Socio-economische ongelijkheden in gezondheid in het Vlaams Gewest

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Socio-economische ongelijkheden in gezondheid in het Vlaams Gewest"

Transcriptie

1 Socio-economische ongelijkheden in gezondheid in het Vlaams Gewest Analyse indicatoren Gezond leven Analyse van de gezondheidsenquête in opdracht van het Vlaams Agentschap Zorg en Gezondheid Door Sabine Drieskens en Stefaan Demarest Wetenschappelijk instituut Volksgezondheid, Operationele Directie Epidemiologie Wetenschap ten dienste van Volksgezondheid, Voedselveiligheid en Leefmilieu.

2 Inhoudstafel Analyse indicatoren Gezond leven... 1 Bespreking resultaten per indicator... 1 Poetst minstens tweemaal per dag de tanden... 1 Overgewicht (BMI 25)... 1 Zwaarlijvigheid (BMI 30)... 1 Voldoende lichaamsbeweging om een positief effect te hebben op de gezondheid (IPAQ )... 2 Dagelijkse consumptie van gesuikerde frisdranken (geen light )... 2 Consumptie van minstens twee portie fruit per dag... 3 Consumptie van minstens 200g groenten per dag... 3 Dagelijkse rokers (15 jaar en ouder)... 3 Dagelijkse rokers (15 jaar en ouder) die al geprobeerd hebben te stoppen met roken... 4 Wekelijkse overconsumptie van alcohol in de bevolking (15 jaar en ouder)... 4 Geregeld piekdrinken (bevolking van 15 jaar en ouder)... 4 Te hoog cholesterolgehalte (bevolking van 15 jaar en ouder)... 5 Huishoudens blootgesteld aan passief roken thuis... 5 Huishoudens waar rokers worden verzocht niet binnenshuis te roken... 6 Slachtoffers van een ongeval met een breuk of fractuur tot gevolg... 6 Valincidentie bij de bevolking van 65 jaar en ouder... 6 Besluit... 8 Sociale gradiënt: hogere prevalentie bij de lager opgeleiden... 8 Sociale gradiënt: hogere prevalentie bij de hoger opgeleiden... 8 Geen sociale gradiënt... 8 Evolutie doorheen de tijd van de socio-economische ongelijkheden... 8 Tabellen per indicator... 9 Wetenschap ten dienste van Volksgezondheid, Voedselveiligheid en Leefmilieu.

3 Bespreking resultaten per indicator Poetst minstens tweemaal per dag de tanden In poetste de helft (50,0) van de bevolking in het Vlaams Gewest minstens tweemaal per dag hun tanden. Het gaat hierbij om 42,6 van de mannen en 56,9 van de vrouwen. Dit percentage varieert in functie van het opleidingsniveau. Zo ligt de prevalentie van het tweemaal daags tanden poetsen in lager bij de lager opgeleiden: 37,5 bij diegenen zonder diploma of met slechts een diploma lager onderwijs, 37,0 bij diegenen met een diploma lager secundair, 48,5 bij diegenen met een diploma hoger secundair en 53,9 bij diegenen met een diploma hoger onderwijs. De voor leeftijd en geslacht gecorrigeerde percentages tonen aan dat het verschil in prevalenties tussen de lager opgeleiden (zonder diploma, met een diploma lager onderwijs of lager secundair) en de hoger opgeleiden (diploma hoger secundair of hoger onderwijs) statistisch significant is. Deze significante verschillen tussen de opleidingscategorieën komen ook naar voor uit de cijfers van de parameters van sociale (on-)gelijkheid. Deze verschillen zijn bij mannen en bij vrouwen van dezelfde grootte-orde. Er mag dus zonder enige twijfel besloten worden dat, voor wat betreft het tweemaal daags poetsen van de tanden, er sprake is van een sociale gradiënt waarbij lager opgeleiden minder vaak dan de hoger opgeleiden tweemaal per dag hun tanden poetsen. Daar deze indicator alleen nog maar in de laatste twee enquêtes ( en ) werd bevraagd, is het moeilijk om al over een trend te spreken en over de evolutie van de socio-economische verschillen in de tijd. Op het eerste zicht lijkt het wel dat het percentage van het tweemaal daags poetsen van de tanden in de laagste opleidingscategorie toegenomen is van tot, waardoor de socio-economische verschillen kunnen afnemen in de tijd. Overgewicht (BMI 25) In had 47,1 van de volwassen bevolking (18 jaar en ouder) in het Vlaams Gewest een overgewicht (53,2 van de mannen, 41,2 van de vrouwen). De ruwe resultaten geven een duidelijke samenhang weer tussen opleidingsniveau en overgewicht. De proportie mensen met een overgewicht stijgt naarmate men een lagere opleiding genoten heeft: 57,6 van diegenen zonder diploma of met een diploma lager onderwijs kampt met overgewicht, bij diegenen met een diploma lager secundair onderwijs gaat het om 56,2, bij personen met een diploma hoger secundair onderwijs om 48,3 en ten slotte heeft 39,6 van de personen met een diploma hoger onderwijs een overgewicht. De voor leeftijd en geslacht gecorrigeerde resultaten vertonen dezelfde gradiënt, waarbij de verschillen tussen de hoogste opleidingscategorie en de lagere opleidingscategorieën significant zijn. Ook de vijf parameters voor sociale (on-)gelijkheid wijzen op verschillen tussen de opleidingscategorieën. Er mag dus besloten worden dat, voor wat het percentage van de bevolking met overgewicht betreft, er sprake is van een sociale gradiënt waarbij lager opgeleiden vaker dan de hoger opgeleiden aan overgewicht lijden. Wel zijn de socio-economische ongelijkheden voor overgewicht niet significant veranderd doorheen de tijd (1997, 2001, en ) en dit zowel bij de mannen als bij de vrouwen. Zwaarlijvigheid (BMI 30) In kon 13,6 van de volwassen bevolking (18 jaar en ouder) in het Vlaams Gewest als zwaarlijvig (BMI 30) omschreven worden (12,5 van de mannen, 14,7 van de vrouwen). Ook voor zwaarlijvigheid is er een duidelijke samenhang met het opleidingsniveau. Dit wordt in de eerste 1

4 plaats aangetoond door de ruwe resultaten. Deze proportie gaat van 16,9 bij diegenen zonder diploma of met een diploma lager onderwijs en 22,4 bij diegenen met een diploma lager secundair onderwijs naar 14,2 bij personen met een diploma hoger secundair onderwijs tot 8,9 bij personen met een diploma hoger onderwijs. De voor leeftijd en geslacht gecorrigeerde resultaten vertonen dezelfde gradiënt, waarbij de verschillen tussen de hoogste opleidingscategorie en de lagere opleidingscategorieën significant zijn. Ook de vijf parameters voor sociale (on-)gelijkheid wijzen op verschillen tussen de opleidingscategorieën. Deze verschillen zijn bij mannen en bij vrouwen van dezelfde grootte-orde. Er mag dus besloten worden dat, voor wat het percentage van de bevolking met zwaarlijvigheid betreft, er sprake is van een sociale gradiënt waarbij lager opgeleiden vaker dan de hoger opgeleiden aan zwaarlijvigheid lijden. Bovendien zijn de socio-economische ongelijkheden voor zwaarlijvigheid significant veranderd doorheen de tijd (1997, 2001, en ). De kloof tussen de laagst opgeleiden en de hoogst opgeleiden wordt kleiner, wat op zich een positieve trend is, zij het niet dat het hier te wijten is aan het feit dat de prevalentie van zwaarlijvigheid bij de hoogst opgeleiden doorheen de jaren stijgt en dit zowel bij mannen als bij vrouwen. Voldoende lichaamsbeweging om een positief effect te hebben op de gezondheid (IPAQ ) In het Vlaams Gewest, in, gaf 29,7 van de volwassen bevolking van 15 jaar en ouder aan voldoende aan lichaamsbeweging te doen om een positief effect op de gezondheid te hebben (39,9 van de mannen, 19,7 van de vrouwen). Het percentage van de bevolking dat voldoende aan lichaamsbeweging doet om een positief effect te hebben op de gezondheid varieert in functie van het opleidingsniveau: 16,8 van de mensen met geen diploma of hoogstens een diploma lager onderwijs, 27,8 van de mensen met een diploma lager secundair, 34,8 van de mensen met een diploma hoger secundair en 29,8 van de mensen met een diploma hoger onderwijs. De voor leeftijd en geslacht gecorrigeerde resultaten vertonen dezelfde gradiënt, waarbij de prevalentie van diegenen met een diploma hoger secundair significant hoger is dan bij diegenen met de laagste opleiding (geen diploma of een diploma lager onderwijs) en hoger dan bij diegenen met de hoogste opleiding (diploma hoger onderwijs). Uit de parameters van sociale (on-)gelijkheid kan er echter besloten worden dat er omtrent voldoende lichaamsbeweging met positief effect op de gezondheid, niet echt sprake is van een echte sociale gradiënt. Deze situatie lijkt bovendien niet echt te wijzigen doorheen de tijd (2001, en ). Dagelijkse consumptie van gesuikerde frisdranken (geen light ) In dronk 26,9 van de bevolking in het Vlaams Gewest dagelijks gesuikerde frisdranken (32,7 van de mannen, 21,2 van de vrouwen). Het percentage van de bevolking dat dagelijks frisdranken drinkt varieert naargelang het opleidingsniveau: 23,5 van diegenen met geen diploma of hoogstens een diploma lager onderwijs, 31,8 van diegenen met een diploma lager secundair, 32,1 van diegenen met een diploma hoger secundair en ten slotte 22,2 van diegenen met een diploma hoger onderwijs. Na correctie voor leeftijd en geslacht is er een significant verschil tussen diegenen met een diploma hoger onderwijs (18,2) en de lager geschoolden (31,3 van diegenen met geen diploma of een diploma lager onderwijs, 38,0 van diegenen met een diploma lager secundair en 30,3 van diegenen met een diploma hoger secundair). Uit de parameters van sociale (on-)gelijkheid komt ook een duidelijke sociale gradiënt naar voren, waarbij meer lager opgeleiden dan de hoogst opgeleiden dagelijks gesuikerde frisdranken drinkt. 2

5 Daar deze indicator alleen nog maar in de recentste enquête () werd bevraagd, kan de tijdstrend hier niet besproken worden. Consumptie van minstens twee portie fruit per dag In at 39,0 van de bevolking in het Vlaams Gewest dagelijks minstens twee porties fruit (35,2 van de mannen, 42,5 van de vrouwen). De ruwe resultaten geven een verband weer tussen het opleidingsniveau en het dagelijks consumeren van minstens twee porties fruit per dag. De proportie mensen dat dagelijks minstens twee porties fruit eet, stijgt met het opleidingsniveau: 33,6 van de personen zonder diploma of met een diploma lager onderwijs, bij personen met een diploma lager secundair is dit 38,5, bij personen met een diploma hoger secundair gaat het om 36,6 en bij personen met een diploma hoger onderwijs om 42,7. De significante socio-economische verschillen tussen de hoogst opgeleiden en de lager opgeleiden (geen diploma of een hoogstens een diploma lager onderwijs, lager en hoger secundair) blijven bestaan na correctie voor leeftijd en geslacht. De 5 parameters van sociale (on-)gelijkheden konden hier niet worden toegepast. Ook de tijdstrend kan hier niet besproken worden daar deze indicator alleen nog maar in de recentste enquête () werd bevraagd. Consumptie van minstens 200g groenten per dag In at 66,3 van de bevolking in het Vlaams Gewest dagelijks minstens 200g groenten (67,6 van de mannen, 64,9 van de vrouwen). De ruwe resultaten variëren lichtjes volgens het opleidingsniveau: 62,3 van de personen zonder diploma of met een diploma lager onderwijs eet dagelijks minstens 200g groenten, 66,9 van de mensen met een diploma lager secundair, 69,4, van de mensen met een diploma hoger secundair en 65,2 van de mensen met een diploma hoger onderwijs om 42,7. De voor leeftijd en geslacht gecorrigeerde resultaten geeft uiteindelijk geen significant verschil aan tussen de opleidingsniveaus. De 5 parameters van sociale (on-)gelijkheden konden hier niet worden toegepast. Ook de tijdstrend kan hier niet besproken worden daar deze indicator alleen nog maar in de recentste enquête () werd bevraagd. Dagelijkse rokers (15 jaar en ouder) In telt het Vlaams Gewest 18,6 dagelijkse rokers in de bevolking van 15 jaar en ouder (22,1 van de mannen, 15,3 van de vrouwen). De ruwe cijfers geven aan dat het percentage dagelijkse rokers op significante wijze varieert in functie van het opleidingsniveau: bij de hoogst opgeleiden vinden we het laagste percentage dagelijkse rokers terug, 10,8 tegen 22 à 26 bij diegenen die geen hogere studies hebben afgewerkt. Na correctie voor leeftijd en geslacht blijven deze significante verschillen bestaan en is ook de prevalentie van diegenen met hoogstens een diploma hoger secundair significant lager dan de prevalentie van de laagst opgeleiden. Deze ongelijke verdeling vinden we zowel bij de mannen als bij de vrouwen terug. Ook de vijf parameters voor sociale (on-)gelijkheid wijzen op verschillen tussen de opleidingscategorieën. Deze verschillen zijn bij mannen en bij vrouwen van dezelfde grootte-orde. Er mag dus besloten worden dat, voor wat betreft het percentage van de bevolking van 15 jaar en ouder dat dagelijks rookt, er sprake is van een sociale gradiënt waarbij lager opgeleiden vaker dan de hoger opgeleiden dagelijks roken. Een analyse van de evolutie van sociale ongelijkheden in verband met het tabaksgebruik doorheen de tijd toont aan dat deze nagenoeg ongewijzigd zijn sinds

6 Dagelijkse rokers (15 jaar en ouder) die al geprobeerd hebben te stoppen met roken In heeft 63,0 van de dagelijkse rokers van 15 jaar en ouder in het Vlaams Gewest al geprobeerd te stoppen (61,9 van de mannen, 64,5 van de vrouwen). De ruwe cijfers geven aan dat er geen significante verschillen zijn tussen de verschillende opleidingsniveaus: een percentage dat schommelt rond de 61 à 67. Dit wordt bevestigd door de voor leeftijd en geslacht gecorrigeerde resultaten. Ook de vijf parameters voor sociale (on-)gelijkheid geven aan dat er zo goed als geen verschillen tussen de opleidingscategorieën bestaan. Er mag dus besloten worden dat, voor wat betreft het percentage dagelijkse rokers van15 jaar en ouder dat al geprobeerd heeft te stoppen met roken, er geen sprake is van een sociale gradiënt. Deze situatie is bovendien niet gewijzigd doorheen de tijd (1997, 2001, en ). Wekelijkse overconsumptie van alcohol in de bevolking (15 jaar en ouder) Voor kan geschat worden dat 7,9 van de bevolking van 15 jaar en ouder in het Vlaams Gewest op een excessieve manier alcohol gebruikt, volgens de grenswaarde van 14 glazen alcohol per week voor vrouwen en 21 glazen of meer per week voor mannen. De cijfers wijzen erop dat mannen zich meer dan vrouwen te buiten gaan aan excessief alcoholgebruik (9,7 van de mannen, 6,1 van de vrouwen). De ruwe cijfers wijzen erop dat de proportie personen dat op een excessieve manier alcohol drinkt iets hoger ligt bij de hoogst opgeleiden (8,6) in vergelijking met de laagst opgeleiden (4,8), maar dit verschil is niet significant na correctie voor leeftijd en geslacht. Ook de vijf parameters voor sociale (on-)gelijkheid geven aan dat voor wat excessief alcoholgebruik betreft, er zo goed als geen verschillen tussen de opleidingscategorieën zijn. Er mag dus besloten worden dat, voor wat betreft de wekelijkse overconsumptie alcohol in de bevolking van 15 jaar en ouder, er geen sprake is van een sociale gradiënt en dit zowel bij mannen als bij vrouwen, hoewel er een lichte tendens is dat de hoogst opgeleide vrouwen vaker excessief alcohol drinken dan de laagst opgeleide vrouwen (OR=0,3). De situatie is bovendien nauwelijks gewijzigd doorheen de tijd (1997, 2001, en ). Geregeld piekdrinken (bevolking van 15 jaar en ouder) Voor gaf 8,9 van de bevolking van 15 jaar en ouder in het Vlaams Gewest een gedrag van wekelijks piekdrinken aan. De cijfers wijzen erop dat mannen (14,2) vaker dan vrouwen (3,9) wekelijks piekdrinken. De ruwe cijfers geven aan dat de proportie personen dat een gedrag van wekelijks piekdrinken vertoont nagenoeg niet verschilt volgens opleidingsniveau en schommelt tussen de 8 à 10. Hoewel de voor leeftijd en geslacht gecorrigeerde cijfers op het eerste zicht het tegendeel vertonen, bevestigen deze cijfers toch dat er geen significante verschillen zijn tussen de verschillende opleidingsniveaus. De parameters voor sociale (on-)gelijkheid daarentegen wijzen toch op verschillen tussen de opleidingscategorieën. Deze verschillen zijn bij mannen en bij vrouwen van dezelfde grootte-orde. Er mag dus besloten worden dat, voor wat betreft het percentage van de bevolking van 15 jaar en ouder met een gedrag van wekelijks piekdrinken, er sprake is van een sociale gradiënt waarbij lager opgeleiden vaker dan de hoger opgeleiden wekelijks piekdrinkt. De tijdstrend kan hier niet besproken worden daar deze indicator alleen nog maar in de recentste enquête () werd bevraagd. 4

