Samenvattingen. Bedrijfsrecht. Juridische grondslagen van Bedrijfskunde, 4 e druk. W. Grooten. Samengevat door: Jelte Douwsma

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Samenvattingen. Bedrijfsrecht. Juridische grondslagen van Bedrijfskunde, 4 e druk. W. Grooten. Samengevat door: Jelte Douwsma"

Transcriptie

1 Lugus Samenvattingen Bedrijfsrecht Juridische grondslagen van Bedrijfskunde, 4 e druk W. Grooten Samengevat door: Jelte Douwsma (C) Lugus 2006 Samenvattingen Lugus

2 Deze samenvatting is tot stand gekomen in samenwerking met studenten. Lugus stelt zich niet aansprakelijk voor de inhoud van deze samenvatting, zij staat echter wel open voor suggesties en/of verbeteringen. Voor goed gebruik van deze samenvatting, raden wij aan eerst het boek te lezen. Deze samenvatting geldt daarom niet als vervanging van het boek, maar als aanvulling. Succes! Namens Lugus, Litteken (boekencommissie Lugus)

3 Juridische grondslagen van bedrijfskunde Hoofdstuk 1: Rechtsbronnen Verschillende normen - Godsdienstige normen: Uitsluitend voor gelovigen. Het is meer dan gedrag, het is ook een soort innerlijke mentaliteit. - Morele normen: Innerlijke gezindheid met de daaruit voorkomende gedragingen. Het draait om wat is goed en wat is kwaad. Hierbij is er onderscheid tussen de individuele moraal en algemene morele opvattingen (positieve moraal). - Fatsoensnormen: Datgene dat in de uiterlijke omgangsvormen als passend wordt gevonden. Rechtsregels Rechtsregels zijn de spelregels van het maatschappelijk verkeer, met als primair doel: het tot stand brengen van een geordende samenleving. Vanuit de rechtssociologie 5 punten: 1. het scheppen van sociale orde. 2. Het bevorderen van een niet-gewelddadige conflictbeslechting. 3. Het garanderen van de individuele ontplooiing en autonomie van burgers. 4. Het bewerkstelligen van een zo rechtvaardig mogelijke verdeling van schaarse goederen. 5. Het kanaliseren van sociale verandering (geen chaotische veranderingen). Formele rechtsbronnen Positief recht (ius constitutum): het geheel van regels dat op een bepaald tijdstip in Nederland geldt. Het ideaal recht (ius constituendum): het recht zoals we het willen, het ideale geval. Formele rechtsbronnen zijn onder te verdelen in rechtsbronnen van internationale oorsprong en rechtsbronnen van nationale oorsprong. Bronnen van internationaal recht - Internationaal gewoonterecht: een gewoonterecht hangt af van twee factoren. Er is sprake van een algemene praktijk en de overtuiging moet bestaan dat het recht eist dat er volgens de algemene praktijk moet worden gehandeld. - Internationale jurisprudentie: Rechterlijke beslissingen als rechtsbron. Dit vanwege de uitleg die een rechter kan geven aan een bepaalde regel. Vaak wordt er dan internationaal ook zo gehandeld. - Verdragen. De belangrijkste internationale rechtsbron. Rechten en plichten tussen verschillende staten. o Bilateraal verdrag: verdrag tussen 2 landen. o Multilateraal verdrag: verdrag tussen meerdere landen (meer dan twee). Een verdrag moet eerst worden goedgekeurd door de Staten-Generaal. Hierna wordt het geratificeerd door de koning(in). Het wordt pas van kracht als het wordt gepubliceerd in het Traktatenblad. Verdragen kunnen op twee manieren doorwerken in het nationale recht:

4 1. Het incorporatiesysteem (Nederland): Verdragen behoren tot het nationaal recht, zonder aparte rechtshandelingen. 2. Het transformatiesysteem: verdragen worden omgezet tot wetten op nationaal niveau. Besluiten van internationale organisaties Supranationale organisaties: Lidmaatschap hiervan kan ervoor zorgen dat een besluit kan worden doorgevoerd terwijl een staat tegen een besluit heeft gestemd. Hiervoor zijn staten vaak huiverig. (voorbeeld: veiligheidsraad VN) Resoluties: Lidmaatschap geeft geen verplichtingen, maar wel kan er een rechtsovertuiging uit spreken. Hierdoor kan er zich gewoonterecht ontwikkelen. Bronnen van nationaal recht - Gewoonterecht: Belangrijkste voorbeeld is het aftreden van een minister bij onvoldoende steun in de volksvertegenwoordiging. - De wet: algemene regeling uitgevaardigd door het daartoe bevoegd overheidsorgaan. o De wet in formele zin: regeling die afkomstig is van de regering en de Staten- Generaal. o De wet in materiele zin: als een orgaan met wetgevende bevoegdheid een besluit neemt dat voor alle burgers bindende regels bevat. Vaak zijn wetten in formele zin ook wetten in materiele zin, want ze bevatten een algemene regeling. Attributie: indien een wet in de formele zin (vb: grondwet) aan orgaan rechtstreeks de bevoegdheid geeft om wetten in materiele zin te maken. Delegatie: als een orgaan zijn geattribueerde bevoegdheid overdraagt aan een ander orgaan die deze bevoegdheid dan binnen bepaalde grenzen op eigen gezag en verantwoordelijkheid kan uitvoeren. o Organieke wet: wet die haar grondslag vindt in de grondwet (Grw) o Raam- of kaderwet: als de formele wetgever een wettelijke regeling maakt, maar deze nog niet heeft geconcretiseerd, dit concretiseren gebeurd met behulp van Algemene maatregel van bestuur (AMvB) of een ministeriele verordening. Het geeft dus slechts het kader aan van de wet. o Wijzigingwet: Een wet waarmee er wijzigingen in een bestaande wet worden gemaakt. o Reparatiewet: voorbeelden zijn leemtes in belastingwetgeving. Deze moeten worden gerepareerd omdat mensen er misbruik van maken. - Jurisprudentie: Uitspraken van met rechtspraak belaste instanties kunnen een rechtsbron in de formele zin vormen. Rechters zullen rekening houden met eerdere uitspraken over soortgelijke gevallen. Doordat een rechtszoekende een uitspraak kan voorleggen aan een andere hogere rechter, zal de uitspraak van een hogere rechter in de toekomst in soortgelijke gevallen in gedachte worden gehouden. Ook zijn wetteksten lang niet altijd even duidelijk, hierdoor moet de jurisprudentie hier uitleg aan geven.

5 Rangorde van geschreven rechtsregels Verdragsregels ( en andere internationale regelgeving) staan boven nationaal recht. Van de nationale regels is de volgorde: Grondwet De wetten in formele zin Algemene maatregel van bestuur (AMvB) Ministeriele regelingen Verordeningen (eerst provinciaal, dan gemeentelijk en dan waterschappen) Hoofdstuk 2: De rechtsgebieden Privaatrecht vs. Publiekrecht - Privaatrecht (civiel recht): horizontale relaties tussen burgers en organisaties - Publiekrecht: verticale relaties tussen overheid en burgers, maar ook de juridische verhoudingen tussen overheid en de burgers. Belangrijk voor onderscheidt zijn: 1. de aard van de partijen of het type van de rechtsverhouding: een overheid kan ook als een particulier aan het rechtsverkeer deelnemen. (Vb: de gemeente die een gebouw huurt voor iets. Is een privaatrechtelijke relatie, pas als er dingen gebeuren die alleen een overheid kan is het een publiekrechtelijke relatie.) 2. de aard van het te beschermen belang: bij privaatrecht gaat het om eigen belang (of van een groep). Bij publiek recht gaat het om algemeen belang. 3. de middelen tot rechtshandhaving: In het publiekrecht kunnen er gevallen zijn dat een probleem met een burger kan worden opgelost zonder tussenkomst van een rechter. Privaatrecht kan worden onderscheidden in: - Internationaal privaatrecht: rechtsverhoudingen met internationale aspecten. - Nationaal privaatrecht: o Personen- en familierecht: zoals nationaliteit, huwelijk, echtscheiding, etc. o Vermogensrecht: op geld waardeerbare zaken, zoals een huis, een boot, etc. o Goederenrecht: het deel van het vermogensrecht dat betrekking heeft op de rechtsverhouding van een persoon tot een goed. o Verbintenissenrecht: dat deel van het vermogensrecht dat de rechtsverhoudingen van mens tot mens regelt. o Handelsrecht: rechtsregels m.b.t. handel en verkeer. o Erfrecht: zowel familierechtelijke als vermogensrechtelijke betrekkingen. Publiekrecht kan worden onderscheidden in: - Internationaal publiekrecht: verhoudingen tussen soevereine staten. - Nationaal publiekrecht: o Het Staatsrecht: hierin staat de organisatie van de staat vastgelegd. o Het Bestuursrecht (administratief recht): verhoudingen tussen de burgers en de overheid. o Het Strafrecht: betrekking tot de gedragingen van de burgers.

6 Hoofdstuk 3: De organisatie van de overheid De organisatie van de internationale overheid Er kan worden gesteld dat er geen internationale overheid is. Wel zijn er instanties die regelgeving creëren, maar er is niet één centrale bron van regelgeving. Volkenrecht Volkenrecht: het recht dat geldt tussen zelfstandige staten. Monistische opvatting: het nationaal en internationaal recht bestaan naast elkaar waarbij er één recht ondergeschikt aan de andere. Dualistische opvatting: er zijn twee zelfstandige rechtsstelsels die naast elkaar kunnen bestaan. Dit is de meest praktische benadering zolang er geen conflict tussen nationaal en internationaal recht ontstaat. In het volkenrecht is er geen verplichting om zich aan de rechtsmacht van een internationaal gerecht te onderwerpen, omdat er geen goed functionerend dwangapparaat is. Het uiterste geval in de praktijk is oorlog. Vaak worden embargo s (verbod van export) gebruikt. Internationale organisaties Een internationale organisatie moet voldoen aan een aantal eisen: - een permanent karakter - door staten zijn opgericht (gouvernementeel) - op basis van een verdrag opgericht - gericht zijn op de verwezenlijking van bepaalde doelstellingen gouvernementele organisaties: organisatie opgericht door staten non-gouvernementele organisaties: organisatie niet opgericht door staten (vb: Greenpeace) in juridisch opzicht kan er een verdeling worden gemaakt naar intergouvernementele organisaties en supranationale organisaties. - intergouvernementele organisaties: ontwikkelen van gemeenschappelijk beleid, geen overdracht van soevereiniteit. Bij bindende besluiten moet iedereen vóór stemmen. (vb: UN en NATO) - supranationale organisaties: wel overdracht van soevereiniteit, dus meerderheid van stemmen leidt tot verplichtingen. (vb: veiligheidsraad UN en EU) De United Nations (UN) De belangrijkste hoofdorganen zijn: - de Algemene Vergadering: het uitstippelen van het beleid van de UN. Ieder UN-lid heeft één stem - De Veiligheidsraad: Belast met de handhaving van de internationale vrede en veiligheid. Bestaat uit 15 leden, waarvan 5 permanent (China, Amerika, Rusland, Frankrijk en Groot-Brittannië). Een besluit wordt aangenomen als negen leden voor stemmen. Alle permanente leden hebben een vetorecht. - De secretaris generaal: benoemd door de Algemene Vergadering op aanbeveling van de veiligheidsraad. De hoogste administratieve ambtenaar van de UN. Geeft formeel leiding aan het secretariaat van de UN.

