Toetsing bodembeschermende voorzieningen op basis Nederlandse Richtlijn Bodembescherming (NRB) Robur Buizenfabriek B.V. te Helmond

Transcriptie

1 Telefoon Fax Breda (076) (076) info@wmb.bmdadvies.nl s-hertogenbosch (073) (073) Middelburg (03) (03) Tilburg (03) (03) Zuid-Nederland Vestiging s-hertogenbosch Platinalaan 5 Postbus DJ s-hertogenbosch Toetsing bodembeschermende en op basis Nederlandse Richtlijn Bodembescherming (NRB) Robur Buizenfabriek B.V. te Helmond November 2004 Versienummer Opgesteld door Gecontroleerd door Paraaf Datum C Stephan van Helden Steven Kramer 7 juni D Stephan van Helden Steven kramer 0 november 2004 Door: BMD ADVIES ZUID-NEDERLAND Uw adviseur voor milieu, kwaliteit en arbo Rapportnr.: N(2D)

2 Inhoudsopgave. INLEIDING...3. AANLEIDING ACHTERGROND NEDERLANDSE RICHTLIJN BODEMBESCHERMING PLAN VAN AANPAK TOETSING OP BASIS VAN DE NRB RESULTATEN TOETSING BODEMBESCHERMENDE VOORZIENINGEN CONCLUSIES PLAN VAN AANPAK... 6 Bijlagen:. Stappenschema NRB 2. Bodemrisicochecklist 3. Overzicht opslag CPR 5- containers 4. Overzichtstekening peilbuizen 5. Brief Provincie betreffende riolering 6. Overzichtstekening locaties Robur Buizenfabriek

3 Toetsing bodembeschermende en. Inleiding. Aanleiding Robur Buizenfabriek B.V. is aangesloten bij het convenant dat is afgesloten tussen overheid en sleven om de milieubelasting te reduceren in de Basismetaal. Het heeft in dit kader een smilieuplan (BMP) opgesteld. Als uitvloeisel van het convenant en het BMP wil het een toets in het kader van de Nederlandse Richtlijn Bodembescherming (NRB) uit laten voeren. In het kader van het bovenstaande is door een adviseur van BMD Advies Oost-Brabant op 9 juni 2004 een toetsing uitgevoerd waarbij de activiteiten die plaatsvinden bij Robur B.V. en de bodemen die zijn getroffen, zijn getoetst aan de NRB..2 Achtergrond Nederlandse Richtlijn Bodembescherming Op initiatief van het Ministerie van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer, Directie Bodem, is vanaf eind 994 gewerkt aan de Nederlandse Richtlijn Bodembescherming smatige activiteiten (NRB). De NRB is ontwikkeld om de uitvoering van het bodembeschermingsbeleid bij smatige activiteiten te ondersteunen. De NRB dient als hulpmiddel voor bevoegd gezag en ondernemers voor het bepalen van het risico van bodembedreigende activiteiten, voor de selectie van adequate bodembeschermende maatregelen en en en ter ondersteuning bij het opstellen (en handhaven) van vergunningvoorschriften. De NRB is in overleg tussen overheden en sleven tot stand gekomen. De uitgangspunten voor het behoud van een duurzame bodemkwaliteit zijn verwoord in het Nationaal Milieu-beleidsplan: Het bodembeleid is gericht op het realiseren en behouden van een duurzame bodemkwaliteit. De bodem dient binnen natuurlijke randvoorwaarden zijn potentiële functies te kunnen vervullen. Bij de operationalisering van dit doel vindt afweging plaats met hetgeen realiseerbaar is uit overig maatschappelijk oogpunt. De aanpak vindt plaats via preventie en sanering. Meer specifiek naar het preventieve bodem-beschermingsbeleid stelt het NMP: Het beleid is gericht op het handhaven van de streefwaarde als maat voor duurzame bodemkwaliteit. Voor de korte termijn wordt via toepassing van het ALARA principe de belasting voor zover als redelijkerwijs mogelijk teruggedrongen. De NRB heeft geen formeel juridische status, maar heeft als bestuurlijk bekrachtigd instrument wel een sterk sturende functie. De NRB is niet bindend; afwijkingen zijn mogelijk, mits deze duidelijk, bv. in de considerans van een vergunning ingevolge de Wet milieubeheer, worden gemotiveerd. Opgesteld door BMD Advies Zuid-Nederland November 2004 Rapportnummer N(2D) 3

4 Toetsing bodembeschermende en Toepassen van de NRB is derhalve niet vrijblijvend. Afwijken mag, maar moet gelet de rechtsgelijkheid duidelijk worden gemotiveerd. Doelstelling van onderhavig rapport is te beoordelen in hoeverre de bodembeschermende maatregelen voldoen aan bodemrisicocategorie A, welke maatregelen eventueel noodzakelijk zijn om aan deze categorie te voldoen of aan te tonen dat de getroffen maatregelen, indien deze niet voldoen aan bodemrisicocategorie A voldoende bescherming bieden om het risico op bodembescherming te minimaliseren. Opgesteld door BMD Advies Zuid-Nederland November 2004 Rapportnummer N(2D) 4

