RAADSVERGADERING 8 OKTOBER NR. XII

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "RAADSVERGADERING 8 OKTOBER NR. XII"

Transcriptie

1 RAADSVERGADERING 8 OKTOBER NR. XII 2015

2 Aan de leden van de Raad Aan de wethouders en de secretaris Hierbij nodig ik u uit voor de Openbare Raadsvergadering op donderdag 8 oktober 2015 om uur in het gemeentehuis te Zuidwolde. A G E N D A Aanvang/streeftijd Vragenhalfuur voor de burgers Vragenhalfuur voor de raad Algemeen 1. Opening uur 2. Vaststelling agenda 3. Vaststelling besluitenlijst en toezeggingenlijst 10 september 2015 Besluitvormend/bespreekstukken 4. Instemming jaarverslag 2014 en de jaarrekening 2014 van de stichting Wolderwijs (15 minuten) 5. Kennisname ontwikkelingen m.b.t. IKC Wolderwijs en beschikbaarstelling financiële bijdrage (45 minuten) 6. Vaststelling Nota Risicomanagement en Weerstandsvermogen gemeente De Wolden 2015 (15 minuten) Pauze Besluitvormend/bespreekstukken (vervolg) 7. Evaluatie van het integraal jeugdbeleid (60 minuten) uur uur uur 8. Ingekomen stukken uur 9. Sluiting uur Zuidwolde, 24 september 2015 De voorzitter van de Raad, R.T. de Groot Het woord voeren door de burgers Voorafgaand aan de vergadering, tijdens het vragenhalfuur, kunnen burgers het woord voeren over onderwerpen die niet op de agenda staan. Ook kunnen zij ideeën over het gemeentelijk beleid kenbaar maken.

3 Tijdens de vergadering kan er per agendapunt worden ingesproken. Dit kan niet als er een afzonderlijke hoorzitting over het onderwerp is/wordt gehouden. Een ieder heeft maximaal 5 minuten spreektijd. Voor het inspreken is maximaal 30 minuten beschikbaar. Om het woord te kunnen voeren, moet men zich voor de vergadering bij de griffier melden.

4 Besluitenlijst van de vergadering van de raad van de gemeente De Wolden, gehouden op donderdag 10 september 2015 om uur in het gemeentehuis te Zuidwolde. Aanwezig, de leden: H.S. Benning (Gb), R.A.J. Brouwer (Gb), C.F.M. Brouwer-Dekker (CDA), P. Groot (Gb), G. Gol (Gb), A. Haar (D66), G. Hempen-Prent (Gb), M.S.J. Hulst (VVD), H.C.M. Langen (PvdA), G.C. Leffers-Heeling (Gb), D. Oosterveen (Gb), H.G. Scheper-Beijering (VVD), M.P. Turksma (PvdA), E.M.M. Verheijen (GL), J.H. Wiechers (CU), T.J. de Wit (CDA) en D. Zantingh (CDA). Tevens aanwezig: J. ten Kate (Gb), M. Pauwels-Paauw (VVD) en J.R. van t Zand (Gb) wethouders; N. Kramer, secretarisdirecteur Afwezig m.k.: H. Buld-Kist (Gb) en H. Mulder (VVD). Voorzitter: Griffier: Verslag: R.T. de Groot, burgemeester drs. I.J. Gehrke S.R. Beute Vragenhalfuur voor de burgers Mevrouw M. Fijen, voorzitter van Medezeggenschapsraad CBS De Arendsvleugel in Ruinerwold, spreekt in m.b.t. het Individueel Kind Centrum (IKC) in Ruinerwold. Vragenhalfuur voor de raad Mevrouw Brouwer (CDA) stelt een artikel 37A-vraag betreffende huisvesting asielzoekers met een verblijfsvergunning. Wethouder Ten Kate beantwoordt de vragen en zegt toe de beantwoording schriftelijk met de raad te delen. De heer Verheijen (GL) stelt namens GL en CU een artikel 37A-vraag over de cliëntenstop zorgboerderijen Noord Nederland. Mevrouw Langen (PvdA) stelt ook een artikel 37A-vraag over de cliëntenstop op zorgboerderijen. Portefeuillehouder De Groot beantwoordt beide vragen en zegt toe de raad te informeren, zodra er meer informatie beschikbaar is over de cliëntenstop voor jongeren bij zorgboerderijen in De Wolden. De heer Gol (Gb) stelt een artikel 37A-vraag over de staat van onderhoud van de Jan Wieringaweg te Ruinen. Wethouder Van t Zand beantwoordt de vragen. 1. Opening De voorzitter opent de vergadering. 2. Vaststelling agenda De voorzitter vraagt om vaststelling van de agenda. De heer Verheijen (GL) kondigt een motie aan m.b.t. opvang asielzoekers. De voorzitter geeft aan de motie te agenderen als agendapunt 9A. De heer Verheijen (GL) wenst een opmerking te maken bij ingekomen stuk m. De heer De Wit (CDA) wenst een vraag te stellen bij agendapunt 9 en een opmerking te plaatsen bij ingekomen stuk c. De heer Hulst (VVD) vraagt om agendapunt 8 (Herinrichting Ruinerwold) naar voren te halen. De voorzitter legt dit voor aan de raad. De raad besluit agendapunt 8 te behandelen na agendapunt 5A. Mevrouw Scheper-Beijering (VVD) wenst een opmerking te maken bij ingekomen stuk m. De heer Haar (D66) wenst een opmerking te maken bij ingekomen stuk n. De heer Wiechers (CU) doet een oproep aan de voltallige raad tot zelfdiscipline. De raad stelt de agenda vast. 1

5 3. Besluitenlijst en toezeggingenlijst raad 18/25 juni 2015 De voorzitter vraagt om vaststelling van de lijsten. De raad stelt de besluitenlijst en toezeggingenlijst 18/25 juni 2015 vast. 4. Toezeggingenlijst totaal per augustus 2015 De voorzitter vraagt om vaststelling van de lijst. De raad stelt de toezeggingenlijst totaal per augustus 2015 vast. 5. Onderzoek geloofsbrieven lid steunfractie Gb De voorzitter stelt een commissie in om het onderzoek naar de geloofsbrieven vast te stellen. De commissie bestaat uit de heer Haar (D66), de heer Zantingh (CDA) en mevrouw Scheper-Beijering (VVD). De vergadering wordt geschorst van 20:46 tot 20:50 uur, en de commissie onderzoekt de geloofsbrieven. De commissie, bij monde van voorzitter de heer Haar, concludeert dat de geloofsbrief van het steunfractielid in orde is bevonden en adviseert tot haar toelating als steunfractielid van Gb. De voorzitter concludeert dat mevrouw Vrielink-Linthorst beëdigd kan worden. 5.A Beëdiging lid steunfractie Gb De voorzitter beëdigt mevrouw Vrielink-Linthorst tot steunfractielid van Gb. 8. Herinrichting Dijkhuizen Ruinerwold en beschikbaarstelling krediet De voorzitter vraagt om vaststelling van het voorstel. De raad besluit conform het voorstel. 6. Uitwerking Discussienota subsidiebeleid Dit onderwerp is opiniërend aan de orde gekomen. 7. Vaststelling opdracht en plan van aanpak gemeentelijke milieustraat De voorzitter vraagt om vaststelling van het voorstel. De raad stemt in met de projectopdracht en het plan van aanpak van de gemeentelijke milieustraat en vraagt het college de opties 1A (opwaarderen van de milieustraat) en 1B (het oprichten van een nieuwe milieustraat op de huidige locatie) verder uit te werken. Verder wordt besloten om met de gemeente Westerveld te overleggen over het terrein Havelte. Wethouder Van t Zand zegt tevens toe de toegangstijden te betrekken bij de aanpassing van de milieustraat. 9. Vaststelling bestemmingsplan Kerkdijk 2, Ansen De voorzitter vraagt om vaststelling van het voorstel. De heer De Wit (CDA) stelt een vraag. Wethouder Ten Kate beantwoordt de vragen. De raad besluit conform het voorstel. 9.A Motie Probleem asielzoekersopvang en oproep staatssecretaris De voorzitter vraagt om stemming. De motie wordt met 8 stemmen voor (CDA, PVdA, D66, CU en GL), en 9 stemmen tegen (Gb en VVD), verworpen. 10. Ingekomen stukken De voorzitter vraagt om vaststelling van de lijst ingekomen stukken. De heer Verheijen (GL) maakt een opmerking bij ingekomen stuk m. Mevrouw Scheper-Beijering (VVD) maakt een opmerking bij ingekomen stuk m. De heer De Wit (CDA) maakt een opmerking bij ingekomen stuk c. De heer Haar (D66) maakt een opmerking bij ingekomen stuk n. De raad besluit conform het voorstel. 2

6 11. Sluiting De voorzitter sluit om 23:15 uur de vergadering. Aldus vastgesteld door de raad van de gemeente De Wolden in zijn openbare vergadering van 8 oktober 2015, de griffier, de voorzitter, 3

7 Toezeggingenlijst vergadering raad 10 september 2015 Data Onderwerp Afspraak/Toezegging Actie door Afdoeni ng vóór 10 september 2015 Wethouder Ten Kate Huisvesting van de statushouders (artikel 37A-vraag namens het CDA) Wethouder Ten Kate zegt toe de beantwoording van de artikel 37A-vragen over de huisvesting van de statushouders met de raad te delen. 10 september september september 2015 Cliëntstop zorgboerderijen Noord-Nederland (artikel 37A-vragen namens GL en CU, en namens de PvdA) Gemeentelijke milieustraat Gemeentelijke milieustraat Portefeuillehouder De Groot zegt toe, de raad te informeren zodra er meer informatie beschikbaar is over de cliënten stop voor jongeren bij zorgboerderijen in De Wolden. Wethouder Van t Zand zegt toe een gesprek te hebben met de gemeente Westerveld over het bedrijventerrein in Havelte Wethouder Van t Zand zegt toe de toegangstijden te betrekken bij de aanpassing van de milieustraat. Portefeuillehouder De Groot Wethouder Van t Zand Wethouder Van t Zand Griffie, 17 september 2015

8

9

10

11

12

13

14 Voorstel voor de Raad Datum raadsvergadering : 8 oktober 2015 Agendapuntnummer : XII, punt 4 Besluitnummer : 1843 Portefeuillehouder : Wethouder Mirjam Pauwels Aan de gemeenteraad Onderwerp: Jaarverslag en jaarrekening 2014 Stichting Openbaar Primair Onderwijs De Wolden. Samenvatting: Ingevolge artikel 48 lid 6, sub d, dient de jaarrekening van de Stichting Openbaar Primair Onderwijs De Wolden ter instemming aan de gemeenteraad te worden voorgelegd. Fase van besluitvorming: Besluitvormend. Ontwerpbesluit: Het college stelt de gemeenteraad voor om in te stemmen met het jaarverslag 2014 en de jaarrekening 2014 van de stichting. Inleiding en aanleiding: Inleiding: Met ingang van 1 januari 2010 is de instandhouding van openbare basisscholen in de gemeente De Wolden opgedragen aan de Stichting Openbaar Primair Onderwijs De Wolden. Deze stichting handelt onder de naam stichting Wolderwijs. Aanleiding: Op 13 mei 2015 zijn van de directeur het jaarverslag en de jaarrekening 2014 ontvangen. Op grond van artikel 48, lid 6, sub d van de Wet Primair Onderwijs moeten deze ter instemming aan de raad worden voorgelegd. Problemen of vraagstukken: Beschrijving probleem: Aan de overdracht van bestuursverantwoordelijkheid aan een stichting zijn voorwaarden verbonden. In een door de gemeenteraad en de stichting overeengekomen toetsingskader is opgenomen op welke wijze aan deze voorwaarden wordt voldaan. Beoogd effect: De gemeenteraad dient er op toe te zien dat het onderwijs volgens de wezenskenmerken van het openbaar onderwijs wordt gegeven en dat de taken structureel kunnen worden uitgevoerd met de beschikbare middelen. Ontwerpbesluit: toelichting en argumentatie: Toelichting ontwerpbesluit: Jaarrekening -Aanlevering stukken In het toetsingskader is overeengekomen dat de jaarstukken voor 16 mei worden ingediend. Aan deze afspraak is voldaan. -Resultaat De jaarrekening sluit met een nadelig saldo resultaat van ,=. In de begroting 2014 was een negatief resultaat van ,= geraamd. De verschillen tussen Pagina 1 van 2

15 begroting en rekening zijn voldoende toegelicht. Het resultaat wordt ten laste van de daarvoor bestemde reserves gebracht. -Juistheid De accountant heeft een goedkeurende accountantsverklaring afgegeven. Naar het oordeel van de accountant zijn de middelen rechtmatig besteed. -continuïteitswaarborg Het weerstandsvermogen is berekend op 32,53%. Voor de stichting is een minimaal weerstandsvermogen van 15% vastgesteld. Jaarverslag Het jaarverslag geeft een beschrijving van het gevoerde beleid van de stichting. Ook wordt aangegeven hoe de stichting anticipeert op maatschappelijke en onderwijskundige ontwikkelingen. Borging van kwalitatief goed onderwijs staat centraal. De beschrijving wordt ondersteund met kengetallen. Argumenten ontwerpbesluit: De stichting Wolderwijs voldoet aan de verplichtingen als bedoeld in artikel 48 van de Wet Primair Onderwijs en het toetsingskader. Kanttekeningen: Geen. Alternatief beleid: N.v.t. Financiële effecten: De exploitatie van het openbaar onderwijs verloopt voor de gemeente budgettair neutraal. Het rekeningresultaat 2014 van de stichting Wolderwijs wordt ten laste van de aanwezige reserves van de stichting gebracht. Personele effecten: N.v.t. Juridische effecten: N.v.t. Participatie- en communicatieparagraaf: (in te vullen aan de hand van de menukaart) N.v.t. Fatale termijnen: De stichting heeft voldaan aan de overeengekomen termijnen. Aanpak en uitvoering: N.v.t. Bijlagen (alleen digitaal): - Jaarverslag 2014 Wolderwijs; - Jaarrekening 2014 Wolderwijs; - Begeleidende brief Wolderwijs. Zuidwolde, 24 september 2015 Burgemeester en wethouders van De Wolden, secretaris Nanne Kramer burgemeester Roger de Groot Pagina 2 van 2

16 Ontwerp Nr. XII / 4 De raad van de gemeente DE WOLDEN; gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 24 september 2015; Besluit: 1. In te stemmen met de jaarrekening 2014 van de Stichting Wolderwijs; 2. Het jaarverslag 2014 van de Stichting Wolderwijs goed te keuren. Zuidwolde, 8 oktober 2015 De raad voornoemd, griffier, drs. I.J. Gehrke voorzitter, R.T. de Groot Pagina 1 van 1

17 a ` ' ` í L > X» K W I M, Q3 ~ >«;;" 7 '~"""` ".1"~«~ s i M 1 z:. > ~ f K 1 * /gb.f 1., ' ' ki 'I m 0. f " > w 1/, " WM v ` J\"==11`"*=*1111:1:1:;W:=" >» ~., ~ >~ rf,>,x f w w"" w";"=, u=~\;;; ï ;j1 <Il'f::w,~~#.:>;:^><;:: fffffwïafr'«;ï>m»1f>%:»::w';.:=. W'«:>mø@ff > Jaarverslag 2014 I > ï 1 s > s ä \» > s É i i Stichting Wolderwíjs Dijkhuizen AK Ruirxerwo\d Tele-foøn: O522~ Emasïz info@woiderwijs.n! Internet: F É s ~f>.ffasçïs, ff? ö CL Wñïï?füfl W m. -M \`\`\`\\R\`f\\`f \`f{fff«., WW" -~»."..."->~ Versie 1.2 i! 5 al ßw" k _ iß ß\ >

18 inhoudsopgave Voorwoord 1. Maatschappelijkeopdracht 1.1 Visie, missie en kernwaarden 1.2 Beschrijving van de stichting 1.3 Organogram 1.4 Succesbepalencle factoren 1.5 Communicatie en verantwoording naar de stakeholders 1.6 Kerncijfers en kengetallen 1.7 Leerlingprognoaes 2. interne bedrijfsvoering 2.1 Algemeen 2.2 Succesbepalende facteren 2.3 lvlanagernentovereenkornsten 2.4 Samenwerkingsverbanden 3. Klanten (øuders en leerlingen) 3.1 Algemeen 3.2 Succesbepalende factoren 3.3 Klachtenregeling 3.4 Marktaandeel 4. Ontwikkeling en gmeí 4.1 Algemeen 4.2 Succesbepalende factoren 4.3 Strategisch beleidsplan 4.4 Bestuursverslag 4.5 Deelname Drentse Onderwijsrnonitor en Prlsmaörenthe 4.6 Overig persnneel:-:beleid 5. Financiën 5.1 Algemeen 5.2 Succesbepalende factoren 5.3 Financiën verslagjaar 5.4 Treaeuryverslag 5.5 Prestatiebox 6. Cnntinuïteiteparagraaf 6.1 Algemeen 6.2 Financiële rapportage 6.3 Uverige rappnrtages iâ*~íc73u1l?-sëß-i>> Z-'fl Bijlagen: A. Overzicht scholen Ei. Samenatelling centrale ergenen 7. Jaarrekening 2014

19 Jaarverslag 2014 Stichting Woiderwijs Voorwoord Voor u ligt het jaarverslag 2014 van Stichting Wolderwijs. Stichting Wolderwijs verzorgt het openbaar primair onderwijs in de gemeente De Wolden. Het jaarverslag is voor een groot deel opgesteld conform een model waarbij jaarlijks vooraf ambitieuze doelen worden opgesteld, deze tussentijds worden gecontroleerd en achteraf worden beschouwd op het behalen ervan; een prestatiemeetsysteem. De belangrijkste doelen van Stichting Wolderwijs, met betrekking tot 2014, zijn beachreven in de managernentafspraken tussen het bestuur en de algemeen directeur en vormen de basis voor dit verslag. De belangrijkste doelen en de realisatie ervan worden behandeld in ditjaarverslag. Het jaarverslag over het kalenderjaar 2014 is vastgesteld door het bestuur, als intern toezichthouder van Stichting Wolderwijs. De bevoegdheid daartoe is geregeld in artikel 3, Eid5 van het beatuurs- en managementstatuut. Ruinerwold, ll roei 2015;-.f«" 3 4+ i 3, W_""- J 52 {Ã i l,.,ef,"«"'", ;"}"" É M" / lvl.h. Mulder Algemeen directeur 3

20 Jaarverslag 2014 Stichting Wolderwijs 1. Maatschappelijke opdracht 1.1 Visie, missie en kernwaarden Stichting Woldervvijs verzorgt openbaar basisonderwijs op basisvan een vijftal kernwaarden/wezenskenmerken: v iedereen is welkom: De openbare basisscholen staan open voor alle kinderen, ongeacht levensovertuiging, godsdienst, politieke gezindheid, afkomst, geslacht of seksuele geaardheid; «iedereen is benoembaar: Benoembaarheid op de openbare basisscholen geldt voor iedereen, ongeacht levensovertuiging, godsdienst, politieke gezinclheicl, afkomst, geslacht of seksuele geaardheid; 0 Waarden en normen en wederzijds respect: Be openbare basisscholen besteden actief aandacht aan uiteenlopende levensbeschouwelijke, godsdienstige en maatschappelijke waarden. De openbare basisscholen houden rekening met en gaan uit van wederzijds respect voor de levensbeschouwing of godsdienst van alle leerlingen, ouders en personeelsleden; 0 Van en voor de samenleving: De openbare basisscholenzijn van en voor de samenleving en betrekken leerlingen, ouders en personeelsleden actief bij de besluitvorming over doelstellingen en werkomstandigheden en stemmen af met externe betrokkenen en belanghebbenden; «Levensbeschouwing en godsdienst: De openbare basisscholen bieden de gelegenheid om levensbeschouwelijk vorrnings~ of goclsclienstonderwijs te volgen, De openbare scholen werken samen onder het motto, tevens de visie van iedere school: vr U i Het kind staat centraal Om invulling te geven aan de visie en missie en deze te realiseren werkt iedere school vanuit de volgende waarden: ~ Elk kind is uniek, verschillen zijn vanzelfsprekend; 0 Leren is leuk; 1 Elk kind moet zich als mens optimaal kunnen ontplooien, individueel en sociaal; 0 Ouders zijn de partners, belanghebbenden en klanten van de school; 0 De scholen vormen een lerende organisatie, waarin professionals met elkaar verantwoordelijk zijn voor de kwaliteit van het onderwijs; 0 Scholen kunnen veel van elkaar leren; «Het bestuur stelt de scholen in staat de missie te realiseren Elkeschool vertaalt deze waarden naar haar eigen visie en missie. Deze schoolvisies worden vertaald naar de schooiplannen en schooljaarplannen. De visie en missie worden vertaald in concrete doelen. Dit jaarverslag geeft inzicht in de prestaties op en de relatie tussen vier essentiële perspectieven binnen de organisatie: 0 Interne bedrijfsvoering; 0 Klanten (ouders en kinderenl; 0 Ontwikkeling en groei; ~ Financiën. De doelen (succesbepalende factoren; zie ï.-4) voor 2014 en de realisatie ervan worden aan de hand van deze perspectieven in hetjaarverslag toegelicht. 1.2 Beschrijving van de stichting Stichting Wolderwijs is met ingang van 1 januari 2010 statutair opgericht. De rol van het stichtingsbestuur is "toezichthoudend". Het bestuur bepaalt het strategisch beleid. De algemeen directeur is integraal verantwoordelijk voor de verdeling van middelen, de inzet en de ontwikkeling van het personeel, de ontwikkeling van accommodaties en voorzieningen evenals het cornmunicatiebeleid. De taken en bevoegdheden van het bestuur en de algemeen directeur zijn beschreven in het bestuurs~ en rnanagementstatuut en het toezichtkader bestuur & ma nagement, vastgesteld op 29 oktober Ultimo 2014 vallen onder Stichting Wolderwijs tien basisscholen waarvan vijf met minder dan 100 leerlingen en vijf met meer dan 100 leerlingen. De schoolclirecteuren hebben zitting in het managementoverleg (M0), onder leiding van de algemeen directeur. 4

21 i i i É i ï l v i ï ik MW " i '^' i i i i I ï ` l iaarverslag 2014 Stichting Wolderwijs De vijf kleine scholen zijn: 't Echtenest (Echten), De lälimtoren lürogteropslageni, De Bosrand (Kerkenveld), Het Veldboeket (Veeningen) en De Wezeboom (Uosteinde). De vijl" middelgrote en grote scholen zijn: 't Oelebröd (Ruinen), Het Groene Hart (Zuidwolde), De Dissel (Ruinerwold), De Rozebottel (Koekange) en De Horst (De Wijk). i Stichting Kinderopvang en PeutersneelzalenDe Wolden: Op 17 december 2013 is Stichting Kinderopvang en Peuterspeelzalen De Wolden opgericht. Deze stichting stelt zich ten doel kinderopvang en peuterspeelzaalwerk aan te bieden ten behoeve van kinderen in de leeftijd van nul tot twaalfjaar. De stichting heeft in 2014 geen economische activiteiten verricht en heeft zich georiënteerd op mogelijke toekomstige ontwikkelingen. l i Het bestuur van Stichting Kinderopvang en Peuterspeelzalen De Wolden bestaat uit vijf leden. Van de vijl bestuursleden worden er drie benoemd op voordracht van Stichting Wolderwijs, eenop voordracht van de Vereniging voor Christelijk Primair Onderwijs in Zuidwest Drenthe en eenop voordracht van Stichting Welzijn De Wolden. Dit houdt niet in dat de te benoemen bestuursleden uit eigen kring afkomstig moeten zijn. Er is geen sprake van organisatorische, economische en financiële verbondenheid met Stichting Wolderwijs. Stichting Wolderwijs heeft voorlopig de opstartkosten (E 2.642) voorgeschoten, omdat Stichting Kinderopvang en Peuterspeelzalen De Wolden vooralsnog geen werkka pitaal heeft. 1.3 Grganograrn De organisatiestructuur van Stichting Wolderwijs is in onderstaand schema weergegeven: 2 s ë s i ë 5 s É 3 i E i E s ë ë ä ë ë s 2 ä s É 2 ä ë E É ë E ä ä ë i i Stichting,"=.,.==. o".o"...""...!,,,> ii;" g1i*;`~""i~i /fo ~" V ii V " _ f, " ' i,;i;:11,"`"` 1i1i`l`;l:i;:i*i«-::-,l~:1":.L L,_' '*, >*I'>ïi>f>!1«$i, " ""--M "ef Hfllff,>\ " " l l, ""\---V _. "" _ (1/,.".),4._.; W, l, i, 1 "`"""'""'"`"""""> _.,.,...=."...=."=...=.=..."=":.=."i l ~ 1 l lj:,r 1 f, 1 =. f «'.,É " l " ' " 33 ï ` *.ri<f\'íe sr V 5 I 1 1 l<@.~_i""~~efi fe f^"**'""r ~.=.$ï-:,wf> «<. \.<f"«f» \%"f'~fe >s levff e ï' we, 'rf /V l i l s l l l 1.4 Succesbepalende factoren Voor het jaar 2014 is er een aantal doelen vastgesteld. De belangrijkste daarvan worden behandeld in dit verslag. Het gaat om de volgende doelen (succesbepalende factoren): ø Het ziekteverzuimpercentage onder het landelijk gemiddelde krijgen; 1 Opstellen van een beleidsplan onderwijs en kwaliteit; ø Berging en ontwikkeling kwaliteit medewerkers; ~ De tevredenheid van ouders, leerlingen en personeel is minimaal gelijk aan het landelijk gemiddelde; ~ Alle scholen zijn opgenomen in het basisarrangement van de Onderwijsinspectie en de kwaliteit van het onderwijs is en blijft ten minste voldoende; v Actualisatie van het meerjarenonderhoudsplan van de scholen. Naast de hiervoor genoemde doelen worden tevens andere voor 2014 relevante onderwerpen behandeld, verdeeld over de vier perspectieven, die in paragraaf 1.1 zijn genoemd. 5

22 - OBS Jaarverslag 2014 Stichting Wolderwijs 1.5 Communicatie en verantwoording naar de stakeholders Stichting Wolderwijs bestaat en werkt binnen een maatschappelijke omgeving. Deze omgeving beïnvloedt de organisatie en andersom beïnvloedt de organisatie op haar beurt de omgeving. Er zijn verschillende belanghebbenden, de zogenaamde stakeholders. Voor stakeholders is het van belang dat zij geïnformeerd worden over wat de huidige activiteiten en toekomstplannen zijn van Stichting Wolderwijs, zodat zij kunnen inschatten wat voor invloeden deze activiteiten en plannen mogelijk op hen kunnen hebben. Hieronder worden de twee categorieën stakeholders, interne en externe, verder uitgewerkt, waarbij tevens wordt aangegeven op welke wijze de communicatie plaatsvindt en op welke manier de verantwoording vanuit Stichting Wolderwijs plaatsvindt. Bij verticale verantwoording is er sprake van een formele verplichting die voortkomt uit een "hiërarchische relatie". Bij horizontale verantwoording is er sprake van een zekere vrijwilligheid of een zelf opgelegde verplichting lnterne stakeholders Onder interne stakeholders worden verstaan de personen of partijen binnen de organisatie die intern belanghebbend zijn bij datgene wat Stichting Wolderwijs doet. Ze bevinden zich binnen de organisatie. De interne stakeholders zijn: 0 Personeel interne horizontale verantwoording Leerlingen Medezeggenschapsraad GMR (personeel) Bestuur (personeel) interne horizontale verantwoording interne horizontale verantwoording interne horizontale verantwoording interne verticale verantwoording Met de interne stakeholders communiceert Stichting Wolderwijs hoofdzakelijk door middel van bijeenkomsten (werkoverleggen en vergaderingen), memo's, school(jaar)plannen en een schoolgids. Tevens worden personeelsleden op de hoogte gehouden van ontwikkelingen via de centrale website van Stichting Wolderwijs, de websites van de scholen, nieuwsbrieven en het personeelsblad. De verantwoording richting organen zoals de (G)MR en het bestuur vindt hoofdzakelijk plaats door middel van vergaderingen Externe stakeholders Externe stakeholders zijn personen of partijen buiten de organisatie die direct of indirect belanghebbend zijn bij de activiteiten van de instelling of die anderzijds belang hebben bij de prestaties die Stichting Wolderwijs levert. Ze bevinden zich buiten de organisatie. De belangrijkste externe stakeholders zijn: Ouders van leerlingen Medezeggenschapsraad (ouders) GMR (ouders) Samenwerkingspartners Ministerie CFI Gemeente van OCW De Wolden externe externe externe horizontale verantwoording horizontale verantwoording horizontale verantwoording externe horizontale verantwoording externe verticale vera ntwoording externe externe verticale verantwoording verticale verantwoording De communicatie van Stichting Wolderwijs met en de verantwoording naar externe belanghebbenden gebeurt voornamelijk aan de hand van officiële documenten zoals jaarverslagen, jaarplannen en nieuwsbrieven. De manier van communiceren varieert van de websites van de stichting en de scholen tot aan schoolgidsen en papieren versies van de begrotingen, het jaarverslag en publicaties. Tevens vindt de verantwoording naar organen zoals de (G)MR plaats door middelvan vergaderingen Bijdrage stakeholders aan succesbepalende factoren Alle belanghebbenden hebben invloed op de succesbepalende factoren van Stichting Wolderwijs, aangezien men goed openbaar primair onderwijs beoogt in de gemeente De Wolden. Een belangrijk orgaan is de gemeenschappelijke medezeggenschapsraad (GMR). De GMR, bestaande uit een ouder- en personeelsgeleding, vertegenwoordigt alle scholen van Stichting Wolderwijs en heeft binnen de organisatie drie rollen op beleidsgebied: lnitiatiefnemend, adviserend en instemmend. De algemeen directeur van Stichting Wolderwijs zorgt te allen tijde voor een juiste, volledige en tijdige informatieverstrekking richting de GMR. Voorafgaand aan GMR-vergaderingen heeft de algemeen directeur gesprekken met het dagelijks bestuur van de GMR over de lopende zaken en noodzakelijke/wenselijke agendapunten voor de komende GMR-vergadering. De algemeen directeur is in principe bij elke GMR-vergadering aanwezig. Aan het eind van elk schooljaar vindt er een evaluerend gesprek plaats tussen de algemeen directeur en het dagelijks bestuur van de GMR. ln 2014 is in het bijzonder de communicatie met de stakeholders over de twee scholenfusies (per 1 augustus 2014) van groot belang geweest: De Vaarboom in Fort en OBS Esdalschool in Veeningen zijn gefuseerd tot OBS Het Veldboeket in Veeningen. - OBS De Lindert in Linde en OBS Reestzicht in Drogteropslagen zijn gefuseerd tot OBS De Klimtoren in Drogteropslagen. Beide fusietrajecten zijn conform verwachting verlopen. De schoolgebouwen in Fort en Linde zijn eind oktober 2014 succesvol opgeleverd enjuridisch overgedragen aan Gemeente De Wolden. Halverwege 2015 worden beide trajecten geëvalueerd door middel van gesprekken tussen de algemeen directeur, de schooldirecteuren en de schoolteams/medezeggenschapsraden. 6

23 Jaarverslag 2014 Stichting Wolderwijs 1.6 Kerncijfers en kengetallen Leerlingen Ingeschreven per 1 oktober: ] Onderbouw ] Bovenbouw Totaal aantal leerlingen 1.362] Gemiddelde groepsgrootte * 22,5 21,9 21,1 20,6 Aantal groepen 73,2%* Marktaandeel 73,6% 72,8% Rugzakleerlingen l 17 (beperking, handicap of chronische ziekte) *) De groepsgrootte stijgt, terwijl de verhouding personele lasten/totalebaten ongeveer stabiel is (zie onderdeel 5.3.4) Eindresultaten onderwijs Landelij gemiddelde Eindresultaten: ** Schoolscore CITO (ongecorr. leerlinggewicht) 536,1 534, 535,1 538,1 533,5 Schoolscore CITO (gecorr. leerlinggewicht) 536,9 535,9 535,1 536,0 535,1 **) Deze cijfers zijn gebaseerd op vijf van de twaalf scholen die in het voorjaar van 2014 aan de CITO-eindtoets hebben meegedaan. Me ingang van schooljaar 2014/2015doen alle scholen mee met de CITO-eindtoets. Doorstroom- en verwijzingsgegevens: % kleutergroepverlenging groep 1 en 2 1,0% 1,9% 0,7% 0,8% % zittenblijvers in groepen 3 t/m 8 0,7% 0,3% 1,2% 1,0% Aantal leerlingen naar speciaal basisonderwijs Uitstroom naar voortgezet onderwijs: Aantal leerlingen vanuit gr. 7 naar voortgezet onderwijs % leerlingen naar PRO 0% 1% 0% 8% % leerlingen naar VMBO BL 12% 12% 16% 22% % leerlingen naar VMBO KL 17% 10% 12% 17% % leerlingen naar VMBO TL 24% 38% 27% % leerlingen naar HAVO 31% 26% 27% 39% % leerlingen naar VWO/ Gymnasium 16% 13% 18% 14% 100% 100% 100% 100% Uitstroom 2014 naar voortgezet onderwijs VM BO VM BO VWO / PRO VMBO BL KL TL HAVO Gymn. Tøtaal Aantal (malen) o l 7

24 l Jaarverslag 2014 Stichting Wolden/vijs Persøneel Aantal personeelsleden exeiusïef verva ngsng Aantal fte exclusief vervanging Percentage voltjjclers Gewogen gemidd. leeftijd onderwljsgevend personeel ,55 105,71 109,32 110,50 21,2% 20,5% 21,7% 21,94% 42,10 41,90 42,18 42,03 Leeftsidsoøbouwpersorweejjabsoluutj 0 0 ` ~WS.`SL` > tot 25 jaar 25t01: 35jaar 35 tot 45 jaar 45 tot 55 jaar 55 t0t 65 jaar 65 en øuder O Leefïljdsopbßuw øersoneel(relatief) ill 0 Gk»TStS. t/m 25 jaar 25 tot 35jaar 35 tot 45 jaar 45 1:0155 jaar 55 mt 65 jaar 65 jaar en øuder 0,68% 0,00% ,70% 1,32% 2,25% 4,35% 20,27% 25,02% 22,73% 24,22% 21,62% 19,87% 20,72% 10,77% 20,73% 31,79% 33,77% 32,92% 25,00% 21,19% 19,47% 21,74% 0,00% 0,00% 100% 100% 100% 100% Percentage mannen Percentage vrouwen l s%1 13% 14% 17% l ss%1 a7% 86% 83% 100% 100% 100% 100% Managementratio Lerarenratlø 000-ram 1 0,22% 4, ,94% *)2O11-1:Inclusief één extern personeelslid en één nieuwe beleidsmedewerker mnderwijs en kwaliteit (t,l.v. reserve) Verzuim kengetallen kalenderjaar ,53% 7,57% 8,23% 9,60% 86,25% 27,61% 87,83% 05,13% Ziekteverzulmpercentage 6,97% 5,80% 8,52% Ziektemelclingsfrequentie 1 0,781 0,781 0,87 5,27% 100% 100% 100% 100% ,35% 0,901

25 Jaarverslag 2014 Stichting Wolderwijs 1.7 Leerlingprognoses Voor Stichting Wolderwijs is de leerlingprognose van groot belang, voornamelijk omdat er sprake is van krimp. Deze krimp in leerlingaantallen heeft consequenties voor veel in ditjaarverslag beschreven onderwerpen. De ontwikkeling van het aantal leerlingen in de gemeente De Wolden dat openbaar onderwijs volgt, is in onderstaand (meest actuele) overzicht weergegeven, inclusief de verwachtingen voor de komende vier jaren. School: O O 't Echtenest De Lindert *1 30 Reestzicht *1 33 De Klimtoren * 't Oelebröd De Bosrand De Vaarboom *2 Esdalschool * Het Veldboeket * Het Groene Hart De Wezeboom De Dissel De Rozebottel De Horst Totaal *1 Per 1 augustus 2014 zijn de scholen De Lindert en Reestzicht gefuseerd tot één basisschool: De Klimtoren. *2 Per 1 augustus 2014 zijn de scholen De Vaarboom en Esdalschool gefuseerd tot één basisschool: Het Veldboeket. Kleine scholen met minder dan 36 leerlingen (gemeentelijke opheffingsnorm) kunnen in stand worden gehouden op basis van wetgeving (formule voor de gemiddelde schoolgrootte binnen Stichting Wolderwijs). De wettelijke ondergrens, waaronder opheffing moet plaatsvinden, is 23 leerlingen.

