Werkstuk Economie De betalingsbalans

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Werkstuk Economie De betalingsbalans"

Transcriptie

1 Werkstuk Economie De betalingsbalans Werkstuk door een scholier 3561 woorden 7 januari ,3 38 keer beoordeeld Vak Economie De Betalingsbalans 1. Inhoudsopgave 2. Wat is de betalingsbalans en door wie wordt het opgesteld? 2.1. Wat is de betalingsbalans? 2.2. Door welke instellingen wordt het opgesteld? 2.3 Hoe wordt de betalingsbalans opgesteld? 3. Welke deelrekeningen zijn er onder te verdelen? 3.1 Voorbeeld van de onderverdeling in deelrekeningen 4. Wanneer is er sprake van evenwicht? 4.1. Wat is materieel betalingsevenwicht? 4.2. Wat is formeel betalingsevenwicht? 4.3. Wat is fundamenteel betalingsevenwicht? 5. Wat zijn de oorzaken en gevolgen van een onevenwichtige betalingsbalans? 5.1. Wat zijn de oorzaken? 5.2. Wat zijn de gevolgen? 5.3. Hoe is het op te lossen? 6. Hoe heeft de betalingsbalans invloed op de wisselkoers? 6.1. Wat zijn wisselkoersen? 6.2. Wat heeft de betalingsbalans met de wisselkoers te maken? 7. Samenvatting 8. Nawoord 9. Bronnen 2. Wat is de betalingsbalans en door wie wordt het opgesteld? 2.1 Wat is de betalingsbalans? De betalingsbalans geeft een schematisch overzicht over de internationale economische transacties van de eigen volkshuishouding met ander volkshuishoudingen, of tussen eigen ingezetenen en die van andere Pagina 1 van 10

2 landen gedurende 1 jaar. Met internationale transacties worden hier verrichtingen tussen Belgische ingezetenen en buitenlandse ingezetenen bedoeld. Ingezetenen zijn personen, instellingen en overheidsorganen die in dit geval in België verblijven of er gevestigd zijn. Eigenlijk is de betalingsbalans in boekhoudkundige termen eigenlijk helemaal geen balans, omdat het niet een tijdstip betreft, maar een bepaalde periode. Er is bij de betalingsbalans ook sprake van stroomgrootheden, dat zijn grootheden die gedurende een bepaalde periode gevormd worden, terwijl er op een balans voorraadgrootheden staan (een balans is een momentopname van alle activa en passiva). Voorraadgrootheden zijn grootheden die op een moment een waarde hebben, ofwel aanwezig zijn. Om die reden is de betalingsbalans meer te vergelijken met een resultatenrekening, omdat daar ook sprake is van stroomgrootheden. 2.2 Door welke instellingen wordt het opgezet? In België is de opdracht voor het verzamelen van de gegevens voor het opstellen van de betalingsbalans en van de externe vermogenspositie toevertrouwd aan de Nationale Bank van België. Alle ingezetene, zowel natuurlijke als rechtspersonen, zijn wettelijk verplicht de gegevens over hun economische transacties met het buitenland mee te delen aan de Nationale Bank van België. 2.3 Hoe wordt de betalingsbalans opgezet? De financiële instellingen zijn verplicht om alle buitenlandse verrichtingen te melden, zowel uitgaven als inkomsten, die ze hebben gedaan voor hun klanten of voor eigen rekening indien het bedrag groter is dan euro. Bij elke afzonderlijke transactie worden een aantal kenmerken meegedeeld zodat ze op de goede manier in de betalingsbalans ingeschreven kunnen worden. Kenmerk is de datum waarop de transactie plaatsvond, de gebruikte valuta, het bedrag, de richting en de aard van de transactie, de landcode van de niet-ingezetene en de identificatie van de ingezeten tegenpartij indien de betaling gebeurt in het kader van een beroepsactiviteit. De ingezetene ondernemingen moeten alle transacties meedelen die afgehandeld worden via nietingezetene financiële instellingen of niet ingezeten ondernemingen, hoe groot of klein de omvang van de transactie ook is. Alle verrichtingen die gerapporteerd worden, de financiële instellingen doen dat dagelijks, terwijl ondermeningen dat maandelijks doen, worden gerapporteerd in de munt van de betaling of van de transactie. De gegevens die verzameld worden, worden vervolgens aangevuld met data uit andere bronnen. Dat gebeurt onder andere om bruto gegevens te verkrijgen in plaats van netto cijfers (daar waar de financiële stromen het resultaat zijn van meerdere transacties). Er wordt gebruik gemaakt van onder andere administratieve bronnen, zoals gegevens verschaart door de Rijksdienst voor Sociale Zekerheid, de transacties van de Europese Instellingen en de NATO en gegevens van de verzekeringssector. Voor het opstellen van de betalingsbalans moet de Nationale Bank van België zich aan bepaalde internationale richtlijnen houden. Deze staan vastgesteld in het door het Internationaal Monetair Fonds Pagina 2 van 10

3 (IMF) opgestelde Balance of Payments Manual. De reden voor een internationale handleiding voor het opstellen van de betalingsbalans, is dat de balansen van verschillende landen vergeleken moeten kunnen worden. Dit moet omdat de Europese Centrale Bank (ECB) ook een betalingsbalans voor de Europese Monetaire Unie (EMU) opstelt. De Nationale Bank van België moet zich niet alleen aan de regels van het IMF houden maar de Belgische wetgeving heeft ook nog het Wettelijk Kader waarbinnen de betalingsbalans opgesteld moet worden. Wanneer alle gegevens zijn verzameld, wordt de betalingsbalans opgesteld (dit gebeurd elke drie maanden). Hierna worden de gegevens samengevoegd met de gegevens van andere landen van de Europese Economische en Monetaire Unie, en worden de betalingsbalansstatistieken samen met andere economische indicatoren door de ECB (Europese Centrale Bank) gebruikt voor het uitstippelen van de monetaire politiek. 3. Welke deelrekeningen zijn er onder te verdelen? Er zijn ontzettend veel redenen te bedenken waarom er dagelijks geld het land in- en uitstroomt. Om ondanks al die verschillende redenen toch een overzichtelijk beeld te vormen, is het noodzakelijk een zekere structuur aan de betalingsbalans aan te brengen. Om die reden is de betalingsbalans opgedeeld in deelrekeningen, ofwel deelbalansen. Ten eerste wordt er een onderscheid gemaakt tussen de lopende- en de financiële rekening. De lopende rekening is het deel van de betalingsbalans dat betrekking heeft op de transacties die bijdragen tot de vorming van het nationaal inkomen en de besteding hiervan. De financiële rekening geeft de wijzigingen in de structuur weer van tegoeden en verplichtingen van onze economie tegenover het buitenland. De lopende rekening wordt weer onderverdeel in de goederenrekening, dienstenrekening, (primaire) inkomensrekening en de (inkomens) overdrachten- of transfertenrekening. Deze lopende rekening bestaat dus uit zowel het goederenverkeer, dat letterlijk zichtbaar is en het zogenaamde onzichtbare verkeer (de laatste drie). - De goederenrekening, (handelsbalans) Hierop zie je de uitgaven en inkomsten die te maken hebben met de import en export van goederen. De export van bijvoorbeeld Nederlandse zuivelproducten, bloemen, machines, en de import van bijvoorbeeld ruwe aardolie uit Saoedi-Arabië, Japanse auto s en Amerikaanse computers - De dienstenrekening Op deze rekening vind je de bedragen die te doen hebben met verleende en ontvangen diensten. Hierbij moet gedacht worden aan toerisme, vervoer, verzekering en technische dienstverlening. Wanneer de geldinstroom van Nederland vergeleken wordt met de gelduitstroom, is bijvoorbeeld te zien dat er meer geld wordt besteed aan toerisme dan dat er binnenkomt, maar dat er wat betreft vervoer er meer geld instroomt dan uit. - De (primaire) inkomensrekening Tot deze rekening worden de ontvangen en betaalde primaire inkomens geteld. Een voorbeeld is bijvoorbeeld een man die in Nederland werkt maar in België woont, zijn productie Pagina 3 van 10

