Arbeidsmarkt- en Onderwijsinformatie Onderzoek Sector Uiterlijke Verzorging
|
|
- Leopold Jonker
- 8 jaren geleden
- Aantal bezoeken:
Transcriptie
1 Arbeidsmarkt- en Onderwijsinformatie Onderzoek Sector Uiterlijke Verzorging
2
3 Colofon Al meer dan 65 jaar is KOC Nederland het kenniscentrum voor de sector Uiterlijke Verzorging (kapper, schoonheidsspecialist, pedicure en grimeur). Wij vertegenwoordigen een sector waarin ruim 8. mensen werken en waarin meer dan 1. leerbedrijven ervoor zorgen dat jaarlijks 13. studenten praktijkervaring kunnen opdoen. Bunnik, 214 Opgesteld door: KOC Nederland verbindt het bedrijfsleven met het middelbaar beroepsonderwijs door het erkennen en verbeteren van leerbedrijven, het ontwikkelen van kwalificatiedossiers en het onderzoeken van de arbeidsmarkt in de sector. Zij doet dit in opdracht van het ministerie van OCW. Het bestuur bestaat uit afgevaardigden van de brancheorganisaties, vakbonden en het middelbaar beroepsonderwijs. Jaarlijks brengt KOC Nederland het Arbeidsmarkt- en Onderwijsrapport voor de sector Uiterlijke Verzorging uit. Dit rapport is tot stand gekomen door: Team KOC Nederland Onder leiding van drs. G.C. Hesse Groeneweg CK Bunnik F E koc@koc.nl Cindy Hesse projectleider arbeidsmarkt Petra de la Lande Cremer manager ontwikkelteam & beleidsadviseur Mariëtte Ipenburg projectleider marketing & communicatie mei 214
4 VOORWOORD De economische crisis drukt ook haar stempel op de sector Uiterlijke Verzorging. Maar er zijn gelukkig ook lichtpuntjes te bespeuren, zo blijkt uit dit arbeidsmarktonderzoek Helder. Zo zien we dat het aantal leerbedrijven in de sector in 213 is toegenomen in plaats van de verwachte daling. De bereidheid om op te leiden blijft dus gelukkig op peil. Een andere belangrijke ontwikkeling is de groei van het aantal zzp ers in de branche. Voor hen is het vaak lastig om een stageplaats aan te bieden. Daarnaast zien we dat het aantal ondernemingen met personeel daalt. Het totaal aantal mbo-studenten in Nederland daalt al een aantal jaren, zo ook in de Uiterlijke Verzorging. De uitzondering hierbij is de opleiding voor schoonheidsspecialist op niveau 4. De combinatie van het stijgende aantal erkende leerbedrijven en het dalende aantal studenten leidt op landelijk niveau tot een redelijk evenwicht tussen vraag en aanbod op de markt van beroepspraktijkvormingsplaatsen. Deze rapportage geeft niet alleen een helder beeld van de ontwikkelingen van de afgelopen jaren, maar geeft ook een doorkijk naar de toekomst. Door inzicht te geven in ontwikkelingen van in-, door- en uitstroom in het onderwijs en op de arbeidsmarkt kan toekomstig arbeidsmarktbeleid in de sector worden vormgegeven. Het biedt betrokken partijen beleidsmakers, sociale partners en beroepsonderwijs de mogelijkheid om plannen te maken en te handelen met oog voor een gezonde, leerrijke sector Uiterlijke Verzorging. Drs. V.M.A. Alkemade Directeur KOC Nederland
5 INHOUDSOPGAVE pagina 1. INLEIDING Aanleiding Sector Uiterlijke Verzorging Opbouw rapport 7 2 ONDERWIJS In het kort Inleiding Opleidingen sector Uiterlijke Verzorging Kappers Schoonheidsspecialisten Pedicures Grimeurs 26 3 PRAKTIJKLEREN 3.1 In het kort Aanbodzijde van de beroepspraktijkvorming Erkende leerbedrijven Bpv-plaatsen Vraagzijde van beroepspraktijkvorming Perspectief beroepspraktijkvorming 35 4 ARBEIDSMARKT UITERLIJKE VERZORGING In het kort Arbeidsmarkt voor kappers Bedrijven Werkgelegenheid Arbeidsmarkt voor schoonheidsspecialisten Bedrijven Werkgelegenheid Arbeidsmarkt voor pedicures Bedrijven Werkgelegenheid Arbeidsmarkt voor grimeurs Bedrijven Werkgelegenheid 52 5 CONFRONTATIE AANBOD EN VRAAG In het kort Doel prognosemodel Werking prognosemodel Prognoseresultaten: arbeidsmarktperspectief schoolverlaters SAMENVATTING EN CONCLUSIES 63 BIJLAGEN Bijlage 1 Overzicht Crebo -codes naar kwalificatie en branche 72 Bijlage 2 Overzicht per district de arbeidsmarktregio s 73 Bijlage 3 Toelichting methodiek prognosemodel 74 Bijlage 4 Lijst van tabellen en figuren 77
6 6
7 1. INLEIDING 1.1 Aanleiding KOC Nederland is het Kenniscentrum Beroepsonderwijs Bedrijfsleven voor de Uiterlijke Verzorging. In het kader van de Wet Educatie en Beroepsonderwijs is KOC Nederland actief in de kappers-, schoonheidsspecialisten-, pedicureen grimeursbranche. KOC Nederland ontwikkelt producten en diensten voor onderwijs en bedrijfsleven. Om deze diensten en producten te optimaliseren, is inzicht in de ontwikkelingen op de arbeidsmarkt en binnen het onderwijs nodig. Die vertalen we naar de gevolgen hiervan voor het middelbaar beroepsonderwijs. Jaarlijks doet KOC Nederland daarom onderzoek om zo in cijfers een beeld te geven van de arbeidsmarkt en het onderwijs in de branches waarvoor zij werkt. KOC Nederland heeft samen met onderzoeksbureau Etil en de begeleidingscommissie Arbeidsmarkt dit onderzoek uitgevoerd. De begeleidingscommissie bestaat uit vertegenwoordigers van de brancheorganisaties: Koninklijke ANKO, Brancheplatform Kappers, ANBOS en ProVoet. Zij zijn nauw betrokken bij het beoordelen van de tussen- en eindrapportages van dit onderzoek. Dit rapport geeft een beschrijving van de arbeids-, onderwijsen beroepspraktijkvormingsmarkt (bpv-markt) voor erkende leer-/werkplaatsen. Daarnaast komen de verwachte arbeidsmarktperspectieven voor gediplomeerde mboschoolverlaters binnen de sector Uiterlijke Verzorging aan de orde. Naast het hoofdrapport is een statistische bijlage beschikbaar waarin de belangrijkste onderzoeksresultaten voor 35 arbeidsmarktregio s zijn opgenomen. Voor het onderzoek is onder andere gebruik gemaakt van de volgende bronnen: Dienst Uitvoering Onderwijs (DUO), Sociaal Statistisch Bestand (SSB) en het UWV. 1.2 Sector Uiterlijke Verzorging Tabel 1.1 Branches en kwalificaties sector Uiterlijke Verzorging Branche Kwalificatie Mboniveau Kappers Junior kapper 2 Kapper 3 Ondernemend kapper 4 Schoonheidsspecialisten Schoonheidsspecialist 3 Allround schoonheidsspecialist 4 Pedicures Pedicure 3 Medisch pedicure 4 Grimeurs Allround grimeur 4 De sector Uiterlijke Verzorging kent vier branches en acht (opleidings)kwalificaties. Deze rapportage gaat in op de situatie op de arbeidsmarkt in deze branches en kwalificaties. Tabel 1.1 toont welke richtingen en kwalificaties binnen de sector Uiterlijke Verzorging vallen. In bijlage 1 is een gedetailleerd overzicht opgenomen van de indeling van de kwalificaties naar crebo-code. Crebo staat voor Centraal Register Beroepsopleidingen. Elke kwalificatie heeft een eigen crebocode. 1.3 Opbouw rapport Dit rapport is als volgt opgebouwd: Hoofdstuk 2 Onderwijs Dit hoofdstuk gaat in op de huidige onderwijsstructuur en de ontwikkelingen in het onderwijs. Onder andere de vooropleiding van studenten, de aantallen studenten, de interne doorstroom en de aantallen gediplomeerden komen aan de orde. Hoofdstuk 3 Praktijkleren In dit hoofdstuk komt het praktijkleren aan de orde. Er wordt een beeld gegeven van het aantal erkende leerbedrijven en erkenningen. Vervolgens komt de vraag naar praktijkplaatsen door studenten uit het beroepsonderwijs aan bod. Tot slot wordt het stageperspectief beschreven. Hoofdstuk 4 Bedrijven en werkgelegenheid In dit hoofdstuk staan de bedrijven en de werkgelegenheid in de sector centraal. Naast het totaal aantal bedrijven, zijn ook de kenmerken van deze bedrijven beschreven: de bedrijfsgrootte, de leeftijd van ondernemers, de sekse van ondernemers en de bestaansduur van het bedrijf. Voor de werkgelegenheid is gekeken naar werknemers in loondienst, ondernemers met personeel en zelfstandigen zonder personeel. Daarnaast zijn de sekse, de leeftijd en het opleidingsniveau van de werknemers in kaart gebracht. Hoofdstuk 5 Confrontatie vraag en aanbod In dit hoofdstuk komen de inzichten uit hoofdstuk 2 en hoofdstuk 4 bij elkaar. De verwachte arbeidsmarktsituatie op de middellange termijn staat centraal. Die vormt de basis voor de arbeidsmarktperspectieven van schoolverlaters met een opleiding binnen de Uiterlijke Verzorging. Hoofdstuk 6 Samenvatting en conclusies In het laatste hoofdstuk zijn in het kort de hoofdlijnen uit het rapport samengevat. Verder zijn in enkele overzichten de belangrijkste cijfers per branche onder elkaar gezet. Bron: KOC Nederland 7
8 Leeswijzer Studiejaar: hiervan is sprake als in de grafiek op de onderste horizontale lijn twee data zijn vermeld (bijv ). Kalenderjaar: hiervan is sprake als op de lijn van de grafiek één datum staat vermeld (bijv. 27). De bol-opleiding is een leerweg waarbij de student naar school gaat en daarnaast stage loopt in een erkend leerbedrijf. De bbl-opleiding is een combinatie van werkend leren bij een erkend leerbedrijf en een opleiding op school. Met stageplaatsen bedoelen we zowel de stageplaatsen voor bol-studenten als de leerwerkplaatsen voor de bbl-studenten. In geval van afronding bij tabellen en figuren kan het voorkomen dat het weergegeven totaal niet overeenstemt met de som van de getallen. 8
