FAX Option Type Faxhandleiding. Gebruiksaanwijzing

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "FAX Option Type Faxhandleiding. Gebruiksaanwijzing"

Transcriptie

1 FAX Option Type 2000 Gebruiksaanwijzing Faxhandleiding Verzending Verzendinstellingen Ontvangst Communicatie-informatie wijzigen/bevestigen Faxen via computer Bijlage Lees deze handleiding aandachtig door voordat u het apparaat gaat gebruiken en houd de handleiding bij de hand voor toekomstig gebruik. Lees eerst de Veiligheidsinformatie in Info over dit apparaat met het oog op een veilig en correct gebruik van dit apparaat.

2 Inleiding Deze handleiding bevat gedetailleerde aanwijzingen en opmerkingen over de bediening en het gebruik van dit product. Lees voor uw eigen veiligheid deze handleiding aandachtig door voordat u het apparaat gaat gebruiken. Bewaar de handleiding op een handige plaats voor een snelle raadpleging. N.B. De inhoud van deze handleiding kan zonder kennisgeving worden gewijzigd. In geen geval is de producent/leverancier aansprakelijk voor directe, indirecte, speciale, incidentele schade of bedrijfsschade als gevolg van het hanteren of bedienen van het apparaat. en: Sommige illustraties wijken mogelijk iets af van hetgeen u op uw apparaat ziet. Sommige opties zijn niet in alle landen leverbaar. Raadpleeg uw dealer voor details. Let op: Als u bij de instellingen, aanpassingen, handelingen of procedures deze handleiding niet opvolgt, kan dit leiden tot schadelijke straling. Deze gebruiksaanwijzing voorziet in twee maatsystemen. Gebruik de metrische maten voor dit apparaat.

3 Handleidingen voor deze machine Raadpleeg de handleidingen die relevant zijn voor hetgeen u met het apparaat wilt doen. Belangrijk Media verschillen volgens de handleiding. De gedrukte en elektronische versies van een handleiding hebben dezelfde inhoud. Adobe Acrobat Reader/Adobe Reader moeten geïnstalleerd zijn om deze handleidingen als PDF-bestanden te kunnen bekijken. Afhankelijk van het land waarin u zich bevindt, kunnen er ook HTML-handleidingen beschikbaar zijn. Om deze handleidingen te bekijken, moet er een webbrowser zijn geïnstalleerd. Info over dit apparaat Lees eerst de Veiligheidsinformatie in Info over dit apparaat voordat u dit apparaat gaat gebruiken. Deze handleiding bevat een introductie over de functies van het apparaat. Hierin wordt tevens het bedieningspaneel uitgelegd, de voorbereidingsprocedures voor het gebruikt van het apparaat, de wijze waarop tekst moet worden ingevoerd en de wijze waarop de meegeleerde cd-rom s moeten worden geïnstalleerd. Bedieningshandleiding Standaardinstellingen Hierin worden Gebruikersinstellingen uitgelegd en de Adresboekprocedures, zoals het registreren van faxnummers, adressen en gebruikerscodes. Raadpleeg deze handleiding ook voor uitleg over de wijze waarop het apparaat moet worden aangesloten. Problemen oplossen Geeft aanwijzingen over hoe u algemene problemen kunt oplossen en legt uit hoe u papier, toner en andere verbruiksartikelen kunt vervangen. Beveiligingshandleiding Deze handleiding is bestemd voor beheerders van het apparaat. In de handleiding worden de beveiligingsfuncties uitgelegd die de beheerders kunnen gebruiken om te voorkomen dat er wordt geknoeid met de gegevens, of om het apparaat te beschermen tegen onrechtmatig gebruik. Raadpleeg deze handleiding ook voor het registreren van beheerders en het instellen van gebruikers- en beheerdersverificatie. Kopieerhandleiding Geeft uitleg over kopieerfuncties en -bewerkingen. Raadpleeg deze handleiding ook voor uitleg over de wijze waarop originelen moeten worden geplaatst. Faxhandleiding Hierin worden de functies en handelingen van de fax uitgelegd. i

4 Printerhandleiding Hierin worden de functies en handelingen van de printer uitgelegd. Scannerhandleiding Hierin worden de functies en bediening van de scanner uitgelegd. Netwerkhandleiding Hierin wordt uitgelegd hoe het apparaat moet worden geconfigureerd en bediend in een netwerkomgeving en hoe de meegeleverde software moet worden gebruikt. Deze handleiding omvat alle modellen en bevat beschrijvingen van functies en instellingen die wellicht niet beschikbaar zijn voor dit apparaat. Afbeeldingen, illustraties en informatie over besturingssystemen die ondersteund worden, wijken wellicht ook iets af van die van het apparaat. Overige handleidingen Handleidingen voor deze machine Veiligheidsinformatie Verkorte Kopieerhandleiding Verkorte Faxhandleiding Verkorte Printerhandleiding Verkorte Scanhandleiding PostScript3 Supplement UNIX Supplement Handleidingen voor DeskTopBinder Lite DeskTopBinder Lite Installatiehandleiding DeskTopBinder Introductiehandleiding Handleiding Auto Document Link De geleverde handleidingen zijn specifiek voor apparaattypen. Voor een UNIX Supplement, ga naar onze website of neem contact op met een officiële dealer. Het PostScript3 Supplement en UNIX Supplement bevatten beschrijvingen van functies en instellingen die mogelijk niet beschikbaar zijn op dit apparaat. Er wordt naar de volgende softwareproducten verwezen, met gebruik van algemene namen: Productnaam DeskTopBinder Lite en DeskTopBinder Professional *1 Algemene naam DeskTopBinder *1 Optioneel ii

5 INHOUDSOPGAVE Handleidingen voor deze machine...i Gebruik van deze handleiding...1 Symbolen...1 Namen van belangrijke functies...1 Namen van hoofdfuncties...1 Het display lezen...2 Het display lezen en de toetsen gebruiken...3 Functieoverzicht Verzending Verzendmodi...9 Een verzendingstype selecteren...10 Geheugenverzending...11 Meerdere originelen verzenden via de glasplaat (geheugenverzending)...14 Parallelle geheugenverzending...15 Automatisch opnieuw kiezen...15 Tweevoudige toegang...16 Gelijktijdige broadcast...16 Wanneer het geheugen vol raakt bij het opslaan van een origineel...17 ECM (Error Correction Mode)...17 Directe verzending...17 Meerdere originelen verzenden via de glasplaat (Direct verzenden) IP-Faxfuncties...20 Terminologie...22 en over het gebruik van IP-Fax...23 Functies die niet beschikbaar zijn voor IP-Fax-verzending...23 Internetfaxfuncties...24 en over het gebruik van Internetfax...26 Functies niet beschikbaar voor verzending...27 Functies niet beschikbaar voor ontvangst onderwerp...27 T.37 Volledige modus...28 Originelen plaatsen...30 Geschikte origineelformaten...32 Papierformaat en scangebied...33 Het apparaat kan het origineelformaat niet waarnemen Moeilijk te detecteren origineelformaten...36 Verzending met beeldrotatie...37 Stempel...37 Leeg vel herkennen...39 Scaninstellingen...40 Type origineel...40 JBIG-verzending...41 Resolutie...41 Belichting (contrast):...42 Scaninstellingen mixen voor een origineel met meerdere pagina s...43 iii

6 Een bestemming opgeven...44 Verzenden via een faxlijn...44 Een pauze invoeren...45 Een toon invoeren...46 Verzenden met IP-fax...47 Met betrekking tot IP-Faxbestemmingen...50 Bezig met verzenden naar adres...51 De SMTP Server omzeilen...54 Snelkiestoetsen gebruiken...56 Snelkiestoetsen gebruiken om een bestemming op te geven...56 Een snelkiestoets gebruiken om een groep met bestemmingen op te geven...57 De opgegeven bestemming controleren...59 Opnieuw kiezen...60 Bestemmingen in het Adresboek programmeren...62 Bestemmingen programmeren vanuit het scherm Controleer bestemming...63 Bestemmingen programmeren vanuit het scherm opnieuw bellen Zoeken naar een bestemming in het Adresboek...65 Zoeken op naam...65 Zoeken op Bestemmingslijst...67 Zoeken op Registratienummer...69 Zoeken op faxnummer...71 Zoeken op adres...73 Zoeken op IP-Faxbestemming...75 Zoeken op LDAP-server...77 Direct kiezen...81 Handmatig kiezen...83 Geheugenopslag rapport...85 Een verzending annuleren...86 Voordat het origineel wordt gescand...86 Terwijl het origineel wordt gescand...86 Terwijl het origineel wordt verzonden...87 Voordat de verzending wordt gestart Verzendinstellingen Verzenden op een bepaald tijdstip (uitgesteld verzenden)...91 Afzenderinstellingen opties...96 Het onderwerp invoeren...96 Een Ontvangstbericht aanvragen...97 Faxkoptekst afdrukken Label invoegen SUB Codes voor verzending instellen Een wachtwoord instellen SEP Codes voor ontvangst instellen Een wachtwoord invoeren Rserverapport SEP Code RX Resultatenrapport SEP Code RX zijdige verzending (dubbelzijdige overdracht) iv

7 3. Ontvangst Ontvangsttypen Directe ontvangst Geheugenontvangst Vervangende ontvangst Documenten onvoorwaardelijk ontvangen Documenten ontvangen die aan vooraf opgegeven voorwaarden voldoen Ontvangstmodi Handmatige ontvangst Automatische ontvangst Ontvangstmodus veranderen Internetfaxdocumenten ontvangen Automatische ontvangst Handmatige ontvangst Ontvangen afbeeldingen Ontvangstfuncties Ontvangen documenten doorzenden SMTP-ontvangst via internetfax Ontvangen s via SMTP routeren JBIG-ontvangst Faxontvangst automatisch inschakelen Afdrukopties Signaal afdrukken voltooid Geruit merkteken Centreerteken Ontvangsttijd Beeldrotatie Paginatussenblad en lengteverkleining Paginaverkleining TSI-afdrukken (Transmitting Subscriber Identification Print) Als het juiste papierformaat niet beschikbaar is Prioriteitsladen instellen Afdrukken op het juiste formaat Communicatie-informatie wijzigen/bevestigen Een lijst met bestanden in het geheugen afdrukken (TX standby-bestandslijst afdrukken) Een bestand uit het geheugen afdrukken Verzendresultaten controleren (Status Verzendbestand) Op het display bevestigen Per rapport bevestigen Per bevestigen Per rapport en bevestigen Communicatieresultaat rapport (Geheugenverzending) Direct Resultaat Rapport (Directe verzending) Communicatie foutrapport v

8 Het ontvangstresultaat controleren (Status Ontvangstbestand) Op het display bevestigen Per rapport bevestigen Journaal Het journaal afdrukken Journaal Journaal verzenden via Journaal via Een bestand dat met Geheugenslot ontvangen is, afdrukken Faxen via computer Faxen versturen vanaf computers Voor gebruik De software gebruiken LAN-Faxstuurprogramma Adresboek LAN-Fax Cover Sheet Editor Auto Run Afzonderlijke toepassingen installeren Eigenschappen LAN-Faxstuurprogramma instellen De afdrukeigenschappen instellen Instellingen invoeren voor de configuratie van opties Basisverzending Een bestemming opgeven via een bestemmingslijst Een bestemming opgeven via het Adresboek Bestemmingen opgeven door rechtstreeks een faxnummer, Internetfaxbestemming of IP-Faxbestemming in te voeren Opties specificeren Het faxdocument op een bepaalde tijd verzenden Een afzenderstempel afdrukken Een voorblad bijvoegen Een voorbeeld weergeven Als bestanden opslaan Verzending controleren met LAN-Faxstuurprogramma Verzendresultaten bevestigen per LAN-Fax Resultatenrapport Afdrukken en opslaan Adresboek bijwerken Programmeren van nieuwe bestemmingen Bijwerken van geprogrammeerde bestemmingen Geprogrammeerde bestemmingen verwijderen Het Adresboek van het apparaat gebruiken in de bestemmingslijst van de LAN-Fax Faxvoorbladen wijzigen Een voorblad maken Een gemaakt voorblad toevoegen De faxfuncties beheren met behulp van SmartDeviceMonitor for Admin Meldingen LAN-Faxbediening Bestemmingsinformatie programmeren vanuit een Webbrowser Geprogrammeerde apparaateigenschappen bewerken Een ontvanger toevoegen vi

9 6. Bijlage Vaak gebruikte functies onder gebruikersfunctietoetsen programmeren Specificaties Specificaties die vereist zijn voor apparaten met Internetfaxbestemming Maximum waarden INDEX vii

10 viii

11 Gebruik van deze handleiding Symbolen In deze handleiding worden de volgende symbolen gebruikt: Duidt op belangrijke opmerkingen over de veiligheid. Het negeren van deze opmerkingen kan resulteren in ernstig of fataal letsel. Zorg ervoor dat u deze opmerkingen leest. U vindt deze in het hoofdstuk Veiligheidsinformatie in Info over dit apparaat. Duidt op belangrijke opmerkingen over de veiligheid. Het negeren van deze opmerkingen kan resulteren in middelzwaar tot licht letsel, of schade aan het apparaat of eigendommen. Zorg ervoor dat u deze opmerkingen leest. U vindt deze in het hoofdstuk Veiligheidsinformatie in Info over dit apparaat. Duidt op punten waaraan u aandacht dient te schenken tijdens het gebruik van het apparaat en op uitleg over mogelijke oorzaken van papierstoringen, schade aan originelen of gegevensverlies. Zorg ervoor dat u deze opmerkingen leest. Geeft extra uitleg over de apparaatfuncties en instructies voor het oplossen van gebruikersfouten. Dit symbool treft u aan het einde van de hoofdstukken aan. Dit geeft aan waar u nog meer relevante informatie kunt vinden. [] Geeft de namen van toetsen aan die verschijnen op het weergavepaneel van het apparaat. {} Geeft de namen van toetsen aan op het bedieningspaneel van het apparaat. Namen van belangrijke functies Naar belangrijke opties van dit apparaat wordt in deze handleiding als volgt verwezen: Automatische documentinvoer ADF Automatische documentinvoer die beide zijden van een blad kan scannen ARDF Namen van hoofdfuncties In deze handleiding wordt als volgt verwezen naar de hoofdfuncties van dit apparaat: Internetfax (door het opgeven van een adres) Internetfax Internetfax (door het opgeven van een IPv4-adres) IP-fax 1

12 Het display lezen In dit hoofdstuk wordt uitgelegd hoe de toetsen van het bedieningspaneel en de toetsen in het scherm moeten worden gebruikt. Het display leidt u door de handelingen, toont berichten, apparaatstatus en de bestemmingen die geregistreerd zijn in de bestemmingslijsten. Wanneer u op de toets {Fax} of {Instellingen verwijderen} drukt wanneer het apparaat ingeschakeld is, geeft het display stand-by aan. Druk op {OK} om de instellingen te voltooien. Druk op {Escape} om terug te keren naar het vorige scherm. Het apparaat keert automatisch terug naar de stand-by-modus wanneer u het apparaat gedurende een bepaalde tijdsduur niet gebruikt. U kunt deze tijdsduur selecteren met behulp van de Automatische resettijd voor de fax in Systeeminstellingen. Om handmatig terug te keren naar het standby-scherm, doet u het volgende: Wanneer u het origineel in de ADF of ARDF (beide optioneel) hebt geplaatst en niet op de toets {Start} hebt gedrukt, verwijder het origineel. Wanneer u het origineel niet heeft geplaatst, drukt u op de toets {Instellingen verwijderen}. Wanneer u zich in de modus Gebruikersinstellingen bevindt, drukt u op de toets {Gebruikersinstellingen/Teller}. Verwijzing Bedieningshandleiding Standaardinstellingen 2

13 Het display lezen en de toetsen gebruiken In dit hoofdstuk worden schermonderdelen uitgelegd en bijbehorende toetsen. NL ARX001S 1. Selectietoetsen Komen overeen met de items op de onderste regel van het display. Voorbeeld: Het standbydisplay Wanneer in deze handleiding de aanwijzing druk op [ ] staat vermeldt, moet u op de linkerselectietoets drukken. Wanneer in deze handleiding de aanwijzing druk op [Toon] staat vermeldt, moet u op de middelste selectietoets drukken. Wanneer in deze handleiding de aanwijzing druk op [TX Modus] staat vermeldt, moet u op de rechterselectietoets drukken. 2. {Escape}-toets Druk op deze toets om een bewerking te annuleren of om terug te gaan naar het vorige display. 3. {OK}-toets Druk hierop om numerieke waarden in te stellen, instellingen vast te leggen of een ingevoerd item te selecteren. 4. Scrolltoetsen Gebruik deze toetsen om de cursor in de gewenste richting te verplaatsen. Wanneer de toets {U}, {T}, {V} of {W} in deze handleiding vermeld staat, moet u op de scroll-toets met dezelfde richting drukken. 3

14 NL ALT009S 1. Apparaatstatus en bericht 2. Bestemminginvoer 3. Selectietoetsen 4. Schakelt tussen de bestemming faxnummer, adres en IP-Faxbestemming. 5. Selecteerbare items Het display verschilt, afhankelijk van de geïnstalleerde optionele eenheden. In het menu Faxeigenschappen kunt u bij instellingen de instelling Internetfax wijzigen. In het menu Faxeigenschappen kunt u bij IP-faxinstellingen de instelling IPfax wijzigen. Verwijzing Pag.9 Verzendmodi Pag.56 Snelkiestoetsen gebruiken om een bestemming op te geven Pag.65 Zoeken naar een bestemming in het Adresboek Bedieningshandleiding Standaardinstellingen 4

15 Functieoverzicht In dit hoofdstuk worden verschillende items uitgelegd die kunnen worden opgegeven in het menu Faxeigenschappen. Druk op de toets {Gebruikersinstellingen/Teller} om het menu Faxeigenschappen weer te geven. Voor details over de instellingen, zie Bedieningshandleiding Standaardinstellingen. Algemene instell./aanpas. Functienaam Volume aanpassen Faxinformatie programmeren Direct kiezen ontgr.tijd Stel gebr.functietoets in Omschrijving Regel het geluidsvolume tijdens Modus Direct kiezen en Directe verzending. Registreer de afzendergegevens die verschijnen op het faxapparaat van de ontvanger en op het gefaxte document. Met deze functie kunt u aangeven na hoeveel tijd de modus Direct kiezen moet worden geannuleerd, nadat u gebruik heeft gemaakt van verzending via Direct kiezen. Veel gebruikte functies die zijn geprogrammeerd als Gebruikersfunctietoetsen worden direct op het menu weergegeven nadat de stroom wordt ingeschakeld. Ontvangstinstelling Functienaam Ontvangstmodus omschakelen Geautoriseerde ontvangst Geruit merkteken Centreerteken Ontvangsttijd afdrukken Omschrijving Geef de methode op voor het ontvangen van faxberichten. Geef op of u ongewenste faxberichten wilt wegfilteren. Geef op u een geruit merkteken moet worden afgedrukt op de eerste pagina van ontvangen faxdocumenten. Geef aan of al dan niet een middenteken halverwege de linkerzijde en boven in het midden van elke ontvangen pagina moet worden afgedrukt. Geef op of ontvangstdatum en tijd moeten worden afgedrukt onderaan ontvangen faxberichten. 5

16 instellingen Functienaam Omschrijving Internetfax-instellingen U kunt selecteren om weer te geven of niet. Wanneer u een Internetfax wilt verzenden, stel Aan in om het pictogram weer te geven. Max. form. SMTP RX bestandsbezorging Gebruik deze instellingen om het formaat van verzonden te beperken, zodat bestemmingen die boven een bepaalde grootte weigeren uw toch kunnen ontvangen. Wanneer deze functie is ingeschakeld, dan kunt u geen verzenden die groter is dan de opgegeven limiet. Deze functie is beschikbaar op systemen waarbij routering via SMTP van ontvangen s mogelijk is. IP-faxinstellingen Functienaam Omschrijving H.323 inschakelen Geef op of H.323 al dan niet wordt gebruikt voor IP-Faxverzending. SIP inschakelen Geef op of SIP al dan niet wordt gebruikt voor IP-Faxverzending. H.323 instellingen Stel het IPv4-adres en het alternatieve telefoonnummer van de gatekeeper in. SIP instellingen Gateway instelingen Stel het IPv4-adres van de SIP-server in en de SIP-gebruikersnaam. Registreer, wijzig of verwijder de gateway die wordt gebruikt voor de verzending naar de IP-Fax. Registreer hoe de gateway moet worden gebruikt zonder de gatekeeper/sipserver. 6

17 Beheerderinstellingen Functienaam Journaal afdrukken TX std-by best.lijst afdr. Communicatie paginateller Geheugenbeveiliging Doorzenden Map TX Resultatenrapport Parameterinstelling Speciale afz. programmeren Progr. geh.bev.-id Selecteer Kies/Puls toon G3 analoge lijn Menu Beschermen Omschrijving Drukt een journaal af. Maximaal 50 van de laatste resultaten van verzending/bezorgingsresultaten kunnen op dit apparaat worden gecontroleerd. Gebruik deze functie om de stand-by verzendlijst af te drukken. Hiermee kunt u het totale aantal verzonden en ontvangen faxberichten in het display controleren. Wanneer u overschakelt naar Geheugenbeveiliging aan, dan worden ontvangen documenten opgeslagen in het geheugen en niet automatisch afgedrukt. Geef aan of u ontvangen faxberichten wilt doorsturen naar een geprogrammeerde ontvanger. Wanneer een map wordt toegevoegd in de doorzendbestemming of de doorzendbestemming van een bijzondere afzender, dan zal de opgegeven bestemming op de hoogte worden gebracht van de resultaten van het doorzenden. Met Parameterinstellingen kunt u verschillende instellingen aan uw behoefte aanpassen. Om functie-instellingen te wijzigen, moet u de Parameterschakelaars instellen. Bijzondere afzender programmeren/wijzigen/verwijderen, oorspronkelijke set-up uitvoeren en de lijst met Bijzondere afzenders afdrukken. U kunt functies voor elke afzender instellen als Bijzondere afzenders vooraf zijn geprogrammeerd. Programmeer een Geheugenslot-ID dat moet worden ingevoerd voor het afdrukken van documenten, wanneer de functie Geheugenslot is ingeschakeld. Gebruik deze functie om een lijntype te selecteren. U moet de volgende instellingen maken voor de G3 analoge lijn voordat u het apparaat verbindt met een standaard G3 analoge lijn. Met behulp van Menu Beschermen kunt u voorkomen dat niet-geautoriseerde gebruikers de gebruikersinstellingen kunnen wijzigen. Verwijzing Bedieningshandleiding Standaardinstellingen 7

18 8

19 1. Verzending In dit hoofdstuk worden de handelingen voor basisverzending zoals het aangeven van een verzendmodus of een bestemming uitgelegd. Verzendmodi Er zijn twee manieren van verzenden: Geheugenverzending Directe verzending Belangrijk Het is raadzaam de ontvanger te bellen en met hem te bevestigen wanneer belangrijke documenten worden verzonden. Geheugenverzending Verzending start automatisch nadat het origineel is opgeslagen in het geheugen. Dat is gemakkelijk wanneer u haast heeft en u het document mee wilt nemen. U kunt ook hetzelfde origineel naar verschillende bestemmingen verzenden. NL GFDOHO2E Directe verzending Kiest onmiddellijk het bestemmingsnummer en verstuurt dit tijdens het scannen van het origineel. Het is zeer gemakkelijk wanneer u een origineel snel wilt versturen of wanneer u de bestemming wilt controleren waarnaar u het origineel verzendt. Wanneer dit type verzending wordt gebruikt, wordt het origineel niet opgeslagen in het geheugen. U kunt slechts een adres aangeven. NL GDRH240E 9

20 Verzending U kunt de verzendmodus wijzigen door op de toets {Verzendmodus} te drukken. 1 NL ARX002S Controleer de indicator op het bedieningspaneel om te zien welke modus op dit moment actief is. Verwijzing Pag.15 Parallelle geheugenverzending Pag.16 Gelijktijdige broadcast Een verzendingstype selecteren U kunt het verzendingstype selecteren: standaardfax, IP-Fax of Internetfax. U kunt de manier van verzending wijzigen door op de selectietoetsen in het standby-scherm te drukken. Belangrijk Om IP-faxbestemmingen of Internetfaxbestemmingen te kunnen selecteren moet de printer-/scannereenheid zijn geïnstalleerd. Het display varieert afhankelijk van of de optionele printer-/scannereenheid is geïnstalleerd. Verzenden via een faxlijn Druk op [ ] om weer te geven in de kolom bestemming op het display. Verzenden naar een adres Druk op [ ] om weer te geven in de kolom bestemming op het display. 10

21 Verzendmodi Verzenden met IP-fax Wanneer u een gatekeeperserver gebruikt, druk op [ ] om weer te geven in de kolom bestemming op het display. 1 Wanneer u een SIP-server gebruikt, druk op [ ] om weer te geven in de kolom bestemming op het display. Wanneer hetzij een gatekeeperserver of een SIP-server is geselecteerd, wordt weergegeven in plaats van. Druk op [ ] om weer te geven in de kolom bestemming op het display. Verwijzing Pag.20 IP-Faxfuncties Pag.24 Internetfaxfuncties Geheugenverzending Geheugenverzending beschikt over standaardfax, Internetfax en IP-Fax. Belangrijk Bij een stroomstoring (de hoofdschakelaar wordt uitgeschakeld) of uitschakeling van het apparaat gedurende circa twaalf uur, worden alle documenten die in het geheugen zijn opgeslagen, verwijderd. Zodra de hoofdschakelaar wordt ingeschakeld, wordt het stroomstoringsrapport afgedrukt, zodat u kunt nagaan welke bestanden verwijderd zijn. Het uitschakelen via de bedieningsschakelaar verwijdert opgeslagen documenten niet. Zie Problemen oplossen. Wanneer het geheugen vol is (0% verschijnt in rechtsboven in het scherm) wordt Geheugenverzending uitgeschakeld. Gebruik in plaats daarvan Directe verzending. 11

