+RRIGVWXN +HW5(6EDUWHUV\VWHHPHHQRQGHU]RHN
|
|
- Julius de Groot
- 8 jaren geleden
- Aantal bezoeken:
Transcriptie
1 +RRIGVWXN +HW5(6EDUWHUV\VWHHPHHQRQGHU]RHN In dit hoofdstuk onderzoeken we een Belgische barter-club, RES. Hét nieuwe geld, en gaan we na in welke mate voorgaande theoretische concepten overeenstemmen met de (Belgische) realiteit. Naast een onderzoek naar de specifieke dynamiek, de aard van de transacties en de moeilijkheden waarmee dergelijke organisaties te kampen hebben, besteden we extra aandacht aan de drijfveren van de leden om deel te nemen aan de ruilhandel. Vroeger onderzoek van Cresti (2003) en Stodder (1996 en 1998) besteedden vooral aandacht aan de macro-economische aspecten van ruilhandel. Op basis van aggregatieve gegevens van het volume van ruilhandel onderzochten ze of ruilhandel een stabiliserend effect had op de economische conjunctuur. Zij toonden aan dat binnenlandse ruilhandel tegengesteld beweegt ten opzichte van macro-economische conjunctuurindicatoren zoals het BBP, de werkloosheid en groothandelsvoorraden. We hebben er voor gekozen dit empirisch onderzoek niet te herhalen voor dit Belgisch voorbeeld. De redenen hiervoor zijn enerzijds het beperkte handelsvolume binnen RES en anderzijds de leeftijd van het systeem. RES barter is als organisatie, met een volume van zo een 30 miljoen RES ¼ te klein om enige impact te hebben op de Belgische economie met een BBP van 284 miljard ¼. Daarenboven is RES slechts 10 jaar oud waardoor we slechts over een zeer beperkte tijdreeks van gegevens beschikken. Over deze korte periode kunnen we moeilijk besluiten of het ruilvolume in dezelfde of in de tegengestelde richting evolueert van de conjunctuur, temeer omdat recessies en periodes van hoogconjunctuur al meerdere jaren beslagen. Over enkele jaren en indien we over meer aggregatieve gegevens zouden beschikken, van bijvoorbeeld meerdere ruilorganisaties in België, kan deze analyse misschien significante resultaten boeken. Ons onderzoek bestaat uit een micro-economische analyse van ruilhandel aan de hand van een enquête bij RES-leden. In de eerste sectie bespreken we de situering en de gehanteerde methodiek van het onderzoek. Daarna beschrijven we de resultaten dat dit onderzoek opleverde met betrekking tot het ledenprofiel, de motivatie, de transacties en de tevredenheid van de leden over het systeem. Ten slotte gaan we dieper in op enkele thema s die hieruit sterk naar voren zijn gekomen uit de resultaten.
2 6LWXHULQJHQPHWKRGLHN Micro-economisch onderzoek naar binnenlandse barter werd reeds gevoerd in 1992 door Neale et al. Het betrof hier een bevraging bij grote Britse en Canadese ondernemingen naar hun motivatie voor het deelnemen aan corporate barter. Hoewel de steekproefgrootte initieel vrij hoog was, reageerde slechts een beperkt percentage (22% van de Britse ondernemingen en 27% van de Canadese) en beweerde slechts 10% ook effectief aan corporate barter te doen. Uiteindelijk waren er maar 37 bedrijven die motieven opgaven voor corporate barter, waardoor de resultaten met de grootste omzichtigheid moeten bekeken worden. Tabel II vat de genoemde voordelen samen. 7DEHO,0RWLHYHQYRRUFRUSRUDWHEDUWHU%URQ1HDOHHWDO Ranking by British Firms Canadian Firms Increases company competitiveness 1 1 Increases sales volume 2 2 Allows full use of productive capacity 3 1 Overcomes credit difficulties 4 7 Allows entry into difficult markets 5 5 Provides source of attractive inputs 6 4 Allows disposal of declining products 7 6 De conclusie van deze studie was dat corporate barter gebruikt wordt om geheime prijskortingen toe te staan zonder de lange termijn marktprijs in gevaar te brengen. Hierdoor kunnen ze hun productievolume optrekken en zo hun competitiviteit bewaren door een betere capaciteitsbezetting te realiseren. Hoewel deze studie corporate barter beslaat, kunnen we ze als basis gebruiken om de motieven van commerciële barter te onderzoeken. Het betreft tenslotte in beide gevallen binnenlandse barter waar winstmaximaliserende ondernemingen ruilen. Enkel de grootte van de deelnemers verschillen. Voor ons onderzoek hebben we een enquête afgenomen bij de leden van RES. We hebben ze gecontacteerd via omdat dit een snel en eenvoudig medium is waarmee we een groot
3 aantal leden kunnen bereiken. RES verschafte ons deze adressen. De enquête bestond uit 15 meerkeuzevragen en 3 open vragen. Ze konden hierop reageren via post, of fax. De volledige vragenlijst kan men vinden in bijlage 4. In totaal hebben we van RES adressen gekregen (RES telt 3300 leden). RES wees er ons op dat de internetpenetratie bij de leden beperkt is, zodat niet alle leden over een elektronische brievenbus beschikken. Van deze adressen bleken meer dan 200 niet meer te bestaan. We kregen van ongeveer 200 leden antwoord, maar enkele antwoordformulieren waren niet bruikbaar of sommigen deelden ons mee dat ze geen lid meer waren van RES, waardoor we in totaal over een steekproefgrootte van 165 items beschikken. Via kregen we de meeste antwoorden binnen, gevolgd door de fax en slechts enkelingen stuurden ons per brief hun antwoorden door. Hoewel deze steekproef tot significante resultaten kan leiden, dienen we hier toch volgende kanttekeningen bij te maken. Ten eerste betreft het hier niet een lukrake steekproef. Bijna alle leden zijn gecontacteerd, waardoor vooral de gemotiveerde leden zullen geantwoord hebben. Deze motivatie kan gedreven zijn door een grote tevredenheid of juist door een grote ontevredenheid over het systeem. Ten tweede zijn de leden aangesproken via . Leden die over geen adres beschikken of die zelden gebruik maken van dit medium zullen niet zijn opgenomen in de resultaten. Men moet er bijgevolg rekening mee houden dat deze twee factoren de resultaten kunnen vertekenen, temeer dat deze enquête plaats vond in december 2005 en januari 2006, de periode kort na de onduidelijkheid rond het faillissement van de management-vennootschap die RES beheert (cf. sectie 2.4). Dit zal de meningen over RES allicht negatief beïnvloeden. Men moet bijgevolg de resultaten eerder zien als een indicatie dan een werkelijke weergave van de mening van het gemiddelde RES-lid. 5HVXOWDWHQYDQKHWRQGHU]RHN De enquête bevroeg de leden naar diverse aspecten van het RES-systeem. Dit meestal onder de vorm van multiple choice vragen. Ze konden meerdere antwoorden aanvinken, indien er meerdere van toepassing waren. Naast deze vragen waren er nog drie open vragen waar ze hun mening in een meer algemenere manier kwijt konden. Dit leverde interessante informatie op, die met behulp van gesloten vragen onmogelijk naar voren zou zijn gekomen.
