Criteria en aanbevelingen voor het doctoraatsvoorstel
|
|
- Paula de Smedt
- 7 jaren geleden
- Aantal bezoeken:
Transcriptie
1 Criteria en aanbevelingen voor het doctoraatsvoorstel November 2012 Inhoud 1. Waarom een doctoraatsvoorstel? Criteria gehanteerd door de doctoraatscommissie Algemene criteria Specifieke criteria Enkele suggesties voor het schrijven van een doctoraatsvoorstel Algemeen Inhoudelijke suggesties Probleemstelling en de doelstelling(en) Onderzoeksvragen of onderzoekshypothesen Onderzoeksdesign: gebruikte onderzoeksmethoden Onderzoeksopbouw Planning
2 1. Waarom een doctoraatsvoorstel? Een onderbouwd doctoraatsvoorstel, met een goed afgebakende onderzoeksvraag, een duidelijke structuur en een doordachte en geëxpliciteerde methodologie, kan een nuttige hulp zijn bij het verder ontwikkelen van het onderzoek en wellicht ook een belangrijke tijdwinst opleveren. De faculteit wil, o.m. door de doctoraatsopleiding en door de adviezen vanuit de doctoraatscommissie, daarin een coachende rol spelen. De faculteit wil hiermee geenszins op het terrein treden van de promotoren en copromotoren, maar wil uitsluitend, in het belang van de onderzoeker, meehelpen en een bijdrage leveren tot een zo goed en efficiënt mogelijk verloop van het doctoraatsonderzoek. In uitvoering van art van het doctoraatsreglement expliciteert de doctoraatscommissie op deze pagina de criteria op basis waarvan zij haar beslissing neemt. Vervolgens worden ook enkele inhoudelijke suggesties gegeven over het doctoraatsvoorstel bij wijze van vrijblijvend hulpmiddel aan de onderzoekers. 2. Criteria gehanteerd door de doctoraatscommissie De doctoraatscommissie houdt bij het formuleren van haar advies rekening met een aantal criteria. Al naargelang de aard van het project kan het relatieve belang van de criteria sterk verschillen. 2.1 Algemene criteria De wetenschappelijke originaliteit van het project: Het voorstel kan zich niet beperken tot een louter beschrijvende weergave van primair bronnenmateriaal of empirische gegevens. De tekst dient blijk te geven van een eigen inbreng van de auteur bij de analyse van de vraagstelling en/of van het bronnen- of empirisch materiaal. Deze eigen inbreng kan diverse vormen aannemen, waarvan hierna slechts enkele voorbeelden volgen. - Inhoudelijke originaliteit omvat de contextualisering (het situeren van het onderwerp in een context) en conceptualisering (het aansluiten bij bestaande of uitbouwen van nieuwe concepten), de duiding van de data en de (aanzet tot) nieuwe theorieën, concepten, inzichten of onderzoeksmethoden en -technieken. 2
3 - De structurele originaliteit omvat de ordening en structuur van het project en de mate waarin deze de toegankelijkheid en begrijpbaarheid van het bronnen- of empirisch materiaal kan verhogen. De eigen inbreng moet diepgang aan het onderzoek verlenen. De onderzoeksvragen worden op diepgravende wijze onderzocht, met voldoende onderbouwde argumenten, teneinde tot wetenschappelijke conclusies te komen. Bij de beoordeling van de wetenschappelijke originaliteit van het project wordt ook het belang van het project binnen de wetenschap en de meerwaarde ten aanzien van de status quaestionis in het betreffende wetenschapsdomein mee in rekening genomen. De grondigheid van het project: Het criterium grondigheid verwijst naar de mate waarin de bijdrage binnen de betrokken discipline volledigheid bereikt in de beantwoording van de onderzoeksvraag en hierbij steunt op voldoende relevant bronnen- of empirisch materiaal. Volledigheid wordt bereikt indien de onderzoeksvraag in inhoudelijk opzicht in alle relevante aspecten is onderzocht. Wat het bronnenmateriaal betreft, primeert niet de exhaustiviteit, maar de effectieve verwerking van het relevante bronnenmateriaal in het voorstel. Het overschrijdende karakter van het project: Het overschrijdende karakter van een project kan er enerzijds in bestaan dat men verschillende cases (rechtsstelsels, landen, organisaties, tijdsvakken, etc...) met elkaar vergelijkt, waarbij de vergelijking substantieel en daadwerkelijk (dus geen loutere nevenplaatsing of juxtapositie) is. Anderzijds kan het overschrijdende karakter ook verwijzen naar de interdisciplinariteit van het project: er wordt geput uit verschillende disciplines waarbij naar een systematische vergelijking en/of integratie wordt gestreefd. 2.2 Specifieke criteria M.b.t. de methodologie (probleemstelling, onderzoeksvragen, onderzoeksmethode(s), planning): De methode moet helder en duidelijk worden beschreven, zodat anderen het kunnen begrijpen (transparantie met het oog op intersubjectiviteit). De methode moet geschikt zijn om de onderzoeksvraag te beantwoorden rekening houdend met eventuele alternatieve methoden (adequaatheid van de methode). De gekozen methode moet nauwkeurige gegevens en heldere en hanteerbare inzichten opleveren (accuraatheid van de methode). Het voorgestelde onderzoeksdesign moet haalbaar zijn binnen het vooropgezette tijdsperspectief. M.b.t. de kandidaat: Er wordt nagegaan of de kandidaat inderdaad over de competenties beschikt om het voorliggende onderzoeksproject uit te voeren, rekening houdend met het thema en de onderzoeksmethoden. 3
4 3. Enkele suggesties voor het schrijven van een doctoraatsvoorstel 3.1 Algemeen Het doctoraatsvoorstel is een op zichzelf staande schrijfvorm die er op gericht is een duidelijk beeld te scheppen van het geplande doctoraal onderzoek en de wijze waarop dit zal worden uitgevoerd. Het doctoraatsvoorstel moet dus geenszins de vorm van een publiceerbare paper aannemen. De titel van het voorstel is geen loutere werktitel, maar moet de inhoud dekken. De titels van de door de doctoraatscommissie goedgekeurde doctoraatsvoorstellen worden immers bekend gemaakt en moeten overige onderzoekers hetzij van de eigen universiteit, hetzij van een andere onderzoeksinstelling in staat stellen om een correcte inschatting te kunnen maken van het opzet van het goedgekeurde voorstel. Voetnoten kunnen een meerwaarde geven aan het voorstel indien zij goed gekozen en selectief gehanteerd worden. Het doctoraatsvoorstel omvat maximum 6000 woorden, voetnoten inbegrepen. Het gaat daadwerkelijk om een maximum, geen beoogd aantal. Doctoraatsvoorstellen die substantieel korter zijn dan 6000 woorden (vb. omdat men gebruik maakt van een bestaand format als dat van FWO-aspirant) worden aanvaard en zelfs gestimuleerd. 