en hoog, smal glas Twee bollen klei Twee touwtjes van ca. 1 meter lang Tien stroken papier/karton, oplopend in lengte (allen even breed) Tien blokjes en tien kralen/steentjes Negen kaartjes met de cijfers 1-9 (Oefen)klok 2 Flessen, voor de helft gevuld met thee of gekleurd water. Dropveter (of sliert klei, of touwtje ca. 40 cm en schaar) Werkbladen behorende bij de Fasewijzer De Observatieformulieren behorende bij de Fasewijzer De proefjes zijn bedoeld voor kinderen vanaf groep 1. Bied alles op een speelse wijze aan, noem het een activiteit of spelletje. Veel van deze activiteiten hoeven ook niet expliciet uitgevoerd te worden, ze komen in de dagelijkse onderwijspraktijk vast voldoende voor. Herhaal de observatie circa 1x per kwartaal. Sommige vaardigheden horen bij een bepaalde (jonge) fase en worden niet verder meer uitgebouwd in de volgende fasen. Klaar is klaar! Belangrijk! Het antwoord van de leerling op jouw vragen altijd accepteren, ook al is het niet goed! Reageer met een neutraal ok of zeg niets of volg exact de instructie die bij de het instrument staat. Het is juist de bedoeling om een spontaan antwoord te krijgen. Aansturen op een gewenst antwoord vertroebelt de uitkomst alleen maar. In sommige gevallen zal wel doorvragen nodig zijn, het hoe en wanneer staat dan expliciet benoemd.

5 Handleiding Fasewijzer 0-8 jaar jaar De ontwikkeling in deze periodes kan het beste bepaald worden door in de praktijk te observeren en daarbij de gedetailleerde observatieformulieren voor deze leeftijden te gebruiken. Expliciete proefjes zijn vrijwel niet nodig, in hun spel en hoe ze zich gedragen en uiten komt de ontwikkeling van hele jonge kinderen meestal voldoende naar voren. Hieronder beschrijven we enkele aanvullende c.q. specifieke proefjes die eventueel gedaan kunnen worden bij twijfel. Instrument Verberg een voorwerp achter je rug of onder een doek. Of verschuil jezelf achter een object. Uitkomsten Baby fase 3 Niet terugzoeken. Baby fase 4 Wel terugzoeken. Verberg een voorwerp achter je rug of onder een doek. Of verschuil jezelf achter een object. Baby fase 3 Niet terugzoeken. Baby fase 4 Wel terugzoeken. Leg 2 doeken uit elkaar neer en pak 1 klein voorwerp dat in je hand past. Doe alsof je het voorwerp onder doek 1 verstopt, maar verberg het in je hand en plaats het stiekem onder doek 2. Dreumes fase 5 Als het kind na de eerste doek stopt met zoeken. Dreumes fase 6 Kind kijkt onder beiden. Verstop een voorwerp onder een doek, met onopvallend daaronder nog een kleinere en ander gekleurde doek, zodat het voorwerp helemaal onderop ligt. Haal de bovenste doek weg en het kind zal niet begrijpen dat het voorwerp onder de overblijvende doek ligt, dus niet verder zoeken. Het beschikt nog niet over 'Objectpermanentie'. Dreumes fase 5 Als het kind niet verder zoekt. Dreumes fase 6 Kind haalt de onderste doek weg. Het heeft begrepen dat het voorwerp er nog steeds moet zijn. Geef een kind een potlood verkeerd om aan. Dreumes fase 6 Kind draait het potlood om.

6 Handleiding Fasewijzer 0-8 jaar jaar Lezen & Taal Instrument Als het kind de eigen naam kan lezen, leg dan de naam op de kop neer. Vraag het kind of het nog steeds de naam kan lezen en aanwijzen waar de naam begint. Uitkomsten Peuter De naam is bijvoorbeeld robin en het kind wijst bij uıqoɹ de n aan als het begin van zijn naam. Het kind herkent de naam als tekening (etiketlezen) Staat de naam achterop het stoeltje? Je kunt ook het kind vragen op de knieën op de stoel te gaan zitten. Vraag kind de eigen voor en achter naam te schrijven. Vraag welke langer is, of laat aanwijzen waar voornaam c.q. achternaam begint. Peuter Als de voornaam in werkelijkheid korter is, maar als langer wordt aangewezen Een letter staat er volgens het kind meerdere keren in, terwijl dat niet zo is. Etiketlezen Vraag hoe vaak een letter, uit de woorden die het herkent of zelf geschreven heeft, in zo n woord voorkomt. Kind is begonnen met (bedachte) lettertekens. Jonge kleuter Bij aanwijzen geen eenduidige klank-teken correspondentie Vraag het kind de eigen naam, papa, mama, en eventuele andere namen of woorden die het al kent te schrijven. Vraag in het eigen schrijfsel een losse klank aan te wijzen. Neem een naam die het kind al kan schrijven, bijvoorbeeld JORIS. Splits de naam op en schrijf op zijn manier: JO RIS Wijs elk deel apart aan en vraag wat er staat. Jonge kleuter Als het kind niet JO en RIS leest, maar b.v. zegt dat er op beide regels JORIS staat, of andere woorden leest (fantasieleest) Vraag wat het langste woord is: Koe of lieveheersbeestje Auto of driewieler Pan of theelepeltje Je kunt natuurlijk ook andere woorden kiezen. Jonge kleuter Het korte woord wordt aangeduid als langste, omdat het kind naar het concrete object kijkt voor vergelijking (visueel) Kleuter Kiest het voor het langste woord, dan begrijpt het kind het concept woord en hoort het verschil

7 Handleiding Fasewijzer 0-8 jaar jaar Lezen & Taal Instrument Als het kind letters van eigen naam (b.v. Joris), papa en mama (her)kent, maak dan eenvoudige, nieuwe 3-letter woorden met die letters. Schrijf de letters zoals het kind deze heeft geschreven, ook als deze bijv. gespiegeld zijn. Bijvoorbeeld: JOS, POP, MOP, RAM, rap, neem klankzuivere woorden! Vraag het kind deze te lezen. Gaat dit goed bij 3 woorden, probeer dan ook een 4-letter woord, zoals stop. Uitkomsten Kleuter Wel spellen (losletterig lezen), maar het woord niet als geheel kunnen lezen Ziet niet dat letters ontbreken en leest b.v. JOS als de naam JORIS Lukt het niet het eerste woord te lezen, vraag dan of het kind de letters kent. Bij nee, zeg je: Kijk ns of je die letter op een andere plek op het blad ziet staan? Dit ook met de volgende 2 letters. Als het kind de letters niet herkent Einde proef. Bij wel herkennen van de letters: vraag nogmaals te lezen wat er staat. Opnieuw (niet) goed kunnen lezen; Hoe zou je erachter kunnen komen wat er staat? Heeft het kind geen idee Einde proef (Fase blijft Kleuter) Schoolkind Nieuwe woorden worden, eventueel na zelf spellen, gelezen (technisch lezen)

8 Handleiding Fasewijzer 0-8 jaar jaar Schrijven Instrument Vraag het kind om vrij te schrijven. Indien heel jong: zomaar een regel, doen alsof. Vraag de eigen (voor en achter) naam te schrijven, papa, mama of andere woorden die het kent. Uitkomsten Peuter Regel, maar vrije vorm Bij aanwijzen voor- en achternaam geen enkele correspondentie met werkelijke lengtes Vraag waar de voor- en achternaam beginnen in het schrijfsel. Vraag het kind de getallen van 1-10 te schrijven. Tip: Kinderen kunnen meestal een vrij reële inschatting maken over wat ze wel of niet kunnen. Roept een peuter/kleuter: dat kan ik niet, stel het dan gerust. Dat weet ik, geeft niet, gewoon proberen, doen alsof, alles is goed, het is maar een spelletje, etc. Wil het kind dan nog steeds niet schrijven, dan duidt dit mogelijk op een fixed mindset (zie Dweck) of neiging naar perfectionisme. Werk dan met Leren Leren aan het ontwikkelen naar een Growth Mindset toe. Jonge Kleuter Geen consequente herhaling van vormen Reproductie van (bedachte) lettertekens, begint vaak met O en tekens, of afgekeken van het normale schrift Meestal geen klank-teken koppeling Lotte schrijft haar naam, met 2x O : Kleuter Het kind wil zelf leren schrijven, vraagt daarom en dat is een blijvende wens, dan heeft het kind door dat er boodschappen in het schrift zitten Conventionele lettertekens, met spiegelingen, verwisselingen, deel voor geheel, geen zonebetrachting, niet alle lijnen parallel Schoolkind Conventionele lettertekens, geen spiegelingen of verwisselingen meer, tussen de regels schrijven, letters even groot, lijnen parallel (zonebetrachting, stokken en haakjes steken uit) Met veel oefenen wordt het dan ooit zo mooi als dit.

9 Handleiding Fasewijzer 0-8 jaar jaar Logisch-mathematisch Instrument Vergelijken Neem twee verschillende voorwerpen en vraag: Welke is langer / korter/ dikker /dunner... dan Redeneren van concreet naar concreet Af te leiden aan de verbanden die het kind op gaat merken, begrijpen en gebruiken. Generaliseren Stel vragen als: Leggen alle vogels een ei? Eten alle koeien gras? Of het kind stelt zelf / vraagt om bevestiging: Hebben alle oma s grijs haar? Begrip van conservatie Giet een vloeistof over van een laag breed glas in een hoog smal glas en vraag of er nu meer in het hoge zit, minder of evenveel. Vraag ook waarom. Neem twee bollen klei die even groot en zwaar zijn. Geef die het kind en vraag of het evenveel is. Sla er vervolgens 1 bol plat op tafel en vraag nu weer of het evenveel is en waarom dan. Neem twee even lange stukjes touw of wol, circa 1 meter. Leg deze naast elkaar. Vraag of ze even lang zijn. Je kunt het echter ook met lucifers doen. Uitkomsten Peuter Correcte antwoorden Peuter b.v. als dat een vogel is, dan legt hij dus een ei / als die vogel een ei legt en dat is ook een vogel, dan kan die andere vogel het ook. Vraagt daarbij om bevestiging Gebruikt woorden als die dus dan ook die Peuter Antwoord ik weet het niet of nee Jonge kleuter Antwoord ja, of trekt zelf dat soort conclusies Jonge kleuter Met het antwoord kan het alle kanten opgaan, dus ook vaak correct. Verwoorden waarom is nog echter zeer lastig voor deze doelgroep. Verwacht pas een goed verifieerbare conclusie in de volgende fase. Kleuter Als in het hoge glas meer of minder zit en het antwoord is dat staat hoger / in het brede staat lager Als de hoeveelheid klei niet meer hetzelfde is en het antwoord is vanwege hoogte of grootte Als de lengte niet meer hetzelfde is en b.v. het kind aangeeft dat de tweede minder ver is of korter Schoolkind Het kind weet in alle gevallen dat de hoeveelheid / lengte /volume onveranderd blijft en begrijpt het waarom (je hebt immers de hoeveelheid niet gemanipuleerd, maar alleen de omgeving waarin het zich bevindt of het uiterlijk) Leg daarna één van beide in een zigzagvorm ernaast neer. Stel opnieuw de vraag welk touw langer is en waarom.

10 Handleiding Fasewijzer 0-8 jaar jaar Logisch-mathematisch Instrument Tussen Leg twee voorwerpen neer, uit elkaar. Vraag een derde voorwerp tussen de twee andere te leggen. Uitkomsten Jonge kleuter Het voorwerp komt er boven, onder, buiten, enz. te liggen, nog geen mentaal concept van een rechte lijn of rij, daardoor ook nog geen begrip van tussen Kleuter Echt op één lijn ertussen kleuter Ordenen of seriëren Gebruik 10 strookjes papier, karton of hout van verschillende lengte, maar dezelfde breedte. Leg de kortste en langste ver uiteen, met de rest ertussen. Vraag van klein naar groot te leggen (of kort naar lang). Jonge kleuter Vrije configuraties, niet op volgorde zoals garage of helikopter Als de stroken niet op volgorde liggen, maar het kind houdt vol van wel. Kleuter Via gissen-en-missen op volgorde leggen Schoolkind Direct op volgorde leggen Als het kind klaar is vraag je: Liggen ze zo goed? Paarsgewijs corresponderen Zet een aantal voorwerpen (b.v. borden, blokjes) neer en vraag bij elk voorwerp een tweede voorwerp (vork, steentje of kraaltje) neer te leggen. Let op, we vragen hier niet erbij te tellen! Jonge Kleuter Legt niet altijd paarsgewijs neer Kleuter Legt wel paarsgewijs neer Tellen Leg 8 tot 10 voorwerpen neer. Vraag het kind te tellen zover als het kan. Ook voorwerpen tellen met aanwijzen of verplaatsen erbij. Jonge kleuter Telt in groepjes, slaat getallen over, b.v. 1, 2, 3, 11, 12, 13 of begint weer met een lager getal, b.v..., 7, 8, 10, 7, 8. Wijst twee voorwerpen tegelijk aan, of schuift er 1 weg en slaat een getal uit de telrij over. Kleuter Correct tellen, een-op-een aanraken of aanwijzen (maar nog niet noodzakelijk ook getalbegrip). Schoolkind Correct tellen, een-op-een aanraken of aanwijzen én getalbegrip.