4 We hebben de resultaten van de antwoorden gegroepeerd in vier thema s: het ledenprofiel, de motivatie, de RES-transacties en de tevredenheid over de werking van RES. Deze worden in de volgende subsecties besproken en getoetst aan de theoretisch bevindingen uit de vorige hoofdstukken Ledenprofiel In de enquête werd bevraagd naar het jaar van lidmaatschap, de aard van de goederen en diensten die ze aanbieden en hoe ze in contact waren gekomen met RES. Bovendien werd er ook gevraagd in welke mate ruilhandel deel uitmaakte van hun zaak, met andere woorden welk percentage van hun omzet gerealiseerd wordt in RES. Met deze gegevens kunnen we een profiel van de leden -of alleszins van de respondenten- schetsen % % % % % % % % % % )LJXXU-DDUYDQOLGPDDWVFKDSYDQGHUHVSRQGHQWHQ Uit bovenstaand taartendiagram (figuur 9) merken we op dat de respondenten een mix vormen van recente en oude leden. De relatief kleine percentages voor de beginjaren zijn begrijpbaar, daar er toen nog weinig leden waren. In dit opzicht vormen de respondenten een representatief geheel. De sectoren waarin de leden actief zijn, zijn heel divers. Toch merken we op dat een aantal sectoren sterk vertegenwoordigd zijn. Deze zijn in dalende mate van belangrijkheid renovatie, interieur en decoratie (16%), horeca (14%), reclamesector (11%), kledijwinkels (6%) en ICT
5 (6%) (zie figuur 10). Het valt op dat de renovatie- en interieurbusiness sterk vertegenwoordigd is. Deze groep bevat naast vakmannen zoals elektriciens, loodgieters en stukadoors, ook bijvoorbeeld verkopers en installateurs van decoratieve verlichting. Deze sector is blijkbaar heel aantrekkelijk voor het spenderen van ruilkrediet. Bijna 20% antwoordde expliciet zijn RES ¼XUR VKLHUYRRUDDQWHwenden. Vele leden zien RES blijkbaar als een aantrekkelijke financieringsmethode om een vernieuwing of een uitbreiding van hun zaak versneld door te voeren. Bij zulke investeringen worden de leden dan ook bijgestaan door hun broker (cf. Hoofdstuk 2, sectie 2.2.2). De voordelen van RES liggen dus eerder bij de meer uitgebreide ontleningfaciliteiten, dan bij de toegenomen flexibiliteit van het cashmanagement (cf ). Andere 47% Bouw, renovatie en interieurdecoratie 16% ICT en ondersteuning 6% Kleding 6% Reclame 11% Horeca 14% )LJXXU6HFWRULsOHYHUGHOLQJ De horeca is, zoals RES zelf bekende (cf. sectie 2.3), sterk aanwezig. Dit zijn voornamelijk hotels en restaurants, maar ook leveranciers voor deze sector zoals groothandelszaken in etenswaren en drank. Maar liefst 27% van de respondenten beweert regelmatig etentjes (gedeeltelijk) te betalen via RES. In deze zin hebben zij een soort centrale rol waar veel RES ¼XUR VZorden geabsorbeerd en terug uitgegeven. Zij verhogen bijgevolg sterk de liquiditeit van de RES ¼ Zoals de theorie bevestigt, speelt de reclamesector een belangrijke rol in barter-clubs. Deze groep is bevolkt door lokale radiostations, reclamebladen en internetreclamebureau s, maar ook door ondersteunende diensten zoals copywriting, belettering van voertuigen en uitstalramen en drukwerk. Toch antwoordde slechts 16 % gebruik te maken van deze
6 diensten. Dit kan misschien verklaard worden door het feit dat RES-leden vooral kleine handelaars zijn, waarvoor dure reclame campagnes niet renderen. Uit de opgegeven RES-percentages (d.i. het percentage dat een lid minimaal zal aanvaarden in RES ¼ NXQQHQ we afleiden dat vooral actieve -of alleszins leden die bereid zijn actief te worden- geantwoord hebben op de enquête. Meer dan de helft van de respondenten heeft een RES-percentage van 75% of meer. 100% 75% 50% 25% 0% 100% >75% >50% >25% )LJXXU0LQLPDDODDQYDDUG5(6SHUFHQWDJH Het effect van RES op de omzet van de leden blijft beperkt. De leden rapporteerden dat ongeveer 3% van hun omzet wordt gerealiseerd in barter en dat dankzij barter hun omzet gemiddeld met slechts 2% is gestegen. Dit impliceert dat vele RES-leden nu minder cashinkomsten hebben dan voor ze lid waren. Een deel van hun verkopen in geld is vervangen door verkopen tegen RES ¼. Dit staat diametraal tegen de stelling, die naar voren wordt geschoven door de IRTA (cf. 3.4), dat barter-verkopen extra cashverkopen met zich meebrengt. Een ander interessant gegeven is de manier waarop de leden in contact komen met RES. Dit kan in sterke mate de motivatie beïnvloeden. De meeste leden (64%) maken kennis met de barter-club via een RES-broker (de vroegere licentiehouders). Deze contacteren potentiële leden meestal op aanraden van andere leden of door actieve prospectie in bepaalde sectoren
7 en regio s. Op de tweede plaats komt 21% van de leden in contact met het systeem via klanten. Deze manier lijkt ons nefast voor de doelstellingen in verband met omzetstijging. Indien men lid wordt op aanraden van klanten, dan zal een deel van huidige cashinkomsten vervangen worden door RES-inkomsten. Bovendien klaagden enkele leden dat zij onder druk werden gezet om lid te worden. Zij werden lid doordat een klant, in liquiditeitsproblemen, niet meer kon betalen met geld en voorstelde om met RES ¼XUR V We betalen. Deze praktijken hebben blijkbaar diepe wonden geslagen bij sommige leden en veroorzaken tal van problemen binnen de ruilkring. Niet alleen zijn zij niet gemotiveerd om het systeem actief te gebruiken, zij weigeren ook elke betaling met RES ¼ die niet van die ene klant komen. Dit weegt uiteraard op het vertrouwen in het systeem Motivatie Dit onderdeel van het onderzoek raakt de kern van deze thesis. De leden werden specifiek bevraagd naar hun motivatie om lid te worden. In tabel III kan u de meest aangeduide antwoorden bekijken. Het populairste antwoord was om nieuwe klanten aan te trekken. Maar liefst 76% van de respondenten kruiste dit aan als reden om lid te worden. Via RES hopen vele leden hun aantrekkelijkheid te verhogen. Dit kan enerzijds komen door dat ze zullen verkozen worden door leden boven niet-leden. Anderzijds komen ze via RES in contact met nieuwe mensen op workshops en andere evenementen, die uiteindelijk klanten kunnen worden. 7DEHO,,0RWLHYHQYRRUOLGPDDWVFKDSELM5(6 76% Om nieuwe klanten aan te trekken 39% Omzetstijging om verder te groeien en winstgevendheid te verbeteren 16% Dit is een relatief goedkope manier om promotie/reclame te maken en om naambekendheid te verwerven 10% Andere 9% Mijn competitiviteit te verbeteren
8 7% Om mijn cashpositie te verbeteren. RES laat mij toe cash vrij te houden voor aankopen die ik niet binnen RES kan verrichten 6% Om mijn (over)stock te verminderen 1% RES beschermt mij tegen de toenemende concurrentie van grote winkelketens en multinationals 1% Om mijn (productie)kosten te verminderen Sterk hieraan gerelateerd is de omzetstijging die hiermee gepaard gaat. Dit werd door 39% van de leden aangevinkt als een belangrijke motivatie om lid te worden. Omzetstijging impliceert extra winst voor de leden, daar deze zelden op maximum capaciteit draaien. RES belooft op zijn website dat een omzetstijging van 3 à 5% reëel is (voorheen sprak men zelfs over 5 à 10%). Gemiddeld is de omzetstijging 2,4 %, en slechts 27% van de leden geeft te kennen dat zijn omzet gestegen is met meer dan 3%. De voorspiegelde omzetstijging realiseert zich bij een beperkte groep van de leden. Aangezien dit één van de belangrijkste motivaties is en dat dit bij velen niet wordt waargemaakt, zal dit in sterke mate de tevredenheid van de leden over hun lidmaatschap bepalen. De mogelijkheden voor additionele afzet is natuurlijk sterk gerelateerd aan het aantal leden en deze kent een stagnatie de laatste jaren. Bijna 80% (cf. figuur 12) erkent dat hij meer zou kopen en verkopen indien het ledenbestand groter was. Vooral het aantal leden in de buurt vindt men belangrijk. Daarom zou het misschien interessanter zijn om een aantal regio s te ontwikkelen in plaats van zich op gans België te storten. Het geloof in de toename van het aantal leden is bovendien erg zwak. Minder dan de helft (40%) denkt dat het ledenbestand sterk zal stijgen (cf. figuur 12).!"$# % & '(" ) +*),-.0/1 2" 1% ;: 19<2= >* 1?9@2%= * )A,-. BC D$E C%F C GHC I(D J GF KJ EFCML<N%O C GF C;PQJR C G5I(D C RSLTIUDSV PQW C G Akkoord; 41% Niet akkoord; 50% Niet akkoord; 14% Helemaal akkoord; 38% Helemaal niet akkoord; 7% Akkoord; 39% Helemaal niet akkoord; 9% Helemaal akkoord; 1% )LJXXU0HQLQJHQRYHUGHJURRWWHHQGHJURHLYDQKHWOHGHQEHVWDQGYDQ5(6
