Convenant. Betreffende beter benutten onderwijs en openbaar vervoer regio Utrecht

Transcriptie

1 Convenant Betreffende beter benutten onderwijs en openbaar vervoer regio Utrecht Convenant beter benutten onderwijs en openbaar vervoer regio Utrecht, versie definitief, d.d

2 Ondergetekenden, De publiekrechtelijke rechtspersoon, de provincie Utrecht, gevestigd aan de Archimedeslaan 6, 3584 BB te Utrecht, krachtens volmacht van de commissaris van de Koning, de heer W.I.I. van Beek, rechtsgeldig vertegenwoordigd door mevrouw J. Verbeek- Nijhof, gedeputeerde Mobiliteit, Water, Integraal Gebieds Programma en Financiën en handelend ter uitvoering van het besluit van het college van Gedeputeerde Staten van Utrecht d.d. 9 februari 2016 en artikel 2 lid 3h van het Organisatiebesluit 2004, hierna te noemen de Provincie ; En gevestigd aan Padualaan 97, 3584 CH te Utrecht, te dezen rechtsgeldig vertegenwoordigd door Dhr. J. Bogerd MBA, voorzitter College van Bestuur, hierna te noemen ; hierna, tenzij uitdrukkelijk anders is aangegeven, gezamenlijk te noemen: Partijen, Verklaren dat dit convenant wordt aangegaan onder de volgende bepalingen en bedingen: Voorbehoud van bestuurlijke goedkeuring Dit convenant komt niet tot stand (ook niet voorwaardelijk) tot het moment dat het college van Gedeputeerde Staten van de provincie Utrecht daartoe heeft besloten. Overwegende dat: 1. de regering het belangrijk vindt dat de prijs/kwaliteitverhouding van het studentenreisproduct (OV-studentenkaart) kritisch wordt onderzocht. 2. hiertoe de taskforce beter benutten onderwijs en openbaar vervoer in september 2014 is ingesteld door de minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap met de taakopdracht in samenwerking met alle partijen op regionaal en nationaal niveau plannen te ontwikkelen om de spitsen in het openbaar vervoer af te vlakken middels een verandering van het reisgedrag van studenten. 3. de taskforce vindt dat studenten hiertoe moeten worden aangemoedigd en gefaciliteerd door overheden, OV-bedrijven en onderwijsinstellingen. 4. de taskforce in december 2015 een eindrapportage met tien aanbevelingen heeft opgeleverd over, onder andere, het beter benutten van gebouwen van de onderwijsinstellingen en het openbaarvervoersysteem. 5. de bereikbaarheid van het Utrecht Science Park De Uithof nu en in de toekomst onder druk staat. 6. Partijen het belangrijk vinden de openbaar vervoer spitsen af te vlakken door betere benutting van gebouwen van onderwijsinstellingen en het openbaar vervoersysteem. 7. een goede bereikbaarheid van Utrecht Science Park De Uithof een belangrijke randvoorwaarde is voor de ontwikkeling van de regio Utrecht. pag. 1