3.2 Inhoudelijke suggesties De doctoraatscommissie wil de autonomie van doctorandus en promotor uiteraard respecteren. Anderzijds wordt zij ook vaak geconfronteerd met vragen om hulp en coaching over het schrijven van een goed voorstel. Wat volgt is een poging tot verzoening van beide tegengestelde doelstellingen. In wat volgt worden enkele inhoudelijke suggesties geformuleerd. Deze moeten gezien worden als suggesties ter ondersteuning van de onderzoeker, geenszins als dwingende richtlijnen. Men kan bijvoorbeeld op epistemologische gronden afwijken van de inhoudelijke suggesties. Die suggesties worden trouwens georganiseerd volgens verschillende hoofdingen, waarbij ook enkele typische onderdelen van een doctoraatsvoorstel worden gepresenteerd. Ook deze indeling is geenszins dwingend. Andere indelingen zijn mogelijk, zowel om inhoudelijke redenen als bijvoorbeeld omdat het format van een financieringsaanvraag dat vereist Probleemstelling en de doelstelling(en) Doorgaans vertrekt een onderzoek van een probleemstelling die o.m. een antwoord omvat op volgende vragen. Wat is (zijn) de doelstelling(en) van het proefschrift? Wat is het belang van het project binnen de wetenschap en wat is de meerwaarde ervan ten aanzien van de status quaestionis? Wat is de eventuele meerwaarde voor de praxis? 4
5 3.2.2 Onderzoeksvragen of onderzoekshypothesen Doorgaans wordt een doctoraatsonderzoek gedreven door een onderzoeksvraag of -vragen waarop het proefschrift een antwoord tracht te geven. Deze vragen moeten scherp geformuleerd zijn en (abstractie makend van eventuele deelvragen) beperkt blijven in aantal. Onderzoeksvragen kunnen soms ook geformuleerd worden als onderzoekshypothesen (zie. infra voor voorbeelden). Het is belangrijk om een onderscheid te maken tussen normatieve of evaluatieve vragen en hypothesen (hoe het zou moeten zijn) enerzijds en empirische vragen en hypothesen (hoe het is en hoe we dit kunnen verklaren) anderzijds. Normatieve onderzoeksvragen- en hypothesen 1 zullen vooral (maar zeker niet uitsluitend) voorkomen in juridisch onderzoek. Bij het beantwoorden van dit soort vragen is het belangrijk dat men de normatieve criteria waartegen men zal evalueren expliciteert zodat het uiteindelijke antwoord kan worden verantwoord. Voorbeeld van een normatieve onderzoeksvraag: Wat is de meest transparante wijze van operationalisering van het gelijkheidsbeginsel in de verhoudingen tussen werkgevers en werknemers? Indien er over het thema al een substantiële literatuur bestaat of indien men zelf reeds een vermoeden heeft, dan kan men de normatieve onderzoeksvraag ook verder verfijnen en herformuleren als een onderzoekshypothese. In het onderzoek probeert men dan na te gaan of deze onderzoekshypothese, tegen de achtergrond van bepaalde criteria, justifieerbaar is. Voorbeeld van een normatieve onderzoekshypothese: Een operationalising van het gelijkheidsbeginsel in de verhoudingen tussen werkgevers en werknemers die vertrekt vanuit een positieve invulling van het gelijkheidsbeginsel (eerder dan vanuit een negatieve invulling zoals het verbod van discriminatie) levert een transparanter discriminatierecht op. Empirische onderzoeksvragen en -hypothesen komen vooral (maar niet uitsluitend) voor in sociaal-wetenschappelijk onderzoek. Ze kunnen van beschrijvende aard (vb. hoe vaak komt iets voor?) of van verklarende aard (waarom is dat zo?) zijn. Onderzoek dat op dergelijke onderzoeksvragen wordt gebaseerd, tracht deze op een gefundeerde manier te beantwoorden door het verzamelen en verwerken van empirische gegevens. Voorbeeld van een empirische onderzoeksvraag: Welke risicofactoren vergroten de kans op fysiek geweld bij stalking? Ook een empirische onderzoeksvraag kan soms (maar niet altijd) geherformuleerd worden tot een hypothese, die verder bouwt op vroeger empirisch onderzoek of op een theoretisch 1 Daar waard empirische hypothese heel courant gebruikt wordt, is dat voor normatieve hypothese minder het geval. Men spreekt dan eerder bijvoorbeeld over normatieve claim, normatieve propositie of normatieve stelling. 5
6 kader. Empirische onderzoekshypothesen moet zo geformuleerd zijn dat ze falsifieerbaar zijn, d.w.z. dat ze weerlegd kunnen worden op basis van het empirisch onderzoek. Voorbeeld van een empirische onderzoekshypothese: Het risico op geweld is groter bij stalkers jonger dan 30 jaar dan bij stalkers ouder dan 30 jaar. Hoewel de conceptie van een onderzoek fundamenteel zal verschillen al naargelang men te maken heeft met normatieve, dan wel met empirische onderzoeksvragen en -hypothesen, sluit niets uit dat beide voorkomen in één onderzoek. Integendeel, het kan het onderzoek versterken indien men beide combineert. Men kan empirische onderzoeksvragen eerst aan een normatief onderzoek onderwerpen alvorens ze in een empirisch onderzoek te proberen beantwoorden. Omgekeerd kan een empirisch onderzoek helpen om een beter gefundeerd antwoord te formuleren op een normatieve onderzoeksvraag. Echter, indien men beide soorten vragen combineert, is het belangrijk dat men het conceptueel onderscheid tussen beide wel voor ogen blijft houden. Men kan er om wetenschapsfilosofische of andere redenen voor kiezen om af te wijken van dit onderscheid of om de onderzoeksvragen in meer algemene zin te formuleren. Het is dan wel belangrijk om deze keuze goed te verantwoorden Onderzoeksdesign: gebruikte onderzoeksmethoden Doorgaans wordt in een doctoraatsvoorstel aangegeven welke onderzoeksmethoden gebruikt zullen worden voor het beantwoorden van de onderzoeksvraag of onderzoeksvragen. In de sociale wetenschappen spreekt men in dit verband vaak over onderzoeksdesign. De keuze voor een bepaalde onderzoeksmethode, alsook de eventueel gemaakte keuzes binnen de onderzoeksmethode moeten worden verantwoord. Expliciteer bijvoorbeeld welke de primaire informatiebronnen van het onderzoek zijn en hoe die keuze kan worden verantwoord. Denk bijvoorbeeld aan de keuze om enkel hogere rechtspraak te betrekken in de analyse of om zich te beperken tot de deelstatelijke regelgeving met betrekking tot het onderwerp van het project. In sociaal-wetenschappelijk onderzoek