Inleiding 1 Ambities en pijlers toelatingsbeleid 1 Leeswijzer 2

Transcriptie

1 Bijlage 3 BBO 11 april 2018 Jaarevaluatie Resultaten 3 de jaar toelatingsbeleid Basisonderwijs Amsterdam Instroom schooljaar (Scholenring peildatum 29 januari 2018) Inleiding 1 Ambities en pijlers toelatingsbeleid 1 Leeswijzer 2 1. Samenvatting 3 de jaar Toelatingsbeleid Conclusies resultaten en uitvoering 3 de jaar Toelatingsbeleid schooljaar Uitvoering Toelatingsbeleid plaatsingen schooljaar Doelgroep en plaatsingen schooljaar Wijzigingen in het toelatingsbeleid m.i.v. het 3 de jaar toelatingsbeleid Uitvoering aanmeldingen en plaatsingen Bezwaarschriften en/of beroep op hardheidsclausule Uitvoering projectteam toelatingsbeleid Conclusies over uitvoering, aandachtspunten en plannen voor verbetering Plaatsingsresultaat schooljaar (peildatum Scholenring: ) Plaatsingsresultaten per periode: kinderen geboren 1 september 2012 t/m 31 augustus Bijzondere plaatsingen Verschuivingen na de plaatsingen Capaciteit versus aanmeldingen 17 - Scholen met overaanmeldingen (per stadsdeel) 17 - Capaciteit op conceptscholen Totalen, voorrangsscholen per stadsdeel Plaatsingsresultaten per stadsdeel Ongeplaatste kinderen Samenhang ongeplaatsheid en opgeven weinig voorkeursscholen Scholen en VVE-indicatie Vergelijking resultaten schooljaren , en Plaatsingsresultaat op 11 van de 13 niet-deelnemende scholen schooljaar Bijlagen: 1. Toelatingsbeleid basisonderwijs Amsterdam samengevat Deelnemende conceptscholen per stadsdeel voor aanmeldingen Deelnemende basisscholen verdeeld in 22 gebieden Capaciteit, aanmeldingen en plaatsingsresultaten in 22 gebieden voor schooljaar (per ) 31

2 Inleiding In september 2014 hebben de besturen van het basisonderwijs in Amsterdam, verenigd in het BBO (Breed Bestuurlijk Overleg), besloten tot het invoeren van een stadsbreed gelijk toelatingsbeleid. Dit beleid is van toepassing voor alle kinderen die vanaf 1 juli 2011 geboren zijn. Hiermee verloopt sinds het schooljaar het aanmelden en plaatsen van toekomstige 4-jarigen voor de basisschool stadsbreed op dezelfde wijze. In totaal nemen voor het schooljaar (reguliere) Amsterdamse basisscholen deel. Daarnaast zijn er 13 scholen die hun eigen beleid voeren (10 in stadsdeel Zuid, 1 in Centrum, 1 in Noord en in de loop van dit schooljaar 1 in West). Het introductiejaar van het toelatingsbeleid is in het voorjaar van 2016 uitgebreid geëvalueerd. Deze evaluatie bestond uit een cijfermatige rapportage van de plaatsingsresultaten van de instroom van schooljaar (uitgevoerd door de projectleiding) en een online uitgezette enquête (uitgevoerd door Direct Research) onder scholen, besturen, MR en GMR en en ouders die hun kind moesten aanmelden. Het doel hiervan was inzicht te krijgen in de ervaringen met en het draagvlak voor het toelatingsbeleid. Op grond van de uitkomst van deze evaluatie besloot het BBO het toelatingsbeleid vrijwel ongewijzigd te continueren en enkele marginale verbeteringen voor het schooljaar door te voeren. Aansluitend heeft het BBO besloten het toelatingsbeleid op deze wijze tweejaarlijks te evalueren en in tussenliggende jaren te beperken tot een cijfermatige weergave aangevuld met door besturen en scholen ingebrachte wensen voor verbetering. Eind 2017/begin 2018 is het toelatingsbeleid voor de tweede keer uitgebreid geëvalueerd. Deze voorliggende rapportage bevat een cijfermatige analyse van de resultaten van de aanmeldingen en plaatsingen voor schooljaar en een vergelijking met de voorgaande twee schooljaren. Hierbij wordt gebruik gemaakt van de cijfers op de peildatum 29 januari 2018 in Scholenring (d.i. het webbased registratiesysteem van de scholen). 1 Het tweede deel van de evaluatie betreft het resultaat van een enquête uitgevoerd door Direct Research onder besturen, scholen en de oudergeleding van de (G)MR en en ruim ouders die hun kind aangemeld hebben voor de schooljaren en (geboren t/m ). Bij deze enquête ligt de nadruk op het meten van de tevredenheid bij de doelgroepen (en in mindere mate het meten van het draagvlak voor het toelatingsbeleid) en het inventariseren van wensen ter verbetering. Van de uitkomsten van de enquête wordt door Direct Research apart verslag gedaan. In het BBO van 14 maart 2018 wordt het toelatingsbeleid aan de hand van deze beide rapportages geëvalueerd en de hierbij ingebrachte wensen ter verbetering besproken. Eventuele wijzigingen in het toelatingsbeleid worden met ingang van september 2018 doorgevoerd en gelden voor de doelgroep die aangemeld kan worden voor schooljaar Ambities en pijlers toelatingsbeleid Richtinggevend voor de rapportages en evaluaties zijn de ambities en pijlers die de schoolbesturen bij aanvang in 2014 hebben vastgelegd (pag. 7). 2 Ambities voor het toelatingsbeleid zijn: - Minimaal 75% van de aangemelde kinderen krijgt een plaats op de school van eerste voorkeur; - Minimaal 90% van de aangemelde kinderen kan in de buurt terecht op één van de scholen waar zij voorrang hebben; - De basisscholen in Amsterdam zijn in belangrijke mate een afspiegeling van de buurt; - Schoolbesturen en gemeente zorgen voor voldoende kindplaatsen in de woonomgeving van kinderen. 1 Voor een gedetailleerde beschrijving van de plaatsingen van de 3 perioden verwijzen we naar de rapportages die 6 tot 8 weken na afloop van elke plaatsing zijn opgesteld. 2 Startnotitie 29 januari 2014 Stedelijk Toelatingsbeleid Basisonderwijs Amsterdam

