Toelatingsexamens en Ondersteunend Onderwijs
|
|
- Pieter-Jan Willems
- 7 jaren geleden
- Aantal bezoeken:
Transcriptie
1 Toelatingsexamens en Ondersteunend Onderwijs VOORBLAD VOORBEELDEXAMEN REKENKUNDE Tijdsduur: 2 uur en 30 minuten - Het examen bestaat uit twee onderdelen: hoofdrekenen en inzichtelijk rekenen. Bij het eerste gedeelte van het onderdeel hoofdrekenen (vraag 1 t/m 15) mag geen kladpapier gebruikt worden; dit moet volledig uit het hoofd. Bij het tweede gedeelte (vraag 16 t/m 24) mag wel klad gebruikt worden. Bij het onderdeel inzichtelijk rekenen mag ook klad gebruikt worden. Dit is ook in het examen duidelijk aangegeven. - Er zijn geen hulpmiddelen toegestaan bij het examen. - Het examen bestaat uit: 35 meerkeuzevragen. - Aantal pagina s: 5. - Bijlage: Geen. Succes met het examen.
2 Hoofdrekenen Bereken opgaves 1 t/m 13 uit het hoofd (geen kladpapier) en schrijf het antwoord op. 1) 1500 g suiker en 500 g meel kosten samen 12, g suiker en 500 g meel kosten samen 7,50. Hoeveel kost 100 g suiker? a. 5, b. 10, c. 12,50 d. Het juiste antwoord staat er niet bij 2) 3/4 + 2/5 = a. 5/20 b. 4 c. 0,3 d. 1,15 3) Gegeven dat 1 decameter (dam) gelijk is aan 10 m en 1 hectometer (hm) aan 100 m. Welke van de volgende afstanden is de grootste? a. 7 hm b. 8 dam c dm d. Het juiste antwoord staat er niet bij 4) Welk geheel getal ligt het dichtst bij 101,3? a. 45 b c. 101 d. Het juiste antwoord staat er niet bij 5) 35,35 7 = a. 0,2 b. 5,05 c. 5,51 d. 5 6) 1,9 uur is minuten. Wat hoort er op de puntjes te staan? a. 114 b. 190 c. 110 d. Het juiste antwoord staat er niet bij 7) = a b c d. Het juiste antwoord staat er niet bij 8) Op de kaft van een oud boek zie je MLCIXV staan. Wat betekent MLCIXV? a b c d. Het juiste antwoord staat er niet bij 9) 700 g tartaar kost 12,. Hoeveel kost 300 g tartaar? a. 4,80 b. 5,20 c. 3,50 d. Het juiste antwoord staat er niet bij 10) = a. 60 b. 891 c. 851 d. Het juiste antwoord staat er niet bij 11) 80 3/7 = a. 9,6 b. 34,3 c. 186,7 d. Het juiste antwoord staat er niet bij
3 12) Als 5% van een bedrag overeenkomt met 9,50. Wat is dan het gehele bedrag? a. 190, b. 47,50 c. 4,75 d. 1,90 13) Een kwartier plus 0,5 uur is minuten. Wat hoort er op de puntjes te staan? a. 190, b. 47,50 c. 4,75 d. 1,90 14) = a b c d Voor de opgaves 15 t/m 23 mag klad gebruikt worden. 15) Een hectare is een oppervlakte van m 2. Een meer heeft een oppervlakte van 4,4 km 2. Hoeveel hectare is dat? a. 44 b. 440 c d ) = a. 862 b. 938 c. 187 d. Het juiste antwoord staat er niet bij 17) Het verschil tussen de getallen 321 en 167 is: a. 145 b. 88,8 c. 15,3 d. Het juiste antwoord staat er niet bij 18) In het getal 2838,87 staan drie achten. Elke acht geeft een ander getal aan. Wat is het product van deze drie achten? a. 733 b. 32,26 c. 808,8 d ) = Wat hoort er op de puntjes te staan? a. 400 b c. 998 d. Het juiste antwoord staat er niet bij 20) Het jaarinkomen van Jan is ,. Ga er vanuit dat Jan geen dertiende maand krijgt; een jaar bestaat dus gewoon uit twaalf maanden. Wat verdiend Jan per maand? a ,70 b. 270, c ,92 d. Het juiste antwoord staat er niet bij 21) Als het op de 21 e van de maand vrijdag is, welke dag is het dan de 3 e van die maand? a. zondag b. maandag c. dinsdag d. woensdag
4 22) Een hectometer (hm) is 100 m. Een vierkant heeft een oppervlakte van 3600 mm 2. Wat is de lengte van dit vierkant? a. 60 hm b. 6 cm c. 0,06 dm d. 600 mm 23) = a. 0,00153 b. 677,13 c. 667,12 d. 66,7 Inzichtelijk rekenen Je mag gebruik maken van kladpapier. De volgende figuur hoort bij de vragen 24 t/m ) Meneer Jansen woont 50 km (treinkilometers) van Rotterdam. Per jaar reist hij 240 keer heen en weer. Hij reist altijd 2 e klas. Een 2 e klas jaarkaart kost 2000,. Hoeveel voordeel heeft meneer Jansen op jaarbasis als hij een jaarkaart aanschaft? a , b. 4792, c. 700, d. Het juiste antwoord staat er niet bij 25) Een retour in de avond is de prijs van een enkeltje plus 2,50. Wat kost een 2 e klas avondretour voor twee personen die 100 km willen reizen? a. 44,10 b. 45,40 c. 22,70 d. Het juiste antwoord staat er niet bij