4 draagt bij tot het binnenlands inkomen, terwijl zijn inkomen een deel van het Belgisch nationaal inkomen is. (primaire inkomens: loon, huur/pacht, rente/interest, winst) - De (inkomens) overdrachten- of transfertenrekening Het gaat hier om bedragen die betaald worden aan of ontvangen worden uit het buitenland, waarvoor geen directe tegenprestatie hoeft te worden geleverd. Bovendien wordt het geld door de ontvanger gebruikt voor consumptieve doeleinden. Voorbeelden zijn bijvoorbeeld sommige vormen van ontwikkelingshulp en de lidmaatschapsbijdrage van Nederland aan de EU. Naast de lopende rekening is er ook sprake van de kapitaalrekening. Deze geeft informatie over verstrekte en verkregen kredieten. De kapitaalrekening geeft de veranderingen aan in de vorderingen (bijvoorbeeld de uitvoer van kapitaal) en de schulden (bijvoorbeeld de invoer van kapitaal) tegenover het buitenland weer, en is vervolgens onder te verdelen in de vermogensoverdrachtrekening en de financiële rekening. - Vermogensoverdrachtrekening Bij deze rekening gaat het om hetgeen dat betaald of ontvangen worden aan of uit het buitenland, waarvoor geen directe tegenprestatie voor hoeft te worde geleverd. Het als het ware geschonken geld wordt door de ontvanger gebruikt voor investeringsdoeleinden. Wanneer Nederland bijvoorbeeld een bijdrage levert aan de ontwikkelingshulp van Zambia door te helpen met de aanleg van een elektriciteitscentrale. - Financiële rekening Hier worden alle transacties tot gerekend die te maken hebben met buitenlandse beleggingen, investeringen, kredietverlening en de aflossing van een kredietverlening. Als laatst is er nog de Salderingsrekening. Hiermee wordt de verandering van de officiële reserves bedoeld, ofwel de goud- en deviezenvoorraad. 3.1 Voorbeeld van de onderverdeling in deelrekeningen 1. Lopende rekening a. Goederenrekening Hier worden alle transacties opgeschreven die te maken hebben met de import (=betalingen) en export (=ontvangsten) van (stoffelijke) goederen. b. Dienstenrekening Hier worden alle transacties opgeschreven die te maken hebben met de import (=betalingen) en export (=ontvangsten) van diensten (onstoffelijke goederen). Hieronder valt ook toerisme en transport! c. Inkomensrekening Er worden ook productiefactoren geleverd aan /gebruikt van het buitenland. Bijvoorbeeld een Nederlander die in Duitsland werkt, of een Amerikaanse onderneming die in Nederland een dochteronderneming heeft zitten. De betaling voor die productiefactoren (primaire inkomens: loon, huur/pacht, rente/interest, winst) komt op de inkomensrekening. NB. het geld gaat dus de grens over! Pagina 4 van 10

5 d. Inkomensoverdrachtenrekening Het gaat hier om bedragen die betaald worden aan of ontvangen worden uit het buitenland, waarvoor geen directe tegenprestatie hoeft te worden geleverd. Bovendien wordt het geld door de ontvanger gebruikt voor consumptieve doeleinden. Bijvoorbeeld: sommige vormen van ontwikkelingshulp of de lidmaatschapsbijdrage van Nl. aan de EU. 2. Kapitaalrekening e. Vermogensoverdrachtenrekening Het gaat hier om bedragen die betaald worden aan of ontvangen worden uit het buitenland, waarvoor geen directe tegenprestatie hoeft te worden geleverd. Bovendien wordt het geld door de ontvanger gebruikt voor investeringsdoeleinden. Bijvoorbeeld: bijdrage van Nederland (ontwikkelingshulp) bij de aanleg van een elektriciteitscentrale in Zambia.. f. Financiële rekening Alle transacties die te maken hebben met buitenlandse investeringen, beleggingen, kredietverlening en aflossingen van kredietverlening. (LET OP: rentebetalingen van krediet komen op de inkomensrekening). Salderingsrekening Het zal zelden zo zijn dat in een jaar de betalingen en de ontvangsten aan elkaar gelijk zijn. Het bedrag dat per saldo aan het buitenland betaald wordt (dan wel: van het buitenland ontvangen wordt) komt op de salderingsrekening. Dankzij de salderingsrekening zal de totale betalingsbalans in evenwicht zijn (betalingen=ontvangsten) 4. Wanneer is er sprake van evenwicht? 4.1 Wat is materieel betalingsevenwicht? Het saldo van de lopende rekening en de kapitaalrekening samengenomen, geeft het saldo van de betalingsbalans. Wanneer dit saldo nul is, en de totale betalingen aan het buitenland in een bepaalde periode gelijk zijn aan de totale ontvangsten uit het buitenland, is er sprake van materieel betalingsevenwicht. Als een land een materieel tekort heeft, verdiend dat land in die bepaalde periode minder geld in het buitenland dan dat het moet betalen (aan het buitenland). Een land kan niet voor altijd een tekort op de betalingsbalans hebben, omdat na een tijd de voorraad vreemd geld op raakt. Dat vreemde geld is nodig omdat betalingen aan het buitenland weinig gebeuren in de eigen valuta, en het land in dat geval moet beschikken over een voorraad buitenlands geld. Dat buitenlands geld kan in de vorm dollars zijn, maar ook in de valuta van het desbetreffende land. Wanneer er een materieel tekort is, heet de betalingsbalans passief, hij wordt actief genoemd indien er een materieel overschot is. Er is sprake van materieel evenwicht als er per saldo geen toe- of afvloeiing plaats vindt van (goud- of) deviezen. De vraag naar buitenlandse valuta is dan ook (min of meer) gelijk naar eigenvaluta en het is een situatie waarbij de wisselkoers op peil blijft. Pagina 5 van 10

6 4.2 Wat is formeel betalingsevenwicht? Formeel gezien is er altijd een betalingsevenwicht. De reden hiervoor is dat een verschil tussen ontvangsten en betalingen op de salderingsrekening wordt geboekt. Een land heeft een tekort op de betalingsbalans figuur 1 We zien dat het land 550 (mld. euro) ontvangt en 600 moet betalen. Er heerst dus een tekort van 50 mld. Door (aan de ontvangstenkant) op de salderingsrekening dit tekort op te nemen met de omschrijving "afvloeiing van deviezen komt de totale betalingsbalans weer in formeel evenwicht. Een land heeft een overschot op de betalingsbalans figuur 2 We zien dat het land 750 (mld. euro) ontvangt en 550 moet betalen. Het land heeft dus een overschot van 200 mld. Door (aan de betalingenkant) op de salderingsrekening dit overschot op te nemen met de omschrijving toevloeiing van deviezen komt de totale betalingsbalans weer in formeel evenwicht. 4.3 Wat is fundamenteel betalingsevenwicht? Het fundamenteel betalingsevenwicht wordt ook wel Basic Balance (beginsaldo) genoemd. Een deel van de geldstromen van de financiële rekening, waaronder de buitenlandse beleggingen, investeringen en kredieten vallen, hebben als het ware een zogenaamd speculatief karakter. Dat wil zeggen dat er bijvoorbeeld wordt gehandeld op basis van verwachtingen, ofwel gokken. Deze kapitaalstromen hebben een erg wisselvallig karakter, het is niet zeker dat ze blijven zoals het op een bepaald moment is, en kan om die reden een verkeerd beeld schetsen van de situatie. Hieronder een klein voorbeeldje met land x. De balans heeft een materieel overschot. Dit lijkt de conclusie te rechtvaardigen dat het land in deze periode meer verdient aan het buitenland, dan zij betalen aan het buitenland. Wanneer de korte (sterk wisselende) kapitaalstromen worden weggelaten, zien we dat het land een (fundamenteel) tekort heeft: = -50. In werkelijkheid is de positie van dit land ten opzichte van het buitenland dus helemaal niet zo sterk! 5. Wat zijn de gevolgen en oorzaken van een onevenwichtige betalingsbalans? 5.1 Wat zijn de oorzaken? Aan een onevenwichtige betalingsbalans kunnen verschillende oorzaken ten grondslag liggen. Het kan bijvoorbeeld gebeuren dat een ongunstige internationale economische toestand zich over verschillende Pagina 6 van 10

