MEDISCHE ZORG LEERMENU 5.1 BOL/BBL

Transcriptie

1 MEDISCHE ZORG LEERMENU 5.1 BOL/BBL Werkprocessen 2.1 maakt de behandelruimte, materialen en middelen gereed voor de behandeling 2.2 assisteert de behandelaar bij de medische handeling 2.3 voert handelingen uit in het kader van de individuele gezondheidszorg 2.4 begeleidt en informeert de zorgvrager Competenties: D: aandacht en begrip tonen E: samenwerken en overleggen I: presenteren K: vakdeskundigheid toepassen L: materialen en middelen inzetten R: op de behoeften en verwachtingen van de klant richten T: instructies en procedures volgen

2 MEDISCHE ZORG Inleiding: Onder Medische Zorg verstaan we medisch technische handelingen, ook wel vaardigheden genoemd. Omdat het belangrijk is dat je vaardigheden goed en vlot kunt uitvoeren ga jij je gedurende de gehele opleiding op school en in de praktijk daarin bekwamen. Dit betekent dat je de kwaliteit van de vaardigheden, maar ook de kennis ervan onderhoudt en herhaalt. In dit leermenu vind je een spoorboekje, waarin je van week tot week kan overzien wat er betreffende week ten aanzien van Medische Zorg aan bod komt. Onder een begeleidingsmagazijn verstaan we alle te gebruiken bronnen en de begeleiding plus demonstraties van de docent. In het opdrachten magazijn staan alle opdrachten die moeten worden uitgevoerd. In de BPV (beroeps praktijk vorming) voer je (straks) in opdracht en onder leiding van de behandelaar en/of de praktijkbegeleider de vaardigheden uit. Belangrijk daarbij is, dat je goed observeert of de zorgvrager de handeling goed doorstaat. Tijdens de opleiding ga je de vaardigheden steeds volgens protocol leren uitvoeren. Zo ook wordt je beoordeeld volgens protocol. Wanneer de beoordeling voldoende is, wordt dit in je protocollenboek afgetekend. Voor de opleiding BOL geldt, dat je de vaardigheden in totaal 2x op school aftekent en 1x in de BPV. Het spreekt voor zich, dat een lastige of BIG geregistreerde vaardigheid, pas na een ruime ervaring kan worden afgetekend. Je moet immers onder allerlei omstandigheden laten zien, dat je de vaardigheid goed en vlot beheerst. Voor de opleiding BBL geldt, dat alle vaardigheden op school 1x zijn afgetekend en dat BIG geregistreerd vaardigheden 2x worden afgetekend. Zo ook vaardigheden die je nog lastig vindt/ lang niet hebt uitgevoerd. Procedure: Elke periode van 10 weken wanneer je met het nieuwe MZ leermenu start, ga je ook een planning maken voor medische zorg in je PAP. Hulpmiddel hierbij is het methodisch werken. De oriëntatie De planning De uitvoering Controleren en evalueren Zie voor methodisch werken de bijlage achterin het leermenu. Zie voor het PAP formulier de bijlage achterin het leermenu. Pak zo nodig nog eens de uitleg over het maken van leerdoelen erbij.

3 TE GEBRUIKEN BRONNEN: Maak steeds gebruik van 2 bronnen en verwoord je tekst in eigen woorden: Verpleegtechnisch handelen voor doktersassistenten Protocollenboek Protocollen voor gedelegeerde taken aan doktersassistenten Doktersassistent in het kader van de wet (BIG) Map t.b.v. verbandmiddelen + wondbehandeling in MZ lokaal Verbandleer boek Verbanden en verbinden boek Medisch woordenboek (kan ook via internet) AGcontext.nl: laboratoriumkennis inhoudsopgave laboratoriumkennis instrumentenkennis inhoudsopgave instrumentenkennis video: zie uitvoeren van verpleegtechnische handelingen: - handen wassen en desinfecteren - instrumenten huishoudelijk schoonmaken - instrumenten steriliseren - steriele tafel - steriele handschoenen basisvaardigheden 3 voor meten van de pols Internet: voor algemene informatie voor urine en sedimentonderzoek: dan klikken op de balk eronder: eurostaete.eu/presentaties/ppt/urinesediment.ppt, vervolgens op openen voor uitdraai laboratoriumformulier: of via google naar: de San-Memoboek 2007-urine-onderzoek CD rom: wat heet handhygiëne diverse urine onderzoeken diverse bloed onderzoeken