22 Verzending A Controleer dat de indicator Geheugenverzending brandt. 1 NL ARX003S Normale geheugenverzending is geselecteerd. Wanneer de indicator Direct verzenden brandt, druk op de toets {Verzendmodus} om Geheugenverzending te selecteren. B Plaats het origineel. C Maak de noodzakelijke scaninstellingen. D Gebruik de cijfertoetsen of een Snelkiestoets en geef een bestemming op. Voor meer informatie over het invoeren van een bestemming met een snelkiestoets, raadpleeg Snelkiestoetsen gebruiken. Wanneer u zich vergist, drukt u op de toets {Wis/Stop} en voert u het juiste nummer in. E Wanneer hetzelfde origineel naar verschillende bestemmingen (broadcasting) moet worden verzonden, drukt u op [Best.tv.] om de bestemmingen aan te geven. U hoeft niet op [Best.tv.] te drukken, wanneer u een bestemming toevoegt met behulp van de bestemmingslijst. 12

23 Verzendmodi F Geef de volgende bestemming op. 1 Door op [ ] te drukken, schakelt u tussen de verzendingstypen faxnummer, adres en IP-Faxbestemming. Een faxnummer, adres en IP-Faxbestemming kunnen tegelijkertijd worden aangegeven. G Druk op de toets {Start}. Wanneer het gecombineerde totaal aantal geprogrammeerde bestemmingen groter is dan de maximumwaarde, is alleen Directe verzending mogelijk. Voor het maximum aantal bestemmingen dat u per bestand kunt opgeven, zie Maximumwaarden. Voor het maximum aantal bestemmingen dat u voor alle bestanden (inclusief bestanden in het geheugen) kunt opgeven, zie Maximumwaarden. Voor het maximum aantal documenten dat u kunt opslaan in het geheugen voor Geheugenverzending, zie Maximumwaarden. Voor het maximum aantal pagina s dat u kunt opslaan in het geheugen (met behulp van A4-formaat standaard <ITU-T q1 kaart>), zie Maximumwaarden. Verwijzing Pag.40 Type origineel Pag.41 Resolutie Pag.42 Belichting (contrast): Pag.44 Verzenden via een faxlijn Pag.47 Verzenden met IP-fax Pag.51 Bezig met verzenden naar adres Pag.56 Snelkiestoetsen gebruiken om een bestemming op te geven Pag.57 Een snelkiestoets gebruiken om een groep met bestemmingen op te geven Pag.60 Opnieuw kiezen Pag.185 Maximum waarden Bedieningshandleiding Standaardinstellingen Problemen oplossen 13

24 Verzending Meerdere originelen verzenden via de glasplaat (geheugenverzending) 1 Volg deze stappen om meerdere originelen via de glasplaat te verzenden. A Controleer dat de indicator Geheugenverzending brandt. B Plaats de eerste pagina van het origineel met de tekstzijde onder op de glasplaat. C Geef een bestemming op. D Maak de noodzakelijke scaninstellingen. E Druk op de toets {Start}. Het apparaat start het scannen. F Plaats het volgende origineel op de glasplaat binnen 60 seconden nadat het apparaat het scannen van het eerste origineel heeft voltooid. G Herhaal stappen D tot F voor alle originelen. H Plaats het laatste origineel, en druk vervolgens op de toets {q}. Het apparaat kiest de bestemming en start de verzending. 14

25 Verzendmodi Parallelle geheugenverzending Met deze functie kan een faxnummer worden gekozen terwijl het origineel wordt gescand. Bij standaard geheugenverzending wordt het origineel opgeslagen in het geheugen en wordt daarna het nummer van de bestemming gekozen. Parallelle geheugenverzending biedt u echter de mogelijkheid de verbindingssstatus snel te controleren. Daarnaast scant deze functie het origineel sneller dan de Directe verzending. Dit is handig als u haast heeft en het origineel voor andere doeleinden nodig heeft. 1 Belangrijk In de volgende gevallen wordt standaard geheugenverzending gebruikt in plaats van parallelle geheugenverzending: Als de lijn in gesprek is en er geen verbinding tot stand kon worden gebracht Bij uitgestelde verzending Als u een origineel opslaat voor geheugenverzending terwijl er een andere communicatie wordt uitgevoerd Als er twee of meer bestemmingen zijn aangegeven Als een origineel op de glasplaat wordt geplaatst en vervolgens verzonden U kunt deze functie in- of uitschakelen met de gebruikersparameters (schakelaar 07, bit 2) in het menu Faxeigenschappen. Standaard geheugenverzending kan worden gebruikt in plaats van Parallelle geheugenverzending als er onvoldoende geheugen vrij is. Als u deze functie gebruikt, wordt het Rapport geheugenopslag niet afgedrukt. Als de toets {Wis/Stop} is ingedrukt, een origineel is vastgelopen of er gebrek aan geheugen is, stopt de Parallelle geheugenverzending. Het communicatieresultaatrapport wordt afgedrukt en de bestanden worden verwijderd. Wanneer u Parallelle geheugenverzending gebruikt, wordt alleen het paginanummer in de koptekst van de fax afgedrukt, het totaal aantal originelen wordt niet automatisch afgedrukt. Verwijzing Bedieningshandleiding Standaardinstellingen Automatisch opnieuw kiezen Als een faxdocument niet kon worden verzonden omdat de lijn bezet was of als gevolg van een fout tijdens de verzending, wordt maximaal vijf maal geprobeerd om opnieuw te kiezen met een interval van 5 minuten. Als het opnieuw kiezen na vier herhalingen niet is gelukt, annuleert het apparaat de verzending en wordt een communicatieresultaatrapport of een communicatiefoutrapport afgedrukt. 15

26 Verzending 1 Wanneer een groot aantal bestanden in het geheugen opgeslagen is, worden documenten niet verzonden in de volgorde waarin ze gescand zijn. Tweevoudige toegang De machine kan andere documenten scannen en in het geheugen opslaan terwijl er een faxdocument uit het geheugen wordt verzonden, een document in het geheugen wordt ontvangen, of een rapport automatisch wordt afgedrukt. Aangezien de machine direct na het voltooien van de verzending van het huidige document start met de verzending van het tweede document, wordt de lijn efficiënter gebruikt. Bij directe verzending of wanneer u de gebruikersinstellingen heeft opgeroepen, kunt u geen origineel scannen. Gelijktijdige broadcast Gebruik deze functie om hetzelfde origineel tegelijkertijd naar meerdere bestemmingen te verzenden. Om meerdere bestemmingen op te geven, geeft u de eerste bestemming op en vervolgens de volgende bestemming door op [Best.tv.] te drukken. Wanneer u verschillende bestemmingen voor hetzelfde document kiest (broadcasting), worden de documenten in de volgorde verzonden waarin de bestemmingen gekozen zijn. Wanneer het faxdocument niet kon worden verzonden, kiest het apparaat die bestemming opnieuw na de laatste bestemming die opgegeven was voor broadcasting. Wanneer u bijvoorbeeld vier bestemmingen voor broadcasting opgeeft, A t/m D, en de lijnen naar A en C bezet zijn, kiest het apparaat de bestemmingen in deze volgorde: A, B, C, D, A en C. Om de verzendingsvoortgang te controleren, drukt u de TX-bestandslijst af. Wanneer u een tweede verzending opgeeft terwijl u naar verschillende bestemmingen broadcast, worden faxen afwisselend verzonden naar elke resterende bestemming in de huidige en de tweede broadcast. Wanneer u bijvoorbeeld een broadcast opgeeft naar de bestemmingen A en B en vervolgens een broadcast opgeeft naar de bestemmingen C en D, terwijl verzending naar de bestemming A wordt uitgevoerd, stuurt het apparaat de faxen in deze volgorde: A, C, B en dan D. Wanneer het vorige bestand en het volgende bestand beide stand-by zijn, worden deze ook in dezelfde volgorde verzonden. 16 Om te voorkomen dat per ongeluk de verkeerde snelkiestoets wordt ingedrukt, kunt u het apparaat dusdanig instellen dat elke keer wanneer een bestemming wordt toegevoegd met een snelkiestoets, [Best.tv.] moet worden ingedrukt. Voer de instelling in gebruikersinstellingen (schakelaar 17, bit 2) in het menu Faxeigenschappen in.

27 Verzendmodi Verwijzing Pag.137 Een lijst met bestanden in het geheugen afdrukken (TX standby-bestandslijst afdrukken) Bedieningshandleiding Standaardinstellingen Wanneer het geheugen vol raakt bij het opslaan van een origineel 1 Wanneer het geheugen vol raakt bij het opslaan van een origineel (vrij geheugen bereikt 0%) verschijnt de melding: Geheugen is vol. Scan wordt gest. gesc. pg. zullen wrd opgesl.. Druk op [Afsluit.] om alleen opgeslagen pagina s te verzenden. Wanneer dit gebeurt worden alleen gescande pagina s verzonden. Wanneer u gescande pagina s wilt verwijderen en in dit geval verzending wilt annuleren, neem contact op met uw dealer. ECM (Error Correction Mode) Wanneer een deel van de verzending mislukt vanwege een lijnprobleem, wordt de verloren data automatisch opnieuw verzonden. Belangrijk Deze functie werkt alleen als het andere apparaat ECM heeft. Deze functie is niet bij internetfax beschikbaar. Directe verzending Directe verzending is mogelijk met standaardfaxverzending en IP-Faxverzending. Belangrijk Internetfax wordt alleen uitgevoerd in Geheugenverzending die de verzending automatisch opstart nadat de documenten in het geheugen zijn opgeslagen. Wanneer u Direct verzenden selecteert voor Internetfax, verschijnt het bericht Probeer opnieuw na overschak. op geh.verz.. Druk in dit geval op [Afsluit.] en schakel vervolgens over op Geheugenverzending. Groep kan niet worden gebruikt voor Directe verzending. U kunt hetzelfde document niet naar meerdere bestemmingen verzenden. (broadcasting). Indien u een groep opgeeft, verschijnt het bericht Probeer opnieuw na overschak. op geh.verz.. Druk in dit geval op [Afsluit.] en schakel vervolgens over op Geheugenverzending. 17

28 Verzending A Controleer dat het lampje Direct verz. brandt. 1 NL ARX004S Wanneer de indicator Geheugenverzending brandt, druk op de toets {Verzendmodus} om Direct verzenden te selecteren. B Plaats het origineel. C Selecteer de noodzakelijke scaninstellingen. D Gebruik de cijfertoetsen of een Snelkiestoets en geef een bestemming op. Voor meer informatie over het invoeren van een bestemming met een snelkiestoets, raadpleeg Snelkiestoetsen gebruiken. Wanneer u zich vergist, drukt u op de toets {Wis/Stop} en voert u het juiste nummer in. E Druk op de toets {Start}. Het apparaat kiest een bestemming. Documenten worden niet opgeslagen in het geheugen. 18 Verwijzing Pag.40 Type origineel Pag.41 Resolutie Pag.42 Belichting (contrast): Pag.44 Verzenden via een faxlijn Pag.47 Verzenden met IP-fax Pag.56 Snelkiestoetsen gebruiken om een bestemming op te geven Pag.57 Een snelkiestoets gebruiken om een groep met bestemmingen op te geven Pag.60 Opnieuw kiezen

29 Verzendmodi Meerdere originelen verzenden via de glasplaat (Direct verzenden) Volg deze stappen om meerdere originelen via de glasplaat te verzenden. A Controleer dat het lampje Direct verz. brandt. B Plaats de eerste pagina met de tekstzijde onder op de glasplaat. C Geef een bestemming op. 1 D Maak de noodzakelijke scaninstellingen. E Druk op de toets {Start}. F Plaats het volgende origineel op de glasplaat binnen 10 seconden nadat het apparaat het scannen van het eerste origineel heeft voltooid. G Herhaal stappen D tot F voor alle originelen. H Plaats het laatste origineel, en druk vervolgens op de toets {q}. 19

30 Verzending IP-Faxfuncties 1 Met de IP-Faxfunctie kunt u documenten tussen twee faxen rechtstreeks verzenden of ontvangen via een TCP/IP-netwerk. Deze functie biedt de volgende voordelen en is geschikt voor communicatie binnen hetzelfde LAN: Communicatiekosten verminderen Communicatie tussen IP-Faxen met een hogere snelheid dan met een standaardfax IP-Fax maakt gebruik van SIP en H.323 als het netwerkprotocol. Geef een IPv4-adres of hostnaam op in plaats van een faxnummer voor verzenden. Wanneer een gatekeeper wordt gebruikt, geeft u diens alias telefoonnummer op. Wanneer een SIP-server wordt gebruikt, kunt u verzenden door de SIP Gebruikersnaam op te geven. Geef de adressen van de gatekeeper of de SIP-server (proxyserver, register server, redirect server) op waar nodig voor IP-faxinstellingen in het menu Faxeigenschappen. U kunt ook verzenden naar een G3-fax die aangesloten is op het publieke telefoonnetwerk (PSTN) via een gateway (compatibel met T.38). U kunt IP-Faxen op dezelfde wijze ontvangen als standaardfaxen. 20

31 IP-Faxfuncties 1 NL ALT001S Belangrijk Als u IP-faxfuncties wilt gebruiken, moet de printer-/scannereenheid zijn geïnstalleerd. Om de IP-Faxfuncties te gebruiken, moet dit apparaat zijn aangesloten op een LAN en correct zijn ingesteld onder IP-faxinstellingen in het menu Faxeigenschappen. Voordat deze functie wordt gebruikt, dient u het netwerk te configureren in het menu Systeeminstellingen. De faxfunctie van dit apparaat kan niet worden gebruikt met IPv6. IP-Fax dat door dit apparaat wordt ondersteund, is compatibel met ITU-Taanbeveling T

32 Verzending 1 Verwijzing Pag.115 Ontvangsttypen Bedieningshandleiding Standaardinstellingen Terminologie Hieronder treft u woorden aan die u moet kennen voor het gebruik van IP-Fax: H.323 Een multimedia-communicatieprotocol waarmee bestanden via een één-opéén-communicatie via een LAN of het internet worden verstuurd. SIP Een communicatieregelprotocol voor internettelefonie dat gebruik maakt van VoIP (dat spraakinformatie omzet naar IP-pakketten) en is uitgerust met functies, zoals het creëren, aanpassen en beëindigen van sessies met één of meerdere deelnemers. Gatekeeper (VoIP-gatekeeper) Een gatekeeper beheert apparaten die aangesloten zijn op een IP-netwerk en alias telefoonnummers omzet naar IPv4-adressen en verificatiefuncties uitvoert. Daarnaast regelt een gatekeeper band- (transmissiesnelheidstoewijzing) en toegangscontrole. SIP-server Een SIP-server bemiddelt de verbindingsverzoeken tussen apparaten die aangesloten zijn op een IP-netwerk en bestaat voornamelijk uit servers die de volgende drie functies hebben: Proxy server: ontvangt SIP-verzoeken en stuurt deze door in opdracht van de aanvrager. Register server: ontvangt informatie over een apparaatadres binnen een IP-netwerk en registreert deze in de database. Redirect server: wordt gebruikt om naar informatie bestemmingsadres te vragen. Gateway (VoIP-gateway) Een gateway die een telefoonnetwerk met een IP-netwerk verbindt, beschikt over functies, zoals protocolconversie voor het aansluiten van deze verschillende netwerken en verbindt tevens communicatieapparaten (telefoons, faxen) met een LAN of andere netwerken. 22

33 IP-Faxfuncties en over het gebruik van IP-Fax Hieronder vindt u opmerkingen voer het gebruik van IP-Fax: Wellicht kunt u niet naar een netwerk versturen dat beschermd wordt door een firewall. U kunt geen telefoons in een LAN gebruiken. Wanneer een stroomstoring ongeveer twaalf uur duurt, of wanneer het apparaat gedurende ca. twaalf uur is losgekoppeld van het lichtnet, worden documenten die zijn opgeslagen in het geheugen van het faxapparaat verwijderd. Wanneer een document verwijderd is, wordt het Stroomstoringsrapport automatisch afgedrukt wanneer de hoofdschakelaar wordt ingeschakeld. Gebruik dit rapport om te controleren welke documenten verwijderd zijn. Het uitschakelen via de bedieningsschakelaar verwijdert opgeslagen documenten niet. Zie Problemen oplossen. 1 Verwijzing Problemen oplossen Functies die niet beschikbaar zijn voor IP-Fax-verzending U kunt de volgende functies gebruiken met standaard-faxverzending, maar niet met IP-Fax-verzending: Direct kiezen Handmatig kiezen 23

34 Verzending Internetfaxfuncties 1 Dit apparaat zet gescande documentafbeeldingen om in indeling en verzend de gegevens via het internet. De die met dit apparaat is verzonden, kan worden ontvangen door een ander Internetfaxapparaat. In plaats van het telefoonnummer te bellen van de bestemming waarnaar u het wilt versturen, voert u het relevante adres in. U ontvangen berichten ook afdrukken of doorsturen. NL ALT002S Belangrijk Als u Internetfuncties wilt gebruiken, moet de optionele printer-/scannereenheid zijn geïnstalleerd. Om de Internetfaxfuncties te gebruiken, moet dit apparaat zijn aangesloten op een LAN en correct zijn ingesteld onder Internetfaxinstellingen in het menu Faxeigenschappen. De faxfunctie van dit apparaat kan niet worden gebruikt met IPv6. Om Internetfaxdocumenten te verzenden, stelt u in het menu Faxeigenschappen onder instellingen [Aan] in op [Internetfax-instellingen]. Documenten kunnen echter nog steeds worden doorgezonden of bezorgd bij Internetfaxbestemmingen, zelfs wanneer [Uit] geselecteerd is. Om internetfaxdocumenten te ontvangen, stelt u in het menu systeeminstellingen, onder Bestandsoverdrag optie [ account faxen] in op [Ontvangen]. 24

35 Internetfaxfuncties De Internetfaxfunctie die door dit apparaat wordt ondersteund, is compatibel met ITU-T aanbeveling T.37. U kunt berichten met een bijgevoegde TIFF-F-afbeelding ontvangen van andere computers. Hoewel Internetfaxdocumenten gewoonlijk worden verzonden via een SMTP Server, kunt u ook Internetfaxdocumenten rechtstreeks naar hun bestemmingen verzenden zonder dit via een SMTP Server te leiden. Om dit te doen stelt u vooraf SMTP server gebruiken in op een gebruikersfunctietoets. Tijdens het verzenden van Internetfaxdocumenten kunt u Onderwerp bijvoegen en Ontvangstbevestiging selecteren in [TX Modus]. U kunt het formaat van de verzonden berichten beperken in inst. van Faxeigensch.. Zie Ontvangen afbeeldingen voor de wijze waarop feitelijk wordt ontvangen door de computer. Voor details over de wijze waarop het verzendresultaat wordt bevestigd, zie Verzendresultaten controleren (TX-bestandsstatus). Wanneer u een Internetfax verstuurd met een gebruikerscode en het adres is ingesteld als bestemming van de opgegeven gebruikerscode, wordt er een communicatieresultaatrapport verzonden nadat de verzending is voltooid. Hiermee is het mogelijk de resultaten van een verzending te verifiëren. U kunt geen als cc versturen naar een bestemming. 1 Verwijzing Pag.54 De SMTP Server omzeilen Pag.96 Het onderwerp invoeren Pag.97 Een Ontvangstbericht aanvragen Pag.123 Ontvangen afbeeldingen Pag.141 Verzendresultaten controleren (Status Verzendbestand) Bedieningshandleiding Standaardinstellingen 25

36 Verzending en over het gebruik van Internetfax 1 Hieronder treft u opmerkingen aan over het gebruik van Internetfax: Als u een verzendopdracht per gebruikt, worden de documenten op A4- formaat verzonden. Documenten die groter zijn dan A4 worden verkleind tot A4-formaat. Als de ontvanger de T.37 volledige modus ondersteunt, worden de documenten verzonden in het formaat dat is opgegeven in het Adresboek. Wanneer Internetfaxverzending wordt gebruikt, worden documenten verzonden met detailresolutie, zelfs wanneer u Fijn heeft opgegeven. Om een document als Fijn te verzenden, moet u de Volledige modus instellen tijdens het opslaan van bestemmingen in het Adresboek. Wanneer een verzending mislukt, ontvangt dit apparaat meestal een e- mailfoutmelding. Er zijn echter verschillende redenen waarom foutberichten niet worden verzonden. Het wordt aanbevolen de ontvangst van belangrijke documenten te bevestigen door de andere partij te bellen. Het beveiligingsniveau voor internetcommunicatie is laag. Het wordt aangeraden het telefoonnetwerk te gebruiken voor vetrouwelijke communicatie. Spraakcommunicatie wordt niet ondersteund via een LAN. Internetfaxbezorging kan worden vertraagd als gevolg van verstoppingen in het netwerk. Gebruik Internetfaxverzending dat de SMTP Server, een fax via een openbare telefoonlijn of IP-Fax omzeilt wanneer communicatietijd belangrijk is. Wanneer een stroomstoring ongeveer twaalf uur duurt, of wanneer het apparaat gedurende ca. twaalf uur is losgekoppeld van het lichtnet, worden documenten die zijn opgeslagen in het geheugen van het faxapparaat verwijderd. Wanneer een document verwijderd is, wordt het Stroomstoringsrapport automatisch afgedrukt wanneer de hoofdschakelaar wordt ingeschakeld. Gebruik dit rapport om te controleren welke documenten verwijderd zijn. Het uitschakelen via de bedieningsschakelaar verwijdert opgeslagen documenten niet. Zie Problemen oplossen. Het kan zijn dat u grote bestanden niet kunt verzenden als , afhankelijk van de voorwaarden van de omgeving. Wanneer er vrij geheugen beschikbaar is, kunt u wellicht geen Internetfaxdocumenten verzenden. Omdat het apparaat documenten als berichten verstuurd met een toegevoegde TIFF-F-afbeelding, zijn viewertoepassingen vereist om de documenten te kunnen bekijken wanneer ze op een computer worden ontvangen. Wanneer een document een grote omvang heeft, kan het enige tijd duren voordat de verzending start. Dit wordt veroorzaakt door de tijd die de computer nodig heeft om de gegevens in het geheugen om te zetten. 26 Verwijzing Pag.28 T.37 Volledige modus Pag.33 Papierformaat en scangebied Pag.54 De SMTP Server omzeilen Problemen oplossen

37 Internetfaxfuncties Functies niet beschikbaar voor verzending De volgende functies worden ondersteund bij standaardfaxverzending, maar niet bij Internetfaxverzending. Directe verzending Verzending op SUB Code Direct kiezen Handmatig kiezen JBIG-verzending ECM (Error Correction Mode) 1 Functies niet beschikbaar voor ontvangst De volgende functies worden ondersteund bij standaardfaxverzending, maar niet bij Internetfaxverzending. Ontvangst met geheugenbeveiliging Ontvangst SEP-code Geautoriseerde ontvangst onderwerp Wanneer u een verzendt zonder een onderwerp op te geven, wordt een onderwerp automatisch ingevoegd. Onderwerp verschilt, afhankelijk van de instellingen voor Stempel afzender. Wanneer Stempel afzender is ingeschakeld: Van Naam afzender (Faxbericht-nr.xxxx) Wanneer Stempel afzender is uitgeschakeld: Wanneer Eigen Faxnr. en Eigen Naam geprogrammeerd zijn: Van Eigen Faxnr. ( Eigen Naam ) (Faxberichtnr.xxxx) Wanneer alleen Eigen Faxnr. geprogrammeerd is: Van Eigen Faxnr. (Faxberichtnr.xxxx) Wanneer alleen Eigen Naam geprogrammeerd is: Van Eigen Naam (Faxbericht-nr.xxxx) Wanneer noch Eigen Faxnr., noch Eigen Naam geprogrammeerd zijn: Faxberichtnr.xxxx xxxx is het documentnummer dat in het Journaal verschijnt. Verwijzing Pag.93 Afzenderinstellingen 27

