Samengevat gaat het samenwerkingsverband Voortgezet Onderwijs Zeeuws-Vlaanderen uit van:

Transcriptie

1 1 Waar gaan we voor? 1.1 Uitgangspunten, visie, doelstellingen en ambitie Het doel van de samenwerking is het realiseren van een samenhangend geheel van ondersteuningsvoorzieningen binnen en tussen alle scholen voor voortgezet onderwijs, - waaronder scholen voor praktijkonderwijs - en scholen voor voortgezet speciaal onderwijs in de regio Zeeuws-Vlaanderen. Hiermee realiseert het samenwerkingsverband een nagenoeg dekkende ondersteuningsstructuur in de regio Zeeuws-Vlaanderen. Een beperkt aantal leerlingen volgt onderwijs buiten de regio (o.a. in België, elders in Zeeland en buiten Zeeland). Deze ondersteuningsvoorzieningen leiden ertoe dat leerlingen woonachtig in de regio een ononderbroken ontwikkelingsproces kunnen doormaken en dat leerlingen die extra ondersteuning behoeven een zo passend mogelijke plaats in het onderwijs krijgen. De onderwijsorganisaties zijn daartoe bestuurlijk aangesloten bij de Stichting Samenwerkingsverband Voortgezet Onderwijs Zeeuws-Vlaanderen. Vanuit een gezamenlijke verantwoordelijkheid voor leerlingen die extra ondersteuning nodig hebben, stellen de samenwerkingspartners belangrijke vragen: Wat heeft deze leerling in deze situatie nodig, hoe gaan we dat organiseren en arrangeren, wie hebben we daarvoor nodig en hoe vinden we daarvoor de benodigde middelen. Samengevat gaat het samenwerkingsverband Voortgezet Onderwijs Zeeuws-Vlaanderen uit van: De onderwijsbehoeften van de leerling, met name van leerlingen die extra ondersteuning nodig hebben, ongeacht in welk type onderwijs deze leerlingen zitten Basisondersteuning in de klas Ontwikkeling en verhoging van de kwaliteit van deze ondersteuning Thuisnabij onderwijs (indien mogelijk) Gezamenlijke verantwoordelijkheid Het verhogen en doen toenemen van gezamenlijke expertise Eén kind, éen plan en samenwerking met de jeugdzorg en jeugdhulpverleningsinstellingen in de regio. Flexibele Arrangementen Een zo efficiënt mogelijke (organisatie-, werk- en vergader)structuur 1

2 Doelstellingen ondersteuningsplan samenwerkingsverband VO Versie: mei 2015 Relatie met meerjarenbegroting Uitgangspunt in de meerjarenbegroting is dat de baten en lasten met elkaar in evenwicht moeten zijn. De volgende afspraken liggen ten grondslag aan de nieuwe meerjarenbegroting: - Het besluit dd om LWOO te begrenzen waardoor baten en lasten in evenwicht komen - Het streven naar een deelname aan het speciaal onderwijs conform het huidige landelijke gemiddelde - De berekeningen herbesteding (bedrag nog vast te stellen). Bedragen worden in de meerjarenbegroting opgenomen voor een periode van 3 jaar conform een nog vast te stellen overeenkomst. Na die periode via de expertise in het samenwerkingsverband. Onderstaande doelen hebben relatie met bovenstaand meerjarenbeleid. Kwantitatieve doelen/streefcijfers meerjarenbeleid: Baten en lasten LWOO zijn in evenwicht (het SWV gaat uit van 481 LWOO-lln. op ) Aantal lln. VSO daalt stapsgewijs van 4,1% (nu in 2015) naar het landelijk gemiddelde van 3,15% in 2019; (zie meerjarenbegroting ). A. Kwaliteitszorg Het samenwerkingsverband slaagt erin om adequate ondersteuning te bieden aan leerlingen met een ondersteuningsvraag. De opbrengsten van het onderwijs en de ondersteuning en begeleiding voldoen aan de kwaliteitsaspecten van de inspectie (zie Toezichtkader Voortgezet Onderwijs en Toezichtkader Voortgezet Speciaal Onderwijs). Op iedere school is sprake van een heldere ondersteuningsstructuur. De basisondersteuning is op iedere school beschreven in het zgn. schoolondersteuningsprofiel (SOP). Alle schoolondersteuningsprofielen samen zorgen voor een dekkend aanbod, zodat alle leerlingen passend onderwijs ontvangen. Voor de ondersteuningstoewijzing wordt gebruik gemaakt van de (bestaande) schoolondersteuningsprofielen. Het samenwerkingsverband wil zicht houden op de ontwikkeling van de kwaliteit van de basisondersteuning op de afzonderlijke scholen. Daartoe organiseren de scholen middels een binnen het samenwerkingsverband afgestemde aanpak in de periode tot juli 2016 interne audits. De ondersteuningsstructuur van de scholen wordt daarbij op specifieke aspecten en thema s onderzocht op kwaliteit door in- en externen (bestuurders en zorgcoördinatoren). Zelfevaluaties gaan vooraf aan (uitgebreidere) interne audits. 2

