BEREIDINGS- EN CONSUMPTIETIJD VAN MAALTIJDEN. AUTEUR Sarah BEL

Transcriptie

1 BEREIDINGS- EN CONSUMPTIETIJD VAN MAALTIJDEN AUTEUR Sarah BEL

2 Dankwoord Dit werk kon niet worden gerealiseerd zonder de medewerking van een aantal personen. Onze bijzondere dank gaat uit naar: De deelnemers en de enquêteurs voor hun deelname aan de enquête; Loes Brocatus, Charlotte Stiévenart en Sofie Van den Abeele voor de voorbereiding en de organisatie van het veldwerk, alsook hun ondersteuning bij het databeheer; Ledia Jani voor de organisatie en de logistiek van deze enquête, alsook haar werk voor de layout van dit rapport; Sarah Bel, Koenraad Cuypers, Thérésa Lebacq, Cloë Ost en Eveline Teppers voor het databeheer en de dataverwerking. Gelieve bij het verwijzen naar resultaten van dit hoofdstuk de volgende referentie te gebruiken: Bel.S. Bereidings- en consumptietijd van maaltijden. In: Lebacq T, Teppers E.(ed.). Voedselconsumptiepeiling Rapport 1. WIV-ISP, Brussel, 2015.

3 INHOUDSTAFEL Samenvatting Inleiding Instrumenten Vragen Indicatoren Resultaten Bereidingstijd ontbijt Consumptietijd ontbijt Bereidingstijd middagmaal Consumptietijd middagmaal Bereidingstijd avondmaal Consumptietijd avondmaal Discussie Tabellen Referenties Bereidings- en consumptietijd Inhoudstafel 69

4

5 SAMENVATTING In de Voedselconsumptiepeiling werden de gemiddelde bereidings- en consumptietijd van de drie hoofmaaltijden nagegaan in de Belgische bevolking (3-64 jaar). Ontbijt In België in 2014 bedraagt de gemiddelde bereidingstijd van het ontbijt 7 minuten. Vrouwen spenderen er gemiddeld meer tijd (8 minuten) aan dan mannen (6 minuten). Jongvolwassen (18-34 jaar) spenderen er gemiddeld minder tijd (6 minuten) aan dan oudere volwassenen met een leeftijd van jaar (7 minuten) en jaar (8 minuten). De hoogstopgeleiden trekken minder tijd uit voor het bereiden van het ontbijt (6 minuten) dan de lageropgeleiden (7 en 8 minuten). 36% van de Belgen spendeert meer dan 5 minuten aan de bereiding van het ontbijt. Vrouwen spenderen vaker (43%) meer dan 5 minuten aan het bereiden van het ontbijt dan mannen (30%). Jongvolwassenen (18-34 jaar) besteden er minder vaak (26%) meer dan 5 minuten aan dan oudere volwassenen van jaar (39%) en jaar (44%). Uit de resultaten blijkt dat in 2014 de gemiddelde consumptietijd van het ontbijt in België 14 minuten bedraagt. Vrouwen besteden iets meer tijd (14 minuten) aan het consumeren van het ontbijt dan mannen (13 minuten). De leeftijdsverdeling vertoont een U-curve: kinderen met een leeftijd van 3-5 jaar en 6-9 jaar spenderen de meeste tijd (respectievelijk 16 en 15 minuten) aan het ontbijt, daarna neemt de gemiddelde consumptietijd van het ontbijt af bij de adolescenten met een leeftijd van jaar en jaar (respectievelijk 13 en 12 minuten), ten slotte neemt de gemiddelde consumptietijd terug toe bij de volwassen leeftijdsgroepen van jaar, jaar en jaar (respectievelijk 13, 13 en 15 minuten). 51% van de bevolking besteedt meer dan 10 minuten aan de consumptie van het ontbijt. Vrouwen ontbijten vaker (54%) langer dan 10 minuten dan mannen (48%). De leeftijdsverdeling vertoont ook hier een U-curve: kinderen met een leeftijd van 3-5 jaar en 6-9 jaar spenderen het vaakst meer dan 10 minuten aan het ontbijt (respectievelijk 71% en 60%), daarna neemt het percentage af bij de adolescenten met een leeftijd van jaar en jaar (respectievelijk 49% en 42%), ten slotte neemt het percentage dat meer dan 10 minuten spendeert aan het ontbijt terug toe bij de volwassen leeftijdsgroepen van jaar, jaar en jaar (respectievelijk 46%, 49% en 56%). Middagmaal In België in 2014 bedraagt de gemiddelde bereidingstijd van het middagmaal 15 minuten. Vrouwen spenderen meer tijd (17 minuten) aan het bereiden van het middagmaal dan mannen (14 minuten). De jongere leeftijdsgroepen van jaar en jaar spenderen er minder tijd (respectievelijk 12 en 14 minuten) aan dan de oudere volwassenen van jaar (21 minuten). De hoogstopgeleiden spenderen minder tijd (12 minuten) aan de bereiding van het middagmaal dan de lageropgeleiden (16 en 17 minuten). 37% van de Belgen spendeert meer dan 10 minuten aan de bereiding van het middagmaal. Jongvolwassenen spenderen minder vaak (27%) meer dan 10 minuten aan de bereiding van het middagmaal dan de oudere leeftijdsgroepen jaar (35%) en jaar (50%). Het percentage dat meer dan 10 minuten spendeert aan de bereiding van het middagmaal ligt hoger in Wallonië (42%) dan in Vlaanderen (33%). Mensen met obesitas spenderen vaker (48%) meer dan 10 minuten aan het bereiding van het middagmaal dan personen met een normaal gewicht (33%) en overgewicht (36%). Uit de resultaten blijkt dat de Belg in 2014 gemiddeld 21 minuten besteedt aan de consumptie van het middagmaal. De jongste kinderen met een leeftijd van 3 tot 5 jaar spenderen gemiddeld de meeste tijd (22 minuten) aan de consumptie van het middagmaal. Adolescenten met een leeftijd van 10 tot 13 jaar besteden gemiddeld de minste tijd (20 minuten) aan de consumptie van het middagmaal. Bijna drie op de vijf Belgen (57%) spenderen meer dan 15 minuten aan de consumptie van het middagmaal. De jongste leeftijdsgroep van 3 tot 5 jaar spendeert veel vaker (70%) meer dan 15 minuten aan het middagmaal dan alle oudere leeftijdsgroepen (tussen de 53% en 61%). Bereidings- en consumptietijd Samenvatting 71

6 Bereidings- en consumptietijd Samenvatting Avondmaal In België in 2014 bedraagt de gemiddelde bereidingstijd van het avondmaal 33 minuten. Vrouwen (35 minuten) en personen uit de leeftijdsgroep jaar (34 minuten) spenderen meer tijd aan het bereiden van het avondmaal dan mannen (30 minuten) en mensen uit de leeftijdsgroep jaar (30 minuten). De gemiddelde bereidingstijd van het avondmaal ligt hoger in Wallonië (35 minuten) dan in Vlaanderen (32 minuten). 38% van de Belgen besteedt meer dan 30 minuten aan de bereiding van het avondmaal. Het percentage mensen dat meer dan 30 minuten aan de bereiding van het avondmaal spendeert ligt hoger bij de 35- tot 50-jarigen (45%) dan bij de 18- tot 34-jarigen (31%). Het percentage dat meer dan 30 minuten spendeert aan de bereiding van het avondmaal ligt in Wallonië (44%) hoger dan in Vlaanderen (36%). Uit de resultaten blijkt dat de Belg in 2014 gemiddeld 26 minuten besteedt aan de consumptie van het avondmaal. De hoogstopgeleiden en inwoners van Wallonië spenderen meer tijd (27 minuten) aan de consumptie van het avondmaal dan de laagstopgeleiden en inwoners van Vlaanderen (25 minuten). Bijna de helft van de Belgen (49%) besteedt meer dan 25 minuten aan het consumeren van het avondmaal. In Wallonië wordt vaker (58%) meer dan 25 minuten uitgetrokken voor het avondmaal dan in Vlaanderen (41%). 72

