GEEFT HET VLAAMS SECUNDAIR ONDERWIJS DE NODIGE BAGAGE MEE?

Transcriptie

1 GEEFT HET VLAAMS SECUNDAIR ONDERWIJS DE NODIGE BAGAGE MEE? Bieke De Fraine KU Leuven LiSO-studiedag 13 December 2018, Leuven BAGAGE? NODIGE BAGAGE? Kennis Vaardigheden Attitudes Competenties Eindtermen 2 1

2 WELKE BAGAGE HEEFT U? 3 VRAAG 1 WELKE BEWERING OVER PISA 2015 (WETENSCHAPPELIJKE GELETTERHEID) IS CORRECT? a) Vlaanderen scoort significant lager dan Nederland b) Vlaanderen scoort significant lager dan Duitsland c) Vlaanderen scoort significant hoger dan Nederland d) Vlaanderen scoort significant hoger dan Duitsland 4 2

3 VRAAG 1 WELKE BEWERING OVER PISA 2015 (WETENSCHAPPELIJK GELETTERDHEID) IS CORRECT? a) Vlaanderen scoort significant lager dan Nederland b) Vlaanderen scoort significant lager dan Duitsland c) Vlaanderen scoort significant hoger dan Nederland d) Vlaanderen scoort significant hoger dan Duitsland 5 6 Bron: Vakgroep Onderwijskunde (2016). Wetenschappelijke geletterheid bij 15-jarigen. Vlaams rapport PISA

4 PISA 2015 Weten- Samenwerkend Wiskundige schappelijke Lees- probleem- Financiële geletterdheid geletterdheid vaardigheid oplossen geletterdheid Vlaanderen Nederland Wallonië / Duitsland / Finland / 7 Bron: Vakgroep Onderwijskunde (2016). Wetenschappelijke geletterheid bij 15-jarigen. Vlaams rapport PISA VLAANDEREN IN PISA: TRENDS Wiskundige geletterdheid Wetenschappelijke geletterdheid Leesvaardigheid Financiele geletterdheid

5 VLAANDEREN IN PISA: % LEERLINGEN ONDER NIVEAU 2 (LAAGGELETTERD) Wiskundige geletterdheid Wetenschappelijke geletterdheid Leesvaardigheid 15,4 15,2 17,2 17,1 16, ,4 14,1 13,5 13,4 13, ,6 11,4 11,9 12, , VRAAG 2 HOEVEEL % VAN DE LEERLINGEN IN 6TSO BEHAALT DE EINDTERMEN FRANS LUISTEREN? a) 18% b) 32% c) 63% d) 81% Bron: Peiling wiskunde 3e graad ASO, TSO en KSO (2012). 10 5

6 VRAAG 2 HOEVEEL % VAN DE LEERLINGEN IN 6TSO BEHAALT DE EINDTERMEN FRANS LUISTEREN? a) 18% b) 32% c) 63% d) 81% Bron: Peiling wiskunde 3e graad ASO, TSO en KSO (2014). 11 handel chemie 75% 73% sport personenzorg 63% 63% overige tso-richtingen mechanica-electriciteit 51% 50% 0% 10% 20% 30% 40% 50% 60% 70% 80% % leerlingen 6TSO die de eindtermen Frans (luisteren) beheersen (2012) 12 Bron: 6

7 VRAAG 3 HOEVEEL % VAN DE LEERLINGEN IN 6BSO BEHAALT DE EINDTERMEN PAV: REKENEN? a) 13% b) 22% c) 39% d) 55% Bron: Peiling PAV 3e graad BSO (2013). 13 VRAAG 3 HOEVEEL % VAN DE LEERLINGEN IN 6BSO BEHAALT DE EINDTERMEN PAV: REKENEN? a) 13% b) 22% c) 39% d) 55% Bron: Peiling PAV 3e graad BSO (2013). 14 7

8 100% 90% 80% 70% 60% 50% 40% 30% 20% 10% 0% jongen meisje 66% 54% 55% 40% 41% 37% 36% 21% Lezen luisteren rekenen IVV % leerlingen 6BSO die de eindtermen PAV beheersen (2013) Bron: 15 VRAAG 4 HOEVEEL % VAN DE LEERLINGEN IN 6ASO BEHAALT DE EINDTERMEN STATISTIEK? a) 32% b) 52% c) 78% d) 86% Bron: Peiling wiskunde 3e graad ASO, TSO en KSO (2014). 16 8

9 VRAAG 4 HOEVEEL % VAN DE LEERLINGEN IN 6ASO BEHAALT DE EINDTERMEN STATISTIEK? a) 32% b) 52% c) 78% d) 86% Bron: Peiling wiskunde 3e graad ASO, TSO en KSO (2014). 17 Exponentiële functies Reële functies Afgeleiden Statistiek Problemen oplossen met functies en afgeleiden Goniometrische functies 56% 53% 52% 51% 51% 78% 0% 20% 40% 60% 80% 100% % leerlingen 6ASO die de eindtermen wiskunde beheersen (2014) 18 Bron: 9

10 VRAAG 5 HOEVEEL % VAN DE LEERLINGEN 6 SO KUNNEN HET VLAAMS GEWEST AANDUIDEN? a) 23% b) 39% c) 58 % d) 76% Bron: Peiling burgerzin & burgerschapseducatie VRAAG 5 HOEVEEL % VAN DE LEERLINGEN 6 SO KUNNEN HET VLAAMS GEWEST AANDUIDEN? a) 23% b) 39% c) 58 % d) 76% Bron: Peiling burgerzin & burgerschapseducatie