3 Het bureau van het samenwerkingsverband ondersteunt het traject richting een monitor in 2016 met een voorstel voor opzet en planning van de onderzoeken/audits, evaluaties en tevredenheidsonderzoek. De periodieke evaluatie binnen de afzonderlijke scholen van de basis- en extra ondersteuning wordt besproken binnen het samenwerkingsverband (werkgroep Passend Onderwijs). Waar nodig geacht, wordt geadviseerd tot afstemming en/of bijstelling. Uit een tevredenheidsonderzoek (najaar 2015) blijkt een gemiddeld voldoende waardering van leerlingen en ouders voor de kwaliteit van de basis- en extra ondersteuning en organisatie daarvan. De ondersteuningsplanraad (OPR) wordt betrokken bij de opzet en feedback van het onderzoek. Uit een monitor in voorjaar 2016 van het samenwerkingsverband blijkt dat er op alle betrokken scholen handelingsgericht wordt gewerkt (de school volgt systematisch de vorderingen van leerlingen, bepaalt de onderwijs- en ondersteuningsbehoefte, stelt doelen gericht op de bestrijding van achterstanden en voert de ondersteuning planmatig uit). Door de methodiek van handelingsgericht werken is de specifieke onderwijsbehoefte duidelijk en kan beter een passend aanbod van ondersteuning gerealiseerd worden. Het aantal thuiszitters daalt de komende 2 jaren met een nader te bepalen percentage. B. Expertise Het samenwerkingsverband slaagt erin om extra ondersteuning dicht bij de leerling te bieden door het efficiënt benutten van alle aanwezige expertise in het netwerk. Kennis en deskundigheid worden maximaal gedeeld. Centraal staat een lerende aanpak. De binnen het samenwerkingsverband aanwezige expertise is in voorjaar 2015 in kaart gebracht en bekend bij alle aangesloten scholen. In eerste instantie vormen de sleutel- en ondersteuningsfunctionarissen van alle bij het samenwerkingsverband aangesloten scholen (functionarissen die werkzaam zijn binnen de leerlingenondersteuning) een netwerk. Door het verder ontwikkelen van de expertise op de reguliere scholen (vmbo, havo en vwo) slagen we erin om meer leerlingen op de eigen school onderwijs te kunnen laten (blijven) volgen. Meer hybride arrangementen bieden daartoe extra mogelijkheden. Door het meer planmatig werken volgens de methodiek HGW is de kans op vroegsignalering groter en wordt er meer structuur gegeven aan het werken met verschillen binnen een klas. Scholing in het kader van Passend Onderwijs wordt door het samenwerkingsverband georganiseerd, gebaseerd op een zowel breed gedragen scholingsbehoefte als noodzakelijk geachte specifieke expertise. In het zoeken naar passende ondersteuning worden ook nieuwe mogelijkheden benut waarbij bijv. leerlingen een deel van het onderwijs op een andere locatie volgt. 3