26 ~ intensiveren Jaarverslag 2014 Stichting Wolderwijs 2. interne bedrijfsvoering 2.1 Algemeen Onder het intern perspectief vallen de interne processen waarin Stichting Wolderwijs zich profileert. Deze processen stellen Stichting Wolderwijs in staat om kwaliteit te leveren aan de ouders en leerlingen en deze aan zich te binden. De succesbepalende factoren concentreren zich op interne processen die de grootste invloed hebben op ouder- en kindtevredenheid en die essentieel zijn voor het behalen van de doelen van de organisatie. Innovatie is van groot belang. Stichting Wolderwijs moet zichzelf blijven ontwikkelen om op lange termijn te blijven voldoen aan de wensen van ouders en leerlingen en gestelde doelen te kunnen verwezenlijken. 2.2 Succesbepalende factoren De volgende doelen zijn gesteld in 2014: 0 Het ziekteverzuimpercentage onder het landelijk gemiddelde krijgen; v Opstellen van een beleidsplan onderwijs en kwaliteit; 0 Berging en ontwikkeling kwaliteit medewerkers Het ziekteverzuimpercentage onder het landelijk gemiddelde krijgen Stichting Wolderwijs streeft ernaar het ziekteverzuim onder het landelijk gemiddelde van het primair onderwijs te krijgen. Het gaat om het percentage exclusief ander verzuim dan door ziekte, zoals zwangerschapsverlof, ouderschapsverlof, studieverloi, etc _ Ziekteverzuim Stichting Wolderwijs ~ Kengetallen Landelijk 2014 _ 2013 Ziekteverzuimpercentage 6,97% 5,80% 6,50% Ziekrneldingsfrequentie 0,78 0,78 1,20 Het ziekteverzuimpercentage is in 2014, in tegenstelling tot het jaar ervoor, iets hoger dan het landelijk gemiddelde. De meldingsfrequentie is, net zoals vorig jaar, lager dan het landelijk gemiddelde, wat inhoudt dat medewerkers zich relatief minder vaak ziek hebben gemeld. «Het ziekteverzuimpercentage is grotendeels het gevolg van lang verzuim (twee maanden tot eenjaar). De focus van zowel de schooldirecteurenals de medewerkers is voornamelijk gericht op het bespreekbaar maken van het verzuimgecirag, het zorgen voor een juiste omgang met lziektejverzuim en afwezigheid én het creëren van ieders verantwoordelijkheid daarin. De afgelopen en komende jaren ligt het accent, naast het terugdringen van ziekteverzuim, op: ~ Het realiseren van een gezonde verzuirncultuur; van de samenwerking tussen de bedrijfsarts en de schooldirecteuren; Het voeren van een proactief beleid, waarbij de schooldirecteuren steviger hun regierol oppakken bij verzuim en inzetbaarheid. De rol van de schooldirecteur als casemanager is essentieel in het terugdringen van het ziekteverzuim. De nadruk wordt gelegd op het uitgangspunt dat ziekte de medewerker overkomt, maar verzuim en afwezigheid gedragskeuzes zijn van de medewerker en daarom beïnvloedbaar' zijn. Van de schooldirecteur wordt verwacht dat er tijdig en gericht actie wordt ondernomen wanneer het verzuim te hoog dreigt te worden. Bij ziekte wordt te allen tijde gekeken of de betreffende medewerker mogelijk andere werkzaamheden kan verrichten. Naar aanleiding van de hoge ziekteverzuimpercentages in het verleden zijn de afgelopen jaren de ziekteverzuimreducerende activiteiten geintensiveerd. De directeuren van de scholen met een bovengernicldeld schoolziekteverzuim maakten in overleg met hun teamleden een plan van aanpak om het ziekteverzuim op de school naar een gemiddeld niveau terug te dringen. lvlet ingang van 2013 wordt het ziekteverzuim regelmatig besproken in de managementoverleggen (indien nodig met de bedrijfsarts erbij) Opstellen van een beleidsplan onderwijs en kwaliteit Met ingang van 1 oktober 2014 is er een beleidsmedewerkeronderwijs en kwaliteit aangesteld voor een periode van ongeveer vier jaren. Deze beleidsmedewerker heeft de taak om in deze periode de ondervvijskwaliteit van de scholen van Stichting Wolderwijs op een hoger niveau te krijgen. 10

27 Jaarverslag 2014 Stichting Wolderwijs Eén van de eerste taken was het schrijven van een beleidsplan onderwijs en kwaliteit. Dit plan is in november 2014 goedgekeurd door het bestuur. ln het plan is aangegeven hoe de bovenschoolse kwaliteitszorg en kwaliteitsbewaking plaats moet vinden. Stichting Wolderwijs wilde totale kwaliteit van alle scholen op minimaal ruim voldoende niveau brengen. Het beleidsplan is onderverdeeld in vijf domeinen: Zorg en kwaliteit, onderwijs en leren, zorg en begeleiding, management en organisatie én persoonlijke ontwikkeling beleidsmedewerker. Op systematische en cyclische wijze wordt de komende jaren aan deze onderdelen gewerkt. ln oktober 2015 zullen de eerste resultaten met de algemeen directeur, het bestuur en de GMR worden geëvalueerd Borgíng en ontwikkeling kwaliteit medewerkers Binnen Stichting Wolderwijs wordt veel waarde gehecht aan de kwaliteitsverbetering van de medewerkers. Deze kwaliteitsverbetering komt direct ten goede aan de kwaliteit van het onderwijs op de scholen. Stichting Wolderwijs heeft een document integraal personeelsbeleid (IPB), waarin afspraken zijn vastgelegd over scholing en professionele ontwikkeling. De vereiste competenties en bekwaamheidseisen van alle functies zijn vastgelegd. Competenties bestaan uit kennis en vaardigheden die noodzakelijk zijn om de functie op een goede wijze te kunnen vervullen. Voor de leerkrachten LA gelden de zeven competenties van de Wet Beroepen ln het Onderwijs (BIO). Voor de leerkrachten LB zijn aanvullende competenties vastgesteld. De werkgever en de werknemer maken in het kader van de gesprekkencyclus afspraken over de professionele ontwikkeling van de werknemer. Onderdeel van deze gesprekkencyclus is het POP-beleid. De doelstelling van het beleid is het vastleggen van de bekwaamheid en de professionele ontwikkeling van de medewerker. Het bekwaamheidsdossier moetjaarlijks worden geactualiseerd door de werknemer. De kwaliteit van het personeelsbestand wordt planmatig geborgd en verder ontwikkeld. Binnen Stichting Wolderwijs wordt er ruim geïnvesteerd in de kwaliteitsverbetering van medewerkers: 0 Gemiddeld wordtjaarlijks per fte beschikbaar gesteld aan de scholen en het stafbureau voor na- en bijscholing. Voorafgaand aan het schooljaar worden de opleidingsplannen opgesteld, waarin rekening is gehouden met de wensen van de medewerkers afzonderlijk en de teams gezamenlijk. Vanuit de functioneringsgesprekken en de persoonlijke ontwikkelingsplannen (POP's) volgt eveneens scholing. Een aantal medewerkers heeft in 2014 een langdurige studie gevolgd en is daarmee opgeschaald van leerkracht LA naar leerkracht LB. Deze medewerkers hebben specialistische functies gekregen (zie onderdeel ). 0 De directieleden beschikken jaarlijks over een budget van per persoon voor hun professionalisering. Dit jaarlijkse budget mag, indien gewenst, maximaal drie jaren gespaard worden. Dit onderdeel komt jaarlijks aan de orde bij de evaluatie van de managementcontracten van de schooldirecteuren. De algemeen directeur van Stichting Wolderwijs heeft in schooljaar 2013/2014de opleiding professioneel leiderschap succesvol afgerond. Deze opleiding richt zich voornamelijk op de persoonlijke ontwikkeling; de beheersing van de taken van professioneel leider, het strategisch denken en handelen, het analyseren van interne en externe ontwikkelingen én het toewerken naar en vertaling in strategisch beleid. 0 Naar aanleiding van het inventariseren van de competenties van alle leerkrachten in 2014 vindt er met ingang van dat jaar gerichte scholing plaats van teams en individuele medewerkers. Deze aanvullende onderwijskundige scholing wordt bekostigd vanuit de ontvangsten van de prestatiebox. Het budget bedroeg in 2014 ä Dit wordt verderop in deze paragraaf nader toegelicht. 0 Gezamenlijke studiedag (Wolderwijsdag) voor alle medewerkers. Op deze studiedag worden, mede naar aanleiding van de inventarisatie van de competenties, workshops aangeboden. 0 Medewerkers kunnen, indien noodzakelijk én afgestemd met de algemeen directeur, coaching en/of begeleiding krijgen. Hiervoor was in 2014 een bedrag beschikbaar van E Alle leerkrachten kunnen één maal in de twee jaar gebruik maken van collegiale consultatie. De leerkracht wordt in dit geval vervangen zodat hij/zij de mogelijkheid heeft bij een collega in de klas te kijken, om zichzelf op deze manier verderte ontwikkelen. 0 Mobiliteit maakt het voor de leerkrachten mogelijk om op een andere school binnen Stichting Wolderwijs te gaan werken. Wisseling van werkomgeving heeft normaal gesproken een positieve invloed op de ontwikkeling van medewerkers. Wolderwi'sacademie: ln 2013 is er door de directeuren een observatie-instrument ontwikkeld, waarbij de inspectie-indicatoren leidraad zijn. Alle personeelsleden zijn door hun directeur op deze indicatoren beoordeeld. Halverwege 2014 zijn vervolgens de competenties van alle leraren van Stichting Wolderwijs in beeld gebracht. Per school is een ontwikkelrapport opgesteld. Stichting Wolderwijs heeft er in eerste instantie voor gekozen om alle leerkrachten, verdeeld over onder-, midden-, en bovenbouw, gedurende de schooljaren 2014/2015en 2015/2016verplicht aan de training "didactiek, organisatie en reflectie" deel te laten nemen. Voorgaande scholing maakt onderdeel uit van het vastgestelde scholingsplan voor de jaren 2014 tot en met 2017, de Wolderwijsacademie genoemd. De academie bestaat met ingang van schooljaar 2014/2015en betreft specifieke extra scholing waarvoorjaarlijks budgetten beschikbaar zijn vanuit de prestatieboxbekostiging (2014: ). 11

28 ~ Directeuren Jaarverslag 2011l Stichting Wolderwijs De extra scholing vanuit de Wolderwijsacadernie in schooljaar 2014/2015bestaat uit: Training flltsbezoeken en invoering kwaliteitssysteem Integraal - Taalcoördinatoren Vier bijeenkomsten kwaliteitsverbetering - Rekencoördinatoren Vier bijeenkomsten kwaliteitsverbetering ~ Onder~, midden en bovenbouw leraren Trainingsbijeenkomsten didactiek, organisatie en reflectie Aan de hand van jaarlijkse peilingen worden de kwaliteiten van de leerkrachten in beeld gebracht en in het managementoverleg gepresenteerd. Vervolgens worden de noodzakelijke verbeterpunten meegenomen in de planning van de Wolderwijsacadernie van het volgende schooljaar. 2.3 Nlanagernentovereenkomsten Om zichtbaar te kunnen sturen op de verbetering van de kwaliteit van het onderwijs op de scholen van Stichting Wolderwijs worden er aan het begin van elk schooljaar geactualiseerde managernentovereenkornsten afgesloten tussen de algemeen directeur en de schooldirecteuren. Hierin zijn afspraken vastgelegd over onder andere: 0 Onderwijs; v Personeel; ~ Financien/beheer; U Persoonlijke ontwikkeling (POP); ø Algemeen en specifiek beleid. De algemeen directeur heeft gemiddeld eens per zes weken besprekingen met alle schooldirecteuren, waarbij de afspraken in de overeenkomsten individueel worden getoetst op naleving ervan door de schooldirecteuren. Aan het einde van elk schooljaar worden de managernentovereenkomsten geëvalueerd in functioneringsgesprekken van de algemeen directeur met de schooldlrecteuren. Alle clirectieleden dienen naar behoren te functioneren, zowel persoonlijk als in teamverband, binnen de kaders van de rnanagementafspraken. ri De algemeen directeur heeft een rnanagementovereenkornst met het bestuur. De succesbepalende factoren en andere onderdelen die behandeld worden in dit verslag zijn daar een uitwerking van, Jaarlijks, na afloop van een schooljaar, vindt evaluatie plaats door het bestuur. De bedrijfsvoering van Stichting Wolderwijs is momenteel op orde en de verwachting is dat dit zo blijft. Dit blijkt onder andere uit de kwartaalrapportages, het jaarverslag, de (rneerjarenjbegroting, het accountantsverslag en de inspectierapporten. Daarom is met ingang van schooljaar 2013/2014~ ten aanzien van het onderwerp bedrijfsvoering ~ een vereenvoudigde managernentovereenkornst afgesloten tussen de algemeen directeur en het bestuur. 2.4 Samenwerkingsverbanden Passend onderwijs P Stichting Wolderwijs neemt sinds 1 augustus 2014 deel in het nieuwe samenwerkingsverband passend onderwijs P (regio lvleppel/hoogeveenfâteenwijkj. Stichting Wolderwijs valt onder afdeling Meppel, bestaande uit zeven schoolbesturen met in totaal 38 scholen (ongeveer leerlingen). i Schoolbesturen zijn wettelijk verplicht te zorgen voor een passende onderwijsplek voor leerlingen die extra ondersteuning nodig hebben. Passend Onderwijs zorgt ervoor dat leerlingen zo goed mogelijk op hun plek komen te zitten in het reguliere basisonderwijs. in verschillende regio*s werken scholen voor basisonderwijs samen om aan alle leerlingen die beste onderwijsplek te kunnen geven Het samenwerkingsverband biedt onderwijs aan voor iedere leerling, passend bij wat de leerling kan. Binnen het gewone basisonderwijs bieden de scholen daarom onderwijs aan waarin veel gedifferentieerd wordt. in een dergelijke vorm van onderwijs moet elke leerling zijn mogelijkheden optimaal kunnen benutten. i De invoering van Passend Onderwijs heeft gevolgen voor de financiering van onderwijs aan zorgleerlingen. De leerlinggebonden financiering (LGF/rugzak) is verdwenen, Hier staat echter een hogere bijdrage vanuit het nieuwe samenwerkingsverband tegenover, ten behoeve van zogenaamde arrangementen. Elke afdeling binnen het samenwerkingsverband heeft haar eigen toepassing en eigen afspraken gemaakt over ondersteuningstoewijzing. Daarin bouwt elk van de afdelingen verder op de cultuur die is ontstaan vanuit de oude samenwerkingsverbanden WSNS (weer samen naar school). Er is uiteindelijk een gezamenlijk kader tot stand gekomen. De startpositie is sterk, Voorafgaand aan de overgang naar PassendOnderwijs per 1 augustus 2014 zijn de gemaakte afspraken duidelijk beschreven in de stukken van het samenwerkingsverband. 12

29 - Leerlinggebonden Jaarverslag 2014 Stichting Wolderwijs De schoolbesturen binnen de afdeling Meppel hebben gezamenlijke afspraken gemaakt en uitgangspunten opgesteld, maar handelen daarnaast veel zelf af. Goede samenwerking tussen schoolbesturen zal op langere termijn volgen. De scholen van Stichting Wolderwijs zijn in schooljaar 2014/2015allereerst voorzien in basisondersteuning en aanvullende middelen voor ondersteuning. De middelen zijn voor het grootste deel ingezet ten behoeve van personele formatie voor ondersteuning. Daarnaast is een klein deel ingezet voor materiële ondersteuning. ln schooljaar 2014/2015vindt regelmatig monitoring plaats en indien nodig vindt er bijsturing plaats qua inzet van de middelen. In schooljaar 2014/2015worden reguliere gelden ontvangen vanuit het samenwerkingsverband passend onderwijs PO 2203, onderverdeeld in en tot op heden besteed aan: - Basisondersteuning ondersteuning (toegekende arrangementen) Daarnaast worden er gelden ontvangen voor speciale ondersteuning, naar aanleiding van overeenkomsten met de organisaties voor speciaal onderwijs Kentalis en Bartimeus (cluster 1 en 2 leerlingen) Multifunctionele accommodaties De gemeente De Wolden heeft vier multifunctionele accommodaties waarin een openbare basisschool van Stichting Wolderwijs één van de participanten is. De multifunctionele accommodaties bevinden zich in Ruinen ('t Oelebrödj, De Wijk (De Horst), Ruinerwold (De Dissel) en Zuidwolde (Het Groene Hart). Naast de openbare basisscholen zijn peuterspeelzalen, kinderopvangcentra en muziekverenigingen participant in de multifunctionele accommodaties. De samenwerking tussen de participanten is vooral gericht op: I Zorgdragen voor een optimale ontwikkeling van kinderen; 0 Alle leerlingen naar hun vermogen laten presteren; 0 Leerlingen een doorgaande lijn in hun schoolloopbaan garanderen Voor-, na- en tussenschoolse opvang De voor- en naschoolse opvang wordt sinds 2014 in een aantal plaatsen geregeld door een externe kinderopvangorganisatie. De tussenschoolse opvang wordt op alle basisscholen aangeboden en geïnitieerd vanuit de school zelf. Stichting Wolderwijs heeft besloten om in 2015 een onderzoek in te stellen naar de haalbaarheid en wenselijkheid van KC's (integraal kindcentrum) in de gemeente De Wolden. Een IKC is een voorziening voor kinderen van 0 tot 13 jaar, waar zij gedurende de dag komen om te leren, te spelen/sporten, te ontwikkelen en anderen te ontmoeten. Het IKC biedt een totaalpakket op het gebied van educatie (basisschool), opvang, ontwikkeling, zorg, welzijn en vrije tijd. Deze ontwikkeling is al een aantal jaren gaande en komt nu in een stroomversnelling, ook in Drenthe Onderwijsbureau Stichting Wolderwijs is met ingang van 2013 lid van de Vereniging Onderwijsbureau Meppel. Als lid van de vereniging wordt er gebruik gemaakt van de dienstverlening van Onderwijsbureau Meppel. Jaarlijks vindt er een algemene ledenvergadering plaats waarin Stichting Wolderwijs wordt vertegenwoordigd door de algemeen directeur. 13

30 Jaarverslag 2014 Stichting Wolderwijs 3. Klanten (ouders en leerlingen) 3.1 Algemeen Onder het klantenperspectief vallen de ouders en leerlingen en het marktsegment waarin Stichting Wolderwijs deelneemt aan het maatschappelijk en economisch verkeer. Dit perspectief omvat succesbepalende factoren zoals de mate van voldoen aan behoeften van afnemers (ouders en leerlingen), klantenbinding, werving van nieuwe leerlingen, omvang van de markt en het marktaandeel. Het is van belang in te spelen op de wensen van ouders en leerlingen en de veranderingen daarin. Dit perspectief stelt Stichting Wolderwijs in staat die klant- en marktgerelateerde onderdelen van de missie en visie te benadrukken die bijdragen aan toekomstige meeropbrengsten. Het doel van Stichting Wolderwijs is dat leerlingen hun mogelijkheden zo goed mogelijk benutten. Het gaat niet alleen om het overdragen van kennis, maar ook om: Leren eerlijk en betrouwbaar te handelen, leren te reflecteren, leren hoe je je eigen mening vormt, leren hoe je elkaars verschillen als meerwaarde kunt zien, leren hoe je zelfstandig moet handelen, leren hoeje behulpzaam kunt zijn en leren hoe je effectief samenwerkt. 3.2 Succesbepalende factoren De volgende doelen zijn gesteld in 2014: 0 De tevredenheid van ouders, leerlingen en personeel is minimaal gelijk aan het landelijk gemiddelde De tevredenheid van ouders, leerlingen en personeel is minimaal gelijk aan het landelijk gemiddelde Stichting Wolderwijs onderzoekt eens per twee jaar de tevredenheid van ouders, leerlingen en medewerkers. De tevredenheidspeilingen vormen tezamen een instrument dat een waardevolle bijdrage heeft binnen het kwaliteitsbeleid op de scholen. Het onderzoek levert een bijdrage aan: - Kwaliteitsbeleid en schoolorganisatie; - Betrokkenheid ouders, personeel en leerlingen; - Op zijn minst stabiliseren van de marktpositie. De tevredenheidspeilingen vinden eens in de twee jaar plaats en zijn zowel in 2012 als in 2014 uitgevoerd door het bedrijf Scholen Met Succes. Stichting Wolderwijs streeft ernaar de tevredenheid op een niveau te hebben dat gelijk is aan of uitstijgt boven het landelijk gemiddelde. Daarnaast dient elke school zich te verbeteren ten opzichte van de situatie twee jaar ervoor. Alle individuele scholen hebben in 2014 een rapport ontvangen over de tevredenheid. Daarnaast is alle informatie beschikbaar op stichtingsniveau. Voor alle scholen zijn de belangrijkste verbeterpunten inzichtelijk gemaakt, zodat hierop actie op wordt ondernomen. De tevredenheidsresultaten van 2014 zijn in hoofdlijnen als volgt: Gemiddelde Gemiddelde Deelname- Laagste Hoogste Wolderwijs Wolderwijs percentage schoolcijfer schoolcijfer Landelijk Leerlingen (groep 5 t/m 8) 100% 6,9 9,1 I 8,1 8,1 8,3 Ouders 64% 7,2 7,2 Personeel 95% 6 7,7 7,5 Het deelnamepercentage was erg hoog, wat een zeer betrouwbaar beeld weergeeft van de tevredenheid. Het verschil in tevredenheid tussen de jaren 2014 en 2012 is hierboven samengevat. Het valt op dat de oudertevredenheid in 2014 lager is dan het landelijk gemiddelde. Voor de komende jaren is dit een aandachtspunt. De gemiddelde tevredenheid van alle geledingen tezamen het landelijk gemiddelde. is in 2014 gelijk aan die van 2012; 7,7. Dat is nagenoeg gelijk aan 14

31 Jaarverslag 2014 Stichting Wolderwijs 3.3 Klachtenregeling Op grond van de Kwaliteitswet van 1998 zijn de schoolbesturen verplicht een klachtenregeling te hebben. Stichting Wolderwijs heeft een eigen klachtenregeling en is aangesloten bij de landelijke klachtencommissie van Stichting Onderwijsgeschillen. In het kader van de klachtenregeling zijn een extern vertrouwenspersoon, een contactpersoon voor het bestuur en een contactpersoon per school aangesteld. Klachten worden ingediend bij de landelijke klachtencommissie. Het klachtrecht heeft een belangrijke signaalfunctie met betrekking tot de kwaliteit van het onderwijs. Door de klachtenregeling ontvangen het bevoegd gezag en de school op eenvoudige wijze signalen die hen kunnen ondersteunen bij het verbeteren van het onderwijs en de goede gang van zaken op school. Veruit de meeste klachten over de dagelijkse gang van zaken in de school zullen in onderling overleg tussen ouders, leerlingen, personeel en schoolleiding op een juiste wijze worden afgehandeld. Indien dat echter, gelet op de aard van de klacht, niet mogelijk is of indien de afhandeling niet naar tevredenheid heeft plaatsgevonden, kan men een beroep doen op de klachtenregeling. ln 2014 zijn er geen klachten ingediend op grond van de klachtenregeling. 3.4 Marktaandeel Het aantal leerlingen van Stichting Wolderwijs is de afgelopen jaren, om demografische redenen, fors gedaald en zal de komende jaren nog verder dalen. De lange termijnprognose geeft een daling weer van het aantal basisschoolleerlingen voor de gemeente De Wolden van 31,4%, in de periode 2010 tot en met 2020 (bron: Drentse Onderwijsmonitor 2013). Een forse daling geldt voor nagenoeg alle gemeenten in de provincie Drenthe, op de stedelijke gebieden na, waar de daling gering is of waar zelfs sprake is van groei. Naast het hebben van inzicht in de daling van het aantal leerlingen in de gemeente De Wolden is het van belangjaarlijks het marktaandeel te bepalen en te vergroten. Hieronder volgt een overzicht van de marktaandelen binnen het primair onderwijs, per 1 oktober 2014, in de gemeente De Wolden (waarbij geen rekening is gehouden met leerlingen uit de gemeente De Wolden die in een andere gemeente onderwijs volgen): Marktpartijen Aantal Percentage Openbare basisscholen ,2% (2013: 73,6%) Bijzondere basisscholen ,8% (2013: 26,4%) Totaal aantal basisschoolleerlingen De Wolden ln het strategisch beleidsplan 2011/ /2015van Stichting Wolderwijs wordt aangegeven een stabiel marktaandeel na te streven. Het verbeteren van de kwaliteit van het onderwijs en het meten van de tevredenheid van ouders, leerlingen en medewerkers spelen hierbij een belangrijke rol. 15

32 Jaarverslag 2014 Stichting Wolderwijs 4. Ontwikkeling en groei 4.1 Algemeen Het ontwikkeling- en groeiperspectief benadrukt het belang van de inrichting van de organisatie zodat op lange termijn groei en verbetering worden gerealiseerd. Ontwikkeling is van groot belang. Het is noodzakelijk te beschikken over actuele en nauwkeurige informatie met betrekking tot het leer- en verbeteringsproces van alle medewerkers van Stichting Wolderwijs. Stichting Wolderwijs besteedt aandacht aan en hanteert kwaliteitszorgsystemen. Daarnaast moet er sprake zijn van een lerende organisatie, waarin kwalitatief goede medewerkers een concurrentievoordeel opleveren. Medewerkers worden gestimuleerd zelf hun problemen op te lossen en te bedenken hoe de kwaliteit voor ouders en leerlingen verhoogd kan worden (bij gelijkblijvend of lager kostenniveau). 4.2 Succesbepalende factoren De volgende doelen zijn gesteld in 2014: 0 Alle scholen zijn opgenomen in het basisarrangement van de Onderwijsinspectie en de kwaliteit van het onderwijs is en blijft ten minste voldoende; Alle scholen zijn opgenomen in het basisarrangement van de Onderwijsinspectie en de kwaliteit van het onderwijs is en blijft ten minste voldoende De algemeen directeur is het overleg- en aanspreekpunt voor de Onderwijsinspectie. De Onderwijsinspectie beoordeelt de resultaten/opbrengsten van de basisscholen. Stichting Wolderwijs heeft geen zwakke scholen. Alle scholen zijn opgenomen in het basisarrangement van de Onderwijsinspectie. Stichting Wolderwijs ambieert een ruim voldoende oordeel van de Onderwijsinspectie voor alle scholen. ln de laatste vastgestelde meerjarenbegroting wordt volop aandacht geschonken aan de investering in de verbetering van de onderwijskwaliteit. ln 2014 hebben de volgende scholen een inspectiebezoek gehad, allemaal met een ruim voldoende beoordeling: - Esdalschool in Veeningen (m.i.v. 1 augustus 2014: Het Veldboeket) - De Wezeboom in Oosteinde - 't Oelebröd in Ruinen ln 2015 krijgen de volgende scholen een inspectiebezoek: - De Klimtoren in Drogteropslagen (tot aan 1 augustus 2014: Reestzicht) - De Dissel in Ruinerwold - De Horst in De Wijk De basisscholen van Stichting Wolderwijs maken gebruik van het meten van kwaliteit aan de hand van het kwaliteitssysteem KWINTOO (Kwaliteitszorg Integrale Onderwijs Organisatie). Het systeem is afkomstig van Cedin en sluit aan op de toezichtsystematiek die de Onderwijsinspectie hanteert. Door middel van kwaliteitskaarten brengt de school de eigen kwaliteit in beeld. Het systeem bestaat uit de volgende kwaliteitskaarten: 0 Kwaliteitszorg 0 Zorg en begeleiding speciaal basisonderwijs 0 Toetsing 0 Opbrengsten 0 Leerstofaanbod 0 Contacten met ouders 0 Tijd 0 Taa l 0 Onderwijsleerproces 0 Rekenen en wiskunde I Schoolklimaat 0 Management en organisatie 0 Zorg en begeleiding basisonderwijs o Voor- en vroegschoolse educatie I ln het schooljaar 2012/2013hebben alle schooldirecteuren een auditopleiding afgerond. Als gevolg hiervan worden met ingang van schooljaar 2013/2014proactief interne audits uitgevoerd op alle scholen van Stichting Wolderwijs. De intern gecontroleerde scholen weten naar aanleiding van deze audits aan welke indicatoren nog aandacht geschonken moet worden, voordat de Onderwijsinspectie komt. Na afloop van elke audit ontvangt de betreffende schooldirecteur een schriftelijk rapport met hierin opgenomen de noodzakelijke verbeterpunten. De schooldirecteuren stellen vervolgens een plan van aanpak op en houden de algemeen directeur op de hoogte van de voortgang met betrekking tot de resultaten. 16

33 Jaarverslag 2014 Stichting Wolderwijs Met ingang van schooljaar 2013/2014zijn alle scholen van Stichting Wolderwijs voorbereid op een aanbod voor excellente en (hoog)begaafde leerlingen. ln twee plusklassen op de locatie van basisschool De Horst in De Wijk komen deze leerlingen één dag per week samen. Daarnaast beschikken alle scholen over een specialist hoogbegaafdheid en is voor alle scholen de methode levelwerk aangeschaft. Dit aanbod is succesvol gebleken. Stichting Wolderwijs heeft twee scholen, De Horst in De Wijk en Het Groene Hart in Zuidwolde, die al een aantal jaren het traject "op weg naar excellentie" volgen. ln schooljaar 2014/2015komen daar twee scholen bij, De Bosrand in Kerkenveld en De Klimtoren in Drogteropslagen. Het traject wordt rechtstreeks bekostigd door de Provincie (onderdeel van het Kwaliteitsakkoord Drenthe). ln Drenthe wordt de volgende definitie van excellentie gehanteerd: "Een excellente school is een school die zowel excellente opbrengsten heeft als een voldoende scoort op alle negen normindicatoren van de Onderwijsinspectie. Excellente opbrengst houdt, volgende de Onderwijsinspectie, in dat de scholen ten minste drie jaren achtereen een half punt boven hun verwachte niveau presteren. Voor kleine scholen geldt dat in de laatste vijfjaar ten minste drie keer een half punt boven het verwachte niveau gescoord moet zijn. Daarbij is het verwachte niveau het gemiddelde dat geldt op basisvan de populatie". Of een school aan deze voorwaarden voldoet kan alleen door de Onderwijsinspectie worden vastgesteld. Kwaliteit van het onderwijs op kleine scholen: Stichting Wolderwijs streeft naar het in stand houden van openbare basisscholen in de kernen van de gemeente De Wolden. Kleine scholen met minder dan 36 leerlingen (gemeentelijke opheffingsnorm) kunnen in stand worden gehouden op basis van wetgeving en de formule voor de gemiddelde schoolgrootte binnen Stichting Wolderwijs. De gemiddelde schoolgrootte is ruim voldoende zodat de ondergrens waaronder opheffing moet plaatsvinden, de wettelijke ondergrens van 23 leerlingen is. ln overleg met de ouders, leerkrachten en Gemeente De Wolden kan, op voorstel van Stichting Wolderwijs, tot fusie of opheffing worden besloten. De kwaliteit van het onderwijs speelt daarbij uiteraard een cruciale rol. De belangrijkste voorwaarden voor Stichting Wolderwijs om een kleine school in stand te houden zijn: - De kwaliteit van het onderwijs is ten minste voldoende; - Er zijn voldoende financiële middelen beschikbaar (waaronder de kleine scho entoes ag); - Kleine scholen moeten samenwerken om te komen tot onderwijsteams; - Er moet voldoende perspectief zijn op voortbestaan. Stichting Wolderwijs heeft een aantal meerscholendirecteuren aangesteld. De medewerkers van de scholen van deze directeuren vormen één onderwijsteam, wat betekent dat ze nauw samenwerken op onderwijskundig gebied. Vanuit de gegevens van de Onderwijsinspectie blijkt dat dit de kwaliteit van het onderwijs op de scholen ten goede komt. Stichting Wolderwijs heeft ultimo 2014 drie onderwijsteams; - De Bosrand (Kerkenveld) en De Klimtoren (Drogteropslagen); - 't Oelebröd (Ruinen) en 't Echtenest (Echten); - De Rozebottel (Koekange) en De Wezeboom (Oosteinde). 0nderwi's en krimp Drenthe: De staatssecretaris van OCW, Sander Dekker, heeft in 2014 aangekondigd dat schoolbesturen in krimpregio's vanaf 1 augustus 2016 wettelijk verplicht zullen worden om afstemming te zoeken met andere besturen in de regio, om samen te komen tot een toekomstbestendig regionaal onderwijsaanbodplan. Dit plan moet bijdragen aan de kwaliteit in het onderwijs. Schoolbesturen die deze verplichting nakomen zullen de kleine scholentoeslag blijven behouden. Het Ministerie van OCW biedt de mogelijkheid om een regionaal procesbegeleider krimp en onderwijs aan te stellen, die een faciliterende en trekkende rol kan vervullen. Advies- en onderzoekbureau STAMM begeleidt het proces voor de provincie Drenthe. Begin 2015 is er een plan van aanpak opgesteld. De stuurgroep onderwijs en krimp, bestaande uit zeven personen uit schoolbesturen, gemeenten en provincie, geeft aan op welke manier zij de rol van regionaal procesbegeleider in Drenthe wil invullen. De algemeen directeur van Stichting Wolderwijs en de wethouder onderwijs van Gemeente De Wolden maken onderdeel uit van de stuurgroep. De krimp in leerlingaantallen in Drenthe dwingt schoolbesturen soms tot het sluiten van scholen, wanneer deze onder de opheffingsnorm komen. Los daarvan krijgen schoolbesturen met leerlingdalingen minder bekostiging vanuit het Ministerie, terwijl de uitgaven niet in hetzelfde tempo meedalen. Schoolbesturen moeten daarom toenadering zoeken tot elkaar en wellicht op lokaal niveau met initiatieven komen tot (informele) samenwerkingsscholen. Traject opbrengstgericht werken: ln het rapport 'Opbrengstgericht werken in het basisonderwijs' van de Onderwijsinspectie van eind 2010 staat beschreven dat basisscholen de prestaties van hun leerlingen kunnen vergroten door opbrengstgericht te gaan werken. Uit het onderzoek blijkt dat er een positief verband bestaat tussen opbrengstgerichtheid van scholen en de leerresultaten van hun leerlingen. 17

34 Jaarverslag 2014 Stichting Wolderwijs De schooldirecteuren, intern begeleiders en de algemeen directeur van Stichting Wolderwijs hebben, naar aanleiding van bovengenoemd rapport, een traject "opbrengstgericht werken en onderwijskundig leiderschap" doorlopen. De doelstellingen waren als volgt: ø Het komen tot een stichtingsbreed kader met betrekking tot het verbeteren van de totale kwaliteit van het onderwijs; ~ Het komen tot een gezamenlijke opbrengstgerichte werkcyclus en werkprocedure; «Het analyseren van de school- en stichtingsresultaten en het formuleren van ambities. Hierbij zal het inspectiekader rn.b,i:. resultaten en opbrengsten een rol spelen; 0 De deelnemers hebben aan het eind van het traject zicht op hun rol binnen het proces van opbrengstgericht werken en kunnen deze rol op zich nemen; 0 De deelnemers zijn in staat de opbrengstgerichte cyclus te doorlopen. Alle schooldirecteuren zijn vrijgesteld van lesgevende taken, waardoor er ruimte gecreëerd wordt voor het ontwikkelen van onderwijskundig leiderschap. Alle schooldirecteuren werken opbrengstgericht en zijn verantwoordelijk om het opbrengstgericht werken te continueren op hun scholen. Daarnaast hebben zij een auditopleiding en de cursus flitsbezoeken gevolgd om nog beter zicht te hebben op de kwaliteit van het onderwijs in combinatie met de eisen vanuit de Onderwijsinspectie. Jaarlijks vindt er een studiedag plaats met ii-3'ersen schooldirecteuren, waarbij het opbrengstgericht werken centraal staat. ln de managementoverleggen wordt voortdurend aandacht geschonken aan het verbeteren van de kwaliteit van het onderwijs, zodat de opbrengsten kunnen worden verbeterd Kwaliteitszorg- en schooladministratiesvsteern: Sinds schooljaar 2011/2012werken alle scholen van Stichting Wolderwijs met het uniform schooladministratiesysteem ParnasSys. Dit systeem bevat alle gegevens van de scholen, waaronder een module voor het leerlingvolgsysteem. via dit systeem kan de individuele leerling gevolgd worden, maar ook een groep of een volledige klas. Up schoolniveau kunnen trends worden waargenomen die betrekking hebben op deze individuele leerling, de groep en/of de school. Door middel van analyse van deze trends worden gerichte handelings~ en/'ofgroepsplannen opgesteld met als doel de opbrengsten te verhogen van zowel individuele leerlingen als van groepen leerlingen. Door de invoering van dit systeem is het tevens mogelijk om zowel op schoolniveau als bovenschools de schoolopbrengsten te monitoren/beschikbaar te hebben. Het gaat dan om gegevens van niet aan methodes gebonden toetsen van CITG. In schooljaar 2014/2015wordt begonnen met de invoering van het kwaliteitssysteem integraal, wat onderdeel uitmaakt van het systeem Parnasßys. 4.3 Strategisch beleidsplan ln het huidige strategisch beleidsplan 2611/2012tot en met 2014/2015heeft het bestuur van Stichting Wolderwijs de beleidsrichting vastgesteld. Bij het opstellen van het strategisch beleidsplan is destijds aansluiting gezocht bij de belangrijkste vraagstukken die op de werkvloer leven. Stichting Wolderwijs hanteert de volgende uitgangspunten: ~ Scholen werken vanuit een gemeenschappelijke visie; ~ Het bestuur (als toezichthouder) en de algemeen directeur geven richting aan de organisatie. Tegelijkertijd geven ze de scholen de ruimte om de eigen resultaatverantwoordelijkheid te dragen; 0 Het strategisch beleidsplan geeft de richting voor beleid en een korte omschrijving voor het realiseren daarvan. Bij de uitwerking staan de organisatorische maatregelen centraal (hoe gaan we de doelen realiseren, welke structuur is nodig, welke middelen worden ingezetj; ~ De hoofdlijnen van beleid vormen de basis voor gesprekken over de voortgang tussen het bestuur en de algemeen directeur, en de algemeen directeur en de schooldirecteuren; 0 Scholen maken een schoolplan voor de periode 2011/2012tot en met 2014/2015; U leder jaar maakt een school haar operationele plan, het schooljaarplan, mede gebaseerd op de analyse van het schooljaarverslag; ø Tussen het strategisch beleidsplan en de schoolplannen bestaat een wisselwerking. Beleidsvoornemens op stichtingsniveau zijn medebepalend voor de invulling van de schoolplannem Andersom bepalen ontwikkelingen op schoolniveau welke onderwerpen worden opgenomen in het strategisch beleidsplan. Het management van Stichting Wolderwijs heeft eind 2013 de uitgangspunten van en de doorgroei in een professionele cultuur inzichtelijk gemaakt, met als resultaat dat er gezamenlijke ambities zijn geformuleerd: ~ Trots op Stichting Wolderwijs, het management onderschrijft de visie en missie; - Stevige scholen met kwalitatief goed onderwijs; Werken met passie, loyaal zijn en kwaliteit leveren; - Denken in kansenen delen van successen; - Kenmerkend zijn eigenaarschap en bottom-up benadering; - Relaties die zich kenmerken door respect en waardering. 18

35 Jaarverslag 2014 Stichting Wolderwijs Uiterlijk 15 juni 2015 wordt het strategisch beleidsplan vastgesteld. Ter voorbereiding hierop zijn er eind 2014 bijeenkomsten geweest met ouders, leerkrachten, schooldirecteuren, leerlingen, stakeholders en het bestuur van Stichting Wolderwijs; zogenaamde onderwijscafés. De uitkomsten van deze onderwijscafés worden gebruikt als input voor een breed gedragen strategisch beleidsplan Daarnaast zal het bestuursakkoord tussen het Ministerie van OCW en de PO- Raad van invloed zijn op het plan (zie onderdeel 5.1). 4.4 Bestuursverslag Organisatie: Met ingang van 1 augustus 2010 is de wet "Goed onderwijs, goed bestuur" in werking getreden. Een belangrijk onderdeel van deze wet betreft de verplichte scheiding van bestuur en intern toezicht. Goed bestuur betekent dat ieder bestuur wordt geacht te functioneren volgens algemene principes van goed bestuur. Als onderdeel daarvan stelt de wet als voorwaarde dat iedere rechtspersoon die met publieke gelden scholen in stand houdt, het interne toezicht op het bestuur goed regelt. Het houdt in dat er scheiding is tussen uitvoering (algemeen directeur) en toezicht (bestuur). Het stichtingsbestuur heeft een toezichtskader met betrekking tot de uitvoering door de algemeen directeur en staat daarmee op afstand. Het bestuurs- en managementstatuut regelt de verantwoordelijkheden en bevoegdheden van het stichtingsbestuur en de algemeen directeur enerzijds en van de algemeen directeur en de schooldirecteuren anderzijds. In dit statuut zijn ook de verschillende mandaten vastgelegd. De rol van het stichtingsbestuur is "toezichthoudend". Het stichtingsbestuur bepaalt het beleid met name op strategisch niveau (o.a. onderwijs-, personeels- en financieel beleid). De algemeen directeur is integraal verantwoordelijk voor de verdeling van middelen, de inzet en de ontwikkeling van de personeelsleden en de ontwikkeling van accommodaties en voorzieningen zoals het communicatiebeleid. Stichting Wolderwijs onderschrijft de "code goed bestuur in het primair onderwijs", zoals vastgesteld door de PO-Raad. Er is scheiding tussen de functies van bestuur en intern toezicht. Er is een formeel bestuur (intern toezicht), een algemeen directeur (feitelijke uitoefening van het beleid van het bestuur) en management (schooldirecteuren). De documenten van Stichting Wolderwijs, die vanaf de verzelfstandiging zijn opgesteld, zijn in overeenstemming met de code goed bestuur. ln schooljaar 2014/2015oriënteert Stichting Wolderwijs zich op een mogelijk nieuw bestuursmodel waarbij bestuur en toezicht nog beter gescheiden kan worden. Het stichtingsbestuur heeft in 2014 zeven maal vergaderd. Eén van voorgaande vergaderdata werd gecombineerd met een schoolbezoek. Daarnaast heeft het bestuur één keer gesproken met de voltallige GMR. De bestuurscommissies zijn een aantal keren bijeen geweest om voor hen specifieke zaken te bespreken en voor te bereiden. De commissie financiën en kwaliteit, waarin twee bestuursleden zitting hebben, heeft jaarlijks overleg met de accountant met betrekking tot de controle van de jaarrekening. Het bestuur nodigt jaarlijks de gemeenteraad uit voor een algemene informatieve bijeenkomst. De bestuursvoorzitter en de algemeen directeur hebben daarnaast een aantal keren per jaar overleg met de wethouder over onderwijszaken. In 2014 heeft dit overleg drie keer plaatsgevonden. Het bestuur evalueert zijn handelen en werkwijze eens perjaar met het oog op good governance. Dit zowel in als buiten aanwezigheid van de algemeen directeur. Het bestuur heeft in 2014 verscheidene onderwerpen I Managementovereenkomst algemeen directeur 0 lnspectiebezoeken ø Tevredenheidsonderzoeken 0 Verzuim (informatief) 0 Kwartaalrapportages 0 Bestuursformatieplan 0 Fusies scholen 0 Herfstakkoord en Nationaal Onderwijs Akkoord 0 Begroting Jaarverslag Kinderopvang in De Wolden 0 Code Good Governance ø Beleidsstukken beleidsmedewerker Onderwijs en Kwaliteit 0 GMR (jaarlijks overleg) besproken, waaronder: 19