5 26) Het gezin Pieterse gaat een dagje weg en bezoekt een pretpark. Het gezin bestaat uit vader, moeder, Theo en Els. Els is nog jong en mag met 60% korting reizen. Voor de anderen geldt het volle tarief. Ze reizen 2 e klas en kopen een enkeltje. Ze reizen 60 km per trein. Wat zijn de reiskosten voor dit dagje weg? a. 42,50 b. 45, c. 17,92 d. 48,20 27) Een kaartje 1 e klas kost meer dan een kaartje 2 e klas. Hoeveel kilometers meer kan je reizen als je een enkeltje 2 e klas koopt in plaats van een enkeltje 1 e klas voor 60 km? a. 20 km b. 32 km c. 28 km d. Het juiste antwoord staat er niet bij 28) Een dagje met de klas erop uit gaan kost geld. Ga uit van een klas met twee docenten en 24 leerlingen. Deze klas maakt een uitstapje naar Maastricht. Dit is 40 km met de trein. Als de leerlingen voor 50% van het volle tarief mogen reizen, wat zijn dan de reiskosten van dit uitje? a. 223, b. 201,30 c. 100, d. Het juiste antwoord staat er niet bij 29) Vijf personen kopen een 1 e klas retourtje voor een afstand van 65 km. Hoeveel moeten zij in totaal betalen? a. 179,50 b. 121,60 c. 100, d. Het juiste antwoord staat er niet bij 30) Een decameter (dam) is 10 m en een hectometer (hm) is 100 m. Welke van onderstaande oppervlaktes komt overeen met 5500 dam 2? a m 2 b. 550m 2 c. 550 hm 2 d hm 2 31) Bak A heeft een inhoud van 8000 cm 3 en een bodemoppervlakte van 600 cm 2. Bak A is tot 5 cm hoogte gevuld met water. Een tweede bak, bak B, is gevuld met 4000 cm 3 water. Ook in bak B staat het water tot 5 cm hoogte. Hoeveel procent is het grondoppervlakte van bak B groter dan dat van bak A? a. 33,3% b. 25% c. 50% d. Het juiste antwoord staat er niet bij 32) De stad Ede telde op 1 juli inwoners. Op 1 november 1994 was dit aantal Hoe groot is de stijging van het inwoneraantal van Ede over deze periode in procenten? a. 37,4% b. 29% c. 2,9% d. 1,94% 33) Een Rijncruise duurt 14 uur. De afstand die tijdens deze cruise wordt afgelegd is 90 km. Wat is de gemiddelde snelheid? a. 7 km/u b. 6,43 km/u c. 0,15 km/u d. Het juiste antwoord staat er niet bij
6 34) Een bak water heeft een inhoud van 4000 cm 3. De oppervlakte van de bodem bedraagt 500 cm 2. Wat is de hoogte van deze bak? a. 0,125 cm b. 0,8 dm c. 10 mm d. Het juiste antwoord staat er niet bij 35) De stad Ede telde op 1 juli inwoners. Op 1 november 1994 was dit aantal Wat is de gemiddelde stijging inwoners per jaar? a b c d. Het juiste antwoord staat er niet bij
Toelatingsexamens en Ondersteunend Onderwijs
VOORBLAD VOORBEELDEXAMEN 2015 Vak: Rekenkunde (voorbeeldexamen) De volgende hulpmiddelen zijn toegestaan bij het examen: geen Aantal vragen: 20 Aantal pagina s: 4 Bijlage(n): antwoorden oefentoets Beoordeling
Nadere informatieOnderwijsassistent REKENEN BASISVAARDIGHEDEN
Onderwijsassistent REKENEN BASISVAARDIGHEDEN Verhoudingstabel Wat zijn verhoudingen Rekenen met de verhoudingstabel Kruisprodukten Wat zijn verhoudingen * * * 2 Aantal rollen 1 2 12 Aantal beschuiten 18
Nadere informatieHet Metriek Stelsel. Over meten, omtrek, oppervlakte en inhoud
Het Metriek Stelsel Over meten, omtrek, oppervlakte en inhoud lengte in meter afkorting naam hoeveel meter 1 km kilometer 1 000 1 hm hectometer 100 1 dam decameter 10 1 m meter 1 1 dm decimeter 0,1 1 cm
Nadere informatieDuizend 3 getallen achter de komma 230 duizend 230 000 46 duizend 46 000 Andersom 345 600 345,6 duizend 24 500 24,5 duizend
Hoofdstuk 5 5A Grote getallen Duizend 3 getallen achter de komma 230 duizend 230 000 46 duizend 46 000 Andersom 345 600 345,6 duizend 24 500 24,5 duizend Miljoen 6 getallen achter de komma 230 miljoen
Nadere informatieInhoud kaartenbak groep 8
Inhoud kaartenbak groep 8 1 Getalbegrip 1.1 Ligging van getallen tussen duizendvouden 1.2 Plaatsen van getallen op de getallenlijn 1.3 Telrij t/m 100 000 1.4 Telrij t/m 100 000 1.5 Getallen splitsen en
Nadere informatie9.1 Oppervlakte-eenheden [1]
9.1 Oppervlakte-eenheden [1] De omtrek van een figuur bereken je door uit te rekenen hoe lang het is als je één keer langs de rand van de figuur gaat. Omtrek = l + l + l + l + l + l + l + l = 14 + 8 +
Nadere informatie1 Inleiding 2 Lengte en zijn eenheden 3 Omtrek 4 Oppervlakte 5 Inhoud. Meten is weten. Joke Braaksma. November 2010
November 2010 Wat kunnen we allemaal meten? Wat kunnen we allemaal meten? 1. Lengte / breedte / hoogte / omtrek / oppervlakte / inhoud en volume 2. Tijd 3. Gewicht 4. Geld 5. Temperatuur Wij gaan ons
Nadere informatieRekenportfolio. Naam: cm 2. m 3 + = 1 _ 12
Tytsjerksteradiel Rekenportfolio Naam: cm 2 1 5 7 + = 5 10 10 m 3 1 _ 12 X 5 1 + = 5 1 + Inhoudsopgave Voorwoord 3 Domein getallen 4 - Optellen, aftrekken, vermenigvuldigen en delen 5 - Breuken 6 - Rekenvolgorde
Nadere informatieRembrandt College Veenendaal. Protocol medicijnverstrekking. Begeleiding van leerlingen met dyscalculie Rembrandt College
Rembrandt College Veenendaal Protocol medicijnverstrekking Begeleiding van leerlingen met dyscalculie Rembrandt College Mei 206 Begeleiding van leerlingen met dyscalculie Leerlingen met dyscalculie krijgen
Nadere informatie2 BBL. Oppervlakte. 5.1 Eenheden van oppervlakte
H5 Oppervlakte 2 BBL 5.1 Eenheden van oppervlakte 1a. Vraag aan je docent een vel met hokjes van 1 cm bij 1 cm. b. Teken op het papier een vierkant met zijden van 1 cm. c. Schrijf in het vlak 1 cm². d.