7 1. INLEIDING Er zijn studies die suggereren dat een langere bereidingstijd van een maaltijd geassocieerd is met een betere voedingskwaliteit en, bij vrouwen, ook met een lagere Body Mass Index (BMI) (1-3). Men veronderstelt dat hoe langer de bereidingstijd van een maaltijd, hoe vaker men onbewerkte voedingsmiddelen gebruikt tijdens het koken en minder bewerkte voedingsmiddelen of convenience food gebruikt, die vaak rijk zijn aan calorieën, vet en zout (2;3). Convenience food wordt steeds vaker geconsumeerd in Westerse landen. Er bestaan producten die meteen kunnen worden verwerkt (ready-to-cook, bv. voorgesneden groenten), producten die alleen maar moeten worden opgewarmd (ready-to-heat, bv. gekoelde of diepgevroren kant-en-klaarmaaltijden) en producten die zonder verdere bereiding direct kunnen worden geconsumeerd (ready-to-eat, bv. belegde broodjes) (4). In studies bij kinderen en adolescenten werd een associatie aangetoond tussen het eten van convenience food en een verminderde voedingskwaliteit (3;5). Een recente studie bij vrouwen van middelbare leeftijd toonde echter aan dat vrouwen die meer tijd spenderen aan de bereiding van de maaltijd meer kans hadden op een negatief cardiometabool risicoprofiel. De onderzoekers gaven wel aan dat gezondheidsinterventies meer nadruk moeten leggen op gezond koken dan op frequent zelf koken (6). Studies toonden aan dat een langere consumptietijd geassocieerd is met een lagere energie-inname in vergelijking met een kortere consumptietijd (7). Een kortere consumptietijd werd ook gelinkt aan een hogere BMI (2). In de Voedselconsumptiepeiling werd door middel van een aantal vragen de gemiddelde bereidings- en consumptietijd van de drie hoofmaaltijden (ontbijt, middagmaal en avondmaal) nagegaan in de Belgische bevolking (3-64 jaar). Bereidings- en consumptietijd Inleiding 73

8 2. INSTRUMENTEN 2.1. VRAGEN Bereidings- en consumptietijd Instrumenten 74 De vragen met betrekking tot de bereidings- en consumptietijd van elke maaltijd werden door de respondent (of ouder/voogd) beantwoord tijdens het eerste huisbezoek met behulp van het CAPI (Computer Assisted Personal Interview) systeem. De vraag in verband met de consumptietijd werd in alle leeftijdsgroepen gevraagd. De vraag in verband met de bereidingstijd werd enkel gesteld aan de volwassen bevolking (18-64 jaar). Deze vragen werden geformuleerd door de FOD Volksgezondheid, Veiligheid van de Voedselketen en Leefmilieu. Wat is de gemiddelde bereidingstijd (minuten) van elke maaltijd? Ontbijt (gf02a) Middagmaal (gf02b) Avondmaal (gf02c) Hoeveel tijd besteedt u (of uw kind) gemiddeld aan de consumptie van elke maaltijd (minuten)? Ontbijt (gf03a) Middagmaal (gf03b) Avondmaal (gf03c) Met consumptietijd wordt de tijd bedoeld tussen de start van de maaltijd tot het moment dat de persoon stopt met eten. Indien de persoon nooit een ontbijt neemt, werd verzocht om 0 minuten in te vullen bij bereidings- of consumptietijd. Met middagmaal bedoelt men de maaltijd geconsumeerd rond het middaguur (bv. tussen 12u00 en 14u00). Met avondmaal bedoelt men de maaltijd geconsumeerd in de avond (bv. tussen 17u00 en 21u00). Deze definities werden verduidelijkt aan de respondent. De plaats van consumptie van deze maaltijden kan aan de hand van deze vragen echter niet geweten zijn. De vragen rond bereidings- en consumptietijd werden niet gesteld in de Belgische Voedselconsumptiepeiling INDICATOREN Voor de bereidingstijd werden de volgende indicatoren, die enkel betrekking hebben op de volwassen bevolking (18-64 jaar), opgesteld: MD_1 De gemiddelde bereidingstijd (minuten) van het ontbijt bij de volwassen bevolking (18-64 jaar). MD_2 De gemiddelde bereidingstijd (minuten) van het middagmaal bij de volwassen bevolking (18-64 jaar). MD_3 De gemiddelde bereidingstijd (minuten) van het avondmaal bij de volwassen bevolking (18-64 jaar). MD_12 MD_22 MD_32 Deze indicator presenteert het percentage van de volwassen bevolking (18-64 jaar) die meer dan 5 minuten spendeert aan de bereiding van het ontbijt. Deze indicator presenteert het percentage van de volwassen bevolking (18-64 jaar) die meer dan 10 minuten spendeert aan de bereiding van het middagmaal. Deze indicator presenteert het percentage van de volwassen bevolking (18-64 jaar) die meer dan 30 minuten spendeert aan de bereiding van het avondmaal.

9 Voor de consumptietijd werden de volgende indicatoren, die betrekking hebben op de volledige Belgische populatie (3-64 jaar), opgesteld: MD_4 De gemiddelde consumptietijd (minuten) van het ontbijt bij de bevolking (3-64 jaar). MD_5 MD_6 MD_42 MD_52 MD_62 De gemiddelde consumptietijd (minuten) van het middagmaal bij de bevolking (3-64 jaar). De gemiddelde consumptietijd (minuten) van het avondmaal bij de bevolking (3-64 jaar). Deze indicator presenteert het percentage van de volwassen bevolking (3-64 jaar) die meer dan 10 minuten spendeert aan de consumptie van het ontbijt. Deze indicator presenteert het percentage van de volwassen bevolking (3-64 jaar) die meer dan 15 minuten spendeert aan de consumptie van het middagmaal. Deze indicator presenteert het percentage van de volwassen bevolking (3-64 jaar) die meer dan 25 minuten spendeert aan de consumptie van het avondmaal. Personen die in de vragen betreffende het maaltijdpatroon (gf06, gf07, gf08) aangaven nooit een ontbijt, middagmaal of avondmaal te consumeren, werden, ongeacht of zij de vragen in verband met bereidingsen consumptietijd beantwoord hadden, uitgesloten van de analyses. Bij de consumptietijd van het ontbijt, middagmaal of avondmaal, werden de personen die 0 minuten aangaven eveneens uitgesloten. Bereidings- en consumptietijd Instrumenten 75

10 3. RESULTATEN 3.1. BEREIDINGSTIJD ONTBIJT In 2014 bedraagt de gemiddelde bereidingstijd van het ontbijt in België 7,1 minuten. Dit ligt, na correctie voor leeftijd, significant hoger bij vrouwen (7,8 minuten) dan bij mannen (6,3 minuten). De gemiddelde bereidingstijd van het ontbijt ligt in de oudere leeftijdsgroepen van jaar (7,3 minuten) en jaar (7,9 minuten), na correctie voor geslacht, significant hoger dan in de jongste leeftijdsgroep van jaar (6 minuten) (Figuur 1). De hoogstopgeleiden (6,1 minuten) spenderen minder tijd aan het bereiden van het ontbijt dan de lageropgeleiden (7,2 en 7,7 minuten). Dit verschil is significant na correctie voor leeftijd en geslacht. Er zijn geen significante verschillen in gemiddelde bereidingstijd van het ontbijt voor regio (Vlaanderen versus Wallonië) 1 en BMI 2. Figuur 1 Gemiddelde bereidingstijd van het ontbijt bij de volwassen bevolking (18-64 jaar), volgens leeftijd en geslacht, België, 2014 Bereidings- en consumptietijd Resultaten 76 36,4% van de populatie spendeert meer dan 5 minuten aan de bereiding van het ontbijt. Vrouwen spenderen significant vaker (43,1%) meer dan 5 minuten aan het bereiden van het ontbijt dan mannen (29,5%) (OR 1,79; 1,32-2,42). Het percentage personen dat meer dan 5 minuten aan de bereiding van het ontbijt spendeert ligt, na correctie voor geslacht, significant lager bij de jongvolwassenen (18-34 jaar) (25,9%) dan bij de oudere leeftijdsgroepen van jaar (39,3%) (OR 0,53; 0,37-0,77) en jaar (43,9%) (OR 0,45; 0,31-0,66) (Figuur 2). 1 Brussel werd niet gebruikt voor de vergelijking van de resultaten volgens verblijfplaats. In alle andere analyses werden de drie regio s (Vlaanderen, Wallonië en Brussel) wel geïncludeerd. 2 BMI categorisatie (ondergewicht, normaal, overgewicht, obesitas) voor kinderen en adolescenten (3-17 jaar) volgens de aanbevelingen van het IOTF (grenswaarden volgens leeftijd en geslacht) en voor volwassenen (18-64 jaar) volgens de aanbevelingen van het WHO.