7 Te hoog cholesterolgehalte (bevolking van 15 jaar en ouder) In gaf 43,5 van de bevolking van 15 jaar en ouder in het Vlaams Gewest aan dat hun bloedcholesterolgehalte te hoog was (47,5 van de mannen, 40,1 van de vrouwen). Het ruwe cijfermateriaal toont aan dat het percentage van de bevolking dat aangeeft dat hun bloedcholesterolgehalte te hoog was, toeneemt naarmate men een lagere opleiding heeft genoten: 52,8 van de mensen met geen diploma of hoogstens een diploma lager onderwijs, 51,1 van de mensen met hoogstens een diploma lager secundair, 42,3 van de mensen met hoogstens een diploma hoger secundair en ten slotte 38,6 van de mensen met een diploma hoger onderwijs. Na correctie voor leeftijd en geslacht wordt een ander beeld bekomen, nl. dat er geen significante verschillen zijn tussen de opleidingsniveaus. De tegenstelling tussen de ruwe en de gecorrigeerde cijfers wordt bewerkstelligd door verschillen in de leeftijds- en geslachtsopbouw van de onderscheiden opleidingsniveaus. Ook de parameters van sociale (on-)gelijkheid geven duidelijk weer dat er geen verschillen zijn tussen de opleidingsniveaus, zowel bij mannen als bij vrouwen. Er kan dus besloten worden dat voor wat betreft het percentage van de bevolking van 15 jaar en ouder met een te hoog bloedcholesterolgehalte, er geen sprake is van een sociale gradiënt. Deze situatie is bovendien nauwelijks gewijzigd doorheen de tijd (1997, 2001, en ). Huishoudens blootgesteld aan passief roken thuis In legde 31,7 van de huishoudens (31,0 indien de referentiepersoon een man was, 33,3 indien dit een vrouw was) geen enkele beperking op tegen de blootstelling aan tabaksrook thuis. De ruwe resultaten geven aan dat deze prevalentie veel lager is bij de huishoudens behorend tot de hoger opgeleiden: 22,7 in vergelijking met 38,0 bij die met geen diploma of hoogstens een diploma lager onderwijs, 37,7 bij die met een diploma lager secundair en 36,6 bij die met een diploma hoger secundair. Na correctie voor leeftijd en geslacht (van de referentiepersoon) blijven deze significante verschillen tussen de huishoudens met de hoogst opgeleiden en die met de lager opgeleiden bestaan. Ook alle parameters van sociale (on-)gelijkheid wijzen op significante verschillen tussen de opleidingscategorieën. Deze verschillen kunnen teruggevonden worden bij de twee enquêtejaren ( en ) en zowel wanneer de referentiepersoon een man als een vrouw is. Er mag dus zonder enige twijfel besloten worden dat, voor wat betreft huishoudens zonder enige beperking m.b.t. de blootstelling aan tabaksrook thuis, er sprake is van een sociale gradiënt waarbij de huishoudens behorend tot de lager opgeleiden meer dan die behorend tot de hoogst opgeleiden geen beperking over het binnenshuis roken opleggen. Daar deze indicator alleen nog maar in de laatste twee enquêtes ( en ) werd bevraagd, is het moeilijk om al over een trend te spreken en over de evolutie van de socio-economische verschillen in de tijd. Wel kan er gezegd worden dat de prevalenties in alle opleidingscategorieën sinds zijn afgenomen. Huishoudens waar rokers worden verzocht niet binnenshuis te roken In werden in 88,9 van de huishoudens (88,6 indien de referentiepersoon een man was, 89,5 indien dit een vrouw was) de rokers verzocht niet binnenshuis te roken. De ruwe resultaten variëren volgens opleidingscategorie: 90,5 van de huishoudens behorend tot de laagst opgeleiden (geen diploma of een diploma lager onderwijs), 79,6 van de huishoudens behorend tot groep met een diploma lager secundair, 87,0 tot de groep met een diploma hoger secundair en 93,0 tot de groep met een diploma hoger onderwijs. Na correctie voor leeftijd en geslacht (van de referentiepersoon) blijft de prevalentie van de huishoudens behorend tot de groep met het hoogste diploma significant hoger dan de prevalenties van de huishoudens behorend tot de groep met een lager of hoger secundair diploma. 5

8 Ook de parameters van sociale (on-)gelijkheid wijzen in de richting van eerder een lichte sociale gradiënt, waarbij de huishoudens behorend tot de hoogst opgeleiden meer dan de huishoudens behorend tot lager opgeleiden (diploma lager of hoger secundair) een beperking opleggen en de rokers verzoeken niet binnenshuis te roken. Daar deze indicator alleen nog maar in de laatste twee enquêtes ( en ) werd bevraagd, is het moeilijk om al over een trend te spreken en over de evolutie van de socio-economische verschillen in de tijd. Wel kan er gezegd worden dat de prevalenties in alle opleidingscategorieën sinds zijn toegenomen. Slachtoffers van een ongeval met een breuk of fractuur tot gevolg In had 35,9 van de slachtoffers van het recentste ongeval een breuk of een fractuur opgelopen (32,8 van de mannen, 40,0 van de vrouwen). De ruwe resultaten variëren volgens opleidingscategorie: 41,8 van de mensen met geen diploma of hoogstens een diploma lager secundair, 67,1 van de mensen met hoogstens een diploma lager secundair, 27,5 van de mensen met hoogstens een diploma hoger secundair en 34,7 van de mensen met een diploma hoger onderwijs, maar na correctie voor leeftijd en geslacht zijn deze verschillen niet significant. Ook de parameters van sociale (on-)gelijkheid tonen eerder aan dat er geen verschillen zijn tussen de opleidingsniveaus hetzij zeer lichte, en dit zowel voor de mannen als de vrouwen. Er kan dus besloten worden dat voor wat ongevallen met een breuk of fractuur tot gevolg, er geen sprake is van een sociale gradiënt. De tijdstrend kan hier niet besproken worden daar deze indicator alleen nog maar in de recentste enquête () werd bevraagd. Valincidentie bij de bevolking van 65 jaar en ouder In het Vlaams Gewest was 21,7 van de bevolking van 65 jaar en ouder gevallen in het jaar voorafgaand aan het interview (13,5 van de mannen, 27,5 van de vrouwen). De ruwe resultaten variëren ook volgens opleidingsniveau: 22,5 van de mensen met geen diploma of hoogstens een diploma lager onderwijs, 19,5 van de mensen met hoogstens een diploma lager secundair, 26,2 van de mensen met hoogstens een diploma hoger secundair en 13,8 van de mensen met een diploma hoger onderwijs, maar na correctie voor leeftijd en geslacht zijn deze verschillen niet significant. Ook de parameters van sociale (on-)gelijkheid geven zo goed als allemaal aan dat er geen verschillen zijn tussen de opleidingsniveaus, en dit zowel voor de mannen als de vrouwen. Er kan dus besloten worden dat voor wat betreft de valincidentie bij de bevolking van 65 jaar en ouder, er geen sprake is van een sociale gradiënt. De tijdstrend kan hier niet besproken worden daar deze indicator alleen nog maar in de recentste enquête () werd bevraagd. 6

9 Besluit Sociale gradiënt: hogere prevalentie bij de lager opgeleiden Overgewicht Zwaarlijvigheid Dagelijkse consumptie van gesuikerde frisdranken (geen light ) Dagelijkse rokers (15 jaar en ouder) Geregeld piekdrinken (bevolking van 15 jaar en ouder) Huishoudens blootgesteld aan passief roken thuis Sociale gradiënt: hogere prevalentie bij de hoger opgeleiden Poetst minstens tweemaal per dag de tanden Consumptie van minstens twee porties fruit per dag Huishoudens waar rokers worden verzocht niet binnenshuis te roken Geen sociale gradiënt Voldoende lichaamsbeweging om een positief effect te hebben op de gezondheid (IPAQ ) Consumptie van minstens 200g groenten per dag Dagelijkse rokers (15 jaar en ouder) die al geprobeerd hebben te stoppen met roken Wekelijkse overconsumptie van alcohol in de bevolking (15 jaar en ouder) Te hoog cholesterolgehalte (bevolking van 15 jaar en ouder) Slachtoffers van een ongeval met een breuk of fractuur tot gevolg Valincidentie bij de bevolking van 65 jaar en ouder Evolutie doorheen de tijd van de socio-economische ongelijkheden Zwaarlijvigheid: de kloof tussen de laagst opgeleiden en de hoogst opgeleiden wordt kleiner, wat te wijten is aan het feit dat de prevalentie van zwaarlijvigheid bij de hoogst opgeleiden tussen 1997 en is toegenomen. Indien de indicator hier niet is vermeld, betekent dit dat de socio-economische ongelijkheden voor deze indicator onveranderd zijn gebleven doorheen de tijd of dat deze indicator slechts in de laatste twee enquêtejaren ( en ) of in het laatste enquêtejaar () werd bevraagd, waardoor nog niet van een trend gesproken worden. 7

10 Tabellen per indicator Poetst minstens tweemaal per dag de tanden Ruwe en gecorrigeerde percentages Socio-economische indicatoren Overgewicht (BMI 25) Ruwe en gecorrigeerde percentages Socio-economische indicatoren Zwaarlijvigheid (BMI 30) Ruwe en gecorrigeerde percentages Socio-economische indicatoren Voldoende lichaamsbeweging Ruwe en gecorrigeerde percentages Socio-economische indicatoren Dagelijkse consumptie gesuikerde frisdranken Ruwe en gecorrigeerde percentages Socio-economische indicatoren Consumptie van minstens 2 porties fruit per dag Ruwe en gecorrigeerde percentages Consumptie van minstens 200 g groenten per dag Ruwe en gecorrigeerde percentages Dagelijks roken Ruwe en gecorrigeerde percentages Socio-economische indicatoren Dagelijkse rokers die al geprobeerd hebben te stoppen met roken Ruwe en gecorrigeerde percentages Socio-economische indicatoren Wekelijkse overconsumptie van alcohol Ruwe en gecorrigeerde percentages Socio-economische indicatoren Wekelijkse overconsumptie van alcohol Ruwe en gecorrigeerde percentages Socio-economische indicatoren Wekelijkse overconsumptie van alcohol Ruwe en gecorrigeerde percentages

11 Socio-economische indicatoren Zonder beperking voor blootstelling aan tabaksrook thuis Ruwe en gecorrigeerde percentages Socio-economische indicatoren Verzoeken niet binnenshuis te roken Ruwe en gecorrigeerde percentages Socio-economische indicatoren Slachtoffers van een ongeval met breuk of fractuur tot gevolg Ruwe en gecorrigeerde percentages Socio-economische indicatoren Valincidentie bij bevolking 65 jaar of ouder Ruwe en gecorrigeerde percentages Socio-economische indicatoren

12 Poetst minstens tweemaal per dag de tanden Ruwe en gecorrigeerde percentages Percentage van de bevolking dat minstens tweemaal per dag de tanden poetst, Vlaams Gewest, mannen, volgens enquêtejaar en opleidingsniveau DE05_1 (Ruw) + 95 BI Lager/geen diploma 24.9 ( ) 27.2 ( ) 285 Lager secundair 30.6 ( ) 31.5 ( ) 337 Hoger secundair 37.7 ( ) 37.2 ( ) 651 Hoger onderwijs 46.4 ( ) 44.9 ( ) 753 Lager/geen diploma 27.6 ( ) 32.7 ( ) 231 Lager secundair 34.3 ( ) 38.9 ( ) 267 Hoger secundair 37.6 ( ) 37.4 ( ) 579 Hoger onderwijs 46.6 ( ) 44.5 ( ) 740 Bron: Gezondheidsenquête, België, *Correctie voor leeftijd op basis van logistisch regressiemodel (Belgische bevolking van 2001 als referentie) Percentage van de bevolking dat minstens tweemaal per dag de tanden poetst, Vlaams Gewest, vrouwen, volgens enquêtejaar en opleidingsniveau DE05_1 (Ruw) + 95 BI Lager/geen diploma 33.7 ( ) 39.6 ( ) 385 Lager secundair 45.8 ( ) 47.9 ( ) 361 Hoger secundair 53.1 ( ) 52.0 ( ) 673 Hoger onderwijs 62.7 ( ) 61.5 ( ) 723 Lager/geen diploma 44.5 ( ) 50.8 ( ) 334 Lager secundair 39.5 ( ) 43.0 ( ) 303 Hoger secundair 59.0 ( ) 59.3 ( ) 622 Hoger onderwijs 61.6 ( ) 60.3 ( ) 706 Bron: Gezondheidsenquête, België, *Correctie voor leeftijd op basis van logistisch regressiemodel (Belgische bevolking van 2001 als referentie) 10

13 Socio-economische indicatoren Poetst minstens tweemaal per dag de tanden: overzicht van de parameters voor sociale (on-)gelijkheid (met 95 BI), Vlaams Gewest, Gezondheidsenquête Mannen Vrouwen Totale bevolking Odds Ratio 0,6 (0,4 1,0) 0,7 (0,4 1,1) 0,6 (0,4 0,9) PAF () -12,3 (-12,5-12,1) -9,5 (-9,6-9,4) -10,9 (-11,0-10,8) Gini () 11,3 (7,8 13,0) 8,3 (5,6 9,6) 9,8 (6,7 11,3) SII () 19,3 (11,6 27,1) 20,7 (12,1 29,3) 20,6 (12,2 29,0) RII 0,6 (0,6 0,6) 0,7 (0,6 0,7) 0,6 (0,6 0,7) 11

14 Overgewicht (BMI 25) Ruwe en gecorrigeerde percentages Percentage van de volwassen bevolking (18 jaar en ouder) met overgewicht (BMI 25), Vlaams Gewest, totale bevolking, volgens enquêtejaar en opleidingsniveau NS_3 (Ruw) + 95 BI Lager/geen diploma 59.1 ( ) 51.9 ( ) Lager secundair 47.4 ( ) 43.5 ( ) 534 Hoger secundair 42.5 ( ) 42.6 ( ) 976 Hoger onderwijs 27.1 ( ) 26.5 ( ) 867 Lager/geen diploma 51.6 ( ) 44.1 ( ) Lager secundair 54.3 ( ) 49.9 ( ) 622 Hoger secundair 43.2 ( ) 40.5 ( ) 1025 Hoger onderwijs 32.9 ( ) 31.9 ( ) 1045 Lager/geen diploma 55.0 ( ) 46.3 ( ) 650 Lager secundair 46.4 ( ) 40.3 ( ) 621 Hoger secundair 44.3 ( ) 41.8 ( ) 1140 Hoger onderwijs 34.4 ( ) 32.8 ( ) 1154 Lager/geen diploma 57.6 ( ) 51.7 ( ) 487 Lager secundair 56.2 ( ) 49.3 ( ) 505 Hoger secundair 48.3 ( ) 46.3 ( ) 993 Hoger onderwijs 39.6 ( ) 37.8 ( ) 1116 Bron: Gezondheidsenquête, België, *Correctie voor leeftijd en/of geslacht op basis van logistisch regressiemodel (Belgische bevolking van 2001 als referentie) 12