7 - Het internationaal gerechtshof: bevindt zich in Den Haag en bestaat uit 15 rechters van de 15 verschillende nationaliteiten. Heeft geen grote bevoegdheden, omdat de staten niet hun soevereiniteit wilden verliezen. Hierdoor beslist het alleen over geschillen tussen staten. Hierbij kan van te voren uitgesproken worden of een staat zich onderwerpt aan de uitspraak. - De economische en sociale raad (ECOSOC): de bevordering van de samenwerking op economisch, sociaal en humanitair gebied. De raad van Europa (geen Europese raad) De raad van Europa kent twee organen: het Comité van Ministers en de Parlementaire Assemblée. Worden bijgestaan door het secretariaat van de raad met aan het hoofd daarvan de Secretaris-Generaal. - Het comité van Minsters: stelt het beleid vast en is samengesteld uit ministers van buitenlandse zaken. - De Parlementaire Assemblée: naar ratio van het aantal inwoners vertegenwoordigd door leden van de nationale parlementen. Belangrijkste verdragen gecreëerd door de raad van Europa - De Europese conventie inzake uitlevering (1957): eenvormige regels over de uitlevering van personen die worden gezocht voor een strafbaar feit. - Het Europees sociaal handvest (1965): de rechten en fundamentele vrijheden van de mens op economisch en sociaal gebied vastgelegd. (vb: recht op staken) - Het Europese verdrag tot bescherming van de mens en de fundamentele vrijheden (1950): Verdrag van Rome, klassieke mensenrechten, zoals het recht op leven, recht op een eerlijk proces, etc. De raad van Europa heeft een commissie: de Europese commissie voor de rechten van de mens (De Commissie). Hierbij kunnen schendingen worden aangegeven door een individuele burger, een groep burgers of een particuliere organisatie. Dit komt dan voor het gerechtshof in Straatsburg. Hierbij moet aan drie dingen worden voldaan: 1. Alleen een klacht indienen wanneer de staat de mogelijkheid tot klagen heeft erkend (Nederland heeft dit erkend) 2. Alleen wanneer alle nationale rechtsmiddelen zijn uitgeput. 3. klacht moet zijn ingediend binnen 6 maanden na de uitspraak van het hoger beroep. De Europese Unie (EU) Begonnen met Europese gemeenschap voor kolen en staal (EGKS) in Van hieruit in 1957 de Europese economische gemeenschap. Later samenvoeging van vorige twee en Europese gemeenschap voor atoomenergie (EGA) in Europese Gemeenschap (EG) (1993). De EG is een onderdeel van de EU. Taken en bevoegdheden: intergratie op sociaal-economisch gebied (supranationaal), samenwerking op gebied van buitenlands beleid (gouvernementeel) en samenwerking op het gebied van binnenlandse zaken en justitie (gouvernementeel). De voornaamste organen van de EU: - De Europese raad: bestaat uit de regeringsleiders van de lidstaten (minister-president). Uitstippelen van de grote beleidslijnen van de EU en EG.

8 - De raad van ministers: bestaat uit ministers van de verschillende staten (25). Dit hangt af van het onderwerp, als het gaat over landbouw, dan komt de minister van landbouw. Het is het belangrijkste wetgevende orgaan, besluit wordt genomen bij gewone meerderheid (helft + 1). - De Europese commissie: bestaat uit één onderdaan per lidstaat (25). Toezicht op uitvoering van de richtlijnen van de EU. Kan ook zelfstandige initiatieven op regelgeving. - Het Europees parlement: bestaat uit gekozen mensen uit de lidstaten. Aantal in parlement hangt af van grote van land en betekenis van een land. Een controlerend functie ten opzichte van de Europese commissie. De besluitvorming binnen de EU: - De verordening: verbindend voorschrift dat rechtstreeks toepasbaar is in de verschillende lidstaten. - De richtlijn: de lidstaten moeten aan de hand van deze richtlijnen hun nationale wetgeving aanpassen. - De beschikking: een beslissing die zich nadrukkelijk tot de geadresseerde richt. Vaak een ontheffing van een verbod (uit verdrag of verordening). Het hof van Justitie: Het belangrijkste rechterlijke orgaan van de Gemeenschap. Alle lidstaten zijn verplicht zich aan de uitspraken te houden. Het is gevestigd in Luxemburg en telt 25 rechters. De organisatie van de Nederlandse overheid Beginselen van de rechtstaat: - Grondrechten: Onvervreemdbare rechten die de mens van nature toekomen. o Klassieke grondrechten: Gelijkheidsrechten, vrijheidsrechten en de politieke rechten o Sociale grondrechten: De verplichting van de overheid om te werken naar politieke idealen. (vb: de zorg van de overheid voor de bewoonbaarheid van het land). Verticale werking van de grondrechten draaien om de verhouding tussen overheid en burger. Horizontale werking van de grondrechten draaien om de verhouding tussen burgers. - Het legaliteitsbeginsel: Elke bevoegdheid waarbij de vrijheid van de burger wordt ingeperkt moet berusten op wet. Hierdoor mag een rechter niet naar analogie handelen. - Het beginsel van de democratie: burgers kiezen door wie ze worden geregeerd. - De machtenscheiding: Een wetgevende macht, een uitvoerende macht en een rechtsprekende macht. De trias in Nederland: Wetgevende macht Staten-Generaal (= eerste + tweede kamer) en de regering (= ministers + koning(in)) Uitvoerende macht regering (mengeling van functie!!!) Rechtsprekende macht onafhankelijke rechters (benoemt voor het leven) Decentralisatie: de staatsmacht die wordt toegewezen aan lagere overheden. - territoriale spreiding: onbepaald aantal bevoegdheden voor een bepaald territoir (vb: gemeente)

9 - functionele spreiding: bepaalde bevoegdheden zonder territoriale grenzen ook een mix van beide spreidingen mogelijk (vb: waterschappen). De tweede kamer: 150 leden gekozen door het volk De eerste kamer: 75 leden (senatoren) gekozen door de Provinciale Staten (indirect) De regering: ministers + koning(in), kabinet bestaat uit ministers en staatssecretarissen. Ministers zonder staatssecretarissen en zonder koning(in) is de ministerraad. Het ontstaan van een wet in de formele zin: - als het initiatief uitgaat van de regering: o een wetsontwerp wordt gemaakt door een bepaald departement en wordt dan voorgelegd aan de ministerraad. Gaat deze akkoord dan gaat het ontwerp naar de raad van State (raadgevend regeringscollege). De raad is gesplitst in verschillende afdelingen één voor elk departement. Vervolgens gaat het naar de tweede kamer. Hier hebben ze het recht van amendement (om iets te veranderen). Dan naar de eerste kamer, hier is geen amendement. Als dan nog is goedgekeurd gaat de wet naar de koning(in) en komen er de handtekeningen onder. Hij wordt van kracht bij publicatie in het staatsblad. Wetgevende macht bij de provinciale overheid Provinciale Staten (PS): aantal leden hangt af van het aantal inwoners in een provincie. Regelingen worden verordeningen genoemd. Het kan ook dat de centrale overheid een regeling maakt die nader moet worden uitgewerkt door de PS. Bestuurlijke macht bij de provinciale overheid: Gedeputeerde staten: is het dagelijks bestuur van de provincie. Gekozen uit de leden en door de leden van de provinciale staten. Voor hun handelingen zijn ze verantwoording schuldig aan de provinciale staten. De commissaris van de koningin: is de voorzitter van de provinciale staten en van de gedeputeerde staten. Heeft stemrecht en wordt gecontroleerd door de PS. Hij kan niet worden ontslagen door de PS, omdat hij is aangesteld door de Regering. Wetgevende macht bij de gemeentelijke overheid: De gemeenteraad: Gekozen door de inwoners van een gemeente. Vergelijkbaar met de provinciale staten. Het college van burgemeester en wethouders: gekozen uit de gemeenteraad. Wethouders voeren uit wat de gemeenteraad plant. De burgemeester: benoemt door de regering. Is voorzitter van het college van B&W. en controleert of het college van B&W zich wel houdt aan de richtlijnen van de gemeenteraad. De bestuurlijke macht bij de gemeentelijke overheid: Wordt gedaan door de gemeenteraad. De rechterlijke macht: - De burgerrechtelijke rechtspraak (civiele rechtspraak) (enkele materieel) - De strafrechtelijke rechtspraak (gedragingen vanuit het strafrecht) - De bestuursrechtelijke rechtspraak (met overheid) Vroeger (voor 2002)- kantongerechten, rechtbanken, gerechtshoven en de hoge raad. Nu geen kantongerecht meer (geïntegreerd in rechtbank).

10 Competentie: de werkverdeling tussen de rechterlijke instanties. Hierbij is de absolute competentie welke rechterlijke macht moet worden aangesproken en de relatieve competentie welke van de negentien rechtbanken de zaak in behandeling moet nemen. (in burgerlijke zaken de woonplaats van de gedaagde, bij strafzaken de plaats van het delict en bij bestuurszaken de plaats van het bestuursorgaan die het bestreden besluit heeft genomen). Rechtbanken: negentien in Nederland (met een sector kanton). Kan enkelvoudig zijn (één rechter) of meervoudig (vaak drie rechters). Gerechtshoven: zijn er vijf in Nederland. Wanneer de Rechtbanken er niet uitkomen. De Hoge Raad: wanneer de Gerechtshoven er niet uitkomen. Hoger beroep tegen een uitspraak van de rechtbank. Allen voor vorderingen met een waarde van groter dan 1750 Euro. Bij burgerlijke zaken en strafrechterlijke zaken bij de gerechtshoven. Bij bestuursrechterlijke zaken bij afdeling bestuursrechterlijke zaken van de Raad van State. De Hoge Raad kan zaken terugwijzen als er een verkeerd besluit is genomen. De zaak kan worden verwezen naar een ander resort. De hoge raad kan ook zelf dingen afhandelen (komt zelden voor). Hoofdstuk 4: Bestuursrecht Bestuursrecht is belangrijk vanwege de stakeholders van een bedrijf (of iets anders). De overheid is altijd stakeholder van iets. Het is voornamelijk een ondersteunend iets en wordt daarom ook wel administratief recht genoemd. Bijzonder bestuursrecht: bestuursrecht op een specifiek niveau. Algemeen bestuursrecht (Awb): bestuursrecht op een zeer algemeen niveau. Soorten voorschriften: - Dwingend recht: meeste voorschriften van het Awb. Alleen de formele wetgever kan afwijken van het voorschrift. - Regelend recht: Een hoofdregel, met daarbij de mogelijkheid om in specifieke gevallen ervan af te wijken (door bijv. gemeente). - Aanvullend recht: als er geen wettelijke bepaling is kan het Awb dienen als vangnet. Formeel bestuursrecht: de wijze van totstandkoming van administratiefrechtelijke rechtsnormen. (puur de vorm) Materieel bestuursrecht: De inhoud van deze rechtsnormen De bestuursinrichting van Nederland - Bestuursorganen bij de centrale overheid: in bepaalde gevallen aan individuele ministers. - Bestuursorganen bij de gedecentraliseerde overheden: provincies, gemeenten en doelcoöperaties. Spreiding van bestuursbevoegdheden door het algemeen bestuur, het dagelijks bestuur en de voorzitter. - Bestuurscommissies: bijv. een wijkraad - Zelfstandige bestuursorganen: een commissie bestaande uit deskundigen van een bepaald vakgebied.

11 - Privaatrechtelijke organisaties: o Door overheid: stichtingen voor bejaardenzorg, etc o Door particulieren opgericht: in de loop van de jaren bevoegd verklaard voor bestuurshandelingen. Bestuurshandelingen en bestuursbesluiten Bestuurshandelingen: - Feitelijke handelingen: is voor de burger een tastbaar en waarneembaar (vb. vuilnis ophalen) - Rechtshandelingen: deze roepen rechtsgevolgen in het leven (vb. krijgen van een milieuvergunning, dit brengt rechtsgevolgen voor het bedrijf mee.) Privaatrechtelijke rechtshandelingen: Als er een overeenkomst wordt gemaakt naar burgerlijk recht. (vb. het kopen van computers) Publiekrechtelijke rechtshandelingen: Wanneer er iets gebeurd dat alleen een overheid kan. - Meerzijdige publiekrechtelijke handelingen: rechtsgevolgen die twee kanten opwerken. - Eenzijdige publiekrechtelijke handelingen: werkt één kant uit. Het besluit: Het meest centrale begrip uit de Awb, een schriftelijke beslissing van een bestuursorgaan inhoudende een publiekrechtelijke rechtshandeling. - besluiten van algemene strekking: algemeen karakter (of voor een grote groep). Wetten in formele zin bijvoorbeeld. - Beschikkingen: een besluit voor een specifiek, individueel geval. o Gebonden en vrije beschikkingen: gebonden is duidelijk wanneer een beschikking mag worden gegeven (afgebakend). Bij een vrije beschikking mag de overheid min of meer zalf bepalen wanneer een beschikking telt. o Rechtvaststellende beschikkingen: brengt alleen de rechtsgevolgen naar een individueel niveau (vb. vennootschapsbelasting). o Rechtscheppende beschikkingen: brengen wijzigingen aan in een bepaalde toestand waardoor er bepaalde rechtsgevolgen van kracht worden. o Beschikkingen met een sanctiekarakter: Intrekken van de begunstigende beschikking Opleggen van een bestuurlijke dwangsom, boete als het niet op tijd in orde is. Bestuurlijke boete Bestuursdwang, op kosten van de overtreder de afwijking van de norm in orde brengen De bronnen van het bestuursrecht Geschreven bronnen: Bij het uitoefenen van een overheidsbevoegdheid moet het geschreven recht hem die bevoegdheid verlenen. Ongeschreven bronnen: algemene beginselen van behoorlijk bestuur: - Het beginsel van correcte bejegening o Informeren van belanghebbende bij de voorbereiding van een besluit o Gelegenheid bieden aan belanghebbenden tot herstel van verzuim

