OPGAVEN HOOFDSTUK 5 ANTWOORDEN
|
|
- Bertha Vink
- 4 jaren geleden
- Aantal bezoeken:
Transcriptie
1 OPGAVEN HOOFDSTUK 5 ANTWOORDEN Opgave 1 a. Wanneer spreken we van vaste activa? Wanneer een productiemiddel langer dan 1 jaar meegaat. b. Welke uitgaven behoren tot de vaste activa? Alle uitgaven die noodzakelijk zijn om het productiemiddel te laten functioneren. Opgave 2 Een machine heeft een aanschafprijs van Om de machine te kunnen gebruiken moet de fundering in de fabriek worden aangepast. Hiervoor is noodzakelijk: 4m 2 beton à uur loon à 40 De installatiekosten worden door de leverancier van de machine verzorgd. Hiervoor zal separaat een factuur worden verzonden van a. Bereken de aanschafwaarde van de machine. Antwoord: De restwaarde van de machine is b. Bereken de totale afschrijvingskosten. Antwoord: Naast de restwaarde van de machine van zal aan het einde van gebruik de fundering weer moeten worden gesloopt. De kosten hiervoor zullen naar verwachting bedragen. c. Bereken de totale machinekosten. Antwoord:
2 De technische levensduur van de machine is 10 jaar. De economische gebruiksduur is 5 jaar. d. Wat houdt de technische levensduur in? De technische levensduur is de gebruiksduur dat het productiemiddel de prestaties kan leveren waarvoor het is aangeschaft. e. Wat het de economische gebruiksduur in? De periode waarin het productiemiddel prestaties verricht tegen zo laag mogelijke kosten per prestatie. f. Bereken de afschrijvingskosten per jaar. Antwoord: per jaar Opgave 3 Een auto wordt aangeschaft voor De restwaarde van de auto wordt geschat op De economische levensduur is 4 jaar. a. Bereken de afschrijvingskosten per jaar. Antwoord: per jaar b. Bereken de afschrijvingskosten per maand. Antwoord: 833,33 De onderneming wil de auto in 4 jaar afschrijven met een vast percentage van de aanschafwaarde. c. Bereken dit percentage. Antwoord: 20% 2
3 De ondernemer heeft iemand ontmoet die de auto wil kopen na drie jaar en 2 maanden gebruik. Om te zien of het bod aantrekkelijk is, vraagt de ondernemer de boekwaarde van de auto. d. Wat wordt onder de boekwaarde verstaan? De boekwaarde is de waarde die het duurzame productiemiddel op een bepaald moment in de boekhouding heeft. Dit is het resultaat van de aanschafwaarde de afschrijvingen op dat moment. e. Wat is de boekwaarde van de auto na 3 jaar en 2 maanden gebruik? Antwoord: ,33 Opgave 4 De heer Luchies besluit op 1 juli 2015 een airco aan te schaffen van Het ding wordt geïnstalleerd voor 700. Volgens de gebruiksaanwijzing van de airco gaat deze technisch 10 jaar mee. Echter zal na 5 jaar een grote onderhoudsbeurt noodzakelijk zijn. Hierdoor besluit Luchies de airco na 5 jaar te vervangen. Aan het einde van deze 5 jaar zullen de verwijderingskosten van de airco 300 bedragen. De restwaarde van de airco is nihil. a. Bereken de maandelijkse afschrijvingskosten van de airco. Antwoord: 66,67 per maand b. Bereken het vaste percentage van de aanschafwaarde van de airco waarmee jaarlijks wordt afgeschreven. Antwoord: 21,6% c. Welk bedrag wordt in 2015 afgeschreven? (afronden op 1 decimaal nauwkeurig). Antwoord: 400 d. Wat is de boekwaarde van de airco op 1 oktober 2018? Antwoord:
4 Opgave 5 Pietersen heeft een apparaat aangeschaft dat PIEP zegt. Hiervoor heeft hij betaald. De restwaarde van dit apparaat is Het apparaat wordt in 4 jaar afgeschreven tegen een vast percentage van de boekwaarde. Het percentage is 50%. a. Bereken de afschrijving van de jaren 1 t/m 4. Antwoord: , , , b. Wat is het verschil met betrekking tot de jaarlijks af te schrijven bedragen wanneer enerzijds: o de afschrijvingsmethode waarbij een vast percentage van de aanschafwaarde wordt gebruikt en o anderzijds de afschrijvingsmethode waarbij een vast percentage van de boekwaarde wordt toegepast. Bij afschrijving met een vast percentage van de aanschafwaarde blijft de afschrijving iedere periode gelijk. Bij afschrijving met een vast percentage van de boekwaarde dalen de afschrijvingsbedragen. Opgave 6 a. Wat zijn complementaire kosten? Complementaire kosten zijn kosten die samenhangen aan het gebruik van een duurzaam productiemiddel maar geen afschrijving of interestkosten zijn b. Noem een aantal voorbeelden. I. Onderhoudskosten II. Energiekosten III. Verzekeringskosten IV. Bedieningskosten c. Hoe is over het algemeen het verloop van de complementaire kosten door de jaren heen? Hoe langer het productiemiddel wordt gebruikt, hoe hoger de complementaire kosten worden. d. Waarom is dat zo? De machine wordt ouder. Daardoor ontstaat meer slijtage dus meer onderhoudskosten meer verspil door onnauwkeurigheid enzovoorts. 4
