Waar blijft de schoonheidsspecialist?

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Waar blijft de schoonheidsspecialist?"

Transcriptie

1 Waar blijft de schoonheidsspecialist? Onderzoek onder oud leerlingen Eindrapport Een onderzoek in opdracht van Hoofd Bedrijfschap Ambachten Jos de Jonge Projectnummer: B3649 Zoetermeer, 14 december 2010

2 De verantwoordelijkheid voor de inhoud berust bij Research voor Beleid. Het gebruik van cijfers en/of teksten als toelichting of ondersteuning in artikelen, scripties en boeken is toegestaan mits de bron duidelijk wordt vermeld. Vermenigvuldigen en/of openbaarmaking in welke vorm ook, alsmede opslag in een retrieval system, is uitsluitend toegestaan na schriftelijke toestemming van Research voor Beleid. Research voor Beleid aanvaardt geen aansprakelijkheid voor drukfouten en/of andere onvolkomenheden. 2

3 Inhoudsopgave 1 Inleiding Achtergrond Vraagstelling Aanpak van het onderzoek 7 2 De arbeidsmarkt voor professionals in de uiterlijke verzorging De arbeidsmarkt voor schoonheidspecialisten De arbeidsmarkt voor pedicures De arbeidsmarkt van de voortijdig schoolverlaters van de kappersopleidingen De arbeidsmarkt in de drie branches; overeenkomsten en verschillen 18 3 De opleiding en de beroepspraktijk De opleiding voor schoonheidsspecialisten De opleiding voor pedicures 26 4 Waarom gestopt met de kappersopleiding? Verhouding bol-bbl De redenen om te stoppen Conclusies 33 5 Op weg naar de toekomst De toekomst in de ogen van de schoonheidsspecialisten De toekomst in de ogen van de pedicures De toekomst in de ogen van de onderzoeker 37 Bijlage 1 Vragenlijst 39 Bijlage 2 Aansluiting opleiding beroepspraktijk voor schoonheidspecialistes 51 Bijlage 3 Aansluiting opleiding beroepspraktijk bij pedicures 55 Bijlage 4 Bijscholingsbehoefte bij schoonheidsspecialistes 57 Bijlage 5 Bijscholingsbehoefte bij pedicures 59

4 4

5 1 Inleiding 1.1 Achtergrond In de branches voor de uiterlijke verzorging wordt een substantiële opleidingsinspanning gepleegd om tegemoet te komen aan de behoeftes bij klanten aan dienstverlening. De recessie lijkt de stijgende vraag naar diensten van kappers, schoonheidsspecialistes en pedicures nauwelijks af te remmen. Ten grondslag daaraan ligt de nog steeds stijgende uitgaven voor de uiterlijke verzorging in Nederland 1. Het aantal ondernemingen in de drie branches en dan met name het aantal ZZP-bedrijven neemt sterk toe. Kennelijk is er ruimte in de markt voor deze professionals. Bij kappers neemt het aantal gediplomeerden op niveau 2 en 3 licht af maar vooral bij de schoonheidspecialisten is er (onder andere door het nieuwe niveau 4) sprake van een forse toename van nog geen 600 gediplomeerden aan het begin van deze eeuw tot ruim het dubbele anno Bij voetverzorging is er sprake van een complexe opleidingssituatie. Er zijn leerlingen die opgeleid worden bij de ROC s maar er zijn ook leerlingen die een vakdiploma halen bij commerciële opleidingen. Van beiden zijn geen betrouwbare cijfers beschikbaar. Bij de ROC s weten we wel hoeveel leerlingen zich uitsluitend inschrijven voor een opleiding in de voetverzorging. Dat aantal diploma de laatst 6 jaar rond de 150 maar was daarvoor hoger 3. Maar veel leerlingen hebben een combinatie van een opleiding als schoonheidsspecialist en als pedicure. Zij worden ingeschreven als schoonheidsspecialist als ze beide opleidingen gelijktijdig volgen. We weten echter niet wat die gediplomeerden gaan doen als ze de opleiding verlaten hebben. Gaan ze direct als ZZP-er of als een medewerker in een salon aan het werk? Blijven ze in de branches van de uiterlijke verzorging? Gaan ze werken in een van de aanpalende bedrijfstakken als de wellness sector, parfumerieën of in hotels? Of kiezen ze voor een heel ander traject? Vooral bij de schoonheidsspecialistes lijken de aantallen gediplomeerden groter dan het aantal nieuwe werkplekken (vooral ZZP). Voor de brancheorganisaties in de uiterlijke verzorging maar ook voor de onderwijsinstellingen is het van belang om te weten of hun afgestudeerden emplooi vinden en ook of de competenties die ze met hun diploma hebben verkregen op die werkplek ook daadwerkelijk tot hun recht komen. De ANBOS heeft bij monde van haar voorzitter de heer O. Bijlsma de vraag gesteld waar al 1 Dit blijkt bijvoorbeeld ook uit de gegevens van de Nederlandse Cosmetica Vereniging. Zij melden een stijging van omzetten in de afgelopen drie jaren van 4%, 7% en 5% (2008). Een groot deel van de omzet zit in producten voor haarverzorging, huidverzorging en decoratieve cosmetica. De bedrijven die aangesloten zijn bij de NCV leveren ook aan de professionals in de branche. 2 Deze cijfers zijn een bewerking van gegevens van Cfi en betreffen de diploma s behaald bij ROC s. Vooral voor schoonheidsspecialisten en voetverzorgers zijn de aantallen gediplomeerden uit de private opleidingen ook substantiële aantallen. De gegevens worden gepubliceerd in het momenteel nog niet gepubliceerd rapport voor het KOC (macrodoelmatigheid uiterlijke verzorging 2010). In 2000 werden er 513 nieuw diploma s voor schoonheidsspecialisten uitgereikt. In 2009 is dit aantal gestegen naar 1420 waarvan 335 op het niveau 4. 3 In 2009 zijn ook de eerste gediplomeerden van de niveau 4 opleiding medisch pedicure in de cijfers te zien.

6 die opgeleide schoonheidspecialistes blijven 1. Onderdeel van de vraag van ANBOS was ook of die afgestudeerden in bedrijven terecht komen waar de competenties van schoonheidsspecialisten toepasbaar zijn of dat er een beweging in de markt zit waarbij voor delen van de markt ook andere competenties gevraagd worden. Het Hoofd Bedrijfschap Ambachten heeft deze vraag van de ANBOS opgepikt en deze in overleg verbreed naar alle ambachtelijke beroepen in de uiterlijke verzorging. Research voor Beleid/ EIM heeft de opdracht gekregen voor het uitvoeren van een onderzoek naar de arbeidsmarktpositie van recent afgestudeerde professionals in de uiterlijke verzorging. Voorliggende rapport vormt de integratie van de drie rapporten over respectievelijk gediplomeerde schoonheidspecialistes, gediplomeerde pedicures en gestopte kappersleerlingen. Een apart onderwerp bij de arbeidsmarktvraagstukken voor de kappersbranche betreft degenen die de opleiding zonder diploma verlaten. Het vermoeden bestaat dat de groei van het aantal ZZP-ers verklaard zou kunnen worden door een vrij groot aantal personen dat de eindstreep en dus het diploma niet haalt. Er is in de opleidingen voor de kappersbranche een forse uitval; in tegenstelling tot die voor schoonheidsverzorging en voetverzorging. Er zijn geen belemmeringen om zich als kapper in te schrijven bij de Kamer van Koophandel en daardoor als ZZP-er aan de slag te gaan; ook voor uitvallers. Vanzelfsprekend is dat geen doelstelling van de opleidingen en wordt op deze manier een concurrentie in de markt gezet die de branche geen goed doet. 1.2 Vraagstelling De vraagstelling voor de uiteenlopende branches in de uiterlijke verzorging is iets verschillend. Het gaat in alle drie de branches om de relatie tussen opleiding en beroep. Bij de schoonheidsspecialisten en de voetverzorgers is de vraagstelling beperkt tot de gediplomeerden maar is er naast een belangstelling voor de cijfers ook inhoudelijke informatie gewenst over de vraag of men op de opleiding de juiste competenties heeft aangeleerd die in de latere beroepsuitoefening van belang zijn. Bij de kappers zijn ook de ongediplomeerde schoolverlaters van belang. Daar is echter minder behoefte aan informatie over de kwalitatieve aansluiting omdat deze recentelijk nog is onderzocht. De vraag die voor ligt is primair gericht op de arbeidsmarktkeuzes die gediplomeerde schoonheidsspecialisten, voetverzorgers en ongediplomeerde ex-leerlingen (kappers0) maken. Men is vooral benieuwd naar de perspectieven kort na het verlaten van de opleiding. Arbeidsmarktkeuzes zijn natuurlijk nooit onbeperkt en er moeten wel banen zijn, of kansen om met enig succes ZZP-er te kunnen worden. De kwantitatieve cijfermatige aansluiting van de opleidingen op de marktvraag is gegeven met het deel van de afgestudeerden dat een plaats vindt in de markt (als werknemer of ondernemer). Als het zo is dat een groot deel van de gediplomeerden helemaal niet in de branches gaan werken kunnen we natuur- 1 De schoonheidsspecialist april

7 lijk niet spreken over een efficiënte aansluiting van opleidingen op de arbeidsmarkt 1. Als gediplomeerden in aanpalende branches terecht komen, kan dat een teken zijn van de brede inzetbaarheid van de gediplomeerden. Als dat er veel zijn betekent dat ook iets voor de opleiding. Als ongediplomeerde schoolverlaters evengoed in grote aantallen de markt betreden en een baan vinden in de uiterlijke verzorging zegt dat ook iets over de relatieve waarde van het diploma. Natuurlijk maakt het dan veel uit of deze mensen als ZZP-er aan de slag gaan of in de salons emplooi vinden. Naast een kwantitatieve aansluiting is er ook de vraag gesteld naar de kwalitatieve aansluiting; heeft de gediplomeerde die competenties verworven welke nodig zijn voor een effectieve beroepsuitoefening? Vooral daar waar gediplomeerden in aanpalende branches terecht komen waar de competenties van de uiterlijke verzorging gevraagd worden is het interessant om te zien wat men aan de opleiding heeft en waar eventueel hiaten zijn; wat mist men in de opleiding terwijl de beroepsuitoefening dit wel eist. Zoals gezegd heeft de kappersbranche dergelijke informatie al recent beschikbaar gekregen. Beide elementen; de kwantitatieve en kwalitatieve aansluiting staan centraal in het gevraagde onderzoek. In het kort wordt de vraagstelling van het onderzoek als volgt gedefinieerd; In welke mate komen de uitstromers van de verschillende opleidingen in de uiterlijke verzorging terecht op de arbeidsmarkt van de drie branches (of zoeken ze hun heil elders). Bij de schoonheidspecialisten en voetverzorgers is de vraag daarbij ook hoe ze de geleerde competenties ervaren in het licht van de actuele beroepsuitoefening? Voor de kappers geldt dat ook de ongediplomeerde uitstroom in beeld gebracht moet worden. Bij de term verschillende opleidingen denken we natuurlijk aan de afzonderlijke opleidingen voor kappers, schoonheidspecialisten en voetverzorgers maar ook aan de niveaus 2, 3 en 4 van deze opleidingen. Ook het onderscheid tussen opleidingen BOL en BBL kan, althans voor de kappersopleidingen, van belang geacht worden. 1.3 Aanpak van het onderzoek Logistiek Het onderzoek heeft plaats gevonden door middel van een Internet enquête onder de doelgroep. Daartoe is de medewerking gekregen van DUO-Ibgroep die alle contactgegevens van studenten en leerlingen heeft. We hebben DUO gevraagd een op naam gestelde brief te sturen naar personen die kort geleden als schoonheidsspecialist of pedicure een diploma hebben behaald (schooljaar ) en naar een aantal personen die de kappersopleiding zonder diploma verlaten hebben. Deze brief is door DUO verstuurd op briefpapier van Research voor Beleid. Voor het stimuleren van de respons is onder de doelgroep een aanmoediging gegeven door middel van de verloting van een viertal minilaptops. 1 Zoals gezegd is er voor een deel van de afgestudeerden geen optie van werknemerschap maar alleen van ondernemerschap. In strikte zin is daar geen sprake van een arbeidsmarkt, maar feitelijk natuurlijk wel omdat de markt voor ZZP-ers ook verzadigd kan raken of door een groot aanbod sterk verdund. 7