12 o Waarschuwingsplicht o Fatsoenlijke behandeling (fair play) - Het beginsel van zorgvuldig onderzoek o De zorg die bij het verzamelen van relevante feiten hoort te worden betracht o De bevoegdheid of de verplichting tot het vragen van advies o De methode van onderzoek o De diepgang van het onderzoek - Het beginsel van zorgvuldige beslissingprocedure - Het beginsel van deugdelijke besluitvorming - Het beginsel van motivering - Het gelijkheidsbeginsel - Het vertrouwensbeginsel - Het beginsel van redelijke en billijke belangenafweging - Het beginsel van zorgvuldig kennisgeving Rechtsbescherming tegen overheidshandelen - preventieve rechtsbescherming: o aanvraag of ontwerpbesluit moet tenminste 4 weken te inzage liggen o de aanvraag of ontwerpbesluit moet openbaar kenbaar worden gemaakt o belanghebbenden moeten de gelegenheid hebben om in de termijn dat het ter inzage ligt mondeling dan wel schriftelijk hun zienswijze over de aanvraag of ontwerpbesluit te geven. - Repressieve rechtsbescherming (in Awb) o Bezwaar: voordat er een beroep wordt aangetekend kan iemand een bezwaar maken, hierdoor kan er iets worden bijgesteld. Moet gaan om eigen belang Moet gaan om persoonlijk belang Moet gaan om een objectief bepaalbaar belang Moet gaan om een rechtstreeks belang o Administratief beroep: bezwaar bij een ander (vaak hoger) bestuursorgaan (alleen mogelijk bij enkele specifieke wetten) o Beroep op de administratieve rechter: kan alleen als er een bezwaar is gemaakt. Rechtbank doet onderzoek: Rechtbank kan zich onbevoegd laten verklaren Niet-ontvankelijk (bv. Als indiener geen belanghebbende is) Ongegrond laten verklaren Gegrond laten verklaren - Hoger beroep: afdeling bestuursrechtspraak bij de raad van state - Voorlopige voorziening: een beroep of bezwaar leidt niet tot een schorsende werking - Kosten bezwaar: als beroep is gegrond zal het bestuur de gemaakte kosten moeten vergoeden Hoofdstuk 5: Vermogenrecht Objectieve rechten: het positief recht waarin rechten en plichten worden omschreven. Doet rechten ontstaan waaraan bevoegdheden worden ontleend. Subjectieve rechten: een aan het objectief recht ontleende bevoegdheid. Rechtssubjecten - Natuurlijke personen: mensen van vlees en bloed

13 - Rechtspersonen: juridische organisaties o Publiekrechtelijke rechtspersonen o Privaatrechtelijke rechtspersonen o Kerkgenootschappen Feiten en rechtsfeiten Een feit waaraan een rechtsgevolg wordt verbonden noem je een rechtsfeit. - Blote rechtsfeiten: zonder persoonlijk ingrijpen gebeuren, maar wel leiden tot rechtsgevolgen (vb. geboren worden, sterven). - Rechtsfeiten die bestaan uit handelingen van personen. Rechtshandelingen: wanneer een persoon met zijn handelen een rechtsgevolg in het leven wil roepen De wil en de wilsuiting: Een rechtshandeling vereist een op een rechtsgevolg gerichte wil die zich door een verklaring heeft geopenbaard. Meerzijdige en eenzijdige rechtshandelingen - Eenzijdige rechtshandeling: draait om de wilsuiting van één persoon (vb. opmaken van een testament). - Meerzijdige rechtshandeling: wilsuitingen van meerdere personen gericht op hetzelfde rechtsgevolg (overeenkomsten). Feitelijke handelingen Gedragingen met rechtsgevolgen die niet zijn beoogd (vb. bij het parkeren tegen iemand anders zijn auto aanrijden). - De onrechtmatige daad: maakt niet uit of de persoon het wel of niet wilde doen. Zolang er maar sprake is van een onrechtmatige daad. - De rechtmatige daad: niet in strijd met recht, maar er gebeurd toch een rechtsgevolg (vb. iemand betaald twee keer dezelfde rekening, andere partij moet terug betalen). Vermogen en vermogenbestanddelen - Zaken: alle stoffelijke objecten die voor menselijke beheersing vatbaar zijn (wel huisdieren geen mensen). o Eigenaar van een zaak is ook eigenaar van alle bestanddelen van een zaak ( natrekking ) o Voorbeeld, als je een bedrijfspand huurt en je legt er een vloer in, dan is de eigenaar van het bedrijfspand ook eigenaar van de vloer (vloer is bestanddeel). - Vermogensrechten: o Zakelijke (absolute) rechten: kan zijn een zaak (stoffelijk), maar ook het auteursrecht. o Persoonlijke (relatieve) rechten: een bevoegdheid die werkt voor één of één groep personen. Recht op aflevering van een auto is alleen bij de garage waar auto is gekocht. o Beperkte rechten: afgeleiden van een meer omvattend recht. Genotsrecht (of gebruiksrecht): het genot van een zaak Zekerheidsrecht: iets gebruiken als pand (bijvoorbeeld ivm schulden met bank)

14 Hoofdstuk 6: overeenkomstenrecht Verbintenis: wederzijdse rechten en plichten, dus een vermogensrechtelijke verplichting tussen twee of meer partijen waarbij over en weer de ene partij (crediteur of schuldeiser) recht heeft op een bepaalde prestatie, terwijl de andere partij (debiteur of schuldenaar) de plicht heeft om te presteren. Bronnen van verbintenissen - Het ongeschreven recht: veelal gewoonterecht en jurisprudentie. - Een eenzijdige rechtshandeling: een handeling van één of meer personen waarbij deze een bepaald rechtsgevolg teweeg willen brengen. - De overeenkomst en de wet: de belangrijkste bronnen van verbintenissen. Overeenkomsten - Soorten overeenkomsten: o Consensuele overeenkomsten: komt tot stand als partijen een wilsovereenkomst bereiken. Met noemt het ook wel een mondelinge overeenkomst. Dit zijn alle overeenkomsten tenzij de wet anders bepaald (vb. huurovereenkomst). o formele overeenkomsten: hierbij is er tevens een akte nodig (vb. huurkoopovereenkomst). o Overeenkomsten van voorbijgaande aard: bij het voldoen aan één enkele prestatie is de verbintenis ook ten einde. o Overeenkomsten van voortdurende aard: verplichting tot opeenvolgende dan wel voortdurende prestaties (vb. huurovereenkomst). o Wederkerige overeenkomsten: wanneer een overeenkomst voor beide partijen verplichtingen in het leven roept. Er is een soort ruilelement aanwezig. (vb. werken in ruil voor loon). o Eenzijdige overeenkomsten: slechts één partij heeft de plicht om één of meer prestaties te doen (vb. schenking). Benoemde overeenkomst: een overeenkomst die uitdrukkelijk in de wet wordt genoemd. Hierdoor gelden er bijzondere voorschriften (vb. een koopovereenkomst). Onbenoemde overeenkomst: staat niet uitdrukkelijk in de wet vermeld. Het ontstaan van de overeenkomst - Handelings(on)bekwaamheid: wanneer iemand handelingsbekwaam is dan kan iemand zich door eigen rechtshandelingen ergens aan binden. Voorbeelden van handelsonbekwaam zijn: minderjarigen, onder curatele gestelden, etc. o Minderjarigen zijn altijd handelsonbekwaam op de volgende uitzonderingen na: Handelt met de mondelinge of schriftelijke toestemming van de wettelijke vertegenwoordiger Als het gaat om studie of levensonderhoud en het geld is ter beschikking gesteld door de wettelijke vertegenwoordiger. Bij handlichting (gedeeltelijk bekwaam, denk aan vakantiewerk). - Wilsovereenstemming: o Het aanbod: een eenzijdige rechtshandeling waarbij één partij een overeenkomst wil met een andere partij.

15 o De aanvaarding: als een aanbod is aanvaard kan de aanbieder zijn aanbod niet meer wijzigen. Als het nog niet is aanvaard kan het wel worden gewijzigd. o Kenbaar maken van de wil: hand opsteken bij een veiling. o Wil en & Verklaring: stel dat een winkel adverteert met korting op de nieuwste PC s, het blijkt dat de korting alleen geldt op de oude PC s. Wie staat er in zijn recht? Het draait om de vertrouwensleer, wanneer er onder de gegeven omstandigheden en redelijkerwijze niet aan hoeft te worden getwijfeld dan staat de koper in zijn recht. In extreme gevallen gaat de vertrouwensleer natuurlijk de andere kant op. o De wilsgebreken: wanneer de wil gebrekkig tot stand is gekomen. Dwaling: de wil is gevormd bij een onjuiste voorstelling van zaken. De wederpartij van de dwalende gaf de verkeerde inlichtingen. Bij het sluiten van de partij hebben beide partijen gedwaald. Bedreiging Bedrog (Opzettelijke dwaling) Misbruik van omstandigheden: bijv. onervarenheid - Geen strijd met een wettelijk voorschrift o Geen strijd met openbare orde en goede zeden De rechtsgevolgen van een overeenkomt - De overeengekomen rechtsgevolgen: een overeenkomst bestaat uit meerdere bedingen (clausules). Hierin zijn de betrokken partijen volgens de wet aan hun afspraken gebonden. - Algemene voorwaarden: standaardset van schriftelijke bedingen welke altijd terugkeren. Van een koper: inkoopvoorwaarden, van een verkoper: leveringsvoorwaarden. o De consument is zeer snel gebonden aan de algemene voorwaarden. Of de consument op de hoogte is doet er eigenlijk niet toe. Wel heeft de gebruiker een informatieplicht (redelijkerwijs). Deze informatieplicht kan als volgt: Persoonlijk overhandigen Zeggen waar ze ter inzage liggen (vb. KvK, bij hemzelf, etc) o Bescherming van de wederpartij: doordat de consument snel gebonden is, zijn er aspecten die de consument in zijn gelijk kunnen stellen bij problemen: De aard en de overige inhoud van de overeenkomst De wijze waarop de voorwaarden tot stand zijn gekomen De wederzijdse kenbare belangen van de partij De overige omstandigheden van het geval + als uitbreiding van deze vage termen, ook de zgn. zwarte lijst. 14 bedingen die gemakkelijk kunnen worden vernietigd. Ook nog grijze lijst met 14 bedingen, hierbij mag de gebruiker nog proberen aan te tonen dat deze niet onredelijk bezwarend zijn. - De aard van de overeenkomst: o Rechtsgevolgen die voortkomen uit de wet: de wet kan dwingend rechtelijk voorschrijven dat bepaalde afspraken niet gemaakt mogen worden. Aanvullend recht schrijft regels voor waarvan mensen mogen afwijken. Maar als ze niet in een overeenkomst zijn opgenomen worden ze van kracht. o Rechtsgevolgen die voortkomen uit het gewoonterecht o Rechtsgevolgen op basis van redelijkheid en billijkheid: kunnen aanvullend werken maar ook beperkend.