5 Opgave 7 Een auto wordt aangeschaft voor De restwaarde van de auto wordt geschat op De economische levensduur is 4 jaar. Het interestpercentage is 8%. a. Bereken de interestkosten per jaar. Antwoord: b. Bereken de interestkosten van deze auto gedurende zijn gehele levensduur. Antwoord: Aan het einde van de levensduur moet de reclame van de auto worden verwijderd. Dit kost ongeveer 500. c. Moet bij de berekening van de interestkosten van de auto met de uitgave rekening worden gehouden? Zo ja met welk bedrag. Neen want de uitgave wordt gedaan na 4 jaar. Er wordt daarvoor geen vermogen gereserveerd of geleend. Interest gaat over een vergoeding voor over een periode van gebruikt of geleend geld. Opgave 8 Een machine heeft een aanschafprijs van Om de machine goed te laten draaien is nog een uitgave van noodzakelijk. De economische levensduur van de machine is 4 jaar. Na deze 4 jaar levert de machine nog op. De kosten die noodzakelijk zijn om de machine te verwijderen zijn nog eens De complementaire kosten zijn: Jaar Jaar Jaar Jaar Afgeschreven wordt met een vast percentage van de aanschafwaarde. Het interestpercentage is 3%. a. Bereken de jaarlijkse afschrijving. Antwoord: b. Bereken de interestkosten per jaar. Antwoord:
6 c. Bereken de jaarlijkse machinekosten. Antwoord: jaar I , jaar II , jaar III , jaar IV Opgave 9 Een apparaat heeft een technische levensduur van 5 jaar. De aanschafwaarde is De restwaarde is op ieder tijdstip gelijk: Het interestpercentage is 5%. De complementaire kosten zijn als volgt: Jaar Complementaire kosten I II III IV V De prestaties zijn gedurende de gebruiksjaren: Jaar Prestaties I II III IV V a. Bereken de cumulatieve complementaire kosten. Antwoord: jaar I 5.000, jaar II , jaar III , jaar IV , jaar V b. Bereken de cumulatieve prestaties. Antwoord: Antwoord: jaar I , jaar II , jaar III , jaar IV , jaar V c. Bereken de intrestkosten van de machine. Antwoord: d. Bereken de cumulatieve interestkosten. Antwoord: Antwoord: jaar I 3.250, jaar II 6.500, jaar III 9.750, jaar IV , jaar V
7 e. Bereken de economische gebruiksduur en het bijbehorende tarief per prestatie. Antwoord: 0,0449 f. Bereken met welke bedragen wordt afgeschreven. Antwoord: jaar I , jaar II , jaar III Opgave 10 Zetmeelcoöperatie Samen & Goed is van plan een nieuwe machine aan te schaffen. De aanschafwaarde van de machine is De interestkosten op de machine worden berekend over het gemiddeld gedurende gebruiksduur geïnvesteerde vermogen. Het percentage waarmee wordt gerekend is 2,5%. De restwaarde van de machine is steeds nul. De technische levensduur is 5 jaar. De complementaire kosten zijn in het eerste jaar en stijgen ieder jaar met 15%. De prestaties van de machine zijn als volgt: Jaar Prestaties I II III IV V a. Bereken de economische levensduur. Antwoord: vijf jaar. De technische levensduur is 5 jaar. Dus welk tarief er ook uit zal rollen na gebruik van 5 jaar is niet van belang. b. Bereken de afschrijving per jaar. Jaar I , jaar II , jaar III , jaar IV , jaar V
8 Opgave 11 Een machine wordt aangeschaft voor De restwaarde is na 1 jaar gebruik , na 2 jaar gebruik en na 3 jaar gebruik nihil. De interestkosten op de machine worden berekend over het gemiddeld gedurende gebruiksduur geïnvesteerde vermogen. De interestvoet is 5%. a. Wat zijn de interestkosten per jaar wanneer de machine 1 jaar wordt Antwoord: b. Wat zijn de interestkosten per jaar wanneer de machine 2 jaar wordt Antwoord: c. Wat zijn de interestkosten per jaar wanneer de machine 3 jaar wordt Antwoord: d. Wat zijn de cumulatieve interestkosten wanneer de machine 1 jaar wordt Antwoord: e. Wat zijn de cumulatieve interestkosten wanneer de machine 2 jaar wordt Antwoord: f. Wat zijn de cumulatieve interestkosten wanneer de machine 3 jaar wordt Antwoord:
OPGAVEN HOOFDSTUK 5 UITWERKINGEN
OPGAVEN HOOFDSTUK 5 UITWERKINGEN Opgave 1 a. Wanneer spreken we van vaste activa? Wanneer een productiemiddel langer dan 1 jaar meegaat. b. Welke uitgaven behoren tot de vaste activa? Alle uitgaven die
Nadere informatieUITWERKINGEN OPGAVEN HOOFDSTUK 4
HOOFDSTUK 4 Opgave 1 a. Wanneer spreken we van vaste activa? Wanneer een productiemiddel langer dan 1 jaar meegaat. b. Welke uitgaven behoren tot de vaste activa? Alle uitgaven die noodzakelijk zijn om
Nadere informatieANTWOORDEN OPGAVEN HOOFDSTUK 8
ANTWOORDEN OPGAVEN HOOFDSTUK 8 Opgave 1 De zoon van Jansen schaft een duurzaam productiemiddel aan voor 544.500 inclusief btw. Naast de aanschafprijs moet de zoon van Jansen nog meer uitgaven doen om het
Nadere informatieUITWERKINGEN OPGAVEN HOOFDSTUK 8
UITWERKINGEN OPGAVEN HOOFDSTUK 8 Opgave 1 De zoon van Jansen schaft een duurzaam productiemiddel aan voor 544.500 inclusief btw. Naast de aanschafprijs moet de zoon van Jansen nog meer uitgaven doen om
Nadere informatieDaarna komen de economische levensduur en het afschrijvingsplan nog aan de orde.
1 Kosten van duurzame productiemiddelen 1.1 Inleiding Een onderneming maakt kosten om omzet te kunnen behalen. De kosten vormen de basis voor de totstandkoming van de verkoopprijs. Een belangrijk onderdeel
Nadere informatieCumulatieve. De economische gebruiksduur van het verbeterde type bestelwagen is 4 jaar.