4 Bij het opstellen van het ontwikkelingsperspectief wordt, indien van toepassing, aangegeven wanneer terugkeer naar de reguliere school (vmbo, havo, vwo) mogelijk geacht wordt. Door het organiseren van intervisie, regulier overleg en werkbezoeken van zorgcoördinatoren en leden van de commissies voor begeleiding (van het voortgezet speciaal onderwijs) leren de organisaties van elkaar. C. Toewijzing Het toewijzen van extra ondersteuning kenmerkt zich binnen de (financiële) kaders van het samenwerkingsverband door zorgvuldigheid, betrokkenheid en snelheid. Doel: Leerlingen krijgen de ondersteuning die ze nodig hebben. Het ontwikkelen van een advies tot aanvraag van extra ondersteuning gebeurt zo dicht mogelijk bij de leerling (lokaal). In het adviestraject zijn alle partners (aanvragende school, ouders, leerling, deskundigen, evt. ontvangende school) al betrokken. De commissie toelaatbaarheidsverklaringen (TLV-commissie) is in een vroegtijdig stadium op de hoogte gebracht en kent een vnl. (snelle en efficiënte) procedurele toetsing. D. Financiën Het samenwerkingsverband kent een duurzame verantwoorde financiële huishouding (balans tussen uitgaven en inkomsten). Het bestuur beoordeelt periodiek (per kwartaal) of de doelstellingen gerealiseerd worden met het daarvoor beschikbare budget. Zij baseert zich daarbij op de kwartaalrapportages en op de (verplichte) verantwoordingsdocumenten (jaarverslag en jaarrekening). De coördinator stelt op basis van de meest actuele gegevens een meerjarenbegroting op. E. Doorlopende ondersteuningslijn Het samenwerkingsverband realiseert een doorlopende ondersteuningslijn. De coördinatie en organisatie van de samenwerkingsverbanden p.o. en v.o. geschiedt door één bureau. Daardoor zijn o.a. de instroom vanuit p.o. naar voortgezet speciaal onderwijs (en bijbehorende financiële consequenties), andere casussen en evt. knelpunten vroegtijdig in beeld. Er is structureel bestuurlijk overleg tussen beide samenwerkingsverbanden om zaken af te stemmen en gezamenlijk beleid te ontwikkelen. Vertegenwoordigers van het middelbaar beroepsonderwijs nemen deel aan de reguliere overleggen (bestuur en werkgroepen). 4

5 F. Jeugdzorg Er vindt (mede in uitvoerende zin) afstemming plaats tussen het samenwerkingsverband en de betreffende gemeenten inzake (de inhoudelijke afstemming van het beleid) jeugdzorg en passend onderwijs. Vertegenwoordigers van de gemeenten nemen deel aan de reguliere overleggen binnen het samenwerkingsverband (bestuur en werkgroepen). Er wordt OOGO gevoerd op basis van de regionale educatieve agenda. Doelstellingenmatrix Samenwerkingsverband VO Zeeuws-Vlaanderen <in te voegen> 2 Hoe gaan we het doen? 2.1 Organisatie van het samenwerkingsverband De Stichting Samenwerkingsverband Voortgezet Onderwijs Zeeuws-Vlaanderen is opgericht op 11 oktober 2013 en heeft haar statutaire zetel in de gemeente Terneuzen. Het stichtingsadres is Oude Vaart 1, 4537 CD te Terneuzen. Postadres is postbus 375, 4530 AJ te Terneuzen. Telefoonnummer van de Stichting is De Stichting is ingeschreven in het handelsregister van de Kamer van Koophandel onder nummer Het nummer van het samenwerkingsverband is VO De besturen hebben aanvullend op de akte van oprichting een samenwerkingsovereenkomst met elkaar gesloten en tevens is er een aansluitingsovereenkomst tussen de Stichting en de aangesloten schoolbesturen. Bij de Stichting zijn de volgende besturen aangesloten: 1. Stichting Voortgezet Onderwijs in West Zeeuwsch-Vlaanderen Nieuwstraat 50, 4501 BE Oostburg Administratienr Dit betreft het bestuur van het Zwin College in Oostburg. 2. Stichting Openbaar Voortgezet Onderwijs Zeeuws-Vlaanderen Oude Vaart 1, 4537 CD Terneuzen Administratienr Dit betreft het bestuur van de Stedelijke scholengemeenschap De Rede in Terneuzen. 3. Vereniging voor Christelijk Voortgezet Onderwijs voor Zeeuwsch-Vlaanderen Zeldenrustlaan 2, 4535 GZ Terneuzen Administratienr Dit betreft het bestuur van het Zeldenrust-Steelantcollege in Terneuzen. 4. Stichting Katholiek Voortgezet Onderwijs Hulst Zoutestraat 61A, 4561 XA Hulst Administratienr Dit betreft het bestuur van het Reynaertcollege en van de Praktijkschool Hulst, beide in Hulst. 5