16 Tekortkomingen in de nakoming - Verschillende soorten prestaties: o Resultaatverbintenis: door de debiteur moet een bepaald tastbaar resultaat worden bereikt o Inspanningsverbintenis: het leveren van een inspanning waarbij er geen bepaald resultaat is gegarandeerd (vb. advocaat). - De toerekenbare tekortkoming: wanprestatie, - De niet-toerekenbare tekortkoming: overmacht o Wanprestatie: Aan de schuld van de debiteur te wijten o Wanprestatie: De gedragingen van de door de debiteur ingehuurde hulp o De debiteur kan ook contractueel de aansprakelijkheid weghalen (exoneratieclausules) Rechtsgevolgen van een toerekenbare niet-nakoming - Nakoming is nog steeds mogelijk: o Nakoming o Aanvullende schadevergoeding Vermogensschade: geleden verlies en gederfde winst Ander nadeel: smartengeld, of immateriële schade. Verzuim en ingebrekestelling: alvorens een eis tot schadevergoeding kan leiden moet de debiteur eerst in verzuim zijn (een periode van de laatste waarschuwing). De laatste waarschuwing wordt ingebrekestelling genoemd (schriftelijk en moet redelijke termijn bevatten). Bij afloop ingebrekestelling begint verzuim. Soms geen ingebrekestelling nodig Fataal termijn: je krijgt een vliegticket een dag na het vertrek van een vliegtuig. De schadevergoeding komt voort uit een onrechtmatige daad (bv. vandalisme) o Vervangende schadevergoeding - Ontbinding (van de overeenkomst) o Of schriftelijk o Of door tussenkomst van de rechter o Als nakoming nog mogelijk is, moet de debiteur eerst in verzuim zijn. - Opschorting: als één van de partijen zijn verplichting niet nakomt, mag dan ander zijn verplichting ook uitstellen. Kan bijvoorbeeld als men vreest dat de ander zijn verplichtingen niet na zal komen. o Hoofdverplichtingen mogen niet worden opgeschort als er één of meer nevenverplichtingen niet zijn gedaan - Nakoming is blijvend of tijdelijk mogelijk, dan geen aanvullende schadevergoeding (alleen bij nakoming mogelijk) Teniet gaan van verbintenissen Een overeenkomst is pas uitgewerkt als alle verbintenissen teniet zijn gegaan. Een koopovereenkomst is bijvoorbeeld niet klaar met de betaling, maar pas bij de levering. - Nakoming - Nietigheid, vernietiging en ontbinding - Verrekening: twee partijen die elkanders schulden bij elkaar compenseren. - Afstand en vermenging:

17 o Afstand om baat: de oorspronkelijke tegenprestatie wordt vervangen door een ander o Afstand om niet: kwijtschelding o Vermenging: schuldeiser en schuldenaar worden dezelfde persoon (bv. schuld bij vader, die overlijdt. Jij erft het) Hoofdstuk 7: Verbintenissen uit de wet De wet als bron van een verbintenis De onrechtmatige daad: - De onrechtmatige gedraging: o Inbreuk op een recht o Het doen of nalaten in strijd met een wettelijke plicht o Het doen of nalaten in strijd met het ongeschreven recht Gevaarzetting: nodeloos een gevaar inroepen waar een normaal denkend en handelend persoon niet bij na hoeft denken Onvoldoende rekening houden met andermans belangen - De toerekening aan een dader: o Aantonen dat de dader schuld heeft aan het ontstaan van een onrechtmatige daad. (schuldaansprakelijkheid) o De gevolgen van de onrechtmatige daad dienen krachtens de wet voor rekening van de dader te komen. (risico-aansprakelijkheid) Ook al is er geen schuld, toch aansprakelijk. Groepsaansprakelijkheid: Alle personen in een groep zijn aansprakelijk, anders had de rest van het groep het maar moeten voorkomen. - Schade: o Geleden verlies o De gederfde winst o De redelijke kosten van maatregelen te voorkoming van de schade o Kosten gemaakt ter vaststelling van de omvang van de schade en de buitengerechtelijke incassokosten - Causaal verband: onrechtmatige daad schade - Relativiteit: Beperking tot het inroepen van de onrechtmatige daad. De dader is aansprakelijk als de overtreden rechtsnorm de strekking heeft de benadeelde in het getroffen belang te beschermen. Kwalitatieve aansprakelijkheid: wanneer de dader van de onrechtmatige daad en de aansprakelijke persoon niet dezelfde zijn. - Aansprakelijkheid voor kinderen: onder de 14 jaar geen aansprakelijkheid. Wel is de ouder aansprakelijk, maar niet als het kind iets heeft nagelaten. - Aansprakelijkheid voor ondergeschikten: de werkgever is in beginsel aansprakelijk voor de onrechtmatige daden van zijn werknemers. o Belangrijk is dat het werk de kans op de onrechtmatige daad heeft vergroot. - Aansprakelijkheid voor opstallen: opstallen zijn gebouwen of werken die duurzaam met de grond zijn verenigd (bv. huizen, schuttingen, etc). Voorwaarden zijn: o Opstal moet een gebrek hebben o Gebrek moet leiden tot gevaar o Het gevaar is geschiedt

18 Productaansprakelijkheid:de producent is aansprakelijk voor de schade geleden door een gebrek in zijn product. - Gebrek: niet de veiligheid die het mag verwachten. Producent ook rekening houden met het feit dat producten voor andere doeleinden kunnen worden gebruikt (vb. een stoel om op te staan). - Product: het draait om roerende diensten en producten. - Producent - Schade: niet om schade aan een product, maar door een product. - Causaal verband tussen gebrek en schade. - Uitsluiting aansprakelijkheid: o Iemand anders heeft het product op de markt gebracht o Het gebrek is pas ontstaan nadat het product in het verkeer is gekomen o Product is niet vervaardigd voor de verkoop o Het gebrek is een gevolg van het feit dat het product is vervaardigd met overheidsvoorschriften (zoals NEN). o Op het moment dat het product in het verkeer kwam, kon met niet weten dat het gebrek er was (gebrek aan technische kennis). o Niet aansprakelijk als jouw product een bestanddeel is van een ander product - Verjaring en verval: vervalt na drie jaar dat de schade aan het licht is gekomen. Na tien jaar vervalt het recht op schadevergoeding. Verbintenissen op grond van rechtmatige daad Verbintenissen zonder dat er iets onrechtmatigs gebeurd. - De zaakwaarneming: het draait om een spontane actie, op redelijke grond inlaten met iemand anders zijn belang (bij passeren van vijver een verdrinkend kind redden). o Rechtsgevolgen: wanneer de zaakwaarnemer zijn taak goed heeft uitgevoerd (naar behoren), dan moet de belanghebbende opdraaien voor de kosten. - De onverschuldigde betaling: bijvoorbeeld per ongeluk twee keer een rekening betalen o Rechtsgevolgen: ongedaanmaking of waardevergoeding (bij een dienst). - De ongerechtvaardigde verrijking: is alleen het geval als elke redelijke grondslag tot die verrijking ontbreekt. Hoofdstuk 8: Goederenrecht Eigendomsrecht: de eigenaar staat vrij van zijn zaak gebruik te maken (gebruiksrecht, dit valt uiteen in genotsrecht en beschikkingsrecht). - Beschikkingsrecht: de eigenaar heeft de bevoegdheid ten aanzien van zijn zaak alle denkbare rechtshandelingen te verrichten. - Genotsrechten: o Vruchtgebruik: gebruiken en de vruchten ervan te verkrijgen (is verbonden aan het leven van de gerechtigde). Door verkrijgende verjaring: als het tien jaar te goeder trouw vruchtgebruik is uitgeoefend. Door vestiging: mbv. een notariële akte. o Erfdienstbaarheid: je buren vragen voor toegang tot jouw bedrijf. o Erfpacht: de bevoegdheid tot het houden en gebruiken van een onroerend goed o Opstal: Om in, op of boven een onroerend goed van een ander gebouwen, werken of beplantingen te hebben of the verkrijgen o Appartementsrecht: de bevoegdheid tot het gebruiken van bepaalde gedeelten van een gebouw.

19 - Zekerheidsrechten: o Pandrecht: het zekerheidsrecht op een roerende zaak. Bijvoorbeeld om een geldschuld, waar iemand zijn computer (veel meer waarde) tegenover zet. Hierdoor zal de schuldenaar snel willen betalen. Vuistpand: het pand wordt bij de pandgever weg gehaald Stil pandrecht: het pand blijft eerst bij de pandgever Termen: Akte: een schriftelijk stuk ondertekend door één of meer personen en dient als bewijs Authentieke akte: volledige bewijskracht (vaak opgesteld door notaris) Onderhandse akte: gratis, minder bewijskracht Geregistreerde onderhandse akte: voorzien van dagtekening (ivm. bepaalde datum) o Hypotheekrecht: het zekerheidsrecht op een onroerende zaak. Andere beperkingen van het eigendomsrecht Een dier is jouw zaak, maar je mag hem niet mishandelen vanwege de dierenmishandelingswet. Hetzelfde geldt voor de grondwettelijke onteigeningsbevoegdheid van de overheid. Beperkingen op grond van ongeschreven normen: - Hinder: het gedrag van een persoon die het genotsrecht van een ander aantast (overlast door geluid, stank, etc). o De aard, de ernst en de duur van de hinder o De omvang van de door de hinder toegebrachte schade o En andere omstandigheden van geval - Misbruik van eigendom (iets kopen om de ander mee te ergeren) Overdracht van goederen - Voorwaarden voor overdracht: o Een geldige titel: de rechtsverhouding die aan de overdracht ten grondslag ligt. Algemene titel: alle lusten en lasten (vb. erfopvolging, boedelvermenging (trouwen)). Bijzonder titel: bepaalde lusten - Beschikkingsbevoegdheid: de bevoegdheid om een bepaald recht over te dragen of met een beperkt recht te belasten. (alleen een eigenaar kan iemand anders eigenaar maken). Maar ook een verkoper van V&D mag jou tot eigenaar maken. - Levering o Goederenrechtelijke overeenkomst: wilsovereenkomst tussen vervreemder en verkrijger o leveringshandeling Bezitter is iemand die gebruik maakt van het goed zonder de eigendomsrechten van een ander te erkennen. Houder is iemand die gebruik maakt van het goed en wel de eigendomsrechten van een ander erkent.

20 Derdenbescherming Casus: Albert (eerste partij) leent fiets uit aan Bert. Bert verkoopt hem dan aan Cor (derde partij). Dan komt Albert Cor tegen en zegt: hé, dat is mijn fiets. Toepassing van de voorwaarden voor overdracht: het is geen rechtsgeldige overdracht, want Bert is niet beschikkingsbevoegd. Bescherming door art. 3:86 BW - is anders wanneer de verkrijger te goeder trouw is. - De vijf vereisten: o Roerende zaak, geen registergoederen o Beschermt alleen tegen beschikkingsonbevoegdheid, wanneer bijvoorbeeld de titel niet klopt mag er geen aanspraak meer worden gemaakt art 3:86 BW o De ontvanger heeft een tegenprestatie moeten leveren o De zaak moet zijn geleverd door feitelijke overgave o De derde moet te goeder trouw zijn. Onderzoeks- en mededelingsplicht: wanneer je niet weet dat degeen beschikkingsonbevoegd is, maar je had het moeten weten ben je niet te goeder trouw. Wanneer iemand beweert de echte eigenaar te zijn ben je verplicht tot drie jaar erna alle gegevens van de verkoper door te geven, ander ben je niet te goeder trouw. Vrijwillig en onvrijwillig bezitsverlies: in vb sprake van vrijwillig bezitsverlies. Het is onvrijwillig als deze is gestolen. Hoofdstuk 9: Ondernemingsrecht Onderneming: technisch organisatorisch eenheid waarin een bedrijf wordt uitgeoefend Handelsnaamwet: Niet de naam van een ander gebruiken vanwege verwarring. Wet op de bedrijfsorganisatie: hiermee worden ondernemingen uitgebreid met organisaties die geen winstoogmerk hebben. Handelsregisterwet: verplichte inschrijving bij de Kamer van Koophandel. Wet op de ondernemingsraden: verplichting tot ondernemingsraad als er meer dan zoveel werknemers zijn. Bedrijfsmatige activiteiten: - zekere regelmaat - moeten openlijk gebeuren - optreden geschiedt min of meer zelfstandig - gericht op de verkrijging van inkomsten - in een georganiseerd verband - ververving van inkomsten gericht op het behalen van winst Boekhouding Een bedrijf moet een boekhouding voeren. Binnen 6 maanden na afloop van een jaar moet er een balans worden opgemaakt Als bij faillissement geen goede boekhouding is, dan strafbaar voor bankbreuk Handelsregister Alle ondernemingen moeten zich inschrijven in het handelsregister van de KvK. Iedereen die met een bedrijf te maken krijgt moet zich hiermee op de hoogte kunnen stellen.