11 % leerlingen 6 SO die de eindtermen burgerzin beheersen (2016) 100% 90% 80% 70% 60% 50% 40% 30% 20% 10% 0% 82% socio-economisch en duurzaam handelen Bron: Peiling burgerzin & burgerschapseducatie % relaties en cultuur 84% democratisch handelen % % leerlingen 6 SO die de eindtermen burgerzin beheersen (2016) 90% 80% 70% 60% 50% 40% 30% 20% 10% 0% 89% 99% 45% 43% socio-economisch en duurzaam handelen Bron: Peiling burgerzin & burgerschapseducatie % 95% relaties en cultuur BSO TKSO ASO 46% 91% 99% democratisch handelen 22 11

12 Politieke kennis van jongeren (2e jaar SO, ICCS 2016) ICCS 2009 ICCS 2016 Denemarken Zweden Finland Estland Rusland Vlaanderen Italië Litouwen Letland Malta Bulgarije 23 VRAAG 6 HOEVEEL % VAN DE VLAAMSE LEERLINGEN ZIJN ONGEKWALFICEERDE UITSTROMERS? a) 7,1% b) 8,9% c) 10,4 % d) 15,1% 24 12

13 VRAAG 6 HOEVEEL % VAN DE VLAAMSE LEERLINGEN ZIJN ONGEKWALFICEERDE UITSTROMERS? a) 7,1% b) 8,9% c) 10,4 % d) 15,1% 25 Bron:

14 Belgium: 8,9% Bron: Eurostat, cijfers van 2017 (gebaseerd op EAK). Bron:

15 VRAAG 7 HOEVEEL SCHOLEN BOEKEN LEERWINST WISKUNDE IN DE EERSTE GRAAD? a) 32% b) 72% c) 89% d) 100% 29 VRAAG 7 HOEVEEL SCHOLEN BOEKEN LEERWINST WISKUNDE IN DE EERSTE GRAAD? a) 32% b) 72% c) 89% d) 100% 30 15

16 31 Dockx et al. (2016). De rol van de eerdere schoolloopbaan bij de overgang naar het secundair onderwijs. Pedagogische Studiën, 93, VRAAG 8 WAT IS IN 4SO DE GEMIDDELDE SCORE OP DE STELLING IK PROBEER MIJN BEST TE DOEN OP SCHOOL OMDAT DIT BELANGRIJK IS VOOR MIJ (1= NIET WAAR / 5= WAAR) a) 1,44 (niet waar) b) 2,31 (meestal niet waar) c) 3,40 (soms waar, soms niet waar) d) 4,21 (meestal waar) 32 16

17 VRAAG 8 WAT IS IN 4SO DE GEMIDDELDE SCORE OP DE STELLING IK PROBEER MIJN BEST TE DOEN OP SCHOOL OMDAT DIT BELANGRIJK IS VOOR MIJ (1= NIET WAAR / 5= WAAR) a) 1,44 (niet waar) b) 2,31 (meestal niet waar) c) 3,40 (soms waar, soms niet waar) d) 4,21 (meestal waar) Bron: technisch rapport leerlingvragenlijst VRAAG 9 HOEVEEL % VAN DE LEERLINGEN BEHAALT OP HET EINDE VAN DE LAGERE SCHOOL DE EINDTERMEN PROCENTBEREKENING? a) 40% b) 50% c) 75% d) 90% 34 17

18 VRAAG 9 HOEVEEL % VAN DE LEERLINGEN BEHAALT OP HET EINDE VAN DE LAGERE SCHOOL DE EINDTERMEN PROCENTBEREKENING? a) 40% b) 50% c) 75% d) 90% % 90% 86% 88% 80% 74% 75% 76% 70% 64% 65% 65% 60% 50% 59% 50% 42% 40% getalwaarden en gelijkwaardigheid verhoudingen breuken en kommagetallen procentberekening

19 VRAAG 10 WELKE EINDTERM STAAT NIET IN HET NIEUWE DECREET VOOR ONDERWIJSDOELEN 1E GRAAD? a) 4.18 De leerlingen kunnen een eenvoudige route uitstippelen met het openbaar vervoer. b) 7.16 De leerlingen uiten hun gevoelens respectvol. c) 9.45 De leerlingen trekken conclusies op basis van grafieken, tabellen, determineertabellen en diagrammen. d) 14.7 De leerlingen lichten toe hoe de overheid via inkomsten en uitgaven impact heeft op de samenleving. 37 VRAAG 10 WELKE EINDTERM STAAT NIET IN HET NIEUWE DECREET VOOR ONDERWIJSDOELEN 1E GRAAD? a) 4.18 De leerlingen kunnen een eenvoudige route uitstippelen met het openbaar vervoer. b) 7.16 De leerlingen uiten hun gevoelens respectvol. c) 9.45 De leerlingen trekken conclusies op basis van grafieken, tabellen, determineertabellen en diagrammen. d) 14.7 De leerlingen lichten toe hoe de overheid via inkomsten en uitgaven impact heeft op de samenleving

20 WELKE BAGAGE HEEFT U? WELKE BAGAGE HEBBEN DE LEERLINGEN? WELKE BAGAGE BIEDT UW SCHOOL?