Bijlage bij richtlijn Misselijkheid en braken, hoofdstuk inleiding en begripsbepaling

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Bijlage bij richtlijn Misselijkheid en braken, hoofdstuk inleiding en begripsbepaling"

Transcriptie

1 Bijlage bij richtlijn Misselijkheid en braken, hoofdstuk inleiding en begripsbepaling INLEIDING EN BEGRIPSBEPALING Misselijkheid is een subjectieve gewaarwording, die moeilijk valt te definiëren. Het is een onaangenaam gevoel in de buik, vaak gepaard gaande met ziektegevoel en (aandrang tot) braken. Braken is het krachtig uitstoten van de maaginhoud via de mond. Kokhalzen ( retching ) is een ritmische beweging in de vorm van heftige oprispingen, die al dan niet gevolgd kan worden door braken. Regurgitatie is het passief opgeven van de inhoud van de slokdarm in de mond. Het gaat niet gepaard met misselijkheid. Misselijkheid en braken treden vaak, maar niet altijd in combinatie met elkaar op. Het gaat vaak gepaard met speekselvloed, bleekheid, zweten, tachycardie en neiging tot defecatie. Misselijkheid en braken hebben niet alleen een zeer negatieve invloed op de kwaliteit van leven, maar hebben ook prognostische betekenis. De aanwezigheid en ernst van de misselijkheid en het braken is een onafhankelijke prognostische factor ten aanzien van de overleving. Misselijkheid treedt op bij 30-50% en braken bij 10-30% van de patiënten met een vergevorderd stadium van kanker. De prevalentie is sterk afhankelijk van geslacht, leeftijd, diagnose en stadium van de ziekte. Misselijkheid en braken treden vaker op bij vrouwen en op jongere leeftijd. Ze komen vaker dan gemiddeld voor bij patiënten met een mammacarcinoom, gynaecologische tumoren of maagcarcinoom en relatief minder vaak bij patiënten met een bronchuscarcinoom of hersentumor. Zestig tot zeventig procent van de patiënten, die opioïden gebruiken heeft last van misselijkheid, met name in de eerste week van de behandeling. Bijlage bij richtlijn Misselijkheid en braken, hoofdstuk Etiologie ETIOLOGIE Het optreden van misselijkheid en braken wordt gereguleerd door het braakcentrum, gelokaliseerd in de hersenstam. Hierbij zijn verschillende neurotransmitters betrokken. Het braakcentrum bevat vooral morfine-, histamine-, serotonine (5HT2)-, en acetylcholine-receptoren. De belangrijkste afferente banen zijn afkomstig van (zie figuur 1): de chemoreceptor trigger zone, eveneens gelokaliseerd in de hersenstam; deze zone bevat vooral (centrale) dopamine-2-, Neurokinine-1 (NK1) - en serotonine (5HT3)-receptoren de nervus vagus (perifere dopamine-, acetylcholine en serotonine (5HT3 en 4)-receptoren) het evenwichtsorgaan (histamine- en acetylcholinereceptoren) hogere corticale centra (serotonine (5HT3)-receptoren, histamine- en acetylcholinereceptoren) Perifere stimulatie van chemo- en mechanoreceptoren in maag, darm, lever en peritoneum kan via de nervus vagus aanleiding geven tot activatie van het braakcentrum. Medicamenten, hypercalciëmie en metabolieten (b.v. bij nierinsufficiëntie) kunnen via centrale stimulatie van de receptoren in de chemoreceptor trigger zone het braakcentrum activeren. Vestibulaire en psychogene factoren oefenen hun invloed uit via de afferente banen vanuit respectievelijk het evenwichtsorgaan en de hogere corticale centra. Bij al deze processen spelen verschillende neurotransmitters (o.a. dopamine, substance P, serotonine, histamine en acetylcholine) een belangrijke rol. Het braakcentrum stimuleert het diafragma (via de nervus phrenicus), het dwarsgestreepte spierweefsel van de buik en de thorax (via de spinale zenuwen) en het spierweefsel van de maag, oesophagus, larynx en farynx (via de nervus vagus). Deze stimulatie leidt tot het gevoel van misselijkheid en het optreden van kokhalzen c.q. braken.

2 Vestibulaire centra Hogere centra Hist AC 5HT3 AC Hist Chemoreceptor trigger zone Braakcentrum (hersenstam) NK1 D2 5HT3 5HT2 AC Hist Mu Mechano- en chemoreceptoren in darm, lever, serosa en andere viscera Nervus vagus 5HT3 5HT4 AC D2 Figuur 1. Pathofysiologie van misselijkheid en braken. Hist = Histaminereceptor; AC = Acetylcholinereceptor; NK1 = Neurokinine 1-receptor; D2 = Dopamine-2-receptor; 5HT2/3/4 = serotonine-receptoren; Mu = µ-opioïdreceptor. Er zijn diverse oorzaken van misselijkheid en/of braken bekend, die tegelijkertijd kunnen voorkomen en elkaar kunnen versterken. In 30% van de gevallen zijn er meerdere factoren aanwijsbaar. 1. Vertraagde maagontlediging (35%) gastroparese ( floppy stomach syndrome ) t.g.v. medicamenten (opioïden, middelen met anticholinerge (bij)werking) of paraneoplastische autonome neuropathie (vaak als onderdeel van het anorexie-cachexie syndroom) obstructie van de pylorus of het duodenum, b.v. door pancreascarcinoom opvulling ( small stomach syndrome ) c.q. compressie ( squashed stomach syndrome ) van de maagholte door maagcarcinoom resp. hepatomegalie gastritis of ulcus o peptisch o medicamenteus: aspirine, NSAID s, mucolytica, antibiotica, ijzerpreparaten 2. Chemisch/metabool (30%) medicamenten: o o opioïden; deze middelen kunnen behalve door een chemische, centrale stimulatie ook door het induceren van een gastroparese of door overprikkelbaarheid van het vestibulaire apparaat leiden tot misselijkheid en braken. chemotherapie; het optreden van misselijkheid en braken is sterk afhankelijk van de dosering en van de aard van de gebruikte middelen. Sterk emetogeen zijn o.a. cisplatinum, dacarbazine, cyclofosfamide in hoge doseringen en mitoxine; matig emetogeen zijn carboplatin, cyclofosfamide, ifosfamide, etoposide, anthracyclines, cytarabine en procarbazine; weinig of niet emetogeen zijn paclitaxel, docetaxel, methotrexaat, 5-fluorouracil, capecitabine, gemcitabine, topotecan, chloorambucil, vinca-alkaloïden en bleomycine. Misselijkheid en

3 o braken kunnen acuut (binnen 24 uur na toediening) en chronisch (>24 uur na toediening) optreden; waarschijnlijk spelen hierbij verschillende mechanismen een rol. Naast farmacologische factoren (gemedieerd door o.a. serotonine en substance P) kunnen psychogene factoren (conditionering, angst en spanning, mede in de hand gewerkt door slechte ervaringen met eerdere chemotherapie) een rol spelen. andere medicamenten (o.a. anti-epileptica, theofylline, digoxine, SSRI s, anaesthetica) hypercalciëmie hyponatriëmie nierinsufficiëntie 3. Abdominaal (25%) peritonitis carcinomatosa (met of zonder ascites) obstipatie ileus (tumorgerelateerd of benigne oorzaken) levermetastasen (door rekking van het leverkapsel) radiotherapie van wervelkolom, buik of kleine bekken infecties van slokdarm (Candida) of maagdarmkanaal, pancreatitis, cholecystitis, hepatitis hoesten of hik met reflectoir braken 4. Cerebraal hersenmetastasen of primaire hersentumor met verhoogde intracraniële druk meningitis (carcinomatosa, infectieus, chemisch) pijn psychogene factoren (angst, depressie, conditionering) 5. Vestibulair medicamenteus (opioïden, aspirine) aandoening labyrint: wagenziekte, ziekte van Ménière of labyrintitis tumor van binnen- of middenoor/schedelbasis Bijlage bij richtlijn Misselijkheid en braken, hoofdstuk Diagnostiek DIAGNOSTIEK Anamnese en lichamelijk onderzoek zijn de pijlers van de diagnostiek. Het vaststellen van de oorzaak en de ernst van de klachten is essentieel om de goede behandeling in te stellen. Eventueel kan aanvullend onderzoek worden verricht. ANAMNESE Vraag naar: medische voorgeschiedenis duur, beloop en ernst van de misselijkheid frequentie en hoeveelheid van het kokhalzen en/of braken; aanwezigheid van voedselresten relatie c.q. ontbreken van relatie tussen misselijkheid en braken; verbetering van misselijkheid na braken beïnvloedende factoren (voeding, houdingsverandering of beweging, recente radiotherapie of chemotherapie) gebruik van anti-emetica en het effect daarvan bijkomende klachten zoals: anorexie, slik- of passageklachten, maagklachten, snelle verzadiging en/of vol gevoel na het eten, buikpijn of -krampen, opgezette buik, rommelingen in de buik, obstipatie, dorst, polyurie, pijn, hoesten, hik, duizeligheid, gehoorsklachten, hoofdpijn, neurologische stoornissen gewichtsbeloop angst, spanning, somberheid alcoholgebruik