3 Pijlers van het toelatingsbeleid basisonderwijs zijn: - Alle kinderen kunnen in hun buurt naar de basisschool; zij hebben voorrang op de acht dichtstbijzijnde scholen in hun (directe) woonomgeving, bestaande uit minimaal twee openbare en twee (algemeen) bijzondere scholen; - Het toelatingsbeleid voor het basisonderwijs in Amsterdam is voor alle scholen hetzelfde; - De rechtsgelijkheid bij het krijgen van een plaats wordt gegarandeerd; - De keuzevrijheid van ouders is zoveel mogelijk gewaarborgd; - De plaatsingsmethodiek heeft ten doel een kind op de hoogst mogelijke voorkeurschool te plaatsen. In bijlage 1 staat het Toelatingsbeleid Basisonderwijs Amsterdam samengevat. Leeswijzer Deze rapportage start in hoofdstuk 1 met een samenvatting met de hoofdlijn van het behaalde resultaat in het 3 de jaar van het toelatingsbeleid. In hoofdstuk 2 staan de conclusies die getrokken kunnen worden uit de uitvoering van het toelatingsbeleid en de resultaten van de plaatsingen voor schooljaar o.b.v. Scholenring op peildatum In hoofdstuk 3 wordt ingegaan op de uitvoering van het toelatingsbeleid door alle betrokkenen. In hoofdstuk 4 staan de getotaliseerde resultaten van de plaatsingen van schooljaar , voor zowel de gehele stad als uitgesplitst per stadsdeel. Daarnaast wordt ingegaan op beschikbare capaciteit, de invloed van het aantal opgegeven voorkeurscholen en voorrangsscholen op de plaatsingskans. Dit hoofdstuk wordt afgesloten met een overzicht van de resultaten van vorig jaar en dit jaar. In hoofdstuk 5 worden de plaatsingsresultaten van 11 van de 13 niet-deelnemende scholen getoond die samen de plaatsing uitvoeren. In bijlage 1 staat een korte beschrijving van het toelatingsbeleid. In bijlage 2 staat het aantal deelnemende conceptscholen per stadsdeel in In bijlage 3 staat een overzicht van alle deelnemende scholen verdeeld in 22 gebieden. In bijlage 4 staan de resultaten van de plaatsingen, uitgesplitst naar 22 wijken/gebieden

4 1. Samenvatting 3 de jaar Toelatingsbeleid schooljaar (Doelgroep: kinderen die 4 jaar worden tussen 1 september 2017 en 31 augustus 2018) Kengetallen schooljaar op 208 scholen konden kinderen aangemeld worden; kinderen ontvingen in november 2016 de brochure, informatiebrief en het gepersonaliseerde aanmeldformulier (op naam, adres, geboortedatum); - 70% (6.412 kinderen) staat op de peildatum geregistreerd in Scholenring (vorig schooljaar was dit 72%, daarvoor 76%) Plaatsingsresultaat Er staan aangemelde kinderen in Scholenring op de peildatum 29 januari 2018 hiervan zijn: - 95% is op de school van 1 ste voorkeur geplaatst; - 98% heeft een school in de top-3; - 1,8% (116 kinderen) is geplaatst op de 4 de t/m 9 de school of een niet-voorkeursschool; 3-0,05% (3 kinderen) staan als niet- geplaatst geregistreerd, hiervan hebben 2 een plaats elders Zowel op jaarbasis als in elke periode afzonderlijk komen de plaatsingsresultaten voor schooljaar overeen met die van de vorige schooljaren en vallen zelfs nog iets beter uit. Daarmee zijn de doelstellingen van het toelatingsbeleid ruimschoots gehaald. Bijzondere plaatsingen: 17 kinderen (0,3%) zijn geplaatst op grond van bijzondere redenen t.w. hardheidsclausule (1), een toezegging uit verleden (1), correcties gemaakte fouten (13) en reparatie ongeplaatstheid (2). Plaatsing op voorrangs- of op niet-voorrangsschool Van de aangemelde kinderen zonder plaatsgarantie (d.w.z. geen broertje/zusje, ed.) is 77% op een voorrangsschool geplaatst en 23% (834 kinderen) op een niet-voorrangsschool. 87% van alle geplaatste kinderen (d.w.z. met én zonder plaatsgarantie) is terecht gekomen op een voorrangsschool. Omvang overaanmeldingen Gemiddeld hadden 16 van de 208 scholen per periode te maken met overaanmelding. 28 (unieke) scholen (13% van het totaal) had in minstens één periode meer aanmeldingen dan plaatsen. 12% van de scholen (26 in totaal) heeft op de peildatum niet alle 1 ste voorkeurkinderen (d.w.z. kinderen met én zonder voorrang) kunnen plaatsen. Scholen met plek en overcapaciteit Gespreid over de stad hebben 147 scholen nog in alle perioden plaatsen beschikbaar scholen zitten vol in 1 periode, 18 scholen in 2 perioden en slechts 12 scholen in alle perioden. De overcapaciteit van ruim plaatsen is in Noord het hoogst (56%) en in Centrum het laagst (11%). 5 Kans ongeplaatstheid In alle perioden blijkt stadsbreed de voorkeurslijst van ongeplaatsten ruim de helft korter te zijn dan die van de geplaatste kinderen. Hetzelfde geldt voor het aantal opgegeven voorrangsscholen. Net als vorig jaar kan de conclusie getrokken worden: meerdere voorrangsscholen opgeven is belangrijker dan persé een voorrangsschool op nummer 1 zetten; dit geldt m.n. in gebieden waar de druk op de scholen hoog is. 3 Er zijn geen kinderen geplaatst op de 10 de voorkeurschool. 5 Op 20 scholen in Zuidoost geldt een plaatsgarantie voor elke aanmelding ongeacht of het een aanmelding is op de 1 ste of 10 de voorkeurschool en ongeacht of een kind vóór of na de plaatsing wordt aangemeld. In werkelijkheid is de beschikbare capaciteit hoger

5 Belangstelling 208 scholen Verreweg de meeste scholen hebben voor elke periode aanmeldingen gehad. Zonder de garantiescholen in Zuidoost gerekend, kregen vier scholen in het gehele schooljaar geen enkele aanmelding. Gemiddeld hadden per periode 12 scholen geen aanmeldingen op het moment van de plaatsingsronde. Daarvan kregen er gemiddeld 5 wel tijdens of na de plaatsing elders uitgelote kinderen of eigen aanmeldingen na de plaatsing. Doorschuiven naar hogere voorkeur tot het 4 de jaar In is de terugroepregeling of doorschuifregeling uitgebreid t/m de 10 e voorkeur (was in t/m de 3 e en daarvoor alleen naar de 1 e voorkeur). Ondanks deze verdere uitbreiding is het aantal naar een hogere voorkeur doorgeschoven kinderen lager dan in het voorgaande schooljaar, nl. 49 tegen 78 in het vorige jaar en 135 in Zeker de helft van deze verschuivingen wordt veroorzaakt door dubbele plaatsingen van kinderen die zowel binnen het stedelijk beleid als daarbuiten zijn aangemeld