8 Degenen die de brief hebben ontvangen konden door middel van een speciale inlogcode toegang krijgen tot de vragenlijst. Deze inlogcode maakte een latere koppeling aan enkele achtergrondgegevens van de ex-leerling (postcode, opleiding, leeftijd, geslacht) mogelijk. Via deze inlogcode heeft ook de verloting plaats gevonden. Vragenlijst De vragenlijst is in opgesteld door Research voor Beleid en in concept voorgelegd aan vertegenwoordigers van de Anbos en het scholenveld. Een directeur van een van de grotere ROC s was zo vriendelijk om de onderzoeker van commentaar te voorzien op de concept vragenlijst. De vragenlijst bevat de volgende elementen: Opleidingsachtergrond Arbeidsmarktsituatie en arbeidsmarktgedrag Kwalitatieve aansluiting; oordeel over de inhoud van de opleiding Voor kappers; redenen om de opleiding te verlaten Toekomstverwachtingen werk en scholing Achtergrondinformatie 1 De vragenlijst zelf is in de bijlage opgenomen. Deze vragenlijst is afgenomen voor exstudenten voor opleidingen uit alle branches van de uiterlijke verzorging (kappers, pedicures en schoonheidsspecialisten). De vragenlijst is voorbereid door een aantal testinterviews bij leden van de doelgroep. Respons In totaal hebben 520 gediplomeerde schoonheidsspecialisten, 160 gediplomeerde pedicures en 252 ongediplomeerde kappersleerlingen de vragenlijst op Internet ingevuld. Respons schoonheidsspecialisten 18% van alle gediplomeerde schoonheidsspecialisten hebben een opleiding gevolgd op niveau 4; de rest op niveau 3. Veel van degenen die een opleiding hebben gevolgd voor schoonheidspecialisten blijken zoals van te voren bekend was- ook een andere opleiding in de uiterlijke verzorging te hebben. 1 Veel van de achtergrondinformatie als leeftijd, regio en soort diploma is ook door DUO verstrekt. 8

9 Figuur 1.1 De respons voor de schoonheidspecialisten Schoonheidspecialiste 329 Schoonheidsspecialiste en pedicure 149 Kapper en schoonheidsspecialiste 42 Totaal schoonheidspecialiste 520 Respons pedicures In totaal hebben 160 gediplomeerde pedicures de vragenlijst op Internet ingevuld, waarvan er 146 een gecombineerde opleiding hebben gevolgd. Er is een respons van 4 pedicures met de opleiding voor medisch pedicure (gecombineerd met niveau 3 schoonheidspecialist). Er zijn er 29 die de niveau 4 opleiding van schoonheidsspecialiste gecombineerd hebben met de (niveau 3) opleiding voor pedicure. De overigen hebben een niveau 3 diploma voor beide opleidingen (100 personen). Respons kappersleerlingen In totaal hebben 252 ongediplomeerde kappersleerlingen de vragenlijst op Internet ingevuld. De respons naar niveau en bol/bbl is als volgt Er zijn 52 bbl-ers van niveau 2 Er zijn 126 bol-ers van niveau 2 Er zijn 27 bbl-ers van niveau 3 Er zijn 46 bol-ers van niveau Dat impliceert dus 178 niveau 2 leerlingen, en 73 niveau 3 leerlingen In tegenstelling tot bij schoonheidsspecialisten en pedicures komt het bij de kappersleerlingen vrijwel niet voor dat ze ook een ander opleiding volgen. Van de 252 gold dit voor 3 leerlingen (ook schoonheidspecialist niveau 3). 9

10 10

11 2 De arbeidsmarkt voor professionals in de uiterlijke verzorging In dit hoofdstuk wordt de arbeidsmarkt bekeken voor de doelgroep; pas afgestudeerde schoonheidsspecialisten en pedicures en drop-outs van de kappersopleidingen. De afzonderlijke disciplines worden in aparte paragrafen gepresenteerd en dit hoofdstuk wordt afgesloten met een integrale beschouwing. 2.1 De arbeidsmarkt voor schoonheidspecialisten Een van de belangrijkste vragen uit het onderzoek betreft de arbeidsmarkt van pas afgestudeerde schoonheidspecialisten. In het artikel van de voorzitter van de Anbos vroeg hij zich al af wat al deze mensen gaan doen na hun diploma. Het traditionele perspectief van professionals in deze branche is die van zelfstandig ondernemerschap. 96% van alle ondernemingen voor schoonheidsspecialisme zijn zzp bedrijven. Daarnaast vinden steeds meer vakvrouwen een baan in aanpalende branches in de wellness sector of de detailhandel. In de rapportage over de arbeidsmarkt en opleidingen in de uiterlijke verzorging is ook gerapporteerd dat het aantal bedrijven vooral de ZZP bedrijven- in aantal sterk toegenomen is (van 8000 in het jaar 2000 tot ruim in 2009). Tabel 2.1 Wat doen gediplomeerde schoonheidspecialisten Overzicht Het antwoord op de vraag waar deze mensen heen gaan is gegeven in de onderstaande tabel. Schoonheidsspecialiste Schoonheids- Totaal niveau 3 Specialiste niveau 4 Werknemer in de uiterlijke verzorging 40% 47% 41% Zelfstandig ondernemer in de uiterlijke 12% 11% 12% verzorging Werknemer in een andere sector; detailhandel, 31% 20% 29% gezondheidszorg Zonder betaald werk* 18% 21% 18% Totaal 100% 100% 100% Het beeld is duidelijk, maar ook enigszins verrassend. De traditionele zzp-er vinden we maar voor 12% van de gevallen terug. Een groot deel vindt als werknemer emplooi (41% zie ook tabel 2.2). Dat betekent bij elkaar dat net de helft van de schoonheidsspecialisten emplooi vindt in de sector waarvoor ze de opleidingen hebben gevolgd. Dat is een tamelijk laag cijfer, waarbij we bij de interpretatie wel rekening moeten houden met het gegeven

12 dat Nederland op het moment van meting nog in een economische recessie zat 1. Het is duidelijk niet zo dat iedereen die voor dit vak een opleiding heeft genoten ook werkt als schoonheidspecialist. Natuurlijk is de meting betrekkelijk kort na afstuderen (1/2-1,1/2 jaar) en het perspectief van een eigen bedrijf is voor veel van deze relatief jonge mensen waarschijnlijk niet zo aantrekkelijk. De ondernemers De ondernemers die er zijn hebben voor ¾ een schoonheidssalon en de anderen hebben een gecombineerde salon met pedicure erbij. Aan de ondernemers in deze groep (55 personen= 12% van alle ondervraagden) is gevraagd of ze de Anbos kennen en of ze lid zijn. De bekendheid is bijna 100% maar niet meer dan 15% van de ondernemers is ook daadwerkelijk lid geworden. Het is dus geen gebruik om zich als jonge ondernemer ook direct in te schrijven bij de branche-organisatie. Werknemers in de uiterlijke verzorging We hebben voor degenen die werknemer zijn geworden in de uiterlijke verzorging nog wat preciezer in beeld gebracht wat de aard is van die bedrijven. Dat zien we in de volgende tabel. Alle percentages zijn op het totaal aantal afgestudeerden. Tabel 2.2 Bedrijf waar de schoonheidsspecialist in loondienst werkt Schoonheidsspecialiste niveau 3 Schoonheidsspecialiste niveau 4 Totaal schoonheidsspecialisten Salon voor schoonheidsspecialisten 23% 28% 23% Bedrijf in wellness (sauna, beauty farm, 7% 16% 9% zonnestudio) Hotel of parfumerie met schoonheidssalon 6% 3% 6% of kapsalon Zorginstelling met voorzieningen voor 2% 0% 2% uiterlijke verzorging Een kapperszaak 2% 0% 2% Totaal 40% 47% 41% Een toch vrij fors deel van de gediplomeerden die werken in de uiterlijke verzorging geven aan dat ze dat doen in een schoonheidssalon. Er zitten ook veel mensen bij die wel in de uiterlijke verzorging werken maar het vak uitoefenen in bedrijven in de wellness sector. Vooral voor degenen die een opleiding hebben genoten op niveau 4 blijkt dat het geval. Ook in parfumerieën waar een voorziening is voor schoonheidsspecialisme zien we deze mensen terug (vooral niveau 3) 2. De zorginstellingen en kapperszaken waar ook schoonheidsspecialisten hun emplooi vinden completeren het beeld 3. 1 Er is van deze recente datum nog weinig vergelijkbaar datamateriaal. Traditioneel zit het getal voor dergelijke branches waar een specifiek op het beroep gerichte opleiding voor nodig is belangrijk hoger (60-80%, met een frictiewerkloosheid van 5-20%). 2 We zien ook mensen in een parfumerie werken maar dan als verkoopmedewerker. Deze mensen zijn meegeteld in de groep werknemer in een andere sector. De in tabel 2.2 opgenomen aantallen betreffen schoonheidsspecialisten die als schoonheidsspecialist aan het werk zijn. 3 Ongeveer 1/3 van alle schoonheidspecialisten waarover hier gerapporteerd wordt heeft ook een diploma als pedicure. Zorginstellingen hebben ook behoefte van vakmensen met dit specifieke specialisme. 12

13 Werknemers buiten de uiterlijke verzorging We hebben hiervoor gezien dat veel schoonheidspecialisten terecht komen in branches die buiten de uiterlijke verzorging zijn. In onderstaande tabel wordt aangegeven in welk soort branches zij terecht komen. Hierbij wordt weer uitgegaan van een percentage van het geheel zodat de procenten voor tabel 2.1, 2.2 en 2.3 dezelfde basis hebben en direct vergelijkbaar zijn. Tabel 2.3 Sectoren buiten de uiterlijke verzorging waar schoonheidsspecialisten werkzaam zijn Schoonheidsspecialiste Niveau 3 Schoonheidsspecialiste niveau 4 Totaal schoonheidspecialisten De gezondheidszorg 4% 1% 4% Een parfumerie of drogist 5% 2% 4% Een andere winkel 7% 6% 7% Een kantoor 4% 2% 3% Anders, namelijk: 12% 9% 11% Totaal 31% 20% 29% Het soort bedrijven waar men werkt is een bonte mengeling van bedrijven in de zorg, de detailhandel en op kantoren (vooral zakelijke dienstverlening). Een deel van deze groep 12 % van de totale groep volgt naast het werk ook een opleiding. Dat zijn vrijwel allemaal opleidingen die niets te maken hebben met de uiterlijke verzorging en liggen op mbo of hbo-niveau.; veelal in de zorg of detailhandel. Bij de HBO opleidingen wordt ook enkele keren de opleiding huidtherapie aan de hogeschool Utrecht genoemd. Degenen zonder betaald werk Tenslotte is er nog de groep van pas afgestudeerde schoonheidspecialisten die geen betaald werk hebben of ondernemer zijn. Dit is 18% van de totale groep. Van deze groep is ruim 1/3 daadwerkelijk werkzoekend en valt bijgevolg onder de definitie van werkloos (7%). Degenen die werkzoekend zijn zoekt vooral een baan in de uiterlijke verzorging; 27% wil liever een baan die niets met de uiterlijke verzorging te maken heeft. Van de overige 11% is 3% bezig aan de opleiding op niveau 4 (na afronding van 3) en nog 1% aan de afronding van een pedicure opleiding en eveneens 1% aan de HBO opleiding huidtherapie. De overige 6% is bezig aan een geheel andere opleiding op mbo of hbo niveau. 2.2 De arbeidsmarkt voor pedicures Een van de belangrijkste vragen die gesteld is betreft de arbeidsmarkt van pas afgestudeerde pedicures. Het aantal recent gediplomeerde pedicures in de respons is zodanig verdeeld dat een uitsplitsing naar soorten opleidingen en aard van combinaties niet zinvol is. Er zijn maar 4 gediplomeerden in de respons met een niveau 4 opleiding en op 14 na gaat het allemaal om pedicures die de opleiding gecombineerd hebben met die van schoonheidsspecialiste. We hebben de antwoorden van de gehele groep bij elkaar genomen en rapporteren over deze groep in het onderstaande. 13