4 (wijziging van) medicatie De anamnese kan belangrijke informatie opleveren over de oorzaak van de misselijkheid en/of het braken: Het opgeven van onverteerd, niet zuur voedsel direct na het slikken wijst op een afwijking in de oesophagus; hierbij is er geen sprake van braken, maar van regurgitatie. Het opgeven van grote hoeveelheden braaksel enige uren na de maaltijd, waarbij nogal eens de hik optreedt, wijst op een vertraagde maagontlediging, ten gevolge van een partiële obstructie van de pylorus of het duodenum. Heftig braken, waarbij snelle dehydratie wijst op de, zeldzaam voorkomende, totale obstructie van pylorus of duodenum. Kleine hoeveelheden braken zonder tekenen van maagretentie passen bij een opvulling van de maagholte door tumor of externe compressie door b.v. hepatomegalie of ascites ( squashed stomach syndrome ) Kleine hoeveelheden braken met een wisselende mate van misselijkheid en een uitgezette maag met vocht wijst op een maagatonie ( floppy stomach syndrome). Dit kan optreden als een bijwerking van medicatie (m.n. opioïden) of als uiting van een paraneoplastische autonome neuropathie. Braken in combinatie met toename omvang van de buik en kortademigheid kan wijzen op ascites. Fecaal braken, met de daarbij behorende typische geur, wijst op een obstructie lager in de tractus digestivus. Houdingsafhankelijke misselijkheid en braken kunnen optreden bij stase van de maag, infiltratie van het mesenterium/peritoneum of bij overprikkelbaarheid van het vestibulaire apparaat (als zeldzame bijwerking van opioïden of t.g.v. tumor in binnen- of middenoor) (Ochtend)braken (vaak zonder misselijkheid) gecombineerd met hoofdpijn en/of neurologische uitval wijst op intracraniële drukverhoging. Braken in combinatie met dorst, polyurie, obstipatie, sufheid en/of verwardheid kan wijzen op hypercalciëmie. LICHAMELIJK ONDERZOEK algehele conditie: voedingstoestand, hydratietoestand psychische gesteldheid inspectie van de mond en farynx buikonderzoek: operatielittekens, peristaltiek, tekenen van ascites (shifting dullness = houdingsafhankelijke demping bij percussie, undulatie = opwekken van vloeistofgolf in de flanken), uitgezette maag (clapotage), levergrootte, abnormale weerstanden, drukpijn, rectaal toucher fundusonderzoek/neurologisch onderzoek bij verdenking op intracraniële drukverhoging inspectie van het braaksel. Grote hoeveelheden met voedselresten wijzen op obstructie van de pylorus of het duodenum of op een (lage) ileus. Bijlage bij richtlijn Misselijkheid en braken, hoofdstuk Diagnostiek AANVULLENDE DIAGNOSTIEK Op indicatie kan aanvullend onderzoek worden verricht: bloedonderzoek: - ter vaststelling van dehydratie en/of kaliumverlies: nierfunctie, kalium - ter vaststelling van hypercalciëmie: totaal calcium (bij laag serumalbumine corrigeren voor het albumine volgens de volgende formule: gecorrigeerd Ca = Gemeten Ca + (40 serumalbumine) x 0,025) of Ca 2+ (hoeft niet te worden gecorrigeerd voor laag serumalbumine) - bij verdenking op levermetastasen: leverfunctie - bij verdenking op hyponatriëmie: natrium - bij gebruik van medicamenten van digoxine, anti-epileptica, theofylline: spiegels

5 beeldvormende diagnostiek: - bij verdenking op obstipatie of ileus: X-buikoverzicht - bij verdenking op obstructie van de maag, levermetastasen, ascites of peritonitis carcinomatosa: echo of CT-scan van de buik - bij verdenking op hersenmetastasen of meningitis carcinomatosa: CT-scan of MRI van de hersenen) bij verdenking op gastritis, ulcus, compressie of obstructie van de maag: gastroscopie Bijlage bij richtlijn Misselijkheid en braken, hoofdstuk Behandeling BEHANDELING Waar mogelijk moet de behandeling gericht zijn op de oorzaak: gerichte anti-tumortherapie (chirurgie, radiotherapie of chemotherapie) moet alleen worden overwogen bij een redelijke kans op response en een geringe kans op (ernstige) bijwerkingen aanpassen c.q. staken van medicatie; bij opioïden: overweeg opioïdrotatie of verandering van toedieningsweg bij obstructie van maaguitgang of duodenum: - bij een levensverwachting van weken tot maanden kan plaatsing van een stent worden overwogen - bij een levensverwachting van enkele maanden of langer kan worden overwogen om een gastrojejunostomie aan te laten leggen door de chirurg behandeling van ulcus pepticum, gastritis, pancreatitis, obstipatie, pijn of hoesten behandeling van - hypercalciëmie (APD 90 mg i.v l 0,9% NaCl/24 uur; dit impliceert vrijwel altijd opname) - hyponatriëmie (vochtbeperking of 0,9% NaCl i.v.) bij ascites: overweeg ontlastende ascitespunctie bij ileus: - Overleg met chirurg over mogelijkheid en wenselijkheid van chirurgie - Indien chirurgie geen optie: conservatieve therapie: * evt. maaghevel (neussonde) in acute stadium (m.n. bij heftig braken) * somatotostatine-analoga: octreotide 3 dd microgram s.c./ microgram per 24 uur continu s.c. of i.v. (met name bij heftig braken) of (in stabiele fase, bij bewezen werkzaamheid van octreotide) lanreotide PR 30 mg i.m. 1x per 2 weken. * butylscopolamine mg/24 uur s.c. of i.v. * bij persisterende misselijkheid en braken ondanks medicamenteuze therapie: continue maagdrainage m.b.v. PEG-katheter bij hersenmetastasen: corticosteroïden (dexamethason 1 dd 4 mg) en eventueel radiotherapie De symptomatische behandeling bestaat uit niet-medicamenteuze therapie, medicamenteuze therapie, informatie en begeleiding. NIET-MEDICAMENTEUZE THERAPIE Misselijkheid en braken kunnen belangrijke lichamelijke en psychosociale gevolgen hebben. De interventies zullen hierop gericht moeten zijn. De niet-medicamenteuze therapie van misselijkheid en braken bestaat in eerste instantie uit algemene en voedingsadviezen: aanwezigheid van emmer, tissues en water om de mond te spoelen rustige omgeving en frisse lucht vermijd de aanblik en de geur van eten goede mondhygiëne rechtopzittende houding gedurende minuten na voedselinname kleine, frequente maaltijden; vermijd te vet, te warm, sterk gekruid en geurig eten; in sommige gevallen kan het eten beter koud worden opgediend; laat de patiënt eten wat hij