6 2. Conclusies resultaten en uitvoering 3 de jaar Toelatingsbeleid schooljaar Richtinggevend voor de beoordeling van de plaatsingsresultaten zijn de doelstellingen voor het toelatingsbeleid die de schoolbesturen in 2014 hebben vastgelegd. Deze staan in de inleiding van deze rapportage opgesomd. De doelstellingen van het toelatingsbeleid zijn ook in het 3 de jaar ruimschoots gehaald. Op 208 deelnemende scholen konden kinderen voor schooljaar aangemeld worden. Zowel op jaarbasis als voor elke periode afzonderlijk komen de plaatsingsresultaten voor het schooljaar sterk overeen met die van vorig schooljaar en vallen zelfs nog iets beter uit. Voor de onderstaande cijfers uit Scholenring wordt als peildatum 29 januari 2018 gehanteerd (tenzij anders vermeld). Doordat na 29 januari jl. voor periode II en III nog steeds kinderen aangemeld en geplaatst worden, zullen de resultaten voor dit schooljaar nog gunstiger worden. Doelgroep schooljaar In november 2016 ontvingen kinderen ontvingen de brochure, informatiebrief en het gepersonaliseerde aanmeldformulier (op naam, adres, geboortedatum). In de twee voorgaande schooljaren waren dit voor (gecorrigeerd voor 12 mnd.): kinderen; voor : 9464 kinderen. Op de peildatum staat 70% (6.412 kinderen) geregistreerd in Scholenring. In schooljaar was dit 76%; in schooljaar was dit 72%. Doelstelling minimaal 75% van de kinderen krijgt een plaats op de school van 1 ste voorkeur Deze doelstelling wordt zowel per periode als ook over het gehele schooljaar, per stadsdeel en in de stad als geheel, ruimschoots gehaald. De aangemelde kinderen zijn als volgt geplaatst: - 95% (6.083 kinderen )is op de school van 1 ste voorkeur geplaatst; - 98% (6.293 kinderen) heeft een school in de top-3; - 0,4% (28 kinderen) is geplaatst op de 4 de t/m 9 de school (geen kind op de 10 de plaats); - 1,4% (88 kinderen) is op een niet-voorkeursschool geplaatst. Dit zijn op 6 na geplaatste kinderen waarvan de ouders na de plaatsing alsnog een niet eerder opgegeven school kiezen; - 0,05% (3 kinderen) staan als ongeplaatst geregistreerd, hiervan hebben 2 een plek elders. In de drie perioden kreeg respectievelijk 95%, 96% en 96% van alle aanmeldingen de school van 1 ste voorkeur. De stadsdelen met de laagste percentages scoren ook in de afzonderlijke perioden nog altijd ruim boven de doelstelling, nl.: - in periode I 90% (Centrum en Oost); - in periode II 91% (Centrum); - in periode III 91% (Nieuw-West). Het is voor het eerst dat in elke periode ook het slechtst scorende stadsdeel nog de 90% haalt. Doelstelling 90% van de ouders kan op een voorrangsschool terecht Deze doelstelling laat zich niet exact beantwoorden; ouders zijn vrij om elke school te kiezen en hoeven geen voorrangsschool als 1 ste keuze op te geven. Van de aanmeldingen zijn er geplaatst. 87% van zowel de aangemelde als de geplaatste kinderen is op een voorrangsschool terecht gekomen. 6 In combinatie met een overcapaciteit van ruim plekken, mag geconcludeerd worden dat meer dan 90% van de ouders terecht kan op een school in de buurt. Geplaatst op voorrangsschool of niet-voorrangsschool (voor kinderen zonder plaatsgarantie) Van de aanmeldingen zonder plaatsgarantie (zoals geen broertje/zusje ed.) is 77% (2.746 kinderen) op een voorrangsschool geplaatst en 23% (834 kinderen) op een niet-voorrangsschool. Doorschuiven na de plaatsing tot het 4 de jaar In het schooljaar is de terugroepregeling uitgebreid t/m de 10 e voorkeur. Desondanks is het aantal kinderen dat is doorgeschoven naar een hogere voorkeur opnieuw gedaald: van 78 in het vorig schooljaar naar 49 voor Het gaat hierbij niet altijd om buurtvoorrang; het kan ook een broertje/zusje zijn

7 Van deze 49 stegen 41 kinderen naar hun 1 ste voorkeur, 5 naar de 2 de en 3 naar de 3 de. Van deze 49 kinderen waren er 27 in Zuid en 5 in Centrum aangemeld. De inschatting is dat zeker de helft van alle verschuivingen wordt veroorzaakt door dubbele plaatsingen doordat 13 scholen niet deelnemen aan het stedelijk toelatingsbeleid. Bijzondere voorrangsgroepen Van alle aanmeldingen heeft 48% een plaatsgarantie of enige vorm van extra voorrang. Hiervan heeft: - 41% een plaatsgarantie o.b.v. de broertje/zusje-regeling; - 9% voorrang o.b.v. voorschool met VVE-indicatie en 2% voorrang o.b.v. IKC; 7-0,3% voorrang vanwege een ouder die op school werkt. Opgeteld komen deze percentages op ca. 52% uit. Dit komt omdat sommige kinderen meerdere vormen van voorrang of garantie hebben. Deze percentages zijn bij alle perioden min of meer gelijk. Daarnaast zijn 17 kinderen (0,3%) geplaatst op grond van bijzondere redenen zoals: de hardheidsclausule (1), een toezegging uit verleden (1), correcties van gemaakte fouten (13) en reparatie ongeplaatstheid (2). Omvang overaanmelding (tabel 3) Dit schooljaar hadden 28 scholen (13% van het totaal) in minstens één periode bij aanvang van de plaatsingsronde meer aanmeldingen dan plaatsen. Gemiddeld betrof het per periode 16 scholen. Per school varieerde het plaatstekort tussen 1 en 19. Het gemiddelde tekort was 5,1. In bijna de helft van de gevallen was het tekort 1-3 plaatsen, in 30% 4-6 en in bijna een kwart Op de peildatum hebben 26 scholen (12% van het totaal) niet alle eigen aanmeldingen (d.w.z. de 1 ste voorkeurkinderen met én zonder voorrang) voor kunnen plaatsen. Scholen met plek en overcapaciteit (tabel 4, bijlage 4) 147 scholen, gespreid over de stad, hebben voor elke periode in nog plaatsen beschikbaar scholen zitten vol in 1 periode, 18 scholen in 2 perioden en slechts 12 scholen in alle perioden. Er is sprake van een overcapaciteit van bijna plaatsen 9 ; dit is in Noord het hoogst (56%) en in Centrum het laagst (11%). Dit betekent dat er voldoende keuze is, zowel vóór als na de plaatsing. Belangstelling 208 scholen De gemiddelde voorkeurslijst van de aanmeldingen zonder garantie of bijna-garantie bevat 4,5 school, waarvan 2/3 voorrangsscholen en 1/3 niet-voorrangsscholen zijn. De belangstelling voor de scholen is redelijk gespreid; dit is mede een verklaring voor de mooie plaatsingsresultaten. Zonder de garantiescholen in Zuidoost meegerekend, hebben de meeste scholen in elke periode aanmeldingen gehad. Gemiddeld kregen per periode 12 scholen geen aanmeldingen; 7 daarvan ook geen 2 de of verdere-keuzeleerlingen. Dit is een stijging van 20% t.o.v. vorig jaar, toen kreeg gemiddeld 10 scholen per periode geen aanmeldingen. 4 scholen hebben voor het gehele schooljaar geen enkele eigen aanmelding (1 ste voorkeur) gehad. In was dit 1 school en in geen enkele school. Ongeplaatsten Van alle aanmeldingen bleef ten tijde van de plaatsing in periode I, II en III resp. 0,3%, 0,2% en 0,3% (14 kinderen in totaal) ongeplaatst. Dit is een zeer sterke verbetering t.o.v. vorig jaar, toen het nog 49 kinderen betrof. Op de peildatum staan er in Scholenring nog 3 ongeplaatsten: 2 op scholen in Nieuw-West en 1 op een school in Oost. Van deze 3 kinderen hebben 2 een plaats bij een eenpitter of buiten Amsterdam. 7 Het werkelijke percentage met een VVE-indicatie ligt hoger, want bij broertjes/zusjes, IKC-voorrang, ouder werkzaam op school en bij de 20 scholen in Zuidoost met een plaatsgarantie, is registratie van een VVE-indicatie niet nodig. 8 Dit geldt ook als rekening gehouden wordt met het gegeven dat in de hele stad op jaarbasis tussen de en kinderen aangemeld worden bij de basisscholen tussen hun 4 de en 5 de jaar. 9 Op 20 scholen in Zuidoost geldt een plaatsgarantie voor elke aanmelding op deze school ongeacht of het een aanmelding is op de 1 ste of 10 de voorkeurschool en ongeacht of een kind vóór of na de plaatsing wordt aangemeld. Dit betekent dat de werkelijke beschikbare capaciteit hoger is