5 Toetsing bodembeschermende en 2. Plan van aanpak toetsing op basis van de NRB In de NRB is een stappenplan opgenomen om te komen tot een verwaarloosbaar bodemrisico. Dit stappen plan bestaat uit een viertal stappen: Stap : Bepaal of de NRB van toepassing is op de sactiviteit(en); Stap 2: Bepaal per activiteit de (eind-)emissie; Stap 3: Bepaal de bodembeschermingsstrategie: verwaarloosbaar bodemrisico; Stap 4: Bepaal (aanvullende) maatregelen en en. De uitwerking bovengenoemde stappen zijn opgenomen in bijlage en rechtstreeks overgenomen uit de NRB. Daarnaast is de checklist uit het werkboek Metalelektro industrie gebruikt voor de specifieke activiteiten die niet in de NRB genoemd worden. Het betrof hier alleen de laswerkzaamheden. Voor de toetsing zijn er verschillende locaties (werkplekken en machines) binnen het beoordeeld. De nummers in het onderstaande schema corresponderen met de nummers op de tekening welke is bijgevoegd in bijlage 6. De volgende locaties zijn beoordeeld: Locatie Omschrijving Opmerkingen Opslag vast afval met olieresten in vaten 2 Petroleumtank 3 Opslagcontainers CPR 5- Het betreft hier een zestal containers met opslag van gevaarlijke stoffen. Bijlage 3 bevat een overzicht van de stoffen. 4 Tanks zwavelzuur en bonder De tanks hebben allen een inhoud van ca. 25 m 3. De tanks worden uiterlijk 2007 vervangen door nieuwe conform CPR Opvang filterkoek Stalen container 6 Waterzuivering Het betreft een fysisch- chemische zuivering 7 Pilot-installatie ijzersulfaat winning 8 Voorbehandeling/beitserij De voorbehandeling bestaat een zestal baden met per bad een inhoud van ca. 6 m 3. De baden zijn ten behoeve van de volgende processen: alkalisch reinigen, spoelen, beitsen met zwavelzuur, zinkfosfaatlaag opbrengen, spoelen en neutraliseren. 9 Leidingwerk (bovengronds) Leidingwerk van tanks naar installaties 0 Kleine opslag chemicaliën max. 25 liter Olie opslag TD max. 500 liter 2 Draai- frees en boormachine Machines bij technische dienst. 3 Aanmaak kalkmelk Gesloten systeemwaarbij vaste kalk met water wordt vermengd. 4 Laswerkzaamheden Aleen in werkplaats 5 Kiezerling puntmachine Deze machine lekt grote hoeveelheden olie en staat opgesteld op een tegelvloer. 6 Laeis puntmachine 7 Trekbank M25 8 Trekbank M40 9 Stangenbank aanbrengen 20 Stangenbank bedieningspaneel Opgesteld door BMD Advies Zuid-Nederland November 2004 Rapportnummer N(2D) 5

6 Toetsing bodembeschermende en Locatie Omschrijving Opmerkingen 2 Stangenbank hydro-unit uitloop 22 Oven Nassheuer 23 Oven Ludwig 24 Trekbank B40 25 Zaag M25 met hydro-unit 26 Trekbank Kieserling 27 Richtcombinatie RC3 28 Verpakkingsmachine 29 Oliën Vanaf 2007 wordt geen gebruik meer gemaakt van vluchtige componenten houdende olie. 30 Verpakken 3 Dwarstransport 32 RSA (zagen en spoelen) 33 Verlading Hier vindt met name bij warm weer nog uitlekken van olie plaats. 34 Tank conserveringsmiddel De tank heeft een inhoud van ca. 25 m 3. De tank wordt uiterlijk 2007 vervangen door een nieuwe conform CPR 9-6. Activiteit 6 t/m 32 vinden plaats op een tweetal soorten vloer:. vloeistofkerende betonvloer. Hierop bevinden zich alle machines die in zekere mate olie lekken. 2. tegelvloer. Hierop bevinden machines die niet of nauwelijks olie lekken. Uitzondering is machine 5 (Kieserling puntmachine). Deze machine lekt aanzienlijke hoeveelheden olie. Opgesteld door BMD Advies Zuid-Nederland November 2004 Rapportnummer N(2D) 6

7 Toetsing bodembeschermende en 3. Resultaten toetsing bodembeschermende en Bij de toetsing is uitgegaan van de stappen zoals genoemd in 2. van de NRB en zoals deze toegelicht zijn in bijlage. Hieronder volgt de uitwerking van de stappen zoals deze van toepassing zijn op Stap : Bepaal of de NRB van toepassing is op de sactiviteit(en). Bepaal of de inrichting c.q. sactiviteit onder de Wm en / of Wbb valt valt onder de vergunningplicht ingevolge de Wet milieubeheer. Aan het is op 29 september 994 een nieuwe, de gehele inrichting omvattende, vergunning ingevolge artikel 8.4 van de Wet milieubeheer verleend. In de voorschriften behorende bij de vergunning zijn geen specifieke eisen opgenomen ingevolge de NRB opgenomen. Bij een nieuwe vergunning zal dit zeker gebeuren en dit is ook aangekondigd door de provincie per brief..2 Ga na of de activiteiten zijn gesitueerd in een milieubeschermingsgebied. Het is gelegen op een industrieterrein (Industrieterrein Hoogeind te Helmond). Het is niet gelegen in een milieubeschermingsgebied..3 Splits het op in afzonderlijke activiteiten:.3a Bepaal per sactiviteit of deze bodembedreigend is? Op basis van de in bijlage 2 opgenomen sactiviteiten zijn de volgende activiteiten zoals deze plaats vinden bij als bodembedreigend beschouwd:.3 Opslag in bovengrondse tank, vrij van de grond; 2. Los- en laadactiviteiten; 2.2 Leiding transport; 2.3 Verpompen; 3.3 Op- en overslag van vaste en viskeuze stoffen in emballage; 3.4 Op- en overslag van vloeistoffen in emballage; 4. Gesloten proces of bewerking; 4.2 (Half) open proces of bewerking; 5. Afvoer afvalwater in sriolering; 5.2 Calamiteitenopvang; 5.3 Activiteiten in werkplaatsen; Laswerkzaamheden. Opgesteld door BMD Advies Zuid-Nederland November 2004 Rapportnummer N(2D) 7