PDB Kostencalculatie Uitwerkingen hoofdstuk 3 Opgave 3.1 a. Jaar Afschrijving interest complementaire totale Cumulatief aantal kilometers Kosten per kilometer 1 73.000 1.000 6.000 80.000 50.000 1,60 2
Nadere informatieHoofdstuk 22. De kosten van duurzame productiemiddelen. Wat zijn afschrijvingen? Waardevermindering van je bezit!
www.jooplengkeek.nl De kosten van duurzame productiemiddelen Hoofdstuk 22 Wat zijn afschrijvingen? Waardevermindering van je bezit! Duurzame bezittingen gaan we afschrijven in meerdere jaren. (niet in
Nadere informatieUITWERKINGEN OPGAVEN HOOFDSTUK 9
12.000 18.000 26.000 25.000 UITWERKINGEN OPGAVEN HOOFDSTUK 9 Opgave 1 a. Wat zijn de grote verschillen tussen financial- en operational leasing? Financial leasing Langlopende overeenkomst Leasetermijn
Nadere informatieRente. Een lening is soms nodig om een grote uitgave te kunnen doen. De lening moet terugbetaald worden, maar ook de rente. Hoe hoog is de rente?
Rente Een lening is soms nodig om een grote uitgave te kunnen doen. De lening moet terugbetaald worden, maar ook de rente. Hoe hoog is de rente? Als een bedrijf een nieuwe machine wil kopen, is daar niet
Nadere informatieOPGAVEN HOOFDSTUK 9 ANTWOORDEN
HOOFDSTUK 9 ANTWOORDEN Opgave 1 a. Wat zijn de grote verschillen tussen financial- en operational leasing? Financial leasing Langlopende overeenkomst Leasetermijn gelijk aan de economische levensduur Contract
Nadere informatieVast percentage van de aanschafwaarde
Afschrijvingen Wouke koopt een bedrijfsauto. Zij verwacht hem drie jaar te gebruiken. Elk jaar wordt de auto minder waard. Wouke houdt deze waardevermindering in de boekhouding bij: zij boekt een bepaald
Nadere informatieUitwerkingen proefexamen II PDB kostencalculatie
Uitwerkingen proefexamen II PDB kostencalculatie Vraag 1 Machinekosten: Machine inclusief 21% omzetbelasting 96.800. Dat is exclusief omzetbelasting 96.800 1,21 = 80.000 Installatiekosten van 10.000 horen
Nadere informatieVerwerken van financiële mutaties met betrekking tot duurzame productiemiddelen en leasing
Hoofdstuk 1 Verwerken van financiële mutaties met betrekking tot duurzame productiemiddelen en leasing Opgave 1.1 In een onderneming wordt voor het verpakken van producten Kappa gebruikgemaakt van de machine
Nadere informatieUITWERKINGEN OPGAVEN HOOFDSTUK 2
HOOFDSTUK 2 Opgave 1 a. Van de installateur is de volgende factuur ontvangen: Datum 30-5-2018 Aanleggen bekabeling 3,00 Aansluiten installaties 4,00 + 74.000,00 Omzetbelasting 21% 15.540,00 + 89.540,00
Nadere informatieUITWERKINGEN OPGAVEN HOOFDSTUK 8
HOOFDSTUK 8 Opgave 1 Bakker schaft op 1 september 2018 een bestelauto aan. Hiervoor ontvangt hij de volgende factuur: Datum 1-9-2018 Artikel Bedrag Mercedes Vito 35.000,00 Afleveringskosten 2.000,00 +
Nadere informatieKosten van huisvesting en duurzame productiemiddelen 7
1 Kosten van huisvesting en duurzame productiemiddelen Kennisvragen paragraaf 1.1 en 1.2 1. Wat bestudeert de bedrijfseconomie? 2. We onderscheiden bij uitgaven kosten en verspillingen. Wat is het verschil
Nadere informatieVerwerken van financiële mutaties met betrekking tot duurzame productiemiddelen en leasing
Hoofdstuk 1 Verwerken van financiële mutaties met betrekking tot duurzame productiemiddelen en leasing 1.1 Inleiding In het boek Elementaire kennis Bedrijfsadministratie heb je geleerd om boekingen te
Nadere informatieUITWERKINGEN OPGAVEN HOOFDSTUK 8
HOOFDSTUK 8 Opgave 1 a. Maak de journaalpost van deze factuur. 1-sep 040 37.000 170 7.770 140 44.770 b. Maak de journaalpost van de factuur van de timmerman die op 15 september 2018 is ontvangen. De betimmering
Nadere informatieAntwoorden hoofdstuk 11
Antwoorden hoofdstuk 11 Opgave 11.1 a. Bruto % Afval 15 % Netto 21,25 kg = 85 % Bruto moet x 21,25 kg = 25 kg worden aangewend. 85 b. In de kostprijs wordt opgenomen 25 x 3,60 = 90 Opgave 11.2 Bruto %
Nadere informatieHOOFDSTUK 2 ANTWOORDEN
HOOFDSTUK 2 ANTWOORDEN Opgave 1 a. Wat is het kenmerk van constante kosten? b. Is dit altijd een gegeven? Motiveer het antwoord. Opgave 2 a. Wat is het kenmerk van variabele kosten? b. Leg uit wat progressief
Nadere informatieVerwerken van financiële mutaties met betrekking tot duurzame productiemiddelen en leasing
Hoofdstuk 3 Verwerken van financiële mutaties met betrekking tot duurzame productiemiddelen en leasing Extra opgaven De opgaven 3.8a tot en met 3.8d horen bij paragraaf 3.2, Afschrijving duurzame productiemiddelen.
Nadere informatieOPGAVEN HOOFDSTUK 2 UITWERKINGEN
OPGAVEN HOOFDSTUK 2 UITWERKINGEN Opgave 1 a. Wat is het kenmerk van constante kosten? Constante kosten hebben als eigenschap, dat de kosten niet worden beïnvloed door een hogere of lagere productie. b.
Nadere informatieDit voorbeeldexamen bestaat uit 22 vragen. De opbouw en het aantal vragen komt overeen met het online examen.