8 Vergelijking geplaatsten en ongeplaatsten Als we de voorkeurslijsten van de (direct na de plaatsing) ongeplaatste kinderen vergelijken met die van de geplaatste kinderen zonder plaatsgarantie of bijna-garantie, blijkt dat bij de ongeplaatsten gemiddeld ruim de helft minder scholen en tevens ruim de helft minder voorrangsscholen op de lijst was opgegeven. Net als vorig jaar kan ook dit jaar de conclusie getrokken worden, dat meerdere voorrangsscholen opgeven belangrijker is dan persé een voorrangsschool op nummer 1 zetten; dit geldt met name in gebieden waar de druk op de scholen hoog is. Conceptscholen (tabel 5) Van de 208 deelnemende scholen hebben er in totaal 57 een concept (Montessori, Jenaplan, Dalton, Vrije School, Ontwikkelingsgericht leren of Natuurlijk Leren). Op de peildatum zijn voor periode I, II en III op resp. 42, 40 en 41 conceptscholen, verspreid over alle stadsdelen, nog plaatsen beschikbaar. Vermeende val in geval van uitloten op 1 e voorkeur Over het gehele jaar genomen is 64% van de kinderen die op de school van eerste keuze waren uitgeloot, op de 2 e of 3 e voorkeur terechtgekomen. Uitloting op de 1 e voorkeur heeft dus niet automatisch een zeer lage plaatsing tot gevolg. Uitvoering Bij het overgrote deel van de scholen verloopt de uitvoering van het toelatingsbeleid probleemloos. Een beperkt aantal scholen vergt nadrukkelijk aandacht. Op een klein aantal scholen zijn fouten bij de uitvoering gemaakt, die na overleg met de school en soms het bestuur, zodanig zijn opgelost dat de betrokken ouders hierdoor niet benadeeld zijn. Bij twijfel of bij lastige vragen raadplegen de scholen frequent de projectleiding en de helpdesk. De informatie van de scholen over het toelatingsbeleid verloopt (voor zover wij daar zicht op hebben) goed. Scholen verwijzen ouders met vragen geregeld naar de helpdesk. De jaarlijkse mailing naar ouders die hun kind in het komende jaar moeten aanmelden, heeft een belangrijke functie. Ouders weten van het bestaan van het toelatingsbeleid en wat hen te doen staat. De subpagina van elke school op Schoolwijzer kan bij veel scholen nog verbeterd worden. Doordat Schoolwijzer door vrijwel elke ouder wordt geraadpleegd om de scholen op volgorde van het woonadres te zien en vandaar uit door te klikken naar de websites van de scholen, is het des te belangrijker dat zowel deze subpagina op Schoolwijzer als de website van een school informatief en aantrekkelijk zijn

9 - 8 -

10 3. Uitvoering Toelatingsbeleid plaatsingen schooljaar Voor de gedetailleerde beschrijving van de uitvoering en plaatsingen per periode verwijzen we naar de rapportages die 6 tot 8 weken na afloop van elke plaatsing zijn opgesteld. In dit hoofdstuk beperken wij ons tot de hoofdlijnen van de uitvoering van de plaatsingen voor schooljaar Doelgroep en plaatsingen schooljaar Eind oktober 2016 ontvingen ouders met een kind dat in schooljaar voor het eerst naar de basisschool gaat (geboren tussen 1 september 2013 en 31 augustus 2014) de brochure met uitleg over het toelatingsbeleid en het Aanmeldformulier voor de basisschool (op naam, adres en geboortedatum van hun kind). 10 Vanaf dat moment stond op Schoolwijzer.Amsterdam.nl het nieuwe scholenbestand (juli 2016 vastgesteld in BBO). Voor dit schooljaar zijn er 208 deelnemende scholen c.q. locaties waar ouders hun kind kunnen aanmelden. 11 Op Schoolwijzer.Amsterdam.nl krijgen ouders, na invoeren van de postcode, huisnummer en geboortedatum van hun kind, alle Amsterdamse basisscholen in volgorde van loopafstand vanaf hun woonadres te zien; de eerste 8 (deelnemende) scholen worden als voorrangsscholen gemarkeerd. 12 Zodra de ouders het Aanmeldformulier hebben ontvangen, kunnen zij hun kind aanmelden. De geboortedatum van het kind, is bepalend voor de tijd die zij hiervoor beschikbaar Voor de gedetailleerde beschrijvingen van de uitvoering en plaatsingen per periode verwijzen we naar de rapportages die 6 tot 8 weken na afloop van elke plaatsing zijn opgesteld. In dit hoofdstuk beperken wij ons tot de hoofdlijnen van de uitvoering van de plaatsingen voor schooljaar Periode Kinderen geboren in de onderstaande periode Sluitingsdatum inleveren aanmelding Plaatsing Uitkomst plaatsing bekend bij ouders 1 1 sept. t/m 31 december 2013 t/m 2 maart maart maart januari t/m 30 april 2014 t/m 1 juni juni juni mei t/m 31 augustus 2014 t/m 2 november november november Wijzigingen in het toelatingsbeleid m.i.v. het 3de jaar toelatingsbeleid Naast diverse praktische verbeteringen die voortdurend in Scholenring worden aangebracht, zijn met ingang van dit schooljaar de volgende belangrijke wijzigingen doorgevoerd: - Uitbreiding procedure voor het opvullen van leeggekomen plaatsen na de plaatsing Deze zogenaamde terugroepregeling houdt het volgende in. Direct na afloop van de plaatsing staan per school alle uitgelote kinderen (gerandomiseerd) op een zogenaamde terugroeplijst in volgorde van opgegeven voorkeur: eerst de kinderen met voorrang (die de school als 1 ste t/m de 10 de voorkeur opgegeven hebben), daarna de niet-voorrangskinderen die de school als 1 ste t/m de 10 de voorkeur opgegeven hebben. Wanneer na de plaatsing op een school een lege plaats ontstaat, komen hiervoor alle uitgelote kinderen (tot hun 4 de jaar) in aanmerking die deze school als 1 ste t/m 10 de voorkeur opgegeven hadden. Als de school aan alle kinderen van de terugroeplijst een plaats heeft geboden, kan een daarna leeggekomen plaats aan elke ouder worden gegeven die hierom verzoekt. 10 Voor schooljaar ontvingen circa kinderen (gecorrigeerd naar 12 maanden) deze mailing. Voor schooljaar ontvingen kinderen deze mailing. 11 D.w.z. het aantal locaties dat aangeboden wordt als voorrangsschool c.q. beschikt over een volledige onderbouw. In werkelijkheid kan een school meerdere vestigingen hebben, maar als één school in Schoolwijzer worden vermeld. 12 Indien een niet-deelnemende eenpitter (in totaal 12 scholen) tot een school in de buurt behoort, wordt deze in Schoolwijzer wel op afstand van het woonadres getoond, maar niet aangemerkt als voorrangsschool