8 Toetsing bodembeschermende en.3b Inventariseer per activiteit de opgeslagen en/of gebruikte stoffen Bij diverse activiteiten worden diverse stoffen toegepast/opgeslagen die bodembedreigend zijn. Bij de in stap.3a bepaalde activiteiten worden die stoffen toegepast/opgeslagen. De inhoud van de CPR-containers is weergegeven in bijlage 3..4 Initieer bodembelastingsonderzoek Door worden jaarlijks de aanwezige peilbuizen bemonsterd. In oktober 2003 heeft de laatste herbemonstering plaatsgevonden. Het doel van dit onderzoek is het uitvoeren van de jaarlijkse grondwatermonitoring. De resultaten worden vergeleken met de resultaten uit voorgaande monitoringen. Na het uitvoeren van de monitoring en vergelijking met de voorgaande resultaten blijkt dat in het grondwater uit peilbuizen 9, 5, 20, 202, 203 en 205 geen verhoogde concentraties aan minerale olie en BTEXN zijn aangetoond. De eerder aangetoonde licht verhoogde concentraties aan naftaleen en benzeen in respectievelijk peilbuis 204v en 205 zijn niet aangetoond. Het grondwater uit de peilbuizen 204v bevat een zeer licht verhoogde concentratie aan minerale olie. Stap 2: Bepaal per activiteit de (eind-)emissie 2. Zoek in de bodemrisicochecklist (BRCL) de juiste activiteit op De BRCL is opgenomen in bijlage 2. De volgende activiteiten uit de BRCL zijn van toepassing op :.3 Opslag in bovengrondse tank, vrij van de grond;.4 Opslag in put / bassin; 2. Los- en laadactiviteiten; 2.2 Leiding transport; 2.3 Verpompen; 3.3 Op- en overslag van vaste en viskeuze stoffen in emballage; 3.4 Op- en overslag van vloeistoffen in emballage; 4. gesloten proces of bewerking; 4.2 (Half) open proces of bewerking; 5. Afvoer afvalwater in sriolering; 5.2 Calamiteitenopvang; 5.3 Activiteiten in werkplaatsen; Laswerkzaamheden. Opgesteld door BMD Advies Zuid-Nederland November 2004 Rapportnummer N(2D) 8

9 Toetsing bodembeschermende en 2.2 Neem de basisemissie uit de linker kolom van de betreffende BRCL Voor de in stap 2. genoemde activiteiten zijn de volgende basisemissies van toepassing: 2.3 Bepaal welke maatregel/en pakket uit de betreffende BRCL van toepassing is op de sactiviteit De getroffen maatregelen zijn getoetst tijdens een srondgang. De resultaten zijn verwerkt in bijlage 2, waarbij de constateringen zijn verwerkt bij het bijbehorende maatregelen zoals deze zijn genoemd in de BRCL. 2.4 Neem voor deze maatregel/en pakket de eind-emissie uit de meest rechter kolom van de BRCL-tabel Hieronder volgt per van toepassingzijnde activiteit de eind-emissie zoals deze geldt voor Als geen van de maatregelenpakketten overeenkomt met de feitelijke of beoogde situatie dan zijn de maatregelen opgenomen bij de laagste eind-emissie. De eind-emissie is dan identiek aan de basisemissie. Activiteit.3 Opslag in bovengrondse tank, vrij van de grond 2 2. Los- en laadactiviteiten Leiding transport 4 resp Verpompen Op- en overslag van vaste en viskeuze stoffen in emballage Op- en overslag van vloeistoffen in emballage 4 4. Gesloten proces of bewerking (Half) open proces of bewerking 4 5. Afvoer afvalwater in sriolering Calamiteitenopvang Activiteiten in werkplaatsen 4 Laswerkzaamheden 2 Activiteit Eind-emissie.3 Opslag in bovengrondse tank, vrij van de grond 2 2. Los- en laadactiviteiten; Los- en laadplaatsen; Aftappunten; Vul- en ontluchtingspunten. 2.2 Leiding transport Verpompen Op- en overslag van vaste en viskeuze stoffen in emballage Opslag oliehoudende afvalstoffen (locatie ); Opslag filterkoek waterzuivering (locatie 5) Opgesteld door BMD Advies Zuid-Nederland November 2004 Rapportnummer N(2D) 9

10 Toetsing bodembeschermende en Activiteit 3.4 Op- en overslag van vloeistoffen in emballage CPR-containers (locatie 3); Kleine chemicaliënopslag (locatie 0); Olieopslag Technische Dienst (locatie ). Eind-emissie 4. Gesloten proces of bewerking (Half) open proces of bewerking - Voorbewerking/beitserij; 3 - Waterzuivering; 3 - Pilotinstallatie terugwinning ijzersulfaat Afvoer afvalwater in sriolering * 5.2 Calamiteitenopvang Activiteiten in werkplaatsen - Technische Dienst; - Metaalbewerkingmachines en verpakking. Laswerkzaamheden * Zie bijlage 5: Brief Provincie Stap 3: Bepaal de bodembeschermingsstrategie: verwaarloosbaar bodemrisico De NRB categoriseert het bodemrisico in zogenaamde bodemrisicocategorieën welke direct volgen uit de eind-emissie: Eind-emissie Bodemrisicocategorie A (A*) Stap C Stap B Stap 3.3 A = verwaarloosbaar bodemrisico A* = aanvaardbaar risico B = verhoogd bodemrisico C = hoog bodemrisico 3. Bodemrisicocategorie A Eén van de beoordeelde activiteiten heeft eind-emissie en daarmee bodemrisicocategorie A. Het betreft de laswerkzaamheden omdat dit inpandig gebeurd. 3.2 Bodemrisicocategorie C Zeven activiteiten hebben de bodemrisicocategorie C. Het betreft de activiteiten: Los- en laadactiviteiten (los- en laadplaatsen, aftappunten, vulpunten); Leiding transport; Verpompen; Opslag oliehoudende afvalstoffen en opslag filterkoek afvalwaterzuivering; (Half) open proces of bewerking (voorbewerking en waterzuivering); Calamiteitenopvang; Opgesteld door BMD Advies Zuid-Nederland November 2004 Rapportnummer N(2D) 0