Kostencalculatie niveau 4 Examenopgaven Belangrijke informatie Dit voorbeeldexamen bestaat uit 22 vragen. De opbouw en het aantal vragen komt overeen met het online examen. Dit voorbeeldexamen bestaat
Nadere informatieHoofdstuk 13 Kostensoorten
Hoofdstuk 13 Kostensoorten Paragraaf 13.1 1. Kosten zijn onder andere in te delen in kostensoorten a. Wat zijn kostensoorten? b. Welke zes kostensoorten onderscheidt men meestal? c. Waarom worden de kosten
Nadere informatieKosten van huisvesting en duurzame productiemiddelen 11
1 Kosten van huisvesting en duurzame productie middelen 1.1 Inleiding Ieder mens heeft behoeften, de een meer dan de ander. In een welvaartsstaat heeft iedereen middelen om in zijn of haar behoeften te
Nadere informatieEXAMEN Praktijkdiploma Boekhouden
EXAMEN Praktijkdiploma Boekhouden Kostprijscalculatie 9 november 2013 Beschikbare tijd 2 uur. Op de netheid van het werk zal worden gelet. Deze opgave is eigendom van de Examencommissie en dient, tezamen
Nadere informatieUitwerkingen proefexamen I PDB kostencalculatie
Uitwerkingen proefexamen I PDB kostencalculatie Vraag 1 Wat zijn de functies van kostprijsberekening? Let op, er zijn meerdere antwoorden juist. a. het berekenen van de economische gebruiksduur van een
Nadere informatieDe normale afzet van Verhoeven, uitgedrukt in ton/km per jaar, is als volgt verdeeld:
MA1 Oefententamen 3 Opgave 1 Verhoeven bv is een middelgrote transportonderneming die vrachten vervoert binnen Nederland voor diverse klanten. De onderneming heeft plannen om haar vrachtwagens te vervangen
Nadere informatieCalculaties en analyses
WERKBOEK NIVEAU &4 Calculaties en analyses commerciele beroepen HENK TIJSSEN INGE BERG EVELIEN VAN DIJK 6 Rondleiding door dit werkboek Het werkboek is verdeeld in hoofdstukken. Een hoofdstuk in het werkboek
Nadere informatieDit oefenexamen bestaat uit 22 vragen. De opbouw en het aantal vragen komt overeen met het online examen.
PDB kostencalculatie 4 Oefenexamen 2 Dit oefenexamen bestaat uit 22 vragen. De opbouw en het aantal vragen komt overeen met het online examen. Het aantal te behalen punten is 38. Bij elke vraag staat aangegeven
Nadere informatieBEDRIJFSREKENEN OPDRACHTEN BASIS EN KADER
BEDRIJFSREKENEN OPDRACHTEN BASIS EN KADER OPDRACHTEN BASIS EN KADER PROCENTEN 1. Bereken de volgende percentages: a. 4% van 13,25 = b. 7% van 27,75 = c. 6% van 44,80 = d. 5% van 53,75 = e. 8% van 885,90
Nadere informatieSamenvatting Economie Hoofdstuk 1,3t/m6: Financieel Management
Samenvatting Economie Hoofdstuk 1,3t/m6: Financieel Management Samenvatting door een scholier 459 woorden 23 juni 2013 5,6 7 keer beoordeeld Vak Economie Hoofdstuk 1 Omzet % Omzet incl. BTW 119,00% BTW
Nadere informatieDeze uitwerkingen horen bij het boek Examentraining basiskennis Calculatie BKC van de uitgeverij OBCO, ISBN VERSIE 2 dd
Deze uitwerkingen horen bij het boek Examentraining basiskennis Calculatie BKC van de uitgeverij OBCO, ISBN 978-94-92705-01-3 VERSIE 2 dd 04-07-2018 1 Examentraining 1 Opgave 1 Opgave 2 Opgave 3 De juiste
Nadere informatieDit oefenexamen bestaat uit 22 vragen. De opbouw en het aantal vragen komt overeen met het online examen.
PDB KOSTENCALCULATIE 4 OEFENEXAMEN 3 Dit oefenexamen bestaat uit 22 vragen. De opbouw en het aantal vragen komt overeen met het online examen. Het aantal te behalen punten is 38. Bij elke vraag staat aangegeven
Nadere informatieSPD Bedrijfsadministratie. Correctiemodel COST & MANAGEMENTACCOUNTING DINSDAG 8 MAART UUR
SPD Bedrijfsadministratie Correctiemodel COST & MANAGEMENTACCOUNTING DINSDAG 8 MAART 2016 12.00-14.00 UUR Indien een kandidaat tot eenzelfde antwoord komt als opgenomen in dit correctiemodel maar waarbij
Nadere informatieHet verschil tussen de verkoopopbrengst van de verkochte goederen en de inkoopwaarde van die goederen
Samenvatting door F. 643 woorden 19 juni 2013 6,4 23 keer beoordeeld Vak M&O 4.2 De verandering van het eigen vermogen: het resultaat Een niet-productieonderneming koopt goederen in en probeert die goederen
Nadere informatieUITWERKINGEN OPGAVEN HOOFDSTUK 2
HOOFDSTUK 2 Opgave 1 a. De kosten en opbrengsten en daarvan uiteindelijk de ontvangsten en uitgaven zijn voor iedere investering van belang. b. Het grote probleem zijn de schaarse middelen. c. Dit zijn
Nadere informatieDeel 2 hoofdstuk 4 BOEKHOUDEN GEBOEKSTAAFD -- DEEL 2 -- HFD 4. Versie 1.01 -- 31-aug-2011 1. Kosten van materiële vaste activa.
Deel 2 hoofdstuk 4 kosten van vaste activa 1 Kosten van materiële vaste activa Vaste activa materiële vaste activa gebouwen, machines, ed immateriële vaste activa goodwill, octrooirecht, ed Door het gebruik
Nadere informatieBij deze opgave horen de informatiebronnen 4 tot en met 6. Bij deze opgave blijven de belastingen buiten beschouwing.