kan men bijvoorbeeld al een idee geven van de wijze waarop men de steekproef zal trekken voor het (kwalitatief of kwantitatief) empirisch onderzoek. Wat de specifieke methodes betreft, is het aangewezen een onderscheid te maken tussen sociaal-wetenschappelijk onderzoek en juridisch onderzoek. Binnen de sociaal-wetenschappelijke traditie maakt men klassiek een onderscheid tussen kwantitatieve benaderingen (die vb. gebruik maken van surveys) en kwalitatieve benaderingen (die vb. gebruik maken van open interviews of participerende observatie). Steeds vaker kiest men voor een combinatie van beide. Men kan er bijvoorbeeld voor kiezen om een beperkt aantal cases (vb. organisaties) te bestuderen en daarbij naast kwalitatieve data ook gebruik te maken van een survey binnen elke case. Men kan beide ook op elkaar laten volgen in de tijd, waarbij men vb. een verkennend kwalitatief onderzoek doet om hypothesen te formuleren die vervolgens getest worden in kwantitatief onderzoek. Men kan ook voor methoden kiezen die zich bevinden tussen de kwalitatieve en de kwantitatieve methoden in, zoals Qualitative Comparative Analysis. 6
7 De doctoraatscommissie wil in elk geval geen enkel onderzoeksparadigma a priori uitsluiten en staat open voor het brede gamma aan mogelijke benaderingen: experimenteel onderzoek, survey-onderzoek, gevalstudies, interpretatieve benaderingen, fenomenologisch onderzoek, kritische benaderingen, onderzoek dat gebruik maakt van grounded theory, etnografie, enz. Echter, welke methode of benadering men ook kiest, het is belangrijk dat men deze keuze verantwoordt door aan te tonen dat deze de geschikte methode is om de onderzoeksvraag te beantwoorden. Het is ook aangewezen dat men verduidelijkt hoe men, met gebruik van deze methode, de kwaliteit van het empirisch onderzoek kan garanderen. In sommige benaderingen zal men hiervoor gebruik maken van termen als betrouwbaarheid of validiteit, in andere benaderingen gebruikt men andere kwaliteitscriteria. Indien de onderzoeksmethode specifieke technische vaardigheden vergt, geeft men ook best aan of men reeds over deze vaardigheden beschikt of hoe men van plan is deze te verwerven. Binnen de rechtswetenschap kan bijvoorbeeld gedacht worden aan de ideeënhistorische methode, de rechtshistorische methode, de rechtseconomische methode of de rechtsvergelijkende methode. Het merendeel van deze methoden werd reeds in wetenschappelijke literatuur beschreven en verfijnd. Het spreekt voor zich dat deze bijdragen aanbevolen lectuur zijn. Hoewel de doctoraatscommissie geenszins de indruk wil wekken dat het toepassen van de rechtsvergelijkende methode valt te verkiezen boven andere methoden van onderzoek, lijkt het gelet op het grote aantal doctoraatsvoorstellen waarin gebruik wordt gemaakt van de rechtsvergelijkende methode gepast om specifiek voor deze methode kort enkele aandachtspunten te benadrukken. De vergelijkende methode moet geïntegreerd zijn. Men kan niet volstaan met een louter naast elkaar plaatsen van de verschillende elementen van de vergelijking (juxtapositie). Het onderzoek vertrekt van een onderzoeksvraag die verduidelijkt wat wordt gezocht en hoe een antwoord daarop zal worden uitgewerkt. Om de onderzoeksvraag en het bredere onderzoeksdesign voldoende scherp te krijgen kan het ook nuttig zijn zich af te vragen of men zoekt naar gelijkenissen dan wel naar verschillen. Het is belangrijk dat men de keuze van de te vergelijken rechtsstelsels, tijdsvakken, etc. expliciteert en verantwoordt. De te vergelijken elementen moeten adequaat zijn in het licht van de onderzoeksvragen en -hypothesen. Anderzijds moet bij de keuze van de te vergelijken elementen ook rekening worden gehouden met de praktische haalbaarheid van de beoogde vergelijking. Wanneer de onderzoeker bijvoorbeeld de taal waarin zijn bronnen voor een bepaald land zijn opgesteld, niet beheerst, lijkt een vergelijking met het land in kwestie moeilijk. Voor een uitdieping van deze uitgangspunten en een verdere bespreking van de vergelijkende methode kan hier worden volstaan met een verwijzing naar de ruime literatuur hieromtrent. Criminologisch onderzoek kan een sociaal-wetenschappelijk of juridisch perspectief innemen, maar ook bijvoorbeeld een historisch of ethisch-filosofisch. Welke benadering men ook kiest, het is belangrijk dat men de criminologische relevantie van het onderzoek aantoont en 7
8 dat men, in het geval men hulpwetenschappen gebruikt, voldoet aan de kwaliteitsstandaarden van de respectievelijke hulpwetenschap(pen). Men kan er tot slot, bijvoorbeeld om wetenschapsfilosofische redenen, ook voor opteren om de methodologie anders uit te werken dan hier voorgesteld. Het is dan belangrijk om dit dan goed te motiveren Onderzoeksopbouw De intellectuele opbouw van het onderzoek kan op verschillende manieren voorgesteld worden, die ook met elkaar kunnen gecombineerd worden. Men kan een conceptueel kader uitwerken met daarin de centrale concepten van het onderzoek in hun onderling verband. Dat conceptueel kader kan bestaan uit empirische hypothesen die men zal testen of verder zal ontwikkelen in empirisch onderzoek. Het kan ook gaan om een normatief kader waarin criteria worden verduidelijkt die men kan gebruiken om normatieve uitspraken te toetsen en desgevallend te motiveren. Men kan ook de verschillende analytische onderdelen van het onderzoek schetsen. Dat kan in de vorm van een concreet stappenplan dat zal doorlopen worden bij het onderzoek. Het kan ook in de vorm van een presentatie van de verwachte onderdelen van het uiteindelijk proefschrift (een inhoudstafel met toelichting) Planning Naast de presentatie van de inhoudelijke onderzoeksopbouw is het aangewezen om ook een praktische en concrete tijdsplanning uiteen te zetten. Deze laat immers toe om de haalbaarheid van het onderzoek te beoordelen. 8
Richtlijnen voor het opstellen van een doctoraatsvoorstel ten behoeve van de facultaire doctoraatscommissie
_ KATHOLIEKE UNIVERSITEIT LEUVEN Richtlijnen voor het opstellen van een doctoraatsvoorstel ten behoeve van de facultaire doctoraatscommissie 35($0%8/( Op 24 oktober 2006 heeft de faculteitsraad de nieuwe
Nadere informatiePaper beschrijft het probleem (de wens) en motiveert de keuze hiervoor, zij het enigszins schetsmatig.