6 5. Stichting De Korre Deestraat 3, 4458 AJ s -Heer Arendskerke Administratienr Dit betreft het bestuur van o.a. VSO De Wingerd in Terneuzen. 6. Stichting Respont Edisonweg 39, 4382 NV Vlissingen Administratienr Dit betreft het bestuur van o.a. VSO De Argo en van de Praktijkschool De Sprong, beide in Terneuzen. Het Bestuur van de Stichting wordt gevormd door de volgende personen (in volgorde van bovenstaande vermelding van de besturen): - Dhr. F. Neefs - Dhr. A. du Pont - Dhr. J. de Kooning - Dhr. P. de Witte - Dhr. B. Pasman - Dhr. T. Hut Voorzitter van het bestuur is dhr. P. de Witte, vice-voorzitter/secretaris is dhr. B. Pasman en penningmeester is dhr. A. du Pont. Voor de vermelde besturen geldt verplichte deelname aan het samenwerkingsverband. Behalve een bestuur, is er een Raad van Toezicht, twee werkgroepen (werkgroep Passend Onderwijs VO en werkgroep Financiën) en een ondersteuningsplanraad (OPR). Een coördinator ondersteunt het geheel beleidsmatig (ontwikkeling, advies, voorbereiding, implementatie, uitvoering). De organisatie van het samenwerkingsverband is relatief eenvoudig en licht, met een zo efficiënt mogelijke werk- en vergaderstructuur. Schematisch ziet de organisatie er als volgt uit: Functie Toezicht houden Orgaan Raad van Toezicht SWV Besturen Bestuur SWV Coördinator Ondersteuningsplanraad Beleidsuitvoering Beleidsadvisering Beleidsontwikkeling Werkgroep Passend Onderwijs Werkgroep Financiën 6

7 De Raad van Toezicht van het samenwerkingsverband telt op dit moment 5 personen: - Dhr. J. Mulder - Dhr. G. de Bruijckere - Dhr. T. van Pamelen - Dhr. P. Sebregts - Mevr. M. van de Velde De financiële administratie van het samenwerkingsverband is ondergebracht bij de Stedelijke scholengemeenschap De Rede te Terneuzen, adres Oude Vaart 1, 4537 CD. De financiële coördinatie van deze administratie is in handen van mevr. V. Poppe, Hoofd Financiën van genoemde scholengemeenschap. Coördinator van het samenwerkingsverband is mevr. A. de Rijcke,aukjederijcke@pozv.nl. Beleidsmedewerker is dhr. R. de Bruijne, ronalddebruijne@pozv.nl Het bestuur van het samenwerkingsverband maakt voor de advisering, uitwerking en uitvoering van het beleid gebruik van een tweetal werkgroepen. De Werkgroep Passend Onderwijs bestaat uit vertegenwoordigers van de deelnemende scholen: (afdelings- of adjunct)directeuren, zorgcoördinatoren, een beleidsambtenaar van de gemeente Terneuzen en het hoofd begeleiding van Scalda. De werkgroep wordt geleid door de coördinator. De Werkgroep Financiën ondersteunt in de implementatieperiode de opzet en uitwerking van het financiële beleid en bestaat uit de volgende leden: - Mevr. V. Poppe, Hoofd Financiën Stedelijke scholengemeenschap De Rede - Dhr. S. van Nispen, lid centrale directie Zeldenrust-Steelantcollege - Dhr. T. de Smet, beleidsmedewerker Financiën Stichting Respont - Mevr. A. de Rijcke, coördinator Samenwerkingsverband VO Zeeuws-Vlaanderen - Dhr. R. de Bruijne, beleidsmedewerker Samenwerkingsverbanden PO-VO Zeeuws- Vlaanderen 2.2 Overleg en besluitvorming Het bestuur en de Raad van Toezicht vergaderen zo dikwijls als nodig is voor de uitoefening van hun taken. Statutair is voor beiden een minimum aantal vergaderingen afgesproken. Het bestuur vergadert nu 9 keer per jaar. De Raad van Toezicht vergadert 5 keer per jaar. Het bestuur streeft bij haar besluitvorming naar consensus. Ieder lid van het bestuur heeft het recht tot het uitbrengen van één stem. Voor de scheiding tussen bestuur en toezicht geldt de code good governance. Voor de bestuursvergaderingen wordt structureel een bestuurlijk vertegenwoordiger van de Zeeuws-Vlaamse gemeenten uitgenodigd alsmede een bestuurlijk vertegenwoordiger van Scalda (MBO in Zeeland). Zij hebben een toehoordersrol. Onderwerpen die de gemeentelijke verantwoordelijkheid en de verantwoordelijkheid van Scalda (MBO) raken, worden geagendeerd in het overleg in het kader van de Regionale Educatieve Agenda. In dit overleg participeren eveneens alle bestuurders van het samenwerkingsverband. 7