Opgave 5 Bij deze opgave horen de informatiebronnen 4 tot en met 6. Bij deze opgave blijven de belastingen buiten beschouwing. Jan Somers staat met een attractie op de kermis: de Tropical Trip. De Tropical
Nadere informatieExamen VWO. Economische wetenschappen II en recht (oude stijl)
Economische wetenschappen II en recht (oude stijl) Examen VWO Voorbereidend Wetenschappelijk Onderwijs Tijdvak 1 Woensdag 28 mei 13.30 16.30 uur 20 03 Voor dit examen zijn maximaal 90 punten te behalen;
Nadere informatieDe opgaven 6.4a en 6.4b horen bij paragraaf 6.2, De rentabiliteit van het vermogen
Hoofdstuk 6 Beoordeling van de rentabiliteit Extra opgaven De opgaven 6.4a en 6.4b horen bij paragraaf 6.2, De rentabiliteit van het vermogen Opgave 6.4a Per 31 december 2013 en 2014 heeft Geurtsen de
Nadere informatieHier moet worden aangegeven het soort werktuig Bijvoorbeeld: een trekker.
10 WERKTUIGKOSTEN Om zo n formulier goed in te vullen moeten we eerst weten wat al de begrippen, die erop vermeld staan, betekenen. Hieronder is de kop van het formulier weergegeven. Werktuig Omschrijving
Nadere informatieAfschrijvingen in CASH
Inleiding Bijna elke onderneming investeert in duurzame productiemiddelen (DPM). Dit zijn kapitaalinvesteringen, welke vanzelfsprekend in waarde dalen, door verloop van tijd en/of door gebruik, de zogenaamde
Nadere informatieUITWERKINGEN OPGAVEN OEFENEXAMEN 1 ASSOCIATIE MBA-KC
UITWERKINGEN OPGAVEN OEFENEXAMEN 1 ASSOCIATIE MBA-KC Opgave 1 Antwoord A Economische voorraad is: Voorinkopen + aanwezige voorraad voorverkopen Antwoord A = Economische voorraad plus voorverkopen voorinkopen
Nadere informatie22-1-2014. Cursus Bedrijfseconomie 2 IBK2BEC20. Tentamentraining
Cursus Bedrijfseconomie 2 IBK2BEC20 1 Tentamentraining 2 1 Kostprijs Normale productie : 40.000 stuks Verwachte werkelijke productie : 44.000 stuks Variabele kosten : 176.000 Constante kosten : 360.000
Nadere informatieEindexamen vwo m&o 2013-I
Opgave 2 Bij deze opgave horen de informatiebronnen 1 tot en met 5. In deze opgave blijven de belastingen buiten beschouwing. Heen en Weer bv verzorgt tussen Akersloot (buurtschap het Schouw) en de Schermer
Nadere informatieDeze examenopgave bestaat uit 7 pagina s, inclusief het voorblad. Controleer of alle pagina s aanwezig zijn.
SPD Bedrijfsadministratie Examenopgave COST & MANAGEMENTACCOUNTING DINSDAG 8 MAART 2016 12.00 14.00 UUR Belangrijke informatie Deze examenopgave bestaat uit 7 pagina s, inclusief het voorblad. Controleer
Nadere informatiewww.jooplengkeek.nl Kostensoorten
www.jooplengkeek.nl Kostensoorten Grondstoffen Arbeid Overige variabele kosten Duurzame productiemiddelen Grond Diensten van derden Belastingen Financiering 1 Kostensoorten Financiering Financieringskosten
Nadere informatie6,4. Samenvatting door M woorden 23 januari keer beoordeeld. Waarom is het belangrijk om een voorraad te hebben?
Samenvatting door M. 3073 woorden 23 januari 2014 6,4 8 keer beoordeeld Vak Methode M&O In balans H20 1 Brutowinst/verkoopresultaat/transactieresultaat= het verschil tussen de verkoopprijs van de verkochte
Nadere informatieAnnuïteit= Elke maand een vast bedrag terugbetalen. Eerste periode is vooral rente, later wordt het aflossingsdeel steeds groter
Samenvatting door Y. 1479 woorden 5 juli 2017 6,3 4 keer beoordeeld Vak M&O Hoofdstuk 1 Oorspronkelijke geleende bedrag alle aflossingen= schuldrest. Annuïteit= Elke maand een vast bedrag terugbetalen.
Nadere informatieEindexamen vwo m&o II
Opgave 1 1 maximumscore 2 De zakelijke lasten zijn door de verkoper vooruitbetaald. Uitsluitend 0 of 2 scorepunten toekennen. 2 maximumscore 3 maand in 2011 schuldrest ( ) begin van de maand interestdeel
Nadere informatieSamenvatting M&O periode 1. Hoofdstuk 13 8,4. Paragraaf 1. Samenvatting door G woorden 12 maart keer beoordeeld
Samenvatting door G. 1623 woorden 12 maart 2016 8,4 9 keer beoordeeld Vak Methode M&O 200% M&O Samenvatting M&O periode 1 Hoofdstuk 13 Financieel beleid niet-commerciële organisaties (nco) Paragraaf 1
Nadere informatieHoofdstuk 1. Opgave , ,57. Opgave ,078. Opgave , ,
Hoofdstuk 1 Opgave 1.1 1. 171. 2. 26,176. 3. 13.758,57. Opgave 1.2 1. 16.687. 2. 832. 3. 469,078. Opgave 1.3 1. 250,-. 2. 11,94114769. 3. 124. Opgave 1.4 1. 25,24. 2. 1.486,35. 3. 28.459.000,-. 4. 4.659,-.
Nadere informatieBij deze opgave horen de informatiebronnen 5 tot en met 7. In deze opgave blijven de belastingen buiten beschouwing.