Paper 1 Ontwerpplan Criterium Onvoldoende Voldoende Ruim voldoende Excellent Probleembeschrijving Paper maakt niet duidelijk welk probleem (welke wens) centraal staat en om welke reden. Paper beschrijft
Nadere informatieBijlagen ( ) Eisen aan het onderzoeksvoorstel
Bijlagen (2008-2009) Eisen aan het onderzoeksvoorstel Het onderzoeksvoorstel dat na vier weken bij de begeleider moet worden ingediend omvat een (werk)titel, een uitgewerkte probleemstelling (die een belangrijke
Nadere informatieBeoordeling van het PWS
Weging tussen de drie fasen: 25% projectvoorstel, 50% eindverslag, 25% presentatie (indien de presentatie het belangrijkste onderdeel is (toneelstuk, balletuitvoering, muziekuitvoering), dan telt de presentatie
Nadere informatieVoorwoord... iii Verantwoording... v
Inhoudsopgave Voorwoord... iii Verantwoording... v INTRODUCTIE... 1 1. Wat is onderzoek... 2 1.1 Een definitie van onderzoek... 2 1.2 De onderzoeker als probleemoplosser of de onderzoeker als adviseur...
Nadere informatieLeidraad bij het sjabloon onderzoeksvoorstel Masterscriptie Deel I
Leidraad bij het sjabloon onderzoeksvoorstel Masterscriptie Deel I Deze leidraad heeft tot doel om studenten uitleg te geven bij het opmaken van hun onderzoeksvoorstel voor de masterscriptie. Er wordt
Nadere informatieWorkshop. Dataverzameling. Van onderzoeksvraag naar data
Workshop Dataverzameling Van onderzoeksvraag naar data Even voorstellen: Suzanne van de Groep 24 jaar Promovendus (PhD-kandidaat) Universiteit Leiden Hoe gaan jongeren met andere mensen om? Hoe werkt dat
Nadere informatieMethodologie voor sociaalwetenschappelijk onderzoek. Foeke van der Zee
Methodologie voor sociaalwetenschappelijk onderzoek Foeke van der Zee Niets uit deze uitgave mag worden verveelvuldigd, opgeslagen in een geautomatiseerd gegevensbestand, of openbaar worden gemaakt, in
Nadere informatieAanvraag voor steun van Kom op tegen Kanker
Aanvraag voor steun van Kom op tegen Kanker ONDERZOEKSPROJECT ZONDER DOCTORAATSFINALITEIT. Titel project. Projectvoorstel (max. 4000 woorden, excl. tabel ) a. State-of-the art en probleemstelling Omschrijf
Nadere informatieBeoordelingscriteria scriptie CBC: instructie en uitwerking
Nederlandse Associatie voor Examinering 1 Beoordelingscriteria scriptie CBC: instructie en uitwerking Met de scriptie voor Compensation & Benefits Consultant (CBC) toont de kandidaat een onderbouwd advies
Nadere informatieFaculteit der Geesteswetenschappen Cluster Filosofie. Bachelor scriptiereglement voor de opleiding: Wijsbegeerte
Faculteit der Geesteswetenschappen Cluster Filosofie Bachelor scriptiereglement voor de opleiding: Wijsbegeerte Vastgesteld door de Examencommissie CoH, clustercommissie Filosofie op 1-2-2019 Scriptiereglement
Nadere informatieCompetentie-invullingsmatrix
Competentie-invullingsmatrix masterprf Master of Science in de wiskunde Academiejaar 2016-2017 Legende: W=didactische werkvormen E=evaluatievormen Competentie in één of meerdere wetenschappen Wetenschappelijke
Nadere informatieSeminarie kwalitatieve onderzoeksmethoden
Seminarie kwalitatieve onderzoeksmethoden Tineke Cappellen 17 november 2006 Onderzoeksproces Probleemstelling Onderzoeksvra(a)g(en) Onderzoeksmethode Bepaling van de steekproef Uitvoering van het onderzoek
Nadere informatie1
1 2 3 4 5 6 7 8 - - - 9 10 o o 11 12 13 14 15 16 17 18 19 20 21 22 23 24 Toetsingskader scriptie master Financieel recht SCRIPTIE BEOORDELINGSFORMULIER MASTER FINANCIEEL RECHT Uitleg beoordelingsformulier
Nadere informatieRubrics onderzoeksopzet
Eindbeoordeling LA51 Praktijkgericht onderzoek 2012-2013 Naam: J. Rietjens Cijfer: 7.3 De beoordeling van de verschillende onderdelen zijn geel gemarkeerd. Door Eline Ossevoort en Hanneke Koopmans Feedback
Nadere informatieVoorwoord van Hester van Herk... iii Voorwoord van Foeke van der Zee... iv Verantwoording... vi
Inhoudsopgave Voorwoord van Hester van Herk... iii Voorwoord van Foeke van der Zee... iv Verantwoording... vi INTRODUCTIE... 1 1. Wat is onderzoek... 2 1.1 Een definitie van onderzoek... 2 1.2 De onderzoeker
Nadere informatieBeoordelingscriteria scriptie Nemas HRM
Beoordelingscriteria scriptie Nemas HRM Instructie Dit document hoort bij het beoordelingsformulier. Op het beoordelingsformulier kan de score per criterium worden ingevuld. Elk criterium kan op vijf niveaus
Nadere informatieHoofdstuk 1 Het soort onderzoek waar dit boek op gericht is 15
Inhoud Voorwoord 11 Hoofdstuk 1 Het soort onderzoek waar dit boek op gericht is 15 1.1 Inleiding 15 1.2 Voorbeelden 16 1.2.1 Leiden problemen in welbevinden tot voortijdig schoolverlaten? 16 1.2.2 Beter
Nadere informatieMethodologie voor onderzoek in zorg, welzijn en hulpverlening. Foeke van der Zee
Methodologie voor onderzoek in zorg, welzijn en hulpverlening Foeke van der Zee Niets uit deze uitgave mag worden verveelvuldigd, opgeslagen in een geautomatiseerd gegevensbestand, of openbaar worden gemaakt,
Nadere informatieToetsing Let op! Belangrijke data:
Toetsing De toetsing voor dit leerarrangement Praktijkgericht Onderzoek LA5-jaar 1, bestaat uit twee onderdelen: 1. Een (schriftelijke) onderzoeksopzet; 2. Een (mondelinge) presentatie van (de kern van)
Nadere informatieMODULE Evidence Based Midwifery
VZW Vlaamse Organisatie van Vroedvrouwen vzw MODULE Evidence Based Midwifery Van Schoonbekestraat 143 Sint-Jacobsmarkt 84 2018 Antwerpen 2000 Antwerpen Programma Overzicht Dag 1: maandag 8 november 2010
Nadere informatieBijlage 1: het wetenschappelijk denk- en handelingsproces in het basisonderwijs 1
Bijlage 1: het wetenschappelijk denk- en handelingsproces in het basisonderwijs 1 Bijlage 1: Het wetenschappelijk denk- en handelingsproces in het basisonderwijs: Stadium van het instructie model Oriëntatiefase
Nadere informatieOnderzoeksvoorstel voor wetenschappelijk onderzoek in het kader van de Onderzoeksagenda Veteranenzorg Defensie
Onderzoeksvoorstel voor wetenschappelijk onderzoek in het kader van de Onderzoeksagenda Veteranenzorg Defensie Dit formulier moet in het Nederlands worden ingevuld 1. Registratiegegevens 1a. Gegevens hoofdaanvrager
Nadere informatietudievragen voor het vak TCO-2B
S tudievragen voor het vak TCO-2B 1 Wat is fundamenteel/theoretisch onderzoek? 2 Geef een voorbeeld uit de krant van fundamenteel/theoretisch onderzoek. 3 Wat is het doel van fundamenteel/theoretisch onderzoek?