8 2.3 Taakverdeling bestuur Het bestuur van het samenwerkingsverband heeft een interne taakverdeling afgesproken. Voorzitter van het bestuur is dhr. P. de Witte, vice-voorzitter/secretaris is dhr. B. Pasman en penningmeester is dhr. A. du Pont (penningmeester). Er is geen sprake van een dagelijks bestuur. De coördinator ondersteunt en adviseert het bestuur bij de voorbereiding, ontwikkeling, uitvoering en evaluatie. Daarnaast geeft de coördinator leiding aan de Werkgroep Passend Onderwijs en aan de Werkgroep Financiën. Tot het takenpakket van de coördinator behoren verder de organisatorische werkzaamheden, de ontwikkeling en implementatie van het beleid en profilering en vertegenwoordiging van het samenwerkingsverband in- en extern. De coördinator wordt ondersteund door een beleidsmedewerker die zorg draagt voor de uitvoering van het beleid Passend Onderwijs. De beleidsmedewerker is tevens belast met de organisatie en uitvoering van de ondersteuningstoewijzing en met de uitvoering van het bestuurderssecretariaat. 2.4 Werken in het samenwerkingsverband Functionarissen bureau samenwerkingsverband De Stichting Samenwerkingsverband Voortgezet Onderwijs Zeeuws-Vlaanderen heeft geen personeel in eigen dienst. De coördinator is gedetacheerd vanuit het Reynaertcollege. De beleidsmedewerker is in dienst van de Stichting Samenwerkingsverband Passend Primair Onderwijs Zeeuws-Vlaanderen. Kosten van werkzaamheden voor beide samenwerkingsverbanden door de beleidsmedewerker komen voor gemene rekening Inzet expertise!! Hier nog afspraken Zeeuwse Knoop opnemen!! 2.5 Medezeggenschap (Passend Onderwijs) De ondersteuningsplanraad (OPR) is geïnstalleerd op 4 februari 2014 en vergadert 3-4 X per jaar en bestaat uit: - Mevr. I. Pols (ouders De Rede), voorzitter OPR - Dhr. H. Staelens (personeel De Rede) - Mevr. R. van den Berk-Kuijpers (ouders ZSC) - Mevr. H. Houg (personeel ZSC) - Mevr. M. van de Walle (ouders SKVOH) - Dhr. K. Steenbeek (personeel SKVOH) - Mevr. M. Dieleman (ouders Zwin College) - Mevr. B. Pauwels (personeel Zwin College), secretaris OPR 8