4 Spoorboekje medische zorg t.a.v. leermenu 5.1 Week Onderwerp Begeleidingsmagazijn Bronnen (begeleidingsmagazijn) Opdrachtenmagazijn 1 Introductieweek Uitleg MZ leermenu Bespreken: Inleiding leermenu - 1 BOL: Flap maken en klassikaal prioriteren + schema in MZ map 2 1 Wegwijs/regels in het praktijklokaal 2 Infectiepreventie in de huisartsenpraktijk 2 Werken volgens protocol + beroepshouding tijdens het uitvoeren van medisch technisch handelen 3 Op orde houden MZ lokaal 1 Uitleg MZ werkwijze Brainstormen + nabespreken 2 Nabespreken zelfstudie opdracht infectiepreventie 2 Theorie opdracht protocol + beroepshouding uitwerken en klassikaal nabespreken (zo nodig info vragen a.d. docent) 3 Uitleg opruimprotocol 1 geen 2 via google naar infectiepreventie in de huisartsenpraktijk en/of boek Verpleegtechnisch handelen voor doktersassistenten 2 Verpleegtechnisch handelen voor doktersassistenten 1 Opdracht maken over infectiepreventie in de huisartsenpraktijk 2 In eigen woorden uitleg geven over werken volgens protocol / beroepshouding + BIG (in MZ map bewaren) 3 1 Handen wassen en handen desinfecteren 2 Huishoudelijk schoonmaken instrumenten 3 Instrumenten desinfecteren, steriel verpakken (sealen), steriliseren met autoclaaf en instr. in steriele bak doen 4 1 Steriele handschoenen aanen uittrekken en steriele handschoenen aangeven 2 Steriel veld maken 3 Herhalen medische zorg vaardigheden tot nu toe 1 Onderwijsleergesprek over bacteriën te lijf (woordspin) Internet video bekijken tijdens MZ les en zo nodig aantekeningen maken 2 Internet video bekijken tijdens MZ les en zo nodig aantekeningen maken 3 Demonstratie instrumenten steriel verpakken (sealen), steriliseren (autoclaaf) + instrumenten in steriele bak doen 1 Demonstratie 2 Demonstratie (op- en afdekken + steriele instr. uitpakken) 3 Leervragen/ onduidelijkheden met de docent bespreken + oefenen vaardigheden 1 Video bekijken doktersassistent video handen wassen en desinfecteren Theorie: via google infectiepreventie in de huisartsenpraktijk en/of boek Verpleegtechnisch handelen voor doktersassistenten 2 Video bekijken doktersassistent video instrumenten huishoudelijk schoonmaken 3 Video bekijken doktersassistent video instrumenten steriliseren Theorie: google infectiepreventie in de huisartsen praktijk en/of boek Verpleegtechnisch handelen voor doktersassistenten 1 Video bekijken doktersassistent video steriele handschoenen 2 Video bekijken doktersassistent video steriele tafel Verpleegtechnisch handelen voor DA 3 Zie informatie op flacon Glo-Germ 3 Zie eerder genoemde bronnen 1 Volgens protocol handen wassen + eigen protocol maken t.a.v. handen desinfecteren (met docent bespreken en in de MZ werkmap bewaren) 2 Volgens protocol huishoudelijk schoonmaken instrumenten 3 Samenvatting maken (zelfst.) zie ook bewaken desinfectie en sterilisatie proces in boek MTH Volgens protocol instrumenten desinfecteren, steriliseren, sealen BOL: Reflectie verslag maken 1 Volgens protocol steriele handschoenen aan-/ uittrekken PAP maken 2 Volgens protocol steriel op- en Afdekken 3 Proef uitvoeren over de effectiviteit van het handen wassen 4 Volgens protocol alle tot nu toe behandelde vaardigheden uitvoeren