11 Er zijn geen significante verschillen in meer dan 5 minuten bereidingstijd van het ontbijt voor opleidingsniveau, regio (Vlaanderen versus Wallonië) en BMI. Figuur 2 Percentage van de bevolking (18-64 jaar) dat meer dan 5 minuten spendeert aan de bereiding van het ontbijt, volgens leeftijd en geslacht, België, CONSUMPTIETIJD ONTBIJT In 2014 bedraagt de gemiddelde consumptietijd van het ontbijt in België 13,8 minuten. Vrouwen spenderen, na correctie voor leeftijd, significant meer tijd (14,4 minuten) aan het consumeren van het ontbijt dan mannen (13,1 minuten). De leeftijdsverdeling vertoont een U-curve: kinderen met een leeftijd van 3-5 jaar en 6-9 jaar besteden het meest tijd (respectievelijk 16,2 en 15,0 minuten) aan het ontbijt, daarna neemt de gemiddelde consumptietijd van het ontbijt af bij de adolescenten met een leeftijd van jaar en jaar (respectievelijk 13,2 en 12,1 minuten), ten slotte neemt de gemiddelde consumptietijd terug toe bij de volwassen leeftijdsgroepen van jaar, jaar en jaar (respectievelijk 12,9, 13,4 en 14,8 minuten) (Figuur 3). Er zijn geen significante verschillen in de gemiddelde consumptietijd van het ontbijt voor opleidingsniveau, regio (Vlaanderen versus Wallonië) en BMI Bereidings- en consumptietijd Resultaten 77

12 Figuur 3 Gemiddelde consumptietijd van het ontbijt bij de bevolking (3-64 jaar), volgens leeftijd en geslacht, België, 2014 Bereidings- en consumptietijd Resultaten 51,1% van de bevolking trekt meer dan 10 minuten uit voor de consumptie van het ontbijt. Vrouwen ontbijten, na correctie voor leeftijd, significant vaker (54,3%) langer dan 10 minuten dan mannen (47,8%) (OR 1,30; 1,03-1,65). De leeftijdsverdeling vertoont ook hier een U-curve: kinderen met een leeftijd van 3-5 jaar en 6-9 jaar spenderen het vaakst meer dan 10 minuten aan het ontbijt (respectievelijk 71,1% en 59,9%), daarna neemt het percentage af bij de adolescenten met een leeftijd van jaar en jaar (respectievelijk 48,5% en 42,0%), ten slotte neemt het percentage dat meer dan 10 minuten spendeert aan het ontbijt terug toe bij de volwassen leeftijdsgroepen van jaar, jaar en jaar (respectievelijk 45,5%, 48,8% en 56,4%) (Figuur 4). Er zijn geen significante verschillen in meer dan 10 minuten consumptietijd van het ontbijt voor opleidingsniveau, regio en BMI. 78

13 Figuur 4 Percentage van de bevolking (3-64 jaar) dat meer dan 10 minuten spendeert aan de consumptie van het ontbijt, volgens leeftijd en geslacht, België, BEREIDINGSTIJD MIDDAGMAAL De gemiddelde tijd die een Belg in 2014 spendeert aan de bereiding van het middagmaal bedraagt 15,4 minuten. Vrouwen spenderen, na correctie voor leeftijd, significant meer tijd (16,9 minuten) aan het bereiden van het middagmaal dan mannen (14 minuten). Oudere volwassenen (51-64 jaar) (21,4 minuten) spenderen, na correctie voor geslacht, significant meer tijd aan het bereiden van het middagmaal dan de jongere leeftijdsgroepen van jaar (11,6 minuten) en jaar (14 minuten) (Figuur 5). Hoogstopgeleiden (12,2 minuten) spenderen minder tijd aan de bereiding van het middagmaal dan lageropgeleiden (16,3 en 17,1 minuten). Dit verschil is significant na correctie voor leeftijd en geslacht. Er zijn geen significante verschillen in gemiddelde bereidingstijd van het middagmaal voor regio en BMI. Bereidings- en consumptietijd Resultaten 79

14 Figuur 5 Gemiddelde bereidingstijd van het middagmaal bij de volwassen bevolking (18-64 jaar), volgens leeftijd en geslacht, België, 2014 Bereidings- en consumptietijd Resultaten 36,7% van de Belgen trekt meer dan 10 minuten uit voor de bereiding van het middagmaal. Dit neemt, na correctie voor geslacht, significant toe met de leeftijd (Figuur 6). Jongvolwassenen besteden minder vaak (26,7%) meer dan 10 minuten aan de bereiding van het middagmaal dan de oudere leeftijdsgroepen jaar (35,2%) (OR 0,67; 0,47-0,95) en jaar (49,5%) (OR 0,37; 0,26-0,53). Het percentage dat meer dan 10 minuten spendeert aan de bereiding van het middagmaal ligt in Wallonië significant hoger (42%) dan in Vlaanderen (33,1%) (OR 1,53; 95%BI 1,13-2,09) en dit verschil is significant na correctie voor leeftijd en geslacht. Mensen met obesitas spenderen vaker (48%) meer dan 10 minuten aan de bereiding van het middagmaal dan personen met een normaal gewicht (32,8%) (OR 1,58; 1,05-2,40) en overgewicht (36,0%) (OR 1,62; 1,07-2,48). Deze verschillen zijn significant na correctie voor leeftijd en geslacht. Er zijn geen significante verschillen in meer dan 10 minuten bereidingstijd van het middagmaal voor opleidingsniveau of verblijfplaats. 80

15 Figuur 6 Percentage van de bevolking (18-64 jaar) dat meer dan 10 minuten spendeert aan de bereiding van het middagmaal, volgens leeftijd en geslacht, België, CONSUMPTIETIJD MIDDAGMAAL De gemiddelde tijd die de Belg in 2014 besteedt aan de consumptie van het middagmaal bedraagt 21,1 minuten. De jongste kinderen met een leeftijd van 3-5 jaar spenderen gemiddeld de meeste tijd (22,3 minuten) aan de consumptie van het middagmaal. Adolescenten met een leeftijd van jaar spenderen gemiddeld de minste tijd (19,7 minuten) aan de consumptie van het middagmaal (Figuur 7). Er zijn geen significante verschillen in gemiddelde consumptietijd van het middagmaal voor geslacht, opleidingsniveau, regio en BMI. Bereidings- en consumptietijd Resultaten 81

16 Figuur 7 Gemiddelde consumptietijd van het middagmaal bij de bevolking (3-64 jaar), volgens leeftijd en geslacht, België, 2014 Bereidings- en consumptietijd Resultaten 56,9% van de Belgen spendeert meer dan 15 minuten aan de consumptie van het middagmaal. De jongste leeftijdsgroep van 3-5 jaar besteedt, na correctie voor geslacht, significant vaker (69,7%) meer dan 15 minuten aan het middagmaal dan alle oudere leeftijdsgroepen van 6-9 jaar, jaar, jaar, jaar, jaar, jaar (respectievelijk 60,9%, 52,8%, 58,9%, 57,0%, 53,8% en 57,4%) (Figuur 8). Er zijn geen significante verschillen in meer dan 15 minuten consumptietijd van het middagmaal voor geslacht, opleidingsniveau, regio en BMI. 82