15 Percentage van de volwassen bevolking (18 jaar en ouder) met overgewicht (BMI 25), Vlaams Gewest, mannen, volgens enquêtejaar en opleidingsniveau. NS_3 (Ruw) + 95 BI Lager/geen diploma 62.4 ( ) 55.7 ( ) Lager secundair 54.0 ( ) 50.4 ( ) 266 Hoger secundair 49.7 ( ) 48.7 ( ) 482 Hoger onderwijs 35.7 ( ) 35.0 ( ) 437 Lager/geen diploma 53.6 ( ) 46.9 ( ) Lager secundair 58.5 ( ) 55.2 ( ) 319 Hoger secundair 50.9 ( ) 48.0 ( ) 512 Hoger onderwijs 41.0 ( ) 40.0 ( ) 531 Lager/geen diploma 58.8 ( ) 48.3 ( ) 284 Lager secundair 52.4 ( ) 45.6 ( ) 295 Hoger secundair 52.2 ( ) 49.1 ( ) 571 Hoger onderwijs 42.4 ( ) 40.6 ( ) 580 Lager/geen diploma 56.0 ( ) 50.0 ( ) 206 Lager secundair 57.6 ( ) 51.3 ( ) 239 Hoger secundair 55.3 ( ) 53.1 ( ) 481 Hoger onderwijs 49.7 ( ) 48.6 ( ) 565 Bron: Gezondheidsenquête, België, *Correctie voor leeftijd op basis van logistisch regressiemodel (Belgische bevolking van 2001 als referentie) 13

16 Percentage van de volwassen bevolking (18 jaar en ouder) met overgewicht (BMI 25), Vlaams Gewest, vrouwen, volgens enquêtejaar en opleidingsniveau. NS_3 (Ruw) + 95 BI Lager/geen diploma 55.5 ( ) 48.7 ( ) Lager secundair 40.8 ( ) 37.1 ( ) 268 Hoger secundair 35.7 ( ) 36.5 ( ) 494 Hoger onderwijs 18.0 ( ) 18.3 ( ) 430 Lager/geen diploma 49.7 ( ) 40.5 ( ) Lager secundair 50.1 ( ) 45.0 ( ) 303 Hoger secundair 35.4 ( ) 33.6 ( ) 513 Hoger onderwijs 24.4 ( ) 24.2 ( ) 514 Lager/geen diploma 51.9 ( ) 42.2 ( ) 366 Lager secundair 40.8 ( ) 35.3 ( ) 326 Hoger secundair 36.4 ( ) 35.2 ( ) 569 Hoger onderwijs 25.4 ( ) 25.6 ( ) 574 Lager/geen diploma 58.8 ( ) 51.1 ( ) 281 Lager secundair 54.8 ( ) 47.6 ( ) 266 Hoger secundair 41.8 ( ) 39.6 ( ) 512 Hoger onderwijs 29.4 ( ) 27.6 ( ) 551 Bron: Gezondheidsenquête, België, *Correctie voor leeftijd op basis van logistisch regressiemodel (Belgische bevolking van 2001 als referentie) 14

17 Socio-economische indicatoren Overgewicht (BMI 25): overzicht van de parameters voor sociale (on-)gelijkheid (met 95 BI), Vlaams Gewest, Gezondheidsenquête Mannen Vrouwen Totale bevolking Odds Ratio 1,1 (0,7 1,7) 2,7 (1,8 4,3) 1,8 (1,3 2,4) PAF () 14,7 (14,5 14,9) 19,4 (19,1 19,6) 17,1 (17,0 17,3) Gini () 8,0 (2,3 10,5) 10,4 (3,1 13,6) 9,2 (2,8 12,1) SII () -23,3 (-36,8-9,9) -21,5 (-33,6-9,4) -22,9 (-35,9-9,8) RII 1,6 (1,3 1,9) 1,8 (1,4 2,2) 1,7 (1,3 2,1) 15

18 Zwaarlijvigheid (BMI 30) Ruwe en gecorrigeerde percentages Percentage van de volwassen bevolking (18 jaar en ouder) met zwaarlijvigheid (BMI 30), Vlaams Gewest, totale bevolking, volgens enquêtejaar en opleidingsniveau NS_4 (Ruw) + 95 BI Lager/geen diploma 17.1 ( ) 12.3 ( ) Lager secundair 11.0 ( ) 8.5 ( ) 534 Hoger secundair 10.7 ( ) 9.6 ( ) 976 Hoger onderwijs 4.7 ( ) 4.4 ( ) 867 Lager/geen diploma 17.2 ( ) 12.0 ( ) Lager secundair 17.4 ( ) 13.6 ( ) 622 Hoger secundair 9.8 ( ) 8.4 ( ) 1025 Hoger onderwijs 5.4 ( ) 5.0 ( ) 1045 Lager/geen diploma 17.6 ( ) 12.7 ( ) 650 Lager secundair 17.2 ( ) 13.6 ( ) 621 Hoger secundair 10.9 ( ) 9.4 ( ) 1140 Hoger onderwijs 7.1 ( ) 6.5 ( ) 1154 Lager/geen diploma 16.9 ( ) 13.9 ( ) 487 Lager secundair 22.4 ( ) 18.2 ( ) 505 Hoger secundair 14.2 ( ) 12.5 ( ) 993 Hoger onderwijs 8.9 ( ) 7.8 ( ) 1116 Bron: Gezondheidsenquête, België, *Correctie voor leeftijd en/of geslacht op basis van logistisch regressiemodel (Belgische bevolking van 2001 als referentie) 16

19 Percentage van de volwassen bevolking (18 jaar en ouder) met zwaarlijvigheid (BMI 30), Vlaams Gewest, mannen, volgens enquêtejaar en opleidingsniveau NS_4 (Ruw) + 95 BI Lager/geen diploma 15.9 ( ) 11.2 ( ) Lager secundair 10.0 ( ) 7.4 ( ) 266 Hoger secundair 10.3 ( ) 8.4 ( ) 482 Hoger onderwijs 6.4 ( ) 5.5 ( ) 437 Lager/geen diploma 16.4 ( ) 11.9 ( ) Lager secundair 12.9 ( ) 9.9 ( ) 319 Hoger secundair 10.7 ( ) 8.9 ( ) 512 Hoger onderwijs 5.3 ( ) 4.8 ( ) 531 Lager/geen diploma 12.2 ( ) 7.4 ( ) 284 Lager secundair 18.8 ( ) 13.1 ( ) 295 Hoger secundair 9.5 ( ) 6.9 ( ) 571 Hoger onderwijs 7.1 ( ) 5.6 ( ) 580 Lager/geen diploma 12.4 ( ) 9.9 ( ) 206 Lager secundair 21.9 ( ) 16.8 ( ) 239 Hoger secundair 12.5 ( ) 9.7 ( ) 481 Hoger onderwijs 9.1 ( ) 7.0 ( ) 565 Bron: Gezondheidsenquête, België, *Correctie voor leeftijd op basis van logistisch regressiemodel (Belgische bevolking van 2001 als referentie) 17

20 Percentage van de volwassen bevolking (18 jaar en ouder) met zwaarlijvigheid (BMI 30), Vlaams Gewest, vrouwen, volgens enquêtejaar en opleidingsniveau NS_4 (Ruw) + 95 BI Lager/geen diploma 18.4 ( ) 12.2 ( ) Lager secundair 12.0 ( ) 8.6 ( ) 268 Hoger secundair 11.0 ( ) 9.6 ( ) 494 Hoger onderwijs 2.9 ( ) 2.6 ( ) 430 Lager/geen diploma 17.9 ( ) 11.3 ( ) Lager secundair 22.1 ( ) 17.3 ( ) 303 Hoger secundair 8.9 ( ) 7.6 ( ) 513 Hoger onderwijs 5.5 ( ) 5.1 ( ) 514 Lager/geen diploma 21.9 ( ) 16.7 ( ) 366 Lager secundair 15.7 ( ) 12.7 ( ) 326 Hoger secundair 12.3 ( ) 11.1 ( ) 569 Hoger onderwijs 7.0 ( ) 6.6 ( ) 574 Lager/geen diploma 20.3 ( ) 16.7 ( ) 281 Lager secundair 22.8 ( ) 18.9 ( ) 266 Hoger secundair 15.8 ( ) 14.7 ( ) 512 Hoger onderwijs 8.6 ( ) 8.0 ( ) 551 Bron: Gezondheidsenquête, België, *Correctie voor leeftijd op basis van logistisch regressiemodel (Belgische bevolking van 2001 als referentie) 18

21 Socio-economische indicatoren Zwaarlijvigheid (BMI 30): overzicht van de parameters voor sociale (on-)gelijkheid (met 95 BI), Vlaams Gewest, Gezondheidsenquête Mannen Vrouwen Totale bevolking Odds Ratio 1,4 (0,8 2,8) 2,9 (1,2 4,4) 1,9 (1,2 3,1) PAF () 34,2 (33,7 34,7) 34,7 (34,2 35,2) 34,5 (34,1 34,8) Gini () 19,8 (7,2 25,3) 19,5 (7,4 25,0) 19,7 (7,1 25,1) SII () -12,0 (-18,4-5,7) -13,2 (-20,9-5,5) -12,6 (-19,6-5,6) RII 3,7 (2,0 5,3) 3,4 (2,0 4,9) 3,6 (2,1 5,0) 19

22 Voldoende lichaamsbeweging Ruwe en gecorrigeerde percentages Percentage van de bevolking met voldoende lichaamsbeweging om een positief effect te hebben op de gezondheid (IPAQ ), Vlaams Gewest, totale bevolking, volgens enquêtejaar en opleidingsniveau PA_05C (Ruw) + 95 BI Lager/geen diploma 23.9 ( ) 29.0 ( ) Lager secundair 31.1 ( ) 30.4 ( ) 539 Hoger secundair 39.7 ( ) 37.3 ( ) 935 Hoger onderwijs 31.0 ( ) 28.1 ( ) 900 Lager/geen diploma 14.8 ( ) 19.5 ( ) 350 Lager secundair 17.7 ( ) 18.2 ( ) 280 Hoger secundair 22.7 ( ) 21.1 ( ) 485 Hoger onderwijs 20.0 ( ) 16.3 ( ) 577 Lager/geen diploma 16.8 ( ) 20.9 ( ) 294 Lager secundair 27.8 ( ) 29.7 ( ) 298 Hoger secundair 34.8 ( ) 32.4 ( ) 624 Hoger onderwijs 29.8 ( ) 25.3 ( ) 752 Bron: Gezondheidsenquête, België, *Correctie voor leeftijd en/of geslacht op basis van logistisch regressiemodel (Belgische bevolking van 2001 als referentie) 20

23 Percentage van de bevolking met voldoende lichaamsbeweging om een positief effect te hebben op de gezondheid (IPAQ ), Vlaams Gewest, mannen, volgens enquêtejaar en opleidingsniveau PA_05C (Ruw) + 95 BI Lager/geen diploma 30.9 ( ) 34.4 ( ) Lager secundair 38.7 ( ) 38.5 ( ) 274 Hoger secundair 45.8 ( ) 43.4 ( ) 454 Hoger onderwijs 33.3 ( ) 30.4 ( ) 448 Lager/geen diploma 20.9 ( ) 25.4 ( ) 135 Lager secundair 21.5 ( ) 23.0 ( ) 127 Hoger secundair 28.8 ( ) 27.7 ( ) 235 Hoger onderwijs 24.2 ( ) 20.7 ( ) 309 Lager/geen diploma 27.0 ( ) 32.7 ( ) 115 Lager secundair 38.5 ( ) 43.3 ( ) 145 Hoger secundair 49.2 ( ) 47.2 ( ) 300 Hoger onderwijs 36.2 ( ) 32.0 ( ) 391 Bron: Gezondheidsenquête, België, *Correctie voor leeftijd op basis van logistisch regressiemodel (Belgische bevolking van 2001 als referentie) 21

24 Percentage van de bevolking met voldoende lichaamsbeweging om een positief effect te hebben op de gezondheid (IPAQ ), Vlaams Gewest, vrouwen, volgens enquêtejaar en opleidingsniveau PA_05C (Ruw) + 95 BI Lager/geen diploma 18.4 ( ) 23.5 ( ) Lager secundair 23.5 ( ) 23.1 ( ) 265 Hoger secundair 33.8 ( ) 31.7 ( ) 481 Hoger onderwijs 28.7 ( ) 26.4 ( ) 452 Lager/geen diploma 11.0 ( ) 14.8 ( ) 215 Lager secundair 13.9 ( ) 15.0 ( ) 153 Hoger secundair 17.2 ( ) 15.9 ( ) 250 Hoger onderwijs 14.7 ( ) 13.0 ( ) 268 Lager/geen diploma 10.1 ( ) 12.0 ( ) 179 Lager secundair 16.2 ( ) 18.4 ( ) 153 Hoger secundair 21.1 ( ) 20.4 ( ) 324 Hoger onderwijs 23.0 ( ) 21.3 ( ) 361 Bron: Gezondheidsenquête, België, *Correctie voor leeftijd op basis van logistisch regressiemodel (Belgische bevolking van 2001 als referentie) Socio-economische indicatoren Voldoende lichaambeweging met positief effect op gezondheid: overzicht van de parameters voor sociale (on-)gelijkheid (met 95 BI), Vlaams Gewest, Gezondheidsenquête Mannen Vrouwen Totale bevolking Odds Ratio 1,0 (0,5 2,0) 0,5 (0,2 1,2) 0,8 (0,5 1,3) PAF () 9,3 (9,0 9,6) 11,7 (11,3 12,1) 10,6 (10,3 10,8) Gini () 6,6 (2,2 7,7) 8,1 (2,6 9,4) 7,4 (2,5 8,6) SII () -5,7 (-44,8 33,5) -3,2 (-34,5 28,2) -4,3 (-40,2 31,5) RII 1,2 (1,0 1,4) 1,2 (1,0 1,3) 1,2 (1,0 1,3) 22

25 Dagelijkse consumptie gesuikerde frisdranken Ruwe en gecorrigeerde percentages Percentage van de bevolking dat dagelijks gesuikerde frisdranken (geen light ) drinkt, Vlaams Gewest, volgens enquêtejaar en opleidingsniveau. Totale bevolking NH11_1 (Ruw) + 95 BI Lager/geen diploma 23.5 ( ) 31.3 ( ) 562 Lager secundair 31.8 ( ) 38.0 ( ) 581 Hoger secundair 32.1 ( ) 30.3 ( ) 1205 Hoger onderwijs 22.2 ( ) 18.2 ( ) 1453 Mannen NH11_1 (Ruw) + 95 BI Lager/geen diploma 33.3 ( ) 42.9 ( ) 229 Lager secundair 36.4 ( ) 42.8 ( ) 272 Hoger secundair 37.8 ( ) 35.8 ( ) 579 Hoger onderwijs 28.0 ( ) 23.5 ( ) 742 Vrouwen NH11_1 (Ruw) + 95 BI Lager/geen diploma 16.6 ( ) 21.3 ( ) 333 Lager secundair 27.5 ( ) 33.7 ( ) 309 Hoger secundair 26.7 ( ) 25.5 ( ) 626 Hoger onderwijs 16.3 ( ) 13.7 ( ) 711 Bron: Gezondheidsenquête, België, *Correctie voor leeftijd op basis van logistisch regressiemodel (Belgische bevolking van 2001 als referentie) 23

26 Socio-economische indicatoren Drinkt dagelijks gesuikerde frisdranken (geen light ): overzicht van de parameters voor sociale (on-)gelijkheid (met 95 BI), Vlaams Gewest, Gezondheidsenquête Mannen Vrouwen Totale bevolking Odds Ratio 2,4 (1,5 4,0) 1,7 (0,9 3,1) 2,0 (1,4 3,1) PAF () 26,8 (26,6 27,1) 32,2 (31,9 32,4) 29,7 (29,5 29,9) Gini () 15,6 (4,1 21,5) 18,2 (5,6 21,5) 17,1 (5,3 23,4) SII () -29,6 (-60,9 1,6) -21,3 (-49,1 6,6) -25,5 (-55,6 4,7) RII 2,7 (0,3 5,1) 3,0 (-0,9 7,0) 2,9 (-0,1 5,9) 24