36 Jaarverslag 2014 Stichting Woiderwljs 4.5 Deelname Drentse Onderwijsmonitor en Prisma-Drenthe Drentse Onderwijsmonitor: De gemeente De Wolden neemt deel aan de Drentse Onderwijsmonitor. Deze onderwijsmonitor presenteert een systematisch overzicht van de onclerwijsresultaten in de provincie Drenthe. Naast diverse statistieken worden hierin verklaringen en interpretaties gegeven. ivlet deze informatie wordt beoogd een bijdrage te leveren aan de versterking van het primair onderwijs in Drenthe. Vrijwel alle schoolbesturen en gemeenten in de provincie leveren gegevens aan. Daarnaast verstrekken ook DUO (Dienst Uitvoering Dnderwijs) en de Onderwijsinspectie de nodige gegevens. Het jaarlijkse rapport vormt een meerwaarde voor het onderwijsbeleid van Stichting Wolderwijs. De voortgang en de resultaten kunnen worden gevolgd met gegevens uit deze Drentse Onderwijsrnonitor. ln 2010 is het Kwaiiteitsakkoord Drenthe tot uitvoering gekomen. Hierin is beschreven dat de provincie Drenthe, de Drentse gemeenten en de Drentse schoolbesturen ernaar streven het aantal zwakke scholen tot nihil te reduceren. Na een jarenlange afname van het aantal (zeer) zwakke basisscholenin Drenthe is er in 20314sprake van een toename. Stichting Wolderwijs heeft ultimo 2014 geen zwakke basisscholen. Prisma-Drenthe: Stichting \Nolderwijs is aangesloten bij Prisma-Drenthe. Prisma~Drenthe is een vereniging waarin alie twaalf besturen van het openbaar primair onderwijs in Drenthe zijn vertegenwoordigd. Het doel van Prisma~Drenthe is om de belangen van de besturen van de openbare basisscholen in Drenthe te behartigen in de meest ruime zin. Het verstevigen van de positie van het openbaar basisonderwijs in Drenthe en het verbeteren van de kwaliteit en het imago staan daarnaast hoog in het vaandel van de vereniging. Prisma-Drenthe realiseert deze doelstellingen onder andere door het organiseren van conferenties en lezingen en het optreden als vertegenwoordiger en belangenbehartiger van het openbaar primair onderwijs in Drenthe. 4.6 Overig personeelsbeleid Nieuwe CAO P Volgend op het CAO-akkoord tussen het Ministerie van OCW en de PO-Raad van 2 juli 2014 is de CAO PO in werking getreden per 1 juli ln deze collectieve arbeidsovereenkomst voor het primair onderwijs is een aantal vernieuwende afspraken opgenomen. De volgende onderdelen in de CAO zijn nieuw of hebben belangrijke veranderingen 1. Professionalisering; individueel bepaalde en opgedragen; 2. Werktijden icm. werkdruk; 40~urige werkweek; 3. Duurzame inzetbaarheid. ondergaan: ln 2015 wordt de CAO herontworpen zodat met ingang van schooljaar 2615/2016een verbeterde versie beschikbaar is. Stichting Wolderwijs zet de nieuwe afspraken waar nodig om in nieuw of aangepast lpersoneelsjbeleicl Functiemix ln het Convenant Leerkracht van Nederland uit 2008 is afgesproken dat het Rijk meer dan eenmiljard euro per jaar extra gaat investeren in het onderwijs. Hiervan wordt het grootste deel ingezet voor betere beloning van leraren. Schoolbesturen krijgen door de tunctiemix extra bekostiging om leraren door te laten groeien naar de LB>schaal.Per 1 augustus 2010 is de uitvoering van de iunctiemik van start gegaan. Ter voorbereiding hierop is de notitie invoering functiemix vastgesteld. Hierin zijn onder andere de regelgeving, beleidskeuzes en het invoeringstraject beschreven. Een van de gemaakte beleidskeuzes is dat er bij Stichting Wolderwijs geen LC-functies worden ingevoerd. De cijfers met betrekking tot de realisatie van LB-functies voor leraren zijn als volgt: '*""e>""""'"""f-'"" W 2 É. zow 2011 zon I arm s,o% 19,0% 27,0% 35,0% 46,0% I c I wolserwi 7,2% 19,4% 27,4% as,s% 41,5% tanaairjk s,s% 17,9% 21,4% 21,6% Voor de Llêefuncties zijn de taken en benoemingsvoorwaarden beschreven en zijn er taakbeschrijvingen opgesteld en vastgesteld. Een belangrijke voorwaarde tot benoeming in een LB~functie is dat de medewerker moet beschikken over goed beoordeelde onderwijskwaliteiten en een opleiding HBO+. ln 2014 is het streefpercentage van 46,0% LB-functies net niet gehaald. ln vergelijking met het landelijk gerealiseerde percentage van 21,6% is het gerealiseerde percentage van 41,5% van Stichting Wolderwijs hoog. E-* _~'> Q X 20

37 Jaarverslag 2014 Stichting Wolderwijs ln onderstaande tabel zijn alle soorten LB-functie weergegevens, evenals de LB-aanstellingen die in 2014 plaatsvonden binnen Stichting Wolderwijs. Aangesteld in 2014 Aantal Intern begeleiders 0,00 Onderwijskundig coördinatoren 0,00 Locatiecoördinatoren 0,00 Bouwcoördinatoren 0,00 Taalcoördinatoren 0,61 Rekencoördinatoren 0,47 Specialisten hoogbegaafdheid 0,00 Daltoncoördinatoren 0,00 \JOOl-ll-\OOOO fte 1, RDDF-plaatsing en flankerend beleid Stichting Wolderwijs heeft te maken met teruglopende leerlingaantallen. Deze daling van het aantal leerlingen heeft tot gevolg dat er jaarlijks minder rijksontvangsten zullen zijn en dat er dus ook minder arbeidsplaatsen beschikbaar zijn. De hierdoor noodzakelijke afname van het personeelsbestand kan de komende jaren slechts in beperkte mate door natuurlijk verloop worden gerealiseerd. Volgens de CAO primair onderwijs moet een medewerker voorafgaand aan ontslag eerst een schooljaar in het risicodragend deel van de formatie (RDDF) worden geplaatst. Daarom zijn per 1 augustus 2014 drie leerkrachten met een totaal aan formatie van 2,0 fte in het RDDF geplaatst. Dit zijn de leerkrachten van de afvloeiingslijst met het minste aantal dienstjaren. Tijdens de RDDF-periode zal deze medewerkers begeleiding naar ander werk worden aangeboden. Om gedwongen ontslagen, als gevolg van de afvloeiingsregeling op basis van dienstjaren, zoveel mogelijk te beperken is er flankerend beleid opgesteld voor de periode van 1 augustus 2011 tot 1 augustus 2017; per 1 augustus 2014 is de termijn van dit beleid met drie jaren verlengd. Door het flankerend beleid worden onder andere (gedeeltelijk) ontslag, verlof door deelname aan de BAPO-regeling (tot aan 1 augustus 2014) én duurzame inzetbaarheid (vanaf 1 augustus 2014), onbetaald verlof en flexibele pensionering gestimuleerd. Het gaat om doelbewuste sturing op vrijwillige inkrimping van het personeelsbestand door middel van daaraan gekoppelde financiële stimulansen. Voor de eerste periode van het flankerend beleid, jaren 2011 tot en met 2014, was een budget beschikbaar van ln deze periode heeft het flankerend beleid in totaal ongeveer { gekost. De uitkeringen vanuit het flankerend beleid zijn hoofdzakelijk het gevolg van (gedeeltelijke) ontslagname ter hoogte van met een afname van de formatie-omvang van 7,8 fte én kosten door extra deelname aan de BAPO-regeling. In 2014 hebben acht medewerkers een financiële compensatie gekregen vanwege gebruikmaking van het flankerend beleid. Hiervan hebben twee medewerkers volledig ontslag aangevraagd, vijf medewerkers hebben vermindering van hun aanstellingsuren aangevraagd en één medewerker heeft gebruik gemaakt van flexibele pensionering. Voor de tweede periode van het flankerend beleid, jaren 2015 tot en met 2017, heeft het bestuur van Stichting Wolderwijs een budget beschikbaar gesteld van (gemiddeld é perjaar). ln schooljaar 2013/2014zijn er drie personen (2,08 fte) in het RDDF geplaatst. Door de personeelskrimp in dat schooljaar hoefden deze personen per 1 augustus 2014 niet ontslagen te worden, onder andere door de positieve bijdrage van het flankerend beleid. In schooljaar 2014/2015zijn er drie personen (2 fte) in het RDDF geplaatst. Op het moment van het vaststellen van dit jaarverslag is reeds bekend dat deze personen niet ontslagen zullen worden per 1 augustus 2015 omdat er voldoende formatieve ruimte beschikbaar is in schooljaar 2015/ Mobiliteit Stichting Wolderwijs heeft een werkgroep formatie/mobiliteit, bestaande uit een aantal directeuren, GMR-leden (personeelsgeleding) en de bovenschoolse P&O-beleidsmedewerker. Deze werkgroep onderzoekt welke acties er nodig zijn om voor alle scholen de vereiste kwaliteit te realiseren. Het mobiliteitsbeleid is hierbij van groot belang. Het beleid is gebaseerd op het uitgangspunt dat leraren flexibel en breed inzetbaar zijn binnen de stichting én dat mobiliteit de ontwikkeling van de te mobiliseren leraren positief stimuleert. Bij overplaatsingen tussen scholen komen de medewerkers die zeven jaren of langer op dezelfde school werkzaam zijn voor mobiliteit in aanmerking. Hiervoor wordt een zorgvuldige procedure gevolgd waarbij zowel het schoolbelang als het persoonlijk belang in acht wordt genomen. Naast gedwongen mobiliteit wordt uiteraard ook vrijwillige mobiliteit gestimuleerd. Het op deze manier uitvoeren van het mobiliteitsbeleid moet bijdragen aan een zo goed mogelijke samenstelling van de schoolteams en daardoor aan de kwaliteit op de scholen. Stichting Wolderwijs organiseert jaarlijks een zogenaamde mobiliteitsmarkt voor haar medewerkers. Het doel van deze markt is het kennismaken met andere scholen, het laten informeren welke school behoefte heeft aan bepaalde persoonlijke kwaliteiten, het reflecteren op de eigen loopbaan, het inzicht krijgen in de uitvoering van het mobiliteitsbeleid en het informeel contact leggen met andere scholen binnen Stichting Wolderwijs. 21

38 Jaarverslag 2014 Stichting Wolderwijs Met ingang van schooljaar 2014/2015zijn vier medewerkers naar een andere school binnen Stichting Wolderwijs overgeplaatst. Alle medewerkers die zijn overgeplaatst hadden zich voor vrijwillige mobiliteit aangemeld. Er zijn dus geen verplichte overplaatsingen geweest. Ter voorbereiding op de overplaatsing hebben alle scholen een vlootschouw van hun school gemaakt. Uit de vlootschouw blijkt welke kwaliteiten en taken er volgend schooljaar nodig zijn op de scholen. ln maart 2014 is de mobiliteitsmarkt georganiseerd waar medewerkers onder andere informatie over andere scholen konden inwinnen en een voorkeur voor een eventuele overplaatsing konden aangeven. Twee duoscholen, De Bosrand en De Klimtoren, hebben in schooljaar 2014/2015een interimdirecteur. Met ingang van schooljaar 2015/2016zal er een vacature zijn voor de functie van schooldirecteur. 22

39 - Doorgaande - Breed Jaarverslag 2014 Stichting Wolderwijs 5. Fínanc rt>5 :S 5.1 Algemeen Financiële prestatiemaatstaven zijn van belang voor het samenvatten van meetbare bedrijfseconomische consequenties van reeds ondernomen acties. Ontwikkelingen in de andere perspectieven zullen uiteindelijk tot uitdrukking komen in financiële (dee )resultaten. Financiële metingen zijn voornamelijk gericht op de korte termijn en geven aan hoe de organisatie presteert ten aanzien van haar eigen beleid. Daarnaast is het van belang financieel inzicht te hebben op langere termijn. De meeste actuele verwachte (financiële) consequenties van de bedrijfsvoering van Stichting Wolderwijs zijn beschreven in de door het bestuur op 24 november 2014 vastgestelde begroting 2015 en meerjarenbegroting 2015 t/m ln ditjaarverslag zijn hoofdzakelijk de financiële (dee )resultaten van 2014 inzichtelijk gemaakt. Bruidsschat ln de eerste vijf jaren, 2010 tot en met 2014, ontvangt Stichting Wolderwijs een financiële bijdrage van Gemeente De Wolden. Deze zogenaamde bruidsschat dient ter tijdelijke dekking van de meerkosten naar aanleiding van de verzelfstandiging. De bruidsschat bedraagt voor 2014 # , wat tevens het laatste jaar is geweest. Jaarlijks wordt gecontroleerd of de ontvangen bruidsschat juist en volledig is besteed aan kosten voor administratie, beheer en bestuur, in overeenstemming met de bruidsschatregeling. Voor 2014 is dit het geval. De controleverklaring van de accountant is afgegeven op 27 januari Bestuursakkoord en middelen herfstakkoord ln het gesloten begrotingsakkoord/herfstakkoord van halverwege oktober 2013 heeft het kabinet toegezegd om extra financiële middelen beschikbaar te stellen voor onderwijsontwikkeling. Een deel van deze extra middelen brengt wel en een deel brengt geen extra verplichtingen met zich mee. De financiële consequenties van dit akkoord zijn tot op heden nog niet bekend. Definitieve duidelijkheid is er pas als de in het akkoord vastgelegde afspraken zijn verwerkt in regelingen. Vooruitlopend op de verwerking in deze regelingen zijn de ambities van het primair onderwijs verwoord in het zogenaamde bestuursakkoord voor de sector primair onderwijs, gesloten tussen het Ministerie van OCW en de PO-Raad. Het bestuursakkoord bevat de volgende vier actielijnen: 1. Talentontwikkeling door uitdagend onderwij; - Een doorbraak in het benutten van digitalisering - Talentontwikkeling voor elk kind - Een brede vorming voor alle leerlingen - Een toekomstgericht onderwijsaanbod 2. Een brede aanpak voor duurzame onderwiisverbetering; - Het verbeterpotentieel van de scholen - Een sectorbrede verbeteraanpak - Goed bestuur - Sturingsinformatie en transparantie 3. Professionele scholen: - Versterken van de didactische vaardigheden van leraren - Kennis en onderzoek samengestelde schoolteams - Versterken kwaliteit schoolleiders - Het aanbod aan scholing en deskundigheidsbevordering 4. Doorgaande ontwikkel i'nen: - Een beter verbinding tussen school en omgeving - Gezonde kinderen die meer bewegen in en rondom schooltijd leerlijn P0-VO - Ontvlechting speciaal onderwijs Het akkoord biedt ruimte aan schoolbesturen voor ontwikkeling van het onderwijs. Het akkoord is gericht op het scheppen van kansen en mogelijkheden en legt vast welke doelstellingen en ambities onder andere met extra middelen vanuit het Ministerie van OCW gerealiseerd worden. 23

40 saarverslag 2014 Stichting Wolderwijs 5.2 Succesbepalende factoren De volgende doelen zijn gesteld in 2014: ø Actualisatie van het meerjarenonderhoudsplan van de scholen Actualisatie van het meerjarenonderhoudsplan van de scholen Naast de verantwoordelijkheid van het binnenonderhoud van de schoolgebouwen wordt vanaf 1 januari 2015 ook de verantwoordelijkheid voor het buitenonderhoud overgeheveld van Gemeente ile Wolden naar Stichting Wolderwijs (schoolbestuur). Stichting Wolderwijs kiest ervoor, conform de richtlijnen van de jaarverslaggeving, om de onderhoudskosten in de jaarrekening te verwerken volgens de methode die reeds werd gehanteerd voor het binrrenonderhoud: Het vormen van een voorziening groot onderhoud via jaarlijkse dotaties en de werkelijke uitgaven voor het groot onderhoud onttrekken aan deze voorziening. Een zogenaamde kostenegalisatiereserve. Een steiselwijziging hoeft om deze reden niet plaats te vinden. Tevens wordt voldaan aan de richtlijnen, waarin bepaald is dat de methode voor verwerking van groot buitenonderhoud dezelfde is als de methode voor de verwerking van binnenonderhoud. Het schoolbestuur moet verplicht een meerjarenonderhoudsplan vaststellen, waarin wordt aangegeven welke onderhoudswerkzaarnheden in de komende jaren aan de orde zijn, welke kosten daarmee gemoeid zijn en in welke rnaandjenj deze zullen plaatsvinden. Uit rneerjarenonderhoudsplan is nodig voor de interne bedrijfsvoering (onderhoudsplanning voor de gebouwen), maar ook ter onderbouwing van de omvang van de voorziening groot onderhoud en het verloop daarvan. vooruitlopend op de nieuwe situatie in 2015 heeft Stichting Woldervvijs in oktober 2014 het rneerjarenonderhoudsplan reeds geactualiseerd, inclusief tien toekomstige jaren. Zowel het binnen- als het buitenonderhoud maken deel uit van het plan. 5.3 Financiën verslagjaar In deze paragraaf wordt verslag gedaan van de financiële gevolgen en resultaten van de bedrijfsvoering in Financieel beleid bedrijfseconomische principes zijn belangrijk voor het te voeren financiële beleid, zoals een gezonde ontwikkeling van de baten en lasten, een verantwoorde liquiditeitspositie en verantwoorde kengetallen. Het gaat voornamelijk om het beheren van de financiële positie van de stichting, het op een verantwoorde manier verdelen van de baten over de organisatie en het monitoren van de liquide middelen. Essentieel hierbij is de aanwezigheid van een betrouwbare administratieve organisatie en interne controle. Het financiële beleid dat gevoerd wordt door Stichting Wolderwijs is een belangrijke randvoorwaarde voor het behalen van de ambities, doelstellingen en beoogde resultaten Begroting en resultaat 2014 De begroting van 2014 geeft een reële weergave van de verwachte opbrengsten en kosten voor aanvang van het jaar De begroting is grotendeels opgesteld op basis van de werkelijke cijfers van 2013, waar nodig bijgesteld conform de verwachtingen voor De begroting voor 2014 sluit meteen negatief resultaat van e Het beleid dat ten grondslag ligt aan deze begroting is dat het bestuur met een sluitende reguliere begroting werkt. Naast de reguliere bedrijfsvoering vinden er kwaliteitslnvesteringen plaats, waarvan de kosten ten laste komen van de algemene reserve van Stichting Wolderwijs. Dat verklaart waarom het totale begrote resultaat negatief is (zie ook 5.3.5). Het exploitatleresultaat van boekjaar 2014 bedraagt tl negatief. Het exploitatieresultaat wijkt ä in positieve zin af van het begrote resultaat. Het resultaat is als volgt verwerkt in de _... rretarres - Algemene reserve ~ Bestemmingsreserve ~ l98.050~

41 Jaarverslag 2014 Stichting Wolderwijs In het exploitatieresultaat van 2014 zitten een aantal incidentele baten en lasten die het inzicht in het zuivere resultaat vertroebelen. Zonder deze incidentele baten en lasten is het resultaat ten opzichte van de begroting positiever. Resultaat lncidentele baten in het resultaat 2014: Eenmalige teruggaaf WAO/WIAbelastingdienst Aanpassing bekostiging P&A met terugwerkende kracht Zonder deze baten is het resultaat van 2014 lager _77_137 lncidentele lasten in het resultaat 2014: Eenmalige inleg weerstandsvermogen SWV passend onderwijs Boekverlies materiële vaste activa twee opgeheven scholen Knelpuntaanschaffingen scholen vanuit bestemmingsreserve Zonder deze lasten is het resultaat van 2014 hoger Resultaat 2014 exclusief incidentele baten en lasten Begroot resultaat Positieve afwijking t.o.v. begroting Het resultaat 2014 exclusief incidentele baten en lasten bestaat uit deelresultaten per kostensoort. Alle deelresultaten tezamen zorgen ervoor dat het gerealiseerde resultaat relatief weinig afwijkt van het begrote resultaat; een positieve afwijking van 0,7% ten opzichte van de totale baten in Daar waar er noemenswaardige verschillen zijn tussen de realisatie en de begroting van 2014, wordt hierna op hoofdlijnen een verklaring gegeven. 25

42 `"" " ~ ' r' f Jaarverslag 2014 Stichting Woiderwijs I Explaitatierekening 2014 inclusief afwijkingen t.o.v. begroting en voorgaand jaar l iii F Rijksbijdrage OCW Fiijksbijdrage Overige subsidies Samenwerkingsverband Totaal rijksbijdrage OCW ien: iinerrirn n«nr íiw'imiä?e;rm T.sw _ -1,ee ee. Ee - < Z im.,_ 1,..... ii. 044 iii 1. fimii  z""`""`""`""`""`""`""`""`""`""ww""w" > a ie ~ ' 7 miiniwiiir? Overige overheidsbijdragen Gemeente bijdragen en subsicließ Overig Totaal overige overheidsbijdragen Overige baten Overig Totaal overige baten Tøtaal baten '>5.i...,...f.i"wi/?JW`i",<:" ",<.,.."<i..;,leil`*`>l i4/hui,vw... <,.,p,. _..,;<>.jl?:>.=.~,>,_/:;"<.s:f~,.">,.",:;i;.«.vi;;±i::;;;."...". Mw,:;,<===:'==v*=i;, ` W :::í;j Personele lasten ionen en salarissen Uitkeringen (~/~) Overige personele lasten Totaal personele lasten *Mi we 1...:-wgigmïeiiiß-. ziwfiiwinii 711%.. -Tèiiiïls' -_ ine. W ~ win~miiiigø% Afschrijving:-:lasten inventaris en apparatuur Leermiddelen Totaal afachrijvingslasten Huisvestingslasten Huur Onderhoud Water en energie Schoonmaakkosten Hei?ngen Civerig Totaal huisvestingslasten Overige lasten Administratie- en beheemlasten Inventaris, apparatuur en leermiddelen Overig Totaal overige lasten Totaal lasten Saldo baten en lasten Financiële baten en lasten »2.843 Netto resultaat ~46I """""""""""".""""""""""."""...,".."... nfçmisiiii%mmiiïriiïisiwl~~~~~i~~:~ 1_~3 i1f2wi,-"iii _-41-iililfiii ~>rre"} _.ir1._ ïnrireiisiä 26

43 Jaarverslag 2014 Stichting Wolderwijs Toelichting realisatie ten opzichte van begroting 2014 op hoofdlijnen BATEN: 3.1 Rijksbijdrage OCW: De hogere rijksbijdrage van is voor ongeveer ontstaan door indexering van personele bekostiging, grotendeels met terugwerkende kracht (P&A-budget). De materiële bekostiging is ongeveer hoger uitgevallen dan begroot. De overige subsidies zijn hoger door ongeveer hogere prestatiebox-bekostiging en meer LGFbekostiging (oude stelsel tot aan 1 augustus 2014). De samenwerkingsverbandgelden zijn volledig begroot onder 3.5. Echter sinds de invoering van Passend Onderwijs per 1 augustus 2014 moeten de gelden verantwoord worden onder 3.1. Gezamenlijk is er voor ongeveer meer ontvangen vanuit de oude en de nieuwe samenwerkingsverbanden 3.2 Overige overheidsbidragen: Hieronder valt voornamelijk de ontvangen bruidsschat 2014 van , die gelijk is aan de begroting. De overige bijdragen vallen ongeveer hoger uit door ontvangen cultuur- en technieksubsidies, die niet waren begroot. 3.5 Overige baten: De totale overige baten zijn voornamelijk lager dan begroot door ongeveer minder ontvangsten vanuit de oude samenwerkingsverbanden, omdat met ingang van 1 augustus 2014 de ontvangen gelden vanuit het nieuwe samenwerkingsverband verantwoord worden onder 3.1. Bij 3.1 is dit reeds beschreven. In de overige baten zit daarnaast nog een positief resultaat van ongeveer , dat bestaat uit een positieve afrekening van het Vervangingsfonds van ongeveer , positieve afrekeningen van losse subsidies van ongeveer en een incidentele bate (maatregel belastingdienst) en last (bijdrage weerstandvermogen samenwerkingsverband) van tezamen ongeveer positief (zie onderdeel 5.3.2). LASTEN: 4.1 Personele lasten: De werkelijke salariskosten zijn, inclusief de ontvangen uitkeringen van het Vervangingsfonds, ongeveer hoger dan wat begroot is. Dit is een bewuste overschrijding naar aanleiding van de meerontvangsten van personele bekostiging (zie 3.1). Per saldo geen overschrijding. De overige personele lasten zijn ongeveer lager dan begroot. Dat is te verklaren door ongeveer meer kosten voor extern personeel, ongeveer minder kosten voor scholing en ongeveer minder overige kosten. Het positieve resultaat op de overige kosten ( ) heeft met name betrekking op minder kosten voor bedrijfsgezondheidszorg (BGZ), minder reiskosten, een positieve vrijval van met betrekking tot de voorziening voor ambtsjubilea en een niet ontvangen afrekening van van het Ministerie met betrekking tot het verhalen van uitkeringskosten. 4.2 Afschrivingslasten: De afschrijvingskosten zijn ongeveer 10% lager dan begroot. Er wordt minder en/of goedkoper gei'nvesteerd dan wat aan investeringen begroot is in de schoolinvesteringsplannen, onder andere door de dalende leerlingaantallen in de toekomst. De opheffing van twee scholen per 1 augustus 2014 heeft ook invloed gehad op de hoogte van de afschrijvingskosten. Het boekverlies op de afgeboekte materiële vaste activa is opgenomen onder 4.4 Overige lasten. 4.3 Huisvestingslasten: De totale huisvestingslasten zijn lager uitgevallen dan begroot. Dat komt met name door de positieve afrekening van de energiekosten. De kosten van onderhoudsbeheer zijn iets hoger dan begroot. De beveiligingskosten zijn daarentegen iets lager dan begroot. 4.4 Overige lasten: De kosten voor leermiddelen (OLP) en ICT op schoolniveau vallen ongeveer hoger uit dan begroot, wat wordt gecompenseerd door hogere materiële bekostiging (zie 3.1) en hogere subsidies voor techniek en cultuur (zie 3.5), tezamen meer ontvangsten. De schooldirecteuren mogen compenseren met de verschillende budgetten binnen de schoolbegroting. De overige lasten op bovenschools niveau vallen ongeveer lager uit dan begroot omdat er geen advies- en juridische kosten zijn geweest in De overschrijding op onderdeel "overig", van ongeveer , betreft hoofdzakelijk de afboeking van ongeveer van de materiële vaste activa van de twee opgeheven scholen en ongeveer kosten voor het knelpuntproject van de scholen wat volledig ten laste komt van de bestemmingsreserve (zie 5.3.2). 5 Financiële baten en lasten: De ontvangen rente op de belegde gelden in 2014 is iets minder dan de begrote renteontvangsten. Het rentepercentage is gemiddeld ongeveer 1,8%. 27

44 .laan/erslag 2014 Stichting Wolderwijs Financiële positie per balansdatum Hieronder worden, ter vergelijking in hoofdlijnen, de balansen weergegeven van de jaren 2012 tot en met rnwmr~ "._.;an..r»mn?w**w_4tnr%iia1lf 'afnr?ltitw Vaste activa Materiële vaste activa Vlottende activa Vorderingen Liquide middelen Totaal activa Eigen vermogen Eigen vermogen Vreemd vermogen Voorzieningen * Kortlopende achulden Totaal passiva * De onderhoudsvoorziening ultimo 2014 is opgebouwd op basis van een niet actuele syatematie k. Met ingang van 1 januari 2015 heeft Stichting Wolderwijs de verantwoordelijkheid voor het buitenonclerhoucl van de schoolgebouwen. 0p dat moment zal de voorziening actueel gemaakt worden. Dit zal consequenties hebben voor zowel de hoogte van cie voorziening per 1 januari 2015 (wordt lager) als voor ciejaarlijkse elotatie met ingang van 2015 (wordt hoger) Kengetallen Hieronder worden, ter vergelijking, de kengetallen weergegeven van de jaren 2012 tot en met Liquiditeit Solvabiliteit (1) Weerstandsvermogen Kapitalisatiefactor 7- jjjjjjjjjjjjjjjjjjjj j, itoitartiinlllnlw Vlottende activa/ 4,49 4,88 3,02 Kortlopende schulden Eigen vermogen/ x 100% 67,22% 68,10% 58,81% Totaal vermogen Eigen vermogen - X 100% 32,53% 30,99% 25,94% materiële vaste activa/ Totale baten Totaal vermogen/ ><100% 66,04% 65,34% 69,36% Totale baten Personele lasten/baten Personele lasten/ X 100% 85,27% 80,81% 85,02% Totale baten NB: Door incidentele haten in 2013 van ë vallen het eigen vermogen heeft een duidelijke invloed op de meeste kengetallen van 2013 hierboven. ende totale baten hoger uit clan normaal. Dit Bij liquiditeit gaat het erom in hoeverre de stichting op korte termijn aan haar verplichtingen kan voldoen. 0it blijkt uit cie verhouding tussen de vlottende activa en de kortlopende schulden. Een minimale liquiditeit van 1,0 ia wenselijk. 28

45 Jaarverslag 2014 Stichting Wolderwijs Bij solvabiliteit gaat het erom in hoeverre de stichting op lange termijn aan haar verplichtingen kan voldoen. Dit blijkt uit de verhouding tussen het eigen vermogen en het totaal vermogen. Een minimale solvabiliteit van 25% is wenselijk. Het weerstandsvermogen geeft een indicatie in hoeverre de stichting zich een tekort kan permitteren in relatie tot de opgebouwde reserves. De landelijke normen geven aan dat het weerstandsvermogen tussen de 10% en 40% moet zijn. De werkelijke norm verschilt per schoolbestuur en is afhankelijk van het risicoprofiel van de organisatie. Bij Stichting Wolderwijs wordt 15% als ondergrens aangemerkt. De kapitalisatiefactor is een door de Commissie vermogensbeheer onderwijsinstellingen geïntroduceerd kengetal. Voor de berekening van de kapitalisatiefactor wordt het totaal vermogen gedeeld door de totale baten. De kapitalisatiefactor is bedoeld om te signaleren of onderwijsinstellingen een deel van hun kapitaal niet of inefficiënt benutten voor de vervulling van hun taken. De signalerings(boven)grens voor Stichting Wolderwijs is 60%. Om een juist oordeel te geven over de toekomstige hoogte van de kapitalisatiefactor is het noodzakelijk het meerjarenperspectief in ogenschouw te nemen. Het is de verwachting dat het totale vermogen de komende jaren zal gaan dalen, hoofdzakelijk door de geplande kwaliteitsinvesteringen. Als indicator is de rentabiliteit een waardevol trendgegeven. Een positieve rentabiliteit roept vragen op inzake het bestedingspatroon. Een negatieve rentabiliteit duidt op een ruim ingesteld financieel management met wél of niet voorziene consequenties in de komendejaren. De personele lasten betreffen de grootste kostenpost. De personele lasten kunnen worden afgezet tegen de totale ontvangsten. Vooral trendmatig kan dit kengetal een belangrijk signaal geven Realisatie kwaliteitsinvesteringen Naast de regulier sluitende begrotingen vinden er jaarlijks kwaliteitsinvesteringen plaats, waarvan de kosten ten laste komen van de algemene reserve van Stichting Wolderwijs. Alle kwaliteitsinvesteringen zijn van tijdelijke duur. ln 2014 zijn de begrote kwaliteitsinvesteringen als volgt gerealiseerd: Kwaliteitsinvesteringen Begroting Realisatie Verschil Toelichting Het flankerend beleid is in 2014 wederom succesvol Flankerend beleid geweest. Het beleid is verlengd van 2015 tot en met De twee plusklassen zijn in 2014 voor één dagdeel per Plusklassen week actief, onder leiding van twee leraren/ coördinatoren. Door middel van burgerparticipatie zijn Participatiebudget scholen werkzaamheden van administratieve en/offacilitaire aard op de scholen uitbesteed. De beleidsmedewerker onderwijs en kwaliteit is later Onderwijs aangesteld dan verwacht in verband met het afronden van werkzaamheden als schooldirecteur Onvoorziene loonkosten O N.v.t. Op OBS Het Groene Hart In Zuidwolde moest Formatie extra kleuterklas januari 2014 een instroomgroep gevormd worden. Er was achteraf meer formatie nodig dan begroot. Totaal in De gedetailleerde toelichting op de kwaliteitsinvesteringen is beschreven in de begroting 2014 en meerjarenbegroting 2014 t/m 2017 van Stichting Wolderwijs. 29

46 Jaarverslag 2014 Stichting Wolderwijs 5.4 Treasuryverslag Stichting Wolderwijs heeft een treasurystatuut op basis waarvan liquide middelen belegd (kunnen) worden. Het treasurystatuut verwijst onder andere naar de OCW-regeling beleggen en belenen door instellingen voor onderwijs en onderzoek. ln deze regeling staan de voorwaarden genoemd ten aanzien van het beleggen van gelden. Stichting Wolderwijs conformeert zich aan de bepalingen in het treasurystatuut. Ultimo 2014 zijn de overtollige liquide middelen, die benodigd zijn voor de lange termijn, volledig belegd bij de Rabobank op drie spaarrekeningen: Rente Rente Rabo BedrijfsSpaarRekening: 0,6% 1,1% Variabele rente, tegoed vrij opneembaar Rabo VermogenSparen: 1,4% 1,9% Variabele rente, 25% van tegoed jaarlijks vrij opneembaar Rabo DoelSparen: 2,4% 2,4% Vaste rente, looptijd zes jaren Het gemiddelde rentepercentage in 2014 is ongeveer 1,8% (2013: 2,1%). 5.5 Prestatiebox Stichting Wolderwijs heeft in 2014 bekostiging ontvangen vanuit de Regeling prestatiebox primair onderwijs voor een hoogte van ruim Deze prestatieboxgelden zijn, conform de doelen van de regeling, ingezet ter bevordering van: - Opbrengstgericht werken: é Interne audits scholen, investering methodes scholen, investering coördinatoren, kwaliteitsimpuls scholen. - Professionalisering leraren en directie: Extra studiebudget (o.a. professionaliseringsbudget directie en Wolderwijsacademie) en kwaliteitsinvestering medewerkers (o.a. coaching en begeleiding). - Cultuureducatiez í Investeringen scholen in cultuureducatieve activiteiten. Stichting Wolderwijs heeft de bekostiging in 2014 bewust ingezet voor de realisatie van de doelen van de prestatiebox, die voortkomen uit de ambities zoals deze geformuleerd zijn in het bestuursakkoord (zie onderdeel 5.1). Naast de prestatieboxbekostiging besteedt Stichting Wolderwijs ook overige bekostiging om deze doelen te kunnen bereiken. 30

47

48 Jaarverslag 2014 Stichting Wolderwijs Toelichting ontwikkelingen: - De financieringsstructuur blijft de komende jaren hetzelfde. Stichting Woldervvijs heeft ruim voldoende liquide middelen om toekomstige kwallteitsinvesteringen en eventuele toekomstige tegenslagen op te kunnen vangen. Het aantrekken van vreemd vermogen (leningen) is niet aan de orde. - Het huisvestingsbeleid hangt de komende jaren ai van een aantal factoren: de hoogte van de bekostiging voor binnen- en buitenonderhoud en de toereikendheid van de onclerhoudsvoorziening, het aantal lokalen dat leegstaat door de dalende leerlingaantallen enhet aantal scholen dat fuseert of sluit. - De mutaties van de reserves en voorzieningen volgen in de toekomst vooralsnog de krimp van de bedrijfsactiviteiten van Stichting Wolderwijs Staat van baten en lasten l BATEN Rijksbijdrage Overige overheidsbijdragen Overige baten TOTAAL B!-\TEN LASTEN Personeelslasten Afschrijvingen Huisvestingslasten Overige lasten TOTAAL LASTEN SALDO BATEN EN LASTEN ~ Financiële baten en lasten NETFC) RESULTAAT ~345.( * NB: i\/let ingang van 1 januari 2015 zal de onderhoudsvoorziening actueel gemaakt worden. Dit zal consequenties hebben voor de jaarlijkse dotatie met ingang van 2015 (zie toelichting bij onderdeel 5.3.3). Uitgangsounten toekomstige begrotingen: - De reguliere begrotingen zijn jaarlijks sluitend; - Naast de activiteiten binnen de reguliere begrotingen vinden er extra kwaliteitsinvesteringen plaats, die ten laste komen van de algemene reserve van Stichting Wolderwijs. Door deze kwaiiteitsinvesteringen zijn de totale begrotingsresultaten jaarlijks negatief (zie ook 5.3.5). 6.3 Clverige rapportages interne risicobeheersings«en controlesysteem Het interne risicobeheersings- en controlesysteem van Stichting Wolderwijs is gebaseerd op de werking van de aanwezige A0/IC(administratieve organisatie en interne controle) en functioneert naar behoren. De verschillende functies binnen de stichting zijn gescheiden, daar waar tunctievermenging plaats kan vinden. Een groot deel van de administratieve handelingen is uitbesteed aan een onderwijsadministratiekantoor, waarmee duidelijke afspraken zijn gemaakt. Jaarlijks beoordeelt accountantskantoor Deloitte de opzet, het bestaan en de werking van de maatregelen van de administratieve organisatie en interne beheersing. ln 2014 is de interne beheersing van voldoende niveau, conform de bevindingen van de accountant, naar aanleiding van de interimcontrole. Fraude: Door de juiste werking van de AOXICzijn de frauderisico's binnen Stichting Wolderwijs minimaal. Het irauderisico is een terugkerend onderwerp op de agenda van de bestuursvergaderingen. Het gaat hierbij om het inschatten van de risico's van fraude binnen Stichting Wolderwijs. Dit gebeurt veelal vanuit twee invalshoeken: 1.) Het risico van onrechtmatige onttrekkingen van geld en/ofgoederen aan de organisatie; 2.) Het risico dat personen de financiële verslaggeving gebruiken om daar beter van te worden. Bij het maken van risico-inschattingen is het tevens van belang om aandacht te besteden aan het bestaan van een gelegenheid om fraude te kunnen plegen, aan het bestaan van druk (targets) en aan de mogelijkheid dat personen binnen de organisatie een eventuele fraude voor zichtzeli kunnen verantwoorden (bedrijfscultuur). Duidelijke, logische en regelmatig terugkerende signalen vanuit de directie bevorderen een bedrijfscultuur die eerlijk en integer gedrag waardeert en beloont. \/oorbeeldgedrag is een belangrijke factor bij de interne beheersing. 32