21 De ondernemer en zijn onderneming De onderneming is het gereedschap van een ondernemer. En ondernemer krijgt de lusten en de lasten van de onderneming. Een ondernemer is een rechtssubject, er zijn twee soorten rechtsubjecten: - Natuurlijke personen: een mens als subject - Rechtspersonen: een organisatievorm met rechten en plichten Ook rechtsvormen van ondernemingen kunnen hierin worden onderscheden: Organisatievormen zonder rechtspersoonlijkheid - De eenmanszaak - De maatschap - De vennootschap onder firma (VOF) - De commanditaire vennootschap (CV) Organisatievormen met rechtspersoonlijkheid - De vereniging - De coöperatieve vereniging - De onderlinge waarborgmaatschappij - De naamloze vennootschap (NV) - De besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid (NV/BV) - De stichting De eenmanszaak Hierbij is de ondernemer tevens eigenaar van (een deel van) de productiemiddelen. De eigenaar van de onderneming is een natuurlijk persoon. Aansprakelijkheid: Juridisch gezien geen onderscheidt tussen privé vermogen en het vermogen van de onderneming. Er behoeft niet maar één persoon werkzaam te zijn. Voordelen: - eigenaar beslist wat er gebeurd in de organisatie - geen oprichtingsformaliteiten - hijzelf heeft voordeel uit een positief bedrijfsresultaat Nadelen: - hijzelf heeft het nadeel uit een negatief bedrijfsresultaat - overdracht levert problemen, ivm. Het feit dat een eenmanszaak geen goed vormt. Dus alle activa moeten op voorgeschreven wijze worden overgedragen. Maatschap Een overeenkomst waarbij twee of meer personen zich verbinden om iets in de gemeenschap te brengen met de bedoeling om een gemeenschappelijk voordeel te behalen. Het draait vaak samenwerking om de kwaliteiten van een ander (beroepenveld) - Een overeenkomst tussen twee of meer personen: zowel schriftelijk als mondelijk. Draait om de gelijkheid tussen de maten onderling. - Het in gemeenschap brengen van iets (de inbreng): kan zijn goederen, geld, arbeid, kennis, goodwill, etc

22 - Het samenwerken in maatschapsverband: - De verdeling van de uit de samenwerking resulterende voordelen: Vertegenwoordiging: iemand mag alleen de beheersdaden uitvoeren (betalen telefoonrekening). Beschikkingshandelingen moeten gezamenlijk gebeuren, zoals de aanschaf van een nieuw pand. Aansprakelijkheid: Bij beschikkingshandelingen moet de een van de ander een volmacht hebben om iets uit voeren. Hierbij moet er uitdrukkelijk zijn aangegeven dat het gaat om handelen vanuit de maatschap (anders persoonlijk aansprakelijk). Het einde van de maatschap: - Bij het besluit van de maten om de overeenkomst te beëindigen - De dood van één de maten - Faillissement of onder curatele stelling van één de maten - Een rechterlijke uitspraak - Tijdsverloop (als de maatschap is aangegaan voor bepaalde tijd - Het bereiken of frustreren van het doel van de maatschap - Opzegging van één der maten aan alle anderen De Vennootschap onder Firma (VOF) De maatschap tot uitoefening van een bedrijf onder een gemeenschappelijke naam. Er dient sprake te zijn van: - een bedrijf: het bedrijfsmatige aspect, het behalen van winst, draait een grote rol. - een gemeenschappelijk naam - een afgescheiden vermogen: is los van de privé vermogens van de vennoten en is eigendom van de vennoten als collectief. Hierbij moet dit vermogen worden aangewend om het doel van de VOF te verwezenlijken. Vertegenwoordigingsbevoegdheid: iedere vennoot mag namens de VOF optreden en dus aan derden te binden. De oprichting: een schriftelijke overeenkomst tussen de oprichters. De commanditaire vennootschap (CV) Is hetzelfde als de VOF, maar nu zijn er twee soorten vennoten. De gewone vennoot en de stille vennoot. Stille vennoot: een beherende vennoot die allen als geldschieter fungeert. Mag absoluut niet voor de vennootschap werken en zijn naam mag niet in de CV voorkomen. Zodra hij namens de CV gaat optreden wordt hij direct hoofdelijk aansprakelijk voor alle schulden van de CV. Wel moet het land van herkomst, huidige woonland en het ingelegde bedrag bekend zijn bij de CV. Bij faillissement van de vennootschap, is de stille vennoot niet hoofdelijk aansprakelijk. De rechtspersonen Publiekrechtelijke rechtspersonen: de staat, de provincies, etc Privaatrechtelijke rechtspersonen: waar het nu over zal gaan hebben voordelen: - De handelende personen zijn niet zelf aansprakelijk - Het vermogen van de rechtspersoon is onbereikbaar voor de privé-schuldeisers van de deelnemers in de onderneming.

23 - Het voortbestaan van een onderneming komt minder snel in gevaar door bijvoorbeeld sterfte. - De overdraagbaarheid van het belang, allen bij overdracht van aandelen in een NV. De naamloze en de besloten vennootschap NV: - Er moet een vennootschap zijn - De vennootschap is een rechtspersoon. Het rechtspersoon is een rechtssubject en het heeft een organisatie - Er is een maatschappelij kapitaal waar iedere deelnemer één of meer aandelen heeft. De inbreng is alleen mogelijk in geld of goederen, maar niet in arbeid. - De aandeelhouder is niet persoonlijk aansprakelijk - De verliezen van de NV beperken tot het bedrag dat de aandeelhouder op zijn aandeel behoort te storten. BV is het hetzelfde, maar dan plus: - in een BV worden geen aandeelbewijzen uitgedeeld - in een BV zijn de aandeelbewijzen niet vrij overdraagbaar de oprichting kan alleen door een notariële akte. Oprichting bestaat uit 5 momenten: 1. De voorovereenkomst 2. De akte van oprichting 3. De ministeriele verklaring 4. De passering van de notariële akte 5. De inschrijving van de NV/BV in het handelsregister Vermogen, kapitaal en aandelen van een NV/BV Het vermogen: - Het door de aandeelhouders gestort kapitaal - De reserves - De niet verdeelde winsten voor zover de bestemming nog niet in de balans is aangebracht Het kapitaal: - maatschappelijk kapitaal: het maximum bedrag waarvoor de NV/BV op grond van de statuten aandelen kan uitgeven - Geplaatst kapitaal: het deel van het maatschappelijk kapitaal dat bij de aandeelhouders is geplaatst - Gestort kapitaal: het geplaatst kapitaal wat aan de stortingsplicht is voldaan (nm. Het nominale bedrag). Minimaal 25% van het geplaatst kapitaal moet zijn gestort. - Inbreng in natura: bijvoorbeeld de inbreng van een hele onderneming Aandelen: - Aandelen op naam: Niet vrij overdraagbaar, kan bij BV en NV. - Aandelen op toonder: Door de afgifte van een aandeelbewijs, mag niet bij BV. - Onderaandelen: alleen bij NV, komt zelden voor. Aandelen statutair te splitsen bij bijvoorbeeld de verdeling in een erfenis. - Prioriteitsaandelen: aandelen met bijzondere zeggenschap. - Preferente aandelen: geven recht op een bepaald percentage van de winst, voordat er aan de gewone aandeelhouders wordt uitgekeerd

Verbintenissenrecht. Inleiding in het recht

Verbintenissenrecht. Inleiding in het recht Inhoud I Verbintenissenrecht 17 1 1.1 1.2 1.3 1.4 1.5 1.6 1.7 1.8 1.9 1.10 1.11 in het recht 19 19 Recht en rechtsbronnen 19 1.2.1 Wetten 20 1.2.2 Verdragen 21 1.2.3 Jurisprudentie 23 1.2.4 Het gewoonterecht

Nadere informatie

I VERBINTENISSENRECHT 17

I VERBINTENISSENRECHT 17 I VERBINTENISSENRECHT 17 1 Inleiding in het recht 19 1.1 Inleiding 19 1.2 Recht en rechtsbronnen 20 1.2.1 Wetten 20 1.2.2 Verdragen 21 1.2.3 Jurisprudentie 22 1.2.4 Het gewoonterecht 23 1.3 Privaatrecht

Nadere informatie

Recht P2 Auteur: Lydia Janssen

Recht P2 Auteur: Lydia Janssen Recht P2 Auteur: Lydia Janssen Ondernemingsvormen zonder rechtspersoonlijkheid Eenmanszaak Maatschap VOF (CV) Ondernemingsvormen met rechtspersoonlijkheid (2:3 BW) BV NV (vereniging, coöperatie, OWM, stichting)

Nadere informatie

Verbintenissenrecht & ondernemingsrecht

Verbintenissenrecht & ondernemingsrecht Verbintenissenrecht & ondernemingsrecht Mr. CW.de Ruiter Mr. R.Westra Derde druk Boom Juridische uitgevers Den Haag Inhoud I VERBINTENISSENRECHT in het recht Recht en rechtsbronnen Wetten Verdragen Jurisprudentie

Nadere informatie

Recht in je opleiding

Recht in je opleiding Verbintenissenrecht el ondernemingsrecht Mr. C.W. de Ruiter Mr. R. Westra Tweede druk Boom Juridische uitgevers Den Haag 201 o Inhoud VERBINTENISSENRECHT I I.I 1.2 i-3 1.4 1.6 i-7 1.8 1.9 I.IO in het recht

Nadere informatie

2.3.3 Overeenkomst is in strijd met de wet, goede zeden of openbare orde 58

2.3.3 Overeenkomst is in strijd met de wet, goede zeden of openbare orde 58 Inleiding 12 1 Terreinverkenning 15 1.1 Is recht saai? 15 1.2 Waarom recht? 16 1.3 Waar vinden we het recht? 17 1.3.1 Wet 18 1.3.2 Verdrag 27 1.3.3 Jurisprudentie 27 1.3.4 Gewoonte 33 1.4 Enkele onderscheidingen

Nadere informatie

Hoofdlijnen Nederlands Recht Wolters-Noordhoff 1

Hoofdlijnen Nederlands Recht Wolters-Noordhoff 1 Inhoudsopgave Hoofdlijnen Nederlands Recht Prof. mr. C.J. Loonstra Inleiding 1 Terreinverkenning 1.1 Is recht saai? 1.2 Waarom recht? 1.3 Waar vinden we het recht? 1.3.1 De wet 1.3.2 Het verdrag 1.3.3

Nadere informatie

Inhoud. Inleiding 13. Noordhoff Uitgevers bv

Inhoud. Inleiding 13. Noordhoff Uitgevers bv Inhoud Inleiding 13 1 Enige grondbeginselen 15 1.1 Rechtsregels 16 1.1.1 Publiekrecht en privaatrecht 16 1.1.2 Dwingend en aanvullend (regelend) recht 17 1.1.3 Materieel en formeel recht 18 1.1.4 Objectief

Nadere informatie

Inleiding in het NEDERLANDSE RECHT

Inleiding in het NEDERLANDSE RECHT Mr.J.W.P. Verheugt Inleiding in het NEDERLANDSE RECHT TWAALFDE DRUK Boom Juridische uitgevers Den Haag 2003 Lijst van ajkortingen XV Recht in het algemeen 1 1 2 3 4 5 5.1 5.2 5.3 5.4 5.5 6 7 8 2 1 2 2.1

Nadere informatie

Examenmatrijs kennisexamen

Examenmatrijs kennisexamen Examenmatrijs kennisexamen Algemene informatie Examenmatrijs code en vaststellingsdatum 15-12-2015 Examennaam Brede kennis vermogensrecht Kwalificatiedossier en cohort Juridisch-administratieve beroepen

Nadere informatie

De formaliteiten voor overdracht verschillen naar gelang het over te dragen goed.

De formaliteiten voor overdracht verschillen naar gelang het over te dragen goed. Korte handleiding bijeenkomst 5. Overdracht van goederen. 3:83 en volgende BW Definitie overdracht: rechtsovergang van het ene rechtssubject naar het andere op basis van een een levering. Overdracht is

Nadere informatie

Samenvatting Maatschappijleer Inleiding recht

Samenvatting Maatschappijleer Inleiding recht Samenvatting Maatschappijleer Inleiding recht Samenvatting door M. 714 woorden 27 oktober 2016 0 keer beoordeeld Vak Maatschappijleer Inleiding Recht Wat is recht Recht geheel van overheidsregels Komen

Nadere informatie

7,2. Samenvatting door een scholier 1410 woorden 9 april keer beoordeeld. Maatschappijleer. Hoofdstuk 1

7,2. Samenvatting door een scholier 1410 woorden 9 april keer beoordeeld. Maatschappijleer. Hoofdstuk 1 Samenvatting door een scholier 1410 woorden 9 april 2005 7,2 36 keer beoordeeld Vak Maatschappijleer Hoofdstuk 1 Het Nederlands recht kent een driedeling: * Burgerlijk recht (civiel recht, privaatrecht):

Nadere informatie

Bijlage. Antwoorden op de vragen Wetsartikelenregister Jurisprudentieregister

Bijlage. Antwoorden op de vragen Wetsartikelenregister Jurisprudentieregister Bijlage Antwoorden op de vragen Wetsartikelenregister Jurisprudentieregister Versie 2016/2017 1 Inleiding recht Antwoorden Hoofdstuk 1 Antwoord 1: B Antwoord 2: B Antwoord 3: wetten (regelgeving), verdragen,

Nadere informatie

Inhoud. 1.5 Materieel en formeel recht 16 1.6 Samenvatting 17

Inhoud. 1.5 Materieel en formeel recht 16 1.6 Samenvatting 17 Inhoud 1 Basisbegrippen in het burgerlijk recht 13 1.1 Inleiding 13 1.2 De plaats van het burgerlijk recht 13 1.3 Bronnen van het burgerlijk recht 15 1.4 Burgerlijk Wetboek en Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering

Nadere informatie

Burgerlijk recht 4 BURGERLIJK RECHT 4 (CJU16.4/CREBO:56178)

Burgerlijk recht 4 BURGERLIJK RECHT 4 (CJU16.4/CREBO:56178) BURGERLIJK RECHT 4 (CJU16.4/CREBO:56178) sd.cju16.4.v1 ECABO, Alle rechten voorbehouden. Niets uit deze uitgave mag worden vermenigvuldigd, overgenomen, opgeslagen of gepubliceerd in enige vorm of wijze,

Nadere informatie

Inleiding tot Recht. Uit Praktisch Burgerlijk Recht

Inleiding tot Recht. Uit Praktisch Burgerlijk Recht Inleiding tot Recht Uit Praktisch Burgerlijk Recht 1. Wat is recht? Een exacte definitie is niet te geven. Elke klassieke definitie bevat vier elementen: Gedragsregels, normen Doel = maatschappelijk leven

Nadere informatie

Bestuur Nederlandse Associatie voor Praktijkexamens

Bestuur Nederlandse Associatie voor Praktijkexamens Diplomalijn Examen Niveau Juridisch Vermogensrecht hbo Versie 1.0 Geldig vanaf 01-01-2013 Vastgesteld op 28-08-2012 Vastgesteld door Veronderstelde voorkennis Bestuur Nederlandse Associatie voor Praktijkexamens

Nadere informatie

Artikel 3:40 Een besluit treedt niet in werking voordat het is bekendgemaakt.