27 Consumptie van minstens 2 porties fruit per dag Ruwe en gecorrigeerde percentages Percentage van de bevolking dat minstens 2 porties fruit per dag eet, Vlaams Gewest, volgens enquêtejaar en opleidingsniveau Totale bevolking NH_1 (Ruw) + 95 BI Lager/geen diploma 33.6 ( ) 29.2 ( ) 563 Lager secundair 38.5 ( ) 34.3 ( ) 582 Hoger secundair 36.6 ( ) 35.8 ( ) 1210 Hoger onderwijs 42.7 ( ) 43.8 ( ) 1449 Mannen NH_1 (Ruw) + 95 BI Lager/geen diploma 32.2 ( ) 30.2 ( ) 231 Lager secundair 35.1 ( ) 32.5 ( ) 272 Hoger secundair 32.8 ( ) 32.2 ( ) 583 Hoger onderwijs 37.7 ( ) 38.1 ( ) 741 Vrouwen NH_1 (Ruw) + 95 BI Lager/geen diploma 34.6 ( ) 29.0 ( ) 332 Lager secundair 41.8 ( ) 35.9 ( ) 310 Hoger secundair 40.2 ( ) 39.2 ( ) 627 Hoger onderwijs 47.8 ( ) 49.4 ( ) 708 Bron: Gezondheidsenquête, België, *Correctie voor leeftijd op basis van logistisch regressiemodel (Belgische bevolking van 2001 als referentie) 25

28 Consumptie van minstens 200 g groenten per dag Ruwe en gecorrigeerde percentages Percentage van de bevolking dat minstens 200g groenten per dag eet, Vlaams Gewest, volgens enquêtejaar en opleidingsniveau Totale bevolking NH_2 (Ruw) + 95 BI Lager/geen diploma 62.3 ( ) 61.7 ( ) 566 Lager secundair 66.9 ( ) 63.4 ( ) 582 Hoger secundair 69.4 ( ) 69.9 ( ) 1209 Hoger onderwijs 65.2 ( ) 67.9 ( ) 1452 Mannen NH_2 (Ruw) + 95 BI Lager/geen diploma 63.4 ( ) 60.7 ( ) 232 Lager secundair 72.3 ( ) 69.6 ( ) 272 Hoger secundair 71.9 ( ) 72.6 ( ) 582 Hoger onderwijs 64.3 ( ) 67.5 ( ) 741 Vrouwen NH_2 (Ruw) + 95 BI Lager/geen diploma 61.5 ( ) 62.5 ( ) 334 Lager secundair 61.8 ( ) 57.5 ( ) 310 Hoger secundair 67.0 ( ) 67.8 ( ) 627 Hoger onderwijs 66.1 ( ) 68.5 ( ) 711 Bron: Gezondheidsenquête, België, *Correctie voor leeftijd op basis van logistisch regressiemodel (Belgische bevolking van 2001 als referentie) 26

29 Dagelijks roken Ruwe en gecorrigeerde percentages Percentage van de bevolking (15 jaar en ouder) dat dagelijks rookt, Vlaams Gewest, totale bevolking, volgens enquêtejaar en opleidingsniveau TA05_3 (Ruw) + 95 BI Lager/geen diploma 25.3 ( ) 27.0 ( ) Lager secundair 30.0 ( ) 27.2 ( ) 553 Hoger secundair 26.2 ( ) 22.0 ( ) 1025 Hoger onderwijs 17.9 ( ) 13.4 ( ) 892 Lager/geen diploma 18.7 ( ) 24.7 ( ) Lager secundair 24.8 ( ) 24.4 ( ) 632 Hoger secundair 26.2 ( ) 22.2 ( ) 1078 Hoger onderwijs 20.3 ( ) 15.9 ( ) 1059 Lager/geen diploma 23.2 ( ) 30.3 ( ) 597 Lager secundair 26.6 ( ) 27.3 ( ) 600 Hoger secundair 26.3 ( ) 22.8 ( ) 1101 Hoger onderwijs 17.3 ( ) 13.2 ( ) 1128 Lager/geen diploma 22.2 ( ) 30.5 ( ) 418 Lager secundair 26.0 ( ) 26.7 ( ) 459 Hoger secundair 23.7 ( ) 20.2 ( ) 959 Hoger onderwijs 10.8 ( ) 7.8 ( ) 1113 Bron: Gezondheidsenquête, België, *Correctie voor leeftijd en/of geslacht op basis van logistisch regressiemodel (Belgische bevolking van 2001 als referentie) 27

30 Percentage van de bevolking (15 jaar en ouder) dat dagelijks rookt, Vlaams Gewest, mannen, volgens enquêtejaar en opleidingsniveau TA05_3 (Ruw) + 95 BI Lager/geen diploma 35.7 ( ) 37.8 ( ) Lager secundair 37.4 ( ) 35.6 ( ) 274 Hoger secundair 30.1 ( ) 27.2 ( ) 510 Hoger onderwijs 21.9 ( ) 18.5 ( ) 455 Lager/geen diploma 25.9 ( ) 30.1 ( ) Lager secundair 28.6 ( ) 28.7 ( ) 320 Hoger secundair 29.5 ( ) 26.8 ( ) 532 Hoger onderwijs 24.4 ( ) 21.2 ( ) 529 Lager/geen diploma 32.4 ( ) 39.1 ( ) 257 Lager secundair 27.6 ( ) 29.2 ( ) 289 Hoger secundair 32.2 ( ) 29.7 ( ) 546 Hoger onderwijs 20.6 ( ) 17.2 ( ) 558 Lager/geen diploma 28.3 ( ) 36.7 ( ) 175 Lager secundair 34.3 ( ) 36.8 ( ) 220 Hoger secundair 26.5 ( ) 23.3 ( ) 459 Hoger onderwijs 13.0 ( ) 10.1 ( ) 560 Bron: Gezondheidsenquête, België, *Correctie voor leeftijd op basis van logistisch regressiemodel (Belgische bevolking van 2001 als referentie) 28

31 Percentage van de bevolking (15 jaar en ouder) dat dagelijks rookt, Vlaams Gewest, vrouwen, volgens enquêtejaar en opleidingsniveau TA05_3 (Ruw) + 95 BI Lager/geen diploma 13.7 ( ) 15.4 ( ) Lager secundair 22.6 ( ) 19.4 ( ) 279 Hoger secundair 22.3 ( ) 17.6 ( ) 515 Hoger onderwijs 13.4 ( ) 9.2 ( ) 437 Lager/geen diploma 12.4 ( ) 20.0 ( ) Lager secundair 21.2 ( ) 20.4 ( ) 312 Hoger secundair 23.0 ( ) 17.2 ( ) 546 Hoger onderwijs 16.1 ( ) 10.8 ( ) 530 Lager/geen diploma 16.3 ( ) 22.7 ( ) 340 Lager secundair 25.5 ( ) 26.2 ( ) 311 Hoger secundair 20.6 ( ) 16.7 ( ) 555 Hoger onderwijs 13.7 ( ) 9.8 ( ) 570 Lager/geen diploma 17.7 ( ) 25.0 ( ) 243 Lager secundair 18.0 ( ) 17.0 ( ) 239 Hoger secundair 21.1 ( ) 17.1 ( ) 500 Hoger onderwijs 8.6 ( ) 5.9 ( ) 553 Bron: Gezondheidsenquête, België, *Correctie voor leeftijd op basis van logistisch regressiemodel (Belgische bevolking van 2001 als referentie) 29

32 Socio-economische indicatoren Dagelijkse rokers (15 jaar en ouder): overzicht van de parameters voor sociale (on-)gelijkheid (met 95 BI), Vlaams Gewest, Gezondheidsenquête Mannen Vrouwen Totale bevolking Odds Ratio 5,2 (2,9 9,2) 5,3 (2,6 10,7) 5,2 (3,3 8,1) PAF () 33,8 (33,5 34,2) 37,0 (36,6 37,4) 35,6 (35,3 35,8) Gini () 18,4 (5,4 24,7) 20,0 (6,1 26,8) 19,3 (5,8 25,9) SII () -23,8 (-32,6-15,0) -17,1 (-23,3-10,8) -20,3 (-27,7-12,9) RII 3,6 (1,9 5,3) 4,0 (1,9 6,2) 3,8 (2,1 5,5) 30

33 Dagelijkse rokers die al geprobeerd hebben te stoppen met roken Ruwe en gecorrigeerde percentages Percentage dagelijkse rokers (15 jaar en ouder) dat al geprobeerd heeft om te stoppen met roken, Vlaams Gewest, totale bevolking, volgens enquêtejaar en opleidingsniveau TA08_1 (Ruw) + 95 BI Lager/geen diploma 67.9 ( ) 68.4 ( ) Lager secundair 75.4 ( ) 74.7 ( ) 145 Hoger secundair 62.6 ( ) 61.7 ( ) 276 Hoger onderwijs 69.9 ( ) 68.9 ( ) 155 Lager/geen diploma 52.5 ( ) 52.2 ( ) Lager secundair 66.4 ( ) 64.7 ( ) 166 Hoger secundair 69.3 ( ) 68.7 ( ) 283 Hoger onderwijs 65.6 ( ) 65.5 ( ) 209 Lager/geen diploma 64.7 ( ) 61.7 ( ) 104 Lager secundair 71.7 ( ) 71.1 ( ) 149 Hoger secundair 64.5 ( ) 63.7 ( ) 287 Hoger onderwijs 72.3 ( ) 72.8 ( ) 176 Lager/geen diploma 66.7 ( ) 67.4 ( ) 70 Lager secundair 62.9 ( ) 59.5 ( ) 94 Hoger secundair 60.9 ( ) 59.6 ( ) 225 Hoger onderwijs 64.3 ( ) 63.5 ( ) 122 Bron: Gezondheidsenquête, België, *Correctie voor leeftijd en/of geslacht op basis van logistisch regressiemodel (Belgische bevolking van 2001 als referentie) 31

34 Percentage dagelijkse rokers (15 jaar en ouder) dat al geprobeerd heeft om te stoppen met roken, Vlaams Gewest, mannen, volgens enquêtejaar en opleidingsniveau TA08_1 (Ruw) + 95 BI Lager/geen diploma 64.9 ( ) 65.1 ( ) Lager secundair 72.3 ( ) 71.7 ( ) 89 Hoger secundair 64.1 ( ) 63.4 ( ) 161 Hoger onderwijs 70.4 ( ) 70.3 ( ) 97 Lager/geen diploma 56.5 ( ) 55.0 ( ) Lager secundair 69.1 ( ) 67.3 ( ) 100 Hoger secundair 70.7 ( ) 70.3 ( ) 157 Hoger onderwijs 59.5 ( ) 59.5 ( ) 117 Lager/geen diploma 57.9 ( ) 57.2 ( ) 67 Lager secundair 71.6 ( ) 71.4 ( ) 76 Hoger secundair 69.0 ( ) 68.9 ( ) 175 Hoger onderwijs 73.8 ( ) 74.8 ( ) 110 Lager/geen diploma 74.8 ( ) 74.7 ( ) 39 Lager secundair 58.4 ( ) 54.0 ( ) 62 Hoger secundair 61.5 ( ) 63.2 ( ) 124 Hoger onderwijs 59.2 ( ) 61.8 ( ) 74 Bron: Gezondheidsenquête, België, *Correctie voor leeftijd op basis van logistisch regressiemodel (Belgische bevolking van 2001 als referentie) 32

35 Percentage dagelijkse rokers (15 jaar en ouder) dat al geprobeerd heeft om te stoppen met roken, Vlaams Gewest, vrouwen, volgens enquêtejaar en opleidingsniveau TA08_1 (Ruw) + 95 BI Lager/geen diploma 76.8 ( ) 89.8 ( ) Lager secundair 80.4 ( ) 92.7 ( ) 56 Hoger secundair 60.6 ( ) 81.9 ( ) 115 Hoger onderwijs 69.0 ( ) 86.5 ( ) 58 Lager/geen diploma 45.3 ( ) 48.3 ( ) Lager secundair 62.7 ( ) 62.4 ( ) 66 Hoger secundair 67.5 ( ) 68.1 ( ) 126 Hoger onderwijs 75.0 ( ) 76.2 ( ) 92 Lager/geen diploma 74.8 ( ) 72.4 ( ) 37 Lager secundair 71.9 ( ) 70.4 ( ) 73 Hoger secundair 57.8 ( ) 57.2 ( ) 112 Hoger onderwijs 69.7 ( ) 72.7 ( ) 66 Lager/geen diploma 57.0 ( ) 28.4 ( ) 31 Lager secundair 71.2 ( ) 36.3 ( ) 32 Hoger secundair 60.1 ( ) 28.5 ( ) 101 Hoger onderwijs 71.7 ( ) 35.2 ( ) 48 Bron: Gezondheidsenquête, België, *Correctie voor leeftijd op basis van logistisch regressiemodel (Belgische bevolking van 2001 als referentie) 33

36 Socio-economische indicatoren Dagelijkse rokers (15 jaar en ouder) dat al geprobeerd heeft te stoppen met roken: overzicht van de parameters voor sociale (on-)gelijkheid (met 95 BI), Vlaams Gewest, Gezondheidsenquête Mannen Vrouwen Totale bevolking Odds Ratio 1,8 (0,6 5,2) 0,7 (0,2 2,5) 1,2 (0,5 2,7) PAF () -4,0 (-4,5-3,5) -4,0 (-4,6-3,5) -4,0 (-4,4-3,7) Gini () 3,2 (2,4 3,6) 3,2 (2,4 3,6) 3,2 (2,4 3,6) SII () 2,8 (-23,1 28,8) 3,7 (-21,0 28,4) 3,2 (-22,3 28,7) RII 0,9 (0,6 1,2) 0,9 (0,7 1,2) 0,9 (0,7 1,2) 34

37 Wekelijkse overconsumptie van alcohol Ruwe en gecorrigeerde percentages Prevalentie van overconsumptie van alcohol in de bevolking (15 jaar en ouder), Vlaams Gewest, totale bevolking. volgens enquêtejaar en opleidingsniveau AL02_6 (Ruw) + 95 BI Lager/geen diploma 8.5 ( ) 7.8 ( ) Lager secundair 10.9 ( ) 9.1 ( ) 537 Hoger secundair 6.8 ( ) 5.6 ( ) 1007 Hoger onderwijs 6.5 ( ) 5.0 ( ) 884 Lager/geen diploma 9.1 ( ) 9.8 ( ) Lager secundair 9.0 ( ) 8.0 ( ) 578 Hoger secundair 11.5 ( ) 10.1 ( ) 1004 Hoger onderwijs 9.8 ( ) 8.6 ( ) 1020 Lager/geen diploma 5.5 ( ) 5.7 ( ) 590 Lager secundair 6.6 ( ) 6.1 ( ) 601 Hoger secundair 11.5 ( ) 10.2 ( ) 1091 Hoger onderwijs 9.5 ( ) 8.2 ( ) 1103 Lager/geen diploma 4.8 ( ) 4.7 ( ) 400 Lager secundair 6.1 ( ) 5.3 ( ) 433 Hoger secundair 8.5 ( ) 7.6 ( ) 928 Hoger onderwijs 8.6 ( ) 7.8 ( ) 1084 Bron: Gezondheidsenquête, België, *Correctie voor leeftijd en/of geslacht op basis van logistisch regressiemodel (Belgische bevolking van 2001 als referentie) 35

38 Prevalentie van overconsumptie van alcohol in de bevolking (15 jaar en ouder), Vlaams Gewest, mannen, volgens enquêtejaar en opleidingsniveau AL02_6 (Ruw) + 95 BI Lager/geen diploma 14.2 ( ) 14.6 ( ) Lager secundair 17.3 ( ) 15.4 ( ) 268 Hoger secundair 10.5 ( ) 8.9 ( ) 501 Hoger onderwijs 7.1 ( ) 5.8 ( ) 451 Lager/geen diploma 13.7 ( ) 14.3 ( ) Lager secundair 14.2 ( ) 13.8 ( ) 295 Hoger secundair 14.3 ( ) 13.4 ( ) 492 Hoger onderwijs 10.8 ( ) 10.0 ( ) 512 Lager/geen diploma 10.1 ( ) 11.3 ( ) 245 Lager secundair 10.3 ( ) 10.6 ( ) 282 Hoger secundair 16.3 ( ) 15.6 ( ) 543 Hoger onderwijs 12.2 ( ) 11.3 ( ) 551 Lager/geen diploma 7.8 ( ) 8.0 ( ) 167 Lager secundair 8.7 ( ) 8.4 ( ) 206 Hoger secundair 11.0 ( ) 10.2 ( ) 447 Hoger onderwijs 9.6 ( ) 8.8 ( ) 545 Bron: Gezondheidsenquête, België, *Correctie voor leeftijd op basis van logistisch regressiemodel (Belgische bevolking van 2001 als referentie) 36