14 Het traditionele perspectief van de professionals -zowel de schoonheidspecialistes als de pedicures- is dat van het zelfstandig ondernemerschap. Daarnaast vinden steeds meer vakvrouwen een baan in aanpalende branches als de wellness sector, de detailhandel en de zorg. Zoals gezegd is de markt voor pedicures en die van schoonheidsspecialistes nauw aan elkaar verbonden omdat 1/3 van alle schoonheidsspecialistes een diploma haalt voor beide disciplines. In de rapportage over de arbeidsmarkt en opleidingen in de uiterlijke verzorging is ook gerapporteerd dat het aantal pedicure bedrijven vooral de ZZP bedrijven- in aantal sterk toegenomen is (30% groei in 4 jaar tot nu bedrijven). Het overzicht Het antwoord op de vraag waar deze mensen heen gaan is gegeven in de onderstaande tabel. Tabel 2.4 Wat doen gediplomeerde pedicures werknemer in de uiterlijke verzorging 39% zelfstandig ondernemer in de uiterlijke verzorging 23% werknemer in een andere sector; detailhandel, gezondheidszorg 25% zonder betaald werk 13% Totaal 100% Hier zien we een duidelijk beeld. Bijna een kwart van de pas afgestudeerden is zelfstandig ondernemer, en 39% is werknemer in de uiterlijke verzorging. Dat impliceert dus dat bijna 2/3 van alle gediplomeerden kort na de opleiding werkzaam is in de sector. Dat is een redelijk cijfer, waarbij we bij de interpretatie ook rekening moeten houden met het gegeven dat Nederland op het moment van meting nog in een economische recessie zat. Daarnaast is een kwart werknemer in een andere sector en is 13 % zonder betaald werk. In vergelijking met de schoonheidsspecialisten is het percentage ondernemers vrij hoog en het percentage zonder betaald werk juist laag. De ondernemers Zoals hierboven aangegeven is 23% van de afgestudeerden ondernemer geworden. 5 % heeft een bedrijf als pedicure en 16% een combinatie van pedicure en schoonheidspecialist. Een enkeling is alleen schoonheidsspecialiste geworden en heeft dus de vaardigheden als pedicure vooralsnog niet ingezet. Natuurlijk is de meting betrekkelijk kort na afstuderen (1/2-1,1/2 jaar) en het perspectief van een eigen bedrijf is voor veel van deze relatief jonge mensen waarschijnlijk nog niet aantrekkelijk. Een derde van de jonge ondernemers is ook nog bezig met een opleiding. Soms is dat een opleiding voor niveau 4 (pedicure of schoonheidsspecialist), maar ook wel een andere opleiding op mbo of hbo niveau (bijvoorbeeld wellnessmanager, sportmassage) De werknemers in de uiterlijke verzorging We hebben voor degenen die werknemer zijn geworden in de uiterlijke verzorging nog wat preciezer in beeld gebracht wat de aard is van die bedrijven. Dat zien we in de volgende tabel. Alle percentages zijn op het totaal aantal afgestudeerden. 14

15 Tabel 2.5 Bedrijf waar de pedicures in loondienst werkt Een kapperszaak 1% Een salon voor schoonheidsspecialisten 22% Een bedrijf voor voetverzorging 1% Een bedrijf in de wellness sector; (sauna, beauty farm, zonnebank) 8% Een hotel of parfumerie met uiterlijke verzorging 6% Een zorginstelling met voorziening voor pedicure 2% Totaal 39% Bij de groep werknemers zien we de verwevenheid van de verschillende delen van de arbeidsmarkt voor de uiterlijke verzorging duidelijk terug. De grootste groep betreft personen die als pedicure/schoonheidspecialiste in een salon werkt. Daarnaast zijn ook bedrijven in de wellness en hotels of parfumerieën (met faciliteiten voor het uitoefenen van het beroep) regelmatig voorkomende bedrijven. 1 Dat weinig van hen in bedrijven voor voetverzorging terecht komen is logisch omdat er weinig pedicure bedrijven met werknemers zijn. De helft van de werknemers (pedicures) in de uiterlijke verzorging is ook nog bezig met een opleiding; doorgaans in het vakgebied, dus een niveau 4 opleiding voor pedicure of schoonheidsspecialist, een vakopleiding voor de parfumerie of een hbo opleiding huidtherapie. De werknemers in een andere sector We hebben hiervoor gezien dat een kwart van de pedicures terecht komt in branches die buiten de uiterlijke verzorging zijn. Dat kunnen dan aanpalende branches zijn als parfumerieën of hotels maar als ze daar als pedicure werken worden deze plaatsen mee gerekend bij de bovenstaande categorie van de uiterlijke verzorging. In de onderstaande cijfers gaat het puur om bedrijven die -ook in nevenfunctie- niet tot de uiterlijke verzorging gerekend kunnen worden. In onderstaande tabel wordt aangegeven in welk soort branches zij terecht komen. Hierbij wordt weer uitgegaan van een percentage van het geheel zodat de procenten voor tabel 2.1, 2.2 en 2.3 dezelfde basis hebben en direct vergelijkbaar zijn. Als we de 25% werknemers buiten de uiterlijke verzorging verder uitsplitsen naar soorten bedrijven dan zien we het volgende: Tabel 2.6 Sectoren buiten de uiterlijke verzorging waar pedicures werkzaam zijn De gezondheidszorg 6% Een parfumerie of drogist 5% Een andere winkel 3% Een kantoor 3% Anders, namelijk: 8% Totaal 25% 1 We zien ook mensen in een parfumerie werken maar dan als verkoopmedewerker. Deze mensen zijn meegeteld in de groep werknemer in een andere sector. De in tabel 2.2 opgenomen aantallen betreffen pedicures/schoonheidsspecialisten die in hun eigen vak aan het werk zijn. 15

16 De verwachte branches zien we hier terug. De gezondheidszorg, detailhandel en een enkeling op een kantoor. De anderen betreffen een bonte mengeling van allerlei soorten bedrijven, uiteenlopend van een reisbureau tot een kinderboerderij. Ook hier zien we dat de helft bezig is met een opleiding. Daar zijn de opleidingen soms in gericht op de uiterlijke verzorging maar meestal niet. WE zien een bonte mengeling van mbo en hbo opleidingen die uiteenloopt van mbo tandarts-assistent, tot HBO psychologie of secretaresse. Degenen zonder betaald werk Van degenen zonder betaald is het merendeel ook niet op zoek naar werk (9%). Er resteert dan een aantal personen die volgens de officiële definitie werkloos zijn. Op het totaal is dat een te verwaarlozen percentage van 4% 1. De pedicures zonder betaald werk zijn bijna allemaal bezig met een opleiding. Velen volgen de opleiding voor pedicure of schoonheidsspecialist op niveau 4. Daarnaast ook mbo en hbo opleiding aanpalend aan de uiterlijke verzorging (huidtherapie, wellnessmanager, vitaliteitmanagement en toerisme) maar soms ook wel in een verder afgelegen richting (apothekersassistent, HBO pedagogiek). 2.3 De arbeidsmarkt van de voortijdig schoolverlaters van de kappersopleidingen Zoals in het voorgaande is aangegeven waren er verwachtingen in de branche dat veel leerlingen voortijdig de opleiding verlaten en zonder diploma aan de slag gaan als ZZP-er. Het aantal ZZP bedrijven in de branche is het laatste decennium explosief gestegen. Naast de ruim 6000 salons die vrijwel constant in aantal blijven stijgt het aantal ZZP bedrijven van zzp-er in 1999 naar ruim in 2009; ruim een verdubbeling. Het overzicht Het antwoord op de vraag waar deze mensen heen gaan is gegeven in de onderstaande tabel. Tabel 2.7 Wat doen ongediplomeerde kappersleerlingen Kapper niveau 2 Kapper niveau 3 Totaal Werknemer in de uiterlijke verzorging 6% 15% 9% Zelfstandig ondernemer in de uiterlijke verzorging 2% 1% 2% Werknemer in een andere sector; detailhandel, gezondheidszorg 55% 50% 54% Zonder betaald werk* 37% 34% 36% Totaal 100% 100% 100% 1 4% werkeloosheid is zeker gegeven het feit dat het schoolverlaters zijn, en we spreken over een periode van recessie een erg laag cijfer. Ter vergelijking; het percentage onder de totale groep schoonheidsspecialisten ligt op 7%. 16

17 Het wordt in een oogopslag duidelijk dat de veronderstellingen uit de branche niet bewaarheid worden. Mensen die op de opleiding verlaten gaan niet als zelfstandig ondernemer in de branche aan de slag. Dat is slechts een kleine minderheid van 2% die dit doet. Het grootste deel gaat echt een andere kant op, en heeft zich eenduidig van de uiterlijke verzorging afgekeerd. Meer dan de helft (54%) van de schoolverlaters zonder diploma gaat in een andere branche werken en 36% heeft geen betaald werk. We zien hierbij ook duidelijke verschillen tussen de Bol en bbl. We zien dat de bol-ers zowel bij niveau 2 als 3 veel vaker zonder betaald werk zitten en minder vaak werknemer zijn buiten de uiterlijke verzorging. Het aandeel van de mensen dat een opleiding volgt nadat ze de kappersopleiding beëindigd hebben is voor bol-ers en bbl-ers gelijk. De werknemers in de uiterlijke verzorging Degenen die wel in de branche werkzaam zijn, op het totaal 9% is vooral werkzaam bij een kapsalon. Een deel van hen betreft leerlingen die de niveau voor 3 opleiding gestopt maar veelal wel al een niveau 2 diploma op zak hebben. Maar er zijn ook enkele leerlingen die geen enkel diploma hebben. Dit is echt een minderheid. Er zitten ook nog enkele leerlingen in aanpalende bedrijven in de UV (wellness, parfumerie, schoonheidssalon). Dit zijn allemaal heel kleine percentages en daardoor vrijwel zonder betekenis. Aan deze kleine groep hebben we ook gevraagd of ze in de toekomst denken om in de uiterlijke verzorging te blijven of niet. Dat is voor 85% van de gevallen aan de orde; dat zijn dus blijvers, maar zoals gezegd is het een kleine groep. De werknemers in een andere sector Aan degenen die werkzaam zijn in een andere sector is gevraagd waar ze werken. Het antwoord staat in de volgende tabel: Tabel 2.8 Sectoren buiten de uiterlijke verzorging waar kappersleerlingen zonder diploma werkzaam zijn Niveau 2 Niveau 3 Totaal De gezondheidszorg 6% 5% 6% Een parfumerie of drogist 2% 0% 1% Een andere winkel 12% 16% 14% Een kantoor 3% 3% 3% Anders, namelijk: 32% 26% 30% Totaal 55% 50% 54% Het beeld is niet erg gearticuleerd. Sommigen werken in de gezondheidszorg, een enkeling werkt op een kantoor maar de grootste groep zijn toch degenen die in de detailhandel zijn gaan werken. Deze groep heeft zich ook definitief van de uiterlijks verzorging afgekeerd. Op de vraag of ze overwegen om nog te gaan werken in de uiterlijke verzorging was het antwoord vrijwel altijd nee. Van deze groep blijkt ook ongeveer de helft bezig te zijn aan een nieuwe opleiding. Dit is vrijwel altijd een mbo opleiding voor een anders sector dan de uiterlijke verzorging. Het gaat om een bont palet aan opleidingen veelal in de zorg of de handel. 17

18 Degenen zonder betaald werk Dan zijn er ook nog de ex leerlingen die momenteel geen betaald werk hebben. Daarvan is het interessant om te weten of ze werkzoekend zijn en daarmee tot de categorie werkloos horen. Van de 36% die geen betaald werk heeft blijkt de helft ook daadwerkelijk werkzoekend te zijn. Dat zijn in sterkere mate mensen op niveau 2 niveau. Ruim de helft (60%) van de werkzoekenden zoekt iets dat niets met de uiterlijke verzorging te maken heeft. Ook bij de niet werkenden zien we dat de helft aan een opleiding bezig is. Het gaat om de zelfde opleidingen als de werkenden; mbo opleidingen voor vakken in de zorg of de handel. 2.4 De arbeidsmarkt in de drie branches; overeenkomsten en verschillen Uit het onderzoek komen substantiële verschillen in de arbeidsmarkt naar voren. De markten liggen dicht bij elkaar en professionals wisselen tussen de verschillende branches. Bedrijven die net buiten de branche liggen maar wel gebruik maken van de speciale competenties van uiterlijke verzorgers zijn er ook. De wellness sector maar ook parfumerieën, hotels en zorginstellingen zetten deze mensen in op specifieke plekken in de organisatie. Als we het over arbeidsmarkt hebben dan is dat voor een deel een misleidende term; een groot deel van de werkgelegenheid in de drie branches ligt bij de zzp-ers. Dat zijn dus geen werknemers en ze begeven zich in strikte zin niet op de arbeidsmarkt. Met name voor de schoonheidsspecialisten en pedicures geldt dat; daar zijn 88% respectievelijk 96% van de bedrijven zzp bedrijven (kappers 70%). Tegelijk is de positie van een zzp-er wel een marktpositie die sterk gerelateerd is aan de positie van de (soms geringe aantallen) werknemers in de branche. Daarom worden zzp-ers wel meegenomen in de beschouwing over de arbeidsmarkt. We zien grote verschillen in de vraag aanbod verhoudingen op de arbeidsmarkt. Bij de kappers zien we een lichte daling van de aantallen gediplomeerden en een licht stijgende vraag naar kappersdiensten. Er is ook veel dynamiek, werknemers maar ook zzp bedrijven komen en gaan. Vooral op niveau 3 is de vraag groot en kunnen mensen met die papieren makkelijk aan het werk komen. 1 Bij de schoonheidsspecialisten zien we het omgekeerde. Steeds meer aanbod, een verdrievoudiging van de aantallen gediplomeerden in 10 jaar tijd en een sterk groeiend aantal zzp bedrijven. De spoeling wordt dun. Van de door ons onderzochte groep vindt een groot aantal vakvrouwen geen baan in de branche terwijl ze dat wel willen; de arbeidsmarkt is ruim. Er is ook werkloosheid onder deze groep. Bij de pedicures zien we dat het grootste deel van de vakmensen niet alleen pedicure is maar ook schoonheidsspecialist. Dat zorgt voor een grote interferentie van beide markten; of is er een aparte markt voor professionals die beide disciplines beheersen. Van een forse groei van het aantal gediplomeerden is geen sprake; er is wel groei in het aantal bedrijven. 1 Voor meer details; KOC rapport gepubliceerd door COLO. Arbeidsmarkt en beroepopleidingen uiterlijke verzorging. 18