Nadere informatieBijlage 3. Beoordelingscriteria onderzoeksplan
Bijlage 3. Beoordelingscriteria onderzoeksplan Naam student: Joost den Hollander Naam afstudeerbegeleider: Ceciel Zandee Naam tweede beoordelaar: Winifred paulis Datum: 9-0-05 Voorlopige titel onderzoek
Nadere informatieFormat beoordelingsformulier FEM voor geschreven afstudeerwerk: de afstudeeropdracht Toelichting over het gebruik van het formulier:
Bijlage bij Andriessen, D. en Van der Marel, I. (2015) Beoordelingsmodel voor eindwerkstukken voor een Faculteit Economie & Manage-ment in het hbo. Tijdschrift voor Hoger Onderwijs, Jaargang 33, Nr. 2,
Nadere informatieInhoudsopgave. Voorwoord 7
Inhoudsopgave Voorwoord 7 1 Beginselen van academisch-juridisch onderzoek 9 1.1 Academisch-juridisch onderzoek 9 1.2 Verschillen met ander juridisch onderzoek 10 1.3 Het onderzoeksproces 11 1.4 Eisen waaraan
Nadere informatieBeoordelingscriteria scriptie Nemas HRM
Beoordelingscriteria scriptie Nemas HRM Instructie Dit document hoort bij het beoordelingsformulier. Op het beoordelingsformulier kan de score per criterium worden ingevuld. Elk criterium kan op vijf niveaus
Nadere informatieBeoordelingsmodel scriptie De beoordelaars gaan niet over tot een eindbeoordeling indien een van de categorieën een onvoldoende is.
Beoordelingsmodel scriptie De beoordelaars gaan niet over tot een eindbeoordeling indien een van de categorieën een is. Plan van aanpak 1.aanleiding (10 punten) Er is geen duidelijk omschreven aanleiding
Nadere informatieBEOORDELINGSFORMULIER
Faculteit Geesteswetenschappen Versie maart 2015 BEOORDELINGSFORMULIER MASTER SCRIPTIES Eerste en tweede beoordelaar vullen het beoordelingsformulier onafhankelijk van elkaar in. Het eindcijfer wordt in
Nadere informatieWorkshop. Dataverzameling. Van onderzoeksvraag naar data
Workshop Dataverzameling Van onderzoeksvraag naar data Even voorstellen: Suzanne van de Groep 23 jaar Promovendus (PhD-kandidaat) Universiteit Leiden Hoe komt het dat sommige mensen aardiger zijn dan anderen?
Nadere informatieMethodologie voor onderzoek in marketing en management. Foeke van der Zee
Methodologie voor onderzoek in marketing en management Foeke van der Zee Niets uit deze uitgave mag worden verveelvuldigd, opgeslagen in een geautomatiseerd gegevensbestand, of openbaar worden gemaakt,
Nadere informatieBijeenkomst afstudeerbegeleiders. 13 januari 2009 Bespreking opzet scriptie
Bijeenkomst afstudeerbegeleiders 13 januari 2009 Bespreking opzet scriptie Doel deel II bijeenkomst vandaag Afstudeerbegeleiders zijn geinformeerd over inhoud Medmec jaar vier (scriptievaardigheden) Afstudeerbegeleiders
Nadere informatieHoorcollege 1: Onderzoeksmethoden 06-01-13!!
Hoorcollege 1: Onderzoeksmethoden 06-01-13 Stof hoorcollege Hennie Boeije, Harm t Hart, Joop Hox (2009). Onderzoeksmethoden, Boom onderwijs, achtste geheel herziene druk, ISBN 978-90-473-0111-0. Hoofdstuk
Nadere informatieMethoden van het Wetenschappelijk Onderzoek: Deel II Vertaling pagina 83 97
Wanneer gebruiken we kwalitatieve interviews? Kwalitatief interview = mogelijke methode om gegevens te verzamelen voor een reeks soorten van kwalitatief onderzoek Kwalitatief interview versus natuurlijk
Nadere informatieBEOORDELINGSFORMULIER HAVO PWS Beoordeling 1: Pitch Datum: 26 juni Weging: 5 % Beoordelingscriteria met betrekking tot: Behaalde Punten
BEOORDELINGSFORMULIER HAVO PWS 019-00 Beoordeling 1: Pitch Datum: 6 juni Weging: 5 % De pitch - Is het idee helder? - Is er sprake van een product dat voorkomt uit een probleemstelling? - Is het uitvoerbaar?
Nadere informatieCompetenties met indicatoren bachelor Civiele Techniek.
Competenties met indicatoren bachelor Civiele Techniek. In de BEROEPSCOMPETENTIES CIVIELE TECHNIEK 1 2, zijn de specifieke beroepscompetenties geformuleerd overeenkomstig de indeling van het beroepenveld.
Nadere informatieMethodologie voor de sociale wetenschappen. Voorwoord. Deel 1 Algemeen: basisbegrippen 1. H1 Waarom sociaalwetenschappelijk onderzoek?