39 Prevalentie van overconsumptie van alcohol in de bevolking (15 jaar en ouder), Vlaams Gewest, vrouwen, volgens enquêtejaar en opleidingsniveau AL02_6 (Ruw) + 95 BI Lager/geen diploma 2.3 ( ) 1.9 ( ) Lager secundair 4.5 ( ) 3.5 ( ) 269 Hoger secundair 3.3 ( ) 3.1 ( ) 506 Hoger onderwijs 5.9 ( ) 5.6 ( ) 433 Lager/geen diploma 5.0 ( ) 5.9 ( ) Lager secundair 3.7 ( ) 3.0 ( ) 283 Hoger secundair 8.8 ( ) 7.4 ( ) 512 Hoger onderwijs 8.8 ( ) 7.5 ( ) 508 Lager/geen diploma 2.2 ( ) 2.0 ( ) 345 Lager secundair 3.1 ( ) 2.9 ( ) 319 Hoger secundair 6.8 ( ) 6.6 ( ) 548 Hoger onderwijs 6.6 ( ) 6.7 ( ) 552 Lager/geen diploma 2.5 ( ) 2.1 ( ) 233 Lager secundair 3.6 ( ) 2.6 ( ) 227 Hoger secundair 6.2 ( ) 5.3 ( ) 481 Hoger onderwijs 7.7 ( ) 6.9 ( ) 539 Bron: Gezondheidsenquête, België, *Correctie voor leeftijd op basis van logistisch regressiemodel (Belgische bevolking van 2001 als referentie) 37

40 Socio-economische indicatoren Overconsumptie van alcohol in de bevolking (15 jaar en ouder): overzicht van de parameters voor sociale (on-)gelijkheid (met 95 BI), Vlaams Gewest, Gezondheidsenquête Mannen Vrouwen Totale bevolking Odds Ratio 0,9 (0,4 1,9) 0,3 (0,1 1,0) 0,6 (0,3 1,1) PAF () 0,0 (0,0 0,0) 0,0 (0,0 0,0) 0,0 (0,0 0,0) Gini () 0,0 (0,0 0,0) 0,0 (0,0 0,0) 0,0 (0,0 0,0) SII () 0,0 (-0,1 0,1) 0,0 (0,0 0,0) 0,0 (0,0 0,0) RII 1,0 (0,5 1,5) 1,0 (0,5 1,4) 1,0 (0,5 1,5) 38

41 Wekelijkse overconsumptie van alcohol Ruwe en gecorrigeerde percentages Percentage van de bevolking (15 jaar en ouder) dat een gedrag van geregeld piekdrinken aangeeft, Vlaams Gewest, volgens enquêtejaar en opleidingsniveau Totale bevolking AL03_2 (Ruw) + 95 BI Lager/geen diploma 9.6 ( ) 10.1 ( ) 409 Lager secundair 9.0 ( ) 7.6 ( ) 454 Hoger secundair 9.2 ( ) 6.9 ( ) 950 Hoger onderwijs 8.2 ( ) 5.9 ( ) 1108 Mannen AL03_2 (Ruw) + 95 BI Lager/geen diploma 15.9 ( ) 18.2 ( ) 174 Lager secundair 15.3 ( ) 15.7 ( ) 219 Hoger secundair 14.5 ( ) 13.3 ( ) 458 Hoger onderwijs 13.0 ( ) 11.3 ( ) 555 Vrouwen AL03_2 (Ruw) + 95 BI Lager/geen diploma 4.8 ( ) 5.7 ( ) 235 Lager secundair 2.8 ( ) 2.7 ( ) 235 Hoger secundair 4.1 ( ) 3.6 ( ) 492 Hoger onderwijs 3.6 ( ) 3.0 ( ) 553 Bron: Gezondheidsenquête, België, *Correctie voor leeftijd en/of geslacht op basis van logistisch regressiemodel (Belgische bevolking van 2001 als referentie) 39

42 Socio-economische indicatoren Geregeld piekdrinken (bevolking van 15 jaar en ouder): overzicht van de parameters voor sociale (on-)gelijkheid (met 95 BI), Vlaams Gewest, Gezondheidsenquête Mannen Vrouwen Totale bevolking Odds Ratio 1,8 (0,8 3,7) 1,9 (0,6 5,8) 1,8 (0,9 3,5) PAF () 13,4 (13,0 13,9) 15,1 (14,2 16,0) 14,5 (14,0 15,0) Gini () 13,5 (5,9 16,4) 15,2 (7,2 18,4) 14,6 (6,6 17,8) SII () -7,2 (-17,4 2,9) -2,4 (-5,7 1,0) -4,2 (-10,3 1,8) RII 1,8 (0,8 2,7) 2,0 (0,4 3,5) 1,9 (1,0 2,8) 40

43 Wekelijkse overconsumptie van alcohol Ruwe en gecorrigeerde percentages Percentage van de bevolking (15 jaar en ouder) dat te horen kreeg dat hun bloedcholesterolgehalte te hoog was, Vlaams Gewest, totale bevolking, volgens enquêtejaar en opleidingsniveau. PR03_1 (Ruw) + 95 BI Lager/geen diploma 42.1 ( ) 34.4 ( ) Lager secundair 36.1 ( ) 30.9 ( ) 321 Hoger secundair 32.8 ( ) 30.5 ( ) 513 Hoger onderwijs 31.6 ( ) 30.2 ( ) 445 Lager/geen diploma 40.2 ( ) 26.2 ( ) Lager secundair 41.4 ( ) 31.3 ( ) 365 Hoger secundair 37.3 ( ) 33.0 ( ) 598 Hoger onderwijs 32.4 ( ) 30.2 ( ) 583 Lager/geen diploma 42.4 ( ) 33.8 ( ) 386 Lager secundair 50.2 ( ) 42.7 ( ) 379 Hoger secundair 41.0 ( ) 37.7 ( ) 680 Hoger onderwijs 41.8 ( ) 40.7 ( ) 614 Lager/geen diploma 52.8 ( ) 35.2 ( ) 299 Lager secundair 51.1 ( ) 34.7 ( ) 336 Hoger secundair 42.3 ( ) 33.3 ( ) 602 Hoger onderwijs 38.6 ( ) 33.3 ( ) 689 Bron: Gezondheidsenquête, België, *Correctie voor leeftijd en/of geslacht op basis van logistisch regressiemodel (Belgische bevolking van 2001 als referentie) 41

44 Percentage van de bevolking (15 jaar en ouder) dat te horen kreeg dat hun bloedcholesterolgehalte te hoog was, Vlaams Gewest, mannen, volgens enquêtejaar en opleidingsniveau PR03_1 (Ruw) + 95 BI Lager/geen diploma 41.5 ( ) 34.5 ( ) Lager secundair 37.4 ( ) 31.1 ( ) 149 Hoger secundair 38.3 ( ) 32.4 ( ) 253 Hoger onderwijs 37.8 ( ) 31.0 ( ) 228 Lager/geen diploma 36.7 ( ) 26.0 ( ) Lager secundair 42.2 ( ) 31.5 ( ) 172 Hoger secundair 39.1 ( ) 32.6 ( ) 294 Hoger onderwijs 41.6 ( ) 37.0 ( ) 280 Lager/geen diploma 48.7 ( ) 37.3 ( ) 153 Lager secundair 54.6 ( ) 44.2 ( ) 172 Hoger secundair 47.2 ( ) 39.9 ( ) 345 Hoger onderwijs 43.4 ( ) 37.3 ( ) 302 Lager/geen diploma 54.3 ( ) 34.7 ( ) 120 Lager secundair 54.8 ( ) 35.3 ( ) 154 Hoger secundair 45.6 ( ) 32.1 ( ) 276 Hoger onderwijs 44.5 ( ) 33.9 ( ) 343 Bron: Gezondheidsenquête, België, *Correctie voor leeftijd op basis van logistisch regressiemodel (Belgische bevolking van 2001 als referentie) 42

45 Percentage van de bevolking (15 jaar en ouder) dat te horen kreeg dat hun bloedcholesterolgehalte te hoog was, Vlaams Gewest, vrouwen, volgens enquêtejaar en opleidingsniveau PR03_1 (Ruw) + 95 BI Lager/geen diploma 42.6 ( ) 32.8 ( ) Lager secundair 34.9 ( ) 29.5 ( ) 172 Hoger secundair 27.4 ( ) 26.4 ( ) 260 Hoger onderwijs 25.1 ( ) 27.0 ( ) 217 Lager/geen diploma 43.3 ( ) 23.9 ( ) Lager secundair 40.8 ( ) 29.9 ( ) 193 Hoger secundair 35.6 ( ) 32.5 ( ) 304 Hoger onderwijs 23.8 ( ) 23.6 ( ) 303 Lager/geen diploma 38.4 ( ) 29.2 ( ) 233 Lager secundair 46.0 ( ) 39.7 ( ) 207 Hoger secundair 34.8 ( ) 33.5 ( ) 335 Hoger onderwijs 40.3 ( ) 42.0 ( ) 312 Lager/geen diploma 51.8 ( ) 32.8 ( ) 179 Lager secundair 47.9 ( ) 32.4 ( ) 182 Hoger secundair 39.4 ( ) 32.2 ( ) 326 Hoger onderwijs 33.1 ( ) 30.8 ( ) 346 Bron: Gezondheidsenquête, België, *Correctie voor leeftijd op basis van logistisch regressiemodel (Belgische bevolking van 2001 als referentie) 43

46 Socio-economische indicatoren Te hoog bloedcholesterolgehalte (bevolking van 15 jaar en ouder): overzicht van de parameters voor sociale (on-)gelijkheid (met 95 BI), Vlaams Gewest, Gezondheidsenquête Mannen Vrouwen Totale bevolking Odds Ratio 1,0 (0,6 1,9) 1,1 (0,6 1,9) 1,1 (0,7 1,6) PAF () 0,1 (-0,1 0,4) 0,1 (-0,2 0,5) 0,1 (-0,1 0,3) Gini () 2,0 (1,0 2,7) 2,3 (1,1 3,0) 2,1 (1,0 2,9) SII () 0,0 (-9,4 9,4) 3,2 (-8,8 9,4) 0,2 (-9,1 9,5) RII 1,0 (0,9 1,0) 1,0 (0,9 1,0) 1,0 (0,9 1,0) 44

47 Zonder beperking voor blootstelling aan tabaksrook thuis Ruwe en gecorrigeerde percentages Percentage van de huishoudens zonder enige beperking m.b.t. de blootstelling aan tabaksrook thuis, Vlaams Gewest, totale bevolking, volgens enquêtejaar en opleidingsniveau HE04_1 (Ruw) + 95 BI Lager/geen diploma 71.1 ( ) 67.9 ( ) 402 Lager secundair 66.4 ( ) 65.7 ( ) 351 Hoger secundair 62.3 ( ) 63.7 ( ) 594 Hoger onderwijs 44.9 ( ) 48.1 ( ) 574 Lager/geen diploma 38.0 ( ) 36.3 ( ) 314 Lager secundair 37.7 ( ) 35.6 ( ) 291 Hoger secundair 36.6 ( ) 36.4 ( ) 520 Hoger onderwijs 22.7 ( ) 23.7 ( ) 557 Bron: Gezondheidsenquête, België, *Correctie voor leeftijd en/of geslacht op basis van logistisch regressiemodel (Belgische bevolking van 2001 als referentie) Percentage van de huishoudens zonder enige beperking m.b.t. de blootstelling aan tabaksrook thuis, Vlaams Gewest, mannen, volgens enquêtejaar en opleidingsniveau HE04_1 (Ruw) + 95 BI Lager/geen diploma 73.0 ( ) 67.4 ( ) 225 Lager secundair 62.6 ( ) 58.3 ( ) 252 Hoger secundair 62.0 ( ) 60.1 ( ) 465 Hoger onderwijs 42.2 ( ) 42.0 ( ) 466 Lager/geen diploma 35.8 ( ) 32.2 ( ) 150 Lager secundair 37.9 ( ) 33.8 ( ) 189 Hoger secundair 36.1 ( ) 34.1 ( ) 368 Hoger onderwijs 23.2 ( ) 22.7 ( )

48 Bron: Gezondheidsenquête, België, *Correctie voor leeftijd op basis van logistisch regressiemodel (Belgische bevolking van 2001 als referentie) Percentage van de huishoudens zonder enige beperking m.b.t. de blootstelling aan tabaksrook thuis, Vlaams Gewest, vrouwen, volgens enquêtejaar en opleidingsniveau HE04_1 (Ruw) + 95 BI Lager/geen diploma 68.1 ( ) 69.4 ( ) 177 Lager secundair 81.0 ( ) 82.2 ( ) 99 Hoger secundair 63.8 ( ) 63.0 ( ) 129 Hoger onderwijs 62.5 ( ) 62.8 ( ) 108 Lager/geen diploma 40.4 ( ) 41.0 ( ) 164 Lager secundair 37.4 ( ) 38.9 ( ) 102 Hoger secundair 37.8 ( ) 39.3 ( ) 152 Hoger onderwijs 20.7 ( ) 23.0 ( ) 135 Bron: Gezondheidsenquête, België, *Correctie voor leeftijd op basis van logistisch regressiemodel (Belgische bevolking van 2001 als referentie) Socio-economische indicatoren Huishoudens zonder enig beperking tegen de blootstelling aan tabaksrook: overzicht van de parameters voor sociale (on-)gelijkheid (met 95 BI), Vlaams Gewest, Gezondheidsenquête Mannen Vrouwen Totale bevolking Odds Ratio 1,6 (1,0 2,7) 2,3 (0,9 5,9) 1,8 (1,2 2,9) PAF () 25,4 (25,1 25,7) 28,4 (27,8 28,9) 26,1 (25,8 26,4) Gini () 11,7 (1,1 16,9) 11,1 (1,0 15,9) 11,4 (1,0 16,4) SII () -21,8 (-46,7 3,1) -19,9 (-5,5 14,9) -21,9 (-50,4 6,6) RII 2,2 (2,1 2,4) 1,8 (1,6 2,0) 2,1 (1,9 2,2) 46

49 Verzoeken niet binnenshuis te roken Ruwe en gecorrigeerde percentages Percentage van de huishoudens waar beperkingen thuis van kracht zijn en waar rokers worden verzocht niet binnenshuis te roken, Vlaams Gewest, totale bevolking, volgens enquêtejaar en opleidingsniveau HE0402_1 (Ruw) + 95 BI Lager/geen diploma 78.6 ( ) 77.2 ( ) 133 Lager secundair 75.6 ( ) 79.4 ( ) 115 Hoger secundair 73.6 ( ) 76.8 ( ) 229 Hoger onderwijs 85.3 ( ) 87.6 ( ) 304 Lager/geen diploma 90.5 ( ) 89.2 ( ) 171 Lager secundair 79.6 ( ) 78.3 ( ) 176 Hoger secundair 87.0 ( ) 87.4 ( ) 305 Hoger onderwijs 93.0 ( ) 93.6 ( ) 401 Bron: Gezondheidsenquête, België, *Correctie voor leeftijd en/of geslacht op basis van logistisch regressiemodel (Belgische bevolking van 2001 als referentie) 47

50 Percentage van de huishoudens waar beperkingen thuis van kracht zijn en waar rokers worden verzocht niet binnenshuis te roken, Vlaams Gewest, mannen, volgens enquêtejaar en opleidingsniveau HE0402_1 (Ruw) + 95 BI Lager/geen diploma 72.5 ( ) 74.1 ( ) 71 Lager secundair 75.5 ( ) 78.2 ( ) 93 Hoger secundair 73.3 ( ) 74.4 ( ) 182 Hoger onderwijs 84.7 ( ) 85.1 ( ) 261 Lager/geen diploma 84.4 ( ) 84.1 ( ) 84 Lager secundair 85.0 ( ) 84.6 ( ) 117 Hoger secundair 85.3 ( ) 84.9 ( ) 216 Hoger onderwijs 92.6 ( ) 92.1 ( ) 306 Bron: Gezondheidsenquête, België, *Correctie voor leeftijd op basis van logistisch regressiemodel (Belgische bevolking van 2001 als referentie) Percentage van de huishoudens waar beperkingen thuis van kracht zijn en waar rokers worden verzocht niet binnenshuis te roken, Vlaams Gewest, vrouwen, volgens enquêtejaar en opleidingsniveau HE0402_1 (Ruw) + 95 BI Lager/geen diploma 87.1 ( ) 95.3 ( ) 62 Lager secundair 76.1 ( ) 94.1 ( ) 22 Hoger secundair 75.4 ( ) 97.4 ( ) 47 Hoger onderwijs 91.6 ( ) 99.3 ( ) 43 Lager/geen diploma 97.7 ( ) 98.1 ( ) 87 Lager secundair 68.9 ( ) 66.5 ( ) 59 Hoger secundair 90.9 ( ) 94.3 ( ) 89 Hoger onderwijs 94.3 ( ) 97.4 ( ) 95 Bron: Gezondheidsenquête, België, *Correctie voor leeftijd op basis van logistisch regressiemodel (Belgische bevolking van 2001 als referentie) 48

