6 Proces Afzetten - afschermen

Transcriptie

1 6 Proces Afzetten - afschermen

2 INHOUDSOPGAVE INLEIDING DOEL DOELGROEP PROCESVERANTWOORDELIJK OPSTELLEN PLAN VAN AANPAK VOOR HET AFZETTEN AFSCHERMEN Vaststellen veilig/onveilig gebied Prioriteit: Opstellen plan van aanpak Toelatingsbeleid HET BESCHIKBAAR KRIJGEN VAN PERSONEEL EN MIDDELEN INZET VAN PERSONEEL EN MIDDELEN Personeel Werkwijze Middelen NAZORG INFORMATIE / VOORLICHTING VERSLAGLEGGEN EN ARCHIVEREN ALARMERING RELATIE MET ANDERE PROCESSEN... 6 BIJLAGE MATRIX T.B.V HET PROCES AFZETTEN - AFSCHERMEN... 8

3 6 Afzetten - afschermen Procesverantwoordelijk: Politie In samenwerking met: GHOR HBR/DHMR Brandweer DCMR Gemeente Doel: Het proces Afzetten - afschermen heeft tot doel: Het ten tijde van een calamiteit / incident ( of een dreiging daarvan) zorgdragen voor het zoveel mogelijk ongestoord kunnen laten plaatsvinden van de hulpverleningsactiviteiten, het beperken van de schadelijke gevolgen voor de bevolking en het beveiligen van ontruimd- / geevacueerd gebied. 1 INLEIDING De crisisbeheersingsplannen van de gemeenten in de regio Rotterdam-Rijnmond beschrijven de organisatie van de crisisbeheersing op hoofdlijnen. Het crisisbeheersingsplan van een gemeente is het rampenplan als bedoeld in artikel 3 van de Wet Rampen en Zware Ongevallen (Wrzo) De uitwerking van het crisisbeheersingsplan is voor wat betreft de gemeentelijke taken in de crisisbestrijding gewaarborgd in gemeentelijke deelplannen. De verplichting tot het opstellen van het proces afzetten - afschermen vloeit voort uit de aanpassingen van de Wrzo, ten gevolge van de nieuwe WKR, waarvan de afspraken zijn vastgelegd in het Regionaal Beheersplan, maar vooral uit bestuurlijke besluitvorming door het Algemeen Bestuur van de RHRR en de afzonderlijke gemeentebesturen. Het organiseren/uitwerken van dit proces staat omschreven in Referentiekader 25 van het Referentiekader Conflict - en Crisisbeheersing 2002 en is vastgesteld door de Raad van Hoofdcommissarissen. Vanuit haar wettelijke taak is de politie verantwoordelijk voor de voorbereiding op en de uitvoering van haar taken binnen het deelproces "Afzetten - afschermen". Voor nadere uitwerking van de verantwoordelijkheden, bevoegdheden en regionaal opschalingmodel wordt verwezen naar het regionaal deelplan politie. 2 DOEL Het ten tijde van een incident / calamiteit (of dreiging daarvan) zorgdragen voor; Het zoveel mogelijk ongestoord kunnen laten plaatsvinden van rampbestrijdingsen hulpverleningsactiviteiten Het beperken van de schadelijke gevolgen voor de bevolking

4 3 DOELGROEP Alle personen op of rondom het rampterrein. Specifiek: de bevolking, bij de hulpverlening betrokken personen/organisaties en de pers 4 PROCESVERANTWOORDELIJK De politie is procesverantwoordelijk voor het proces Afzetten - afschermen. Procesverantwoordelijk betekent niet, dat de dienst / organisatie die procesverantwoordelijk is ook geheel de uitvoering ter hand neemt. De regie zal bij de procesverantwoordelijke liggen, terwijl in de uitvoering ook andere diensten / organisaties kunnen worden ingeschakeld. 5 OPSTELLEN PLAN VAN AANPAK VOOR HET AFZETTEN AFSCHERMEN 5.1 Vaststellen veilig/onveilig gebied Het veilige en onveilige gebied alsmede de grens van het rampterrein van het incident moeten zo goed mogelijk worden vastgesteld voor de veiligheid van de bevolking en de hulpverleners. Bij een incident met gevaarlijke stoffen stelt een (Hoofd) Officier van Dienst van de brandweer, eventueel na ingewonnen advies van de chemisch adviseur, dit vast; Bij een incident met een mogelijke terreurdaad of dreiging met gebruikmaking van o.a. explosieven, stelt de politie na ingewonnen advies van het bureau Wapens & Techniek etc. dit vast; Indien er in het onveilig gebied alleen opgetreden kan worden met persoonlijke beschermingsmiddelen (ademlucht, gaspakken etc), dan zullen politiefunctionarissen het gebied niet betreden. Aangezien de politie niet is voorzien van zulke beschermingsmiddelen, kunnen zij niet optreden in het gebied. 5.2 Prioriteit: Nadat de grens rampterrein is vastgesteld dient direct een aanvang te worden gemaakt met het afzetten afschermen hiervan. Indien de toedracht en omvang van het incident het vereist dient men het afzetten afschermen te intensiveren en daarbij over te gaan tot het instellen van een binnen- en buitenring Bepaal aan de hand van de infrastructuur en de aan-en afvoerroutes hulpverlenende diensten de plaats van het aantal doorlaatposten, uiteraard dient dit bij incidenten met gevaarlijke stoffen bovenwinds te zijn. Afhankelijk van de toedracht van het incident kan besloten worden dat personeel bij deze doorlaatposten registreert wie het gebied betreden cq verlaten,