Artikel 3:40 Een besluit treedt niet in werking voordat het is bekendgemaakt. Wetgeving Algemene wet bestuursrecht Artikel 1:3 1. Onder besluit wordt verstaan: een schriftelijke beslissing van een bestuursorgaan, inhoudende een publiekrechtelijke rechtshandeling. 2. Onder beschikking

Nadere informatie

Inleiding. 1 Plaatsbepaling en definitie burgerlijk recht

Inleiding. 1 Plaatsbepaling en definitie burgerlijk recht I Inleiding 1 Plaatsbepaling en definitie burgerlijk recht Burgerlijk recht Het burgerlijk recht, ook wel aangeduid als privaatrecht of civiel recht, regelt de juridische betrekkingen tussen burgers onderling.

Nadere informatie

EXAMENPROGRAMMA. Juridisch Diploma('s) Vermogensrecht niveau 5 Juridisch adviseur Paralegal Examen Vermogensrecht niveau 5 Niveau.

EXAMENPROGRAMMA. Juridisch Diploma('s) Vermogensrecht niveau 5 Juridisch adviseur Paralegal Examen Vermogensrecht niveau 5 Niveau. EXAMENPROGRAMMA Diplomalijn(en) Juridisch Diploma('s) Vermogensrecht niveau 5 Juridisch adviseur Paralegal Eamen Vermogensrecht niveau 5 Niveau 5 (vergelijkbaar met hbo-ad) Versie 3-0 Geldig vanaf 01-09-17

Nadere informatie

Inhoud 1 Recht Indelingen in het recht 3 Rechtsbronnen

Inhoud 1 Recht Indelingen in het recht 3 Rechtsbronnen Inhoud 1 Recht 21 1 Rechtsregels 21 2 Rechtsregels en andere sociale regels 22 3 Rechtssysteem 23 3.1 Functies van het rechtssysteem 23 3.2 Functies van staatsorganen 23 4 Soorten rechtsregels 24 4.1 Gedragsnormen

Nadere informatie

II. DE TOTSTANDKOMING VAN OBLIGATOIRE OVEREENKOMSTEN / 11

II. DE TOTSTANDKOMING VAN OBLIGATOIRE OVEREENKOMSTEN / 11 INHOUD I. VERMOGENSRECHTEN / 1 1.1. Inleiding / 1 1.1.1 Goed, zaak, registergoed / 1 1.2. Eigendom en vorderingsrecht / 2 1.2.1 Absolute en relatieve rechten / 2 1.2.2 Zakelijke en persoonlijke rechten

Nadere informatie

SPD Bedrijfsadministratie. Correctiemodel INLEIDING RECHT MAANDAG 19 DECEMBER UUR

SPD Bedrijfsadministratie. Correctiemodel INLEIDING RECHT MAANDAG 19 DECEMBER UUR SPD Bedrijfsadministratie Correctiemodel INLEIDING RECHT MAANDAG 19 DECEMBER 2016 14.30-16.30 UUR Nakijkinstructie: Als bij een vraag een x-aantal antwoorden wordt gevraagd, wordt alleen het eerste x-aantal

Nadere informatie

Algemeen juridische beroepsvorming 4 ALGEMEEN JURIDISCHE BEROEPSVORMING 4 (CJU01.4/CREBO:50109)

Algemeen juridische beroepsvorming 4 ALGEMEEN JURIDISCHE BEROEPSVORMING 4 (CJU01.4/CREBO:50109) ALGEMEEN JURIDISCHE BEROEPSVORMING 4 (CJU01.4/CREBO:50109) sd.cju01.4.v3 ECABO, Alle rechten voorbehouden. Niets uit deze uitgave mag worden vermenigvuldigd, overgenomen, opgeslagen of gepubliceerd in

Nadere informatie

Introductie in het recht

Introductie in het recht Introductie in het recht mr. A.J. Wierenga Introductie in het recht Hoofdstuk 1 Recht in het algemeen Programma Actualiteiten Rechtsbronnen Rechtsgebieden Indelingen 1 Wortels in de maatschappij Acties

Nadere informatie

Samenvatting Ondernemingsrecht R10343

Samenvatting Ondernemingsrecht R10343 Samenvatting Ondernemingsrecht R10343 Auteur: Dick Tillema Datum: 18 januari 2016 Opleiding: OU Bachelor Bedrijfskunde Ondernemingsrecht OU DT, januari juni 2016 Pag. 1 Hoofdstuk 1. Inleiding Nav Dorresteijn

Nadere informatie

overeenkomsten overeenkomsten en verbintenissen

overeenkomsten overeenkomsten en verbintenissen overeenkomsten en verbintenissen In een organisatie worden dagelijks meerdere overeenkomsten met voornamelijk consumenten en leveranciers gesloten. Het aantal overeenkomsten in bijvoorbeeld een winkel

Nadere informatie

Saxionstudent.nl Blok1

Saxionstudent.nl Blok1 Wat is recht? Het geheel van rechtsregels gericht op het voorkomen, beheersen en oplossen van conflicten; geven van een rechtsverhouding tussen partijen. Deze regels zijn vastgesteld en afdwingbaar. Indelingen

Nadere informatie

Praktische opdracht Management & Organisatie Rechtsvormen

Praktische opdracht Management & Organisatie Rechtsvormen Praktische opdracht Management & Organisatie Rechtsvormen Praktische-opdracht door een scholier 1848 woorden 19 december 2007 7,5 9 keer beoordeeld Vak M&O De opdracht: 1 ondernemingsvormen - Zoek via

Nadere informatie

VERMOGENSRECHT. Tekst & Commentaar

VERMOGENSRECHT. Tekst & Commentaar VERMOGENSRECHT Tekst & Commentaar INHOUD Voorwoord Auteurs Lijst van afkortingen V VII XVII BOEK 3. VERMOGENSRECHT IN HET ALGEMEEN 1 Titel 1. Algemene bepalingen (art. 1-31) 3 Afdeling 1. Begripsbepalingen

Nadere informatie

Materieel: Regels die betrekking hebben op de rechten en plichten/wat mag en niet mag inhoud

Materieel: Regels die betrekking hebben op de rechten en plichten/wat mag en niet mag inhoud Nationaal internationaal Soevereiniteit elke land heeft de macht om te bepalen wat er gebeurt EU-verdrag Europese Unie verdrag EVRM Europese Verdrag Rechten van de Mens Monistisch systeem Formeel materieel

Nadere informatie

Rechtspersoon = Dat is aansprakelijk dus niet de mensen die erachter zitten.

Rechtspersoon = Dat is aansprakelijk dus niet de mensen die erachter zitten. Recht les 1 Verplichtingen van de ondernemer - Publicatieplicht - Administratieplicht - Instellen OR Rechtspersoon = Dat is aansprakelijk dus niet de mensen die erachter zitten. Ondernemingsvormen zonder

Nadere informatie

Proefexamen JURIDISCHE KENNIS

Proefexamen JURIDISCHE KENNIS Proefexamen JURIDISCHE KENNIS Beschikbare tijd: 90 minuten 5063 Proefexamen HET PROEFEXAMEN BESTAAT UIT 7 GENUMMERDE PAGINA'S, waarin opgenomen: 5 CASES, waarbij in het totaal 5 vragen moeten worden beantwoord

Nadere informatie

Deel 0 ALGEMEEN RECHT 13

Deel 0 ALGEMEEN RECHT 13 7 Deel 0 ALGEMEEN RECHT 13 1 ALGEMENE INLEIDING 15 1.1 Wat is recht? 15 1.2 Indelingen van het recht 16 A Privaatrecht publiekrecht 16 B Enkele andere indelingen 17 1.3 De bronnen van het recht 18 A Wetgeving

Nadere informatie

Nakijkinstructie: Als bij een vraag een x-aantal antwoorden wordt gevraagd, wordt alleen het eerste x-aantal antwoorden meegenomen in de beoordeling.

Nakijkinstructie: Als bij een vraag een x-aantal antwoorden wordt gevraagd, wordt alleen het eerste x-aantal antwoorden meegenomen in de beoordeling. SPD Bedrijfsadministratie Correctiemodel INLEIDING RECHT DONDERDAG 6 OKTOBER 2016 9.00-11.00 UUR Nakijkinstructie: Als bij een vraag een x-aantal antwoorden wordt gevraagd, wordt alleen het eerste x-aantal

Nadere informatie

Hypothecair Planner (LHP)

Hypothecair Planner (LHP) OPLEIDING Hypothecair Planner (LHP) LEERGANG HYPOTHECAIRE PLANNING - 1 - RECHT IFK, september 2011 Niets uit deze publicatie mag worden verveelvoudigd en/of openbaar gemaakt door middel van druk, fotokopie,

Nadere informatie

Samenvatting Maatschappijleer Hoofdstuk 1 t/m 4

Samenvatting Maatschappijleer Hoofdstuk 1 t/m 4 Samenvatting Maatschappijleer Hoofdstuk 1 t/m 4 Samenvatting door een scholier 1623 woorden 10 december 2007 5,4 53 keer beoordeeld Vak Methode Maatschappijleer Thema's maatschappijleer Hoofdstuk 1: Idee

Nadere informatie

MBO+ / Intermediate vocational education. Raymond Reinhardt. 3R Business Development 3R ONDERNEMINGSVORMEN.

MBO+ / Intermediate vocational education. Raymond Reinhardt. 3R Business Development 3R ONDERNEMINGSVORMEN. MBO+ / Intermediate vocational education Raymond Reinhardt 3R Business Development raymond.reinhardt@3r-bdc.com 3R 1 M Natuurlijk persoon: het gaat hier om een mens; ieder mens heeft rechten en plichten

Nadere informatie

Samenvatting M&O Rechtsvormen van Bedrijven Compleet Overzicht

Samenvatting M&O Rechtsvormen van Bedrijven Compleet Overzicht Samenvatting M&O Rechtsvormen van Bedrijven Compleet Overzicht Samenvatting door L. 1467 woorden 3 oktober 2016 0 keer beoordeeld Vak Methode M&O In balans Eenmanszaak VOF BV NV Vereniging Stichting Eigenaar/

Nadere informatie

Inhoud. Afkortingen 15

Inhoud. Afkortingen 15 Inhoud Afkortingen 15 1 Introductie en overzicht 19 1.1 Besturen en bestuursrecht 19 1.1.1 Wat doet het bestuur? 22 1.1.2 De ontwikkeling van het openbaar bestuur in vogelvlucht 26 1.1.3 Bevoegdheden en

Nadere informatie

A. Het bestuur: het materiële bestuursrecht

A. Het bestuur: het materiële bestuursrecht A. Het bestuur: het materiële bestuursrecht Dit hoofdstuk gaat over het materiële bestuursrecht en de plek van het bestuur in dit recht. Inleiding Het bestuursrecht heeft bestuursactiviteiten van de overheid

Nadere informatie

BEGINSELEN VAN EUROPEES FAMILIERECHT BETREFFENDE VERMOGENSRECHTELIJKE RELATIES TUSSEN ECHTGENOTEN

BEGINSELEN VAN EUROPEES FAMILIERECHT BETREFFENDE VERMOGENSRECHTELIJKE RELATIES TUSSEN ECHTGENOTEN BEGINSELEN VAN EUROPEES FAMILIERECHT BETREFFENDE VERMOGENSRECHTELIJKE RELATIES TUSSEN ECHTGENOTEN PREAMBULE Erkennende dat ondanks de bestaande verschillen in de nationale familierechten er evenwel een

Nadere informatie

SPD Bedrijfsadministratie. Correctiemodel INLEIDING RECHT MAANDAG 5 OKTOBER UUR. SPD Bedrijfsadministratie B / 10

SPD Bedrijfsadministratie. Correctiemodel INLEIDING RECHT MAANDAG 5 OKTOBER UUR. SPD Bedrijfsadministratie B / 10 SPD Bedrijfsadministratie Correctiemodel INLEIDING RECHT MAANDAG 5 OKTOBER 2015 09.00-11.00 UUR SPD Bedrijfsadministratie B / 10 2015 NGO-ENS B / 10 Opgave 1 (19 punten) Vraag 1 Nee Vader van een kind

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2006 2007 30 876 Regeling van het conflictenrecht betreffende het goederenrechtelijke regime met betrekking tot zaken, vorderingsrechten, aandelen en giraal

Nadere informatie

Korte handleiding bijeenkomst 8. Bijzondere overdrachten.