51 Socio-economische indicatoren Huishoudens waar rokers worden verzocht niet binnenshuis te roken: overzicht van de parameters voor sociale (on-)gelijkheid (met 95 BI), Vlaams Gewest, Gezondheidsenquête Mannen Vrouwen Totale bevolking Odds Ratio 0,4 (0,2 1,2) 1,4 (0,2 8,4) 0,6 (0,2 1,3) PAF () -4,8 (-4,9-4,7) -5,0 (-5,1-4,8) -4,7 (-4,7-4,6) Gini () 3,3 (1,6 4,2) 2,8 (1,4 3,6) 3,0 (1,5 3,9) SII () 13,8 (-6,5 34,1) 9,2 (-16,1 34,6) 12,1 (-9,6 33,9) RII 0,9 (0,7 1,0) 0,9 (0,7 1,1) 0,9 (0,7 1,0) 49

52 Slachtoffers van een ongeval met breuk of fractuur tot gevolg Ruwe en gecorrigeerde percentages Percentage van de slachtoffers van een ongeval met een breuk of een fractuur ten gevolge van het recentste ongeval in het jaar voorafgaand aan het interview, Vlaams Gewest, volgens enquêtejaar en opleidingsniveau Totale bevolking TR08_1 (Ruw) + 95 BI Lager/geen diploma 41.8 ( ) 33.1 ( ) 55 Lager secundair 67.1 ( ) 51.3 ( ) 33 Hoger secundair 27.5 ( ) 23.7 ( ) 86 Hoger onderwijs 34.7 ( ) 41.7 ( ) 81 Mannen TR08_1 (Ruw) + 95 BI Lager/geen diploma 48.1 ( ) 45.9 ( ) 22 Lager secundair 57.1 ( ) 41.0 ( ) 14 Hoger secundair 25.9 ( ) 30.6 ( ) 46 Hoger onderwijs 30.2 ( ) 42.6 ( ) 45 Vrouwen TR08_1 (Ruw) + 95 BI Lager/geen diploma 36.3 ( ) 5.6 ( ) 33 Lager secundair 78.9 ( ) 25.3 ( ) 19 Hoger secundair 29.9 ( ) 5.1 ( ) 40 Hoger onderwijs 40.6 ( ) 11.6 ( ) 36 Bron: Gezondheidsenquête, België, *Correctie voor leeftijd op basis van logistisch regressiemodel (Belgische bevolking van 2001 als referentie) 50

53 Socio-economische indicatoren Ongeval met een breuk of een fractuur ten gevolge van het recentste ongeval: overzicht van de parameters voor sociale (on-)gelijkheid (met 95 BI), Vlaams Gewest, Gezondheidsenquête Mannen Vrouwen Totale bevolking Odds Ratio 1,1 (0,3 4,2) 0,4 (0,1 2,2) 0,7 (0,2 1,9) PAF () -23,6 (-24,4-22,8) -26,5 (-27,6-25,4) -25,0 (-25,7-24,4) Gini () 19,5 (11,5 23,6) 21,1 (12,6 25,5) 20,3 (13,2 24,6) SII () 10,2 (-97,5 117,9) 7,7 (-90,3 105,8) 8,9 (-94,4 112,2) RII 0,8 (-1,0 2,6) 0,8 (-0,7 2,3) 0,8 (-0,9 2,4) 51

54 Valincidentie bij bevolking 65 jaar of ouder Ruwe en gecorrigeerde percentages Percentage van de bevolking van 65 jaar en ouder dat gevallen is in het jaar voorafgaand aan het interview, Vlaams Gewest, volgens enquêtejaar en opleidingsniveau Totale bevolking TR09_1 (Ruw) + 95 BI Lager/geen diploma 22.5 ( ) 16.6 ( ) 286 Lager secundair 19.5 ( ) 17.1 ( ) 151 Hoger secundair 26.2 ( ) 23.2 ( ) 168 Hoger onderwijs 13.8 ( ) 14.0 ( ) 118 Mannen TR09_1 (Ruw) + 95 BI Lager/geen diploma 11.7 ( ) 7.4 ( ) 102 Lager secundair 19.7 ( ) 15.0 ( ) 63 Hoger secundair 15.9 ( ) 13.1 ( ) 76 Hoger onderwijs 5.1 ( ) 4.7 ( ) 55 Vrouwen TR09_1 (Ruw) + 95 BI Lager/geen diploma 28.5 ( ) 24.2 ( ) 184 Lager secundair 19.3 ( ) 17.4 ( ) 88 Hoger secundair 33.5 ( ) 31.2 ( ) 92 Hoger onderwijs 21.7 ( ) 22.1 ( ) 63 Bron: Gezondheidsenquête, België, *Correctie voor leeftijd op basis van logistisch regressiemodel (Belgische bevolking van 2001 als referentie) 52

55 Socio-economische indicatoren Valincidentie bij ouderen (65 jaar en ouder): overzicht van de parameters voor sociale (on-)gelijkheid (met 95 BI), Vlaams Gewest, Gezondheidsenquête Mannen Vrouwen Totale bevolking Odds Ratio 1,6 (0,5 5,2) 1,1 (0,4 2,8) 1,2 (0,6 2,6) PAF () 23,7 (21,6 25,9) 22,1 (20,6 23,5) 23,2 (21,9 24,4) Gini () 14,3 (5,3 17,8) 12,4 (5,3 17,8) 13,5 (5,1 16,8) SII () 0,8 (-25,5 27,1) 2,8 (-39,3 45,0) 1,8 (-32,4 35,9) RII 0,9 (-0,4 2,3) 0,9 (-0,2 1,9) 0,9 (-0,2 2,0) 53

Leefstijl en preventie

Leefstijl en preventie Leefstijl en preventie Wetenschap ten dienste van Volksgezondheid, Voedselveiligheid en Leefmilieu. . Inhoudstafel Inhoudstafel... 59 Bestudeerde indicatoren... 61 1. Voedingsgewoonten.... 61 3. Gebruik

Nadere informatie

Gezondheid en samenleving

Gezondheid en samenleving Gezondheid en samenleving Wetenschap ten dienste van Volksgezondheid, Voedselveiligheid en Leefmilieu. . Inhoudstafel Inhoudstafel... 115 Bestudeerde indicatoren... 117 1. Sociale gezondheid..... 117 2.

Nadere informatie

Leefstijl en Preventie

Leefstijl en Preventie Leefstijl en Preventie Wetenschap ten dienste van Volksgezondheid, Voedselveiligheid en Leefmilieu. . Inhoudstafel Inhoudstafel... 87 Inleiding... 89 1. Lichaamsbeweging... 91 Globale lichaamsbeweging...

Nadere informatie

Gezondheid en Samenleving

Gezondheid en Samenleving Gezondheid en Samenleving Wetenschap ten dienste van Volksgezondheid, Voedselveiligheid en Leefmilieu. . Inhoudstafel Inhoudstafel... 231 Inleiding... 233 1. Toegankelijkheid van gezondheidszorgen... 235

Nadere informatie

Belangrijkste resultaten Sociaal-Economische Ongelijkheden in Gezondheid

Belangrijkste resultaten Sociaal-Economische Ongelijkheden in Gezondheid Operationele Directie Volksgezondheid en surveillance oktober 2010 Brussel, België Nr interne referentie : 2010/053 Depotnummer : D/2010/2505/49 ISSN : 2032-9172 Belangrijkste resultaten Sociaal-Economische

Nadere informatie

Gezondheidsenquête, België Methodologie. Wetenschap ten dienste van Volksgezondheid, Voedselveiligheid en Leefmilieu.

Gezondheidsenquête, België Methodologie. Wetenschap ten dienste van Volksgezondheid, Voedselveiligheid en Leefmilieu. Methodologie Wetenschap ten dienste van Volksgezondheid, Voedselveiligheid en Leefmilieu. Methodologie Inleiding Om sociale ongelijkheden in gezondheid in kaart te brengen en om mogelijke trends in de

Nadere informatie

Gezondheidsenquête, België Gezondheidsstatus. Wetenschap ten dienste van Volksgezondheid, Voedselveiligheid en Leefmilieu.

Gezondheidsenquête, België Gezondheidsstatus. Wetenschap ten dienste van Volksgezondheid, Voedselveiligheid en Leefmilieu. Gezondheidsstatus Wetenschap ten dienste van Volksgezondheid, Voedselveiligheid en Leefmilieu. . Inhoudstafel Inhoudstafel... 15 Inleiding... 17 1. Subjectieve gezondheid... 19 2. Chronische aandoeningen...

Nadere informatie

4. Resultaten. 4.1 Levensverwachting naar geslacht en opleidingsniveau

4. Resultaten. 4.1 Levensverwachting naar geslacht en opleidingsniveau 4. Het doel van deze studie is de verschillen in gezondheidsverwachting naar een socio-economisch gradiënt, met name naar het hoogst bereikte diploma, te beschrijven. Specifieke gegevens in enkel mortaliteit

Nadere informatie

Gezondheidsenquête, België Medische consumptie. Wetenschap ten dienste van Volksgezondheid, Voedselveiligheid en Leefmilieu.

Gezondheidsenquête, België Medische consumptie. Wetenschap ten dienste van Volksgezondheid, Voedselveiligheid en Leefmilieu. Medische consumptie Wetenschap ten dienste van Volksgezondheid, Voedselveiligheid en Leefmilieu. . Inhoudstafel Inhoudstafel... 79 Bestudeerde indicatoren... 81 1. Contacten met zorgverstrekkers... 81

Nadere informatie

Passief roken. Edith Hesse

Passief roken. Edith Hesse Passief roken Edith Hesse Wetenschappelijk Instituut Volksgezondheid Oationele Directie Volksgezondheid en surveillance J. Wytsmanstraat, 14 B - 1050 Brussel 02 / 642 57 71 E-mail : his@wiv-isp.be Wetenschap

Nadere informatie

Gezondheidsenquête, België Gezondheidstoestand. Wetenschap ten dienste van Volksgezondheid, Voedselveiligheid en Leefmilieu.

Gezondheidsenquête, België Gezondheidstoestand. Wetenschap ten dienste van Volksgezondheid, Voedselveiligheid en Leefmilieu. Gezondheidstoestand Wetenschap ten dienste van Volksgezondheid, Voedselveiligheid en Leefmilieu. . Inhoudstafel Inhoudstafel... 13 Gezondheidsindicatoren...15 1. Subjectieve gezondheid... 15 2. Chronische

Nadere informatie

GEZONDHEIDSENQUETE 2013

GEZONDHEIDSENQUETE 2013 GEZONDHEIDSENQUETE 2013 RAPPORT 3: GEBRUIK VAN GEZONDHEIDS- EN WELZIJNSDIENSTEN Sabine Drieskens, Lydia Gisle (ed.) Wetenschappelijk Instituut Volksgezondheid Operationele Directie Volksgezondheid en surveillance

Nadere informatie

Preventie van wiegendood bij zuigelingen

Preventie van wiegendood bij zuigelingen Preventie van wiegendood bij zuigelingen Edith Hesse Wetenschappelijk Instituut Volksgezondheid Operationele Directie Volksgezondheid en surveillance J. Wytsmanstraat, 14 B - 1050 Brussel 02 / 642 57 71

Nadere informatie

Resultaten voor België Psychische Gezondheid Gezondheidsenquête, België, 1997

Resultaten voor België Psychische Gezondheid Gezondheidsenquête, België, 1997 6.2.1. Inleiding Binnen de verschillen factoren van risico gedrag heeft alcoholverbruik altijd al de aandacht getrokken van de verantwoordelijken voor Volksgezondheid. De WGO gebruikt de term "Ongeschiktheid

Nadere informatie

Het gebruik van tabak

Het gebruik van tabak Het gebruik van tabak Lydia Gisle Wetenschappelijk Instituut Volksgezondheid Operationele Directie Volksgezondheid en surveillance J. Wytsmanstraat, 14 B - 1050 Brussel 02 / 642 57 53 E-mail : lydia.gisle@iph.fgov.be

Nadere informatie

GEZONDHEIDSENQUETE 2013

GEZONDHEIDSENQUETE 2013 GEZONDHEIDSENQUETE 2013 RAPPORT 2: GEZONDHEIDSGEDRAG EN LEEFSTIJL Lydia Gisle, Stefaan Demarest (ed.) Wetenschappelijk Instituut Volksgezondheid Operationele Directie Volksgezondheid en surveillance J.

Nadere informatie

Mondgezondheid. Johan Van der Heyden

Mondgezondheid. Johan Van der Heyden Mondgezondheid Johan Van der Heyden Wetenschappelijk Instituut Volksgezondheid Operationele Directie Volksgezondheid en surveillance J. Wytsmanstraat, 14 B - 1050 Brussel 02 / 642 57 26 E-mail: johan.vanderheyden@iph.fgov.be

Nadere informatie

Resultaten voor Brussels Gewest Ongevallen Gezondheidsenquête, België, 1997

Resultaten voor Brussels Gewest Ongevallen Gezondheidsenquête, België, 1997 6.10.1. Inleiding De term ongeval kan gedefinieerd worden als 'elk onverwacht en plots voorval dat schade berokkent of gevaar oplevert (dood, blessures,...) of als ' een voorval dat onafhankelijk van de

Nadere informatie

Gezondheidsenquête door middel van Interview België 2001

Gezondheidsenquête door middel van Interview België 2001 Gezondheidsenquête door middel van Interview België 21 Deel 3 Leefstijl IPH/EPI REPORTS nr 22-22 Afdeling Epidemiologie Juliette Wytsmanstraat 14 15 Brussel Tel : 2/642.57.94 e-mail : his@iph.fgov.be http://www.iph.fgov.be/epidemio/epinl/

Nadere informatie

Het gebruik van alcohol

Het gebruik van alcohol Het gebruik van alcohol Lydia Gisle Wetenschappelijk Instituut Volksgezondheid Operationele Directie Volksgezondheid en surveillance J. Wytsmanstraat, 14 B - 1050 Brussel 02 / 642 57 53 E-mail : lydia.gisle@iph.fgov.be

Nadere informatie

BEREIDINGS- EN CONSUMPTIETIJD VAN MAALTIJDEN. AUTEUR Sarah BEL

BEREIDINGS- EN CONSUMPTIETIJD VAN MAALTIJDEN. AUTEUR Sarah BEL BEREIDINGS- EN CONSUMPTIETIJD VAN MAALTIJDEN AUTEUR Sarah BEL Dankwoord Dit werk kon niet worden gerealiseerd zonder de medewerking van een aantal personen. Onze bijzondere dank gaat uit naar: De deelnemers

Nadere informatie

Vaccinatie. Jean Tafforeau

Vaccinatie. Jean Tafforeau Vaccinatie Jean Tafforeau Wetenschappelijk Instituut Volksgezondheid Operationele Directie Volksgezondheid en surveillance J. Wytsmanstraat, 14 B - 1050 Brussel 02 / 642 57 71 E-mail : jean.tafforeau@iph.fgov.be

Nadere informatie

6.7.1. Ongelijkheden in gezondheidstoestand, levensstijl en preventie

6.7.1. Ongelijkheden in gezondheidstoestand, levensstijl en preventie 6.7. Ongelijkheid in Gezondheid 6.7.1. 6.7.1.1. Samenvatting 6.7.1.1.1 Gezondheidsstatus De perceptie van de eigen gezondheid vertoont een negatieve samenhang met het opleidingsniveau: bij personen zonder

Nadere informatie

Resultaten voor Vlaamse Gemeenschap Contacten met de Huisarts Gezondheidsenquête, België, 1997

Resultaten voor Vlaamse Gemeenschap Contacten met de Huisarts Gezondheidsenquête, België, 1997 7.1.1. Inleiding De huisarts vervult een essentiële rol binnen het geheel van de gezondheidszorg. Deze rol is bovendien in volle evolutie. Thema s zoals het globaal medisch dossier en de echelonnering

Nadere informatie

Belangrijkste resultaten

Belangrijkste resultaten Belangrijkste resultaten Wetenschap ten dienste van Volksgezondheid, Voedselveiligheid en Leefmilieu. Belangrijkste resultaten Lichaamsbeweging Het concept gezondheidsgerelateerde lichaamsbeweging werd

Nadere informatie

Resultaten voor België Ongevallen Gezondheidsenquête, België, 1997

Resultaten voor België Ongevallen Gezondheidsenquête, België, 1997 6.10.1. Inleiding De term ongeval kan gedefinieerd worden als 'elk onverwacht en plots voorval dat schade berokkent of gevaar oplevert (dood, blessures,...) of als ' een voorval dat onafhankelijk van de

Nadere informatie

Lydia Gisle, Stefaan Demarest (ed.)