3 8. ten behoeve van de bereikbaarheid van Utrecht Science Park De Uithof Projectorganisatie Uithoflijn in opdracht van provincie Utrecht en gemeente Utrecht een tramverbinding naar Utrecht Science Park De Uithof realiseert. 9. binnen het programma Beter Benutten Vervolg maatregelen zijn opgenomen om bestaande OV-reizigers naar Utrecht Science Park De Uithof te verleiden om via een andere route of op een ander tijdstip naar Utrecht Science Park De Uithof te reizen. 10. er een brede Gebiedsverkenning Utrecht Oost is afgesproken tussen provincie Utrecht, rijk en regio-partijen (Bestuurlijk Overleg MIRT, najaar 2015) met als doel om een goede bereikbaarheid van Utrecht Science Park De Uithof op korte termijn, maar ook op middellange en lange termijn na te streven. 11. partijen de intentie uitspreken om door spreiding van lestijden te zorgen voor spreiding van studenten in het openbaar vervoer en hiermee ontlasting van de spits. 12. partijen hun intenties schriftelijk willen vastleggen in onderhavige convenant. Artikel 1 Begrippen In dit convenant gelden onderstaande begripsbepalingen. a. Convenant: dit convenant. b. Partijen: Partijen die dit convenant ondertekend hebben. Artikel 2 Doel van het convenant Dit convenant heeft als doel de inspanningen van Partijen om het gebruik van het openbaar vervoer door studenten tijdens de spits te verminderen, vast te leggen. Artikel 3 Algemene verplichtingen 3.1 Partijen zullen elkaar gevraagd en ongevraagd informeren over die zaken die van wezenlijk belang zijn om het doel zoals geformuleerd in artikel 2 te bereiken. 3.2 Partijen zullen op voortvarende wijze overleg voeren en deskundigheid aanwenden. Artikel 4 Taakverdeling 4.1 spant zich in om: a. de bedrijfstijd en bezettingsgraad van de gebouwen die bij haar in gebruik zijn op te voeren, waardoor haar gebouwen steeds beter zullen worden benut. De Hogeschool Utrecht biedt daartoe ook colleges en andere onderwijsvormen aan op alle werkdagen van 17:00 uur- 19:00 uur voor voltijd studenten. Hierdoor ontstaat er meer spreiding van de lessen over de dagen waardoor er minder druk op de ochtendspits in het openbaar vervoer zal zijn. gaat de komende jaren door met deze beweging. b. opleidingen binnen de waar mogelijk te laten werken met een (wekelijkse) roostervrije dag voor studenten waarop studenten niet hoeven te reizen. c. te bekijken hoe de onderwijsdruk over meer weken per jaar verspreid kan gaan worden. Hierbij kan gedacht worden aan het gebruiken van de herfst- voorjaars- en meivakantie als meer activiteiten in de zomerwerken. Hierdoor ontstaat er per dag minder druk op de gebouwen en op het openbaar vervoer tijdens de spitsbezetting op pag. 2

4 werkdagen. Voor deze ontwikkeling eerst afstemming te zoeken met de vervoerders in de Provincie. d. over de ingang(sdatum) van maatregelen en wijzigingen aangaande spreiding van lestijden en betere benutting van gebouwen binnen de tijdig contact op te nemen met de vervoerders in de Provincie. e. over de ontwikkelingen van het aantal studenten, de samenstelling en aanmelding van nieuwe studenten tijdig te overleggen met de vervoerders in de Provincie. f. reisgedrag van studenten te onderzoeken en te bestuderen of en zo ja hoe beïnvloeding hiervan mogelijk is. Daarbij kan met vervoerders en onderwijsinstellingen bekeken worden, samen met aanbieders in de markt, of er applicaties te ontwikkelen zijn die het reizen van studenten comfortabeler maken. Dit zou bijvoorbeeld kunnen door studentroosters te koppelen aan een reisadvies via 9292 waarbij wordt toegevoegd transparantie over drukke en minder drukke bus- en treintijden. g. de samenwerking met vervoerders op te zoeken als het gaat om het aanbieden van reisinformatie gericht op het stimuleren van openbaar vervoer en het zo goed mogelijk onder de aandacht brengen van het openbaar vervoer netwerk, om de drukste verbindingen via Utrecht Centraal Station- te ontlasten. 4.2 De Provincie spant zich in om: a. de bereikbaarheid van Utrecht Science Park De Uithof verder te verbeteren door het aanbod op lijnen naar De Uithof met de grootste capaciteitsknelpunten en/ of groeipotentie uit te breiden. Naast realisatie van de tramverbinding naar Utrecht Science Park De Uithof betreft dit diverse rechtstreekse buslijnen uit de provinciale herkomstgebieden. In het jaarlijkse vervoerplan van U-OV, gereden door Qbuzz, vormt het vervoer van en naar De Uithof een apart onderdeel waarin dit wordt uitgewerkt. Vanuit haar verantwoordelijkheid als concessieverlener zal zij de vervoerder (concessiehouder) hierop aansturen. b. de reiziger te attenderen op alternatieve mogelijkheden om met het openbaar vervoer Utrecht Science Park De Uithof te bereiken (marketingstrategie). c. binnen de Gebiedsverkenning Utrecht Oost bereikbaarheidsprogramma s te ontwikkelen voor de korte, middellange en lange termijn om voor nu en de toekomst een passende bereikbaarheid na te streven. d. bedrijfsleven te stimuleren om innovatieve projecten te ontwikkelen om gedragsbeïnvloeding te realiseren. Dit om de mobiliteit in de spits rond het Utrecht Science Park De Uithof (in het kader van Beter Benutten Vervolg) te verminderen en de bereikbaarheid ook op korte termijn te verbeteren. 4.3 Partijen overleggen 1 keer per jaar over de stand van zaken en ontwikkelingen inzake het beter benutten van onderwijs en openbaar vervoer. Dat hierbij ook NS, vervoerders en andere relevante onderwijsinstellingen en ondernemingen in de regio Utrecht worden uitgenodigd. Initiatief voor deze eerste bijeenkomst ligt bij de Provincie. Tijdens de eerste bijeenkomst kijken naar definitieve inrichting en voorzitterschap van het overleg. 4.4 blijft investeren in het zoveel mogelijk blended (elektronische leeromgeving) maken van de cursussen van de opleidingen. Partijen spreken uit dat dit een goede ontwikkeling is die doorgezet moet worden. pag. 3