6 lekker vindt en goed verdraagt. rinken van cola zuigen op een ijsklontje probeer te zorgen voor een gevulde maag bij heftig braken (mits er geen sprake is van een maagretentie) overweeg consult van een diëtiste Indien op grond van anamnese, lichamelijk onderzoek en evt. laboratoriumonderzoek er aanwijzingen zijn voor (dreigende) dehydratie kan parenterale vochttoediening worden overwogen; indien er sprake is van hypokaliëmie, moet kalium i.v. worden gesuppleerd. Het gebruik van een maagsonde heeft een beperkte plaats in de palliatieve fase, tenzij er sprake is van een totale obstructie van de pylorus of het duododenum, een ileus of een niet te behandelen maagatonie. Bij onbehandelbaar braken kan in deze situaties een maagsonde via de neus of een PEG-katheter gebruikt worden als hevel om de maaginhoud af te laten lopen en zo braken te voorkomen. Psychologische technieken worden met name toegepast bij misselijkheid en braken door chemotherapie, vooral als psychische factoren (angst en spanning) en conditionering een belangrijke rol spelen. Ze zijn werkzaam door het te weeg brengen van ontspanning, afleiding en/of gevoel van zelfcontrole. In eerste instantie is instructie door een psycholoog noodzakelijk. In veel gevallen kan de patiënt de techniek daarna zelfstandig toepassen. De volgende technieken kunnen worden toegepast: afleiding ontspanningsoefeningen geleide fantasie systematische desensitisatie zelfhypnose biofeedback De gekozen benadering moet worden afgestemd op de copingstijl van de patiënt. De ene patiënt zal meer baat hebben bij een lichaamsgerichte benadering gericht op ontspanning, terwijl voor de andere een meer actieve gedragstherapeutische wijze van hanteren aangewezen is. MEDICAMENTEUZE THERAPIE Kennis van de etiologie is noodzakelijk om gericht anti-emetica toe te dienen. Anti-emetica kunnen oraal, rectaal, transdermaal of parenteraal worden toegediend. De orale toediening heeft de voorkeur. Bij chronische misselijkheid (waarbij er vaak sprake is van verminderde maagontlediging) en braken moeten anti-emetica rectaal of eventueel parenteraal worden toegediend. Geneesmiddel/ Toedieningsvormen Metoclopramide Tablet, drank, zetpillen, injectie Domperidon Tablet, suspensie, zetpil Haloperidol Tablet, druppels, injectie Werkingsmechanisme Dosering Bijzonderheden Dopamine-2- (centraal + perifeer) Zwakke serotonine(5ht3)- Prokineticum (bevordert maagontlediging) Dopamine-2 (perifeer) Prokineticum (bevordert maagontlediging) Dopamine-2- (centraal) 3-4 dd mg p.o. of supp mg/24 hr s.c. of i.v. 3-4 dd 10 mg p.o 3-4 dd 60 mg supp 2 dd 1-2 mg p.o. 5 mg/24 hr s.c. of i.v. Kan koliekachtige buikpijn bij ileus doen verergeren Niet combineren met anticholinergica Extrapiramidale bijwerkingen Alternatief voor metoclopramide bij extrapiramidale bijwerkingen O.a. bij misselijkheid t.g.v. opioïden Ondansetron Serotonine (5HT3)- 2 dd 8 mg p.o. M.n. bij chemotherapie of

7 Tablet, smelttablet, stroop, zetpil, injectie Granisetron Tablet, injectie Tropisetron Tablet, injectie Dexamethason Tablet, injectie Aprepitant Tablet Cyclizine Tablet, zetpil Scopolamine Pleister Levomepromazine Tablet, injectie (centraal + perifeer) Serotonine (5HT3)- (centraal + perifeer) Serotonine (5HT3)- (centraal + perifeer) Vermindering hersenoedeem Andere mechanismen onbekend Neurokinine-1 (NK1)- Antihistaminicum Anticholinergicum (centraal) Anticholinergicum Dopamine-2- Antihistaminicum Anticholinergicum 1 dd 16 mg supp mg/24 hr s.c. of i.v. 2 dd 1 mg p.o. 1-3 dd 3 mg i.v. radiotherapie. Obstipatie als bijwerking M.n. bij chemotherapie of radiotherapie. Obstipatie als bijwerking 1 dd 5 mg p.o. of i.v. M.n. bij chemotherapie of radiotherapie. Obstipatie als bijwerking 1 dd 2-4 mg p.o., s.c. of i.v. 1 dd 125 mg op dag 1 1 dd 80 mg op dag dd 50 mg p.o. 3 dd 100 mg supp. 1-2 pleisters à 1.5 mg om de 3 dagen mg p.o. a.n mg/24 hr s.c. of i.v. M.n. bij chemotherapie of verhoogde hersendruk. Bij therapieresistente misselijkheid en braken Niet combineren met prokinetica Alleen vergoed bij recept voor chronisch gebruik Achter het oor plakken Wordt niet vergoed Wordt niet vergoed Tabel 1. Anti-emetica. Eerste keuze In eerste instantie wordt gekozen voor monotherapie. De keuze van het anti-emeticum is afhankelijk van de oorzaak (zie ook Tabel 1): Bij vertraagde maagontlediging of abdominale oorzaken (exclusief ileus, zie boven): - metoclopramide 3-4 dd mg p.o. of supp./ mg/24 hr s.c. of i.v. - domperidon 3-4 dd mg p.o. of 3-4 dd 60 mg supp Bij chemotherapie of radiotherapie: - bij radiotherapie of chemotherapie <24 uur na toediening: ondansetron 2 dd 8 mg p.o./1 dd 16 mg supp. of granisetron 2 dd 1 mg p.p., evt. in combinatie met dexamethason 1 dd 4 mg p.o. - bij chemotherapie >24 uur na toediening: metoclopramide 3-4 dd 20 mg p.o. of supp., evt. in combinatie met dexamethason 1 dd 4 mg p.o. - bij onvoldoende reactie op bovengenoemde middelen (m.n. bij chemotherapie >24 uur na toediening) aprepitant 1 dd 400 mg p.o. op dag 1 en 1 dd 300 mg op dag 2-5 p.o. Bij andere chemische/metabole oorzaken: - haloperidol 2 dd 1-2 mg p.o. - alternatief: metoclopramide 3-4 dd mg p.o. of supp. Bij hersenmetastasen, niet reagerend op dexamethason, of bij meningitis carcinomatosa - cyclizine 3-4 dd 50 mg p.o. of 3 dd 100 mg supp. - alternatief: haloperidol 2 dd 1-2 mg p.o. Bij vestibulaire oorzaken - scopolamine TTS 1-2 pleisters à 1.5 mg per 72 uur - alternatief: cyclizine 3-4 dd 50 mg p.o. of 3 dd 100 mg supp. Indien psychische factoren mede een rol spelen: oxazepam 3 dd 10 mg p.o. of lorazepam 1-2 mg p.o. of i.v. Tweede keuze In ongeveer 30% van de gevallen is een combinatie van verschillende anti-emetica geïndiceerd. Dit heeft alleen zin als deze op verschillende neurotransmitters aangrijpen. Bij onvoldoende

8 reactie op monotherapie kan gekozen worden voor de volgende combinaties: metoclopramide + dexamethason 2 dd 2-4 mg p.o. haloperidol + dexamethason haloperidol + cyclizine Derde keuze Indien de combinatie van metoclopramide of haloperidol met dexamethason onvoldoende resultaat oplevert, kunnen worden overwogen: serotonine(5ht3)-en: ondansetron 2 dd 8 mg p.o./1 dd 16 mg supp. of granisetron 2 dd 1 mg p.p., in principe in combinatie met dexamethason 1 dd 4 mg p.o. Bezwaren: hoge kosten, obstipatie als bijwerking. levomepromazine 12,5-25 mg p.o. a.n. (wordt niet vergoed, maar is goedkoop) Bij persisterend braken en wanneer er geen rectale toedieningsvorm is c.q. de rectale toediening niet uitvoerbaar is, kan parenterale toediening worden overwogen van: metoclopramide: mg/24 uur s.c. of i.v. als continue infusie haloperidol 2-5 mg/24 uur s.c. of i.v. als continue infusie dexamethason: 1 dd 2-4 mg s.c. (bij voorkeur niet als continue infusie) ondansetron 16 mg/24 uur s.c. of i.v. levomepromazine 12,5-25 mg s.c. a.n. Bijlage bij richtlijn Misselijkheid en braken, hoofdstuk Behandeling INFORMATIE EN BEGELEIDING Geef informatie over de mogelijke oorzaak en verwachte duur van de misselijkheid en het braken Wijs op de verschijnselen en risico s van eventuele dehydratie Bespreek de veranderde rol van de voeding in relatie tot de prognose Geef informatie over de toediening en bijwerkingen van anti-emetica Bespreek de eventuele invloed van psychische factoren

Misselijkheid en braken in de palliatieve fase

Misselijkheid en braken in de palliatieve fase Misselijkheid en braken in de palliatieve fase Annemieke Delhaas: oncologie verpleegkundige hospice, consulent PTMN Franca Horstink-Wortel: Specialist ouderengeneeskunde/kaderarts palliatieve zorg, consulent

Nadere informatie

Misselijkheid en braken. Ellen de Nijs, verpleegkundig specialist palliatieve zorg Alexander de Graeff, internist-oncoloog, consulent PTMN

Misselijkheid en braken. Ellen de Nijs, verpleegkundig specialist palliatieve zorg Alexander de Graeff, internist-oncoloog, consulent PTMN Misselijkheid en braken Ellen de Nijs, verpleegkundig specialist palliatieve zorg Alexander de Graeff, internist-oncoloog, consulent PTMN Voorkomen van misselijkheid en braken bij patiënten met vergevorderde

Nadere informatie

Verpleegkundige Instructie Palliatieve Zorg Misselijkheid

Verpleegkundige Instructie Palliatieve Zorg Misselijkheid Verpleegkundige Instructie Palliatieve Zorg Misselijkheid 5-Folder misselijk.indd 1 15-07-2008 09:23:15 5-Folder misselijk.indd 2 15-07-2008 09:23:16 1. Hoe herkent u misselijkheid? Misselijkheid is een