9 Dit wordt door de meeste leden verklaard door de beperkte bekendheid bij het publiek. De meeste leveranciers en klanten die de leden aanspreken, hebben nog nooit gehoord van RES en staan bijgevolg wat terughoudend ten opzichte ervan. RES tracht hieraan tegemoet te komen door zich toe te leggen op het sponsoren van een aantal sportclubs, met name BBC Bree (basketbal), Basket Groot Leuven, Averbode/Everbeur (volleybal) en Schuvoc Halen (volleybal). De sponsering gebeurt op basis van het barter-concept, zodat RES twee vliegen in één klap slaat. Enerzijds komen er op deze manier veel mensen in contact met de naam RES en anderzijds hebben zij op deze manier een extra lid dat sowieso meedraait in het systeem. Het sponsorgeld bestaat immers (gedeeltelijk) uit RES ¼XUR V'HYUDDJLs natuurlijk of RES zich heeft laten leiden door dit laatste motief eerder dan het gene waarop de leden aansturen. Drie van deze sportclubs (Leuven, Halen, Averbode) liggen op een zakdoek bij elkaar en bovendien in een gebied waar er weinig handel is met RES 1. Men zou kunnen argumenteren dat dit is om dit gebied warm te maken voor het barter-concept maar ons, en vele leden, lijkt het interessanter om een aantal regio s goed uit te bouwen, eerder dan nieuwe regio s aan te snijden. De uitgebreide marketing mogelijkheden worden door 16% van de leden aanzien als een reden tot toetreding. Door zijn derde plaats bevestigt dit, dat trade exchanges een interessante marketingtool vormen. Doch betekent de lage score dat dit slechts voor een beperkt deel van de leden geldig is. Gezien de beperkte schaal van vele leden is de impact van reclamecampagnes op de radio of op het internet gering. Zij steunen meer op mond-totmondreclame en lokale bekendheid, die beter kan gerealiseerd worden op bijeenkomsten en sociale evenementen. Andere voordelen, die door de literatuur naar voren worden geschoven, zoals een beter gebruik van het werkkapitaal (7%), verminderen van overstock (6%), een bescherming tegen multinationals (1%) of een vermindering van de kosten (1%) worden minder erkend door de leden. 1 Bree vormt hier een uitzondering op. Dit ligt wel degelijk in een gebied waar RES goed draait. (cf. hoofdstuk 2, sectie 2.3)
10 De reden waarom kostenvermindering niet erg als voordeel wordt beschouwd, ligt hem in het feit dat er maar weinig leden zijn die werkelijk een product produceren. Vele leden verlenen immers diensten of zijn handelaars die enkel aangekochte goederen doorverkopen. De oorzaak voor de lage rangschikking van verminderen van overstock kan misschien liggen in het feit dat vele leden, zoals dienstverleners, niet te kampen hebben met deze problematiek. Desalniettemin geeft slechts 17% van de leden, waarvoor overstock van toepassing kan zijn, te kennen het RES-systeem te gebruiken om overtollige voorraden te verminderen. Opvallend is het feit dat slechts twee respondenten toegaven dat de bescherming tegen winkelketens een motivatie is, terwijl dit een belangrijk leidmotief is voor RES. Dit scherpt natuurlijk het debat verder aan of deze regel al dan niet in stand dient gehouden te worden. Bovendien erkent RES dat in hun best presterende regio (Oost-Limburg) heel wat dynamisme wordt gecreëerd door een doe-het-zelfzaak met meerdere filialen. Dit voorbeeld toont aan dat grotere ketens de ruilhandel kunnen bevorderen en meer leden aantrekken, in plaats van ze af te schrikken. Als we bovenstaande resultaten vergelijken met de studie van Neale (1992), dan vinden we opvallend veel gelijkenissen, ondanks het feit dat het hier ging over veel grotere ondernemingen. In deze studie kreeg het verhogen van het verkoopsvolume ook een hele hoge plaats. Het verbeteren van de competitiviteit en het verminderen van de productiekosten kregen wel meer aandacht in Neale s onderzoek maar dit is voornamelijk te wijten aan de aard van de ondervraagde bedrijven. Neale ondervroeg enkel productiebedrijven, waar slechts een marginaal deel van de ondervraagden uit onze enquête, tot deze groep behoorde. Een andere overeenkomst is de aantrekkingskracht van de kredietmogelijkheden. Dit bewijst andermaal dat ondernemingen moeilijkheden hebben in onze huidige economie om aangepaste ontleningfaciliteiten te vinden. Tot slot werd er in verband met de motivatie gevraagd of vele potentiële leden zich afgeschrikt voelen door de afwezigheid van een wettelijk kader. 66% van de respondenten erkent dat dit een probleem is (zie figuur 13). Een wettelijk kader kan dus bijdragen tot de uitbouw van dergelijke systemen -wat we ook ervaard hebben in de VS (cf )- en zo de welvaartswinsten zoals beschreven in hoofdstuk 3, realiseren. De recent positieve houding
11 van RES ten opzichte van regulatie is hier niet vreemd aan, hoewel zij dit meer zien als een manier om de wanpraktijken van sommige trade exchanges aan banden te leggen. XZY Y [ \]^ Y _^` a[ YA[ YbY _;c+]d by_+ef gyh<ij ds` k(^]%l+b e^yd_ ` Y^Y%ij^YY_+b%m` by[ ` nukoc5y^ ^ Y[ ` n7k<y k<ebydpyhu^ ee^ Niet akkoord; 29% Akkoord; 48% Helemaal niet akkoord; 5% Helemaal akkoord; 18% )LJXXU0HQLQJRYHUGHLQYORHGYDQHHQZHWWHOLMNNDGHUYRRUUXLOKDQGHO Transacties binnen RES In de enquête werd bevraagd hoe de leden hun RES ¼XUR VYHUZHUYHQHQXLWJHYHQ2SGH]H manier kunnen we de specifieke dynamiek van deze organisatie ontrafelen. Meer bepaald vroegen we de leden van welke soort klanten ze RES ¼XUR VRQWYLQJHQRIGH]HNODQWHQVWHHGV met RES ¼Xro s betalen, waar ze dan dit ruilkrediet uitgeven, wie het uitgeeft en welke producten ze hier dan voornamelijk mee kopen. We moeten vooreerst opmerken dat de omzet in RES, voor het merendeel van de leden, slechts een klein deel van hun totale omzet uitmaakt. Gemiddeld bedraagt dit 3,3%, maar is sterk afhankelijk van lid tot lid (cf. figuur 14). Voor 27% van de leden betekent RES minder dan 1% van hun omzet. Voor deze leden heeft ruilhandel nagenoeg geen invloed op hun zaak. Voor het grootste deel van de leden blijft RES slechts een marginale invloed (minder dan 4%) uitoefenen op hun verkopen. Dit staat in schril contrast met een kleine groep van leden, die meer dan 10% van hun omzet realiseren met ruilhandel. De sectoren waarin deze leden actief zijn, zijn net de best vertegenwoordigde sectoren in RES op de horeca na, met name de bouw, interieur en decoratie, ICT en reclame. Dit toont aan dat het RES-systeem blijkbaar vooral interessant is om (grotere) investeringen door te voeren, eerder dan overtollige voorraden weg te werken of flexibel de kasstromen te beheren. Hoewel deze bedrijven allicht heel wat
12 dynamisme brengen in het systeem, moet men behoedzaam zijn voor de gevaren van een groot aandeel van ruilhandel in de omzet. Dit kan namelijk leiden tot kastekorten en daarom adviseert de barter-club om het volume in RES te beperken tot 10% van de omzet (cf. subsectie 2.2.3). YDQGHOHGHQ 45% 40% 35% 30% 25% 20% 15% 10% 5% 0% <1% 1% - 4% 4% - 7% 7-10% 10% $DQGHHOYDQ5(6LQGHRP]HW )LJXXU%HODQJYDQ5(6LQGHRP]HWYDQGHOHGHQ We bespreken nu achtereenvolgens hoe de RES-leden hun ruilkrediet verwerven en het daarna weer uitgeven. a) Verwerven van RES ¼XUR V De meeste leden (66%) verwerven hun ruilkrediet via leden die af en toe een (grote) aankoop verrichten. Dit bewijst dat de transacties binnen het RES-systeem eerder een occasioneel karakter hebben. Daarenboven betalen leden in de meeste gevallen (73%) steeds met RES ¼XUR V'LWEHWHNHQWGDWGHELQGLQJWXVVHQGHOHGHQYRRUDOJHUHDOLVHHUGZRUGWGRRUKHWV\VWHHP en dat een tijdelijk lidmaatschap bijgevolg slechts tijdelijk nieuwe klanten zal aantrekken. 22% onderkent echter wel dat RES-leden naast RES ¼XUR V RRN JHZRQH (XUR V binnenbrengen. Op de tweede plaats ontvangt men RES ¼XUR V YDQ OHGHQ GLH UHHGV NODQW ZDUHQ YRRU]H OLG werden van de barter-club. Dit is veeg teken aangezien zij bijgevolg cashinkomsten zien vervangen worden door RES-inkomsten. Dit zal enerzijds hun potentiële omzetstijging
13 beperken en anderzijds kan deze substitutie van inkomsten cashflowproblemen veroorzaken (cf. subsectie 1.3.2). 13% van de leden geeft toe zoveel mogelijk het gebruik van RES ¼XUR VWHYHUPLMGHQ'LW]LMQ leden die hun huidig opgebouwd ruilkrediet niet weten uit te geven, enkel lid zijn geworden zodat ze een bepaalde klant konden behouden en/of die beslist hebben om hun lidmaatschap te beëindigen. Slechts 4% van de leden zegt een trouwe klant te hebben aangetrokken via RES. 7DEHO,,,9DQZLHRQWYDQJWPHQ5(6¼XUR V" 66% Van nieuwe klanten die nu af en toe een (grote) aankoop doen 26% Van leden die reeds klant waren voor men lid werd 13% Probeert zoveel mogelijk het gebruik van RES ¼XUR VWHYHUPLMGHQ 6% Van andere 4% Van nieuwe klanten die nu regelmatig aankopen doen b) Uitgeven van RES ¼XUR V Uit tabel V blijkt duidelijk dat de leden hun aankoopgewoonten wijzigen ten voordele van andere leden. 62% van de respondenten is op zoek gegaan naar alternatieve leveranciers voor zijn inputs. Hiervoor zijn ze bereid om verder te gaan zoeken dan in hun eigen buurt. 72% van de respondenten koopt namelijk zijn goederen en diensten bij leveranciers die niet in de buurt liggen. De voornaamste reden hiervoor is dat er geen geschikt RES-lid in de buurt is die deze producten kan leveren. Dit toont wel aan dat RES-leden op deze manier nieuwe, verder gelegen markten kunnen aansnijden en dat men wel degelijk een competitief voordeel heeft, ten opzichte van niet leden, dankzij lidmaatschap. Op de tweede plaats spendeert men RES ¼XUR V DDQ JURWHUH LQYHVWHULQJHQ ]RDOV UHQRYDWLHV schilderwerken of vernieuwing van de ICT-infrastructuur. Hoewel dit antwoord significant minder (18%) werd aangekruist door leden, mag men er van uitgaan dat het volume dat hiermee correspondeert veel groter is dan dit percentage laat vermoeden. Transacties van deze aard zijn immers per definitie groter dan normale en bovendien hebben we hoger reeds gezien dat een groot deel van de omzet in RES door zulke transacties wordt gerealiseerd.