Lydia Gisle, Stefaan Demarest (ed.) GEZONDHEIDSENQUETE 2013 Rapport 2: Gezondheidsgedrag en leefstijl Lydia Gisle, Stefaan Demarest (ed.) Wetenschappelijk Instituut Volksgezondheid Operationele Directie Volksgezondheid en surveillance J.

Nadere informatie

Diensten voor thuiszorg en sociale en preventieve diensten

Diensten voor thuiszorg en sociale en preventieve diensten Diensten voor thuiszorg en sociale en preventieve diensten Edith Hesse Wetenschappelijk Instituut Volksgezondheid Operationele Directie Volksgezondheid en surveillance J. Wytsmanstraat, 14 B - 1050 Brussel

Nadere informatie

Resultaten voor België Roken Gezondheidsenquête, België, 1997

Resultaten voor België Roken Gezondheidsenquête, België, 1997 6.1.1. Inleiding Het tabaksgebruik is een van de voornaamste risicofactoren voor longkanker, ischemische hartziekten en chronische ademhalingsaandoeningen (1). Men schat dat er in Europa niet minder dan

Nadere informatie

Screening van suikerziekte

Screening van suikerziekte Screening van suikerziekte Edith Hesse Wetenschappelijk Instituut Volksgezondheid Operationele Directie Volksgezondheid en surveillance J. Wytsmanstraat, 14 B - 1050 Brussel 02 / 642 57 55 E-mail : edith.hesse@iph.fgov.be

Nadere informatie

Combinaties van risicofactoren

Combinaties van risicofactoren Achtergronddocument Combinaties van risicofactoren Vóórkomen van risicofactoren en clustering Zowel overgewicht als roken clusteren met zwaar alcoholgebruik Zowel overgewicht als dagelijks roken gaan samen

Nadere informatie

GEZONDHEIDSENQUETE 2013

GEZONDHEIDSENQUETE 2013 GEZONDHEIDSENQUETE 2013 RAPPORT 1: GEZONDHEID EN WELZIJN Johan Van Der Heyden, Rana Charafeddine (ed.) Wetenschappelijk Instituut Volksgezondheid Operationele Directie Volksgezondheid en surveillance J.

Nadere informatie

Voedingsstatus. Sabine Drieskens

Voedingsstatus. Sabine Drieskens Voedingsstatus Sabine Drieskens Wetenschappelijk Instituut Volksgezondheid Operationele Directie Volksgezondheid en surveillance J. Wytsmanstraat, 14 B - 1050 Brussel 02 / 642 50 25 E-mail : sabine.drieskens@iph.fgov.be

Nadere informatie

Resultaten voor Brussels Gewest Gezondheidsklachten Gezondheidsenquête, België, 1997

Resultaten voor Brussels Gewest Gezondheidsklachten Gezondheidsenquête, België, 1997 5.4.1. Inleiding De meerwaarde van een gezondheidsenquête in vergelijking met de traditioneel verzamelde gezondheidsinformatie bestaat er o.a. uit dat ook gepeild wordt naar klachten waarvoor niet persé

Nadere informatie

Contacten met paramedische zorgverstrekkers

Contacten met paramedische zorgverstrekkers Contacten met paramedische zorgverstrekkers Edith Hesse Wetenschappelijk Instituut Volksgezondheid Operationele Directie Volksgezondheid en surveillance J. Wytsmanstraat, 14 B - 1050 Brussel 02 / 642 57

Nadere informatie

Voedingsgewoonten. Sabine Drieskens

Voedingsgewoonten. Sabine Drieskens Voedingsgewoonten Sabine Drieskens Wetenschappelijk Instituut Volksgezondheid Operationele Directie Volksgezondheid en surveillance J. Wytsmanstraat, 14 B - 1050 Brussel 02 / 642 50 25 E-mail : sabine.drieskens@iph.fgov.be

Nadere informatie

Houdingen ten aanzien van het levenseinde

Houdingen ten aanzien van het levenseinde Houdingen ten aanzien van het levenseinde Stefaan Demarest Wetenschappelijk Instituut Volksgezondheid Operationele Directie Volksgezondheid en surveillance J. Wytsmanstraat, 14 B - 1050 Brussel 02 / 642

Nadere informatie

Gezondheidsenquête, België Inleiding. Wetenschap ten dienste van Volksgezondheid, Voedselveiligheid en Leefmilieu.

Gezondheidsenquête, België Inleiding. Wetenschap ten dienste van Volksgezondheid, Voedselveiligheid en Leefmilieu. Inleiding Wetenschap ten dienste van Volksgezondheid, Voedselveiligheid en Leefmilieu. Inleiding 1. Context De vergrijzing van de bevolking in onze samenleving is een heuse uitdaging op het gebied van

Nadere informatie

Resultaten voor België Cardiovasculaire preventie Gezondheidsenquête, België, 1997

Resultaten voor België Cardiovasculaire preventie Gezondheidsenquête, België, 1997 6.8.1. Inleiding In deze module worden 2 specifieke preventiedomeinen behandeld: de hypertensie en de hypercholesterolemie. De hart- en vaatziekten zijn aandoeningen die uit het oogpunt van volksgezondheid,

Nadere informatie

Resultaten voor Brussels Gewest Vaccinatie bij Volwassenen Gezondheidsenquête, België, 1997

Resultaten voor Brussels Gewest Vaccinatie bij Volwassenen Gezondheidsenquête, België, 1997 6.4.1. Inleiding. Het belang van vaccinatie programma s is ruimschoots aangetoond geweest. De vragen werden slechts gesteld aan personen van 15 jaar en ouder, aangezien de vaccinale dekking bij kinderen

Nadere informatie

Gezondheidsenquête door middel van Interview België 2001

Gezondheidsenquête door middel van Interview België 2001 Gezondheidsenquête door middel van Interview België 1 Deel 4 Preventie IPH/EPI REPORTS nr 2-22 Afdeling Epidemiologie Juliette Wytsmanstraat 14 5 Brussel Tel : 2/642.57.94 e-mail : his@iph.fgov.be http://www.iph.fgov.be/epidemio/epinl/

Nadere informatie

5. Discussie. 5.1 Informatieve waarde van de basisgegevens

5. Discussie. 5.1 Informatieve waarde van de basisgegevens 5. 5.1 Informatieve waarde van de basisgegevens Relevante conclusies voor het beleid zijn pas mogelijk als de basisgegevens waaruit de samengestelde indicator berekend werd voldoende recent zijn. In deze

Nadere informatie

GEZONDHEIDSENQUETE 2013

GEZONDHEIDSENQUETE 2013 GEZONDHEIDSENQUETE 2013 RAPPORT 2: GEZONDHEIDSGEDRAG EN LEEFSTIJL Lydia Gisle, Stefaan Demarest (ed.) Wetenschappelijk Instituut Volksgezondheid Operationele Directie Volksgezondheid en surveillance J.

Nadere informatie

Resultaten voor Brussels Gewest Alcoholverbruik Gezondheidsenquête, België, 1997

Resultaten voor Brussels Gewest Alcoholverbruik Gezondheidsenquête, België, 1997 6.2.1. Inleiding Binnen de verschillen factoren van risico gedrag heeft alcoholverbruik altijd al de aandacht getrokken van de verantwoordelijken voor Volksgezondheid. De WGO gebruikt de term "Ongeschiktheid

Nadere informatie

Gezondheidsenquête door middel van Interview België 2001

Gezondheidsenquête door middel van Interview België 2001 Gezondheidsenquête door middel van Interview België 2001 Deel 2 Gezondheidstoestand IPH/EPI REPORTS nr 2002-22 Afdeling Epidemiologie Juliette Wytsmanstraat 14 1050 Brussel Tel : 02/642.57.94 e-mail :

Nadere informatie

Resultaten voor Vlaamse Gemeenschap Alcoholverbruik Gezondheidsenquête, België, 1997

Resultaten voor Vlaamse Gemeenschap Alcoholverbruik Gezondheidsenquête, België, 1997 6.2.1. Inleiding Binnen de verschillen factoren van risico gedrag heeft alcoholverbruik altijd al de aandacht getrokken van de verantwoordelijken voor Volksgezondheid. De WGO gebruikt de term "Ongeschiktheid

Nadere informatie

GEZONDHEIDSENQUETE 2013

GEZONDHEIDSENQUETE 2013 GEZONDHEIDSENQUETE 2013 RAPPORT 3: GEBRUIK VAN GEZONDHEIDS- EN WELZIJNSDIENSTEN Sabine Drieskens, Lydia Gisle (ed.) Wetenschappelijk Instituut Volksgezondheid Operationele Directie Volksgezondheid en surveillance

Nadere informatie

Resultaten voor België Risicofactoren voor wiegendood Gezondheidsenquête, België, 1997

Resultaten voor België Risicofactoren voor wiegendood Gezondheidsenquête, België, 1997 6.7.4.1. Inleiding Er werd reeds vroeger bewezen dat een prematuur respiratoir systeem een oorzaak was voor wiegendood. Het gevaar bestond vooral tijdens de slaap. Met de huidige kennis van zaken zijn

Nadere informatie

Centraal Bureau voor de Statistiek. Persbericht. Gezonde leefstijl wint langzaam terrein. Licht dalende trend van zware drinkers

Centraal Bureau voor de Statistiek. Persbericht. Gezonde leefstijl wint langzaam terrein. Licht dalende trend van zware drinkers Centraal Bureau voor de Statistiek Persbericht PB08-018 18 maart 2008 9.30 uur Gezonde leefstijl wint langzaam terrein De laatste jaren zijn Nederlanders iets gezonder gaan leven. Het percentage rokers

Nadere informatie

Klassiek wordt de mate van cariës voorgesteld door een cariës-index (DMFT-index = gemiddeld aantal gecarieerde, afwezige of gevulde tanden).

Klassiek wordt de mate van cariës voorgesteld door een cariës-index (DMFT-index = gemiddeld aantal gecarieerde, afwezige of gevulde tanden). 5.6.1. Inleiding Tandcariës is een ziekte waarbij de gemineraliseerde tandweefsels vernietigd worden als gevolg van zuurvorming die ontstaat bij de fermentatie van koolhydraten door bacteriën in de mond.

Nadere informatie

Resultaten voor Brussels Gewest Tandhygiëne Gezondheidsenquête, België, 1997

Resultaten voor Brussels Gewest Tandhygiëne Gezondheidsenquête, België, 1997 5.6.1. Inleiding Tandcariës is een ziekte waarbij de gemineraliseerde tandweefsels vernietigd worden als gevolg van zuurvorming die ontstaat bij de fermentatie van koolhydraten door bacteriën in de mond.

Nadere informatie

Resultaten voor België Toegang tot de gezondheidszorg Gezondheidsenquête, België, 1997

Resultaten voor België Toegang tot de gezondheidszorg Gezondheidsenquête, België, 1997 8.2.1. Inleiding Er wordt in België sinds enkele jaren een progressieve toename vastgesteld van het deel dat door de patienten voor rekening wordt genomen van de kosten van gezondheidszorgen. In 1997 zal

Nadere informatie

Overgewicht en Obesitas op Curaçao

Overgewicht en Obesitas op Curaçao MINISTERIE VAN Gezondheid, Milieu & Natuur Volksgezondheid Instituut Curaçao Persbericht Overgewicht en Obesitas op Curaçao In totaal zijn 62,6% van de mannen en 67,3% van de vrouwen op Curaçao te zwaar,

Nadere informatie

Medische preventie van cardiovasculaire aandoeningen

Medische preventie van cardiovasculaire aandoeningen Medische preventie van cardiovasculaire aandoeningen Edith Hesse Wetenschappelijk Instituut Volksgezondheid Operationele Directie Volksgezondheid en surveillance J. Wytsmanstraat, 14 B - 1050 Brussel 02

Nadere informatie

Traumata. Sabine Drieskens

Traumata. Sabine Drieskens Traumata Sabine Drieskens Wetenschappelijk Instituut Volksgezondheid Operationele Directie Volksgezondheid en surveillance J. Wytsmanstraat, 14 B - 1050 Brussel 02 / 642 50 25 E-mail : sabine.drieskens@wiv-isp.be

Nadere informatie

Huishoudens die niet gecontacteerd konden worden

Huishoudens die niet gecontacteerd konden worden 4.2. Participatiegraad Om de vooropgestelde steekproef van 10.000 personen te realiseren, werden 35.023 huishoudens geselecteerd op basis van het Nationaal Register. Met 11.568 huishoudens werd gepoogd

Nadere informatie

GEZONDHEIDSENQUETE 2013

GEZONDHEIDSENQUETE 2013 GEZONDHEIDSENQUETE 2013 RAPPORT 2: GEZONDHEIDSGEDRAG EN LEEFSTIJL Lydia Gisle, Stefaan Demarest (ed.) Wetenschappelijk Instituut Volksgezondheid Operationele Directie Volksgezondheid en surveillance J.

Nadere informatie

Sociale gezondheid. Stefaan Demarest

Sociale gezondheid. Stefaan Demarest Sociale gezondheid Stefaan Demarest Wetenschappelijk Instituut Volksgezondheid Operationele Directie Volksgezondheid en surveillance J. Wytsmanstraat, 14 B - 1050 Brussel 02 / 642 57 94 E-mail : stefaan.demarest@wiv-isp.be

Nadere informatie

Resultaten voor België Gezondheidsklachten Gezondheidsenquête, België, 1997

Resultaten voor België Gezondheidsklachten Gezondheidsenquête, België, 1997 5.4.1. Inleiding De meerwaarde van een gezondheidsenquête in vergelijking met de traditioneel verzamelde gezondheidsinformatie bestaat er o.a. uit dat ook gepeild wordt naar klachten waarvoor niet persé

Nadere informatie

Resultaten voor Vlaamse Gemeenschap Risicofactoren voor wiegendood Gezondheidsenquête, België, 1997

Resultaten voor Vlaamse Gemeenschap Risicofactoren voor wiegendood Gezondheidsenquête, België, 1997 6.7.4.1. Inleiding Er werd reeds vroeger bewezen dat een prematuur respiratoir systeem een oorzaak was voor wiegendood. Het gevaar bestond vooral tijdens de slaap. Met de huidige kennis van zaken zijn

Nadere informatie

Resultaten voor Brussels Gewest Roken Gezondheidsenquête, België, 1997

Resultaten voor Brussels Gewest Roken Gezondheidsenquête, België, 1997 6.1.1. Inleiding Het tabaksgebruik is een van de voornaamste risicofactoren voor longkanker, ischemische hartziekten en chronische ademhalingsaandoeningen (1). Men schat dat er in Europa niet minder dan

Nadere informatie

6.1.1. De gezondheidstoestand

6.1.1. De gezondheidstoestand 6.1. Kernboodschap 6.1.1. De gezondheidstoestand Er is een verschuiving in het morbiditeitsprofiel in vergelijking met de gegevens over overlijden. In vergelijking met de voornaamste oorzaken van overlijden

Nadere informatie

GEZONDHEIDSENQUETE 2013

GEZONDHEIDSENQUETE 2013 GEZONDHEIDSENQUETE 2013 RAPPORT 2: GEZONDHEIDSGEDRAG EN LEEFSTIJL Lydia Gisle, Stefaan Demarest (ed.) Wetenschappelijk Instituut Volksgezondheid Operationele Directie Volksgezondheid en surveillance J.