9 2 ONDERWIJS 2.1 In het kort In Nederland zijn 36 regionale opleidingscentra (ROC s) die crebo-erkende opleidingen aanbieden voor de Uiterlijke Verzorging. Daarnaast zijn er circa twintig particuliere instellingen die crebo-erkende opleidingen verzorgen. Dit onderzoek richt zich alleen op de ROC s. De ROC s bieden de meeste opleidingen aan voor kappers en schoonheidsspecialisten. In Nederland zijn er respectievelijk 32 en 31 ROC s die een opleiding aanbieden voor kapper op niveau 2 en 3. De nieuwe opleiding op niveau 4 wordt aangeboden door twee ROC s. De opleiding schoonheidsspecialist op niveau 3 en niveau 4 wordt door respectievelijk 28 en 24 ROC s aangeboden. De opleidingen voor pedicures op niveau 3 en 4 worden door een beperkt aantal scholen aangeboden, namelijk acht en twee. In het schooljaar bieden drie instellingen de opleiding grimeur aan. Sinds het studiejaar is het aantal studenten in de sector Uiterlijke Verzorging afgenomen, van tot in het studiejaar Deze daling deed zich vooral voor bij de opleidingen tot kapper (niveau 2 en 3), schoonheidsspecialist (niveau 3) en pedicure (niveau 3 en 4). Een lichte groei van het aantal studenten deed zich voor bij grimeurs en schoonheidsspecialisten (niveau 4). Alleen in de opleiding tot kapper waren in de afgelopen vijf jaar studenten die een bbl-opleiding volgden. In de andere drie richtingen volgden studenten alleen bolopleidingen. Ook in de kappersopleidingen volgden meer studenten een bol- dan een bbl-opleiding. Het aantal gediplomeerden in de sector Uiterlijke Verzorging nam tussen 27 en 211 toe van 3.95 tot In 212 was er een afname tot 4.76 gediplomeerden. Deze afname is terug te zien in de meeste opleidingen, met uitzondering van de opleiding schoonheidsspecialist op niveau 4. Daar bleef het aantal gediplomeerden toenemen. Na het behalen van hun diploma stroomt 68% van de gediplomeerden uit het mbo. Van de gediplomeerden stroomt 32% door binnen het mbo, 22% binnen dezelfde brancherichting, 4% naar een andere brancherichting en 7% kiest voor een opleiding buiten de sector Uiterlijke Verzorging. Van de gediplomeerden die doorstromen, behaalt 86% een diploma in de vervolgopleiding. Naar kwalificatie bezien, is de uitstroom van gediplomeerden het grootst op niveau 4. Het aantal studenten in opleidingen tot kapper is de afgelopen zes jaar met 22% afgenomen. Deze daling deed zich voor op zowel niveau 2 als op niveau 3. In het studiejaar volgden studenten een opleiding tot kapper: 64% op niveau 2, 36% op niveau 3 en enkelen op de sinds kort nieuwe opleiding op niveau 4. Het aantal gediplomeerden nam tussen 27 en 211 toe. In 212 nam het aantal gediplomeerden af. In dat jaar waren er gediplomeerden, 56% op niveau 2 en 44% op niveau 3. Na het behalen van hun diploma is er een groot verschil tussen de studenten op deze twee niveaus. Bijna de helft van de gediplomeerde kappers op niveau 2 gaat nog een mbo-opleiding volgen (meestal in dezelfde richting), terwijl 91% van de gediplomeerde kappers op niveau 3 uitstroomt op de arbeidsmarkt. In de opleidingen tot schoonheidsspecialist is er een duidelijk verschil tussen de niveaus 3 en 4. Het aantal studenten op niveau 3 neemt de laatste vijf jaar af, terwijl op niveau 4 het aantal studenten stijgt. In totaal volgden studenten in het studiejaar een opleiding tot schoonheidsspecialist, allemaal in een bol-opleiding. Hiervan deed 68% dit op niveau 3 en 32% op niveau 4. Het aantal gediplomeerden nam tussen 27 en 211 op beide niveaus toe. In 212 stabiliseerde het aantal gediplomeerden. Er was een lichte afname van het aantal gediplomeerden op niveau 3 en een lichte toename op niveau 4. Totaal behaalden studenten in 212 hun diploma, waarvan 68% op niveau 3 en 32% op niveau 4. Na het behalen van hun diploma, begint 43% van de gediplomeerde schoonheidsspecialisten op niveau 3 aan een nieuwe mbo-opleiding. Op niveau 4 verlaat 92% het mbo. Het studentenaantal voor de richting pedicure in het studiejaar nam af naar 132 studenten. Het aantal gediplomeerden op niveau 3 neemt sinds 28 af. Doordat er in 29 en 21 gediplomeerden op niveau 4 bijkwamen, bleef het totaal aantal gediplomeerden constant. In 212 nam het aantal gediplomeerden op niveau 3 sterk af en nam het aantal gediplomeerden op niveau 4 toe. Dat jaar waren er 91 gediplomeerden op niveau 3 en 39 op niveau 4. Na hun opleiding stromen bijna alle gediplomeerden op niveau 4 uit het mbo. Van de gediplomeerden op niveau 3 begint 27% aan een vervolgopleiding in het mbo. In het studiejaar waren er 142 studenten voor de richting grimeur, allen in een bol-opleiding op niveau 4. Dat is drie studenten meer dan in , maar nog altijd een forse toename ten opzichte van vijf jaar eerder, toen er slechts 52 studenten waren. Ook het aantal gediplomeerden is tussen 27 en 211 gestaag toegenomen tot 42 studenten. Echter, in 212 is het aantal gediplomeerden sterk afgenomen tot achttien studenten. Na het behalen van hun diploma tot grimeur stroomt 97% uit op de arbeidsmarkt. 9
10 2.2 Inleiding Gediplomeerden die uitstromen uit het onderwijs zijn een belangrijke bron van nieuw aanbod van werknemers op de arbeidsmarkt. Het mbo-onderwijs in de sector Uiterlijke Verzorging bestaat uit twee onderdelen: het bekostigd onderwijs en de particuliere erkende instellingen. Figuur 2.1 Stappenplan gediplomeerde uitstroom Bron: Etil, 213 In dit hoofdstuk staat de uitstroom van gediplomeerde studenten uit het bekostigde mbo-onderwijs binnen de sector Uiterlijke Verzorging centraal. Het particuliere onderwijs is niet meegenomen in de onderzoeksresultaten1. De uitstroom van gediplomeerden voor de sector Uiterlijke Verzorging is bepaald aan de hand van drie stappen. (figuur 2.1). In stap 1 is het aantal mbo-studenten in het bekostigd onderwijs in kaart gebracht. Hierbij is eerst gekeken naar het totaal aantal mbo-studenten in Nederland en daarna naar het aantal studenten in de sector Uiterlijke Verzorging en hun vooropleiding. In stap 2 is het aantal gediplomeerde studenten inzichtelijk gemaakt. Net als bij studenten is eerst het totaal aantal gediplomeerden op mbo-niveau beschreven en daarna het aantal gediplomeerden binnen de sector Uiterlijke Verzorging. In stap 3 is het aantal gediplomeerde studenten, dat uitstroomt uit het mbo-onderwijs vast gesteld2. Niet alle gediplomeerde mbo-studenten stromen echter uit het onderwijs. Na hun afstuderen staan gediplomeerden voor een (loopbaan)keuze. Een student kan besluiten om door te leren binnen het mbo of door te stromen naar het hbo. In dit hoofdstuk staat het aandeel gediplomeerde mbostudenten dat doorstroomt binnen het mbo centraal, de zogenoemde interne doorstroom mbo. Niet alle doorstromers halen een diploma in hun vervolgstudie. Deze uitval is ook inzichtelijk gemaakt in dit hoofdstuk. Deze uitvallers zijn opgeteld bij degenen die uitstromen uit het mboonderwijs. Zij vallen als het ware terug naar het diploma dat ze in eerste instantie behaald hadden. In dit hoofdstuk vindt u de gegevens op landelijk niveau en waar mogelijk op het niveau van de zes UWV-districten. Bijlage 2 toont per voormalig UWV-districten de arbeidsmarktregio s. De volgende paragraaf gaat over het onderwijs voor de totale sector Uiterlijke Verzorging, aan de hand van de stappen zoals weergegeven in figuur 2.1. Achtereenvolgens komen aan de orde: Aantal studenten Vooropleiding van studenten Verblijfsduur studenten Gediplomeerden Doorstroom van gediplomeerden Uitval van doorgestroomde gediplomeerden Uitstroom van gediplomeerde schoolverlaters Daarna komen de onderwijsontwikkelingen binnen de afzonderlijke branches aan de orde. 1 We hebben dit niet meegenomen omdat er geen gegevens beschikbaar zijn voor het aantal studenten binnen het particuliere onderwijs. 2 Gediplomeerden die uitstromen uit het mbo hebben diverse bestemmingen. Zij kunnen instromen op de arbeidsmarkt (werkzaam of werkloos), zij kunnen doorleren of iets anders gaan doen. In dit rapport zal niet worden ingegaan op deze bestemmingen. Alleen de stroom gediplomeerden uit het mbo zal in beeld worden gebracht. 1
11 2.3 Opleidingen sector Uiterlijke Verzorging Elke branche in de Uiterlijke Verzorging kent specifieke vakopleidingen die kwalificeren voor de betreffende branche, de zogenaamde crebo-erkende opleidingen. Er zijn creboerkende opleidingen voor kappers op niveau 2, 3 en 4, voor schoonheidsspecialisten en pedicures op niveau 3 en 4 en voor grimeurs op niveau 4. Deze erkende opleidingen worden aangeboden op 36 verschillende ROC s (tabel 2.1). Tabel 2.1 Overzicht van het aantal ROC s naar beroepsgroep, per niveau Opleidingen Niveau ROC's Kappers Schoonheidsspecialisten Pedicures Grimeurs 4 3 Bron: DUO, bewerking Etil, KOC Peildatum: december 213 In Nederland zijn er 32 en 31 ROC s die een opleiding aanbieden voor kapper niveau 2 en 3. De nieuwe opleiding op niveau 4 wordt aangeboden door twee ROC s. De opleidingen tot schoonheidsspecialist op niveau 3 en niveau 4 wordt door respectievelijk 28 en 24 ROC s aangeboden. De opleidingen voor pedicures op niveau 3 en 4 wordt door een beperkt aantal scholen aangeboden namelijk acht en twee. In het schooljaar 212 /213 bieden drie instellingen de opleiding grimeur aan. Er zijn circa twintig particuliere erkende instellingen die crebo-opleidingen gericht op de Uiterlijke Verzorging aanbieden. Naast de crebo-opleidingen zijn er ook zeer specifieke opleidingen en trainingen, de zogenoemde brancheopleidingen. In de volgende alinea s komt het onderwijs voor de totale sector Uiterlijke Verzorging aan bod, gevolgd door de vier afzonderlijke branches. MBO-STUDENTEN: DALENDE AANTALLEN Figuur 2.2 Landelijk aantal mbo-studenten Bron: CBS, bewerking Etil. Peildatum: december 213 Figuur 2.2 toont de groei van het aantal studenten in het mbo gedurende de periode en daarna een krimp. In volgden in Nederland studenten een opleiding in het mbo. In daalde het aantal mbostudenten tot met 2% ten opzichte van het studiejaar STUDENTEN UITERLIJKE VERZORGING: DALEND AANTAL Figuur 2.3 Aantal mbo-studenten Uiterlijke Verzorging Bron: DUO, bewerking Etil. Peildatum: december Het totale aantal studenten binnen de sector Uiterlijke Verzorging (figuur 2.3), neemt sinds het studiejaar af. In volgden nog studenten een mboopleiding. In is dit gedaald tot Dit is een afname van ruim 1% in vijf jaar tijd. In 213 volgden 2,5% van alle mbo-studenten een opleiding binnen de sector Uiterlijke Verzorging. Het aantal studenten binnen de sector Uiterlijke Verzorging wordt beïnvloed door allerlei demografische ontwikkelingen en de ontwikkeling van de werkgelegenheid. Om inzicht hierin te krijgen is het allereerst interessant om te kijken naar het totale aantal mbo-studenten in Nederland. Figuur 2.4 Per leerweg aantal mbo-studenten Uiterlijke Verzorging Bron: DUO, bewerking Etil. Peildatum: december 213 bbl bol 11
