De melding hoort bij de volgende vergunningen ingevolge de Wet milieubeheer:

Transcriptie

1 Gedeputeerde Staten Het college van Burgemeester en Wethouders van de gemeente Wijchen Postbus HA WIJCHEN Bezoekadres Huis der Provincie Markt 11 Arnhem telefoon (026) telefax (026) internet Postadres Postbus GX Arnhem datum nummer 4 juni 2007 MPM11003 onderwerp Verklaring met betrekking tot melding artikel 8.19 Wm van Burgemeester en Wethouders van de gemeente Wijchen inzake het opslaan van dieselolie in een mobiele tank, het plaatsen van een overkapping en het scheiden en gescheiden opslaan van vier afvalstromen Geacht college, Op 27 april 2007 hebben wij van u een melding als bedoeld in artikel 8.19, tweede lid, van de Wet milieubeheer ontvangen. Deze melding heeft betrekking op verandering van uw inrichting, gelegen aan de Kamerlingh Onnesstraat 13 te Wijchen. De veranderingen betreffen: - het opslaan van afgewerkte olie in een verplaatsbare dubbelwandige tank in het kgadepot in plaats van een stationaire tank in het kga-depot; - het plaatsen van een overkapping waaronder de inzameling van luiers/incontinentiemateriaal, frituurvet en plantaardige oliën en kleine elektrische apparaten (anders dan onder witgoed vallende apparaten) plaatsvindt; - het inzamelen van de volgende stromen: kleine elektrische apparaten (geen witgoed), frituurolie en frituurvet, luiers en incontinentiemateriaal en drukhouders (illegaal achtergelaten drukhouders in de openbare ruimte van de gemeente Wijchen). De melding hoort bij de volgende vergunningen ingevolge de Wet milieubeheer: - Oprichtingsvergunning MPM2234, d.d. 12 januari 2005; - Veranderingsvergunning MPM6797, d.d. 12 juni Tevens is op 20 november 2006 een melding geaccepteerd in het kader van artikel 8.19 van de Wet milieubeheer voor het opslaan van bruingoed in een gesloten container op het buitenterrein, het gebruik van natrium naast calcium als dooimiddel en het plaatsen van een overkapping (4 x 6 m) ten behoeve van tijdelijke opslag van niet-milieubelastende (afval)stoffen nabij de containers voor opslag van wit- en bruingoed. inlichtingen bij mw. E. Poortier doorkiesnr. (026) verzonden 11 juni 2007 e.poortier@prv.gelderland.nl BNG 's-gravenhage, rek. nr ABN AMRO Arnhem, rek. nr Postbank-girorekening BTW nr B03 IBANnr.: NL74BNG SWIFT/BIC: BNGHNL2G