Nadere informatieWiskunde Basis Onderbouw
Onderwijs & Ontwikkeling Wiskunde Basis Onderbouw Voorbeeldexamen en zelftoets Dit voorbeeldexamen is bedoeld voor mensen die het toelatingsexamen Wiskunde Basis Onderbouw moeten halen om aan een opleiding
Nadere informatieKlok dag en nacht. Hulpkaart OPTELLEN/AFTREKKEN
OPTELLEN/AFTREKKEN Zet de getallen onder elkaar in je schrift eerst zelf proberen uit te rekenen bij aftrekken: denk om lenen bij optellen: denk om doorschuiven geen vergissingen? bij lang nadenken: rekenmachine
Nadere informatieREKENEN Hfst 1-3 PROCENTEN. Procenten betekent per honderd.
REKENEN Hfst 1-3 PROCENTEN Procenten betekent per honderd. Percentage Groeifactor 1% 1/100 0,01 2% 2/100 0,02 10% 10/100 0,10 99% 99/100 0,99 104% 104/100 1,04 150% 150/100 1,50 Rekenen met procenten:
Nadere informatieBij het meten van breedte, dikte, diepte, hoogte en afstand bepaal je de lengte. De eenheid van lengte is de meter.
Boekverslag door Eline 801 woorden 23 april 2016 6.8 5 keer beoordeeld Vak Rekenen Rekenen hoofdstuk 5 Meten Paragraaf 1 Lengte Lengte Bij het meten van breedte, dikte, diepte, hoogte en afstand bepaal
Nadere informatiekilometer hectometer decameter meter decimeter centimeter milimeter km hm dam m dm cm mm
Op een plattegrond van een stad, maar ook op de landkaart van Nederland worden allerlei wegen kleiner afgebeeld. Omdat je niet de werkelijke maten op papier kunt zetten, maak je gebruik van een schaal.
Nadere informatieSchaal. Met behulp van de werkelijke grootte en de afgebeelde grootte kun je de schaal berekenen.
Schaal Hieronder staat een afbeelding van het raam van het van Gogh-museum waardoor een inbreker zou zijn ontsnapt. Een advocaat voert aan dat door het gat in de ruit zijn client niet heeft kunnen ontsnappen,
Nadere informatieLeerlijnen rekenen: De wereld in getallen
Leerlijnen rekenen: De wereld in getallen Groep 7(eerste helft) Getalbegrip - Telrij tot en met 1 000 000 - Uitspraak en schrijfwijze van de getallen (800 000 en 0,8 miljoen) - De opbouw en positiewaarde
Nadere informatieTOELICHTING METRIEK STELSEL
TOELICHTING METRIEK STELSEL 2 3 642_rv_wb_metriek_stelsel_bw.indd 2 8-03-3 23: liter ml 00 4 5 6 642_rv_wb_metriek_stelsel_bw.indd 3 8-03-3 23: Rekenvlinder Metriek stelsel Toelichting Uitgeverij Zwijsen
Nadere informatieOverstapprogramma 6-7
Overstapprogramma - Cijferend optellen 9 Verdeel het getal. Het getal 8 kun je verdelen in: duizendtallen honderdtallen tientallen eenheden D H T E 8 D H T E 8 = 8 9 9 9 = = = = Zet de getallen goed onder
Nadere informatie1. Bereken. 2. Bereken. Oefenopgaven. F. 2 km = cm G. 3 dm = mm H. 4,5 cm = m I. 250 dm = dam J. 3,12 hm = dm
Oefenopgaven. 1. Bereken. A. 5 m = cm B. 4 hm = dm C. 3 km = m D. 300 cm = dm E. 2500 m = km F. 2 km = cm G. 3 dm = mm H. 4,5 cm = m I. 250 dm = dam J. 3,12 hm = dm 2. Bereken. A. 3 dm² = cm² B. 4 cm²
Nadere informatieToelatingsexamen. Vakcode: Wiskunde basis onderbouw. Tijdsduur: 2 uur en 30 minuten
Toelatingsexamen VOORBLAD VOORBEELDEXAMEN Vakcode: Wiskunde basis onderbouw Tijdsduur: 2 uur en 30 minuten De volgende hulpmiddelen zijn toegestaan bij het examen: rekenmachine (maar geen grafische) kladpapier
Nadere informatieDe wereld in getallen Lessuggestie groep 6 handleiding
De wereld in getallen Lessuggestie groep 6 handleiding Omschrijving Werkbladen voor groep 6. Ze sluiten aan bij taak 56 (toets). De kinderen oefenen: - kalender en grafieken kijken (opgave 1 en ) - geldrekenen
Nadere informatieHet Metriek Stelsel. Over meten, omtrek, oppervlakte en inhoud
Het Metriek Stelsel Over meten, omtrek, oppervlakte en inhoud 1 3 COLOFON DiKiBO presenteert Het het complete Metriek Stelsel reken-zakboek voor groep voor 6, 7 en groep 8 5 & 6 3 Auteur: Nicolette de
Nadere informatieLeerlijnen groep 7 Wereld in Getallen
Leerlijnen groep 7 Wereld in Getallen 1 2 REKENEN Boek 7a: Blok 1 - week 1 in geldcontext 2 x 2,95 = / 4 x 2,95 = Optellen en aftrekken tot 10.000 - ciferend; met 2 of 3 getallen 4232 + 3635 + 745 = 1600
Nadere informatieVastgesteld: naam... datum... Paraaf... cijfer = score x 0, ,8588 (met een minimum van 1).