19 Degenen die het diploma pedicure hebben behaald kunnen de meeste snel een plek vinden op de arbeidsmarkt in de uiterlijke verzorging. De markt is daar meer in balans. De werkloosheid is beperkt. Voor degenen die de kappersopleiding ongediplomeerd verlaten is in de uiterlijke verzorging geen plaats (uitgezonderd de kleine groep die uitstroomt uit de niveau 3 opleiding maar kan terugvallen op de niveau 2 kwalificatie). Ze vinden geen plaats in de markt van zzp bedrijven. Voor hen zit er niets anders om dan de bakens te verzetten, en via een baan in een andere sector, of via een opleiding voor een ander beroep, nieuwe kansen te zoeken. Al met al heel verschillende deelmarkten met verschillende getalsmatige verhouding tussen vraag en aanbod. De schoonheidsspecialisten kennen een ruime markt, de pedicures is die in balans en met name voor kappers niveau 3 is die krap. 19

20 20

21 3 De opleiding en de beroepspraktijk Dit hoofdstuk is geweid aan de afstemming van de opleiding op de beroepspraktijk. Dit is onderzocht voor schoonheidspecialistes en pedicures. De beide disciplines worden achtereenvolgens behandeld. 3.1 De opleiding voor schoonheidsspecialisten In de opleiding voor schoonheidsspecialisten worden leerlingen voorbereid op hun latere beroep als schoonheidspecialisten. We hebben in het voorgaande gezien dat niet iedereen ook daadwerkelijk als schoonheidspecialist aan de slag gaat. De oordelen van de afgestudeerden zijn in dit onderzoek gedetailleerd bevraagd. Daarvoor is op een groot aantal onderdelen van de opleiding gevraagd of ze het voldoende hebben geleerd, of ze het geleerde ook daadwerkelijk toepassen en of ze eventueel op het desbetreffende onderwerp nog een scholingsbehoefte hebben. Daartoe is het kwalificatiedossier voor de opleiding schoonheidsspecialist geanalyseerd en zijn de onderdelen van de opleiding die te herleiden zijn naar afzonderlijke werkprocessen in de vragenlijst opgenomen. Alle afgestudeerden hebben deze onderwerpen voorgeschoteld gekregen in het volle besef dat bepaalde (met name de gespecialiseerde) behandelingen alleen van toepassing zijn op degenen met opleiding op niveau 4. Achtereenvolgens komen aan de orde: Basisbehandelingen Gespecialiseerde behandelingen Wellnessbehandelingen Bedrijfsvoering Bij ieder onderwerp is steeds gevraagd of men vind dat dit voldoende geleerd is en of het veel wordt toegepast. Daarbij hebben we voor de rapportage alleen gekeken naar degenen die ook daadwerkelijk als schoonheidspecialisten (in loondienst of als ondernemer) werken en dus het geleerde in praktijk brengen. In het onderstaande wordt gewerkt met zogenaamde radargrafieken (ook wel spindiagrammen genoemd). Een uitleg van de radargrafieken vindt u in bijlage 2. De basisbehandelingen Bij de vragenlijst is een onderscheid gemaakt in de volgende basisbehandelingen: huidanalyse, gezichtsbehandeling, lichaamsbehandeling, cosmetische behandeling hand, nagel en voeten, visagie, nagelstyling van de natuurlijke nagel (geen kunstnagels), behandeling donkere huid en de behandeling mannenhuid. We hebben de uitslagen in z radargrafieken neergelegd waardoor in één oogopslag te zien is waar de sterke en minder ontwikkelde kanten van de opleiding zitten. Eerst die van de niveau 3 opleiding en vervolgens die van de niveau 4 opleiding.

22 Figuur 3.1 Voldoende geleerd van de basisbehandelingen; niveau 3 en 4 Mannenhuid Donkere huid Basisbehandelingen Huidanalyse 100% 80% 60% 40% 20% 0% Gezichtsbehandeling Niveau 3 Niveau 4 Lichaamsbehandeling Nagelstyling, van de natuurlijke nagel (geen kunstnagels) Cosmetische behandeling hand, nagel en voeten Visagie Hier blijkt dat de basisbehandelingen van huidanalyse, gezichtbehandeling, lichaamsbehandeling en de cosmetische behandeling van hand nagel en voeten door bijna 100% van de respondenten als voldoende geleerd wordt gezien 1. Voor de niveau 4 opleidingen geldt dat in vergelijkbare mate. Men heeft de onderdelen goed geleerd en past die ook toe. Belangrijk lager scoren (bij de niveau 3 opleiding) de onderdelen visagie (76%) nagelstyling (59%) donkere huid (41%) en mannenhuid (63%). Hier lopen de beide lijnen van niveau 3 en 4 ook uit elkaar. Als het de bedoeling is dat alle leerlingen hiervan voldoende kennis hebben genomen dan is voor deze behandelingen nog wel enige winst te behalen. Geleerd en ook gebruikt? Het zal ook geen verbazing wekken dat voor deze behandelingen in hun praktijk van niveau 3 afgestudeerden ook wat minder voorkomen; wat men onvoldoende geleerd heeft kan men ook niet toepassen. Bekijken we deze uitslagen voor degenen die de niveau 4 opleiding hebben gehad dan blijken deze onderdelen echter wel goed aangeleerd. De percentage afgestudeerden die aangeven deze onderdelen in voldoende mate geleerd te hebben liggen steeds boven de 80% of 90% en daarmee een stuk hoger dan bij de niveau 3 opleidingen. In de bijlage 2 vindt u de grafieken per niveau waar het geleerde en de beroepspraktijk naast elkaar worden gelegd. Gespecialiseerde behandelingen Kijken we naar de gespecialiseerde behandelingen dan is dit vooral van toepassing voor de niveau 4 opleiding. Voor de duidelijkheid is ook het geleerde in de niveau 3 opleidingen erbij gezet. 1 Uit de beantwoording blijkt ook dat men deze behandelingen veel toepast. 22

23 Figuur 3.2 Gespecialiseerde behandelingen geleerd? Gespecialiseerde behandelingen Niveau 3 Niveau 4 manuele lymfedrainage permanent make-up acne 100% 80% 60% 40% 20% 0% oosterse massage (Shiatsu) pincementmassage voetreflexzonemassage camouflage bindw eefselmassage ontharen laserbehandeling In deze grafiek is aangegeven dat Acne en shiatsu massage elementen zijn die men in de niveau 4 opleiding veelal wel geleerd heeft (88%). Voor de pincementmassage en de camouflagetechnieken geldt dat al een heel stuk minder met respectievelijk 35% en 28%. De andere specialisaties worden vrijwel niet gegeven op niveau 4 (en ook niet op niveau 5). Geleerd en ook gebruikt? In de bijlage 2 zijn de grafieken gegeven waarin de relatie bekeken wordt tussen de mate waarin deze behandelingen geleerd worden in relatie tot de mate waarin deze worden toegepast. Daar zien we voor niveau 3 een verschil; met name bij de gespecialiseerde behandeling van Acné. Die wordt in deze opleiding weinig geleerd maar in de beroepspraktijk zien we deze wel vaak toegepast. Daar is dus sprake van een onvoldoende kwalitatieve aansluiting tussen de opleiding en de beroepspraktijk. Dezelfde opmerking geldt in iets mindere mate ook voor het toepassen van camouflagetechnieken. Die aansluiting is bij de niveau 4 opleiding (waar deze gespecialiseerde behandelingen ook een prominenter plaats hebben in het curriculum) veel beter verzorgd. Acné en de oosterse massage worden hier veel beter geleerd en dat zijn ook de twee toepassingen die in de beroepspraktijk veruit het meest voorkomen. Wellnessbehandelingen De wellnessbehandelingen zijn ook in hoge mate aandachtspunten in de niveau 4 opleiding. 23

24 Figuur 3.3 Wellnessbehandelingen geleerd? advies/toepassen bruiningsmethoden Wellnessbehandelingen aromatherapie 100% 80% 60% 40% 20% 0% thelassotherapie Niveau 3 Niveau 4 kleuradvies make-up en kleding advies en toepassing afslankmethoden hoofdhuid en oormassage Het patroon is heel duidelijk. Alle soorten wellnessbehandelingen zijn in de niveau 4 opleidingen door de meeste schoonheidsspecialisten voldoende geleerd. Voor de niveau 3 opleidingen zijn deze behandelingen grotendeels onbekend, of liggen in ieder geval substantieel lager. Geleerd en ook gebruikt? Dit zien we ook terug in de figuren in bijlage 2 waar de mate waarin het geleerde ook wordt toegepast is weergegeven. De toepassingen zijn relatief bescheiden voor zowel niveau 3 als 4. Voor niveau 4 zijn de behandelingen goed aangeleerd maar worden ze weinig toegepast. Voor niveau 3 worden ze minder goed geleerd maar in de praktijk wel degelijk toegepast, zij het ongeveer ¼ minder dan bij degenen met een niveau 4 opleiding. Competenties bedrijfsvoering Een groot deel van de bedrijven in de branche zijn zzp-bedrijven. Het ligt dus erg voor de hand dat veel van de nu afgestudeerde schoonheidsspecialisten vroeg of laat een eigen bedrijf gaan starten. In hoofdstuk 2 hebben we gezien dat dit voor de meeste gediplomeerden nog niet aan de orde is als ze net zijn afgestudeerd. De vaardigheiden om een eigen bedrijf te voeren zijn echter wel onderdeel van het curriculum. In de onderstaande figuur is te zien of de afgestudeerden van niveau 3 en 4 dit in voldoende mate geleerd hebben. 24