38 Verzending T.37 Volledige modus 1 Dit apparaat is compatibel met T.37 Volledige modus. T.37 Volledige modus is een internationale norm voor Internetfaxverzending. (ITU-T Aanbeveling, RFC2532) Wanneer een Internetfaxcommunicatie wordt uitgevoerd tussen apparaten die compatibel zijn met T.37 Volledige modus, verstuurt de ontvanger een retourontvangst (verzonden) als reactie op het verzoek om een ontvangstbericht dat is bijgevoegd bij de verzonden . Deze retourontvangst omvat informatie over de ontvangstmogelijkheden van de ontvanger (compressietype, papierformaat en resolutie). Wanneer de ontvanger is geprogrammeerd in het Adresboek als Volledige modus-bestemming, registreert de afzender de ontvangen informatie automatisch in het Adresboek. Hiermee kunt u een volgend Internetfaxdocument naar die ontvanger sturen op basis van deze informatie. Een retourontvangst retourneren Wanneer een is ontvangen en de afzender een ontvangstbericht vraagt, verzendt de ontvanger een retourontvangst dat de mogelijkheden (compressietype, papierformaat en resolutie) van het apparaat omvat. Inhoud van ontvangen ontvangstbevestiging registreren Wanneer de afzender de retourontvangst ontvangt, met de ontvangstmogelijkheden van de ontvanger, controleert de afzender of het verzonden adres van de eindontvanger is geprogrammeerd in het Adresboek. Wanneer deze geprogrammeerd is als Volledige modus-bestemming, registreert de afzender de ontvangstmogelijkheden van de ontvanger automatisch. De geregistreerde ontvangstmogelijkheden wordt elke keer bijgewerkt wanneer de afzender nieuwe informatie over de ontvangstmogelijkheden ontvangt. De afzender kan de documenten naar de ontvanger versturen op basis van deze informatie. Wanneer de ontvanger geprogrammeerd is als apparaat met eenvoudige modus of niet geprogrammeerd in het Adresboek, kunnen de ontvangstmogelijkheden van de ontvanger niet worden geregistreerd. Wanneer u de ontvangstmogelijkheden van de ontvanger kent, kunt u dit handmatig instellen. Een Ontvangstbericht aanvragen Wanneer het apparaat van de ontvanger T.37 Volledige modus ondersteunt en geprogrammeerd is als een apparaat in met volledige modus in het Adresboek, vraagt het apparaat het ontvangstbericht van de ontvanger aan. Vervolgens ontvangt het apparaat de retourontvangst (verzonden) met de ontvangstmogelijkheden van de ontvanger. 28

39 Internetfaxfuncties Gebruik Web Image Monitor om handmatig de gegevens van de ontvangstmogelijkheden van een ontvanger te programmeren. Wanneer u Internetfaxverzending gebruikt, kunt documenten in één keer naar meerdere bestemmingen verzenden. Wanneer u echter bestemmingen met Volledige modus opgeeft, wordt de verzending een voor een uitgevoerd in de opgegeven verzendingsvolgorde, omdat elke bestemming andere ontvangstmogelijkheden kan hebben. 1 Verwijzing Pag.97 Een Ontvangstbericht aanvragen Pag.179 Bestemmingsinformatie programmeren vanuit een Webbrowser 29

40 Verzending Originelen plaatsen 1 Plaats het origineel op de glasplaat of in de ADF of ARDF. Voor details over de manier waarop de originelen moeten worden geplaatst, zie het volgende: Originelen plaatsen op de glasplaat Kopieerhandleiding Originelen plaatsen in de optionele ADF of de ARDF Kopieerhandleiding Vergeet niet dat [Spec.pap.] van de kopieerfunctie niet kan worden gebruikt met de faxfunctie. Belangrijk Wanneer u originelen met A5-formaat op de glasplaat plaatst, worden ze niet gedetecteerd. Plaats originelen met A5-formaat in de ADF of ARDF. Til de ADF of ARDF niet op wanneer deze wordt gebruikt om originelen te scannen. Hoe plaatst u originelen van het formaat A4, B4 JIS (Japanse Industrie Standaard), A3, 8 1 / 2 " 11", 8 1 / 2 " 14", and 11" 17" NL ALT012S Originelen plaatsen van het formaat A5 en B5 JIS NL ALT013S 30

41 Originelen plaatsen Om meerdere originelen te scannen met de ADF of ARDF, plaatst u de originelen in een stapel. Wanneer een fax wordt verzonden, is de uitvoer van de afbeelding bij de ontvanger afhankelijk van het formaat en de afdrukrichting van het papier dat in het apparaat van de ontvanger wordt gebruikt. Wanneer de ontvanger geen papier van hetzelfde formaat en afdrukrichting gebruikt als dat van het origineel, kan de faxafbeelding verkleind zijn, aan beide zijden afgesneden of verdeeld over meerdere vellen. Wanneer een belangrijk origineel wordt verzonden, vraag dan de ontvanger naar het formaat en de afdrukrichting van het papier in zijn apparaat. Documenten langer dan 800 mm (32") moeten worden verzonden met geheugenverzending (directe verzending is wellicht niet mogelijk). Wanneer een origineel vastloopt, drukt u op de toets {Wis/Stop} en verwijdert u het origineel voorzichtig. Zorg ervoor dat alle inkt, correctievloeistof enz, volledig opgedroogd is voordat u het origineel plaatst. Wanneer dit nog nat is, kan het vlekken veroorzaken op de glasplaat en deze vlekken verschijnen op de ontvangen afbeelding. Doorgaans plaatst u A4, 8 1 / 2 " 11" originelen in de afdrukstand liggend (L). Als u een A4, 8 1 / 2 " 11" origineel in de afdrukstand staand plaatst (K), wordt de afbeelding 90 gedraaid verstuurd. U kunt de eerste pagina van de glasplaat verzenden en de resterende pagina s vanuit de ADF of ARDF. U kunt niet wisselen van ADF of ARDF naar glasplaat. Wanneer u uit het geheugen verzendt, raadpleeg Meerdere originelen verzenden via de glasplaat (geheugenverzending). Wanneer u direct verzendt, raadpleeg Meerdere originelen verzenden via de glasplaat (direct verzenden). Als u de Internetfaxfunctie gebruikt, worden de originelen op A4-formaat verzonden. Originelen die groter zijn dan A4 worden verkleind tot A4-formaat. Als het apparaat van de ontvanger de T.37 volledige modus ondersteunt, worden de originelen verzonden in het formaat dat is opgegeven in het Adresboek. Informatie over dit apparaat wordt afgedrukt op de bestemming. Deze informatie wordt afgedrukt op de zijde van het papier dat zich links van u bevindt wanneer u de documenten op de glasplaat of in de ADF of ARDF plaatst. De informatie wordt echter ook 90 graden gedraaid afgedrukt wanneer een A4, 8 1 / 2 " 11"-origineel is geplaatst in de staande afdrukrichting (K). Voor geschikte origineeltypen, zie Geschikte origineelformaten, Papierformaat en scangebied, Het apparaat kan het formaat van het origineel niet detecteren en Moeilijk te detecteren origineelformaten. 1 31

42 Verzending 1 Verwijzing Pag.14 Meerdere originelen verzenden via de glasplaat (geheugenverzending) Pag.19 Meerdere originelen verzenden via de glasplaat (Direct verzenden) Pag.28 T.37 Volledige modus Pag.32 Geschikte origineelformaten Pag.33 Papierformaat en scangebied Pag.35 Het apparaat kan het origineelformaat niet waarnemen. Pag.36 Moeilijk te detecteren origineelformaten Pag.37 Verzending met beeldrotatie Pag.39 Leeg vel herkennen Bedieningshandleiding Standaardinstellingen Kopieerhandleiding Geschikte origineelformaten Plaats van het origineel Geschikte origineelformaten Maximaal aantal vellen Dikte van het papier Glasplaat Maximaal A3 ( mm), 11" 17" ( mm) ADF of ARDF, enkelzijdig document Faxverzending: A5 tot A3 L (max mm lang) 8 1 / 2 " 5 1 / 2 " tot 11" 17"L 30 vellen of 50 vellen voor ARDF (80 g/m 2, 20 lb) g/m 2 (14-28 lb) ARDF, dubbelzijdig document Faxverzending: A5 tot A3 L (max. 432 mm lang) 8 1 / 2 " 5 1 / 2 " tot 11" 17"L 50 vel (80 g/m 2, 20 lb) g/m 2 (14-28 lb) 32

43 Originelen plaatsen Papierformaat en scangebied Belangrijk Als u een origineel op de glasplaat plaatst dat groter is dan A3, 11" 17" wordt een gebied van slechts A3, 11" 17" gescand. 1 Glasplaat NL ADF of ARDF NL ALT010S Maximaal scangebied Het maximale scangebied wordt hieronder weergegeven: Geheugenverzending: mm/11" 47" (B L) vanuit de ADF of ARDF Direct verzenden: mm/11" 47" (B L) vanuit de ADF of ARDF mm/11" 17" (B L) (vanaf de glasplaat) 33

44 Verzending 1 Het formaat van de afbeelding kan afwijken als de afbeelding bij de ontvanger wordt afgedrukt. Zelfs als een origineel correct op de glasplaat of in de ADF of ARDF is geplaatst, kan het zijn dat een marge van 3 mm (0,1") rondom de rand van het origineel niet wordt verzonden. Als de ontvanger papier gebruikt dat minder breed is dan het origineel, wordt de afbeelding verkleind zodat die op dat papier past. Tijdens directe verzending kan de lengte van het scanbereik smaller worden dan 1200 mm (47"), afhankelijk van de karaktergrootte en de instellingen in het bestemmingsapparaat. Het apparaat herkent de papierformaten als volgt: Als u een origineel in de ADF of ARDF plaatst, wordt een origineel dat breder is dan ongeveer 264 mm (10,4") gescand als A3, 11" 17". Een origineel dat smaller is dan 230 mm (9,1") wordt verzonden als formaat 8 1 / 2 " 11" of 8 1 / 2 " 14", en een origineel dat smaller is dan ongeveer 264 mm (10,4") wordt als B4 JIS gescand. U kunt originelen met een lengte van maximaal 1200 mm (47,2") scannen. Zie onderstaande tabel voor de formaten die de machine kan herkennen als u een origineel op de glasplaat plaatst. Aangezien de machine originelen met een aangepast formaat scant als een standaardformaat, kan afhankelijk van de lengte van het document een gedeelte van het bericht worden weggelaten. Metrische versie Inch-versie - Autodetectie niet mogelijk *1 Normaliter kan een lengte van circa 420 mm (16,5") worden gescand, het is echter alleen mogelijk een scanformaat tot maximaal 432 mm (17") op te geven. 34

45 Originelen plaatsen Het apparaat kan het origineelformaat niet waarnemen. Wanneer het apparaat het formaat van het origineel niet kan detecteren, verschijnt de melding Kan form.orig. niet detecteren. Plaats orig. opnieuw en druk op[start].. 1 Doe in dit geval het volgende: A Druk op [Afsluit.]. Het vorige scherm verschijnt terug op het display. B Verwijder het origineel en vervang deze. C Druk op de toets {Start}. Wanneer u de stappen A tot C tweemaal herhaalt en het origineel is nog steeds niet herkend, verschijnt het scherm waarin u het origineelformaat kunt opgeven. Selecteer het origineelformaat en druk op de toets {OK}. 35

46 Verzending Moeilijk te detecteren origineelformaten 1 Het apparaat heeft moeite met de detectie van de volgende origineelformaten. (Als dit gebeurt, selecteert het ontvangende apparaat mogelijk het verkeerde formaat afdrukpapier.) documenten die op de glasplaat worden geplaatst en een ander formaat hebben dan de formaten in onderstaande tabel originelen met tabs of andere uitstekende gedeelten transparante originelen zoals overheadtransparanten en doorschijnend papier donkere originelen met veel tekst of tekeningen originelen met ingekleurde gedeelten originelen met ingekleurde gedeelten langs de randen originelen met een glanzend oppervlak gebonden originelen dikker dan 10 mm (0,3") zoals boeken De volgende papierformaten worden automatisch in de faxmodus gedetecteerd. Metrische versie Formaatlocatie van het origineel A3L B4 JISL A4K L B5 JISL B5 JISK A5K L 8 1 / 2 " 11"KL 8 1 / 2 " 13"L Glasplaat ADF of ARDF - Autodetectie - Autodetectie niet mogelijk Inch-versie Formaatlocatie van het origineel 11" 17" L 8 1 / 2 " 14"L 8 1 / 2 " 11" KL 5 1 / 2 " 8 1 / 2 " KL 8" 13" L 11" 15" L 10" 14" L 10" 8" L Glasplaat ADF of ARDF - Autodetectie - Autodetectie niet mogelijk 36

47 Originelen plaatsen Verzending met beeldrotatie Doorgaans plaatst u A4, 8 1 / 2 " 11" originelen in de afdrukstand liggend (L). Als u een A4, 8 1 / 2 " 11" origineel in de afdrukstand staand plaatst (K), wordt de afbeelding 90 gedraaid verstuurd. Mits de ontvanger A4, 8 1 / 2 " 11" liggend papier heeft (L), wordt het document op hetzelfde formaat als het origineel afgedrukt. 1 Deze functie is niet beschikbaar bij Directe verzending. Stempel Als u een faxdocument verzendt met de ADF of ARDF, kan de apparaat een cirkelvormige markering onderaan het origineel zetten. Als u een dubbelzijdig document verzendt, wordt het document onderaan de voorzijde van de eerste pagina en bovenaan de laatste pagina gemarkeerd. Scannen NL Belangrijk Hiervoor is de ADF of ARDF nodig. De stempelfunctie kan alleen worden gebruikt bij scannen vanuit de ADF of ARDF. Deze functie moet vooraf zijn ingesteld op een gebruikersfunctietoets. Standaard staat deze geregistreerd op gebruikersfunctietoets {F3}. A Plaats het origineel en selecteer de gewenste scaninstellingen. B Druk op de gebruikersfunctietoets {F3} om de indicator te laten branden. NL ARX005S Om de stempel te annuleren, druk op de gebruikersfunctietoets {F3} om de indicator uit te zetten. 37

48 Verzending 1 C Geef de bestemming op en druk op de toets {Start}. De indicator voor de stempel gaat uit wanneer de verzending is voltooid voor direct verzenden of wanneer het scannen is voltooid voor geheugen verzenden. Deze markering geeft aan dat het origineel succesvol in het geheugen is opgeslagen voor geheugenverzending, of dat het succesvol is verzonden bij directe verzending. Als het stempel lichter wordt, vervangt u het stempelkussen. Wanneer een invoer van meerdere pagina s of een papierstoring plaats vindt, worden de originelen niet correct verzonden en niet gestempeld. Wanneer u een pagina aantreft die niet gestempeld is, stuurt u alleen die pagina opnieuw. Een papierstoring tijdens Parallelle geheugenverzending kan ertoe leiden dat het verzenden mislukt, zelfs bij gebruik van de stempelfunctie. U kunt de stempelfunctie niet in- of uitschakelen terwijl er originelen worden gescand. Verwijzing Bedieningshandleiding Standaardinstellingen Problemen oplossen 38

49 Originelen plaatsen Leeg vel herkennen Nadat het scannen van de eerste pagina is voltooid, klinkt er een alarm wanneer de pagina bijna leeg is. Belangrijk Het herkennen van een blanco pagina werkt alleen als het origineel is gescand met de ADF of ARDF. De functie van het herkennen van een blanco pagina werkt niet voor de tweede pagina en daarop volgende pagina s. Deze functie geeft een melding wanneer een origineel met de verkeerde zijde naar beneden op de scanner is geplaatst. Wanneer dit gebeurt, verschijnt er gedurende enkele seconden een bericht. De melding verschilt afhankelijk van het aantal pagina s dat moet worden gescand en de verzendmodus. Wanneer u een document verstuurd met Direct verzenden of wanneer alle pagina s zijn gescand in Geheugenverzending: 1 Wanneer sommige pagina s ongescand zijn gebleven in parallelle geheugenverzending of geheugenverzending: Zelfs wanneer er een bijna blanco pagina is ontdekt, wordt deze normaal verzonden. U kunt deze functie in- of uitschakelen met de gebruikersparameters (schakelaar 11, bit 2). Als u het scannen wilt stoppen wanneer er een blanco pagina is ontdekt, drukt u op de toets {Wis/Stop}. 39

50 Verzending Scaninstellingen 1 Het kan zijn dat u veel verschillende typen faxdocumenten wilt verzenden. Sommige van deze documenten kunnen moeilijk te reproduceren zijn bij de ontvanger. Het apparaat beschikt echter over drie instellingen die u kunt aanpassen om het document met de meest optimale beeldkwaliteit te verzenden. Type origineel: Tekst, Foto Resolutie: Standaard, Detail, Fijn Belichting (contrast): Handmatige belichting (vijf niveaus) Type origineel Om de beeldhelderheid te optimaliseren, selecteer het juiste type origineel. De volgende instellingen zijn beschikbaar voor diverse typen originelen: Tekst Selecteer Tekst om originelen met zwart-witafbeeldingen met hoog contrast te verzenden. Gebruik deze instelling wanneer u alleen duidelijker leesbare tekst wilt verzenden, zelfs wanneer het origineel tekst en foto s bevat. Foto Selecteer Foto om een origineel te verzenden dat een halftoon-afbeelding bevat, zoals een foto of een kleurenorigineel. A Druk op de toets {Origineel type} voor het gewenste type. ARX006S Druk op de toets {Origineel type} om te schakelen tussen Tekst en Foto. 40

51 Scaninstellingen Wanneer u Foto selecteert, kan de verzending langer duren, dan wanneer Tekst is geselecteerd. Wanneer u een faxdocument verzendt met Foto en de achtergrond van de ontvangen afbeelding is vuil, verlaag dan de dichtheidsinstelling en verzend de fax opnieuw. 1 Verwijzing Pag.42 Belichting (contrast): JBIG-verzending Met behulp van JBIG-compressie (Joint Bi-level Image Experts Group) kunt u gescande originelen sneller verzenden wanneer u Foto gebruikt dan met andere compressiemethoden. Belangrijk Deze functie is niet beschikbaar bij internetfax. Bij deze functie moet het ontvangende faxapparaat ook met de JBIG-functie en de ECM-functie zijn uitgerust. Resolutie In dit hoofdstuk wordt uitgelegd hoe u de resolutie van het origineel instelt. Afbeeldingen en tekst worden in het apparaat gescand door ze om te zetten in een reeks punten. De dichtheid van de punten bepaalt de kwaliteit van de afbeelding en hoe lang het duurt om het te verzenden. Daarom hebben afbeeldingen die gescand zijn bij een hoge resolutie een hoge kwaliteit, maar duurt de verzending langer. Omgekeerd resulteert het scannen met een lage resolutie in een lage kwaliteit, maar het origineel wordt sneller verzonden. Selecteer de instelling die overeenkomt met uw behoefte, gebaseerd op deze afweging tussen snelheid en afbeeldingskwaliteit. Standaard (8 3,85 regels/mm, dpi) Selecteren voor originelen die tekens van een normaal formaat bevatten. Detail (8 7,7 regels/mm, dpi) Selecteren voor originelen die kleinere tekens bevatten of wanneer u meer helderheid wenst: Deze resolutie is twee keer zo fijn als Standaard. Fijn (8 x 15,4 regels/mm, 200 x 400 dpi) Selecteren voor originelen met zeer fijne details of wanneer u de meest optimale beeldhelderheid wenst. Deze resolutie is vier keer fijner dan Standaard. 41

52 Verzending A Druk op de toets {Resolutie} om tussen resoluties te wisselen. 1 NL ARX007S De indicatoren boven de toets tonen de huidige selectie. Wanneer het apparaat van de tegenpartij niet de resolutie ondersteunt waarmee u gaat verzenden, schakelt het apparaat automatisch over naar een resolutie die wordt ondersteund. U kunt de resolutie waarmee u daadwerkelijk verzendt, controleren door het Journaal af te drukken. Het apparaat ondersteunt ontvangst bij zowel Standaard- als Detailresolutie. Wanneer Internetfaxverzending wordt gebruikt, worden documenten verzonden met detailresolutie, zelfs wanneer u Fijn heeft opgegeven. Om een document als Fijn te verzenden, moet u de Volledige modus instellen tijdens het opslaan van bestemmingen in het Adresboek. Verwijzing Pag.28 T.37 Volledige modus Pag.149 Het journaal afdrukken Belichting (contrast): Pas de belichting aan voor het scannen van originelen. Gebruik de toets {Belichting} om een van de vijf belichtingniveaus in te stellen. A Druk op de toets {Lichter} of {Donkerder} om een van de vijf dichtheidniveaus in te stellen. ARX008S 42 Telkens wanneer u de toets indrukt, wijzigt de indicator een positie.

53 Scaninstellingen Scaninstellingen mixen voor een origineel met meerdere pagina s Wanneer een origineel van meerdere pagina s wordt verzonden, kunt u voor elke pagina verschillende instellingen selecteren voor belichting, resolutie en origineel type. Het wordt aanbevolen originelen op de glasplaat te plaatsen wanneer scaninstellingen voor een origineel met meerdere pagina s worden gemixt. 1 Originelen plaatsen op de glasplaat A Controleer welke pagina s u wilt scannen met verschillende instellingen. B Verwijder de vorige pagina en plaats de volgende pagina die u op de glasplaat heeft gecontroleerd. C Selecteer belichting, resolutie en origineel type. U hebt ongeveer 60 seconden (10 seconden voor Directe verzending) om belichting, resolutie, en origineel type te selecteren. De resterende tijd wordt weergegeven op het display. Wijzig de instellingen voor elke pagina voordat u op de toets {Start} drukt. Originelen plaatsen in de optionele ADF of de ARDF A Controleer welke pagina s u wilt scannen met verschillende instellingen. B Selecteer belichting, resolutie, en scantype voordat u de pagina waarvoor u de instellingen wilt wijzigen, wordt gescand. Afhankelijk van het tijdstip waarop de scaninstellingen zijn aangepast, worden de instellingen wellicht niet toegepast in de daaropvolgende handeling. 43

54 Verzending Een bestemming opgeven 1 In dit hoofdstuk wordt uitgelegd hoe een bestemming wordt opgegeven. Faxnummers, IP-Faxbestemmingen en adressen kunnen worden opgegeven. In het display wordt het percentage vrije geheugenruimte voor het opslaan van originelen weergegeven. Omdat faxnummers, IP-Faxbestemmingen en adressen in afzonderlijke geheugens geprogrammeerd zijn, is het kiezen van faxnummers met de cijfertoetsen niet van invloed op het percentage in het display. Verzenden via een faxlijn Voer nummers rechtstreeks in met de cijfertoetsen aan de rechterkant van het bedieningspaneel. A Druk op [ ] om de bestemming te wijzigen naar faxnummer. B Voer het faxnummer in met de cijfertoetsen. Voor meer informatie over het invoeren van een bestemming met een snelkiestoets, raadpleeg Snelkiestoetsen gebruiken. Wanneer u zich vergist, drukt u op de toets {Wis/Stop} en voert u het opnieuw in. C Druk op de toets {Start}. Het apparaat begint het scannen van het origineel en slaat deze op in het geheugen. Wanneer het scannen stopt, gaat de indicator Communiceren branden en start de verzending. U kunt pauzes en tonen in een faxnummer invoegen. Voor het maximum aantal cijfers voor een bestemming, zie Maximumwaarden. 44

55 Een bestemming opgeven Verwijzing Pag.45 Een pauze invoeren Pag.46 Een toon invoeren Pag.56 Snelkiestoetsen gebruiken Pag.185 Maximum waarden 1 Een pauze invoeren Druk op {Pauze/Redial } tijdens het kiezen of opslaan van een nummer om een pauze van ongeveer twee seconden in te voegen. NL ARX009S Als u op {Pauze/Redial} drukt, dan verschijnt het scherm voor opnieuw bellen. Een pauze wordt weergegeven als een - op het display. U kunt ook nummers inclusief pauzes programmeren in de bestemmingslijst. 45

56 Verzending Een toon invoeren 1 Met deze functie kan een apparaat dat is aangesloten op een impulskieslijn toonsignalen verzenden (bijvoorbeeld wanneer u een speciale dienst wilt gebruiken op een toonkieslijn). Wanneer u op [Toon] drukt, kiest het apparaat het nummer met behulp van toonsignalen. In dit hoofstuk wordt uitgelegd hoe u de toonfunctie moet gebruiken met Direct kiezen als voorbeeld. A Druk op de toets {Direct Kiezen}. NL ARX010S B Voer het faxnummer in met de cijfertoetsen. C Druk op [Toon]. D Voer het nummer in dat u via toonkiezen wilt kiezen met behulp van de cijfertoetsen. 46

57 Een bestemming opgeven E Druk op de toets {Start}. Het apparaat begint het scannen van het origineel en slaat deze op in het geheugen. Wanneer het scannen stopt, gaat de indicator Communiceren branden en start de verzending. Bepaalde diensten zijn wellicht niet beschikbaar wanneer de Toon-functie wordt gebruikt. Een toon wordt weergeven als een T op het display en de volgende nummers worden gebeld met behulp van toonsignalen. 1 Verzenden met IP-fax In dit hoofdstuk wordt uitgelegd hoe u een bestemming opgeeft met IP-Faxverzending. Wanneer IP-Faxverzending wordt gebruikt, geeft u de IP-Faxbestemming (IPv4- adres, hostnaam of alias telefoonnummer) op in plaats van het faxnummer. Belangrijk Als u IP-faxfuncties wilt gebruiken, moet de printer-/scannereenheid zijn geïnstalleerd. A Druk op [ ] om de bestemming te wijzigen naar IP-faxbestemming. Wanneer een gatekeeperserver wordt gebruikt, selecteert u. Wanneer een SIP-server wordt gebruikt, selecteert u. B Druk op [Handm.]. Voor meer informatie over het invoeren van een bestemming met een snelkiestoets, raadpleeg Snelkiestoetsen gebruiken. 47