Opgave 5 Bij deze opgave horen de informatiebronnen 5 tot en met 7. In deze opgave blijven de belastingen buiten beschouwing. Na het schandaal met de sjoemelsoftware in dieselauto s in 2015 heeft de Europese
Nadere informatieEENMANSZAAK DEEL 1. Hoofdstuk 4 De categoriale kostenindeling
EENMANSZAAK DEEL 1 Hoofdstuk 4 De categoriale kostenindeling VERANDERING VAN HET EIGEN VERMOGEN: RESULTAAT Bruto verkoopresultaat/brutowinst = verkoopopbrengst inkoopwaarde Nettoresultaat = brutoresultaat
Nadere informatieProefexamenopgave (II) Fiscale jaarrekening
Proefexamenopgave (II) Fiscale jaarrekening Proefexamenopgave (II) Fiscale jaarrekening 1 Maslax BV in Nijkerk is een groothandel die uitsluitend het product Lax verhandelt. De bv beschikt over de volgende
Nadere informatiePDB. Antwoordenboek. berekeningen. Financiële administratie & Kostprijscalculatie
PDB Financiële administratie & Kostprijscalculatie berekeningen PDB Financiële administratie & Kostprijscalculatie berekeningen drs. H.H. Hamers drs. W.J.M. de Reuver Dit antwoordenboek behoort bij het
Nadere informatieDeze examenopgave bestaat uit 8 pagina s, inclusief het voorblad. Controleer of alle pagina s aanwezig zijn.
SPD Bedrijfsadministratie Examenopgave COST & MANAGEMENTACCOUNTING DINSDAG 15 DECEMBER 2015 09.00 11.00 UUR Belangrijke informatie Deze examenopgave bestaat uit 8 pagina s, inclusief het voorblad. Controleer
Nadere informatieInvesteringen in MVA
Investeringen in MVA Handboek p. 174 tot 180 INVESTERINGEN IN MATERIËLE VASTE ATIVA Begrip Vaste activa zijn activa die verworven worden omwille van hun duurzame bijdrage tot het exploitatieproces van
Nadere informatie1. Debet 020 Inventaris Credit Datum Omschrijving Bedrag Datum Omschrijving Bedrag 1 feb Van balans 78.200,-
Hoofdstuk 1 Opgave 1.1 1. Debet 020 Inventaris Credit 1 feb Van balans 78.200,- Debet 060 Eigen vermogen Credit 1 feb Van balans 86.180,- Debet 071 4% Onderhandse lening o/g Credit 1 feb Van balans 44.000,-
Nadere informatiea. Stel de beginbalans op 1 januari 2006 samen volgens het model van bijlage I.
Opdracht 1 De Wilde en Timmer De dames De Wilde en Timmer gaan een autobedrijf beginnen: zij kopen auto s en accessoires in en verkopen die. Om het autobedrijf te kunnen openen op 1 januari 2006 zijn in
Nadere informatiePROEFEXAMEN 2 Praktijkdiploma Boekhouden
PROEFEXAMEN 2 Praktijkdiploma Boekhouden Periodeafsluiting Beschikbare tijd 2 uur. Op de netheid van het werk zal worden gelet. Deze opgave is eigendom van de Examencommissie en dient, tezamen met de uitwerkingen
Nadere informatieBeginner. Beginner. Beginner
Beginner Nummer 1 Beginner Nummer 2 Beginner Antwoordmodel Antwoordmodel Antwoordmodel Nummer 3 2014: uitgave 0/kosten 30 Afschrijving De waardevermindering van de auto (een onderdeel van de vaste activa)
Nadere informatieBKC. Basiskennis Calculatie. Aanvulling
BKC Basiskennis Calculatie Aanvulling Deze aanvulling hoort bij BKC - Basiskennis calculatie, ISBN 978-90-415-0635-1. Lay-out en opmaak: NTI DTP Studio, Leiden 1 e druk, december 2012 2012, Educatief bv,
Nadere informatieverlaagd of gelijk gebleven? Licht je antwoord toe met een berekening waarbij wordt afgerond op 3 decimalen.
Opgave 1 Pieter Rienstra is de enige eigenaar van makelaarskantoor Prachthuis. Het bedrijf is geen rechtspersoon. In 2006 maakte het makelaarskantoor winst. Over deze winst moet Pieter Rienstra belasting
Nadere informatiePROEFEXAMEN Praktijkdiploma Boekhouden
PROEFEXAMEN Praktijkdiploma Boekhouden onderdeel Bedrijfseconomie Beschikbare tijd 2 uur. Op de netheid van het werk zal worden gelet. Deze opgave is eigendom van de Examencommissie en dient, tezamen met
Nadere informatieRegels voor activa ; Waarderingsgrondslagen
www.jooplengkeek.nl Regels voor activa ; Waarderingsgrondslagen De waarderingsgrondslag is de wijze waarop de activa (bezit) wordt gewaardeerd in de administratie (boekhouding, balans). Voor welke prijs?
Nadere informatieDit voorbeeldexamen bestaat uit 20 vragen. De opbouw en het aantal vragen komt overeen met het online examen.
Kostencalculatie niveau 5 Examenopgaven Dit voorbeeldexamen bestaat uit 20 vragen. De opbouw en het aantal vragen komt overeen met het online examen. Dit voorbeeldexamen bestaat uit de volgende documenten:
Nadere informatieHoofdstuk 1. Opgave ,60 1,05 100/80 1,21 = 31,13, afgerond 32, /121 32,- = 5,55.
Hoofdstuk 1 Opgave 1.1 1. 19,60 1,05 100/80 1,21 = 31,13, afgerond 32,-. 2. 21/121 32,- = 5,55. 3. 20% van ( 32,- 5,55) = 5,29. Verkoopwinst is de standaardwinst, die hier berekend wordt vanuit het winstpercentage
Nadere informatieHoofdstuk 1. Opgave 1.1 1. 171. 2. 26,176. 3. 13.758,57. Opgave 1.2 1. 16.687. 2. 832. 3. 469,078. Opgave 1.3 1. 250,-. 2. 11,94114769. 3. 124.
Hoofdstuk 1 Opgave 1.1 1. 171. 2. 26,176. 3. 13.758,57. Opgave 1.2 1. 16.687. 2. 832. 3. 469,078. Opgave 1.3 1. 250,-. 2. 11,94114769. 3. 124. Opgave 1.4 1. 25,24. 2. 1.486,35. 3. 28.459.000,-. 4. 4.659,-.