11 In het schooljaar is gestart met een terugroeplijst bestaande uit de uitgelote kinderen op de 1 ste t/m 3 de voorkeur. Op grond van de ervaringen hiermee besloot het BBO in maart 2016 de terugroeplijst verder uit te breiden t/m de 10 de voorkeur. Hierbij is afgesproken dat het BBO in de rapportages geïnformeerd wordt over de omvang van het doorschuiven naar een hogere voorkeur om de gevolgen van deze maatregel te kunnen volgen. Zie par voor de exacte cijfers. - Informatie op de website BBO met Recente resultaten en capaciteit per school Op de BBO-website wordt per school zowel de plaatsingsresultaten van de laatste drie plaatsingen en de plaatsingskans getoond, als de beschikbare capaciteit voor de komende plaatsingen. Deze informatie wordt dagelijks automatisch ververst, doordat er een koppeling met Scholenring is. - Pilot ongetrapt Boston op 1 ste voorkeur op de Europaschool Op verzoek van Esprit heeft het BBO een pilot voor de Europaschool toegestaan voor de plaatsingen voor schooljaar De pilot houdt in dat het plaatsingsalgoritme wordt aangepast in ongetrapt Boston op de 1 ste voorkeur. Dit betekent dat net als bij alle andere scholen eerst de 1 ste voorkeur-aanmeldingen mét voorrang geplaatst worden. In afwijking van de overige deelnemende scholen, komen daarna voor de resterende plaatsen de 1 ste voorkeurskinderen zonder voorrang voor een plaats in aanmerking. Vervolgens is de methodiek voor de 2 de t/m 10 de voorkeuren weer gelijk aan de stedelijke plaatsingsmethode. Afgesproken is dat van de effecten van deze pilot in de rapportages verslag gedaan wordt. (Zie par. 4.1.) Uitvoering aanmeldingen en plaatsingen Controle voorafgaand aan de plaatsingen Sinds de start van het toelatingsbeleid zijn in Scholenring diverse controles ingebouwd die direct bij de verwerking van een aanmelding worden uitgevoerd. Wanneer zich bij een aanmelding een onregelmatigheid voordoet, krijgt de school/projectmedewerker/beheerder hiervan automatisch bericht, waarna actie wordt ondernomen. Voorbeelden hiervan zijn: - (het adres van) een aanmelding beschikt niet over 8 voorrangsscholen in het Scholenbestand; - de ouder heeft 3 of meer islamitische scholen als voorrangsschool en heeft hiervoor geen belangstelling; - bij de aanmelding ontbreekt een geregistreerd adresbewijs en/of is een ongeldig adres gebruikt. Scholen waar de projectleiding bij de uitvoering van het toelatingsbeleid risico s voorziet, worden zo nodig gedurende het schooljaar bezocht, krijgen extra begeleiding bij de verwerking van de aanmeldingen, worden voorafgaand aan elke plaatsing extra gemonitord. Dit geldt vooral voor scholen met een recente wisseling in de schoolleiding of administratie, nieuw deelnemende scholen, scholen die gaan verhuizen en scholen die in de nabije toekomst worden opgeheven. In de laatste weken voor de plaatsing voert de projectleiding aan de hand van de verwerkte aanmeldingen in de Scholenring controles uit. Zo nodig wordt contact opgenomen met de betreffende scholen, besturen en/of ouders. De registratie van alle scholen in Scholenring wordt in elk geval op de volgende punten gecontroleerd: Beschikbare capaciteit: Scholen die geen, vermoedelijk onvoldoende of juist een erg hoge capaciteit (in vergelijking met voorgaande perioden) in Scholenring hebben opgegeven, worden benaderd met de vraag of deze gegevens kloppen. Door geen of onvoldoende capaciteit op te geven loopt een school mogelijk aanmeldingen mis en kunnen kinderen gedupeerd worden. Na overleg met de school en/of bestuur heeft dit vóór de plaatsingen tot enkele aanpassingen geleid. Het bepalen en/of verwerken van de capaciteit in Scholenring is voor sommige scholen nog steeds een punt van aandacht. Sommige scholen geven aan dat zij achteraf gezien een hogere capaciteit hadden moeten opgeven. Als oorzaak wordt meestal genoemd de lege plaatsen die na de plaatsing zijn ontstaan door een niet voorziene toename van verhuizingen en daarna lastig zijn op te vullen. In periode I is bij 3 scholen, die geen capaciteit geregistreerd hadden én niet reageerden op herhaalde verzoeken van de projectleiding, tijdens de plaatsingsbijeenkomst de capaciteit gelijkgesteld aan het aantal (1 ste voorkeur) aanmeldingen