5 5.3 Opstellen plan van aanpak Het hoofd van de Stafsectie politie geeft opdracht aan het GBO tot het opstellen van het plan van aanpak voor afzetten afschermen. De chef mobiliteit zal dit plan (laten) opstellen en uitvoeren. Het geniet voorkeur om zich te laten ondersteunen door iemand die ter plaatse goed bekend is. Uiteraard dient men rekening te houden met evenementen/wegwerkzaamheden en andere relevante informatie die van invloed zijn bij het opstellen van het plan van aanpak. Het plan van aanpak afzetten- en afschermen dient afgestemd te zijn met de mogelijk andere in uitvoering zijnde processen en heeft de volgende aandachtspunten; waarborgen dat de werkzaamheden van de hulpverleningsdiensten ongestoord kunnen worden uitgevoerd; ondersteunend aan PD management; voorkomen van plunderingen; beperken van de schadelijke gevolgen; waarborging van de privacy van de slachtoffers; voorkomen/beperken van ramptoerisme. kaarten, welke als bijlage bijgevoegd kunnen worden, kan worden aangegeven: - de locatie('s) toegang/uitgang; - de aan - & afvoerroutes naar en vanaf het rampterrein; - de globale verkeersstromenstructuur in relatie met het plan begidsen en verkeer regelen (verkeerscirculatieplan); - bijzondere locaties zoals ziekenhuizen, de morgue, opvangcentra voor slachtoffers, etc. het plan begidsen betreffende loodsposten en uitgangsstellingen (UGS) van hulpverleningsdiensten; Brugwachters, NS-verkeersleiding, Deltalinqs en anderen moeten snel geïnformeerd worden over de genomen verkeersmaatregelen met de afspraak wie dit gaat doen. 5.4 Toelatingsbeleid Het CoPI/RegOT bepaalt welke personen en of instanties worden toegelaten tot het afgezette gebied. Personen die het gebied betreden of verlaten moeten worden geregistreerd. Het streven is om slechts één toegang/uitgang te hebben voor het afgezette rampterrein, uiteraard dient dit bij incidenten met gevaarlijke stoffen bovenwinds te zijn. Bij deze toegang/uitgang worden alleen mensen toegelaten, zijnde; personen met een regionaal erkend doorlaatbewijs (in ontwikkeling tot die tijd wordt de pas bedrijfsnoodfunctionaris gehanteerd); personen die uiterlijk herkenbaar zijn als medewerker van een hulpverleningsdienst; overige personen met toestemming van het CoPI/RegOT.