7 landen verspreid via de (internationale) handel. Wanneer het nationaal inkomen van land x daalt, zal die minder importeren uit land a en b. Land a en b exporteren dus minder en uiteindelijk zal hun productie dalen. Het nationaal inkomen van beide landen neemt op hun beurt ook af en op die manier beïnvloed dat nog weer andere landen waar de landen a en b handel mee voerden. Het omgekeerde kan juist ook gebeuren. Indien het nationaal inkomen van land x enorm stijgt zou het zo kunnen zijn dat ze besluiten meer te importeren uit de landen a en b. Zij zouden de productie op kunnen voeren en omdat het nationaal inkomen toeneemt zullen zij ook meer kunnen importeren en of exporteren. De betalingsbalans kan tevens uit evenwicht gebracht worden doordat de economische verhoudingen tot het buitenland gewijzigd worden, door bijvoorbeeld bepaalde ontdekkingen (olie), uitvindingen en dergelijke. Daarnaast kan het natuurlijk om oorzaken van toevallige aard gaan. Bepaalde dingen hebben mensen over het algemeen niet in de hand of is meer toevallig dan regelmaat en gewoonte, zoals oorlog, olieboycot en klimatologische veranderingen. 5.2 Wat zijn de gevolgen? - Een overschot op de betalingsbalans. De goud- en deviezenvoorraad zou toenemen wanneer de export groter is dan de import en de andere deelrekeningen in evenwicht zouden blijven. Het gevolg is dat de binnenlandse geldhoeveelheid groter wordt, wat op zijn beurt inflatie veroorzaken kan. - Een tekort op de betalingsbalans. Wanneer de import groter is dan de export terwijl de andere deelrekeningen in evenwicht zouden blijven, zouden onder andere de monetaire reserves afnemen. Het kan zelfs zo zijn dat leningen in het buitenland noodzakelijk worden en dat het vertrouwen in het economische beleid van het land minder wordt. Er komt meer druk te staan op de munt, wat op zich weer zou kunnen leiden tot de verhoging van het rentepeil. Het wordt minder interessant voor bedrijven en dergelijke om te investeren, waardoor de (vrije) concurrentie verzwakt en als het ware verhinderd wordt. Alles bij elkaar opgeteld kan ervoor zorgt dat de werkeloosheid toeneemt. 5.3 Hoe is het op te lossen? Zodra een land een tekort heeft kan het uit verschillende methodes kiezen om dit op te lossen, een methode om dit op te lossen is bijvoorbeeld een krap begrotingsbeleid. Andere methoden zijn de krapgeldpolitiek en een verlaging van de wisselkoers. - Krap begrotingsbeleid Om de bestedingen van de mensen en bedrijven af te laten nemen, kan de overheid besluiten om de belastingen te verhogen, wat op zijn beurt weer leidt tot verlaging van de import. De overheid kan daarnaast ook kiezen voor het verminderen van eigen bestedingen. - Krapgeldpolitiek Een andere oplossing voor het tekort op de betalingsbalans van het land is het voeren van krapgeldpolitiek. De (Centrale) Bank verhoogt dan de korte rente, waardoor het rood staan en andere vormen van (kortlopende) kredieten duurder worden. Pagina 7 van 10

8 - Verlaging van de wisselkoers Ook met behulp van het wisselkoersbeleid kan het uitvoertekort worden aangepakt. De export wordt bevorderd door de daling van de wisselkoers en exportproducten worden hierdoor goedkoper voor het buitenland.de koersdaling zorgt gelijk voor hogere invoerprijzen. Deze koersdaling heeft een remmende invloed op de invoer. De verhouding tussen het gemiddelde prijspeil van de uitvoer en de invoer wordt dus beïnvloed door een koersdaling, deze zorgt namelijk voor een verslechtering van de ruilvoet. 6. Hoe heeft de betalingsbalans invloed op de wisselkoers? 6.1 Wat zijn wisselkoersen? De wisselkoers is de ruilverhouding (de waarde) van een munt ten opzichte van buitenlands geld. Het is de prijs van een eenheid vreemde valuta, uitgedrukt in de nationale valuta. Een euro zou bijvoorbeeld fl 2,20731 kosten, en een wisselkoers van US$1,16 voor 1 euro betekent dat 1.16 Amerikaanse dollars evenveel waard zijn als één euro. Toch is het heel vaak niet mogelijk om tegen die koers te wisselen. Dat komt, doordat makelaars en banken een commissie rekenen voor het bij elkaar brengen van kopers en verkopers. Een voorbeeld is dat een bank dollars kopen tegen 1,10 euro, maar te verkopen tegen 1,20 euro. Er zijn veel wisselkoersen tussen verschillende valuta die vrij zijn, wat wil zeggen dat de (relatieve) waarde telkens kan fluctueren (zelfs van minuut tot minuut) door economische handelingen wereldwijd. Bepaalde wisselkoersen worden door overheden gegarandeerd, waardoor ze niet kúnnen variëren. Landen met een minder sterke economische situatie, die graag internationale handel willen drijven, besluiten een vaste wisselkoers te garanderen met de Amerikaanse dollar. 6.2 Wat heeft de betalingsbalans met de wisselkoers te maken? Door vraag een aanbod op de valutamarkt, komt de wisselkoers tot stand. De vragers zijn in dit geval de buitenlandse partijen die de valuta nodig hebben om in dat betreffende land te kunnen investeren, beleggen of om iets te kunnen kopen. Op de betalingsbalans is aan de ontvangst kant te zien hoeveel er gevraagd wordt (en ook met welk doel). Aanbieders op de valutamarkt zijn de binnenlandse partijen die iets in het buitenland willen investeren, beleggen, kopen of iets dergelijks en hun eigen munt willen omruilen (ofwel aanbieden) voor de vreemde valuta s die ze nodig hebben. Aan de betalingskant van de betalingsbalans, is terug te vinden hoeveel er aangeboden wordt en met welk doel dit gebeurd. Om de verhouding tussen de betalingsbalans (de vraag en het aanbod van een munt) en de wisselkoers van een munt te laten zien, staat hieronder een voorbeeld met de Japanse Yen van land x. Land x heeft een tekort op de betalingsbalans, er zijn in die bepaalde periode meer betalingen geweest aan het buitenland dan ontvangsten uit het buitenland. Dat wil zeggen dat er meer partijen in land x de Yen hebben aangeboden in ruil voor de nodige dollars en dergelijke, dan dat er buitenlanders naar de Yen vragen. Pagina 8 van 10

9 Er is een groter aanbod (400) naar de Yen dan de vraag ernaar (300). De prijs (wisselkoers) zal dalen. Land x heeft hier een overschot op de betalingsbalans, er zijn in een bepaalde periode meer ontvangsten uit het buitenland (dwz. Buitenlanders die de Yen vragen) dan dat er betalingen zijn geweest aan het buitenland (partijen uit land x die de Yen aanbieden in ruil voor onder andere dollars en euro s. Er is in dit geval meer vraag (600) naar de Yen, dan dat er aangeboden wordt (slechts 400), wat resulteert in een stijging van de (prijs) wisselkoers. 7. Samenvatting De betalingsbalans geeft een overzicht van alle in geld uitgedrukt transacties die ingezetenen van een land hebben verricht met het buitenland in een jaar. Aan de hand van de aard van de transacties worden zij verdeeld in een aantal deelrekeningen. Goederentransacties worden vermeld op de goederenrekening, internationale dienstverlening op de dienstenrekening. Betaalde en ontvangen rente, winst en dividend komen op de inkomensrekening. Ontvangen en betaalde inkomens waar geen tegenprestaties tegenover staan (zoals contributies aan de Europese Unie) op de inkomensoverdrachtenrekening. De vier bovengenoemde rekeningen samen noemt men de lopende rekening van de betalingsbalans. Daarnaast zijn er ook kapitaaltransacties, zoals aan het buitenland verstrekte leningen en beleggingen van buitenlanders in Nederlandse waardepapieren (aandelen, obligaties). Zulke transacties worden geboekt op de financiële rekening. De derde hoofdrekening van de betalingsbalans is de vermogensoverdrachtenrekening. Voorbeelden van transacties die we op deze rekening vinden: schenkingen van kapitaalgoederen in het kader van ontwikkelingssamenwerking en kwijtschelding van schulden van ontwikkelingslanden. Als de lopende rekening, de vermogensoverdrachtenrekening en (bepaalde delen van) de financiële samen een negatief saldo vertonen (meer uitgaven aan het buitenland dan ontvangsten) spreken we van een betalingsbalanstekort. Het negatieve saldo leidt dan op zijn beurt tot een daling van onze deviezenvoorraad (vreemde valuta's). Een betalingsbalansoverschot doet de deviezenvoorraad toenemen. Van materieel betalingsbalansevenwicht is sprake van als per saldo geen toe- of afvloeiing plaats vindt van (goud- of) deviezen. De vraag naar buitenlandse valuta is dan ook (min of meer) gelijk naar eigenvaluta. Wanneer een dergelijke situatie, waar de wisselkoers op peil blijft, zich kan handhaven zonder ingrijpen van de monetaire autoriteiten, dan kan men echt spreken van een betalingsbalansevenwicht. Er is sprake van fundamenteel evenwicht (Basic Balance) als het saldo van de lopende rekening gecompenseerd wordt door het (tegengestelde) saldo van het structurele kapitaalverkeer. Daarnaast kent men nog het begrip formeel evenwicht, wat betekent dat via salderingsposten de beide zijden van de betalingsbalans dezelfde totaaltelling heeft. Een opgestelde betalingsbalans is dus formeel altijd in evenwicht. De wisselkoers is de ruilverhouding of waarde van een munt ten opzichte van buitenlands geld. Het is de Pagina 9 van 10