11 Handleiding Fasewijzer 0-8 jaar jaar Logisch-mathematisch Instrument Terugtellen Vraag het kind terug te tellen van 7, 20 of 30. Om te voorkomen dat het een dreuntje uit het hoofd kent, niet altijd vanaf de tientallen vragen terug te tellen, maar ook middenin. Doe eventueel het begin voor (20, 19, 18, ) en vraag: kun jij nu verder terugtellen? Kun je uitvinden hoe het moet? Uitkomsten Jonge Kleuter Terugtellen lukt niet Kleuter Terugtellen lukt b.v. wel vanaf bijvoorbeeld 7 vanwege gememoriseerde aftelversjes, tikkertje, verstoppertje, maar nog niet vanaf 20 of 30. Schoolkind Terugtellen lukt vanaf elk startpunt Cijfers meer/minder Vraag eerst wat meer is, 4 of 8. Laat dan een grote 4 en een kleine 8 zien. Vraag nu opnieuw welke meer is. Vraag ook: weet je het zeker en waarom dan (ook bij goed antwoord!)? Herhaal dit met meer cijfers onder de 10. Peuter Zegt het niet te weten, gokt, antwoorden zijn steeds verschillend. Jonge kleuter De 4 wordt aangeduid als meer, omdat het kind naar het concrete object kijkt voor vergelijking (visueel grootte cijfer). Kiest het eerst voor de 4 en daarna voor de 8, dan is het in het stadium dat de visuele verschijning nog een dominanter patroon in de hersenen is dan het abstracte hoeveelheidsbegrip. Die eerste impuls gaat nog voor. Kleuter Kiest het consequent voor het juiste cijfer, dan begrijpt het kind de relatie tussen de cijfers en hoeveelheden en de volgorde van de cijfers. Cijfer = hoeveelheid voorwerpen Neem de cijfers 1 tot 9 erbij, of schrijf deze op losse vellen op. Leg steeds een groepje neer van een aantal voorwerpen (b.v. blokjes of potloden). Vraag het kind om te tellen hoeveel het er zijn en het juiste cijfer bij te leggen of schrijven. Jonge Kleuter Legt willekeurige cijfers neer of zegt het niet te weten Kleuter Legt consequent cijfers tot 3, 4 of 5 erbij. Schoolkind Legt alle cijfers er altijd goed bij. Getalbegrip Teken of toon 3, 4 of 5 rondjes of willekeurige ander figuren. Vraag: Wat zie je? Het aantal moet in 1 oogopslag, zonder te tellen snel gezien kunnen worden (subiteren). Peuter Als niet gezegd wordt: 3, 4 of 5 rondjes (of wat het anders is), maar alleen rondjes, dan wordt niet automatisch in hoeveelheden gedacht. Als het kind ook op de vraag hoeveel zie je er? geen goed antwoord kan geven.

12 Handleiding Fasewijzer 0-8 jaar jaar Logisch-mathematisch Instrument Getalbegrip (vervolg) Zet of leg van 2 verschillende soorten voorwerpen evenveel in 2 rijen, achter elkaar: X X X X X X O O O O O O Vraag de voorwerpen te tellen. Vraag: zijn er evenveel X als O? Zet nu een van de twee rijen voorwerpen verder uit elkaar: X X X X X X O O O O O O en vraag weer evenveel? Uitkomsten Kleuter Wel goed tellen en ook beamen dat het er evenveel zijn Maar de voorwerpen die verder uit elkaar staan ( O ) zijn er volgens het kind dan ineens meer. Evenveel is gekoppeld aan ruimtelijk visueel waarnemen, niet aan getallen als representatie voor het aantal objecten Als er niet 1-op-1 een O voor de X gezet wordt, maar meer of alle O s Schoolkind Hoe de posities ook zijn, het blijft altijd evenveel X-en als O s Variant: Net als boven, maar nu zet je X neer en neemt 2x zoveel O, Vraag om voor elke X van één O te zetten. Klokkijken (analoog) Zet de klok op een heel uur (bijvoorbeeld 3). Vraag hoe laat het is. Vraag waarom. Zet de wijzers nu op een andere tijd, niet een heel uur. Vraag om op een ander heel uur te zetten (b.v. 6). Herhaal dit met dezelfde vraag een paar maal vanuit een nieuwe klokpositie om toeval uit te sluiten. Jonge kleuter Fout antwoord, geen uitleg van het antwoord. Dus willekeurig kloklezen Kleuter In staat het hele uur altijd goed te benoemen, maar zelf op een ander uur zetten gaat nog niet goed. Er is nu wel besef dat er een wijzer op de 12 moet staan, maar nog niet welke wijzer. Schoolkind Kunnen kloklezen hele, halve uren en kwartieren, zelf op hele uren kunnen zetten Tijdsbesef Vraag b.v.: Word jij later ook een papa/mama? Wat heb je gisteren of (van)morgen gedaan? Wie is er ouder X (kies naam van iemand die groter is, maar jonger) of Y (naam van iemand die kleiner is, maar ouder)? Is oma ouder dan mama? Wordt oma elk jaar ouder? Waarom (niet)? Jonge kleuter Ja, ik word later ook. Besef van nu en later Haalt het gisteren en morgen door elkaar Hoe groter hoe ouder: X is groter dan Y. Leeftijd gebaseerd op lichaamslengte Kleuter Gisteren, vandaag en morgen, de weekdagen, seizoenen, verjaardagen op goede volgorde zetten, dus tijdlijn aanwezig Wel weten dat je ouder bent dan je broer of zus of vriend(innet)je, maar alle volwassenen zijn of even oud Schoolkind Iedereen wordt elk jaar een jaar ouder Elke uur is even lang Kan verjaardagen onthouden, ook steeds meer los van de meest recente gevierde

13 Handleiding Fasewijzer 0-8 jaar jaar Logisch-mathematisch Instrument Eerlijk verdelen Geef een dropveter en laat deze verdelen over 3 kinderen. Wijs op eventuele oneerlijke verdeling in het resultaat. Uitkomsten Kleuter Verdeelt in willekeurige lengtes Na erop gewezen te worden dat een van de kinderen het kortste stuk heeft, dat stuk in 2-en delen Schoolkind Gebruikt spontaan een meetinstrument of andere manier van eerlijk verdelen Flessenproef Peuter Toon 2 identieke flessen, tot de Vult de flessen (al krassend) helemaal in, kleurt ook buiten de helft gevuld met koude thee. Laat lijntjes. Op de vraag: Is jouw tekening hetzelfde als deze één fles rechtop staan. Houd de flessen? antwoordt het kind: Ja. Hierbij kijkt het kind (meestal) andere schuin naar rechts in een niet van de flessen naar de tekening en weer terug, blik is soms hoek van 45 graden. Vraag het op oneindig. kind de thee te tekenen/kleuren op het werkblad Flessenproef. Jonge kleuter Vult de flessen helemaal in, kleurt hierbij evenwijdig aan de flessenwanden, binnen de lijnen. Draait het papier tijdens het kleuren, of draait het lichaam t.o.v. het papier (manipulerend tekenen). Op de vraag: Is jouw tekening hetzelfde als deze flessen? antwoordt het kind: Ja. Hierbij kijkt het kind (meestal) niet van de flessen naar de tekening en weer terug, blik is soms op oneindig. Kleuter Trekt een streep voor het theeoppervlak, loodrecht op de zijwanden. Kleurt de flessen gedeeltelijk in. Op de vraag: Is jouw tekening hetzelfde als deze flessen? antwoordt het kind: Ja. Hierbij kijkt het kind (meestal) niet van de flessen naar de tekening en weer terug, blik is soms op oneindig.

14 Handleiding Fasewijzer 0-8 jaar jaar Logisch-mathematisch Instrument Uitkomsten Flessenproef Toon 2 identieke flessen, tot de helft gevuld met bijvoorbeeld koude thee of een andere gekleurde vloeistof. Laat één fles rechtop staan. Houd de andere schuin naar rechts in een hoek van 45 graden. Vraag het kind de thee te tekenen/kleuren op het werkblad Flessenproef. Schoolkind Trekt een horizontale streep voor het theeoppervlak. Kleurt de flessen realistisch in. Op de vraag: Is jouw tekening hetzelfde als deze flessen? antwoordt het kind: Ja. Hierbij kijkt het kind van de flessen naar de tekening en weer terug, Is het kind aan het proberen (trekt een streep, kleurt in, vergelijkt, trekt nieuwe, horizontalere streep, kleurt weer, vergelijkt) dan betekent dit een overgang van kleuter naar schoolkind. Onderstaand voorbeeld is van een kind van 6 jaar, op dit onderdeel dus nog een jonge kleuter!

15 Handleiding Fasewijzer 0-8 jaar - 15 Overzicht ontwikkelingsfasen Onderstaand overzicht geeft per ontwikkelingsfase beknopt de globale ontwikkeling die het jonge kind doorloopt in verschillende domeinen, zoals schrijven, lezen, rekenen. We hebben voor de fasen geput uit de diverse bronnen (zie paragraaf Bronnen en verantwoording). Voor de leeftijdsindicaties gebruiken we de indeling van Vervaet. Elke fase heeft een nummer (opvolgend). Met de aanduiding jaar1;maand1 jaar2;maand2 geven we aan over welke leeftijdsperiode de fase zich ongeveer ontwikkelt. Fase 1 tot en met fase 10 spelen zich af van de pasgeboren baby tot zo rond het 3 e levensjaar. Fase 11 begint bij 3 jaar en duurt, net als fase 12 ongeveer ¾ jaar. Fase 13 en 14 duren ieder ongeveer 2 jaar. De leeftijdsaanduidingen (jaar; maand) moeten gezien worden als ruwe en globale gemiddelden. Onderling kennen kinderen grote variatie in de snelheid waarin fasen doorlopen worden. Ook kan een kind per domein in verschillende fasen zitten.

16 Handleiding Fasewijzer 0-8 jaar - 16 Baby Fase 1 (0;0 0;1) - Passief contact Knijpreflexen (motorische reflexen). Reflexmatig huilen, op basis van pijn, honger, dorst. Reflexmatige klanken zijn de voorlopers van de klankontwikkeling. Ongericht kijken. Fase 2 (0;1 0;4) Afgestemdheid (psychologische conceptie) Zintuigelijke en motorische reflexen worden afgestemd op elkaar en daarna op de omgeving. Het handje van de baby blijft moeders vinger vasthouden, blijven knijpen. De ogen leren zich gericht houden op iets dat visueel interessant is, zoals een opvallend gekleurd speelgoed (staren naar). Oren en halsspieren worden al op elkaar afgestemd: het kind probeert op basis van luisteren en zien de rammelende sleutelbos te volgen. Gevoelens: huilt / lacht ook om psychologische aspecten (verdriet). Klankontwikkeling: vocaliseren van klinkers en halfklinkers als j en w. Zintuiglijk gestuurd leren: aanraken, voelen, proeven horen, zien, ruiken. Fase 3 (0;4 0;8) Fysiek contact Zitten met steun. Zelf actief op de buitenwereld gericht Grijpen naar: oog-hand coördinatie wordt gebruikt om voorwerpen vast te pakken. Wordt snel een voorwerp tussen kind en voorwerp geplaatst, dan pakt het kind nog wel meteen het nieuwe voorwerp. Gevoel voor hoeveelheden is aangeboren: bij verandering van hoeveelheid registreren de hersenen dat wel. Maar als zaken verdwijnen wordt er niet naar gezocht, dan bestaat het niet meer. Aandacht trekken van anderen door schoppen en zwaaien om zo een handeling herhaald te krijgen van de ander. Voor jezelf zorgen : speen zelf uit je mond leggen of weer oppakken. Als je gezicht wordt afgedaan, de hand wegduwen. Begin van klankproductie: brabbelen, diffuse en onvaste klankbogen. Het lichaam beweegt daarbij vaak mee. Toevallige strepen of lijnen worden geplaatst in contact met materialen, zoals een vinger in zand. Nog geen emotionele reactie. Lijnen van het lichaam af, niet teruggaand.