49 Jaarverslag 2014 Stichting Wolderwijs Risico's en onzekerheden De hieronder beschreven risico's en onzekerheden zijn volledig ontleend aan de meerjarenbegroting 2015 tot en met Om deze reden zijn alleen de belangrijkste risico's en onzekerheden overgenomen. Personeel ln de meerjarenbegroting daalt de omvang van de personeelsformatie mee met de ontwikkeling van de leerlingaantallen. Slechts een klein deel van de afname van het personeelbestand kan worden gerealiseerd door middel van natuurlijk verloop. Jaarlijks wordt bepaald of een aantal vaste medewerkers, die aan het begin van het betreffende schooljaar in het risico dragend deel van de formatie (RDDF) zijn geplaatst, gedwongen moet worden ontslagen aan het eind van dat schooljaar. Bij ontslag moet de instroomtoets worden doorlopen waarmee het Participatiefonds wordt verzocht de uitkeringskosten voor zijn rekening te nemen. Bij onvoldoende ontslagruimte is de consequentie dat Stichting Wolderwijs de uitkeringskosten zelf voor haar rekening zal moeten nemen. Een goede formatieplanning met actuele leerlingprognoses en een goede planning en beheersing van de organisatie is van groot belang. Risico: Toekomstige werkloosheidsuitkeringen komen voor rekening van Stichting Wolderwijs. lnschatting financieel risico: Gemiddeld. lnschatting impact: Gemiddeld. lnschatting risicobedrag perjaar: íâ (opgenomen in de meerjarenbegroting) De bruidsschatontvangsten vanuit Gemeente De Wolden eindigen per 1 januari Met ingang van 2015 is het noodzakelijk de kosten voor administratie, beheer en bestuur volledig te dekken vanuit de bekostigingsontvangsten van het Ministerie van OCW. Risico: Kosten voor administratie, beheer en bestuur kunnen niet gedekt worden vanuit de ontvangsten van het Ministerie. lnschatting financieel risico: Laag. lnschatting impact: Laag. lnschatting maximaal risicobedrag perjaar: E Het ziekteverzuim binnen Stichting Wolderwijs is de afgelopen jaren verlaagd van 9,30% in schooljaar 2011/2012tot 5,82% in schooljaar 2013/2014Ṿerzuim heeft naast discontinui'teit in het onderwijs ook financiële gevolgen. De kosten voor ziektevervanging worden gedeclareerd bij het Vervangingsfonds. Na afloop van elk schooljaar vindt er een naverrekening plaats. Wanneer er in een schooljaar meer gedeclareerd wordt dan er aan premie wordt betaald volgt een afrekening (ma us) in de vorm van een percentage van de loonsom. Het is dus vanuit zowel organisatorisch als financieel oogpunt noodzakelijk zo veel mogelijk grip te krijgen op het verzuim en dit zo laag mogelijk te krijgen. Risico: Te hoog verzuim en daardoor een naverrekening lnschatting financieel risico: Gemiddeld. lnschatting impact: Laag. lnschatting maximaal risicobedrag perjaar: van het Vervangingsfonds. Ten aanzien van de onderwijskwaliteit wil Stichting Wolderwijs minimaal voldoende scoren voor alle scholen. De verantwoordingseisen zijn veranderd ten opzichte van een aantal jaren geleden. Steeds meer nadruk ligt op opbrengstgericht werken. De nieuwe manier van onderwijzen vraagt andere competenties, meer professionaliteit, van het onderwijzend personeel en de schooldirecteuren. Een risico is dat niet iedereen mee kan gaan met deze nieuwe ontwikkelingen. Risico: Verslechtering van de onderwijskwaliteit en daardoor terugloop in het leerlingaantal. lnschatting financieel risico: Laag. lnschatting impact: Hoog. lnschatting maximaal risicobedrag perjaar: E Per 1 januari 2013 is de Wet Modernisering Ziektewet ingegaan. Naast de gedifferentieerde ZW-premie voor de werknemers met een vast dienstverband wordt er een gedifferentieerde ZW-premie voor de tijdelijke werknemers (dus ook kortdurende vervangers) in rekening gebracht. De hoogte van deze premie is afhankelijk van instroom van zowel het vast als het tijdelijke personeel in de ziektewet. Hoe hoger de instroom en hoe langer het verblijf in de ziektewet, des te hoger de premie die Stichting Wolderwijs moet betalen. De gedifferentieerde ZW-premie heeft een hoogte van minimaal 0,06% tot maximaal 1,24% van de loonsom in de toekomst en bedraagt voor Stichting Wolderwijs momenteel 0,14%. De instroom van twee jaar geleden bepaalt het premiepercentage voor het huidige jaar. Vooralsnog zijn er bij het UWV geen tijdelijke werknemers bekend die ziek uit dienst zijn gegaan of binnen 28 dagen na uitdiensttreding ziek zijn geworden. Daarnaast zijn werkgevers voor maximaal tien jaren verantwoordelijk voor de WGA-uitkeringen van ziek uitgestroomde tijdelijke en vaste werknemers. Het is van belang de groep uitdienstgetreden zieke medewerkers met zowel een vast als een tijdelijk dienstverband nauwlettend te volgen. Risico: Uitstroom van zieke medewerkers veroorzaakt premieverhogingen. lnschatting financieel risico: Laag. lnschatting impact: Laag. lnschatting maximaal risicobedrag perjaar:

50 Jaarverslag 2014 Stichting Wolderwijs Accommodaties en faciliteiten in de meerjarenbegroting is zichtbaar dat, als gevolg van de verwachte daling van het leerlingaantal, alle baten dalen, waaronder de materiele baten. Voornamelijk de huisvestingskosten dalen niet mee, waardoor er materiële tekorten ontstaan. Leegstaande lokalen kunnen in het uiterste geval worden onttrokken aan onderwijsdoeleinden. Deze delen van de schoolgebouwen, met bijbehorende kosten komen dan voor rekening van Gemeente De Wolden. Stichting Wolderwijs heeft periodiek contact hierover met de gemeente, waarbij informatie over actuele en dreigende leegstand wordt besproken en waarvoor mogelijke oplossingen worden aangedragen. Voor leegstand wordt per lokaal een globale kostennorrn perjaar aangehouden van ä (100 m2; lokaal met bijbehorende ruimtes). Risico: Leegstand van lokalen zoncler medegebruik zorgt voor steeds groter wordende materiële tekorten. inschatting financieel risico: Gemiddeld. inschatting impact: Gemiddeld. inschatting maximaal risicobedrag per jaar: ä Financiën De hoogte van de kapitaiisatiefactor is een risico voor Stichting Wolderwijs, echter alleen wanneer er een (zeer) zwakke school is. De kapitalisatietactor als kengetal wordt gebruikt om te signaleren of onderwijsinstellingen hun kapitaal/vermogen al dan niet efficiënt benutten voor de vervulling van hun taken. De signaleringsbovengrens ligt op 60%. Door het dalende leerlingaantal en de daaruit voortvloeiende daling van de bekostiging zal de kapitalisatiefactor automatisch oplopen, tenzij het eigen vermogen van de stichting wordt aangesproken. in de meerjarenbegroting zijn de komende jaren kwaliteitsinvesteringen verwerkt. De beschreven daling van het eigen vermogen is echter onvoldoende om het kengetal op korte termijn onder de bovengrens van 60% uitte laten komen. Op langere termijn is dat wel mogelijk. Risico: De hoogte van de kapitaiisatieiactor kan aanleiding zijn voor een onderzoek door het Ministerie van OCW, mits er (zeer) zwakke scholen zijn. inschatting financieel risico: Laag. inschatting impact: Laag. inschatting maximaal risicobedrag perjaar: n.v.t. Demografische ontwikkelingen Volgens de laatst bekende gegevens van de provincie Drenthe daalt het aantal leerlingen in de gemeente De Wolden in de periode 2010 tot 2020 met 29%. De daling van het aantal leerlingen betekent dat de (rijksjontvangsten ook dalen. Stichting Wolclerwijs moet voldoende flexibel zijn om de totale kosten mee te laten dalen, zodat er geen structurele tekorten ontstaan. Risico: Door de dalende leerlingaantallen ontstaan er structurele (begrotingsjtekorten. inschatting financieel risico: Laag. inschatting impact: Hoog. inschatting maximaal risicobedrag perjaar: ë Door de leerlingkrimp worden er in de toekomst mogelijk scholen opgeheven. Het is noodzakelijk hier vroegtijdig op te anticiperen, niet alleen qua communicatie met de ouders van de kinderen maar ook qua financien. Onder andere de kleine scholentoeslag vanuit het Ministerie zal ná sluiting verdwijnen, wat als gevolg heeft dat het aantal personeelsleden van Stichting Wolderwijs verder zal moeten afnemen. Het vroegtijdig fuseren van scholen kan dan een reële optie zijn. in dit geval wordt er voor een periode van zes jaren aanvullende (personele) samenvoegingsbekostiging ontvangen ten behoeve van de nieuwe fusieschool (aangepaste regeling rn.i.v. schooljaar 2014/2015), De hoogte van de samenvoegingsbekostiging blijft in deze periode gelijk {100% voor alle jaren). De financiële consequenties van het opheffen van scholen, en de voorafgaande mogelijkheden daarin, zijn niet verwerkt in de huidige versie van de meerjarenbegroting. Risico: Door de dalende leerlingaantallen zullen in de toekomst scholen mogelijk worden opgeheven, waardoor de bekostigingsontvangsten op iange termijn teruglopen. inschatting financieel risico: Laag. inschatting impact: Laag. inschatting maximaal risicobedrag perjaar: n.v.t. voor de periode van de meerjarenbegroting (2015 t/m 2018). Naast het kwantitatieve aspect is er ook het kwalitatieve aspect. Wanneer scholen kleiner worden door de afnemende leerlingaantallen, moet steeds meer worden gewerkt met combinatiegroepen. Ook is de kwaliteit van het onderwijs, en daarmee ook de opbrengsten, afhankelijk van de kwaliteit van de leerkrachten. De kwaliteit op de kleine scholen moet goed in de gaten worden houden, om zo de kwetsbaarheid te verkleinen. Risico: De kwetsbaarheidvan de onderwijskvvaliteit van kleiner wordende scholen. inschatting financieel risico: Gemiddeld. inschatting impact: i-loog, inschatting maximaal risicobedrag perjaar: ë

51 Jaarverslag 2014 Stichting Wolderwijs Concurrentiepositie Het marktaandeel van Stichting Wolderwijs binnen het primair onderwijs in de gemeente De Wolden bedraagt per 1 oktober ,2%. De ambitie is een marktaandeel te realiseren van 75%. Stichting Wolderwijs denkt zich voldoende te kunnen profileren en voldoende onderwijskwaliteit te kunnen leveren om het huidige marktaandeel minstens te kunnen handhaven. Risico: Het verliezen van marktaandeel ten opzichte van het bijzonder onderwijs. inschatting financieel risico: Laag. inschatting impact: Laag. inschatting maximaal risicobedrag perjaar: Politieke ontwikkelingen Hieronder worden de meest recente relevante politieke ontwikkelingen beknopt beschreven. Extra bekostiging n.a.v. Bestuursakkoord voor de sector primair onderwijg De gevolgen van het Nationaal Onderwijs Akkoord en het Herfstakkoord van oktober 2013 zijn inzichtelijk geworden in het Bestuursakkoord voor de sector primair onderwijs van juli Vanuit dit akkoord volgen met ingang van 2015 jaarlijks aanvullende middelen ter besteding aan specifiek afgesproken doelen. De definitieve structurele financiële consequenties worden hoogstwaarschijnlijk in de loop van 2015 bekend gemaakt. Eind 2014 zijn deze financiële consequenties reeds inzichtelijk gemaakt door onderwijsorganisaties PO-Raad en VOS/ABB. Risico: De ontvangsten vanuit de akkoorden vallen lager uit dan wat opgenomen is in de meerjarenbegroting. inschatting financieel risico: Laag. inschatting impact: Laag. inschatting maximaal risicobedrag perjaar: n.v.t. (geen ontvangsten, dan ook geen uitgaven) indexering Ministerie: Het is een risico dat als het Ministerie van OCW de bekostiging niet of onvoldoende indexeert en de kosten van de stichting wel stijgen, erjaarlijks financiële tekorten ontstaan. in de afgelopen jaren is dit nog nooit voorgekomen. Risico: Het Ministerie van OCW indexeert niet of in onvoldoende mate. inschatting financieel risico: Laag. inschatting impact: Laag. inschatting maximaal risicobedrag perjaar: ë Rapportage bestuur Het bestuur houdt toezicht en heeft de eindverantwoording met betrekking tot beleidsvraagstukken en de (veelal bijbehorende) financiële problematiek. Dit is beschreven in onderdeel 4.4 van ditjaarverslag, het bestuursverslag. 35

52 Jaarverslag 2014 Stichting Woíderwijs Bijlage A: Overzicht scholen OQHG OBS 't Echtenest Schøolakkers 2b 7932 PM Echten IORY UBS De Klimtorerz Drogteropslagen PD Drogteropslagen IOUN OBS't Oelebröd Mr, Harm Smeengestraat BZ Ruinen 11GK GBS De Bosrand Jan Haarstraat TC Kerkenveld IZCO OBS Het Veldboeket Schøølweg PL Veeningen l2ts OBS Het Groene Hart Schoolbrínk HG Zuidwcide l8u OBS De Wezeboom Schoolstraat i NJ Oosteinde l8kf UBS De Dísael Dijkhuizen 68a 7961 AM Ruinerwoïd IZKU OBS De Rozehøtte! Sportíaan SM Koekange ISNN OBS De Horst Postweg ZG De Wijk

53 Jaarverslag 2014 Stichting Wolderwijs Bijlage B: Samenstelling centrale organen Bestuur: ø De heer Drs. J.H. Sauer Voorzitter 0 Mevrouwlng. A.C.S. de Vries Secretaris 0 Mevrouw Mr..J. Spekreijse-Voetelink Penningmeester 0 De heer Drs. J.B. van Klinken Lid 0 De heer Mr. M.D.M. Stadhouders Lid Algemene directie: 0 De heer M.H. Mulder Algemeen directeur De heer M.H. Mulder is tevens voorzitter van het managementoverleg (MO), waarin alle (schoo )directeuren zitting hebben Het beleid van de stichting wordt in het ma nagementoverleg voorbereid. Ondersteuning: Ter ondersteuning van de algemeen directeur en het M0 is er een staf, bestaande uit de volgende beleidsmedewerkers 0 De heer D.L.C. Blok Beleidsmedewerkerfinanciën en beheer 0 Mevrouw M. Mulder Beleidsmedewerker personeel 0 De heer A. van den Berg Beleidsmedewerker algemeen 0 De heer D. Oelen Beleidsmedewerker kwaliteit en onderwijs (tijdelijke functie) Ter voorbereiding op het managementoverleg komt de agendacommissie bijeen. Naast de algemeen directeur bestaat deze commissie eind 2014 uit de volgende medewerkers: 0 De heer D. Oelen (beleidsmedewerker kwaliteit en onderwijs) ~ De heer M. Schrier (schooldirecteur) Gemeenschappelijke medezeggenschapsraad (GM R): In de gemeenschappelijke medezeggenschapsraad hebben eind 2014 de volgende personen zitting: Openbare basisschool Lid Geleding Werkgroep 't Echtenest, Echtenm Mevrouw W Bloemberg Ouder Onderwijs I De Klimtoren, DrogteropslagenMevrouw N.M. Nijland-Remmelts Personeel Onderwijs t Oelebröd, Ruinen =De heer G.J. van den Bosch Ouder Middelen De Bosrand, Kerkenveld De heer E. Dekker Ouder ïonderwijs Het Veldboeket, Veeningen De heer H.J. ten Kate Ouder Middelen Het Groene Hart, Zuidwolde Mevrouw N. Mennink Personeel Personeel De Wezeboom, Oosteinde Mevrouw R. Tjarks Personeel Personeel De Dissel, Ruinerwold Mevrouw A. Runhart-Koopman *Personeel Personeel De Rozebottel, Koekange Mevrouw M. Casula-Bosch Ouder Personeel De Horst, De Wijk De heer S. Stehouwer Ouder Onderwijs NB: De algemeen directeur neemt deel aan de vergaderingen van de GMR namens het bevoegd gezag.

54 Stichting Wolderwijs Jaarrekening 2014

55 Inhoudsopgave Toelichting op onderdelen van het jaarverslag Pagina Jaarrekening Grcmdsiagen Balans per 31 december 2014 Staat van baten en lasten over Kasstroomoverzicht Toelichting op cie balans per 31 december 2014 Niet uit de bate-insblijkende verplichtingen Mede! G, Overzicht cioelsubsidies UCW Taelichting ep de staat van baten en lasten over 2014 Overzicht verbanden partijen Wet normering bezoldiging içopfunctionarissen publieke en semípublieke sector í0goí5>í Overige gegevens Bestemming van het resultaat Gebeurtenissen na balansdatum Gegevens over cie rechtepersoon Bijlagen Controleverklaring 22

56 Grondslagen De activiteiten van Stichting Wolderwijs bestaan uit het geven van primair onderwijs. Rapporterinqsvaluta en eenheden De genoemde bedragen, voor zover niet anders vermeld, zijn opgenomen in hele euro's. Grondslagen voor waardering van activa en passiva Materiële vaste activa De materiële vaste activa worden gewaardeerd op verkrijgingsprijs, verminderd met de cumulatieve afschrijvingen en indien van toepassing met bijzondere waardeverminderingen. De afschrijvingen worden gebaseerd op de geschatte economische levensduur en worden berekend op basis van een vast percentage van de verkrijgingsprijs, rekening houdend met een eventuele restwaarde. Er wordt afgeschreven vanaf het moment van ingebruikname van het materieel vast actief. Er wordt een activeringsgrens gehanteerd van Het systeem van afschrijvingen is als volgt: Investeringen in bestaande bouw: 3,33 % van de aanschafwaarde Meubilair : 5,00 of 10,00 % van de aanschafwaarde Digiborden : 14,29 % van de aanschafwaarde Overige ICT: 25,00 % van de aanschafwaarde Leermiddelen: 11,11 % van de aanschafwaarde Vorderingen en overlopende activa De vorderingen worden bij eerste verwerking opgenomen tegen de reële waarde. Noodzakelijk geachte voorzieningen voor het risico van oninbaarheid worden in mindering gebracht. Deze voorzieningen worden bepaald op basis van individuele beoordeling van de vorderingen. De overlopende activa betreffen nog te ontvangen bedragen die in opvolgende perioden worden ontvangen en vooruitbetaalde bedragen, voor zover deze niet onder de andere kortlopende vorderingen zijn opgenomen. Liguide middelen De liquide middelen zijn gewaardeerd tegen nominale waarde. Algemene reserve De Algemene reserve betreft een buffer ter waarborging van de continuïteit van het bevoegd gezag en wordt opgebouwd uit resultaatbestemming van overschotten en tekorten die ontstaan uit het verschil tussen werkelijke baten en lasten. Bestemmingsreserves De bestemmingsreserve publiek is opgebouwd uit de bijzondere en aanvullende bekostiging algemeen en werkgelegenheid jonge leerkrachten van het Ministerie van OCW die in 2013 zijn ontvangen. In 2014 en latere jaren zal deze reserve besteed worden naar aanleiding van bestuurlijk vastgestelde plannen Jaarrekening 2014 Pagina 3

57 Voorzieningen Voorzieningen worden opgenomen tegen nominale waarde, met uitzondering van voorzieningen ter zake van personeel en soortgelijke verplichtingen. Ueze worden opgenomen tegen de berekende contante waarde. Een voorziening wordt eerst gevormd als voldaan is aan de vereisten terzake van het vormen van voorzieningen. Pensioenen De stichting heeft eenpensioenregeling. Dit betreft een Nederlandse regeling en wordt gefinancierd door afdrachten aan peneioenoitvoerder, te weten het bedrijfstakpensioenfonds ABP. Gemiddeld in 2014 bedroeg de beleidsdekkingsgraad 1i i4,7%. De pensioenverpiichting wordt gewaardeerd volgens de "verplichting aan de pensioenuitvoerder benadering". In deze benadering wordt de aan de beneioenuitvoerderte betalen premie als last in de staat van baten en lasten verantwoord. De stichting heeft geen verplichting tot het voldoen van aanvullende bijdragen in geval van een tekort bij ABP, andere dan het effect van hogere toekomstige premies. Arnbtsjubilea Op basis van richtlijn 271 van de Raad voor de Jaarversiaggeving is een voorziening opgenomen voor verplichtingen uit hoofde van toekomstige uitkeringen bij ambtsjubilea van personeelsleden. De voorziening is opgenomen tegen de contante waarde van de toekomstige uitbetalingen en is afhankelijk van de ingeschatte blijfkane, gemiddelde salarisstijging en dieconteringevoet. De werkelijke jubiiea~uitkeringen worden ten laste van deze voorziening gebracht. Onderhoud De voorziening onderhoud is gebaseerd op de actuele meerjarenonderhoudeblanning van De dotatie is op basis van de planning berekend en gelijkmatig verdeeld over de jaren. Periodiek wordt de planning geactualiseerd. Jaarlijks wordt bekeken of de dotatie toereikend is. In 2015 wordt de voorziening geactualiseerd. Kortlobende schulden en overlooende nassiva De kortlopende schulden betreffen schulden met een op balansdaturn resterende looptijd van ten hoogste een jaar. Kortlopende schulden worden gewaardeerd tegen de reële waarde. De overlopende passiva betreffen vooruit ontvangen bedragen die aan opvolgende perioden worden toegerekend en nog te betalen bedragen, voor zover ze niet onder de andere kortlopende schulden zijn te oiaatsen. Grondslagen voor resultaatbepaling Algemeen Bij de bepaling van het exploitatieresultaat gelden de volgende beginselen: baten en lasten zijn toegerekend aan het jaar waarop zij betrekking hebben. Winsten worden slechts opgenomen voor zover zij op de balanedatum zijn gerealiseerd. Verplichtingen en mogelijke verliezen die hun ooreorong vinden voor het einde van het verslagjaar, worden in acht genomen indien zij voor het opmaken van de jaarrekening bekend zijn geworden. Baten Onder baten wordt verstaan de van overheidswege toegekende (normatieve) bijdrage OCW, overige ÖCW subsidies en (gemeentelijke) overheidsbijdragen, van derden toegekende overige bijdragen en rentebaten. [Je baten worden toegerekend aan het boekjaar waarop zij betrekking hebben Jaarrekening 2G14 Pagina 4

58 Rijksbijdragen De ontvangen (normatieve) rijksbijdrage en de niet-geoormerkte OCW-subsidies (vrij besteedbare doelsubsidies zonder verrekeningsclausule) worden in het jaar waarop de toekenningen betrekking hebben volledig verwerkt als bate in de staat van baten en lasten. Geoormerkte OCW-subsidies met een vrij besteedbaar overschot (doelsubsidies waarbij het overschot geen verrekeningsclausule heeft) worden ten gunste van de staat van baten en lasten verantwoord naar rato van de voortgang van de gesubsidieerde activiteiten. Het deel van de subsidies waar nog geen activiteiten voor zijn verricht per balansdatum wordt verantwoord onder de overlopende passiva. Geoormerkte OCW-subsidies (doelsubsidies met verrekeningsclausule) worden ten gunste van de staat van baten en lasten verantwoord in het jaar ten laste waarvan de gesubsidieerde lasten komen. Niet bestede middelen worden verantwoord onder de overlopende passiva zolang de bestedingstermijn nog niet is verlopen. Niet bestede middelen worden verantwoord onder de kortlopende schulden zodra de bestedingstermijn is verlopen op balansdatum. Overige exploitatiesubsidies Overige exploitatiesubsidies worden ten gunste van de staat van baten en lasten gebracht in het jaar ten laste waarvan de gesubsidieerde lasten komen/waarin de opbrengsten zijn gederfd/waarin het exploitatietekort zich heeft voorgedaan. Lasten De lasten worden toegerekend aan het boekjaar waarop zij betrekking hebben. De lasten worden bepaald met inachtneming van de hiervoor reeds vermelde waarderingsgrondslagen. Verliezen die hun oorsprong vinden in het boekjaar worden in aanmerking genomen zodra deze voorzienbaar zijn. Buitengewone baten en lasten Onder buitengewone baten en lasten worden verstaan baten en lasten die voortvloeien uit gebeurtenissen of transacties die duidelijk te onderscheiden zijn van de activiteiten in het kader van de gewone bedrijfsuitoefening en derhalve naar verwachting zelden zullen voorkomen. Grondslagen voor de opstelling van het kasstroomoverzicht Het kasstroomoverzicht wordt opgesteld volgens de indirecte methode. De toelichting op het kasstroomoverzicht vloeit voort uit de toelichting op de individuele posten in de jaarrekening en is daarom niet apart opgenomen. Toelichting Resultaatanalvseop hoofdlijnen Het exploitatieresultaat van boekjaar 2014 bedraagt E negatief en wijkt E in positieve zin af van het begrote resultaat van E negatief. Het resultaat is hoofdzakelijk positief bei`nvloed door een incidentele belastingteruggaaf en een nagekomen aanpassing van de bekostiging personeels- en arbeidsmarktbeleid. Het resultaat is hoofdzakelijk negatief beïnvloed door een eenmalige bijdrage aan het samenwerkingsverband passend onderwijs, een boekverlies op de materiële vaste activa van twee opgeheven scholen (n.a.v. fusies) en een in 2014 ontstaan knelpuntenbudget met dekking vanuit de bestemmingsreserve. Zonder de invloed van deze posten zou het resultaat uitgekomen zijn op negatief, met een afwijking ten opzichte van de begroting van E positief. In het jaarverslag (hoofdstuk 6) zijn gedetailleerde analyses opgenomen van het resultaat Jaarrekening 2014 Pagina 5

59 A.1.1 Balans per 31 december 2014 (na ven/verkíng resultaatbestemming) 1. Activa 31 december december Materiële vaste activa Totaal vaste activa Vorderingen Liquide middelen Totaal vlottende activa Totaal activa Jaarrekening 2014 Pagina 6

60 2. Passiva 31 december december 2013 I Eigen vermogen Voorzieningen Kortlopende schulden Totaal passiva Jaarrekening 2014 Pagina 7

61 A.1.2 Staat van baten en lasten over 2014 Realisatie 2014 Begroting 2014 Realisatie Baten 3.1 Rijksbijdrage OCW 3.2 Overige overheidsbijdragen 3.5 Overige baten Totaal baten Lasten 4.1 Personeeislasten 4.2 Afschrijvingen 4.3 Huisvestingslasten 4.4 Overige lasten Totaal lasten Saldo baten en lasten Financiële baten en lasten Netto resultaat Jaarrekening 2014 Pagina 8

62 A.1.3 Kasstroomoverzicht Kasstroom uit operationele activiteiten Resultaat voor financiële baten en lasten Aanpassingen voor: - Afschrijvingen Mutaties voorzieningen Veranderingen in vlottende middelen.' - Vorderingen Kortlopende schulden Totaal kasstroom uit bedrijfoperaties Ontvangen interest Totaal kasstroom uit operationele activiteiten Kasstroom uit investeringsactiviteiten (Des)investeringen materiële vaste activa Totaal kasstroom uit investeringsactiviteiten Mutatie liquide middelen Beginstand liquide middelen Mutatie liquide middelen Eindstand liquide middelen Jaarrekening 2014 Pagina 9

63 i i l A.1.4 Toelichting op de balans per 31 december Activö 1.2 Mate-riele vaste activa Mutaties 2014 i Aanschaf- Afscnrijvingen Eioekwaarde Im/es» Desinves- Afschrlj- Aanscna? Afschrijvingen Boelcwaarde pe waarde per 31 tot en met 31 per 31 terlngen leringen vingen waarde per 31 tot en met december ` deceniber 2013 december 2013 december 2013 decernber 2014 december E Gsbduwen terreinen en ~ ~ > 1_2"2 Inventaris en apparatuur " Overige vaste bedrijfs~ middelen l.228" Materiële vaste activa ~ i Onder inventaris en apparatuur vallen de posten Meubilair en1lct middelen. Onder overige vaste bedrijfsmiddelen vallen investeringen in dnderwijsieerpal<l<et en vervoermiddelen. Duurzamen goederen werden geactiveerd bij een aanscnafwaarde boven de 61500,-. l i i Jaarrekening 2014 pagina 10

64 1.5 Vorderingen 31 december december Vorderingen OCW De vordering OCW heeft betrekking op de overlopende posten vanuit de personele lumpsum, impulsgebieden en P&A beleid Overige overheden Overige overlopende activa Ven/angíngsfonds Overiopende activa Totaal Vorderingen De vorderingen hebben een looptijd korter dan 1 jaar. 1.7 Liquide middelen 31 december december Banken Eigen vermogen Mutaties 2014 Boekwaarde per 31 Boekwaarde december Bestemming Overige per resultaat mutaties december Algemene reserve Bestemmingsreserve overig De bestemmingsreserve overig is gevormd uit de bijzondere en aanvullende incidentele bekostiging algemeen en werkgelegenheid jonge leerkrachten die in 2013 zijn ontvangen Jaarrekening 2014 Pagina 11

65 ' 2.2 Voorzieningen Boekwaarde per 31 december 2013 Mutaties 2014 Dotaties Onttrekkingen Vrijval Boekwaarde per 31 december 2014 Kortlopende deel Langlopende < 1 jaar deel > 1 jaar Personeel Jubi/ea Overige voorzieningen Onderhoud Kortlopende schulden 31 december december Crediteuren Belastingen en premies sociale verzekeringen Schulden terzake van pensioenen Overige kortlopende schulden Vooruitontvangen termijnen OCW niet geoormerkt Over/opende passiva mbt Vakantíegeld Over/opende passiva algemeen Totaal overlopende passiva Totaal kortlopende schulden De kortlopende schulden hebben een looptijd korter dan 1 jaar Jaarrekening 2014 Pagina 12

66 2.5 Niet uit de balans blijkende verplichtingen Dit betreft een schoonmaakovereenkomst van jaarlijks Dit contract is afgesloten per 1 november 2012 voor de duur van 2 jaar, met het recht de overeenkomst met één jaar te verlengen tot maximaal 5 jaar Jaarrekening 2014 Pagina 13

67 Mede! G, Overzicht daessubsidses UCW G1 Verantwçordsng van subsidies zonder verrekeningsclausule Totaalbecsrag ontvangen De prestatie is ultimo verslagjaar ccnfc-rm de subssdsebeschíkking Omschrijving taewiizing (6) zn í Geheel uitgevoerd en afgerond Nmg niet gehees afgeronö G2 \ferantwoarding van subssdies met verrekeningsclausuíe G2~A A?epencl per ultimo verslagjaar Totaaí bed rag Ontvangen tm Gmschrijving toewsjzsng (í) 2314 Totaie Te verrekenen kosten 31 december 2014 Aflopend - - G2-B Dooriapend tnt in een valgend \ferssagjaar Totaashedrag Sasde Ontvangen Lasten Omschrijving t Qewsjzêng (ä) 31 december 2013 in Tatale Saldo nog te besteden kosten 31 december 2914 Dmorsopend saarrekening 2014 E Pagina 14

68 Toelichting op de staat van baten en lasten over Baten 3.1 Rijksbijdragen OCW Realisatie 2014 Begroting 2014 Realisatie Rijksbijdragen OCW Niet geoormerkte subsidies Totaal rijksbijdragen via OCW Rijksbijdragen via samenwerkingsverband Totaal rijksbijdragen Overige overheidsbijdragen en -subsidies Realisatie 2014 Begroting 2014 Realisatie Gemeentelijke bijdragen en subsidies Overige overheidsbijdragen Overige baten Realisatie 2014 Begroting 2014 Realisatie Verhuur Overig Jaarrekening 2014 Pagina 15

69 4.1 Personele lasten Realisatie Begroting Realisatie Bruto lonen en sa/ar/'agen Sociale lasten Pensioen/asten Lenen en salarissen Dotat/'es personele vaørzieníngen Persanee/ niet in loondienst Overig Scho/ing/op/eiding Civerlge personele lasten Af: Uil:l<eringe=n Persøneel: Aantal personeelsleden (exclusief vervanging) Aantal fte (exclusief vervanging) Realisatie ,55 Realisatie , Afschrijvíngslaszten Realisatie 2014 Begroting 2014 Realisatie Gebouwen Inventaris en apparatuur Overige materiële vaste activa Onderwljsleerpakket % Huisvestingalasten Realisatie Begroting Realisatie Huur Oncierhoud Water en energie Schoonmaakkosten Heffingen Dataties overige anclernoudsvoorzieningen Overige huisvestingslasten Jaarrekening 2014 Pagina 16

70 4.4 Overige lasten Realisatie Begroting Realisatie Administratie- en beheerslasten Accountantskosten Kantoor- en te/efoonkosten Administratiekantoor Wen/ingskosten 133 ICT kosten Reproductiekosten Kosten kabelexploitant Overige administratie en beheers/asten Inventaris, apparatuur en leermiddelen Inventaris en apparatuur Leermiddelen Overig Representatiekosten Kantinekosten Abonnementen / contributies Medezeggenschapsraad Verzekeringen Projecten Diverse kosten Boekverlies buitengebruikstelling vaste activa Financiële baten en lasten Realisatie 2014 Begroting 2014 Realisatie Rentebaten Jaarrekening 2014 pagina 17

71 A.1.7 Overzicht verbonden part ]en Per 31 december 2014 is er geen sprake van verbonden partijen Jaarrekening 2014 pagina 13

72 A.1.8 Wet normering bezoldiging topfunctionarissen publieke en semipublieke sector VERMELDING TOPFUNCTIONARISSEN EN GEWEZEN TOPFUNCTIONARISSEN 1 (vermelding alle bestuurders met dienstbetrekking) Naam Voorzitter Ingang Einde Omvang Beloning Belastbare Voorziening Uitkering Toelichting j/n dienst- dienst- dienst- 6 onkosten- beloning op beëindiging verband verband verband vergoeding termijn dienstverband in l-"fe M.H. Mulder , via salarisadministratie VERMELDING TOPFUNCTIONARISSEN EN GEWEZEN TOPFUNCTIONARISSEN 2 (vermelding alle bestuurders zonder dienstbetrekkin 9) Naam Voorzitter Ingang Einde dienst-omvang Beloning Belastbare j/n dienst- verband dienst- 6 onkostenverband verband vergoeding in l-"te 6 Voorziening Uitkering Toelichting beloning op beëindiging termijn dienstverband J.H. Sauer A.C.S. de Vries I.J. Spekreijse J.B. van Klinken M.D.M. Stadhouders VERMELDING TOEZICHTHOUDERS (lid van het hoogste toezichthoudende orgaan) Naam Voorzitter Ingang Einde Beloning Belastba re j/n functie- functie- 6 onkostenvervulling vervulling vergoeding 6 Voorziening Uitkering Toelichting beloning op beëindiging termijn dienstverband 6 6 n.v.t. - - VERMELDING NIET-TOPFUNCTIONARISSEN (andere functionarissen van wie de bezoldiging c.q. de ontslagvergoeding de norm overschrijdt) Functie- omschrijving Ingang Einde dienst~omvang Beloning Belastbare Voorziening Uitkering Toelichting dienst- verband dienst- 6 onkosten- beloning op beëindiging verband verband vergoeding termijn dienstverband in FTE n.v.t VERMELDING NIET-TOPFUNCTIONARISSEN (zelfde opgave als hierboven, maar dan over het voorgaande verslagjaar) Functie- omschrijving Ingang Einde dienst~omvang Beloning Belastbare Voorziening Toelichting dienst- verband dienst- 6 onkosten- beloning op verband verband vergoeding termijn in FTE 6 6 n.v.t Jaarrekening 2014 Pagina 19

73 Overige gegevens Bestemming van het resultaat Het voorstel voor de resultaatbestemming is als volgt: wordt onttrokken aan de algemene reserve E wordt onttrokken aan de bestemmingsreserve overig É Gebeurtenissen na balansdatum Er zijn geen gebeurtenissen na balansdatum die van invloed zijn op de waardering van de in de balans getoonde posten of het resultaat Jaarrekening 2014 pagina 20

74 Gegevens over de rechtspersoon Algemene gegevens Bestuursnummer Naam instelling Stichting Wolderwijs Adres Postadres Postcode Plaats Telefoon Fax adres Website Dijkhuizen 28 Dijkhuizen AK Ruinerwold wijs.n vvww.woldervvijs.nl Contactpersoon Telefoon Fax adres De heer M.H. Mulder derwijs.nl BRIN-nummers OQHG 092V 10RY 10UN 11GK 11SC 12CO 12TS 18lJ 18KF 18KU 18NN 't Echtenest De Vaarboom (per opgeheven) Reestzicht (m.i.v : De Klimtoren) 't Oelebröd De Bosrand De Lindert (per opgeheven) Esdalschool (m.i.v : Het Veldboeket) Het Groene Hart De Wezeboom De Dissel De Rozebottel De Horst Jaarrekening 2014 Pagina 21

75 Deloitte Accountants B.V. Eemsgolaan DW Groningen Postbus AZ Groningen Nederland Tel: Fax: oitte.nl Controleverklaring van de onafhankelijke accountant Aan: het bestuur van Stichting Openbaar Primair Onderwijs De Wolden Verklaring betreffende de jaarrekening Wij hebben de (in dit verslag opgenomen) jaarrekening 2014 van Stichting Openbaar Primair Onderwijs De Wolden te Ruinerwold gecontroleerd. Deze jaarrekening bestaat uit de balans per 31 december 2014 en de staat van baten en lasten over 2014 met de toelichting, waarin zijn opgenomen een overzicht van de gehanteerde grondslagen voor?nanciële verslaggeving en andere toelichtingen. Verantwoordelijkheid van het bestuur Het bestuur van de entiteit is verantwoordelijk voor het opmaken van de jaarrekening die het vermogen en resultaat getrouw dient weer te geven, in overeenstemming met de Regeling jaarverslaggevingonderwijs, alsmede voor het opstellen van het jaarverslag in overeenstemming met de Regeling jaarverslaggevingonderwijs. Het bestuur is tevens verantwoordelijk voor de financiële rechtmatigheid van de in de jaarrekening verantwoorde baten, lasten en balansmutaties.dit houdt in dat deze bedragen in overeenstemming dienen te zijn met de in de relevante wet- en regelgeving opgenomen bepalingen. Het bestuur is voorts verantwoordelijk voor een zodanige interne beheersing als het noodzakelijk acht om het opmaken van de jaarrekening en de naleving van die relevante wet- en regelgeving mogelijk te maken zonder afwijkingen van materieel belang als gevolg van fraude of fouten. Verantwoordelijkheid van de accountant Onze verantwoordelijkheid is het geven van een oordeel over de jaarrekening op basis van onze controle, als bedoeld in artikel 171, lid 4 van de Wet op het primair onderwijs. Wij hebbenonze controle verricht in overeenstemming met Nederlands recht, waaronder de Nederlandse controlestandaardenen het onderwijsaccountantsprotocolocw/ez Dit vereist dat wij voldoen aan voor ons geldende ethische voorschriften en dat wij onze controle zodanig plannen en uitvoeren dat een redelijke mate van zekerheid wordt verkregen dat de jaarrekening geen afwijkingen van materieel belang bevat. Een controle omvat het uitvoeren van werkzaamhedenter verkrijging van controle-informatie over de bedragenen de toelichtingen in de jaarrekening. De geselecteerde werkzaamheden zijn a?iankelijk van de door de accountant toegepaste oordeelsvorming,met inbegrip van het inschatten van de risico's dat de jaarrekeningeen afwijking van materieel belang bevat als Deloitte Accountants B.V. is ingeschreven in het handelsregister van de Kamer van Koophandel te Fl "e'dam O?def "U""" f Member ol Deloitte Touche Tohmatsu Limited /CVO355-37

76 gevolg van fraude of fouten. Bij het maken van deze risico-inschattingen neemt de accountant de interne beheersing in aanmerking die relevant is voor het opmaken van de jaarrekening en voor het getrouwe beeld daarvan alsmede in het kader van de?nanciële rechtmatigheid voor de naleving van die relevante wet- en regelgeving, gericht op het opzetten van controlewerkzaamhedendie passend zijn in de omstandigheden. Deze risico-inschattingen hebben echter niet tot doel een oordeel tot uitdrukking te brengen over de effectiviteit van de interne beheersing van de entiteit. Een controle omvat tevens het evalueren van de geschiktheid van de gebruikte grondslagen voor financiële verslaggeving en de gebruikte financiële rechtmatigheidscriteria en van de redelijkheid van de door het bestuur van de entiteit gemaakte schattingen, alsmede een evaluatie van het algehelebeeld van dejaarrekening. Wij zijn van mening dat de door ons verkregen controle-informatie een onderbouwing voor ons oordeel te bieden. voldoende en geschikt is om Oordeel betreffende de jaarrekening Naar ons oordeel geeft de jaarrekening een getrouw beeld van de grootte en de samenstelling van het vermogen van Stichting Openbaar Primair Onderwijs De Wolden per 31 december 2014 en van het resultaat over 2014, in overeenstemming met de Regeling jaarverslaggeving onderwijs. Voorts zijn wij van oordeel dat de in deze jaarrekening verantwoorde baten, lasten en balansmutaties over 2014 in alle van materieel belang zijnde aspecten voldoen aan de eisen van?nanciële rechtmatigheid. Dit houdt in dat de bedragen in overeenstemming zijn met de in de relevante wet- en regelgeving opgenomen bepalingen, zoals vermeld in paragraaf Referentiekader van het onderwijsaccountantsprotocol OCW/EZ Verklaring betreffende overige bij of krachtens de wet gestelde eisen Ingevolge artikel 2:393, lid 5 onder e en f van het BW vermelden wij dat ons geen tekortkomingen zijn gebleken naar aanleiding van het onderzoek of het jaarverslag, voor zover wij dat kunnen beoordelen, overeenkomstig de Regeling jaarverslaggeving onderwijs en paragraaf Jaarverslag van het onderwijsaccountantsprotocol OCW/EZ 2014 is opgesteld, en of de in artikel 2:392, lid 1 onder b tot en met h van het BW vereiste gegevens zijn toegevoegd. Tevens vermelden wij dat het jaarverslag, voor zover wij dat kunnen beoordelen, verenigbaar is met de jaarrekening zoals vereist in artikel 2:39l, lid 4 van het BW.