58 Verzending C Voer de IP-faxbestemming in en druk vervolgens op {OK}. 1 Wanneer u een onjuist karakter hebt ingevoerd, drukt u op de toets {Wis/Stop}. Voer vervolgens de tekens opnieuw correct in. Om de IP-Faxbestemming te wijzigen nadat u op {OK} heeft gedrukt, drukt u op [Best.bw.], voert u de IP-Faxbestemming opnieuw in en drukt u vervolgens op {OK}. D Om een bestemming toe te voegen, drukt u op [Best.tv.]. E Geef de volgende bestemming op. Om een andere bestemming toe te voegen, herhaalt u de stappen D en E. F Druk op de toets {Start}. Het apparaat begint het scannen van het origineel en slaat deze op in het geheugen. Wanneer het scannen stopt, gaat de indicator Communiceren branden en start de verzending. 48

59 Een bestemming opgeven Afhankelijk van de beveiligingsinstellingen verschijnt [Handm.] wellicht niet en kunt u de IP-Faxbestemming niet invoeren. Neem contact op met uw lokale dealer of een onderhoudstechnicus voor een lijst met gateways (compatibel met T.38), gatekeepers of SIP-servers waarvan gecertificeerd is dat ze met dit apparaat kunnen werken. Methoden voor het invoeren van een bestemming variëren, afhankelijk van de netwerkinstellingen die door de beheerder zijn ingevoerd. Vraag de apparaatbeheerder naar de details. Voor details over het invoeren van de IP-Faxbestemming, zie Met betrekking tot IP-Faxbestemmingen. Om te voorkomen dat per ongeluk de verkeerde snelkiestoets wordt ingedrukt, kunt u het apparaat dusdanig instellen dat elke keer wanneer een bestemming wordt toegevoegd met een snelkiestoets, [Best.tv.] moet worden ingedrukt. Voer de instelling in gebruikersinstellingen (schakelaar 17, bit 2) in het menu Faxeigenschappen in. Voor het maximum aantal cijfers voor een bestemming, zie Maximumwaarden. 1 Verwijzing Pag.20 IP-Faxfuncties Pag.50 Met betrekking tot IP-Faxbestemmingen Pag.56 Snelkiestoetsen gebruiken Pag.185 Maximum waarden Info over dit apparaat Bedieningshandleiding Standaardinstellingen 49

60 Verzending Met betrekking tot IP-Faxbestemmingen 1 Afhankelijk van het netwerk waarop het apparaat is aangesloten of de configuratie van dit apparaat, voert u de IP-faxbestemming als volgt in: Wanneer er geen gatekeeper /SIP-server wordt gebruikt Vanaf IP-Fax naar IP-Fax Geef het IPv4-adres of de hostnaam op van het ontvangende apparaat. Voorbeeld: (IPv4-adres) Voorbeeld: IPFAX1 (hostnaam) Van IP-Fax naar G3-fax Geef het G3-faxtelefoonnummer van het ontvangende apparaat op. Voorbeeld: Wanneer een gatekeeper server wordt gebruikt Vanaf IP-Fax naar IP-Fax Geef het alias telefoonnummer van het ontvangende apparaat op. Voorbeeld: (alias telefoonnummer) Van IP-Fax naar G3-fax Geef het G3-faxtelefoonnummer van het ontvangende apparaat op. Voorbeeld: Wanneer een SIP-server wordt gebruikt Vanaf IP-Fax naar IP-Fax Geef de SIP Gebruikersnaam van het ontvangende apparaat op. Voorbeeld: ABC (SIP Gebruikersnaam) Van IP-Fax naar G3-fax Geef het G3-faxtelefoonnummer van het ontvangende apparaat op. Voorbeeld:

61 Een bestemming opgeven Om te verzenden naar een G3-fax via een gateway die is aangesloten op een openbaar telefoonnetwerk, moet u het telefoonnummer van het apparaat van de ontvanger opgeven. Wanneer bijvoorbeeld het faxnummer van de ontvanger is, geeft u 5678 op. Om vanaf een IP-Fax naar een G3-fax te verzenden zonder gebruik te maken van een gatekeeper of een SIP-server, moet u de gateway eveneens registreren. Afhankelijk van de netwerkconfiguratie van de ontvanger kan het zijn dat u het IPv4-adres en het poortnummer van het ontvangende apparaat moet opgeven wanneer u een bestemming met IP-fax opgeeft. Wanneer bijvoorbeeld het IPv4- adres van de ontvanger is en het poortnummer is 2100, dan geeft u :2100 op. Vraag de apparaatbeheerder naar de details. Afhankelijk van de netwerkconfiguratie van de ontvanger, kan het zijn dat u de hostnaam en het poortnummer moet opgeven op het ontvangende apparaat wanneer u een hostnaam opgeeft. Wanneer bijvoorbeeld de hostnaam van de ontvanger IPFAX1 is en het poortnummer is 2100, geeft u IPFAX1:2100 op. Vraag de apparaatbeheerder naar de details. Een alias telefoonnummer is een nummer dat geregistreerd is in de gatekeeper en dat alleen beschikbaar is in het netwerk waarop de gatekeeper aangesloten is. Let op het aantal cijfers in het telefoonnummer in de conversietabel gateway/ipv4-adres om verzendingsfouten te vermijden. 1 Bezig met verzenden naar adres In dit hoofdstuk wordt uitgelegd hoe u een adres als bestemming opgeeft. Wanneer Internetfaxverzending wordt gebruikt, geeft u het adres op in plaats van het faxnummer. Belangrijk Als u Internetfuncties wilt gebruiken, moet de optionele printer-/scannereenheid zijn geïnstalleerd. In de bestemmingslijst registreert u afzenders, geeft u hun adressen op en stelt u [Alleen afzender] of [Bestemming & Afzender] vooraf in bij Adresboek beheer onder Systeeminstellingen. Internetfax wordt alleen uitgevoerd in Geheugenverzending die de verzending automatisch opstart nadat de documenten in het geheugen zijn opgeslagen. Wanneer u Direct verzenden selecteert voor Internetfax, verschijnt het bericht Probeer opnieuw na overschak. op geh.verz.. Druk in dit geval op [Afsluit.] en schakel vervolgens over op Geheugenverzending. A Druk op [ ] om de bestemming te wijzigen naar adres. 51

62 Verzending B Druk op [Handm.]. 1 Voor meer informatie over het invoeren van een bestemming met een snelkiestoets, raadpleeg Snelkiestoetsen gebruiken. C Voer het adres als bestemming in en druk vervolgens op {OK}. Wanneer u een onjuist karakter heeft ingevoerd, drukt u op de toets {Wis/Stop}. Voer vervolgens de tekens opnieuw correct in. Om het adres te wijzigen nadat u op {OK} heeft gedrukt, drukt u op [Best.bw.], voert u het adres opnieuw in en drukt u vervolgens op {OK}. D Om een bestemming toe te voegen, drukt u op [Best.tv.]. E Geef de volgende bestemming op. Om een andere bestemming toe te voegen, herhaalt u de stappen D en E. F Geef de afzender op. Voor details over het opgeven van afzenders, zie Afzenderinstellingen. 52

63 Een bestemming opgeven G Druk op de toets {Start}. Het apparaat begint het scannen van het origineel en slaat deze op in het geheugen. Wanneer het scannen stopt, gaat de indicator Communiceren branden en start de verzending. Afhankelijk van de beveiligingsinstellingen verschijnt [Handm.] wellicht niet en kunt u het adres niet invoeren. Voor details over het annuleren van een verzending, zie Een verzending annuleren. Om te voorkomen dat per ongeluk de verkeerde snelkiestoets wordt ingedrukt, kunt u het apparaat dusdanig instellen dat elke keer wanneer een bestemming wordt toegevoegd met een snelkiestoets, [Best.tv.] moet worden ingedrukt. Voer de instelling in gebruikersinstellingen (schakelaar 17, bit 2) in het menu Faxeigenschappen in. Voor het maximum aantal cijfers voor een bestemming, zie Maximumwaarden. Wanneer Afz.naam autom. opg. ingesteld is op Aan, wordt de afzender automatisch opgegeven en kunt u de procedure voor het opgeven van een afzender overslaan. Wanneer Aan is geselecteerd, wordt het opgegeven adres afgedrukt bij Van::. Als er geen adres is opgegeven voor de afzender, of wanneer het opgegeven adres niet geprogrammeerd is in de bestemmingslijst, kunnen er geen Internetfaxdocumenten worden verzonden. 1 Verwijzing Pag.24 Internetfaxfuncties Pag.56 Snelkiestoetsen gebruiken Pag.86 Een verzending annuleren Pag.93 Afzenderinstellingen Pag.185 Maximum waarden Info over dit apparaat Bedieningshandleiding Standaardinstellingen 53

64 Verzending De SMTP Server omzeilen 1 U kunt Internetfaxdocumenten rechtstreeks naar hun bestemmingen verzenden zonder ze via de SMTP Server te sturen. Belangrijk Deze functie moet vooraf zijn ingesteld op een gebruikersfunctietoets. Om deze functie te gebruiken, moeten de volgende instellingen worden ingevoerd. Voor details over deze instellingen, zie Bedieningshandleiding Standaardinstellingen en Netwerkhandleiding. In Systeeminstellingen, SMTP in communicatiepoort stelt u het poortnummer in op 25. Om de hostnaam van de andere partij op te geven als domeindeel van het adres, programmeert u de hostnaam van de andere partij in de DNSserver. Wanneer het IPv4-adres van de andere partij niet geregistreerd is in de DNSserver, geeft u het IPv4-adres op bij het domein van het adres. Om deze functie te gebruiken, dient het faxapparaat van de andere partij het volgende te kunnen: compatibel met Internetfax aangesloten op dezelfde LAN als dit apparaat laat zijn ontvangstprotocol instellen op SMTP SMTP-verificatie ingesteld is op het faxapparaat van de andere partij wordt uitgeschakeld wanneer Internetfax wordt verzonden met behulp van deze functie. Wanneer een Internetfax vanaf de andere partij wordt verzonden met behulp van deze functie, wordt er geen foutmelding naar afzender gestuurd, ook niet als de ontvangst mislukt. Wanneer een Internetfax met behulp van deze functie wordt verzonden, wordt de fout- niet verzonden vanaf de server, ook niet wanneer de verzending mislukt. Wanneer deze functie wordt gebruikt, kunt u geen Internetfaxdocumenten naar het adres van de beheerder sturen dat in dit apparaat geprogrammeerd is. 54

65 Een bestemming opgeven U kunt Internetfaxdocumenten rechtstreeks naar hun bestemmingen verzenden zonder ze via de SMTP Server te sturen. Internetfaxen worden gewoonlijk verzonden via de SMTP Server. Bij deze functie wordt echter het domeingedeelte van het adres van de bestemming gelezen als het SMTP-serveradres en verzendingen omzeilen de SMPT Server. Omdat hierdoor de belasting voor de server vermindert, kunt u faxen verzenden zonder rekening te hoeven houden met de verzendtijd van server naar bestemming. Er zijn twee manieren om een bestemming op te geven: 1 Geef de hostnaam van de andere partij op Geef het adres van de bestemming op door de hostnaam van de andere partij toe te voegen aan het domeingedeelte van het adres. Geeft het adres rechts van als volgt op: hostnaam,. (punt) en domeinnaam. xxxx@hostnaam van de andere partij.domeinnaam Voorbeeld: het adres van de andere partij is abc@defcompany.com en de hostnaam is HOST ; abc@host.defcompany.com Geef het IPv4-adres van de andere partij op Geeft het adres van een bestemming op door het domeingedeelte van het adres te veranderen in het IPv4-adres van de andere partij. xxxx@[het IPv4-adres van de andere partij] Voorbeeld: het adres van de andere partij is abc@defcompany.com en het IPv4-adres is ; abc@[ ] Volg deze stappen om de SMTP Server te omzeilen. A Druk op de gebruikersfunctietoets die voor deze functie is geregistreerd om de indicator uit te zetten. NL ARX011S Wanneer u bestemmingen rechtstreeks opgeeft met behulp van de cijfertoetsen, kunt u opgeven of de SMTP Server al dan niet moet worden gebruikt voor elke bestemming. Wanneer u bestemmingen selecteert in de bestemmingslijst, is de SMTP Server-instelling die is opgegeven in het Adresboek ingeschakeld. 55

66 Verzending 1 Om Internetfaxdocumenten vanaf een computer te verzenden, gebruikt u het LAN-Faxstuurprogramma om al dan niet op te geven of de SMTP Server moet worden omzeild. Wanneer wordt verzonden met het selectievakje [Gebruik apparaatadres] ingeschakeld, is de SMTP Server-instelling die opgegeven is op dit apparaat ingeschakeld. Verwijzing Pag.157 Faxen versturen vanaf computers Bedieningshandleiding Standaardinstellingen Netwerkhandleiding Snelkiestoetsen gebruiken U kunt een bestemming opgeven door eenvoudig op een snelkiestoets te drukken waaronder het bestemmingsnummer is vastgelegd. Wanneer u op een snelkiestoets hebt gedrukt, verschijnt de bestemming die hierbij staat geregistreerd op het scherm. Door op [ ] te drukken, wijzigt u van bestemming tussen faxnummer, e- mailadres en IP-faxbestemming. Belangrijk In de bestemmingslijst programmeert u een afzonderlijke faxnummer, IP- Faxbestemming, adres en/of groep of bestemmingen. Snelkiestoetsen gebruiken om een bestemming op te geven A Druk op [ ] om te schakelen tussen de bestemming faxnummer, e- mailadres en IP-Faxbestemming. B Druk op de snelkiestoets waaronder het bestemmingsnummer moet worden geprogrammeerd. NL ARX012S Draai het klapplaatje van de snelkiestoetsen omlaag om toegang te krijgen tot de snelkiestoetsen 01 tot en met 16; klap het omhoog om toegang te krijgen tot de toetsen 17 tot en met

67 Een bestemming opgeven De naam van de bestemming wordt weergegeven op het display. 1 Wanneer u zich vergist, drukt u op de toets {Wis/Stop} en probeert u het opnieuw. Als u meer bestemmingen wilt selecteren, herhaalt u de stappen A en B. C Druk op de toets {Start}. Geprogrammeerde bestemmingen kunt u controleren met behulp van de Bestemmingslijst onder Beheerdertools in Systeeminstellingen. U hoeft [Best.tv.] niet in te drukken wanneer u een bestemming toevoegt met de snelkiestoetsen. Verwijzing Bedieningshandleiding Standaardinstellingen Een snelkiestoets gebruiken om een groep met bestemmingen op te geven Wanneer u meerdere bestemmingen in een groep programmeert, kunt u documenten naar alle bestemmingen in de groep sturen met slechts enkele toetsen. Bestemmingen die in een groep geprogrammeerd zijn, worden aangegeven met. Belangrijk In de bestemmingslijst programmeert u een afzonderlijke faxnummer, IP- Faxbestemming, adres en/of groep of bestemmingen. Groepbestemming kan alleen worden gebruikt voor Geheugenverzending; het kan niet worden gebruikt voor Directe verzending. Wanneer u Direct verzenden selecteert voor een groepbestemming, verschijnt het bericht Probeer opnieuw na overschak. op geh.verz.. Druk in dit geval op [Afsluit.] en schakel vervolgens over op Geheugenverzending. Het totaal aantal bestemmingen dat in meerdere groepen wordt geprogrammeerd mag niet groter zijn dan het maximum aantal bestemmingen dat u kunt opgeven voor een bestand. Zie voor nadere gegevens Maximumwaarden. A Druk op [ ] om te schakelen tussen de bestemming faxnummer, e- mailadres en IP-Faxbestemming. 57

68 Verzending B Druk op de snelkiestoets waaronder de groep is geprogrammeerd. 1 Wanneer u zich vergist, drukt u op de toets {Wis/Stop} en probeert u het opnieuw. Als u meer groepen wilt selecteren, herhaalt u de stappen A en B. C Druk op de toets {Start}. Bestemmingen die in groepen zijn geprogrammeerd, kunnen worden gecontroleerd met behulp van Groep bestemmingslijst in Beheerdertools onder Systeeminstellingen. Wanneer een bestemming, waarvoor een faxnummer, adres of IP- Faxbestemming niet geprogrammeerd is, wordt opgenomen in een opgegeven groep, verschijnt het bevestigingsbericht. Druk op [Select.] om bestemmingen op te geven waarvoor het faxnummer, het adres of IP- Fax-bestemming geprogrammeerd is. Druk op [Annuleren] om de bestemming te wijzigen. U kunt de prioriteitsvolgorde selecteren om een alternatieve bestemming op te geven, wanneer er geen bestemming van het opgegeve type is. Voer deze instelling in met gebruikersinstellingen (schakelaar 32, bit 0) in het menu Faxeigenschappen. Om een bestemming te annuleren in een groep, selecteer de gewenste bestemming met behulp van {U} of {T} en druk daarna op {Wis/Stop}. Verwijzing Pag.59 De opgegeven bestemming controleren Pag.185 Maximum waarden Bedieningshandleiding Standaardinstellingen 58

69 Een bestemming opgeven De opgegeven bestemming controleren In dit gedeelte wordt uitgelegd hoe u de opgegeven bestemmingen controleert. Indien u een bestemming uit de bestemmingslijst hebt opgegeven, kunt u de naam, faxnummer, adres of IP-faxbestemming weergeven. Indien een groep als bestemming is opgegeven, kunt u het faxnummer, adres of IPfaxbestemming van de groep weergeven. A Zorg ervoor dat de bestemmingsnaam op het display wordt weergegeven. 1 B Druk op de toets {Controleer bestemming}. NL ARX013S C Wanneer u meer dan één bestemming hebt opgegeven, toon deze dan met behulp van {U} of {T}. D Druk op {OK} wanneer de bevestiging is voltooid. Het display keert terug naar stap A. Wanneer u een groep hebt opgegeven met de snelkiestoetsen,, verschijnt het groepspictogram rechts van de bestemmingsnaam wanneer u op {Controleer bestemming} drukt. Wanneer u een bestemming hebt opgeven met de cijfertoetsen, verschijnt [Programmeren] op het scherm wanneer u op {Controleer bestemming} drukt. Druk op [Programmeren] om de geselecteerde bestemming te registreren in de bestemmingslijst. 59

70 Verzending 1 Verwijzing Pag.63 Bestemmingen programmeren vanuit het scherm Controleer bestemming Opnieuw kiezen Het apparaat slaat de laatste bestemmingen op die voor elke verzendingsmethode zijn opgegeven. Met deze functie kunt u tijd besparen als u vaak berichten naar dezelfde bestemming stuurt omdat u de bestemming niet opnieuw hoeft in te voeren. Belangrijk De volgende nummers worden niet ongeslagen: Bestemmingen opgegeven met de bestemmingslijst Bestemmingen opgegeven als groepsbestemming Faxnummers die via een externe telefoon worden gekozen Bestemmingen gebeld met Opnieuw kiezen (worden beschouwd als al opgeslagen in het geheugen) Tweede en uitgestelde bestemmingen waarnaar een bericht is verzonden Bestemmingen opgegeven in het LAN-faxstuurprogramma op de computer Om een faxnummer opnieuw te kiezen, bel geen nummers voordat u op de knop {Pauze/Redial } drukt. Wanneer u op {Pauze/Redial} drukt nadat u nummers hebt ingevoerd met de cijfertoetsen, wordt in plaats daarvan een pauze ingelast. A Plaats het origineel en selecteer de gewenste scaninstellingen. B Druk op de toets {Pauze/Redial}. NL ARX009S C Selecteer met {U} of {T} de bestemming die u opnieuw wilt kiezen en druk vervolgens op {OK}. 60

71 Een bestemming opgeven D Druk op de toets {Start}. 1 U kunt tevens Internetfax- en IP-Faxbestemmingen opgeven met de Redial-functie. Selecteer deze functie voordat u op [Handm.] drukt. Als u op [Programmeren] drukt, kunt u een geselecteerde ontvanger in de bestemmingslijst vastleggen. Voor het maximum aantal keren opnieuw kiezen dat het apparaat kan opslaan, zie Maximumwaarden. Verwijzing Pag.64 Bestemmingen programmeren vanuit het scherm opnieuw bellen Pag.185 Maximum waarden 61

72 Verzending 1 Bestemmingen in het Adresboek programmeren U kunt faxnummers, adressen, IP-Faxbestemmingen en mapbestemmingen programmeren met behulp van Adresboekmanagement in Beheerdertools in het menu Systeeminstellingen. A Druk op de toets {Gebruikersinstellingen/Teller}. ARX014S B Selecteer [Systeeminstellingen] met {U} of {T} en druk op de toets {OK}. C Selecteer [Beheerdertools] met {U} of {T} en druk op de toets {OK}. D Selecteer [Adresboek beheer] met {U} of {T} en druk op de toets {OK}. 62

73 Bestemmingen in het Adresboek programmeren E Selecteer [Programmeren/Wijzigen] met {U} of {T} en druk op de toets {OK}. 1 Voor de te volgen procedure, zie Bedieningshandleiding Standaardinstellingen. U kunt ook geprogrammeerde faxnummers, adressen, IP-Faxbestemmingen en mapbestemmingen in een groep registreren. Wanneer het beginscherm van de fax wordt getoond nadat de inhoud van het Adresboek is gewijzigd, verschijnt de melding Instellingen zijn bijgewerkt. Geselect. best./functies zijn geannuleerd.. Druk op [Afsluit.] om het oorspronkelijke faxdisplay te weergeven. U kunt in het Adresboek registreren met behulp van Web Image Monitor of SmartDeviceMonitor for Admin. Voor details over installatie, zie Netwerkhandleiding of, voor informatie over het Adresboek, zie de relevante Help. Verwijzing Bedieningshandleiding Standaardinstellingen Netwerkhandleiding Bestemmingen programmeren vanuit het scherm Controleer bestemming In dit hoofdstuk wordt uitgelegd hoe u een direct ingevoerd faxnummer, adres of IP-faxbestemming in het Adresboek registreert vanuit het scherm Controleer bestemming. Wanneer [Programmeren] op het scherm verschijnt, kunt u een bestemming registreren in het adresboek die in het scherm Controleer bestemming wordt weergegeven. A Selecteer in het scherm Controleer bestemming de bestemming die u wilt vastleggen in het adresboek. B Druk op [Programmeren]. Voor details over het registreren van bestemmingen, zie Bedieningshandleiding Standaardinstellingen. 63

74 Verzending C Voer de instellingen in en druk vervolgens op {OK}. Het scherm keert terug naar stap A. 1 Afhankelijk van de beveiligingsinstellingen, verschijnt [Programmeren] niet en kunt u de bestemming niet registreren. Verwijzing Pag.59 De opgegeven bestemming controleren Bedieningshandleiding Standaardinstellingen Bestemmingen programmeren vanuit het scherm opnieuw bellen In dit hoofdstuk wordt uitgelegd hoe u een direct ingevoerd faxnummer, adres of IP-faxbestemming in het Adresboek registreert vanuit het scherm Opnieuw bellen. Wanneer [Programmeren] op het scherm verschijnt, kunt u een bestemming registreren in het adresboek die in het scherm Opnieuw bellen wordt weergegeven. A Selecteer in het scherm Opnieuw bellen de bestemming die u wilt vastleggen in het adresboek. B Druk op [Programmeren]. Voor details over het registreren van bestemmingen, zie Bedieningshandleiding Standaardinstellingen. C Voer de instellingen in en druk vervolgens op {OK}. Het scherm keert terug naar stap A. Afhankelijk van de beveiligingsinstellingen, verschijnt [Programmeren] niet en kunt u de bestemming niet registreren. Verwijzing Pag.60 Opnieuw kiezen Bedieningshandleiding Standaardinstellingen 64

75 Zoeken naar een bestemming in het Adresboek Zoeken naar een bestemming in het Adresboek Gebruik deze functie om te zoeken naar een bestemming geregistreerd in de Bestemmingslijst aan LDAP Server. 1 Belangrijk Om naar een bestemming van een LDAP Server te zoeken, moet de LDAP Server vooraf geregistreerd zijn. Voor details over het registreren van LDAPservers, zie Bedieningshandleiding Standaardinstellingen. De zoekactie levert alleen bestemmingen op waarvan de eerste karakters overeenkomen met de ingevoerde karakters. Een waarschuwingsbericht wordt weergegeven wanneer het zoeken meer dan het maximum aantal bestemmingen oplevert dat u per keer mag opzoeken. Druk op [Afsluit.] en wijzig de bestemmingsnaam om minder bestemmingen weer te geven. Verwijzing Pag.185 Maximum waarden Bedieningshandleiding Standaardinstellingen Zoeken op naam Volg deze stappen om een bestemming die geregistreerd is in het Adresboek te zoeken op naam. Belangrijk Wanneer [LDAP zoeken] is ingesteld op [Uit] in Beheerdertoepassingen in het menu Systeeminstellingen wordt het scherm om hetzij [Zoek adresboek] of [Zoek LDAP] te selecteren niet weergegeven. A Druk op [ ] om de bestemming faxnummer, adres en IP-faxbestemming te wijzigen. 65

76 Verzending B Druk op de toets {Zoek bestemming}. 1 NL ARX015S C Selecteer [Zoek adresboek] met {U} of {T} en druk op de toets {OK}. D Selecteer [Zoek op naam] met {U} of {T} en druk op de toets {OK}. E Voer de naam van de bestemming in die u wilt opzoeken en druk vervolgens op {OK}. Afhankelijk van het soort karakters dat u wilt invoeren, druk op de {Shift} toets om de modus te wijzigen. Wanneer u een verkeerde bestemmingsnaam hebt ingevoerd voordat u op {OK} hebt gedrukt, druk dan op {Wis/Stop} en voer vervolgens de bestemmingsnaam opnieuw in. F Bevestig de tekens die u hebt ingevoerd en druk vervolgens op {OK}. 66 Wanneer het zoeken is voltooid, verschijnt het zoekresultaat.