10 prijs van een eenheid vreemde valuta uitgedrukt in de nationale valuta. Veranderingen in de koers van een valuta worden veroorzaakt door veranderingen in vraag en/of aanbod van die valuta. Wanneer er een tekort op de betalingsbalans is voor een bepaald land in een bepaalde periode, daalt de wisselkoers. Is er een overschot op de betalingsbalans voor een bepaald land in een bepaalde periode, dan stijgt de wisselkoers. Het belang van het kennen van de betalingsbalans, is dat de ECB de betalingsbalansen van de landen samen met andere economische indicatoren gebruikt voor het uitstippelen van de monetaire politiek. Het laat zien hoe een land als het ware bezig is met de internationale handel, in verband met schulden en dergelijke. 9. Bronnen 1. De Betalingsbalans ( 2. Begrippenlijst Internationale Economische betrekkingen ( 3. De Betalingsbalans ( 4. De Betalingsbalans, economie 1 tekst 1 ( 5. Wisselkoersen ( 6. De Betalingsbalans ( Pagina 10 van 10

Praktische opdracht Engels De Betalingsbalans

Praktische opdracht Engels De Betalingsbalans Praktische opdracht Engels De Betalingsbalans Praktische-opdracht door een scholier 3615 woorden 27 juni 2004 6,4 17 keer beoordeeld Vak Engels 1. Inhoudsopgave 2. Inleiding 3. Wat is de betalingsbalans

Nadere informatie

Handel (tastbare goederen) 61 35 + 26 Diensten (transport, toerisme, ) 5 4 + 1 Primaire inkomens (rente, dividend, ) 11 3 + 8

Handel (tastbare goederen) 61 35 + 26 Diensten (transport, toerisme, ) 5 4 + 1 Primaire inkomens (rente, dividend, ) 11 3 + 8 betalingsbalans Zweden behoort tot de EU maar (nog) niet tot de EMU. Dat maakt Zweden een leuk land voor opgaven over wisselkoersen, waarbij een vrij zwevende kroon overgaat naar een kroon met een vaste

Nadere informatie

Begrippenlijst Economie Internationale Handel

Begrippenlijst Economie Internationale Handel Begrippenlijst Economie Internationale Handel Begrippenlijst door een scholier 1948 woorden 10 maart 2004 6,4 29 keer beoordeeld Vak Economie Hoofdstuk 1, Nederland Handelsland arbeidsproductiviteit De

Nadere informatie

Valutamarkt. De euro op koers. Havo Economie 2010-2011 VERS

Valutamarkt. De euro op koers. Havo Economie 2010-2011 VERS Valutamarkt De euro op koers Havo Economie 2010-2011 VERS 2 Hoofdstuk 1 : Inleiding Opdracht 1 a. Dirham b. Internet c. Duitsland - Ierland - Nederland - Griekenland - Finland - Luxemburg - Oostenrijk

Nadere informatie

= de ruilverhouding tussen 2 munten De wisselkoers is de prijs van een buitenlandse valuta uitgedrukt in de valuta van het eigen land.

= de ruilverhouding tussen 2 munten De wisselkoers is de prijs van een buitenlandse valuta uitgedrukt in de valuta van het eigen land. 1 De wisselmarkt 1.1 Begrip Wisselkoers = de ruilverhouding tussen 2 munten De wisselkoers is de prijs van een buitenlandse valuta uitgedrukt in de valuta van het eigen land. bv: prijs van 1 USD = 0,7

Nadere informatie

Samenvatting Economie Internationale Handel

Samenvatting Economie Internationale Handel Samenvatting Economie Internationale Handel Samenvatting door een scholier 1611 woorden 9 september 2001 6,5 169 keer beoordeeld Vak Economie Economie Internationale Handel Hoofdstuk 1 Nederland is erg

Nadere informatie

1. natuurlijke omstandigheden. 2. loonkosten. 3. infrastructuur

1. natuurlijke omstandigheden. 2. loonkosten. 3. infrastructuur Samenvatting door een scholier 1067 woorden 13 juli 2001 4 44 keer beoordeeld Vak Economie Samenvatting:Internationale Handel Hoofdstuk 1: ****Nederland Handelsland**** 1.1 Export/Import: de waarde van

Nadere informatie

Samenvatting Economie Lesbrief Internationale handel

Samenvatting Economie Lesbrief Internationale handel Samenvatting Economie Lesbrief Internationale handel Samenvatting door een scholier 1819 woorden 4 mei 2004 8,2 97 keer beoordeeld Vak Economie INTERNATIONALE HANDEL COMPLETE SAMENVATTING: H 1 T/M 3 Hoofdstuk

Nadere informatie

Samenvatting Economie Internationale Handel

Samenvatting Economie Internationale Handel Samenvatting Economie Internationale Handel Samenvatting door een scholier 2653 woorden 21 januari 2002 7 392 keer beoordeeld Vak Economie Internationale handel Hoofdstuk 1 Nederland Handelsland Er is

Nadere informatie

EUROPESE SAMENWERKING

EUROPESE SAMENWERKING ECONOMIE EUROPESE SAMENWERKING HOOFDSTUK 1: HET BUITENLAND 1.1 OVER DE GRENS Bij uitvoer oefent het buitenland vraag uit naar Nederlandse producten. Tegenover goederen- en dienstenstromen staan geldstromen.

Nadere informatie

SPD Bedrijfsadministratie. Correctiemodel ALGEMENE ECONOMIE WOENSDAG 9 MAART UUR

SPD Bedrijfsadministratie. Correctiemodel ALGEMENE ECONOMIE WOENSDAG 9 MAART UUR SPD Bedrijfsadministratie Correctiemodel ALGEMENE ECONOMIE WOENSDAG 9 MAART 2016 08.45-10.15 UUR SPD Bedrijfsadministratie Algemene economie Woensdag 9 maart 2016 B / 9 2015 NGO-ENS B / 9 Opgave 1 (21

Nadere informatie

Samenvatting Economie Hoofdstuk 9 en 10

Samenvatting Economie Hoofdstuk 9 en 10 Samenvatting Economie Hoofdstuk 9 en 10 Samenvatting door een scholier 2188 woorden 14 februari 2016 8,6 15 keer beoordeeld Vak Methode Economie Pincode Hoofdstuk 9: Schommelingen in de economie 9.1 Schommelingen

Nadere informatie

Hoofdstuk 5: Internationale betrekkingen

Hoofdstuk 5: Internationale betrekkingen Hoofdstuk 5: Internationale betrekkingen Economie VWO 2011/2012 www.lyceo.nl H5: Internationale betrekkingen Economie 1. Inkomen 2. Consument 3. Producenten 4. Markt en Overheid 5. Internationale betrekkingen

Nadere informatie

Samenvatting Economie Internationale handel

Samenvatting Economie Internationale handel Samenvatting Economie Internationale handel Samenvatting door een scholier 1484 woorden 7 oktober 2003 5,5 44 keer beoordeeld Vak Economie Lesbrief Internationale handel HS 1 Nederland handelsland Par.

Nadere informatie

Samenvatting Economie Hst. 4 Het Buitenland

Samenvatting Economie Hst. 4 Het Buitenland Samenvatting Economie Hst. 4 Het Buitenland Samenvatting door een scholier 1280 woorden 21 juli 2009 8 1 keer beoordeeld Vak Economie ECONOMIE Hst. 4 HET BUITENLAND Je moet iets weten over de verschillende

Nadere informatie

Correctiemodel. SPD Bedrijfsadministratie ALGEMENE ECONOMIE WOENSDAG 16 DECEMBER UUR. Belangrijke informatie

Correctiemodel. SPD Bedrijfsadministratie ALGEMENE ECONOMIE WOENSDAG 16 DECEMBER UUR. Belangrijke informatie SPD Bedrijfsadministratie Correctiemodel ALGEMENE ECONOMIE WOENSDAG 16 DECEMBER 2015 15.15-16.45 UUR Belangrijke informatie SPD Bedrijfsadministratie Algemene economie B / 10 2015 NGO-ENS B / 10 Opgave

Nadere informatie

Deze examenopgave bestaat uit 9 pagina s, inclusief het voorblad. Dit examen bestaat uit 5 opgaven en omvat 20 vragen.