14 7DEHO,9:DDUJHYHQ5(6OHGHQKXQUXLONUHGLHWXLW" 62% Bij nieuwe leveranciers die RES ¼XUR VDDQYDDUGHQ 18% Gebruiken RES ¼XUR V YRRU (grotere) investeringen (zoals renovatiewerken, schilderwerken, ) waar ze geen vaste leverancier voor hadden 17% Gebruikt zelden of nooit RES ¼XUR V 11% Bij leveranciers die men al kende voor men lid werd van RES 10% Bij andere (voornamelijk voor persoonlijke uitgaven) Een niet te verwaarlozen gedeelte (17%) meldt dat zij zelden of nooit RES ¼XUR VJHEUXLNHQ Het is vooral opvallend dat dit percentage hoger ligt dan degenen die zelden of nooit RES ¼XUR V RQWYDQJHQ 'LW ZLO ]HJJHQ GDW HU OHGHQ ]LMQ GLH ZHO 5(6 ¼XUR V DDQYDDUGHQ maar geen geschikte aanwending ervoor vinden. Zoals reeds eerder gezegd (cf. hoofdstuk 2) is dit een vaak genoemd probleem binnen RES. Verschillende leden gaven spontaan te kennen dat zij moeilijk geschikte leveranciers vonden om hun opgebouwd ruilkrediet te spenderen. Een aantal leden (11%) kon bij zijn gebruikelijke leveranciers terecht met zijn ruilkrediet. Dit is een zeer interessante uitgangspositie daar men door lidmaatschap zijn aankopen nu kan financieren met RES ¼XUR VZDWFDVKYULMPDDNWHQGXV]LMQOLTXLGLWHLWVSRVLWLHYHUEHWHUW De inkomsten in RES ¼XUR V ZRUGHQ hoofdzakelijk gebruikt voor uitgaven voor de zaak (69%) maar ook voor persoonlijke uitgaven (31%) en zelden voor het personeel (<1%). Dit bewijst dat er bij het RES-systeem geen duidelijke scheiding is tussen de ruilmarkt (waar input tegen output wordt gewisseld) en de cashmarkt (waar het verkopen tegen geld plaatsvinden). De (negatieve) welvaartsimplicaties hiervan werden besproken in sectie De producten en diensten die men koopt zijn over het algemeen (74%) vertrouwde producten en diensten. Dit zijn voornamelijk uitgaven aan horeca (27%), kleding (18%) en reclame (12%), de sterkst vertegenwoordigde sectoren binnen RES. 36% van de respondenten zegt ook minder vertrouwde producten en diensten aan te kopen via RES. Zij gebruiken dan de ledengids of de website om een geschikte leverancier te vinden. In deze zin kunnen we argumenteren dat een barter-club wel effectief informatie helpt te verspreiden en bijgevolg de zoekkosten helpt te beperken.
15 Internationale transacties via het RES-systeem blijven beperkt, maar 23% van de leden antwoordde in toenemende mate aankopen te zullen verrichten in het buitenland via RES. Deze kleine groep maar stuwt de grotere openheid en internationaliteit van de ruilkring Tevredenheid over de werking van RES In de enquête werd ook gepeild naar de algemene tevredenheid over RES. Hét nieuwe geld. Dit zal enerzijds een indicatie geven voor de motivatie voor en het geloof in het systeem. Anderzijds kan dit misschien de problemen helpen te verklaren waarmee RES te kampen heeft, met name de stagnatie van het aantal leden en de magere groei van het volume tijdens de laatste jaren. Er werd in het bijzonder gevraagd naar de tevredenheid over de werking, het management, de ondersteuning, de beloofde omzetstijging en de kosten. De algemene tevredenheid is gematigd negatief. Dit kan te wijten zijn aan het feit dat vooral ontevreden leden via deze enquête hun grieven te ventileren. Doch noteren we dat meer dan 60% (cf. Figuur 15) zegt nog vele jaren lid te blijven van RES. Dit resultaat kan in positieve zin geïnterpreteerd worden aangezien er onduidelijkheid heerste in de periode dat de vragenlijsten werden rondgestuurd. Desalniettemin blijft deze ontevredenheid zorgwekkend. q r5s%t u v?wx y%z {}$t } vq~$}$x!t u {~$x Zƒ Niet akkoord; 28% Akkoord; 51% Helemaal niet akkoord; 10% Helemaal akkoord; 11% )LJXXU0HQLQJRYHUWRHNRPVWLJOLGPDDWVFKDS De belangrijkste bron van ontevredenheid is de te beperkte omzetstijging die RES teweeg heeft gebracht. Dit komt, volgens die leden, voornamelijk door te weinig leden (in de buurt),
16 maar ook door de zwakke ondersteuning van de brokers. Vele leden klagen erover dat hun broker zelden of nooit contact met hen opneemt. We merkten wel op dat enkele respondenten signaleerden dat ze de laatste tijd verbetering zagen in de ondersteuning door hun broker. Dit zijn misschien de eerste tekenen van de reorganisatie die RES recentelijk doorvoerde. Een andere reden die vaak werd aangegeven voor de beperkte handel binnen RES zijn de hoge commissies die worden gevraagd op de transacties. Door deze hoge transactiekosten (7%) beperken de meeste leden zich tot aankopen op momenten dat ze kastekorten hebben of als ze een overvloed aan ruilkrediet hebben. Hierdoor hebben de transacties een eerder occasioneel karakter. ˆ AŠ ( ŒŠ ; Š MŽZ % % Š $ $ Hoog; 20% Fair; 18% Vrij goedkoop ; 3% Niet belangrijk; 8% Te hoog; 51% )LJXXU0HQLQJRYHUGHFRPPLVVLHVYDQ5(6 Een tweede vaak gehoorde klacht gaat over de kwaliteit van de leden. Vele leden klagen over andere leden die niet of niet correct het opgegeven RES-percentage respecteren. Zij weigeren te pas en te onpas (gedeeltelijke) betalingen met RES ¼XUR V =LM EHWUHXUHQ GDW GLW opportunisme niet beteugeld wordt door RES ondanks het huishoudelijk reglement. Daarnaast vindt men ook dat vele RES-leden systematisch hogere prijzen aanrekenen (in RES ¼XUR V dan niet-res-leden (in Euro s), wat ook verboden wordt door het reglement. Dit wordt enerzijds veroorzaakt door het opportunisme van de leden (zij willen de extra transactiekosten compenseren) en anderzijds door niet-efficiënte leden die allicht naar een faillissement toegaan. Op dit laatste punt heeft RES al te kennen gegeven dat ze een sanering aan het doorvoeren zijn en dat ze hogere eisen zullen stellen aan nieuwe leden teneinde de kwaliteit van het ledenbestand op te krikken. Door deze gepercipieerde zwakke kwaliteit van de leden
17 en de afwezigheid van leden in de buurt, hebben velen het gevoel dat ze hun opgebouwd RES-saldo niet kunnen opgebruiken. Zij pleiten daarom voor meer diverse en kwaliteitsvolle leden. Ten slotte klagen sommige leden meer algemeen over de onduidelijkheid van het systeem. Er heerst bij hen verwarring rond faillissementen van leden, de werking van het management en de BTW. Zij beklagen het gebrek aan informatie die zij nodig achten om de (financiële) risico s in te schatten. Ze hadden ook meer transparantie gewild in de werking van het systeem in het algemeen en van het management in het bijzonder. Ondanks hun aandeelhouderschap hebben zij geen zicht op wat met de betaalde lidgelden en commissies gebeuren. Deze scepsis ten opzichte van het management werd uiteraard versterkt door het faillissement van de managementvennootschap, enkele maanden voor de afname van deze enquête. 9HUGHUHLPSOLFDWLHVYDQGHUHVXOWDWHQ In deze sectie willen we dieper in gaan op twee aspecten die duidelijk naar voren komen uit de resultaten van dit onderzoek. Ten eerste is het duidelijk dat deze barter-club veel kenmerken toont van een netwerk en bijgevolg ook onderhevig is aan netwerkexternaliteiten die de werking en de toekomst van RES sterk beïnvloeden. Dit wordt besproken in de eerste subsectie. Ten tweede valt het op dat een aantal onduidelijkheden en problemen worden veroorzaakt door de afwezigheid van wetgeving omtrent ruilhandel. Hier wordt over doorgeboomd in de tweede subsectie RES als een netwerk Een barter-club kan gezien worden als een netwerk daar de leden verbonden zijn met elkaar door de RES ¼XUR(HQ EHODQJULMN JHYROJ KLHUYDQ LV GDW GLW V\VWHHP RQGHUKHYLJ LV DDQ ZDW men noemt netwerkexternaliteiten.
18 Netwerkexternaliteiten vloeien voort uit het feit dat de waarde van een goed (hier de RES ¼XURVWHUNDIKDQJWYDQKHWDDQWDOJHEUXLNHUV 2. Een typevoorbeeld hiervan is het internet, wat interessanter wordt naarmate er meer computers en gebruikers op zijn aangesloten. Er zijn met andere woorden positieve terugkoppelingseffecten die er voor zorgen dat de waarde van het netwerk zeer sterk toeneemt naarmate er meer leden zijn aangesloten. Dit wordt in de economische literatuur toegeschreven aan schaalvoordelen aan de vraagzijde, in tegenstelling tot de klassieke schaalvoordelen van productie. Deze effecten komen sterk tot uiting in dit onderzoek. Vele leden zouden graag meer leden zien waar zij hun RES ¼XUR VNXQQHQXLWJHYHQ=LMHUNHQQHQGDWPHHUHQPHHUGLYHUVHOHGHQ de waarde van hun ruilkrediet kunnen verhogen omdat op die manier de liquiditeit ervan verhoogd wordt en dat ze voor meer behoeften terecht kunnen in het RES-ruilnetwerk. Bovendien is er, zoals in de meeste netwerken, een noodzaak aan een bepaalde kritische massa om de schaalvoordelen van zowel de vraag als de productie te kunnen benutten. Denk bijvoorbeeld aan de introductie van de fax. In de beginjaren waren deze toestellen duur omdat de productievolumes laag waren. En de vraag was laag omdat de prijs hoog lag en men naar weinig mensen kon faxen. Eens een kritische massa overschreden wordt, komt het proces van positieve terugkoppelingen op gang zodat de prijs daalt en het aantal gebruikers toeneemt. Dit is klaarblijkelijk ook een heel belangrijk aspect bij RES. Door het aantrekken van een kritische massa (RES schat dit op een 8000 à leden) kan RES zowel de schaalvoordelen van de vraag als die verbonden met de exploitatie van het systeem, benutten. RES heeft immers een groot aantal vaste kosten die verbonden zijn met de IT-infrastructuur om de transacties af te handelen. Bij een schaalvergroting kunnen deze over meer leden gespreid worden waardoor de gemiddelde kosten per lid en per transactie dalen. Daarenboven kunnen er productiviteitswinsten op vlak van personeel en administratie gerealiseerd worden. Door de gedaalde transactiekosten zullen de leden meer handelen via het RES-systeem (dit was immers een vaak gehoorde opmerking) en kunnen de kosten over een nog groter aantal transacties gespreid worden waardoor de gemiddelde kosten verder dalen. Een belangrijke factor om dit proces te doen slagen is het vertrouwen dat het management moet uitstralen om deze kritische massa effectief te bereiken. Indien er weinig geloof is dat dit 2 Metcalf s wet stelt dat deze relatie kwadratisch is.