Methodologie voor de sociale wetenschappen Voorwoord XI Deel 1 Algemeen: basisbegrippen 1 H1 Waarom sociaalwetenschappelijk onderzoek? 3 1.1. Inleiding 4 1.2. Enkele voorbeelden 6 1.2.1. De opwarming van
Nadere informatieBeoordelingsmodel bij een PWS binnen het natuurprofiel
Beoordelingsmodel bij een PWS binnen het natuurprofiel Beoordelingsmoment 1 Oriënteren GO / NO GO Motivatie Onvoldoende: No go Voldoende 15 Goed 20 Zeer goed 25 Willen de leerlingen door in de huidige
Nadere informatieRealiseren van VOET in Geschiedenis: leren leren I II III Leren leren
Realiseren van VOET in Geschiedenis: leren leren I II III Leren leren Welke afspraken worden gemaakt om geschiedenis te studeren? Wordt dit opgevolgd per graad en van graad tot graad? Leren leren blijft
Nadere informatieMethodologie. NWO promotiebeurs leraren. dr Frits van Engeldorp Gastelaars docent Hora est! Promoveren kun je leren (Erasmus Academie)
Methodologie NWO promotiebeurs leraren dr Frits van Engeldorp Gastelaars docent Hora est! Promoveren kun je leren (Erasmus Academie) Introductie Wetenschap: Een systematisch geheel van kennis verworven
Nadere informatiePre-Academisch Onderwijs. Ontwikkelingslijnen en leerdoelen
Pre-Academisch Onderwijs Ontwikkelingslijnen en leerdoelen LEERDOELEN PER ONTWIKKELINGSLIJN Ontwikkelingslijn 1: De leerling ontwikkelt een wetenschappelijke houding 1.1 De leerling ontwikkelt een kritische
Nadere informatieOnderzoek Module 10.3 Het empirisch onderzoek ontwerpen. Master Innovation & Leadership in Education
Onderzoek Module 10.3 Het empirisch onderzoek ontwerpen Master Innovation & Leadership in Education Leerdoelen Aan het eind van deze lesdag heb je: Kennis van de dataverzamelingsmethodes vragenlijstonderzoek,
Nadere informatieAdvies van de Wetenschappelijke Commissie Wijkaanpak
Advies van de Wetenschappelijke Commissie Wijkaanpak De Wetenschappelijke Commissie Wijkaanpak is in 2010 ingesteld door de Minister van Wonen, Wijken en Integratie met als opdracht de Minister te adviseren
Nadere informatieDe kunst van wetenschappelijk schrijven
De kunst van wetenschappelijk schrijven In de wetenschap gaat de erkenning naar diegene die de wereld heeft overtuigd, niet naar degene die als eerste op t idee kwam. (Darwin) Overzicht De schrijfopdracht
Nadere informatieMethodologie voor onderzoek in de verpleegkunde. Foeke van der Zee
Methodologie voor onderzoek in de verpleegkunde Foeke van der Zee Inhoudsopgave 1. Onderzoek, wat is dat eigenlijk... 1 1.1 Hoe is onderzoek te omschrijven... 1 1.2 Is de onderzoeker een probleemoplosser
Nadere informatieWanneer is onderzoek goed: de kwaliteitscriteria
Management, finance en recht Wanneer is onderzoek goed: de kwaliteitscriteria De verwarring voorbij Naar hernieuwd zelfvertrouwen Congres Praktijkgericht onderzoek in het HBO Amersfoort, 11 december 2012
Nadere informatieMethodologie & Profielwerkstukken
Methodologie & Profielwerkstukken Erik Heijmans, WUR Arjen Nawijn, STOAS Sander Poort, CLV September 2014 Christelijk Lyceum Veenendaal, 2014 1. Onderzoeksprojecten soorten en doelen Twee soorten onderzoeksprojecten:
Nadere informatieBEOORDELINGSFORMULIER STAGES BACHELOR NIVEAU 3
Faculteit Geesteswetenschappen BEOORDELINGSFORMULIER STAGES BACHELOR NIVEAU 3 Onderstaand formulier betreft de beoordeling van het stageverslag en het onderzoeksverslag. Deze wordt door de begeleidende
Nadere informatieBachelorscriptiebrochure BA Taalwetenschap
Bachelorscriptiebrochure BA Taalwetenschap 1. Definitie 2. Omvang 3. Begeleiding 4. Beoordelingscriteria 5. Eindtermen 6. Mogelijke aanvullingen Bijlage: Stappenplannen 1. Definitie De Bachelorscriptie
Nadere informatieOverzicht van tabellen 13. Overzicht van figuren 15. Voorwoord 17. Inleiding 19
Inhoudsopgave Overzicht van tabellen 13 Overzicht van figuren 15 Voorwoord 17 Inleiding 19 Ontwikkelingen in het Hoger Beroepsonderwijs 19 Praktijkgericht Onderzoek 21 De focus van dit boek 23 De structuur
Nadere informatieNon satis scire WP 4 Pilot opzet peer feedback. Aanleiding
Non satis scire WP 4 Pilot opzet peer feedback Aanleiding De lerarenopleiding van de Rijksuniversiteit Groningen werkt mee aan het SURF-project Nonsatis scire. In het kader van dit project wordt een pilot
Nadere informatieIntroductie. De onderzoekscyclus; een gestructureerde aanpak die helpt bij het doen van onderzoek.
Introductie Een onderzoeksactiviteit start vanuit een verwondering of verbazing. Je wilt iets begrijpen of weten en bent op zoek naar (nieuwe) kennis en/of antwoorden. Je gaat de context en content van
Nadere informatieIMPRESSIE WORKSHOP 4. praktijkgericht juridisch onderzoek. G.A.F.M. van Schaaijk
IMPRESSIE WORKSHOP 4 praktijkgericht juridisch onderzoek G.A.F.M. van Schaaijk AANKONDIGING VAN EEN NIEUW BOEK: PRAKTIJKGERICHT JURIDISCH ONDERZOEK DOOR GEERTJE VAN SCHAAIJK Verwachte verschijningsdatum:
Nadere informatieINHOUDS- OPGAVE. Voorwoord 19. Voorwoord bij de nieuwe druk 20. Inleiding 23
5 INHOUDS- OPGAVE Voorwoord 19 Voorwoord bij de nieuwe druk 20 Inleiding 23 Ontwikkelingen in het Hoger Beroepsonderwijs 23 Praktijkgericht Onderzoek 25 De focus van ons boek 27 De structuur van dit boek
Nadere informatieUITGEBREIDE INHOUDSOPGAVE
UITGEBREIDE INHOUDSOPGAVE Inleiding Algemeen deel in drievoud 1 1 Synthese 2 Leeswijzer 3 Nieuwe visie 4 Forumgedachte 5 Discipline in transitie 6 Privaatrecht 1 Pluriforme rechtswetenschap 7 1.1 Een identiteitscrisis?