5 Spoorboekje medische zorg t.a.v. leermenu 5.1 Onderwerp Begeleidingsmagazijn Bronnen (begeleidingsmagazijn) Opdrachtenmagazijn 5 1 Herhalen medische zorg vaardigheden tot nu toe 1 Oefenen vaardigheden 1 Zie eerder genoemde bronnen 2 Meten van de lichaamstemperatuur 3 Pols tellen 6 1 Polsfrequentie kennis 2 Urine aannemen aan de Balie + urineform. invullen 3 Urineonderzoek nitriet en leuko s 7 1 Urineonderzoek bloed, eiwit en glucose 2 Zwangerschapstest 3 Gewicht en lengte bepalen 8 1 Urineonderzoek Vaardigheden algemeen (zie week 3 tot en met week 7) 9 Vaardigheden algemeen (zie week 3 tot en met week 7) 10 Herhalen gemiste stof/ vaardigheden (op afspraak) 2 Onderwijsleergesprek ik voel warm aan en mijn pols is versneld 3 Oefenen vaardigheden (zie toepassingsopdracht) 1 Nabespreken kennis opdr. 2 Demonstratie student 3 Demonstratie + oefenen urinestrip onderzoek op nitriet en leukocyten 1 Bespreken inleiding Demonstratie + oefenen v.h. 2 Voorbereiding + demonstratie door student in halve groep 3 Demonstratie 1 Bespreken bijsluiter- en urineonderzoek opdracht 2 Uitwisselen en beantwoorden van de geformuleerde vragen 3 Oefenen/ op afspraak aftek. 2 Theorie: verpleegkunde doorzoek databank meten lichaamstemperatuur 3 Theorie: verpleegkunde doorzoek databank observeren vd polsslag Verpleegtechnisch handelen voor DA Kopie hartfrequentie z.n. vragen 1 Zie bronnen week 5 2 Med. Technisch Handelen boek van BSL 3 Theorie: verpleegkunde doorzoek databank laboratorium mogelijkheden in de huisartsenpraktijk en Verpleegtechnisch handelen voor DA 1 Verpleegtechnisch handelen voor DA 2 Theorie: verpleegkunde doorzoek databank zwangerschapstest en Verpleegtechnisch handelen voor DA 3 Theorie: verpleegkunde doorzoek databank meten en wegen en Verpleegtechnisch handelen voor DA 1 Verpleegtechnisch handelen voor DA Bijsluiter kopie 2 Zie eerder genoemde bronnen en eigen aantekeningen/ schema s Oefenen/ op afspraak aftekenen Zie eerder genoemde bronnen Diagnostische toets Diagnostische toets Oefenen/ op afspraak aftekenen Zie eerder genoemde bronnen 1 Volgens protocol alle tot nu toe behandelde vaardigheden uitvoeren en laten beoordelen 2 Kennis opdracht voor- en nadelen van rectaal, oraal, axillair en oor temperaturen uitvoeren volgens protocol 3 Toepassingsopdracht (zie formulier) temperatuur en polsfrequentie opnemen (volgens protocol uitvoeren) Kennisvragen opdracht beantwoorden (antwoorden begin week 6 meenemen) 1 Kennis opdracht van week 5 is uitgevoerd 2 Demonstratie opdracht: urine aannemen + notatie urine opvang 3 Volgens protocol uitvoeren van nitriet en leuko s in urine 1 Volgens protocol urineonderzoek uitvoeren: bloed, eiwit en glucose 2 Demonstratie opdracht: zwangerschap test met behulp van een reactieplaat Volgens protocol een zwangerschapstest uitvoeren 3 Volgens protocol gewicht + lengte bepalen 1 Bijsluiter en kwalitatief urineonderzoek opdracht uitwerken 2 BOL: 15 vragen formuleren (voorbereiding diagnostische toets) 3 Volgens protocol v.h. oefenen Reflectieverslag Volgens protocol alle tot nu toe behandelde vaardigheden oefenen/ aftekenen