Nadere informatie

Misselijkheid & Braken Jan de Heer Huisartsconsulent Palliatieve Zorg

Misselijkheid & Braken Jan de Heer Huisartsconsulent Palliatieve Zorg Misselijkheid & Braken Jan de Heer Huisartsconsulent Palliatieve Zorg Vragen bij de palliatieve helpdesks? Vragen bij de palliatieve helpdesks Pijn 43.5 % Obstipatie 15.1 % Misselijkheid 14.9 % Benauwdheid

Nadere informatie

Richtlijn Misselijkheid en braken Versie: 4 Datum: juli 2013 Richtlijn Misselijkheid en braken Versie juli 2013

Richtlijn Misselijkheid en braken Versie: 4 Datum: juli 2013 Richtlijn Misselijkheid en braken Versie juli 2013 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15 16 17 18 19 20 21 22 23 24 25 26 27 28 29 30 31 32 Richtlijn Misselijkheid en braken Versie: 4 Datum: juli 2013 Richtlijn Misselijkheid en braken Versie juli 2013 Richtlijn

Nadere informatie

Ondersteunende en Palliatieve Zorg

Ondersteunende en Palliatieve Zorg Ondersteunende en Palliatieve Zorg MDL scholing April 2019 Anne-Marie Oppelaar, MSc Definitie Palliatieve Zorg Palliatieve zorg is zorg die de kwaliteit van het leven verbetert van patiënten en hun naasten

Nadere informatie

Ileus in de palliatieve setting. Patricia Quarles van Ufford Internist-oncoloog Palliatief consult team Hagaziekenhuis

Ileus in de palliatieve setting. Patricia Quarles van Ufford Internist-oncoloog Palliatief consult team Hagaziekenhuis Ileus in de palliatieve setting Patricia Quarles van Ufford Internist-oncoloog Palliatief consult team Hagaziekenhuis Inleiding Richtlijn palliatieve zorg 2009 www.pallialine.nl Richtlijn ileus Praktijkervaring

Nadere informatie

Misselijkheid en braken

Misselijkheid en braken Misselijkheid en braken Regionaal symposium palliatieve zorg Ruud Schrauwen, MDL-arts GI klachten Table 3 Symptoms referred to during consultations (n=1,794) Symptoms during consultation Number (percentage)

Nadere informatie

Richtlijn Misselijkheid en braken

Richtlijn Misselijkheid en braken Richtlijn Misselijkheid en braken Misselijkheid en braken 1 Colofon De eerste versie van de richtlijn misselijkheid en braken werd in 1996 geschreven als onderdeel van de richtlijnen palliatieve zorg van

Nadere informatie

Gastro intestinale problemen.

Gastro intestinale problemen. DE BEHANDELING VAN COMPLEXE LICHAMELIJKE PROBLEMEN IN DE PALLIATIEVE EN TERMINALE FASE Gastro intestinale problemen. DR. P. VANDECANDELAERE MDL - ARTS (SUB) OBSTRUCTIE PERSISTERENDE HIK DR. P. VANDECANDELAERE

Nadere informatie

Anorexie en gewichtsverlies

Anorexie en gewichtsverlies Anorexie en gewichtsverlies Marja Leermakers-Vermeer, diëtist, Universitair Medisch Centrum Utrecht j.leermakers@umcutrecht.nl Alexander de Graeff, internist-oncoloog/hospice-arts Universitair Medisch

Nadere informatie

10 e Post O.N.S. Meeting

10 e Post O.N.S. Meeting 10 e Post O.N.S. Meeting Gea Ypenga MANP, verpleegkundig specialist Ziekenhuis Bethesda, Hoogeveen CINV 15 mei 2013 1 Chemo induced nausea and vomiting Is er nieuws? Mechanisme Onderzoek CINV Bijkomende

Nadere informatie

Misselijkheid en braken tijdens chemotherapie

Misselijkheid en braken tijdens chemotherapie Misselijkheid en braken tijdens chemotherapie In overleg met uw behandelend arts hebt u besloten tot een behandeling met chemotherapie. Door deze behandeling kunnen misselijkheid en braken optreden. In

Nadere informatie

Klachten van het maag-darmkanaal

Klachten van het maag-darmkanaal Klachten van het maag-darmkanaal Alexander de Graeff, Internist-oncoloog, UMC Utrecht Consulent AZU-Palliatieteam en Palliatieteam Midden-Nederland Arts Academisch Hospice Demeter, De Bilt Onderwerpen

Nadere informatie

Richtlijn bespreking Anorexie en gewichtsverlies

Richtlijn bespreking Anorexie en gewichtsverlies Richtlijn bespreking Anorexie en gewichtsverlies Louise van der Knaap Eric-Jan Wissink Michael van t Hoff Renske Boogaard www.netwerkpalliatievezorg.nl/rotterdam Indeling Welkom Inleiding richtlijn - Renske

Nadere informatie

Hersenmetastasen. Jeroen van Eijk Neuroloog JBZ 2 oktober 2014 Symposium Palliatieve Zorg

Hersenmetastasen. Jeroen van Eijk Neuroloog JBZ 2 oktober 2014 Symposium Palliatieve Zorg Hersenmetastasen Jeroen van Eijk Neuroloog JBZ 2 oktober 2014 Symposium Palliatieve Zorg Hersenmetastasen (HM) + Introductie + Enkele cijfers. + Wanneer denken we aan HM? + Behandeling van HM (Landelijke

Nadere informatie

Interline augustus CHEMOTHERAPIE casusschetsen

Interline augustus CHEMOTHERAPIE casusschetsen Interline augustus 2010 CHEMOTHERAPIE casusschetsen INTERLINE CHEMOTHERAPIE d.d. 31 augustus 2010 ACHTERGRONDEN BIJ DE CASUSSCHETSEN INCLUSIEF LEERDOELEN EN STELLINGEN Inleiding Deze werkafspraak met Interlineprogramma

Nadere informatie

PONV: The big little problem. Dr. Dewinter

PONV: The big little problem. Dr. Dewinter PONV: The big little problem Dr. Dewinter PONV Inleiding Definitie Pathofysiologie PONV risicofactoren en prognose systemen Anti-emetica PONV schema PDNV Besluit Inleiding Incidentie van PONV: 25-30% Frequente

Nadere informatie

ACHTERGRONDEN BIJ DE CASUSSCHETSEN INCLUSIEF LEERDOELEN EN STELLINGEN

ACHTERGRONDEN BIJ DE CASUSSCHETSEN INCLUSIEF LEERDOELEN EN STELLINGEN INTERLINE CHEMOTHERAPIE Concept dd 6 juli 2010 ACHTERGRONDEN BIJ DE CASUSSCHETSEN INCLUSIEF LEERDOELEN EN STELLINGEN Inleiding Deze werkafspraak met Interlineprogramma zijn gemaakt in 2010 met de Hardenbergse

Nadere informatie

Symptomatische behandeling hersenmetastasen. Jeroen van Eijk, neuroloog JBZ 3 e Regionale Symposium Palliatieve Zorg 07-11-2013

Symptomatische behandeling hersenmetastasen. Jeroen van Eijk, neuroloog JBZ 3 e Regionale Symposium Palliatieve Zorg 07-11-2013 Symptomatische behandeling hersenmetastasen Jeroen van Eijk, neuroloog JBZ 3 e Regionale Symposium Palliatieve Zorg 07-11-2013 Zo maar een paar vragen: -Moeten patiënten met HM standaard met dexamethason

Nadere informatie

Het gebruik van morfine en veel voorkomende vragen

Het gebruik van morfine en veel voorkomende vragen Het gebruik van morfine en veel voorkomende vragen Albert Schweitzer ziekenhuis januari 2015 pavo 0437 Inleiding Uw arts heeft u morfineachtige pijnstillers (zie tabel) voorgeschreven tegen de pijn. Deze

Nadere informatie

Een patiënt met een gemetastaseerd colorectaal carcinooom. Datum Jordanië, 1 e -2 e lijn, 2011 Spreker Ronald Hoekstra Internist-oncoloog ZGT Almelo

Een patiënt met een gemetastaseerd colorectaal carcinooom. Datum Jordanië, 1 e -2 e lijn, 2011 Spreker Ronald Hoekstra Internist-oncoloog ZGT Almelo Een patiënt met een gemetastaseerd colorectaal carcinooom. Datum Jordanië, 1 e -2 e lijn, 2011 Spreker Ronald Hoekstra Internist-oncoloog ZGT Almelo Hr R 50 jaar VG schouderoperatie en operatie cervicale

Nadere informatie

Trastuzumab (Herceptin )

