Versie: 1.0 Datum: Jeugdhulp - Midden Limburg West Instructie toegang v1.0 Pagina 1 van 16

Transcriptie

1 Versie: 1.0 Datum: Jeugdhulp - Midden Limburg West Instructie toegang v1.0 Pagina 1 van 16

2 Inhoudsopgave Processtappen toegangsprocessen gespecialiseerde jeugdhulp... 4 Opstellen ondersteuningsplan deel Algemene gegevens van de jeugdige en zijn ouders/verzorgers... 4 Hulpvraag inzet gespecialiseerde jeugdzorg... 4 Onderbouwing inzet gespecialiseerde jeugdzorg... 4 De te behalen resultaten... 5 Zorgaanbieder... 5 Gevraagde inzet... 5 Ondertekening/datum... 5 Voetnoot Aanmeldgesprek bij aanbieder... 6 Bij toegang door het CJG of de gecertificeerde instelling:... 6 Bij toegang door een arts:... 6 Opstellen ondersteuningsplan deel Zorgaanbieder... 6 Jeugdige... 6 Inzet aanbieder... 7 Activiteiten... 7 Onderaannemerschap... 7 Ondertekening/datum... 8 CJG betrekken (bij toegang door arts)... 8 Toetsen ondersteuningsplan (bij toegang door CJG of GI)... 8 Beschikking/Bepaling... 8 Bij toegang door het CJG... 8 Bij toegang door de GI... 8 Bij toegang door arts... 9 (Verzoek om) toewijzing... 9 Bij toegang door het CJG... 9 Bij toegang door de GI... 9 Uitvoeren ketenregie... 9 Evaluatie resultaten... 9 Toelichting beoordelingsinstrument (onderdeel van bepaling van de beoogde inzet) Kies perceel Over het algemeen De veiligheid van de jeugdige en zijn omgeving Jeugdhulp - Midden Limburg West Instructie toegang v1.0 Pagina 2 van 16

3 De mate van balans tussen beschermende en risicofactoren De afstand tot het beoogde resultaat De mate van zelfstandigheid van de cliënt (en zijn netwerk) De mate van samenwerkingsgerichtheid van de cliënt (en zijn netwerk) Overige toelichting Zorgmail Op- en afschalen Intake zonder toewijzing Diagnostiek Begeleiding en behandeling Profiel en product Verblijf en logeren Facturatie profielen Tussentijdse beëindiging traject Jeugdhulp - Midden Limburg West Instructie toegang v1.0 Pagina 3 van 16

4 Processtappen toegangsprocessen gespecialiseerde jeugdhulp De Midden-Limburgse gemeenten hebben vier toegangsprocessen beschreven, die van het CJG, door gecertificeerde instellingen, door artsen en het toegangsproces voor dyslexie. De stappen van de toegangsprocessen worden in deze instructie gevolgd. Samengevat komt het op het volgende overzicht neer. Toegang Centrum voor Jeugd en Gezin Gecertificeerde instelling Aanbieder ontvangt: Ondersteuningsplan Ondersteuningsplan deel 1 deel 1 Aanbieder stelt op: Ondersteuningsplan Ondersteuningsplan deel 2 deel 2 Artsen* Verwijzing Ondersteuningsplan deel 1 en 2 Berichtenverkeer Aanbieder ontvangt Aanbieder verstuurt Aanbieder verstuurt en ontvangt en ontvangt 301 Jeugdige ontvangt Beschikking Jeugdhulp bepaling Nvt *Met artsen wordt bedoeld de in de jeugdwet opgenomen artsen (jeugdartsen, medisch specialisten en huisartsen). Opstellen ondersteuningsplan deel 1 Zowel ondersteuningsplan deel 1 als ondersteuningsplan deel 2 maken onderdeel uit van de beschikking die de jeugdige ontvangt, dit is het gevolg van jurisprudentie. De jeugdige en zijn ouders/verzorgers moeten op basis van het ondersteuningsplan een beeld krijgen van wat ze kunnen verwachten van de jeugdhulp. Bij toegangsverlening door het CJG en de Gecertificeerde instelling, stelt het CJG of de gecertificeerde instelling ook het ondersteuningsplan deel 1 op. Indien een aanbieder een verwijzing ontvangt van een arts, dan is het aan de aanbieder om het ondersteuningsplan deel 1 op te stellen samen met de jeugdige en zijn ouders/verzorgers of andere betrokkenen. Hieronder volgt een korte toelichting op de onderdelen van het ondersteuningsplan deel 1. Het is niet verplicht om het format van het ondersteuningsplan deel 1 van de regio te gebruiken. De aanbieder kan ook (delen) van zijn eigen zorgplan gebruiken, als de onderdelen van het regionale ondersteuningsplan er maar in staan. Algemene gegevens van de jeugdige en zijn ouders/verzorgers Vul hier alle gegevens van de jeugdige en zijn ouders/verzorgers. Voor wat betreft de ouders/verzorgers geldt dat in ieder geval de gegevens ingevuld moeten worden van de gezaghebbende ouders. Indien een biologische ouder geen gezag heeft, maar er wel contact is met het kind, dan moet deze ook worden opgenomen. Indien er sprake is van pleegouders, dan moeten deze ook benoemd worden. Hulpvraag inzet gespecialiseerde jeugdzorg Geef een korte, feitelijke weergave van de situatie. Beschrijving van het gezin, de hulpvraag die ze hebben en eventueel al lopende of in het verleden ingezette jeugdhulp. Onderbouwing inzet gespecialiseerde jeugdzorg Geef hier een korte opsomming waarom juist gespecialiseerde jeugdhulp nodig is, zonder hierbij medische gegevens te benoemen. Jeugdhulp - Midden Limburg West Instructie toegang v1.0 Pagina 4 van 16