6 MZ opdrachtenmagazijn leermenu 5.1 Opdrachten week 2: Daar houd ik me aan! Praktijksituatie: Je werkt sinds 2 dagen als stagiair in een groepspraktijk. De doktersassistenten die er werken voeren diverse beroepsvaardigheden uit. Wat je opvalt is, dat men zich aan allerlei maatregelen ten aanzien van hygiëne en veiligheid moet houden. Als je navraag doet, krijg je te horen dat je op die manier bijdraagt aan infectiepreventie binnen de praktijk en dat jij je zelf ook beschermt tegen infecties. Ook hoor je dat werken volgens protocol een vereiste is. Opdacht 2.1: Volg de begeleide les, waarin je uitleg krijgt over de MZ werkwijze. BOL opdracht 2.2: Tijdens deze opdracht ga je tijdens een begeleide les met een leergroep van 4 studenten kort met elkaar brainstormen, wat jullie belangrijke punten vinden, waar men zich tijdens het uitvoeren van beroepsvaardigheden aan zou moeten houden ten aanzien van gedrag plus hygiënisch en veilig werken. Na de brainstorm sessie noteren jullie schematisch de voor jullie belangrijke punten op een flap. De flappen van alle groepen worden klassikaal nabesproken. Hier volgt een prioriteitenlijst uit van regels en punten ten aanzien van het werken in een praktijklokaal, waar iedereen zich in de toekomst aan gaat houden en op aangesproken kan worden. Opdracht 2.3: Zorg voor een A4 werkmap met blanco tabbladen om alle belangrijke gevonden Medische Zorg informatie en bewijzen in te bewaren. Opdracht 2.4: Dit is een zelfstandige internet opdracht voor de algemene leervloer. Ga via google naar infectiepreventie in de huisartsenpraktijk (dit is opgesteld door de werkgroep infectiepreventie en wordt steeds actueel gehouden). Maak een uitdraai van de inhoudsopgave, zodat je tijdens de komende weken de van toepassing zijnde theorie kan opzoeken, aantekeningen kan maken en kan bestuderen. Lees zo nodig ook nog de tekst over persoonlijke hygiëne door (hoofdstuk 1) en maak zo nodig voor jezelf nog aantekeningen. Ook in je Medisch Technisch Handelen boek kom je een aantal van de genoemde onderwerpen tegen. Lees ook deze tekst door en maak steeds aantekeningen waarbij je de tekst in eigen woorden weergeeft. Pas als je de tekst zelf begrijpt, kan je deze ook aan anderen overdragen. Opdracht 2.5: Vraag de docent om de extra infectie preventie opdracht en voer deze uit. Opdracht 2.6: Wat er wordt verstaan onder werken volgens protocol en beroepshouding tijdens het uitvoeren van beroepsvaardigheden ga je (eventueel samen met nog iemand uit je klas) uitzoeken. Je kan hierna de betekenis plus eventuele voorwaarden in eigen woorden uitleggen aan anderen.

7 Opdracht 2.7: Volg de uitleg over materialen en opruimen in het MZ lokaal.. Opdracht 2.8: Zoek uit wat een voorbehouden en niet voorbehouden handeling voor een doktersassistent betekent in het kader van de wet BIG. Maak hier een korte samenvatting van (maximaal een ½ A4-tje) en bespreek dit na met de docent.

8 MZ opdrachtenmagazijn leermenu 5.1 Opdrachten week 3: Bacteriën te lijf! Praktijksituatie: Huisartsenpraktijken en poliklinieken hebben en groot patiëntenaanbod. Je hebt van je collega s begrepen dat er in toenemende mate medisch technische handelingen worden verricht in de praktijk en dat er daarom steeds meer kennis van de doktersassistent wordt verwacht. Ook van reiniging, desinfectie en sterilisatie van instrumenten. Het is van groot belang dat de basishygiëne op orde is en dat algemene voorzorgsmaatregelen goed worden nageleefd. Opdracht 3.1: Volg het onderwijsleergesprek waarin klassikaal de uitspraak bacteriën te lijf wordt besproken. Opdracht 3.2: Met en medestudent ga je de volgende opdracht uitwerken op papier en met de docent nabespreken: hoeveel ml Dettol en hoeveel ml water heb je nodig wanneer je een liter desinfectans moet maken van 5 %? Maak een notitie wanneer je een 3% of een 5% Dettol oplossing gebruikt. Zo ook waar je op moet letten wanneer je Dettol gebruikt, plus welke handpomp desinfectans er in de praktijk kan worden gebruikt? Alle notaties opnemen in je ABC uitwerkmap. Opdracht 3.3: Bekijk met een medestudent de video opname van handen wassen en desinfecteren (via doktersassistent video handen wassen en desinfecteren). Bespreek de handeling met elkaar en maak zo nodig aantekeningen voor in je MZ werkmap. Maak ook gebruik van een theoriebron. Maak naar aanleiding van wat je gezien en gelezen hebt een eigen protocol over het desinfecteren van de handen. Maak als voorbeeld gebruik van het protocol handen wassen. Bespreek het uitgewerkte protocol met de docent en neem na goedkeuring jouw protocol op in je MZ werkmap. Opdracht 3.4: Vorm een leergroepje van 2 tot 3 studenten en voer volgens protocol het wassen en desinfecteren van de handen uit. De observator noteert op het protocol wat er goed ging en wat nog niet en geeft de uitvoerder na afloop feedback. Het protocol handen wassen vind je in de kast voor in het MZ lokaal en van het zelf uitgewerkte protocol handen desinfecteren maak je eerst een kopie. Bewaar dit bewijs in je MZ werkmap, om de docent te kunnen laten zien, dat je in staat bent de vaardigheid goed en vlot uit te kunnen voeren. Opdracht 3.5: Bekijk met een medestudent de video opname van instrumenten huishoudelijk schoonmaken (via doktersassistent video instrumenten huishoudelijk schoonmaken). Bespreek de aandachtspunten en maak notities in eigen woorden. Bij onduidelijkheden vraag je de docent om verduidelijking.