2 Grondslag In artikel 8.19, tweede lid, van de Wet milieubeheer staat dat een voor de inrichting verleende milieuvergunning tevens geldt voor veranderingen van de inrichting of van de werking daarvan die niet in overeenstemming zijn met de voor de inrichting verleende milieuvergunning of de aan deze vergunning verbonden beperkingen en voorschriften. Hierbij wordt het voorbehoud gemaakt dat deze veranderingen niet mogen leiden tot andere of grotere nadelige gevolgen voor het milieu dan die welke de inrichting volgens de milieuvergunning en de daaraan verbonden beperkingen en voorschriften mag veroorzaken. Artikel 8.19, tweede lid, van de Wet milieubeheer verbindt hieraan verder als voorwaarde dat: a de veranderingen niet leiden tot een andere inrichting dan waarvoor vergunning is verleend; b het voornemen tot het uitvoeren van de verandering schriftelijk is gemeld overeenkomstig artikel 5.19 van het Inrichtingen- en vergunningenbesluit milieubeheer (Ivb); c wij aan vergunninghouder schriftelijk hebben verklaard dat de verandering voldoet aan de aanhef van het tweede lid van artikel 8.19 en het onder a gestelde en verder dat de verandering naar ons oordeel geen aanleiding geeft om toepassing te geven aan artikel 8.22 (actualisatie van de milieuvergunning), 8.23 (ambtshalve wijziging van de milieuvergunning) of 8.25 (intrekking van de milieuvergunning) van de Wet milieubeheer. Op grond van artikel 8.19, derde lid, van de Wet milieubeheer wordt alleen toepassing gegeven aan artikel 8.19, tweede lid, wanneer de voorgenomen veranderingen niet m.e.r.-plichtig zijn. Beslissing Wij verklaren dat de veranderingen voldoen aan artikel 8.19, tweede lid, aanhef en onderdeel a, van de Wet milieubeheer, en niet leiden tot andere of grotere nadelige milieugevolgen. Overwegingen De veranderingen hebben betrekking op: - het opslaan van afgewerkte olie in een verplaatsbare dubbelwandige tank in het kgadepot in plaats van een stationaire tank in het kga-depot; - het plaatsen van een overkapping waaronder de inzameling van luiers/incontinentiemateriaal, frituurvet, frituurolie en plantaardige oliën en kleine elektrische apparaten (anders dan onder witgoed vallende apparaten) plaatsvindt; - het inzamelen van de volgende stromen: kleine elektrische apparaten (geen witgoed), frituurolie en frituurvet, luiers en incontinentiemateriaal en drukhouders (illegaal achtergelaten drukhouders in de openbare ruimte van de gemeente Wijchen). Deze veranderingen leiden niet tot een andere inrichting dan waarvoor vergunning is verleend. Verder is, gelet op artikel 8.19, derde lid, van de Wet milieubeheer geen sprake van een verandering waarvoor de MER-(beoordelings)plicht van toepassing is. De melding maakt voldoende aannemelijk dat de veranderingen niet leiden tot grotere nadelige gevolgen, omdat de in de vigerende vergunningen reeds dekkende voorschriften voor de voorgenomen veranderingen zijn opgenomen. De stromen frituurvet, plantaardige olie, luiers en incontinentiemateriaal zijn al vergund met de oprichtingsvergunning van 12 januari Binnen de inrichting worden de genoemde afvalstromen reeds ongescheiden geaccepteerd bij het (niet) brandbaar restafval. Door de afvalstromen gescheiden op te slaan van het overige (niet) brandbaar restafval komen de afvalstromen in aanmerking voor nuttig toepassen. Frituurvet en plantaardige oliën worden nu niet meer met het restafval ter verbranding aangeboden, maar worden door een verwerkingsbedrijf opgewerkt tot bio-brandstof. De luiers en het incontinentiemateriaal worden door een verwerkingsbedrijf volledig in bruikbare grondstoffen omgezet. Als acceptatie-eis voor het frituurvet en de frituurolie geldt de verpakkingswijze.