Deze examenopgave bestaat uit 9 pagina s, inclusief het voorblad. Dit examen bestaat uit 5 opgaven en omvat 20 vragen. SPD Bedrijfsadministratie Examenopgave ALGEMENE ECONOMIE WOENSDAG 16 DECEMBER 2015 15.15-16.45 UUR Belangrijke informatie Deze examenopgave bestaat uit 9 pagina s, inclusief het voorblad. Dit examen bestaat

Nadere informatie

Samenvatting Economie Module 4 Nederland en buitenland

Samenvatting Economie Module 4 Nederland en buitenland Samenvatting Economie Module 4 Nederland en buitenland Samenvatting door een scholier 2095 woorden 5 oktober 2004 6,5 27 keer beoordeeld Vak Economie Samenvatting Economie De welvaart neemt toe door internationale

Nadere informatie

Eindexamen economie 1-2 havo 2000-II

Eindexamen economie 1-2 havo 2000-II 4 Antwoordmodel Opgave voorbeeld van een juiste berekening: 84.760.000 4 = 2.080 uur 63.000 2 voorbeeld van een juist antwoord: Een antwoord waaruit blijkt dat uitzendkrachten in deeltijd werken. 3 voorbeelden

Nadere informatie

DE BETALINGSBALANS. t komens uit. belegging en

DE BETALINGSBALANS. t komens uit. belegging en Betalingsbalans - 1 van 12 DE BETALINGSBALANS BETALINGSBALANS VAN BELGIË Lopend verkeer Totaal Goederen en diensten Inkomens Lopende overdrach Totaal Goederen Diensten Totaal t Arbeidsin Inkomens komens

Nadere informatie

6,3 ECONOMIE. Samenvatting door een scholier 4680 woorden 25 januari keer beoordeeld. Lesbrief Globalisering INFLATIE

6,3 ECONOMIE. Samenvatting door een scholier 4680 woorden 25 januari keer beoordeeld. Lesbrief Globalisering INFLATIE Samenvatting door een scholier 4680 woorden 25 januari 2011 6,3 17 keer beoordeeld Vak Economie ECONOMIE Lesbrief Globalisering INFLATIE Soort Oorzaken OPLOSSINGEN Vraag Bestedingsinflatie Door de oplevende

Nadere informatie

wisselkoers Euro in Amerikaanse dollar 1,3644 Hoeveel dollar is 590?

wisselkoers Euro in Amerikaanse dollar 1,3644 Hoeveel dollar is 590? wisselkoers Euro in Amerikaanse dollar 1,3644 Hoeveel dollar is 590? 1,3644 * 590 = $805 2300 is dan 1,3644 * 2300 =$3138,12 Hoeveel euro is $789? 1,3644 dollar = 1 euro $789 / 1,3644 =578,28 euro Bereken

Nadere informatie

Een artikel van E.E. Matos-Pereira, econoom bij de afdeling Economisch Beleid.

Een artikel van E.E. Matos-Pereira, econoom bij de afdeling Economisch Beleid. DE BETALINGSBALANS VAN ARUBA IN 2003 Een artikel van E.E. Matos-Pereira, econoom bij de afdeling Economisch Beleid. 1. Inleiding De Arubaanse betalingsbalans geeft weer de economische transacties van Aruba

Nadere informatie

Samenvatting Economie Hoofdstuk 8 Over de grens?

Samenvatting Economie Hoofdstuk 8 Over de grens? Samenvatting Economie Hoofdstuk 8 Over de grens? 8.1 Waarom handel met het buitenland? Importeren = het kopen van goederen en diensten uit het buitenland. Waarom? -Goedkoper of van betere kwaliteit -Bepaalde

Nadere informatie

Lesbrief Buitenland 2

Lesbrief Buitenland 2 Lesbrief Buitenland 2 Hoofdstuk 1 Internationale handel 1.1 Uitvoer en invoer Invoervolume ( = importvolume): Uitvoervolume (= exportvolume): de hoeveelheid goederen en / of diensten gekocht uit het buitenland

Nadere informatie

Lever ook het kladpapier na afloop van het examen in bij de toezichthouder. Dit wordt vernietigd en niet meegenomen in de beoordeling.

Lever ook het kladpapier na afloop van het examen in bij de toezichthouder. Dit wordt vernietigd en niet meegenomen in de beoordeling. SPD Bedrijfsadministratie Examenopgave ALGEMENE ECONOMIE WOENSDAG 9 MAART 2016 08.45-10.15 UUR Belangrijke informatie Deze examenopgave bestaat uit 8 pagina s, inclusief het voorblad. Controleer of alle

Nadere informatie

SPD Bedrijfsadministratie. Correctiemodel ALGEMENE ECONOMIE 22 JUNI UUR UUR

SPD Bedrijfsadministratie. Correctiemodel ALGEMENE ECONOMIE 22 JUNI UUR UUR SPD Bedrijfsadministratie Correctiemodel ALGEMENE ECONOMIE 22 JUNI 2015 14.45 UUR 16.15 UUR SPD Bedrijfsadministratie Algemene Economie 22 juni 2015 B / 11 2015 NGO - ENS B / 11 Opgave 1 (21 punten) Vraag

Nadere informatie

Samenvatting Economie Toetsweek 2

Samenvatting Economie Toetsweek 2 Samenvatting Economie Toetsweek 2 Samenvatting door E. 1301 woorden 3 december 2016 10 1 keer beoordeeld Vak Economie VERKOOPWAARDE 2000 INKOOPWAARDE: (INTERMEDIAIR VERBRUIK) GRONDSTOFFEN 1100 DIENSTEN

Nadere informatie

Samenvatting Economie Internationale Handel

Samenvatting Economie Internationale Handel Samenvatting Economie Internationale Handel Samenvatting door een scholier 3059 woorden 10 juni 2004 6,4 124 keer beoordeeld Vak Economie 1.1 Introductie Bij export en import praten we over de waarde van

Nadere informatie

Innovatie, modernisering, goede scholing - een land levert dan goede kwaliteit. Afnemers; goede verhouding prijs en kwaliteit

Innovatie, modernisering, goede scholing - een land levert dan goede kwaliteit. Afnemers; goede verhouding prijs en kwaliteit Samenvatting door een scholier 1633 woorden 8 juni 2007 6,5 4 keer beoordeeld Vak Economie Economie Internationale Handel. Hoofdstuk 1 Nederland handelsland. Nederland afhankelijk van handel omdat het

Nadere informatie

Module 16: docentenhandleiding. Experimenteel lesprogramma nieuwe economie

Module 16: docentenhandleiding. Experimenteel lesprogramma nieuwe economie Module 16: docentenhandleiding Experimenteel lesprogramma nieuwe economie Verantwoording 2010 Stichting leerplanontwikkeling (SLO), Enschede Het auteursrecht op de modules voor Economie berust bij SLO.

Nadere informatie

Statistisch Magazine Internationale economische ontwikkelingen in de periode 2010 tot en met 2012

Statistisch Magazine Internationale economische ontwikkelingen in de periode 2010 tot en met 2012 Internationale economische ontwikkelingen in de periode 2010 tot en met 2012 Inleiding Lorette Ford De economische ontwikkeling van een land kan door middel van drie belangrijke economische indicatoren

Nadere informatie

Hoofdstuk 1: Waar produceren

Hoofdstuk 1: Waar produceren Hoofdstuk 1: Waar produceren Open economie - Een land handeld veel met het buitenland, importeert & exporteert veel Er is meer keuze aan goederen of diensten dan in een gesloten economie Concurrentiepositie

Nadere informatie

Als de lonen dalen, dalen de loonkosten voor de producent. Hetgeen kan betekenen dat de producent niet overgaat tot mechanisatie/automatisering.

Als de lonen dalen, dalen de loonkosten voor de producent. Hetgeen kan betekenen dat de producent niet overgaat tot mechanisatie/automatisering. Top 100 vragen. De antwoorden! 1 Als de lonen stijgen, stijgen de productiekosten. De producent rekent de hogere productiekosten door in de eindprijs. Daardoor daalt de vraag naar producten. De productie

Nadere informatie

Loonkosten per product omhoog - Prijzen omhoog - Internationale concurrentiepositie omlaag

Loonkosten per product omhoog - Prijzen omhoog - Internationale concurrentiepositie omlaag Samenvatting Economie Europa Samenvatting door S. 1608 woorden 27 maart 2017 7,5 27 keer beoordeeld Vak Methode Economie LWEO Hoofdstuk 1: Waar produceren Open economie - Een land handeld veel met het

Nadere informatie

Eindexamen economie vwo II

Eindexamen economie vwo II Beoordelingsmodel Opmerking Algemene regel 3.6 is ook van toepassing als gevraagd wordt een gegeven antwoord toe te lichten, te beschrijven en dergelijke. Opgave 1 1 maximumscore 2 Voorbeelden van een

Nadere informatie

6,8. Als je de stof van 37.1 beheerst, kun je. Antwoorden door een scholier 3896 woorden 16 mei keer beoordeeld. Checklists Thema 8.