Tentamen rekenen 2F Naam... klas... locatie... Datum... tijdsduur 60 minuten. (versie: 30-3-2015) Vastgesteld: naam... datum... Paraaf... cijfer = score x 0,42353-1,8588 (met een minimum van 1). Opgave
Nadere informatieHet metriek stelsel. Grootheden en eenheden.
Het metriek stelsel. Metriek komt van meten. Bij het metriek stelsel gaat het om maten, zoals lengte, breedte, hoogte, maar ook om gewicht of inhoud. Er zijn verschillende maten die je moet kennen en die
Nadere informatiehandleiding pagina s 956 tot 964 1 Handleiding
week 32 les 1 toets en foutenanalyse handleiding pagina s 956 tot 964 nuttige informatie 1 Handleiding 11 Kopieerbladen pagina s 726 en 727: oppervlakte ruimtefiguren pagina 778: tijdstip en tijdsduur
Nadere informatieDe Cito Eindtoets Rekenen 2008
e ito Eindtoets Rekenen 008 Jan van de raats Inleiding In een binnenkort te verschijnen rapport van de onderwijsinspectie worden zorgen geuit over het rekenpeil op de basisschool. Niet minder dan 7 procent
Nadere informatieREKENTECHNIEKEN - OPLOSSINGEN
REKENTECHNIEKEN - OPLOSSINGEN 1] 3,52 m + 13,6 cm =? 3,52 m 3,52 m - 2 13,6 cm 0,136 m - 3 3,656 m eindresultaat 3,66 m 2 cijfers na komma en afronden naar boven 3,52 m 352 cm - 0 13,6 cm 13,6 cm - 1 365,6
Nadere informatieLEERWERKBOEK. 2F Meten en meetkunde. Les Schaal
LEERWERKBOEK 2F Meten en meetkunde Les Schaal 1 REKENBLOKKEN LES 1 SCHAAL EVEN OEFENEN LENGTEWEETJES 10 10 10 10 10 10 km hm dam m dm cm mm : 10 : 10 : 10 : 10 : 10 : 10 1 Reken om naar de andere maat.
Nadere informatieA 155 B 310 C 3838 D
VAK : REDACTIEREKENEN EN CIJFEREN DATUM : DINSDAG 0 JULI 00 TIJD : 08.5 09.45 UUR 3 De grafiek laat zien het aantal bezoekers dat Hotel NICK heeft bezocht gedurende een half jaar. Wat is waar? I In juni
Nadere informatieAntwoordblad Rekentoets 3F
Antwoordblad Rekentoets 3F Vraag 1 Het goede antwoord is: 259,65 K - 273,15 Cº = 0 K - 13,5 Cº = 273,15-13,5 = 259,65 K Vraag 2 Vraag 3 Vraag 4 Het goede antwoord is: 1150 kwh Gemiddeld kwh per huishouden
Nadere informatiehandleiding pagina s 678 tot 686 1 Handleiding 1.2 Huistaken huistaak 20: bladzijde 614 2 Werkboek 3 Posters 4 Scheurblokken
week les toets en foutenanalyse handleiding pagina s 678 tot 686 nuttige informatie Handleiding. Kopieerbladen pagina 69: oppervlakte ruit pagina 500: kaart van België pagina 50: afstandentabel België
Nadere informatieMaak deze opgaven zonder rekenmachine. Je mag kladpapier gebruiken. Bij decimale getallen, rond je af op 2 cijfers na de komma.
Referentietoets 2F Opdracht 5 Deel 1 Maak deze opgaven zonder rekenmachine. Je mag kladpapier gebruiken. Bij decimale getallen, rond je af op 2 cijfers na de komma. 1) -2,8 +5 = 2) 25 x 5,5 = 3) 3,4 +
Nadere informatieToets gecijferdheid april 2006 versie 1
Toets gecijferdheid april 2006 versie 1 Naam: Klas: score: Datum: Studentnummer: Algemene aanwijzingen: - Noteer alle berekeningen en oplossingen in dit boekje - Blijf niet te lang zoeken naar een oplossing
Nadere informatieWerkblad bij lesvoorbereiding Breuken. 1. Vereenvoudig de volgende breuken: 2. Maak de volgende sommen: Schrijf de berekening erbij!
Werkblad bij lesvoorbereiding Breuken 1. Vereenvoudig de volgende breuken: 2. Maak de volgende sommen: Schrijf de berekening erbij! 3. En nu iets moeilijker. Schrijf de berekening erbij! Werkblad bij lesvoorbereiding
Nadere informatie1) Welk getal moet voor het driehoekje worden ingevuld zodat de vergelijking klopt? 2) Schrijf 5/8 als een decimaal getal.