9 Opdracht 3.6: Vorm een leergroepje van 2 tot 3 studenten en voer volgens protocol de vaardigheid uit. De observator noteert op het protocol wat er goed ging en wat nog niet en geeft de uitvoerder na afloop feedback. Het protocol huishoudelijk schoonmaken van instrumenten pak je uit de kast voor in het MZ lokaal. Opdracht 3.7: Maak met een groepje van maximaal 5 studenten een afspraak met de docent voor een demonstratie van het steriel verpakken (sealen) van instrumenten en het steriliseren van instrumenten met de autoclaaf. Zorg ervoor dat je vooraf de bronnen hebt bekeken en theorie hebt bestudeerd (zie bronnen in het MZ spoorboekje). Maak een samenvatting voor in je MZ werkmap van de voor jou belangrijke punten en bespreek dit met de docent. Opdracht 3.8: Vorm een leergroepje van 2 tot 3 studenten en voer volgens protocol de vaardigheden instrumenten steriel verpakken en steriliseren uit. De observator noteert op het protocol wat er goed ging en wat nog niet en geeft de uitvoerder na afloop feedback.

10 MZ opdrachtenmagazijn leermenu 5.1 Opdrachten week 4: Hoe werk ik steriel? Praktijksituatie: In de praktijk waar jij over enige tijd moet gaan assisteren met kleine ingrepen, moet jij ook steriel kunnen werken. Deze week wil je daarom in de praktijk oefenen met het aanen uittrekken van steriele handschoenen of aangeven van steriele handschoenen. Je zult ervaren dat het nog een hele kunst is om er voor te zorgen dat de aan te trekken handschoenen ten alle tijden steriel blijven. Wanneer er bij een patiënt hechtingen moeten worden ingebracht, dan is het jouw taak om er voor te zorgen dat de arts vanuit een steriel veld de handeling kan uitvoeren. Opdracht 4.1: Volg de demonstratie van het aan- en uittrekken van steriele handschoenen plus het aangeven van steriele handschoenen. Opdracht 4.2: Vorm een groepje van 3 4 studenten (rol assistent/patiënt/ observator) en voer de vaardigheid volgens protocol uit. Wissel steeds van rol en geef elkaar feedback naar aanleiding van de genoteerde aandachtspunten op het protocollen observatieformulier. Eventuele oplossingen bespreek je met elkaar. Ook kan je met elkaar nog eens de vaardigheid bekijken op video: doktersassistent video steriele handschoenen. Eventuele leervragen en onduidelijkheden bespreek je met de docent. Opdracht 4.4: Volg de demonstraties van het maken van een steriel veld en stel de docent na afloop vragen, wanneer jou één en ander niet duidelijk is. In groepjes van 3 4 studenten ga je deze vaardigheid volgens protocol uitvoeren. Ook hier geef je elkaar na afloop feedback en geef je elkaar na afloop tips en tops. Opdracht 4.5: Bekijk de video op doktersassistent video steriele tafel en maak vanuit je boek Medisch Technisch Handelen eventuele aantekeningen ter aanvulling. Opdracht 4.6: Noteer precies de route van een instrument vanaf het moment dat je het hebt gebruikt bij een ingreep tot het moment dat het weer steriel klaar ligt voor de volgende ingreep. Noteer ook welke verschillen in route er zijn tussen bijvoorbeeld een poli chirurgie en een huisartsen praktijk. Hoe kun je deze verschillen verklaren? Uitwerking in je MZ werkmap bewaren en nabespreken met de docent. Opdracht 4.7: Vraag de docent om de flacon Glo-Germ en de UV-lamp. Voer de proef effectiviteit handen wassen uit (zie informatie flacon). BOL opdracht 4.8: Maak een kort reflectie verslag over jouw samenwerking tijdens Medische Zorg en de uitgevoerde vaardigheden in week 2 tot en met week 4. Zoek zo nodig informatie op of vraag de docent om verduidelijking. Neem dit verslag op in je ABC uitwerkmap.