Nadere informatieDeel ; Conclusie. Handleiding scripties
Deel ; Conclusie Als je klaar bent met het analyseren van de onderzoeksresultaten, kun je beginnen met het opstellen van de conclusie(s), de eventuele discussie en het eventuele advies. In dit deel ga
Nadere informatieBachelorscriptiebrochure BA Taalwetenschap
Bachelorscriptiebrochure BA Taalwetenschap 1. Definitie 2. Omvang 3. Begeleiding 4. Beoordelingscriteria 5. Eindtermen 6. Mogelijke aanvullingen Bijlage: Stappenplannen 1. Definitie De Bachelorscriptie
Nadere informatieSamenvatting Maatschappijwetenschappen Onderzoek doen
Samenvatting Maatschappijwetenschappen Onderzoek doen Samenvatting door Lotte 2060 woorden 2 jaar geleden 0 keer beoordeeld Vak Maatschappijwetenschappen Maatschappijwetenschappen: onderzoek doen Hoofdstuk
Nadere informatieScriptiegroep. Bijeenkomst 08
Scriptiegroep Bijeenkomst 08 Inhoudselementen van een scriptie Inhoudsopgave Voorwoord Inleiding Bronnenonderzoek Afstudeerproject Conclusie Samenvatting Literatuurlijst Bijlagen Inhoudsopgave Routekaart
Nadere informatieFACULTEIT DER GEESTESWETENSCHAPPEN
FACULTEIT DER GEESTESWETENSCHAPPEN REGELS VOOR HET SCHRIJVEN EN BEOORDELEN VAN BACHELORSCRIPTIES BIJ KUNST- EN CULTUURWETENSCHAPPEN (tot 1 september 2015 geldt dit reglement ook voor de BA Religiewetenschappen)
Nadere informatieInleiding 15 Waarom deze methode? 15 Voor de student 16 Legenda gebruikte icoontjes 18 Personages: wie is wie? 18. In de startblokken 19
Inleiding 15 Waarom deze methode? 15 Voor de student 16 Legenda gebruikte icoontjes 18 Personages: wie is wie? 18 In de startblokken 19 STAP 1 Van interesse tot brainstormen over het onderwerp 29 Beschrijvende
Nadere informatie6 7 NORM= het niveau waarop het vak volgens de doelstelling van het onderwijsprogramma wordt afgesloten 8 9 Excellent
Bachelor Opleiding Sociale Geografie & Planologie Beoordelingsprotocollen Wetenschappelijk Rapporteren en Presenteren, Groepsonderzoekproject & Bachelorproject De Beoordelingsprotocollen van Wetenschappelijk
Nadere informatiePWS - Fase 1 - Plan van aanpak Behaald 0 van de 25 punten
PWS - Fase 1 - Plan van aanpak Behaald 0 van de 25 punten Beoordeling Te behalen Behaald 1. Past het onderwerp/ontwerp bij het vak/de vakken? 1 Herkenbaarheid van het vak of de vakken. Past het onderwerp
Nadere informatieHoofdstuk 2: Kritisch reflecteren 2.1. Kritisch reflecteren: definitie Definitie: Kritisch reflecteren verwijst naar een geheel van activiteiten die
Hoofdstuk 2: Kritisch reflecteren 2.1. Kritisch reflecteren: definitie Definitie: Kritisch reflecteren verwijst naar een geheel van activiteiten die worden uitgevoerd om uit het gevonden bronnenmateriaal
Nadere informatieAfdeling VAVO. Praktische opdracht HAVO/VWO. Handleiding
Afdeling VAVO Praktische opdracht HAVO/VWO Handleiding Inleiding Voor verschillende vakken dient u een praktische opdracht te maken. In deze handleiding staan instructies voor het maken van een praktische
Nadere informatieOpm: Bij een onvoldoende beoordeling is het invullen van het veld opmerkingen door de begeleider verplicht.
Beoordeling I: Het Plan van Aanpak (eerste versie) Datum: 1. Past het onderwerp in het profiel - aangeven bij welke vakken het werkstuk aansluit - zijn de vakken herkenbaar in het plan on ed Afspraken
Nadere informatieDoel. Context VSNU UFO/INDELINGSINSTRUMENT FUNCTIEFAMILIE MANAGEMENT & BESTUURSONDERSTEUNING AFDELINGSHOOFD VERSIE 4 APRIL 2017
Afdelingshoofd Doel Zorgdragen voor de vorming van beleid voor de eigen functionele discipline, alsmede zorgdragen voor de organisatorische en personele aansturing van één of meerdere werkprocessen, binnen
Nadere informatie- Geplaatst in VISUS EBM IN DE OPTOMETRIE: HOE PAS JE HET TOE?
- Geplaatst in VISUS 4-2017 - EBM IN DE OPTOMETRIE: HOE PAS JE HET TOE? Om de verschillen tussen de kennis uit het laatste wetenschappelijk bewijs en de klinische praktijk kleiner te maken is de afgelopen
Nadere informatieExamenprogramma natuur, leven en technologie vwo vanaf schooljaar 2014-2015
Examenprogramma NLT vwo Het eindexamen Het eindexamen bestaat uit het schoolexamen. Het examenprogramma bestaat uit de volgende domeinen: Domein A Vaardigheden Domein B Exacte wetenschappen en technologie
Nadere informatieWorkspace Design Onderzoeksopzet voor SOZAWE
Workspace Design Onderzoeksopzet voor SOZAWE Datum: 16 december 2010 Ir. Jan Gerard Hoendervanger Docent-onderzoeker Lectoraat Vastgoed Kenniscentrum Gebiedsontwikkeling NoorderRuimte Hanzehogeschool Groningen
Nadere informatieAanvraag voor steun van Kom op tegen Kanker
Aanvraag voor steun van Kom op tegen Kanker IMPLEMENTATIEPROJECT. Titel project. Projectvoorstel (max. 4000 woorden, excl. tabel ) a. Achtergrond en probleemstelling Omschrijf de huidige stand van zaken
Nadere informatieTake-home toets: Kwalitatief onderzoek
vrijdag 18 januari 2013 Take-home toets: Kwalitatief onderzoek Naam: Lisa de Wit Studentnummer: 500645721 Klas: LV12-2G1 Vak: Kwalitatief onderzoek Docent: Marjoke Hoekstra 1 Inleiding Voor het vak: Kwalitatief
Nadere informatieKris Verbeeck (KPC Groep) en Liesbeth Baartman (TU Eindhoven) Waarom samenhangend toetsbeleid?