Referentietoets 2F Opdracht 4 Deel 1 Maak deze opgaven zonder rekenmachine. Je mag kladpapier gebruiken. Bij decimale getallen, rond je af op 2 cijfers na de komma. 1) Welk getal moet voor het driehoekje
Nadere informatieVAKANTIEWERK WISKUNDE
A -> Hn 0 / 06 / 06 VAKANTIEWERK WISKUNDE NEEM UW MAP WISKUNDE!! Herhalingsoefening : Optellen in Q (60 ptn) gevallen : - voor twee rationale getallen met hetzelfde teken * behoud dit teken * maak de som
Nadere informatieHoofdstuk 1: Basisvaardigheden
Hoofdstuk 1: Basisvaardigheden Wiskunde VMBO 2011/2012 www.lyceo.nl Hoofdstuk 1: Basisvaardigheden Wiskunde 1. Basisvaardigheden 2. Grafieken en formules 3. Algebraïsche verbanden 4. Meetkunde Getallen
Nadere informatieExtra opdrachten bewegen klas 2 HAVO
Extra opdrachten bewegen klas 2 HAVO Opdracht 0: Bereken de ontbrekende gegevens van de gemiddelde snelheid, tijd en afstand. (2 decimalen nauwkeurig). Afstand Tijd Gemiddelde snelheid 4000 m 1000 seconde
Nadere informatieVoorbeeldtoets 2F vmbo, voor veldraadpleging
Voorbeeldtoets 2F vmbo, voor veldraadpleging Toelichting. De toets wordt gemaakt via de computer en is geheel computerscoorbaar. De vormgeving is uiteraard nog niet aangepast. In plaats van letters bij
Nadere informatie6 a 22,5 gram b v = 1,5m. 7 a 1,95 kg b g = 0,78 v c 13 / 0,78 16,7 dm 3. 8 a. b p = 200d
Hoofdstuk 1 GETALLEN EN GRAFIEKEN 1. INTRO 1 a De slak klimt een uur met constante snelheid, glijdt dan een uur langzaam naar eneden, stijgt dan weer een uur, enz. 1,5 m/u c,5 m/u d 8 uur en 4 minuten
Nadere informatieRekenboek 3 havo/vwo. Antwoorden NOORDHOFF UITGEVERS 2014 REKENBOEK 3 HAVO/VWO ANTWOORDEN 1
Rekenboek havo/vwo Antwoorden NOORDHOFF UITGEVERS 04 REKENBOEK HAVO/VWO ANTWOORDEN Blok Getallen. Bewerkingen a 45 d 6 g 8 b 60 e 90 h 687 c 4 f 56 i 48 a 4 d 000 b 4 000 e 000 c 70 f 0 000 a 7 d 0 b 70
Nadere informatieGemengde opgaven 55. Bereken,engeefhetantwoordalsmachtvan10. c) googol 2000 f) het kwadraat van googol
Gemengde opgaven 55 1.6 Gemengde opgaven Opgave 95 a) Maak een samenvatting van alle belangrijke regels die je hebt gehad in paragraaf 1.5. b) Kijk nog eens naar je samenvatting van paragraaf 1.2 t/m 1.4.
Nadere informatieVoorkennis : Breuken en letters
Hoofdstuk 1 Getallen en Variabelen (V4 Wis A) Pagina 1 van 13 Voorkennis : Breuken en letters Les 1 : Breuken Bereken : a. 4 2 3 b. x 5 = c. 12 3 x a. 4 2 3 = 8 3 = 2 2 3 b. x 5 = 1 5 x c. 12 3 x = 12
Nadere informatieExamenopgaven VMBO-GL en TL 2004
Examenopgaven VMBO-GL en TL 2004 1 tijdvak 1 vrijdag 28 mei 13:30 15:30 uur WISKUNDE CSE GL EN TL WISKUNDE VBO-MAVO-D Bij dit examen hoort een uitwerkbijlage. Dit examen bestaat uit 26 vragen. Voor dit
Nadere informatiestraat Van uur tot en met 3.30 uur is A 7 uren en 40 minuten. B 8 uren en 20 minuten. C 8 uren en 40 minuten. D 16 uren en 20 minuten.
VAK : REDACTIEREKENEN EN CIJFEREN DATUM : DINSDAG 9 JULI 0 TIJD : 08.5 09.45 UUR 4 Van 9.50 uur tot en met.0 uur is A 7 uren en 40 minuten. B 8 uren en 0 minuten. C 8 uren en 40 minuten. D 6 uren en 0
Nadere informatieSAMENVATTING BASIS & KADER
SAMENVATTING BASIS & KADER Afronden Hoe je moet afronden hangt af van de situatie. Geldbedragen rond je meestal af op twee decimalen, 15,375 wordt 15,38. Grote getallen rondje meestal af op duizendtallen,
Nadere informatiespiekboek rekenen beter rekenen op de entreetoets van het Cito groep
spiekboek rekenen beter rekenen op de entreetoets van het Cito groep de o ra en a oor a 1. ik lees de opgave 2. ik kijk naar het plaatje 3. wat is de som die schrijf ik op kladpapier 4. ik kijk naar de
Nadere informatieKAPSTOK REKENEN inhoud
KAPSTOK REKENEN inhoud pagina Optellen 2 Optellen cijferen 3 Aftrekken 4 Aftrekken cijferen 5 Vermenigvuldigen 6 Vermenigvuldigen cijferen 7 Delen 8 Tafels 9 Deeltafels 10 Breuken 11 Meten 12 Tijd wijzers
Nadere informatieHoofdstuk 5 gaat over rekenen. Deel 2 is eigenlijk herhaling van alle stof. Trainen voor het examen.
Hoofdstuk 5 gaat over rekenen. Deel 2 is eigenlijk herhaling van alle stof. Trainen voor het examen. Het werkt als volgt, Je maakt een opgave bijv. opgave 1. Hoe gaat het ook al weer denk je dan. Nou,
Nadere informatiehandleiding pagina s 964 tot Handleiding 1.1 Kopieerbladen pagina 915: km Huistaken huistaak 27: bladzijde Werkboek 3 Posters
week 32 les 1 / OVSG toets en foutenanalyse handleiding pagina s 964 tot 981 nuttige informatie 1 Handleiding 1.1 Kopieerbladen pagina 722: inhoud en lengte pagina 723: gewicht en geldwaarden pagina 724:
Nadere informatieMeten. Kirsten Nederpel. CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie.
Auteur Laatst gewijzigd Licentie Webadres Kirsten Nederpel 24 June 2016 CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie http://maken.wikiwijs.nl/73382 Dit lesmateriaal is gemaakt met Wikiwijs Maken van Kennisnet.
Nadere informatieEen antwoord kan ook een negatief getal zijn. Je plaatst dan een min teken ( ) voor het getal dat je invult in het invulvak.