25 Figuur 3.4 Bedrijfsvoering geleerd? Personeel w erven en aanstellen Financiële administratie voeren Bedrijfsvoering Cliënten adviseren over producten en behandelingen 100% Personeel begeleiden 80% Bedrijf starten 60% 40% 20% 0% Bedrijfsplan opstellen Marketing bedrijf, reclame, klantenw erving Niveau 3 Niveau 4 Prijzen/ tarieven bepalen Verkooptechnieken Inkoop en voorraadbeleid uitvoeren Duidelijk is dat het patroon voor niveau 4 belangrijk groter is dan voor niveau 3. Toch zijn er enkele zaken waarvoor bij beide niveaus kennelijk weinig aandacht is. Dat geldt bijvoorbeeld voor het de onderwerpen van personeel, maar ook voor het bepalen van prijzen en tarieven, verkooptechnieken en inkoopbeleid. De niveau 4 opleiding scoort wel rond of boven de 80% voor de onderdelen cliënten adviseren, bedrijf starten, bedrijfsplan opstellen en marketing. De niveau 3 opleiding haalt alleen voor het onderdeel cliënten adviseren een cijfer van boven de 60% van de afgestudeerden die zeggen voldoende geleerd te hebben. Geleerd en ook gebruikt? In bijlage 2 zien we per niveau het verschillen tussen goed geleerd en ook vaak toegepast. Dat is bij enkele onderdelen wel een wat vreemde vergelijking. Een bedrijf starten of een bedrijfsplan maken kun je maar beter goed geleerd hebben maar pas je natuurlijk niet vaak toe. Een nieuw bedrijf opzetten is voor de meesten immers een eenmalige activiteit. Uit die bijlage blijkt dat verkooptechnieken en cliënten adviseren de meest voorkomende activiteiten zijn voor een goede bedrijfsvoering. Ze zitten natuurlijk ook dicht bij de gewone dagelijkse uitvoeringspraktijk. Dit wordt ook goed geleerd; zeker op niveau 4. Voor de andere elementen geldt dat de meeste taken in de praktijk niet zo veel voorkomen. Dat is ook logisch omdat er maar 12% van de afgestudeerden een eigen bedrijf is begonnen. De nascholingsbehoeften liggen op uiteenlopende punten maar nergens zo duidelijk en sterk als bij de onderdelen van de bedrijfsvoering. Zowel voor degenen die een niveau 3 opleiding hebben gevolgd als voor degenen die een niveau 4 opleiding gevolgd hebben ligt de scholingsbehoefte op alle onderwerpen boven de 50%. Daarmee ligt de scholingsbehoefte op deze onderwerpen substantieel hoger dan bij de basisbehandelingen, de gespecialiseerde behandelingen en de wellnessbehandelingen. Conclusie opleiding schoonheidsspecialisten Als we het geheel overzien dan constateren we dat er op de niveau 3 opleiding voor de meeste basisbehandelingen overwegend voldoende geleerd wordt. Ruimte voor verbetering is er nog op het terrein van visagie, de donkere huid en de mannenhuid. Er wordt weinig 25

26 gedaan aan gespecialiseerde en wellnessbehandelingen, maar die zitten ook niet of nauwelijks in het curriculum. Waar de niveau 3 opleiding weinig aan doet zijn de onderwerpen van bedrijfsvoering. Eigenlijk scoort daar alleen het onderwerp klanten adviseren nog voldoende maar van alle andere bedrijfsgerichte onderwerpen als verkooptechnieken, administratie voeren, inkoopbeleid en marketing worden door meer dan de helft van de schoonheidsspecialisten aangegeven dat ze er niet voldoende van geleerd hebben. Uit de cijfers blijkt duidelijk dat voor de niveau 3 opleidingen daar het manco ligt. De niveau 4 opleidingen geven een ander beeld. Voor het volledige pallet van basisbehandelingen en wellnessbehandelingen scoort deze opleiding goed en geeft % van de schoonheidsspecialisten met deze opleiding aan er voldoende van geleerd te hebben. Bij de gespecialiseerde behandelingen zijn vooral de acne behandelingen en de oosterse massage goed geleerd maar liggen de overige technieken wat op de achtergrond. Er zijn enkele vaktechnische onderwerpen waarvoor nascholing gewenst wordt zoals visagie en de donkere huid in het pakket basistechnieken en (toch ook weer) acne en bindweefselmassage bij de gespecialiseerde behandelingen. Bij beide opleidingen is echter een duidelijke behoefte van nascholing op het terrein van de bedrijfsvoering. 3.2 De opleiding voor pedicures In de opleiding voor pedicures worden leerlingen voorbereid op hun latere beroep als pedicure 1. We hebben in het voorgaande gezien dat niet iedereen ook daadwerkelijk als pedicure (en schoonheidspecialiste) aan de slag gaat. De oordelen van de afgestudeerden zijn in dit onderzoek gedetailleerd bevraagd. Daarvoor is op een groot aantal onderdelen van de opleiding gevraagd of ze het voldoende hebben geleerd, of ze het geleerde ook daadwerkelijk toepassen en of ze eventueel op het desbetreffende onderwerp nog een scholingsbehoefte hebben. Daartoe is het kwalificatiedossier voor de opleiding pedicure geanalyseerd en zijn de onderdelen van de opleiding die te herleiden zijn naar afzonderlijke competenties in de vragenlijst opgenomen. Daarbij is een onderscheid gemaakt tussen hetgeen in termen van vaktechniek wordt geleerd en de competenties die te maken hebben met de bedrijfsvoering. Vaktechnische behandelingen Bij de vragenlijst is een onderscheid gemaakt in het uitvoeren van een voetonderzoek, de basisbehandeling uitvoeren, verder gespecialiseerde technieken uitvoeren en de screening en behandeling van de risicovoet. De uitslagen zijn in radargrafieken neergelegd waardoor in één oogopslag te zien is waar de sterke en minder ontwikkelde kanten van de opleiding zitten. Komt de waarde dicht in de buurt van de 100% dan vindt iedereen dat er voldoende geleerd is. 1 Zoals gezegd het merendeel van de respondenten ook als schoonheidsspecialiste. 26

27 Figuur 3.5 Voldoende geleerd van de vaktechnische behandelingen Vaktechnische behandelingen van pedicures Specialistische technieken uitvoeren Voetonderzoek uitvoeren 100% 80% 60% 40% 20% 0% Basisbehandeling voeten uitvoeren Gespecialiseerde behandeling behandelen risicovoet Gespecialiseerde behandeling screenen risicovoet De basisbehandelingen worden door vrijwel iedereen als voldoende geleerd gezien. Dat geldt iets minder voor het screenen en behandelen van de risicovoet. Het uitvoeren van gespecialiseerde behandelingen, anders dan die van de risicovoet wordt door een minderheid als voldoende geleerd ervaren. Geleerd en ook gebruikt? In de vragenlijst is ook de vraag gesteld of het geleerde in de praktijk ook gebruikt wordt. Daarbij is gevraagd of de het gebruik vaak, soms of niet is. Om in een oogopslag te zien of het gebruikt wordt zijn de antwoorden verwerkt naar een cijfer per onderdeel 1. De basisbehandeling heeft een bijna optimale score, direct gevolgd door het uitvoeren van een voetonderzoek. De gespecialiseerde technieken en de behandeling van de risicovoet wordt wel toegepast maar aanzienlijk minder frequent (waarde net onder de 0,5), terwijl de analyse van de risicovoet het minst wordt toegepast (0,38). Vaardigheden bedrijfsvoering Een groot deel van de bedrijven in de branche zijn zzp bedrijven. Het ligt dus erg voor de hand dat veel van de nu afgestudeerde pedicures vroeg of laat een eigen bedrijf gaan starten. In hoofdstuk 2 hebben we gezien dat dit voor de ¾ van de gediplomeerden nog niet aan de orde is als ze net zijn afgestudeerd. De competenties om een eigen bedrijf te voeren zijn echter wel onderdeel van het curriculum, en bovendien zijn veel van die competenties ook zeer nuttig voor het uitoefenen van het vak als werknemer in een salon. In de onderstaande figuur is te zien of de afgestudeerden dit in voldoende mate geleerd hebben. 1 Indien de score veel is krijgt het de waarde 1, bij soms de waarde 0,5. Zo zijn de waarden van alle respondenten bij elkaar genomen en is een gemiddeld cijfer berekend dat tussen de 0 (=nooit gebruikt door alle respondenten) tot 1 (veel gebruikt door alle respondenten). 27

Waar blijft de schoonheidsspecialist?

Waar blijft de schoonheidsspecialist? Waar blijft de schoonheidsspecialist? Onderzoek onder net afgestudeerde vakmensen Eindrapport december 2010 In opdracht van: Hoofdbedrijfschap Ambachten (HBA) Postbus 895 2700 AW Zoetermeer Uitgevoerd

Nadere informatie

Te vroeg uit de kappersopleiding

Te vroeg uit de kappersopleiding Te vroeg uit de kappersopleiding Onderzoek naar de voortijdige uitval uit de opleidingen voor kapper niveau 2 en niveau 3 Eindrapport december 2010 In opdracht van: Hoofdbedrijfschap Ambachten (HBA) Postbus

Nadere informatie

Rapportage Kunsten-Monitor 2014

Rapportage Kunsten-Monitor 2014 Rapportage Kunsten-Monitor 2014 Inleiding In 2014 heeft de AHK deelgenomen aan het jaarlijkse landelijke onderzoek onder recent afgestudeerden: de Kunsten-Monitor. Alle bachelor en master afgestudeerden

Nadere informatie

Mobiliteit van leraren tussen onderwijssectoren

Mobiliteit van leraren tussen onderwijssectoren Mobiliteit van leraren tussen onderwijssectoren Versie 2 Datum 15 oktober 2018 Status Definitief Onze referentie 1427719 Colofon Directie Projectnaam Contactpersoon Kennis/DUO Mobiliteit leraren Ministerie

Nadere informatie

Arbeidsmarkt en Beroepsopleidingen Uiterlijke Verzorging

Arbeidsmarkt en Beroepsopleidingen Uiterlijke Verzorging Arbeidsmarkt en Beroepsopleidingen Uiterlijke Verzorging 2009/2010 Eindrapport Een onderzoek in opdracht van Stichting KOC Nederland Jos de Jonge Projectnummer: B3716 Zoetermeer, 29 juli 2010 De verantwoordelijkheid

Nadere informatie

Gediplomeerden 2015 SOMA College

Gediplomeerden 2015 SOMA College Gediplomeerden 2015 SOMA College Samenvattende rapportage van de uitkomsten van het onderzoek onder gediplomeerden van het SOMA College Utrecht, september 2016 DUO Onderwijsonderzoek drs. Vincent van Grinsven

Nadere informatie

Salarissen en competenties van MBO-BOL gediplomeerden: Feiten en cijfers

Salarissen en competenties van MBO-BOL gediplomeerden: Feiten en cijfers Research Centre for Education and the Labour Market ROA Salarissen en competenties van MBO-BOL gediplomeerden: Feiten en cijfers ROA Fact Sheet ROA-F-2014/1 Researchcentrum voor Onderwijs en Arbeidsmarkt

Nadere informatie

JE LEERT HET VAK PAS ECHT BIJ DANGREMOND. SCHOONHEIDSVERZORGING VISAGIE VOETVERZORGING

JE LEERT HET VAK PAS ECHT BIJ DANGREMOND. SCHOONHEIDSVERZORGING VISAGIE VOETVERZORGING JE LEERT HET VAK PAS ECHT BIJ DANGREMOND. SCHOONHEIDSVERZORGING VISAGIE VOETVERZORGING SCHOONHEIDSVERZORGING VISAGIE VOETVERZORGING Mensen houden ervan om er verzorgd uit te zien, daarom besteden we aandacht

Nadere informatie

Onderzoek Alumni Bètatechniek

Onderzoek Alumni Bètatechniek Onderzoek Alumni Bètatechniek 0 meting - Achtergrond Eén van de knelpunten op de Nederlandse arbeidsmarkt is een tekort aan technisch geschoolden. De Twentse situatie is hierin niet afwijkend. In de analyse

Nadere informatie

Tekstbron 7.1 Werken in de Uiterlijke Verzorging

Tekstbron 7.1 Werken in de Uiterlijke Verzorging Tekstbron 7.1 Werken in de Uiterlijke Verzorging Werken in de Uiterlijke Verzorging betekent dat je veel bezig bent met huid- en haarverzorging bij klanten. Je geeft ook massages en je verzorgt de nagels

Nadere informatie

Schoolverlaters tussen onderwijs en arbeidsmarkt

Schoolverlaters tussen onderwijs en arbeidsmarkt Schoolverlaters tussen onderwijs en arbeidsmarkt 1999-4Middelbaar BeroepsOnderwijs ROA De cijfers in deze publicatie zijn gebaseerd op de jaarlijkse schoolverlatersonderzoeken van het Researchcentrum voor

Nadere informatie

Rapportage Kwantitatief onderzoek voetverzorgingsbranche

Rapportage Kwantitatief onderzoek voetverzorgingsbranche Rapportage Kwantitatief onderzoek voetverzorgingsbranche Kwantitatief onderzoek voetverzorgingsbranche Uitgevoerd in opdracht van ProVoet Arbeid Opleidingen Consult B.V. Dordrecht, 1 november 2018 RAO-338.18.11

Nadere informatie

M200802. Vrouwen aan de start. Een vergelijking tussen vrouwelijke en mannelijke starters en hun bedrijven. drs. A. Bruins drs. D.