Korte handleiding bijeenkomst 8. Bijzondere overdrachten. Korte handleiding bijeenkomst 8. Bijzondere overdrachten. Situaties: 1. Overdracht onder voorwaarde 2. Overdracht onder eigendomsvoorbehoud 3. Overdracht toekomstige goederen 4. Overdracht onder tijdsbepaling

Nadere informatie

Beginselen van de democratische rechtsstaat

Beginselen van de democratische rechtsstaat Beginselen van de democratische rechtsstaat Prof. mr. M.C. Burkens Prof. mr. H.R.B.M. Kummeling Prof. mr. drs. B.P. Vermeulen Prof. mr. R.J.G.M. Widdershoven Inleiding tot de grondslagen van het Nederlandse

Nadere informatie

H4 Verkrijging van goederen

H4 Verkrijging van goederen Samenvatting Vermogensrecht Sharon. D 15-10-17 H4 Verkrijging van goederen Er is een verschil in het verkrijgen van goederen, zo kun je goederen verkrijgen onder algemene titel en goederen verkrijgen onder

Nadere informatie

Let op!! Niet iedere handeling die rechtsgevolgen heeft, is ook een rechtshandeling. Indeling rechtshandelingen: Meerzijdig.

Let op!! Niet iedere handeling die rechtsgevolgen heeft, is ook een rechtshandeling. Indeling rechtshandelingen: Meerzijdig. Recht Week 1 Rechtshandeling algemeen Een rechtshandeling is een handeling van een rechtssubject die het rechtsgevolg heeft dat de bedoeling was van het handelende rechtssubject en dat ook erkend is door

Nadere informatie

Samenvatting Maatschappijleer Politiek - Democratie en rechtstaat

Samenvatting Maatschappijleer Politiek - Democratie en rechtstaat Samenvatting Maatschappijleer Politiek - Democratie en rechtstaat Samenvatting door een scholier 1047 woorden 16 maart 2008 5,7 7 keer beoordeeld Vak Maatschappijleer Democratie en rechtstaat Hoofdstuk

Nadere informatie

LEIDRAAD BESLOTEN VENNOOTSCHAP

LEIDRAAD BESLOTEN VENNOOTSCHAP LEIDRAAD BESLOTEN VENNOOTSCHAP In deze leidraad vind je een aantal praktische wenken met betrekking tot de juridische gang van zaken bij je vennootschap. Deze leidraad is niet diepgaand. In het voorkomende

Nadere informatie

Algemene Voorwaarden FDS Aquasystemen

Algemene Voorwaarden FDS Aquasystemen Algemene Voorwaarden FDS Aquasystemen Algemene voorwaarden van FDS Aquasystemen Nederland ingeschreven in het handelsregister K.v.K nr 34262947 Artikel 1 - Toepasselijkheid 1.1. In deze algemene voorwaarden

Nadere informatie

ALGEMENE WET BESTUURSRECHT

ALGEMENE WET BESTUURSRECHT ALGEMENE WET BESTUURSRECHT Besluitvorming Toezicht Sancties Rechtsgebied bestuursrecht oktober 2011 Rechtsgebied bestuursrecht Verhoudingen tussen bestuursorgaan/belanghebbende - stelt het bestuur is staat

Nadere informatie

Bijlage 5. Oprichting vereniging of stichting. Algemeen

Bijlage 5. Oprichting vereniging of stichting. Algemeen Bijlage 5 Oprichting vereniging of stichting. Algemeen Allereerst moet opgemerkt worden dat er naast de stichting, twee soorten verenigingen zijn; de vereniging met volledige rechtsbevoegdheid en met beperkte

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2008 70 Wet van 25 februari 2008, houdende regeling van het conflictenrecht betreffende het goederenrechtelijke regime met betrekking tot zaken, vorderingsrechten,

Nadere informatie

Mandaat en delegatie. mr. M.C. de Voogd

Mandaat en delegatie. mr. M.C. de Voogd Mandaat en delegatie mr. M.C. de Voogd Artikel 1:1 Awb 1. Onder bestuursorgaan wordt verstaan: a. een orgaan van een rechtspersoon die krachtens publiekrecht is ingesteld, of b. een ander persoon of college,

Nadere informatie

College NV en BV; Aandelen

College NV en BV; Aandelen College NV en BV; Aandelen Mr. K. Frielink Universiteit van de Nederlandse Antillen Dinsdag 23 februari 2010 van 19.00-20.30 uur NV en BV - inleiding 1. De NV is een RP met een of meer op naam of aan toonder

Nadere informatie

College 1: Algemene inleiding:

College 1: Algemene inleiding: College 1: Algemene inleiding: Het vak goederenrecht omvat veel stof; deze kan vanwege de beschikbare tijd niet uitvoerig in de lessen behandeld worden. Ook de jurisprudentie zal niet uitvoerig aan de

Nadere informatie

1 Huurrecht is burgerlijk recht

1 Huurrecht is burgerlijk recht 1 Huurrecht is burgerlijk recht 1.1 Personen Om het huurrecht goed te kunnen positioneren, is het van belang vast te stellen dat huurrecht onderdeel uitmaakt van het burgerlijk recht. Grof gezegd bestaat

Nadere informatie

Hoofdstuk 21. Verbintenis en rechtshandhaving Inleiding

Hoofdstuk 21. Verbintenis en rechtshandhaving Inleiding Hoofdstuk 21 Verbintenis en rechtshandhaving 21.1 Inleiding In hoofdstuk 5 was het verschil tussen absolute en relatieve rechten aan de orde. Absolute rechten zijn rechten die tegenover iedereen werken.

Nadere informatie

Checklist voor het aangaan en opstellen van overeenkomsten

Checklist voor het aangaan en opstellen van overeenkomsten Checklist voor het aangaan en opstellen van en Nr. Onderwerp 1. Oriëntatie 1. Bepaal het voorwerp (doel) van de. 2. Bepaal de soort en beoordeel of specifieke vormvoorschriften gelden voor aanbod of aanvaarding.

Nadere informatie

Samenvatting Europees Recht

Samenvatting Europees Recht Samenvatting Europees Recht Week 1 Export en Europees recht Leerdoelen H4 (Nadruk of EU verdrag en EU werkingsverdrag) - De juridische vormen van export beschrijven - De basisstructuur van de Europese

Nadere informatie

Algemene Voorwaarden. Artikel 1: Definities

Algemene Voorwaarden. Artikel 1: Definities Algemene Voorwaarden Artikel 1: Definities 1. De NFG : De Stichting Nederlandse Federatie Gezondheidszorg (kort: NFG), gevestigd te Assen, bij de kamer van Koophandel ingeschreven onder nummer 54322553.

Nadere informatie

Beginselen van het Nederlands Staatsrecht

Beginselen van het Nederlands Staatsrecht Prof.mr. A.D. Belinfante Mr. J.L. de Reede Beginselen van het Nederlands Staatsrecht druk Samsom H.D. Tjeenk Willink Alphen aan den Rijn 1997 VOORWOORD II AFKORTINGEN 13 I INLEIDING 15 1. Benadering van

Nadere informatie

VOORWOORD. juni 2018 de redactie

VOORWOORD. juni 2018 de redactie VOORWOORD Juridisch Memo is bedoeld als hulpmiddel voor de fiscale en financiële professional (controller, accountant, administrateur, belastingadviseur, assurantietussenpersoon, makelaar o/g, pensioenadviseur,

Nadere informatie

Inhoud WOORD VOORAF 3. Deel 1 INLEIDING TOT HET RECHT 13

Inhoud WOORD VOORAF 3. Deel 1 INLEIDING TOT HET RECHT 13 5 WOORD VOORAF 3 Deel 1 INLEIDING TOT HET RECHT 13 1 ALGEMENE INLEIDING 15 1.1 Verantwoording 15 1.2 Het begrip recht 16 1.2.1 Algemeen 16 1.2.2 Een geheel van algemeen geldende normatieve regels 17 1.2.3

Nadere informatie

Verheugt, J.W.P. (2013) Inleiding in het Nederlandse recht, Den Haag: Boom Juridische Uitgevers, ISBN 9789089747839. Meerkeuzevragen (20 punten)

Verheugt, J.W.P. (2013) Inleiding in het Nederlandse recht, Den Haag: Boom Juridische Uitgevers, ISBN 9789089747839. Meerkeuzevragen (20 punten) Antwoordmodel Antwoordmodel Aan dit antwoordmodel kunnen geen rechten worden ontleend. Het antwoordmodel dient als indicatie voor de corrector. Studiemateriaal Verheugt, J.W.P. (2013) Inleiding in het

Nadere informatie

Inhoudsopgave DEEL 1 INLEIDENDE BEGRIPPEN DEEL 2 ASPECTEN UIT HET BURGERLIJK RECHT

Inhoudsopgave DEEL 1 INLEIDENDE BEGRIPPEN DEEL 2 ASPECTEN UIT HET BURGERLIJK RECHT Inhoudsopgave DEEL 1 INLEIDENDE BEGRIPPEN HOOFDSTUK 1: INDELING VAN HET RECHT 3 1.1. Het publiekrecht 4 1.1.1. Het staatsrecht 4 1.1.2. Het administratief recht 5 1.1.3. Het strafrecht 6 1.1.4. Het fiscaal

Nadere informatie

Staats- en bestuursrecht

Staats- en bestuursrecht F.C.M.A. Michiels (red.) Staats- en bestuursrecht Tekst en materiaal Met bijdragen van Gio ten Berge Leonard Besselink Henk Kummeling Lex Michiels Rob Widdershoven KLUWER J ^ Deventer - 2003 Thema 1 -

Nadere informatie

Algemene Voorwaarden Stichting Perspekt

Algemene Voorwaarden Stichting Perspekt Algemene Voorwaarden Stichting Perspekt Artikel 1 Definities Aanbod/ Aanbiedingen: een uitnodiging tot aanvaarding van een aanbod of aanbiedingen van Perspekt; Algemene Voorwaarden: deze algemene voorwaarden;

Nadere informatie

Niet-nakoming van overeenkomsten: toerekenbaar tekortschieten (wanprestatie)

Niet-nakoming van overeenkomsten: toerekenbaar tekortschieten (wanprestatie) pag.: 1 van 5 Niet-nakoming van overeenkomsten: toerekenbaar tekortschieten (wanprestatie) Tekortschieten in het nakomen van een overeenkomst betekent dat diegene die moet presteren dat helemaal niet doet,

Nadere informatie

is een domme zet 1 Inleiding in het recht 1.1 Inleiding

is een domme zet 1 Inleiding in het recht 1.1 Inleiding 1 Inleiding in het recht 1.1 Inleiding Om de samenleving rechtvaardig te ordenen zijn er regels nodig die door de overheid zijn gemaakt. Al die (gedrags)regels bij elkaar noemen we recht. Het is de taak

Nadere informatie

FORMULIER AANDELENOVERDRACHT. 2. Achternaam : Burgerlijke staat : gehuwd / ongehuwd / geregistreerd partner *

FORMULIER AANDELENOVERDRACHT. 2. Achternaam : Burgerlijke staat : gehuwd / ongehuwd / geregistreerd partner * FORMULIER AANDELENOVERDRACHT blad 1 De ondergetekenden: 1. Achternaam Voorna(a)m(en) voluit Adres Postcode/woonplaats E-mail adres Geboortedatum en -plaats Houder van : paspoort / rijbewijs / identiteitskaart

Nadere informatie

ALGEMENE VOORWAARDEN VOOR DE KOOPOVEREENKOMST GROND VOOR EENGEZINSHUIZEN, VERSIE

ALGEMENE VOORWAARDEN VOOR DE KOOPOVEREENKOMST GROND VOOR EENGEZINSHUIZEN, VERSIE ALGEMENE VOORWAARDEN VOOR DE KOOPOVEREENKOMST GROND VOOR EENGEZINSHUIZEN, VERSIE 1-1-2010 Bij deze algemene voorwaarden horen: - Koopovereenkomst Grond voor eengezinshuizen, versie 1-1-2010 Definities

Nadere informatie

Ieder hoofdstuk wordt afgesloten met een aantal vragen om de kennis te toetsen. Het betreft steeds drie multiplechoicevragen en drie open vragen.