Package :MBO COE 2012 2013 Rekenen 2F voorbeeldexamen Toets :MBO COE 2012 2013 Rekenen 2F voorbeeldexamen Sectie :MBO COE 2012 2013 Rekenen 2F voorbeeldexamen Dit examen is primair ontwikkeld ten behoeve
Nadere informatieVerkorte versie van de SYLLABUS REKENEN 2F EN 3F (VO en MBO, versie mei 2015) Aanpassing van product van CvTE
Verkorte versie van de SYLLABUS REKENEN 2F EN 3F (VO en MBO, versie mei 2015) Aanpassing van product van CvTE 1. Inleiding Vanaf 1 oktober 2015 gelden nieuwe afspraken omtrent het rekenexamen 3F. De exameneisen
Nadere informatieExamen VMBO-BB. wiskunde CSE BB. tijdvak 1 donderdag 22 mei 9.00-10.30 uur
Examen VMBO-BB 2014 tijdvak 1 donderdag 22 mei 9.00-10.30 uur wiskunde CSE BB Naam kandidaat Kandidaatnummer Dit examen bestaat uit 26 vragen. Voor dit examen zijn maximaal 62 punten te behalen. Voor elk
Nadere informatieVoorkennis : Breuken en letters
Hoofdstuk 1 Rekenregels en Verhoudingen (H4 Wis A) Pagina 1 van 11 Voorkennis : Breuken en letters Les 1 : Breuken Bereken : a. 4 2 3 b. x 5 = c. 12 3 x a. 4 2 3 = 8 3 = 2 2 3 b. x 5 = 1 5 x c. 12 3 x
Nadere informatieWerkblad 20A. tijd. kwart over 12. half 6 10 over 9 10 voor 7 5 over 3 11.00 12.00 13.00 14.00 15.00 16.00 17.00 18.00 19.00 20.00 21.
Werkblad 20A tijd 1 Hoe laat is het? kwart over half 10 over 9 10 voor over 3 2 Teken de wijzers. 11.00.00 13.00 14.00 1.00 1.00 1.00 18.00 19.00 20.00 21.00 1.00 uur is... 3 uur in de middag 20.00 uur
Nadere informatieExamen VMBO-GL en TL. wiskunde CSE GL en TL. tijdvak 2 dinsdag 18 juni 13.30-15.30 uur. Bij dit examen hoort een uitwerkbijlage.
xamen VMO-GL en TL 2013 tijdvak 2 dinsdag 18 juni 13.30-15.30 uur wiskunde CS GL en TL ij dit examen hoort een uitwerkbijlage. Dit examen bestaat uit 23 vragen. Voor dit examen zijn maximaal 76 punten
Nadere informatieCito-trainer groep 8. opgave 1. Hoeveel weegt de koffer? Breng leren tot leven. 5 kilogram 15 kilogram 30 kilogram
opgave 1 Hoeveel weegt de koffer? volwassenen: maximaal 20 kilogram bagage kinderen: maximaal 10 kilogram bagage De koffer van Isa is 1 2 deel van het maximum gewicht te zwaar. 5 kilogram 15 kilogram 30
Nadere informatieSRD 39.600, + SRD 60.900, = ton A 1,005 B 10,05 C 100,5 D 1005
VAK : REDACTIEREKENEN EN CIJFEREN DATUM : DONDERDAG 0 JULI 009 TIJD : 08.5 09.45 UUR SRD 9.600, + SRD 60.900, = ton A,005 B 0,05 C 00,5 D 005 Chantal heeft drie rekenrepetities gemaakt. Het gemiddelde
Nadere informatieOefeningen Rekentoets 3F
Oefeningen Rekentoets 3F Vraag 1 Temperatuur kan behalve in graden celsius (Cº) onder andere ook worden gegeven in Kelvin (K). Als de temperatuur met 1 Cº verandert, verandert de temperatuur ook met 1
Nadere informatieMeting. Werkbladen, antwoorden, scoring, interpretatie
Werkbladen, antwoorden, scoring, interpretatie Dit is versie 2.0 van de methode Reken Remedie en is met de grootste zorgvuldigheid samengesteld. Mochten er onverhoopt fouten in voor komen, zou u zo vriendelijk
Nadere informatie4 Schat. ja / nee 1 punt / 0 punten. 3 gram links en 9 + 1 gram rechts. nee. Alle gewichten van 1 t/m 13 gram.
31 32 1 2 4 Schat ja / 1 punt / 0 punten 3 gram links en 9 + 1 gram rechts Alle gewichten van 1 t/m 13 gram. 17 gram Alle gewichten van 1 t/m 40 gram ja 2 91 = 182 cm 2? - - - - - - - - - - - - - - - -
Nadere informatieBlok 1 Herhalingstoets
7 herhalingstoetsen Blok 1 Herhalingstoets 1 Hoeveel ongeveer? Maak vast. 2 Hoeveel ongeveer? Kleur het juiste wolkje. 9000 10.000 20.000 30.000 40.000 50.000 5899 + 2900 8000 40.109 3 Reken uit. 4 Reken
Nadere informatieVerhoudingen - Voorbeeldtoets bij 'Handig met getallen, 2', hoofdstuk 1
Verhoudingen - Voorbeeldtoets bij 'Handig met getallen, 2', hoofdstuk 1 Deze toets bestaat uit 20 opgaven. Voor elke goede oplossing krijg je 2 punten; vanaf 28 punten is de toets voldoende. Je kunt de
Nadere informatieTijd: seconden, minuten, uren, dagen, weken, maanden, jaren
Uren, Dagen, Maanden, Jaren,. Tijd: seconden, minuten, uren, dagen, weken, maanden, jaren 1 minuut 60 seconden 1 uur 60 minuten 1 half uur 30 minuten 1 kwartier 15 minuten 1 dag (etmaal) 24 uren 1 week
Nadere informatie7 a. naam Hulp blad 1. 1 Reken uit (kolomsgewijs) 2 Reken uit met (cijferen) Je mag de hulpsommen opschrijven
naam Hulp blad 1 1 Reken uit (kolomsgewijs) Je mag de hulpsommen opschrijven. Met hulpsommen: 47 Zonder hulpsommen: 48 4 4 7 1 9 1 + 8 16 + 4 7 4 8 4 8 7 9 5 7 8 6 + + + + 6 1 9 7 6 7 8 5 9 5 9 6 8 + +
Nadere informatieKennis van de telrij De kinderen kunnen tellen en terugtellen tot 10 met sprongen van 1 en van 2.
Rekenrijk doelen groep 1 en 2 De kinderen kunnen tellen en terugtellen tot 10 met sprongen van 1 en van 2. Aantallen kunnen tellen De kinderen kunnen kleine aantallen tellen. De kinderen kunnen eenvoudige
Nadere informatieDeterminatietoets Rekenen 2F Deze toets bestaat in totaal uit 50 opgaven verdeeld over twee onderdelen.