M200802. Vrouwen aan de start. Een vergelijking tussen vrouwelijke en mannelijke starters en hun bedrijven. drs. A. Bruins drs. D. M200802 Vrouwen aan de start Een vergelijking tussen vrouwelijke en mannelijke starters en hun bedrijven drs. A. Bruins drs. D. Snel Zoetermeer, juni 2008 2 Vrouwen aan de start Vrouwen vinden het starten

Nadere informatie

Rabobank Cijfers & Trends

Rabobank Cijfers & Trends Kappers In de kappersbranche kunnen de volgende bedrijfstypen worden onderscheiden: zelfstandigen zonder personeel, zzp ers (ondernemers die minder dan 32 uur per week in het kappersbedrijf werkzaam zijn)

Nadere informatie

Factsheet. Monitor jeugdwerkloosheid Amsterdam 2014. Werkloosheid stijgt naar 24% Definities. Nummer 6 juni 2014

Factsheet. Monitor jeugdwerkloosheid Amsterdam 2014. Werkloosheid stijgt naar 24% Definities. Nummer 6 juni 2014 Nummer 6 juni 2014 Monitor jeugdwerkloosheid Amsterdam 2014 Factsheet Ondanks eerste tekenen dat de economie weer aantrekt blijft de werkloosheid. Negen procent van de Amsterdamse beroepsbevolking is werkloos

Nadere informatie

Meting economisch klimaat, november 2013

Meting economisch klimaat, november 2013 Meting economisch klimaat, november 2013 1.1 Beschrijving respondenten Er hebben 956 ondernemers meegedaan aan het onderzoek, een respons van 38. De helft van de respondenten is zzp er (465 ondernemers,

Nadere informatie

MKB-index april 2017

MKB-index april 2017 MKB-index april 2017 Zoetermeer, 4 mei 2017 De verantwoordelijkheid voor de inhoud berust bij Panteia. Het gebruik van cijfers en/of teksten als toelichting of ondersteuning in artikelen, scripties en

Nadere informatie

Huidig economisch klimaat

Huidig economisch klimaat Huidig economisch klimaat 1.1 Beschrijving respondenten Er hebben 956 ondernemers meegedaan aan het onderzoek, een respons van 38. De helft van de respondenten is zzp er (465 ondernemers, 49). Het aandeel

Nadere informatie

Rabobank Cijfers & Trends

Rabobank Cijfers & Trends Kappers In de kappersbranche kunnen de volgende bedrijfstypen worden onderscheiden: zelfstandigen zonder personeel, zzp ers (ondernemers die minder dan 32 uur per week in het kappersbedrijf werkzaam zijn)

Nadere informatie

ARBEIDSMARKT EN TRENDS SCHOONHEIDSSPECIALISTENBRANCHE HIGHLIGHTS

ARBEIDSMARKT EN TRENDS SCHOONHEIDSSPECIALISTENBRANCHE HIGHLIGHTS ARBEIDSMARKT EN TRENDS SCHOONHEIDSSPECIALISTENBRANCHE HIGHLIGHTS VOORWOORD KOC Nederland is het kenniscentrum van de Uiterlijke Verzorging. De Uiterlijke Verzorging is een gevarieerde sector, waar vakmensen

Nadere informatie

Zzp ers in de provincie Utrecht 2013. Onderzoek naar een groeiende beroepsgroep

Zzp ers in de provincie Utrecht 2013. Onderzoek naar een groeiende beroepsgroep Zzp ers in de provincie Utrecht 2013 Onderzoek naar een groeiende beroepsgroep Ester Hilhorst Economic Board Utrecht Februari 2014 Inhoud Samenvatting Samenvatting Crisis kost meer banen in 2013 Banenverlies

Nadere informatie

Stoppen als huisarts: trends in aantallen en percentages

Stoppen als huisarts: trends in aantallen en percentages Dit rapport is een uitgave van het NIVEL. De gegevens mogen worden gebruikt met bronvermelding. Stoppen als huisarts: trends in aantallen en percentages Een analyse van de huisartsenregistratie over de

Nadere informatie

8. Werken in bestuur en zorg

8. Werken in bestuur en zorg 8. Werken in bestuur en zorg De uitzendbranche is van oudsher een belangrijke werkgever voor niet-westerse allochtonen van de eerste generatie. Bij de teruggang in de werkgelegenheid van de afgelopen jaren

Nadere informatie

Factsheet. HBO-Monitor De arbeidsmarktpositie van hbo-afgestudeerden

Factsheet. HBO-Monitor De arbeidsmarktpositie van hbo-afgestudeerden HBO-Monitor 2018 De arbeidsmarktpositie van hbo-afgestudeerden Managementsamenvatting In deze factsheet staat de arbeidsmarktpositie van de hbo-afgestudeerden uit studiejaar 2016-2017 centraal. Eind 2018,

Nadere informatie

Allochtonen op de arbeidsmarkt 2009-2010

Allochtonen op de arbeidsmarkt 2009-2010 FORUM Maart Monitor Allochtonen op de arbeidsmarkt 9-8e monitor: effecten van de economische crisis In steeg de totale werkloosheid in Nederland met % naar 26 duizend personen. Het werkloosheidspercentage

Nadere informatie

Feiten en cijfers. HBO-Monitor 2014: De arbeidsmarktpositie van afgestudeerden van het hbo. April 2015

Feiten en cijfers. HBO-Monitor 2014: De arbeidsmarktpositie van afgestudeerden van het hbo. April 2015 Feiten en cijfers HBO-Monitor 2014: De arbeidsmarktpositie van afgestudeerden van het hbo April 2015 Feiten en cijfers 2 Inleiding In deze factsheet staan de arbeidsmarktresultaten van hbo-afgestudeerden

Nadere informatie

céáíéå=éå=åáàñéêë= HBO-Monitor 2012: De arbeidsmarktpositie van afgestudeerden van het hbo juni 2013

céáíéå=éå=åáàñéêë= HBO-Monitor 2012: De arbeidsmarktpositie van afgestudeerden van het hbo juni 2013 céáíéå=éå=åáàñéêë= HBO-Monitor 2012: De arbeidsmarktpositie van afgestudeerden van het hbo juni 2013 céáíéå=éå=åáàñéêë 2 Inleiding In deze factsheet staan de arbeidsmarktresultaten van hbo-afgestudeerden

Nadere informatie

Resultaten WO-monitor 2013

Resultaten WO-monitor 2013 Resultaten WO-monitor 2013 Samenvatting: De WO-Monitor is een vragenlijst die wordt afgenomen onder recent afgestudeerden (1-1,5 jaar na afstuderen) van de universiteiten in Nederland. De WO-monitor wordt

Nadere informatie

Feiten en cijfers. HBO-Monitor 2013: De arbeidsmarktpositie van afgestudeerden van het hbo. juni 2014

Feiten en cijfers. HBO-Monitor 2013: De arbeidsmarktpositie van afgestudeerden van het hbo. juni 2014 Feiten en cijfers HBO-Monitor 2013: De arbeidsmarktpositie van afgestudeerden van het hbo juni 2014 Honderden Feiten en cijfers 2 Inleiding In deze factsheet staan de arbeidsmarktresultaten van hbo-afgestudeerden

Nadere informatie

Resultaten Conjunctuurenquete 1e helft 2014

Resultaten Conjunctuurenquete 1e helft 2014 Resultaten Conjunctuurenquete 1e helft 214 Willemstad, Maart 214 Inleiding In juni 214 zijn in het kader van de conjunctuurenquête (CE) de bedrijven benaderd met vragenlijsten op Curaçao. Doel van deze

Nadere informatie

Districtsrapportage. NOORDWEST -Noord-Holland-Noord -Zuidelijk Noord-Holland

Districtsrapportage. NOORDWEST -Noord-Holland-Noord -Zuidelijk Noord-Holland Districtsrapportage NOORDWEST - - 21 INHOUDSOPGAVE Pagina ACHTERGRONDINFORMATIE 3 1 WERKGELEGENHEID 4 2 VACATURES 5 3 ECABO ENQUETE 6 4 LEERLINGEN 7 5 GEDIPLOMEERDEN 8 7 PERSPECTIEVEN WERKGEVERS 1 8 ARBEIDSMARKTPERSPECTIEVEN

Nadere informatie

Fact sheet. Monitor jeugdwerkloosheid Amsterdam. nummer 5 maart 2013

Fact sheet. Monitor jeugdwerkloosheid Amsterdam. nummer 5 maart 2013 Fact sheet nummer 5 maart 2013 Monitor jeugdwerkloosheid Amsterdam Er zijn ruim 133.000 jongeren van 15 tot en met 26 jaar in Amsterdam (januari 2012). Met de meeste jongeren gaat het goed in het onderwijs

Nadere informatie

Update door- en uitstroomcijfers participatie zonder startkwalificatie

Update door- en uitstroomcijfers participatie zonder startkwalificatie Update door- en uitstroomcijfers participatie zonder startkwalificatie Samenvatting Op basis van de geactualiseerde gegevens van het CBS zien de samenwerkende inspecties binnen Toezicht Sociaal Domein

Nadere informatie

Regiorapportage Mobiliteitsbranche Groot Amsterdam - Gooi en Vechtstreek

Regiorapportage Mobiliteitsbranche Groot Amsterdam - Gooi en Vechtstreek Regiorapportage Mobiliteitsbranche Groot Amsterdam - Gooi en Vechtstreek Ontwikkelingen op de arbeidsmarkt en in het onderwijs in de motorvoertuigen- en tweewielerbranche in de regio Groot Amsterdam -

Nadere informatie

Uitstroommonitor praktijkonderwijs

Uitstroommonitor praktijkonderwijs Uitstroommonitor praktijkonderwijs 2016-2017 Samenvatting van de monitor 2016-2017 en de volgmodules najaar 2017 Sectorraad Praktijkonderwijs december 2017 Versie definitief 1 Vooraf In de periode 1 september

Nadere informatie

Regiorapportage Mobiliteitsbranche Den Haag

Regiorapportage Mobiliteitsbranche Den Haag Regiorapportage Mobiliteitsbranche Den Haag Ontwikkelingen op de arbeidsmarkt en in het onderwijs in de motorvoertuigen- en tweewielerbranche in de regio Den Haag ROC Mondriaan 2012 2013 1 1. Kans op werk

Nadere informatie

PRIJSLIJST CE 2012-2013. Prijslijst examenproducten en diensten 2012 2013 PRSLST XMNPRDCTN CPBL XMNS. Twee DUIZEND. twaalf.

PRIJSLIJST CE 2012-2013. Prijslijst examenproducten en diensten 2012 2013 PRSLST XMNPRDCTN CPBL XMNS. Twee DUIZEND. twaalf. PRIJSLIJST CE 2012-2013 Prijslijst examenproducten en diensten 2012 2013 PRSLST XMNPRDCTN CPBL XMNS Twee DUIZEND twaalf dertien Onderdeel van het Aanbod producten en diensten Capabel Examens Versie 1.3

Nadere informatie

Startende leraren in Amsterdam

Startende leraren in Amsterdam Factsheet mei 2019 Deze factsheet geeft inzicht in de arbeidsmarktpositie van startende leraren op de lange termijn. Het aandeel gestarte leraren voor het (speciaal) basisonderwijs dat op de lange termijn

Nadere informatie

Regiorapportage Mobiliteitsbranche Dordrecht-Gorinchem-Zwijndrecht

Regiorapportage Mobiliteitsbranche Dordrecht-Gorinchem-Zwijndrecht Regiorapportage Mobiliteitsbranche Dordrecht-Gorinchem-Zwijndrecht Ontwikkelingen op de arbeidsmarkt en in het onderwijs in de motorvoertuigen- en tweewielerbranche in de regio Dordrecht-Gorinchem-Zwijndrecht

Nadere informatie

Bijna 30% van de starters stopt na het eerste jaar Met name cafetaria s en restaurants worden na één jaar weer opgeheven

Bijna 30% van de starters stopt na het eerste jaar Met name cafetaria s en restaurants worden na één jaar weer opgeheven Kwartaalbericht Starters ING Economisch Bureau Bijna 30% van de starters stopt na het eerste jaar Met name cafetaria s en restaurants worden na één jaar weer opgeheven In het eerste kwartaal 2014 waren

Nadere informatie

Regiorapportage Mobiliteitsbranche Gouda

Regiorapportage Mobiliteitsbranche Gouda Regiorapportage Mobiliteitsbranche Gouda Ontwikkelingen op de arbeidsmarkt en in het onderwijs in de motorvoertuigen- en tweewielerbranche in de regio Gouda ID College 2012 2013 1 1. Kans op werk Het bedrijfsleven

Nadere informatie

ROA Fact Sheet. Schoolverlaters tussen onderwijs en arbeidsmarkt 2011 Feiten en cijfers. Research Centre for Education and the Labour Market ROA