17 Handleiding Fasewijzer 0-8 jaar - 17 Baby (vervolg) Fase 4 (0;8 0;12) Oog voor regelmaat Het kind leert los zitten en kruipen, sommigen gaan aan het eind van deze periode al staan, maar dat is meer kenmerkend voor de volgende fase. Doelbewuste handelingen inzetten om in je omgeving dingen voor elkaar te krijgen. Oog-hand coördinatie werd in fase 3 al gebruikt om doelgericht voorwerpen vast te pakken. Wordt snel een voorwerp tussen kind en voorwerp geplaatst, dan schuift het kind het nieuwe voorwerp nu wél opzij. Hechting aan vertrouwde personen en daardoor verlatingsangst. Behoefte aan knuffel, veilige plek. Logisch-Mathematisch Ruimtelijk inzicht ontwikkelt zich ('voor' en 'achter'). Groeiend tijdbesef ('eerst dit pakken, dan dat'). Verdwijnt iets of iemand, dan wordt het teruggezocht. Herkent regelmaat en daardoor ontstaat plezier en humor, denk aan spelletjes als kiekeboe. Het doorbreken van regelmaat of de verwachting is immers een belangrijk aspect van humor. Spreken - Taal Ook brabbelen wordt regelmatiger, de eerste lettergrepen en woordjes als papa en mama ontstaan. Het kind herkent zelf ook al veel klanken en boots deze na (diergeluiden). Kijkt naar een bal als mama bal zegt, maar ook als moeder ballade zegt.

18 Handleiding Fasewijzer 0-8 jaar - 18 Dreumes Fase 5 (1;0 1;3) Leren zonder aanraken Ontdekt te leren door je aandacht te richten op 1 punt, fysiek contact is niet meer nodig. Het begint met wijzen naar, maar nog niet met de bedoeling een ander daarop te attenderen. Dit vereist namelijk gerichte aandacht op 2 punten tegelijk. Staan met steun en begeleid lopen. Gelijktijdig imiteren van een handeling van een ander. Wijzen om iets gedaan te krijgen. Lezen Plaatjes in boeken worden gewaardeerd (Nijntje-boeken). Logisch-mathematisch Spelen met (variaties in) regelmaat door bijvoorbeeld afwisselend hard en zacht op een voorwerp of trommel te slaan. Kastjes open en dicht te doen. Bovendien nu eens hard, en daarna weer zacht. Verstop een voorwerp onder een doek, met onopvallend daaronder nog een kleinere en ander gekleurde doek, zodat het voorwerp helemaal onderop ligt. Haal de bovenste doek weg en het kind zal niet begrijpen dat het voorwerp onder de overblijvende doek ligt, dus niet verder zoeken. Het beschikt nog niet over 'Objectpermanentie'. Spreken - Taal Gevarieerd brabbelen, experimenteren met klankvermogens. Grotere variatie in mondstanden maakt nabootsen van nieuwe klanken nu beter mogelijk. Dierengeluiden worden gekoppeld aan dieren, het kind zal het dier zelfs die naam geven. Dus de hond heet woef of waf. Zie je een koe, zegt het kind boe. Zie er nog een en zeg je daar zie ik er nog eentje, grote kans dat het kind dan kwaak-kwaak zegt. Zelf zonder dat anderen dat voorzeggen - klanken nabootsen en daarmee voorwerpen duiden. Fase 6 (1;3 1;6) Verbindingen Los lopen. Bouwt torens van blokken. Kan langere tijd - aandacht op 2 punten richten. Begrijpt daardoor wat anderen aanwijzen. Doet dat zelf ook om de ander op iets te attenderen. Deelt interesses met anderen. Vraagt om hulp. Ontwikkelt voorkeuren en daardoor ook woedeaanvallen. Nog geen besef of mentaal beeld van het eigen lichaam. Probeert daardoor rustig zittend zijn broek uit te trekken. Lezen Opent uit eigen beweging boeken om de plaatjes te lezen. Logisch-mathematisch 'Objectpermanentie': het kind haalt net zo lang de doeken weg (zie Fase 5) tot het voorwerp tevoorschijn komt, beseft dat het object nog moet bestaan. Zelfs als het de verdwijning niet heeft gezien.

19 Handleiding Fasewijzer 0-8 jaar - 19 Dreumes (vervolg) Fase 7 (1;6 1;10) Woordenschatexplosie Leren door eerst observeren en daarna pas nadoen of zelf proberen. Imitatiegedrag op basis van een mentaal beeld (herinnering), waardoor het plaats kan vinden zonder directe aanleiding. Symboliek doet zijn intrede: bijvoorbeeld doen alsof je autorijdt met een deksel als stuur. Ja-knikken, nee-schudden, gedag zwaaien. Ontwikkelt eigen- en tegenzin Logisch-mathematisch Ruimtelijk mentaal beeld van zichzelf. Gaat staan als het broek uit wil doen. Herkent zichzelf in de spiegel. Spreken - Taal Klankgebruik wordt woordgebruik. Het abstractere woord hond gaat het winnen van het diergeluid. Het kind begrijpt dat met het woord hond ook de hond bedoeld wordt. Elke dag nieuwe woorden erbij. Maar zelf heeft het kind nog geen naam.

20 Handleiding Fasewijzer 0-8 jaar - 20 Jonge peuter Fase 8 (1;10 2;2) De eerste verzamelingen Koppelt twee of meer mentale beelden aan elkaar, bijvoorbeeld zichzelf en zijn naam. Ervaart zichzelf als een wezen met een naam. Eerste zindelijkheid. Nieuwe spelletjes die het kind heel leuk vindt worden eindeloos herhaald. Stelt vragen om ook daadwerkelijk antwoord te krijgen. Gezamenlijke zin in, zoals ook drinken of juist uitsluiting als hij mag niet", bijvoorbeeld tegen jonger broertje. Logisch-mathematisch Ziet zichzelf én anderen als onderdelen van een verzameling Begint te tellen (" ") en gebruikt woorden die verzamelingen aanduiden als "ook", "nog", "samen" en "mee". Vergelijkt 2 toestanden met elkaar, merkt verandering op. Leeft nog in het nu, geen besef van dit is de laatste keer. Spreken - Taal Gebruikt zijn naam voor zichzelf. Maakt zijn eerste zinnen, van twee of meer gebonden woorden: "Lianne lopen". Jas aandoen begrijpt het nu ook. Gebruikt gebiedende wijs, bijvoorbeeld 'papa, lezen!' Tekenen De eerste bewuste strepen.

21 Handleiding Fasewijzer 0-8 jaar - 21 Jonge peuter (vervolg) Fase 9 (1;10 2;7) De eerste grammaticaal juiste zinnen Zingt liedjes mee. Ziet zichzelf, anderen en voorwerpen als wezens, als individuen. Gebruikt dan ook lidwoorden ( een tafel, deze tafel, maar ook nog het tafel ) en aanwijzende woorden. Logisch-mathematisch De recent verleden tijd treedt het bewustzijn binnen en het kind kan vertellen wat het zojuist, de afgelopen uren of dagdeel heeft gedaan. Nu wel besef van dit is de laatste keer, maar nog niet van de toekomst. Dus iets willen verbieden met een uitgestelde beloning ( dan krijg je / gaan we zo ) heeft nog geen zin. Ook op je beurt wachten lukt nog uit zichzelf niet. Denkt in rechte lijn van A naar B. Abstractie niveau van verzamelingen is nu ook verbaal aanwezig: lepels, auto s, jassen. Spreken - Taal Eenvoudige verhaallijnen worden begrepen en gevolgd. Kan verwoorden wat het innerlijk ervaart: ik wil, ik moet. Maakt enkelvoudige zinnen: Ik maak een tekening. Deze tekening is voor jou. Gebruikt verkleinwoorden, enkel- en meervouden, persoonlijke voornaamwoorden, voorzetsels, hulpwerkwoorden, bijvoeglijke naamwoorden, bijwoorden en vraagwoorden. Kent woorden voor (primaire) kleuren en kan de kleuren aanwijzen. Onvoltooid verleden tijd: Ik heb gegeten. Tekenen Tekent met vuist of palmgreep, door elleboog vanuit schouder naar buiten en naar binnen te laten gaan. Bewust tekenen van strepen of krassen, ook heen en weer gaand, zigzaggend. Tekent graag met iemand. Kan een vakje (slordig) vullen met strepen Stippelen (regen, sterren) Gebogen lijnen en spiralen

22 Handleiding Fasewijzer 0-8 jaar - 22 Jonge peuter (vervolg) Fase 10 (2;7 3;0) Coördinaties (psychologische geboorte) Mentaal contact met 2 punten in de tijd: 1 in het verleden en 1 in de toekomst. Het verbindt 2 punten (mentale beelden, waarnemingen, herinneringen aan ) die het niet direct waar kan nemen met elkaar. Neemt zichzelf én anderen waar als mentaal geconstrueerde entiteit, ik ben dezelfde die ik zonet was en straks zal zijn. Het ego doet zijn intrede. Verzint ook nieuwe, niet bestaande wezens. Kan zich verplaatsen in gevoelens van anderen meeleven met. Eerste begrip van wat verboden en geboden zijn. Kan ze respecteren. Logisch-mathematisch Besef van nabije toekomst. Begrip van straks. Sorteert voorwerpen op b.v. kleur. Kan op zijn beurt wachten. Spreken - Taal Gebruikt samengestelde zinnen: ik kleur deze tekening voor jou. Correct gebruik van het lidwoord het. Tekenen Palmgreep ontwikkelt zich. Tekent parallelle strepen (in een vak). Beginnend krabbelschrijven. Eerste gesloten vormen, start van figuratief tekenen.

23 Handleiding Fasewijzer 0-8 jaar - 23 Peuter 11 (3;0 3;9) Algemeen -11 Onderscheid tussen mijn en dijn (ook al leen ik mijn speeltje uit, het blijft van mij). Concreet feitelijk verbanden leggen, niet wederkerig (cirkel als een lus tekenen, maar niet als een gesloten kring waarin begin- en eindpunt met elkaar samenvallen). Mooi is een eigenschap van een voorwerp, wordt niet benoemd als innerlijke beleving. Waarom?-reeksen. Ook dingen hebben een ziel. Lezen - 11 Etiketlezen of patroonherkenning: b.v. je naam herkennen aan het beeld, niet de aparte letters. Sommige letters worden herkend als figuur, bijvoorbeeld in de k ziet het kind een kop en schotel (op z n kant). Bij aanwijzen van letters in eigen schrijfsel kan benoemd worden dat een letter er 3x staat, terwijl hij toch maar 1x voorkomt. Kind kan eigen naam achter op stoel ook op de kop lezen, maar spellen niet. Logisch-mathematisch - 11 Hetzelfde zijn is nog vrij globaal. Gebaseerd op omvang en hoeveelheid, onderlinge positie van elementen tellen nog niet mee. Kopieert daardoor situaties, tekeningen, spelletjes globaal. Redeneren van concreet naar concreet. Verbanden tussen 2 verschillende entiteiten kennen en gebruiken, zoals vogel en ei. Gebruikt woorden als die dus dan ook die Bij tellen sprongen maken, getallen komen terug: 1, 3, 4, 3, Vergelijken: langer/korter dan, even lang/kort als. Tijdsbesef: straks, even wachten. Opvullend natekenen van een halfvolle fles. Schrijven - 11 Vrijvormig, de ene streep volgt willekeurig op de volgende streep, zonder terugkoppeling aan de voorafgaande streep. Gaat wel meer op handschrift lijken. Geen consequente herhalingen van vormen. Strepen volgen elkaar willekeurig op en zijn niet verbonden met eerdere streep. Ruimtelijk zijn de strepen vaak wel verbonden, maar in de gedachten van het kind niet. Taal - 11 Uitspraak van iemand anders kunnen verbeteren. Zelf nieuwe woorden maken bloemkoolboom voor een boom die in bloei staat. Nog niet kunnen rijmen Tekenen - 11 Pincetgreep ontwikkelt zich. Rondjes of O s worden niet gesloten. Zelfportret vrijvormig. Zichzelf ondersteboven tekenen doen sommige kinderen, namelijk die in ruimtelijk opzicht aan de voorlijke kant zijn. Voorbeeld niet met dezelfde kleuren en niet exact nakleuren. Zelfportret: vrijvormig. Spel - 11 Bezitsbetrokken spelen: ik heb gewonnen want die, die, die en die zijn van mij, terwijl het fiches aanraakt, die het gelegd heeft of tekens als bij boterkaas-eieren.