11 Toetsing bodembeschermende en Activiteiten in werkplaats (metaalbewerkingmachines + verpakking) Dit betekent dat aanvullende maatregelen getroffen dienen te worden welke leiden tot een eind-emissie van. Indien het niet mogelijk is de eind-emissiecategorie tot te brengen, moet de aanpassing minimaal leiden tot een eind-emissie 2, waarbij het alara-principe als uitgangspunt toegepast dient te worden. 3.3 Bodemrisicocategorie B Vijf activiteiten hebben de bodemrisicocategorie B. Het betreft de activiteiten Opslag in bovengrondse tank, vrij van de grond; Op- en overslag van vloeistoffen in emballage; Gesloten proces of bewerking (aanmaak kalkmelk); Half open proces of bewerking (pilotinstallatie); Activiteiten in werkplaatsen (Technische Dienst) Dit betekent dat aanvullende maatregelen getroffen dienen te worden welke leiden tot een eind-emissie van (vgl. stap 3.2). Dit geldt ook bij bestaande situaties. Hierbij mag echter met een risicobeperkend bodemonderzoek een aanvaardbaar bodemrisico (bodemrisicocategorie A*) worden gerealiseerd. Stap 4: Bepaal (aanvullende) maatregelen De volgende maatregelen kunnen getroffen worden bij de activiteiten die plaatsvinden bij om tot een lagere eind-emissie te komen en daarbij het bodemrisico te bepreken. Deze maatregelen zijn tevens opgenomen in de BRCL in bijlage 2. Activiteit Maatregelen Eind-emissie na het treffen van maatregelen.3 Opslag in bovengrondse tank, vrij van de grond (locatie 2, 4 en 34) 2. Los- en laadactiviteiten (locatie 2, 4 en 34)* 2.2 Leiding transport (locatie 9) 2.3 Verpompen (locatie 2, 4 en 34) Calamiteitenplan aanvullen; Visuele inspectie; Vulinstructie; Detectie in tank. Calamiteitenplan aanvullen; Kerende aanbrengen; Vulinstructie; Detectie in tank; Overvulbeveiliging; Vulpunt boven lekbak. Calamiteitenplan aanvullen; Uitvoeren leidinginspectie; Inspectie opnemen in sprogramma. Calamiteitenplan aanvullen; Uitvoeren pompinspectie. Opgesteld door BMD Advies Zuid-Nederland November 2004 Rapportnummer N(2D)

12 Toetsing bodembeschermende en Activiteit Maatregelen Eind-emissie na het treffen van maatregelen 3.3 Op- en overslag van vaste en viskeuze stoffen in emballage (Locatie 5) Calamiteitenplan aanvullen; Aanbrengen kerende ; Visueel toezicht; gebruik van vloeistofdichte containers. 3.3 Op- en overslag van vaste en viskeuze stoffen in emballage (Locatie ) Calamiteitenplan aanvullen; Aanbrengen kerende ; Visueel toezicht; Dichte containers. 3.4 Op- en overslag van vloeistoffen in emballage (Locatie 3, 0 en ) 4. Gesloten proces of bewerking (Locatie 3) 4.2 (Half) open proces of bewerking (Locatie 8) 4.2 (Half) open proces of bewerking (Locatie 6) 4.2 (Half) open proces of bewerking (Locatie 7) Calamiteitenplan aanvullen; Visueel toezicht Calamiteitenplan aanvullen. Indien calamiteitenplan wordt aangevuld dan wordt eindemissie 2 bereikt. Voor eindemissie dienen vloeistofdichte en te worden aangebracht. Indien dit niet mogelijk is dient hierover overleg plaats te vinden met het bevoegde gezag. Indien calamiteitenplan wordt aangevuld en visueel toezicht plaatsvindt dan wordt eindemissie 2 bereikt. Voor eindemissie dienen vloeistofdichte en te worden aangebracht. Indien dit niet mogelijk is dient hierover overleg plaats te vinden met het bevoegde gezag. Indien calamiteitenplan wordt aangevuld en visueel toezicht plaatsvindt dan wordt eindemissie 2 bereikt. Voor eindemissie dienen vloeistofdichte en te worden aangebracht. Indien dit niet mogelijk is dient hierover overleg plaats te vinden met het bevoegde gezag. Opgesteld door BMD Advies Zuid-Nederland November 2004 Rapportnummer N(2D) of 2 of 2 of 2 2