ROA Fact Sheet. Schoolverlaters tussen onderwijs en arbeidsmarkt 2011 Feiten en cijfers. Research Centre for Education and the Labour Market ROA Research Centre for Education and the Labour Market ROA Schoolverlaters tussen onderwijs en arbeidsmarkt 2011 Feiten en cijfers ROA Fact Sheet ROA-F-2012/1 Researchcentrum voor Onderwijs en Arbeidsmarkt

Nadere informatie

Arbeidsmarkt- en Onderwijsinformatie Onderzoek Sector Uiterlijke Verzorging

Arbeidsmarkt- en Onderwijsinformatie Onderzoek Sector Uiterlijke Verzorging Arbeidsmarkt- en Onderwijsinformatie Onderzoek Sector Uiterlijke Verzorging 214-218 Colofon Al meer dan 65 jaar is KOC Nederland het kenniscentrum voor de sector Uiterlijke Verzorging (kapper, schoonheidsspecialist,

Nadere informatie

Regiorapportage Mobiliteitsbranche Breda Bergen op Zoom

Regiorapportage Mobiliteitsbranche Breda Bergen op Zoom Regiorapportage Mobiliteitsbranche Breda Bergen op Zoom Ontwikkelingen op de arbeidsmarkt en in het onderwijs in de motorvoertuigen- en tweewielerbranche in de regio Breda Bergen op Zoom ROC West-Brabant

Nadere informatie

A.J.E. de Veer, R. Verkaik & A.L. Francke. Stagiairs soms slecht voorbereid op praktijk. Zorgverleners over de aansluiting

A.J.E. de Veer, R. Verkaik & A.L. Francke. Stagiairs soms slecht voorbereid op praktijk. Zorgverleners over de aansluiting Deze factsheet is een uitgave van het NIVEL. De gegevens mogen met bronvermelding (A.J.E. de Veer, R. Verkaik & A.L. Francke. Stagiairs soms slecht voorbereid op praktijk. Zorgverleners over de aansluiting

Nadere informatie

Regiorapportage Mobiliteitsbranche Eindhoven

Regiorapportage Mobiliteitsbranche Eindhoven Regiorapportage Mobiliteitsbranche Eindhoven Ontwikkelingen op de arbeidsmarkt en in het onderwijs in de motorvoertuigen- en tweewielerbranche in de regio Eindhoven Summa College 2012 2013 1 1. Kans op

Nadere informatie

SH&M 2012 Gediplomeerden MBO 2011

SH&M 2012 Gediplomeerden MBO 2011 Rapportage Gediplomeerden van het MBO van hout- en meubelopleidingen Analyse van de positie van gediplomeerden van het MBO van opleidingen binnen de kwalificatiestructuur van de hout- en meubelbranche

Nadere informatie

Stromen door het onderwijs

Stromen door het onderwijs Stromen door het onderwijs Vanuit het derde leerjaar van het vo 2003/2004 Erik Fleur DUO/IP Juni 2013 1. Inleiding In schooljaar 2003/2004 zaten bijna 200 duizend leerlingen in het derde leerjaar van het

Nadere informatie

Regiorapportage Mobiliteitsbranche Groningen

Regiorapportage Mobiliteitsbranche Groningen Regiorapportage Mobiliteitsbranche Groningen Ontwikkelingen op de arbeidsmarkt en in het onderwijs in de motorvoertuigen- en tweewielerbranche in de regio Groningen Noorderpoort College / Alfa-College

Nadere informatie

Insight Entree Baanbrekend. Sectorkeuze advies. Baanbrekend college. Datum 03 juni 2014 Naam Judith Baak Status Getest

Insight Entree Baanbrekend. Sectorkeuze advies. Baanbrekend college. Datum 03 juni 2014 Naam Judith Baak Status Getest college Datum 03 juni 2014 Naam Status Getest pagina 1 Samenvatting De resultaten in deze rapportage zijn berekend voor regio Zoetermeer. In deze grafiek combineren we jouw interesses met de kansen op

Nadere informatie

Onderwijs in Kaart 2018 Cijfermatige onderwijsontwikkelingen in Noord-Brabant HBO

Onderwijs in Kaart 2018 Cijfermatige onderwijsontwikkelingen in Noord-Brabant HBO Onderwijs in Kaart 2018 Cijfermatige onderwijsontwikkelingen in Noord-Brabant HBO 1 - Onderwijs in Kaart 2018-hbo.docx - 16-6-2017 Transvorm Inhoud 1. Inleiding... 3 2. Hbo Gezondheidszorg en Sociale Studies

Nadere informatie

B2B NLQF Overzicht Leven Lang Leren markt Nederland Gebruik NLQF/EQF bij bedrijven en instellingen NIDAP RESEARCH 2019

B2B NLQF Overzicht Leven Lang Leren markt Nederland Gebruik NLQF/EQF bij bedrijven en instellingen NIDAP RESEARCH 2019 B2B NLQF Overzicht Leven Lang Leren markt Nederland Gebruik NLQF/EQF bij bedrijven en instellingen NIDAP RESEARCH 2019 1. Overzicht rapportage NIDAP B2B onderzoek Het NIDAP B2B onderzoek is een jaarlijks

Nadere informatie

Colo-barometer van de stageplaatsen- en leerbanenmarkt

Colo-barometer van de stageplaatsen- en leerbanenmarkt Colo-barometer van de stageplaatsen- en leerbanenmarkt Een inventarisatie door Kenniscentra Beroepsonderwijs Bedrijfsleven, verenigd in Colo, peiling mei 2007. Het aantal door kenniscentra erkende leerbedrijven

Nadere informatie

Uitstroommonitor praktijkonderwijs

Uitstroommonitor praktijkonderwijs Uitstroommonitor praktijkonderwijs 2015-2016 Samenvatting van de monitor 2015-2016 en de volgmodules najaar 2016 Platform Praktijkonderwijs december 2016 Definitieve versie 161208 1 Vooraf In de periode

Nadere informatie

De oudere starter in Nederland Quick Service

De oudere starter in Nederland Quick Service De oudere starter in Nederland Quick Service Heleen Stigter Zoetermeer, januari 2003 Dit onderzoek maakt deel uit van het programmaonderzoek MKB en Ondernemerschap, dat wordt gefinancierd door het Ministerie

Nadere informatie

Onderwijs in Kaart 2018 West- Brabant

Onderwijs in Kaart 2018 West- Brabant Onderwijs in Kaart 2018 West- Brabant Cijfermatige ontwikkelingen in West- Brabant Transvorm Tilburg, mei 2018 Spoorlaan 171 04 5038 CB Tilburg Postbus 4275 5004 JG Tilburg T 088 144 40 00 F 088 144 40

Nadere informatie

Regiorapportage Mobiliteitsbranche Arnhem

Regiorapportage Mobiliteitsbranche Arnhem Regiorapportage Mobiliteitsbranche Arnhem Ontwikkelingen op de arbeidsmarkt en in het onderwijs in de motorvoertuigen- en tweewielerbranche in de regio Arnhem Rijn IJssel 2012 2013 1 1. Kans op werk Het

Nadere informatie

Regiorapportage Mobiliteitsbranche Noord-Holland Noord

Regiorapportage Mobiliteitsbranche Noord-Holland Noord Regiorapportage Mobiliteitsbranche Noord-Holland Noord Ontwikkelingen op de arbeidsmarkt en in het onderwijs in de motorvoertuigen- en tweewielerbranche in de regio Noord-Holland Noord ROC kop van Noord-Holland

Nadere informatie

Regiorapportage Mobiliteitsbranche Noord-Holland Zuid

Regiorapportage Mobiliteitsbranche Noord-Holland Zuid Regiorapportage Mobiliteitsbranche Noord-Holland Zuid Ontwikkelingen op de arbeidsmarkt en in het onderwijs in de motorvoertuigen- en tweewielerbranche in de regio Noord-Holland Zuid ROC Nova College 2012

Nadere informatie

Fact sheet. Monitor jeugdwerkloosheid Amsterdam 2013

Fact sheet. Monitor jeugdwerkloosheid Amsterdam 2013 Fact sheet nummer 9 juli 2013 Monitor jeugdwerkloosheid Amsterdam 2013 Er zijn in Amsterdam bijna 135.000 jongeren in de leeftijd van 15 tot 27 jaar (januari 2013). Veel jongeren volgen een opleiding of

Nadere informatie

Regiorapportage Mobiliteitsbranche Zuid-Limburg

Regiorapportage Mobiliteitsbranche Zuid-Limburg Regiorapportage Mobiliteitsbranche Zuid-Limburg Ontwikkelingen op de arbeidsmarkt en in het onderwijs in de motorvoertuigen- en tweewielerbranche in de regio Zuid- Limburg ROC Arcus College 2012 2013 1

Nadere informatie

Regiorapportage Mobiliteitsbranche Doetinchem

Regiorapportage Mobiliteitsbranche Doetinchem Regiorapportage Mobiliteitsbranche Doetinchem Ontwikkelingen op de arbeidsmarkt en in het onderwijs in de motorvoertuigen- en tweewielerbranche in de regio Doetinchem Graafschap College 2012 2013 1 1.

Nadere informatie

Regiorapportage Mobiliteitsbranche Rotterdam

Regiorapportage Mobiliteitsbranche Rotterdam Regiorapportage Mobiliteitsbranche Rotterdam Ontwikkelingen op de arbeidsmarkt en in het onderwijs in de motorvoertuigen- en tweewielerbranche in de regio Rotterdam Albeda College / Zadkine 2012 2013 1

Nadere informatie

Regiorapportage Mobiliteitsbranche Flevoland

Regiorapportage Mobiliteitsbranche Flevoland Regiorapportage Mobiliteitsbranche Flevoland Ontwikkelingen op de arbeidsmarkt en in het onderwijs in de motorvoertuigen- en tweewielerbranche in de regio Flevoland ROC Flevoland 2012 2013 1 1. Kans op

Nadere informatie

Uitstroommonitor praktijkonderwijs 2012-2013 Samenvatting van de monitor 2012-2013 en de volgmodules najaar 2013

Uitstroommonitor praktijkonderwijs 2012-2013 Samenvatting van de monitor 2012-2013 en de volgmodules najaar 2013 Uitstroommonitor praktijkonderwijs 2012-2013 Samenvatting van de monitor 2012-2013 en de volgmodules najaar 2013 Platform Praktijkonderwijs Rotterdam, 2 december 2013 1 Introductie In deze beknopte samenvatting

Nadere informatie

Aantal huisartsen en aantal FTE van huisartsen vanaf 2007 tot en met 2016

Aantal huisartsen en aantal FTE van huisartsen vanaf 2007 tot en met 2016 Aantal huisartsen en aantal FTE van huisartsen vanaf 2007 tot en met 2016 Werken er nu meer of minder huisartsen dan 10 jaar geleden en werken zij nu meer of minder FTE? LF.J. van der Velden & R.S. Batenburg,

Nadere informatie

Schoolverlaters uit het Beroepsonderwijs

Schoolverlaters uit het Beroepsonderwijs Schoolverlaters uit het Beroepsonderwijs Digitale en schriftelijk Schoolverlaters - Panelonderzoek 12 WoonWerk Jonna Stasse Woerden, augustus 2006 In geval van overname van het datamateriaal is bronvermelding

Nadere informatie

Herintreders op de arbeidsmarkt

Herintreders op de arbeidsmarkt Herintreders op de arbeidsmarkt Sabine Lucassen Voor veel herintreders is het lang dat ze voor het laatst gewerkt hebben. Herintreders zijn vaak vrouwen in de leeftijd van 35 44 jaar en laag of middelbaar

Nadere informatie

Werkgelegenheidsonderzoek 2010

Werkgelegenheidsonderzoek 2010 2010 pr ov i nc i e g r oni ng e n Wer kgel egenhei dsonder zoek Eenanal ysevandeont wi kkel i ngen i ndewer kgel egenhei di nde pr ovi nci egr oni ngen Werkgelegenheidsonderzoek 2010 Werkgelegenheidsonderzoek

Nadere informatie

Uitleg en verdieping CBS data infographic Participatie zonder Startkwalificatie

Uitleg en verdieping CBS data infographic Participatie zonder Startkwalificatie Uitleg en verdieping CBS data infographic Participatie zonder Startkwalificatie DOOR- EN UITSTROOM UIT PRAKTIJKONDERWIJS, VOORTGEZET SPECIAAL ONDERWIJS EN ENTREE-OPLEIDINGEN (COHORT 2013/14, 2014/15 EN