24 Handleiding Fasewijzer 0-8 jaar - 24 Oudere peuter / Jonge Kleuter 12 (3;9 4;6) Algemeen -12 Concreet feitelijke verbanden. Jezelf eigenschappen of gewoontes toedichten: ik eet vla altijd met een lepel, zelfs al na een keer. Lezen - 12 Fantasielezen. Het kind meent elke tekst te kunnen lezen. Geen een-op-een klank-teken-correspondenties bij aanwijzen van letters in eigen schrijfsel. Logisch-mathematisch - 12 Generaliseren: die vogel legt een ei, dan zullen alle vogels wel eieren leggen Tellen gaat meer in groepjes: 1, 2, 3, 4, 8, 9, 10. Tellen van voorwerpen: soms 2 voorwerpen aanraken, maar als 1 tellen. Of voorwerpen overslaan. In een smal glas zit meer dan in een breed glas, na overgieten van breed naar smal. Het waterniveau staat immers hoger (concreet in het nu vergelijken). Omgekeerd kan ook, dan is breder meer dan smal. Ordent stroken tussen kortste en langste in een vrije configuratie, wel grenzend aan elkaar, maar niet op lengte. Nog geen abstract-logisch begrip ordening van klein naar groot aanwezig. Mentaal geen rechte rij of lijn kennen om iets ergens tussen te plaatsen Nu en later kunnen onderscheiden ( later als ik groot ben word ik ook papa ) Willekeurig kloklezen Gisteren en morgen worden door elkaar gehaald. Extra moeilijk voor Nederlandstalige kinderen zijn: vanmorgen en morgen uit elkaar houden. Leeftijd wordt gerelateerd aan lichaamslengte: hoe groter, hoe ouder. Volwassenen blijven even oud. Wint bij Boter-kaas-en-eieren als er 3 kruisjes/rondjes in een kromme rij elkaar opvolgen. Configuraties exact kunnen kopiëren (aantal en positie). Schrijven - 12 Schrijven en herhalen in 1 woord of zin van eigen bedachte lettertekens. Schrijfzones worden niet in acht genomen. Taal - 12 Koe is een langer woord dan lieveheersbeestje. Want een koe is immers groter. Begrip van het concept (het)zelfde. Tekenen - 12 Rondjes of de o worden nu gesloten Opvullen schuine fles gebeurt nog steeds. Het kind manipuleert in de ruimtelijke verhoudingen het blad ten opzichte van haar eigen lichaam, om makkelijker te kunnen inkleuren: het papier of lichaam wordt b.v. gedraaid bij inkleuren van de (schuine) fles (manipulerend intekenen). Zelfportret: koppoter. Spel - 12 Begin van besef van regels om te kunnen winnen.

25 Handleiding Fasewijzer 0-8 jaar - 25 Kleuter 13 (4;6-6;6) Algemeen - 13 Onomkeerbare relaties; kan in zijn denken wel heen maar niet terug. Lezen - 13 Opdelen van woorden in klanken. Losletterig lezen: OMA kunnen spellen maar niet lezen. Het kind hoort zelf niet dat het OMA heeft gezegd. Deel-voor-geheel lezen: Sjoerd meent dat STOEL als /sjoert/ gelezen dient te worden. Wim die de naam van zijn vriendje RUTGER kan lezen, leest RUG ook als /rutger/. Brood als boord lezen. Lezen van woorden van twee letters, maar geen nieuwe woorden van drie of meer letters. Logisch-mathematisch - 13 In een smal glas zit meer dan in een breed glas, na overgieten van breed naar smal. Het waterniveau staat immers hoger (concreet). Correct kunnen tellen, ook van voorwerpen met aanwijzen of wegschuiven. Nog geen getalbegrip, het begrip meer is nog gebaseerd op ruimtelijkvisueel: voorwerpen die ruimtelijk verder uit elkaar staan zouden er ineens meer zijn geworden. Ordent stroken op volgorde van kort naar lang of klein naar groot, maar via gissen-en-missen. Pakt de stroken dus vrij willekeurig op en moet daarna corrigeren. Vooruit kunnen tellen en optellen via tellen (met hulp van vingers): 5+3 = =8. Nog niet terug kunnen tellen. Hele uren begrijpen als er moet een wijzer bij 12 en staan. Als de korte wijzer op 12 en de lange op 5 staat, is het ook 5 uur. Vloeistof in halfvolle fles wordt ingetekend en met lijn begrensd. Nu wordt de abstracte voorstelling van de fles in het geheugen gebruikt. Bij een schuine fles staat de vloeistofspiegel nog loodrecht op de schuine flessenwanden (loodrecht intekenen). Bij de flessenproef worden de flessen niet meer helemaal opgevuld, maar het vloeistofoppervlak staat loodrecht op de flessenwanden (loodrecht intekenen). Verschil tussen gisteren, vandaag en morgen begrijpen. Een tijdlijn als abstract referentiekader hebben. Verjaardagen, weekdagen, maanden en seizoenen op volgorde kennen. Schrijven - 13 Schrijft woorden of delen daarvan ook achterstevoren, omdat het kind doorschrijft als een boer die ploegt, dus ook van rechts naar links: atsa sioko = chocopasta. Spiegelbeeldig schrijven en letters binnen woorden verwisselen. Verticale lijnen in letters als N en K lopen nog niet parallel. Tekenen - 13 Zelfportret, met kop en romp, maar met vertekeningen. Bijvoorbeeld geen oren of twee keer zo lange armen als benen. Spel - 13 Begrijpt bij boter-kaas-eieren wat een rechte lijn is. Spelen om te winnen.

26 Handleiding Fasewijzer 0-8 jaar - 26 Schoolkind 14 (6;6-8;6) Algemeen - 14 Omkeerbare relaties, doorziet daardoor misleiding in waarneming. Kan zich mentaal herpositioneren, verplaatsen in letterlijke positie van de ander. Begrijpt dat eigenschappen van objecten en substanties bewaard blijven, ook al verhuist iets van plek. Lezen - 14 Nu wel OMA kunnen lezen (technisch lezen). Lezen van woorden van drie of meer letters. Logisch-mathematisch - 14 Horizontale vloeistofspiegel in schuinstaande fles begrijpen en correct natekenen. Getalbegrip aanwezig. Kan optellen 5+3=8 in 1 stap. Kan ook terugtellen. Doet dat in eerste instantie door zachtjes snel vooruit te tellen. Aftrekken 7-2=5 in 1 stap. Ordent stroken meteen op volgorde van kort naar lang of klein naar groot. Besef van deelverzameling zijn van : voorwerpen kunnen tellen door 1 voor 1 weg te halen en nieuwe set te maken. In smal glas zit evenveel, na overgieten vanuit breed glas, ook al is het niveau hoger (conservatie). Besef van leeftijden, niet meer gecorreleerd aan lengte: Ik blijf altijd ouder dan mijn zusje. Eerlijk verdelen in lengtes of niet-telbare hoeveelheden (bijvoorbeeld dropveters) met behulp van een strategie of meet- of weeginstrument. Schrijven - 14 Letters worden ontspiegeld. Zonebetrachting (tussen de lijntjes schrijven, verticale lijnen in bijv. k, p, n, zijn evenwijdig, de stokken en haakjes van bijv. p, b, l steken onder of boven de lijn uit) komt doorgaans later tot ontwikkeling dan spiegelen en het geen letters meer verwisselen bij schrijven. Bij fouten: spontane zelfverbetering. Tekenen - 14 Zelfportret: meer kloppende verhoudingen. Bij de flessenproef loopt het vloeistofoppervlak parallel aan de zeespiegel (horizontaal intekenen). Spel - 14 Regels van het spel volgen In tegenstander kunnen verplaatsen Strategie om te winnen kunnen bedenken bij spelletjes als boter-kaas-eneieren, knikkeren en hinkelen.

27 Handleiding Fasewijzer 0-8 jaar - 27 Observatieformulieren Baby Naam: Observatie door: Leeftijd (jr;mnd): Datum: Geef voor elke fase aan welk gedrag het kind toont, door het hokje aan te kruisen. Fase 1 (0;0 0;1) Knijpreflex. Ongericht kijken. Fase 2 (0;1 0;4) Blijven vasthouden. Gericht kijken. Geluid volgen. Spreken - Taal Vocaliseren van klinkers en halfklinkers (j/w). Fase 3 (0;4 0;8) Zitten met steun. Grijpen naar; oog-hand coördinatie. Tweede voorwerp tussen baby en aandachtsvoorwerp plaatsen, dan aandacht voor eerste voorwerp weg. Reactie (verbaasd) op verandering van hoeveelheid, verdwijnen van voorwerpen (kan soms alleen met MRI gezien). Grof-motorisch om aandacht vragen door zwaaien, schoppen. Voor jezelf zorgen: zelf speen pakken, een hand of lepel wegduwen. Spreken - Taal Brabbelen, diffuse en onvaste klankbogen. Tekenen Toevallige strepen of lijnen worden geplaatst in contact met materialen, zoals een vinger in zand. Nog geen emotionele reactie. Lijnen van het lichaam af, niet teruggaand.

28 Handleiding Fasewijzer 0-8 jaar - 28 Baby Naam: Observatie door: Leeftijd (jr;mnd): Datum: Geef voor elke fase aan welk gedrag het kind toont, door het hokje aan te kruisen. Fase 4 (0;8 0;12) Los zitten. Kruipen. Staan met steun (soms). Doelgericht handelen. Tweede voorwerp ertussen, dan wordt dit weg- of opzij geschoven. Hechting aan en dus mogelijk verlatingsangst. Knuffel, veilige plek belangrijk. Logisch-Mathematisch Voor en achter. Tijdsbesef: eerst dit (pakken) en dan dat. Terugzoeken van verdwenen voorwerpen of mensen. Aandacht voor regelmaat, daardoor zijn spelletjes als Kiekeboe juist leuk. Spreken - Taal Brabbelt regelmatiger Dierengeluiden en klanken herkennen en nabootsen. Eerste lettergrepen en woordjes als papa en mama. Koppelt woorden aan voorwerpen, kijkt b.v. naar een bal als je bal zegt.

29 Handleiding Fasewijzer 0-8 jaar - 29 Dreumes Naam: Observatie door: Leeftijd (jr;mnd): Datum: Geef voor elke fase aan welk gedrag het kind toont, door het hokje aan te kruisen. Fase 5 (1;0 1;3) Wijzen naar. Staan met steun en begeleid lopen. Gelijktijdig imiteren van een handeling van een ander. Wijzen om iets gedaan te krijgen. Lezen Plaatjes in boeken worden gewaardeerd (Nijntje-boeken). Logisch-mathematisch Spelen met (variaties in) regelmaat als hard / zacht, open /dicht. Spreken - Taal Gevarieerd brabbelen, experimenteren met klankvermogens. Grotere variatie in mondstanden maakt nabootsen van nieuwe klanken nu beter mogelijk. Dierengeluiden koppelen aan dieren, mogelijk ook als naam eraan geven. Zelf zonder dat anderen dat voorzeggen - klanken nabootsen en daarmee voorwerpen duiden. Fase 6 (1;3 1;6) Los lopen. Torens bouwen. Begrijpt functie van aanwijzen. Doet dat zelf ook om de ander op iets te attenderen. Deelt interesses met anderen. Vraagt om hulp. Ontwikkelt voorkeuren en daardoor ook woedeaanvallen. Nog geen besef of mentaal beeld van het eigen lichaam. Probeert daardoor b.v. zittend zijn broek uit te trekken. Lezen Opent uit eigen beweging boeken om de plaatjes te lezen. Logisch-mathematisch 'Objectpermanentie': begrijpt dat voorwerpen nog moeten bestaan, al zijn ze weg.