19 zal lukken, zal het netwerk te klein blijven en bedreigd worden in zijn voortbestaan. Bij een afname van het aantal leden treden er immers negatieve terugkoppelingen in werking die tegengesteld zijn aan de bovengenoemde positieve terugkoppelingen Een wettelijk kader voor ruilhandel We hebben reeds in de vorige hoofdstukken de problemen aangekaart van de afwezigheid van enige regulering inzake ruilhandel en alternatieve munten in Europa. Uit dit onderzoek blijkt ook dat leden nadelige gevolgen ondervinden van deze leemte in de wetgeving. Dit uit zich in een aantal onderdelen van de enquête. Ten eerste erkennen vele leden (66%) dat potentiële leden afgeschrikt worden door het ontbreken van een wettelijk kader. Dit samen met het feit dat de meeste leden ook meer leden in de club willen impliceert dat een significant percentage gewonnen is voor een interventie van de wetgever. Bovendien kunnen er significante welvaartswinsten worden gerealiseerd indien de beperkingen op ruilhandel verminderen door een groter aanbod (cf. hoofdstuk 3). Dit kan de overheid stimuleren om actie te ondernemen. Ten tweede heerst er onduidelijkheid over de fiscaliteit (voornamelijk de BTW) van ruilhandel en de behandeling van leden in faling. In het huishoudelijk reglement (cf ) zijn er wel clausules opgenomen om met deze problematiek om te gaan, doch heeft RES niet laten blijken dat ze dit reglement zeer strikt toepast (cf. leden die weigeren RES ¼XUR V WH aanvaarden). Ten slotte zouden heel wat leden wat meer transparantie willen in de werking van het management. Hoewel RES er alle baat bij heeft om hiervoor te zorgen, kan een goede wetgeving een stok achter de deur vormen om fraude tegen te gaan. Samengevat pleiten we hier voor een wettelijk kader dat voldoende beweegruimte laat aan creativiteit en innovatie, die deze jonge sector nodig heeft. Deze wetgeving zou in de eerste plaats moeten leiden tot meer zekerheid voor de leden, misbruiken beteugelen en een basis leggen voor de ontplooiing van deze sector. De Amerikaanse wetgever heeft reeds in 1982
20 regels opgesteld voor ruilhandel en heeft bewezen dat dit de groei van dergelijke systemen niet hoeft in de weg staan. &RQFOXVLH In dit hoofdstuk hebben we de enquête besproken die we bij de RES-leden hebben afgenomen. Hieruit bleek dat naast de horeca -welke reeds door RES werd aangestipt als een oververtegenwoordigde sector- er ook een hoge concentraties aan bouw en renovatie-, reclame- en ICT-bedrijven aanwezig zijn. De reclamesector is bijna steeds sterk aanwezig in trade exchanges maar de sterke aanwezigheid van de andere bedrijfstakken wordt verklaard door het feit dat het RES-systeem vaak gebruikt wordt als een manier om investeringen (versneld) door te voeren. Hieruit blijkt dat RES aanzien wordt als een interessante financieringsmethode. De belangrijkste motivatie voor lidmaatschap blijft het aantrekken van nieuwe klanten om zo de omzet te doen stijgen. Ook uit vroegere studies bleek dit al een belangrijke rol te spelen. In tegenstelling tot wat men in de literatuur leest wordt de onderzochte trade exchange niet vaak gebruikt als manier om overtollige voorraden te verkopen. Blijkbaar is dit voordeel verbonden aan de specifieke werking van corporate barter (cf. hoofdstuk 1, subsectie 1.3.1). Uit de analyse van de transactiedynamiek hebben we kunnen afleiden dat handel via RES occasioneel van aard blijft. Slechts weinigen hebben het RES systeem geïntegreerd in hun aankoopgedrag. Dit is te wijten aan enerzijds de hoge commissies die dienen betaald te worden op de transacties. Dit maakt in de meeste gevallen de betaling met geld interessanter. Anderzijds vinden vele leden dat er te weinig geschikte leveranciers zijn voor de gewenste goederen en diensten. Naast een tekort aan mogelijke leveranciers, is er ook een probleem van kwaliteit van de leden. Deze blijken niet altijd zeer competitief te zijn of bereid het RESsysteem actief toe te passen. Door de beperkte dynamiek in het systeem heerst er heel wat ontevredenheid bij de leden. Dit heeft zich geuit in negatieve commentaren en in een zwak vertrouwen in de toekomst van hun lidmaatschap. We moeten wel opmerken dat deze antwoorden negatief gekleurd kunnen zijn door de manier waarop deze enquête werd afgenomen (vrijwillige respons) en door het feit
rapportage Producentenvertrouwen kwartaal 1. Deze resultaten zijn tevens gepubliceerd in de tussenrapportage economische barometer (5 juni 2002)
Rapportage producentenvertrouwen oktober/november 2002 Inleiding In de eerste Economische Barometer van Breda heeft de Hogeschool Brabant voor de eerste keer de resultaten gepresenteerd van haar onderzoek
Nadere informatieTevredenheidsonderzoek bij klanten van interim management (providers)
FEDERGON OPDRACHTGEVERS BEOORDELEN INTERIM MANAGEMENT PROVIDERS POSITIEF Tevredenheidsonderzoek bij klanten van interim management (providers) Tevredenheidsonderzoek bij de klanten van interim management
Nadere informatieResultaten enquête. Schriftelijke en mondelinge communicatie van Basisschool de Gansbeek naar ouders
Resultaten enquête Schriftelijke en mondelinge communicatie van Basisschool de Gansbeek naar ouders 1. Inleiding Naar aanleiding van de enquête die is gehouden onder de ouders van Basisschool de Gansbeek
Nadere informatieEindexamen vwo economie II
Opmerking Algemene regel 3.6 is ook van toepassing als gevraagd wordt een gegeven antwoord toe te lichten, te beschrijven en dergelijke. Opgave 1 1 maximumscore 2 Een antwoord waaruit blijkt dat de particuliere
Nadere informatieUITSLAGEN WONEN ENQUÊTE
UITSLAGEN WONEN ENQUÊTE 3 E KWARTAAL 211 Gemaakt voor NVM Wonen Gemaakt door NVM Data & Research Inhoudsopgave 1 Introductie enquête... 3 1.1 Periode... 3 1.2 Respons... 3 2 Staat van de woningmarkt...
Nadere informatieONDERZOEKSRAPPORT CONTENT MARKETING EEN ONDERZOEK NAAR DE BEHOEFTE VAN HET MKB IN REGIO TWENTE AAN HET TOEPASSEN VAN CONTENT MARKETING
ONDERZOEKSRAPPORT CONTENT MARKETING EEN ONDERZOEK NAAR DE BEHOEFTE VAN HET MKB IN REGIO TWENTE AAN HET TOEPASSEN VAN CONTENT MARKETING VOORWOORD Content marketing is uitgegroeid tot één van de meest populaire
Nadere informatieCase Medewerkerstevredenheiden betrokkenheidscan
Case Medewerkerstevredenheiden betrokkenheidscan Hoe tevreden zijn de medewerkers met en hoe betrokken zijn zij bij de organisatie en welke verbeterpunten ziet men voor de toekomst? Wat is medewerkerstevredenheid
Nadere informatieTrade van de Week. ETF s. als alternatief. voor aandelen
Trade van de Week ETF s als alternatief voor aandelen In mijn zoektocht naar de Trade van de Week stuitte ik vandaag niet zozeer op een trade, maar eerder op een trader van de week. Deze klant trok mijn
Nadere informatieRapportage Onderzoek betaaltermijnen en betaalgedrag MKB Uitgevoerd door Direct Research In opdracht van Betaalme.
Rapportage Onderzoek betaaltermijnen en betaalgedrag MKB 2018 Uitgevoerd door Direct Research In opdracht van Betaalme.nu Juni 2018 Achtergrond van het onderzoek Doel onderzoek DirectResearch heeft in
Nadere informatieEén panellid, werkzaam in de juridische dienstverlening, geeft juist aan dat zijn omzet is toegenomen door de kredietcrisis.