6 Aandachtspunten zijn; - noodbevel/noodverordening; - handhavingsbeleid. 6 HET BESCHIKBAAR KRIJGEN VAN PERSONEEL EN MIDDELEN De chef mobiliteit geeft de benodigde capaciteit aan bij de Algemeen Commandant van het GBO en in nauw overleg met het hoofd stafsectie politie verdeelt men naar prioriteit het beschikbare personeel over de diverse politieprocessen. Indien er niet voldoende personeel in de regio beschikbaar is, dan zal de bijstandsprocedure in werking worden gesteld. Aandachtspunt is om naast de reguliere bijstandsaanvraag te bezien of er voor een aantal taken gebruik kan worden gemaakt van personeel van derden zoals: particuliere bewakingsdiensten; verkeersregelaars. in ieder geval dient men rekening te houden met: beschikbaarheid middelen; opkomstlocatie; opkomsttijd; transport. Aan de hand van deze voorgestelde normering zal er een inzetplan gemaakt worden waarin is aangegeven wie, wat, waar en wanneer doet. Indien bij het incident een of meerdere hoge gebouwen betrokken zijn moet rekening gehouden worden, in verband met veiligheidsrisico's, met een afstand tot het pand welke drie maal zo groot is als de hoogte van het betreffende pand. De aanvullende regelgeving (noodbevelen/noodverordeningen) moet worden toegepast. 7 INZET VAN PERSONEEL EN MIDDELEN 7.1 Personeel Indien er voldoende voorbereidingstijd is, dient diegene die belast is met het opstellen van het plan van aanpak, voor aanvang van de inzet een briefing te organiseren voor de met de afzet - afscherm taak belaste medewerkers. Hij / zij instrueert over; taken; werkwijze; toegangs- en handhavingsbeleid; opkomstlocatie / - tijdstip; Door gebruik te maken van gedegen afzetmateriaal, zal de benodigde politiecapaciteit, met behoud van de kwaliteit van de prestaties, gunstig kunnen worden beïnvloed.

7 Na afloop organiseert hij/zij een de-briefing en regelt ook hiervoor de opkomstlocatie / - tijdstip. 7.2 Werkwijze De afzet -, afscherm - en een eventueel daarmee gepaard gaande verkeersregulerende taak wordt alleen uitgevoerd na opdracht. De eenheid meldt de aanvang, de locatie/bestemming en het einde van de taak bij de aan hem van tevoren aangewezen contactpersoon (sectorcoördinator, commandowagen of actiecentrum politie) 7.3 Middelen Diegene die belast is met het opstellen van het plan van aanpak, bepaalt hoeveel voertuigen (ten behoeve van aflossing en eventueel rijdend toezicht) nodig zijn. Voorts stemt hij af met de wegbeheerder welke maatregelen (afzetting, dranghekken, verkeerslint en verkeersgeleiding) worden getroffen. Indien er bij het incident gevaarlijke stoffen zijn betrokken, zal men voor het proces afzetten en afschermen, een risicoanalyse voor het eigen personeel moeten toepassen. Hierbij moet men in overleg treden met het CoPI en of RegOT zodat duidelijk wordt of de voor dit proces ingezette eenheden preventief wel of niet voorzien moeten zijn van vluchtmaskers 8 NAZORG Binnen de politieregio Rotterdam-Rijnmond is de opvang van medewerkers die geconfronteerd worden met emotionele gebeurtenissen, zoals ernstige misdrijven, overlijdensgevallen en het gebruik van geweld door of tegen de ambtenaren georganiseerd met behulp van Bedrijf Opvang Teams. In voorkomende gevallen worden aan de hand van een piketregeling bedrijfsopvangers gealarmeerd. Tevens moet worden zorggedragen voor de evaluatie en het opstellen van een eventuele eindrapportage. 9 INFORMATIE / VOORLICHTING Het plan van aanpak Afzetten - afschermen kan in een GRIP 2 t/m 4 situatie verzonden worden via het hoofd van de stafsectie politie van het RegOT naar: de actiecentra en GMK; andere hulpverleningsdiensten; gemeente (c.q. GAC); provincie; rijkswaterstaat; vervoersmaatschappijen; overige betrokken wegbeheerders; aangrenzende regio's; KLPD;