Trastuzumab (Herceptin ) Trastuzumab (Herceptin ) Borstkanker (mammacarcinoom) De diagnose borstkanker is bij u vastgesteld. Dit wordt ook wel een mammacarcinoom genoemd. De behandeling van een mammacarcinoom bestaat uit een operatieve

Nadere informatie

Dexamethason - corticosteroïden in de palliatieve zorg - M.M.P.M. Jansen, ziekenhuisapotheker klinisch farmacoloog Elisabeth Tweesteden Ziekenhuis

Dexamethason - corticosteroïden in de palliatieve zorg - M.M.P.M. Jansen, ziekenhuisapotheker klinisch farmacoloog Elisabeth Tweesteden Ziekenhuis Dexamethason - corticosteroïden in de palliatieve zorg - M.M.P.M. Jansen, ziekenhuisapotheker klinisch farmacoloog Elisabeth Tweesteden Ziekenhuis Corticosteroïden Veel voorgeschreven in palliatieve fase

Nadere informatie

De Laatste Zorg. Workshop 7 oktober 2016

De Laatste Zorg. Workshop 7 oktober 2016 De Laatste Zorg Workshop 7 oktober 2016 Disclosurebelangen spreker (potentiële) Belangenverstrengeling Voor bijeenkomst mogelijk relevante relaties met bedrijven Sponsoring of onderzoeksgeld Honorarium

Nadere informatie

Richtlijn Misselijkheid en braken

Richtlijn Misselijkheid en braken Richtlijn Misselijkheid en braken Colofon De eerste versie van de richtlijn misselijkheid en braken werd in 1996 geschreven als onderdeel van de richtlijnen palliatieve zorg van het Integraal Kankercentrum

Nadere informatie

Medica'e in pallia'eve zorg FTO WAGRO 26 JAN 2016 DENISE DIJKSTRA & LOTTE VLAK

Medica'e in pallia'eve zorg FTO WAGRO 26 JAN 2016 DENISE DIJKSTRA & LOTTE VLAK Medica'e in pallia'eve zorg FTO WAGRO 26 JAN 2016 DENISE DIJKSTRA & LOTTE VLAK Agenda Pijn Misselijkheid Ileus Hersenmetastasen Overig Pijn inventarisa'evragen 1. Een opioid in de laatste levensfase leidt

Nadere informatie

(potentiële) belangenverstrengeling

(potentiële) belangenverstrengeling (potentiële) belangenverstrengeling Voor bijeenkomst mogelijk relevante relaties met bedrijven Sponsoring of onderzoeksgeld Honorarium of andere (financiële) vergoeding Aandeelhouder Andere relatie, namelijk

Nadere informatie

Pijn en pijnbestrijding in de palliatieve fase

Pijn en pijnbestrijding in de palliatieve fase Pijn en pijnbestrijding in de palliatieve fase JOS KITZEN, ONCOLOOG COBIE VAN BEUZEKOM,VERPLEEGKUNDIG SPECIALIST Inhoud van de presentatie Even voorstellen Definitie palliatieve zorg Definitie pijn Hoe

Nadere informatie

Casusschetsen. Casusschets 1

Casusschetsen. Casusschets 1 Interline Pijnbehandeling Casusschetsen 29 mei 2001 Casusschets 1 Vrouw, 50 jaar Patiente is bekend met een gemetastaseerd mammaca met botmetastasen thoracale en lumbale werverkolom. Tot nu toe is de pijn

Nadere informatie

Metabolic emergencies probleem onderbelicht

Metabolic emergencies probleem onderbelicht 19 mei 2009 Jaarbeurs Utrecht Metabolic emergencies probleem onderbelicht Hella Bosch Verpleegkundig specialist oncologie Máxima medisch centrum Eindhoven Wat is een metabolic emergencie? Een acute, potentieel

Nadere informatie

Pitfalls in Oncologische Pijnbehandeling

Pitfalls in Oncologische Pijnbehandeling Pitfalls in Oncologische Pijnbehandeling R.L van Leersum Anesthesioloog / Pijnbehandelaar Bronovo Ziekenhuis Indeling Inleiding Doorbraakpijn Bijwerkingen Opioïden Hyperalgesie Multimodale Aanpak Farmacotherapie

Nadere informatie

Besluitvorming in de palliatieve fase

Besluitvorming in de palliatieve fase Besluitvorming in de palliatieve fase Riky Dorrestein Verpleegkundig specialist intensieve zorg/ oncologie Meander Medisch Centrum, Amersfoort Alexander de Graeff Internist-oncoloog UMC Utrecht Consulent

Nadere informatie

De behandeling van misselijkheid en braken in de palliatieve fase

De behandeling van misselijkheid en braken in de palliatieve fase Serie palliatieve zorg De behandeling van misselijkheid en braken in de palliatieve fase Marijse Koelewijn, Bernardina Wanrooij Inleiding Iedereen die geen zeebenen heeft en wel eens een bootreis maakt,

Nadere informatie

Obstipatie & Ileus in de palliatieve fase. Jeroen Joosten & Bob Ekdom Consulenten PalliatieTeam Midden Nederland

Obstipatie & Ileus in de palliatieve fase. Jeroen Joosten & Bob Ekdom Consulenten PalliatieTeam Midden Nederland Obstipatie & Ileus in de palliatieve fase Jeroen Joosten & Bob Ekdom Consulenten PalliatieTeam Midden Nederland Vandaag Welke vraag wil je vandaag graag beantwoord zien? 1e deel casus voorleggen; obstipatie

Nadere informatie

Datum Spreker Linda Schreur. (Poly)farmacie bij ouderen

Datum Spreker Linda Schreur. (Poly)farmacie bij ouderen Datum 28-02-2017 Spreker Linda Schreur (Poly)farmacie bij ouderen Een geriatrische patiënt Pt 82 jaar Voorgeschiedenis oa hartinfarct, boezemfibrilleren Woont zelfstandig alleen Langzaam geheugenproblemen

Nadere informatie

Morfine. Fabels en feiten

Morfine. Fabels en feiten Morfine Fabels en feiten In overleg met uw arts gaat u morfine gebruiken. Morfine behoort tot een groep geneesmiddelen, die morfineachtige pijnstillers of opioïden worden genoemd. Inleiding Waar in deze

Nadere informatie

Pijn bij kanker, behandeling met medicijnen

Pijn bij kanker, behandeling met medicijnen Pijn bij kanker, behandeling met medicijnen Inleiding Deze informatiefolder is bedoeld voor patiënten die pijn hebben als gevolg van kanker. Ook voor familieleden kan het zinvol zijn om deze folder te

Nadere informatie

Delier in de palliatieve fase DR. KARIN SCHOTTE MEDISCHE ONCOLOGIE- PALLIATIEF SUPPORTTEAM

Delier in de palliatieve fase DR. KARIN SCHOTTE MEDISCHE ONCOLOGIE- PALLIATIEF SUPPORTTEAM Delier in de palliatieve fase DR. KARIN SCHOTTE MEDISCHE ONCOLOGIE- PALLIATIEF SUPPORTTEAM 1. Definitie en voorkomen 2. Pathofysiologie 3. Oorzaken 4. Diagnose 5. Behandeling Definitie en voorkomen: 1.

Nadere informatie

Fabels en feiten over morfine

Fabels en feiten over morfine Fabels en feiten over morfine Beter voor elkaar Fabels en feiten over morfine Inleiding In overleg met uw arts gaat u morfine gebruiken. Morfine behoort tot een groep geneesmiddelen, die morfineachtige

Nadere informatie

Verpleegkundige Instructie Palliatieve Zorg Obstipatie

Verpleegkundige Instructie Palliatieve Zorg Obstipatie Verpleegkundige Instructie Palliatieve Zorg Obstipatie 5-Folder Obstipatie.indd 1 15-07-2008 09:30:32 1. Hoe herkent u obstipatie? 1.1. Definities Obstipatie: Het weinig frequent (minder dan 3x p.w.) en

Nadere informatie

Marijse Koelewijn huisarts

Marijse Koelewijn huisarts PIJN Marijse Koelewijn huisarts Je hoeft tegenwoordig toch geen pijn meer te lijden Moeilijk behandelbare pijn Om welke pijnen gaat het? Welke therapeutische mogelijkheden zijn er? Opzet workshop: Korte

Nadere informatie

WERKEN MET EEN SPUITDRIJVER Myriam Arren Palliatief deskundige PHA INDICATIE Aanhoudende nausea of braken Ernstige dysfagie Gastro-intestinale obstructie Patiënt is niet meer in staat om orale medicatie