9 - Dhr. E. Kusters (ouders Respont) - Mevr. M. Hoelen (personeel Respont) - Mevr. D. de Kwaatsteniet (ouders De Korre) - Dhr. J. Meijer (personeel De Korre) 2.6 Visie op organisatie en werkwijze in toekomst Het samenwerkingsverband heeft de intentie uitgesproken samen te willen werken met het Samenwerkingsverband Passend Primair Onderwijs Zeeuws-Vlaanderen. Beide samenwerkingsverbanden zijn beperkt van omvang. Hoewel formeel nog sprake is van twee afzonderlijke samenwerkingsverbanden, wordt waar mogelijk al nauw samengewerkt. De stichtingsbesturen erkennen het belang van een goede aansluiting tussen primair-, speciaal- en voortgezet (speciaal) onderwijs en achten daarom een goede samenwerking tussen deze onderwijstypen van groot belang. Een sterke verbinding en afstemming tussen beide Zeeuws-Vlaamse samenwerkingsverbanden passen in deze visie. Bestuurlijk blijven de beide samenwerkingsverbanden vooralsnog functioneren als apart samenwerkingsverband. Beide samenwerkingsverbanden hebben een gezamenlijke website en maken gebruik van gezamenlijke huisvesting en ondersteuning. 3 De regio in beeld 3.1 Het samenwerkingsverband in de regio De Stichting Samenwerkingsverband Voortgezet Onderwijs Zeeuws-Vlaanderen richt zich op de leerlingen woonachtig in de regio Zeeuws-Vlaanderen. De afstand van oost naar west is relatief groot, zo n 100 km. Vanuit midden-zeeland en Zuidwest-Nederland is er een goede verbinding via de Westerscheldetunnel richting België. Zeeuws-Vlaanderen telt 3 gemeenten: Terneuzen, Hulst en Sluis en ongeveer inwoners. Het samenwerkingsverband heeft de volgende scholen in haar gebied: Voor voortgezet onderwijs: - Het Reynaertcollege te Hulst - De Stedelijke scholengemeenschap De Rede te Terneuzen - Het Zeldenrust-Steelantcollege te Terneuzen - Het Zwin College te Oostburg Voor praktijkonderwijs: - Praktijkschool Hulst te Hulst - Praktijkschool De Sprong te Terneuzen Voor voortgezet speciaal onderwijs: - De Argo te Terneuzen (VSO REC 4) - De Wingerd te Terneuzen (VSO REC 3) Op 1 oktober 2014 telde het samenwerkingsverband 5266 leerlingen. Voor een overzicht van de diverse leerlingenaantallen, etc. wordt verwezen naar het kengetallenoverzicht op 9

10 Het samenwerkingsverband heeft goede contacten met de overige samenwerkingsverbanden in Zeeland, in het bijzonder met het Samenwerkingsverband Passend Primair Onderwijs Zeeuws-Vlaanderen (PO 29-03) en met de twee andere VOsamenwerkingsverbanden in Zeeland (VO (Middelburg, Veere, Vlissingen) en VO (Goes/Oosterscheldegebied)). Het samenwerkingsverband functioneert in een krimpregio. De leerlingenaantallen gaan de komende jaren fors dalen. Op korte termijn heeft dit gevolgen voor de inkomsten van het samenwerkingsverband en voor de verhouding tot de inzet van middelen. Het bestuur heeft zicht (april 2015) op de (financiële) gevolgen van verschillende toekomstscenario s. Behalve een krimpregio is Zeeuws-Vlaanderen ook een grensregio. Dit betekent dat een beperkt deel van de leerlingen woonachtig in Zeeuws-Vlaanderen onderwijs volgt in België. 3.2 Thuiszitters In het kader van Passend Onderwijs krijgt de thuiszittersproblematiek bijzondere aandacht. Het samenwerkingsverband stelt als uitgangspunt gezamenlijke verantwoordelijkheid te hebben voor alle leerlingen in Zeeuws-Vlaanderen. Vanuit dat uitgangspunt wordt actie- en oplossingsgericht gewerkt in het geval er sprake is van thuiszitters. Het samenwerkingsverband wil het aantal thuiszitters zoveel mogelijk beperken, liefst geen enkele thuiszitter hebben. 10