17 Figuur 8 Percentage van de bevolking (3-64 jaar) dat meer dan 15 minuten spendeert aan de consumptie van het middagmaal, België, BEREIDINGSTIJD AVONDMAAL De gemiddelde bereidingstijd voor het avondmaal bedraagt in 2014 in België 32,6 minuten. Vrouwen spenderen, na correctie voor leeftijd, significant meer tijd (35,2 minuten) aan het bereiden van het avondmaal dan mannen (30 minuten). Personen uit de leeftijdsgroep jaar besteden, na correctie voor geslacht, significant meer tijd (34,3 minuten) aan het bereiden van het avondmaal dan personen uit de leeftijdsgroep van jaar (30,1 minuten) (Figuur 9). De gemiddelde bereidingstijd van het avondmaal ligt in Wallonië hoger (34,9 minuten) dan in Vlaanderen (31,5 minuten). Dit verschil is significant na correctie voor leeftijd en geslacht. Er zijn geen significante verschillen in gemiddelde bereidingstijd van het avondmaal voor opleidingsniveau en BMI. Bereidings- en consumptietijd Resultaten 83

18 Figuur 9 Gemiddelde bereidingstijd van het avondmaal bij de volwassen bevolking (18-64 jaar), volgens leeftijd en geslacht, België, 2014 Bereidings- en consumptietijd Resultaten 38,3% van de Belgen spendeert meer dan 30 minuten aan de bereiding van het avondmaal. Het percentage mensen dat meer dan 30 minuten aan de bereiding van het avondmaal spendeert ligt significant hoger bij de 35- tot 50-jarigen (44,7%) dan bij de 18- tot 34-jarigen (31,0%) (OR 1,82; 1,29-2,56) (Figuur 10). Het percentage dat meer dan 30 minuten aan de bereiding van het avondmaal spendeert, ligt in Wallonië (44,2%) significant hoger (44,2%) dan in Vlaanderen (36,2%) (OR 1,41; 1,04-1,91). Er zijn geen significante verschillen in meer dan 30 minuten bereidingstijd van het avondmaal voor geslacht, opleidingsniveau en BMI. Figuur 10 Percentage van de bevolking (18-64 jaar) dat meer dan 30 minuten spendeert aan de bereiding van het avondmaal, volgens leeftijd en geslacht, België,

19 3.6. CONSUMPTIETIJD AVONDMAAL In België in 2014 wordt gemiddeld 25,9 minuten gespendeerd aan de consumptie van het avondmaal. Wij zien hier geen significante verschillen voor geslacht en leeftijd (Figuur 11). De hoogstopgeleiden spenderen meer tijd (26,8 minuten) aan de consumptie van het avondmaal dan de laagstopgeleiden (25,1 minuten). In Wallonië wordt meer tijd (27,2 minuten) gespendeerd aan de consumptie van het avondmaal dan in Vlaanderen (24,5 minuten). Deze verschillen zijn significant na correctie voor leeftijd en geslacht. Er zijn geen significante verschillen in gemiddelde consumptietijd van het avondmaal voor BMI. Figuur 11 Gemiddelde consumptietijd van het avondmaal bij de bevolking (3-64 jaar), volgens leeftijd en geslacht, België, ,9% van de Belgen besteedt meer dan 25 minuten aan het consumeren van het avondmaal. Er kunnen geen significante verschillen waargenomen worden voor geslacht en leeftijd (Figuur 12). In Wallonië wordt vaker (58,3%) meer dan 25 minuten aan het avondmaal gespendeerd dan in Vlaanderen (41,3%) (OR 2,00; 1,58-2,53). Er zijn geen significante verschillen in meer dan 25 minuten consumptietijd van het avondmaal voor opleidingsniveau en BMI. Bereidings- en consumptietijd Resultaten 85

20 Figuur 12 Percentage van de bevolking dat meer dan 25 minuten spendeert aan de consumptie van het avondmaal, België, 2014 Bereidings- en consumptietijd Resultaten 86

21 4. DISCUSSIE Uit de resultaten van de Voedselconsumptiepeiling blijkt dat in België de minste tijd wordt gespendeerd aan het bereiden van het ontbijt: gemiddeld 7 minuten. Slechts 36% van de Belgen trekt er meer dan 5 minuten voor uit. Er wordt meer tijd gespendeerd aan de bereiding van het middagmaal: gemiddeld 15 minuten. Het merendeel van de Belgen (63%) besteedt er echter minder dan 10 minuten aan. Voor de bereiding van het avondmaal wordt de meeste tijd uitgetrokken: gemiddeld 33 minuten. Bijna twee op de vijf Belgen (38%) besteedt meer dan 30 minuten aan de bereiding van het avondmaal. Uit de resultaten blijkt dat geslacht en leeftijd samenhangen met de bereidingstijd van de maaltijden. Zo besteden vrouwen meer tijd aan de bereiding van zowel het ontbijt, het middagmaal als het avondmaal dan mannen. Dit toont dat de traditionele attitude ten opzichte van de verantwoordelijkheid voor maaltijdbereiding in het huishouden nog steeds aanwezig is. Oudere volwassenen spenderen meer tijd aan de bereiding van het ontbijt, middagmaal of avondmaal dan de jongvolwassenen (18-35 jaar). Een mogelijke verklaring is dat jongvolwassenen het drukker hebben door de combinatie van carrière, gezin en huishouden en dus tijd moeten inboeten aan de bereiding van de maaltijden. De hoogstopgeleiden spenderen minder tijd aan het bereiden van het ontbijt en het middagmaal dan de lageropgeleiden. Een mogelijke verklaring hiervoor is dat hoogopgeleiden het middagmaal frequenter buitenshuis eten (zie hoofdstuk Plaats van de maaltijdconsumptie ) en dus vaker gebruik maken van ready-to-eat voedingsmiddelen. Een enquête van de Université Libre de Bruxelles (ULB) die in 2005 werd uitgevoerd bij de Belgische bevolking van 18 tot 55 jaar onderzocht de duur van het nuttigen van de maaltijd (ongeacht de plaats) en de totale tijd besteed aan het dagelijks bereiden van alle maaltijden (thuis) (8). Dit onderzoek gaf aan dat 42,4%, op niveau van het huishouden, dagelijks minstens een half uur spendeert aan de bereiding van alle hoofdmaaltijden, 37,3% een half uur tot een uur en 20,3% meer dan een uur. Naarmate de BMI stijgt, besteedt men meer tijd aan het bereiden van de maaltijden. Dit resultaat werd ook gedeeltelijk teruggevonden in deze studie. Voor de bereidingstijd van het middagmaal werd een samenhang met de BMI gevonden: mensen met obesitas spenderen vaker meer dan 10 minuten aan de bereiding van het middagmaal dan personen met een normaal gewicht en overgewicht. Studies hebben aangetoond dat een langere consumptietijd samenhangt met een lagere energie-inname in vergelijking met een kortere consumptietijd (7). Een langere consumptietijd werd ook gelinkt aan een lagere BMI (2). In België wordt de minste tijd uitgetrokken aan het consumeren van het ontbijt: gemiddeld 14 minuten. Er wordt meer tijd gespendeerd aan het middagmaal: gemiddeld 21 minuten en voor de consumptie van het avondmaal wordt de meeste tijd uitgetrokken: gemiddeld 26 minuten. Er zijn weinig verschillen tussen vrouwen en mannen voor de consumptietijd van de drie hoofdmaaltijden. De jongste kinderen met een leeftijd van 3-5 jaar zijn de traagste ontbijters. Een mogelijke verklaring hiervoor is dat zij nog afhankelijk zijn van de ouders voor hulp bij het eten van het ontbijt en kinderen minder tijdsbesef hebben. Zij spenderen ook gemiddeld de meeste tijd aan de consumptie van het middagmaal. Adolescenten verwerven meer autonomie, krijgen meer vrijheid in hun voedingskeuzes, hebben minder tijd en eten minder samen met familie dan jongere kinderen. Adolescenten blijken dan ook, naast de minst regelmatige ontbijters (zie rapport maaltijdpatroon), de snelste ontbijters te zijn ten opzichte van de andere leeftijdsgroepen. Jongadolescenten (10-13 jaar) spenderen ook gemiddeld (20 minuten) de minste tijd aan de consumptie van het middagmaal. Het onderzoek aan de ULB gaf aan dat meer dan 51,7% van de bevolking gemiddeld minder dan een half uur per dag besteedt aan het nuttigen van de hoofdmaaltijd (meestal s avonds), 48,3% besteedt meer dan een half uur aan het nuttigen van de hoofdmaaltijd waarvan 7,3% meer dan een uur (8). In lijn met deze resultaten vond de Voedselconsumptiepeiling dat de helft van de bevolking (51%) 25 minuten of minder spendeert aan het consumeren van het avondmaal. Een beperking van dit onderzoek is dat er geen onderscheid gemaakt kan worden tussen de bereidingstijd van een warme maaltijd of broodmaaltijd. De bereidingstijd van een warme maaltijd duurt meestal langer dan de bereidingstijd van een broodmaaltijd. De langere bereidingstijd voor het avondmaal in vergelijking met de andere maaltijden doet vermoeden dat de Belg voornamelijk s avonds een warme maaltijd neemt. Ook uit een onderzoek in opdracht van het VLAM bij Belgen tussen 15 en 64 jaar in 2007, 2009 en 2011 bleek dat Belgen een warme thuisbereide maaltijd eerder s avonds eten dan s middags. Indien er s middags warm gegeten wordt, dan is dit bovendien in verhouding minder een thuisbereide maaltijd dan indien er s avonds warm gegeten wordt (9). Bereidings- en consumptietijd Discussie 87