Nadere informatie

Vreemde voorwerpen in slokdarm en/of maagdarmstelsel bij honden en katten

Vreemde voorwerpen in slokdarm en/of maagdarmstelsel bij honden en katten Omschrijving Oorzaken Verschijnselen Diagnose Therapie Prognose Omschrijving Vreemde voorwerpen in slokdarm of maagdarmstelsel zijn niet eetbare en onverteerbare dingen die zich in de slokdarm, maag of

Nadere informatie

Obstipatie. mw. N. Beelen, huisarts mw. B. van Merrienboer, verpleegkundig specialist mw. L. Schipper, MDL arts

Obstipatie. mw. N. Beelen, huisarts mw. B. van Merrienboer, verpleegkundig specialist mw. L. Schipper, MDL arts Obstipatie mw. N. Beelen, huisarts mw. B. van Merrienboer, verpleegkundig specialist mw. L. Schipper, MDL arts Palliatieve Zorg Symposium : Diversiteit en imperfectie in de dagelijkse praktijk 7 November

Nadere informatie

Post operatieve follow-up broekprothese J.M. van Baalen, J.D.M. Feuth, S. Eggermont, P.M.Bloemendaal

Post operatieve follow-up broekprothese J.M. van Baalen, J.D.M. Feuth, S. Eggermont, P.M.Bloemendaal Post operatieve follow-up broekprothese J.M. van Baalen, J.D.M. Feuth, S. Eggermont, P.M.Bloemendaal In deze casus is de student als zaalarts verantwoordelijk voor een patiënt die na een buikoperatie als

Nadere informatie

Buikpijn- een opvlamming? Dr. F.H.J. Wolfhagen, MDL-arts

Buikpijn- een opvlamming? Dr. F.H.J. Wolfhagen, MDL-arts Buikpijn- een opvlamming? Dr. F.H.J. Wolfhagen, MDL-arts 24 november 2018 IBD en buikpijn Pijn is belangrijk als waarschuwing voor mogelijk schadelijke invloeden Veel voorkomende klacht bij IBD Bij colitis

Nadere informatie

Geschreven door Diernet Team zaterdag, 11 december 2010 15:44 - Laatst aangepast vrijdag, 17 december 2010 13:16

Geschreven door Diernet Team zaterdag, 11 december 2010 15:44 - Laatst aangepast vrijdag, 17 december 2010 13:16 Omschrijving Oorzaken Verschijnselen Diagnose Therapie Prognose Omschrijving Chronische diarree is een verandering in de frequentie, consistentie, of het volume van de stoelgang (ontlasting) voor meer

Nadere informatie

Pijn en dementie. Inhoud. Introductie! Pijn. Pijn

Pijn en dementie. Inhoud. Introductie! Pijn. Pijn Inge van Mansom palliatief arts/specialist ouderengeneeskunde Sint Elisabeth Gasthuishof, LUMC en IKNL regio Leiden Maartje Klapwijk specialist ouderengeneeskunde en onderzoeker LUMC Introductie! 22 september

Nadere informatie

Aanpak Nausea en Braken bij Slokdarmtumoren. Isabel Dero Gastroenterologie Sint-Augustinus, Wilrijk

Aanpak Nausea en Braken bij Slokdarmtumoren. Isabel Dero Gastroenterologie Sint-Augustinus, Wilrijk Aanpak Nausea en Braken bij Slokdarmtumoren Isabel Dero Gastroenterologie Sint-Augustinus, Wilrijk 1. Oorzaken nausea en braken -chirurgie: status post-resectie -neoadjuvante/palliatieve radiotherapie

Nadere informatie

DUIZELIGHEID Keel-, Neus- en Oorheelkunde FRANCISCUS VLIETLAND

DUIZELIGHEID Keel-, Neus- en Oorheelkunde FRANCISCUS VLIETLAND DUIZELIGHEID Keel-, Neus- en Oorheelkunde FRANCISCUS VLIETLAND Inleiding Iedereen is wel eens duizelig geweest. Toch is het moeilijk om het begrip duizeligheid duidelijk te omschrijven. Er kan van alles

Nadere informatie

Hersenmetastasen. Jeroen van Eijk Neuroloog JBZ 4e Voorjaars Symposium V&VN Landelijk Netwerk Verpleegkundig Specialisten Oncologie 24 maart 2016

Hersenmetastasen. Jeroen van Eijk Neuroloog JBZ 4e Voorjaars Symposium V&VN Landelijk Netwerk Verpleegkundig Specialisten Oncologie 24 maart 2016 Hersenmetastasen Jeroen van Eijk Neuroloog JBZ 4e Voorjaars Symposium V&VN Landelijk Netwerk Verpleegkundig Specialisten Oncologie 24 maart 2016 Disclosures (potentiële) belangenverstrengeling Voor bijeenkomst

Nadere informatie

PALLIATIEVE ZORG. fysieke aspecten Rob Jongbloed Raphaëlstichting Jacqueline Fluitman `s Heeren Loo

PALLIATIEVE ZORG. fysieke aspecten Rob Jongbloed Raphaëlstichting Jacqueline Fluitman `s Heeren Loo PALLIATIEVE ZORG fysieke aspecten Rob Jongbloed Raphaëlstichting Jacqueline Fluitman `s Heeren Loo Inleiding Indeling workshop Specifieke kenmerken Selectie lichamelijke klachten in palliatieve fase Selectie

Nadere informatie

Zorg voor mensen die bewust afzien van eten en drinken om het levenseinde te bespoedigen: een begaanbare weg

Zorg voor mensen die bewust afzien van eten en drinken om het levenseinde te bespoedigen: een begaanbare weg Zorg voor mensen die bewust afzien van eten en drinken om het levenseinde te bespoedigen: een begaanbare weg Jeroen Janssens Specialist Ouderengeneeskunde, commissielid 8-12-2016 Opbouw Workshop 1. Vragen

Nadere informatie

De buik in de palliatieve fase

De buik in de palliatieve fase De buik in de palliatieve fase WDH Roosendaal Bergen op Zoom Marjo van Bommel Programma komende 5 kwartier Pretoets Aan de hand van korte casus bespreken van chirurgische mogelijkheden ileus belang van

Nadere informatie

METHADON ALS PIJNSTILLER IN DE PALLIATIEVE ZORG

METHADON ALS PIJNSTILLER IN DE PALLIATIEVE ZORG METHADON ALS PIJNSTILLER IN DE PALLIATIEVE ZORG RUBEN VAN COEVORDEN HUISARTS HOSPICE ARTS JHI CONSULENT PALLIATIEVE ZORG WAT KOMT AAN BOD? Indicaties Beschikbare preparaten Farmacokinetiek Farmacodynamiek

Nadere informatie

Dit pijnprotocol is gebaseerd op de richtlijn Diagnostiek en behandeling van pijn bij patiënten met kanker 1

Dit pijnprotocol is gebaseerd op de richtlijn Diagnostiek en behandeling van pijn bij patiënten met kanker 1 Dit pijnprotocol is gebaseerd op de richtlijn Diagnostiek en behandeling van pijn bij patiënten met kanker 1 Algemeen Afnemen pijnscore: De ernst van de pijn (pijnintensiteit) is een aspect van de pijn

Nadere informatie

Farmacotherapeutische toelichting Pijnbestrijding gaat in het algemeen volgens het WHO-stappenplan.

Farmacotherapeutische toelichting Pijnbestrijding gaat in het algemeen volgens het WHO-stappenplan. 1 Pijn 1.1 Pijnbehandeling algemeen Pijn vermindert veelal door behandeling van de onderliggende aandoening. Ondersteuning met analgetica zal niettemin vaak nodig zijn. Bij een aantal aandoeningen is symptomatische

Nadere informatie

Pijn en pijnbehandeling bij Kanker 23-04-2014 Centrum Cabane

Pijn en pijnbehandeling bij Kanker 23-04-2014 Centrum Cabane Pijn en pijnbehandeling bij Kanker 23-04-2014 Centrum Cabane Drs. A.M. Karsch, anesthesioloog pijnspecialist UMC Utrecht Drs. G. Hesselmann, oncologieverpleegkundige, epidemioloog UMCU Wat is pijn? lichamelijk

Nadere informatie

Patiënteninformatie Misselijkheid en braken bij chemotherapie

Patiënteninformatie Misselijkheid en braken bij chemotherapie Patiënteninformatie Misselijkheid en braken bij chemotherapie AZ Turnhout Maatschappelijke zetel Steenweg op Merksplas 44 2300 Turnhout www.azturnhout.be Geachte Mevrouw, Meneer, Deze informatie kan u

Nadere informatie

Palliatieve zorg aan kwetsbare ouderen

Palliatieve zorg aan kwetsbare ouderen Palliatieve zorg aan kwetsbare ouderen Interactieve workshop over kaders van palliatieve zorg aan kwetsbare ouderen. Niek Olde Bijvank Specialist ouderengeneeskunde, tevens kaderarts Palliatieve Zorg,