Ieder hoofdstuk wordt afgesloten met een aantal vragen om de kennis te toetsen. Het betreft steeds drie multiplechoicevragen en drie open vragen. 1 Inleiding In wetten worden veel zaken geregeld: studiefinanciering, de huur van een studentenkamer, de koop van studieboeken en kleding, maar ook verkeersregels en belastingheffing. Hiermee en met vele

Nadere informatie

Hoofdstuk 1 - Vermogensrechten 1 1 Vermogensrechten in het algemeen 1

Hoofdstuk 1 - Vermogensrechten 1 1 Vermogensrechten in het algemeen 1 INHOUDSOPGAVE Uitgebreide inhoudsopgave Enige Afkortingen Lijst van verkort aangehaalde werken Hoofdstuk 1 - Vermogensrechten 1 1 Vermogensrechten in het algemeen 1 Hoofdstuk 2 - Onderscheidingen van vermogensrechten

Nadere informatie

Masterclass Toezicht op en in de financiële sector

Masterclass Toezicht op en in de financiële sector Masterclass Toezicht op en in de financiële sector ALGEMEEN KADER STAATSRECHT PROFMR LODEWIJK ROGIER 19 MAART 2019 1 STAATSRECHT 2 RECHTSSTAAT 3 CONCORDANTIEBEGINSEL 4 BESTUURLIJKE HANDHAVING ALGEMEEN

Nadere informatie

4,1. Samenvatting door een scholier 1678 woorden 2 november keer beoordeeld. Samenvatting M&O

4,1. Samenvatting door een scholier 1678 woorden 2 november keer beoordeeld. Samenvatting M&O Samenvatting door een scholier 1678 woorden 2 november 2011 4,1 2 keer beoordeeld Vak Methode M&O Percent Samenvatting M&O Hoofdstuk 1 De binnenkant van een organisatie 1.1 Organisaties Organisaties hebben

Nadere informatie

Levering van aandelen Artikel 7 1. Voor de levering van een aandeel, waaronder begrepen de verkrijging van een aandeel door de vennootschap, en de

Levering van aandelen Artikel 7 1. Voor de levering van een aandeel, waaronder begrepen de verkrijging van een aandeel door de vennootschap, en de STATUTEN Naam en zetel Artikel 1 1. De vennootschap draagt de naam: [ ]. 2. De vennootschap heeft haar zetel in de gemeente [ ]. Doel Artikel 2 De vennootschap heeft ten doel: a. [ ]; b. het oprichten

Nadere informatie

Inhoudsopgave. Inhoudsopgave 5 Voorwoord 11

Inhoudsopgave. Inhoudsopgave 5 Voorwoord 11 Inhoudsopgave 5 Voorwoord 11 Hoofdstuk I.- Algemene inleiding 13 Afdeling 1.- Het privaatrecht, wat is dat? 13 1.- Objectief recht vs. subjectief recht 13 I.- Algemeen 13 II.- Objectieve benadering het

Nadere informatie

6,7. Samenvatting door een scholier 1239 woorden 3 februari keer beoordeeld. H2 Juridische vorm

6,7. Samenvatting door een scholier 1239 woorden 3 februari keer beoordeeld. H2 Juridische vorm Samenvatting door een scholier 1239 woorden 3 februari 2005 6,7 54 keer beoordeeld Vak Methode M&O Percent H2 Juridische vorm Rechtsvorm= de juridische vorm die een bedrijf heeft gekozen eenmanszaak, vennootschap

Nadere informatie

Bedrijfsoverdracht: hoe werkt dat? Due diligence. Overnamecontract

Bedrijfsoverdracht: hoe werkt dat? Due diligence. Overnamecontract Bedrijfsoverdracht: hoe werkt dat? Een bedrijf wordt om verschillende redenen overgedragen. Dit kan zijn om organisatorische redenen, verschuivingen binnen een concern of met het oog op het pensioen van

Nadere informatie

Algemene Voorwaarden voor Interim Management en Advies Diensten van Direttore B.V.

Algemene Voorwaarden voor Interim Management en Advies Diensten van Direttore B.V. Algemene Voorwaarden voor Interim Management en Advies Diensten van Direttore B.V. 1. Algemeen 1.1 Deze algemene voorwaarden zijn van toepassing op alle aanbiedingen en overeenkomsten van Direttore B.V.

Nadere informatie

Hoofdstuk I. Algemene inleiding 15

Hoofdstuk I. Algemene inleiding 15 Voorwoord 13 Hoofdstuk I. Algemene inleiding 15 Afdeling 1. Het privaatrecht, wat is dat? 15 1. Objectief recht vs. subjectief recht 15 I. Algemeen 15 II. Objectieve benadering het objectief recht 15 III.

Nadere informatie

Constitutioneel recht

Constitutioneel recht Constitutioneel recht Prof. mr. C.A.J.M. Kortmann Bewerkt door Prof. mr. P.P.T. Broeksteeg Prof. mr. B.P. Vermeulen Mr. C.N.J. Kortmann Zevende druk Kluwer a Wotters Kluwer business INHOUD AFKORTINGEN

Nadere informatie

ALGEMENE VOORWAARDEN VOOR DE VERKOOP VAN ONROERENDE ZAKEN DOOR DE GEMEENTE BEDUM

ALGEMENE VOORWAARDEN VOOR DE VERKOOP VAN ONROERENDE ZAKEN DOOR DE GEMEENTE BEDUM ALGEMENE VOORWAARDEN VOOR DE VERKOOP VAN ONROERENDE ZAKEN DOOR DE GEMEENTE BEDUM Bedingen die van toepassing zijn op de verkoop van alle onroerende zaken. HOOFDSTUK 1 ALGEMENE BEPALINGEN Artikel 1.1 :

Nadere informatie

Bewerkersovereenkomst

Bewerkersovereenkomst Bewerkersovereenkomst Deze bewerkersovereenkomst is van toepassing op alle vormen van verwerking van persoonsgegevens die Deltacom-cloud.nl B.V., ingeschreven bij de Kamer van Koophandel onder nummer 59854677,

Nadere informatie

1 Inleiding: plaats van verbintenissenrecht

1 Inleiding: plaats van verbintenissenrecht 1 Inleiding: plaats van verbintenissenrecht 1.1 De opzet en doel van het boek In het dagelijks leven gaan we tal van verplichtingen aan of worden ons juist door het recht verplichtingen opgelegd. We sluiten

Nadere informatie

Subjectieve rechten vloeien voort uit het objectieve recht. Subjectieve rechten kunnen worden onderverdeeld in de volgende subcategorieën 1.

Subjectieve rechten vloeien voort uit het objectieve recht. Subjectieve rechten kunnen worden onderverdeeld in de volgende subcategorieën 1. Introductie In dit document vind je onze uitwerking van probleem 1. Wij hopen met deze uitwerking te laten zien dat onze samenvattingen volledig en gestructureerd zijn. Daarnaast willen wij laten zien

Nadere informatie

FORMULIER OVERDRACHT AANDE(E)L(EN) Burgerlijke staat : gehuwd / ongehuwd / geregistreerd partner *

FORMULIER OVERDRACHT AANDE(E)L(EN) Burgerlijke staat : gehuwd / ongehuwd / geregistreerd partner * blad 1 FORMULIER OVERDRACHT AANDE(E)L(EN) De ondergetekende(n): 1. Achternaam Voorna(a)m(en) voluit Adres Postcode/woonplaats E-mail adres Geboortedatum en -plaats Houder van : paspoort / rijbewijs / identiteitskaart

Nadere informatie

Algemene Voorwaarden Autobedrijf Severs

Algemene Voorwaarden Autobedrijf Severs Algemene Voorwaarden Autobedrijf Severs ARTIKEL 1 DEFINITIES 1. In deze algemene voorwaarden worden de hierna volgende termen in de navolgende betekenis gebruikt, tenzij uitdrukkelijk anders is aangegeven.

Nadere informatie

WELKE JAS DRAAGT UW BEDRIJF? (UITGAVE 2012)

WELKE JAS DRAAGT UW BEDRIJF? (UITGAVE 2012) WELKE JAS DRAAGT UW BEDRIJF? (UITGAVE 2012) Met jas bedoelen wij het juridische jasje, oftewel de rechtsvorm. Inleiding Het Nederlandse recht kent (onder meer) de volgende rechtsvormen: 1. eenmanszaak;

Nadere informatie

3 Onrechtmatige overheidsdaad

3 Onrechtmatige overheidsdaad Monografieen Privaatrecht 3 Onrechtmatige overheidsdaad Rechtsbescherming door de burgerlijke rechter Prof. mr. G.E. van Maanen Prof. mr. R. de Lange Vierde druk Deventer - 2005 Inhoud VERKORT AANGEHAALDE

Nadere informatie

1. In deze algemene verkoopvoorwaarden wordt verstaan onder:

1. In deze algemene verkoopvoorwaarden wordt verstaan onder: ALGEMENE VERKOOPVOORWAARDEN MAMMOET GROEP JUNI 2006 1. DEFINITIES EN TOEPASSELIJKHEID 1. In deze algemene verkoopvoorwaarden wordt verstaan onder: a. Mammoet Groep": de groep van vennootschappen, gevestigd

Nadere informatie

Workshop Bestuursmodellen. Hebben we nu wel of niet het goede model gekozen?

Workshop Bestuursmodellen. Hebben we nu wel of niet het goede model gekozen? Workshop Bestuursmodellen Hebben we nu wel of niet het goede model gekozen? Welke rechtsvormen kennen we? Rechtsvorm: zonder rechtspersoonlijkheid? Als u uw bedrijf inschrijft bij de KvK, dan kiest u een

Nadere informatie

Belang van het onderscheid

Belang van het onderscheid privaatrecht publiekrecht Horizontale relaties in het recht = relaties tussen particuliere personen Verticale relaties in het recht = relaties tussen overheid en privé-personen Belang van het onderscheid

Nadere informatie

STARTERSEVENT TWENTE

STARTERSEVENT TWENTE STARTERSEVENT TWENTE 2 JUNI 2016 Juridische aandachtspunten voor starters mr. Willeke Krieger mr. Jolien Klomp Enschede Onderwerpen Rechtsvormen van ondernemingen Zekerheden Algemene voorwaarden Handelsnaam

Nadere informatie

Inhoud. Lijst van afkortingen 15. Inleiding 17. Deel A Verhouding tot bestuursorganen Kernbegrippen Awb

Inhoud. Lijst van afkortingen 15. Inleiding 17. Deel A Verhouding tot bestuursorganen Kernbegrippen Awb Inhoud Lijst van afkortingen 15 Inleiding 17 Begrip bestuursrecht 17 Doelstellingen, opzet en indeling Awb 18 Opbouw boek 21 Website 22 Deel A Verhouding tot bestuursorganen 23 1 Kernbegrippen Awb 25 Leerdoelen

Nadere informatie

Kern van het bestuursrecht

Kern van het bestuursrecht Kern van het bestuursrecht prof. mr. RJ.N. Schlösseis prof. mr. F.A.M. Stroink met medewerking van mr. C.L.G.RH. Albers mr. S. Hillegers Boom Juridische uitgevers Den Haag 2003 Inhoud Afkortingen 13 1

Nadere informatie

Inleiding. Het systeem II 15. Causaal verband Relativiteit Groepsaansprakelijkheid. Aansprakelijkheid voor personen

Inleiding. Het systeem II 15. Causaal verband Relativiteit Groepsaansprakelijkheid. Aansprakelijkheid voor personen Inhoud I 1 2 Deel 1 II 3 4 5 6 7 8 9 10 III 11 12 13 14 15 Inleiding Aansprakelijkheidsrecht Het systeem Vestiging Aansprakelijkheid voor eigen onrechtmatig handelen (art. 6:162 BW) Onrechtmatige daad

Nadere informatie