77 Groningen, 11 mei 2015 Deloitte Accountants B.V. Was getekend: J.S. Huizinga RA

78 ` à A 4 f l~-~,v M 7961 a V 32 ' 5 _-"""»"W"l"W~-"-" > _?emeenre weweiden WM f inçgekerrlenz É3 Käßk M V M3 jg """"" -*Q É ló sg 5% College van B&W gemeente Pmtbus zo > we g W fr L Li isw \ De Walder;,\"""f?il?7? Wll%vLvv`å-fei@"f*l>f"2_l"f,fW aljknaszen ze Ar Rumerwo la W AT/ O AA Zuidwolde info@welclerwljs.nl W www"welderwije.nl i KVK:OIlf"l66l82 lelant NL3()BNGHOZå.fs>l" BMI: BNGHNLZG Bijlage :Jaarverslag 2014 Stichting Wolderwijs (veraie 1.2) Behandeld door : D.l_.C. lslek Telefonnnr. : Onderwerp : Goedkeuring jaarverslag 2014 Verzonden : Ruinerwold, 12 mei Geaeht college, Bljgeveegd doen wij u een exemplaar tnekemen van het jaarverslag 2014 van Stichting versie 1.2, zoals deze is vastgesteld daer het bestuur op 11 mei Welderwijs, Op het jaarverslag heeft accountantacontrole plaatsgevonden, met als conclusie een goedkeurende contrdleverklaring. Deze verklaring maakt onderdeel uit van het jaarverslag. Wij verzoeken u het jaarverslag in behandeling te nemen en vast te stellen. Wij antvangen graag een schriftelijke bevestiging. hiervan Wij vertrøuwen erop u hiermee voldoende te hebben geïnfdrmeerd. li/let vriendelijke greet,.m Stlcb É la " ""m.r""""""f" ik à l.mulder lgemeen directeur l I! É l l l v l ac Gé a fr :fa _ *ie we r "" M M 'l " Zøyëfânaw

79 Voorstel voor de Raad Datum raadsvergadering : 8 oktober 2015 Agendapuntnummer : XII, punt 5 Besluitnummer : 1833 Portefeuillehouder : Wethouder Mirjam Pauwels Aan de gemeenteraad Onderwerp: Ontwikkeling Integrale Kindcentra (IKC) Samenvatting: Direct voorafgaande aan het faillissement van de Speelwerkgroep in december 2013 zijn alle activiteiten in het kader van het peuterspeelzaalwerk en kinderopvang overgenomen door Travers/Doomijn te Zwolle. Om een doorgaande ontwikkel- en leerlijn en het aanbieden van passende arrangementen voor alle kinderen van 0 tot 12 jaar te realiseren in Integrale Kindcentra, is door de Stichting Kindcentra De Wolden (Wolderwijs, VCPOZD en St. Welzijn) getracht de activiteiten van Travers/Doomijn over te nemen. Deze intentie tot overname is om verschillende redenen niet geeffectueerd. Momenteel ligt vergevorderde planvorming van de Stichting Wolderwijs en verkennende planvorming van de VCPOZD voor om de bestaande brede scholen te gaan ontwikkelen naar Integrale Kindcentra. Dit is één van de speerpunten uit het collegeprogramma gericht op het versterken van ontwikkelkansen voor kinderen en jongeren. Om deze reden wil het college de planvorming, ter realisatie van 5 integrale kindcentra, vanuit de Stichting Kindcentra De Wolden ondersteunen met een éénmalige stimuleringsbijdrage. Fase van besluitvorming: Besluitvormend. Ontwerpbesluit: a. Kennisnemen van de ontwikkeling m.b.t. IKC Wolderwijs; b. Voor de IKC ontwikkeling in de Wolden een éénmalig bedrag van maximaal ,- beschikbaar stellen conform dekkingsvoorstel, aan de Stichting Kindcentra De Wolden ter realisatie van 5 IKC vanuit de huidige brede scholen. Inleiding en aanleiding: Inleiding: uit het Collegeprogramma Dichtbij & Vitaal op eigen kracht Voor een vitaal platteland en de sociale cohesie in de dorpen is het voortbestaan van een school van groot belang. Ons streven is dan ook om de scholen zo lang mogelijk in de dorpen te behouden. Door de veranderende samenstelling van de bevolking daalt het aantal leerlingen geleidelijk. Hierdoor moeten schoolbesturen keuzes maken uit oogpunt van kwaliteit en kosten. Daarnaast is het van belang dat de brede scholen zich verder ontwikkelen naar integrale kindcentra. Daarin zien wij voor de Stichting Kindcentra De Wolden een belangrijke rol weggelegd. We willen ook een koppeling maken tussen het binnenschools en buitenschools leren. De komende jaren zetten we in op de verdere ontwikkeling van het brede schoolnetwerk. De versterking is gericht op het verbeteren van de ontwikkelingskansen van kinderen en met name de positie van kwetsbare kinderen. Door de verbinding te leggen met de buurtteams van de stichting Pagina 1 van 5

80 Welzijn, de lokale verenigingen en organisaties in de dorpen kan het brede schoolnetwerk zorgdragen voor voldoende kansen voor alle kinderen. Er kan ook een belangrijke signaleringsfunctie uitgaan van deze netwerkverbinding als het gaat om bijvoorbeeld opvoedingsproblemen. Aanleiding: Direct voorafgaande aan het faillissement van de Speelwerkgroep heeft de Stichting Travers/Doomijn alle activiteiten in het kader van de Kinderopvang en het Peuterspeelzaalwerk via de curator overgenomen. De na het faillissement opgerichte Stichting Kindercentra De Wolden (waarin vertegenwoordigd; Wolderwijs, VCPOZD en de Stichting Welzijn de Wolden) heeft geprobeerd deze activiteiten van Travers/Doomijn over te nemen. Na het sluiten van een intentieovereenkomst is uit het boeken onderzoek gebleken dat de kosten en de risico s dermate groot werden ingeschat dat van de intentie werd afgezien. Ook de demografische prognoses en de afnemende vraag naar kinderopvang hebben hierin een rol gespeeld. Travers/Doomijn heeft om die reden met ingang van het aantal gehuurde vierkante meters kinderopvangruimte, binnen de accommodaties in de Wolden, vrijwel gehalveerd. De Stichting Wolderwijs heeft vanuit deze nieuwe situatie, met in ogenschouw een aantal landelijke ontwikkelingen o.a. groep-0 en de voorschool in Rotterdam en Emmen, het initiatief naar zich toegetrokken om de bestaande openbare brede scholen in de Wolden te gaan ontwikkelen naar Integrale Kindcentra. Ook het VCPOZD heeft aansluiting gezocht bij de plannen van Wolderwijs en heeft uitgesproken een soortgelijke beweging te willen maken. Wolderwijs heeft een visiedocument en een businessplan IKC Wolderwijs opgesteld welke op 11 mei 2015 in het bestuur van Wolderwijs zijn besproken. Het bestuur van de Stichting Wolderwijs heeft ingestemd met dit initiatief. De directie van Wolderwijs heeft op grond hiervan een optie genomen tot huur van de vrijvallende ruimten voor kinderopvang binnen de brede scholen. Uit de samenvatting van het businessplan van de Stichting Wolderwijs komt het volgende naar voren: Wolderwijs heeft de ambitie om vanaf het schooljaar (per ) te starten met 4 IKC s in de dorpen Zuidwolde, de Wijk, Ruinen en Ruinerwold. Daarvoor moet Wolderwijs (middels een nevenstichting) kinderopvang gaan exploiteren. Wolderwijs gaat iedere middag vanaf 14:00 uur opvang bieden à 6,50 - per uur hetgeen concurrentieel is ten opzichte van de meest gehanteerde opvangtarieven in De Wolden. Ook zal er aan 2 tot 4-jarigen een opvang(kinderopvang en Peuterspeelzaalwerk) geboden worden conform het HKZ-handboek en de Wet Kinderopvang Kwaliteitseisen Peuterspeelzaalwerk. De inhoudelijke programma s van de opvang en het Peuterspeelzaalwerk sluiten naadloos aan bij het onderwijs, zeker daar waar het VVE betreft. Wolderwijs verwordt hierdoor op termijn van onderwijsinstelling tot maatschappelijk ondernemer met een breed pakket aan kinddiensten, die onder één curriculum worden aangeboden. In Ruinen en De Wijk zijn per direct respectievelijk 1 en 2 lokalen beschikbaar (onderwijsbestemming), hetgeen de huisvestingsbehoefte dekt. Om IKContwikkeling in Zuidwolde en Ruinerwold mogelijk te maken is qua huisvesting de instemming en medewerking van de gemeente nodig. Bij de start op zal het onderwijs autonoom en authentiek blijven functioneren en zullen de andere kinddiensten er om heen ontwikkeld en geëxploiteerd worden. Op langere termijn (vanaf schooljaar ) zullen onderwijs en de andere kinddiensten steeds meer gaan integreren en intensief samenwerken om de ontwikkelingskansen van kinderen te optimaliseren en wel op basis van één gezamenlijk curriculum, één multidisciplinair team, één plan, Pagina 2 van 5

81 één aanpak. Adequate IKC s zullen op termijn bijdragen aan een passende ontwikkeling van kinderen, goede facilitering van de ouders en de leefbaarheid van de dorpen in de gemeente De Wolden. Stichting Wolderwijs is zich bewust van de aanzuigende werking van IKC s, maar kan deze ontwikkeling niet langer voor zich uitschuiven. De krimp vraagt om herbezinning op kritische massa van voorzieningen, om überhaupt onderwijs en andere voorzieningen op peil te houden in de afzonderlijke dorpen. Middels satelliet-werking worden verbindingengemaakt tussen de IKC s en de dorpen waar geen IKC s zijn. Bij deze werkwijze als een fijnmazige samenspel ontstaan een IKC, de lokale basisschool, de activiteiten vanuit de brede school coördinator, de combinatiefunctionarissen, het lokale verenigingsleven. Dit alles past in de uitdaging om de komende jaren 21ste eeuwse vaardigheden op een passende wijze te ontwikkelen, waarbij ouders gelijkwaardige opvoedpartners van de professionals zijn. Wolderwijs biedt ieder kind een optimale ontwikkeling van hun kwaliteiten en talenten en biedt alle leerlingen en hun leerkrachten een veilig en plezierig schoolklimaat. Ieder kind is welkom in Wolderwijs en het kind staat centraal. IKC-vorming binnen gemeente De Wolden sluit aan bij deze missie. De kinderopvang die Wolderwijs gaat bieden zal vanuit dezelfde missie te werk gaan en op lange termijn integreren met het onderwijs. Het strategische bestuursbeleid vanuit de opvang zal vergelijkbaar met het beleid vanuit het onderwijs. Problemen of vraagstukken: De Stichting Wolderwijs heeft geen middelen beschikbaar binnen hun begroting of reserves die gebruikt kunnen worden ter dekking van de éénmalige aanloopkosten. Het nu aantrekken van vreemd vermogen in deze opstartfase is niet voor de hand liggend gezien de marktontwikkelingen, het maatschappelijk karakter van de activiteiten en de zeer korte beslistermijn. Wolderwijs doet daarom een beroep op de gemeente ter financiering van de aanloopkosten. Aangezien er momenteel voldoende en adequate middelen en voorzieningen zijn ontwikkeld voor het PSZW in de Wolden ligt het niet in de rede dat de gemeente een nieuwe aanbieder met een structurele subsidie gaat ondersteunen. De gemeente zou hiermee indirect bijdragen aan een verstoring van de bestaande structuur. Daarnaast zou het gezien de komende harmonisatie (wet OKE) tussen het PSZW en de Kinderopvang niet een logische stap zijn. De bestaande subsidierelatie tussen de gemeente De Wolden en Travers/Doomijn voor het PSZW zal dan ook tot aan de invoering van de Wet OKE worden gecontinueerd. Vanuit de ontwikkeling van het Brede scholen netwerk en het door ontwikkelen van de fysieke brede scholen naar Integrale Kindcentra (CP ) liggen er voldoende mogelijkheden. Deze mogelijkheden dienen vanuit een integraal perspectief te worden beoordeeld. Daarnaast moeten ze naadloos aansluiten bij de ontwikkelingen die al in gang zijn gezet. Zowel de partners als de gemeente sturen aan op 2 centrale doelen: Het realiseren van een doorgaande ontwikkel- en leerlijn voor alle kinderen van 0 tot 12 jaar. Het aanbieden van arrangementen waardoor de ontwikkeling van alle kinderen wordt ondersteund. Nu een overname van bestaande activiteiten van Travers/ Doomijn door de Stichting Kindcentra De Wolden niet kan worden gerealiseerd is de voorliggende planontwikkeling een goed alternatief om op termijn de bestuurlijke doelen te realiseren. Het sluit daarnaast aan bij de bestaande ontwikkelingen en vraagstukken. Hierbij kan o.a. gedacht worden aan Pagina 3 van 5

82 De subsidierelatie met de Stichting Welzijn de Wolden met als doel de ontwikkeling van het Brede Scholen netwerk en de in het kader van de Wet op de Jeugdzorg versterking van het voorliggend veld De ontwikkeling van buurtteams en het Sociaal Team (integrale toegang). De ontwikkeling van het CJG en het schoolmaatschappelijk werk De inzet van cultuurcoaches en de sportcombinatiefunctionarissen De achterstanden die zijn ontstaan in de Voor- en Vroegschoolse Educatie ( VVE) na het faillissement van de Speelwerkgroep Het teruglopend bereik van Kinderopvang en PSZW. Vanuit deze optiek is het goed verdedigbaar dat een éénmalige substantiële bijdrage door de gemeente kan worden gedaan aan de Stichting Kindcentra de Wolden om een start in de ontwikkeling van brede scholen naar IKC s mogelijk te maken. Hierbij kan door de Stichting Kindcentra De Wolden gestart worden met het uitgewerkte initiatiefvoorstel van de Stichting Wolderwijs. Voor de gemeente is hierbij van belang dat: 1. Er een verbinding wordt gelegd met de bestaande door de gemeente gesubsidieerde ontwikkelingen gericht op het ondersteunen van kwetsbare kinderen en jongeren. 2. Er vanuit de vroeg-signalering een belangrijke schakelfunctie ontstaat in de versterking van het voorliggend veld. Hiermee krijgt het Centrum voor Jeugd & Gezin/schoolmaatschappelijk werk een directe ingang. 3. Door in te stemmen met dit plan ook andere initiatieven van Onderwijsbesturen met een gelijk doel vrij eenvoudig kunnen worden ondersteund. 4. De centrale doelen, doorgaande ontwikkel- leerlijn & het aanbieden van ondersteunende arrangementen worden gerealiseerd. 5. Het bereik met name in de voorschoolse periode wordt vergroot zodat in beginsel ieder kind optimale ontwikkel- en leer kansen krijgt. Beoogd effect: Door het initiatief te ondersteunen geeft het College inhoud aan het geen in het Collegeprogramma is opgenomen en zoals dit in de Inleiding is verwoord. De maatschappelijke effecten van deze ontwikkeling zullen op termijn leiden tot een groot aantal positieve effecten in het ontwikkelen van kinderen naar volwassenheid. Gelijke ontwikkelkansen voor alle kinderen is een belangrijk sociaal doel ter realisatie van volwaardig burgerschap. Ontwerpbesluit: toelichting en argumentatie: Toelichting ontwerpbesluit: Door in te stemmen met het besluit wordt een flinke impuls gegeven waarmee een aantal beleidsthema s aan elkaar worden verbonden. Dit bevordert de integraliteit in het bieden van ontwikkelkansen aan kinderen. Argumenten ontwerpbesluit: Door te kiezen voor de Stichting Kindcentra De Wolden als partner kan op een eenduidige wijze de integraliteit worden bewaakt. Daarnaast is de Stichting Welzijn in deze stichting vertegenwoordigd welke fungeert als eerste contractpartner van de gemeente op tal van aanpalende beleidsvelden zoals, Brede Scholen Netwerkontwikkeling, CJG, WMO, Maatschappelijk Werk, Jeugd & Jongerenwerk, inzet combinatiefunctionarissen en cultuurcoaches. Daarnaast kan door deze keuze het laten aansluiten van overige schoolbesturen in onze gemeente op deze ontwikkelingen, qua neutraliteit, voldoende worden geborgd. Alternatief beleid: Niet meewerken aan dit initiatief maar afwachten totdat de partners elkaar hebben Pagina 4 van 5

83 gevonden om tot een goede samenwerking te komen. Gezien de ervaringen het afgelopen anderhalf jaar en de voorgeschiedenis is dit op korte termijn niet te verwachten. Financiële effecten: De realisatie van de 4 IKC door Wolderwijs vraagt bij een maximale opzet een voorfinanciering van +/ Indien voorlopig gestart wordt in de dorpen Ruinen en De Wijk, zal dit bedrag aanzienlijk kleiner zijn: (+/- 65%). Daarnaast moet ook rekening worden gehouden met initiatieven door de VCPOZD om hun brede school aan de Heidelaan te Zuidwolde als een gelijkwaardige locatie te kunnen ontwikkelen. De meerkosten van 1 extra IKC kunnen worden begroot op ,-. Hiermee is het totaal te begroten bedrag voor IKC ontwikkeling te ramen op ,- Dekkingsvoorstel: Ter dekking een éénmalige onttrekking doen tot een bedrag van ,- aan de overhevelde middelen 2014 t.b.v. Voor Vroegschoolse Educatie en daarnaast een éénmalig bedrag van ,- beschikbaar te stellen ten laste van de reserve Sociaal Domein. Juridische effecten: De bestaande relaties met partners in het werkveld blijven ongewijzigd in stand. Zowel qua subsidieverlening als verhuur. Wanneer het IKC vorm krijgt, zullen de activiteiten voor een deel onder de Wet Kwaliteitseisen Kinderopvang en Peuterspeelzalen vallen. Dit betekent dat ze geregistreerd moeten worden in het LRKP. Als er sprake is van huur van ruimte van de gemeente ontstaat een huurrelatie. Participatie- en communicatieparagraaf: (in te vullen aan de hand van de menukaart) N.v.t. Fatale termijnen: Z.s.m. Bijlagen: (alleen digitaal) Visiedocument IKC Wolderwijs; Businessplan IKC Wolderwijs. Zuidwolde, 24 september 2015 Burgemeester en wethouders van De Wolden, secretaris Nanne Kramer burgemeester Roger de Groot Pagina 5 van 5

84 Ontwerp Nr. XII / 5 De raad van de gemeente DE WOLDEN; gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 24 september 2015; Besluit: a. Kennis te nemen van de ontwikkeling m.b.t. IKC Wolderwijs; b. Voor de IKC-ontwikkeling in De Wolden een éénmalige bijdrage van maximaal ,- beschikbaar te stellen, conform dekkingsvoorstel, aan de Stichting Kindcentra De Wolden. Zuidwolde, 8 oktober 2015 De raad voornoemd, griffier, drs. I.J. Gehrke voorzitter, R.T. de Groot Pagina 1 van 1

85 Businessplan IKC s Wolderwijs Vooraf Na het vaststellen van het visiedocument IKC Stichting Wolderwijs op heeft het bestuur van Stichting Wolderwijs (Wolderwijs) opdracht gegeven tot het opstellen van een businessplan. In het business plan wordt de haalbaarheid van de start van 4 integrale kindcentra (IKC) in Ruinen, De Wijk, Zuidwolde en Ruinerwold onderzocht. Het uitgangspunt is een doorontwikkeling van de aanwezige brede scholen tot IKC s en wel voor , bij de start van het nieuwe schooljaar. Het is de ambitie van Wolderwijs deze IKC s zelf te exploiteren. Hiervoor zal de organisatiestructuur aangepast worden. Wolderwijs richt zich met name op de kinderen en ouders, die (gaan) kiezen voor of gebruik maken van openbaar onderwijs. Wolderwijs verwordt hierdoor op termijn van onderwijsinstelling tot maatschappelijk ondernemer met een breed pakket aan kinddiensten, die onder één curriculum worden aangeboden. Bij de start op zal het onderwijs autonoom en authentiek blijven functioneren en zullen andere kinddiensten er om heen ontwikkeld en geëxploiteerd worden. Op langere termijn zullen onderwijs en derden steeds meer gaan integreren en intensief samenwerken om de ontwikkelingskansen van kinderen te optimaliseren. In eerste instantie zullen de Wolderwijs IKC s zich richten op kinderen vanaf 2 jaar. Op langere termijn bestaat er de mogelijkheid om opvang binnen Wolderwijs mogelijk te maken voor kinderen van 0 tot 2.5 jaar. In de exploitatiebegrotingen is een veilige marge aangehouden m.b.t. het aantal potentiële kindplaatsen. Hieruit blijkt dat een lancering van vier IKC s, met deze veilige marges, r endabel te exploiteren is, ondanks de uitsluiting van de leeftijdsgroep 0-2. Deze totaal dienstverlening wordt zo ontwikkeld dat Wolderwijs ook na 2020 e.v. een duurzame toekomst heeft ondanks de gevolgen van de demografische krimp van 17%. IKC s dragen bij aan de levensvatbaarheid van kleine kernen en behoudt van een passend, rijk gevarieerd aanbod aan kinddiensten in de thuis-nabijheid van kinderen en hun ouders. Dienstverlening vanuit een ondernemerschap, ook al is het vanuit maatschappelijk karakter, vereist dat de onderneming aan een zestal uniforme items voldoet. Deze items bepalen de kaders van dit ondernemersplan en zijn derhalve door de tekst geweven. Wolderwijs kiest voor een ontwikkelingsperiode van om de IKC s en hun werking/effect voor de dorpen, waar geen IKC s zijn, stap voor stap te ontwikkelen. De (toekomstige) ouders zijn naast de Wolderwijs medewerkers de belangrijkste stakeholders. Zij zijn elkaars partner in de ontwikkeling van de kinderen in De Wolden. Het proces om tot IKC s te komen is ietwat top-down gestart, maar vindt zich legitimering in het meerjarenbeleidsplan van Wolderwijs. Na een go op dit businessplan worden alle geledingen en stakeholders volgens de in de bijlage beschreven processtructuur actief bij het proces betrokken. Beilen, Vereijken Advies De Stroom 29, 9411 MB Beilen Peter Vereijken Thom Roozenbeek adviseur, proces/projectmanager onderzoeker, junior adviseur peter.vereijken@gmail.com thomroozenbeek@gmail.com Vereijken Advies De Stroom MB Beilen peter.vereijken@gmail.com / 39

86 Inhoudsopgave Samenvatting en conclusie 3 1: Inleiding 4 2: Uitgangspunten 6 3: Voorwaarden 8 4: Exploitatiebegroting Wolderwijs IKC s 21 5: Slot 24 Bronnen: 25 Bijlage 1: Kinddiensten & Plaatsen in de 4 grote dorpen van De Wolden 26 Bijlage 2: Begrotingen per IKC-locatie 28 Bijlage 3: Het proces van IKC-vorming 33 Bijlage 4: IKC een perspectief- & betekenisvol toekomstscenario 36 Bijlage 5: Visuele weergave toekomstige situatie Wolderwijs 38 Bijlage 6: Samenvatting Businessplan IKC s Wolderwijs 39 Vereijken Advies De Stroom MB Beilen peter.vereijken@gmail.com / 39

87 Samenvatting en conclusie Stichting Wolderwijs is ambitieus om te komen tot IKC s vanaf het schooljaar IKC s kunnen, zeker bij demografische krimp bijdragen tot behoud van kindvoorzieningen in de dorpen van de gemeente De Wolden. De keuze van 4 IKC s met passende satelliet-werking naar de andere dorpen is voor de toekomst een helder scenario. De keuze voor IKC s, bij de start, voor de leeftijd 2-12 jaar is qua snelheid van projectontwikkeling en beperking van investeringslast, zeker te billijken en in conservatieve exploitatiebegrotingen leidt dat generiek tot een positief resultaat. Tijd is een grote risicofactor. De ruimte tussen (besluitvorming) en (daadwerkelijke start) is uiterst beperkt. Met goed, stevig projectmanagement is dit te ondervangen. Processen zullen niet gevolg- maar gelijktijdig uitgevoerd moeten worden. Een top-down-achtige projectbenadering is niet te voorkomen. Bij de start worden opvang-kinddiensten rondom het (autonoom, op zich zelfstaand) onderwijs georganiseerd en geëxploiteerd. In de ontwikkelfase zal steeds meer integratie plaatsvinden, waardoor de scheidslijnen tussen onderwijs en de andere kinddiensten vervagen en in elkaar overgaan. Dit zijn in het begin vooral inhoudelijke ontwikkelprocessen, waar alle stakeholders bij betrokken zijn. De ontwikkeling van één gemeenschappelijk curriculum is de basis. Adequate IKC s zullen op termijn bijdragen aan een passende ontwikkeling van kinderen en goede facilitering van de ouders in De Wolden. Stichting Wolderwijs richt zich met haar IKC s op kinderen en ouders die kiezen voor openbaar onderwijs, maar sluit andere kinderen niet uit. De doorgaande, ononderbroken ontwikkelingslijn van 0 dan wel 2 tot 13 jaar is de ruggengraat van het IKC-plan: één curriculum, één multidisciplinair team, één plan, één aanpak, één aanbod aan activiteiten, één gebouw, één organisatie per IKC/dorp en dat met ouders als daadwerkelijke opvoedpartners en stevige stakeholders. Op zal niemand zeggen dat het makkelijk was, maar wel: goed dat we het toch gedaan hebben!, ondanks alle beren in mei 2015 op het pad. Vereijken Advies De Stroom MB Beilen peter.vereijken@gmail.com / 39

88 1: Inleiding In deze paragraaf komen de missie - visie - doelstelling compact aan de orde. De visie en uitgangspunten zijn eerder in het Visiedocument IKC Stichting Wolderwijs belegd en daar terug te lezen. 1.1 Missie Wolderwijs biedt ieder kind een optimale ontwikkeling van hun kwaliteiten en talenten en biedt alle leerlingen en hun leerkrachten een veilig en plezierig schoolklimaat. Ieder kind is welkom in Wolderwijs en het kind staat centraal. IKC-vorming binnen gemeente De Wolden sluit aan bij deze missie. De kinderopvang die Wolderwijs gaat bieden zal vanuit dezelfde missie te werk gaan en op lange termijn integreren met het onderwijs. Het strategische bestuursbeleid vanuit de opvang zal vergelijkbaar zijn zoals die is weergegeven in figuur 1 (afkomstig uit het Strategisch Beleidsplan ). Figuur Visie op ontwikkelen Een kind is 5000 uur per jaar wakker. Al die tijd is het kind in beweging, ontdekt, is nieuwsgierig en beweegt zich in zijn/haar wereld. Gemiddeld zijn er 940 uur die we als verplichte uren opleggen aan kind en ouders, de leerplicht (WPO). In die tijd wordt het kind geacht te leren lezen, schrijven, rekenen en kennis te nemen van de wereld. Door de jaren heen zijn er veel doelstellingen bijgekomen. Doelen zoals burgerschap, gezondheid, beweging, waarden en normen, samenwerken zijn verschoven van het private - naar het publieke domein. Een reeks van doelen die een leerkracht in een groep/klas alleen niet kan realiseren. Betrokkenen (zoals ouders, pedagogisch medewerkers en trainers bij de sportclub) staan voor de uitdaging om het kind volop kansen te bieden om zich op een goede manier te kunnen ontwikkelen. In de complexiteit van onze huidige samenleving kan dat niet meer vanuit een versnipperd systeem van voorzieningen. Het gaat over samenhang en afstemming waar zoveel mogelijk kinderen/mensen/professionals aan deelnemen. Mensen die onderdeel zijn van het kindnetwerk en dus een belangrijke rol spelen in het leven van het opgroeiende kind. Het bestuur van Wolderwijs onderkent in het visiedocument van de meerwaarde van een IKC in de volgende punten: De doorgaande lijn Een aanbod aan creatieve en sportieve activiteiten na schooltijd VVE: dekkend aanbod Versterking van de begeleiding van de kinderen en ouders De mogelijkheid om vrij te spelen Sociale vaardigheden en respect Combinatiefuncties De multifunctionaliteit van het gebouw Een aanbod van zorg en opvoedingsondersteuning in de directe omgeving Versterking van de sociale cohesie 1.3 Doelen Wolderwijs gaat door slim te combineren, één gedeelde en gezamenlijke visie, één curriculum, één multidisciplinair team, één management, één plan, één dagarrangementen-aanbod, één klanten-relatie netwerk en benadering in een nieuwe juridische structuur duurzaam en rendabel IKC s exploiteren. IKC s vragen een stevige inspanning van alle interne actoren en begrip en aanpassing bij extra netwerkpartners. De IKC s anno 2020 zullen operationeel er anders uitzien dat de start op Wolderwijs kiest voor een groei-model. Eerst naast onderwijs opvang aanbieden, van naast groeit dit stap voor stap uit naar integrale kinddiensten. Medewerkers, kinderen en hun ouders en netwerkpartners moeten de tijd krijgen om te wennen en de nieuwe perspectieven te zien en te ervaren. Vereijken Advies De Stroom MB Beilen peter.vereijken@gmail.com / 39

89 Een IKC is een maatschappelijke onderneming waarin betrokkenen de ontwikkeling van kinderen als centraal uitgangspunt hebben, en kent de volgende definitie: 1. Een IKC is een voorziening voor kinderen van 0 tot met 12 jaar, waar zij gedurende de dag komen om te leren, te spelen, te ontwikkelen en anderen te ontmoeten. 2. Het IKC biedt een totaalpakket op het gebied van educatie, opvang, ontwikkeling, zorg, welzijn en vrije tijd. Een IKC is geen doel op zich, maar een middel om inhoudelijke doelen te bereiken. Het IKC wordt gekenmerkt door de volgende vijf punten: 1. Één organisatie, één aanspreekpunt, één team, één management, één ongedeelde klantengroep Voor ieder kind: ook niet WKKP -kinderen, kinderen uit speciaal onderwijs, e.d. 3. Verbinding met de wijk, thuisnabij, ruime openingstijden (van uur en dat 5x 52 w/pj). 4. Ruime keuzemogelijkheden. 5. Divers ontwikkelingsaanbod, uitgevoerd door een multidisciplinair team. 1 WKKP wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzaalwerk Vereijken Advies De Stroom MB Beilen peter.vereijken@gmail.com / 39

90 2: Uitgangspunten 2.1 Maatschappelijke onderneming Het IKC is een maatschappelijke onderneming die moet voldoen aan 6 voorwaarden, waar iedere onderneming aan moet voldoen: Deze punten zijn belangrijk. Toekomstige handelingen en acties van Wolderwijs zullen in het teken staan van deze zes punten. 1 Tegemoet komen aan een duidelijk gedefinieerde behoeften en/of doelstelling: Het IKC voldoet aan de Wet Kinderopvang Kwaliteitseisen Peuterspeelzaalwerk, staat ingeschreven in het landelijk kinderopvang register en voldoet aan de eisen van de GGD. 2 Voldoen aan maatschappelijke eisen: Een IKC is een voorziening voor kinderen van 0 tot met 12 jaar, waar zij gedurende de dag komen om te leren, te spelen, te ontwikkelen en anderen te ontmoeten. Het IKC biedt een totaalpakket op het gebied van educatie, opvang, ontwikkeling, zorg, welzijn en vrije tijd. 3 De verwachtingen van de klanten bevredigen: Het IKC komt tot stand in een constructieve samenwerking tussen professionals en ouders als gelijkwaardige opvoedpartners. Iedere IKC staat derhalve voor lokaal maatwerk. 4 Beschikbaar zijn tegen concurrerende prijzen: In de IKC s van Wolderwijs zijn de tarieven voor de opvang gelijk of lager dan van gebruikelijke andere opvangorganisaties. De IKC s van Wolderwijs streven naar een regulier tarief maar dan op basis van afname per uur in plaats van per dagdeel. 5 Voldoen aan van toepassing zijnde normen en specificaties: Het IKC werkt met een curriculum waardoor het binnen en buitenschoolse ontwikkeling van kinderen op een natuurlijke wijzen met elkaar verbonden is. 6 Economisch verantwoord leveren: Gezien de beheersing van de kosten (gedeeld en gezamenlijk gebruik van accommodatie, management, multidisciplinair team) kunnen de IKC s met een positief resultaat geëxploiteerd worden. 2.2 Demografische gegevens De Wolden telt per januari kernen en inwoners. Er zijn in totaal 10 openbaar-onderwijsscholen. Wolderwijs stelt in haar meerjarenbegroting 2015 t/m 2018 een krimp van ruim 17 procent te verwachten in het totaal aantal basisschoolleerlingen. Van de leerlingen van 4 t/m 7 jaar wordt een krimp van ongeveer 15 procent verwacht. 2.3 Samenwerking Bij de realisatie van het intensieve samenwerkingsproces zijn opvang, welzijn, zorg en onderwijs gelijke partners en vullen zij elkaar aan bij de realisatie van het dienstenpakket in een samenhangend opvoedings- en ontwikkelingsklimaat voor kinderen. Kinderen, ouders en medewerkers zijn actieve partners bij het ontwikkelproces van ieder kind én bij de gemeenschap als geheel. School en opvang streven naar een optimale kwaliteit van dienstverlening, waarbij continuïteit in personeel, plaats en tijd cruciaal zijn. De omgeving (IKC als dienst en gebouw) moet het kind steun en structuur bieden. Ceremonies, rituelen, dagstructuur en een overzichtelijke en passende accommodatie zijn daarvoor essentieel. Om de sociale cohesie te kunnen bevorderen en bij te kunnen dragen aan een veilige, duurzame en leefbare omgeving, vinden de partners het belangrijk dat kinderen een actief en democratisch burgerschap eigen maken. School en opvang zoeken, in het belang van de vergroting van de ontwikkelingskansen van kinderen, proactief contact en samenwerking met derden zoals Centrum voor Jeugd en Gezin, zorg-, welzijn- en vrijetijdsorganisaties en het bedrijfsleven. De intensieve samenwerking sluit aan bij de lokale educatieve agenda (LEA). School en opvang willen uiteindelijk gezamenlijk uitvoerder zijn van het integraal lokaal jeugdbeleid voor 0 tot 13. De rol van zorg-, welzijns- en vrijetijdsorganisaties binnen de intensieve samenwerking zal in ieder werksegment een eigen karakter hebben. Wanneer het IKC een belangrijke rol vervult, zullen ook de zorg-, welzijns- en vrijetijdsactiviteiten steeds meer binnen en vanuit het IKC plaatsvinden, zoals wijkontmoetingsactiviteiten, activiteiten om kinderen te stimuleren vroegtijdig deel te nemen aan de samenleving (burgerschapsvorming). De voorgenomen intensieve samenwerking is niet het resultaat van een stapeling van negatieve keuzen. Het hoofdmotief is: komen tot een dekkend aanbod van integrale kinddiensten ondergebracht in duurzame, innovatieve IKC s, waar de ontwikkeling van kinderen van 0 tot 13 jaar zo optimaal, thuisnabij en passend voor ieder kind kan plaatsvinden. Een van de belangrijkste uitgangspunten van een IKC is namelijk één organisatie met één bedrijfsvoering, één management, één pedagogisch/didactisch plan en één aansluitend pakket aan dagarrangementen. Alles is te regelen, maar als partners echt de integrale ontwikkeling van het kind nastreven is één rechtspersoon de kritische succesfactor c.q. sterk wenselijk of sterker bijna ultimatief noodzakelijk. Vereijken Advies De Stroom MB Beilen peter.vereijken@gmail.com / 39