13 Toetsing bodembeschermende en Activiteit Maatregelen Eind-emissie na het treffen van maatregelen 5. Afvoer afvalwater in Zie brief provincie - sriolering 5.2 Calamiteitenopvang (Locatie 8) 5.3 Activiteiten in werkplaatsen (Locatie 2) 5.3 Activiteiten in werkplaatsen (locatie 5 t/m 33)** Calamiteitenplan aanvullen; Aanbrengen bescherming Inspectie op kathodische bescherming Calamiteitenplan aanvullen Calamiteitenplan aanvullen; Aanbrengen kerende Lekbakken aanbrengen Visuele inspectie Laswerkzaamheden (locatie 4) Geen * Lospunten van de tanks (locatie 2,4 en 34) Het uitgangspunt van de NRB is om door een doelmatige combinatie van maatregelen en en een verwaarloosbaar bodemrisico te realiseren. De bodemrisicochecklist (BRCL) vormt het hart van de NRB. Aan de hand van de BRCL kan per sactiviteit bepaald worden wat het bodemrisico is van deze activiteit. Het bodemrisico wordt weergegeven door middel van een emissie. Bij een emissie van noemt men het bodemrisico verwaarloosbaar. De activiteiten die hierin is opgenomen betreft de opslag in bovengrondse tanks (activiteit.3) en aftapactiviteiten (activiteit 2.). In de BRCL is opgenomen dat ten aanzien van.3 volstaan kan worden met een kerende om een emissie van te realiseren. De tanks zijn voorzien van een lekbak wat wordt gezien als een kerende. Daarnaast dient rekening te worden met faciliteiten en. Instructies in dit kader zullen worden opgenomen in het snoodplan. Hiermee wordt voldaan aan emissiesore van de NRB. Ten aanzien van het aftappen kan conform 2. van de BRCL worden volstaan van een lekbak of een kerende vloer. Er kan dus, tijdens het vullen van de tanks, gebruik worden gemaakt van een lekbak met een kerende en dit dient tevens vastgelegd worden in snoodplan. Ook bij het overpompen wordt dan voldaan aan emissie van de NRB. Met de getroffen maatregelen wordt tevens voldaan voorschrift van CPR 9-6 Opslag tot 50 m 3 van brandbare vloeistoffen met een vlampunt 55 tot 00 C in bovengrondse tanks. In voorschrift is het volgende opgenomen: Bij een kleinschalige afleveringen van brandstoffen moet ter plaatse van het afleverpunt de opstelplaats van voertuigen over een oppervlakte van 3 x 5 meter voorzien zijn van een aaneengesloten verharding, waarmee gedurende beperkte tijd het doordringen van gemorst product in de bodem wordt verhinderd.. Ook in dit kader wordt het niet noodzakelijk geacht om een vloeistofdichte verharding te realiseren. Opgesteld door BMD Advies Zuid-Nederland November 2004 Rapportnummer N(2D) 3

14 Toetsing bodembeschermende en De huidige klinkerbestrating is geen kerende. Dus bij de losplaatsen van de bulkvloeistoffen en ook bij de opstelplaats van de filterkoek-containers dient er een kerende te komen zoals een beton- of asfaltverharding of stelconplaten. ** De Kieserlingmachine (locatie 5) is beschouwd als een Activiteit in werkplaats met opslag. De Kieserlingmachine is opgesteld op een stukje tegelvloer en lekt aanzienlijke hoeveelheden olie. Volgens de NRB dient de machine voorzien te worden van een kerende. Aangezien er getwijfeld wordt aan de vloeistofkerendheid van deze dient er een kerende aangebracht te worden. Hierbij kan gedacht worden aan een lekbak of een aaneengesloten betonvloer. Daarnaast dient er aandacht te zijn voor de lekkende delen van de apparatuur zelf, visueel toezicht en het snoodplan. De overige machines zijn opgesteld boven een kerende betonvloer en lekken ook aanzienlijk minder olie. Opgesteld door BMD Advies Zuid-Nederland November 2004 Rapportnummer N(2D) 4

15 Toetsing bodembeschermende en 4. Conclusies Door het treffen van de in hoofdstuk 3, onder stap 4 genoemde maatregelen is het mogelijk om voor de getoetste activiteiten te komen tot een eindemissie van. Deze activiteiten komen daardoor in bodemrisicocategorie A. De activiteiten zoals die plaatsvinden, hebben dus niet geleid tot verontreiniging van de omgeving. Door periodiek de peilbuizen, op basis van de grondwaterstroming, te bemonsteren c.q. te analyseren kunnen eventuele vervuilingsbronnen snel getraceerd worden. Daarnaast dienen (half) open processen of bewerkingen plaats te vinden boven een vloeistofdichte vloer welke is uitgevoerd met PBV-Verklaring Vloeistofdichte Voorziening willen deze activiteiten een eind-emissie krijgen van. In overleg met het bevoegde gezag dient beoordeeld te worden of in dit geval kan worden volstaan met een eindemissie van 2 eventueel ook op basis van de resultaten van het uitgevoerde bodemonderzoek. De voorgestelde maatregelen inclusief het periodiek bemonsteren zijn dan ook voldoende om een voldoende beschermingsniveau te realiseren. Opgesteld door BMD Advies Zuid-Nederland November 2004 Rapportnummer N(2D) 5

16 Toetsing bodembeschermende en 5. Plan van aanpak In onderstaande tabel staan de maatregelen met de voorgenomen datum van invoering opgenomen. Het plan van aanpak wordt in samenspraak met BMD Advies uitgewerkt. Maatregelen Invoering Calamiteitenplan aanvullen 2004 Periodieke visuele inspectie invoeren 2004 Onderhoudsprogramma aanvullen 2004 Periodieke pompinspectie 2004 Periodieke leidinginspectie 2004 Vloer kelder vloeistofdicht maken Vloer laad- en losplaats kerend maken 2005 Overleg met bevoegd gezag met betrekking procesvloeren 2005 Opgesteld door BMD Advies Zuid-Nederland November 2004 Rapportnummer N(2D) 6