77 Zoeken naar een bestemming in het Adresboek G Selecteer een bestemming met {U} of {T} en druk vervolgens op {V} om deze te specificeren (plaats er een vinkje naast). 1 U kunt meerdere bestemmingen selecteren. Druk op {W} om een geselecteerde bestemming ongedaan te maken. H Druk op {OK}. Wanneer er geen bestemming overeenkomt met de opgegeven tekst, verschijnt de melding Opgegeven best. is niet geprogrammeerd.. Druk op [Afsluit.] om terug te keren naar het display van stap D. U kunt bestemmingen niet twee keer opgeven. Indien u dit probeert, verschijnt de melding Deze bestemming is reeds geprogrammeerd.. Druk op [Afsluit.] om terug te keren naar het Standby-scherm. Druk op [Best.tv.] om andere bestemmingen op te geven. Verwijzing Info over dit apparaat Zoeken op Bestemmingslijst Volg deze stappen om een bestemming te zoeken met de bestemmingslijst die in het Adresboek is geregistreerd. Belangrijk Wanneer [LDAP zoeken] is ingesteld op [Uit] in Beheerdertoepassingen in het menu Systeeminstellingen wordt het scherm om hetzij [Zoek adresboek] of [Zoek LDAP] te selecteren niet weergegeven. A Druk op [ ] om de bestemming faxnummer, adres en IP-faxbestemming te wijzigen. 67

78 Verzending B Druk op de toets {Zoek bestemming}. 1 NL ARX015S C Selecteer [Zoek adresboek] met {U} of {T} en druk op de toets {OK}. D Selecteer [Geef lijst weer] met {U} of {T} en druk op de toets {OK}. Bestemmingen worden getoond op volgorde van registratienummer. E Selecteer een bestemming met {U} of {T}, en druk vervolgens op {V} om deze te specificeren (plaats er een vinkje naast). U kunt meerdere bestemmingen selecteren. Druk op {W} om een geselecteerde bestemming ongedaan te maken. F Druk op {OK}. U kunt bestemmingen niet twee keer opgeven. Indien u dit probeert, verschijnt de melding Deze bestemming is reeds geprogrammeerd.. Druk op [Afsluit.] om terug te keren naar het Standby-scherm. Druk op [Best.tv.] om andere bestemmingen op te geven. 68

79 Zoeken naar een bestemming in het Adresboek Zoeken op Registratienummer Volg deze stappen om een bestemming te zoeken door het opgeven van een registratienummer dat opgeslagen is in de bestemmingslijst. Belangrijk Wanneer [LDAP zoeken] is ingesteld op [Uit] in Beheerdertoepassingen in het menu Systeeminstellingen wordt het scherm om hetzij [Zoek adresboek] of [Zoek LDAP] te selecteren niet weergegeven. 1 A Druk op [ ] om de bestemming faxnummer, adres en IP-faxbestemming te wijzigen. B Druk op de toets {Zoek bestemming}. NL ARX015S C Selecteer [Zoek adresboek] met {U} of {T} en druk op de toets {OK}. D Selecteer [Zoek op registratienr.] met {U} of {T} en druk op de toets {OK}. 69

80 Verzending E Voer een driecijferig registratienummer in met de cijfertoetsen en druk vervolgens op {OK}. 1 Wanneer u het verkeerde registratienummer hebt ingevoerd voordat u op {OK} hebt gedrukt, druk dan op {Wis/Stop} en voer vervolgens het registratienummer opnieuw in. Wanneer het zoeken is voltooid, verschijnt het zoekresultaat. F Druk op {V} om een bestemming te selecteren en druk vervolgens op {OK}. Om een geselecteerde bestemming ongedaan te maken voordat u op {OK} hebt gedrukt, druk op {W}. Wanneer er geen bestemming overeenkomt met de opgegeven tekst, verschijnt de melding Opgegeven best. is niet geprogrammeerd.. Druk op [Afsluit.] om terug te keren naar het display van stap D. U kunt bestemmingen niet twee keer opgeven. Indien u dit probeert, verschijnt de melding Deze bestemming is reeds geprogrammeerd.. Druk op [Afsluit.] om terug te keren naar het Standby-scherm. Druk op [Best.tv.] om andere bestemmingen op te geven. 70

81 Zoeken naar een bestemming in het Adresboek Zoeken op faxnummer Volg deze stappen om een bestemming op basis van faxnummer te zoeken die geregistreerd is in het Adresboek. Belangrijk Wanneer [LDAP zoeken] is ingesteld op [Uit] in Beheerdertoepassingen in het menu Systeeminstellingen wordt het scherm om hetzij [Zoek adresboek] of [Zoek LDAP] te selecteren niet weergegeven. A Druk op [ ] om de bestemming te wijzigen naar faxnummer. 1 B Druk op de toets {Zoek bestemming}. NL ARX015S C Selecteer [Zoek adresboek] met {U} of {T} en druk op de toets {OK}. D Selecteer [Faxbestemming zoeken] met {U} of {T} en druk op de toets {OK}. Indien [Faxbestemming zoeken] niet verschijnt, drukt u op {Escape} om terug te keren naar stap A, en vervolgens de bestemming op faxnummer in te stellen. 71

82 Verzending E Voer het nummer in waarnaar u wilt zoeken en druk vervolgens op {OK}. 1 Wanneer u het verkeerde nummer hebt ingevoerd voordat u op {OK} hebt gedrukt, druk dan op {Wis/Stop} en voer vervolgens het nummer opnieuw in. F Bevestig de nummers die u hebt ingevoerd en druk vervolgens op {OK}. Wanneer het zoeken is voltooid, verschijnt het zoekresultaat. G Selecteer een bestemming met {U} of {T}, en druk vervolgens op {V} om deze te specificeren (plaats er een vinkje naast). U kunt meerdere bestemmingen selecteren. Druk op {W} om een geselecteerde bestemming ongedaan te maken. H Druk op {OK}. Wanneer er geen bestemming overeenkomt met de opgegeven tekst, verschijnt de melding Opgegeven best. is niet geprogrammeerd.. Druk op [Afsluit.] om terug te keren naar het display van stap D. U kunt bestemmingen niet twee keer opgeven. Indien u dit probeert, verschijnt de melding Deze bestemming is reeds geprogrammeerd.. Druk op [Afsluit.] om terug te keren naar het Standby-scherm. Druk op [Best.tv.] om andere bestemmingen op te geven. 72

83 Zoeken naar een bestemming in het Adresboek Zoeken op adres Volg deze stappen om een bestemming op basis van adres te zoeken die geregistreerd is in de bestemmingslijst. Belangrijk Wanneer [LDAP zoeken] is ingesteld op [Uit] in Beheerdertoepassingen in het menu Systeeminstellingen wordt het scherm om hetzij [Zoek adresboek] of [Zoek LDAP] te selecteren niet weergegeven. A Druk op [ ] om de bestemming te wijzigen naar adres. 1 B Druk op de toets {Zoek bestemming}. NL ARX015S C Selecteer [Zoek adresboek] met {U} of {T} en druk op de toets {OK}. D Selecteer [Zoeken op adres] met {U} of {T} en druk op de toets {OK}. Indien [Zoeken op adres] niet verschijnt, drukt u op {Escape} om terug te keren naar stap A, en vervolgens de bestemming op adres in te stellen. 73

84 Verzending E Voer het adres in waarnaar u wilt zoeken en druk vervolgens op de {OK}-toets. 1 Wanneer u het verkeerde adres hebt ingevoerd voordat u op {OK} heeft gedrukt, druk dan op {Wis/Stop} en voer vervolgens het adres opnieuw in. F Bevestig het adres dat u heeft ingevoerd en druk vervolgens op {OK}. Wanneer het zoeken is voltooid, verschijnt het zoekresultaat. G Selecteer een bestemming met {U} of {T}, en druk vervolgens op {V} om deze te specificeren (plaats er een vinkje naast). U kunt meerdere bestemmingen selecteren. Druk op {W} om een geselecteerde bestemming ongedaan te maken. H Druk op {OK}. Wanneer er geen bestemming overeenkomt met de opgegeven tekst, verschijnt de melding Opgegeven best. is niet geprogrammeerd.. Druk op [Afsluit.] om terug te keren naar het display van stap D. U kunt bestemmingen niet twee keer opgeven. Indien u dit probeert, verschijnt de melding Deze bestemming is reeds geprogrammeerd.. Druk op [Afsluit.] om terug te keren naar het Standby-scherm. Druk op [Best.tv.] om andere bestemmingen op te geven. 74

85 Zoeken naar een bestemming in het Adresboek Zoeken op IP-Faxbestemming Volg deze stappen om een bestemming op basis van IP-faxbestemming te zoeken die is geregistreerd in het Adresboek. Belangrijk Wanneer [LDAP zoeken] is ingesteld op [Uit] in Beheerdertoepassingen in het menu Systeeminstellingen wordt het scherm om hetzij [Zoek adresboek] of [Zoek LDAP] te selecteren niet weergegeven. A Druk op [ ] om de bestemming te wijzigen naar IP-faxbestemming. 1 B Druk op de toets {Zoek bestemming}. NL ARX015S C Selecteer [Zoek adresboek] met {U} of {T} en druk op de toets {OK}. D Selecteer [Faxbestemming zoeken] met {U} of {T} en druk op de toets {OK}. Indien [Faxbestemming zoeken] niet verschijnt, drukt u op {Escape} om terug te keren naar stap A, en vervolgens de bestemming op IP-faxbestemming in te stellen. 75

86 Verzending E Druk op [IP]. 1 Het scherm IP-faxbestemming zoeken verschijnt. F Voer de IP-faxbestemming in die u wilt opzoeken en druk vervolgens op {OK}. Wanneer u een verkeerde bestemming hebt ingevoerd voordat u op {OK} hebt gedrukt, druk dan op {Wis/Stop} en voer vervolgens de bestemming opnieuw in. G Bevestig de IP-faxbestemming die u hebt ingevoerd en druk vervolgens op {OK}. Wanneer het zoeken is voltooid, verschijnt het zoekresultaat. H Selecteer een bestemming met {U} og {T}, en druk vervolgens op {V} om deze te specificeren (plaats er een vinkje naast). U kunt meerdere bestemmingen selecteren. Druk op {W} om een geselecteerde bestemming ongedaan te maken. I Druk op {OK}. 76

87 Zoeken naar een bestemming in het Adresboek Wanneer er geen bestemming overeenkomt met de opgegeven tekst, verschijnt de melding Opgegeven best. is niet geprogrammeerd.. Druk op [Afsluit.] om terug te keren naar het display van stap D. U kunt bestemmingen niet twee keer opgeven. Indien u dit probeert, verschijnt de melding Deze bestemming is reeds geprogrammeerd.. Druk op [Afsluit.] om terug te keren naar het Standby-scherm. Druk op [Best.tv.] om andere bestemmingen op te geven. 1 Zoeken op LDAP-server Volg deze stappen om een bestemming met de LDAP-server te zoeken die in het Adresboek is geregistreerd. Belangrijk Deze functie is niet beschikbaar wanneer [LDAP zoeken] is ingesteld op [Uit] onder Beheerdertoepassingen in het menu Systeeminstellingen. A Druk op de toets {Zoek bestemming}. NL ARX015S B Selecteer [Zoek LDAP] met {U} of {T} en druk op de toets {OK}. C Selecteer [Selecteer Server] met {U} of {T} en druk op de toets {OK}. 77

88 Verzending D Wanneer er meer dan één server is geprogrammeerd, selecteer de server die u wilt opzoeken met {U} of {T} en druk vervolgens op {OK}. 1 Het scherm keert terug naar stap C. E Selecteer [Geavanceerd zoeken] met {U} of {T} en druk op de toets {OK}. F Selecteer een zoekvoorwaarde met {U} of {T} en druk op {OK}. Voorwaarden (Naam, adres, Faxnummer, Bedrijfsnaam en Afdelingsnaam) zijn deze die in de LDAP-server zijn geprogrammeerd. G Voer een gedeeltelijke tekenreeks in en druk vervolgens op {OK}. Afhankelijk van het type karakters dat u wilt invoeren, druk op de toets {Shift} om de modus te wijzigen. Om een IP-faxbestemming op te zoeken, druk op [IP] in het scherm Faxbestemming. 78

89 Zoeken naar een bestemming in het Adresboek H Selecteer de zoekcriteria met de scroll-toetsen en druk op {OK}. 1 De betekenis van de zoekcriteria zijn als volgt: [Insluiten]: Zoek tekenreeksen die het opgegeven teken bevatten. Voorbeeld: wanneer wordt gezocht naar ABC, voert u A, B of C in. [Uitsluiten]: Zoek tekenreeksen die niet het opgegeven teken bevatten. Voorbeeld: wanneer wordt gezocht naar ABC, voert u D in. [Eerste woord]: Zoek tekenreeksen die beginnen met het opgegeven teken. Voorbeeld: wanneer wordt gezocht naar ABC, voert u A in. [Ltste woord]: Zoek tekenreeksen die eindigen op het opgegeven teken. Voorbeeld: wanneer wordt gezocht naar ABC, voert u C in. [Ex. ovreenk.]: Zoek tekenreeksen die volledig overeenkomen met het opgegeven teken. Voorbeeld: wanneer wordt gezocht naar ABC, voert u ABC in. [Ongestr. zk]: Voer een Ongestr. Zk. uit (volgens de zoekmethode die wordt ondersteund door de LDAP-server). I Druk op {Escape}. Het scherm keert terug naar stap E. J Druk op [Zoeken]. zoeken finisher, Zoekresultaten. K Selecteer een bestemming met {U} of {T}, en druk vervolgens op {V} om deze te specificeren (plaats er een vinkje naast). U kunt meerdere bestemmingen selecteren. Druk op {Controleer bestemming} om de details te zien van de geselecteerde bestemming. Druk op {W} om een geselecteerde bestemming ongedaan te maken. L Druk op {OK}. 79

90 Verzending 1 Alhoewel een gebruiker meerdere adressen kan programmeren, kan tijdens het zoeken maar een adres worden opgehaald. Het adres dat opgehaald is met de zoekactie is afhankelijk van de zoekmethode die door de LDAP Server wordt ondersteund. Het adres dat als eerste is geprogrammeerd wordt echter normaal opgehaald. U kunt een extra zoekvoorwaarde toevoegen voor LDAP-servers door de zoekopties op te geven onder Prog/Wijz/Verw LDAP-server in Systeeminstellingen. Voor details over het instellen van Zoekopties, zie Bedieningshandleiding Standaardinstellingen. De tekenreeks die u invoert in het voorwaardenveld [Naam] in stap F wordt gelezen als de voor- of achternaam, afhankelijk van de instelling van de beheerder. Om bijvoorbeeld de naam Jan Smit te zoeken, vraagt u de systeembeheerder of Jan of Smit moet invoeren. Verwijzing Info over dit apparaat Bedieningshandleiding Standaardinstellingen 80

91 Direct kiezen Direct kiezen Met Direct Kiezen-functie kunt u bellen terwijl u via de ingebouwde luidspreker mee kunt luisteren. U kunt zo tijdens het verzenden van een fax de verbinding controleren. 1 Belangrijk Deze functie is niet beschikbaar bij internetfax en IP-fax. A Plaats het origineel en selecteer de gewenste scaninstellingen. B Druk op de toets {Direct Kiezen}. NL ARX010S U hoort een lage toon via de interne speaker. Wanneer u deze handeling wilt annuleren, druk dan opnieuw op {Direct Kiezen}. C Kies het faxnummer. Voor meer informatie over het invoeren van een bestemming met een snelkiestoets, raadpleeg Snelkiestoetsen gebruiken. De machine kiest direct het nummer. Wanneer u zich vergist, drukt u op de toets {Direct kiezen} of {Instellingen verwijderen} en probeert u het vervolgens opnieuw. D Wanneer de verbinding tot stand is gebracht en u een hoge pieptoon hoort, drukt u op de toets {Start}. De verzending begint. Voor het annuleren van een verzending drukt u op {Wis/Stop} en verwijdert u de originelen. Na verzending verschijnt de stand-bydisplay. 81

92 Verzending 1 In bepaalde landen is deze functie niet beschikbaar. Druk op {U} of {T} om het volume aan te passen van het direct kiezengeluid in stappen van 8. Bij het maximum geluidsniveau wijzigt U in. Bij het minimum geluidsniveau wijzigt T in {. Het volume kan ook vooraf worden geprogrammeerd in het menu Faxeigenschappen. Als u een externe telefoon op de faxmachine heeft, kunt u met de andere partij spreken indien u een stem hoort. Wanneer u een stem hoort voordat u op de {Start}-toets heeft gedrukt, neemt u de externe telefoon op en vertelt u de ontvanger dat u een faxdocument wilt verzenden (en dat de fax moet worden ingeschakeld). Voor details over Tijd voor annuleren direct kiezen, zie Bedieningshandleiding Standaardinstellingen. Verwijzing Pag.56 Snelkiestoetsen gebruiken Bedieningshandleiding Standaardinstellingen 82

93 Handmatig kiezen Handmatig kiezen Neem de hoorn van de externe telefoon van de haak en kies het nummer. Wanneer de verbinding tot stand wordt gebracht en u een hoge pieptoon hoort, drukt u op de {Start}-toets om het faxdocument te verzenden. Indien echter aan de andere kant iemand opneemt, kunt u een normaal telefoongesprek voeren. 1 Belangrijk Voor deze functie is een externe telefoon vereist. Deze functie is niet beschikbaar bij internetfax en IP-fax. Als het Directe TX Resultatenrapport (Directe verzending) wordt afgedrukt, wordt het resultaat van een verzending via Handmatig kiezen niet in het rapport vermeld. A Plaats het origineel en selecteer de gewenste scaninstellingen. B Neem de hoorn op. U hoort de kiestoon. C Kies het faxnummer. Voor meer informatie over het invoeren van een bestemming met een snelkiestoets, raadpleeg Snelkiestoetsen gebruiken. De machine kiest direct het nummer. Wanneer u zicht vergist, plaatst u de hoorn terug en probeert u het opnieuw vanaf stap B. D Wanneer de verbinding tot stand wordt gebracht en u een hoge pieptoon hoort, drukt u op de {Start}-toets om het faxdocument te verzenden. Als aan de andere kant iemand opneemt, vertelt u de ander dat u een faxdocument wilt verzenden (en dat de fax moet worden ingeschakeld). De verzending begint. E Leg de hoorn op de haak. Voor het annuleren van een verzending drukt u op {Wis/Stop} en verwijdert u de originelen. Na verzending verschijnt de stand-bydisplay. 83

94 Verzending 1 Wanneer de bedieningsschakelaar uitgeschakeld is, zelfs wanneer de hoofdschakelaar ingeschakeld is, kunt u dit apparaat niet bedienen met alleen de hoorn van de externe telefoon. U moet eerst de bedieningsschakelaar indrukken om het apparaat in te schakelen. Verwijzing Pag.56 Snelkiestoetsen gebruiken 84

95 Geheugenopslag rapport Geheugenopslag rapport Dit rapport wordt afgedrukt nadat een origineel in het geheugen is opgeslagen. Dit is handig als u de inhoud en de bestemmingen van opgeslagen originelen wilt controleren. 1 Belangrijk Als u Parallelle geheugenverzending gebruikt, wordt het rapport geheugenopslag niet afgedrukt. U kunt dit rapport in- of uitschakelen met de gebruikersparameters (schakelaar 03, bit 2) in het menu Faxeigenschappen. Als de machine niet is ingesteld om dit rapport af te drukken, wordt het toch afgedrukt als een origineel niet kon worden opgeslagen. U kunt selecteren of een deel van het oorspronkelijke afbeelding aan het rapport moet worden toegevoegd met de gebruikersparameters (schakelaar 04, bit 7) in het menu Faxeigenschappen. U kunt selecteren of een bestemming moet worden weergeven met de gebruikersparameters (schakelaar 04, bit 4) in het menu Faxeigenschappen. Met de gebruikersparameters (schakelaar 04, bit 5) in het menu Faxeigenschappen kunt u selecteren of de naam van een afzender moet worden weergeven. Verwijzing Bedieningshandleiding Standaardinstellingen 85

96 Verzending Een verzending annuleren 1 In dit hoofdstuk wordt uitgelegd hoe u een faxverzending annuleert. Belangrijk Vergeet niet dat de indicator Communiceren bijna onmiddellijk dooft nadat een Internetfax verzonden is. Voordat het origineel wordt gescand Gebruik deze procedure om een verzending te annuleren voordat op de toets {Start} is gedrukt. A Druk op de toets {Instellingen verwijderen}. ARX016S Wanneer originelen in de ADF of ARDF worden geplaatst, kunt u de verzending eenvoudig annuleren door deze te verwijderen. Terwijl het origineel wordt gescand Gebruik deze procedure om een verzending te annuleren nadat op de toets {Start} is gedrukt. A Druk op de {Wis/Stop}-toets. ARX017S 86 Het apparaat stopt het scannen.

97 Een verzending annuleren Het scannen kan voltooid zijn terwijl u de annuleringshandeling uitvoert. Terwijl het origineel wordt verzonden Volg deze stappen om een verzending te annuleren terwijl de indicator Communiceren brandt. A Druk op de {Wis/Stop}-toets. 1 ARX017S B Selecteer met {U} of {T} het bestand dat u wilt annuleren en druk vervolgens op [Stop TX]. C Druk op [Verw.]. Druk op [Nee] om het stoppen met zenden te annuleren. Het display geeft stand-by Wanneer u een document annuleert terwijl het verzonden wordt, wordt de verzending meteen gestopt, zodra u de annuleringsprocedure heeft voltooid. Sommige pagina s van het document kunnen wel verzonden zijn en ontvangen door de ontvanger. Indien een verzending beëindigd wordt terwijl u deze procedure uitvoert, kan het niet worden geannuleerd. Als er meerdere bestemmingen zijn ingesteld, verschijnt slechts een bestemming. 87

98 Verzending Voordat de verzending wordt gestart 1 Gebruik deze procedure om een verzending te annuleren nadat het origineel is gescand. Deze functie komt van pas wanneer u een verzending wilt annuleren omdat u een fout in de bestemming heeft ontdekt of een fout in de originelen na opslag. Om geheugenverzending te annuleren, zoekt u het te annuleren bestand tussen de bestanden die in het geheugen zijn opgeslagen en verwijdert u dit. U kunt de verzending van een bestand annuleren terwijl het bestand wordt verzonden, als het is opgeslagen in het geheugen of als de verzending niet is gelukt. Alle gescande gegevens worden uit het geheugen gewist. Belangrijk Deze functie is niet beschikbaar bij Directe verzending. A Druk op {Taak-informatie}. NL ARX018S B Selecteer [Stop communicatie] met {U} of {T} en druk op de toets {OK}. C Selecteer met {U} of {T} het bestand dat u wilt annuleren en druk vervolgens op [Stop TX]. 88

99 Een verzending annuleren D Druk op [Verw.]. 1 Om een ander bestand te annuleren, herhaalt u de procedure vanaf stap B. Druk op [Nee] om het stoppen met zenden te annuleren. E Druk op {Escape}. Het display geeft stand-by Indien u een verzending annuleert terwijl het bestand wordt verzonden, kunnen enkele paginas van het bestand reeds zijn verzonden en ontvangen. Indien een verzending beëindigd wordt terwijl u deze procedure uitvoert, kan de verzending niet worden geannuleerd. Wanneer er meerdere bestemmingen zijn opgegeven, wordt alleen het nummer van de bestemmingen getoond die het verzonden document niet hebben ontvangen. Als er meerdere bestemmingen zijn ingesteld, verschijnt slechts een bestemming. 89

100 Verzending 1 90

101 2. Verzendinstellingen In dit hoofdstuk worden de eigenschappen van [TX Modus] uitgelegd, die u kunt gebruiken om diverse verzendfuncties toe te passen. Verzenden op een bepaald tijdstip (uitgesteld verzenden) Door middel van deze functie kunt u de machine instellen om de verzending van uw faxdocument uit te stellen tot een aan te geven later tijdstip. Hierdoor kunt u gebruik maken van daltarieven zonder dat u op dat moment bij de machine aanwezig hoeft te zijn. Belangrijk Nadat het apparaat ongeveer twaalf uur is uitgeschakeld, gaan alle opgeslagen faxdocumenten verloren. Als documenten om deze reden verloren gaan, wordt er automatisch een stroomstoringsrapport afgedrukt wanneer u de bedieningsschakelaar aanzet. U kunt dit rapport gebruiken om te zien welke documenten verloren zijn gegaan. Zie Problemen oplossen voor meer informatie. Deze functie is niet beschikbaar bij Directe verzending. Wanneer u Direct verzenden selecteert voor deze functie, verschijnt het bericht Bestem. en functies die niet konden worden gebr. bij directe verzending zijn al geselect.. Druk in dit geval op [Afsluit.] en schakel vervolgens over op Geheugenverzending. A Plaats het origineel en selecteer de gewenste scaninstellingen. B Druk op [TX Modus]. C Selecteer [Verzend later] met {U} of {T} en druk op de toets {OK}. 91