30 Handleiding Fasewijzer 0-8 jaar - 30 Dreumes Naam: Observatie door: Leeftijd (jr;mnd): Datum: Geef voor elke fase aan welk gedrag het kind toont, door het hokje aan te kruisen. Fase 7 (1;6 1;10) Leren door eerst observeren en daarna pas nadoen of zelf proberen. Imitatiegedrag op basis van een mentaal beeld (herinnering), waardoor het plaats kan vinden zonder directe aanleiding. Symboliek doet zijn intrede: bijvoorbeeld doen alsof je autorijdt met een deksel als stuur. Ja-knikken, nee-schudden, gedag zwaaien. Ontwikkelt eigen- en tegenzin Logisch-mathematisch Ruimtelijk mentaal beeld van zichzelf. Gaat staan als het broek uit wil doen. Herkent zichzelf in de spiegel. Spreken - Taal Woordgebruik. Koppelt nu ook dierensoortnamen aan dieren. Elke dag nieuwe woorden erbij.

31 Handleiding Fasewijzer 0-8 jaar - 31 Jonge peuter Naam: Observatie door: Leeftijd (jr;mnd): Datum: Geef voor elke fase aan welk gedrag het kind toont, door het hokje aan te kruisen. Fase 8 (1;10 2;2) Koppelt twee of meer mentale beelden aan elkaar. Ervaart zichzelf als een wezen met een naam. Eerste zindelijkheid. Eindeloos spelletjes herhalen. Stelt vragen om ook daadwerkelijk antwoord te krijgen. Logisch-mathematisch Ziet zichzelf én anderen als onderdelen van een verzameling. Begint te tellen (" ") en gebruikt woorden die verzamelingen aanduiden als "ook", "nog", "samen" en "mee". Vergelijkt 2 toestanden met elkaar, merkt verandering op. Leeft nog in het nu, geen besef van dit is de laatste keer. Spreken - Taal Gebruikt zijn naam voor zichzelf. Zinnen van twee of meer gebonden woorden. Gebruikt gebiedende wijs. Tekenen De eerste bewuste strepen.

32 Handleiding Fasewijzer 0-8 jaar - 32 Jonge peuter Naam: Observatie door: Leeftijd (jr;mnd): Datum: Geef voor elke fase aan welk gedrag het kind toont, door het hokje aan te kruisen. Fase 9 (1;10 2;7) Zingt liedjes mee. Ziet zichzelf, anderen en voorwerpen als wezens, als individuen. Logisch-mathematisch Recent verleden tijd in uren: zojuist, daarnet. Besef van dit is de laatste keer. Denkt in rechte lijn van A naar B. Spreken - Taal Eenvoudige verhaallijnen worden begrepen en gevolgd. Kan verwoorden wat het innerlijk ervaart: ik wil, ik moet. Maakt enkelvoudige zinnen: Ik maak een tekening. Deze tekening is voor jou. Gebruikt woorden voor verzamelingen als lepels, auto s, jassen. Gebruikt lidwoorden, aanwijzende woorden, verkleinwoorden, enkel- en meervouden, persoonlijke voornaamwoorden, voorzetsels, hulpwerkwoorden, bijvoeglijke naamwoorden, bijwoorden en vraagwoorden. Kent woorden voor (primaire) kleuren en kan de kleuren aanwijzen. Onvoltooid verleden tijd: Ik heb gegeten. Tekenen Palmgreep Bewust tekenen van strepen of krassen, ook heen en weer gaand, zigzaggend. Tekent graag met iemand. Kan een vakje (slordig) vullen met strepen Stippelen (regen, sterren) Gebogen lijnen en spiralen

Handleiding Fasewijzer 0-8 jaar - 1

Handleiding Fasewijzer 0-8 jaar - 1 Handleiding Fasewijzer 0-8 jaar - 1 Fasewijzer 0-8 jaar Deze behoren bij de Fasewijzer 0-8 jaar is een praktisch instrument voor begeleiders in de kinderopvang en leerkrachten in het basisonderwijs om

Nadere informatie

Handleiding Fasewijzer 3-8 jaar - 1 Lereniseenmakkie Werkboek

Handleiding Fasewijzer 3-8 jaar - 1 Lereniseenmakkie Werkboek Handleiding Fasewijzer 3-8 jaar - 1 Fasewijzer 3-8 jaar Dit document laat enkele van de pagina s zien uit de Fasewijzer om een indruk te geven van de inhoud en opzet. Deze Fasewijzer 3-8 jaar is een praktisch

Nadere informatie

Rekenfundamenten - 1. Getalbegrip Symbool aan hoeveelheid koppelen, subiet hoeveelheid zien en benoemen, tellen én terugtellen.

Rekenfundamenten - 1. Getalbegrip Symbool aan hoeveelheid koppelen, subiet hoeveelheid zien en benoemen, tellen én terugtellen. Rekenfundamenten - 1 Dit document beschrijft belangrijke fundamenten voor rekenen, biedt voor elk fundament een activiteit om te toetsen of dat fundament gelegd is. Ook is aan het eind een observatieformulier

Nadere informatie

Spinners. Veel plezier! Juf Els en juf Anke

Spinners. Veel plezier! Juf Els en juf Anke Spinners Een nieuwe rage: spinners! Heb jij ze al gespot in jouw klas? Vervelend, al dat speelgoed op school, of handig! spinners in de klas, daar kun je leuke, leerzame activiteiten mee doen! Wij bedachten

Nadere informatie

EWALD VERVAET NAAR PSYCHOLOGIE VAN 3 TOT 8 JAAR SCHOOL

EWALD VERVAET NAAR PSYCHOLOGIE VAN 3 TOT 8 JAAR SCHOOL EWALD VERVAET NAAR PSYCHOLOGIE VAN 3 TOT 8 JAAR SCHOOL Inhoud Voorwoord (prof.dr. Sieneke Goorhuis-Brouwer) 9 Inleiding Van peuterspeelzaal naar school 12 Bij de vijfde druk 19 I A PEUTERS, KLEUTERS EN

Nadere informatie

Ontwikkelingslijnen 0-4 jaar (MET extra doelen) - versie januari Naam kind. Rekenen Tellen en getalbegrip

Ontwikkelingslijnen 0-4 jaar (MET extra doelen) - versie januari Naam kind. Rekenen Tellen en getalbegrip Rekenen Tellen en getalbegrip Tellen en getalbegrip-fase 5 Zegt samen met de PM-er en andere kinderen de telrij tot en met 3 op, bijv. in de context van een telliedje enoemt de begrippen meer en minder

Nadere informatie

herkent dagelijkse routines en weet dat er een activiteit volgt (bijv. het zien van de slaapzak: het is tijd om te slapen, pakt de knuffel)

herkent dagelijkse routines en weet dat er een activiteit volgt (bijv. het zien van de slaapzak: het is tijd om te slapen, pakt de knuffel) 1 Tijd Baby blauw herkent dagelijkse routines (bijv. het klaarzetten van een bordje: het is tijd om te eten, reageert door aandacht te vragen) herkent dagelijkse routines en weet dat er een activiteit

Nadere informatie

maken de kinderen een waterorgel en laten elke lettergreep uit een lied horen op dit orgel. Groep 1 Groep 2 samengestelde woorden in

maken de kinderen een waterorgel en laten elke lettergreep uit een lied horen op dit orgel. Groep 1 Groep 2 samengestelde woorden in 7. Raar maar waar! Tijdens deze activiteit: maken de kinderen een waterorgel en laten elke lettergreep uit een lied horen op dit orgel. Taal Ontluikende en beginnende geletterdheid Fonemisch bewustzijn

Nadere informatie

Leerlijnen jonge kind (MET extra doelen) - versie juli Naam leerling. Rekenen Tellen en getalbegrip. Tellen en getalbegrip - 0

Leerlijnen jonge kind (MET extra doelen) - versie juli Naam leerling. Rekenen Tellen en getalbegrip. Tellen en getalbegrip - 0 Leerlijnen jonge kind (MET extra doelen) - versie juli 2015 Rekenen Tellen en getalbegrip Tellen en getalbegrip - 0 Naam leerling Zegt de telrij op vanaf 1 als een opzegversje. -19--19 Telt voorwerpen

Nadere informatie

Tussendoelen Ontluikende gecijferdheid (inclusief logisch denken vanaf 3;6 jaar)

Tussendoelen Ontluikende gecijferdheid (inclusief logisch denken vanaf 3;6 jaar) Tussendoelen Ontluikende gecijferdheid (inclusief logisch denken vanaf 3;6 jaar) 0 1;6 2 2;6 3 3,6 4 4;6 1. Ontwikkelt een besef van getalsnamen door rijmpjes en versjes. (bijvoorbeeld: een- twee..klaar

Nadere informatie

maakt (kirrende) geluidjes of brabbelt (tegen personen en speelgoed) begint steeds meer woorden te herhalen en (na) te zeggen

maakt (kirrende) geluidjes of brabbelt (tegen personen en speelgoed) begint steeds meer woorden te herhalen en (na) te zeggen Mondelinge taal 1 Spraak-taalontwikkeling Baby blauw maakt (kirrende) geluidjes of brabbelt (tegen personen en speelgoed) herhaalt geluidjes Dreumes brabbelt bij (eigen) spel oranje begint steeds meer

Nadere informatie

D O EN P R A T EN B E W EGEN

D O EN P R A T EN B E W EGEN D O EN P R A T EN B E W EGEN Het gelijktijdig gebruik van de observatielijsten bij Zo Doe Ik, Zo Beweeg Ik, en Zo Praat Ik M. Tjallema, M. Vermeulen 00, CED-Groep www.cedgroep.nl Inleiding Met de drie

Nadere informatie

2 Ik en autisme VOORBEELDPAGINA S

2 Ik en autisme VOORBEELDPAGINA S 2 Ik en autisme In het vorige hoofdstuk is verteld over sterke kanten die mensen met autisme vaak hebben. In dit hoofdstuk vertellen we over autisme in het algemeen. We beginnen met een stelling. In de

Nadere informatie

Spelend leren. Kleuters spelen toch alleen maar?

Spelend leren. Kleuters spelen toch alleen maar? Spelend leren Kleuters spelen toch alleen maar? Wat gaan we doen Spelenderwijs leren Spel en cognitieve ontwikkeling de appel Vragen stellen Zelf aan de slag met spelmateriaal! Spelenderwijs leren Kinderen

Nadere informatie

Beste ouder(s)/verzorger(s),

Beste ouder(s)/verzorger(s), Beste ouder(s)/verzorger(s), U vraagt zich soms af wat uw kind in groep 1 en 2 leert m.b.t. het vak rekenen. Rekenen is één van de basisvaardigheden die jonge kinderen goed onder de knie moeten krijgen.

Nadere informatie

Tussendoelen Cognitieve ontwikkeling

Tussendoelen Cognitieve ontwikkeling Tussendoelen Cognitieve ontwikkeling 0 1;6 2 2;6 3 3,6 4 4;6 1. Experimenteert graag: brengt opzettelijk allerlei variaties in zijn handelen aan en kijkt wat voor een effect dat heeft. 2. Bedenkt zelf

Nadere informatie

Lesdoelen De kinderen leren dat er woorden zijn die de (soort)naam voor mensen en dieren aanduiden en maken kennis met de term zelfstandig naamwoord.

Lesdoelen De kinderen leren dat er woorden zijn die de (soort)naam voor mensen en dieren aanduiden en maken kennis met de term zelfstandig naamwoord. groep 4 vakantie instaples 1 taal Lesdoelen De kinderen leren dat er woorden zijn die de (soort)naam voor mensen en dieren aanduiden en maken kennis met de term zelfstandig naamwoord. Materiaal Oefenblad

Nadere informatie

Leerlijn Sociaal-emotionele ontwikkeling

Leerlijn Sociaal-emotionele ontwikkeling Leerlijn 1.1. Emotioneel 1.2. Sociaal Stamlijn Niveau A Merkt zintuiglijke stimulatie op (aanraking, vibratie, smaken, muziek, licht) Uit lust- en onlustgevoelens Kijkt gericht enkele seconden naar een

Nadere informatie

Taalontwikkeling: woordenschat en woordgebruik passieve woordenschat

Taalontwikkeling: woordenschat en woordgebruik passieve woordenschat Thema Bobbi in de zomer Taalontwikkeling: woordenschat en woordgebruik passieve woordenschat Wijst de juiste persoon aan als een bepaalde naam wordt genoemd (papa, mama). Wijst bij het benoemen van twintig

Nadere informatie

Bijlage 1. Dagritmekaarten. Eten en drinken aan tafel. Zelfstandig lezen tot iedereen klaar is met eten.