Nadere informatieDEZE TAAK BESTAAT UIT 36 ITEMS. MULO-III kandidaten maken de items 1 t/m 30. MULO-IV kandidaten maken de items 1 t/m 36. Intrest
EZE TK ESTT UT 36 TEMS. MULO- kandidaten maken de items 1 t/m 30. MULO-V kandidaten maken de items 1 t/m 36. ntrest eschouw de volgende beweringen: 1 ntrest is een vergoeding voor geleend geld. Het intrestbedrag
Nadere informatieUITWERKINGEN OPGAVEN HOOFDSTUK 5 DEEL 1
HOOFDSTUK 5 DEEL 1 Opgave 1 a. Noem enkele redenen om begrote kosten en opbrengsten te budgetteren. 1. Er is een toetsing mogelijk tussen de begrote uitgaven/ontvangsten en de werkelijke uitgaven en ontvangsten.
Nadere informatiePROEFEXAMEN Moderne Bedrijfsadministratie (MBA)
PROEFEXAMEN Moderne Bedrijfsadministratie (MBA) onderdeel Bedrijfseconomie Dit examen bestaat uit 4 opgaven. De beschikbare tijd is 3¾ uur. De antwoorden dienen uitsluitend op de uitwerkingenvellen te
Nadere informatieDeze examenopgave bestaat uit 6 pagina s, inclusief het voorblad. Dit examen bestaat uit 2 opgaven en omvat 12 vragen
SPD Bedrijfsadministratie Examenopgave Fiscale jaarrekening Maandag 27 juni 2016 9.00-11.30 uur Belangrijke informatie Deze examenopgave bestaat uit 6 pagina s, inclusief het voorblad. Dit examen bestaat
Nadere informatieOpmerkingen vooraf aan het examen: Tenzij anders gemeld, hoeft u geen rekening te houden met btw.
SPD Bedrijfsadministratie Examenopgave EXAMEN COST- EN MANAGEMENT ACCOUNTING DINSDAG 3 MAART 2015 11.45 UUR 13:45 UUR Belangrijke informatie Dit examen bestaat uit de volgende documenten: examenopgaven;
Nadere informatie10. Break the Code. Registratieformulier Break the Code. Namen groepsleden. Code poging 1 Puzzel 1 Puzzel 2 Puzzel 3
10. Break the Code Registratieformulier Break the Code Namen groepsleden Code poging 1 Puzzel 1 Puzzel 2 Puzzel 3 Code poging 2 (indien nodig) Puzzel 1 Puzzel 2 Puzzel 3 Puzzel 1: woordzoeker Instructies
Nadere informatieDeze examenopgave bestaat uit 8 pagina s, inclusief het voorblad. Controleer of alle pagina s aanwezig zijn.
SPD Bedrijfsadministratie Examenopgave COST & MANAGEMENTACCOUNTING DINSDAG 6 OKTOBER 2015 11.45 13.45 UUR Belangrijke informatie Deze examenopgave bestaat uit 8 pagina s, inclusief het voorblad. Controleer
Nadere informatieUitwerkingen Basiskennis Boekhouden Convoy Uitgevers 2016
Basiskennis Boekhouden Antwoordenboek Hoofdstuk 11 Opgave 11.1 a. Aanschafwaarde: 30.000 + 4.000 = 34.000 Restwaarde: 2.200 Afschrijving per jaar: 34.000-2.200 = 6.360 Afschrijvingskosten per maand: 6.360
Nadere informatieExamen HAVO. management & organisatie. tijdvak 2 woensdag 18 juni 13.30-16.30 uur. Bij dit examen horen een bijlage en een uitwerkbijlage.
Examen HAVO 2014 tijdvak 2 woensdag 18 juni 13.30-16.30 uur management & organisatie Bij dit examen horen een bijlage en een uitwerkbijlage. Dit examen bestaat uit 33 vragen. Voor dit examen zijn maximaal
Nadere informatieVraag Antwoord Scores. x 100% = 55%
Opgave 1 1 maximumscore 1 1.320.000 900.000 + 1.500.000 x 100% = 55% 2 maximumscore 2 Zonder een voorziening zijn de werkelijke uitgaven ook kosten in een jaar. Met een voorziening worden de kosten verspreid
Nadere informatiePROEFEXAMEN Praktijkdiploma Boekhouden
PROEFEXAMEN Praktijkdiploma Boekhouden onderdeel Bedrijfseconomie Beschikbare tijd 2 uur. Op de netheid van het werk zal worden gelet. Deze opgave is eigendom van de Examencommissie en dient, tezamen met
Nadere informatieVraag Antwoord Scores. 3 maximumscore ,57 = ,73 1. (47.562, ) x 1,03 2 = ,88 1 dus het is niet voldoende, want < 60.
Opgave 1 1 maximumscore 1 inkomstenbelasting 2 maximumscore 1 verlaagd. De interest was op jaarbasis 1,0025 12-1 = 1,03042-1 = 0,03042 dus 3,042% 3 maximumscore 2 47.562,57 = 42.258,73 1 4 1, 0 3 42.258,73
Nadere informatieHet tentamen dien je te maken op het uitwerkingenpapier. Je doet dit als volgt!!