6,8. Als je de stof van 37.1 beheerst, kun je. Antwoorden door een scholier 3896 woorden 16 mei keer beoordeeld. Checklists Thema 8. Antwoorden door een scholier 3896 woorden 16 mei 2003 6,8 37 keer beoordeeld Vak Methode Economie Pincode Checklists Thema 8. Als je de stof van 37.1 beheerst, kun je 1. het verschil uitleggen tussen een

Nadere informatie

Een internationale analyse van het saldo van de lopende rekening van de betalingsbalans,

Een internationale analyse van het saldo van de lopende rekening van de betalingsbalans, Een internationale analyse van het saldo van de lopende rekening van de betalingsbalans, 2014-2015 Inleiding Lorette Ford De betalingsbalans is een overzicht van de waarde van alle transacties die in een

Nadere informatie

Toetsopgaven VWO bij de euro-editie van het Onderdeel Geld van Percent Economie voor de tweede fase

Toetsopgaven VWO bij de euro-editie van het Onderdeel Geld van Percent Economie voor de tweede fase Toetsopgaven VWO bij de euro-editie van het Onderdeel Geld van Percent Economie voor de tweede fase Opgave 1 Sinds 1 juni 1998 maakt De Nederlandsche Bank (DNB) samen met de centrale banken van andere

Nadere informatie

De groei van de wereldeconomie wordt gemeten aan de hand van de groei van de nationale productie van alle landen in de wereld

De groei van de wereldeconomie wordt gemeten aan de hand van de groei van de nationale productie van alle landen in de wereld Samenvatting door een scholier 1909 woorden 17 april 2007 4,8 30 keer beoordeeld Vak Economie Hoofdstuk 1 Import: goederen uit het buitenland kopen Export: producten aan het buitenland verkopen Uitvoersaldo:

Nadere informatie

Valutamarkt. fransetman.nl

Valutamarkt. fransetman.nl euro in dollar wisselkoers Wisselkoers (ontstaat op valutamarkt) Waarde van een munt uitgedrukt in een andere munt Waardoor kan de vraag naar en het aanbod van veranderen? De wisselkoers van de euro in

Nadere informatie

Samenvatting door een scholier 3593 woorden 4 april keer beoordeeld. Samenvatting economie Buitenland 2

Samenvatting door een scholier 3593 woorden 4 april keer beoordeeld. Samenvatting economie Buitenland 2 Samenvatting door een scholier 3593 woorden 4 april 2011 6 4 keer beoordeeld Vak Methode Economie LWEO Samenvatting economie Buitenland 2 Hoofdstuk 1 Internationale handel: - Nederland is erg afhankelijk

Nadere informatie

Slechts 1 antwoord is juist, alle andere zijn fout (en bevatten heel vaak onzin)!

Slechts 1 antwoord is juist, alle andere zijn fout (en bevatten heel vaak onzin)! Slechts 1 antwoord is juist, alle andere zijn fout (en bevatten heel vaak onzin)! Vragen aangeduid met een * toetsen in het bijzonder het inzicht en toepassingsvermogen. Deze vragenreeksen zijn vrij beschikbaar.

Nadere informatie

Opdracht 1 Macro-economie [30p]

Opdracht 1 Macro-economie [30p] Opdracht 1 Macro-economie [30p] De effectieve vraag van land Angeloziё bestaat uit de voorgenomen consumptie van de gezinnen en de voorgenomen investeringen van de bedrijven. In dit land was het Bruto

Nadere informatie

6,4. Samenvatting door een scholier 1622 woorden 13 april keer beoordeeld. Praktische economie

6,4. Samenvatting door een scholier 1622 woorden 13 april keer beoordeeld. Praktische economie Samenvatting door een scholier 1622 woorden 13 april 2004 6,4 26 keer beoordeeld Vak Methode Economie Praktische economie MODULE 5 Hoofdstuk 1 Par. 1 Door de waarde van de in-en uitvoer te delen door het

Nadere informatie

SPD Bedrijfsadministratie. Correctiemodel ALGEMENE ECONOMIE VRIJDAG 16 DECEMBER UUR

SPD Bedrijfsadministratie. Correctiemodel ALGEMENE ECONOMIE VRIJDAG 16 DECEMBER UUR SPD Bedrijfsadministratie Correctiemodel ALGEMENE ECONOMIE VRIJDAG 16 DECEMBER 2016 15.30-17.00 UUR SPD Bedrijfsadministratie Algemene economie vrijdag 16 december 2016 B / 12 2016 NGO-ENS B / 12 Opgave

Nadere informatie

Centraal Bureau voor de Statistiek Factsheet Macro-economische onevenwichtigheden

Centraal Bureau voor de Statistiek Factsheet Macro-economische onevenwichtigheden Factsheet Macro-economische onevenwichtigheden 8 december 2014 pagina 1 Inleiding De uitbraak van de kredietcrisis in 2008 en de daaropvolgende Europese schuldencrisis hebben grote macro-economische onevenwichtigheden

Nadere informatie

Centraal Bureau voor de Statistiek Factsheet Macro-economische onevenwichtigheden

Centraal Bureau voor de Statistiek Factsheet Macro-economische onevenwichtigheden Factsheet Macro-economische onevenwichtigheden 10 april 2014 pagina 1 Inleiding Door de uitbraak van de kredietcrisis in 2008 en de daaropvolgende Europese schuldencrisis is het duidelijk geworden dat

Nadere informatie

Samenvatting Economie Hoofdstuk 6

Samenvatting Economie Hoofdstuk 6 Samenvatting Economie Hoofdstuk 6 Samenvatting door een scholier 2139 woorden 16 oktober 2005 7,4 25 keer beoordeeld Vak Methode Economie Percent Paragraaf 1 Micro-economie: als we de productie door 1

Nadere informatie

Centraal Bureau voor de Statistiek Factsheet Macro-economische onevenwichtigheden

Centraal Bureau voor de Statistiek Factsheet Macro-economische onevenwichtigheden Factsheet Macro-economische onevenwichtigheden 15 juli 2014 pagina 1 Inleiding Door de uitbraak van de kredietcrisis in 2008 en de daaropvolgende Europese schuldencrisis is het duidelijk geworden dat er

Nadere informatie

6,7. Samenvatting door een scholier 2242 woorden 16 november keer beoordeeld. Economie - Percent

6,7. Samenvatting door een scholier 2242 woorden 16 november keer beoordeeld. Economie - Percent Samenvatting door een scholier 2242 woorden 16 november 2010 6,7 3 keer beoordeeld Vak Methode Economie Percent Economie - Percent H.11 moderne productie wordt gekenmerkt door arbeidsverdeling/specialisatie.

Nadere informatie

SPD Bedrijfsadministratie. Correctiemodel ALGEMENE ECONOMIE MAANDAG 27 JUNI UUR

SPD Bedrijfsadministratie. Correctiemodel ALGEMENE ECONOMIE MAANDAG 27 JUNI UUR SPD Bedrijfsadministratie Correctiemodel ALGEMENE ECONOMIE MAANDAG 27 JUNI 2016 15.30 17.00 UUR SPD Bedrijfsadministratie ALGEMENE ECONOMIE Maandag 27 juni 2016 B / 9 2016 NGO-ENS B / 9 Opgave 1 (20 punten)

Nadere informatie

Module 8 havo 5. Hoofdstuk 1 conjunctuurbeweging

Module 8 havo 5. Hoofdstuk 1 conjunctuurbeweging Module 8 havo 5 Hoofdstuk 1 conjunctuurbeweging Economische conjunctuur hoogconjunctuur Reëel binnenlands product groeit procentueel sterker dan gemiddeld. laagconjunctuur Reëel binnenlands product groeit

Nadere informatie

we noemen een munt convertibel indien deze bij banken inwisselbaar is. (bijv. de Roebel is niet convertibel; wordt door banken niet geaccepteerd).

we noemen een munt convertibel indien deze bij banken inwisselbaar is. (bijv. de Roebel is niet convertibel; wordt door banken niet geaccepteerd). Dome D Nederlandse betalgsbalans Open economie / gesloten economie: Open economie: veel handel (export en import) met het benland. (bij een open economie zijn de exportquote en importquote groot). Bijvoorbeeld

Nadere informatie

Examen HAVO en VHBO. Economie 1,2 oude en nieuwe stijl

Examen HAVO en VHBO. Economie 1,2 oude en nieuwe stijl Economie 1,2 oude en nieuwe stijl Examen HAVO en VHBO Hoger Algemeen Voortgezet Onderwijs Vooropleiding Hoger Beroeps Onderwijs HAVO Tijdvak 2 VHBO Tijdvak 3 Woensdag 21 juni 13.30 16.30 uur 20 00 Dit

Nadere informatie

Slechts 1 antwoord is juist, alle andere zijn fout (en bevatten heel vaak onzin)!