Bijlage 1. Dagritmekaarten. Eten en drinken aan tafel. Zelfstandig lezen tot iedereen klaar is met eten. Bijlage 1 Dagritmekaarten Binnenkomst: jas ophangen Spelen of een activiteit Kring Eten en drinken aan tafel Zelfstandig lezen tot iedereen klaar is met eten. Spelen in de grote hal. Buiten spelen Naar

Nadere informatie

Leerlijn Spelontwikkeling. Leerlijnen voor leerlingen met een IQ tot 35

Leerlijn Spelontwikkeling. Leerlijnen voor leerlingen met een IQ tot 35 Leerlijn Spelontwikkeling Stamlijn Spelontwikkeling Niveau A Merkt zintuiglijke stimulatie op (aanraking, vibratie, smaken, muziek, licht) Uit lust- en onlustgevoelens Kijkt gericht enkele seconden naar

Nadere informatie

toont enthousiasme (lacht, kirt, trappelt met de beentjes)

toont enthousiasme (lacht, kirt, trappelt met de beentjes) 1 Omgaan met en uiten van eigen gevoelens en ervaringen toont enthousiasme (lacht, kirt, trappelt met de beentjes) laat non-verbaal zien dat hij/zij iets niet wil (bijv. slaat fles weg, draait hoofd als

Nadere informatie

Tussendoelen Taal: Spraak- Taalontwikkeling

Tussendoelen Taal: Spraak- Taalontwikkeling Tussendoelen Taal: Spraak- Taalontwikkeling 0 1;6 2 2;6 3 3,6 4 4;6 1. Praat in één-woordzinnen ( bal? betekent bijvoorbeeld: ik wil de bal hebben). 2. Kent de betekenis van ongeveer 70 3. Kan woorden

Nadere informatie

20 Ideeën met speelkaarten

20 Ideeën met speelkaarten Kinderboekenweek 2016 Voor altijd jong! Opa en oma spelen graag een kaartspelletje. Met hun speelkaarten kun je nog veel meer doen! Zorg voor één of twee stokken kaarten en ga aan de slag. Deze download

Nadere informatie

Leerlijnen peuters en jonge kind (ZONDER extra doelen) - versie mei Naam leerling. Rekenen Tellen en getalbegrip

Leerlijnen peuters en jonge kind (ZONDER extra doelen) - versie mei Naam leerling. Rekenen Tellen en getalbegrip Leerlijnen peuters en jonge kind (ZONDER extra doelen) - versie mei 2016 Rekenen Tellen en getalbegrip Tellen en getalbegrip-stap 1 Zegt samen met de PM-er en andere kinderen de telrij tot en met 3 op,

Nadere informatie

ZEG HET MAAR HET PRATEN VAN UW KIND

ZEG HET MAAR HET PRATEN VAN UW KIND ZEG HET MAAR HET PRATEN VAN UW KIND 0 tot 4 jaar ZEG HET MAAR Het leren praten van uw kind gaat vaak bijna vanzelf. Soms gaat het leren praten niet zo vlot. Eén op de vijf kinderen op de basisschool start

Nadere informatie

Observatielijst Mini Mars rekenen Naam:

Observatielijst Mini Mars rekenen Naam: Observatielijst Mini Mars rekenen Naam: behaald twijfel niet behaald Leerstof lijn Leerdoel Vaardigheden Het kind 13 wkn 26 wkn 39 wkn Tellen en getalbegrip Opzeggen telrij (akoestisch tellen) kan de telrij

Nadere informatie

Uitleg bij de spellingskaartjes.

Uitleg bij de spellingskaartjes. Uitleg bij de spellingskaartjes. 1. De BLAUWE kaartjes zijn bedoeld om alleen te oefen met de spellingskaartjes 2. Met de Paarse kaartjes mag je met zijn tweeën oefenen met de spellingskaartjes 3. De Groene

Nadere informatie

Tussendoelen rekenen-wiskunde voor eind groep 3

Tussendoelen rekenen-wiskunde voor eind groep 3 Domein GETALLEN, subdomein Getalbegrip beheerst de doelen van groep 2, ook op het niveau van groep 3 en HELE GETALLEN kan de telrij opzeggen tot ten minste 100 en kan vanuit elk getal verder tellen en

Nadere informatie

Wielewoelewool, ik ga naar school! Toelichting

Wielewoelewool, ik ga naar school! Toelichting Zwijsen Wielewoelewool, ik ga naar school! Toelichting Inhoud Inleiding 3 Materialen 3 Voor het eerst naar school 4 Doelstelling 4 Opbouw prentenboek en plakboek 4 Werkwijze 5 Ouders 5 2 Inleiding Voor

Nadere informatie

Leeswijzer individueel rapport KIJK! 0-4 jaar voor ouders

Leeswijzer individueel rapport KIJK! 0-4 jaar voor ouders Het individuele rapport geeft u een beeld van de totale ontwikkeling van uw kind. De vaste pedagogisch medewerkers van uw kind hebben een half jaar observaties bijgehouden. Deze observaties zijn verwerkt

Nadere informatie

Sabine Wisman. Uitgeverij Ploegsma Amsterdam

Sabine Wisman. Uitgeverij Ploegsma Amsterdam Sabine Wisman Uitgeverij Ploegsma Amsterdam 8, 10, 13 8, 9, 10, 11, 12, 13 10 11 21 18, 19, 20, 21, 22, 23, 24, 25 25 18, 19, 21, 23 30, 31, 32, 36, 39, 41 30, 32, 33, 34, 35, 36, 37, 38, 40, 41 30, 31,

Nadere informatie

De Puk-poster. Goed voorbeeldgedrag. Een baby ontwikkelt zich razendsnel. Vaak lijkt. dit vanzelf te gaan. Toch is het belangrijk om ook

De Puk-poster. Goed voorbeeldgedrag. Een baby ontwikkelt zich razendsnel. Vaak lijkt. dit vanzelf te gaan. Toch is het belangrijk om ook Ontwikkeling van baby s stimuleren met de Puk-poster Auteur: Natasja van Lier Een baby ontwikkelt zich razendsnel. Vaak lijkt dit vanzelf te gaan. Toch is het belangrijk om ook de ontwikkeling van baby

Nadere informatie

nijntje spelregels nijntje waar zit je? verstoppertje spelen

nijntje spelregels nijntje waar zit je? verstoppertje spelen nijntje verstoppertje spelen nijntje waar zit je? spelregels 1 nijntje waar zit je? nijntje Verstoppertje spelen voor: vanaf: speelduur: 2+ spelers 6 maanden ca. 10 min. Exclusief 2x 1,5V AAA batterij

Nadere informatie

Omgaan met zichzelf, 2-4;6 jaar

Omgaan met zichzelf, 2-4;6 jaar Omgaan met zichzelf, 2-4;6 jaar Eigen wil wordt sterker. Ontdekt dat het invloed op de omgeving kan uitoefenen. Zegt bij alles nee. Wil alles zelf doen. Is blij als het iets kan. Wordt driftig als iets

Nadere informatie

(Eerlijk) verdelen, breuken (taal), meetkunde, meten

(Eerlijk) verdelen, breuken (taal), meetkunde, meten Titel Strokenstrijd roep / niveau roep 5/6 Leerstofaspecten (Eerlijk) verdelen, breuken (taal), meetkunde, meten Benodigdheden Stroken; A3 in de lengte in vieren (smalle strook), bij voorkeur in verschillende

Nadere informatie

Direct aan de slag met Baby- en kindergebaren

Direct aan de slag met Baby- en kindergebaren Direct aan de slag met Baby- en kindergebaren Inhoudsopgave Welkom Blz. 3 Wat zijn baby- en kindergebaren? Blz. 4 Voordat je begint Blz. 5 De eerste gebaren Blz. 6 & 7 Gebaren- tips Blz. 8 Veel gestelde

Nadere informatie

Leerlijnen peuters en jonge kind (MET extra doelen) versie juli 2015. Naam leerling. Taal Beginnende geletterdheid

Leerlijnen peuters en jonge kind (MET extra doelen) versie juli 2015. Naam leerling. Taal Beginnende geletterdheid Leerlijnen peuters en jonge kind (MET extra doelen) versie juli 2015 Taal eginnende geletterdheid eginnende geletterdheid-stap 1 OEKORIËNTATIE: Herkent een boek en weet dat er een verhaal in staat -20--20

Nadere informatie

VOORBEELD UIT HET PEDAGOGISCH BELEIDSPLAN. VEILIGHEID EN GEBORGENHEID BIEDEN - BABY S

VOORBEELD UIT HET PEDAGOGISCH BELEIDSPLAN. VEILIGHEID EN GEBORGENHEID BIEDEN - BABY S VOORBEELD UIT HET PEDAGOGISCH BELEIDSPLAN. VEILIGHEID EN GEBORGENHEID BIEDEN - BABY S ALGEMEEN: EMOTIONELE EN FYSIEKE VEILIGHEID BABY S Het pedagogisch beleidsplan geeft de grenzen (pedagogisch medewerker/kindratio

Nadere informatie

ALGEMENE TIPS TELLEN = 4. * Meespelen met uw kind en zoveel mogelijk benoemen wat hij/zij doet.

ALGEMENE TIPS TELLEN = 4. * Meespelen met uw kind en zoveel mogelijk benoemen wat hij/zij doet. ALGEMENE TIPS * Meespelen met uw kind en zoveel mogelijk benoemen wat hij/zij doet. * Aanzet geven tijdens het meespelen: we gaan een brug bouwen: hoeveel blokken nemen we hiervoor, we gaan eens tellen

Nadere informatie

wwww.wijzeroverdebasisschool.nl

wwww.wijzeroverdebasisschool.nl 31 spelletjes voor in de auto 1. Bingo met nummerborden Voor dit spelletje heb je een speciale bingokaart nodig. Op de bingokaart staan de getallen t/m 100. voor de getallen t/m 9 staat een 0. Nu kan het

Nadere informatie

MEMORY WOORDEN 1.1. TaalCompleet A1 Memory Woorden 1 1

MEMORY WOORDEN 1.1. TaalCompleet A1 Memory Woorden 1 1 MEMORY WOORDEN 1.1 TaalCompleet A1 Memory Woorden 1 1 ik jij hij zij wij jullie zij de baby het kind ja nee de naam TaalCompleet A1 Memory Woorden 1 2 MEMORY WOORDEN 1.2 TaalCompleet A1 Memory Woorden

Nadere informatie

Rekenactiviteiten voor de onderbouw

Rekenactiviteiten voor de onderbouw Rekenactiviteiten voor de onderbouw IJsselgroep Basisschool de Kolkstede 1. bingo 2. duo en trio 3. de hoogste kaart 4. wie het meeste gooit 5. het bakjesspel 6. de buschauffeur 1. Bingo Doel: koppeling

Nadere informatie

WELKOM IN GROEP 4 SCHOOLJAAR Informatieboekje voor ouders OBS DE HAARSCHOOL

WELKOM IN GROEP 4 SCHOOLJAAR Informatieboekje voor ouders OBS DE HAARSCHOOL WELKOM IN GROEP 4 Informatieboekje voor ouders SCHOOLJAAR 2018-2019 OBS DE HAARSCHOOL De Haarschool: Waar samen leren en creëren een beleving is! 1 VOORWOORD Beste ouders van groep 4, In dit informatieboekje

Nadere informatie

Instructie taakspecifieke vragenlijst + observatie

Instructie taakspecifieke vragenlijst + observatie Instructie taakspecifieke vragenlijst + observatie In tegenstelling tot de eerste vragenlijst is het doel van de taakspecifieke vragenlijst niet om over verschillende leersituaties heen het zelfregulerend

Nadere informatie

Gastlessen voor studenten 1 e leerjaar PW 3 en 4 Pedagogisch kader kindercentra 0-4 jaar - Docentenhandleiding. Doelgroepen in de kinderopvang

Gastlessen voor studenten 1 e leerjaar PW 3 en 4 Pedagogisch kader kindercentra 0-4 jaar - Docentenhandleiding. Doelgroepen in de kinderopvang Gastlessen voor studenten 1 e leerjaar PW 3 en 4 Pedagogisch kader kindercentra 0-4 jaar - Docentenhandleiding Doelgroepen in de kinderopvang Gastles Doelgroepen in de KO- Docentenhandleiding Deze lesmodule

Nadere informatie

Tussendoelen rekenen-wiskunde voor eind groep 2

Tussendoelen rekenen-wiskunde voor eind groep 2 Domein GETALLEN, subdomein Getalbegrip HELE GETALLEN kan de telrij opzeggen tot ten minste 20. kan vanuit elk getal tot 20 verder tellen en vanuit elk getal onder 10 terugtellen. herkent en gebruikt rangtelwoorden

Nadere informatie

Adewiedewanseltje. Muzido ANNIE LANGELAAR FONDS

Adewiedewanseltje. Muzido ANNIE LANGELAAR FONDS Adewiedewanseltje Muzido ANNIE LANGELAAR FONDS Adewiedewanseltje: het lied... 3 De muziekopname... 3 Activiteiten per leeftijd: Baby s... 4 Door de ruimte... 4 Dreumesen... 4 Paardje rijden op de knie...