12 Verdeeld naar leerweg toont figuur 2.4 dat studenten, dat is 77% van de mbo-studenten binnen de sector Uiterlijke Verzorging, een bol-opleiding volgt in studiejaar Dit aandeel is redelijk stabiel gebleven in de afgelopen jaren. Het aantal bol-studenten daalt sinds studiejaar In nam het aantal bol-studenten af met 619, ten opzichte van studiejaar In steeg het aantal bbl-studenten nog licht, maar ook dit aantal daalde in de afgelopen studiejaren, tot in 213. VOOROPLEIDING VAN STUDENTEN UITERLIJKE VERZORGING: MEESTAL VMBO Tabel 2.2 Vooropleiding studenten Uiterlijke Verzorging per leerweg bol bbl totaal vooropleiding aantal perc. aantal perc. aantal perc. niet-voltooid basisonderwijs % 291 2% voltooid basisonderwijs 253 3% 66 2% 319 3% basisvorming* % % % vmbo excl. theoretische leerweg % % % vmbo theoretische leerweg (mavo) % % % mbo niveau % 53 17% % mbo niveau % 69 2% 6 5% havo 242 2% 26 1% 268 2% vwo 8 % 1 % 9 % hbo 7 % % 7 % master wo 2 % % 2 % colloquium doctum 1 % % 1 % totaal % % % * Basisvorming omvat de eerste twee leerjaren van het voortgezet onderwijs Bron: DUO, bewerking Etil. Peildatum: december 213 Tabel 2.2 toont welke vooropleiding mbo-studenten in de sector Uiterlijke Verzorging uit het studiejaar hadden. Het grootste deel (44%) heeft een vmbo-diploma (exclusief theoretische leerweg). Bbl-studenten hebben in vergelijking met bol-studenten relatief vaak een mbo-diploma op niveau 1 of 2. Relatief meer bol-studenten hebben een mbo-diploma op niveau 3 of 4. Daarnaast hebben bolstudenten in vergelijking met bbl-studenten (13%) relatief vaak vmbo theoretische leerweg als vooropleiding (22%). MBO-GEDIPLOMEERDEN: STIJGEND AANTAL PIEK IN De tweede stap bij het in kaart brengen van de uitstroom uit het mbo-onderwijs, is het inzichtelijk maken van het aantal gediplomeerden. In deze paragraaf bespreken we achtereenvolgens: het totaal aantal mbo-gediplomeerden en het aantal gediplomeerden binnen de Uiterlijke Verzorging. 3 Door de sterke stijging in 29-21, als gevolg van de wijziging van de Wet Kinderopvang, wordt ook de sterke daling van het aantal gediplomeerden in in perspectief geplaatst. Figuur 2.5 Ontwikkeling landelijk aantal mbo-gediplomeerden, per studiejaar, Bron: CBS, bewerking Etil, KOC Nederland. Peildatum: december Het totale aantal gediplomeerden in het mbo neemt toe sinds studiejaar (figuur 2.5). In 26 haalden mbo-studenten een diploma. Dat aantal loopt op tot 2.4 in Vooral in nam het aantal gediplomeerden sterk toe. Een belangrijke reden voor deze sterke stijging is een wijziging van de Wet Kinderopvang. Daarin is vastgelegd dat gastouderopvang alleen nog wordt vergoed als de gastouders gediplomeerd zijn. In de studierichting hulp bij zorg en welzijn waren daarom in bijna vier keer zoveel geslaagden als in In daalde het aantal gediplomeerden weer tot Hiermee volgt de ontwikkeling van gediplomeerden min of meer de ontwikkeling van het aantal studenten (zie figuur 2.2). In en neemt het aantal gediplomeerden weer toe. 12
13 UITERLIJKE VERZORGING GEDIPLOMEERDEN: STIJGEND AANTAL MET DIP IN 212 Figuur 2.6 Aantal mbo-gediplomeerden Uiterlijke Verzorging Bron: DUO, bewerking Etil. Peildatum: december 213 De ontwikkeling van het aantal mbo-gediplomeerden binnen de sector Uiterlijke Verzorging (figuur 2.6) volgt de trend van het landelijke aantal mbo-gediplomeerden. Ook hier neemt het aantal gediplomeerden toe sinds 27. In 212 is het aantal gediplomeerden gedaald ten opzichte van 211, met bijna 6% tot 4.76 gediplomeerden. Deze afname doet zich voor bij kappers, pedicures en grimeurs In de volgende paragrafen komen de onderwijsontwikkelingen voor de afzonderlijke branches aan bod. Naast de landelijke situatie komt ook de situatie op het niveau van de zes UWVdistricten aan bod Kappers De kappersbranche kent opleidingen op niveau 2,3 en 4. Op beide niveaus worden zowel bol- als bbl-opleidingen gegeven. DALEND AANTAL STUDENTEN KAPPERSOPLEIDING (NIVEAU 2 EN 3) Figuur 2.7 Totaal aantal studenten kapper niveau, per leerweg totaal Binnen dit onderzoek voor KOC Nederland is ook beschreven de arbeidsmarktsituatie in de regio. Voor de regio s is er voor gekozen uit te gaan van de volgende regio-indeling: de zes UWV-districten en de 35 UWV-arbeidsmarktregio s. Voor de leesbaarheid van het rapport wordt niet de gehele naam UWVdistrict genoemd, maar wordt de term district gehanteerd. De gegevens voor de 35 arbeidsmarktregio s presenteren we in de statistische bijlage van dit rapport. bbl bol In totaal volgden studenten een kappersopleiding in studiejaar (figuur 2.7). Ten opzichte van betekende dat een daling van 6,7%, oftewel 539 studenten. Over de gehele periode daalde het totaal aantal studenten van in tot in Figuur 2.8 Aantal studenten kapper niveau 2 naar leerweg totaal Figuur 2.8 laat zien dat in het studiejaar studenten een kappersopleiding op niveau 2 volgden. Van deze studenten op niveau 2 volgden er 2.97 (63%) een bolopleiding, terwijl (37%) studenten een bbl-opleiding volgden. Het totale aantal studenten op niveau 2 daalt sinds In was er sprake van een afname van 519 (1%) ten opzichte van Deze afname wordt veroorzaakt door een daling bij zowel bol- als bbl-studenten. Het aantal bol-studenten daalt al sinds Het aantal bbl-studenten steeg tot Sinds daalt ook hier het aantal. In is de afname relatief groot in verhouding tot voorgaande jaren. totaal Figuur 2.9 Aantal studenten kapper niveau 3 naar leerweg Bij de kappersopleiding op niveau 3 doet zich een gelijke ontwikkeling voor als op niveau 2 (figuur 2.9). Ook hier daalt het totaal aantal studenten sinds Deze afname doet zich vooral voor bij bol-opleidingen. Volgden in nog 2.28 studenten een bol-opleiding op niveau 3, in waren dit nog Met andere woorden, ten opzichte van nam het aantal bol-studenten in af met 663 studenten (3%). Ondanks enkele kleine schommelingen blijft het aantal studenten bij de bbl-opleidingen sinds vrij stabiel. In wordt er een lichte toename tot het voorgaande jaar geconstateerd. bbl bbl bol bol 13
14 STUDENTEN KAPPER NAAR SEKSE EN LEEFTIJD: MEESTAL JONGE VROUWEN Tabel 2.3 Verdeling studenten kapper niveau 2 en 3 naar sekse per leerweg bol bbl kapper (2) kapper (3) kapper (4) kapper (2) kapper (3) kapper (4) aantal perc. aantal perc. aantal perc. aantal perc. aantal perc. aantal perc. man 113 4% 37 2% 1 5% 7 4% 4 4% % vrouw % % 2 95% % % 18 1% totaal % % 21 1% % % 18 1% Tabel 2.4 Verdeling studenten kapper niveau 2 en 3 naar leeftijd en leerweg kapper (2) kapper (3) kapper (4) bol bbl totaal bol bbl totaal bol bbl totaal leeftijd aantal % aantal %. aantal % aantal % aantal % aantal % aantal % aantal %. aantal % % 5 % 18 % 1 % % 1 % % % % % % 946 2% % 32 3% 219 8% 7 33% % 7 18% % % % % 16 9% % 6 29% % 6 15% % % % % % 77 29% % 2 11% 2 5% % % 489 1% % 39 27% 67 23% 4 19% 2 11% 6 15% % 151 9% 416 9% 313 2% % % 4 19% 14 78% 18 46% % 8 % 27 1% 31 2% 11 1% 42 2% % % % 3 4 % 1 % 5 % 2 % 7 1% 9 % % % % totaal % % % % % % 21 1% 18 1% 39 1% In de tabellen 2.3 en 2.4 staat de verdeling van het aantal studenten in het studiejaar naar sekse en leeftijd. Bij de opleiding kapper op niveau 2 is zowel in bol- als bblrichtingen 96% van de studenten vrouw. Bij de opleiding tot kapper op niveau 3 is in bbl-richtingen het percentage vrouw in het studiejaar bijna 96% en voor bol 98%. Voor de opleiding tot kapper op niveau 4 is voor de bol-richting 95% vrouw en voor de bbl 1%. De meeste studenten voor de opleiding tot kapper op niveau 2 zijn 17 jaar oud. Dit geldt zowel voor bol- (36%) als bblrichtingen (38%). Op de opleiding tot kapper op niveau 3 is het grootste deel van de studenten 18 jaar (bol 25%, bbl 34%). Voor de opleiding op niveau 4 is het grootste deel van de studenten voor de bbl-richting 2-24 jaar (78%) en voor de bol-richting het grootste deel 16 jaar (33%). Studenten naar district Figuur 2.1 Verdeling aantal studenten naar district, kapper niveau 2 en 3 studiejaar Zuidoost 764 (16%) Zuidwest 782 (17%) Noordwest 568 (12%) Noord 542 (11%) Middenwest 186 (23%) Oost 989 (21%) Zuidoost 569 (21%) Zuidwest 493 (19%) Noordwest 491 (18%) Noord 249 (9%) kapper niveau 2 kapper niveau 3 Oost 529 (2%) Middenwest 349 (13%) Figuur 2.1 toont de verdeling van het aantal studenten in kappersopleidingen op niveau 2 en 3 naar district. Bij de opleiding tot kapper op niveau 2 bevindt het grootste aandeel studenten zich in het district Middenwest (23%). Het district Noord heeft het kleinste aandeel studenten (11%). Op niveau 3 zijn de meeste studenten in in opleiding in het district Oost (2%), gevolgd door het district Zuidoost (21%). Opvallend is dat het district Middenwest 13% van de studenten kent op niveau 3, terwijl in dit district het aantal studenten voor de opleiding op niveau 2 het grootst is (23%). 14