Respons Van 25 juni tot en met 5 juli is aan de leden van het Brabantpanel een vragenlijst voorgelegd met als thema Kredietcrisis. Ruim de helft van de 1601 panelleden (54%) vulde de vragenlijst in. Hieronder
Nadere informatieOnderzoek TNS NIPO naar thuiswinkelgedrag en de bekendheid van het Thuiswinkel Waarborg in Nederland
Onderzoek TNS NIPO naar thuiswinkelgedrag en de bekendheid van het Thuiswinkel Waarborg in Nederland In april 2013 heeft TNS NIPO in opdracht van Thuiswinkel.org een herhalingsonderzoek uitgevoerd naar
Nadere informatieStijging van het aantal werkzoekende uitkeringsgerechtigde volledig werklozen maar eerste daling bij de jongeren onder 25 jaar
Rijksdienst voor Arbeidsvoorziening Directie Interne en Externe Communicatie Keizerslaan, 7-9 - 1000 Brussel Tel. 02 515 42 81 www.rva.be Brussel, 8 mei Persmededeling Stijging van de volledige werkloosheid,
Nadere informatie+RRIGVWXN +HW5(6%DUWHU6\VWHP
+RRIGVWXN +HW5(6%DUWHU6\VWHP In dit hoofdstuk beschrijven we een Belgische barter-club, RES Barter-System. Deze organisatie maakt het voorwerp uit van het onderzoek dat wordt besproken in het laatste hoofdstuk.
Nadere informatieEindexamen economie 1-2 havo 2007-I
4 Beoordelingsmodel Algemene regel 3.6 is ook van toepassing als gevraagd wordt een gegeven antwoord toe te lichten, te beschrijven en dergelijke. Opgave 1 1 maximumscore 2 twee van de volgende voorbeelden
Nadere informatieEvaluatie van de Digitale Werkplaats
Evaluatie van de Digitale Werkplaats 2016 Dialogic innovatie interactie 1 Datum Utrecht, 16 juni 2017 Auteurs Robbin te Velde Tessa Groot Beumer 2 Dialogic innovatie interactie Dialogic innovatie interactie
Nadere informatieModule 8 havo 5. Hoofdstuk 1 conjunctuurbeweging
Module 8 havo 5 Hoofdstuk 1 conjunctuurbeweging Economische conjunctuur hoogconjunctuur Reëel binnenlands product groeit procentueel sterker dan gemiddeld. laagconjunctuur Reëel binnenlands product groeit
Nadere informatieVerzekerden bezuinigen op hun zorgverzekering, het aantal overstappers neemt nog steeds toe. Margreet Reitsma-van Rooijen en Anne Brabers
Dit factsheet is een uitgave van het NIVEL. De gegevens mogen met bronvermelding (Margreet Reitsma-van Rooijen en Anne Brabers. Verzekerden bezuinigen op hun zorgverzekering, het aantal overstappers neemt
Nadere informatieDe impact van concurrentie op de productmix van exporteurs
VIVES BRIEFING 2016/09 De impact van concurrentie op de productmix van exporteurs Koen Breemersch KU Leuven, Faculteit Economie en Bedrijfswetenschappen, VIVES 1 DE IMPACT VAN CONCURRENTIE OP DE PRODUCTMIX
Nadere informatieEindexamen economie 1-2 vwo 2007-II
Beoordelingsmodel Opmerking Algemene regel 3.6 is ook van toepassing als gevraagd wordt een gegeven antwoord toe te lichten, te beschrijven en dergelijke. Opgave 1 1 maximumscore 1 0,15 0,12 100% = 25%
Nadere informatieA DATA-DISCOVERY JOURNEY
A DATA-DISCOVERY JOURNEY Waarom een data- discovery journey Je hebt een hoop data maar wat kun je er mee. Data is voor veel bedrijven nog een erg abstract begrip. Natuurlijk snapt iedereen dat informatie
Nadere informatieEnquête rond het familiebedrijf in België
www.pwc.be Enquête rond het familiebedrijf in België December 2010 Kernbevindingen 1. 1 op 2 respondenten ziet overheidsbeleid en regulering als één van de voornaamste externe uitdagingen voor hun onderneming.
Nadere informatieEindexamen economie 1-2 vwo 2005-II
4 Beoordelingsmodel Opmerking Algemene regel 3.6 is ook van toepassing als gevraagd wordt een gegeven antwoord toe te lichten, te beschrijven en dergelijke. Opgave 1 1 Een voorbeeld van een juist antwoord
Nadere informatieAlgemene inleiding Reclame is vandaag de dag niet meer weg te denken uit onze maatschappij. Bekende producenten brengen hun producten en diensten onder de aandacht van het grote publiek via verschillende
Nadere informatieEerlijk handelen, samen doen! Ontwikkelingen in de achterban
Eerlijk handelen, samen doen! Ontwikkelingen in de achterban Juni 2011 Eerlijk Handelen, Samen Doen! Samenvatting uitslagen enquêtes onder achterban Woord en Daad gehouden in 2008 en 2011 1. Inleiding
Nadere informatieMKB investeert in kennis, juist nu!
M201016 MKB investeert in kennis, juist nu! drs. B. van der Linden drs. P. Gibcus Zoetermeer, september 2010 MKB investeert in kennis, juist nu! MKB-ondernemers blijven investeren in bedrijfsopleidingen,
Nadere informatieDe handelsbetrekkingen van België met Moldavië
De handelsbetrekkingen van België met Moldavië Algemeen: 2009 BBP (schatting) 5,4 miljard USD Groeipercentage van het BBP -6,5% Inflatie -0,1% Uitvoer van goederen (FOB) Invoer van goederen (FOB) Handelsbalans
Nadere informatieFACTS & FIGURES Bibliotheekbezoek Franne Mullens
Inleiding Uit onderzoek blijkt dat vooral jongeren hun weg vinden naar de bibliotheek. 65% van alle jongeren onder de 18 jaar bezochten in hun vrijetijd de bibliotheek en ze waren zo goed als allemaal
Nadere informatieCOUNTRY PAYMENT REPORT 2015
COUNTRY PAYMENT REPORT 15 Het Country Payment Report is ontwikkeld door Intrum Justitia Intrum Justitia verzamelt informatie bij duizenden bedrijven in Europa en krijgt op die manier inzicht in het betalingsgedrag
Nadere informatieEFFECTIVENESS BAROMETER
EFFECTIVENESS BAROMETER Roland Van Gompel Inne Thielemans ivox 2017 Onderzoeksopzet Doel van het onderzoek Hoe denkt de Belgische marketeer over marketing communication effectiveness? Doelgroep Communicatiespecialisten
Nadere informatieCreativiteit is prioriteit
PERSBERICHT Hasselt, 9 november 2011 Creativiteit is prioriteit Creativiteit noodzakelijk voor toekomst Limburgse bedrijven Onderzoek VKW Limburg en UNIZO-Limburg: 4 op 5 bedrijven acht creativiteit noodzakelijk
Nadere informatieUIT De Phillips curve in het kort
Phillips ontdekt een verband (korte termijn). De econoom Phillips zag in de gegevens van eind jaren 50 tot eind jaren 60 een duidelijk (negatief) verband tussen werkloosheid en inflatie. Phillips stelde
Nadere informatieStandaard Eurobarometer 80. DE PUBLIEKE OPINIE IN DE EUROPESE UNIE Najaar 2013 NATIONAAL RAPPORT BELGIË
Standaard Eurobarometer 80 DE PUBLIEKE OPINIE IN DE EUROPESE UNIE Najaar 2013 NATIONAAL RAPPORT BELGIË Opiniepeiling besteld en gecoördineerd door de Europese Commissie, Directoraat-generaal Communicatie.
Nadere informatieEindexamen economie 1-2 vwo 2007-I
Beoordelingsmodel Algemene regel 3.6 is ook van toepassing als gevraagd wordt een gegeven antwoord toe te lichten, te beschrijven en dergelijke. Opgave 1 1 maximumscore 2 q v = 200 1,25 + 450 = 200 q a
Nadere informatieSlechts 1 antwoord is juist, alle andere zijn fout (en bevatten heel vaak onzin)!
Slechts 1 antwoord is juist, alle andere zijn fout (en bevatten heel vaak onzin)! Vragen aangeduid met een * toetsen in het bijzonder het inzicht en toepassingsvermogen. Deze vragenreeksen zijn vrij beschikbaar.
Nadere informatieBijlage nr 10 aan ZVP 2014-2017 BIJLAGE 10 LOKALE VEILIGHEIDS- BEVRAGING 2011
BIJLAGE 10 LOKALE VEILIGHEIDS- BEVRAGING 2011 Lokale veiligheidsbevraging 2011 Synthese van het tabellenrapport Pz Blankenberge - Zuienkerke Inleiding De lokale veiligheidsbevraging 2011 is een bevolkingsenquête
Nadere informatieInkomsten en uitgaven van de landsoverheid Curaçao in 2014
Inkomsten en uitgaven van de landsoverheid Curaçao in 2014 Inleiding Joyce Mahabali De inkomsten van de overheid zijn de gelden die de overheid binnenkrijgt, overheidsuitgaven zijn de gelden die de overheid
Nadere informatieMonitoring gebruikerstevredenheid invoering 130 km/h
TNS Nipo Grote Bickersstraat 74 1013 KS Amsterdam t 020 5225 444 e info@tns-nipo.com www.tns-nipo.com Rapport Monitoring gebruikerstevredenheid invoering 130 km/h Rick Heldoorn & Matthijs de Gier H1630
Nadere informatieMeting september 2013
Meting september 2013 Het Nederlandse Donateurspanel van WWAV wordt mede mogelijk gemaakt door het CBF en is uitgevoerd door Peil.nl Donateursvertrouwen daalt in tegenstelling tot consumentenvertrouwen
Nadere informatieEindexamen economie 1-2 havo 2006-II
Opmerking Algemene regel 3.6 is ook van toepassing als gevraagd wordt een gegeven antwoord toe te lichten, te beschrijven en dergelijke. Opgave 1 1 Voorbeelden van een juist antwoord zijn: kosten van politie-inzet
Nadere informatieTEVREDENHEIDS ONDERZOEKEN
TEVREDENHEIDS ONDERZOEKEN HOE SLAAT U '3 VLIEGEN IN 1 KLAP'? Het tevredenheidsonderzoek is een meting van de mening van uw klanten over uw bedrijf en dienstverlening. Een belangrijk gegeven dat van groot
Nadere informatieINKOMSTEN BEELDENDE KUNSTENAARS
INKOMSTEN BEELDENDE KUNSTENAARS In het kader van de opdracht coördinatie en verruiming van het sociaal overleg in de artistieke sector wil het Kunstenloket met dit onderzoek nagaan op welke manier beeldende
Nadere informatieKHN Monitor Toekomstverwachtingen 2019
KHN Monitor Toekomstverwachtingen 2019 Koninklijke Horeca Nederland Woerden, 7 januari 2019 KHN Monitor Toekomstverwachtingen 2019 Inhoudsopgave 1. Inleiding 5 1.1 Responsverdeling 5 2 Resultaten 6 2.1
Nadere informatieTevredenheid over MEE. Brancherapport 2011. Een onderzoek in opdracht van MEE Nederland. Marieke Hollander Betty Noordhuizen BA3913
Tevredenheid over MEE Brancherapport 2011 Een onderzoek in opdracht van MEE Nederland Marieke Hollander Betty Noordhuizen BA3913 Zoetermeer, 21 december 2011 De verantwoordelijkheid voor de inhoud berust
Nadere informatieNederlandse samenvatting (summary in Dutch)
Nederlandse samenvatting (summary in Dutch) Relatiemarketing is gericht op het ontwikkelen van winstgevende, lange termijn relaties met klanten in plaats van het realiseren van korte termijn transacties.