Nadere informatie

De hele noot Deze noot duurt 4 tellen

De hele noot Deze noot duurt 4 tellen HERHALING KLAS 1. In de eerste klas heb je geleerd hoe je een melodie of een ritme moet spelen. Een ritme is een stukje muziek dat je kunt klappen of op een trommel kunt spelen. Een ritme bestaat uit lange

Nadere informatie

Wat schrijf je en voor wie: een gedicht voor op een. Hoe pak je het schrijven van een gedicht aan?

Wat schrijf je en voor wie: een gedicht voor op een. Hoe pak je het schrijven van een gedicht aan? Les 1: Een poëziekaart maken poëziekaart Lees over Verbonden zijn. Wat schrijf je en voor wie: een gedicht voor op een Verbonden zijn De Nieuwsbegrip leesles gaat over de ramadan. Tijdens de ramadan voelen

Nadere informatie

Auditief geheugen Begrippen Cijfers Dans en beweging

Auditief geheugen Begrippen Cijfers Dans en beweging Auditief geheugen Lessen met als doel het oefenen van het auditief geheugen zijn bedoeld om leerlingen te helpen, informatie die ze horen goed op te slaan. Het geven van enkelvoudige (pak de bal) en meervoudige

Nadere informatie

Wat voor tekst schrijf je en voor wie: een gedicht voor op een poëziekaart. Hoe pak je het schrijven van een gedicht aan?

Wat voor tekst schrijf je en voor wie: een gedicht voor op een poëziekaart. Hoe pak je het schrijven van een gedicht aan? Les 1: Een poëziekaart maken Wat voor tekst schrijf je en voor wie: een gedicht voor op een poëziekaart Lees over Verbonden zijn. Verbonden zijn De Nieuwsbegrip leesles gaat over de ramadan. Tijdens de

Nadere informatie

Aanpassingen Leer- en ontwikkelingslijnen jonge kind (4-7 jaar)

Aanpassingen Leer- en ontwikkelingslijnen jonge kind (4-7 jaar) Aanpassingen Leer- en ontwikkelingslijnen jonge kind (4-7 jaar) Juni 2018 Rekenen In onderstaande tabellen is te zien welke wijzigingen er zijn in het leergebied Rekenen. Ongewijzigde doelen staan niet

Nadere informatie

Tussendoelen sociaal - emotionele ontwikkeling: Omgaan met zichzelf

Tussendoelen sociaal - emotionele ontwikkeling: Omgaan met zichzelf Tussendoelen sociaal - emotionele ontwikkeling: Omgaan met zichzelf 1. Wijst dingen aan die het wil, herkent zichzelf in de spiegel, is zich bewust waar het wel en niet van houdt. (Het kind wordt bewust

Nadere informatie

In het thema Sil plukt appels kunt u in dagelijkse situaties ook aandacht besteden aan bijvoorbeeld de volgende doelen:

In het thema Sil plukt appels kunt u in dagelijkse situaties ook aandacht besteden aan bijvoorbeeld de volgende doelen: Kansen grijpen en kansen creëren In Sil plukt appels wordt gewerkt aan doelen rondom taal, rekenen, motoriek en de sociaalemotionele ontwikkeling. Om zo goed mogelijk te werken aan de ontwikkelingskansen

Nadere informatie

REKENEN Hoe rekenen jouw hersenen? Proeven en spelletjes om te trainen

REKENEN Hoe rekenen jouw hersenen? Proeven en spelletjes om te trainen Voor de leerkracht, les 2 REKENEN Moeilijkheidsgraad Korte inhoud van de les Simpele proeven om vast te stellen hoe je eigen brein informatie verwerkt. Bron: Dr. Mike Goldsmith: Train your Brain to be

Nadere informatie

ZEG HET MAAR HET PRATEN VAN UW KIND. Leeftijd 0 tot 4 jaar

ZEG HET MAAR HET PRATEN VAN UW KIND. Leeftijd 0 tot 4 jaar ZEG HET MAAR HET PRATEN VAN UW KIND Leeftijd 0 tot 4 jaar Het leren praten van uw kind gaat vaak bijna vanzelf. Toch is er heel wat voor nodig voordat uw kind goed praat. Soms gaat het niet zo vlot met

Nadere informatie

TAAL IS LEUK. Adviezen om de taalontwikkeling te stimuleren

TAAL IS LEUK. Adviezen om de taalontwikkeling te stimuleren TAAL IS LEUK Adviezen om de taalontwikkeling te stimuleren 1 Inhoudsopgave Pagina Besteed extra aandacht aan de taal van uw kind 4 Adviezen die u kunt toepassen tijdens een gesprekje met uw kind 5 Maak

Nadere informatie

rekentrainer jaargroep 6 Vul de maatbekers. Kleur. Zwijsen naam:

rekentrainer jaargroep 6 Vul de maatbekers. Kleur. Zwijsen naam: Zwijsen jaargroep naam: reken-wiskundemethode voor het basisonderwijs recept voor glazen bananenmilkshake bananen, l ijs, l melk,1 l limonadesiroop 1 cl ijs 1 liter Schil de bananen. Snijd ze in grote

Nadere informatie

Wat is een normale ontwikkeling?

Wat is een normale ontwikkeling? Wat is een normale ontwikkeling? Van een normale ontwikkeling is sprake als een kind alle fasen doorloopt naar de volwassenheid op het gebied van fijne en grove motoriek, groei, sociale emotionele vaardigheden

Nadere informatie

Kern 3: doos-poes-koek-ijs

Kern 3: doos-poes-koek-ijs Kern 3: doos-poes-koek-ijs In deze kern leert uw kind: Letters: d - oe - k - ij z Woorden: doos, poes, koek, ijs, zeep Herhaling van de letters van kern 1 en 2 Deze nieuwe woorden en letters worden aangeboden

Nadere informatie

REKENEN. Kerndoel 1: De leerlingen herkennen hoeveelheden en kunnen deze vergelijken. 1.1. Ordeningsbegrippen kennen 1.2. Ordenen van hoeveelheden

REKENEN. Kerndoel 1: De leerlingen herkennen hoeveelheden en kunnen deze vergelijken. 1.1. Ordeningsbegrippen kennen 1.2. Ordenen van hoeveelheden REKENEN Kerndoel 1: De leerlingen herkennen hoeveelheden en kunnen deze vergelijken. 1.1. Ordeningsbegrippen kennen 1.2. Ordenen van hoeveelheden Kerndoel 2: De leerlingen kunnen in alledaagse situaties

Nadere informatie

Leerlijn en tussendoelen rekenen groep 1 en 2 basisonderwijs* 1

Leerlijn en tussendoelen rekenen groep 1 en 2 basisonderwijs* 1 Leerlijn en tussendoelen rekenen groep 1 en 2 basisonderwijs* 1 1. Tellen en getalbegrip 1.1 Kennis van de telrij Telrij opzeggen t/m 5-10 Telrij opzeggen t/m 10 Telrij opzeggen t/m 20 Vanuit verschillende

Nadere informatie

Spelenderwijs rijmen. Linda Willemsen. www.klasvanjuflinda.nl. www.klasvanjuflinda.nl

Spelenderwijs rijmen. Linda Willemsen. www.klasvanjuflinda.nl. www.klasvanjuflinda.nl Spelenderwijs rijmen Linda Willemsen www.klasvanjuflinda.nl www.klasvanjuflinda.nl Spelenderwijs rijmen Spelenderwijs rijmen Tekst & vormgeving: Linda Willemsen 2014 www.klasvanjuflinda.nl Linda Willemsen

Nadere informatie

Lespakket. Ssst de tijger slaapt. Door: Maike Douglas jufmaike.nl. De lessen met een * ervoor zijn alleen geschikt voor kleuters. ã jufmaike.

Lespakket. Ssst de tijger slaapt. Door: Maike Douglas jufmaike.nl. De lessen met een * ervoor zijn alleen geschikt voor kleuters. ã jufmaike. pakket Ssst de tijger slaapt De lessen met een * ervoor zijn alleen geschikt voor kleuters. Door: Maike Douglas jufmaike.nl 1. Dieren uit het boek Sorteren van de dieren die in het boek voorkomen Woordenschat

Nadere informatie

(hoeveelheden 6 en 10 of 4 en 6 centraal)

(hoeveelheden 6 en 10 of 4 en 6 centraal) Titel van de les Leeftijdsgroep Kerndoel Leerstofonderdeel Doel van de les Benodigdheden Korte samenvatting Organisatie Activiteiten Eieren zoeken (hoeveelheden 6 en 10 of 4 en 6 centraal) Ongeveer 5 tot

Nadere informatie

6.a.1. GESTANDAARDISEERDE MMSE

6.a.1. GESTANDAARDISEERDE MMSE 6.a.1. GESTANDAARDISEERDE MMSE Naam patiënt : Datum invullen : Naam invuller : Ik ga u nu enkele vragen stellen en geef u enkele problemen om op te lossen. Wilt u alstublieft uw best doen om zo goed mogelijke

Nadere informatie

Spreekopdrachten thema 3 Kinderen

Spreekopdrachten thema 3 Kinderen Spreekopdrachten thema 3 Kinderen Opdracht 1 bij 3.2 Jullie zijn bij het consultatiebureau. Cursist A: je bent arts bij het consultatiebureau. Cursist B: je bent met je baby van twee maanden bij het consultatiebureau.

Nadere informatie

Terwijl uw kind niet kijkt, pakt u één van deze dingen op en maakt u er geluid mee. Uw kind zegt wat het hoort.

Terwijl uw kind niet kijkt, pakt u één van deze dingen op en maakt u er geluid mee. Uw kind zegt wat het hoort. Luisterspelletjes Welk geluid hoor je? Uw kind doet de ogen dicht of krijgt een blinddoek voor. U laat allerlei geluiden horen die het moet raden. Bijvoorbeeld: in de handen klappen, op de deur kloppen,

Nadere informatie

WOORDEN VERANDEREN. grap. glas. kras. grijs NIEUWE WOORDEN MAKEN. sterk - kers. ster. Kies een woord uit het woordpakket. gras -

WOORDEN VERANDEREN. grap. glas. kras. grijs NIEUWE WOORDEN MAKEN. sterk - kers. ster. Kies een woord uit het woordpakket. gras - WOORDEN VERANDEREN Kies een woord uit het woordpakket. gras - grap Schrijf dit woord in je schrift. glas kras Maak een nieuw woord door één letter grijs te veranderen. Zoek zoveel mogelijk nieuwe woorden.

Nadere informatie

Uitgeverij Schoolsupport

Uitgeverij Schoolsupport [1] Regelmaat, 2006, Niveau *, Volgorde Hermelien tekent poppetjes. Steeds dezelfde drie achter elkaar. Welk poppetje komt er op de plaats van het vraagteken? TIP: Kijk goed naar de armen. Welke poppetjes

Nadere informatie

nijntje verstoppertje spelen nijntje waar zit je? spelregels

nijntje verstoppertje spelen nijntje waar zit je? spelregels nijntje verstoppertje spelen nijntje waar zit je? spelregels 1 nijntje verstoppertje spelen voor: vanaf: speelduur: 2+ spelers 6 maanden ca. 10 min. Exclusief 2x 1,5V AAA alkaline batterijen hier ben ik!