15 Tabel 2.5 Vooropleiding studenten kapper niveau 2 per leerweg bol bbl totaal vooropleiding aantal perc. aantal perc. aantal perc. niet-voltooid basisonderwijs 62 2% 41 2% 13 2% voltooid basisonderwijs 13 3% 47 3% 15 3% basisvorming 57 19% 357 2% 927 2% vmbo excl. theoretische leerweg % % % vmbo theoretische leerweg (mavo) 257 9% % 53 11% mbo niveau % 63 4% 278 6% mbo niveau % 23 1% 48 1% havo 7 % 17 1% 24 1% vwo % 1 % 1 % hbo 2 % % 2 % master wo 1 % % 1 % colloquium doctum 1 % % 1 % totaal % % % Tabel 2.2 toonde al dat de meeste studenten in de sector Uiterlijke Verzorging een vooropleiding hebben gehad op vmbo-niveau. Dit geldt ook voor studenten kapper op niveau 2. Vooral op bol-niveau heeft de meerderheid (58%) van de studenten in een vmbo-diploma (excl. theoretische leerweg) als vooropleiding. Daarnaast is, zowel op bol- als bbl-niveau, het aandeel studenten met alleen basisvorming als vooropleiding relatief groot. Tabel 2.6 Vooropleiding studenten kapper niveau 3 per leerweg bol bbl totaal vooropleiding aantal perc. aantal perc. aantal perc. niet-voltooid basisonderwijs 51 3% 56 5% 17 4% voltooid basisonderwijs 46 3% 19 2% 65 2% basisvorming 127 8% 98 9% 225 8% vmbo excl. theoretische leerweg % % % vmbo theoretische leerweg (mavo) 37 2% 115 1% % mbo niveau % 44 39% % mbo niveau % 34 3% 54 2% havo 25 2% 9 1% 34 1% vwo 1 % % 1 % hbo 1 % % 1 % master wo % % % colloquium doctum % % % totaal % % % Voor de opleiding tot kapper op niveau 3 heeft 56% van de studenten een vooropleiding op vmbo-niveau. Verdeeld naar leerweg zijn er interessante verschillen. Zo heeft 47% van de bol-studenten een vooropleiding op vmbo-niveau (excl. theoretische leerweg). Van de bbl-studenten heeft 39% een vooropleiding op de mbo niveau 1-2, en 32% een vooropleiding vmbo-niveau (excl. theoretische leerweg). VOOROPLEIDING VAN KAPPER-STUDENTEN: MEESTAL VMBO 15
16 Tabel 2.7 Vooropleiding studenten kapper niveau 4 per leerweg bol bbl totaal vooropleiding aantal perc. aantal perc. aantal perc. niet-voltooid basisonderwijs 17 81% % 17 44% voltooid basisonderwijs % % % basisvorming 2 1% % 2 5% vmbo excl. theoretische leerweg 1 5% 5 28% 6 15% vmbo theoretische leerweg (mavo) 1 5% 1 6% 2 5% mbo niveau 1-2 % % % mbo niveau 3-4 % 12 67% 12 31% havo % % % vwo % % % hbo % % % master wo % % % colloquium doctum % % % totaal 21 1% 18 1% 39 1% Voor de opleiding tot kapper op niveau 4 heeft 44% van de studenten een vooropleidingsniveau niet-voltooid basisonderwijs. Verdeeld naar leerweg zijn er interessante verschillen. 81% van de bol-studenten heeft een vooropleiding niet voltooid basisonderwijs. Bij de bbl-studenten heeft het grootste deel van de studenten 67% een mbo niveau 3-4 als vooropleiding. Verblijfsduur kappers Tabel 2.8 Verblijfsduur studenten kapper per niveau en per leerweg bol bbl kapper (2) kapper (3) kapper (4) kapper (2) kapper (3) kapper (4) leerjaar aantal perc. aantal perc. aantal perc. aantal perc. aantal perc. aantal perc % % 21 1% % 794 7% 18 1% % 49 26% % % 27 18% % % % % % 113 1% % % 7 5% % 25 1% 16 1% % 5 9 % 11 1% % 11 1% 3 % % 6 % % % % 1 % % totaal % % 21 1% % % 18 1% Hoe lang doen de studenten over hun opleiding? En zijn er verschillen per leerweg? Voor de kappersopleiding op niveau 2 blijft 13% van de bblstudenten en 9% van de bol-studenten langer dan twee jaar op de opleiding. Voor de opleiding op niveau 3 is 1% van de bbl-studenten en 6% van de bol-studenten langer dan 3 jaar met de opleiding bezig. Aantal gediplomeerde kappers Studenten binnen de kappersbranche kunnen zowel een bol- als een bbl-opleiding volgen. Daarnaast bestaat er de mogelijkheid om een diploma te halen zonder ingeschreven te staan als student, de zogenaamde extranei -deelnemers. Extranei zijn deelnemers die alleen staan ingeschreven als examendeelnemers. Zij volgen geen lessen of beroepspraktijkvorming, maar leggen alleen examens af. Ook deze extranei-deelnemers brengen we in deze paragraaf in beeld, omdat zij ook deel uitmaken van de uitstroom uit het mbo-onderwijs. Figuur 2.11 Totaal aantal gediplomeerde studenten kapper niveau 2 en 3 per leerweg totaal In totaal haalden studenten in 212 een diploma voor de kappersopleiding (figuur 2.11). Ten opzichte van 211 betekende dat een daling van 13% oftewel 443 gediplomeerden. bbl bol extranei 16
17 AANTAL KAPPERS GEDIPLOMEERDEN NIVEAU 2: MET KRIMP IN 212 Figuur 2.12 Aantal gediplomeerde studenten kapper niveau 2 per leerweg Het aantal gediplomeerden op mbo-niveau 2 nam toe in de periode (figuur 2.12), maar daalde in 212 tot De stijging van het aantal gediplomeerden deed zich de afgelopen jaren voor bij zowel bol- als bbl-opleiding. Het aantal bol-gediplomeerden steeg ook nog in 212 met bijna 8% ten opzichte van 211. Het aantal bbl-gediplomeerden in 212 steeg met 21% vergeleken met een jaar ervoor. Het aantal extranei daalt sinds 28, tot 92 in 212. AANTAL KAPPERS GEDIPLOMEERDEN NIVEAU 3: MET KRIMP IN 212 Figuur 2.13 Aantal gediplomeerde studenten kapper niveau 3 per leerweg totaal Het verloop van het aantal gediplomeerden op niveau 3 is redelijk stabiel tot 21. Deze stijgt in 211 en laat een afname zien in 212 (figuur 2.13). Het aantal gediplomeerden ligt met in 212 zelfs beneden het niveau van 27 met gediplomeerden. Het aantal extranei daalde in 212 tot 152, vergeleken met 422 in totaal bbl bol bbl bol extranei extranei Gediplomeerden naar district Figuur 2.14 Verdeling aantal gediplomeerden naar district kapper niveau 2 en 3 kalenderjaar 213 Zuidwest 241 (15%) Zuidoost 27 (17%) Noordwest 22 (13%) Noord 129 (8%) Zuidoost 27 (21%) Middenwest 36 (22%) Oost 46 (25%) Zuidwest 228 (18%) Noordwest 13 (1%) kapper niveau 2 kapper niveau 3 Noord 139 (11%) Middenwest 213 (17%) Oost 287 (23%) De spreiding naar district van het aantal gediplomeerden op niveau 2 komt (logischerwijs) grotendeels overeen met de spreiding van het aantal studenten. Figuur 2.14 laat zien dat het district Oost de meeste gediplomeerden kent (25%), terwijl district Noord wordt gekenmerkt door het kleinste aantal gediplomeerden (8%). Op niveau 3 zijn de meeste gediplomeerden in 212 te vinden in het district Oost, gevolgd door het district Zuidoost. Het district Noordwest kent het kleinste aantal gediplomeerden. DOORSTROOM EN UITVAL: IETS HOGER DAN GEMIDDELD Een student die zijn of haar mbo-diploma kapper binnen de sector Uiterlijke Verzorging behaalt, kan besluiten om verder door te leren in het mbo. Deze gediplomeerden tellen vervolgens niet mee bij de uitstroom van gediplomeerden uit het mbo-onderwijs (voor de kwalificatie/niveau waar het diploma voor is behaald). Een gediplomeerde die besluit binnen het mbo-onderwijs door te leren, heeft drie mogelijkheden, namelijk doorleren in: dezelfde brancherichting binnen de Uiterlijke Verzorging, maar op een hoger niveau; een andere brancherichting binnen de Uiterlijke Verzorging; een andere mbo-opleiding buiten de sector Uiterlijke Verzorging. In deze paragraaf is beschreven hoe groot deze groepen zijn. Op basis van de beschikbare cijfers is in figuur 2.15 (zie volgende pagina) voor de kappersopleidingen op niveau 2 en 3 met percentages aangegeven hoe groot de betreffende groepen zijn. De groepen die besluiten door te leren binnen het mbo zijn afgezet tegen de groep die het mbo verlaat. Ook de cijfers voor de totale sector Uiterlijke Verzorging zijn opgenomen. 17