12 Scholen met aanzienlijke overaanmelding van voorrangskinderen Met scholen waar sprake is van een forse overaanmelding van voorrangskinderen, is overlegd of de opgegeven capaciteit bijgesteld kan worden, zonder ouders in volgende perioden te benadelen. Als ophoging niet mogelijk is, wordt contact opgenomen met ouders die geen kans op een plaats op deze school maken én waarvan ook de kans op een plaats op de 2 de voorkeur nihil is. Zij worden in de gelegenheid gesteld hun aanmelding en/of voorkeurslijst te heroverwegen. Indien gewenst biedt de helpdesk hen ondersteuning. Het aantal scholen met meer dan 5 overaanmeldingen was resp. in periode I, II en III: Scholen gevuld met garantiekinderen, waardoor andere aanmeldingen geen kans op een plaats hebben Bij een aantal scholen was de beschikbare capaciteit (meer dan) volledig gevuld met garantiekinderen (broertjes/zusjes en VVE-indicatie met voorrang), waardoor de kinderen zonder voorrang geen kans op een plaats maken. Bij deze aanmeldingen zonder voorrang is ook de bovenstaande werkwijze gevolgd. Het aantal scholen waar zich dit voordeed was in resp. in periode I, II en III: 2, 2 en 3. Aanmeldingen zonder adresbewijs Ondanks de automatische waarschuwing die de school bij het registreren in Scholenring krijgt wanneer een adresbewijs ontbreekt of een ongeldig adres is ingevoerd, komt het voor dat een aanmelding zonder adresbewijs in Scholenring staat. Meestal betreft het ouders die niet op het verzoek van de school gereageerd hebben om dit aan te leveren. Het gevolg hiervan is dat zo n aanmelding geen voorrangsscholen heeft. In alle perioden bleken er toch nog geregistreerde aanmeldingen zonder adresbewijs te zijn. Er wordt alleen met ouders contact opgenomen als zal zij daardoor de 1 ste voorkeurschool zouden mislopen (resp. in periode I, II en III: bij 10, 10 en 4 ouders). Wanneer er voldoende plaats is op een school of ouders hebben geen enkele voorrangsschool opgegeven, wordt geen actie ondernomen. In deze gevallen voegt het adresbewijs niets toe. Scholen die speciale toelatingseisen Met de scholen die specifieke toelatingseisen hanteren, wordt afgestemd of hun aanmeldingen aan hun eisen zijn getoetst én verwerkt. De aanmeldingen die deze scholen hebben geselecteerd als 2 de t/m 10 de voorkeur én waarbij de kans bestaat dat zij op de 1 ste voorkeur uitgeloot worden, wordt voorafgaand aan de plaatsing met deze scholen afgestemd of deze kinderen voldoen aan de toelatingseisen en dus plaatsbaar zijn. Zuidoost: 20 garantiescholen (21 locaties) De scholen van Sirius en Bijzonderwijs leveren enkele malen per jaar een export aan van de in Parnassys verwerkte kinderen. Dit wordt ingelezen in de Scholenring. Wanneer dubbele aanmeldingen worden geconstateerd nemen de scholen met deze ouders contact op. Wanneer na de plaatsing een niet-1 ste voorkeurskind is geplaatst op een van deze scholen, worden zij hier altijd door de projectleiding op geattendeerd om er zeker van te zijn dat ook deze ouders de plaatsingsbrief krijgen. Doordat deze scholen weinig tot geen gebruik maken van Scholenring en kunnen zij daardoor de geplaatste kinderen makkelijk over het hoofd zien. Sluiting scholen Doordat het bestaan van De Voorsprong per 1 januari en t Gouden Ei per 1 augustus 2017 eindigde, maar ouders deze scholen nog als voorkeur konden opgeven, zijn de betreffende ouders benaderd en in de gelegenheid gesteld hun aanmelding aan te passen. Bijzondere maatregelen In periode I is een bijzondere maatregel genomen. Hierbij betrof het een fout in Schoolwijzer bij een specifiek adres in de Watergraafsmeer. Dit is voor de betrokken ouder hersteld. In periode II en III ging het om de aanstaande verhuizing van Denise en de School of Understanding naar een ander stadsdeel. Aan kinderen die in de buurt van de nieuwe locatie wonen, is de school als voorrangsschool aangeboden. Deze kinderen hebben daardoor voorrang op 9 scholen. Voor kinderen die voorrang hebben o.b.v. het oude (huidige) adres is het aanbod van voorrangsscholen ongewijzigd gebleven. In Noord is in juni 2017 in het Noorderpark een fietsbrug gerealiseerd die bij het berekenen van de afstanden niet meegenomen kon worden. Voor ouders kan dit het gevolg hebben dat zij voorrang krijgen

13 op Boven t IJ Azaleastraat. In overleg met de school is aan de ouders die dit betreft en hierom verzocht hebben, deze school als voorrangsschool aangeboden. Bijzondere plaatsingen o.b.v. ouderinitiatieven en toepassing hardheidsclausule Er zijn in totaal 17 bijzondere plaatsingen gedaan: op grond van de hardheidsclausule (1), een toezegging uit het verleden (1), onterechte toezeggingen die niet meer teruggedraaid konden worden (6), kinderen die de school vergeten had in het systeem in te voeren (7) en reparatie ongeplaatstheid (2). Ondanks het lopende project Stimuleren ouderinitiatieven in 2017 heeft dit niet geleid tot officiële aanvragen voor een ouderinitiatief volgens de regels van het toelatingsbeleid. Op één school heeft het project geleid tot een toename van de aanmeldingen. Proefplaatsingen De dag voor de plaatsing wordt standaard een serie proefplaatsingen uitgevoerd, om eventuele (niet ontdekte) calamiteiten op te sporen. In alle periodes zijn geen calamiteiten geconstateerd. Plaatsingen De drie plaatsingsbijeenkomsten - in aanwezigheid van vertegenwoordigers van het BBO, de gemeente en soms van een GMR, plus de systeemontwikkelaar en de projectleiding - zijn zonder problemen verlopen. Vrijwel alle scholen hebben de ouders op de stedelijk afgesproken data per mail of post geïnformeerd over de uitkomst van de plaatsing. Hiervoor wordt de plaatsings- en afwijzingsbrief gebruikt die de projectleiding aanlevert en door de scholen aangepast kan worden aan de door hun gewenste wijze van inschrijving. Zodra de ouders de brieven ontvangen hebben, heeft de helpdesk de ouders van de ongeplaatste kinderen benaderd om hen (indien gewenst) te ondersteunen bij het vinden van een passend alternatief. In tweede instantie zijn ook ouders benaderd die een plaats op lage voorkeur gekregen hebben. In principe blijft de helpdesk met deze ouders contact houden totdat zij een gewenste plaats gevonden hebben. Totdat deze doelgroep in z n geheel naar de basisschool gaat (uiterlijk 31 augustus 2018) zullen zich verschuivingen ten gunste van ouders blijven voordoen. Alle veranderingen na de plaatsing moeten in Scholenring geregistreerd worden totdat kinderen vier jaar zijn. In par staan de cijfers van deze verschuivingen die zich vanaf de plaatsingen tot de peildatum hebben voorgedaan Bezwaarschriften en/of beroep op hardheidsclausule Ouders kunnen een bezwaar indienen en/of een beroep doen op de hardheidsclausule met het verzoek om een plaats op een specifieke school. Zij richten zich hierbij tot het bestuur van de school van aanmelding. Na de plaatsing van periode I zijn bij STAIJ twee bezwaren of verzoeken ontvangen waarin op grond van nabijheid en de ander op grond van onderwijsconcept werd verzocht om alsnog een plaats op de school van 1 ste voorkeur te krijgen. Beide verzoeken zijn door het bestuur afgewezen. Na de plaatsing van periode II heeft Esprit een bezwaar of verzoek van ouders ontvangen die bij de plaatsing een plaats op de 5 de voorkeur gekregen hadden. Zowel de 1 ste als de 5 de opgegeven school van voorkeur waren voor dit kind geen voorrangsschool. Esprit heeft het bezwaar ongegrond verklaard. In periode II heeft de ASKO een kind op basis van de hardheidsclausule geplaatst (reden: medisch) Uitvoering projectteam toelatingsbeleid Het projectteam bestaat uit de helpdesk, de projectmedewerker en de projectleider. De globale verdeling in de contacten en daaruit voorvloeiende werkzaamheden, is als volgt: de helpdesk fungeert als vraagbaak voor ouders en scholen; de projectmedewerker is primair de contactpersoon voor de scholen en ondersteunt de helpdesk bij de lastige en complexe vragen van ouders en ondersteuning aan de projectleider; de projectleider is vooral de contactpersoon voor de besturen, BBO en gemeente en overige externen en verantwoordelijk voor diverse beleidsstukken. Daarnaast ondersteunt de systeemontwikkelaar het projectteam bij o.a. het aanbrengen van verbeteringen in en toevoegen van functionaliteiten aan Scholenring, het toevoegen van en doorvoeren van een gewijzigd scholenbestand in Scholenring, het uitvoeren van aanvullend onderzoek (in opdracht van de werkgroep/bbo) en het aanleveren van gegevens voor de verschillende rapportages