17 BIJLAGEN

18 Bijlage Stappenplan NRB Bron: Nederlandse Richtlijn Bodembescherming, juli 200

19 Bijlage 2 Bodemrisicochecklist 2 2 Bron: NRB zakboekje, november 200

20 Opslag bulkvloeistoffen. Opslag in ondergrondse of ingeterpte tank: N.V.T. Tank in vloeistofdichte bak Dubbelwandige tank met interne lekdetectie Kathodische bescherming 4 Ondergrondse vloeistofdichte bak met lekdetectie 4 Dubbelwandig met lekdetectie 4 Kathodische bescherming Vulpunt en vulleidingen; ontluchtig (CPR) Vulpunt en vulleidingen; ontluchtig (CPR) Vulpunt en vulleidingen; ontluchtig (CPR) Lekdetectie Zie 2. Lekdetectie Zie 2. Periodiek op kathodische bescherming Zie 2. 2 Emissie.2 Opslag in bovengrondse tank, met bodemplaat: N.V. T. 3 Kerende ; lekdetectie 3 Kerende 3 Kerende ; lekdetectie 3 Kerende ; lekdetectie Vulpunt en vulleidingen; ontluchting (CPR) Vulpunt en vulleidingen; ontluchting (CPR) Vulpunt en vulleidingen; ontluchting (CPR) Vulpunt en vulleidingen; ontluchting (CPR) 3 Kerende ; lekdetectie Tank Lekdetectie Algemene zorg 2 Zie 2. Algemene zorg 2 Lekdetectie Zie 2. Algemene zorg 2 Lekdetectie Zie 2. Lekdetectie Zie 2. Emissie

21 3 Vloeistofdichte opvangvoorzie ning Hemelwater; vulpunt en vulleidingen; ontluchting (CPR 9-6) CUR / PBV 44 Zie 2. Algemene zorg Emissie.3 Opslag in bovengrondse tank, vrij van de grond: Locatie 2, 4, en 34: Tanks met petroleum, (afgewerkte) zwavelzuur en bonder, en conserveringsmiddel 2 Kerende Vulpunt en vulleidingen; ontluchting (CPR 9-6) Visueel Zie 2. - Incidenten niet opgenomen in calamiteitenplan - Geen visuele inspectie - Geen toezicht Emissie 2 Calamiteitenplan aanvullen, visuele inspectie instellen en vulinstructie opstellen, waarmee activiteit eindemissie krijgt. 2 Vloeistofdichte opvang Hemelwater; vulpunt en vulleidingen; ontluchting (CPR) CUR / PBV-44 Zie 2. Algemene zorg.4 Opslag in put / bassin N.V.T. Visueel Lekdetectie Visueel ; lekdetectie 4 Vloeistofdichte Hemelwater CUR / PBV-44 2 opvang 4 Vloeistofdichte Hemelwater CUR / PBV-44 Visueel Algemene zorg opvang 3 Emissie

22 Overslag en intern transport bulkvloeistoffen 2. Los- en laadactiviteiten Locatie 2, 4, en 34: Bij tanks met petroleum, (afgewerkte) zwavelzuur en bonder, en conserveringsmiddel Los- en laadplaaten ; ; lekdetectie 4 Vloeistofdichte opvang Automatische afslag met detectie in slang; Wegrijbeveiliging, positionering vulslang Automatische afslag met detectie in slang; ; Wegrijbeveiliging, automatische afslag Wegrijbeveiliging Dubbele onafhankelijke overvulbeveiliging Hemelwater; lengte / positie vulslang Vulinstructie; detectie in vulslang CUR / PBV-44 ; Vulinstructie; vulgewicht Vulinstructie; detectie in tank Vulinstructie; vulgewicht Vulinstructie; detectie in tank Vulinstructie Vulinstructie; detectie in vulslang Algemene zorg Aftappunten 4 Lekbak Hemelwater Visueel Vul- en 4 Lekbak Hemelwater Visueel ontluchtingspunten 4 Lekbak Hemelwater Gecon- troleerde overloop afvoer 4 () - Incidenten niet opgenomen in calamiteitenplan; - Overloop via bezinkput - Vulpunt niet boven lekbak 3 - Incidenten niet opgenomen in calamiteitenplan; - Geen kerende ; - Geen lekdetectie; - Geen vulinstructie aanwezig; - Geen overvulbeveiliging. Emissie 4 - Calamiteitenplan aanvullen; - Kerende aanbrengen - Aanbrengen lekdetectie; - Opstellen vulinstructie; - Aanbrengen overvulbeveiliging. 4 - Calamiteitenplan aanvullen - Vulpunt voorzien van lekbak

23 4 Vloeistofdichte opvang Hemelwater CUR / PBV-44 Visueel Algemene zorg 2.2 Leiding transport van tanks naar baden Ondergronds inclusief appendages 4 Vloeistofdicht ontwerp Corrosievast of kathodisch beschermd inclusief appendages 4 Corrosievast / kathodische beschermd 4 Onderhoud- Leidinginspectie programma Onderhoudprogramma Leidinginspectie Onderhoudprogramma Periodiek op kathodische bescherming 3 - Incidenten niet opgenomen in calamiteitenplan; - Geen leidinginspectie - Niet opgenomen in sprogramma; 3 Emissie 4 - Calamiteitenplan aanvullen; - Inspectie op kathodische bescherming - In sprogramma opnemen Dubbelwandig inclusief appendages Bovengronds inclusief appendages 4 Corrosievast / kathodische beschermd 4 Dubbelwandig met lekdetectie Corrosievast / kathodische beschermd Leidinginspectie periodiek op kathodische bescherming Lekdetectie 2 Appendages Onderhoudprogramma Leidinginspectie Visueel (2) - Incidenten niet opgenomen in calamiteitenplan; - Geen leidinginspectie - Niet opgenomen in sprogramma; 2 - Calamiteitenplan aanvullen; - Inspectie en sprogramma opnemen 2.3 Verpompen van zwavelzuur, bonder en conserveringsmiddel Dubbele roterende asafdichting met spoeling zie pompen algemeen N.V.T. 5 Onderhoudprogramma 5 Kerende ; 5 Kerende ; Onderhoudprogramma Pompinspectie Algemene zorg 3 Algemene zorg 3 Pompinspectie Algemene zorg 2 Pakkingbus- 5 Pakkingbus- Visueel Algemene zorg Emissie