Toelichting Voor dit tentamen heb je ontvangen: 1. Een opgavenboekje 2. Uitwerkingenpapier. Het tentamen dien je te maken op het uitwerkingenpapier. Je doet dit als volgt!! 1. Je start iedere opgave op
Nadere informatiePRAKTIJKDIPLOMA BOEKHOUDEN FINANCIAL & COST ACCOUNTING UITWERKINGEN 16 JUNI 2010
FINANCIËLE ADMINISTRATIE DE LEKKERE HAP PRAKTIJKDIPLOMA BOEKHOUDEN FINANCIAL & COST ACCOUNTING UITWERKINGEN 16 JUNI 2010 1. Met behulp van de volgende grootboekrekeningen kan het verkoopresultaat worden
Nadere informatieBijlage VWO. management & organisatie. tijdvak 1. Informatieboekje. VW-0251-a-18-1-b
Bijlage VWO 2018 tijdvak 1 management & organisatie Informatieboekje VW-0251-a-18-1-b Formuleblad Voor beantwoording van de vragen 17, 18, 24 en 26 zijn de volgende formules beschikbaar. 17 en 18 sp =
Nadere informatieSPD Bedrijfsadministratie. Correctiemodel COST & MANAGEMENTACCOUNTING DINSDAG 6 OKTOBER UUR
SPD Bedrijfsadministratie Correctiemodel COST & MANAGEMENTACCOUNTING DINSDAG 6 OKTOBER 2015 11.45-13.45 UUR Indien een kandidaat tot eenzelfde antwoord komt als opgenomen in dit correctiemodel maar waarbij
Nadere informatieFinancieel Administratief Praktijkdiploma Boekhouden (PDB) Kostprijscalculatie (KP) Bestuur Nederlandse Associatie voor Praktijkexamens
Eamenlijn Diploma Module Niveau MBO 4 Positionering Versie 1.2 Financieel Administratief Praktijkdiploma Boekhouden (PDB) Kostprijscalculatie (KP) Geldig vanaf 01-01-2013 Vastgesteld op 13 juli 2011 Vastgesteld
Nadere informatieEXAMEN Praktijkdiploma Boekhouden
EXAMEN Praktijkdiploma Boekhouden Financiële Administratie 15 juni 2013 Beschikbare tijd 2 uur. Op de netheid van het werk zal worden gelet. Deze opgave is eigendom van de Examencommissie en dient, tezamen
Nadere informatieKostencalculatie. Opgaven. Niveau 5 MBA. Wim Tijhaar
Kostencalculatie Opgaven Niveau 5 MBA Wim Tijhaar Kostencalculatie Niveau 5 Opgaven MBA Wim Tijhaar Eerste druk Noordhoff Uitgevers Groningen/Houten Ontwerp omslag: www.gerhardvisker.nl Ontwerp binnenwerk:
Nadere informatieMotiveer altijd uw antwoorden, ook als dat niet expliciet wordt gevraagd.
SPD Bedrijfsadministratie Examenopgave JAARREKENING WOENSDAG 29 JUNI 2016 12.15 15.15 UUR Belangrijke informatie Deze examenopgave bestaat uit 9 pagina s, inclusief het voorblad. Controleer of alle pagina
Nadere informatieBij een resultatenbegroting (ook wel exploitatiebegroting genoemd) wordt een overzicht gemaakt van de opbrengsten en van de kosten.
De liquiditeits - en resultatenbegroting Een bedrijf wil graag weten of hij aan zijn betaalverplichtingen kan voldoen. Daarom wordt een planning gemaakt in de ontvangsten en de uitgaven (vaak binnen een
Nadere informatie8.1 Afschrijvingsmethoden
8.1 Afschrijvingsmethoden 8.1.2 Afschrijving machine 31-12-x2 6302 Afschrijvingen op MVA 24.000,00 239 @ Geb. afschr. op IMU 24.000,00 Afschrijving op machine Berekeningen Afschrijving: periode (n) 2 jaar
Nadere informatieEXAMEN Praktijkdiploma Boekhouden (PDB)
EXAMEN Praktijkdiploma Boekhouden (PDB) Kostprijscalculatie 18 januari 2014 Beschikbare tijd 2 uur. Op de netheid van het werk zal worden gelet. Deze opgave is eigendom van de Examencommissie en dient,
Nadere informatiePRAKTIJKDIPLOMA BOEKHOUDEN FINANCIAL & COST ACCOUNTING UITWERKINGEN 22 EN 23 JUNI 2010
FINANCIËLE ADMINISTRATIE LEGRO BV PRAKTIJKDIPLOMA BOEKHOUDEN FINANCIAL & COST ACCOUNTING UITWERKINGEN 22 EN 23 JUNI 2010 1. Gelijke perioden waardoor de perioden eerlijker met elkaar kunnen worden vergeleken
Nadere informatieUitwerkingen Basiskennis Boekhouden Convoy Uitgevers 2016
Basiskennis Boekhouden Antwoordenboek Hoofdstuk 12 Open vragen Opgave 12.1 a. 110 Rabobank 50.000 075 Aan 6% Lening 50.000 b. 470 Interestkosten 250* 156 Aan Nog te betalen bedragen 250 * (6% 50.000)/12
Nadere informatieELEMENTAIRE BEDRIJFSECONOMISCHE MODELLEN Consistent naslagwerk voor nieuwkomers in de bedrijfseconomie
ELEMENTAIRE BEDRIJFSECONOMISCHE MODELLEN Consistent naslagwerk voor nieuwkomers in de bedrijfseconomie Auteurs: Fons Vernooij en Paul van der Aa Website: fons-vernooij.nl/bm-site/ebm Versie d.d. 1 augustus
Nadere informatie2015 Nederlandse Associatie voor Examinering Kostencalculatie niveau 4 1 / 9
Kostencalculatie niveau 4 Correctiemodel 2015 Nederlandse Associatie voor Examinering Kostencalculatie niveau 4 1 / 9 Vraag 1 Toetsterm 1.1 - Beheersingsniveau: K - Aantal punten: 1 Wat zijn de functies
Nadere informatieANTWOORDEN OPGAVEN HOOFDSTUK 8
ANTWOORDEN OPGAVEN HOOFDSTUK 8 Opgave 1 a. Wat is het belangrijkste kenmerk van constante kosten? Constante kosten zijn niet gevoelig voor een toename of afname van de bedrijfsdrukte. Zolang dit binnen
Nadere informatieVaste activa Materiële vaste activa
1 BALANS PER 31 DECEMBER 2015 (voor winstbestemming) 31 december 2015 31 december 2014 ACTIVA Vaste activa Materiële vaste activa 375.365 504.356 Vlottende activa Voorraden 50.210 20.111 Vorderingen 105.994
Nadere informatieOefeningen: Break-even analyse
Oefeningen: Break-even analyse Oefening 1: Een onderneming produceert een bepaald product dat verkocht wordt tegen een prijs van 50 EUR per stuk. Per eenheid dat gemaakt wordt, kost het de onderneming
Nadere informatie