Nadere informatie

Richtlijn Misselijkheid en braken

Richtlijn Misselijkheid en braken Richtlijn Misselijkheid en braken Colofon De Vlaamse versie van de richtlijn misselijkheid en braken werd in 2009 geschreven als onderdeel van de richtlijnen palliatieve zorg. Auteurs: Dr. Johan Vanden

Nadere informatie

Symptoombestrijding in de terminale fase. Dr Peter Burvenich

Symptoombestrijding in de terminale fase. Dr Peter Burvenich Symptoombestrijding in de terminale fase Dr Peter Burvenich Frekwentste symptomen:% Pijn (62) zwakte (39) constipatie (34) nausea en braken (30) dyspnoe (26) angst (20) verwardheid (16) anorexie (14) depressie

Nadere informatie

Helicobacter pylori in de nieuwe NHG-Standaard Maagklachten wat u er in 2013 van moet weten

Helicobacter pylori in de nieuwe NHG-Standaard Maagklachten wat u er in 2013 van moet weten Helicobacter pylori in de nieuwe NHG-Standaard Maagklachten wat u er in 2013 van moet weten Prof. dr. M.E. Numans, huisarts VUmc Amsterdam/UMC Utrecht > LUMC Inhoud Ontwikkelingen Probleempunten bij maagklachten

Nadere informatie

Sedatiekaart Noord-Holland Noord

Sedatiekaart Noord-Holland Noord Sedatiekaart Noord-Holland Noord Aandachtspunten en afspraken bij het toepassen van palliatieve sedatie en medicatie bij palliatieve sedatie Consultteam palliatieve zorg 0900-202 17 45 (24 uur per dag

Nadere informatie

PIJN BIJ KANKER SUPPLEMENT INFORMATIEWIJZER ONCOLOGIE

PIJN BIJ KANKER SUPPLEMENT INFORMATIEWIJZER ONCOLOGIE SUPPLEMENT INFORMATIEWIJZER ONCOLOGIE PIJN BIJ KANKER Pijn is een onaangenaam gevoel en kan grote invloed hebben op uw dagelijks leven. Pijn kan verschillende oorzaken hebben. Bij patiënten met kanker

Nadere informatie

Symptomen bij hartfalen 24 november M. Aertsen Verpleegkundig specialist hartfalen Diakonessenhuis Utrecht/Zeist

Symptomen bij hartfalen 24 november M. Aertsen Verpleegkundig specialist hartfalen Diakonessenhuis Utrecht/Zeist Symptomen bij hartfalen 24 november 2017 M. Aertsen Verpleegkundig specialist hartfalen Diakonessenhuis Utrecht/Zeist Hartfalen Hartfalen is een complex van klachten en verschijnselen bij een structurele

Nadere informatie

Morfine Feiten en fabels. Apotheek

Morfine Feiten en fabels. Apotheek 00 Morfine Feiten en fabels Apotheek In overleg met uw arts gaat u morfine gebruiken. Morfine behoort tot een groep geneesmiddelen, die morfineachtige pijnstillers of opioïden worden genoemd. Inleiding

Nadere informatie

Palliatieve Zorg bij Parkinson. Presentatie. Ondertitel. Paul Smit, Specialist Ouderengeneeskunde Kaderarts Palliatieve Zorg ParkinsonNet

Palliatieve Zorg bij Parkinson. Presentatie. Ondertitel. Paul Smit, Specialist Ouderengeneeskunde Kaderarts Palliatieve Zorg ParkinsonNet Palliatieve Zorg bij Parkinson Presentatie Ondertitel Paul Smit, Specialist Ouderengeneeskunde Kaderarts Palliatieve Zorg ParkinsonNet Disclosure belangen spreker (potentiële) belangenverstrengeling Geen

Nadere informatie

9 Pijnbestrijding. 9.1 Medicamenteus stappenschema

9 Pijnbestrijding. 9.1 Medicamenteus stappenschema 9 Pijnbestrijding Het meten van de pijn bij kinderen in de kliniek of op de poli dient onderdeel te zijn van de standaard zorg. Pijn wordt gemeten met een gestandardiseerde scoringslijst. 0-2 jaar comfort

Nadere informatie

Workshop 2 Pijn & Pijnbestrijding en de rol van de verpleegkundige Antoine Engelen, Paul Cornelissen & Sylvia Verhage

Workshop 2 Pijn & Pijnbestrijding en de rol van de verpleegkundige Antoine Engelen, Paul Cornelissen & Sylvia Verhage Workshop 2 Pijn & Pijnbestrijding en de rol van de verpleegkundige Antoine Engelen, Paul Cornelissen & Sylvia Verhage Kasteel Maurick 2-10-2012 Pijn bij kanker Pijn bij kanker + algemeen voorkomend symptoom

Nadere informatie

misselijkheid bij chemotherapie

misselijkheid bij chemotherapie patiënteninformatie misselijkheid bij chemotherapie U kunt helaas misselijk worden van chemotherapie. Misselijkheid en braken zijn erg vervelende bijwerkingen en kunnen ervoor zorgen dat u niet in staat

Nadere informatie

Behandeling met sandostatine

Behandeling met sandostatine Behandeling met sandostatine NEURO-ENDOCRIENE TUMOR (NET) Bij u is een neuro-endocriene tumor met uitzaaiingen geconstateerd. Neuro-endocriene tumoren (afgekort NET) kunnen op verschillende locaties in

Nadere informatie

Pijnmedicatie. dr. Bart G.J. Dekkers, AIOS ziekenhuisfarmacie

Pijnmedicatie. dr. Bart G.J. Dekkers, AIOS ziekenhuisfarmacie Pijnmedicatie dr. Bart G.J. Dekkers, AIOS ziekenhuisfarmacie (b.g.j.dekkers@umcg.nl) Soorten pijn Nociceptieve pijn (wondpijn) Pijn waarschuwt dat er iets mis is in het lichaam (bijv. verzwikte enkel)

Nadere informatie

kno specialisten in keel-, neus- & oorheelkunde Duizeligheid

kno specialisten in keel-, neus- & oorheelkunde Duizeligheid kno haarlemmermeer specialisten in keel-, neus- & oorheelkunde Duizeligheid Wat is duizeligheid? Normaal gesproken krijgt ieder mens voortdurend informatie over de ruimte om zich heen en over de positie

Nadere informatie

TRANSMURAAL PROTOCOL PALLIATIEVE ZORG BIJ ONCOLOGISCHE PATIËNTEN

TRANSMURAAL PROTOCOL PALLIATIEVE ZORG BIJ ONCOLOGISCHE PATIËNTEN TRANSMURAAL PROTOCOL PALLIATIEVE ZORG BIJ ONCOLOGISCHE PATIËNTEN Doel Het doel is te zorgen dat kankerpatiënten in de - overgang naar de - pallatieve fase niet tussen wal en schip vallen. Hiertoe worden

Nadere informatie

Symptoomcontrole Basiscursus Artsen PZ. Programma. Algemeen bij symptoomcontrole

Symptoomcontrole Basiscursus Artsen PZ. Programma. Algemeen bij symptoomcontrole Symptoomcontrole Basiscursus Artsen PZ Dr.Peter Demeulenaere Dr.Martine De Laat Dr.Siegfried Provoost Programma Gastro-intestinale symptomen Mondzorg Constipatie diarree Nausea en braken Obstructie - ileus

Nadere informatie

Carla van Soest. Verpleegkundig Specialist Chronisch Pijn

Carla van Soest. Verpleegkundig Specialist Chronisch Pijn Carla van Soest Verpleegkundig Specialist Chronisch Pijn Definitie Pijn Pijn is wat de patiënt zegt dat het is en treedt op wanneer de patiënt zegt dat het optreedt. (McCaffery 1989) Pijn en behandeling

Nadere informatie

SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN

SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN 1 NAAM VAN HET GENEESMIDDEL Granisetron Fresenius Kabi 1 mg/ml oplossing voor injectie 2 KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING Het werkzame bestanddeel is granisetron.

Nadere informatie

Maagklachten en misselijkheid. Vraag je Alphega apotheek om meer informatie en advies. Jouw gezondheid is onze zorg

Maagklachten en misselijkheid. Vraag je Alphega apotheek om meer informatie en advies. Jouw gezondheid is onze zorg Maagklachten en misselijkheid Vraag je Alphega apotheek om meer informatie en advies Jouw gezondheid is onze zorg Inhoud Maagklachten 3 Klachten en symptomen 3 Oorzaken 4 Wanneer arts raadplegen 5 Voorkomen

Nadere informatie

Gebruik van morfine en andere opioïden

Gebruik van morfine en andere opioïden Gebruik van morfine en andere opioïden En veelvoorkomende vragen Naar het ziekenhuis? Lees eerst de informatie op www.asz.nl/brmo. Inleiding Uw arts heeft u morfineachtige pijnstillers voorgeschreven

Nadere informatie

BIJSLUITER 1. WAT IS DAFALGAN VOLWASSENEN 600 MG EN WAARVOOR WORDT HET GEBRUIKT?