91 Publieke en private sectoren komen bij elkaar waardoor Wolderwijs fungeert als maatschappelijk ondernemer. Als de kinderopvang door en binnen de school en het schoolgebouw (met onderwijsbestemming) geëxploiteerd wordt, is de kostprijs in zijn algemeen lager dan die van kinderopvangondernemers. Een visuele weergave van de constructie van het komen tot IKC s staat in figuur 2. Daarbij is wel de opdracht dat er optimaal gebruik gemaakt wordt van de aanwezige (onderwijs)middelen en voorzieningen : huisvesting en inrichting, locatie-aansturing, administratie en registratie van kinderen, het buitenterrein, enz. Figuur 2. Noot: gebruikte afkortingen: WW= Wolderwijs; Alg. Dir= Algemeen directeur; MM = Martijn Mulder; GMR= Gemeenschappelijke Medezenggenschapsraad; MR= Medenzeggenschapsraad; COC= Centrale Oudercommissie; OC= Oudercommissie(locatie); PO= Primair Onderwijs; IKC = Integraal Kindcentrum. Deze organisatiestructuur voldoet aan de rijksoverheidsnormen. Aangezien de BRIN-nummers onvervreemdbaar zijn en onderwijs zelf geen andere kinddiensten mag exploiteren, is het nevengeschikt plaatsen van de onderwijs- (Wolderwijs) naast een op te richten kinderopvangrechtspersoon onder een holding een adequate oplossing. Ouders die eenmaal voor een vorm van opvang gekozen hebben maken over het algemeen niet zo makkelijk een overstap naar een andere. De opvang in een IKC is voor kinderen en ouders vertrouwd, omdat het curriculum hetzelfde is, het (multidisciplinaire) team bekend en men daarmee vertrouwd is en een beredeneerd en gevoeld een geheel is. Een kind - een gezin - een plan - een aanpak, of het nu school/onderwijs, spelen en opvang, zorg welzijn betreft. Het IKC brengt alle kinddiensten in één perspectief, lokaal maatwerk, verankerd in het omringende sociale domein. De IKC s van Wolderwijs dragen bij aan de ontwikkeling van kinderen, passen in hun omgeving en vervullen een maatschappelijke functie in het lokale sociale domein. Ouders zijn als opvoedpartner actief betrokken. De kinddiensten worden als een aansluitend dagarrangement aangeboden, zijn betaalbaar en voor ieder beschikbaar. Vereijken Advies De Stroom MB Beilen peter.vereijken@gmail.com / 39

92 3: Voorwaarden Voor een exploitatie per zijn een aantal randvoorwaarden te bewerkstelligen. Deze staan per paragraaf schuingedrukt puntsgewijs opgesomd. Vervolgens staat er per categorie een procesbeschrijving: wat/wie/wanneer/resultaat Gebruikte afkortingen: - WW: Wolderwijs - VA: Vereijken Advies - MM: Martijn Mulder - PL: Projectleider IKC - CO: Coördinator opvang - W&S Werving en selectie 3.1 Algemeen - Onderwijs mag niet investeren in niet-onderwijsdiensten. Derhalve is een autonome nevenstichting (Wolderwijs Kinderopvang) van belang. - Bij het organiseren van kinderopvang vanuit Wolderwijs is het van belang dat er een volledig HKZ-gecertificeerd geheel aan protocollen, regelingen, afspraken, formulieren en documenten aanwezig is. Dit geheel is over te nemen van Stichting Fides te Gemert. - Wolderwijs zich inschrijven bij het Landelijk Register Kinderopvang, en een statutenwijziging worden aangevraagd bij de notaris. nr wat wie wanneer resultaat/product 1.1 opstellen visiedocument VA < bestuur Wolderwijs: akkoord en geeft opdracht opstellen business plan 2. missievisie waaruit blijkt dat IKC kansen biedt voor ontwikkeling van leerlingenkinderen 1.2 persbericht communicatie 1.3 bestuur neemt kennis van businessplan VA + MM < totaal communicatieplan tot einde kalenderjaar 2015 met tijdspaden en doelgroepen 2. toegespitst op de te onderscheiden doelgroepen WW bestuur go/no go besluit bestuur Wolderwijs 1.4 verwerven HKZ-opvangtotaal procedures, protocollen, reglementen MM te verweven bij Fides Gemert mei inschrijving landelijk kinderopvangregister 2. goedkeuring GGD 3. communicatieplan voor ouders/klanten 4. exploitatie-, omgevings- e/o gebruikersvergunning 1.5 naam voor IKC s / Wolderwijs VA + MM direct vanaf ter inspiratie/suggestie: (om op een ander been te zetten: omdenken ) DIK Zuidwolde voor mekaar - Logo maakt duidelijk wie we zijn - DIK staat voor Dorps integraal kindcentrum en zegt wat het is Vereijken Advies De Stroom MB Beilen peter.vereijken@gmail.com / 39

93 - DIK staat ook voor komt goed, is in orde, we kunnen het samen goed vinden, gezellig - goed - warm - bescherming biedend - DIK voor mekaar staat voor da s goed geregeld, dat is vertrouwd - De achtervoeging met de naam van het dorp maakt duidelijk waar en door een uniforme opzet/uitstraling buiten de plaatsnaam om is er verbondenheid de pay off geeft de onderlinge verbondenheid aan, dat je het samen doet en ook het waarom - Deze naam komt in dit verband nog niet voor 2. ter inspiratie/suggestie: Stichting Speelwijs 3. ter inspiratie/suggestie: Stichting Kinderwijs 4. ter inspiratie/suggestie: Wijs met Opvang 1.6 instellen van een project-organisatie MM direct vanaf structuur zoals weergegeven in figuur de verbindende rol van de MM is cruciaal voor zowel onderwijs als opvang en ter ondersteuning van de aan te stellen projectleider/kwartiermaker 1.7 afbreukrisico s projectorganisatie blijvend 1. betaalbaar: op uur basis afrekenen, alleen daadwerkelijk gebruik/afname, prijs onder gemiddelde prijs in De Wolden 2. betrouwbaar: omdat powered by Wolderwijs 3. ruime openingstijden: 51 weken per jaar en direct aansluitend aan school: uur bij gelijke dagenrooster 4. keuze mogelijkheden: per uur af te nemen 5. menselijke maat: afgestemd om eigen dorp en vertrouwdheid van de school 6. verbinding met omgeving: spiegel van het dorp. Centraal in sociale domein 7. de formule voor het komen tot IKC s staat beschreven in bijlage opstellen IKC startdocument/manifest projectorganisatie direct vanaf projecthandboek met daarin de 5 W s en de H is uitgewerkt. Voor en door wie - wat - waarom - wanneer - waar - hoe 2. manifest is getoetst aan de 6 ondernemerseisen zoals beschreven in manifest wordt getekend door alle partners/stakeholders 1.9 keuze maken vanaf 0 of 2 jaar MM + bestuur WW direct vanaf starten met opvang vanaf 2.5 jaar, omdat/vanwege: a. zorgt wel voor makkelijke vliegende start: minder bouwkundige eisen en minder capaciteit beslag b. investeringstechnisch gunstig 2. met als nadelen: a. inkomstentechnisch ongunstig b. relatie-technisch ongunstig Vereijken Advies De Stroom MB Beilen peter.vereijken@gmail.com / 39

94 c. minder klantvriendelijk d. afbreukrisico, andere opvang 3. zsm. opdracht voor organiseren van (groeps)opvangbaby s en dreumesen omgangsprocedure calamiteiten MM + WW direct vanaf procedure is gedekt met verwerving HKZ-protocollen stichting kinderopvang De Wolden MM direct vanaf deze stichting wordt gedeeld met conculegae en is qua doelstelling en ambities concurrentieel aan WW opvang (zie bijlage 5 voor visuele weergave) 2. ontbinding of aanpassing van doelstelling is gewenst 3. Wolderwijs zal er rekening mee moeten houden dat er enkele spanningen op het pad zullen komen college schoolbestuur en de lokale kinderopvangondernemers (zie bijlage 5 voor visuele weergave) intern (onderwijs) zullen er spanningen ontstaan aangezien er ook binnen het onderwijs de nodige veranderingen zullen plaatsvinden MM vanaf in zijn algemeenheid kan gesteld worden dat veranderingen bij mensen (ook al levert het op termijn voordeel op), weerstand oproepen. Ook het onderwijs moet vanwege/door de komst van IKC veranderen. Actieve betrokkenheid en participatie in het transformatieproces verkleinen de weerstand en vergroten het draagvlak 2. IKC is geen keuze, maar de manier waarop WW tracht duurzame organisatie te ontwikkelen in de gemeente De Wolden satelliet-vorming IKC en levensvatbaarheid scholen andere kernen MM + PL vanaf de exploitatie van IKC s is een noodzakelijke bijdrage in voortbestaan van WW in een gemeente met 10 kernen en substantiële krimp. IKC hebben ontegenzeggelijk een aanzuigende werking en derhalve moet een goed satelliet-plan opgesteld worden. Andersom redenen: omdat het een aanzuigende werking heeft, daarom maar geen IKC s kan WW zich niet permitteren 2. het eerste schooljaar, zijn de nieuwe opvangkinddiensten mn. een omlijsting van het onderwijs-aanbod in het betreffende dorp. In het proces van doorontwikkeling naar daadwerkelijke IKC s zal een modus voor de andere dorpen uitgewerkt worden, waarbij ook de ontwikkelingen en veranderingen binnen het onderwijs richting 21ste eeuwse vaardigheden uitdrukkelijk een plaats krijgen. Verder zijn er rollen weggelegd voor brede school coördinator en de combinatiefunctionarissen. De verbinding van die arrangementen met het aanbod van IKC en de (beperkte) mogelijkheden van de Vereijken Advies De Stroom MB Beilen peter.vereijken@gmail.com / 39

95 kleine schoollocatie in de andere dorpen, is daarin cruciaal verantwoording resultaten stichting WW opvang MM Eerste kwartaal jaarverslag en jaarrekening WW opvang Vereijken Advies De Stroom MB Beilen / 39

96 3.2 Organisatie - snelle doorlooptijden, afspraken en besluitvorming - adequate delegatie van TBV-R: taken - bevoegdheden - verantwoordelijkheden - rollen - instellen van projectorganisatie, met projectleider - beschikbaarheid van financiële middelen - beschikbaarheid van accommodaties - adequaat communicatieplan - regulier planning en control (PCDA) cyclus bijhouden nr wat wie wanneer resultaat/product 2.1 wijziging organisatiestructuur: notaris, fiscalist, accountant olv. MM en/of PL direct vanaf afspraken met notaris voor oriëntatie en daarna met jurist - fiscalist - accountant 2. inregelen nieuwe organisatiestructuur (à la Berenschot model III) 2.2 inrichten van separate back office c.q. administratie/ registratie voor de opvang olv. MM door staf WW direct vanaf kinderopvangadministratie inrichten als separaat onderdeel van onderwijs administratie 2. ParnasSys hierop inrichten: ouderportal openen 2.3 intern instemmings- en adviestraject met GMR/MR en olv. MM direct vanaf alle stappen bespreken met GMR en de 4 MR en 2. besluitvormingsproces plannen en communiceren 3. besluitvormingsproces uitvoeren 2.4 dagarrangementen, combinatiefuncties, sport - cultuur olv. MM en/of PL direct vanaf met Brede School Coördinator(BSC) en CombinatieFunctionarissen (CF) starten met ontwikkelen van aan aansluitend dagarrangementen(da) programma, dat aansluit bij school en schooltijden en BSO 2. met BSC, CF-ers en gemeente bespreken hun toekomstige structuur (moreel - inhoudelijk opdrachtgeverschap) 2.5 opstarten van diverse werkgroepen olv. MM en/of PL direct vanaf de werkgroepen werken de door de projectorganisatie geformuleerde opdrachten uit, zoals curriculum, accommodatieplan, multidisciplinair werken, kinddiensten, activiteiten, enz. 2. projectschema (zie figuur 2) staat onder onder deze tabel 2.6 PR + marketing werving kinderen Coördinator opvang (CO) direct vanaf informatie materiaal en avonden voor ouders 2. voldoende kinderen geschreven om met groepsopvang te kunnen beginnen 2.7 opstellen communicatieplan MM direct vanaf personeel en betrokkenen op de hoogte brengen. Vereijken Advies De Stroom MB Beilen peter.vereijken@gmail.com / 39

97 2.8 externe begeleiding n.t.b. mei - sept 2015 < 1 augustus klankbordgroepen met ouders MM + CO direct vanaf extern bureau (VA?) ondersteunt MM en projectorganisatie, zodat er benodigde expertise beschikbaar is om op daadwerkelijk te kunnen starten 2. opvangcoördinator maakt aangekocht HKZ-format maatwerk voor IKC WW 1. ouders in de positie van daadwerkelijke opvoedpartners 2. voorwaarde dat er maatwerk geleverd (kan) word(t)(en) go - no go momenten olv. MM data: rechter kolom : businessplan : opvang daadwerkelijk starten en zo ja welke datum : start proces integratie opvang en onderwijs : opvang 0-2 jarigen : start proces integratie van PSZ-werk in dagopvang : start proces vorming van satelliet-werking IKC andere dorpen Vereijken Advies De Stroom MB Beilen peter.vereijken@gmail.com / 39

98 3.3 Financieel (Zie ook hoofdstuk 4) - Bereid- en mogelijkheid tot een investering van +/ ,- in huisvesting/inrichting per groep, met een meerjaarse afschrijftermijn. - Bereid- en mogelijkheid tot investeren vooraf in projectleider, coördinator opvang, back office-medewerker, opvang-software, PR en M&C-middelen, kosten structuur/organisatie-wijziging, aanschaf HKZ-handboek, terwijl de inkomstenstroom pas vanaf september begint te lopen. - Bereid- en mogelijkheid om vanaf de pedagogisch medewerkers alvast in dienst te nemen, waardoor zij een (kwalitatief) goed team kunnen worden en kennis kunnen maken met alle kinderen en hun ouders. - Bereid- en mogelijkheid tot financiering van liquiditeitsbegroting c.q. voorfinanciering aanloopkosten. - Tenminste 50% van de begrote aantallen kinderen bij de start realiseren, i.v.m. het leid(st)er-kindratio. nr wat wie wanneer resultaat/product 3.1 investering in groepen 10k per groep olv. MM direct vanaf operationele groepen die voldoen aan de eisen van de GGD 3.2 controle waarborgfonds account/fiscalist die bekend is in de wereld van de opvang olv. MM en/of PL direct vanaf dubbelcheck van businessplan, tevens positief voor het imago in zakelijk en bancairverkeer 3.3 financiële gevolgen voor het onderwijs olv. MM en/of PL transformatiefase vooralsnog niet, omdat de opvangkinddiensten bij de start los staan van het onderwijs, omdat ze als omlijstende dienst geëxploiteerd worden Vereijken Advies De Stroom MB Beilen peter.vereijken@gmail.com / 39

99 3.4 Gemeente en overheidsinstellingen - Bereik overeenstemming met gemeente over huisvesting (maatschappelijk vastgoed tegen condities van huisvesting met onderwijsbestemming) zodat er in Zuidwolde en Ruinerwold per gestart kan worden. - Medewerking van gemeente De Wolden noodzakelijk t.a.v. het beschikbaar stellen van subsidie voor VVE/PSZ en de inzet van de combinatiefunctionarissen en brede school-coördinator. - Goedkeuring van de gemeente om KO te exploiteren in een accommodatie met onderwijsbestemming. nr wat wie wanneer resultaat/product 4.1 overleg en afstemming met de gemeente De Wolden olv. MM en/of PL direct vanaf erkenning van WW als integraal kinddienstleverancier en kernpartner uitvoering activiteiten in het sociale domein 2. toestemming exploitatie kinderopvang 3. toestemming gebruik maken van accommodatie met onderwijsbestemming 4. verhuur maatschappelijk vastgoed voor kinderopvang 4.2 aanvraag vergunningen (exploitatie, brandveiligheid, omgeving etc.) olv. MM en/of PL direct vanaf benodigde vergunningen zijn bij de start verleend 4.3 subsidievoorwaarden PSZ-VVE à 2.000, per kind/peuter en OB van 65 p/m olv. MM en/of PL direct vanaf PSZ/VVE wordt volledig door gemeente gefinancierd met kleine vaste ouderbijdrage (OB) van 65,00 per maand. 2. Op korte termijn wordt PSZ geïncorporeerd VVE-pakket/aanbod jarigen 4.4 gesprek/afstemming met onderwijs inspectie en GGD olv. MM en/of PL direct vanaf verkenning vooraf/vroegtijdig 2. advies over/voor verdere ontwikkeling IKC Vereijken Advies De Stroom MB Beilen peter.vereijken@gmail.com / 39

100 3.5 Huisvesting - Er moet een huisvestingsplan worden opgesteld waarin het accommodatiebeleid wordt opgesteld: vergunningen, financiering en inrichting moeten worden geregeld. 5.1 huisvestingsscan olv. MM en/of PL (evt. extern uit te voeren) 5.2 buitentterreinscan olv. MM en/of PL (evt. extern uit te voeren) mei eerste verkenning van de mogelijkheden van bestaande huisvesting 2. eerste signaal over kosten en doorlooptijden voor aanpassing mei eerste verkenning van de mogelijkheden van bestaand/beschikbaar buitenterrein 2. eerste signaal over kosten en doorlooptijden voor aanpassing 5.3 aanpassing en inrichting accommodatie olv. MM en/of PL (evt. extern uit te voeren) < augustus aanschaf materialen, die voldoen aan HKZ-format en GGD 2. opleveren van accommodatie, opdat GGD keuring kan uitvoeren 5.4 aanpassing en inrichting buitenterrein olv. MM en/of PL (evt. extern uit te voeren) < augustus aanschaf buitenmateriaal, dat voldoet aan HKZ-format en GGD 2. opleveren van buitenterrein, opdat GGD keuring kan uitvoeren Vereijken Advies De Stroom MB Beilen peter.vereijken@gmail.com / 39

101 3.6 Personeel - Aanstellen projectleider (en instellen van projectorganisatie). - Aanstellen coördinator opvang die als hoofdtaak de vormgeving van de opvang heeft. - Voldoende en bekwaam personeel (tijdig: ) aanstellen dat bekend is met de werk-en denkwijze binnen IKC s. Het is een mogelijkheid om bekwame leid(st)ers van bijv. Doomijn over te nemen en te laten integreren binnen Wolderwijs IKC s. - Personeelsscholing. - In eerste instantie zal de directeur PO in de betreffende kern gaan fungeren als directeur IKC. Om het IKC optimaal tot zijn recht te laten komen is het van belang dat directeuren PO een opleiding tot directeur IKC volgen. nr wat wie wanneer resultaat/product 6.1 W&S projectleider (PL) IKC, kwartiermaker MM direct vanaf opzetten en uitvoeren van projectstructuur met oa. diverse werkgroepen: curriculum, accommodatie, multidisciplinair werken, diensten & activiteiten 2. ontwikkeling en vorming van de opvang in de toekomstige IKC 3. ontwikkeling en vorming van IKC s te starten in schooljaar netwerken: in- en extern 5. ontwikkelen en uitvoeren van public relations en marketing- en communicatieplannen 6. vertalen strategische beleid en schoolwerkplannen naar uitgangspunten (begin van IKC-curriculum) voor opvang. Ism. coördinator opvang 6.2 W&S coördinator opvang (CO) MM + PL direct vanaf W&S back office medewerker MM + PL juni 2015 start 6 wkn voor start opvang 1. vormgeven van de opvang-onderneming binnen de IKC s a.d.h.v. HKZ-handboek 2. opvang klaar maken voor GGD-toets 3. relaties leggen met netwerkpartners over de te bieden opvang 4. contacten leggen met potentiële klanten 5. vertalen strategische beleid en schoolwerkplannen naar uitgangspunten (begin van IKC-curriculum) voor opvang. Ism. kwartiermaker/projectleider 1. inrichten van de opvang-administratie binnen de back office van WW 2. ontwikkelen, voorbereiden en uitvoeren van informatie(pakketten/bijeenkomsten) voor potentiële klanten 6.4 W&S personeel opvang: (pedagogische medewerkers = PM-ers MM + CO direct vanaf start op tussen , en , team-vorming, eigen maken van HKZ-handboek en de praktische toepassing in WW opvang 2. training/scholing (opvang in toekomstig) IKC 3. combinaties zoeken/maken met PO/school bij VSO - TSO - PSZ - KDV - DA 4. eventueel onderzoeken of PM-ers als ZZP-ers geworven kunnen worden Vereijken Advies De Stroom MB Beilen peter.vereijken@gmail.com / 39

102 5. bij W&S vooral gebruik maken van lokaal netwerk 6.5 W&S van directie en docenten voor IKC s olv. MM direct vanaf een IKC vraagt om een specifieke directeur: maatschappelijk, innovatief, ondernemend, creatief manager, die graag de gebaande paden verlaat 2. betreffende directeuren volgen een gerichte IKC- opleiding (AVS/Magistrum) en staan open voor/ontvangen persoonlijke coaching 6.6 W&S onderwijsteams olv. MM + PL direct vanaf stap voor stap vindt er een selectie van docenten plaats die in IKC mogen werken(positieve keuze) en die actief scholing willen/gaan volgen inzake IKC 6.7 teambuilding en scholing teams per locatie inzake IKC olv. MM en PL + CO na bekend worden van teamsamenstelling 1. medewerkers zoeken aansluiting bij elkaar 2. medewerkers zoeken de samenwerking op daar waar mogelijk is 3. medewerkers opereren in de relatie naar kinderen en ouders als een multidisciplinair team Vereijken Advies De Stroom MB Beilen peter.vereijken@gmail.com / 39

103 3.7 Inhoud & langere termijn - Er zal moeten worden nagedacht over hoe er om wordt gegaan met verschillen in CAO s vanuit opvang en onderwijs. Ook landelijk zijn diverse partijen hiermee bezig. - Medewerkers binnen IKC s moeten een daadwerkelijk andere (maar wel gedeelde) visie krijgen over hoe het curriculum wordt ontwikkeld en in de praktijk wordt uitgevoerd. Met name huidige professionals uit het onderwijs moeten daadwerkelijke slagen maken om tot een geslaagde intensieve samenwerking te komen. Nieuwe, aan te stellen kunnen hier op voorhand op getraind cq. mee bekend gemaakt worden. - Er dienen kaders te komen voor een onderscheid tussen formeel en informeel leren. nr wat wie wanneer resultaat/product 7.1 projectorganisatie: werkgroep accommodatie olv. PL vanaf huisvestingsplan voor 1) separaat, 2) gedeeld en 3) gezamenlijk gebruik van ruimten en voorzieningen in de IKC door alle kinddiensten 2. buitenspeel(plaats)plan voor alle leeftijden en voor binnen en buitenschools gebruik 7.2 projectorganisatie: werkgroep multidisciplinair (samen) werken olv. PL vanaf pakket aan afspraken over inzet van functionarissen, expertise, middelen voor alle kinderen, ongeacht de kinddiensten 2. pakket aan afspraken over onderlinge werkverhoudingen, uitwisseling van functionarissen, expertise 3. pakket aan afspraken hoe gezamenlijk om te gaan met ouders, als opvoedpartners (gezamenlijk 10-minutengesprekken, aanwezigheid van ouders in gebouw, betrekken van ouders bij activiteiten, bij ceremonies, rituelen, feestdagen) 7.3 projectorganisatie: werkgroep integrale kinddiensten: één curriculum olv. PL vanaf integraal curriculum voor 0-12 jaar en zowel binnen en buitenschoolse ontwikkeling: leren - spelen - vrije tijd - welzijn zorg 2. ononderbroken ontwikkelingslijn, samenhang tussen vroeg- en voorschoolse educatie en PO 3. aanpassing van de betreffende schoolplannen aanpassing van meerjaren beleidsplan WW 7.4 projectorganisatie:werkgroep diensten en activiteiten olv. PL direct vanaf plan over integreren van IKC-kinddiensten, waarbij het binnen en buitenschoolse leren = ontwikkelen van kinderen door elkaar heen loopt 2. plan over de integreren van IKC-diensten met brede school-activiteiten, activiteiten van de combinatiefunctionarissen en kinder-activiteiten/verenigingen/clubs in het dorp 7.5 combinatiefuncties in zowel opvang als onderwijs olv. MM + PL pakket aan afspraken met de combinatiefunctionarissen (gemeente/brede school coördinator) over de wijze waarop Vereijken Advies De Stroom MB Beilen peter.vereijken@gmail.com / 39

104 kunst - cultuur - sport - techniek - bewegen als dagarrangementen verbonden zijn/worden met de opdracht van het onderwijs en diensten van de IKC- opvang 2. onderzoek naar over en weer inzet van professionals werkzaam in een andere CAO en werkgever. Landelijk wordt hieraan ook gewerkt. 7.6 juridische inrichting vervlechting vormgeving - bestuurlijk tactisch en operationeel - van KO en onderwijs binnen vanuit Wolderwijs olv. MM + PL vanaf in eerste instantie (schooljaar ) staat de opvang als omlijstende, aansluitende kinderdienst naast onderwijs, zowel in de uitvoering als exploitatie en voldoet de holdingstructuur zowel juridisch als praktisch 2. op langere termijn gaan kinddiensten steeds meer integreren en scheidslijnen vervagen 3. ofschoon de holdingstructuur een formele, juridisch scheiding realiseert, gaan binnen het IKC de grenzen steeds meer vervagen en ontwikkelt zich een uniforme, geïntegreerde wijze van ontmoeten - leren - spelen - welzijn - zorg van kinderen en faciliteren van ouders 7.7 Vormgeving mogelijke samenloop/werking/voeging van medezeggenschap opvang (COC - OC en OR/PV) en onderwijs (GMR - MR) olv. MM + PL vanaf opportuun vanaf schooljaar tijdens het schooljaar worden alle mogelijkheden gezocht en kansen benut om op locatieniveau MR en CO niet allen gelijktijdig maar ook gezamenlijk te informeren, om advies e/o instemming te vragen, ofschoon de wettelijke eisen verschillend zijn 2. tijdens het schooljaar worden op organisatieniveau GMR en COC & OR/PV gelijktijdig en gezamenlijk betrokken bij de IKC-organisatie Figuur 3: Illustratie werkgroepen Vereijken Advies De Stroom MB Beilen peter.vereijken@gmail.com / 39

105 4: Exploitatiebegroting Wolderwijs IKC s 4.1 Kengetallen Bij de eerste opzet van de 4x IKC Wolderwijs is uitgegaan van een conservatieve raming qua kindplaatsen, die gericht op het volume schoolgaande kinderen in het betreffende IKC en de geprognosticeerde instroom van 4 jarigen. Zie in rij nr. 3 van onderstaande tabel. De redenen zijn: opvang is een markt en ouders hebben een keuzevrijheid. Bekend is dat ouders enige schroom kennen om van opvang te wisselen. Gezien de korte voorbereidingstijd, wordt gerekend met conservatieve ramingen, hierdoor is groei op redelijk korte termijn (<3 jaar) te verwachten. Verder zijn conservatieve kengetallen aangehouden bij de deelname van het aantal kinderen, aantal dagdelen en en de uurprijs. Stichting IKC Wolderwijs Ruinerwold Ruinen De Wijk Zuidwolde Totaal 1 kindplaatsen opvang ,9% 17 14,2% 17 9,2% 31 8,0% 80 9,5% 2 kindplaatsen BSO ,2 % 24 20,0% 23 12,4% 31 8,0% 98 11,6% 3 totaal capaciteit 4x IKC Wolderwijs 35 23,0 % 41 34,2% 40 21,6% 62 16,0 % ,1% 4 totaal registreerde capaciteit/kindplaatsen % % % % % 4.2 Kritische massa Mede gezien bovenstaande tabel inzake kindplaatsen/capaciteit en onderstaande tabel inzake begroting wordt duidelijk dat er sprake is van voldoende kritische massa, zeker op termijn ( ). In ieder IKC zijn voldoende kinderen voor tenminste opvang 0-4 jarigen, PSZ-werk en een BSO-groep. Ook als een substantiële groep kinderen vooralsnog in de bestaande/huidige opvang blijft. De capaciteit in de IKC is gemiddeld slechts 21% van totaal aantal kinderen in opvang. Voor een start per dient er tenminste 50% van de begrote aantallen kinderen gerealiseerd te worden, i.v.m. het leid(st)er-kindratio. 4.3 Verdienmodel Kinderopvang is een vennootschapsbelasting(vpb)-plichtige activiteit/organisatie, ook als er geen sprake is van winstoogmerk. Het verdienmodel is gebaseerd op gedeelde en gezamenlijke huisvesting in een accommodatie met onderwijsbestemming, 1 leidinggevende/directeur per locatie (vanuit het onderwijs), 1 zorgteam, 1 centrale inkoop, 1 facilitaire dienst(en), 1 receptie, 1 buitenterrein, 1 set aan communicatiemiddelen, gezamenlijke MR/OC, GMR/COC (> ), gezamenlijke 10 minutengesprekken, 1 gezamenlijk/gedeeld activiteitenpakket, 1 curriculum, 1 inkoopbeleid materialen, 1 back office, 1 scholings- en opleidingsaanbod, 1 dagarrangementenpakket, enz. Revenuen uit de kinderopvang kunnen ingezet worden om de dienstverlening te optimaliseren dan wel op uurbasis te factureren aan ouders dan wel het uurtarief te verlagen. Ook kunnen de revenuen ingezet worden voor andere kinddiensten zoals onderwijs, dagarrangementen, professionalisering van de TSO, kinderen en tienerwerk in het betreffende dorp. Vereijken Advies De Stroom MB Beilen peter.vereijken@gmail.com / 39

106 4.4 Exploitatiebegroting 2015/2016 Hieronder staat de exploitatiebegroting van het totaal aantal IKC s. In bijlage 2 staan de exploitatiebegrotingen per IKC. IKC Totaal De Wolden exploitatiebegroting 2015 items ll-en p/k PSZ BSO aantal leerlingen school 975 aantal leerlingen per klas 25 aantal klassen 39.0 Leerlingen groep jaar opvang potentieel 2-4 jaar opvang potentieel 4-12 opvang potentieel PSZ uren formatie deelname opvang 50% 50% 50% 25% afname percentage 40% 40% 30% 40% verwachte afname in uren openingsuren per jaar kinderen per groep aantal groepen aantal kinderen personeelskosten cap groep tot kpl formatie p/u totaal in % KDV: 0-2 jaar % KDV: 2-4 jaar ,000 30% BSO: 4-12 jaar ,189 28% PSZ: peuterspeelzaal ,240 5% huishoudelijk medewerkers ,250 2% directeur % coördinator opvang ,400 6% medewerker servicebureau ,000 2% beheerder/conciërge ,000 2% reg. vervanging ziekteverzuim 2.5% 30,002 2% inval-personeel via UZB 45,003 3% scholing 2.5% 30,002 2% additionele P-kosten 1.0% 12,001 1% subtotaal: personeel ,317, % overige kosten huur/kosten accommodaties % additionele huisvestingslasten 5% 0 0% afschrijving / reservering 10% , ,000 15,000 1% inrichting en interieur ,844 4% (inrichting) buitenterrein ,422 2% organisatiekosten ,563 2% speelgoed & gebruiksartikelen ,563 2% kosten verzorging kinderen ,125 5% vervoerskosten / taxi 0 0% anders % sub-totaal: overige kosten 243,516 16% totale kosten 1,560, % opbrengsten p/pu u/pj kpl/kind bezetting tarief/pj KDV: 0-2 jaar , % 0 0% KDV: 2-4 jaar , % 760,500 41% Vereijken Advies De Stroom MB Beilen peter.vereijken@gmail.com / 39

107 BSO: 4-12 jaar , % 750,994 41% PSZ: peuterspeelzaal % 65 95,063 5% TSO: basisscholen 0 0% DA: dagarrangementen 0 0% GOO: aantal koppelingen 0 0% subsidie VVE/PSZ 2, ,750 13% anders: 0 0% subtotaal opbrengst 1,850, % resultaat 289, % In deze begroting wordt wel uitgegaan van een subsidie voor PSZ-werk van 2.000,00 per kind. Als deze subsidie ad ,-- niet ontvangen wordt, blijft het eind-resultaat positief. 4.5 Begroting voorfinanciering voor de periode 11 mei t/m medio augustus 2015 Bij een go op het businessplan op moet er in hoog tempo een nieuwe organisatie opgezet worden. Olv. MM ontwikkelt een projectleider de projectstructuur en functioneert als kwartiermaker. De coördinator opvang regelt de kinderopvangondernemer in a.d.h.v. het HKZ-handboek. 6 weken voor daadwerkelijke start zet de back office medewerker de opvang-administratie op olv. de betreffende back office medewerker WW. Het geselecteerde team (groot gedeelte ervan) van pedagogische medewerkers (PM-ers) start per en doet de intakes van de kinderen, maakt onderlinge werkafspraken, richt de accommodaties in, enz. items aantal u/pw wkn kosten sub-tot totaal aanschaf HKZ-certificering 1,500 aanschaf KO-software 2,500 PR & reclame, communicatie 2,500 statuten/structuurwijziging 5,000 subtotaal 11,500 projectleider , ,280 7, ,100 coördinator opvang , ,280 7, ,100 back office medewerker ,200 1, ,400 pedagogisch medewerkers ,400 subtotaal 33,660 investering per groep ,000 80,000 voor-financiering 113, Meerjaren exploitatiebegroting Afhankelijk van de capaciteit die daadwerkelijk gedurende het schooljaar in exploitatie genomen wordt, kan medio voorjaar 2016 een realistische meerjarenbegroting opgesteld worden. Mn. de vraag of PSZ-werk per geïntegreerd wordt in de opvang of mogelijk direct in de wet primair onderwijs (WPO), maakt dat een meerjarenbegroting hier en nu niet opportuun is. Vereijken Advies De Stroom MB Beilen peter.vereijken@gmail.com / 39

108 5: Slot Stichting Wolderwijs maakt op een begin met een proces/project om op termijn te komen tot 4 IKC s in de gemeente De Wolden. De ontwikkelfase tussen het go-beslissing voor het businessplan ( ) en de start van het nieuwe schooljaar ( ) is te kort om een goed beredeneerd, breed gedragen en volledig integraal IKC te kunnen ontwikkelen. Oneerbiedig gezegd, start WW met opvang rondom onderwijs als een aansluitende kinddienst, gericht op de kinderen en ouders, die kiezen voor openbaar onderwijs in de gemeente. Middels de opgezette, geplande projectstructuur vindt een doorontwikkeling plaats, waar de kenmerken, voorwaarden en uitgangspunten van een IKC, zoals in het Visiedocument IKC Stichting Wolderwijs en dit businessplan en bijlagen zijn beschreven. De opzet van dit businessplan is om middels de doorontwikkeling van de opvang bij de start op termijn, IKC s te zien ontstaan - te exploiteren - te beheren - te verantwoorden als een (maatschappelijke) onderneming, die daar een zestal eisen aan stelt, toetscriteria hanteert. Want - dus - hoezo? Stichting Wolderwijs Opvang/IKC komt met het HKZ -handboek en en haar geformuleerde doelstelling tegemoet aan gedefinieerde behoeften en doelen (1). Het voldoet aan de maatschappelijke eisen (2) die aan opvang en IKC-vorming gesteld worden. Met deze opvang en IKC-vorming worden, zeker omdat het naadloos aansluit op de schooltijden en per uur afgerekend mag worden, de verwachtingen van de (potentiële) klanten bevredigd (3). De prijzen/tarieven in de exploitatiebegroting liggen onder de prijzen/tarieven van de concurrentie (4). De opvang voldoet aan de wettelijke normen en specificaties (5) en is GGD-proof. Zeker op termijn is de exploitatie positief en kan het resultaat bijdragen aan verbreding en verbetering van kwaliteit en dienstverlening of verlaging van de tarieven voor ouders, waardoor de opvang maatschappelijk/duurzaam geleverd (6) kan blijven worden, ook als onderdeel van een daadwerkelijk IKC. Daarmee wordt aan alle 6 eisen, die aan een ondernemer gesteld worden, adequaat voldaan. Vereijken Advies De Stroom MB Beilen peter.vereijken@gmail.com / 39

109 Bronnen Literatuur Brancheorganisatie Kinderopvang, MO Groep, & PO Raad. (2015, maart 15). poraad.nl. Verkregen van Roozenbeek, T., Roozenbeek, J., Derks, A., Derks, H., & Vereijken, P. (2015). Pleidooi voor het kind: de ontwikkeling centraal. Amsterdam: SWP. Studulski, F. (2010). Op weg naar het integraal kindcentrum. Amsterdam: SWP. Winkel, van, E., Derks, H., Vereijken, P. (2011). Perspectief op het IKC. Praktisch beeldboek over integrale kindcentra en kindnetwerken. Amsterdam: SWP. Websites Vereijken Advies De Stroom MB Beilen / 39