18 Figuur 2.15 Percentage gediplomeerde doorstromers kappers en Uiterlijke Verzorging, gemiddelde totaal sector Uiterlijke Verzorging kapper (2) kapper (3) 22% 4% 7% 68% 48% 1% 6% 45% 3% 6% 91% 2% 4% 6% 8% 1% uitstroom mbo doorstroom mbo - buiten de sector Uiterlijke Verzorging Figuur 2.17 Gediplomeerde uitstromende studenten kapper niveau 2, Bron: DUO, bewerking Etil, KOC Nederland Gediplomeerden van de opleiding tot kapper op niveau 2 stromen veelal door binnen dezelfde richting: 48% (figuur 2.15). Het aantal gediplomeerden dat doorstroomt in een andere richting binnen de sector Uiterlijke Verzorging of een opleiding buiten de sector Uiterlijke Verzorging, is relatief klein. 68% stroomt uit het mbo-onderwijs. Op niveau 3 stroomt zelfs 91% uit het mbo-onderwijs. 6% besluit door te stromen naar een opleiding buiten de sector Uiterlijke Verzorging. Figuur 2.18 Gediplomeerde uitstromende studenten kapper niveau 3, Figuur 2.16 Uitval, uitgesplitst naar brancherichting kapper en Uiterlijke Verzorging, gemiddelde totaal sector Uiterlijke Verzorging kapper (2) 13,8% 15,4% Figuur 2.17 toont dat in gediplomeerden uitstroomden uit de mbo-opleiding tot kapper op niveau 2. In navolging van het aantal gediplomeerden stijgt dit aantal sinds 27 tot 211, met daarna in 212 een daling. Op niveau 3 stroomden in gediplomeerden uit het mbo, een stevige daling ten opzichte van in 211 (figuur 2.18). kapper (3) 14,6% 2.5 Schoonheidsspecialisten 2 %4 %6 %8 % 1% 12% 14% 16% Bron: DUO, bewerking Etil, KOC Nederland Niet elke student behaalt uiteindelijk een diploma in de richting waarin hij of zij doorstroomt. Wanneer een student geen diploma haalt voor de opleiding waarin hij is doorgestroomd, dan valt hij terug in de kwalificatie waarin eerder het diploma behaald is. Figuur 2.16 toont het percentage doorstromers uit mbo-niveau 2 en 3 dat geen diploma haalde in hun vervolgopleiding. Daarboven staat het uitvalpercentage voor de gediplomeerde doorstromers binnen de sector Uiterlijke Verzorging. Het uitvalpercentage voor de beide kappersopleidingen is vergeleken met de totale sector Uiterlijke Verzorging iets hoger dan het gemiddelde van de sector. Uitstroom uit het mbo-onderwijs: kappersopleiding (niveau 2 en 3) Op basis van de cijfers over het aantal studenten, gediplomeerden, doorstroom en uitval, is de uitstroom van gediplomeerden uit het mbo berekend5. De branche voor schoonheidsspecialisten heeft opleidingen op mbo-niveau 3, schoonheidsspecialist, en mbo-niveau 4, allround schoonheidsspecialist. ZEER LICHTE GROEI AANTAL STUDENTEN SCHOONHEIDSSPECIALIST Figuur 2.19 Aantal studenten schoonheidsspecialist niveau 3 en 4, Gediplomeerden die uitstromen uit het mbo hebben diverse bestemmingen. Zij kunnen instromen op de arbeidsmarkt (werkzaam of werkloos), zij kunnen doorleren of iets anders gaan doen. In dit rapport wordt hier niet op ingegaan. Dit valt buiten de scope van het onderzoek. Alleen de stroom gediplomeerden uit het mbo wordt hier in beeld gebracht. 18
19 In totaal volgden studenten een bol-opleiding voor schoonheidsspecialist op niveau 3 of 4 in het studiejaar (figuur 2.19). In nam het aantal licht toe met negen studenten. DALEND AANTAL STUDENTEN SCHOONHEIDSSPECIALIST NIVEAU 3 Figuur 2.2 Aantal studenten schoonheidsspecialist niveau 3, Het aantal bol-studenten op niveau 3 daalt sinds studiejaar (figuur 2.2). Vooral in was er sprake van een relatief sterke afname, toen het aantal studenten afnam met 284 (7,3%) ten opzichte van Ook in en daalde het aantal bol-studenten ten opzichte van de studiejaren ervoor. In het studiejaar volgden studenten een bol-opleiding op niveau 3. STIJGEND AANTAL STUDENTEN SCHOONHEIDSSPECIALIST NIVEAU 4 Figuur 2.21 Aantal studenten schoonheidsspecialist niveau 4, Op niveau 4 stijgt het aantal bol-studenten sinds studiejaar (figuur 2.21). In volgden nog 261 studenten een bol-opleiding op niveau 4. In waren dat er Met andere woorden, ten opzichte van nam het aantal bol-studenten in toe met Het aantal bol-studenten groeide in licht met 23, dat is 1%. De stijging van het totaal aantal bol-studenten voor schoonheidsspecialisten (figuur 2.7) komt volledig door de toename van het aantal bol-studenten op niveau 4. STUDENTEN NAAR SEKSE EN LEEFTIJD: VRIJWEL ALLEEN JONGE VROUWEN Tabel 2.9 Verdeling studenten schoonheidsspecialist niveau 3 en 4 naar sekse bol schoonheidsspecialist (3) schoonheidsspecialist (4) aantal perc. aantal perc. man 8 % 3 % vrouw % % totaal % % Tabel 2.1 Verdeling studenten schoonheidsspecialist niveau 3 en 4 naar leeftijd bol schoonheidsspecialist (3) schoonheidsspecialist (4) leeftijd aantal perc. aantal perc % 6 % % % % 315 2% % % % % % % % 13 1% 3 5 % 1 % Totaal % % De tabellen 2.9 en 2.1 tonen de verdeling van studenten in studiejaar naar sekse en leeftijd. Zowel voor de opleiding tot schoonheidsspecialist op niveau 3 als op niveau 4 zijn nagenoeg alle studenten in vrouw. De meeste studenten op niveau 3 zijn 17 (26%) of 18 jaar (22%). Op niveau 4 is 23% van de studenten 2 tot 24 jaar oud. Studenten naar district Figuur 2.22 Verdeling aantal studenten naar district, schoonheidsspecialist niveau 3 en 4, studiejaar Zuidoost 672 (2%) Zuidwest 579 (17%) Noordwest 325 (1%) Noord 342 (1%) Middenwest 665 (2%) Oost 794 (23%) Zuidwest 25 (13%) Noordwest 59 (4%) Zuidoost 248 (16%) Middenwest 295 (18%) schoonheidsspecialist niveau 3 schoonheidsspecialist niveau 4 Noord 415 (26%) Oost 363 (23%) 19
20 Vooropleiding van studenten Figuur 2.22 (zie vorige pagina) geeft de verdeling van het aantal studenten van de opleiding tot schoonheidsspecialist op niveau 3 en 4 naar district. Voor de opleiding tot schoonheidsspecialist op niveau 3 is het grootste aandeel te vinden in het district Oost (23%), terwijl het district Noordwest het kleinste aandeel studenten kent. Op niveau 4 zijn de meeste studenten in in opleiding in het district Noord (26%). District Noord kent 26% van de studenten op niveau 4, vergeleken met 1% op niveau 3. VOOROPLEIDING STUDENTEN SCHOONHEIDSSPECIALIST NIVEAU 3 EN 4: MEESTAL VMBO Tabel 2.11 Vooropleiding studenten schoonheidsspecialist niveau 3, bol vooropleiding aantal perc. niet-voltooid basisonderwijs 44 1% voltooid basisonderwijs 71 2% basisvorming 53 16% vmbo excl. theoretische leerweg % vmbo theoretische leerweg (mavo) % mbo niveau % mbo niveau % havo 19 3% vwo 4 % hbo % master wo 1 % colloquium doctum % totaal % In de totale sector Uiterlijke Verzorging van het studiejaar heeft 44% van de bol-studenten een vmbodiploma (excl. theoretische leerweg) als vooropleiding. Ook bij de opleiding schoonheidsspecialist niveau 3 is het aandeel bol-studenten met deze vooropleiding het grootst, namelijk 4% (tabel 2.7). Daarnaast hebben relatief veel studenten op niveau 3 een vmbo-diploma (theoretische leerweg) als vooropleiding. Tot slot heeft 16% van de studenten basisvorming als vooropleiding. Tabel 2.12 laat zien dat het grootste deel (39%) van destudenten op niveau 4 een vooropleiding heeft op vmboniveau (theoretische leerweg). Daarnaast heeft 2% een vooropleiding gehad op mbo-niveau 3-4. Van de studenten in opleiding voor schoonheidsspecialist op niveau 3 had 3% een vooropleiding op mbo-niveau 3 of 4. Op niveau 4 zien we dus dat het aandeel studenten met een vooropleiding op vmboniveau (theoretische leerweg) of hoger, iets groter, is dan op niveau 3. Dit heeft te maken met de hogere instroomeisen die gesteld worden voor de opleiding tot schoonheidsspecialist op niveau 4. Tabel 2.12 Vooropleiding studenten schoonheidsspecialist niveau 4, bol aantal perc. niet-voltooid basisonderwijs 7 % voltooid basisonderwijs 14 1% basisvorming 117 7% vmbo excl. theoretische leerweg % vmbo theoretische leerweg (mavo) % mbo niveau % mbo niveau % havo 82 5% vwo 3 % hbo 1 % master wo % colloquium doctum % totaal % Verblijfsduur schoonheidsspecialisten Tabel 2.13 Verblijfsduur studenten schoonheidsspecialist bol schoonheidsspecialist (3) schoonheidsspecialist (4) leerjaar aantal perc. aantal perc % % % % % 154 1% 4 6 2% 13 1% 5 6 % % 6 % % totaal % % Hoe lang doen schoonheidsspecialisten over de opleiding? Bij de schoonheidsspecialisten op niveau 3 doet 19% van de studenten drie jaar over de opleiding. Voor een klein deel van de studenten (2%) is de duur van de opleiding vier jaar. Op niveau 4 is de duur van de opleiding voor 1% van de studenten drie jaar en 1% van de studenten vier jaar. Gediplomeerden opleiding schoonheidsspecialist (niveau 3 en 4) Deze paragraaf brengt de gediplomeerden voor de opleidingen tot schoonheidsspecialist op niveau 3 en 4 in beeld. Ook komen de extranei-gediplomeerden aan de orde. 2
21 Figuur 2.23 Totaal aantal gediplomeerde studenten schoonheidsspecialist niveau 3 en 4 per leerweg totaal Bron: DUO, bewerking Etil, KOC Nederland. Peildatum: 31 december 213 bol extranei STIJGEND AANTAL SCHOONHEIDSSPECIALIST GEDIPLOMEERDEN NIVEAU 4 Het totaal aantal gediplomeerden op niveau 4 stijgt sinds 27 (figuur 2.25). In 212 haalden 553 studenten hun diploma op niveau 4. Dat betekende een lichte stijging van 33 gediplomeerden (6%) ten opzichte van 211. Het aantal bol-gediplomeerden is sterk gestegen in de periode In 212 haalden 57 bol-studenten een diploma op niveau 4. Dit zijn er 46 meer dan in 27. Het aantal extranei-gediplomeerden stijgt in de periode In 212 daalde het aantal extranei tot 46. In totaal haalden studenten in 212 een diploma voor de opleiding schoonheidsspecialist op niveau 3 of 4 (figuur 2.23). Ten opzichte van 211 is het aantal gediplomeerden op niveau 3 en 4 nagenoeg stabiel gebleven. In de periode steeg het aantal gediplomeerde studenten. Figuur 2.24 Aantal gediplomeerde studenten schoonheidsspecialist niveau 3, totaal Het totaal aantal gediplomeerden op niveau 3 daalde in 212 ten opzichte van 211 (figuur 2.24). In 211 waren er nog gediplomeerden, in 212 nam dit af tot Het aantal bol-gediplomeerden steeg in 212 tot 144. Dit is een stijging van 18% in vergelijking tot het voorgaande jaar. In 212 daalde het aantal extranei-gediplomeerden echter 137. Deze daling leidt tot een afname van het totaal aantal gediplomeerden op niveau 3 in 212. Figuur 2.25 Aantal gediplomeerde studenten schoonheidsspecialist niveau 4, bol extranei Figuur 2.26 Aantal gediplomeerden