Slechts 1 antwoord is juist, alle andere zijn fout (en bevatten heel vaak onzin)! Slechts 1 antwoord is juist, alle andere zijn fout (en bevatten heel vaak onzin)! Vragen aangeduid met een * toetsen in het bijzonder het inzicht en toepassingsvermogen. Deze vragenreeksen zijn vrij beschikbaar.

Nadere informatie

Eindexamen economie 1-2 havo 2000-II

Eindexamen economie 1-2 havo 2000-II Opgave 1 Uit een krant: Uitzendbranche blijft groeien Uit cijfers van het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) blijkt dat de uitzendbranche in het eerste kwartaal van 1998 flink is gegroeid. In vergelijking

Nadere informatie

Centraal Bureau voor de Statistiek Factsheet Macro-economische onevenwichtigheden

Centraal Bureau voor de Statistiek Factsheet Macro-economische onevenwichtigheden Factsheet Macro-economische onevenwichtigheden 9 december 2013 pagina 1 Inleiding Door de uitbraak van de kredietcrisis in 2008 en de daaropvolgende Europese schuldencrisis is het duidelijk geworden dat

Nadere informatie

Eindexamen economie 1-2 vwo 2002-II

Eindexamen economie 1-2 vwo 2002-II 4 Antwoordmodel Opmerking Algemene regel 3.6 is ook van toepassing als gevraagd wordt een gegeven antwoord toe te lichten, te beschrijven en dergelijke. Opgave 1 1 0,15 Een voorbeeld van een juiste verklaring

Nadere informatie

Welvaart en groei. 1) Leg uit wat welvaart inhoudt. 1) De mate waarin mensen in hun behoefte kunnen voorzien. 2) Waarmee wordt welvaart gemeten?

Welvaart en groei. 1) Leg uit wat welvaart inhoudt. 1) De mate waarin mensen in hun behoefte kunnen voorzien. 2) Waarmee wordt welvaart gemeten? 1) Leg uit wat welvaart inhoudt. 2) Waarmee wordt welvaart gemeten? 3) Wat zijn negatief externe effecten? 4) Waarom is deze maatstaf niet goed genoeg? Licht toe. 1) De mate waarin mensen in hun behoefte

Nadere informatie

6.1. Boekverslag door N woorden 15 juni keer beoordeeld

6.1. Boekverslag door N woorden 15 juni keer beoordeeld Boekverslag door N. 3102 woorden 15 juni 2006 6.1 33 keer beoordeeld Vak Economie In dit Leerarrangement ga ik het hebben over internationaal betalen, over transacties en over de wisselkoersen. Nederland

Nadere informatie

Eindexamen economie 1 vwo 2001-II

Eindexamen economie 1 vwo 2001-II 4 Antwoordmodel Opgave Algemene regel 3.6 is ook van toepassing als gevraagd wordt een gegeven antwoord toe te lichten, te beschrijven en dergelijke. ja Uit de toelichting moet blijken dat de stijging

Nadere informatie

6,3. Samenvatting hoofdstuk 9 Een klein binnenland, een groot buitenland.

6,3. Samenvatting hoofdstuk 9 Een klein binnenland, een groot buitenland. Samenvatting door een scholier 1415 woorden 9 juni 2003 6,3 24 keer beoordeeld Vak Economie Samenvatting hoofdstuk 9 Een klein binnenland, een groot buitenland. Par 1. - Nederland afhankelijk ontwikkelingen

Nadere informatie

2) sparen -> oppotten: chartaal of giraal geld op een betaalrekening. Direct kunnen gebruiken (=liquide). Geen rendement

2) sparen -> oppotten: chartaal of giraal geld op een betaalrekening. Direct kunnen gebruiken (=liquide). Geen rendement Samenvatting door C. 1209 woorden 29 mei 2016 7,8 6 keer beoordeeld Vak Methode Economie LWEO Samenvatting Economie Monetaire Zaken H.1 Geld * Geld -> Chartaal (munten en bankbiljetten) + Giraal (geld

Nadere informatie

Internationale handel H7 1. Internationale handel. Waarom importeren: 25-2-2013. Waar komt het vandaan?

Internationale handel H7 1. Internationale handel. Waarom importeren: 25-2-2013. Waar komt het vandaan? Internationale handel H7 1 Waar komt het vandaan? Economie voor het vmbo (tot 8,35 m.) Internationale handel Importeren = invoeren (betalen) Exporteren = uitvoeren (verdienen) Waarom importeren: Meer keuze

Nadere informatie

Bruto binnenlands product

Bruto binnenlands product Bruto binnenlands product Binnenlands = nationaal Productie bedrijven Individuele goederen Omzet Inkoop van grond- en hulpstoffen - Bruto toegevoegde waarde Afschrijvingen- Netto toegevoegde waarde = Beloningen

Nadere informatie

Centraal Bureau voor de Statistiek Factsheet Macro-economische onevenwichtigheden

Centraal Bureau voor de Statistiek Factsheet Macro-economische onevenwichtigheden Factsheet Macro-economische onevenwichtigheden 13 april 2015 pagina 1 Inleiding De uitbraak van de kredietcrisis in 2008 en de daaropvolgende Europese schuldencrisis hebben grote macro-economische onevenwichtigheden

Nadere informatie

1. Lees de vragen goed door; soms geeft een enkel woordje al aan welke richting je op moet.

1. Lees de vragen goed door; soms geeft een enkel woordje al aan welke richting je op moet. AANVULLENDE SPECIFIEKE TIPS ECONOMIE VWO 2007 1. Lees de vragen goed door; soms geeft een enkel woordje al aan welke richting je op moet. : Leg uit dat loonmatiging in een open economie kan leiden tot

Nadere informatie

Vraag Antwoord Scores

Vraag Antwoord Scores Opgave 1 1 maximumscore 2 Een antwoord waaruit blijkt dat consumenten (bepaalde) aankopen naar voren halen, wanneer ze een hoge / hogere inflatie in de komende periode verwachten. 2 maximumscore 2 Een

Nadere informatie

Eindtermen VWO. Domein E. Wisselkoersen

Eindtermen VWO. Domein E. Wisselkoersen Eindterm VWO Domein E Wisselkoers Domein E Wisselkoers Eindterm 19: e valuta (van e bepaald land): De vraag naar e valuta wordt bepaald door: a) Export op de lopde reking (van de betalingsbalans) Het buitland

Nadere informatie

Begrippenlijst betalingsbalans (met antwoorden) pagina 1 van 8

Begrippenlijst betalingsbalans (met antwoorden) pagina 1 van 8 Begrippenlijst betalingsbalans (met antwoorden) pagina 1 van 8 A Betalingsbalans De betalingsbalans registreert het betalingsverkeer tussen een land en het buitenland. Dit betalingsverkeer wordt vooral

Nadere informatie

Vraag Antwoord Scores

Vraag Antwoord Scores Opmerking Algemene regel 3.6 is ook van toepassing als gevraagd wordt een gegeven antwoord toe te lichten, te beschrijven en dergelijke. Opgave Is Brazilië uitgedanst? maximumscore 2 Op oktober 205 was

Nadere informatie

bruto inkomen (per persoon)

bruto inkomen (per persoon) Opgave 1 Lorenzcurve en economische kringloop Definities: Bruto inkomen Loon/pensioen, interest, winst/dividend, huur/pacht Netto inkomen Bruto inkomen inkomstenbelasting (IB) Netto besteedbaar inkomen

Nadere informatie

Boekverslag door M woorden 21 februari keer beoordeeld

Boekverslag door M woorden 21 februari keer beoordeeld Boekverslag door M. 1345 woorden 21 februari 2012 6 34 keer beoordeeld Vak Methode Economie Percent Samenvatting economie hoofdstuk 8 en hoofdstuk 9 Paragraaf 1 Verzien in behoeften door goederen en diensten

Nadere informatie

Slechts 1 antwoord is juist, alle andere zijn fout (en bevatten heel vaak onzin)!

Slechts 1 antwoord is juist, alle andere zijn fout (en bevatten heel vaak onzin)! Slechts 1 antwoord is juist, alle andere zijn fout (en bevatten heel vaak onzin)! Vragen aangeduid met een * toetsen in het bijzonder het inzicht en toepassingsvermogen. Deze vragenreeksen zijn vrij beschikbaar.

Nadere informatie

Samenvatting Economie Hoofdstuk 6: Geld en geldtheorie

Samenvatting Economie Hoofdstuk 6: Geld en geldtheorie Samenvatting Economie Hoofdstuk 6: Geld en g Samenvatting door een scholier 1227 woorden 13 februari 2005 6,9 25 keer beoordeeld Vak Methode Economie Kern van de economie Hoofdstuk 6: Geld en g 6.1: De

Nadere informatie

Samenvatting Economie Hoofdstuk 10 Een klein binnenland, een groot buitenland

Samenvatting Economie Hoofdstuk 10 Een klein binnenland, een groot buitenland Samenvatting Economie Hoofdstuk 10 Een klein binnenland, een groot buitenland Paragraaf 1 Karakteristieken van het internationale handels- en betalingsverkeer Nederland heeft een relatief open economie.