24 loze pomp N.V.T. Pompen algemeen loos 5 Onderhoudprogramma 5 Kerende Pompinspectie Algemene zorg 4 5 Lekbak Hemelwater Onderhoudprogramma Pompinspectie Visueel 5 Vloeistofdichte Hemelwater CUR / PBV-44 Visueel Algemene zorg opvang Algemene zorg 3 - Pompen zijn voorzien van kerende en; - Incidenten niet opgenomen in calamiteitenplan; - Pompen worden jaarlijks meegenomen in sprogramma; - Geen visueel toezicht; Emissie 3 - Calamiteitenplan aanvullen; - Uitvoeren pompinspectie; 2.4 Transport op terrein in open vaten e.d.: N.V.T. 5 Kerende (terrein) 5 Kerende (terrein) 5 Vloeistofdichte opvang (terrein) 5 Vloeistofdichte opvang (terrein) Hemelwater Hemelwater (CUR / PBV- 44) (CUR / PBV- 44) Visueel Visueel Algemene zorg 4 3 Algemene zorg 2 Emissie

25 Opslag en verlading stort- en stukgoed 3. Opslag stortgoed: N.V.T. 4 Overkapping / afdekking (terrein) 4 Vloeistofdichte Hemelwater opvang 4 Vloeistofdichte Hemelwater; opvang Overkapping / afdekking (CUR / PBV- 44) (CUR / PBV- 44) Visueel 2 Algemene zorg 3 Emissie 3.2 Overslag stortgoed: N.V.T. Gesloten systeem 4 Visueel Visueel Algemene zorg 3 Visueel 2 Visueel 4 Vloeistofdichte Schrob- en CUR / PBV-44 Visueel Algemene zorg opvang hemelwater 4 Gesloten systeem Aansluitingen Onderhoudprogramma Visueel Algemene zorg 3 Emissie

26 3.3 Op- en overslag van vaste en visceuse stoffen in emballage: Locatie 5 Opslag filterkoek waterzuivering 3 Speciale emballage 3 Kerende / opvangbak 3 Kerende / opvangbak 3 Vloeistofdichte opvang Speciale emballage Schrob- en hemelwater Visueel Visueel Algemene zorg 2 CUR / PBV-44 Visueel Algemene zorg 2 - Opslag in stalen container - Geen kerende - Incidenten niet opgenomen in calamiteitenplan - Overkapping deels aanwezig - Visueel toezicht Emissie 3 - Calamiteitenplan aanvullen - Aanbrengen kerende - Let op dichte emballage 3.3 Op- en overslag van vaste en visceuse stoffen in emballage: Locatie Opslag oliehoudende afvalproducten 3 Speciale emballage 3 Kerende / opvangbak 3 Kerende / opvangbak 3 Vloeistofdichte opvang Speciale emballage Schrob- en hemelwater Visueel Visueel CUR / PBV-44 Visueel Algemene zorg Algemene zorg 2 - Opslag in vaten voorzien van plastic zak - Betonnenlekbak - Incidenten niet opgenomen in calamiteitenplan - Overkapping 2 Emissie 3 - Calamiteitenplan aanvullen - Visueel toezicht

27 3.4 Op- en overslag van vloeistoffen in emballage: Locatie 3, 0 en : CPR 5- opslag, kleine opslag muur en opslag TD 4 Speciale emballage / lekbak Speciale / emballage lekbak / lekbak / lekbak 4 Vloeistofdichte opvang Speciale emballage Schrob- en hemelwater Visueel Visueel Visueel Algemene zorg 3 Algemene zorg 2 Er wordt gerbuik gemaakt van speciale emballage Opslag in containers conform CPR 5-; Geen visuele inspectie; Incidenten niet opgenomen in calamiteitenplan 2 CUR / PBV-44 Visueel 3 Emissie 2 Calamiteitenplan aanvullen; Visueel toezicht Procesactiviteiten / -bewerking 4. Gesloten proces of bewerking: Locatie 3 Aanmaak kalkmelk 3 Kerende 3 Kerende Visueel Algemene zorg 2 - Kerende - Visueel toezicht - Incidenten niet opgenomen in calamiteitenplan Emissie 2 - Calamiteitenplan aanvullen

28 Gesloten systeemontwerp 3 Vloeistofdichte opvang 3 Gesloten systeem Schrob- en hemelwater Pompen; Appendages; Monsternemingspunten e.d. Onderhoudprogramma CUR / PBV-44 Algemene zorg Systeem inspectie Algemene zorg 4.2 (Half) open proces of bewerking: Locatie 8 Voorbewerking/Beitserij 4 Vloeistofdichte opvang 4 Vloeistofdichte opvang Schrob- en hemelwater Schrob- en hemelwater Visueel 2 CUR / PBV-44 2 CUR / PBV-44 Visueel Algemene zorg 3 Kerende aanwezig; Opgenomen in splanning; Incidenten niet opgenomen in calamiteitenplan; Emissie 3 Indien calamiteitenplan wordt aangevuld dan wordt eindemissie 2 bereikt. Voor eindemissie dienen vloeistofdichte en te worden aangebracht. Indien dit niet mogelijk is dient hierover overleg plaats te vinden met het bevoegd gezag. 4.2 (Half) open proces of bewerking: Locatie 6 Waterzuivering Emissie