Determinatietoets Rekenen 2F Deze toets bestaat in totaal uit 50 opgaven verdeeld over twee onderdelen. B-versie Rekenen met rekenmachine Je mag voor dit onderdeel de rekenmachine gebruiken. Een kladblaadje
Nadere informatieToets gecijferdheid augustus 2005
Toets gecijferdheid augustus 2005 Naam: Klas: score: Datum: Algemene aanwijzingen: - Noteer alle berekeningen en oplossingen in dit boekje - Blijf niet te lang zoeken naar een oplossing - Denk aan de tijd
Nadere informatieToets gecijferdheid december 2004
Toets gecijferdheid december 2004 Naam: Klas: score: Datum: Algemene aanwijzingen: - Noteer alle berekeningen en oplossingen in dit boekje - Blijf niet te lang zoeken naar een oplossing - Denk aan de tijd
Nadere informatieLeerlijnen groep 5 Wereld in Getallen
Leerlijnen groep 5 Wereld in Getallen 1 2 3 4 REKENEN Boek 5a: Blok 1 - week 1 Oriëntatie - Getallen tot en met 1000 - Tafels 0 t/m 6 en 10 - Herhalen strategieën - Herhalen hele, halve uren en kwartieren
Nadere informatieVoorbeeldtoets 3F, havo/vwo, voor veldraadpleging
Voorbeeldtoets 3F, havo/vwo, voor veldraadpleging Toelichting. De toets wordt gemaakt via de computer en is geheel computerscoorbaar. De vormgeving is uiteraard nog niet aangepast. In plaats van letters
Nadere informatieStrategiekaarten. Deze strategiekaarten horen bij de ThiemeMeulenhoff-uitgave (ISBN 978 90 557 4642 2): Rekenen: een hele opgave, deel 2
Deze strategiekaarten horen bij de ThiemeMeulenhoff-uitgave (ISBN 978 90 557 4642 2): Joep van Vugt Anneke Wösten Handig optellen; tribunesom* Bij optellen van bijna ronde getallen zoals 39, 198, 2993,..
Nadere informatiePeriode 2: Oefening 1 Rond alles af op 2 decimalen.
Periode 2: Oefening 1 De Burj Khalifa is 915m hoog Het schaalmodel is 22,5mm. De tweede verdieping ligt op 112m hoogte en de derde verdieping op 175m hoogte. Hoe groot is dit verschil qua hoogte op het
Nadere informatieMetriek stelsel. b. Grootheden. b-1. Lengte. Uitgangspunt (SI-eenheid): meter ; symbool: m. Gebruikte maten: mm-cm-dm-m-dam-hm-km
Inhoudsopgave: a: Inleiding b: Grootheden: (voor het basis-onderwijs) 1. Lengte 2. Oppervlakte 3. Volume, inhoud 4. Massa (vroeger: gewicht) 5. Tijd (voor het voortgezet onderwijs) 6. Temperatuur c. Omrekenregels
Nadere informatieExamen VMBO-KB. wiskunde CSE KB. tijdvak 2 dinsdag 18 juni 13.30-15.30 uur. Bij dit examen hoort een uitwerkbijlage.
Examen VMBO-KB 2013 tijdvak 2 dinsdag 18 juni 13.30-15.30 uur wiskunde CSE KB Bij dit examen hoort een uitwerkbijlage. Dit examen bestaat uit 25 vragen. Voor dit examen zijn maximaal 75 punten te behalen.
Nadere informatieToets gecijferdheid. versie 2 november Naam... Score: Klas... Algemene aanwijzingen:
versie 2 november 2002 Toets gecijferdheid Naam... Score: Klas... Datum: Algemene aanwijzingen:?? Noteer alle bewerkingen en oplossingen in dit boekje (gebruik eventueel ook de achterzijden van dit papier!).??
Nadere informatieconsumptief bakken - consumptief horeca - consumptief breed Bij dit examen horen bijlagen, uitwerkbijlagen en digitale bestanden.
Examen VMBO-GL 2015 gedurende 300 minuten CSPE GL consumptief bakken - consumptief horeca - consumptief breed Bij dit examen horen bijlagen, uitwerkbijlagen en digitale bestanden. Dit examen bestaat uit
Nadere informatieWiskunde/rekenen. Quintie Beerens. CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie.
Auteur Laatst gewijzigd Licentie Webadres Quintie Beerens 16 may 2015 CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie https://maken.wikiwijs.nl/61252 Dit lesmateriaal is gemaakt met Wikiwijs van Kennisnet. Wikiwijs
Nadere informatieHoofdstuk 12 GETALLEN EN GRAFIEKEN. d e = 1,5p ; p = 3 2 e e euro's kronen f k = 9e ; e =
Hoofdstuk 1 GETALLEN EN GRAFIEKEN 1.0 INTRO 1 a De slak klimt een uur met onstante snelheid, glijdt dan een uur langzaam naar eneden, stijgt dan weer een uur, enz. 1,5 m/u 0,5 m/u d 8 uur en 40 minuten
Nadere informatieHerkansingscursus. wiskunde B. Voorbereidende opgaven HAVO. Procenten, verhoudingen en eenheden
Voorbereidende opgaven HAVO Herkansingscursus wiskunde B Tips: Maak de voorbereidende opgaven voorin in een van de A4-schriften die je gaat gebruiken tijdens de cursus. Als een opdracht niet lukt, werk
Nadere informatieVraag Antwoord Scores. 1 maximumscore 2 De staplengte is 1600 : 2754 1 De staplengte is 0,580 meter, dit is 58 (cm) (of 0,58 meter) 1
Eindexamen wiskunde vmbo gl/tl 00 - I Beoordelingsmodel Stappenteller maximumscore De staplengte is 600 : 754 De staplengte is 0,580 meter, dit is 58 (cm) ( 0,58 meter) Als het antwoord in meters gegeven
Nadere informatieJe ziet een pagina uit een reclamefolder van een bank uit 2011. Hierin kun je zien welke waarde 25 euro had in verschillende situaties.