BIJSLUITER 1. WAT IS DAFALGAN VOLWASSENEN 600 MG EN WAARVOOR WORDT HET GEBRUIKT? BIJSLUITER Lees de hele bijsluiter aandachtig door, omdat er voor u belangrijke informatie in staat. Raadpleeg uw arts of apotheker als u aanvullende vragen heeft. Bewaar deze bijsluiter, misschien heeft

Nadere informatie

Zorg bij maagklachten en misselijkheid

Zorg bij maagklachten en misselijkheid Zorg bij maagklachten en misselijkheid Inhoud Maagklachten 3 Klachten en symptomen 3 Oorzaken 4 Wanneer moet je een arts raadplegen 5 Voorkomen van maagklachten 6 Wat kun je er zelf aan doen 6 Geneesmiddelen

Nadere informatie

PS in NL: bij 12,3% van de patiënten in de stervensfase toegepast

PS in NL: bij 12,3% van de patiënten in de stervensfase toegepast Palliatieve sedatie 12 november 2012 Carla Juffermans,kaderhuisarts PZ Palliatieve sedatie Proportionele toepassing van sedativa in de laatste levensfase om ondraaglijke klachten te bestrijden, waarvoor

Nadere informatie

Gastro-oesofageale refluxziekte spugen bij kinderen

Gastro-oesofageale refluxziekte spugen bij kinderen Gastro-oesofageale refluxziekte spugen bij kinderen Uw kind heeft klachten die kunnen wijzen op gastro-oesofageale refluxziekte. Met reflux wordt aangegeven dat maaginhoud weer in de slokdarm terechtkomt.

Nadere informatie

PIJN in de palliatieve fase

PIJN in de palliatieve fase PIJN in de palliatieve fase Themabijeenkomst Netwerk Palliatieve Zorg Eemland 9 april 2013 Palliatie Team Midden Nederland Anne Mieke Karsch, anesthesioloog-pijnspecialist UMC Utrecht Laetitia Schillemans,

Nadere informatie

Morfine. Informatie voor patiënten die in overleg met hun arts morfine gebruiken

Morfine. Informatie voor patiënten die in overleg met hun arts morfine gebruiken Morfine Informatie voor patiënten die in overleg met hun arts morfine gebruiken Inhoudsopgave Morfine en andere sterke pijnstillers... 3 De functie van pijn... 3 De behandeling van pijn... 3 De juiste

Nadere informatie

Informatie longkanker. Informatie voor patiënten met longkanker die behandeld worden met Taxotere.

Informatie longkanker. Informatie voor patiënten met longkanker die behandeld worden met Taxotere. Informatie longkanker Informatie voor patiënten met longkanker die behandeld worden met Taxotere. Inhoud 3 Waarom heeft uw arts Taxotere voorgesteld? Hoe wordt Taxotere toegediend? 4 Bijwerkingen op het

Nadere informatie

Kinderneurologie.eu. Neuritis vestibularis.

Kinderneurologie.eu. Neuritis vestibularis. Neuritis vestibularis Wat is neuritis vestibularis? Neuritis vestibularis is een aandoening waarbij de evenwichtszenuw ontstoken raakt en kinderen of volwassen last krijgen van duizeligheidsklachten, misselijkheid

Nadere informatie

Protocol Medicamenteuze pijnbestrijding bij oncologische patiënten Reikwijdte MST-breed Datum:

Protocol Medicamenteuze pijnbestrijding bij oncologische patiënten Reikwijdte MST-breed Datum: Versie: Medisch Spectrum Twente 1.0 Soort Document Titel Status: Vastgesteld Protocol Medicamenteuze pijnbestrijding bij oncologische patiënten Reikwijdte MST-breed Datum: 06-02-2012 Pagina 1 van 5 Code:

Nadere informatie

Pijn bij kanker. Anesthesie. Locatie Hoorn/Enkhuizen

Pijn bij kanker. Anesthesie. Locatie Hoorn/Enkhuizen Pijn bij kanker Anesthesie Locatie Hoorn/Enkhuizen Behandeling van pijn bij kanker Inleiding Tegenwoordig is pijn bij kanker vaak goed te bestrijden. Als wordt vastgesteld waardoor de pijn wordt veroorzaakt,

Nadere informatie

Als een pilletje niet meer genoeg is

Als een pilletje niet meer genoeg is Als een pilletje niet meer genoeg is Jeroen van Vugt Medisch Spectrum Twente Iets over Parkinson n Verstoorde motoriek Trillen (tremor) Stijve spieren Trager Starre mimiek Onduidelijker spreken Moeilijker

Nadere informatie

Bovenbuikklachten. Prof. dr. M.E. Numans

Bovenbuikklachten. Prof. dr. M.E. Numans 3 Bovenbuikklachten Prof. dr. M.E. Numans Iedere huisarts met een normpraktijk van circa 2350 ingeschreven patiënten ziet wekelijks een à twee patiënten met een klacht in de bovenbuik. De helft van hen

Nadere informatie

Inhoud. Voorwoord 11. 1. Verschillende soorten hoofdpijn 13. 2. Epidemiologie 19

Inhoud. Voorwoord 11. 1. Verschillende soorten hoofdpijn 13. 2. Epidemiologie 19 VGV OVER HOOFDPIJN-MIGRAINE_BSL_148 x 210 2-2 14-12-11 09:38 Pagina 5 Inhoud Voorwoord 11 1. Verschillende soorten hoofdpijn 13 Hoe kan de patiënt met chronische hoofdpijn het beste worden benaderd? 13

Nadere informatie

Blindedarmontsteking Appendicitis. Poli Chirurgie

Blindedarmontsteking Appendicitis. Poli Chirurgie 00 Blindedarmontsteking Appendicitis Poli Chirurgie Wat is een blindedarm (appendix)? De appendix (letterlijk aanhangsel) bevindt zich daar waar de dunne darm overgaat in de dikke darm, dat wil zeggen

Nadere informatie

Deze folder geeft u informatie over duizeligheid en daarbij behorende klachten. Deze folder is opgesteld door de KNO arts.

Deze folder geeft u informatie over duizeligheid en daarbij behorende klachten. Deze folder is opgesteld door de KNO arts. Duizeligheid Deze folder geeft u informatie over duizeligheid en daarbij behorende klachten. Deze folder is opgesteld door de KNO arts. Wat is duizeligheid Iedereen is wel eens duizelig geweest. Toch is

Nadere informatie

Lanreotide bij neuro-endocriene tumoren

Lanreotide bij neuro-endocriene tumoren Lanreotide bij neuro-endocriene tumoren Inleiding De informatie in dit document is bedoeld als aanvulling op de informatie die u al heeft gekregen van uw behandelend internist-oncoloog en de oncologieverpleegkundige.

Nadere informatie

Deze richtlijn werd in 2010 geschreven op basis van de richtlijn 'Hoesten' van pallialine.nl door

Deze richtlijn werd in 2010 geschreven op basis van de richtlijn 'Hoesten' van pallialine.nl door Hoesten Colofon Deze richtlijn werd in 2010 geschreven op basis van de richtlijn 'Hoesten' van pallialine.nl door Dr. Peter Bogaerts, Longarts A.Z. KLINA Brasschaat Dr. Gert Huysmans, huisarts, Equipearts

Nadere informatie

Inhoudsopgave. Duizeligheid 4. Wat is duizeligheid? 4. Verschijnselen van duizeligheid 5. Oorzaken van duizeligheid 6. Onderzoek 7.

Inhoudsopgave. Duizeligheid 4. Wat is duizeligheid? 4. Verschijnselen van duizeligheid 5. Oorzaken van duizeligheid 6. Onderzoek 7. Duizeligheid KNO Inhoudsopgave Duizeligheid 4 Wat is duizeligheid? 4 Verschijnselen van duizeligheid 5 Oorzaken van duizeligheid 6 Onderzoek 7 Behandeling 9 Slotwoord 10 3 Duizeligheid Deze brochure heeft

Nadere informatie

Palliatieve zorg thuis

Palliatieve zorg thuis Palliatieve zorg thuis Zorg in de laatste levensfase mca.nl Inhoudsopgave Wat is palliatieve zorg? 3 Lichamelijke klachten 3 Wie kunt u bellen voor hulp? 4 Psychosociale klachten 7 Eten en drinken 8 Meer

Nadere informatie