: 7 VAK : REDACTIEREKENEN EN CIJFEREN DATUM : VRIJDAG 4 APRIL 2014 TIJD : UUR

Transcriptie

1 VAK : REDACTIEREKENEN EN CIJFEREN DATUM : VRIJDAG 4 APRIL 2014 TIJD : UUR ELEMENTAIRE REKENOPERATIES 3 Staartdelingen en delingen t/m Reken de opgaven I en II na ,6 : 32 =... A 1,18 B 11,08 C 11,8 D 118 I 25/7475\ r. 0 De rekenmachine haalt steeds het grootste honderdtal eruit. Welk getal hoort bij het vraagteken? A 600 B 700 C 800 D : 7? 2 II 25/9875\ r. 0 Welke opgave is goed? A Alleen I is goed. B Alleen II is goed. C I en II zijn beide goed. D I en II zijn beide fout. Magda heeft 58 kersen en Frank heeft er 12. Die willen ze eerlijk verdelen. Hoeveel kersen krijgt een ieder? A 23 B 46 C 35 D 70 4

2 BREUKEN EN DECIMALEN Grootste en kleinste waarde zoeken 5 Welke van de onderstaande breuken heeft de kleinste waarde? A B C D 8 Jonathan, Suena en Joël verdelen SRD 1200,. Jonathan krijgt deel, Suena krijgt deel en Joël krijgt de rest. Hoeveel krijgt Joël? A SRD 540, B SRD 660, C SRD 900, D SRD 960, ; ; ; 6 Geldrekenen 9 Welke van deze breuken heeft de grootste waarde? A B C D BREUKEN EN DECIMALEN Bewerkingen met breuken 7 Het derde deel van een getal is 60. deel van dat getal is dan... A 12 B 36 C 100 D 180 Sunil gaat 5 dagen per week naar school. Hij krijgt SRD 25, aan zakgeld per week. Hij betaalt per schooldag SRD 2,20 voor de bus en SRD 2,15 voor een appel. De rest mag hij sparen. Hoeveel heeft hij na 8 weken gespaard? A SRD 3,25 B SRD 21,75 C SRD 26, D SRD 174, 10 Henk heeft in zijn spaarpot: 14 munten van SRD 2,50, 5 munten van SRD 1, en 13 kwartjes. Hoeveel moet hij nog sparen om SRD 50, te hebben? A SRD 6,75 B SRD 7,25 C SRD 7,75 D SRD 43,25

3 11 Rudi heeft nu SRD 30, in zijn spaarpot. Hij spaart maandelijks SRD 7,50. Hoeveel heeft Rudi na 1 jaar in zijn spaarpot? A SRD 60, B SRD 90, C SRD 120, D SRD 150, 12 Lina geeft SRD 10, in de winkel uit. Ze koopt SRD 1,75 aan sap, SRD 3,75 aan een pak koek en ook nog twee rode appels. Hoeveel kost 1 rode appel? A SRD 2,25 B SRD 2,75 C SRD 4,50 D SRD 5,50 13 Moeder koopt: 2 schoolbroeken á SRD 29, 1 paar schoenen á SRD 127,50 en 14 schriften á SRD 0,75 Hoeveel betaalt ze in totaal? A SRD 186, B SRD 192, C SRD 196, D SRD 196,25 Metriek gewichtsmaten: kg, pond, ons, gram 14 Winkelier Adjaiso heeft 2 zakken gele pesi van elk 75 kg. Hij wil de gele pesi in zakjes van 5 pond doen. Hoeveel zakjes heeft hij nodig? A 15 B 30 C 60 D 70 3 kg + 1 pond =... ons A 12 B 37 C 40 D Uit een zak rijst van 25 kg gebruikt moeder 5 pond. Hoeveel pond blijft er over? A 19 pond B 24 pond C 30 pond D 44 pond 17 Een pakje garnalen van 250 gram kost SRD 14,60. Wat kost een pakje van 1 kg? A SRD 29,20 B SRD 46,40 C SRD 58,40 D SRD 73,

4 Metriek inhoudsmaten: l, dl, cl 18 Een vat met een inhoud van 180 liter is voor de helft gevuld met olie. Hoeveel flessen van 30 dl kan ik hieruit halen? A 3 B 6 C 30 D Met 5 cl stroop kan ik één ijsje maken. Ik heb 12 liter stroop. 21 In een emmer is 10 liter stroop. Hieruit worden 40 bekers gevuld. In elke beker gaat 2 dl stroop. Er blijft dan... liter stroop over in de emmer. A 2 B 8 C 12 D 20 Klokkijken/Klokrekenen 22 I II Daarmee kan ik... ijsjes maken. A 24 B 60 C 240 D Op klok I zie je hoe laat Patty vertrokken is. Op klok II zie je hoe laat Patty teruggekomen is. Hoe lang is Patty weggeweest? A 3 uren en 25 minuten B 4 uren en 25 minuten C 5 uren en 25 minuten D 8 uren en 35 minuten Van 1 liter dikke stroop kan Ellen 5 karaffen opgeloste stroop maken. Voor elke karaf gebruikt ze dezelfde hoeveelheid stroop. Voor 1 karaf gebruikt ze dan... dl dikke stroop. A 2 B 5 C 10 D Chitra slaapt van uur tot 6.15 uur. Hoe lang heeft zij geslapen? A 10 uren en 30 minuten B 11 uren en 30 minuten C 13 uren en 30 minuten D 26 uren

5 24 In Nederland is het in de zomer precies 5 uren later dan in Suriname. Het is nu uur in Suriname. Oppervlakte en omtrek berekenen 27 2 m In Nederland is het dan precies... A half s morgens B half s middags C half s morgens D half s middags 8 m 15 m 4 m Afstand 25 De weg van A naar B is 120 km. Marlon legt gemiddeld 30 km per uur af. Onderweg rust hij een kwartier. Hoe lang doet hij over de weg van A naar B? De oppervlakte van deze tuin is... m 2. A 29 B 46 C 70 D A 30 minuten B 3 uren en 45 minuten C 4 uren D 4 uren en 15 minuten perceel 16 m 26 Nita rijdt met een snelheid van 42 km per uur. Hoeveel km legt ze af in 20 minuten? A 0,7 km B 2,1 km C 14 km D 70 km Oom Robert heeft een rechthoekig perceel met een omtrek van 80 meter. De breedte van het perceel is 16 m. De lengte is... m. A 20 B 24 C 48 D 64

6 cm 5 cm 16 cm figuur I 6 cm 6 cm 6 cm figuur II De oppervlakte van een vierkant is 400 cm 2. De omtrek is cm. A 20 B 40 C 80 D cm 12 cm figuur III figuur IV 2 cm Van welke figuur is de omtrek 28 cm? A figuur I B figuur II C figuur III D figuur IV