11 MZ opdrachtenmagazijn leermenu 5.1 Opdrachten week 5: Betrouwbaar of niet? Praktijksituatie: Annemieke van Laar is met haar moeder op het spreekuur. Zij heeft hoge koorts, hoest al een week en is nu benauwd. De arts wil weten hoe hoog de temperatuur van Annemieke is. Het meten van de lichaamstemperatuur wordt in de praktijk op verschillende manieren uitgevoerd. Maar je wil weten hoe betrouwbaar betreffende manier eigenlijk is en uitzoeken wanneer je spreekt van een normale temperatuur, verhoging of koorts. Zo ook wat de polsslag met koorts te maken heeft! Opdracht 5.1: Bereid je voor op het uitvoeren en beoordelen van de vaardigheden zoals beschreven bij de onderwerpen van week 5 door vanuit 2 bronnen (zie het MZ spoorboekje ) de informatie die je nodig hebt uit te werken. Je voert betreffende vaardigheden in stations die de docent heeft voorbereid uit. Welke antwoorden geef je op de vragen van de inleiding? Opdracht 5.2: Neem deze week ook een MZ planning op in je week PAP. Neem steeds je PAP plus je MZ werkmap mee, zodat de begeleidende docenten samen met jou je doelen, je acties, je werkmap en je proces kunnen bespreken. Vanaf nu maak je elke week voor Medische Zorg een persoonlijk activiteiten plan (zie bijlage achterin dit leermenu). Zo nodig uit te werken opdrachten in je algemene PAP opnemen. Opdracht 5.3: Bespreek met een mede student de voor en nadelen van rectaal, oraal, axillair en oortemperaturen en geef deze manieren van meten weer in een schema. Bij welke temperatuur spreek je van een ondertemperatuur, een normale temperatuur, verhoging, koorts en hoge koorts. Wat is de betekenis van subfebriel, hyperpyrexie en hypothermie? Opdracht 5.4: Voer de toepassingsopdracht temperatuur- en pols opnemen volgens protocol uit in groepjes van 3 studenten (rol van assistent/patiënt/observator). Maak gebruik van het toepassingsinvulformulier (vragen aan de docent). Steeds van rol wisselen en elkaar tips en tops geven. De formulieren met de daarop ingevulde beoordeling en feedbackpunten bewaar je in je werkmap om met de docent te bespreken. Wanneer je als groep iets niet weet, vraag je de docent om verduidelijking. Opdracht 5.5: Bereid je voor op de kennisopdracht over pols (hartfrequentie) opnemen door de stof die je nog niet beheerst te bestuderen. (zie zie vaardigheden basiszorg 3). Maak met de gehele klas een afspraak met de docent, wanneer deze opdracht kan worden nabesproken. Zie bronnen in spoorboekje. Opdracht 5.6: Beantwoord deze week zelfstandig de kennisvragen opdracht, zodat je de opdracht het eerstvolgende begeleide moment in week 6 met de docent kan nabespreken. Het is de

12 bedoeling, dat je eerst noteert wat je al uit het hoofd weet en dat je later opzoekt wat je nog niet weet.

13 MZ opdrachtenmagazijn leermenu 5.1 Opdrachten week 6: Wat is er aan de hand? Praktijksituatie: Je praktijkbegeleider vraagt jou vandaag om urine onderzoek te doen. Je noteert na elke urine teststrip bepaling je bevindingen om na te bespreken met je praktijkbegeleider. Bovendien let je er bij de uitvoering op, dat er meerdere factoren bij de beoordeling van een urine onderzoek een rol kunnen spelen. Ook bedenk je wat de mogelijke oorzaak/ aandoening bij een positieve uitslag kan zijn. Opdracht 6.1: Nabespreken kennisvragen opdracht hartfrequentie. Opdracht 6.2: Bespreek kort in een groepje van 3-4 studenten hoe je straks in de praktijk een urinepotje in ontvangst wil nemen. Rekening houdend met de vereiste hygiëne voor jezelf en de patiënt. De docent wijst straks iemand uit één van de leergroepen aan, om alle stappen in een rolspel te laten zien. Opdracht 6.3: Zoek uit welke informatie je de patiënt allemaal geeft bij de opvang van urine (schoon potje en midstream urine). Maak hier in eigen woorden een notitie van. Korte nabespreking met de docent van de gevonden informatie en de inleiding van deze week. Opdracht 6.4: Bestudeer theorie over teststrip gebruik en urineonderzoek op nitriet en leukocyten met behulp van een urinestrip bepaling (zie bronnen in het spoorboekje ). Maak een notitie van de aandachtspunten. Wanneer iets niet duidelijk is voor jou, maak je hier een leervraag van en stel je betreffende vraag aan de docent. Opdracht 6.5: Bespreken van onduidelijkheden en beantwoorden van door de docent gestelde vragen over de theorie urine opvang, teststrip gebruik en onderzoek op nitriet en leukocyten. Opdracht 6.6: Volg de demonstratie urineonderzoek nitriet en leukocyten. Opdracht 6.7: Oefen volgens protocol in groepjes van 3-4 studenten urinestrip onderzoek op nitriet en leukocyten. Vul steeds de protocollen observatielijst in en bespreek wat er goed ging en welke oplossingen er zijn voor de punten die nog niet goed gingen. Potje urine vragen aan de docent. Noteer de uitslag en bespreek dit oefenmoment met de docent na.