102 Verzendinstellingen D Selecteer [Verz.op specifiek tijdstip] met {U} of {T} en druk op de toets {OK}. 2 Om de instelling te wijzigen selecteert u [Uit] en druk daarna op {OK}. Het display keert terug naar stap C. E Voer met behulp van de cijfertoetsen (24-uursindeling) de tijd in en druk op {OK}. Bij getallen onder de 10 eerst een 0 invoeren. Als u zich vergist, drukt u op de toets {Wis/Stop} voordat u op {OK} drukt, en probeert u het opnieuw. Om Uitgesteld verzenden te annuleren drukt u op {Escape}. Het display keert terug naar stap C. F Druk op {Escape}. Het display geeft stand-by Om de instellingen te controleren, drukt u op [TX Modus]. G Geef een bestemming op en druk vervolgens op de toets {Start}. U kunt een tijdstip opgeven binnen 24 uur van het huidige tijdstip. Indien de huidige weergegeven tijd niet correct is, wijzigt u die. Verwijzing Pag.86 Een verzending annuleren Bedieningshandleiding Standaardinstellingen Problemen oplossen 92

103 Afzenderinstellingen Afzenderinstellingen Gebruik deze functie om afzender informatie in te stellen. Als het adres van de ontvanger is opgeslagen in de bestemmingslijst kan de afzender verzendresultaten via ontvangen. Als u bovendien Stempel naam afzender inschakelt, wordt de naam van de opgeslagen afzender (gebruikersnaam) weergegeven op het blad, de lijsten en het rapport van de ontvanger. 2 Belangrijk Om verzendresultaten via te ontvangen, moet de printer-/scannereenheid zijn geïnstalleerd. In de bestemmingslijst registreert u afzenders, geeft u hun adressen op en stelt u [Alleen afzender] of [Bestemming & Afzender] vooraf in bij Adresboek beheer onder Systeeminstellingen. Als gebruikersverificatie is ingesteld, wordt de aangemelde gebruiker ingesteld als afzender. Het verzendresultaat wordt naar het adres van de aangemelde gebruiker verzonden. A Plaats het origineel en selecteer de gewenste scaninstellingen. B Druk op [TX Modus]. C Selecteer [Instellingen afzender] met {U} of {T} en druk op de toets {OK}. D Selecteer een afzender. Als een beveiligingscode is ingesteld voor een bestemming, verschijnt het invoerscherm. Voer de beveiligingscode voor de bestemming in met behulp van de cijfertoetsen en druk vervolgens op {OK}. 93

104 Verzendinstellingen E Bevestig de geselecteerde afzender en druk vervolgens op {OK}. 2 F Om de naam van de afzender op het ontvangstblad af te drukken, selecteert u [Stempel] met {U} of {T}, en druk vervolgens op {OK} key. Als u deze functie inschakelt, wordt de naam van de afzender (gebruikersnaam) weergegeven op het blad, de lijsten of het rapport van de ontvanger. G Om de verzendresultaten per met Internetfax te bevestigen, selecteert u [ ] met {U} of {T} en druk vervolgens op {OK}. Als het adres van de afzender is opgeslagen kunt u aangeven of de verzendresultaten per naar de afzender worden gestuurd. Wanneer u deze functie inschakelt worden de verzendresultaten naar het geregistreerde adres verstuurd. Het display keert terug naar stap C. H Druk op {Escape}. Het display geeft stand-by Om de instellingen te controleren, drukt u op [TX Modus]. I Geef de bestemming op en druk op de toets {Start}. 94

105 Afzenderinstellingen U kunt verzendresultaten bevestigen via zowel de functie TX-resultaten, die de resultaten per verstuurt, als het communicatieresultaat rapport dat door het apparaat wordt afgedrukt. U kunt in de Gebruikerparameters (schakelaar 10, bit 6) in het menu Faxeigenschappen instellen of u beide samen wilt gebruiken. U kunt een van de Gebruikersfunctietoetsen programmeren met bewerkingen voor de Afzenderinstellingen. Met gebruikersfunctietoetsen kunt u stap B en C overslaan. Met behulp van het communicatieresultaatrapport enz. kunt u de gebruiksstatus van de opgegeven gebruiker controleren. Als gebruikersverificatie is ingesteld, kunt u het gebruik door de aangemelde gebruikers controleren. Als gebruikerscode is ingesteld op afzender kunt u de gebruiksfrequentie per gebruiker tellen. Om de Afzenderinstellingen te annuleren, annuleert u de verzending. Zie Een verzending annuleren. 2 Verwijzing Pag.86 Een verzending annuleren Bedieningshandleiding Standaardinstellingen 95

106 Verzendinstellingen opties Dit gedeelte geeft uitleg over de benodigde instellingen voor het gebruik van de Internetfaxfunctie. 2 Belangrijk Als u Internetfuncties wilt gebruiken, moet de optionele printer-/scannereenheid zijn geïnstalleerd. Het onderwerp invoeren Hiermee kunt u een onderwerp invoeren voor het document dat u wilt verzenden. Belangrijk Als u Internetfuncties wilt gebruiken, moet de optionele printer-/scannereenheid zijn geïnstalleerd. A Plaats het origineel en selecteer de gewenste scaninstellingen. B Druk op [TX Modus]. C Selecteer [ opties] met {U} of {T} en druk op de toets {OK}. D Selecteer [Onderwerp bijvoegen] met {U} of {T} en druk op de toets {OK}. 96

107 opties E Voer het onderwerp in en druk vervolgens op {OK}. Afhankelijk van het soort karakters dat u wilt invoeren, druk op de {Shift} toets om de modus te wijzigen. Het scherm keert terug naar stap D. F Druk twee maal op {Escape}. Het standby-scherm verschijnt. Om de instellingen te controleren, drukt u op [TX Modus]. G Geef een bestemming op en druk vervolgens op de toets {Start}. 2 Wanneer u een verzendt zonder een onderwerp in te stellen, wordt een onderwerp automatisch ingevoegd. Voor details over de wijze waarop het onderwerp automatisch wordt ingevoerd, zie onderwerp en Ontvangen afbeeldingen. U kunt niet alleen een onderwerp als zonder origineel verzenden. Voor het maximum aantal tekens voor een onderwerp, zie Maximumwaarden. Verwijzing Pag.27 onderwerp Pag.123 Ontvangen afbeeldingen Pag.185 Maximum waarden Info over dit apparaat Een Ontvangstbericht aanvragen U kunt bevestigen dat verzonden documenten correct ontvangen zijn met behulp van of het Journaal. Wanneer er een Ontvangstbericht is ingesteld onder opties, stuurt de ontvanger een ontvangstbericht terug. Wanneer het ontvangstbericht ontvangen is, verschijnt OK in de kolom Resultaat van het Journaal, waarmee de verzender kan controleren of de verzending ontvangen is. Belangrijk De functie Ontvangstbericht is alleen beschikbaar wanneer de ontvanger MDN (Message Disposition Notification) ondersteunt. 97

108 Verzendinstellingen A Plaats het origineel en selecteer de gewenste scaninstellingen. B Druk op [TX Modus]. 2 C Selecteer [ opties] met {U} of {T} en druk op de toets {OK}. D Selecteer [Ontvangstbevestiging] met {U} of {T} en druk op de toets {OK}. E Selecteer [Aan] of [Uit] met {U} of {T} en druk op {OK}. Het scherm keert terug naar stap D. F Druk twee maal op {Escape}. Het standby-scherm verschijnt. Om de instellingen te controleren, drukt u op [TX Modus]. G Geef een bestemming op en druk vervolgens op de toets {Start}. 98

109 opties Wanneer de fax niet normaal wordt ontvangen, verschijnt Fout in de kolom Resultaat. Alleen de laatste 50 communicaties verschijnen in het Journaal. Wanneer u geen ontvangstbericht ontvangt voordat de laatste 50 communicaties zijn voltooid, wordt OK niet afgedrukt in de kolom Resultaat van het Journaal. Dit kan gebeuren zelfs wanneer de mail op normale wijze is ontvangen bij de andere partij. Wanneer u maillijstadressen opgeeft, stel dan geen Ontvangstbericht in. Anders ontvangt u meerdere ontvangstberichten van ontvangers, en de kolom Resultaat wordt elke keer overschreven wanneer een nieuw meldingsbericht wordt ontvangen. Wanneer u echter een ontvangstbericht ontvangt waarin een fout wordt aangegeven, verschijnt Fout in de kolom Resultaat en wordt niet overschreven, zelfs niet wanneer u vervolgens een ontvangstbericht ontvangt als OK volgend op het foutbericht. Ontvangstbericht resultaten weergeven: Journaal. De kolom Resultaat in alle andere bestanden, lijsten en verzendrapporten toont - -. Meldingsberichten ontvangst worden niet opgeslagen in het Journaal. U kunt selecteren of het ontvangstbericht al dan niet wordt afgedrukt. Dit kan worden ingesteld met gebruikersparameters (schakelaar 21, bit 0) in het menu Faxeigenschappen. U kunt geen broadcasten met behulp van Ontvangstbericht. De documenten worden verzonden naar de bestemmingen in de volgorde waarin ze zijn opgegeven. 2 Verwijzing Pag.149 Het journaal afdrukken Bedieningshandleiding Standaardinstellingen 99

110 Verzendinstellingen Faxkoptekst afdrukken 2 Wanneer de Faxkoptekst is ingesteld op Aan, wordt de opgeslagen naam afgedrukt op het papier van de ontvanger. In sommige gevallen wilt u misschien een fax zonder koptekst versturen. Hiertoe schakelt u Faxkoptekst uit. A Plaats het origineel en selecteer de gewenste scaninstellingen. B Druk op [TX Modus]. C Selecteer [Faxkoptekst afdr.] met {U} of {T} en druk op de toets {OK}. D Selecteer [Aan] of [Uit] met {U} of {T} en druk op {OK}. Het scherm keert terug naar stap C. E Druk op {Escape}. Het standby-scherm verschijnt. Om de instellingen te controleren, drukt u op [TX Modus]. F Geef een bestemming op en druk vervolgens op de toets {Start}. 100

111 Faxkoptekst afdrukken U kunt de namen van faxkopteksten programmeren met behulp van de functie Faxinformatie programmeren in het menu Faxeigenschappen. U kunt selecteren of datums, faxkoptekstnamen, bestandsnummers of paginanummers al dan niet moeten worden afgedrukt, door de respectievelijke gebruikersparameters (schakelaar 18, bit 3, 2, 1, 0) te wijzigen in het menu Faxeigenschappen. U kunt een van de Gebruikersfunctietoetsen programmeren met bewerkingen voor deze functie. Met de gebruikerstoetsen kunt u stap B en C overslaan. 2 Verwijzing Bedieningshandleiding Standaardinstellingen 101

112 Verzendinstellingen Label invoegen Met deze functie kunt u de naam van de ontvanger laten afdrukken op het document wanneer dit aan de andere kant wordt ontvangen. 2 Belangrijk Om deze functie te gebruiken stelt u Labels invoegen in op [Aan] bij het registreren van faxbestemmingen in het Adresboek, en selecteer de [Geregistreerde naam] bij het verzenden van faxen. Als er zich rondom het gebied waarin het label wordt afgedrukt afbeeldingen bevinden, worden die afbeeldingen gewist. De naam van de ontvanger wordt als volgt afgedrukt: Naam van ontvanger: afgedrukt bovenaan de pagina en voorafgegaan door "Aan:". Stel deze functie als volgt in: Stel Labels invoegen in op [Aan] wanneer u faxbestemmingen programmeert. Selecteer [Geregistreerde naam] voor labels invoegen wanneer faxen worden verzonden. A Plaats het origineel en selecteer de gewenste scaninstellingen. B Druk op [TX Modus]. C Selecteer [Etiket invoegen] met {U} of {T} en druk op de toets {OK}. D Selecteer [Geregistreerde naam] of [Uit] met {U} of {T} en druk op {OK}. Het scherm keert terug naar stap C. 102

113 Label invoegen E Druk op {Escape}. Het standby-scherm verschijnt. Om de instellingen te controleren, drukt u op [TX Modus]. F Geef een bestemming op en druk vervolgens op de toets {Start}. [Geregistreerde naam] staat als standaard geselecteerd

114 Verzendinstellingen SUB Codes voor verzending instellen 2 Volg deze stappen om een document met een SUB Code als een Vertrouwelijke verzending te verzenden. Een SUB Code is een ID die bestaat uit cijfers, q, p en spaties. Een document dat met een SUB-code is verzonden wordt opgeslagen in het geheugen van de andere partij, en niet automatisch afgedrukt. De andere partij voert de SUB Code in om het ontvangen document af te drukken. De privacy kan wederzijds worden beschermd wanneer een vertrouwelijk document wordt verzonden dat bedoeld is voor een bepaalde ontvanger, omdat alleen personen die de SUB Code kennen, het document kunnen afdrukken. Documenten kunnen ook via faxen met de functie Doorzendstation worden verzonden. Via deze functie kunt u kosten besparen als u hetzelfde document naar meer dan één bestemming buiten uw basisgebied verstuurt. Bovendien kunt u tijd besparen doordat meerdere documenten door middel van één enkele procedure kunnen worden verzonden. Belangrijk Documenten kunnen worden verzonden naar faxen met de functie Persoonlijke box. Een SUB Code kan niet worden gebruikt met Internetfax. Om deze functie te gebruiken, stelt u [SUB Code TX] in op [Aan]. Programmeer deze functie vooraf op één van de gebruikersfunctietoetsen. Haal de SUB Code van de andere partij vooraf op. Wanneer een vertrouwelijk document wordt verzonden, informeert u de andere partij vooraf over de SUB Code. Dit apparaat kan geen documenten ontvangen die zijn verzonden met een SUB-code. A Plaats het origineel en selecteer de gewenste scaninstellingen. B Druk op [TX Modus]. C Selecteer [SUB Code TX] met {U} of {T} en druk op de toets {OK}. 104

115 SUB Codes voor verzending instellen D Selecteer [Aan] met {U} of {T} en druk op de toets {OK}. Het scherm keert terug naar stap C. E Druk op {Escape}. Het standby-scherm verschijnt. F Voer het faxnummer van de bestemming in of een IP-faxbestemming. 2 G Druk op de gebruikersfunctietoets ({F1} tot {F3}) geprogrammeerd met [SUB/SEP Code]. NL ARX011S H Voer een SUB-code in en druk vervolgens op {OK}. Als u zich vergist, drukt u op de toets {Wis/Stop} voordat u op {OK} drukt, en probeert u het opnieuw. 105

116 Verzendinstellingen I Indien een wachtwoord is vereist, voert u de SID-code in met de cijfertoetsen en drukt u vervolgens op {OK}. 2 Wanneer een SID-code niet is vereist, hoeft u alleen op {OK} te drukken. Het standby-scherm verschijnt. J Druk op de toets {Start}. Wanneer u een faxdocument verstuurt via Directe verzending en het faxapparaat van de ontvanger de functie SUB Code niet ondersteunt, wordt dit gemeld via een bericht op het display. Druk in dit geval op [Afsluit.] om de verzending te annuleren. Zorg ervoor dat het aantal tekens in de SUB Code overeenkomt met de specificatie van het apparaat waarnaar u verzendt. Voor het maximum aantal cijfers voor de SUB Code van dit apparaat, zie Maximumwaarden. U kunt zowel SUB-codes als de namen en faxnummers in de bestemmingslijst opslaan. De SUB Code wordt afgedrukt op lijsten en rapporten. Verwijzing Pag.185 Maximum waarden Bedieningshandleiding Standaardinstellingen Een wachtwoord instellen In bepaalde gevallen is het wenselijk om vertrouwelijke faxdocumenten te versturen met de functie SUB Code en daarbij gebruik te maken van een SID (ID van de afzender). Wanneer u een Doorzendbox met wachtwoord gebruikt, voert u de SID-code in als wachtwoord. U kunt zowel SID-codes als de namen en faxnummers in de bestemmingslijst opslaan. U kunt nummers, p, q en spaties invoeren. De SID Code wordt afgedrukt op lijsten en rapporten. Voor het maximum aantal cijfers voor de SID Code, zie Maximumwaarden. 106 Verwijzing Pag.185 Maximum waarden Bedieningshandleiding Standaardinstellingen

117 SEP Codes voor ontvangst instellen SEP Codes voor ontvangst instellen Volg deze stappen om een SEP Code in te voeren om de bestemming te vragen een document te verzenden. U kunt een document ontvangen dat is opgeslagen in het bestemmingsgeheugen wanneer het document dezelfde SEP-code heeft als de SEP-code die u heeft ingevoerd. Met deze functie kan het apparaat gebruik maken van diensten die gebruik maken van de pollingfunctie of documenten ontvangen van meerdere bestemmingen. 2 Belangrijk Documenten kunnen worden ontvangen vanaf faxen met Informatieboxen en de Polling Verzendfunctie. Een SEP-code kan niet worden gebruikt met Internetfax. Om deze functie te gebruiken, stelt u [SEP Code RX] in op [Aan]. Programmeer deze functie vooraf op één van de gebruikersfunctietoetsen. A Druk op [TX Modus]. B Selecteer [SEP Code RX] met {U} of {T} en druk op de toets {OK}. C Selecteer [Aan] met {U} of {T} en druk op de toets {OK}. Het scherm keert terug naar stap B. D Druk op {Escape}. Het scherm keert terug naar stap A. E Voer het faxnummer van de bestemming in of een IP-faxbestemming. 107

118 Verzendinstellingen F Druk op de gebruikersfunctietoets ({F1} tot {F3}) geprogrammeerd met [SUB/SEP Code]. 2 NL ARX011S G Voer een SEP-code in en druk vervolgens op {OK}. Als u zich vergist, drukt u op de toets {Wis/Stop} voordat u op {OK} drukt, en probeert u het opnieuw. H Indien een wachtwoord is vereist voert u de PWD-code in met de cijfertoetsen en drukt u vervolgens op {OK}. Wanneer een PWD-code niet is vereist, hoeft u alleen op {OK} te drukken. Het standby-scherm verschijnt. I Druk op de toets {Start}. Zorg ervoor dat het aantal cijfers in de SEP Code overeenkomt met de specificatie van het apparaat waarvan u ontvangt. Voor het maximum aantal cijfers voor de SEP-code van dit apparaat, zie Maximumwaarden. U kunt nummers, p, q en spaties invoeren. U kunt zowel SEP-codes als de namen en faxnummers in de bestemmingslijst opslaan. De SEP Code wordt afgedrukt op lijsten en rapporten. 108 Verwijzing Pag.185 Maximum waarden Bedieningshandleiding Standaardinstellingen

119 SEP Codes voor ontvangst instellen Een wachtwoord invoeren In bepaalde gevallen is het wenselijk een wachtwoord te gebruiken bij het ontvangen van faxberichten met een Ontvangst SEP-code wanneer u de SEP-codefunctie gebruikt. U kunt zowel PWD-codes als de namen en faxnummers in de bestemmingslijst opslaan. U kunt nummers, p, q en spaties invoeren. De Wachtwoord (PWD) Code wordt afgedrukt op lijsten en rapporten. Voor het maximumaantal cijfers voor de Wachtwoord (PWD) Code, zie Maximumwaarden. 2 Verwijzing Pag.185 Maximum waarden Bedieningshandleiding Standaardinstellingen Rserverapport SEP Code RX Dit rapport wordt afgedrukt nadat Ontvangst SEP-code is ingesteld. U kunt dit rapport gebruiken om de reserveringen voor Ontvangst SEP-code te controleren. U kunt deze functie in- of uitschakelen met de gebruikersparameters (schakelaar 03, bit 3) in het menu Faxeigenschappen. U kunt een bestemming laten weergeven met de gebruikersparameters (schakelaar 04, bit 4) in het menu Faxeigenschappen. U kunt de naam van de afzender laten weergeven met de gebruikersparameters (schakelaar 04, bit 5) in het menu Faxeigenschappen. Verwijzing Bedieningshandleiding Standaardinstellingen 109

120 Verzendinstellingen Resultatenrapport SEP Code RX Dit rapport wordt afgedrukt nadat elke Ontvangst SEP-code is voltooid en toont het resultaat. 2 U kunt het resultaat van een Ontvangst SEP-code ook in het Journaal controleren. U kunt deze functie in- of uitschakelen met de gebruikersparameters (schakelaar 03, bit 4) in het menu Faxeigenschappen. Om het rapport zonder tekstverstoring te bekijken, selecteert u in uw instellingen een lettertype van gelijke tekenbreedte. U kunt een bestemming laten weergeven met de gebruikersparameters (schakelaar 04, bit 4) in het menu Faxeigenschappen. U kunt de naam van de afzender laten weergeven met de gebruikersparameters (schakelaar 04, bit 5) in het menu Faxeigenschappen. Verwijzing Pag.148 Journaal Bedieningshandleiding Standaardinstellingen 110

121 2-zijdige verzending (dubbelzijdige overdracht) 2-zijdige verzending (dubbelzijdige overdracht) Gebruik deze functie om dubbelzijdige originelen te verzenden. Belangrijk Hiervoor is de optionele ARDF nodig. A Plaats het origineel in de ARDF en selecteer de gewenste scaninstellingen. B Druk op [TX Modus]. 2 C Selecteer [2-zijdig TX] met {U} of {T} en druk op de toets {OK}. D Selecteer de verzendmodus met {U} of {T} en druk vervolgens op {OK}. Selecteer [2-zijdig vanaf pag. 1] om een tweezijdig origineel vanaf de eerste pagina te versturen. Selecteer [1-zijdig voor pagina 1] als u een voorblad wilt versturen als de eerste pagina. E Selecteer met {U} of {T} de positie van het geplaatste document en druk vervolgens op {OK}. Om het tweezijdig verzenden te annuleren drukt u op {Escape}. Het display keert terug naar stap C. 111

122 Verzendinstellingen F Selecteer met {U} of {T} de richting van de paginaopening en druk vervolgens op {OK}. 2 Het scherm keert terug naar stap C. G Druk op {Escape}. Het scherm keert terug naar het standby-scherm. H Geef een bestemming op en druk vervolgens op de toets {Start}. Wanneer u deze functie gebruikt kunnen tweezijdige originelen niet worden verzonden door alleen de glasplaat te gebruiken. De voor- en achterzijde van het gescande origineel worden door de ontvangende machine in de juiste volgorde op afzonderlijke pagina s afgedrukt. De afdrukrichting van elke tweede pagina kan aan de ontvangende zijde geroteerd zijn. Als u het origineel aan de ontvangende zijde in dezelfde afdrukrichting wilt afdrukken als het ingevoerde origineel geeft u Originele positie en Richting pagina opening op. Deze functie is alleen beschikbaar bij Geheugenverzending. Deze functie is alleen beschikbaar met ARDF. 112

123 2-zijdige verzending (dubbelzijdige overdracht) U kunt bevestigen of beide zijden correct zijn gescand met behulp van de stempelfunctie. U kunt een van de Gebruikersfunctietoetsen programmeren met bewerkingen voor deze functie. Met de gebruikersfunctietoetsen kunt u stap B en C overstaan. Controleer of de opgegeven richting van het origineel overeenkomt met de afdrukrichting van de in de ARDF geplaatste originelen. Verwijzing Pag.30 Originelen plaatsen Pag.37 Verzending met beeldrotatie Pag.37 Stempel Pag.40 Scaninstellingen Bedieningshandleiding Standaardinstellingen 2 113

124 Verzendinstellingen 2 114

125 3. Ontvangst In dit hoofdstuk worden ontvangst en ontvangstfuncties uitgelegd, zoals het afdrukken van ontvangen documenten of het routeren van ontvangen documenten naar andere faxapparaten. Ontvangsttypen in dit hoofdstuk worden verschillende manieren van het ontvangen van faxdocumenten uitgelegd. Directe ontvangst Elke pagina van een faxdocument wordt afgedrukt zodra die is ontvangen. Dit is van toepasssing voor standaard faxdocumenten. Afzender Ontvanger (dit apparaat) NL Belangrijk Bij de ontvangst van belangrijke faxdocumenten raden wij aan de afzenders te raadplegen om de inhoud van de ontvangen documenten te controleren. Wanneer er te weinig vrije geheugenruimte is, kan de machine geen faxdocumenten meer ontvangen. Als het vrije geheugen tijdens directe ontvangst opraakt (0%), wordt ontvangst onmogelijk en wordt de huidige communicatie beëindigd. Als de Vervangende ontvangst wordt gebruikt, wordt een faxdocument niet afgedrukt, maar opgeslagen in het geheugen. Dit apparaat ondersteunt voor ontvangst de resoluties Standaard en Detail. Faxen verzonden met resolutie Fijn of Superfijn worden op uw machine afgedrukt met resolutie Detail. Hierdoor kan de resolutie van de fax anders zijn dan de afzender had bedoeld. 115

126 Ontvangst Verwijzing Pag.41 Resolutie Pag.116 Geheugenontvangst Pag.116 Vervangende ontvangst Pag.130 Afdrukopties Geheugenontvangst 3 Eerst worden alle paginas in het geheugen opgeslagen en vervolgens wordt het hele faxdocument afgedrukt. Afzender Ontvanger (dit apparaat) NL Belangrijk Ongeveer twaalf uur nadat het apparaat is uitgeschakeld, worden alle in het geheugen opgeslagen faxdocumenten gewist. Als documenten op deze manier verloren gaan, wordt er automatisch een stroomstoringsrapport afgedrukt wanneer u de bedieningsschakelaar aanzet. U kunt dit rapport gebruiken om te zien welke documenten verloren zijn gegaan. Zie Problemen oplossen. Wanneer er te weinig vrije geheugenruimte is, kan de machine geen faxdocumenten meer ontvangen. Wanneer de vrije geheugenruimte opraakt tijdens geheugenontvangst, is verdere ontvangst niet meer mogelijk en wordt de verbinding verbroken. Verwijzing Problemen oplossen Vervangende ontvangst 116 Vervangende ontvangst wordt ingeschakeld wanneer het apparaat geen faxdocumenten kan afdrukken. Bij Vervangende ontvangst wordt een ontvangen faxdocument opgeslagen in het geheugen in plaats van te worden afgedrukt. Faxdocumenten die tijdens Vervangende ontvangst worden ontvangen, worden automatisch afgedrukt als de omstandigheid waardoor het apparaat naar Vervangende ontvangst schakelde, wordt opgeheven.