Nadere informatieRAPPORT ENQUETE Verantwoord hout en papiergebruik bij Vlaamse lokale besturen
RAPPORT ENQUETE Verantwoord hout en papiergebruik bij Vlaamse lokale besturen Over de enquête Deze enquête werd verstuurd naar de milieudiensten van alle Vlaamse Steden en Gemeenten, alsook naar de duurzaamheidsambtenaren
Nadere informatieStandaard Eurobarometer 84. Die publieke opinie in de Europese Unie
Die publieke opinie in de Europese Unie Opiniepeiling besteld en gecoördineerd door de Europese Commissie, Directoraat-generaal Communicatie. Dit werd opgesteld voor de Vertegenwoordiging van de Europese
Nadere informatie6.1 De Net Promoter Score voor de Publieke Sector
6.1 De Net Promoter Score voor de Publieke Sector Hoe kun je dienstverleners het beste betrekken bij klantonderzoek? Ik ben de afgelopen jaren onder de indruk geraakt van een specifieke vorm van 3 e generatie
Nadere informatieKennisdeling op internet tussen leraren in Kennisnet Vakcommunities. De belangrijkste resultaten. Management samenvatting
Kennisdeling op internet tussen leraren in Kennisnet Vakcommunities. De belangrijkste resultaten Uwe Matzat/Chris Snijders Technische Universiteit Eindhoven Management samenvatting De grote meerderheid
Nadere informatieRegionale economische vooruitzichten 2014-2019
2014/6 Regionale economische vooruitzichten 2014-2019 Dirk Hoorelbeke D/2014/3241/218 Samenvatting Dit artikel geeft een bondig overzicht van enkele resultaten uit de nieuwe Regionale economische vooruitzichten
Nadere informatieWKK-barometer december. Zwartzustersstraat 16, bus Leuven
WKK-barometer 2016 december Zwartzustersstraat 16, bus 0102-3000 Leuven 016 58 59 97 info@ @cogenvlaanderen.be www.cogenvlaanderen.be Dit is de tweede WKK-barometer die COGEN Vlaanderen publiceert. De
Nadere informatiePanelonderzoek Europese interne markt
Panelonderzoek Europese interne markt Highlights resultaten onderzoek KvK-ondernemerspanel naar de Europese interne markt juni 2016 In december 2015 /januari 2016 is via het KvK online ondernemerspanel
Nadere informatieWKK-barometer 2016 juni Zwartzustersstraat 16, bus Leuven
WKK-barometer 2016 juni Zwartzustersstraat 16, bus 0102-3000 Leuven 016 58 59 97 info@cogenvlaanderen.be www.cogenvlaanderen.be Dit is de eerste WKK-barometer die COGEN Vlaanderen publiceert. De bedoeling
Nadere informatieConjunctuurbericht 2 e kwartaal Research, 14 augustus 2019
Conjunctuurbericht 2 e kwartaal 2019 Research, 14 augustus 2019 Kosten stijgen in transport, prijzen blijven gelijk De druk op de marges in de transportsector blijft groot. Terwijl de helft van de bedrijven
Nadere informatieDe impact van supersterbedrijven op de inkomensverdeling
VIVES BRIEFING 2018/05 De impact van supersterbedrijven op de inkomensverdeling Relatief verlies, absolute winst voor werknemers Yannick Bormans KU Leuven, Faculteit Economie en Bedrijfswetenschappen,
Nadere informatieDe economische crisis en Oud-West
De economische crisis en Oud-West Van 30 juni tot en met 7 juli 2009 kon het bewonerspanel van Oud-West vragen beantwoorden over de economische crisis. Hebben de panelleden het idee dat ze de gevolgen
Nadere informatieGoede tijden, slechte tijden. Soms zit het mee, soms zit het tegen
Slides en video s op www.jooplengkeek.nl Goede tijden, slechte tijden Soms zit het mee, soms zit het tegen 1 De toegevoegde waarde De toegevoegde waarde is de verkoopprijs van een product min de ingekochte
Nadere informatieComputeraffiniteit belangrijk op kantoor
Auteur A.R. Goudriaan E-mailadres alex@goudriaan.name Datum 16 november 2008 Versie 1.0 Titel Computeraffiniteit belangrijk op kantoor Computeraffiniteit belangrijk op kantoor tevredenheid over de automatiseringsafdeling
Nadere informatieAdministratieve (over)last
M200811 Administratieve (over)last Perceptie van MKB-ondernemers over verplichte administratieve handelingen J. Snoei Zoetermeer, november 2008 Administratieve lasten Het overgrote deel van de ondernemers
Nadere informatieEindexamen m&o havo 2009 - I
Beoordelingsmodel Opgave 1 1 maximumscore 2 625 + 175 = 800 eenheden 2 maximumscore 3 Verkoopresultaat = 2000 800 = 2,50 per stuk 1 Kostprijs = 4 + 1 = 5 1 Verkoopprijs = 5 + 2,50 = 7,50 1 3 maximumscore
Nadere informatieOnderzoek klanttevredenheid Proces klachtbehandeling 2011... Antidiscriminatievoorziening Limburg
Proces klachtbehandeling 2011................................................................... Antidiscriminatievoorziening Limburg Mei 2012...................................................................
Nadere informatieJonge werknemers en werkstress: een beknopte weergave van de feiten
Jonge werknemers en werkstress: een beknopte weergave van de feiten Irene Houtman & Ernest de Vroome (TNO) In het kort: Onderzoek naar de ontwikkeling van burn-outklachten en verzuim door psychosociale
Nadere informatieBouwmaterialenvervoer
3 e kwartaal 2016 Zoetermeer, 7 december 2016 INHOUDSOPGAVE Hoger dan verwacht Een groot aantal bouwmaterialenvervoerders moet het in het afgelopen derde kwartaal onverwacht druk hebben gehad. Het niveau
Nadere informatieEindexamen vwo economie pilot I
Opgave 1 1 maximumscore 2 Een antwoord waaruit blijkt dat de principaal te maken kan krijgen met keuzemogelijkheden en daardoor kosten moet maken om de kwaliteit van de zorgproducenten te kunnen beoordelen
Nadere informatieSlechts 1 antwoord is juist, alle andere zijn fout (en bevatten heel vaak onzin)!
Slechts 1 antwoord is juist, alle andere zijn fout (en bevatten heel vaak onzin)! Vragen aangeduid met een * toetsen in het bijzonder het inzicht en toepassingsvermogen. Deze vragenreeksen zijn vrij beschikbaar.