110 Bijlage 1: Kinddiensten & Plaatsen in de 4 grote dorpen van De Wolden Onderstaand staan een viertal overzichten van kinddiensten van de in exploitatie zijnde capaciteit van kinddiensten in de betreffende dorpen. In de exploitatiebegroting is slechts een deel van deze capaciteit aan kindplaatsen meegenomen. Gebruikte afkortingen: KP = kindplaatsen. GOO = gastouderopvang BSO = buitenschoolse opvang PSZ = peuterspeelzaal Ruinen Naam instantie Functie KP en Naam instantie Functie KP en Doomijn BSO Mr. Harm Smeengestraat BSO 60 Linde-Spin GOO 6 Bouwmeester-Balk GOO 2 Wever-Boelen GOO 1 Hester-Lensen GOO 4 Doomijn KDV Mr. Harm Smeengestraat Kijl GOO 1 Doomijn PSZ Mr. Harm Smeengestraat KDV 24 PSZ 16 Kolk-Schutter GOO 6 t Oelebrod Onderwijs 242 Totaal aantal kindplaatsen (exclusief onderwijs) Ruinen: 120 Zuidwolde Naam Functie KP en Naam Functie KP en Doomijn BSO Heidelaan BSO 70 Prins van het Hoge GOO 4 Doomijn BSO Schoolbrink BSO 50 Rodermond-Noeverman GOO 6 Villa Olivo BSO 10 Rozema GOO 2 Belt GOO 3 Spijkerman GOO 6 Brinkhuis GOO 6 Steenbergen GOO 4 de Leeuw-Wepster GOO 6 Steenbergen-Wemmenh ove GOO 3 Dekker GOO 6 van t Zand-Leijsenaar GOO 6 Dijk-Steenbergen GOO 6 Veuger-van de Belt GOO 6 Drogt GOO 6 Zand-Hutten GOO 6 Drost GOO 3 Zanting-Drogt GOO 4 Duinkerken-Gortemaker GOO 6 Zantingh-Rabbinge GOO 6 Vereijken Advies De Stroom MB Beilen peter.vereijken@gmail.com Fleuren-Laumen GOO 4 Zantingh-Soer GOO 4 26 / 39 Hoogstins GOO 6 Zoomeren GOO 6

111 Hoogstra-Smink GOO 4 Doomijn KDV Heidelaan KDV 36 Horn-Hazenberg GOO 6 Doomijn KDV Schoolbrink KDV 16 Klompmaker- Kempeneers GOO 4 MoreThanKidz Villa Olivo KDV 24 Lange-Jassies GOO 4 Doomijn PSZ Heidelaan PSZ 16 Lubek GOO 5 Doomijn PSZ School PSZ 16 Meester-Kuik GOO 6 Het Groene Hart Onderwijs 257 Noorman GOO 6 Totaal aantal kindplaatsen (exclusief onderwijs) Zuidwolde: 388 De Wijk Naam Functie KP en Naam Functie KP en De Boerderij BSO 15 Stapel GOO 4 Doomijn BSO Postweg BSO 60 De Boerderij KDV 48 Compagner-Bisschop GOO 6 Doomijn KDV Postweg KDV 24 Otter GOO 6 Doomijn PSZ Postweg PSZ 16 Pereboom-Karssies GOO 4 OBS t de Horst Onderwijs 188 Schra GOO 2 Totaal aantal kindplaatsen (exclusief onderwijs) De Wijk: 185 Ruinerwold Naam Functie KP en Naam Functie KP en Doomijn BSO Dijkhuizen BSO 50 Morsink GOO 3 Borger GOO 6 Portuijt-van Doorn GOO 6 Bruin GOO 4 Rentenaar Oskam GOO 6 Daling GOO 2 Schoemaker-Kalter GOO 6 Hoogewerf GOO 2 Veldhuis-Donker GOO 1 Huiskes GOO 6 Doomijn KDV Dijkhuizen KDV 24 Klomp-van der Sleen GOO 2 Heemhuys Meta KDV 10 Kraak-Kamping GOO 2 Doomijn PSZ Dijkhuizen PSZ 16 Vereijken Advies De Stroom MB Beilen peter.vereijken@gmail.com / 39 Mannes-Martens GOO 6 De Dissel Onderwijs 163 Totaal aantal kindplaatsen (exclusief onderwijs) Ruinerwold: 152

112 Bijlage 2: Begrotingen per IKC-locatie Onderstaand zijn 4 separate begrotingen van de IKC s (enkel de opvang-kinddiensten) per betreffend dorp uitgewerkt en opgenomen. In het businessplan zelf staat een totaal exploitatiebegroting met daarin gecumuleerd de resultaten van onderstaande 4 exploitatiebegrotingen. In de begrotingen is wel uitgegaan van een subsidie per peuterspeelzaal-kindplaats à Voor de duidelijkheid en overzicht staan hieronder de afzonderlijke exploitatiebegrotingen separaat per pagina. Vereijken Advies De Stroom MB Beilen peter.vereijken@gmail.com / 39

113 IKC Ruinen exploitatiebegroting 2015 items ll-en p/k PSZ BSO aantal leerlingen school 242 aantal leerlingen per klas 25 aantal klassen 9.7 Leerlingen groep jaar opvang 61 potentieel 2-4 jaar opvang potentieel 4-12 opvang potentieel PSZ uren formatie deelname opvang 50% 50% 50% 25% afname percentage 40% 40% 30% 40% verwachte afname in uren openingsuren per jaar kinderen per groep aantal groepen aantal kinderen personeelskosten cap groep tot kpl formatie p/u totaal in % KDV: 0-2 jaar % KDV: 2-4 jaar ,000 30% BSO: 4-12 jaar ,009 28% PSZ: peuterspeelzaal ,060 5% huishoudelijk medewerkers ,800 2% directeur % coördinator opvang ,040 7% medewerker servicebureau ,400 3% beheerder/concierge ,400 3% reg. vervanging ziekteverzuim 2.5% 7,568 2% inval-personeel via UZB 11,352 3% scholing 2.5% 7,568 2% additionele P-kosten 1.0% 3,027 1% subtotaal: personeel , % overige kosten huur/kosten accommodaties % additionele huisvestingslasten 5% 0 0% afschrijving / reservering 10% ,000 40,000 4,000 1% inrichting en interieur ,613 3% (inrichting) buitenterrein ,806 2% organisatiekosten ,075 2% speelgoed & gebruiksartikelen ,075 2% kosten verzorging kinderen ,150 5% vervoerskosten / taxi 0 0% anders % sub-totaal: overige kosten 60,719 15% totale kosten 392, % opbrengsten p/pu u/pj kpl/kind bezetting tarief/pj KDV: 0-2 jaar , % 0 0% KDV: 2-4 jaar , % 188,760 41% BSO: 4-12 jaar , % 186,401 41% PSZ: peuterspeelzaal % 65 23,595 5% TSO: basisscholen 0% DA: dagarrangementen 0% GOO: aantal koppelingen 0% subsidie VVE/PSZ 2,000 60,500 13% anders: 0% subtotaal opbrengst 459, % resultaat 66, % Vereijken Advies De Stroom MB Beilen peter.vereijken@gmail.com / 39

114 IKC Ruinerwold exploitatiebegroting 2015 items ll-en p/k PSZ BSO aantal leerlingen school 196 aantal leerlingen per klas 25 aantal klassen 7.8 Leerlingen groep jaar opvang 49 potentieel 2-4 jaar opvang potentieel 4-12 opvang potentieel PSZ uren formatie deelname opvang 50% 50% 50% 25% afname percentage 40% 40% 30% 40% verwachte afname in uren openingsuren per jaar kinderen per groep aantal groepen aantal kinderen personeelskosten cap groep tot kpl formatie p/u totaal in % KDV: 0-2 jaar % KDV: 2-4 jaar ,000 34% BSO: 4-12 jaar ,288 26% PSZ: peuterspeelzaal ,060 6% huishoudelijk medewerkers ,850 2% directeur % coördinator opvang ,280 6% medewerker servicebureau ,800 2% beheerder/concierge ,800 2% reg. vervanging ziekteverzuim 2.5% 6,702 2% inval-personeel via UZB 10,053 3% scholing 2.5% 6,702 2% additionele P-kosten 1.0% 2,681 1% subtotaal: personeel , % overige kosten huur/kosten accommodaties % additionele huisvestingslasten 5% 0 0% afschrijving / reservering 10% ,000 30,000 3,000 1% inrichting en interieur ,025 3% (inrichting) buitenterrein ,513 2% organisatiekosten ,350 2% speelgoed & gebruiksartikelen ,350 2% kosten verzorging kinderen ,700 4% vervoerskosten / taxi 0 0% anders % sub-totaal: overige kosten 48,938 14% totale kosten 343, % opbrengsten p/pu u/pj kpl/kind bezetting tarief/pj KDV: 0-2 jaar , % 0 0% KDV: 2-4 jaar , % 152,880 41% BSO: 4-12 jaar , % 150,969 41% PSZ: peuterspeelzaal % 65 19,110 5% TSO: basisscholen 0% DA: dagarrangementen 0% GOO: aantal koppelingen 0% subsidie VVE/PSZ 2,000 49,000 13% anders: 0% subtotaal opbrengst 371, % resultaat 28, % Vereijken Advies De Stroom MB Beilen peter.vereijken@gmail.com / 39

115 IKC De Wijk exploitatiebegroting 2015 items ll-en p/k PSZ BSO aantal leerlingen school 227 aantal leerlingen per klas 25 aantal klassen 9.1 Leerlingen groep jaar opvang 57 potentieel 2-4 jaar opvang potentieel 4-12 opvang potentieel PSZ uren formatie deelname opvang 50% 50% 50% 25% afname percentage 40% 40% 30% 40% verwachte afname in uren openingsuren per jaar kinderen per groep aantal groepen aantal kinderen personeelskosten cap groep tot kpl formatie p/u totaal in % KDV: 0-2 jaar % KDV: 2-4 jaar ,000 31% BSO: 4-12 jaar ,252 27% PSZ: peuterspeelzaal ,060 6% huishoudelijk medewerkers ,800 2% directeur % coördinator opvang ,040 7% medewerker servicebureau ,400 3% beheerder/concierge ,400 3% reg. vervanging ziekteverzuim 2.5% 7,399 2% inval-personeel via UZB 11,098 3% scholing 2.5% 7,399 2% additionele P-kosten 1.0% 2,960 1% subtotaal: personeel , % overige kosten huur/kosten accommodaties % additionele huisvestingslasten 5% 0 0% afschrijving / reservering 10% ,000 40,000 4,000 1% inrichting en interieur ,769 3% (inrichting) buitenterrein ,384 2% organisatiekosten ,513 2% speelgoed & gebruiksartikelen ,513 2% kosten verzorging kinderen ,025 4% vervoerskosten / taxi 0 0% anders % sub-totaal: overige kosten 57,203 15% totale kosten 382, % opbrengsten p/pu u/pj kpl/kind bezetting tarief/pj KDV: 0-2 jaar , % 0 0% KDV: 2-4 jaar , % 177,060 41% BSO: 4-12 jaar , % 174,847 41% PSZ: peuterspeelzaal % 65 22,133 5% TSO: basisscholen 0% DA: dagarrangementen 0% GOO: aantal koppelingen 0% subsidie VVE/PSZ 2,000 56,750 13% anders: 0% subtotaal opbrengst 430, % resultaat 48, % Vereijken Advies De Stroom MB Beilen peter.vereijken@gmail.com / 39

116 IKC Zuidwolde exploitatiebegroting 2015 items ll-en p/k PSZ BSO aantal leerlingen school 310 aantal leerlingen per klas 25 aantal klassen 12.4 Leerlingen groep jaar opvang 78 potentieel 2-4 jaar opvang potentieel 4-12 opvang potentieel PSZ uren formatie deelname opvang 50% 50% 50% 25% afname percentage 40% 40% 30% 40% verwachte afname in uren openingsuren per jaar kinderen per groep aantal groepen aantal kinderen personeelskosten cap groep tot kpl formatie p/u totaal in % KDV: 0-2 jaar % KDV: 2-4 jaar ,000 26% BSO: 4-12 jaar ,640 32% PSZ: peuterspeelzaal ,060 5% huishoudelijk medewerkers ,800 2% directeur % coördinator opvang ,040 6% medewerker servicebureau ,400 2% beheerder/concierge ,400 2% reg. vervanging ziekteverzuim 2.5% 8,333 2% inval-personeel via UZB 12,500 3% scholing 2.5% 8,333 2% additionele P-kosten 1.0% 3,333 1% subtotaal: personeel , % overige kosten huur/kosten accommodaties % additionele huisvestingslasten 5% 0 0% afschrijving / reservering 10% ,000 40,000 4,000 1% inrichting en interieur ,438 4% (inrichting) buitenterrein ,719 2% organisatiekosten ,625 3% speelgoed & gebruiksartikelen ,625 3% kosten verzorging kinderen ,250 5% vervoerskosten / taxi 0 0% anders % sub-totaal: overige kosten 76,656 17% totale kosten 442, % opbrengsten p/pu u/pj kpl/kind bezetting tarief/pj KDV: 0-2 jaar , % 0 0% KDV: 2-4 jaar , % 241,800 41% BSO: 4-12 jaar , % 238,778 41% PSZ: peuterspeelzaal % 65 30,225 5% TSO: basisscholen 0% DA: dagarrangementen 0% GOO: aantal koppelingen 0% subsidie VVE/PSZ 2,000 77,500 13% anders: 0% subtotaal opbrengst 588, % resultaat 145, % Vereijken Advies De Stroom MB Beilen peter.vereijken@gmail.com / 39

117 Bijlage 3: Het proces van IKC-vorming 1 Formule voor een IKC De formule voor een IKC, zoals geformuleerd in het Visiedocument van bestaat uit de volgende uitgangspunten: B etaalbaar: De dienstverlening is -afhankelijk van de politieke/fiscale keuzes- betaalbaar. Ruime openingstijden en keuzemogelijkheden: De intensieve samenwerking/ikc heeft vaste openingstijden en is het hele jaar open (m.u.v. de weekenden en feestdagen). Ouders kunnen kiezen voor meer arrangementen, waarbij de mogelijkheden van het kind uitgangspunt zijn. Verbinding met omgeving: De intensieve samenwerking/ikc brengt de omgeving in de netwerksamenwerking en de accommodatie en verbindt zich met maatschappelijke organisaties. Optimale ontwikkelomgeving: De inrichting van de ruimtes, de houding en het gedrag van de medewerkers, groeperings- en werkvormen en de structuur in tijd en activiteiten zorgen voor basisveiligheid én uitdaging. Medewerkers zijn begeleiders en vullen hun rol in binnen de structuur die op dat moment en in die situatie het best past bij het kind. Er wordt gewerkt met gevarieerde spel- en leerbronnen (ICT, gedifferentieerde werkvormen/leersituaties). Transparante, professionele cultuur: De intensieve samenwerking/ikc kent een professionele cultuur waar iedereen verantwoordelijkheid draagt voor het geheel en voor de eigen rolinvulling. Het werk van de professionals is transparant voor ouders en begrijpelijk voor de kinderen (via een elektronisch dossier, elektronisch portfolio, een open oog voor privacybescherming, communicatie, etc.). Medewerkers doen wat ze zeggen en ze zeggen wat ze doen. Betrouwbaar: De intensieve samenwerking/ikc zorgt ervoor dat ouders hun kind met een gerust hart over kunnen laten aan professionals. School en opvang leggen gezamenlijk verantwoording af over de ontwikkeling van ieder kind. Menselijke maat: De menselijke maat is meetpunt: veiligheid en geborgenheid, zorg voor voldoende eten, drinken, rust en ontspanning op een voor de kinderen behapbare manier. Individuele ontwikkeling: De intensieve samenwerking/ikc is gericht op optimale individuele ontwikkeling (sociaal- emotioneel, cognitief, creatief en fysiek) en werkt met ontwikkelingslijnen gericht op optimale ontwikkeling van de talenten van de kinderen. De partners streven ernaar kinderen te ontwikkelen tot wie ze zijn, en kinderen worden begeleid naar zelfstandigheid. Vanuit de samenwerking/ikc wordt ernaar gestreefd kinderen op een hen passend niveau in het vervolgonderwijs te krijgen. Professionele en gemotiveerde medewerkers: De intensieve samenwerking/ikc bestaat uit medewerkers die willen uitblinken om steeds het optimale te bereiken. Er wordt gezorgd dat deze medewerkers zich voortdurend verder kunnen ontwikkelen. Daarnaast wordt er soms gewerkt met gespecialiseerde krachten op diverse terreinen die inzetbaar zijn op bijzondere onderdelen van de dienstverlening. Er wordt gezorgd voor goede begeleiding (via inzet mentor, inzet, pedagogische coach, inzet vakkrachten, team voor groep kinderen etc.). Één curriculum: Er dient een curriculum vastgesteld te worden dat als uitgangspunt dient voor alle betrokkenen. Professionals dienen met elkaar af te stemmen hoe ze tot dit curriculum gaan komen. Derhalve is het nodig consensus te bereiken over hoe binnen- en buitenschoolse ontwikkeling van kinderen van 0 tot 13 jaar en activiteiten gaan integreren. Professionals werken in één team vanuit één curriculum waarbij ouders als daadwerkelijke partners in opvoeding worden gezien. Werken met verschillende denominaties binnen één IKC kan hierin een struikelblok zijn. Het is echter wel mogelijk, mits alle betrokkenen consensus bereiken over één ongedeeld curriculum. Eén aanspreekpunt: Er is één loket met één aanspreekpunt voor alle diensten dat functioneert als maatschappelijk ondernemer. 2 Intensieve samenwerking: taken en tijdslijn Onderstaande processen geven weer hoe idealiter een ontwikkelingsproces om te komen tot een IKC tot stand komt. Na vaststelling van het businessplan zal de aan te stellen projectleider IKC zo veel mogelijk op basis van onderstaand proces het Vereijken Advies De Stroom MB Beilen peter.vereijken@gmail.com / 39

118 project gaan vormgeven, weliswaar in een hoge druk manier van werken. Derhalve is onderstaand proces niet volledig representatief voor het te doorlopen proces. Onderstaand staat het proces in hoofdlijnen. In de diverse werkgroepen worden onderdelen nader uitgewerkt. Veelal aan de hand van wettelijke voorschriften en procedures. Het intensieve samenwerkingsproces is een proces, dat in het teken staat van ontwikkeling en realisatie van een IKC als een operationele uitvoeringsvorm van de intensieve samenwerking. De ontwikkeling van het IKC dient als een soort stip aan de horizon. 1. Initiatieffase: kennismaking en verkennen van de bedoelingen (draagvlak uitbouwen bij professionals/team en ouders). De eerste contouren voor een stip op de horizon. In de initiatieffase is er een continue wisselwerking tussen ideevorming, elkaar leren kennen, dromen, realiteit (de dagdagelijkse werkelijkheid) en het vinden van draagvlak bij alle betrokken stakeholders. In deze fase worden activiteiten uitgevoerd om elkaar beter te leren begrijpen, dezelfde taal, de marktvraag te verstaan en de mogelijkheden te vinden die zich aandienen of de vraag van de klant om te bouwen in een dienstenaanbod (nog steeds als idee). 2. Draagvlak en formaliseren: Onderling commitment over de koers en doelstellingen stip op de horizon is geeft een redelijk duidelijk beeld van wat men samen wil bereiken. Het gaat daarbij nog niet om uitwerkingen maar om een finish foto. 3. Ontwikkeling van producten en diensten: Plan van Aanpak / opzetten van een activiteitenkalender (+ uitvoering) (draagvlak team en medezeggenschap uitbouwen). Parallel aan dit proces loopt het bouwproces PvE, VO en DO. Daarna worden incidenteel activiteiten opgestart, afstemming en verdieping in pedagogische aanpak. Figuur 3. Noot: De afbeelding hiernaast is in principe een proces dat doorgaans een doorlooptijd van meer dan twee jaar. De stip op de horizon is middels het visiedocument van april 2015 vastgesteld. Echter, voor Wolderwijs is het van belang dat er zo veel mogelijk voor 17 augustus 2015 bereikt wordt. Vereijken Advies De Stroom MB Beilen peter.vereijken@gmail.com / 39

119 3 Projectmatige werken en de route voor het ontwikkelen van een IKC Een project is een, in de tijd en middelen begrensde, activiteit om iets te creëren naast de bestaande producten of diensten. Een project wordt vaak in samenwerking met verschillende mensen en organisaties uitgevoerd. Het project wordt beschreven in een projectplan. Taken rollen, bevoegdheden en verantwoordelijkheden worden vastgelegd. Het is cruciaal om in de gaten te houden aan wie je wat moet vertellen. Draagvlak en betrokkenheid is de belangrijkste factor om succesvol te komen tot een implementatie. Startbijeenkomst: partners ontmoeten elkaar en onder begeleiding verkennen zij de stip op de horizon. Inspireren en dromen van wat de finish foto zou moeten zijn. Verkennen van elkaars werk, afspraken maken en het inrichten van een projectteam. In een tweede dagdeel wordt het plan van aanpak besproken, het handvat en de rode draad door het project. Daarna start de projectgroep met de fase van verkennen en verdiepen. Als eerste wordt daarbij een schets van het eindplaatje gebruikt. Figuur 4. De projectgroep start met het opstellen van een planningsagenda met daarin activiteiten die zich aandienen en die vooral als doel hebben elkaar beter te leren kennen, uitwisseling en draagvlak. Denk bijvoorbeeld aan het organiseren van de sportdag, vieringen, studiedagen, etc. Natuurlijke momenten die zich lenen voor verbreding. Het resultaat van de fase verkennen/verdiepen is een plan van aanpak dat toegesneden is op de situatie van de betreffende locatie. Wanneer het plan van aanpak gereed is komen we in de transitiefase. Het plan van aanpak moet afgehecht zijn door de MR/OR en anderen. Beetje bij beetje worden activiteiten uitgebreid, geëvalueerd en bijgesteld. De projectgroep waar een van de directeuren projectleider van is, is de bewaker van de uitvoering. Daarmee is doorzettingsmacht om tot realisatie te komen ook verankerd in de uitvoering. De output levert kennis en inzichten op over een nieuwe maatschappelijke organisatie. Een groeiproces van enkele jaren om nieuwe kansen en mogelijkheden te vervlechten. Het beleid en de processen worden achteraf/tijdens de ontwikkelingen vastgelegd. Dit is van belang om de ontwikkelingen te borgen en duurzaam te verankeren. Kenmerkend van de nieuwe organisatie is dat de dynamiek en de verandering onderdeel wordt van het systeem. Er is namelijk een verbinding ontstaan tussen de binnen en buitenwereld. De buitenwereld die in beweging blijft waarop het IKC blijft afstemmen. Vereijken Advies De Stroom MB Beilen / 39

120 Bijlage 4: IKC een perspectief- & betekenisvol toekomstscenario IKC komt niet uit de lucht vallen Na het Dutch Design rapport in 2010 sloeg in 2013 een 1) kopgroep van bestuurders uit het primair onderwijs (het Pettelaaroverleg), de 2) kopgroep kinderopvang, de 3) kopgroep Wethouders voor kindcentra en 4) Het Kinderopvangfonds de handen ineen en trekken samen op in het project Kindcentra 2020, ontwikkel de toekomst. Samen formuleerden zij een gezamenlijke visie op de toekomst van kindvoorzieningen voor kinderen van nul tot en met twaalf jaar. Die visie luidt als volgt: Vanuit het belang van een optimale ontwikkeling van kinderen - de burger van de toekomst - streven partijen naar integrale voorzieningen voor kinderen (en hun ouders) van nul tot en met twaalf jaar: Kindcentra In dit Kindcentrum wordt gewerkt volgens één pedagogische en educatieve visie. Kinderen worden in staat gesteld om hun talenten optimaal te ontwikkelen: doorlopende ontwikkelingslijnen en dagarrangementen zijn inherent aan deze voorziening. De huidige sectoren kinderopvang, peuterspeelzalen en onderwijs gaan op gelijkwaardige basis op in deze Kindcentra 2020 en vormen één nieuwe organisatie. Kindcentra 2020 zijn communities, waar intensief wordt samengewerkt met zorg en welzijn. Pedagogische professionals in deze Kindcentra 2020 werken vanuit het belang van de kinderen, met kennis vanuit verschillende disciplines. Uit de ledenpeiling van Verus, de vereniging voor christelijk onderwijs van juli 2014 blijkt dat 40% en bij een ledenpeiling van AVS, algemene vereniging van schoolleiders van voorjaar 2015 blijkt van ruim twee derde van de respondenten in de nabij toekomst uitgaat van de realisatie van een IKC. Verder geven zij aan dat gemeenten nauwelijks een grote rol spelen bij het komen tot een IKC. De rol is m.n. faciliterend. Ook het identiteitsaspect speelt slechts een beperkte een rol. 10 elementen: voor een goed stelsel zijn tien basiselementen/randvoorwaarden cruciaal in de vormgeving van Kindcentra 2020: 1. Het belang van het kind staat voorop. Daarnaast is de keuzevrijheid van en de verantwoordelijkheid voor de ontwikkeling door de ouders/verzorgers van groot belang. Een IKC faciliteert de verantwoordelijke ouders om de ontwikkeling van hun kind optimaal vorm te geven. Een IKC heeft naast de persoonlijke doelstelling voor de ontwikkeling van een kind ook een maatschappelijk doel voor de totale samenleving. Ook die bedoelingen dienen geborgd te zijn in een kindcentrum. 2. Elk kind van nul tot en met twaalf jaar heeft een ontwikkelrecht dat door de ouders/opvoeders benut kan worden. Kinderen van nul tot en met twee jaar hebben een ontwikkelrecht samen met de ouders/opvoeders (ontmoeting) van een aantal uren week.. Tot en met het tweede jaar vindt opvang vooral thuis en/of in kleinschalige voorzieningen plaats, die wel in verbinding staat met het kindcentrum waar het kind vanaf zijn 2 à 2,5 levensjaar naar toe gaat. Samen vormen zij een integraal inhoudelijk, weliswaar fysiek dislokaal geheel. Kinderen vanaf twee jaar hebben het recht om twee dagen (vier dagdelen) deel te nemen aan activiteiten binnen het kindcentrum. De activiteiten zijn gericht op een brede ontwikkeling van kinderen. Formeel en informeel leren overlappen elkaar. De inzet van ICT is onlosmakelijk verbonden met de ontwikkelingen en vormt de verbinding tussen het kindcentrum en thuis. Het kindcentrum is een voorziening voor kinderen met hun ouders/opvoeders vanaf nul jaar en gaat daarmee segregatie tegen. Het kindcentrum is toegankelijk voor alle kinderen. 3. Samenhang in voorzieningen. Het kindcentrum is een voorziening voor ontwikkeling en educatie voor alle kinderen van nul tot en met twaalf jaar met doorlopende ontwikkelingslijnen en goede arrangementen. De organisatie is geflexibiliseerd. Activiteiten/arrangementen zijn niet per definitie herkenbaar vanuit het instituutsdenken. Voor ieder kind en ouder is er aanbod op maat. De toegevoegde waarde van samen ontwikkelen en leren in een groep wordt erkend. Het kindcentrum is een inclusieve voorziening die geschikt is voor alle kinderen, ongeacht hun zorg- of educatieve behoefte. De zorg die dat vraagt wordt kind-nabij georganiseerd en geboden. De professionals in het kindcentrum zijn in staat en worden ondersteund om met een grote diversiteit van kinderen en ouders/opvoeders om te gaan. Eén wettelijk en financieel kader. Het kindcentrum werkt ook als één wettelijk kader voor toezicht,één financieel kaderen één kindcentrumraad (medezeggenschap) De huidige schotten tussen primair onderwijs, kinderopvang, peuterspeelzalen, VVE, elementen van gezondheidszorg en welzijn zullen vooralsnog blijven maar zijn niet belemmerend in de uitvoering (alleen lastig). Kinderopvang en peuterspeelzaalwerk gaan als diensten met het onderwijs op gelijkwaardige basis samen in kindcentrum. Vereijken Advies De Stroom MB Beilen peter.vereijken@gmail.com / 39

121 4. Ouders kiezen. Er is - naast de leerplicht (ter bescherming van het kind en de maatschappelijke doelstellingen) - sprake van een ontwikkelrecht (geen plicht). Ouders zijn verantwoordelijk voor de ontwikkeling van hun kind en zijn daarmee partner van het kindcentrum. Het kindcentrum werkt vanuit de drie-eenheid kind, ouder, professional. Dit actieve partnerschap is op drie invalshoeken gestoeld: actief burgerschap, onderwijskundig partnerschap en ouderparticipatie, waaruit vijf soorten partnerschap voortvloeien (mee beleven, meedoen, meedenken, meepraten, meebeslissen). Een kindcentrum is ook een voorziening vanuit het arbeidsmarkt partnerschap (ontzorgen): het faciliteren van de combinatie van arbeid en zorg voor het kind. 5. Eén regie, één rechtspersoon. Een kindcentrum streeft naar één instituut voor ontwikkeling en educatie voor kinderen van nul tot en met twaalf jaar met één afgestemd dagprogramma en een breed aanbod zoals beweging, sport, spel, kunst, cultuur, natuur, communicatie, burgerschap, wetenschap, techniek, milieu, actualiteiten en bijvoorbeeld duurzaamheid. Het kindcentrum heeft op den duur één passende organisatiestructuur en werken met één team, opdat er gewerkt wordt volgens één pedagogische visie en er sprake is van doorgaande ontwikkelingslijnen. Zolang het stelsel niet hierop aangepast is, worden de verschillende kinddiensten via één van de vier Berenschot-modellen ondergebracht in één van de bestaande organisaties, te weten het onderwijs. Naast het vaste kernteam wordt er veelvuldig gewerkt met ouders/opvoeders, bewoners uit de buurt, vrijwilligers en vele andere specialisten. Een kindcentrum heeft een rijk en gevarieerd netwerk aan potentiële menskracht om een krachtige pedagogische en didactisch omgeving te creëren in en buiten de voorziening. 6. Integrale huisvesting. De huisvesting van een kindcentrum - het gebouw of de gebouwen van een centrum - wordt zo ingezet dat ze de integraliteit van werken ondersteunt en het concept van één regie, één manier van denken en één team mogelijk maakt. Dat vraagt ook van gemeenten dat zij één Integraal Huisvestingsplan maken waarin voldoende ruimte in en om het gebouw zijn voor de enorme diversiteit aan activiteiten. Het gebouw heeft een belangrijke functie in de omgeving waar het staat als ontmoetingsplaats voor de directe omgeving. Het gebouw faciliteert mede de kwaliteit van de leefbaarheid. 7. Lokale samenhang en verbinding. De gemeente oefent invloed uit op de kindcentra, aangezien deze centra een centraal onderdeel vormen van de sociale infrastructuur in gemeenten en belangrijk onderdeel zijn van het integraal jeugdbeleid. Deze kindcentra bieden maatwerk voor de wijk en vervullen een belangrijke functie in de sociale cohesie ( het cement ) van de wijk. Kindcentra zijn een belangrijke partner voor integraal jeugdbeleid en werken intensief samen met zorg en welzijn. It takes a village to raise a child. De pedagogische professionals werken - met hun kennis vanuit de verschillende disciplines met en voor de wijk (bijvoorbeeld ter ondersteuning van de opvoeding, gezondheid en leefbaarheid). 8. Mensen maken het verschil. Alle betaalde professionele medewerkers die werken bij een kindcentrum vallen, na een stelselwijziging onder dezelfde CAO met bijpassende (nieuwe) beroepsprofielen. Tot dat moment worden de verschillen in cao opgevangen door een van de Berenschot-modellen en dient en kan er met verschillende cao, onder één manager/directie gewerkt worden. Het kindcentrum biedt een uitdagende werk- en leeromgeving voor de pedagogische professionals met doorgaande carrièrelijnen en een goede mix van functies en specialisaties op verschillende niveaus. De kwaliteit van het kindcentrum wordt voortdurend verbeterd, onder andere door te investeren in de opleiding van de pedagogische professionals. Een belangrijke taak/rol voor de ontwikkeling van het kindcentrum is de verbinding tussen het team van medewerkers en de anderen. Een voortdurende aandacht is nodig voor leefbaarheid en betrokkenheid van de omgeving. 9. Eigentijdse voorzieningen. Het kindcentrum biedt een vast kernarrangement met openingstijden die ruim voldoende zijn voor de optimale ontwikkeling van kinderen en het faciliteren van ouders/opvoeders bij hun opvoedingstaak. Daarnaast wordt een verlengd arrangement geboden voor ouders die meer uren wensen af te nemen in verband met de combinatie van arbeid en zorg. Vereijken Advies De Stroom MB Beilen peter.vereijken@gmail.com / 39

122 Bijlage 5: Visuele weergave toekomstige situatie Wolderwijs Vereijken Advies De Stroom MB Beilen / 39

Jaarverslag 2012. Stichting Wolderwijs Dijkhuizen 28 7961 AK Ruinerwold. Telefoon: 0522-820000 Email: info@wolderwijs.nl Internet: www.wolderwijs.

Jaarverslag 2012. Stichting Wolderwijs Dijkhuizen 28 7961 AK Ruinerwold. Telefoon: 0522-820000 Email: info@wolderwijs.nl Internet: www.wolderwijs. Jaarverslag 2012 Stichting Wolderwijs Dijkhuizen 28 7961 AK Ruinerwold Telefoon: 0522-820000 Email: info@wolderwijs.nl Internet: www.wolderwijs.nl Versie 2.1 Inhoudsopgave Voorwoord 3 1. Maatschappelijke

Nadere informatie

Artikel 7 Opdracht Stichting Onderwijs Primair heeft de opdracht uitgewerkt naar vijf kernwaarden:

Artikel 7 Opdracht Stichting Onderwijs Primair heeft de opdracht uitgewerkt naar vijf kernwaarden: Concretisering Code Goed Bestuur voor Onderwijs Primair Inleiding De leden van de PO-Raad hebben in 2010 de Code Goed Bestuur vastgesteld als leidraad voor goed bestuur in het primair onderwijs. Het bestuur

Nadere informatie

Jaarverslag Stichting Wolderwijs Dijkhuizen AK Ruinerwold. Telefoon: Internet:

Jaarverslag Stichting Wolderwijs Dijkhuizen AK Ruinerwold. Telefoon: Internet: Jaarverslag 2013 Stichting Wolderwijs Dijkhuizen 28 7961 AK Ruinerwold Telefoon: 0522-820000 Email: info@wolderwijs.nl Internet: www.wolderwijs.nl Versie 2.0 Inhoudsopgave Voorwoord 3 1. Maatschappelijke

Nadere informatie

RAADSVOORSTEL. Nummer 2018/06

RAADSVOORSTEL. Nummer 2018/06 RAADSVOORSTEL Nummer 2018/06 datum raadsvergadering : 15 februari 2018 onderwerp : Begroting Stichting Openbaar Onderwijs Primair (St. OOP) 2018 portefeuillehouder : M.C. van der Weele datum raadsvoorstel

Nadere informatie

fa J f f f HA W Jaarverslag Walderwljs 7961 AK Rumerwold Teleføon Emel! derw\js nl wolderwus internet WW- Versne 2.

fa J f f f HA W Jaarverslag Walderwljs 7961 AK Rumerwold Teleføon Emel! derw\js nl wolderwus internet WW- Versne 2. 6 Jaarverslag fa J f f f HA W 2015 Walderwljs 7961 AK Rumerwold Teleføon 0522-820000 Emel! \nfc>@wc:1 derw\js nl internet nl wolderwus WW- Versne 2.0 Inhoudsopgave jaarverslag Voorwoord Bestuursverslag

Nadere informatie

Gemeente De Wolden. Agenda Gemeenteraad 1 / 5

Gemeente De Wolden. Agenda Gemeenteraad 1 / 5 Agenda Gemeenteraad Om 19.30 uur begint de Openbare Raadsavond met een presentatie van de bibliotheekplannen door mevrouw De Haas, bibliotheekmanager Drenthe. Aansluitend vindt de Openbare Raadsvergadering

Nadere informatie

Raadsvergadering : 22 april 2013 Agendanr. 15

Raadsvergadering : 22 april 2013 Agendanr. 15 Raadsvergadering : 22 april 2013 Agendanr. 15 Voorstelnr. : R 6948 Onderwerp : scheiding bestuur en toezicht Stichting Scholengroep OPRON Stadskanaal, 5 april 2013 Beslispunten 1. Instemmen met de gewijzigde

Nadere informatie

4. Zelf ervaren te werken met het schooljaarplan 5. Vragen en mogelijkheden de producten in te kijken

4. Zelf ervaren te werken met het schooljaarplan 5. Vragen en mogelijkheden de producten in te kijken Kwaliteit in Beweging Stichting Op Kop Agenda 1. Introductie 2. Kwaliteit in Beweging 3. Invoering van de methodiek en ervaringen binnen Stichting Op Kop 4. Zelf ervaren te werken met het schooljaarplan

Nadere informatie

Vergadering : 29 oktober 2009 Nummer : XVI, punt 4 Onderwerp : Verzelfstandiging openbaar primair onderwijs De Wolden Portefeuillehouder : A.

Vergadering : 29 oktober 2009 Nummer : XVI, punt 4 Onderwerp : Verzelfstandiging openbaar primair onderwijs De Wolden Portefeuillehouder : A. Vergadering : 29 oktober 2009 Nummer : XVI, punt 4 Onderwerp : Verzelfstandiging openbaar primair onderwijs De Wolden Portefeuillehouder : A. Damming Aan de gemeenteraad Voorstel: Het college verzoekt

Nadere informatie

Samen werken, samen ontwikkelen

Samen werken, samen ontwikkelen Samen werken, samen ontwikkelen Strategisch beleid ROOBOL 2015-2019 Willem Wouda/ Reiny Kas Siderius SAMENVATTING Het strategisch beleidsplan 2015-2019 bevat de missie en visie van Stichting ROOBOL. De

Nadere informatie

Aan de Gemeenteraad. Raadsvoorstel nr. 694681

Aan de Gemeenteraad. Raadsvoorstel nr. 694681 meppel.nl Raadsvoorstel Agendapunt: VII/9. Meppel, 2 juni 2015 Aan de Gemeenteraad. Raadsvoorstel nr. 694681 Onderwerp: Invoering Model Raad van Toezicht Stichting Promes Voorgesteld besluit 1. In te stemmen

Nadere informatie

Voorstel voor de Raad

Voorstel voor de Raad Voorstel voor de Raad Datum raadsvergadering : 27 juni 2013 Agendapuntnummer : XI, punt 5 Besluitnummer : 999 Portefeuillehouder : Burgemeester Roger de Groot Aan de gemeenteraad Onderwerp: Kaderstellende

Nadere informatie

Toezichtkader AB - DB

Toezichtkader AB - DB Toezichtkader AB - DB INHOUD 1. Inleiding... 1 Vaststelling... 2 2. Strategische doelen... 3 3. Toezicht op de bedrijfsvoering... 4 3.1 Inkomsten en uitgaven... 4 Middelen... 4 Frequentie... 4 3.2 Leerlingenaantal...