29 4 Vloeistofdichte opvang 4 Vloeistofdichte opvang Schrob- en hemelwater Schrob- en hemelwater Visueel 2 CUR / PBV-44 2 CUR / PBV-44 Visueel Algemene zorg 3 Kerende aanwezig; Incidenten niet opgenomen in calamiteitenplan; Geen visueel toezicht 3 Indien calamiteitenplan wordt aangevuld en er visueel toezicht wordt gehouden dan wordt eindemissie 2 bereikt. Voor eindemissie dienen vloeistofdichte en te worden aangebracht. Indien dit niet mogelijk is dient hierover overleg plaats te vinden met het bevoegd gezag. 4.2 (Half) open proces of bewerking: Locatie 7 Pilotinstallatie terugwinning ijzersulfaat 4 Vloeistofdichte opvang 4 Vloeistofdichte opvang Schrob- en hemelwater Schrob- en hemelwater Visueel Algemene zorg 3 CUR / PBV-44 2 CUR / PBV-44 Visueel 2 Kerende aanwezig; Visueel toezicht aanwezig Incidenten niet opgenomen in calamiteitenplan; Emissie 2 Indien calamiteitenplan wordt aangevuld dan wordt eindemissie 2 bereikt. Voor eindemissie dienen vloeistofdichte en te worden aangebracht. Indien dit niet mogelijk is dient hierover overleg plaats te vinden met het bevoegd gezag. Overige activiteiten

30 5. Afvoer afvalwater in sriolering Ondergrondse riolering Bovengrondse riolering 4 Riool inspectie CUR / PBVaanbeveling Putten, slib- CUR / PBV-44 5 vangers, olie- afscheiders, verbindingen 4 Appendages Onderhoudprogramma Leidinginspectie 2 Zie brief 27 april 2004 aan de provincie Noord-Brabant Emissie 5.2 Calamiteitenopvang: Waterkelder onder procesbaden Ondergronds Ondergronds prefab 3 (CPR) vulpunt en vulleidingen 3 Corrosievast / kathodisch beschermd 3 Corrosievast / kathodisch beschermd 3 Corrosievast / kathodisch beschermd 3 Vloeistofdicht ontwerp (CPR) vulpunt en vulleidingen (CPR) vulpunt en vulleidingen Bovengronds 3 Bovengronds (CPR) vulpunt en vulleidingen Zie 2. Periodiek op kathodische bescherming Periodiek op kathodische bescherming Periodiek op kathodische bescherming Inwendige visuele inspectie Visuele inspectie Zie 2. Zie 2. Algemene zorg 2 Zie 2. Zie 2. Zie 2. Algemene zorg 2 - Incidenten niet opgenomen in calamiteitenplan - Niet Corrosievast / kathodisch beschermd - Geen periodieke inspectie op kathodische bescherming 2 Emissie 3 - Calamiteitenplan aanvullen - Aanbrengen Corrosievast / kathodisch bescherming - Instellen periodieke inspectie op kathodische bescherming

31 5.3 Activiteiten in werkplaatsen: Locatie en 2 Technische Dienst (incl. opslag en machines) Zonder opslag Met opslag Algemene zorg 3 Visueel Opslag Visueel Algemene zorg 3 en / lekbakken Apparatuur Visueel Algemene zorg 3 en / lekbakken Opslag en Visueel Algemene zorg 2 - Kerende vloer en / apparatuur - Olie op lekbakken lekbakken - Visuele inspectie - Incidenten niet opgenomen in calamiteitenplan Emissie 2 Calamiteitenplan aanvullen en / lekbakken 4 Vloeistofdichte opvang Opslag en apparatuur Schrobwaterafvoer Visueel CUR / PBV-44 Algemene zorg 5.3 Activiteiten in werkplaatsen: Locatie 5 t/m 33 Metaalbewerkingsmachines en verpakking Zonder opslag Met opslag Algemene zorg 3 Visueel Opslag Visueel Algemene zorg 3 en / lekbakken Apparatuur Visueel Algemene zorg 3 en / lekbakken Emissie

32 en / lekbakken en / lekbakken 4 Vloeistofdichte opvang Opslag en apparatuur Opslag en apparatuur Visueel Algemene zorg 2 - Incidenten niet opgenomen in calamiteitenplan - Geen kerende - Onvoldende afdoende lekbakken - Onvoldoende visuele inspectie Visueel CUR / PBV-44 Algemene zorg 4 - Calamiteitenplan aanvullen - Aanbrengen kerende - Aanbrengen afdoende lekbakken - Instellen visuele inspectie Specifieke activiteiten metaalindustrie Hier worden alleen de activiteiten beschreven die hiervoor niet vermeld zijn. Schrobwaterafvoer Subactiviteit Pakket bodembeschermende en en Score Acties maatregelen Laswerkzaamheden Opvang categorie (vloeistofdichte ondergrond) Opvang categorie 2 en werkzaamheden worden Geen binnen of onder een overkapping uitgevoerd Opvang categorie 2 2

33 Bijlage 3 Overzicht gevaarlijke stoffen

34 Bijlage 4 Ligging peilbuizen

35 Bijlage 5 Brief provincie betreffende riolering

36 Bijlage 6 Overzichtstekening locaties Robur Buizenfabriek B.V.

37