14 MZ opdrachtenmagazijn leermenu 5.1 Opdrachten week 7: Snel onderzoek! Praktijksituatie: Tijdens het spreekuur komen de volgende patiënten bij dokter Dijkstra: Mevrouw Badu, die last heeft van pijn in haar flanken en een potje roodgekleurde urine heeft meegebracht. Dokter Dijkstra wil weten of hier sprake is van een blaasontsteking of van een hogere urineweginfectie. Janine de Graaff is erg benieuwd of zij zwanger is. De heer Bierens is een iets gezette man en onderzoek heeft uitgewezen dat hij diabetes heeft. Om inzicht te krijgen of er sprake is van overgewicht moet de lengte en het gewicht worden bepaald. Opdracht 7.1: Zoek uit welke informatie je nader wil uitwerken en bestuderen ten aanzien van medische onderzoeken/ handelingen. Zo ook bij welke klachten (oorzaken) dit de onderzoeken/ handelingen worden uitgevoerd. Maak aantekeningen en als er onduidelijkheden zijn, maak je hier leervragen over. Deze leervragen stel je tijdens het volgende begeleide uur. Opdracht 7.2: Bespreek de inleiding klassikaal met de docent. Volg de demonstratie van de docent van urine onderzoek op bloed, eiwit en glucose en maak zo nodig aanvullende notities. Opdracht 7.3: Oefen de vaardigheden urineonderzoek op bloed, eiwit en glucose met behulp van betreffende protocollen in groepjes van 3 4 studenten. Geef elkaar steeds feedback. Oefen de vaardigheden de komende weken totdat je deze vlot en goed kan uitvoeren. Opdracht 7.4: Vorm groepjes van 3 4 studenten. Bereid je voor om een klassikale demonstratie (½ klas) te geven over onderzoek naar zwangerschap. Opdracht 7.5: Na de demonstratie ga je een zwangerschapstest uitvoeren (urine vragen aan de docent). Wanneer denk je deze vaardigheid af te kunnen tekenen? Opdacht 7.6: Volg de demonstratie: lengte en gewicht bepalen en ga vervolgens deze vaardigheden oefenen met het protocol erbij.

15 MZ opdrachtenmagazijn leermenu 5.1 Opdrachten week 8: Oefening baart kunst! Praktijksituatie: Je wilt de praktijk vaardigheden goed in de vingers krijgen en daarom besluit je ze regelmatig uit te voeren. Ook vind je het belangrijk dat je antwoord kan geven op eventuele vragen van de patiënt over het onderzoek. Je vraagt je af hoe vaardig je al bent en hoe het met je kennis is gesteld. Opdracht 8.1: Tijdens het begeleide moment lees je de bijsluiter informatie van de genoemde urinestrip bepalingen (evt. kopie vragen aan de docent). Deze bijsluiter info lees je aandachtig door en bespreek je in groepjes van 2 studenten. Onduidelijkheden bespreek je met de docent. Daarna maak je zelf een schema op de computer (zie voorbeeld) en werk je de opdracht uit voor in je ABC map. Bestanddeel Nitriet Oorzaken aanwezigheid bestanddeel Mogelijke foutbronnen Extra aandachtspunten Leukocyten Bloed: -erytrocyten -hemoglobine Eiwit Glucose Noteer niet de aandoening maar de benaming van de bestanddelen. Bij een positieve uitslag van nitriet spreekt men van een. Bij een positieve uitslag van leukocyten spreekt men van een Bij een positieve uitslag van bloed spreekt men van een. Bij een positieve uitslag van eiwit spreekt men van een... Bij een positieve uitslag van glucose spreekt men van een. Opdracht 8.2: Voer met nog 2 of 3 studenten kwalitatief urineonderzoek uit op nitriet, leukocyten, bloed, eiwit en glucose met behulp van een urinestrip bepaling en geef elkaar steeds tips en tops. Onderzoek naar: Aspect en/of geur van de urine Uitslag (notatie) Nitriet Leukocyten Bloed Eiwit Glucose