Nadere informatieAnalyse van de vooraanmeldingen voor de lerarenopleidingen
Analyse van de vooraanmeldingen voor de lerarenopleidingen Aanmelding voor opleidingen tot vo docent steeds vroeger, pabo trekt steeds minder late aanmelders juni 2009 Inleiding Om de (toekomstige) leraartekorten
Nadere informatieOnderzoeksrapport dienstenchequegebruikers. software consultancy training
Onderzoeksrapport dienstenchequegebruikers software consultancy training Inleiding De dienstencheque vierde onlangs zijn tiende verjaardag. In 2012 waren er bijna 870.000 actieve gebruikers van dienstencheques
Nadere informatieVuurwerk opnieuw gepeild
Grote Bickersstraat 74 1013 KS Amsterdam Postbus 247 1000 AE Amsterdam t 020 522 54 44 f 020 522 53 33 e info@tns-nipo.com www.tns-nipo.com Political & Social Rapport Vuurwerk opnieuw gepeild Verandering
Nadere informatieExtra opgaven hoofdstuk 11
Extra opgaven hoofdstuk Opgave Van een landbouwbedrijf zijn de input- en outputrelaties in onderstaande tabel weergegeven. We veronderstellen dat alleen de productiefactor arbeid varieert. Verder is gegeven
Nadere informatieEindexamen economie havo I
Opgave 1 Algemene regel 3.6 is ook van toepassing als gevraagd wordt een gegeven antwoord toe te lichten, te beschrijven en dergelijke. 1 Voorbeeld van een juiste berekening: 47,5 27,5 100% = 72,73% 27,5
Nadere informatieHOOFDSTUK 14: OEFENINGEN
1 HOOFDSTUK 14: OEFENINGEN 1. Antwoord met juist of fout op elk van de onderstaande beweringen. Geef telkens een korte a) Indien een Amerikaans toerist op de Grote Markt van Brussel een Deens bier drinkt,
Nadere informatieWerkbelevingsonderzoek 2013
Werkbelevingsonderzoek 2013 voorbeeldrapport Den Haag, 17 september 2014 Ipso Facto beleidsonderzoek Raamweg 21, Postbus 82042, 2508EA Den Haag. Telefoon 070-3260456. Reg.K.v.K. Den Haag: 546.221.31. BTW-nummer:
Nadere informatieDNA-ps december Resultaten november Uitleg KvK Ondernemerspanel
DNA-ps december 2012 - Resultaten november 2012 - Uitleg KvK Ondernemerspanel Hoe groot is uw onderneming? Ik ben zelfstandige, zonder personeel Micro-onderneming (1-9 werknemers) 28,1 64,8 - Twee derde
Nadere informatieOntwikkeling positieve minus negatieve antwoorden t.a.v. bedrijvigheid
1 e kwartaal 2016 10 e jaargang, nr. 34 31 mei 2016 INHOUDSOPGAVE Bedrijvigheid neemt toe Ook omzetniveau stijgt Winstniveau stijgt voor derde maal op rij Het tij lijkt zich te keren. Het negatieve sentiment
Nadere informatieRapportage. Trendonderzoek Interne Communicatie 2013 Resultaten online enquête
Rapportage Trendonderzoek Interne Communicatie 2013 Resultaten online enquête Suzanne Janssen Universiteit Twente Bas van Glabbeek Involve Joyce Ribbers Universiteit Twente Achtergrond van het onderzoek
Nadere informatieDe handelsbetrekkingen van België met Mozambique
De handelsbetrekkingen van België met Mozambique Algemeen: 2010 (schattingen) BBP 9,9 miljard USD Groeipercentage van het BBP 7,0% Inflatie 13,0% Uitvoer van goederen (FOB) Invoer van goederen (FOB) Handelsbalans
Nadere informatieDuurzame inzetbaarheid in de HR praktijk Onderzoeksrapport 2012
Duurzame inzetbaarheid in de HR praktijk Onderzoeksrapport 2012 Zicht krijgen op duurzame inzetbaarheid en direct aan de slag met handvatten voor HR-professionals INHOUDSOPGAVE 1. Duurzame inzetbaarheid
Nadere informatieMultiplicatoren: handleiding
Federaal Planbureau Economische analyses en vooruitzichten Multiplicatoren: handleiding De multiplicatoren van het finaal gebruik behelzen een klassieke toepassing van het traditionele inputoutputmodel
Nadere informatieUitkomsten Conjunctuurenquête 1 e kwartaal Research, 28 mei 2019
Uitkomsten Conjunctuurenquête 1 e kwartaal 2019 Research, 28 mei 2019 Samenvatting: vacatures blijven bron van zorg Uitkomsten TLN conjunctuur enquête eerste kwartaal 2019 Zoals gebruikelijk heeft TLN
Nadere informatieRESULTATEN ENQUÊTE ZONDAGSOPENING
RESULTATEN ENQUÊTE ZONDAGSOPENING INLEIDING Naar aanleiding van het toenemend aantal lokale stadsbesturen (o.a. Antwerpen, Kortrijk, Gent, Luik, ) dat zijn centrum wil laten erkennen als toeristische zone
Nadere informatieDe resultaten van het eindoordeel over de tevredenheidsonderzoek
4.2.2 Patiënttevredenheidsonderzoek Wij hebben in 2014 een patiënttevredenheidonderzoek uitgevoerd. Elke patiënt krijgt na behandeling een enquêteformulier. Van alle vragenlijsten hebben wij er 110 ingevuld
Nadere informatieOktober 2015. Macro & Markten. 1. Rente en conjunctuur :
Oktober 2015 Macro & Markten 1. Rente en conjunctuur : VS Zoals al aangegeven in ons vorig bulletin heeft de Amerikaanse centrale bank FED de beleidsrente niet verhoogd. Maar goed ook, want naderhand werden
Nadere informatieOnderzoeksresultaten infosecurity.nl
Onderzoeksresultaten infosecurity.nl Pagina 1 Introductie Tijdens de beurs infosecurity.nl, die gehouden werd op 11 en 12 oktober 2006, heeft Northwave een onderzoek uitgevoerd onder bezoekers en exposanten.
Nadere informatieKlanttevredenheid consultatiebureaus Careyn
Klanttevredenheid consultatiebureaus Careyn Klanten van Careyn over het consultatiebureau Inhoud: 1. Conclusies 2. Algemene dienstverlening 3. Het inloopspreekuur 4. Telefonische dienstverlening 5. Persoonlijk
Nadere informatieSamenvatting Samenvatting
Samenvatting Samenvatting Binnen het domein van hart- en vaatziekten is een bypassoperatie de meest uitgevoerde chirurgische ingreep. Omdat bij een hartoperatie het borstbeen wordt doorgesneden en er meestal
Nadere informatieHC zd. 42 nr. 31. dia 1
HC zd. 42 nr. 31 weinig mensen zullen zeggen dat ze leven voor het geld geld maakt niet gelukkig toch zeggen we er graag achteraan: wel handig als je het hebt want waar leef ik voor? een christen mag zeggen:
Nadere informatieM200719. Een 'directe buitenlandse investering' is méér dan investeren alleen. Buitenlandse investeringen door MKB-bedrijven
M200719 Een 'directe buitenlandse investering' is méér dan investeren alleen Buitenlandse investeringen door MKB-bedrijven drs. R.M. Braaksma dr. J. Meijaard Zoetermeer, november 2007 Een 'directe buitenlandse
Nadere informatieAantal respondenten 1758 1707 1578 13981 Aantal benaderd 4500 4404 4344 36949
Onderwijs & Kwaliteit Eerste rapportage HBO-Monitor 2013 Op 3 april 2014 zijn de resultaten van de jaarlijkse HBO-monitor (enquête onder afgestudeerden) over 2013 binnengekomen. Het onderzoek betreft studenten
Nadere informatieEindexamen vwo economie I
Opgave 1 1 maximumscore 1 Uit het antwoord moet blijken dat de hoogte van de arbeidsinkomensquote 0,7 / 70% is. 2 maximumscore 2 Een antwoord waaruit blijkt dat als b 1 daalt, het inkomen na belastingheffing
Nadere informatieBarometer kinesitherapie 2013
Barometer kinesitherapie 2013 Ingevolge de nomenclatuurhervorming van 2002, lag het uitgavenniveau voor kinesitherapie in 2003 op het laagste niveau sinds 1991. Vanaf 2004 beginnen de uitgaven opnieuw
Nadere informatieBouwmaterialenvervoer
1 e kwartaal 2016 Zoetermeer, 31 mei 2016 INHOUDSOPGAVE Minder bedrijvigheid Groter overschot Lager omzetniveau Het gaat goed met de Nederlandse bouwsector. In het afgelopen eerste kwartaal werd een omzetgroei
Nadere informatieInvloed van IT uitbesteding op bedrijfsvoering & IT aansluiting
xvii Invloed van IT uitbesteding op bedrijfsvoering & IT aansluiting Samenvatting IT uitbesteding doet er niet toe vanuit het perspectief aansluiting tussen bedrijfsvoering en IT Dit proefschrift is het
Nadere informatieCountry factsheet - September 2013. Frankrijk
Country factsheet - September 2013 Frankrijk Frankrijk is een van de grootste e-commercemarkten ter wereld, met een enorm groeipotentieel. Wereldwijd staat het land op de 6e plaats en in Europa zijn alleen
Nadere informatieDe impact van de kilometerheffing
De impact van de kilometerheffing 4 DE KWARTAAL 2016 INSTITUUT WEGTRANSPORT EN LOGISTIEK BELGIË vzw Archimedesstraat 5 1000 Brussel http: www.itlb.be - Tel. +32/(0)2 234 30 10 Fax +32/(0)2 230 75 34 Het
Nadere informatieEindexamen economie vwo II
Beoordelingsmodel Opmerking Algemene regel 3.6 is ook van toepassing als gevraagd wordt een gegeven antwoord toe te lichten, te beschrijven en dergelijke. Opgave 1 1 maximumscore 2 Voorbeelden van een
Nadere informatieStad en raad Een Stadspanelonderzoek
Stad en raad Een Stadspanelonderzoek Kübra Ozisik 13 Juni 2016 Laura de Jong www.os-groningen.nl BASIS VOOR BELEID Inhoudsopgave Inhoudsopgave... 1 1. Inleiding... 2 2. Resultaten... 3 2.1 Respons... 3
Nadere informatieAnalytics rapport: AmbiSphere
www.vanhaelewyn.be/webdesign Industrieweg 3 marketing@vanhaelewyn.be B-3001 HAASRODE (op afspraak) +32 (0) 495 61 58 05 Analytics rapport: AmbiSphere 1 november 2008 30 november 2008 V = vaststelling V
Nadere informatiePro-Ondernemer Nieuwsbrief
Nieuwsbrief Geachte Relatie, Hierbij ontvangt u de eerste nieuwsbrief van. Wij willen u regelmatig algemeen zakelijk nieuws aanbieden en nieuws aangaande onze organisatie. De veranderende economie noodzaakt
Nadere informatieUitgebreide samenvatting
Uitgebreide samenvatting Bereik van het onderzoek De Nederlandse minister van Economische Zaken heeft een voorstel gedaan om het huidig toegepaste systeem van juridische splitsing van energiedistributiebedrijven
Nadere informatie