naar district, schoonheidsspecialist niveau 3 en 4, 212 Zuidwest 15 (13%) Zuidoost 236 (2%) Noordwest 144 (12%) Noord 123 (1%) Oost 267 (23%) Middenwest 262 (22%) Zuidwest 76 (14%) schoonheidsspecialist niveau 3 schoonheidsspecialist niveau 4 Bron: DUO, bewerking Etil, KOC Nederland, december 213 Figuur 2.26 toont de spreiding naar district van het aantal gediplomeerden van de opleiding op niveau 3 en 4. District Oost kent de meeste gediplomeerden op niveau 3 (23%), district Noord heeft het minste aantal gediplomeerden (1%). Op niveau 4 zijn de meeste gediplomeerden in 212 ook te vinden in het district Oost (32%). Het district Noordwest kent het kleinste aantal gediplomeerden (5%). Doorstroom en uitval: gemiddeld lager Zuidoost 19 (2%) Noordwest 26 (5%) Middenwest 77 (14%) Noord 86 (15%) Oost 178 (32%) In deze paragraaf komt de doorstroom van gediplomeerde schoonheidsspecialisten naar andere mbo-opleidingen aan de orde. Een gediplomeerde die besluit door te leren binnen het mbo-onderwijs heeft drie mogelijkheden, namelijk doorleren in: dezelfde brancherichting binnen de Uiterlijke Verzorging, maar op een hoger niveau; een andere brancherichting binnen de Uiterlijke Verzorging; een andere mbo-opleiding buiten de sector Uiterlijke Verzorging. In deze paragraaf is beschreven hoe groot deze groepen zijn. totaal Bron: DUO, bewerking Etil, KOC Nederland. Peildatum december 213 bol extranei 21
Vooruit kijken. Arbeidsmarkt- en Onderwijsinforma e Uiterlijke Verzorging 2011-2012 INLEIDING SAMEN STERK VOOR VAKMANSCHAP
Vooruit kijken Arbeidsmarkt- en Onderwijsinforma e Uiterlijke Verzorging 2011-2012 INLEIDING 1 Arbeidsmarkt- en Onderwijsinforma e Uiterlijke Verzorging 2011-2012 2 Vooruit kijken Arbeidsmarkt- en Onderwijsinforma
Nadere informatieARBEIDSMARKT EN TRENDS PEDICUREBRANCHE HIGHLIGHTS
ARBEIDSMARKT EN TRENDS PEDICUREBRANCHE HIGHLIGHTS VOORWOORD KOC Nederland is het kenniscentrum van de Uiterlijke Verzorging. De Uiterlijke Verzorging is een gevarieerde sector, waar vakmensen met passie
Nadere informatieMiddelbaar beroepsonderwijs regio Arnhem
Deze factsheet toont de ontwikkeling van het aantal studenten in het middelbaar beroepsonderwijs in de regio Arnhem. De cijfers geven inzicht in de ontwikkelingen per sector, niveau en leerweg. Daarnaast
Nadere informatieAantal deelnemers paardensport 2013-2014: 293. Meest gevolgde niveau: 4
PAARDENSPORT Onderwijs 2013-2014 Deze factsheet bevat specifieke informatie over het middelbaar beroepsonderwijs voor de paardensport. Onderwerpen die aan bod komen zijn: aantal deelnemers, aantal gediplomeerden
Nadere informatieAGRARISCH ZORGBEDRIJF
AGRARISCH ZORGBEDRIJF Onderwijs 2013-2014 Deze factsheet bevat specifieke informatie over het middelbaar beroepsonderwijs voor agrarische zorgbedrijven. Onderwerpen die aan bod komen zijn: aantal deelnemers,
Nadere informatieARBEIDSMARKT EN TRENDS SCHOONHEIDSSPECIALISTENBRANCHE HIGHLIGHTS
ARBEIDSMARKT EN TRENDS SCHOONHEIDSSPECIALISTENBRANCHE HIGHLIGHTS VOORWOORD KOC Nederland is het kenniscentrum van de Uiterlijke Verzorging. De Uiterlijke Verzorging is een gevarieerde sector, waar vakmensen
Nadere informatieVERSHANDEL, LOGISTIEK EN TRANSPORT
VERSHANDEL, LOGISTIEK EN TRANSPORT Onderwijs 2013-2014 Deze factsheet bevat specifieke informatie over het middelbaar beroepsonderwijs voor vershandel, logistiek en transport. Onderwerpen die aan bod komen
Nadere informatieDistrictsrapportage. Oost
Districtsrapportage Oost 1 Inhoudsopgave INHOUDSOPGAVE Pagina INHOUDSOPGAVE Pagina ACHTERGRONDINFORMATIE ACHTERGRONDINFORMATIE 1 WERKGELEGENHEID 3 1 WERKGELEGENHEID 3 VACATURES 4 VACATURES 4 3 VOORKEUR
Nadere informatieKengetallen ECABO Bijlage bij jaarverslag 2010
Kengetallen ECABO Bijlage bij jaarverslag 2010 Aantal erkende leerbedrijven in ARTUS 46.269* Aantal geregistreerde leerplaatsen 83.412 Aantal deelnemers ECABO 2009-2010 85.667 Aantal BOL-deelnemers 76.307
Nadere informatieOVER DE KWALIFICATIES VOOR DE BLOEMEN- EN GROENE DETAILHANDEL
BLOEMEN- EN GROENE DETAILHANDEL Onderwijs 2013-2014 Deze factsheet bevat specifieke informatie over het middelbaar beroepsonderwijs voor de bloemen- en groene detailhandel. Onderwerpen die aan bod komen
Nadere informatieA fbouw. Ontwikkeling aantal leerlingen Afbouw 2013/2014 Statistisch jaaroverzicht deel 1. Datum: januari 2014 Auteur: Sanne Saalbrink
A fbouw Ontwikkeling aantal leerlingen Afbouw 2013/2014 Statistisch jaaroverzicht deel 1 Datum: januari 2014 Auteur: Sanne Saalbrink Colofon Savantis is een kenniscentrum beroepsonderwijs bedrijfsleven
Nadere informatieDistrictsrapportage. Middenwest
Districtsrapportage Middenwest 212 Inhoudsopgave Achtergrondinformatie ACHTERGRONDINFORMATIE 2 1 WERKGELEGENHEID 3 2 VACATURES 4 3 VOORKEUR WERKGEVERS: OPLEIDINGSNIVEAU EN VERVULLEN VACATURES 5 4 LEERLINGEN
Nadere informatieOnderwijs in Kaart 2018 Zuidoost-Brabant
Onderwijs in Kaart 2018 Zuidoost-Brabant Cijfermatige onderwijsontwikkelingen in Zuidoost-Brabant Transvorm Tilburg, mei 2018 Spoorlaan 171 04 5038 CB Tilburg Postbus 4275 5004 JG Tilburg T 088 144 40
Nadere informatieLandelijke Jeugdmonitor. Rapportage 2e kwartaal 2007
Landelijke Jeugdmonitor Rapportage 2e kwartaal 2007 Centraal Bureau voor de Statistiek Voorburg/Heerlen, 2007 Verklaring der tekens. = gegevens ontbreken * = voorlopig cijfer x = geheim = nihil = (indien
Nadere informatieRegiorapportage Mobiliteitsbranche Den Haag
Regiorapportage Mobiliteitsbranche Den Haag Ontwikkelingen op de arbeidsmarkt en in het onderwijs in de motorvoertuigen- en tweewielerbranche in de regio Den Haag ROC Mondriaan 2012 2013 1 1. Kans op werk
Nadere informatieArbeidsmarktmonitor Particuliere beveiliging. ECABO Arbeidsmarktonderzoek. April 2013
Ecabo_Partners_2012 kopie_200x255cm 25-04-13 15:45 Pagina 1 Arbeidsmarktmonitor Particuliere beveiliging ECABO Arbeidsmarktonderzoek April 2013 Inleiding In dit document worden het onderzoek en de resultaten
Nadere informatieArbeidsmarkt en Beroepsopleidingen Uiterlijke Verzorging
Arbeidsmarkt en Beroepsopleidingen Uiterlijke Verzorging 2009/2010 Eindrapport Een onderzoek in opdracht van Stichting KOC Nederland Jos de Jonge Projectnummer: B3716 Zoetermeer, 29 juli 2010 De verantwoordelijkheid
Nadere informatieOnderwijs in Kaart 2018 Midden-Brabant
Onderwijs in Kaart 2018 Midden-Brabant Cijfermatige onderwijsontwikkelingen in Midden-Brabant Transvorm Tilburg, mei 2018 Spoorlaan 171 04 5038 CB Tilburg Postbus 4275 5004 JG Tilburg T 088 144 40 00 F
Nadere informatieOnderwijs in Kaart 2018 Noordoost-Brabant
Onderwijs in Kaart 2018 Noordoost-Brabant Cijfermatige ontwikkelingen in Noordoost-Brabant Transvorm Tilburg, mei 2018 Spoorlaan 171 04 5038 CB Tilburg Postbus 4275 5004 JG Tilburg T 088 144 40 00 F 088
Nadere informatieOntwikkeling aantal leerlingen en gediplomeerden Reclame, Presentatie en Communicatie 2014 RECLAME, PRESENTATIE EN COMMUNICATIE
RECLAME, PRESENTATIE EN COMMUNICATIE Ontwikkeling aantal leerlingen en gediplomeerden Reclame, Presentatie en Communicatie 2014 Statistisch jaaroverzicht deel 1 en 2 Datum: 4 december 2014 Colofon Savantis
Nadere informatieRegiorapportage Mobiliteitsbranche Breda Bergen op Zoom
Regiorapportage Mobiliteitsbranche Breda Bergen op Zoom Ontwikkelingen op de arbeidsmarkt en in het onderwijs in de motorvoertuigen- en tweewielerbranche in de regio Breda Bergen op Zoom ROC West-Brabant
Nadere informatieRegiorapportage Mobiliteitsbranche Groot Amsterdam - Gooi en Vechtstreek
Regiorapportage Mobiliteitsbranche Groot Amsterdam - Gooi en Vechtstreek Ontwikkelingen op de arbeidsmarkt en in het onderwijs in de motorvoertuigen- en tweewielerbranche in de regio Groot Amsterdam -
Nadere informatieOnderwijs in Kaart 2018 West- Brabant
Onderwijs in Kaart 2018 West- Brabant Cijfermatige ontwikkelingen in West- Brabant Transvorm Tilburg, mei 2018 Spoorlaan 171 04 5038 CB Tilburg Postbus 4275 5004 JG Tilburg T 088 144 40 00 F 088 144 40
Nadere informatieRegiorapportage Mobiliteitsbranche Arnhem
Regiorapportage Mobiliteitsbranche Arnhem Ontwikkelingen op de arbeidsmarkt en in het onderwijs in de motorvoertuigen- en tweewielerbranche in de regio Arnhem Rijn IJssel 2012 2013 1 1. Kans op werk Het
Nadere informatieDistrictsrapportage. Noord
Districtsrapportage Noord 212 Inhoudsopgave Achtergrondinformatie ACHTERGRONDINFORMATIE 2 1 WERKGELEGENHEID 3 2 VACATURES 4 3 VOORKEUR WERKGEVERS: OPLEIDINGSNIVEAU EN VERVULLEN VACATURES 5 4 LEERLINGEN
Nadere informatieKWANTITATIEVE REGIOANALYSE TECHNISCH BEROEPSONDERWIJS
- editie 2007 KWANTITATIEVE REGIOANALYSE TECHNISCH BEROEPSONDERWIJS REGIO MIDDEN- EN WEST-BRABANT - Samenvatting - Een initiatief van index Technocentrum Midden- en West-Brabant index Technocentrum Mozartlaan
Nadere informatieRegiorapportage Mobiliteitsbranche Eindhoven
Regiorapportage Mobiliteitsbranche Eindhoven Ontwikkelingen op de arbeidsmarkt en in het onderwijs in de motorvoertuigen- en tweewielerbranche in de regio Eindhoven Summa College 2012 2013 1 1. Kans op
Nadere informatieRegiorapportage Mobiliteitsbranche Doetinchem
Regiorapportage Mobiliteitsbranche Doetinchem Ontwikkelingen op de arbeidsmarkt en in het onderwijs in de motorvoertuigen- en tweewielerbranche in de regio Doetinchem Graafschap College 2012 2013 1 1.