Nadere informatie

Monitor jongeren 12 tot 24 jaar

Monitor jongeren 12 tot 24 jaar Alcoholgebruik Psychosociale gezondheid Genotmiddelen Voeding, bewegen en gewicht Seksueel gedrag Samenvatting en aanbevelingen Monitor jongeren 12 tot 24 jaar Jongerenmonitor In 2011 is in de regio IJsselland

Nadere informatie

Gezondheidsenquête door middel van Interview België 2001

Gezondheidsenquête door middel van Interview België 2001 Gezondheidsenquête door middel van Interview België 2001 Deel 3 Leefstijl IPH/EPI REPORTS nr 2002-22 Afdeling Epidemiologie Juliette Wytsmanstraat 14 1050 Brussel Tel : 02/642.57.94 e-mail : his@iph.fgov.be

Nadere informatie

De Belgische Voedselconsumptiepeiling 1-2004

De Belgische Voedselconsumptiepeiling 1-2004 Afdeling Epidemiologie De Belgische Voedselconsumptiepeiling 1-2004 De Belgische Voedselconsumptiepeiling 1-2004: IPH/EPI REPORTS N 2006 016 Stephanie Devriese, Inge Huybrechts, Michel Moreau, Herman

Nadere informatie

KERNCIJFERS ROKEN 2017

KERNCIJFERS ROKEN 2017 OKTOBER 2018 KERNCIJFERS ROKEN 2017 DE LAATSTE CIJFERS OVER ROKEN, STOPPEN MET ROKEN, MEEROKEN EN HET GEBRUIK VAN ELEKTRONISCHE SIGARETTEN ROKEN IN NEDERLAND 23,1% van de volwassenen (18 jaar en ouder)

Nadere informatie

Lichamelijke Pijn. Sabine Drieskens

Lichamelijke Pijn. Sabine Drieskens Lichamelijke Pijn Sabine Drieskens Wetenschappelijk Instituut Volksgezondheid Operationele Directie Volksgezondheid en surveillance J. Wytsmanstraat, 14 B - 1050 Brussel 02 / 642 50 25 E-mail : sabine.drieskens@iph.fgov.be

Nadere informatie

Inleiding. Bespreking pagina 1

Inleiding. Bespreking pagina 1 5.4.1. Inleiding De meerwaarde van een gezondheidsenquête in vergelijking met de traditioneel verzamelde gezondheidsinformatie bestaat er o.a. uit dat ook gepeild wordt naar klachten waarvoor niet persé

Nadere informatie

GEZONDHEIDSENQUETE 2013

GEZONDHEIDSENQUETE 2013 GEZONDHEIDSENQUETE 2013 RAPPORT 3: GEBRUIK VAN GEZONDHEIDS- EN WELZIJNSDIENSTEN Sabine Drieskens, Lydia Gisle (ed.) Wetenschappelijk Instituut Volksgezondheid Operationele Directie Volksgezondheid en surveillance

Nadere informatie

Belangrijkste resultaten

Belangrijkste resultaten Belangrijkste resultaten Wetenschap ten dienste van Volksgezondheid, Voedselveiligheid en Leefmilieu. Belangrijkste resultaten Subjectieve gezondheid De subjectieve gezondheid is een globale maatstaf

Nadere informatie

Resultaten voor Vlaamse Gemeenschap Voedingsgewoonten Gezondheidsenquête, België, 1997

Resultaten voor Vlaamse Gemeenschap Voedingsgewoonten Gezondheidsenquête, België, 1997 6.6.1. Inleiding De voedingsgewoonte is een van de aspecten van levensstijl met een belangrijke impact op de algemene gezondheid, hetzij via het probleem van obesitas of via de verhoging van de prevalentie

Nadere informatie

GEZONDHEIDSENQUETE 2013

GEZONDHEIDSENQUETE 2013 GEZONDHEIDSENQUETE 2013 RAPPORT 4: FYSIEKE EN SOCIALE OMGEVING Rana Charafeddine, Stefaan Demarest (ed.) Wetenschappelijk Instituut Volksgezondheid Operationele Directie Volksgezondheid en surveillance

Nadere informatie

Resultaten voor Vlaamse Gemeenschap Uitgaven voor Gezondheidszorgen Gezondheidsenquête, België, 1997

Resultaten voor Vlaamse Gemeenschap Uitgaven voor Gezondheidszorgen Gezondheidsenquête, België, 1997 7.7.1. Inleiding De basisprincipes van het huidige Belgische gezondheidssysteem zijn: vrije keuze van geneesheer door de patiënten, therapeutische vrijheid voor de practiserende geneesheren en toegankelijkheid

Nadere informatie

Leefstijl. 6.1 Inleiding. 6.2 Roken

Leefstijl. 6.1 Inleiding. 6.2 Roken Dit rapport is een uitgave van het NIVEL in 2004. De gegevens mogen met bronvermelding (H van Lindert, M Droomers, GP Westert.. Een kwestie van verschil: verschillen in zelfgerapporteerde leefstijl, gezondheid

Nadere informatie

Resultaten voor Brussels Gewest Voedingsgewoonten Gezondheidsenquête, België, 1997

Resultaten voor Brussels Gewest Voedingsgewoonten Gezondheidsenquête, België, 1997 6.6.1. Inleiding De voedingsgewoonte is een van de aspecten van levensstijl met een belangrijke impact op de algemene gezondheid, hetzij via het probleem van obesitas of via de verhoging van de prevalentie

Nadere informatie

Contacten met beoefenaars van niet-conventionele geneeswijzen

Contacten met beoefenaars van niet-conventionele geneeswijzen Contacten met beoefenaars van niet-conventionele geneeswijzen Edith Hesse Wetenschappelijk Instituut Volksgezondheid Operationele Directie Volksgezondheid en surveillance J. Wytsmanstraat, 14 B - 1050

Nadere informatie

Centraal Bureau voor de Statistiek. Persbericht. Leefstijl Nederlander niet verbeterd. Weer meer mensen met overgewicht

Centraal Bureau voor de Statistiek. Persbericht. Leefstijl Nederlander niet verbeterd. Weer meer mensen met overgewicht Centraal Bureau voor de Statistiek Persbericht PB07-021 20 maart 2007 9.30 uur Leefstijl Nederlander niet verbeterd In 2006 zijn Nederlanders niet gezonder gaan leven. Het aandeel volwassen Nederlanders

Nadere informatie

Onderzoeksteam : (in alfabetische volgorde)

Onderzoeksteam : (in alfabetische volgorde) Afdeling Epidemiologie FOD Economie - Algemene Directie Statistiek en Economische Informatie Juliette Wystmansstraat 14 Leuvenseweg 40 1050 Brussel 1000 Brussel Tel : 02/642.57.94 e-mail : his@iph.fgov.be

Nadere informatie

V O LW A S S E N E N

V O LW A S S E N E N GENOTMIDDELEN V O LW A S S E N E N Volwassenen 2009 5 Volwassenenonderzoek 2009 Om inzicht te krijgen in de gezondheid van de inwoners in haar werkgebied, heeft de GGD Zuid-Holland West in 2009 een schriftelijke

Nadere informatie

Resultaten voor Vlaamse Gemeenschap Gezondheidsenquête, België, 1997 Andere gezondheidsvoorzieningen en alternatieve geneeskunde

Resultaten voor Vlaamse Gemeenschap Gezondheidsenquête, België, 1997 Andere gezondheidsvoorzieningen en alternatieve geneeskunde 7.6.1. Inleiding In dit hoofdstuk hebben we het over contacten met de kinesitherapeut, thuisverpleegkunde, voorzieningen voor bejaarden, de diëtist en arbeidsgeneeskundige diensten tijdens het afgelopen

Nadere informatie

FACTS & FIGURES Trends in museum- en tentoonstellingsbezoek ( ) Mathijs De Baere

FACTS & FIGURES Trends in museum- en tentoonstellingsbezoek ( ) Mathijs De Baere Inleiding In deze fiche zal het museum- en tentoonstellingsbezoek van de Vlamingen in kaart gebracht worden op basis van de participatiesurveygegevens van 2004 (n=2849), 2009 (n=3144) en 2014 (n=3965).

Nadere informatie

Monitor jongeren 12 tot 24 jaar

Monitor jongeren 12 tot 24 jaar Alcoholgebruik Psychosociale gezondheid Genotmiddelen Voeding, bewegen en gewicht Seksueel gedrag Samenvatting en aanbevelingen Monitor jongeren 12 tot 24 jaar Jongerenmonitor In 2011 is in de regio IJsselland

Nadere informatie

HOUDING VAN DE BELG TEGENOVER HAAR/ZIJN GEWICHT. AUTEUR Cloë OST

HOUDING VAN DE BELG TEGENOVER HAAR/ZIJN GEWICHT. AUTEUR Cloë OST HOUDING VAN DE BELG TEGENOVER HAAR/ZIJN GEWICHT AUTEUR Cloë OST Dankwoord Dit werk kon niet worden gerealiseerd zonder de medewerking van een aantal personen. Onze bijzondere dank gaat uit naar: De deelnemers

Nadere informatie

GEZONDHEIDSENQUETE 2013

GEZONDHEIDSENQUETE 2013 GEZONDHEIDSENQUETE 2013 RAPPORT 3: GEBRUIK VAN GEZONDHEIDS- EN WELZIJNSDIENSTEN Sabine Drieskens, Lydia Gisle (ed.) Wetenschappelijk Instituut Volksgezondheid Operationele Directie Volksgezondheid en surveillance

Nadere informatie

Resultaten voor Vlaamse Gemeenschap Subjectieve gezondheid Gezondheidsenquête, België, 1997

Resultaten voor Vlaamse Gemeenschap Subjectieve gezondheid Gezondheidsenquête, België, 1997 5.1.1. Inleiding Om de evolutie op het vlak van de gezondheid in de bevolking te kunnen evalueren en bovendien een beter beeld te hebben van de manier waarop de bevolking zelf deze ontwikkelingen beoordeelt,

Nadere informatie

Monitor jongeren 12 tot 24 jaar

Monitor jongeren 12 tot 24 jaar Alcoholgebruik Psychosociale gezondheid Genotmiddelen Voeding, bewegen en gewicht Seksueel gedrag Samenvatting en aanbevelingen Monitor jongeren tot 24 jaar Jongerenmonitor In 2011 is in de regio IJsselland

Nadere informatie

Resultaten voor Vlaamse Gemeenschap Sociale Gezondheid Gezondheidsenquête, België, 1997

Resultaten voor Vlaamse Gemeenschap Sociale Gezondheid Gezondheidsenquête, België, 1997 5.8.1. Inleiding De WHO heeft in haar omschrijving het begrip gezondheid uitgebreid met de dimensie sociale gezondheid en deze op één lijn gesteld met de lichamelijke en psychische gezondheid. Zowel de

Nadere informatie

Resultaten voor Brussels Gewest Lichamelijke Activiteit Gezondheidsenquête, België, 1997

Resultaten voor Brussels Gewest Lichamelijke Activiteit Gezondheidsenquête, België, 1997 6.3.1. Inleiding Recente onderzoeken hebben toegelaten aan te tonen dat lichamelijke activiteiten een wezenlijke impact hebben op de gezondheidstoestand en dat ze van groot belang zijn op het vlak van

Nadere informatie

GEZONDHEIDSENQUETE 2013

GEZONDHEIDSENQUETE 2013 GEZONDHEIDSENQUETE 2013 RAPPORT 2: GEZONDHEIDSGEDRAG EN LEEFSTIJL Lydia Gisle, Stefaan Demarest (ed.) Wetenschappelijk Instituut Volksgezondheid Operationele Directie Volksgezondheid en surveillance J.

Nadere informatie

Resultaten voor Vlaamse Gemeenschap Lichamelijke Activiteit Gezondheidsenquête, België, 1997

Resultaten voor Vlaamse Gemeenschap Lichamelijke Activiteit Gezondheidsenquête, België, 1997 6.3.1. Inleiding Recente onderzoeken hebben toegelaten aan te tonen dat lichamelijke activiteiten een wezenlijke impact hebben op de gezondheidstoestand en dat ze van groot belang zijn op het vlak van

Nadere informatie

Resultaten voor Brussels Gewest Cardiovasculaire Preventie Gezondheidsenquête, België, 1997

Resultaten voor Brussels Gewest Cardiovasculaire Preventie Gezondheidsenquête, België, 1997 6.8.1. Inleiding In deze module worden 2 specifieke preventiedomeinen behandeld: de hypertensie en de hypercholesterolemie. De hart- en vaatziekten zijn aandoeningen die uit het oogpunt van volksgezondheid,

Nadere informatie

6.6.1. Inleiding. Bespreking 5.3.6.2. pagina 1

6.6.1. Inleiding. Bespreking 5.3.6.2. pagina 1 6.6.1. Inleiding De voedingsgewoonte is een van de aspecten van levensstijl met een belangrijke impact op de algemene gezondheid, hetzij via het probleem van obesitas of via de verhoging van de prevalentie

Nadere informatie

MAALTIJDPATROON. AUTEUR Sarah BEL

MAALTIJDPATROON. AUTEUR Sarah BEL MAALTIJDPATROON AUTEUR Sarah BEL Dankwoord Dit werk kon niet worden gerealiseerd zonder de medewerking van een aantal personen. Onze bijzondere dank gaat uit naar: De deelnemers en de enquêteurs voor hun

Nadere informatie

GEZONDHEIDSENQUETE 2013

GEZONDHEIDSENQUETE 2013 GEZODHEIDSEQUETE 2013 RAPPORT 2: GEZODHEIDSGEDRAG E LEEFSTIJL Lydia Gisle, Stefaan Demarest (ed.) Wetenschappelijk Instituut Volksgezondheid Operationele Directie Volksgezondheid en surveillance J. Wytsmanstraat

Nadere informatie

Voedingsprofiel. Hoofdstuk IV. Inleiding en methoden. Studiepopulatie. Voedings- en gezondheidsstatus. Maaltijdpatroon

Voedingsprofiel. Hoofdstuk IV. Inleiding en methoden. Studiepopulatie. Voedings- en gezondheidsstatus. Maaltijdpatroon Hoofdstuk IV Voedingsprofiel Inleiding en methoden Studiepopulatie Voedings- en gezondheidsstatus Voedingsprofiel Maaltijdpatroon Plaats waar maaltijd genomen wordt Specifieke diëten Voedingsmiddelen Voedingssupplementen

Nadere informatie

Resultaten voor Brussels Gewest Chronische Ziekten Gezondheidsenquête, België, 1997

Resultaten voor Brussels Gewest Chronische Ziekten Gezondheidsenquête, België, 1997 Ziekten en langdurige aandoeningen (verder kortweg aandoeningen genoemd) brengen specifieke gevolgen met zich mee voor de gezondheidsbeleving, het dagelijks functioneren en het gebruik van de gezondheidszorg.

Nadere informatie

FACTSHEET CONTINU ONDERZOEK ROOKGEWOONTEN 2013

FACTSHEET CONTINU ONDERZOEK ROOKGEWOONTEN 2013 FACTSHEET MAART 2014 FACTSHEET CONTINU ONDERZOEK ROOKGEWOONTEN 2013 KERNPUNTEN Een kwart (25%) van de Nederlandse bevolking vanaf 15 jaar rookt in 2013: 19% rookt dagelijks en 6% niet dagelijks. Het percentage

Nadere informatie

AFWEZIGHEID VAN HET WERK

AFWEZIGHEID VAN HET WERK LEVENSSTIJL EN CHRONISCHE ZIEKTEN AFWEZIGHEID VAN HET WERK Gezondheidsenquête 2018 _ STEFAAN DEMAREST FINABA BERETE RANA CHARAFEDDINE JOHAN VAN DER HEYDEN 2 Sciensano Epidemiologie en volksgezondheid -

Nadere informatie

Centraal Bureau voor de Statistiek. Persbericht. Gezondere leefstijl blijkt voor velen moeilijk haalbaar

Centraal Bureau voor de Statistiek. Persbericht. Gezondere leefstijl blijkt voor velen moeilijk haalbaar Centraal Bureau voor de Statistiek Persbericht PB10-017 16 maart 2010 9.30 uur Gezondere leefstijl blijkt voor velen moeilijk haalbaar Bijna een op de twee beweegt onvoldoende Ruim een op de tien heeft

Nadere informatie