8 Deltalinqs. Voor het goed functioneren van dit proces is een voorlichtingsproces van belang. Goede (verkeers)voorlichting effectueert minder (verkeers)congestie en derhalve minder benodigde capaciteit t.b.v. de (verkeers) regeling in het algemeen en het afzetten/afschermen in het bijzonder, mede gelet op de toegangscontrole. De voorlichting gebeurd in overleg met het hoofd Stafsectie Politie in het RegOT is verantwoordelijk voor de verkeersvoorlichting, in samenspraak met; Verkeersmanagementcentrale Nederland (VMC-NL te Utrecht); (Locale) omroepzenders; (Locale) TV-zenders. 10 VERSLAGLEGGEN EN ARCHIVEREN Al het mondelinge en schriftelijke berichtenverkeer binnen het proces Afzetten - afschermen moet worden vastgelegd. Op grond van artikel 2 sub b van de Wrzo zal in opdracht van burgemeester en wethouders een volledige analyse van de crisis plaatsvinden. Daarnaast zullen verschillende externe onderzoeken worden geëntameerd van inspecties, commissies, etc. Voor een kwalitatieve analyse is het essentieel dat zorgvuldig wordt omgegaan met de bescheiden met betrekking tot de crisis. In zijn algemeenheid heeft het proces archivering diverse registraties en administraties als basis. Tijdens de crisisbestrijding en hulpverlening dienen alle betrokken diensten, organisaties en staven zorg te dragen voor een betrouwbare archivering volgens de wettelijke richtlijnen. In het kader van de beoogde doelstelling blijven de als gevolg van een incident ontstane archiefbescheiden, m.u.v. kladaantekeningen tenminste 20 jaar bewaard (zie 3.2 circulaire Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties van 26 november 2001 met kenmerk EB2000/97598). 11 ALARMERING Alarmering van (piket)functionarissen vindt plaat door en/of via medewerkers van de Gemeenschappelijke Meldkamer (GMK), conform geldende interne (procedurele) afspraken. Uitwerking hiervan vindt niet plaats in dit proces, daar deze sterk aan wijzigingen onderhevig zijn. 12 RELATIE MET ANDERE PROCESSEN Het proces Afzetten - afschermen heeft relaties met de volgende processen in de crisisbeheersing: Proces 2: Bron- en effectbestrijding Proces 3: Communicatie Proces 4: Waarschuwen bevolking Proces 5: Ontruimen en evacueren Proces 7: Verkeerregelen Proces 8: Handhaven rechtsorde

9 Proces 9: Ontsmetten van mens en dier Proces 10: Ontsmetten voertuigen en infrastructuur Proces 13: Geneeskundig Hulpverlenen Proces 14: Opvang en verzorging Proces 15: Centraal Registratie- en Inlichtingen Bureau CRIB Proces 16: Identificeren van slachtoffers Proces 19: Begidsen Proces 20: Toegankelijk begaanbaar maken en opruimen Proces 22: Voorzien in levensbehoeften Proces 23: Strafrechtelijjk onderzoeken Proces 29: Nazorg Proces 31: Opvang dieren

10 BIJLAGE MATRIX T.B.V HET PROCES AFZETTEN - AFSCHERMEN Bij de in de onderstaande matrix genoemde verantwoordelijke en of ondersteunende gemeentelijke diensten staat vermeld de gemeente. Activiteit Verantwoordelijk Ondersteunende / adviserende diensten POLITIE Gemeente BRW GHOR DCMR RPA/DHMR CoPI RegOT 1. Omvang gebied VS/RegOT/CoPi X X X X X X X X 2. Het analyseren van relevante gegevens. RegOT / CoPI X X X X X X X X 2.1 In kaart brengen van de infrastructuur: X X X X X X X X geografische begrenzingen; bijzondere objecten; operationele locaties. 3. Het opstellen van een plan m.b.t. afzetten en Politie X X X X X X X X afschermen 3.1 Bepalen van de wijze en dichtheid van de Politie X X X afzettingen 3.2 Bepalen van de mate van afscherming van Politie X X X objecten, etc. 3.3 Bepalen van benodigde personele en materiële Politie X X X middelen Vluchtmaskers nodig? CoPI / RegOT X X X X X 3.4 Het bepalen van de beschikbaarheid van Politie X X 1 benodigde eenheden / middelen: 3.5 Opstellen van het inzetplan Politie X X Afstemmen plan met operationeel team Politie X X 2 X 1 4. Verspreiden afzet-/afschermplan RegOT / CoPI X X 5. Beschikbaar krijgen personeel en middelen Bgm/GVS/RegOT X X Opvangen van de eenheden Politie X 6. Het inzetten van personeel en middelen Politie X X X X 6.1 Instrueren van eenheden X 6.2 Bepalen verbindingen en coördinatie X 6.3 Aangeven bijzonderheden RegOT/CoPI X X 7. Beleid GVS/RegOT/CoPI Toegangsbeleid X X X X X X X X Mate van afzetting (dichtheid) X X 2 X Handhavingsbeleid X X X 2 X De handhaving v.d. rechtsorde X X 2 X 1 7. Informeren publiek, bevolking en overige RegOT/CoPI/Gem X X X X X X X X belanghebbenden (relatie met deelplan voorlichting) 7.1 Bepalen van de inhoud van de informatie RegOT/CoPI/Gem X X X 7.2 Overzicht van belanghebbenden opstellen RegOT/CoPI/Gem X X X 1 Hoofd stafsectie politie en actiecentrum politie 2 CoPI lid politie en Chef van dienst