5 Artikel 5 Financiën 5.1. Elk der Partijen draagt de eigen (interne) kosten die gedurende de looptijd van dit convenant ter uitvoering van dit convenant worden gemaakt, tenzij Partijen uitdrukkelijk schriftelijk anders overeenkomen. Artikel 6 Communicatie Partijen zorgen voor onderlinge afstemming over de interne en publieke communicatie en woordvoering. Artikel 7 Looptijd, beëindiging, wijziging of aanvulling van convenant 7.1 Dit convenant treedt in werking op 15 februari Dit convenant eindigt zodra Partijen een samenwerkingsovereenkomst en/of een nadere overeenkomst hebben gesloten doch eindigt in ieder geval 15 februari Partijen zullen dan evalueren hoe en in welke vorm verder wordt gegaan. 7.3 Iedere partij is bevoegd dit convenant tussentijds op te zeggen nadat eerst een bestuurlijk overleg heeft plaatsgevonden. 7.4 In geval van beëindiging van dit convenant, ongeacht de reden van beëindiging, zijn Partijen op geen enkele wijze schadeplichtig jegens elkaar. 7.5 Wijziging, aanvulling of verlenging van dit convenant geschiedt schriftelijk bij gezamenlijk besluit van alle Partijen. Artikel 8 Slotbepalingen 8.1 Partijen zullen, indien sprake is van een geschil, trachten dit geschil bij te leggen door middel van (bestuurlijk) overleg, vóórdat zij zich wenden tot de rechter, spoedeisende gevallen daargelaten. Geschillen zullen in eerste aanleg met uitsluiting worden voorgelegd aan de rechtbank Midden-Nederland. 8.2 Een ieder verplicht zich alles wat hem bij de uitvoering van dit convenant ter kennis komt en waarvan hij het vertrouwelijke karakter kent of redelijkerwijs kan vermoeden, op geen enkele manier bekend te maken aan derden, behalve voor zover enig wettelijk voorschrift of uitspraak van de rechter hem tot bekendmaking verplicht. 8.3 Op dit convenant is Nederlands recht van toepassing. Aldus overeengekomen en ondertekend in tweevoud op 15 februari 2016 te Utrecht pag. 4

6 Namens deze, Namens deze, Dhr. J. Bogerd MBA Voorzitter College van Bestuur Mevr. J. Verbeek-Nijhof Gedeputeerde Mobiliteit, Water, Integraal Gebieds Programma en Financiën pag. 5