Opbrengstgericht werken: samenhangend beleid bij toetsen en volgen van de ontwikkeling van leerlingen in het basisonderwijs en het voortgezet onderwijs Kris Verbeeck (KPC Groep) en Liesbeth Baartman (TU
Nadere informatieRekenkamercommissie Wijdemeren
Rekenkamercommissie Wijdemeren Protocol voor het uitvoeren van onderzoek 1. Opstellen onderzoeksopdracht De in het werkprogramma beschreven onderzoeksonderwerpen worden verder uitgewerkt in de vorm van
Nadere informatieFaculteit Economie en Management Opleiding HBO-Rechten AFSTUDEEROPDRACHT (AOD) BEOORDELINGSFORMULIER VERDEDIGINGSWAARDIGHEID. studiejaar
Faculteit Economie en Management Opleiding HBO-Rechten AFSTUDEEROPDRACHT (AOD) BEOORDELINGSFORMULIER VERDEDIGINGSWAARDIGHEID studiejaar 2013-2014 Naam student Studentnummer Titel AOD Datum 1 Competenties
Nadere informatieStudiehadleiding. Opleiding: hbo-masteropleiding Islamitische Geestelijke Verzorging
Studiehadleiding Opleiding: hbo-masteropleiding Islamitische Geestelijke Verzorging Naam onderwijseenheid: Methoden en vaardigheden voor praktijkonderzoek Code onderwijseenheid: HBOMIGV015MV Jaar: Onderwijsperiode:
Nadere informatieDoelen Praktijkonderzoek Hogeschool de Kempel
Doelen Praktijkonderzoek Hogeschool de Kempel Auteurs: Sara Diederen Rianne van Kemenade Jeannette Geldens i.s.m. management initiële opleiding (MOI) / jaarcoördinatoren 1 Inleiding Dit document is bedoeld
Nadere informatieEindbeoordeling Stage 1 Code: ST1
Eindbeoordeling Stage 1 Code: ST1 CIJFER: 8 Studiepunten: 17 Naam student: Mariska van Gorp Stagebedrijf: Uitgeverij PS Docentbegeleider: Mark Mol Praktijkbegeleider: Frank Lindner Stageperiode: september
Nadere informatieHogeschool van Arnhem en Nijmegen Faculteit Educatie Instituut voor Leraar en School
Hogeschool van Arnhem en Nijmegen Faculteit Educatie Instituut voor Leraar en School Beoordeling Afstudeeronderzoek eindfase 2014-2015 VT-DT ONDERZOEKSVERSLAG 1 Bijlage 5c Beoordelingsformulier onderzoeksverslag
Nadere informatieSchema van een praktijkgericht juridisch onderzoek 18 Schema s van vier typen beroepsproducten 20
Schema van een praktijkgericht juridisch onderzoek 18 Schema s van vier typen beroepsproducten 20 1 Een onderzoeksmodel voor praktijkgericht juridisch onderzoek 23 1.1 Inleiding 23 1.2 Begripsbepalingen
Nadere informatieNatuurwetenschappelijke, wiskundige en technische vaardigheden (bètaprofielniveau)
BIJLAGE 1 Examenprogramma NLT havo Het eindexamen Het eindexamen bestaat uit het schoolexamen. Het examenprogramma bestaat uit de volgende domeinen: Domein A Vaardigheden Domein B Exacte wetenschappen
Nadere informatieBijlage 2-9. Richtlijnen voor de prestatie
Bijlage 2-9 Richtlijnen voor de prestatie Inleiding Tijdens de stage leveren studenten in feite voortdurend prestaties. Ze doen dingen die (nog) geen dagelijkse routine zijn, waar wilskracht en overtuiging
Nadere informatieMijn masteronderzoek: wat en waarom? DIANA SCHAEFFER ELSINGA I GEMEENTE HEERENVEEN I
Mijn masteronderzoek: wat en waarom? DIANA SCHAEFFER ELSINGA I GEMEENTE HEERENVEEN I 19-11-2015 Opleiding MCC Organisatiegedrag, - cultuur en dynamiek Veranderingskundige en organisatieontwikkelingsvraagstukken
Nadere informatieInvloed van IT uitbesteding op bedrijfsvoering & IT aansluiting
xvii Invloed van IT uitbesteding op bedrijfsvoering & IT aansluiting Samenvatting IT uitbesteding doet er niet toe vanuit het perspectief aansluiting tussen bedrijfsvoering en IT Dit proefschrift is het
Nadere informatieJuridische medewerkers op de rechtbank: administratieve ondersteuners of invloedrijke adviseurs?, Universitair Docent Erasmus School of Law
A Juridische medewerkers op de rechtbank: administratieve ondersteuners of invloedrijke adviseurs?, Universitair Docent Erasmus School of Law Presentatie vandaag Achtergronden van het onderzoek Methode
Nadere informatieFaculteit Rechten. Universiteit Hasselt. Reglement betreffende de bachelorscriptie (derde bachelor rechten)
Faculteit Rechten Universiteit Hasselt Reglement betreffende de bachelorscriptie (derde bachelor rechten) Versie 25 augustus 2010 Artikel 1: Algemene doelstellingen De bachelorscriptie is een bijzondere
Nadere informatieProfilering derde graad
Profilering derde graad De leerling heeft in de eerste en de tweede graad de gelegenheid gehad om zijn of haar interesses te ontdekken. Misschien heeft hij of zij al enig idee ontwikkeld over toekomstige
Nadere informatieBijlage 3. Beoordelingscriteria onderzoeksplan
Bijlage. Beoordelingscriteria onderzoeksplan Naam student: Dominique van Maas Naam afstudeerbegeleider: Ceciel Zandee Naam tweede beoordelaar: Winifred Paulis Datum: 19-01-014 Voorlopige titel onderzoek
Nadere informatieOnderzoeksmethodologie van praktijkgericht en toegepast onderzoek. Jac Christis, 14 februari 2013
Onderzoeksmethodologie van praktijkgericht en toegepast onderzoek Jac Christis, 14 februari 2013 Onderzoeksopzet 1. Formuleer je onderzoeksvraag 2. Bepaal welke gegevens je nodig hebt 3. Bepaal hoe je
Nadere informatieAfdeling VAVO. Praktische opdracht VMBO. Handleiding
Afdeling VAVO Praktische opdracht VMBO Handleiding Inleiding In deze inleiding staat hoe u het maken van een praktische opdracht het beste kunt aanpakken. De aanwijzingen, die gegeven worden zijn niet
Nadere informatieHet profielwerkstuk. 2. Eisen en voorwaarden Het profielwerkstuk moet aan een aantal eisen en voorwaarden voldoen:
-1- Het profielwerkstuk 1. Inleiding Hier staat hoe u te werk gaat bij het maken van het profielwerkstuk. Ook de eisen waaraan het moet voldoen zijn opgesomd. Verder geeft het u een voorbeeld van een plan
Nadere informatieOnderzoeksrapport Onderzoek in de opleiding
Onderzoeksrapport Onderzoek in de opleiding Helmond, 4april 2017 Yvette Thielen Master Onderwijswetenschappen Radboud Universiteit Nijmegen Begeleiding Monique van der Heijden Jeannette Geldens Kempelonderzoekscentrum
Nadere informatieOnderzoeksontwerp. Module 1 (29 sept 2015) Jac Christis en Annet Jantien Smit
Onderzoeksontwerp Module 1 (29 sept 2015) Jac Christis en Annet Jantien Smit De cursus Module 1: Overzicht plus empirische cyclus Module 2: Interventiecyclus (beroepsproducten) Diagnostisch onderzoek Ontwerpgericht
Nadere informatieHet Sectorwerkstuk. Naam leerling
Het Sectorwerkstuk Nakijkboekje: Naam leerling Naam docent Titel werkstuk Het werkstuk wordt nagekeken met behulp Van de formulieren in dit boekje door de begeleider en eventueel (afspreken!) een andere
Nadere informatieUnieke Herculescode:... Titel Hercules Investeringsproject:... Promotor-coördinator: Onthaalinstelling: Hercules 1 Hercules 2
Unieke Herculescode:... Titel Hercules Investeringsproject:... Promotor-coördinator: Onthaalinstelling: Hercules 1 Hercules 2.... Criteria vermeld in Associatie Onderzoeksreglement: 1. Het internationaal
Nadere informatieOVERZICHT VAN TOETSVORMEN
OVERZICHT VAN TOETSVORMEN Om tot een zekere standaardisering van de gehanteerde toetsvormen en de daarbij geldende criteria te komen, is onderstaand overzicht vastgesteld. In de afstudeerprogramma's voor
Nadere informatieOfficiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Gelet op artikel 7 van het Eindexamenbesluit v.w.o.- h.a.v.o.- m.a.v.o.- v.b.o.
STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 9161 26 mei 2011 Regeling van de Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap van 27 april 2011, nr. VO/289008, houdende
Nadere informatie