22 5. TABELLEN Tabel 1 Tabel 2 Tabel 3 Tabel 4 Tabel 5 Tabel 6 Gemiddelde bereidingstijd van het ontbijt bij de volwassen bevolking (18-64 jaar), België, Gemiddelde bereidingstijd van het ontbijt bij de volwassen bevolking (18-64 jaar), België, Percentage van de volwassen bevolking (18-64 jaar) dat meer dan 5 minuten spendeert aan de bereiding van het ontbijt, België, Gemiddelde bereidingstijd van het middagmaal bij de volwassen bevolking (18-64 jaar), België, Gemiddelde bereidingstijd van het middagmaal bij de volwassen bevolking (18-64 jaar), België, Gemiddelde bereidingstijd van het avondmaal bij de volwassen bevolking (18-64 jaar), België, Bereidings- en consumptietijd Tabellen Tabel 7 Tabel 8 Gemiddelde bereidingstijd van het avondmaal bij de volwassen bevolking (18-64 jaar), België, Percentage van de volwassen bevolking (18-64 jaar) dat meer dan 30 minuten spendeert aan de bereiding van het avondmaal, België, Tabel 9 Gemiddelde consumptietijd van het ontbijt bij de bevolking (3-64 jaar), België, Tabel 10 Gemiddelde consumptietijd van het ontbijt bij de bevolking (3-64 jaar), België, Tabel 11 Percentage van de bevolking (3-64 jaar) dat meer dan 10 minuten spendeert aan de consumptie van het ontbijt, België, Tabel 12 Gemiddelde consumptietijd van het middagmaal bij de bevolking (3-64 jaar), België, Tabel 13 Gemiddelde consumptietijd van het middagmaal bij de bevolking (3-64 jaar), België, Tabel 14 Percentage van de bevolking (3-64 jaar) dat meer dan 15 minuten spendeert aan de consumptie van het middagmaal, België, Tabel 15 Gemiddelde consumptietijd van het avondmaal bij de bevolking (3-64 jaar), België, Tabel 16 Gemiddelde consumptietijd van het avondmaal bij de bevolking (3-64 jaar), België, Tabel 17 Percentage van de bevolking (3-64 jaar) dat meer dan 25 minuten spendeert aan de consumptie van het avondmaal, België,

23 Tabel 1 Gemiddelde bereidingstijd van het ontbijt bij de volwassen bevolking (18-64 jaar), België, 2014 MD_1 Gemiddelde (ruw*) (ruw) Gemiddelde (corr**) stand N GESLACHT Mannen 6,3 (5,7-7,0) 6,3 (5,7-6,9) 557 Vrouwen 7,8 (7,2-8,4) 7,7 (7,1-8,3) 605 LEEFTIJDSGROEP ,0 (5,3-6,8) 6,0 (5,3-6,8) ,3 (6,6-8,0) 7,3 (6,6-8,0) ,9 (7,1-8,6) 7,8 (7,1-8,6) 328 OPLEIDINGSNIVEAU Geen diploma, lager of secundair 7,2 (6,6-7,9) 7,2 (6,5-7,9) 499 Hoger van het korte type 7,7 (6,8-8,7) 7,7 (6,7-8,6) 332 Hoger van het lange type 6,1 (5,5-6,8) 6,1 (5,5-6,7) 317 VERBLIJFPLAATS*** Vlaanderen 6,9 (6,4-7,5) 6,8 (6,3-7,3) 687 Wallonië 6,7 (5,9-7,5) 6,7 (5,9-7,4) 385 TOTAAL 7,1 (6,6-7,5) 1162 Bron: Nationale voedselconsumptiepeiling , België. * Gewogen prevalentie ** Gewogen prevalentie na correctie voor leeftijd en/of geslacht op basis van lineair regressiemodel (Belgische bevolking van 2014 als referentie). *** Brussel werd niet gebruikt voor de vergelijking van de resultaten volgens verblijfplaats. In alle andere analyses werden de drie regio s (Vlaanderen, Wallonië en Brussel) wel geïncludeerd. Bereidings- en consumptietijd Tabellen 89

24 Tabel 2 Gemiddelde bereidingstijd van het ontbijt bij de volwassen bevolking (18-64 jaar), België, 2014 MD_1 Gemiddelde P25 Mediaan P75 N GESLACHT LEEFTIJDSGROEP OPLEIDINGSNIVEAU Mannen Vrouwen Geen diploma, lager of secundair Hoger van het korte type Hoger van het lange type 6,3 1,5 4,5 8, ,8 4,1 4,8 9, ,0 1,4 4,4 6, ,3 2,5 4,7 9, ,9 3,3 4,7 9, ,2 2,4 4,7 8, ,7 3,5 4,7 9, ,1 1,8 4,5 8,6 317 Bereidings- en consumptietijd Tabellen VERBLIJFPLAATS* Vlaanderen Wallonië 6,9 2,0 4,6 9, ,7 2,3 4,5 7,8 385 TOTAAL 7,1 2,3 4,6 9, Bron: Nationale voedselconsumptiepeiling , België. * Brussel werd niet gebruikt voor de vergelijking van de resultaten volgens verblijfplaats. In alle andere analyses werden de drie regio s (Vlaanderen, Wallonië en Brussel) wel geïncludeerd. 90