25 euro Je ziet een pagina uit een reclamefolder van een bank uit 2011. Hierin kun je zien welke waarde 25 euro had in verschillende situaties. 2p 1 Bereken hoeveel 1 liter super voor de scooter kost.
Nadere informatieTOETS REKENEN / WISKUNDE. Naam:... School:...
TOETS REKENEN / WISKUNDE Naam:... School:... Datum:... Groep:... 1A. Hoofdrekenen: optellen en aftrekken Reken de sommen op je eigen manier uit. Gebruik het kladblaadje als je een tussenstap wilt noteren.
Nadere informatieHoofdstuk 4 Machtsverbanden
Opstap Derdemachten O-1a I r r r 1 De inhoud van een kuus met r is 1 cm 3. Als I 7 geldt r 3 want 3 3 7. Een kuus met I 7 heeft een rie van 3 cm. c r in cm 1 3 d I in cm 3 1 7 6 1 l in cm 3 9 7 6 3 - -1-3
Nadere informatieRouteboekje. bij Rekenrijk. Groep 7 Blok 6. Van...
Routeboekje bij Rekenrijk Groep 7 Blok 6 Van... Groep 7 Blok 6 Les 1 Leerkrachtgebonden LB 7a 142 1 Hoeveel bussen? meedoen LB 7a 142 2 Reken uit - LB 7a 142 3 Reken uit maken LB 7a 143 4 Schat eerst,
Nadere informatiede Wageningse Methode Antwoorden H12 GETALLEN EN GRAFIEKEN 1
Hoofdstuk GETALLEN EN GRAFIEKEN.0 INTRO a De slak klimt een uur met onstante snelheid, glijdt dan een uur langzaam naar eneden, stijgt dan weer een uur, enz.,5 m/u 0,5 m/u d 8 uur en 40 minuten tot 0 gram:
Nadere informatieDeterminatietoets Rekenen 3F Deze toets bestaat in totaal uit 40 opgaven verdeeld over twee onderdelen.
Determinatietoets Rekenen 3F Deze toets bestaat in totaal uit 40 opgaven verdeeld over twee onderdelen. A-versie Rekenen met rekenmachine Je mag voor dit onderdeel de rekenmachine gebruiken. Een kladblaadje
Nadere informatieExamen VMBO-KB. wiskunde CSE KB. tijdvak 2 dinsdag 21 juni 13:30-15:30 uur. Bij dit examen hoort een uitwerkbijlage.
Examen VMBO-KB 2016 tijdvak 2 dinsdag 21 juni 13:30-15:30 uur wiskunde CSE KB Bij dit examen hoort een uitwerkbijlage. Dit examen bestaat uit 26 vragen. Voor dit examen zijn maximaal 74 punten te behalen.
Nadere informatieSMART-finale Ronde 1: 5-keuzevragen
SMART-finale 2015 Ronde 1: 5-keuzevragen Ronde 1 bestaat uit 16 5-keuzevragen. Bij elke vraag is precies één van de vijf antwoorden juist. Geef op het antwoordformulier duidelijk jouw keuze aan, door per
Nadere informatieRoy kan op vier verschillende manieren in één worp bij elkaar vijf gooien. Schrijf deze vier manieren op.
ACHTVLAKDOBBELSTENEN Roy gooit één keer met twee achtvlakdobbelstenen, een rode en een blauwe. Dit noemt hij een worp. Daarna telt hij de getallen van de bovenliggende vlakken bij elkaar op. In de situatie
Nadere informatieExamen VMBO-KB. wiskunde CSE KB. tijdvak 1 woensdag 22 mei 13.30-15.30 uur. Bij dit examen hoort een uitwerkbijlage.
Examen VMBO-KB 2013 tijdvak 1 woensdag 22 mei 13.30-15.30 uur wiskunde CSE KB Bij dit examen hoort een uitwerkbijlage. Dit examen bestaat uit 25 vragen. Voor dit examen zijn maximaal 75 punten te behalen.
Nadere informatieAanvulling hoofdstuk 1 uitwerkingen
Natuur-scheikunde Aanvulling hoofdstuk 1 uitwerkingen Temperatuur in C en K Metriek stelsel voorvoegsels lengtematen, oppervlaktematen, inhoudsmaten en massa Eenheden van tijd 2 Havo- VWO H. Aelmans SG
Nadere informatieJe ziet hier 3 snelheidsmeters. Welke meter geeft de hoogste snelheid aan?
Heeft Uw kind problemen met redactiesommen? Hieronder staan een aantal redactiesommen specifiek voor groep 7 en 8 van de basisschool U kunt het gebruiken voor wat extra training. Van welke combinatie van
Nadere informatieExamen VMBO-KB 2005 WISKUNDE CSE KB. tijdvak 2 dinsdag 21 juni 13.30 15.30 uur. Bij dit examen hoort een uitwerkbijlage.
Examen VMBO-KB 2005 tijdvak 2 dinsdag 21 juni 13.30 15.30 uur WISKUNDE CSE KB Bij dit examen hoort een uitwerkbijlage. Dit examen bestaat uit 26 vragen. Voor dit examen zijn maximaal 84 punten te behalen.
Nadere informatiede Wageningse Methode Antwoorden H12 GETALLEN EN GRAFIEKEN 1
Hoofdstuk GETALLEN EN GRAFIEKEN.0 INTRO a De slak klimt een uur met onstante snelheid, glijdt dan een uur langzaam naar eneden, stijgt dan weer een uur, enz.,5 m/u 0,5 m/u d 8 uur en 40 minuten tot 0 gram:
Nadere informatieRekentoets Open Dag 2019 Merel Verhoog
Rekentoets Open Dag 2019 Er hebben 128 basisschoolleerlingen deelgenomen aan de rekentoets voor 7 e / 8 e groepers. De 5 opgaven kwamen uit een 2F-rekentoets, dit is het eindniveau van 3-havo / 4-vmbo.
Nadere informatie