14 De helpdesk is een belangrijke (onafhankelijke) informatiebron voor ouders en heeft mede ten doel de scholen te ontlasten. Zowel de helpdesk als de projectmedewerker hebben een belangrijke functie bij het signaleren van knelpunten in de uitvoering van het toelatingsbeleid. Na elke plaatsing neemt de helpdesk met de ouders van ongeplaatste kinderen contact op, met als doel hen te ondersteunen bij het op zo kort mogelijke termijn vinden van een passende school. De helpdesk wordt weliswaar minder telefonisch en per mail benaderd dan in de introductieperiode, maar nog steeds is de inschatting dat de helpdesk in een periode van 4 maanden ruim contacten heeft. De helpdesk wordt het meest geraadpleegd in de maanden september t/m november en de weken rond de plaatsingen. Gedurende reguliere weken is de helpdesk 20 uur per week telefonisch en daarnaast per mail bereikbaar. In de weken rond de plaatsingen (2 weken voor en 3 weken na de plaatsing) is dit 30 uur per week. Daarnaast is de helpdesk betrokken bij de voorbereidingen van de plaatsingen w.o. de afstemming met de scholen en het benaderen van ouders. Voor een goed verloop van het toelatingsbeleid is het cruciaal dat het BBO i.c. de projectleiding en de gemeente ieder vanuit de eigen rol intensief samenwerken bij de uitvoering van het toelatingsbeleid. De schoolbesturen zijn volgens de WPO verantwoordelijk voor de ontwikkeling, uitvoering en naleving van het toelatingsbeleid. De gemeente ondersteunt en faciliteert de schoolbesturen hierin en is verantwoordelijk voor de informatievoorziening naar ouders en gemeenteraad. Voorbeelden van deze samenwerking zijn o.a. deelname van een verantwoordelijk ambtenaar aan de werkgroep-toelatingsbeleid; alle mailings die de gemeente naar ouders verstuurt, worden in gezamenlijkheid opgesteld; uitvoeren van afstandsberekeningen tussen alle woonadressen en scholenbestand dat het BBO in juni vaststelt en het verwerken hiervan in Schoolwijzer, inzet van OIS ten behoeve van aanvullend onderzoek. De gemeente heeft in het afgelopen jaar de verdere ontwikkeling en uitvoering van het toelatingsbeleid gefinancierd Conclusies over uitvoering, aandachtspunten en plannen voor verbetering Voor de plaatsingen voor schooljaar hebben zich geen calamiteiten voorgedaan. Het beperkte aantal problemen dat zich heeft voorgedaan, is zodanig hersteld dat ouders hierdoor niet benadeeld zijn. Bij het merendeel van de scholen verloopt de uitvoering van het toelatingsbeleid probleemloos. Een beperkt aantal scholen vergt nadrukkelijk aandacht. Bij enkele scholen is er nog onvoldoende besef dat een ogenschijnlijk simpele handeling of een toezegging grote gevolgen kan hebben (bijv. aan de ouder die langskomt vertellen dat er plaats is, zonder op de terugroeplijst in Scholenring te controleren, terwijl op de terugroeplijst kinderen staan die als eerste recht hebben op een leeggekomen plaats). Wisseling bij een administratie en/of schoolleiding betekent bijna altijd dat de opvolger onvoldoende ingewerkt is en het risico bestaat dat deze eigen regels gaat toepassen. Op dit punt is een grotere alertheid bij de scholen en besturen gewenst. Uit de reacties van ouders valt op te maken dat men goed op de hoogte is van het toelatingsbeleid. De jaarlijkse mailing van de gemeente aan ouders, die hun kind voor komend schooljaar moeten aanmelden, speelt hierin een cruciale rol. Schoolwijzer is een belangrijke informatiebron die door vrijwel alle ouders wordt gebruikt om alle scholen (incl. de voorrangsscholen) in volgorde van afstand vanaf het woonadres te vinden en naar de website van een school door te klikken. Regelmatig attendeert de projectleiding de scholen erop dat de tekst van de school op Schoolwijzer onvoldoende wervend, informatief of up-to-date is. De schoolpagina is een belangrijk visitekaartje waar de ouders kiezen wel of niet door te klikken naar de website van de school. Jaarlijks ontvangen de scholen eind oktober voor hun schoolwebsite de vernieuwde tekst over het toelatingsbeleid. Bij een aantal scholen duurt het erg lang voordat deze vernieuwde informatie op de website van de school staat. De website van het BBO wordt frequent geraadpleegd. Hier staat onder Toelatingsbeleid Basisonderwijs Amsterdam een vernieuwde subpagina onder de titel Recente resultaten en capaciteit per school, met informatie over de plaatsingskansen per school in de afgelopen drie perioden en beschikbare capaciteit voor toekomstige perioden. Deze informatie wordt dagelijks automatisch bijgewerkt, doordat deze gekoppeld is aan Scholenring

15 Het bepalen van de jaarcapaciteit blijft een punt van aandacht, maar gaat scholen wel steeds beter af. Tot vlak voor elke plaatsing kan de capaciteit worden aangepast. Bij overaanmelding wordt altijd overlegd of deze bijgesteld kan worden, zonder de kans voor ouders in de volgende perioden te verkleinen. In welke mate geanticipeerd moet worden op aanstaande verhuizingen na de plaatsing blijft lastig in te schatten. De terugroeplijst in de volledig uitgebreide vorm blijkt goed te werken en leidt niet tot enorme verschuivingen en/of onrust (zie par. 4.1). Voor ouders geeft het rust, zij weten dat de uitgelote kinderen als eerste recht hebben op een leeggekomen plek. Voor scholen wordt het ook als logisch ervaren, want als de lijst leeg is, kunnen zij elk kind aannemen dat zich aandient. Voor scholen die hierdoor uiteindelijk een kind kwijt raken aan een hogere voorkeurschool blijft het natuurlijk pijnlijk. Plannen voor verbetering van het toelatingsbeleid zijn o.a.: - Realisatie van de two-token-verificatie voor de gebruikers van Scholenring om optimaal te voldoen aan de verscherpte eisen in het kader van de algemene verordening bescherming persoonsgegevens (AVG); - Vernieuwde vormgeving van Scholenring, versie 2.0.; - Vernieuwde brochure en aanmeldformulier (realisatie september 2017); - Flexibilisering helpdesk; - Informatievoorziening op de website BBO herzien; - SWV en toelatingsbeleid: beschrijving c.q. stappenplan zorgplicht en het toelatingsbeleid - Handboek gebruikers Scholenring en uitvoering toelatingsbeleid (vernieuwde versie)