25 Tabel 3 Percentage van de volwassen bevolking (18-64 jaar) dat meer dan 5 minuten spendeert aan de bereiding van het ontbijt, België, 2014 MD_12 % (ruw*) ruw % (corr**) stand GESLACHT Mannen 29,5 (25,0-34,1) 29,4 (24,9-33,9) 557 Vrouwen 43,1 (38,1-48,1) 42,4 (37,6-47,3) 605 LEEFTIJDSGROEP ,9 (20,6-31,1) 26,0 (20,8-31,2) ,3 (33,5-45,2) 39,4 (33,7-45,1) ,9 (37,5-50,3) 43,4 (37,1-49,7) 328 N OPLEIDINGSNIVEAU Geen diploma, lager of secundair 37,5 (32,2-42,9) 37,1 (31,9-42,2) 499 Hoger van het korte type 37,6 (31,2-43,9) 36,6 (30,5-42,8) 332 Hoger van het lange type 33,8 (27,2-40,3) 33,1 (26,8-39,4) 317 VERBLIJFPLAATS*** Vlaanderen 37,2 (32,7-41,6) 36,1 (32,0-40,2) 687 Wallonië 31,1 (25,8-36,5) 31,1 (25,9-36,2) 385 TOTAAL 36,4 (33,0-39,8) 1162 Bron: Nationale voedselconsumptiepeiling , België. * Gewogen prevalentie ** Gewogen prevalentie na correctie voor leeftijd en/of geslacht op basis van lineair regressiemodel (Belgische bevolking van 2014 als referentie). *** Brussel werd niet gebruikt voor de vergelijking van de resultaten volgens verblijfplaats. In alle andere analyses werden de drie regio s (Vlaanderen, Wallonië en Brussel) wel geïncludeerd. Bereidings- en consumptietijd Tabellen 91

26 Tabel 4 Gemiddelde bereidingstijd van het middagmaal bij de volwassen bevolking (18-64 jaar), België, 2014 MD_2 Gemiddelde (ruw*) (ruw) Gemiddelde (corr**) stand N GESLACHT Mannen 14,0 (12,2-15,8) 14,0 (12,3-15,7) 600 Vrouwen 16,9 (15,1-18,6) 16,5 (14,9-18,2) 648 LEEFTIJDSGROEP ,6 (10,0-13,3) 11,6 (10,0-13,3) ,0 (12,2-15,7) 14,0 (12,3-15,7) ,4 (18,5-24,3) 21,2 (18,3-24,1) 348 OPLEIDINGSNIVEAU Geen diploma, lager of secundair 16,3 (14,4-18,2) 16,0 (14,2-17,8) 559 Hoger van het korte type 17,1 (14,5-19,8) 16,8 (14,4-19,2) 346 Hoger van het lange type 12,2 (10,2-14,2) 12,6 (10,6-14,6) 328 VERBLIJFPLAATS*** Vlaanderen 15,2 (13,6-16,9) 15,0 (13,5-16,5) 720 Bereidings- en consumptietijd Tabellen Wallonië 16,5 (14,2-18,8) 16,7 (14,5-18,8) 430 TOTAAL 15,4 (14,2-16,7) 1248 Bron: Nationale voedselconsumptiepeiling , België. * Gewogen prevalentie ** Gewogen prevalentie na correctie voor leeftijd en/of geslacht op basis van lineair regressiemodel (Belgische bevolking van 2014 als referentie). *** Brussel werd niet gebruikt voor de vergelijking van de resultaten volgens verblijfplaats. In alle andere analyses werden de drie regio s (Vlaanderen, Wallonië en Brussel) wel geïncludeerd. 92

27 Tabel 5 Gemiddelde bereidingstijd van het middagmaal bij de volwassen bevolking (18-64 jaar), België, 2014 MD_2 Gemiddelde P25 Mediaan P75 N GESLACHT Mannen 14,0 1,9 4,9 14,8 600 Vrouwen 16,9 4,4 8,9 17,9 648 LEEFTIJDSGROEP ,6 2,6 4,7 14, ,0 4,0 8,3 15, ,4 4,6 9,9 28,1 348 OPLEIDINGSNIVEAU Geen diploma, lager of secundair 16,3 3,4 7,8 18,7 559 Hoger van het korte type 17,1 4,3 8,7 19,4 346 Hoger van het lange type 12,2 1,9 8,1 14,5 328 VERBLIJFPLAATS* Vlaanderen 15,2 4,2 8,3 14,8 720 Wallonië 16,5 3,3 8,3 18,8 430 TOTAAL 15,4 4,1 8,4 16, Bron: Nationale voedselconsumptiepeiling , België. * Brussel werd niet gebruikt voor de vergelijking van de resultaten volgens verblijfplaats. In alle andere analyses werden de drie regio s (Vlaanderen, Wallonië en Brussel) wel geïncludeerd. Bereidings- en consumptietijd Tabellen 93

28 Tableau 2 Percentage van de volwassen bevolking (18-64 jaar) dat meer dan 10 minuten spendeert aan de bereiding van het middagmaal, België, MD_22 % (ruw*) ruw % (corr**) stand GESLACHT Mannen 34,4 (29,8-39,1) 34,3 (29,8-38,9) 600 Vrouwen 39,0 (34,3-43,8) 38,3 (33,7-42,9) 648 LEEFTIJDSGROEP ,7 (21,7-31,6) 26,7 (21,7-31,6) ,2 (29,6-40,9) 35,2 (29,6-40,9) ,5 (43,2-55,8) 49,2 (42,9-55,5) 348 N OPLEIDINGSNIVEAU Geen diploma, lager of secundair 37,6 (32,7-42,6) 36,7 (31,9-41,5) 559 Hoger van het korte type 39,5 (33,2-45,9) 39,3 (33,0-45,6) 346 Hoger van het lange type 32,4 (26,0-38,7) 33,8 (27,7-39,9) 328 VERBLIJFPLAATS*** Vlaanderen 33,1 (29,0-37,3) 32,5 (28,6-36,4) 720 Bereidings- en consumptietijd Tabellen Wallonië 42,0 (36,1-47,9) 42,1 (36,5-47,7) 430 TOTAAL 36,7 (33,4-40,1) 1248 Bron: Nationale voedselconsumptiepeiling , België. * Gewogen prevalentie ** Gewogen prevalentie na correctie voor leeftijd en/of geslacht op basis van lineair regressiemodel (Belgische bevolking van 2014 als referentie). *** Brussel werd niet gebruikt voor de vergelijking van de resultaten volgens verblijfplaats. In alle andere analyses werden de drie regio s (Vlaanderen, Wallonië en Brussel) wel geïncludeerd. 94

29 Tabel 6 Gemiddelde bereidingstijd van het avondmaal bij de volwassen bevolking (18-64 jaar), België, 2014 MD_3 Gemiddelde (ruw) (ruw) Gemiddelde (corr*) stand N GESLACHT Mannen 30,0 (28,2-31,8) 29,9 (28,1-31,7) 611 Vrouwen 35,2 (33,4-37,0) 35,1 (33,3-36,9) 649 LEEFTIJDSGROEP ,1 (27,9-32,3) 30,1 (27,9-32,3) ,3 (32,3-36,2) 34,4 (32,4-36,4) ,2 (30,7-35,7) 33,0 (30,5-35,4) 354 OPLEIDINGSNIVEAU Geen diploma, lager of secundair 32,8 (30,7-34,8) 32,9 (30,9-34,8) 566 Hoger van het korte type 31,8 (29,5-34,1) 31,5 (29,2-33,7) 352 Hoger van het lange type 33,0 (30,7-35,4) 32,7 (30,4-35,0) 327 VERBLIJFPLAATS*** Vlaanderen 31,5 (29,9-33,2) 31,4 (29,8-33,1) 727 Wallonië 34,9 (32,6-37,3) 34,9 (32,6-37,2) 435 TOTAAL 32,6 (31,3-33,9) 1260 Bron: Nationale voedselconsumptiepeiling , België. * Gewogen prevalentie ** Gewogen prevalentie na correctie voor leeftijd en/of geslacht op basis van lineair regressiemodel (Belgische bevolking van 2014 als referentie). *** Brussel werd niet gebruikt voor de vergelijking van de resultaten volgens verblijfplaats. In alle andere analyses werden de drie regio s (Vlaanderen, Wallonië en Brussel) wel geïncludeerd. Bereidings- en consumptietijd Tabellen 95