Nadere informatieRegiorapportage Mobiliteitsbranche Flevoland
Regiorapportage Mobiliteitsbranche Flevoland Ontwikkelingen op de arbeidsmarkt en in het onderwijs in de motorvoertuigen- en tweewielerbranche in de regio Flevoland ROC Flevoland 2012 2013 1 1. Kans op
Nadere informatieArbeidsmarktmonitor Particuliere beveiliging. ECABO Arbeidsmarktonderzoek
Arbeidsmarktmonitor Particuliere beveiliging ECABO Arbeidsmarktonderzoek April 2014 Inhoudsopgave Inleiding 3 Samenvatting en conclusie 3 1 Vraag naar arbeid 4 1.1 Huidige werkgelegenheidsstructuur 4 1.2
Nadere informatie5. Onderwijs en schoolkleur
5. Onderwijs en schoolkleur Niet-westerse allochtonen verlaten het Nederlandse onderwijssysteem gemiddeld met een lager onderwijsniveau dan autochtone leerlingen. Al in het basisonderwijs lopen allochtone
Nadere informatieRegiorapportage Mobiliteitsbranche Gouda
Regiorapportage Mobiliteitsbranche Gouda Ontwikkelingen op de arbeidsmarkt en in het onderwijs in de motorvoertuigen- en tweewielerbranche in de regio Gouda ID College 2012 2013 1 1. Kans op werk Het bedrijfsleven
Nadere informatieRegiorapportage Mobiliteitsbranche Noord-Holland Noord
Regiorapportage Mobiliteitsbranche Noord-Holland Noord Ontwikkelingen op de arbeidsmarkt en in het onderwijs in de motorvoertuigen- en tweewielerbranche in de regio Noord-Holland Noord ROC kop van Noord-Holland
Nadere informatieDistrictsrapportage. Noord
Districtsrapportage Noord 213 Inhoudsopgave Achtergrondinformatie ACHTERGRONDINFORMATIE 2 1 WERKGELEGENHEID 3 2 VACATURES 4 3 VOORKEUR WERKGEVERS: OPLEIDINGSNIVEAU EN VERVULLEN VACATURES 5 4 LEERLINGEN
Nadere informatieRegiorapportage Mobiliteitsbranche Dordrecht-Gorinchem-Zwijndrecht
Regiorapportage Mobiliteitsbranche Dordrecht-Gorinchem-Zwijndrecht Ontwikkelingen op de arbeidsmarkt en in het onderwijs in de motorvoertuigen- en tweewielerbranche in de regio Dordrecht-Gorinchem-Zwijndrecht
Nadere informatieGediplomeerden 2015 SOMA College
Gediplomeerden 2015 SOMA College Samenvattende rapportage van de uitkomsten van het onderzoek onder gediplomeerden van het SOMA College Utrecht, september 2016 DUO Onderwijsonderzoek drs. Vincent van Grinsven
Nadere informatieRegiorapportage Mobiliteitsbranche Noord-Holland Zuid
Regiorapportage Mobiliteitsbranche Noord-Holland Zuid Ontwikkelingen op de arbeidsmarkt en in het onderwijs in de motorvoertuigen- en tweewielerbranche in de regio Noord-Holland Zuid ROC Nova College 2012
Nadere informatieRegiorapportage Mobiliteitsbranche Zuid-Limburg
Regiorapportage Mobiliteitsbranche Zuid-Limburg Ontwikkelingen op de arbeidsmarkt en in het onderwijs in de motorvoertuigen- en tweewielerbranche in de regio Zuid- Limburg ROC Arcus College 2012 2013 1
Nadere informatieGediplomeerden van het mbo van opleidingen ECABO
Gediplomeerden van het mbo van opleidingen ECABO Analyse van de positie van gediplomeerden van het mbo van opleidingen binnen ECABO op basis van de gegevens van de MBO-Kaart 2005-2007 Gediplomeerden van
Nadere informatieRegiorapportage Mobiliteitsbranche Rotterdam
Regiorapportage Mobiliteitsbranche Rotterdam Ontwikkelingen op de arbeidsmarkt en in het onderwijs in de motorvoertuigen- en tweewielerbranche in de regio Rotterdam Albeda College / Zadkine 2012 2013 1
Nadere informatieGediplomeerden van het mbo van opleidingen ECABO
Gediplomeerden van het mbo van opleidingen ECABO Analyse van de positie van gediplomeerden van het mbo van opleidingen binnen ECABO op basis van de gegevens van de MBO-Kaart 2006-2008 Gediplomeerden van
Nadere informatieAnalyse instroom
Instroomontwikkeling 2016 2017 In 2016 was er een instroomtoename van 5,5% bij de hbo-bachelor- en ad-opleidingen, opgebouwd uit: Een toename van de directe doorstroom vanuit havo, mbo en vwo met 1,0%
Nadere informatieindex Technocentrum Kwantitatieve regioanalyse technisch beroepsonderwijs Provincie Noord-Brabant
index Technocentrum Kwantitatieve regioanalyse technisch beroepsonderwijs Provincie Noord-Brabant Inhoudsopgave 1. Mbo Techniek... 3 1.1 Deelnemers mbo techniek... 3 1.1.1 Onderwijsinstellingen... 3 1.1.2
Nadere informatieTrends in passend onderwijs
DEFINITIEF Trends in passend onderwijs 2014-2017 DUO Informatieproducten Susan Borggreve, Daniël van Eck & Thijs Nielen 12 juni 2018 Inhoud 1 SAMENVATTING... 3 2 LEESWIJZER... 5 3 ONTWIKKELINGEN IN LEERLINGAANTALLEN...
Nadere informatieOntwikkeling aantal leerlingen Reclame, Presentatie en Communicatie 2013/2014 Statistisch jaaroverzicht deel 1
R eclame, P resentatie en C ommunicatie Ontwikkeling aantal leerlingen Reclame, Presentatie en Communicatie 2013/2014 Statistisch jaaroverzicht deel 1 Datum: februari 2014 Auteur: Sanne Saalbrink Colofon
Nadere informatieUpdate door- en uitstroomcijfers participatie zonder startkwalificatie
Update door- en uitstroomcijfers participatie zonder startkwalificatie Samenvatting Op basis van de geactualiseerde gegevens van het CBS zien de samenwerkende inspecties binnen Toezicht Sociaal Domein
Nadere informatieFactsheet. Samenvatting
Afgestudeerden en uitvallers 2017 In deze factsheet staan de belangrijkste kengetallen en ontwikkelingen met betrekking tot uitval, studiewissel en studiesucces. Alle cijfers betreffen voltijd hbo-bachelorstudenten
Nadere informatieDistrictsrapportage. NOORDWEST -Noord-Holland-Noord -Zuidelijk Noord-Holland
Districtsrapportage NOORDWEST - - 21 INHOUDSOPGAVE Pagina ACHTERGRONDINFORMATIE 3 1 WERKGELEGENHEID 4 2 VACATURES 5 3 ECABO ENQUETE 6 4 LEERLINGEN 7 5 GEDIPLOMEERDEN 8 7 PERSPECTIEVEN WERKGEVERS 1 8 ARBEIDSMARKTPERSPECTIEVEN
Nadere informatieRegiorapportage Mobiliteitsbranche Groningen
Regiorapportage Mobiliteitsbranche Groningen Ontwikkelingen op de arbeidsmarkt en in het onderwijs in de motorvoertuigen- en tweewielerbranche in de regio Groningen Noorderpoort College / Alfa-College
Nadere informatieArbeidsmarkt in Beeld: Onderwijs Noordoost-Brabant
Arbeidsmarkt in Beeld: Onderwijs Noordoost-Brabant In mei 2019 verscheen de Arbeidsmarkt in Beeld: Onderwijs. In die publicatie leest u over de actuele trends en ontwikkelingen in het zorg- en welzijnsonderwijs
Nadere informatieWelke routes doorlopen leerlingen in het onderwijs?
Welke routes doorlopen leerlingen in het onderwijs? Wendy Jenje-Heijdel Na het examen in het voortgezet onderwijs staan leerlingen voor de keuze voor vervolgonderwijs. De meest gangbare routes lopen van
Nadere informatieJoost Meijer, Amsterdam, 2015
Deelrapport Kohnstamm Instituut over doorstroom vmbo-mbo t.b.v. NRO-project 405-14-580-002 Joost Meijer, Amsterdam, 2015 Inleiding De doorstroom van vmbo naar mbo in de groene sector is lager dan de doorstroom
Nadere informatieArbeidsmarkt in Beeld: Onderwijs West-Brabant
Arbeidsmarkt in Beeld: Onderwijs West-Brabant In mei 2019 verscheen de Arbeidsmarkt in Beeld: Onderwijs. In die publicatie leest u over de actuele trends en ontwikkelingen in het zorg- en welzijnsonderwijs
Nadere informatieOpleidingsniveau stijgt
Opleidingsniveau stijgt Grote doorstroom naar hogere niveaus Meer leerlingen vanuit vmbo naar havo Grote groep mbo ers naar het hbo 10 Jongens groeien gedurende hun onderwijsloopbaan Jongens na een diploma
Nadere informatieOnderwijs: kiezen voor en leren in de techniek
Horizontale as: % +/- t.o.v. jaar eerder Onderwijs: kiezen voor en leren in de Ontwikkeling instroom mbo 24, 25, 26 4% 24 3% 2% % 25 % -4% -3% -2% -% % -% % 2% 3% 4% 26-2% -3% -4% Verticale as: afwijking
Nadere informatieDistrictsrapportage. Zuidwest
Districtsrapportage Zuidwest 21 Inhoudsopgave INHOUDSOPGAVE Pagina INHOUDSOPGAVE Pagina ACHTERGRONDINFORMATIE 2 ACHTERGRONDINFORMATIE 2 1 WERKGELEGENHEID 3 1 WERKGELEGENHEID 3 2 VACATURES 2 VACATURES 3
Nadere informatieKans op werk en kans op stage binnen de economisch-administratieve, ICT- en veiligheidsberoepen
ECABO Kans op werk en kans op stage binnen de economisch-administratieve, ICT- en veiligheidsberoepen Dit document vormt een korte samenvatting van de belangrijkste resultaten van het jaarlijkse arbeidsmarktonderzoek
Nadere informatieArbeidsmarkt in Beeld: Onderwijs Zuidoost-Brabant
Arbeidsmarkt in Beeld: Onderwijs Zuidoost-Brabant In mei 2019 verscheen de Arbeidsmarkt in Beeld: Onderwijs. In die publicatie leest u over de actuele trends en ontwikkelingen in het zorg- en welzijnsonderwijs
Nadere informatieInhoudsopgave. Leeswijzer
Inhoudsopgave Leeswijzer... 2 Deel I: Deelnemers mbo... 3 Deelnemers mbo Zorg... 3 Deelnemers mbo Welzijn... 4 Nieuwe instromers mbo Welzijn... 7 Deel III: Gediplomeerden mbo... 8 Gediplomeerden mbo Welzijn...
Nadere informatieen de studiekeuze van jongeren
5 Arbeidsmarkt en de studiekeuze van jongeren 5.1 Inleiding Voor een goed begrip van de ontwikkelingen op de arbeidsmarkt is het aanbod van schoolverlaters van essentieel belang. De middellangetermijnprognoses
Nadere informatieOver de voedingsmiddelenindustrie
Voedingsmiddelenindustrie Brancheontwikkelingen 2012 Deze factsheet bevat arbeidsmarktinformatie over de voedingsmiddelenindustrie. Onderwerpen die aan bod komen zijn: werkgelegenheid, trends en ontwikkelingen,
Nadere informatieNotitie Aansluiting vanuit het onderwijs op de arbeidsmarkt van jongens en meisjes met een diploma gehaald op het mbo bol-voltijd of ho voltijd
Notitie a Aansluiting vanuit het onderwijs op de arbeidsmarkt van jongens en meisjes met een diploma gehaald op het mbo bol-voltijd of ho voltijd Juli 2014 Nelet Kuipers, team Onderwijs SQS 1 Inhoudsopgave
Nadere informatieOnderwijs in Kaart 2018 Cijfermatige onderwijsontwikkelingen in Noord-Brabant MBO
Onderwijs in Kaart 2018 Cijfermatige onderwijsontwikkelingen in Noord-Brabant MBO 1 Inhoud 1. Inleiding... 3 2. Mbo Zorg en Welzijn Noord-Brabant... 4 2.1 Instromers... 5 Algemeen... 5 Benchmark Nederland...