16 4. Plaatsingsresultaat schooljaar (peildatum Scholenring: ) 4.1. Plaatsingsresultaten per periode: kinderen geboren 1 september 2013 t/m 31 augustus 2014 In dit hoofdstuk staan de resultaten, getotaliseerd voor alle plaatsingen voor het schooljaar gebaseerd op de cijfers uit Scholenring op de peildatum 29 januari Alle wijzigingen na de plaatsingen (in maart, juni en november 2017) zijn in de getoonde cijfers tot 29 januari jl. verwerkt. De tabellen 1 t/m 9 staan de resultaten van schooljaar In par zijn in de tabellen 10 en 11 de plaatsingsresultaten van de drie jaren op een rij gezet. Voor de uitgangspunten van de gekozen plaatsingsmethodiek en de voorrangscriteria die bij de plaatsing gelden, verwijzen wij naar bijlage 1. Op de BBO-website staat het plaatsingsalgoritme, getrapt Boston, toegelicht. Tabel 1 Overzicht totalen 3 perioden schooljaar Periode I peild Periode II peild Periode III peild Hele jaar peild Aantal % Aantal % Aantal % Aantal % Deelnemende scholen Totale capaciteit ** Aanmeldingen * broertjes/zusjes % % % % - voorscholers mét VVE * % 169 9% 145 7% 567 9% - kinderen van het IKC 49 2% 36 2% 38 2% 125 2% - ouder werkzaam op school 7 0% 8 0% 4 0% 18 0% Geplaatste kinderen % % % % Waarvan boven de capaciteit geplaatst 4 0% 2 0% 10 0% 8 0% Stedelijk ongeplaatste kinderen 3 0% 2 0% 2 0% 3 0% Nergens geplaatste kinderen 2 0% 2 0% 1 0% 1 0% Aantal vrije plaatsen *** % % % % Scholen met lege plaatsen % % % % Scholen die vol zijn 30 14% 32 15% 31 15% 10 5% * Het aantal kinderen met een VVE-indicatie ligt hoger dan getoond, doordat de registratie hiervan niet nodig is bij aanmeldingen van: broertjes/zusjes, ouders werkzaam op de school, kinderen met IKC-voorrang en alle kinderen op de 20 scholen (21 locaties) in Zuidoost met plaatsgarantie. ** Scholen hebben de mogelijkheid om niet opgevulde plaatsen naar volgende perioden door te schuiven; dit leidt op jaarbasis niet tot een hoger aantal plaatsen, zoals in blijkt. De totaal opgetelde capaciteit op de scholen is aan het begin van de plaatsingen , op de peildatum is dat gedaald naar De capaciteit is dus juist 161 plaatsen minder geworden. Kennelijk hebben scholen die niet vol raakten de capaciteit achteraf naar beneden bijgesteld. Het verschil van en betekent dat de garantiescholen in Zuidoost een gevulde capaciteit van 210 plaatsen hadden. *** Bij vrije plaatsen is de capaciteit van de garantiescholen in stadsdeel Zuidoost net meegerekend

17 Tabel 2 Plaatsingsresultaten aangemelde kinderen, uitgesplitst naar periode Periode I Peildatum Periode II Peildatum Periode III Peildatum Hele jaar Peildatum Aantal % Aantal % Aantal % Aantal % Aanmeldingen ste voorkeur % % % % 2 de voorkeur 59 3% 58 3% 51 3% 163 3% 3 de voorkeur 24 1% 6 0% 13 1% 47 1% Totaal top % % % % 4 de voorkeur 8 0% 5 0% 4 0% 17 0% 5 de voorkeur 4 0% 4 0% 1 0% 8 0% 6 de / 7 de voorkeur 0 0% 0 0% 0 0% 2 0% 8 ste t/m 10 de voorkeur 1 0% 0 0% 0 0% 1 0% Op niet-voorkeursschool 9 0% 8 0% 8 0% 88 1% Totaal geplaatst % % % % Niet geplaatst STB 3 0% 2 0% 2 0% 3 0% Nergens geplaatst 2 0% 2 0% 1 0% 1 0% * Plaatsingen op een niet-voorkeursschool zijn kinderen die na de plaatsing terecht komen op een school die niet op hun aanmeldformulier stond. Dit zijn in 6 gevallen ongeplaatste kinderen waarvoor een niet eerder opgegeven school is gevonden. De overige 82 zijn reeds geplaatste kinderen die achteraf naar een andere school zijn overgestapt. ** Op de peildatum 29 januari 2018 is één kind nog nergens geplaatst (N.B. de ouders wensen slechts één school). Conclusies uit deze tabel: - Stadsbreed geven de plaatsingsresultaten over de drie perioden voor schooljaar een vrijwel constant beeld. Geen enkele periode springt eruit als extra gunstig of ongunstig. In periode II lag het aantal aanmeldingen ca 6% lager dan in de beide andere perioden. Slechts één kind is terechtgekomen op de 8 ste -10 de voorkeur. - Net als vorig jaar is sprake van overcapaciteit. Vorig jaar 39%; dit jaar 42%. Het aantal beschikbare plaatsen is feitelijk nog hoger, omdat de garantiescholen in stadsdeel Zuidoost de capaciteit niet registreren. Bijzondere plaatsingen Plaatsing op grond van een harde toezegging in het verleden: 1 kind Dit schooljaar is één kind geplaatst op grond van een in het verleden gedane toezegging. (In het startjaar ging het om 59 kinderen, plus ca. 100 die niet in het systeem zijn verwerkt; in : 2 kinderen). Toepassing hardheidsclausule voor individuele gevallen: 1 kind Op grond van zwaarwegende redenen heeft één bestuur (ASKO) besloten een kind op grond van de hardheidsclausule op een specifieke school te plaatsen. (In was dit bij 6 kinderen; in : 1 kind)). Plaatsing op grond van ouderinitiatieven/groepsaanmelding: geen plaatsingen Ondanks de extra inzet met het project Ouderinitiatieven dat op 19 basisscholen heeft gedraaid, heeft dit in dit schooljaar niet tot een groepsaanmelding geleid. Wel heeft dit tenminste op één school meer aanmeldingen opgeleverd. (In betrof dit totaal 42 kinderen bij 4 scholen; in : 7 kinderen.) Plaatsing ter correctie van door scholen gemaakte fouten: 13 kinderen Na de plaatsingen zijn op enkele scholen fouten in de uitvoering geconstateerd. Wanneer de rechtsgelijkheid daardoor in het geding is, wordt na overleg met betrokken scholen en het bestuur besloten de kinderen te plaatsen