30 Tabel 7 Gemiddelde bereidingstijd van het avondmaal bij de volwassen bevolking (18-64 jaar), België, 2014 MD_3 Gemiddelde P25 Mediaan P75 N GESLACHT Mannen 30,0 12,8 27,1 40,8 611 Vrouwen 35,2 19,2 28,6 43,5 649 LEEFTIJDSGROEP ,1 15,2 26,9 39, ,3 19,4 29,0 43, ,2 13,2 27,6 43,6 354 OPLEIDINGSNIVEAU Geen diploma, lager of secundair 32,8 14,7 28,1 42,8 566 Hoger van het korte type 31,8 15,1 27,1 41,8 352 Hoger van het lange type 33,0 18,3 28,3 41,7 327 VERBLIJFPLAATS* Vlaanderen 31,5 14,3 27,6 41,6 727 Bereidings- en consumptietijd Tabellen Wallonië 34,9 18,6 28,9 44,1 435 TOTAAL 32,6 15,9 27,9 42, Bron: Nationale voedselconsumptiepeiling , België. * Brussel werd niet gebruikt voor de vergelijking van de resultaten volgens verblijfplaats. In alle andere analyses werden de drie regio s (Vlaanderen, Wallonië en Brussel) wel geïncludeerd. 96

31 Tabel 8 Percentage van de volwassen bevolking (18-64 jaar) dat meer dan 30 minuten spendeert aan de bereiding van het avondmaal, België, 2014 MD_32 % (ruw*) ruw % (corr**) stand GESLACHT Mannen 34,9 (30,2-39,7) 34,8 (30,1-39,4) 611 Vrouwen 41,8 (37,1-46,5) 41,5 (37,0-46,1) 649 LEEFTIJDSGROEP ,0 (25,8-36,1) 30,9 (25,8-36,1) ,7 (38,9-50,5) 44,9 (39,1-50,8) ,6 (32,6-44,5) 38,3 (32,4-44,2) 354 N OPLEIDINGSNIVEAU Geen diploma, lager of secundair 40,3 (35,1-45,4) 40,7 (35,5-45,8) 566 Hoger van het korte type 34,1 (28,4-39,9) 33,3 (27,7-39,0) 352 Hoger van het lange type 39,6 (32,9-46,2) 38,4 (32,1-44,8) 327 VERBLIJFPLAATS*** Vlaanderen 36,2 (32,0-40,5) 36,1 (31,9-40,2) 727 Wallonië 44,2 (38,3-50,2) 43,9 (38,3-49,5) 435 TOTAAL 38,3 (35,0-41,7) 1260 Bron: Nationale voedselconsumptiepeiling , België. * Gewogen prevalentie ** Gewogen prevalentie na correctie voor leeftijd en/of geslacht op basis van lineair regressiemodel (Belgische bevolking van 2014 als referentie). *** Brussel werd niet gebruikt voor de vergelijking van de resultaten volgens verblijfplaats. In alle andere analyses werden de drie regio s (Vlaanderen, Wallonië en Brussel) wel geïncludeerd. Bereidings- en consumptietijd Tabellen 97

32 Tabel 9 Gemiddelde consumptietijd van het ontbijt bij de bevolking (3-64 jaar), België, 2014 MD_4 Gemiddelde (ruw*) (ruw) Gemiddelde (corr**) stand N GESLACHT Mannen 13,1 (12,4-13,8) 13,1 (12,3-13,8) 1470 Vrouwen 14,4 (13,8-15,0) 14,3 (13,7-15,0) 1528 LEEFTIJDSGROEP ,2 (15,4-17,0) 16,2 (15,4-17,0) ,0 (14,3-15,8) 15,0 (14,3-15,8) ,2 (12,4-13,9) 13,2 (12,5-13,9) ,1 (11,5-12,7) 12,1 (11,5-12,7) ,9 (11,7-14,2) 12,9 (11,7-14,2) ,4 (12,5-14,3) 13,4 (12,5-14,3) ,8 (13,7-15,9) 14,8 (13,7-15,9) 318 Bereidings- en consumptietijd Tabellen OPLEIDINGSNIVEAU Geen diploma, lager of secundair 14,0 (13,2-14,9) 14,0 (13,1-14,8) 1157 Hoger van het korte type 13,5 (12,7-14,4) 13,5 (12,6-14,4) 886 Hoger van het lange type 13,7 (12,9-14,5) 13,6 (12,8-14,5) 910 VERBLIJFPLAATS*** Vlaanderen 13,6 (13,0-14,2) 13,5 (12,9-14,0) 1749 Wallonië 14,0 (13,0-14,9) 14,0 (13,1-15,0) 1013 TOTAAL 13,8 (13,3-14,3) 2998 Bron: Nationale voedselconsumptiepeiling , België. * Gewogen prevalentie ** Gewogen prevalentie na correctie voor leeftijd en/of geslacht op basis van lineair regressiemodel (Belgische bevolking van 2014 als referentie). *** Brussel werd niet gebruikt voor de vergelijking van de resultaten volgens verblijfplaats. In alle andere analyses werden de drie regio s (Vlaanderen, Wallonië en Brussel) wel geïncludeerd. 98

33 Tabel 10 Gemiddelde consumptietijd van het ontbijt bij de bevolking (3-64 jaar), België, 2014 MD_4 Gemiddelde P25 Mediaan P75 N GESLACHT Mannen 13,1 9,0 9,9 14, Vrouwen 14,4 8,5 13,3 18, LEEFTIJDSGROEP ,2 9,4 14,1 18, ,0 8,8 13,6 18, ,2 8,2 9,9 14, ,1 8,2 9,6 13, ,9 4,9 9,7 14, ,4 9,1 10,0 14, ,8 8,5 12,7 18,6 318 OPLEIDINGSNIVEAU Geen diploma, lager of secundair 14,0 8,3 13,1 14, Hoger van het korte type 13,5 9,1 10,0 14,9 886 Hoger van het lange type 13,7 8,3 13,1 15,0 910 VERBLIJFPLAATS* Vlaanderen 13,6 8,2 13,0 14, Wallonië 14,0 9,1 13,1 15, TOTAAL 13,8 9,1 13,0 14, Bron: Nationale voedselconsumptiepeiling , België. * Brussel werd niet gebruikt voor de vergelijking van de resultaten volgens verblijfplaats. In alle andere analyses werden de drie regio s (Vlaanderen, Wallonië en Brussel) wel geïncludeerd. Bereidings- en consumptietijd Tabellen 99

34 Tabel 11 Percentage van de bevolking (3-64 jaar) dat meer dan 10 minuten spendeert aan de consumptie van het ontbijt, België, 2014 MD_42 % (ruw*) ruw % (corr**) stand GESLACHT Mannen 47,8 (43,6-52,0) 47,4 (43,2-51,7) 1470 Vrouwen 54,3 (50,3-58,3) 54,0 (50,0-58,0) 1528 LEEFTIJDSGROEP ,1 (66,2-76,0) 71,1 (66,2-76,0) ,9 (55,0-64,8) 59,9 (55,1-64,8) ,5 (43,4-53,7) 48,6 (43,5-53,8) ,0 (36,8-47,1) 42,0 (36,8-47,1) ,5 (39,0-51,9) 45,4 (39,0-51,7) ,8 (42,5-55,0) 48,7 (42,4-54,9) ,4 (49,8-62,9) 56,3 (49,7-62,9) 318 N Bereidings- en consumptietijd Tabellen OPLEIDINGSNIVEAU Geen diploma, lager of secundair 52,4 (47,8-56,9) 51,8 (47,1-56,4) 1157 Hoger van het korte type 48,7 (43,4-54,0) 48,1 (42,8-53,5) 886 Hoger van het lange type 52,2 (46,8-57,6) 51,1 (45,6-56,5) 910 VERBLIJFPLAATS*** Vlaanderen 51,1 (47,3-54,8) 50,4 (46,7-54,1) 1749 Wallonië 51,8 (46,8-56,8) 52,5 (47,5-57,5) 1013 TOTAAL 51,1 (48,2-54,0) 2998 Bron: Nationale voedselconsumptiepeiling , België. * Gewogen prevalentie ** Gewogen prevalentie na correctie voor leeftijd en/of geslacht op basis van lineair regressiemodel (Belgische bevolking van 2014 als referentie). *** Brussel werd niet gebruikt voor de vergelijking van de resultaten volgens verblijfplaats. In alle andere analyses werden de drie regio s (Vlaanderen, Wallonië en Brussel) wel geïncludeerd. 100