Nadere informatie

Inleiding. Begrippenkader

Inleiding. Begrippenkader Beleidsplan opbrengstgericht personeelsmanagement bij De Veenplas Beleid en doelen voor het thema Personeel voor de jaren 2013 2016 Vastgesteld juli 2013 Inleiding Wij beschouwen onze leerkrachten als

Nadere informatie

Raadsvoorstel tot definitief besluit bestuurlijke schaalvergroting openbaar onderwijs

Raadsvoorstel tot definitief besluit bestuurlijke schaalvergroting openbaar onderwijs Raadsvoorstel tot definitief besluit bestuurlijke schaalvergroting openbaar onderwijs Nummer Datum 24 mei 2005 Verantwoordelijk portefeuillehouder : de heer J.F. Scheerstra Medeverantwoordelijk portefeuillehouder

Nadere informatie

voorstel aan de gemeenteraad

voorstel aan de gemeenteraad voorstel aan de gemeenteraad Aan de raad van de gemeente gouda Sector ERZ Afdeling Oboo telefoon 588407 voorstelnummer 34 gouda 12 maart 2005 iz-nummer 2005.3060a Steller j. veldhoen Onderwerp de gevolgen

Nadere informatie

Raadsstuk. Onderwerp Instandhouding openbaar primair onderwijs 2018

Raadsstuk. Onderwerp Instandhouding openbaar primair onderwijs 2018 Raadsstuk Onderwerp Instandhouding openbaar primair onderwijs 2018 Nummer 2018/199902 Portefeuillehouder Snoek, M. Programma/beleidsveld 1.1 Onderwijs en sport Afdeling JOS Auteur Out-Schipper, I. Telefoonnummer

Nadere informatie

Managementstatuut. Stichting Invitare Openbaar Onderwijs. Managementstatuut. Zoals vastgesteld. Geldig tot uiterlijk:

Managementstatuut. Stichting Invitare Openbaar Onderwijs. Managementstatuut. Zoals vastgesteld. Geldig tot uiterlijk: Managementstatuut Zoals vastgesteld Geldig tot uiterlijk: 01-01-2017 Managementstatuut Stichting Invitare Openbaar Onderwijs Zoals: - 26 januari 2016 goedgekeurd door de Raad van Toezicht. - 23 maart 2016

Nadere informatie

BOOR speciaal, speciaal BOOR VERANTWOORDEN

BOOR speciaal, speciaal BOOR VERANTWOORDEN STRATEGISCH BELEIDSPLAN SO /VSO Stichting BOOR BOOR speciaal, speciaal BOOR en VERANTWOORDEN BOOR speciaal,speciaal BOOR Kernopdracht (koers) Kernwaarden Kwaliteit van de koers Onderwijsconcept Ondersteunende

Nadere informatie

Burger en Bestuur in november 2012. December 2012

Burger en Bestuur in november 2012. December 2012 BIJLAGENUMMER Agendapunt Omvorming gemeenschappelijke regeling Openbaar Speciaal en Voortgezet Speciaal Onderwijs West- Friesland tot openbare Stichting Leerzaam. Onderwerp Ter advisering aan de commissie

Nadere informatie

Raadsvoorstel. Aan de raad,

Raadsvoorstel. Aan de raad, Raadsvoorstel Zaaknummer Portefeuillehouder Voorstel 765996 De heer H. ter Heegde, burgemeester Zienswijze indienen over de jaarstukken 2017 en de ontwerpbegroting 2019 Veiligheidsregio Gooi en Vechtstreek

Nadere informatie

RAADSVOORSTEL Agendanummer 7.4. Onderwerp: Toetreding Drimmelen tot Stichting Openbaar Basisonderwijs (OBO) West-Brabant

RAADSVOORSTEL Agendanummer 7.4. Onderwerp: Toetreding Drimmelen tot Stichting Openbaar Basisonderwijs (OBO) West-Brabant RAADSVOORSTEL Agendanummer 7.4 Raadsvergadering van 4 november 2010 Onderwerp: Toetreding Drimmelen tot Stichting Openbaar Basisonderwijs (OBO) West-Brabant Verantwoordelijke portefeuillehouder: A.Grootenboer

Nadere informatie

Nr. 2011-046 Houten, 30 augustus 2011

Nr. 2011-046 Houten, 30 augustus 2011 Raadsvoorstel Nr. 2011-046 Houten, 30 augustus 2011 Onderwerp: Wijzigen bestuursmodel Stichting Openbaar Onderwijs Houten Beslispunten: 1. In te stemmen met de invoering van een College van Bestuur met

Nadere informatie

5. Concept raadsbesluit

5. Concept raadsbesluit Voorstel aan : Gemeenteraad van 28 januari 2013 Door tussenkomst van : Raadscommissie van 22 januari 2013 Nummer : Onderwerp : Wijziging statuten Stichting Baasis als gevolg van oprichten samenwerkingsschool

Nadere informatie

Raadsvoorstel agendapunt

Raadsvoorstel agendapunt Raadsvoorstel agendapunt Aan de raad van de gemeente IJsselstein Raadsstuknummer : 2013/05778 Datum : 16 april 2013 Programma : Onderwijs Blad : 1 van 6 Cluster : Samenleving Portefeuillehouder : mw. M.

Nadere informatie

Jaarverslag 2014-2015 DE DELTA

Jaarverslag 2014-2015 DE DELTA Jaarverslag 2014-2015 DE DELTA VOORWOORD In dit verslag van obs de Delta treft u op schoolniveau een verslag aan van de ontwikkelingen in het afgelopen schooljaar in het kader van de onderwijskundige ontwikkelingen,

Nadere informatie

Versie 0.3 Datum: 4 maart Managementstatuut

Versie 0.3 Datum: 4 maart Managementstatuut Versie 0.3 Datum: 4 maart 2013 Managementstatuut Begripsbepalingen Artikel 1 In dit managementstatuut statuut wordt verstaan onder: Stichting : CBO Meilân, Stichting voor Christelijk Primair Onderwijs

Nadere informatie

Jaarrekening 2013 Stichting Openbaar Onderwijs Land van Heusden en Altena Volgnr Corsa kenmerk

Jaarrekening 2013 Stichting Openbaar Onderwijs Land van Heusden en Altena Volgnr Corsa kenmerk Onderwerp Jaarrekening 2013 Stichting Openbaar Onderwijs Land van Heusden en Altena Volgnr. 2014-037 Corsa kenmerk 14.0009805 Portefeuillehouder wethouder R. Bergsma de raad Ambtenaar G. Vonk Afdeling

Nadere informatie

Farid Chikar / juni 2017

Farid Chikar / juni 2017 Agendapunt commissie: 4.1 steller telefoonnummer email Farid Chikar 040-2083696 Farid.chikar@A2samenwerking.nl agendapunt kenmerk datum raadsvergadering 208981/269305 29 juni 2017 Portefeuillehouder Wethouder

Nadere informatie

Voorgesteld besluit de Verordening Verordening ruimte- en inrichtingseisen peuterspeelzalen gemeente Wijk bij Duurstede 2012 wordt vastgesteld.

Voorgesteld besluit de Verordening Verordening ruimte- en inrichtingseisen peuterspeelzalen gemeente Wijk bij Duurstede 2012 wordt vastgesteld. Raadsvergadering, 19 juni 2012 Voorstel aan de Raad Onderwerp: Vaststelling Verordening Peuterspeelzalen. Nr.: 505 Agendapunt: 9 Datum: 29 mei 2012 Onderdeel raadsprogramma: Samenleven Portefeuillehouder:

Nadere informatie

Reglement College van Bestuur. Onderwijsstichting Esprit

Reglement College van Bestuur. Onderwijsstichting Esprit Reglement College van Bestuur Onderwijsstichting Esprit Amsterdam, vastgesteld, na goedkeuring door de Raad van Toezicht op 4 december 2015, door het College van Bestuur in haar vergadering van 7 december

Nadere informatie

Raadsvergadering : 29 oktober 2012 Agendanr. 14. : jaarverslag en jaarrekening 2011 Scholengroep OPRON

Raadsvergadering : 29 oktober 2012 Agendanr. 14. : jaarverslag en jaarrekening 2011 Scholengroep OPRON Raadsvergadering : 29 oktober 2012 Agendanr. 14 Voorstelnr. : R 6912 Onderwerp : jaarverslag en jaarrekening 2011 Scholengroep OPRON Stadskanaal, 12 oktober 2012 Beslispunten 1. Kennisnemen van het jaarverslag

Nadere informatie

Organisatie toezicht stichting Proo

Organisatie toezicht stichting Proo Nr. PRO1500024 Casenr. PRO15-0003 Naam : J. Aalbers Datum : 16 april 2015 pagina 2 van 6 Inhoudsopgave 1. Samenvatting 2. Achtergrond 3. Regelgeving 4. Toezicht Proo 5. Intern toezicht 6. Extern toezicht

Nadere informatie

SCHOLINGSBELEID PANTA RHEI

SCHOLINGSBELEID PANTA RHEI SCHOLINGSBELEID PANTA RHEI 1 Inleiding De Stichting PANTA RHEI is in april 2006 van start gegaan na een fusie van De Jakobsladder, het Openbaar Onderwijs Leidschendam-Voorburg en de Stichting Katholiek

Nadere informatie

Passend onderwijs en kwaliteitsbeleid

Passend onderwijs en kwaliteitsbeleid Passend onderwijs en kwaliteitsbeleid Lia van Meegen Kwaliteitsbeleid Wettelijk kader: inspectie Kwaliteitsbeleid op twee niveaus: Niveau van het swv Niveau afzonderlijke besturen en scholen Kwaliteitszorg

Nadere informatie

Toezichtkader Raad van Toezicht

Toezichtkader Raad van Toezicht Toezichtkader Raad van Toezicht 1 Toezichtkader Raad van Toezicht dr. Aletta Jacobs College De Raad van Toezicht houdt integraal toezicht, dat wil zeggen toezicht op alle aspecten van de stichting en de

Nadere informatie

Managementstatuut. t Baken De Horn De Werkschuit De Toermalijn Piet de Springer. www.obswijk.nl

Managementstatuut. t Baken De Horn De Werkschuit De Toermalijn Piet de Springer. www.obswijk.nl t Baken De Horn De Werkschuit De Toermalijn Piet de Springer www.obswijk.nl Inhoudsopgave Preambule 3 Artikel 1. Definities 3 Artikel 2. Vaststelling en wijziging van het managementstatuut 4 Artikel 3.

Nadere informatie

Inhoudsopgave. Deel A Kengetallen en terugblik op het afgelopen schooljaar. Deel B Doelstellingen en jaarplan. Inleiding. School. 1.

Inhoudsopgave. Deel A Kengetallen en terugblik op het afgelopen schooljaar. Deel B Doelstellingen en jaarplan. Inleiding. School. 1. Inhoudsopgave Inleiding School Deel A Kengetallen en terugblik op het afgelopen schooljaar 1. Leerlinggegevens 1.1 Algemene gegevens 1.2 Gegevens m.b.t. passend onderwijs 2. Toezicht Onderwijsinspectie

Nadere informatie

FUNCTIONERINGSBELEID. Stichting R.K. Schoolbestuur Culemborg en Omstreken

FUNCTIONERINGSBELEID. Stichting R.K. Schoolbestuur Culemborg en Omstreken FUNCTIONERINGSBELEID Stichting R.K. Schoolbestuur Culemborg en Omstreken Personeelsgesprekken Personeelsbeleid is gericht op de belangen van de individuele medewerkers en op de belangen van de organisatie

Nadere informatie

2) Instemmen met de benoeming van de voorgedragen leden van de Raad van Toezicht van de Stichting openbaar onderwijs Marenland;

2) Instemmen met de benoeming van de voorgedragen leden van de Raad van Toezicht van de Stichting openbaar onderwijs Marenland; Gemeente Appingedam Raadsvoorstel Raadsagenda d.d.: 14 maart 2016 Voorstel nummer : 8 Behandelend ambtenaar : Willem van der Oest Telefoonnummer : 0596 691194 E-mailadres : w.vanderoest@appingedam.nl Portefeuillehouder

Nadere informatie

Raadsvoorstel. Agendanummer: Datum raadsvergadering: Onderwerp: Beoogde bestuurlijke fusie tussen de Stichting OPOCK en de Stichting VOCA

Raadsvoorstel. Agendanummer: Datum raadsvergadering: Onderwerp: Beoogde bestuurlijke fusie tussen de Stichting OPOCK en de Stichting VOCA Raadsvoorstel Agendanummer: Datum raadsvergadering: Onderwerp: Beoogde bestuurlijke fusie tussen de Stichting OPOCK en de Stichting VOCA Gevraagde Beslissing: Te besluiten om: 1. De beoogde bestuurlijke

Nadere informatie

RAADSVOORSTEL. Aan de Raad van de gemeente Hattem, Inhoud Onderwerp. : Nieuwe governance-structuur Openbaar Onderwijs Zwolle Indiener

RAADSVOORSTEL. Aan de Raad van de gemeente Hattem, Inhoud Onderwerp. : Nieuwe governance-structuur Openbaar Onderwijs Zwolle Indiener RAADSVOORSTEL Inhoud Onderwerp : Nieuwe governance-structuur Openbaar Onderwijs Zwolle Indiener : College van B en W Voorstel behandeling : Ter vaststelling door gemeenteraad Bevoegd orgaan : Gemeenteraad

Nadere informatie

MEDEZEGGENSCHAPSSTATUUT SWV Passend Onderwijs PO te Apeldoorn

MEDEZEGGENSCHAPSSTATUUT SWV Passend Onderwijs PO te Apeldoorn Versie 4 december 2014 MEDEZEGGENSCHAPSSTATUUT SWV Passend Onderwijs 25.05 PO te Apeldoorn Hoofdstuk 1 Algemene bepalingen Artikel 1 Begripsbepalingen a. wet: de Wet medezeggenschap op scholen (Stb. 2006,

Nadere informatie

1. De raadsinformatiebrief over de stand van het Openbaar Onderwijs in Nijmegen vast te stellen.

1. De raadsinformatiebrief over de stand van het Openbaar Onderwijs in Nijmegen vast te stellen. Collegevoorstel Openbaar Onderwerp Toezicht Openbaar Onderwijs in Nijmegen Programma Onderwijs BW-nummer Portefeuillehouder R. Helmer-Englebert Samenvatting Na de verzelfstandiging van het openbaar onderwijs

Nadere informatie

MANAGEMENTSTATUUT Stichting FACETSCHOLEN

MANAGEMENTSTATUUT Stichting FACETSCHOLEN MANAGEMENTSTATUUT Stichting FACETSCHOLEN 2015-2017 Artikel 1 Definitiebepaling In dit managementstatuut wordt verstaan onder Raad van Toezicht: De Raad van Toezicht (RvT) houdt toezicht op het college

Nadere informatie

Commissie Bestuur. Commissie Ruimte. Commissie Sociaal. Informerende Commissie. Bespreken. Kennis van nemen. Kaderstellen.

Commissie Bestuur. Commissie Ruimte. Commissie Sociaal. Informerende Commissie. Bespreken. Kennis van nemen. Kaderstellen. Raad VOORBLAD Onderwerp Wijziging statuten stichting OPONOA Agendering Commissie Bestuur x Gemeenteraad Commissie Ruimte Lijst ingekomen stukken x Commissie Sociaal Informerende Commissie Behandelwijze

Nadere informatie

Activiteitenplan Schooljaar

Activiteitenplan Schooljaar Activiteitenplan Schooljaar 2017-2018 Hoofdstuk 1: Inleiding Hoofdstuk 2: Jaarplan Hoofdstuk 3: Financiën 1. Inleiding Waarom een activiteitenplan? Vanuit wet- en regelgeving en vanuit cao s blijkt al

Nadere informatie

Raadsvergadering : 13 december 2010 Agendanr. 13. : jaarverslag en jaarrekening 2009 Scholengroep OPRON

Raadsvergadering : 13 december 2010 Agendanr. 13. : jaarverslag en jaarrekening 2009 Scholengroep OPRON Raadsvergadering : 13 december 2010 Agendanr. 13 Voorstelnr. : R 6806 Onderwerp : jaarverslag en jaarrekening 2009 Scholengroep OPRON Stadskanaal, 26 november 2010 Beslispunten 1. Kennisnemen van het jaarverslag

Nadere informatie

Jaarplan 2014-2015 Medezeggenschapsraad R.K. Basisschool Gerardus Majella

Jaarplan 2014-2015 Medezeggenschapsraad R.K. Basisschool Gerardus Majella Jaarplan 2014-2015 Medezeggenschapsraad R.K. Basisschool Gerardus Majella 1/8 Inhoudsopgave Algemeen 3 1 Visie, uitgangspunten en werkwijze 4 2 Regelingen en beleidsplannen 4 3 Bezetting en verkiesbaarheid

Nadere informatie

Bijlage 6. Uitwerking KPI s uit het kwaliteitszorgsysteem

Bijlage 6. Uitwerking KPI s uit het kwaliteitszorgsysteem Bijlage 6. Uitwerking KPI s uit het kwaliteitszorgsysteem Uitwerking KPI's Indicator Hoe doen we dat? Waar ligt dat vast? Hoe brengen we het resultaat in beeld? Wat monitoren we? Kwaliteitsaspect 1 Resultaten

Nadere informatie

Goedkeuring statutenwijziging Stichting Openbaar Onderwijs Rijn- en Heuvelland (WereldKidz)

Goedkeuring statutenwijziging Stichting Openbaar Onderwijs Rijn- en Heuvelland (WereldKidz) RAADSVOORSTEL Raadsvergadering Zaaknummer 13-12-2018 609391 Onderwerp: (WereldKidz) Goedkeuring statutenwijziging Stichting Openbaar Onderwijs Rijn- en Heuvelland Aan de raad, Onderwerp Goedkeuring statutenwijziging

Nadere informatie

JAARVERSLAG GEMEENSCHAPPELIJKE MEDEZEGGENSCHAPSRAAD

JAARVERSLAG GEMEENSCHAPPELIJKE MEDEZEGGENSCHAPSRAAD JAARVERSLAG GEMEENSCHAPPELIJKE MEDEZEGGENSCHAPSRAAD 2014-2015 INHOUDSOPGAVE INHOUDSOPGAVE INLEIDING... 1 1. Medezeggenschap bij Stichting Prisma... 3 1.1 Samenstelling Gemeenschappelijke Medezeggenschapsraad

Nadere informatie

Reglement College van Bestuur. Onderwijsstichting Esprit

Reglement College van Bestuur. Onderwijsstichting Esprit Reglement College van Bestuur Onderwijsstichting Esprit Amsterdam, vastgesteld, na goedkeuring door de Raad van Toezicht op 17 maart 2017, door het College van Bestuur in haar vergadering van 20 maart

Nadere informatie

Toelichting bij de begroting 2015 Stopoz Hierbij biedt het bestuur van Stopoz u de toelichtingsbrief en de begroting 2015 aan.

Toelichting bij de begroting 2015 Stopoz Hierbij biedt het bestuur van Stopoz u de toelichtingsbrief en de begroting 2015 aan. Toelichting bij de begroting 2015 Stopoz 28-10-2014 Inleiding Hierbij biedt het bestuur van Stopoz u de toelichtingsbrief en de begroting 2015 aan. De toelichtingsbrief beschrijft de financiële uitgangspunten,

Nadere informatie

12 Stiens, 28 juli 2014

12 Stiens, 28 juli 2014 12 Stiens, 28 juli 2014 Raadsvergadering: 4 september 2014 Voorstelnummer: 2014/49 Portefeuillehouder: C. Vos Behandelend ambtenaar: Jitske Bosch E-mail: j.bosch@leeuwarderadeel.nl Telefoonnr. : 058-2576668

Nadere informatie

Werkveld Datum Instemming/Advies GMR Vastgesteld CvB

Werkveld Datum Instemming/Advies GMR Vastgesteld CvB Werkveld Datum Instemming/Advies GMR Vastgesteld CvB Personeel Juni 2010 I 6 december 2010 3.2 Mobiliteitsbeleid Personeel/Mobiliteitsbeleid Inhoudsopgave 1. Beleidsinhoud 3 2. Beleidsuitwerking 5 2.1

Nadere informatie

Zijn in het voorstel één of meer van de volgende aspecten van toepassing?

Zijn in het voorstel één of meer van de volgende aspecten van toepassing? ' ř Gemeente fi Bergen op Zoom Voorlegger I Onderwerp Nummer voorstel Datum voorstel Portefeuillehouder(s) Contactpersoon Afdeling Contactpersoon Email Contactpersoon Telefoon Programmanummer en -naam

Nadere informatie

Onderwerp: Jaarstukken 2017 en ontwerpbegroting 2019 van de GR VKB

Onderwerp: Jaarstukken 2017 en ontwerpbegroting 2019 van de GR VKB Vergadering gemeenteraad d.d. 28 juni 2018 Agenda nummer 7 Portefeuillehouder: wethouder de heer M. Joostens Onderwerp: Jaarstukken 2017 en ontwerpbegroting 2019 van de GR VKB Korte inhoud: de gemeenschappelijke

Nadere informatie

5.5 Managementstatuut

5.5 Managementstatuut 5.5 Managementstatuut Directie Overleg 24-04-14 en 27-05-14 Goedkeuring van RvT 23-04-14 en 04-06-14 Advies GMR 18-06-14 Vastgesteld door CvB Versie 1.0 Begripsbepalingen Artikel 1 In dit managementstatuut

Nadere informatie

Toezichtskader Gemeenteraad Openbaar Primair Onderwijs Gemeente De Wolden. Toezichtskader Gemeenteraad Openbaar Primair Onderwijs De Wolden

Toezichtskader Gemeenteraad Openbaar Primair Onderwijs Gemeente De Wolden. Toezichtskader Gemeenteraad Openbaar Primair Onderwijs De Wolden Toezichtskader Gemeenteraad Openbaar Primair Onderwijs De Wolden De Wolden, 29 oktober 2009 1 Inleiding Vanaf het moment dat de gemeente het openbaar basisonderwijs vermogensrechtelijk heeft verzelfstandigd,

Nadere informatie

Wijziging statuten Stichting openbaar onderwijs Marenland

Wijziging statuten Stichting openbaar onderwijs Marenland AAN DE RAAD VAN DE GEMEENTE TEN BOER Raadsvergadering: 24 februari 2016 Registratienummer: TB16.5527469 Agendapunt: 10 Onderwerp: Wijziging statuten Stichting openbaar onderwijs Marenland Voorstel: I.

Nadere informatie

4. Bij voorkeur zal de raad van toezicht van Stichting P60 bij de werving van nieuwe toezichthouders buiten het eigen netwerk zoeken.

4. Bij voorkeur zal de raad van toezicht van Stichting P60 bij de werving van nieuwe toezichthouders buiten het eigen netwerk zoeken. REGLEMENT RAAD VAN TOEZICHT Opgesteld door de voorzitter op 25.03.2013 Vastgesteld door de raad van toezicht op: 27.05.2013 te Amstelveen HOOFDSTUK I. ALGEMEEN Artikel 1. Begrippen en terminologie Dit

Nadere informatie

Op basis van de huidige statuten dient een dergelijke wijziging goedgekeurd te worden door u als gemeenteraad.

Op basis van de huidige statuten dient een dergelijke wijziging goedgekeurd te worden door u als gemeenteraad. Adviesnota Raad Raadsvergadering d.d. : 19 februari 2014 Agendapunt : 15 Onderwerp : Voorstel tot instemming met de statutenwijziging van Stichting PrimAH Portefeuillehouder : wethouder H.J. Dijkstra Datum

Nadere informatie

Profieldocument ouderlid van de gemeenschappelijke medezeggenschapsraad van Leerrijk!

Profieldocument ouderlid van de gemeenschappelijke medezeggenschapsraad van Leerrijk! Profieldocument ouderlid van de gemeenschappelijke medezeggenschapsraad van Leerrijk! Waalwijk, maart 2017 Inhoudsopgave 2 1. Informatie over Leerijk! 3 1.1. Organisatie 1.2. Positie van de GMR 1.3. Missie

Nadere informatie

Toezichtkader Raad van Toezicht Stichting Bravoo. 25 november 2018/definitieve versie/toezichtkader/raad van Toezicht Stichting Bravoo

Toezichtkader Raad van Toezicht Stichting Bravoo. 25 november 2018/definitieve versie/toezichtkader/raad van Toezicht Stichting Bravoo 1 Toezichtkader Raad van Toezicht Stichting Bravoo 2 3 1 Inleiding De Raad van Toezicht van Stichting Bravoo houdt als intern toezichthouder integraal toezicht op de gang van zaken binnen de stichting

Nadere informatie

Geraadpleegd

Geraadpleegd VOORSTEL AAN BURGEMEESTER EN WETHOUDERS Van: H. Steijn Tel.nr. : 06-35113525 Geraadpleegd consulent Datum: 13 november 2013 Team: JLV Financieel: Tekenstukken: Ja Bijlagen: 1 Afschrift aan: N.a.v. (evt.

Nadere informatie

Mobiliteitsbeleid VCBO Kollumerland

Mobiliteitsbeleid VCBO Kollumerland Mobiliteitsbeleid VCBO Kollumerland Werkveld: personeel Datum: december 2012 Instemming/Advies GMR: Vastgesteld Bestuur: Inhoudsopgave 1. BELEIDSINHOUD 3 2. BELEIDSUITWERKING 4 2.1 Inventarisatie mobiliteit

Nadere informatie

Raadsvergadering. Onderwerp Invulling horizontale verantwoording op basis van de Wet revitalisering generiek toezicht

Raadsvergadering. Onderwerp Invulling horizontale verantwoording op basis van de Wet revitalisering generiek toezicht RAADSVOORSTEL Raadsvergadering Nummer 18-09-2014 14-082 Onderwerp Invulling horizontale verantwoording op basis van de Wet revitalisering generiek toezicht Aan de raad, Onderwerp Invulling horizontale

Nadere informatie

: 14 april 2014 : 12 mei : dhr. G.H.J. Weierink : Onderwerp: Synchronisatieproces Planning- & controlcyclus Montfoort en IJsselstein

: 14 april 2014 : 12 mei : dhr. G.H.J. Weierink : Onderwerp: Synchronisatieproces Planning- & controlcyclus Montfoort en IJsselstein RAADSVOORSTEL ter besluitvorming in de raad Datum Forum vergadering Datum Raadsvergadering Portefeuillehouder Verantwoordelijk MT-lid : 14 april 2014 : 12 mei 2014 : dhr. G.H.J. Weierink : Zaaknummer :

Nadere informatie

Elk hoofdstuk bevat een conclusie met eventuele actiepunten voor het nieuwe schooljaar.

Elk hoofdstuk bevat een conclusie met eventuele actiepunten voor het nieuwe schooljaar. Evaluatie schooljaarverslag 2014 2015 Naam school OBS It Iepen Stee Adres Buurtlaan 3 Postcode / Plaats 9258 CK Jistrum Telefoon 0512 47 17 83 e-mail info@iepenstee.nl Website www.iepenstee.nl Directeur

Nadere informatie

Agendanummer: Begrotingswijz.:

Agendanummer: Begrotingswijz.: Agendanummer: Begrotingswijz.: CS1 Notitie samenwerking en spreiding kinderopvang, peuterspeelzaalwerk en primair Onderwerp : onderwijs 'Een stap in het bundelen van krachten' Kenmerk: 10/0025968 Aan de

Nadere informatie

Jaarplan Medezeggenschapsraad St Franciscusschool

Jaarplan Medezeggenschapsraad St Franciscusschool Jaarplan Medezeggenschapsraad St Franciscusschool Schooljaar 2015-2016 Visie en missie Als Medezeggenschapsraad (MR) houden we ons primair bezig met het schoolbeleid. Hoofdzaak is het toetsen van dit schoolbeleid.

Nadere informatie

*ONDER EMBARGO TOT DONDERDAG 19 MEI 2011, 15.00 UUR*

*ONDER EMBARGO TOT DONDERDAG 19 MEI 2011, 15.00 UUR* *ONDER EMBARGO TOT DONDERDAG 19 MEI 2011, 100 UUR* Raadsvoorstel GEMEENTEBESTUUR onderwerp Programmarapportage 2011-1 team SBSBD raadsnummer 2011 54 collegevergadering raadsvergadering fatale termijn programma

Nadere informatie

Notitie toezicht openbaar onderwijs

Notitie toezicht openbaar onderwijs Notitie toezicht openbaar onderwijs 1. Taak/verantwoordelijkheid gemeente...1 2. Taakafbakening met Centrum financiële instellingen...1 3. Probleemstelling...2 4. Verbetervoorstellen...2 5. Conclusie en

Nadere informatie

kwaliteitsbeleid Actiepunten Gewenst resultaat Acties Wie Wanneer Borging

kwaliteitsbeleid Actiepunten Gewenst resultaat Acties Wie Wanneer Borging VERANDERPLAN cursusjaar 2013-2014 PLANNINGSAFSPRAKEN CBS de fjouwerhoeke Fennewei 2 9144CX Hantumhuizen kwaliteitsbeleid Actiepunten Gewenst resultaat Acties Wie Wanneer Borging Afname volgens vierjarenplanning

Nadere informatie

Onderwerp Aanvullend krediet t.b.v. renovatie basisschool De Regenboog

Onderwerp Aanvullend krediet t.b.v. renovatie basisschool De Regenboog Raadsvoorstel Agendapunt: Onderwerp Aanvullend krediet t.b.v. renovatie basisschool De Regenboog Datum voorstel Datum raadsvergadering Bijlagen Ter inzage 28 mei 2014 8 juli 2014 Activiteitenplan+ kostenraming

Nadere informatie

Nota van B&W. Onderwerp Opheffen beheerscommissie Bos en Vaart

Nota van B&W. Onderwerp Opheffen beheerscommissie Bos en Vaart Onderwerp Opheffen beheerscommissie Bos en Vaart Nota van B&W Portefeuille M. Divendal Auteur Dhr. S.K. Satter Telefoon 5115708 E-mail: ssatter@haarlem.nl MO/OWG Reg.nr. OWG-2006-569 GEEN bijlagen kopiëren

Nadere informatie

Onderwerp: Statutenwijziging Stichting openbaar onderwijs Marenland.

Onderwerp: Statutenwijziging Stichting openbaar onderwijs Marenland. Raadsvergadering 22 februari 2016 Nr.: 10 AAN de gemeenteraad Onderwerp: Statutenwijziging Stichting openbaar onderwijs Marenland. Portefeuillehouder: Wethouder B. Schollema. Ter inzage liggende stukken:

Nadere informatie

Raadsvergadering d.d.: 29 september 2014 Agenda nr: Onderwerp: jaarverslag 2013 jong Leren jong Leren en begroting 2014 kom Leren

Raadsvergadering d.d.: 29 september 2014 Agenda nr: Onderwerp: jaarverslag 2013 jong Leren jong Leren en begroting 2014 kom Leren Raadsnota Raadsvergadering d.d.: 29 september 2014 Agenda nr: Onderwerp: jaarverslag 2013 jong Leren jong Leren en begroting 2014 kom Leren Aan de gemeenteraad, 1. Doel, Samenvatting en Advies van het

Nadere informatie

Raadsvoorstel. Status: Besluitvormend. Agendapunt: 8. Onderwerp: Verbeterpunten Planning en Control Datum: 26 november 2012.

Raadsvoorstel. Status: Besluitvormend. Agendapunt: 8. Onderwerp: Verbeterpunten Planning en Control Datum: 26 november 2012. Raadsvoorstel Status: Besluitvormend Agendapunt: 8 Onderwerp: Verbeterpunten Planning en Control 2012 Datum: 26 november 2012 Portefeuillehouder: dhr. E. Goldsteen Decosnummer: 124 Informant: Jan van der

Nadere informatie

JAARVERSLAG GEMEENSCHAPPELIJKE MEDEZEGGENSCHAPSRAAD 2013-2014

JAARVERSLAG GEMEENSCHAPPELIJKE MEDEZEGGENSCHAPSRAAD 2013-2014 JAARVERSLAG GEMEENSCHAPPELIJKE MEDEZEGGENSCHAPSRAAD 2013-2014 Versie juli 2014 INHOUDSOPGAVE INHOUDSOPGAVE... 1 INLEIDING... 2 1. Medezeggenschap bij Stichting Prisma... 3 1.1 Samenstelling Gemeenschappelijke

Nadere informatie

JAARPLAN MEDEZEGGENSCHAPSRAAD OBS DE VIJVERSTEE. De Fledders GA Vries

JAARPLAN MEDEZEGGENSCHAPSRAAD OBS DE VIJVERSTEE. De Fledders GA Vries JAARPLAN 2017-2018 MEDEZEGGENSCHAPSRAAD OBS DE VIJVERSTEE De Fledders 14 9481 GA Vries 1 1. Inhoud 1. Inhoud 2 2. Algemeen 3 3. Visie, uitgangspunten en werkwijze 4 4. Bezetting en verkiesbaarheid MR-leden

Nadere informatie

Toezichtkader Bestuur

Toezichtkader Bestuur Toezichtkader Bestuur Vastgesteld bestuur CBO Zeist e.o. : 12 november 2013 Vastgesteld GMR : 19 november 2013 Inhoudsopgave 1. Vooraf... 2 1.2 Wat zijn de ontwikkelingen... 2 2. Taken van het bestuur...

Nadere informatie

Reglement Raad van Toezicht

Reglement Raad van Toezicht Reglement Raad van Toezicht ter uitvoering van artikel 14, lid 3, van de statuten van de Vereniging voor Christelijk Voortgezet Onderwijs te Ermelo Begrippen In dit reglement wordt onder Raad verstaan

Nadere informatie

Jaarverslag 2012, begroting , schooljaarrekeningen en Sociaal Jaarverslag van Stichting Dunamare Onderwijsgroep/

Jaarverslag 2012, begroting , schooljaarrekeningen en Sociaal Jaarverslag van Stichting Dunamare Onderwijsgroep/ Haarlem Procesinformatie Onderwerp Jaarverslag 2012, begroting 2013-2014, schooljaarrekeningen 2012-2013 en Sociaal Jaarverslag 2012-2013 van Stichting Dunamare Onderwijsgroep/ Portefeuillehouder Secretaris

Nadere informatie

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 10073 14 april 2015 Regeling van de Staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap van 2 april 2015, FenV/732728,

Nadere informatie

Raadsvergadering van 1 november 2012 Agendanummer: 5

Raadsvergadering van 1 november 2012 Agendanummer: 5 RAADSVOORSTEL Verseon kenmerk: 368891 Raadsvergadering van 1 november 2012 Agendanummer: 5 Onderwerp: Beleidsbegroting 2013-2016 Verantwoordelijk portefeuillehouder: Drs. F.P. Fakkers SAMENVATTING Vanuit

Nadere informatie

Schoolondersteuningsprofiel. 11BF00 De Mienskip

Schoolondersteuningsprofiel. 11BF00 De Mienskip Schoolondersteuningsprofiel 11BF00 De Mienskip Inhoudsopgave Inhoud Toelichting... 4 DEEL I INVENTARISATIE... 7 1 Typering van de school... 7 2 Kwaliteit basisondersteuning... 8 3 Basisondersteuning...

Nadere informatie

Raadsvergadering : 21 november 2011 Agendanr. 14

Raadsvergadering : 21 november 2011 Agendanr. 14 Raadsvergadering : 21 november 2011 Agendanr. 14 Voorstelnr. : R 6861 Onderwerp : jaarverslag en jaarrekening 2010 Scholengroep OPRON Stadskanaal, 4 november 2011 Beslispunten 1. Kennisnemen van het jaarverslag

Nadere informatie

RAADSVOORSTEL. Nummer 2017/39

RAADSVOORSTEL. Nummer 2017/39 Nummer 2017/39 datum raadsvergadering : 12 oktober 2017 onderwerp : Jaarrekening 2016 Stichting Openbaar Onderwijs Primair (OOP) portefeuillehouder : M.C. van der Weele datum raadsvoorstel : 5 september

Nadere informatie

Mini ALV. 21 maart 2013

Mini ALV. 21 maart 2013 Mini ALV 21 maart 2013 Agenda 1. Opening 2. Mededelingen 3. Notulen 6 november 4. Terugkoppeling plan van aanpak n.a.v. ouderenquête 5. Concept statuten 6. Begroting 2013 en voorlopige cijfers 2012 7.

Nadere informatie

Voorstel raad en raadsbesluit

Voorstel raad en raadsbesluit Voorstel raad en raadsbesluit Gemeente Landgraaf Programma Documentnummer: B.16.0027 B.16.0027 Landgraaf, 15 maart 2016 ONDERWERP: Statutenwijziging Movare PROGRAMMA 2. Maatschappelijke voorzieningen Verantwoordelijke

Nadere informatie

Profielschets bestuurder. SWV PO en SWV VO Zoetermeer

Profielschets bestuurder. SWV PO en SWV VO Zoetermeer Profielschets bestuurder SWV PO en SWV VO Zoetermeer 1 INHOUDSOPGAVE 1. Inleiding... 3 2. Situatieschets... 3 3. Profiel en werkzaamheden gezamenlijke bestuurder... 5 3.1. Werkzaamheden... 5 3.2. Kennis,

Nadere informatie

Reglement raad van bestuur SKVOH

Reglement raad van bestuur SKVOH Reglement raad van bestuur SKVOH Stichting Katholiek Voortgezet Onderwijs Heerhugowaard Dit Reglement raad van bestuur is opgesteld conform de statuten en maakt deel uit van een samenhangende reeks van

Nadere informatie

T O E Z I C H T S K A D E R

T O E Z I C H T S K A D E R T O E Z I C H T S K A D E R Eindversie; vastgesteld door bestuur SWV PO de Meierij d.d. 4 februari 2016 Preambule Het Toezichthoudend bestuur past de Code Goed Onderwijsbestuur toe zoals deze is opgesteld

Nadere informatie

Raadsvergadering. Onderwerp Gemeenschappelijke Regeling Regionale Dienst Werk en Inkomen (GR RDWI)

Raadsvergadering. Onderwerp Gemeenschappelijke Regeling Regionale Dienst Werk en Inkomen (GR RDWI) RAADSVOORSTEL Raadsvergadering Nummer 17-12-2015 15-097 Onderwerp Gemeenschappelijke Regeling Regionale Dienst Werk en Inkomen (GR RDWI) Aan de raad, Onderwerp Gemeenschappelijke Regeling Regionale Dienst

Nadere informatie

Activiteitenplan en begroting GMR. schooljaar 2014-2015.

Activiteitenplan en begroting GMR. schooljaar 2014-2015. Gemeenschappelijke Medezeggenschapsraad Stg. St.-Christoffel Activiteitenplan en begroting GMR schooljaar 2014 2015. Datum: 1 mei 2014. Activiteitenplan en begroting GMR schooljaar 2014-2015. Inhoudsopgave:

Nadere informatie

Aandachtspunten Leraren passend onderwijs

Aandachtspunten Leraren passend onderwijs Aandachtspunten Leraren passend onderwijs Beste leraar, Op 1 augustus 2014 wordt de wet passend onderwijs ingevoerd. Dit betekent dat er een aantal zaken anders geregeld zijn voor leerling, leraar en ouder.

Nadere informatie

INTEGRALE KWALITEITSZORG PASSEND ONDERWIJS GOEREE-OVERFLAKKEE

INTEGRALE KWALITEITSZORG PASSEND ONDERWIJS GOEREE-OVERFLAKKEE INTEGRALE KWALITEITSZORG PASSEND ONDERWIJS GOEREE-OVERFLAKKEE Inhoud 1. Inleiding 2. Kwaliteit gedefinieerd 3. Parameters en normen 4. Het cyclische systeem van kwaliteitszorg 5. Instrumenten 6. Planning

Nadere informatie

Medezeggenschapsraad Kindcentrum Het Bossche Broek

Medezeggenschapsraad Kindcentrum Het Bossche Broek MR jaarverslag 2017-2018 Samenstelling MR Locatie Centrum oudergeleding mevrouw L. Raaijmakers mevrouw M. Wilmer (secretaris) personeelsgeleding De heer J. van Houtum (penningmeester) Mevrouw K. de Bekker

Nadere informatie