Nadere informatie

KWANTITATIEVE REGIOANALYSE TECHNISCH BEROEPSONDERWIJS

KWANTITATIEVE REGIOANALYSE TECHNISCH BEROEPSONDERWIJS - editie 2007 KWANTITATIEVE REGIOANALYSE TECHNISCH BEROEPSONDERWIJS REGIO MIDDEN- EN WEST-BRABANT - Samenvatting - Een initiatief van index Technocentrum Midden- en West-Brabant index Technocentrum Mozartlaan

Nadere informatie

Joost Meijer, Amsterdam, 2015

Joost Meijer, Amsterdam, 2015 Deelrapport Kohnstamm Instituut over doorstroom vmbo-mbo t.b.v. NRO-project 405-14-580-002 Joost Meijer, Amsterdam, 2015 Inleiding De doorstroom van vmbo naar mbo in de groene sector is lager dan de doorstroom

Nadere informatie

Arbeidsmarkt Metaalbewerking 2004 Regio Gelderland

Arbeidsmarkt Metaalbewerking 2004 Regio Gelderland Arbeidsmarkt Metaalbewerking 2004 Regio Gelderland Overview Hieronder wordt ingegaan op een aantal arbeidsmarktaspecten in de regio Gelderland, die op basis van de resultaten van het huidige monitoronderzoek

Nadere informatie

M200616. De winstpotentie van personeelsbeleid in het MKB

M200616. De winstpotentie van personeelsbeleid in het MKB M200616 De winstpotentie van personeelsbeleid in het MKB dr. J.M.P. de Kok drs. J.M.J. Telussa Zoetermeer, december 2006 Prestatieverhogend HRM-systeem MKB-bedrijven met een zogeheten 'prestatieverhogend

Nadere informatie

Rapport Onderzoek Lerarentekort

Rapport Onderzoek Lerarentekort Rapport Onderzoek Lerarentekort In opdracht van: PO-Raad Utrecht, juli 2019 Postbus 681 3500 AR Utrecht Telefoon: 030 263 10 80 e-mail: info@duo-onderwijsonderzoek.nl website: www.duo-onderwijsonderzoek.nl

Nadere informatie

Factsheet. HBO-Monitor De arbeidsmarktpositie van hbo-afgestudeerden

Factsheet. HBO-Monitor De arbeidsmarktpositie van hbo-afgestudeerden HBO-Monitor 2017 De arbeidsmarktpositie van hbo-afgestudeerden Managementsamenvatting In deze factsheet staat de arbeidsmarktpositie van de hbo-afgestudeerden uit studiejaar 2015-2016 centraal. Eind 2017,

Nadere informatie

Factsheet. HBO-Monitor De arbeidsmarktpositie van hbo-afgestudeerden

Factsheet. HBO-Monitor De arbeidsmarktpositie van hbo-afgestudeerden HBO-Monitor 2016 De arbeidsmarktpositie van hbo-afgestudeerden Managementsamenvatting In deze factsheet staat de arbeidsmarktpositie van de hbo-afgestudeerden uit studiejaar 2014/2015 centraal. Eind 2016,

Nadere informatie

Vakantiewerk in het mkb 2004

Vakantiewerk in het mkb 2004 Vakantiewerk in het mkb 2004 Koninklijke Vereniging MKB-Nederland Delft, 3 augustus 2004 Contactpersoon: dhr. drs. A. van Delft : 015 21 91 255, e-mail: delft@mkb.nl Copyright Koninklijke Vereniging MKB-Nederland,

Nadere informatie

Resultaten conjunctuurenquête 1 e halfjaar 2015

Resultaten conjunctuurenquête 1 e halfjaar 2015 Resultaten conjunctuurenquête 1 e halfjaar 2015 Inleiding Chris M. Jager In mei en juni 2015 zijn in het kader van de conjunctuurenquête (CE) een groot aantal bedrijven benaderd met vragenlijsten. Doel

Nadere informatie

Lesbrief. Ontwikkelingen op de arbeidsmarkt

Lesbrief. Ontwikkelingen op de arbeidsmarkt Lesbrief Ontwikkelingen op de arbeidsmarkt Inleiding Het aantrekkelijke van loopbaan en burgerschap is dat het voortdurend in beweging is. Onze samenleving is dynamisch; er vinden continu veranderingen

Nadere informatie

Schoonheidsspecialist

Schoonheidsspecialist Gilde Opleidingen Telefoon: (0475)34 32 43 E-mail: info@gildeopleidingen.nl Schoonheidsspecialist Studierichting Wellness en beauty Locatie Venlo - Groenveldsingel Niveau 3 Leerweg bol Sector Hospitality

Nadere informatie

Resultaten Conjunctuurenquete 2014

Resultaten Conjunctuurenquete 2014 Willemstad, april 15 Inhoud Inleiding... 2 Methodologie... 2 Resultaten conjunctuurenquête... 3 Investeringsbelemmeringen en bevorderingen...3 Concurrentiepositie...5 Vertrouwen in de economie...5 Vertrouwen

Nadere informatie

Onderwijs in Kaart 2018 Cijfermatige onderwijsontwikkelingen in Noord-Brabant MBO

Onderwijs in Kaart 2018 Cijfermatige onderwijsontwikkelingen in Noord-Brabant MBO Onderwijs in Kaart 2018 Cijfermatige onderwijsontwikkelingen in Noord-Brabant MBO 1 Inhoud 1. Inleiding... 3 2. Mbo Zorg en Welzijn Noord-Brabant... 4 2.1 Instromers... 5 Algemeen... 5 Benchmark Nederland...

Nadere informatie

Arbeidsmarkt in Beeld: Onderwijs West-Brabant

Arbeidsmarkt in Beeld: Onderwijs West-Brabant Arbeidsmarkt in Beeld: Onderwijs West-Brabant In mei 2019 verscheen de Arbeidsmarkt in Beeld: Onderwijs. In die publicatie leest u over de actuele trends en ontwikkelingen in het zorg- en welzijnsonderwijs

Nadere informatie

Vertrekredenen jonge docenten in het vo

Vertrekredenen jonge docenten in het vo Vertrekredenen jonge docenten in het vo 1 Inhoudsopgave Inleiding I. Willen jonge personeelsleden het vo verlaten? II. Waarom verlaten jonge docenten het vo? Rob Hoffius, SBO Januari 2010 2 Verlaten jonge

Nadere informatie

Arbeidsmarkt in Beeld: Onderwijs Zuidoost-Brabant

Arbeidsmarkt in Beeld: Onderwijs Zuidoost-Brabant Arbeidsmarkt in Beeld: Onderwijs Zuidoost-Brabant In mei 2019 verscheen de Arbeidsmarkt in Beeld: Onderwijs. In die publicatie leest u over de actuele trends en ontwikkelingen in het zorg- en welzijnsonderwijs

Nadere informatie

Duurzaamheid uitstroom uit een Abw- en WW-uitkering

Duurzaamheid uitstroom uit een Abw- en WW-uitkering Duurzaamheid uitstroom uit een Abw- en WW-uitkering verschillen tussen uitstroom naar Bedrijf en Loondienst Inspectie Werk en Inkomen (februari 2006) 1 Inhoud \ Managementsamenvatting 3 1 Inleiding 4 2

Nadere informatie

Analyse van de vooraanmeldingen voor de lerarenopleidingen

Analyse van de vooraanmeldingen voor de lerarenopleidingen Analyse van de vooraanmeldingen voor de lerarenopleidingen Aanmelding voor opleidingen tot vo docent steeds vroeger, pabo trekt steeds minder late aanmelders juni 2009 Inleiding Om de (toekomstige) leraartekorten

Nadere informatie

Gediplomeerden van het mbo van opleidingen ECABO

Gediplomeerden van het mbo van opleidingen ECABO Gediplomeerden van het mbo van opleidingen ECABO Analyse van de positie van gediplomeerden van het mbo van opleidingen binnen ECABO op basis van de gegevens van de MBO-Kaart 2005-2007 Gediplomeerden van

Nadere informatie

Jongeren op de arbeidsmarkt

Jongeren op de arbeidsmarkt Jongeren op de arbeidsmarkt Tanja Traag In 23 was 11 procent van alle jongeren werkloos. Jongeren die geen onderwijs meer volgen, hebben een andere positie op de arbeidsmarkt dan jongeren die wel een opleiding

Nadere informatie

Erratum Jaarboek onderwijs 2008

Erratum Jaarboek onderwijs 2008 Centraal Bureau voor de Statistiek Erratum 13 december 2007 Erratum Jaarboek onderwijs 2008 Ondanks de zorgvuldigheid waarmee deze publicatie is samengesteld, is een aantal zaken niet juist vermeld. Onze

Nadere informatie

ROA Fact Sheet. Schoolverlaters tussen onderwijs en arbeidsmarkt 2013 Feiten en cijfers. Research Centre for Education and the Labour Market ROA

ROA Fact Sheet. Schoolverlaters tussen onderwijs en arbeidsmarkt 2013 Feiten en cijfers. Research Centre for Education and the Labour Market ROA Research Centre for Education and the Labour Market ROA Schoolverlaters tussen onderwijs en arbeidsmarkt 2013 Feiten en cijfers ROA Fact Sheet ROA-F-2014/2 Researchcentrum voor Onderwijs en Arbeidsmarkt

Nadere informatie

De hbo er aan het werk

De hbo er aan het werk De hbo er aan het werk Hogescholen leiden op voor de arbeidsmarkt. Dat doen zij met succes. Het overgrote deel van de studenten vindt binnen 3 maanden een baan op minimaal hbo-niveau. Beroepen en functies

Nadere informatie

Duizenden werkloze jongeren buiten bereik arbeidsmarktbeleid

Duizenden werkloze jongeren buiten bereik arbeidsmarktbeleid Duizenden werkloze jongeren buiten bereik arbeidsmarktbeleid Raad voor Werk en Inkomen 6 oktober 2004 1. Inleiding Er zijn in Nederland verschillende werkloosheidscijfers in omloop. Dat geldt ook voor

Nadere informatie

De arbeidsmarkt klimt uit het dal

De arbeidsmarkt klimt uit het dal Trends en ontwikkelingen arbeidsmarkt en onderwijs De arbeidsmarkt klimt uit het dal Het gaat weer beter met de arbeidsmarkt in, ofschoon de werkgelegenheid wederom flink daalde. De werkloosheid ligt nog

Nadere informatie

Sectorkamer Mobiliteit, transport, logistiek en maritiem

Sectorkamer Mobiliteit, transport, logistiek en maritiem Resultaten Kans op werk 2019 Sectorkamer Mobiliteit, transport, logistiek en maritiem SBB, 31 januari 2019 190131 Resultaten Kans op werk 2019 MTLM 1 Inhoudsopgave blz Inleiding 3 1 Toelichting 4 2 Vergelijking

Nadere informatie

Voltijd hbo ers sinds twee jaar weer vaker een baan binnen achttien maanden

Voltijd hbo ers sinds twee jaar weer vaker een baan binnen achttien maanden Een baan Voltijd hbo ers sinds twee jaar weer vaker een baan binnen achttien maanden... 2 Geen dip in baankansen voor wo-afgestudeerden... 3 Geen dip in kans op baan voor deeltijdstudenten... 4 Hbo bachelor

Nadere informatie

Arbeidsmarkt in Beeld: Onderwijs Noordoost-Brabant

Arbeidsmarkt in Beeld: Onderwijs Noordoost-Brabant Arbeidsmarkt in Beeld: Onderwijs Noordoost-Brabant In mei 2019 verscheen de Arbeidsmarkt in Beeld: Onderwijs. In die publicatie leest u over de actuele trends en ontwikkelingen in het zorg- en welzijnsonderwijs

Nadere informatie

Resultaten enquête leerbedrijven Kans op werk 2018

Resultaten enquête leerbedrijven Kans op werk 2018 Resultaten enquête leerbedrijven Kans op werk 2018 Inhoudsopgave Inleiding... 3 Resultaten... 4 Aanbod vacatures... 4 Invulling vacatures... 5 Verwachte vacature ontwikkeling... 6 Geschiktheid vacatures

Nadere informatie

ROA Fact Sheet. Schoolverlaters tussen onderwijs en arbeidsmarkt 2012 Feiten en cijfers. Research Centre for Education and the Labour Market ROA

ROA Fact Sheet. Schoolverlaters tussen onderwijs en arbeidsmarkt 2012 Feiten en cijfers. Research Centre for Education and the Labour Market ROA Research Centre for Education and the Labour Market ROA Schoolverlaters tussen onderwijs en arbeidsmarkt 2012 Feiten en cijfers ROA Fact Sheet ROA-F-2013/2 Researchcentrum voor Onderwijs en Arbeidsmarkt

Nadere informatie