16 MZ opdrachtenmagazijn leermenu 5.1 BOL opdracht 8.3: Formuleer 15 diagnostische toetsvragen samen met nog 2 3 studenten en werk ze op de computer overzichtelijk uit op een A4-tje. Laat jullie vragen niet aan andere studenten zien. Het is namelijk de bedoeling dat de vragen tijdens het laatste begeleide moment van deze week worden uitgewisseld. Deze opdracht is ter voorbereiding op de officiële diagnostische toets tijdens de bufferweek. Opdracht 8.4: Oefenen van vaardigheden die je nog niet goed onder de knie hebt. Wanneer je denkt de vaardigheid vlot en goed uit te kunnen voeren, maak je een afspraak met de docent om de de vaardigheid te laten zien voor een aftekenparaaf. Tijdens de bufferweek zal er ook een moment zijn om af te kunnen tekenen. Opdracht 8.5: Zorg dat je alle informatie en opdrachten in je MZ map hebt zitten en laat de abc map ter inzage aan de docent zien.

17 MZ opdrachtenmagazijn leermenu 5.1 Opdrachten week 9: Op herhaling! Opdracht 9.1: Oefenen en op afspraak aftekenen van vaardigheden van leermenu 1. Opdracht 9.2: Ga voor jezelf na of je in verband met absentie tijdens dit leermenu een demonstratie of het oefenen van een vaardigheid hebt gemist. Maak een afspraak met de docent om de gemiste kans in week 10 in te halen. Opdracht 9.3: Bereid je voor op de diagnostische toets in week 10. MZ opdrachtenmagazijn leermenu 5.1 Opdrachten week 10: Laat zien! Tijdens een begeleid moment maak je de diagnostische theorie toets. Tijdens een begeleid moment teken je volgens schema vaardigheden af. Op aanvraag volg je een gemiste demonstratie. Oefenen van vaardigheden waar je nog moeite mee hebt, of die je wilt herhalen. Spreek met de docent een moment af dat je jouw Medische Zorg ABC map laat zien en bespreekt. Reflecteer op jouw handelen en samenwerken tijdens dit leermenu. Neem het reflectie verslag op in je portfolio (minimaal een ½ A4-tje/ maximaal 1 A4-tje in lettergrootte 12 en lettertype Arial). Het reflectieverslag bespreek je met de docent. Wat vond je leuk, wat ging goed, wat ging minder goed en hoe kwam dat? Wat ga je anders doen, wie of wat heb je daar voor nodig. Zoek zo nodig informatie over het maken van een reflectieverslag op, of vraag de docent om verduidelijking.

18 Bijlage Methodisch werken Oriënteren Wat weet Ik al? Welke competenties wil ik ontwikkelen? Wat wil ik leren; wat zijn mijn leervragen? (kennis, vaardigheden,houding) Wat kan en ken ik al? Welk gedrag dien ik te laten zien bij het uitvoeren van de opdracht? Welke resultaten heb ik nodig om de opdracht af te sluiten? Wat vraagt de praktijk van mij voor het afronden van deze opdracht en wat wil ik zelf graag doen voor deze opdracht? Wat verwacht ik van de begeleider binnen- en buitenschools? Welke samenwerkingsafspraken maak ik met mijn groepsgenoten? PAP/Plannen Ik maak een plan van aanpak voor het uitvoeren van vaardigheden/handelingen in mijn PAP. Ik benoem in mijn pap de vereiste kennis, houding en vaardigheden en eventuele persoonlijke leerdoelen uit mijn POP. Ik beschrijf de benodigde hulpmiddelen en tijdsinvestering. Ik plan mijn leeractiviteiten. Ik plan de ondersteuning die ik denk nodig te hebben van mijn begeleiders. Ik bespreek mijn PAP met de begeleider binnen en buitenschools. Ik pas mijn PAP zo nodig aan. Uitvoeren Ik werk de theorie volgens plan uit in mijn werkmap Ik voer de handeling volgens het protocol uit. Volgens plan op school en in de praktijk. Ik controleer steeds of de uitvoering volgens plan verloopt. Ik vraag regelmatig feedback aan medestudenten, begeleiders, collega s. Ik stel zo nodig de uitvoering bij. Controleren en evalueren Ik ga na of ik de handelingen heb behaald. Ik ga na of ik volgens plan heb gewerkt.

19 EVENTUEEL TE GEBRUIKEN PAP TEN AANZIEN VAN MEDISCHE ZORG: Leerdoel(en) Begeleidingsmag.: welke bronnen en demonstraties Opdrachtenmag.: wat en wanneer uitvoeren Met wie ga je samenwerken Tijd die je ervoor nodig hebt