Nadere informatie

Eindexamen economie 1-2 havo 2004-I

Eindexamen economie 1-2 havo 2004-I 4 Beoordelingsmodel Opmerking Algemene regel 3.6 is ook van toepassing als gevraagd wordt een gegeven antwoord toe te lichten, te beschrijven en dergelijke. Opgave 1 1 Een voorbeeld van een juist antwoord

Nadere informatie

De optelsom van alle bruto toegevoegde waarden die in een land gedurende een jaar zijn gemaakt, is gelijk aan het bbp.

De optelsom van alle bruto toegevoegde waarden die in een land gedurende een jaar zijn gemaakt, is gelijk aan het bbp. Boekverslag door P. 2397 woorden 24 september 2013 7.7 16 keer beoordeeld Vak Methode Economie Praktische economie Hoofdstuk 1 Paragraaf 1; Binnenlands product De macro-economie kijkt naar de optelsom

Nadere informatie

Deze examenopgave bestaat uit 8 pagina s, inclusief het voorblad. Controleer of alle pagina s aanwezig zijn.

Deze examenopgave bestaat uit 8 pagina s, inclusief het voorblad. Controleer of alle pagina s aanwezig zijn. SPD Bedrijfsadministratie Examenopgave ALGEMENE ECONOMIE 22 JUNI 2015 15:30-17:00 UUR Belangrijke informatie Deze examenopgave bestaat uit 8 pagina s, inclusief het voorblad. Controleer of alle pagina

Nadere informatie

6,1. Samenvatting door M. 884 woorden 28 december keer beoordeeld. Economie Hoofdstuk 5

6,1. Samenvatting door M. 884 woorden 28 december keer beoordeeld. Economie Hoofdstuk 5 Samenvatting door M. 884 woorden 28 december 2015 6,1 5 keer beoordeeld Vak Economie Economie Hoofdstuk 5 1 Stroomgrootheden: meten tijden een bepaalde periode sparen, lenen, inkomen etc Voorraadgrootheden:

Nadere informatie

Eindexamen economie 1-2 vwo 2003-II

Eindexamen economie 1-2 vwo 2003-II 4 Antwoordmodel Opmerking Algemene regel 3.6 is ook van toepassing als gevraagd wordt een gegeven antwoord toe te lichten, te beschrijven en dergelijke. Opgave 1 1 Een voorbeeld van een juist antwoord

Nadere informatie

Samenvatting Economie Module 6

Samenvatting Economie Module 6 Samenvatting Economie Module 6 Samenvatting door een scholier 2955 woorden 20 januari 2004 7,9 40 keer beoordeeld Vak Methode Economie Praktische economie Hoofdstuk 1 Paragraaf 1 Bankbiljetten, munten

Nadere informatie

Samenvatting Economie Hoofdstuk 17 t/m 20

Samenvatting Economie Hoofdstuk 17 t/m 20 Samenvatting Economie Hoofdstuk 17 t/m 20 Samenvatting door een scholier 3435 woorden 29 januari 2010 5,9 9 keer beoordeeld Vak Methode Economie Percent Economie H 17: inflatie. 17.1: soorten inflatie.

Nadere informatie

Examen HAVO. Economie 1

Examen HAVO. Economie 1 Economie 1 Examen HAVO Hoger Algemeen Voortgezet Onderwijs Tijdvak 2 Woensdag 21 juni 13.30 16.00 uur 20 00 Dit examen bestaat uit 31 vragen. Voor elk vraagnummer is aangegeven hoeveel punten met een goed

Nadere informatie

Vroeger: directe ruil goederen tegen goederen, nadeel: moeilijk waardeverhouding / ruilverhouding te schatten.

Vroeger: directe ruil goederen tegen goederen, nadeel: moeilijk waardeverhouding / ruilverhouding te schatten. Samenvatting door een scholier 1593 woorden 27 juni 2003 4,4 11 keer beoordeeld Vak Economie Leerstof Economie 1: Hoofdstuk 4: Vroeger: directe ruil goederen tegen goederen, nadeel: moeilijk waardeverhouding

Nadere informatie

6,7. Samenvatting door een scholier 1150 woorden 10 oktober keer beoordeeld. De productiefactoren noemen en hun beloningen onderscheiden.

6,7. Samenvatting door een scholier 1150 woorden 10 oktober keer beoordeeld. De productiefactoren noemen en hun beloningen onderscheiden. Samenvatting door een scholier 1150 woorden 10 oktober 2015 6,7 9 keer beoordeeld Vak Economie De productiefactoren noemen en hun beloningen onderscheiden. Productiefactoren: arbeid, ondernemerschap, kapitaal

Nadere informatie

Hoofdstuk 24 Valutamarkt

Hoofdstuk 24 Valutamarkt Hoofdstuk 24 Valutamarkt Open vragen 24.1 Een valutahandelaar van een bank die in dollars handelt, krijgt op een gegeven moment de volgende gegevens op zijn beeldscherm (we gaan ervan uit dat het verschil

Nadere informatie

Samenvatting Economie Hoofdstuk 1 t/m 3, Economische Integratie

Samenvatting Economie Hoofdstuk 1 t/m 3, Economische Integratie Samenvatting Economie Hoofdstuk 1 t/m 3, Economische Integratie Samenvatting door een scholier 2379 woorden 23 maart 2004 5,4 20 keer beoordeeld Vak Methode Economie LWEO Hoofdstuk 3 Economische Integratie

Nadere informatie

Om een zo duidelijk mogelijk verslag te maken, hebben we de vragen onderverdeeld in 4 categorieën.

Om een zo duidelijk mogelijk verslag te maken, hebben we de vragen onderverdeeld in 4 categorieën. Beste leerling, Dit document bevat het examenverslag voor leerlingen van het vak economie vwo, eerste tijdvak (2019). In dit examenverslag proberen we een zo goed mogelijk antwoord te geven op de volgende

Nadere informatie

oefentoets 3 e periode 0910 vier opgaven pagina 1 van 4

oefentoets 3 e periode 0910 vier opgaven pagina 1 van 4 oefentoets 3 e periode 0910 vier opgaven pagina 1 van 4 Opgave 1 valutamarkt Groot-Brittannië behoort niet tot de Economische Monetaire Unie (EMU). Het Britse pond ( ) is op de valutamarkt nog een zelfstandig

Nadere informatie

Perscommuniqué. Het Federaal Planbureau evalueert de gevolgen van de duurdere dollar en de hogere olieprijzen voor de Belgische economie

Perscommuniqué. Het Federaal Planbureau evalueert de gevolgen van de duurdere dollar en de hogere olieprijzen voor de Belgische economie Federaal Planbureau Economische analyses en vooruitzichten Perscommuniqué Brussel, 15 september 2000 Het Federaal Planbureau evalueert de gevolgen van de duurdere dollar en de hogere olieprijzen voor de

Nadere informatie

Macro-economisch scorebord 2015K4

Macro-economisch scorebord 2015K4 Macro-economisch scorebord 2015K4 Saldo lopende rekening als % bbp Netto extern vermogen als % bbp Reële effectieve wisselkoers (36 handelspartners) 3-jaars voortschrijdend gemiddelde 3-jaars mutatie in

Nadere informatie

Inleiding tot de economie Test december 2008 H17 tem H25 VERBETERING 1

Inleiding tot de economie Test december 2008 H17 tem H25 VERBETERING 1 Inleiding tot de economie Test december 2008 H17 tem H25 VERBETERING 1 Vraag 1 Bin. Munt/Buit. munt Hoeveelheid buitenlandse munt Beschouw bovenstaande grafiek met op de Y-as de hoeveelheid binnenlandse

Nadere informatie

UIT theorie Fisher

UIT theorie Fisher De econoom Fisher. Fisher was een econoom die zijn theorie over de werking van geld lang voor de depressie in de jaren 30 van vorige eeuw publiceerde (the purchasing power of money 1911). Dit was een uitbreiding

Nadere informatie

Samenvatting Economie Hoofdstuk 5, 20, 21, 22, 28 en 29

Samenvatting Economie Hoofdstuk 5, 20, 21, 22, 28 en 29 Samenvatting Economie Hoofdstuk 5, 20, 21, 22, 28 en 29 Samenvatting door een scholier 1688 woorden 8 april 2007 7 8 keer beoordeeld Vak Methode Economie Percent Hoofdstuk 5. Productie over de grenzen:

Nadere informatie