127 Ontvangsttypen Afhankelijk van de reden waarom het apparaat niet afdrukt, kan Vervangende ontvangst worden gebruikt voor alle ontvangen faxdocumenten die voldoen aan een bepaalde voorwaarde, opgegeven in de gebruikersparameters in het menu Faxeigenschappen. De indicator Bestand ontvangen gaat branden om u erop te wijzen dat documenten met Vervangende ontvangst zijn ontvangen. 3 NL ARX019S Belangrijk Er moet voldoende geheugenruimte vrij zijn om faxberichten te ontvangen. Wanneer de vrije geheugenruimte opraakt tijdens vervangende ontvangst, is verdere ontvangst niet meer mogelijk en wordt de verbinding verbroken. Het indicatielampje Bestand ontvangen kan ook branden wanneer documenten worden ontvangen met Directe ontvangst. Verwijzing Bedieningshandleiding Standaardinstellingen Documenten onvoorwaardelijk ontvangen Wanneer een van de volgende omstandigheden zich voordoet, ontvangt het apparaat alle faxdocumenten met Vervangende ontvangst. Probleem Oorzaak Oplossing De machine drukt af met een andere functie. De machine is bezig met afdrukken met een andere functie. Zodra de machine klaar is met afdrukken, wordt het document automatisch afgedrukt. h brandt. De klep is open. Sluit de klep die op het display wordt aangegeven. 117

128 Ontvangst Documenten ontvangen die aan vooraf opgegeven voorwaarden voldoen Wanneer een van de volgende omstandigheden zich in de volgende lijst voordoet, ontvangt het apparaat alleen de documenten die aan de voorwaarden voldoen die zijn opgegeven bij de Gebruikersparameters in het menu Faxeigenschappen. Probleem Oorzaak Oplossing 3 h brandt. Papierstoring. Het vastgelopen papier verwijderen. Voor details over het verwijderen van papier, zie Problemen oplossen. B brandt. Alle lades zijn leeg. Papier bijvullen. Voor details over het toevoegen van papier, zie Problemen oplossen. G brandt. De toner is op. Vervang de tonerfles. Voor details over het vervangen van de tonerfles, zie Probleemoplossing. Het bericht Probleem met deze lade verschijnt. Alle lades zijn buiten gebruik. Neem contact op met uw leverancier. U kunt de onderstaande voorwaarden opgeven met de gebruikersparameters (schakelaar 05, bit 2, 1) in het menu Faxeigenschappen. Als Eigen Naam of Eigen Faxnr. wordt ontvangen Dit apparaat schakelt alleen over naar Vervangende ontvangst, als de verzender zijn Eigen naam of Eigen Faxnr. heeft geprogrammeerd. Wanneer de stroom langer dan twaalf uur is uitgeschakeld, worden alle in het geheugen opgeslagen documenten gewist. In dit geval kan het Journaal worden gebruikt om de afzenders van de verwijderde documenten te identificeren, zodat u ze kunt vragen deze opnieuw te versturen. Als een afzender zijn Eigen naam of Eigen Faxnr. niet heeft geprogrammeerd, kan het voorkomen dat het apparaat een belangrijk faxdocument niet ontvangt. Wij bevelen aan dat u belangrijke verzenders vraagt op voorhand een Eigen naam of Eigen Faxnr. te programmeren. Vrij Dit apparaat schakelt naar Vervangende ontvangst over, ongeacht of de verzender zijn Eigen naam of Eigen Faxnr. heeft geprogrammeerd. Uitschakelen Het apparaat ontvangt geen documenten. Verwijzing Bedieningshandleiding Standaardinstellingen Problemen oplossen 118

129 Ontvangstmodi Ontvangstmodi Er zijn twee manieren waarop u het apparaat kunt instellen om binnenkomende gesprekken af te handelen: Handmatige ontvangst (een externe telefoon noodzakelijk) Automatische ontvangst Er is een externe telefoon nodig om dit apparaat als telefoon te kunnen gebruiken. 3 Handmatige ontvangst Wanneer een telefoongesprek wordt ontvangen, gaat het apparaat bellen. Wanneer de telefonische oproep een faxdocument is, dient u handmatig over te schakelen naar de faxmodus. A Wanneer het apparaat belt, neemt u de hoorn of de externe telefoon op. B Wanneer u geluidssignalen hoort, drukt u op de toets {Start} of de gebruikersfunctietoets geprogrammeerd met Start handmatige ontvangst. (De toets {Start} is alleen beschikbaar in de faxmodus wanneer er geen origineel is geplaatst.) C Leg de hoorn van het externe telefoontoestel op de haak. Het apparaat start met ontvangen. Wanneer de bedieningsschakelaar uitgeschakeld is, zelfs wanneer de hoofdschakelaar ingeschakeld is, kunt u dit apparaat niet bedienen met alleen de hoorn van de externe telefoon. U moet eerst de bedieningsschakelaar indrukken om het apparaat in te schakelen. Automatische ontvangst Wanneer een telefoongesprek wordt ontvangen, ontvangt het apparaat dit automatisch als een faxdocument. Gebruik deze instelling voor een aparte faxlijn. 119

130 Ontvangst Ontvangstmodus veranderen U kunt van ontvangstmodi wisselen met behulp van de Ontvangstinstellingen in het menu Faxeigenschappen. Wanneer u een Gebruikersfunctietoets programmeert met Ontvangstmodus wijzigen, kunt u snel van ontvangstmodus wisselen. A Druk op de toets {Wijzig RX modus}. 3 NL ARX020S B Selecteer de gewenste ontvangstmodus met {U} of {T} en druk vervolgens op {OK}. Om de geselecteerde waarde te annuleren drukt u op {Escape}. Het display geeft stand-by Verwijzing Bedieningshandleiding Standaardinstellingen 120

131 Internetfaxdocumenten ontvangen Internetfaxdocumenten ontvangen U kunt documenten ontvangen met Internetfax. Er zijn twee methoden om te ontvangen: Automatische ontvangst en Handmatige ontvangst. Belangrijk Als u Internetfuncties wilt gebruiken, moet de optionele printer-/scannereenheid zijn geïnstalleerd. met bijlagen anders dan bestanden met TIFF-F-indeling kunnen niet worden ontvangen. Afzenders ontvangen een foutmelding wanneer hun s bijlagen bevatten. U kunt selecteren of het apparaat dit bericht al dan niet verzendt met de gebruikersparameters (schakelaar 21, bit 7) in het menu Faxeigenschappen. TIFF-F-documenten die gemaakt zijn met de functie Opslaan van DeskTopBinder kunnen echter worden ontvangen. Indien [Beveiligd-wachtwoordverificatie voor alle clientverbindingen verplicht] geselecteerd is in Windows Server 2003, is ontvangst niet mogelijk. 3 Wanneer het ontvangstprotocol ingesteld is op POP3 of IMAP4, kunt u het apparaat in Systeeminstellingen instellen om binnenkomende vast te houden of dit van de server te verwijderen. Met gebruikersparameters (schakelaar 21, bit 1) in het menu Faxeigenschappen kunt u het apparaat een retourontvangst laten verzenden als reactie op het verzoek om een ontvangstbericht dat aan de verzonden was bevestigd. Verwijzing Bedieningshandleiding Standaardinstellingen Automatische ontvangst Wanneer deze functie aan staat, controleert het apparaat periodiek de server voor binnenkomende en downloadt het indien nodig. Wanneer het geheugen vol raakt, wordt de niet op de opgegeven intervallen ontvangen. Ontvangst zal hervat worden wanneer voldoende geheugen beschikbaar wordt. Automatische ontvangst van moet worden ingesteld in Systeeminstellingen. Wanneer u automatische ontvangst selecteert, stelt u de ontvangstinterval in op minuten. kan handmatig worden ontvangen. Verwijzing Bedieningshandleiding Standaardinstellingen 121

132 Ontvangst Handmatige ontvangst Volg deze stappen om een fax te ontvangen door de server handmatig te openen. 3 Belangrijk Programmeer de functie Handmatige ontvangst vooraf onder een gebruikersfunctietoets. A Druk op de gebruikersfunctietoets ({F1} tot {F3}) waarvoor Handmatige e- mailontvangst is geprogrammeerd. NL ARX011S B Druk op de toets {Start}. Het apparaat opent de server om de te controleren en ontvangt nieuwe . Het display geeft stand-by Als alternatief kunt u ook op {Taak-informatie} drukken en vervolgens [Handm. ontvangst] selecteren om te ontvangen. Verwijzing Bedieningshandleiding Standaardinstellingen 122

133 Internetfaxdocumenten ontvangen Ontvangen afbeeldingen Dit is een voorbeeld van een Internetfaxdocument dat vanaf dit apparaat is verzonden en ontvangen op een computer met de toepassing Outlook Express. De ontvangen afbeelding is afhankelijk van de toepassing. Belangrijk Wanneer Internetfax naar de computer is verzonden, wordt de volgende informatie altijd in de tekst ingevoegd: Deze is verzonden door Hostnaam (productnaam) stuur uw vragen naar: adres beheerder. Om de hostnaam en het adres te controleren, zie Bedieningshandleiding Standaardinstellingen. 3 ALV011S 1. verzonden zonder een onderwerp op te geven in opties. 2. verzonden met een onderwerp opgegeven in opties. 3. Vanaf De naam ( adres) van de afzender 4. De datum De datum en tijd van een verzending 5. naar Het adres van de ontvanger 6. Onderwerp Toont het onderwerp dat opgegeven is in opties ten tijde van de verzending. Als er geen onderwerp opgegeven is, wordt er een automatisch toegewezen in de notatie die in 1 hierboven wordt getoond. 123

Faxhandleiding. Gebruiksaanwijzing

Faxhandleiding. Gebruiksaanwijzing Gebruiksaanwijzing Faxhandleiding 1 2 3 4 5 6 Verzending Verzendinstellingen Ontvangst Informatie over de communicatie wijzigen/controleren Faxen via de computer Bijlage Lees deze handleiding aandachtig

Nadere informatie

FAX Option Type Faxhandleiding. Gebruiksaanwijzing

FAX Option Type Faxhandleiding. Gebruiksaanwijzing FAX Option Type 3030 Gebruiksaanwijzing Faxhandleiding 1 2 3 4 5 6 7 Verzending Overige verzendfuncties Ontvangst Informatie m.b.t. de communicatie wijzigen/bevestigen Een document opslaan Faxen via de

Nadere informatie

Fax Connection Unit Type C Gebruiksaanwijzing

Fax Connection Unit Type C Gebruiksaanwijzing Fax Connection Unit Type C Gebruiksaanwijzing Voor een veilig en correct gebruikt, dient u de Veiligheidsinformatie in "Lees dit eerst" te lezen voordat u het apparaat gebruikt. INHOUDSOPGAVE Hoe werkt

Nadere informatie

FAX Option Type MPC3000. Faxhandleiding. Gebruiksaanwijzing

FAX Option Type MPC3000. Faxhandleiding. Gebruiksaanwijzing FAX Option Type MPC3000 Gebruiksaanwijzing Faxhandleiding 1 2 3 4 5 6 7 Verzending Andere verzendingseigenschappen Ontvangst Communicatie-informatie wijzigen/bevestigen Een document opslaan Faxen via computer

Nadere informatie

FAX Optie Type C1500. Faxhandleiding. Gebruiksaanwijzing

FAX Optie Type C1500. Faxhandleiding. Gebruiksaanwijzing FAX Optie Type C1500 Gebruiksaanwijzing Faxhandleiding 1 2 3 4 5 6 Verzending Verzendinstellingen Ontvangst Informatie over de communicatie wijzigen/controleren Faxen via de computer Bijlage Lees deze

Nadere informatie

FAX Option Type 3045. Faxhandleiding <Basisfuncties> Gebruiksaanwijzing

FAX Option Type 3045. Faxhandleiding <Basisfuncties> Gebruiksaanwijzing FAX Option Type 3045 Gebruiksaanwijzing Faxhandleiding 1 2 3 4 5 Aan de slag Faxen Internetfax-functies gebruiken Programmeren Probleemoplossing Lees deze handleiding aandachtig door voordat

Nadere informatie

FAX Option Type 3030. Faxhandleiding <Basis functies> Gebruiksaanwijzing

FAX Option Type 3030. Faxhandleiding <Basis functies> Gebruiksaanwijzing FAX Option Type 3030 Gebruiksaanwijzing Faxhandleiding 1 2 3 4 5 Aan de slag Faxen Internetfaxfuncties gebruiken Programmeren Probleemoplossing Lees deze handleiding aandachtig door voordat

Nadere informatie

FAX Option Type Faxhandleiding <Geavanceerde functies> Gebruiksaanwijzing

FAX Option Type Faxhandleiding <Geavanceerde functies> Gebruiksaanwijzing FAX Option Type 3030 Gebruiksaanwijzing Faxhandleiding 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 Verzendmodus Controleren en annuleren van verzendbestanden Informatie m.b.t. de communicatie Overige

Nadere informatie

Verkorte Handleiding DX-C200. Namen en locaties. De kopieerfunctie gebruiken. De scannerfunctie gebruiken. De faxfunctie gebruiken. Problemen oplossen

Verkorte Handleiding DX-C200. Namen en locaties. De kopieerfunctie gebruiken. De scannerfunctie gebruiken. De faxfunctie gebruiken. Problemen oplossen DX-C200 Verkorte Handleiding Namen en locaties De kopieerfunctie gebruiken De scannerfunctie gebruiken De faxfunctie gebruiken Problemen oplossen Papierstoringen oplossen Inktcartridges Lees deze handleiding

Nadere informatie

2 mei 2014. Remote Scan

2 mei 2014. Remote Scan 2 mei 2014 Remote Scan 2014 Electronics For Imaging. De informatie in deze publicatie wordt beschermd volgens de Kennisgevingen voor dit product. Inhoudsopgave 3 Inhoudsopgave...5 openen...5 Postvakken...5

Nadere informatie

Fiery Remote Scan. Fiery Remote Scan openen. Postvakken

Fiery Remote Scan. Fiery Remote Scan openen. Postvakken Fiery Remote Scan Met Fiery Remote Scan kunt u scantaken op de Fiery-server en de printer beheren vanaf een externe computer. Met Fiery Remote Scan kunt u het volgende doen: Scans starten vanaf de glasplaat

Nadere informatie

Scannerhandleiding. Gebruiksaanwijzing

Scannerhandleiding. Gebruiksaanwijzing Gebruiksaanwijzing Scannerhandleiding 1 2 3 4 5 6 Het versturen van een scanbestand per e-mail Scanbestanden versturen met scan-to-folder Scanbestanden bezorgen Het apparaat gebruiken als een TWAIN-compatibele

Nadere informatie

Gebruikershandleiding MFP kleur systemen. Aanteken vel. infotec kenniscentrum. Infotec gebruikershandleiding

Gebruikershandleiding MFP kleur systemen. Aanteken vel. infotec kenniscentrum. Infotec gebruikershandleiding Gebruikershandleiding MFP kleur systemen Aanteken vel Het Bedieningspaneel Functie paneel Functietoetsen Geeft de keuze om te wisselen tussen de functies: Kopiëren - Doc. Server Faxen - Printen - Scannen

Nadere informatie

Fiery Remote Scan. Verbinden met Fiery servers. Verbinding maken met een Fiery server bij het eerste gebruik

Fiery Remote Scan. Verbinden met Fiery servers. Verbinding maken met een Fiery server bij het eerste gebruik Fiery Remote Scan Met Fiery Remote Scan kunt u scantaken beheren op de Fiery server en de printer vanaf een externe computer. Met Fiery Remote Scan kunt u het volgende doen: Scans starten vanaf de glasplaat

Nadere informatie

Scannerhandleiding. Gebruiksaanwijzing

Scannerhandleiding. Gebruiksaanwijzing Gebruiksaanwijzing Scannerhandleiding 1 2 3 4 5 6 7 Scanbestanden per e-mail verzenden Scanbestanden verzenden via scan-to-folder Bestanden opslaan met de scanfunctie Scanbestanden bezorgen Originelen

Nadere informatie

Kopiëren via de glasplaat. 1 Plaats het originele document met de bedrukte zijde naar beneden in de linkerbovenhoek van de glasplaat.

Kopiëren via de glasplaat. 1 Plaats het originele document met de bedrukte zijde naar beneden in de linkerbovenhoek van de glasplaat. Naslagkaart Wordt gekopieerd Kopieën maken Snel kopiëren 3 Druk op het bedieningspaneel van de printer op. 4 Als u het document op de glasplaat hebt gelegd, raakt u Finish the Job (Taak voltooien) aan

Nadere informatie

Gebruiksaanwijzing Website met toepassingen

Gebruiksaanwijzing Website met toepassingen Lees deze handleiding zorgvuldig voordat u dit apparaat gebruikt en bewaar deze voor toekomstige raadpleging. Gebruiksaanwijzing Website met toepassingen INHOUDSOPGAVE Hoe werkt deze handleiding?... 2

Nadere informatie

Xerox WorkCentre 6655 multifunctionele kleurenprinter Bedieningspaneel

Xerox WorkCentre 6655 multifunctionele kleurenprinter Bedieningspaneel Bedieningspaneel Beschikbare services kunnen variëren afhankelijk van uw printerinstellingen. Zie de Handleiding voor de gebruiker voor meer informatie over functies en instellingen. 3 4 5 Aanraakscherm

Nadere informatie

Xerox ColorQube 8700 / 8900 Bedieningspaneel

Xerox ColorQube 8700 / 8900 Bedieningspaneel Bedieningspaneel Beschikbare services kunnen variëren afhankelijk van uw printerinstellingen. Zie de Handleiding voor de gebruiker voor meer informatie over functies en instellingen. 3 5 Ontgrendeling

Nadere informatie

Kopiëren...5. Kopieën maken...5. Taakonderbreking...6 Een kopieertaak annuleren en...7. Voorbereiden op het per verzenden...

Kopiëren...5. Kopieën maken...5. Taakonderbreking...6 Een kopieertaak annuleren en...7. Voorbereiden op het per  verzenden... Naslagkaart Inhoudsopgave Kopiëren...5 Kopieën maken...5 Snel kopiëren...5 Kopiëren via de ADF...5 Kopiëren via de glasplaat...5 Taakonderbreking...6 Een kopieertaak annuleren...6 Een kopieertaak annuleren

Nadere informatie

Handleiding instellingen vrijgave van afdrukken

Handleiding instellingen vrijgave van afdrukken Handleiding instellingen vrijgave van afdrukken INHOUDSOPGAVE OVER DEZE HANDLEIDING............................................................................. 2 FUNCTIE AFDRUKVRIJGAVE...........................................................................

Nadere informatie

Hulp krijgen. Systeemberichten. Aanmelden/Afmelden. Pictogrammen op het bedieningspaneel

Hulp krijgen. Systeemberichten. Aanmelden/Afmelden. Pictogrammen op het bedieningspaneel Hulp krijgen Voor informatie/assistentie, raadpleegt u het volgende: Handleiding voor de gebruiker voor informatie over het gebruik van de Xerox 4595. Ga voor online hulp naar: www.xerox.com Klik op de

Nadere informatie

Sharpdesk Mobile V1.1 Gebruikershandleiding

Sharpdesk Mobile V1.1 Gebruikershandleiding Sharpdesk Mobile V1.1 Gebruikershandleiding Voor de iphone SHARP CORPORATION April 27, 2012 1 Inhoudsopgave 1 Overzicht... 3 2 Ondersteunde besturingssystemen... Fout! Bladwijzer niet gedefinieerd. 3 Installatie

Nadere informatie

PostScript 3 Supplement

PostScript 3 Supplement PostScript 3 Supplement 2 3 4 Windows-configuratie MacOS-configuratie PostScript 3 gebruiken Printer Utility for Mac Lees deze handleiding aandachtig door voordat u dit apparaat in gebruik neemt en bewaar

Nadere informatie

PostScript 3 Supplement

PostScript 3 Supplement PostScript 3 Supplement 1 2 3 4 Windows-configuratie Configuratie Mac OS PostScript 3 gebruiken Printer Utility for Mac Lees deze handleiding aandachtig door voordat u dit apparaat in gebruik neemt en

Nadere informatie

Gebruiksaanwijzing. Website met toepassingen

Gebruiksaanwijzing. Website met toepassingen Gebruiksaanwijzing Website met toepassingen INHOUDSOPGAVE Hoe werkt deze handleiding?... 2 Symbolen in de handleidingen... 2 Disclaimer...3 Opmerkingen...3 Taken die u kunt uitvoeren op de Website met

Nadere informatie

Sharpdesk Mobile V1.1 Gebruikershandleiding

Sharpdesk Mobile V1.1 Gebruikershandleiding Sharpdesk Mobile V1.1 Gebruikershandleiding Voor de ipad SHARP CORPORATION 27 April, 2012 1 Inhoudsopgave 1 Overzicht... 3 2 Ondersteunde besturingssystemen... 4 3 Installatie en starten van de applicatie...

Nadere informatie

Xerox ColorQube 9301 / 9302 / 9303 Bedieningspaneel

Xerox ColorQube 9301 / 9302 / 9303 Bedieningspaneel Xerox ColorQube 90 / 90 / 90 Bedieningspaneel Beschikbare services kunnen variëren afhankelijk van uw printerinstellingen. Zie de Handleiding voor de gebruiker voor meer informatie over functies en instellingen.?

Nadere informatie

Kopiëren via de glasplaat. 1 Plaats het originele document met de bedrukte zijde naar beneden in de linkerbovenhoek van de glasplaat.

Kopiëren via de glasplaat. 1 Plaats het originele document met de bedrukte zijde naar beneden in de linkerbovenhoek van de glasplaat. Laser-MFP Naslagkaart Kopiëren Snel kopiëren documentinvoer (ADF) of met de bedrukte zijde naar beneden (zoals knipsels uit tijdschriften) in de ADF. Gebruik in plaats plaatst, moet u de papiergeleiders

Nadere informatie

Gids Instelling Verzenden

Gids Instelling Verzenden Gids Instelling Verzenden In deze handleiding wordt uitgelegd hoe u de Instel-tool Zendfunctie kunt gebruiken om de machine in te stellen voor het scannen van documenten als e-mails (Verzenden naar e-mail)

Nadere informatie

AirPrint handleiding DCP-J562DW MFC-J480DW MFC-J680DW MFC-J880DW

AirPrint handleiding DCP-J562DW MFC-J480DW MFC-J680DW MFC-J880DW AirPrint handleiding DCP-J562DW MFC-J480DW MFC-J680DW MFC-J880DW Voordat u uw Brother-machine gebruikt Definities van opmerkingen Handelsmerken Belangrijke opmerking Definities van opmerkingen In deze

Nadere informatie

Installatiehandleiding MF-stuurprogramma

Installatiehandleiding MF-stuurprogramma Nederlands Installatiehandleiding MF-stuurprogramma Cd met gebruikerssoftware.............................................................. 1 Informatie over de stuurprogramma s en de software.............................................

Nadere informatie

Gebruiksaanwijzing. Gebruikershandleiding

Gebruiksaanwijzing. Gebruikershandleiding Gebruiksaanwijzing Gebruikershandleiding INHOUDSOPGAVE 1. Introductie Overzicht van RemoteConnect Support... 3 Hoe werkt deze handleiding?... 5 Symbolen... 5 Disclaimer...5 Opmerkingen...5 Terminologie...