3 Het frituurvet mag in blikverpakking, kartonpakken, krantenpapier, los en vaten worden aangeleverd. De frituurolie daarentegen mag in blikverpakkingen, PET-flessen, kartonpakken, originele verpakking en vaten worden aangeleverd. Frituurvet en frituurolie wordt in alle standaardsoorten verpakkingen aangeveleverd en het wordt opgeslagen in door de verwerker beschikbaar gestelde, vloeistofdichte en afsluitbare kunststof bakken. Er wordt alleen frituurvet en frituurolie ingezameld voortkomend uit huishoudelijk gebruik. De inname van frituurvet en frituurolie op deze wijze is niet in strijd met het acceptatiebeleid en administratieve organisatie zoals opgenomen bij de oprichtingsvergunning d.d. 12 januari Het inzamelen van kleine elektrische apparaten is niet veranderd ten opzichte van de vergunde situatie. Alleen de opslagwijze is veranderd. Deze vindt nu plaats onder een overkapping op een vloeistofkerende vloer. De opslag van luiers en incontinentiemateriaal vindt plaats op een vloeistofkerende vloer onder een overkapping. De op- en overslag van deze stromen wordt niet aangemerkt als een bodembedreigende activiteit. Toetsing aan de Nederlandse Richtlijn Bodembescherming (NRB) behoeft niet plaats te vinden. De plantaardige olie, frituurvet en frituurolie en kleine elektrische apparaten (niet zijnde witgoed) worden geplaatst op een vloeistofkerende vloer onder een overkapping. Een kerende voorziening met overkapping levert voor de kleine elektrische apparaten een beschermingsniveau waarbij kan worden gesproken van een verwaarloosbaar bodemrisico (bodemrisicocategorie A, met eind-emissiescore 1). De opslag van plantaardige olie en frituurolie haalt een eindemissiescore 1 door de opslag in een kerende voorziening (afsluitbare kunststof bakken). De olie wordt tevens onder de overkapping opgeslagen. Voorschriften voor de juiste en veilige opslag van drukhouders zijn in de vigerende vergunning opgenomen. Het is niet de bedoeling om meer gasflessen op te slaan maar om de mogelijkheid te hebben illegaal achtergelaten gasflessen in de openbare ruimten van de gemeente Wijchen af te kunnen voeren. Hiervoor is een tijdelijke opslag op de gemeentewerf Wijchen noodzakelijk. De opslag van deze gasflessen brengt geen andere milieugevolgen met zich mee. Opslag van afgewerkte olie in een mobiele kunststof tank in plaats van in een stationaire stalen tank. In hoofdstuk 3 van de voorschriften behorend bij het Besluit d.d. 12 juni 2006 zijn voorschriften opgenomen voor het opslaan van afgewerkte olie in een bovengrondse tank. Er wordt verwezen naar onder andere de volledige paragrafen 4.1 en 4.2. Deze bevatten ook de voorschriften voor opslag in (mobiele) kunststof tanks. Door de uitbreiding met luier- en incontinentie-inzameling kan het aantal verkeersbewegingen gering toenemen, omdat deze niet tegelijk met de overige stromen opgehaald of gebracht worden. De geringe toename aan verkeersbewegingen is echter niet van invloed op de totale geluidsbelasting veroorzaakt door de inrichting. De gemeente Wijchen stelt gratis verzamelzakken beschikbaar waarin luiers en incontinentiematerialen aangeleverd kunnen worden op de gemeentewerf. Deze worden opgeslagen in kunststof afsluitbare containers welke wekelijks wordt geleegd in een daarvoor bestemde vrachtwagen, zodat voor geuroverlast niet gevreesd hoeft te worden. Er vindt een totale recycling plaats van de luiers- en het incontinentiemateriaal, inclusief de speciale zakken. Deze producten zouden anders tussen het restafval mee naar de verbrandingsoven gaan, nu worden ze echter door een verwerkingsbedrijf volledig in bruikbare grondstoffen omgezet. Wij menen dat de veranderingen voldoen aan de aanhef van artikel 8.19, tweede lid, van de Wet milieubeheer en wij oordelen dat er op dit moment geen aanleiding is om toepassing te geven aan de artikelen 8.22, 8.23 of 8.25 van de Wet milieubeheer. Publicatie

4 Overeenkomstig artikel 8.19, zevende lid, van de Wet milieubeheer wordt van de melding en onze verklaring een openbare kennisgeving gedaan in de plaatselijke dag- en/of weekbladen. Zie hiervoor de bijgevoegde kennisgeving. Bezwaar Belanghebbenden kunnen binnen zes weken na de dag van bekendmaking tegen dit besluit bezwaar maken. Het bezwaarschrift dient te worden gericht aan Gedeputeerde Staten, secretariaat Commissie bezwaar- en beroepschriften, ter attentie van mevrouw C.J.M. Kummeling, Postbus 9090, 6800 GX Arnhem. Op envelop en brief duidelijk "bezwaarschrift" vermelden. Het bezwaarschrift dient te zijn ondertekend en ten minste te bevatten: a de naam en het adres van de indiener; b de dagtekening; c een omschrijving van het besluit waartegen het bezwaar gericht is; d de gronden van het bezwaar. Als een bezwaarschrift is ingediend, kan aan de voorzitter van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State (Postbus 20019, 2500 EA 's-gravenhage) worden verzocht een voorlopige voorziening te treffen indien - gelet op de betrokken belangen - onverwijlde spoed dat vereist. Bij het verzoek dient een afschrift van het bezwaarschrift te worden overgelegd. Zo mogelijk dient een afschrift te worden bijgevoegd van het besluit waartegen het bezwaarschrift is gericht. Indien gedurende de termijn voor het indienen van een bezwaarschrift is verzocht om een voorlopige voorziening, treedt het besluit niet in werking voordat op dat verzoek is beslist. Voor de behandeling van een verzoek om voorlopige voorziening dient griffierecht te worden betaald. Nadere informatie kan worden verkregen bij de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State, telefoon (070) Hoogachtend, namens Gedeputeerde Staten van Gelderland, mr. H. Boerdam dienst Milieu en Water onderafdelingshoofd Bewerking en Overslag Afval van de afdeling Bodem en Afval bijlage: - kennisgeving code: out-2

5

6