Nadere informatie

K 1 Symmetrische figuren

K 1 Symmetrische figuren K Symmetrische figuren * Spiegel Plaats de spiegel zó, dat je twee gelijke figuren ziet. Plaats de spiegel nu zó op het plaatje, dat je dezelfde figuur precies éénmaal ziet. Lukt dat bij alle plaatjes?

Nadere informatie

Rekenfolder o.b.s. Henri Dunant groep 3

Rekenfolder o.b.s. Henri Dunant groep 3 Extra informatie blok 1 In groep 1 en 2 hebben de leerlingen al veel ervaring opgedaan met rekenactiviteiten, zoals het ordenen, vergelijken, sorteren, tellen en groeperen. Ook hebben ze kennisgemaakt

Nadere informatie

TOELICHTING REKENEN MET BREUKEN

TOELICHTING REKENEN MET BREUKEN TOELICHTING REKENEN MET BREUKEN 1 2 3 11628_rv_wb_breuken_bw.indd 2 13-11-12 23:2611628_rv_wb_breuken_bw.indd 3 13-11-12 23:27 4 5 6 Rekenvlinder Rekenen met breuken Toelichting Uitgeverij Zwijsen B.V.,

Nadere informatie

Ideeën om spelenderwijs thuis de rekenvaardigheid te stimuleren

Ideeën om spelenderwijs thuis de rekenvaardigheid te stimuleren Ideeën om spelenderwijs thuis de rekenvaardigheid te stimuleren voor groep 3-4-5 Opgesteld door Marjolein Berkhout rekencoördinator obs Letterland November 2009 Tel en getalrij spelletjes Van klein naar

Nadere informatie

rekentrainer jaargroep 6 Vul de maatbekers. Kleur. Zwijsen naam:

rekentrainer jaargroep 6 Vul de maatbekers. Kleur. Zwijsen naam: Zwijsen jaargroep 6 naam: reken-wiskundemethode voor het basisonderwijs recept voor 6 glazen bananenmilkshake 2 bananen 0,25 l ijs 0,40 l melk 0,10 l limonadesiroop 100 cl 0 ijs 1 liter 0 Schil de bananen.

Nadere informatie

Routeboekje. bij Alles telt. Groep 3 Blok 1. Van...

Routeboekje. bij Alles telt. Groep 3 Blok 1. Van... Routeboekje bij Alles telt Groep 3 Blok 1 Van... Groep 3 Blok 1 Les 1 Leerkrachtgebonden LB 3A 2 1 Weer naar school. meedoen JJ LB 3A 2 2 Kijk en vertel. meedoen JJ GM 3 3.1 GM 3 3.2 LB 3A 3 3 Hoeveel

Nadere informatie

Tips voor Taal Hoe stimuleer je de taalontwikkeling van je kind?

Tips voor Taal Hoe stimuleer je de taalontwikkeling van je kind? Tips voor Taal Hoe stimuleer je de taalontwikkeling van je kind? Tips voor Taal Hoe stimuleer je de taalontwikkeling van je kind? Ga op ooghoogte met je kind zitten Door op ooghoogte te gaan zitten tijdens

Nadere informatie

Meer doen met de rijtjesboeken

Meer doen met de rijtjesboeken Lijn 3 Meer doen met de rijtjesboeken Meer doen met de rijtjesboeken De rijtjesboeken bij Lijn 3 zijn een belangrijk hulpmiddel bij het automatiseren en vlot lezen van woorden (zie bladzijde 28 en 29 van

Nadere informatie

Het stappenplan om snel en goed iets nieuws in te studeren

Het stappenplan om snel en goed iets nieuws in te studeren Studieschema voor goed en zelfverzekerd spelen Page 1 of 5 Het stappenplan om snel en goed iets nieuws in te studeren Taak Een nieuw stuk leren zonder instrument Noten instuderen Opname beluisteren Notenbeeld

Nadere informatie

Doelen groep 1 augustus tot januari

Doelen groep 1 augustus tot januari SPRINGEN: Landt op zijn voeten en kan meteen weer verder gaan. GOOIEN EN VANGEN: Vangt een grote, zachte bal. BALANCEREN: Loopt over de bank waarbij hij over een hindernis van 10 cm hoog kan stappen. Plaatst

Nadere informatie

Tijdens de video- hometraining worden verschillende begrippen gebruikt. In de bijlage geven we een korte omschrijving van deze begrippen.

Tijdens de video- hometraining worden verschillende begrippen gebruikt. In de bijlage geven we een korte omschrijving van deze begrippen. Bijlage 11 Voorbeeld informatie VHT: Bouwstenen voor geslaagd contact Informatie Video - hometraining Belangrijke begrippen initiatieven herkennen volgen ontvangstbevestiging beurt verdelen leidinggeven

Nadere informatie

Het Bas overdrachtsformulier

Het Bas overdrachtsformulier Het Bas overdrachtsformulier peuters volgen in hun ontwikkeling Naam peuterspeelzaal: Ingevuld door: Eerste afname d.d.: Tweede afname d.d.: algemene gegevens van het kind Naam kind: Geboortedatum: Geslacht:

Nadere informatie

Huiswerk Spreekbeurten Werkstukken

Huiswerk Spreekbeurten Werkstukken Huiswerk Spreekbeurten Werkstukken - 2 - Weer huiswerk? Nee, deze keer geen huiswerk, maar een boekje óver huiswerk! Wij (de meesters en juffrouws) horen jullie wel eens mopperen als je huiswerk opkrijgt.

Nadere informatie

Aandachtspunten. Aandachtspuntenlijst 3, bij blok 7, 8 en 9. Specifieke aandachtspunten/observaties. Leerinhoud/ Observatie

Aandachtspunten. Aandachtspuntenlijst 3, bij blok 7, 8 en 9. Specifieke aandachtspunten/observaties. Leerinhoud/ Observatie Aandachtspunten 291 Aandachtspuntenlijst 3, bij blok 7, 8 en 9 1 Doortellen en terugtellen onder 100. Het kind vergeet steeds getallen. Het kind hapert bij bepaalde getallen. Het kind heeft moeite met

Nadere informatie

TAFELTASJE. Tafeltasje is een rugzak met daarin allemaal leuke spelletjes om de maal- en deeltafels in te oefenen. juf Tessa

TAFELTASJE. Tafeltasje is een rugzak met daarin allemaal leuke spelletjes om de maal- en deeltafels in te oefenen. juf Tessa TAFELTASJE Tafeltasje is een rugzak met daarin allemaal leuke spelletjes om de maal- en deeltafels in te oefenen. juf Tessa 0 INHOUD MAALTAFELBOEKJE... 2 SNELLE JELLE... 12 VIER OP EEN RIJ... 14 KRUISWOORDPUZZEL...

Nadere informatie

1. Hele getallen/ Tellen en getalbegrip. Peuters BP MP EP. Streefdoelen/ leerlijn Rekenontwikkeling (peuters)

1. Hele getallen/ Tellen en getalbegrip. Peuters BP MP EP. Streefdoelen/ leerlijn Rekenontwikkeling (peuters) 1. Hele getallen/ Tellen en getalbegrip Omgaan met de telrij - Zeggen de telrij vanaf 1 op als liedje of versje* - Beginnen hardop te tellen (=akoestisch tellen) - Oriënteren zich op de telrij t/m 5 -

Nadere informatie

16. Luister naar wat ik vertel

16. Luister naar wat ik vertel 16. Luister naar wat ik vertel Tijdens deze activiteit: luisteren de kinderen naar beschrijvingen van kenmerken van verschillende voorwerpen uit de natuur. Hierdoor komen ze te weten over welk voorwerp

Nadere informatie

Het Bas overdrachtsformulier

Het Bas overdrachtsformulier Het Bas overdrachtsformulier peuters volgen in hun ontwikkeling Naam peuterspeelzaal: Ingevuld door: Eerste afname d.d.: Tweede afname d.d.: algemene gegevens van het kind Naam kind: N E Geboortedatum:

Nadere informatie

flitsletters spellenbundel Voor speelse oefenmomenten, thuis en in de klas.

flitsletters spellenbundel Voor speelse oefenmomenten, thuis en in de klas. flitsletters spellenbundel Voor speelse oefenmomenten, thuis en in de klas. Beste ouders, Van de leerkracht van uw kind heeft u een setje flitsletters ontvangen. Flitsen is het kort (enkele seconden) laten

Nadere informatie

40 Suggesties met...

40 Suggesties met... 40 Suggesties met... kleine rode zakken Heb jij ze al gezien? De kleine rode zakken van het Sinterklaasjournaal 2014. Je kunt er allerlei leuke en leerzame activiteiten mee doen. Hier vind je 40 suggesties

Nadere informatie

Voorbereiding op je bezoek bij het muzieum

Voorbereiding op je bezoek bij het muzieum Voorbereiding op je bezoek bij het muzieum Inhoud handleiding: - Wat ga je doen bij het muzieum - Huisregels - Media opdrachten - Doe opdrachten Wat ga je doen bij het muzieum? De donkerbeleving (hoofdonderdeel)

Nadere informatie

Welkom bij: Grip op gedrag:

Welkom bij: Grip op gedrag: Welkom bij: Grip op gedrag: Wat veroorzaakt Probleemgedrag Wat houdt Probleemgedrag in stand Wat biedt Grip op Gedrag Blikken worden uitgewisseld. Er wordt gezucht. Tsja, eigenlijk weer hetzelfde verhaal.

Nadere informatie

rekentrainer jaargroep 5 Timo loopt steeds verder weg. Teken Timo bij de kruisjes op de weg en maak de tekening af. Zwijsen naam:

rekentrainer jaargroep 5 Timo loopt steeds verder weg. Teken Timo bij de kruisjes op de weg en maak de tekening af. Zwijsen naam: Zwijsen jaargroep naam: reken-wiskundemethode voor het basisonderwijs rekentrainer Timo loopt steeds verder weg. Teken Timo bij de kruisjes op de weg en maak de tekening af. Vul in. Groep blad 1 0 + 10

Nadere informatie

Verklarende woordenlijst bij de strategieën uit Praten doe je met z n tweeën voor ouders

Verklarende woordenlijst bij de strategieën uit Praten doe je met z n tweeën voor ouders Pagina 1 van 10 Verklarende woordenlijst bij de strategieën uit Praten doe je met z n tweeën voor Strategieën ter bevordering van interactie communicatiestijl van het kind Rol van de ouder 1: Laat je kind

Nadere informatie

Overdracht van kindinformatie

Overdracht van kindinformatie Overdracht van kindinformatie Invullen door ouder(s); eventueel aanvullen door pedagogisch medewerker Achternaam:... Voornaam:... Geslacht: jongen / meisje (omcirkelen wat van toepassing is) Geboortedatum:...

Nadere informatie

Prettige en niet prettige aanrakingen

Prettige en niet prettige aanrakingen Kriebels in je buik Prettige en niet prettige aanrakingen 1 Prettige en niet prettige aanrakingen Groep 3 50 min Begrippen Prettig, onprettig, dwingen, overhalen, grenzen aangeven, hulp bij problemen,

Nadere informatie

Klap, stamp en sla. Opmerking. Tijd: 1-5 min. Deelnemers: minimaal 2 Materiaal: niets Opstelling: kinderen vormen tweetallen. Verloop van het spel:

Klap, stamp en sla. Opmerking. Tijd: 1-5 min. Deelnemers: minimaal 2 Materiaal: niets Opstelling: kinderen vormen tweetallen. Verloop van het spel: Klap, stamp en sla Deelnemers: minimaal 2 Opstelling: kinderen vormen tweetallen : De tweetallen tellen om de beurt tot 3. Eerst zegt de één 1, daarna de ander 2 en tot slot nummer één weer 3. Hierna begin

Nadere informatie

Pedagogische aanpak op de St. Plechelmusschool

Pedagogische aanpak op de St. Plechelmusschool Pedagogische aanpak op de St. Plechelmusschool Ons uitgangspunt is het welbevinden en positief gedrag van leerlingen te bevorderen. Wij gaan uit van: Goed gedrag kun je leren Om dit te bereiken werken

Nadere informatie