Nadere informatie

Bedieningshandleiding

Bedieningshandleiding Gebruiksaanwijzing Bedieningshandleiding Systeeminstellingen 1 2 3 4 5 6 7 8 9 Het apparaat aansluiten Systeeminstellingen Kopieereigenschappen Faxeigenschappen Printereigenschappen Scannereigenschappen

Nadere informatie

Handleiding Wi-Fi Direct

Handleiding Wi-Fi Direct Handleiding Wi-Fi Direct Eenvoudige installatie via Wi-Fi Direct Problemen oplossen Appendix Inhoud Hoe werken deze handleidingen?... 2 Symbolen in de handleidingen... 2 Disclaimer... 2 1. Eenvoudige

Nadere informatie

Xerox WorkCentre 7800-serie Bedieningspaneel

Xerox WorkCentre 7800-serie Bedieningspaneel Bedieningspaneel Beschikbare services kunnen variëren afhankelijk van uw printerinstellingen. Zie de Handleiding voor de gebruiker voor meer informatie over functies en instellingen. ABC DEF Menu's GHI

Nadere informatie

Verbinding maken met whiteboard op afstand

Verbinding maken met whiteboard op afstand RICOH Interactive Whiteboard Client for Windows Snel aan de slag Lees deze handleiding zorgvuldig door voordat u dit product in gebruik neemt. Bewaar de handleiding op een handige plek voor eventueel toekomstig

Nadere informatie

Bedieningshandleiding Standaardinstellingen

Bedieningshandleiding Standaardinstellingen Gebruiksaanwijzing Bedieningshandleiding Standaardinstellingen 1 2 3 4 5 6 7 8 9 Het apparaat aansluiten Systeeminstellingen Kopieereigenschappen Faxeigenschappen Printereigenschappen Scannereigenschappen

Nadere informatie

LASERJET ENTERPRISE 500 COLOR MFP. Naslaggids M575

LASERJET ENTERPRISE 500 COLOR MFP. Naslaggids M575 LASERJET ENTERPRISE 500 COLOR MFP Naslaggids M575 Een opgeslagen taak afdrukken Volg de onderstaande procedure om een taak af te drukken die in het apparaatgeheugen is opgeslagen. 1. Raak in het beginscherm

Nadere informatie

Verbinding maken met whiteboard op afstand

Verbinding maken met whiteboard op afstand RICOH Interactive Whiteboard Client for ipad Snel aan de slag Lees deze handleiding zorgvuldig door voordat u dit product in gebruik neemt. Bewaar de handleiding op een handige plek voor eventueel toekomstig

Nadere informatie

Scannerhandleiding. Gebruiksaanwijzing

Scannerhandleiding. Gebruiksaanwijzing Gebruiksaanwijzing Scannerhandleiding 1 2 3 4 5 6 Het versturen van een scanbestand per e-mail Scanbestanden versturen met scan-to-folder Scanbestanden bezorgen Het apparaat gebruiken als een TWAIN-compatibele

Nadere informatie

Gebruik van het Brother SmartUI Control Center op basis van Windows voor PaperPort 8.0 en Windows XP

Gebruik van het Brother SmartUI Control Center op basis van Windows voor PaperPort 8.0 en Windows XP Gebruik van het Brother SmartUI Control Center op basis van Windows voor PaperPort 8.0 en Windows XP Brother SmartUI Control Center Het Control Center van Brother is een hulpprogramma waarmee u gemakkelijk

Nadere informatie

BEKNOPTE HANDLEIDING INHOUD. voor Windows Vista

BEKNOPTE HANDLEIDING INHOUD. voor Windows Vista BEKNOPTE HANDLEIDING voor Windows Vista INHOUD Hoofdstuk 1: SYSTEEMVEREISTEN...1 Hoofdstuk 2: PRINTERSOFTWARE INSTALLEREN ONDER WINDOWS...2 Software installeren om af te drukken op een lokale printer...

Nadere informatie

I. Specificaties. II Toetsen en bediening

I. Specificaties. II Toetsen en bediening I. Specificaties Afmetingen Gewicht Scherm Audioformaat Accu Play time Geheugen 77 52 11mm (W*H*D) 79g 1,3inch OLED-scherm MP3: bitrate 8Kbps-320Kbps WMA: bitrate 5Kbps-384Kbps FLAC:samplingrate 8KHz-48KHz,16bit

Nadere informatie

Webservices gebruiken om op het netwerk te scannen (Windows Vista SP2 of recenter, Windows 7 en Windows 8)

Webservices gebruiken om op het netwerk te scannen (Windows Vista SP2 of recenter, Windows 7 en Windows 8) Webservices gebruiken om op het netwerk te scannen (Windows Vista SP2 of recenter, Windows 7 en Windows 8) Met het Webservices-protocol kunnen gebruikers van Windows Vista (SP2 of recenter), Windows 7

Nadere informatie

Installatiehandleiding software

Installatiehandleiding software Installatiehandleiding software In deze handleiding wordt uitgelegd hoe u de software via een USB- of netwerkverbinding installeert. Netwerkverbinding is niet beschikbaar voor de modellen SP 200/200S/203S/203SF/204SF.

Nadere informatie

Bedieningshandleiding Bijvoegsel

Bedieningshandleiding Bijvoegsel Bedieningshandleiding Bijvoegsel Snijmachine Product Code: 891-Z01 Lees dit document voordat u de machine gebruikt. Houd dit document bij de hand, zodat u het kunt raadplegen. Inleiding In deze handleiding

Nadere informatie

Scannerhandleiding. Gebruiksaanwijzing

Scannerhandleiding. Gebruiksaanwijzing Gebruiksaanwijzing Scannerhandleiding 1 2 3 4 5 6 7 Het versturen van een scanbestand per e-mail Scanbestanden naar mappen verzenden Bestanden opslaan met de scanfunctie Scanbestanden bezorgen Originelen

Nadere informatie

Gids Instelling Verzenden

Gids Instelling Verzenden Gids Instelling Verzenden In deze gids wordt uitgelegd hoe u de functies Verzenden naar e-mail en Opslaan in gedeelde map kunt instellen met behulp van de Instel-tool Zendfunctie en hoe u kunt controleren

Nadere informatie

LCD MONITOR SHARP INFORMATION DISPLAY GEBRUIKSAANWIJZING

LCD MONITOR SHARP INFORMATION DISPLAY GEBRUIKSAANWIJZING LCD MONITOR SHARP INFORMATION DISPLAY DOWNLOADER Versie 1.1 GEBRUIKSAANWIJZING Inleiding Deze software Kan controleren of er nieuwe versies zijn van de gebruikte software. Indien er een nieuwe versie is,

Nadere informatie

Mobiel Internet Veiligheidspakket

Mobiel Internet Veiligheidspakket Mobiel Internet Veiligheidspakket Gebruikershandleiding Mobiel Internet Veiligheidspakket voor Windows Mobile smartphones Mobiel IVP Windows Mobile Versie 1.0, d.d. 20-07-2011 Inleiding... 3 1 Installatie...

Nadere informatie

Handleiding met informatie

Handleiding met informatie Handleiding met informatie Pagina 1 van 1 Handleiding met informatie Er is een groot aantal handleidingen beschikbaar om u te helpen de MFP en de functies ervan te begrijpen. Met behulp van deze pagina

Nadere informatie

MF 3680 B. Aanvulling op de gebruikershandleiding

MF 3680 B. Aanvulling op de gebruikershandleiding MF 3680 B Aanvulling op de gebruikershandleiding S VOORWOORD Uw terminal kan 2 telefoonlijnen tegelijk gebruiken. U kunt bijvoorbeeld de ene lijn voor het verzenden en de andere lijn voor het ontvangen

Nadere informatie

Handleiding instellingen vrijgave van afdrukken

Handleiding instellingen vrijgave van afdrukken Handleiding instellingen vrijgave van afdrukken INHOUDSOPGAVE OVER DEZE HANDLEIDING............................................................................. 2 FUNCTIE AFDRUKVRIJGAVE...........................................................................

Nadere informatie

Xerox WorkCentre 5845 / 5855 / 5865 / 5875 / 5890 Bedieningspaneel

Xerox WorkCentre 5845 / 5855 / 5865 / 5875 / 5890 Bedieningspaneel 8 / 8 / 86 / 87 / 890 Bedieningspaneel Beschikbare services kunnen variëren afhankelijk van uw printerinstellingen. Zie de Handleiding voor de gebruiker voor meer informatie over functies en instellingen.

Nadere informatie

Dick Grooters Raadhuisstraat 296 5683 GM Best tel: 0499-392579 e-mail: d.grooters@home.nl. Printen en Scannen

Dick Grooters Raadhuisstraat 296 5683 GM Best tel: 0499-392579 e-mail: d.grooters@home.nl. Printen en Scannen Dick Grooters Raadhuisstraat 296 5683 GM Best tel: 0499-392579 e-mail: d.grooters@home.nl Printen en Scannen Als een nieuwe printer wordt gekocht en onder Windows XP aangesloten zal Windows deze nieuwe

Nadere informatie

LASERJET PRO 500 COLOR MFP. Naslaggids M570

LASERJET PRO 500 COLOR MFP. Naslaggids M570 LASERJET PRO 500 COLOR MFP Naslaggids M570 Direct afdrukken via USB 1. Plaats het USB-flashstation in de USB-poort aan de voorzijde van het apparaat. 2. Het menu USB-flashdrive wordt geopend. Raak de pijknoppen

Nadere informatie

bizhub Evolution INSTALLATIE bizhub Evolution Installatiehandleiding Versie: 1.1

bizhub Evolution INSTALLATIE bizhub Evolution Installatiehandleiding Versie: 1.1 bizhub Evolution INSTALLATIE Installatiehandleiding Versie: 1.1 bizhub Evolution Inleiding Inleiding 2 Inhoudsopgave Inleiding... 3 Over dit document... 3 Gebruikte afkortingen... 3 Opmerkingen over de

Nadere informatie

Handleiding Wi-Fi Direct

Handleiding Wi-Fi Direct Handleiding Wi-Fi Direct Eenvoudige installatie via Wi-Fi Direct Problemen oplossen Inhoudsopgave Hoe werken deze handleidingen?... 2 Symbolen in de handleidingen... 2 Disclaimer... 2 1. Eenvoudige installatie

Nadere informatie

Problemen oplossen. Gebruiksaanwijzing

Problemen oplossen. Gebruiksaanwijzing Gebruiksaanwijzing Problemen oplossen 1 2 3 4 5 6 7 8 Het apparaat functioneert niet naar wens Probleemoplossing bij gebruik van de kopieerfunctie Probleemoplossing bij gebruik van de faxfunctie Probleemoplossing

Nadere informatie

Printerproblemen oplossen

Printerproblemen oplossen 1 De display op het bedieningspaneel is leeg of er worden alleen ruitjes weergegeven. Taken worden niet De zelftest van de printer is mislukt. De printer is niet gereed om gegevens te ontvangen. De aangegeven

Nadere informatie

Gebruiksaanwijzing Firmware-updatehandleiding

Gebruiksaanwijzing Firmware-updatehandleiding Gebruiksaanwijzing Firmware-updatehandleiding Voor een veilig en correct gebruik, dient u de Veiligheidsinformatie in "Lees dit eerst" te lezen voordat u het apparaat gebruikt. INHOUDSOPGAVE 1. Firmware-updatehandleiding

Nadere informatie

Handleiding mobiel printen/scannen voor Brother iprint&scan (Android )

Handleiding mobiel printen/scannen voor Brother iprint&scan (Android ) Handleiding mobiel printen/scannen voor Brother iprint&scan (Android ) Voordat u uw Brother-machine gebruikt Definities van opmerkingen In deze gebruikershandleiding worden de volgende symbolen en conventies

Nadere informatie

Bedieningshandleiding Standaardinstellingen

Bedieningshandleiding Standaardinstellingen Gebruiksaanwijzing Bedieningshandleiding Standaardinstellingen 1 2 3 4 5 6 7 8 9 Het apparaat aansluiten Systeeminstellingen Kopieereigenschappen Faxeigenschappen Printereigenschappen Scannereigenschappen

Nadere informatie

Verbinding maken met whiteboard op afstand

Verbinding maken met whiteboard op afstand RICOH Interactive Whiteboard Client for ipad Snel aan de slag Lees deze handleiding zorgvuldig door voordat u dit product in gebruik neemt. Bewaar de handleiding op een handige plek voor eventueel toekomstig

Nadere informatie

MULTIFUNCTIONELE DIGITALE SYSTEMEN. Verkorte gebruikersinstructie

MULTIFUNCTIONELE DIGITALE SYSTEMEN. Verkorte gebruikersinstructie MULTIFUNCTIONELE DIGITALE SYSTEMEN Verkorte gebruikersinstructie Versie: April 2011 Inhoudsopgave Inhoudsopgave... 2 Datum & tijd instellen... 3 IP-adres instellen... 6 Fax lade instellen (e-studio263cs)...

Nadere informatie

Hier beginnen. Inktcartridges uitlijnen zonder een computer

Hier beginnen. Inktcartridges uitlijnen zonder een computer Hier beginnen Inktcartridges uitlijnen zonder een computer Volg de stappen in de installatiehandleiding om de installatie van de hardware te voltooien. Ga door met de volgende stappen om de afdrukkwaliteit

Nadere informatie

Handleiding AirPrint. Informatie over AirPrint. Instelprocedure. Afdrukken. Appendix

Handleiding AirPrint. Informatie over AirPrint. Instelprocedure. Afdrukken. Appendix Handleiding AirPrint Informatie over AirPrint Instelprocedure Afdrukken Appendix Inhoud Hoe werken deze handleidingen?... 2 Symbolen in de handleidingen... 2 Disclaimer... 2 1. Informatie over AirPrint

Nadere informatie

Opladen Opmerkingen Vragen?... 11

Opladen Opmerkingen Vragen?... 11 Aanwezigheidsregistratie Release 1 2018 1 e kwartaal Model: X-9200B Inhoudsopgave Activiteiten aanmaken... 2 Hoe werkt het registratieproces?... 4 Aan de slag: Draadloos scannen met een smartphone, tablet

Nadere informatie

AirPrint handleiding

AirPrint handleiding AirPrint handleiding Deze gebruikershandleiding is van toepassing op de volgende modellen: MFC-J650DW/J670DW/J690DW/J695DW Versie A DUT Definities van opmerkingen In deze gebruikershandleiding wordt voor

Nadere informatie

Kopieerhandleiding. Gebruiksaanwijzing. Originelen plaatsen Kopiëren Bijlage

Kopieerhandleiding. Gebruiksaanwijzing. Originelen plaatsen Kopiëren Bijlage Gebruiksaanwijzing Kopieerhandleiding 1 3 Originelen plaatsen Kopiëren Bijlage Lees deze handleiding zorgvuldig door voordat u het product in gebruik neemt en bewaar de handleiding in de buurt van het

Nadere informatie

Bedieningspaneel. Xerox WorkCentre 6655 multifunctionele kleurenprinter Xerox ConnectKey 2.0-technologie

Bedieningspaneel. Xerox WorkCentre 6655 multifunctionele kleurenprinter Xerox ConnectKey 2.0-technologie Xerox ConnectKey.0-technologie Bedieningspaneel Beschikbare functies kunnen variëren afhankelijk van uw printerinstellingen. Zie de Handleiding voor de gebruiker voor meer informatie over functies en instellingen.

Nadere informatie

SGH-A400 WAP browser Handleiding

SGH-A400 WAP browser Handleiding * Het is mogelijk dat de informatie in deze gebruiksaanwijzing op sommige plaatsen afwijkt van uw telefoon, omdat deze soms afhangt van de geïnstalleerde software of uw internet provider. Drukfouten voorbehouden.

Nadere informatie

Problemen oplossen. Gebruiksaanwijzing

Problemen oplossen. Gebruiksaanwijzing Gebruiksaanwijzing Problemen oplossen 1 2 3 4 5 6 7 8 Het apparaat functioneert niet naar wens Probleemoplossing bij gebruik van de kopieerfunctie Probleemoplossing bij gebruik van de faxfunctie Probleemoplossing

Nadere informatie

E-Fax. Gebruikers handleiding

E-Fax. Gebruikers handleiding E-Fax Gebruikers handleiding Inhoud 1. Inleiding... 3 2. Fax-over-IP (T.38)... 4 2.1 Introductie... 4 2.2 Achterliggende techniek... 4 2.3 Procedures... 5 2.4 Installatie en benodigdheden... 5 2.5 Tarieven...

Nadere informatie

Afdrukmateriaal plaatsen in de standaardlade voor 250 vel

Afdrukmateriaal plaatsen in de standaardlade voor 250 vel Naslagkaart Papier en speciaal afdrukmateriaal plaatsen In dit gedeelte wordt beschreven hoe u papier plaatst in de laden voor 250 en 550 vel en de handmatige invoer. Het bevat tevens informatie over het

Nadere informatie

TOUCH DISPLAY DOWNLOADER GEBRUIKSAANWIJZING

TOUCH DISPLAY DOWNLOADER GEBRUIKSAANWIJZING LCD MONITOR TOUCH DISPLAY DOWNLOADER GEBRUIKSAANWIJZING Versie 1.0 Modellen waarop dit van toepassing is (sinds januari 2016) PN-60TW3/PN-70TW3/PN-80TC3/PN-L603W/PN-L703W/PN-L803C (De verkrijgbaarheid

Nadere informatie

Bedieningshandleiding Standaardinstellingen

Bedieningshandleiding Standaardinstellingen Gebruiksaanwijzing Bedieningshandleiding Standaardinstellingen 1 2 3 4 5 6 7 8 9 Het apparaat aansluiten Systeeminstellingen Eigenschappen Kopieerapparaat/Document Server Faxeigenschappen Printereigenschappen

Nadere informatie

Xerox WorkCentre 7970 Bedieningspaneel

Xerox WorkCentre 7970 Bedieningspaneel Bedieningspaneel Beschikbare services kunnen variëren afhankelijk van uw printerinstellingen. Zie de Handleiding voor de gebruiker voor meer informatie over functies en instellingen. ABC DEF Menu's GHI

Nadere informatie

Over de gatewayfunctie van het videoconferentiesysteem

Over de gatewayfunctie van het videoconferentiesysteem Gebruiksaanwijzing Lees deze handleiding zorgvuldig door voordat u deze service gaat gebruiken en bewaar deze op een handige plaats voor toekomstige raadpleging. TOT DE MAXIMALE MATE DIE DOOR DE VAN TOEPASSING

Nadere informatie

Versienotities voor de klant Xerox EX 560 Print Server, Powered by Fiery, versie 2.0

Versienotities voor de klant Xerox EX 560 Print Server, Powered by Fiery, versie 2.0 Versienotities voor de klant Xerox EX 560 Print Server, Powered by Fiery, versie 2.0 Dit document bevat belangrijke informatie over deze versie. Zorg dat deze informatie bij alle gebruikers bekend is voordat

Nadere informatie

Installatiehandleiding

Installatiehandleiding FAX-2820 FAX-2920 U moet eerst alle hardware instellen, pas dan kunt u de machine gebruiken. Lees deze Installatiehandleiding voor instructies over de correcte opstelling van deze machine. Installatiehandleiding

Nadere informatie

Een kopie maken. Xerox WorkCentre 5845/5855/5865/5875/5890. Bedieningspaneel AOD. Glasplaat

Een kopie maken. Xerox WorkCentre 5845/5855/5865/5875/5890. Bedieningspaneel AOD. Glasplaat Xerox WorkCentre 8/8/8/87/890 Een kopie maken Startpagina Functies Opdrachtstatus Aanraakscherm Start Alle wissen Stoppen. Plaats uw documenten met de beeldzijde omhoog in de invoerlade van de. Pas de

Nadere informatie

Software-installatiehandleiding

Software-installatiehandleiding Software-installatiehandleiding In deze handleiding wordt uitgelegd hoe u de software via een USB- of netwerkverbinding installeert. Netwerkverbinding is niet beschikbaar voor de modellen SP 200/200S/203S/203SF/204SF.

Nadere informatie

Een kopie maken. Multifunctionele printer Xerox WorkCentre 5945/5955. Startpagina Functies. Opdrachtstatus. Aanraakscherm. Start

Een kopie maken. Multifunctionele printer Xerox WorkCentre 5945/5955. Startpagina Functies. Opdrachtstatus. Aanraakscherm. Start Een kopie maken. Plaats uw documenten met de beeldzijde omhoog in de invoerbak van de. Pas de geleider zodanig aan dat deze de til de op. Plaats het document met de beeldzijde omlaag in de linkerbovenhoek

Nadere informatie

Versienotities voor de klant Fiery EX4112/4127, versie 2.5

Versienotities voor de klant Fiery EX4112/4127, versie 2.5 Versienotities voor de klant Fiery EX4112/4127, versie 2.5 Dit document bevat informatie over de Fiery EX4112/4127 versie 2.5. Voordat u de Fiery EX4112/4127 gebruikt, moet u een kopie maken van deze Versienotities

Nadere informatie

Bedieningshandleiding Bijvoegsel

Bedieningshandleiding Bijvoegsel Bedieningshandleiding Bijvoegsel Snijmachine Product Code: 891-Z01 Lees dit document voordat u de machine gebruikt. Houd dit document bij de hand, zodat u het kunt raadplegen. Inleiding In deze handleiding

Nadere informatie

LASERJET ENTERPRISE COLOR FLOW MFP. Naslaggids M575

LASERJET ENTERPRISE COLOR FLOW MFP. Naslaggids M575 LASERJET ENTERPRISE COLOR FLOW MFP Naslaggids M575 Een opgeslagen taak afdrukken Volg de onderstaande procedure om een taak af te drukken die in het apparaatgeheugen is opgeslagen. 1. Raak in het beginscherm

Nadere informatie

PostScript 3 Supplement

PostScript 3 Supplement PostScript 3 Supplement 1 2 3 4 Windows-configuratie Configuratie Mac OS PostScript 3 gebruiken Printer Utility for Mac Lees deze handleiding aandachtig door voordat u dit apparaat in gebruik neemt en

Nadere informatie

Introductiehandleiding Webmail Dussense Boys

Introductiehandleiding Webmail Dussense Boys Introductiehandleiding Webmail Dussense Boys Versie: 1.0 Naam: E-mail: H.A.P.P. Ribbers e.ribbers@dussenseboys.nl Inhoudsopgave Inleiding... 3 Account... 3 Inloggen met uw gebruikersaccount... 4 Introductie

Nadere informatie

Gebruikershandleiding voor gegevensoverdracht van camera naar camera

Gebruikershandleiding voor gegevensoverdracht van camera naar camera Canon Digitale Camera Gebruikershandleiding voor gegevensoverdracht van camera naar camera Inhoudsopgave Inleiding....................................... Beelden overbrengen via een draadloze verbinding.....

Nadere informatie

F-Secure Anti-Virus for Mac 2015

F-Secure Anti-Virus for Mac 2015 F-Secure Anti-Virus for Mac 2015 2 Inhoud F-Secure Anti-Virus for Mac 2015 Inhoud Hoofdstuk 1: Aan de slag...3 1.1 Abonnement beheren...4 1.2 Hoe zorg ik ervoor dat mijn computer goed is beveiligd?...4

Nadere informatie

Handleiding mobiel printen/scannen voor Brother iprint&scan (Android )

Handleiding mobiel printen/scannen voor Brother iprint&scan (Android ) Handleiding mobiel printen/scannen voor Brother iprint&scan (Android ) Inhoudsopgave Voordat u uw Brother-machine gebruikt... Definities van opmerkingen... Handelsmerken... Inleiding... Brother iprint&scan

Nadere informatie

Volg de instructies op de website van Epson voor het downloaden en het installeren.

Volg de instructies op de website van Epson voor het downloaden en het installeren. Message Broadcasting Message Broadcasting is een invoegtoepassing voor EasyMP Monitor. Beheerders kunnen de invoegtoepassing gebruiken om berichten of aankondigingen naar een of meer projectoren of alle

Nadere informatie

Kopiëren > Instellingen > Pagina's per zijde. Voor printermodellen zonder touchscreen drukt u op om door de instellingen te navigeren.

Kopiëren > Instellingen > Pagina's per zijde. Voor printermodellen zonder touchscreen drukt u op om door de instellingen te navigeren. Naslagkaart Bezig met kopiëren Een kopie maken 1 Plaats een origineel document in de ADF-lade of op de glasplaat. Opmerking: Zorg ervoor dat het papierformaat van het origineel en de uitvoer hetzelfde

Nadere informatie

AirPrint handleiding

AirPrint handleiding AirPrint handleiding Deze gebruikershandleiding is van toepassing op de volgende modellen: HL-L340DW/L360DN/L360DW/L36DN/L365DW/ L366DW/L380DW DCP-L50DW/L540DN/L540DW/L54DW/L560DW MFC-L700DW/L70DW/L703DW/L70DW/L740DW

Nadere informatie

Het wachtwoord, het e-mailadres en de contactpersoon registreren

Het wachtwoord, het e-mailadres en de contactpersoon registreren Snel aan de slag Lees deze handleiding zorgvuldig door voordat u dit product in gebruik neemt. Bewaar de handleiding op een plek waar u deze altijd kan raadplegen. TOT DE MAXIMALE MATE DIE DOOR DE VAN

Nadere informatie

Waarschuwingen. Het onderstaande symbool geeft belangrijke of nuttige informatie aan die u in gedachte dient te houden.

Waarschuwingen. Het onderstaande symbool geeft belangrijke of nuttige informatie aan die u in gedachte dient te houden. De onderstaande symbolen worden in de handleiding en op het apparaat zelf gebruikt als waarschuwing. Hiermee wordt getoond hoe het product veilig en correct wordt gebruikt om persoonlijk letsel aan u en

Nadere informatie

Gebruiksaanwijzing Firmware-updatehandleiding

Gebruiksaanwijzing Firmware-updatehandleiding Gebruiksaanwijzing Firmware-updatehandleiding Voor een veilig en correct gebruik, dient u de Veiligheidsinformatie in "Lees dit eerst" te lezen voordat u het apparaat gebruikt. INHOUDSOPGAVE 1. Firmware-updatehandleiding

Nadere informatie

aê~~çäçòé=rsnm=fm=ab`qjíéäéñççå

aê~~çäçòé=rsnm=fm=ab`qjíéäéñççå jáíéä aê~~çäçòé=rsnm=fm=ab`qjíéäéñççå De draadloze Mitel 5610-telefoon en IP DECT-standaard bieden functies voor de verwerking van 3300 ICP SIP-oproepen op een draadloos toestel De IP DECT-standaard biedt

Nadere informatie