35 Tabel 12 Gemiddelde consumptietijd van het middagmaal bij de bevolking (3-64 jaar), België, 2014 MD_5 Gemiddelde (ruw*) (ruw) Gemiddelde (corr**) stand N GESLACHT Mannen 20,7 (19,9-21,5) 20,7 (19,9-21,5) 1602 Vrouwen 21,5 (20,7-22,2) 21,5 (20,8-22,2) 1647 LEEFTIJDSGROEP ,3 (21,5-23,2) 22,3 (21,5-23,2) ,9 (20,1-21,8) 20,9 (20,1-21,8) ,7 (18,9-20,5) 19,7 (18,9-20,5) ,5 (19,6-21,4) 20,5 (19,6-21,4) ,5 (20,3-22,6) 21,5 (20,4-22,6) ,4 (19,3-21,6) 20,4 (19,3-21,6) ,7 (20,4-22,9) 21,7 (20,4-23,0) 347 OPLEIDINGSNIVEAU Geen diploma, lager of secundair 20,7 (19,9-21,6) 20,7 (19,8-21,5) 1312 Hoger van het korte type 21,0 (20,1-22,0) 21,0 (20,1-21,9) 940 Hoger van het lange type 21,6 (20,6-22,7) 21,7 (20,6-22,8) 946 VERBLIJFPLAATS*** Vlaanderen 20,3 (19,7-21,0) 20,3 (19,7-20,9) 1863 Wallonië 21,0 (20,1-22,0) 21,2 (20,2-22,1) 1130 TOTAAL 21,1 (20,5-21,6) 3249 Bron: Nationale voedselconsumptiepeiling , België. * Gewogen prevalentie ** Gewogen prevalentie na correctie voor leeftijd en/of geslacht op basis van lineair regressiemodel (Belgische bevolking van 2014 als referentie). *** Brussel werd niet gebruikt voor de vergelijking van de resultaten volgens verblijfplaats. In alle andere analyses werden de drie regio s (Vlaanderen, Wallonië en Brussel) wel geïncludeerd. Bereidings- en consumptietijd Tabellen 101

36 Tabel 13 Gemiddelde consumptietijd van het middagmaal bij de bevolking (3-64 jaar), België, 2014 MD_5 Gemiddelde P25 Mediaan P75 N GESLACHT Mannen 20,7 13,5 18,4 27, Vrouwen 21,5 13,2 18,8 26, LEEFTIJDSGROEP ,3 14,3 18,4 26, ,9 13,4 18,7 27, ,7 13,4 18,2 25, ,5 13,2 18,6 23, ,5 13,8 16,5 26, ,4 12,3 18,4 26, ,7 11,9 18,1 26,5 347 Bereidings- en consumptietijd Tabellen OPLEIDINGSNIVEAU Geen diploma, lager of secundair 20,7 12,7 18,4 26, Hoger van het korte type 21,0 13,0 18,6 26,1 940 Hoger van het lange type 21,6 13,9 18,9 27,9 946 VERBLIJFPLAATS* Vlaanderen 20,3 13,5 18,3 25, Wallonië 21,0 13,6 17,9 27, TOTAAL 21,1 13,6 18,6 27, Bron: Nationale voedselconsumptiepeiling , België. * Brussel werd niet gebruikt voor de vergelijking van de resultaten volgens verblijfplaats. In alle andere analyses werden de drie regio s (Vlaanderen, Wallonië en Brussel) wel geïncludeerd. 102

37 Tabel 14 Percentage van de bevolking (3-64 jaar) dat meer dan 15 minuten spendeert aan de consumptie van het middagmaal, België, MD_52 % (ruw*) ruw % (corr**) stand N GESLACHT Mannen 54,5 (50,6-58,4) 54,5 (50,5-58,5) 1602 Vrouwen 59,2 (55,4-63,0) 59,3 (55,5-63,0) 1647 LEEFTIJDSGROEP ,7 (64,6-74,9) 69,8 (64,7-74,9) ,9 (56,1-65,7) 60,9 (56,1-65,7) ,8 (47,8-57,9) 52,8 (47,8-57,8) ,9 (54,0-63,7) 58,9 (54,0-63,7) ,0 (51,3-62,8) 57,1 (51,4-62,8) ,8 (48,0-59,7) 53,9 (48,0-59,8) 413 OPLEIDINGSNIVEAU ,4 (51,1-63,6) 57,5 (51,2-63,8) 347 Geen diploma, lager of secundair 54,7 (50,5-58,9) 54,9 (50,7-59,1) 1312 Hoger van het korte type 56,8 (51,8-61,9) 57,0 (51,9-62,2) 940 Hoger van het lange type 60,3 (55,1-65,5) 59,5 (54,2-64,7) 946 VERBLIJFPLAATS*** Vlaanderen 53,9 (50,3-57,4) 53,8 (50,3-57,4) 1863 Wallonië 56,7 (52,0-61,3) 57,0 (52,4-61,7) 1130 TOTAAL 56,9 (54,2-59,6) 3249 Bron: Nationale voedselconsumptiepeiling , België. * Gewogen prevalentie ** Gewogen prevalentie na correctie voor leeftijd en/of geslacht op basis van lineair regressiemodel (Belgische bevolking van 2014 als referentie). *** Brussel werd niet gebruikt voor de vergelijking van de resultaten volgens verblijfplaats. In alle andere analyses werden de drie regio s (Vlaanderen, Wallonië en Brussel) wel geïncludeerd. Bereidings- en consumptietijd Tabellen 103

38 Tabel 15 Gemiddelde consumptietijd van het avondmaal bij de bevolking (3-64 jaar), België, 2014 MD_6 Gemiddelde (ruw) (ruw) Gemiddelde (corr*) stand N GESLACHT Mannen 25,4 (24,6-26,2) 25,4 (24,6-26,2) 1625 Vrouwen 26,4 (25,6-27,3) 26,5 (25,6-27,3) 1654 LEEFTIJDSGROEP ,6 (24,4-26,7) 25,6 (24,4-26,7) ,1 (24,1-26,2) 25,1 (24,1-26,2) ,6 (24,5-26,6) 25,6 (24,6-26,6) ,6 (24,6-26,7) 25,6 (24,6-26,7) ,4 (25,2-27,7) 26,4 (25,2-27,7) ,5 (25,3-27,7) 26,6 (25,4-27,8) ,1 (23,7-26,5) 25,1 (23,7-26,5) 355 Bereidings- en consumptietijd Tabellen OPLEIDINGSNIVEAU Geen diploma, lager of secundair 25,1 (24,2-26,0) 25,2 (24,4-26,1) 1330 Hoger van het korte type 26,1 (25,0-27,2) 26,1 (25,0-27,3) 949 Hoger van het lange type 26,8 (25,8-27,9) 26,6 (25,5-27,7) 948 VERBLIJFPLAATS*** Vlaanderen 24,5 (23,7-25,2) 24,5 (23,8-25,2) 1872 Wallonië 27,2 (26,3-28,2) 27,3 (26,3-28,3) 1150 TOTAAL 25,9 (25,3-26,5) 3279 Bron: Nationale voedselconsumptiepeiling , België. * Gewogen prevalentie ** Gewogen prevalentie na correctie voor leeftijd en/of geslacht op basis van lineair regressiemodel (Belgische bevolking van 2014 als referentie). *** Brussel werd niet gebruikt voor de vergelijking van de resultaten volgens verblijfplaats. In alle andere analyses werden de drie regio s (Vlaanderen, Wallonië en Brussel) wel geïncludeerd. 104