Nadere informatieKerngegevens arbeidsmarkt en onderwijs. kwalificatierichting Commerciële beroepen
Kerngegevens arbeidsmarkt en onderwijs kwalificatierichting Commerciële beroepen ECABO Arbeidsmarktonderzoek april 2014 Inhoudsopgave pag. Inleiding 3 1 Onderwijs 4 1.1 Deelnemers 4 1.2 Diploma s 6 1.3
Nadere informatieDe deelname van dertigplussers in het mbo-onderwijs: de sectoren Techniek, Economie & Handel, Zorg & Welzijn, en Landbouw
De deelname van dertigplussers in het mbo-onderwijs: de sectoren Techniek, Economie & Handel, Zorg & Welzijn, en Landbouw Colofon Titel De deelname van dertigplussers in het mbo-onderwijs: de sectoren
Nadere informatieSCHOONMAAK EN GLAZENWASSEN. Leerlingcijfers. Sector Schoonmaak en Glazenwassen. Datum: 16 februari 2015 Auteur: Savantis
SCHOONMAAK EN GLAZENWASSEN Leerlingcijfers Sector Schoonmaak en Glazenwassen Datum: 16 februari 2015 Auteur: Savantis Colofon Savantis is het kenniscentrum beroepsonderwijs bedrijfsleven voor de sectoren
Nadere informatieHerziening MBO voor leerbedrijven. Versie 1.0 juli 2015
Herziening MBO voor leerbedrijven Versie 1.0 juli 2015 De presentatie in het kort Het mbo-onderwijs verandert Keuzedelen, nieuw in de mbo-opleiding Kansen voor het bedrijfsleven Het mbo-onderwijs verandert
Nadere informatieStapelaars in het voortgezet onderwijs
[Geef tekst op] Stapelaars in het voortgezet onderwijs Een analyse van de basisschooladviezen en schooltypen van de stapelaars. Onderzoek, Informatie en Statistiek Onderzoek, Informatie en Statistiek Stapelaars
Nadere informatieOnderwijs in Kaart 2018 Cijfermatige onderwijsontwikkelingen in Noord-Brabant HBO
Onderwijs in Kaart 2018 Cijfermatige onderwijsontwikkelingen in Noord-Brabant HBO 1 - Onderwijs in Kaart 2018-hbo.docx - 16-6-2017 Transvorm Inhoud 1. Inleiding... 3 2. Hbo Gezondheidszorg en Sociale Studies
Nadere informatieOfficiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.
STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 23441 22 december 2011 Regeling van de Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap van 8 december 2011, nr. BVE/Stelsel/337729
Nadere informatieFACTSHEET Verwante en niet-verwante doorstroom in de beroepskolom
FACTSHEET Verwante en niet-verwante doorstroom in de beroepskolom In het Nederlands onderwijsbestel moeten kinderen op jonge leeftijd belangrijke keuzes maken die de rest van hun loopbaan beïnvloedt. De
Nadere informatieArbeidsmarkt Metaalbewerking 2004 Regio Zeeland/West-Brabant
Arbeidsmarkt Metaalbewerking 2004 Regio Zeeland/West-Brabant Overview Hieronder wordt ingegaan op een aantal arbeidsmarktaspecten in de regio Zeeland, West Brabant, die op basis van de resultaten van het
Nadere informatieKans op werk en kans op stage binnen de economisch-administratieve, ICT- en veiligheidsberoepen
ECABO Kans op werk en kans op stage binnen de economisch-administratieve, ICT- en veiligheidsberoepen Dit document vormt een korte samenvatting van de belangrijkste bevindingen uit de Monitor arbeidsmarkt
Nadere informatieVan mbo en havo naar hbo
Van mbo en havo naar hbo Dick Takkenberg en Rob Kapel Studenten die naar het hbo gaan, komen vooral van het mbo en de havo. In het algemeen blijven mbo ers die een opleiding in een bepaald vak- of studiegebied
Nadere informatieUitleg en verdieping CBS data infographic Participatie zonder Startkwalificatie
Uitleg en verdieping CBS data infographic Participatie zonder Startkwalificatie DOOR- EN UITSTROOM UIT PRAKTIJKONDERWIJS, VOORTGEZET SPECIAAL ONDERWIJS EN ENTREE-OPLEIDINGEN (COHORT 2013/14, 2014/15 EN
Nadere informatieGediplomeerden van het mbo van opleidingen ECABO
Gediplomeerden van het mbo van opleidingen ECABO Analyse van de positie van gediplomeerden van het mbo van opleidingen binnen ECABO op basis van de gegevens van de MBO-Kaart 2004-2006 Gediplomeerden van
Nadere informatieROA Fact Sheet. Schoolverlaters tussen onderwijs en arbeidsmarkt 2012 Feiten en cijfers. Research Centre for Education and the Labour Market ROA
Research Centre for Education and the Labour Market ROA Schoolverlaters tussen onderwijs en arbeidsmarkt 2012 Feiten en cijfers ROA Fact Sheet ROA-F-2013/2 Researchcentrum voor Onderwijs en Arbeidsmarkt
Nadere informatieDe behoefte aan Ad-opleidingen in het ECABO domein
De behoefte aan Ad-opleidingen in het ECABO domein Afdeling arbeidsmarktonderzoek Odile Sondermeijer Maart 2014 14 03 13 De behoefte aan Ad-opleidingen in het ECABO domein 1 14 03 13 De behoefte aan Ad-opleidingen
Nadere informatieLOKAAL JEUGDRAPPORT - Houten
LOKAAL JEUGDRAPPORT - Houten Jongeren en gezin Ontwikkeling van het aantal jongeren (2000-2011, index: 2000=100) Bron:CBS bevolkingsstatistiek, bewerking ABF Research In Houten is het aantal jongeren in
Nadere informatieBehoefte aan Ad-opleidingen in het ECABO domein
Behoefte aan Ad-opleidingen in het ECABO domein Afdeling arbeidsmarktonderzoek, Maart 2011 ECABO Disketteweg 6 Postbus 1230 3821 RA AMERSFOORT Telefoon 033 450 46 46 Fax 033 450 46 66 info@ecabo.nl www.ecabo.nl
Nadere informatieDistrictsrapportage. Zuidoost
Districtsrapportage Zuidoost 213 Inhoudsopgave Achtergrondinformatie ACHTERGRONDINFORMATIE 2 1 WERKGELEGENHEID 3 2 VACATURES 4 3 VOORKEUR WERKGEVERS: OPLEIDINGSNIVEAU EN VERVULLEN VACATURES 5 4 LEERLINGEN
Nadere informatieTekorten op de ICT-arbeidsmarkt verklaard Door Has Bakker (beleidsadviseur ICT~Office)
Tekorten op de ICT-arbeidsmarkt verklaard Door Has Bakker (beleidsadviseur ICT~Office) ICT~Office voorspelt een groeiend tekort aan hoger opgeleide ICT-professionals voor de komende jaren. Ondanks de economische
Nadere informatieSH&M 2012 Gediplomeerden MBO 2011
Rapportage Gediplomeerden van het MBO van hout- en meubelopleidingen Analyse van de positie van gediplomeerden van het MBO van opleidingen binnen de kwalificatiestructuur van de hout- en meubelbranche
Nadere informatieOnderzoeksrapport: zorgelijke terugloop leerwerkplekken mbo
Onderzoeksrapport: zorgelijke terugloop leerwerkplekken mbo - Algemene daling in aantal mbo-studenten. Deze daling wordt grotendeels veroorzaakt door de afname van het aantal leerwerkplekken. - Vooral
Nadere informatieGediplomeerden van het mbo van opleidingen ECABO
Gediplomeerden van het mbo van opleidingen ECABO Analyse van de positie van gediplomeerden van het mbo van opleidingen binnen ECABO op basis van de gegevens van de MBO-Kaart - Tabellen en vragenlijsten
Nadere informatieArbeidsmarktregio Oost-Utrecht
Regiosheet Arbeidsmarktregio REGIOSHEET Arbeidsmarktregio 1 1 Dit is de regiosheet voor de arbeidsmarktregio, waarin de arbeidsmarkt wordt geschetst voor de beroepen in het ECABO-domein. ECABO brengt in
Nadere informatieSchoolverlaters tussen onderwijs en arbeidsmarkt
Schoolverlaters tussen onderwijs en arbeidsmarkt 1999-4Middelbaar BeroepsOnderwijs ROA De cijfers in deze publicatie zijn gebaseerd op de jaarlijkse schoolverlatersonderzoeken van het Researchcentrum voor
Nadere informatieAandeel meisjes in de bètatechniek VMBO
Vrouwen in de bètatechniek Traditioneel kiezen veel meer mannen dan vrouwen voor een bètatechnische opleiding. Toch lijkt hier de afgelopen jaren langzaam verandering in te komen. Deze factsheet geeft
Nadere informatieKengetallen Mobiliteitsbranche 2003-2013
Kengetallen Mobiliteitsbranche 2003-2013 Kengetallen Mobiliteitsbranche 2003-2013 drs. W. van Ooij MarktMonitor Januari 2015 Kengetallen Mobiliteitsbranche 2003-2013 . Kengetallen Mobiliteitsbranche 2003-2013
Nadere informatieKWANTITATIEVE REGIOANALYSE TECHNISCH BEROEPSONDERWIJS
- editie 2006 KWANTITATIEVE REGIOANALYSE TECHNISCH BEROEPSONDERWIJS REGIO MIDDEN- EN WEST-BRABANT - Samenvatting - Een initiatief van index Technocentrum Midden- en West-Brabant index Technocentrum Mozartlaan
Nadere informatie3 De situatie in de bbl
DE SITUATIE IN DE BBL 3 De situatie in de bbl Zoals in de inleiding is aangegeven gaat de SER in dit eerste deel van het advies vooral in op de vraag van de minister in de adviesaanvraag naar de teruglopende
Nadere informatieGediplomeerden van het MBO van opleidingen ECABO
Gediplomeerden van het MBO van opleidingen ECABO Analyse van de positie van gediplomeerden van het MBO van opleidingen binnen ECABO op basis van de gegevens van de MBO- Kaart 2009, 2010 en 2011 Utrecht,
Nadere informatieAantal vestigingen: 3.451. Aantal werkzame personen: 20.921. 23% van de bedrijven verwacht personeel aan te nemen
Groene detailhandel Brancheontwikkelingen 2012 Deze factsheet bevat arbeidsmarktinformatie over de groene detailhandel. Onderwerpen die aan bod komen zijn: werkgelegenheid, trends en ontwikkelingen, vacatures
Nadere informatieArbeidsmarktregio Groot Amsterdam
Regiosheet Arbeidsmarktregio REGIOSHEET Arbeidsmarktregio 21 21 Dit is de regiosheet voor de arbeidsmarktregio, waarin de arbeidsmarkt wordt geschetst voor de beroepen in het ECABO-domein. ECABO brengt
Nadere informatieHerziening MBO voor leerbedrijven. Versie 1.0 september 2015
Herziening MBO voor leerbedrijven Versie 1.0 september 2015 De presentatie in het kort Het mbo-onderwijs verandert Keuzedelen, nieuw in de mbo-opleiding Kansen voor het bedrijfsleven Het mbo-onderwijs
Nadere informatieErratum Jaarboek onderwijs 2008
Centraal Bureau voor de Statistiek Erratum 13 december 2007 Erratum Jaarboek onderwijs 2008 Ondanks de zorgvuldigheid waarmee deze publicatie is samengesteld, is een aantal zaken niet juist vermeld. Onze
Nadere informatieArbeidsmarktregio Noord-Holland Noord
Regiosheet Arbeidsmarktregio REGIOSHEET Arbeidsmarktregio 1 1 Dit is de regiosheet voor de arbeidsmarktregio, waarin de arbeidsmarkt wordt geschetst voor de beroepen in het ECABO-domein. ECABO brengt in
Nadere informatieArbeidsmarktregio Gorinchem
Regiosheet Arbeidsmarktregio GIOSHEET beidsmarktregio rinchem 1 1 Dit is de regiosheet voor de arbeidsmarktregio, waarin de arbeidsmarkt wordt geschetst voor de beroepen in het ECABO-domein. ECABO brengt
Nadere informatieDe studieloopbaan van mbo-deelnemers
Paper Symposium, Het belang van het onderwijsnummer voor beleidsinformatie ORD 2012 De studieloopbaan van mbo-deelnemers De verblijfsduur in relatie met het behaalde op het mbo. DUO/INP 1 juni 2012 Jaap-Jan
Nadere informatie