5 De te behalen resultaten Gebruik voor het opstellen van de te behalen resultaten de generiek resultaatdoelen jeugd (bijlage 1). Hierin staan gestructureerd op de leeftijdsfase van het kind zowel kind- als ouderdoelen benoemd. De generieke resultaten kunnen specifiek gemaakt worden voor de jeugdige (maatwerk). Zorgaanbieder Vul hier de gecontracteerde aanbieder in die beoogd is om de gespecialiseerde jeugdhulp te leveren. Indien de aanbieder niet is gecontracteerd, kan hij zich bij de regio inschrijven voor een contract. Er is sprake van een open inschrijving waarbij aanbieders ook gedurende het jaar een contract met de gemeente kunnen krijgen als zij voldoen aan de gestelde eisen. Per ondersteuningsplan kan er slechts één aanbieder worden gevuld (zie toelichting over onderaannemers het kopje onderaannemerschap bij het hoofdstuk opstellen ondersteuningsplan deel 2). Het feit dat de jeugdhulp maar aan één aanbieder kan worden toegekend, betekent concreet dat het kan zijn dat tot op heden een jeugdige twee (of meer) toewijzingen/bepalingen had met twee verschillende aanbieders. Als na herindicatie blijkt dat de jeugdhulp geleverd kan worden in de vorm van één profiel binnen hetzelfde perceel, kan er slechts aan één aanbieder het profiel worden toegekend. Deze hoofdaannemer is dan verantwoordelijk voor de inzet van de onderaannemer. In het geval van toegang door het CJG of de Gecertificeerde instellingen, ontvangt deze aanbieder het ingevulde ondersteuningsplan deel 1. In het geval van verwijzing door een arts, kunt u uw eigen organisatiegegevens invullen als uit het aanmeldgesprek blijkt dat u de inderdaad de jeugdhulp gaat leveren aan de jeugdige. Gevraagde inzet Vul hier het profiel en/of het product (incl. code) dat de aanbieder mag gaan leveren. In principe wordt alle begeleiding individueel en groep en behandeling individueel en groep geleverd in een profiel. Jeugdhulp in de vorm van verblijf, logeren, dyslexie (diagnose en behandeling), poliklinische behandeling/diagnose van ADHD, enkelvoudige diagnostiek, jeugdbescherming en jeugdreclassering wordt altijd geleverd in de vorm van een product. Ook jeugdhulp vanuit het landelijk transitiearrangement en JeugdzorgPlus worden altijd geleverd in de vorm van een product. In de basis behoren alle begeleiding individueel en groep en behandeling individueel en groep in een profiel basis, aanvullend of intens. Bij het profiel intens kan er sprake zijn dat de in te zetten jeugdhulp te specifiek van aard is en/of daardoor een specifieke prijs heeft. In dat geval kan er bij wijze van uitzondering geopteerd worden om de jeugdhulp in een product te leveren (en dus worden gefactureerd op basis van prijs per uur/dagdeel). Het betreft hier naar verwachting circa 20% van de trajecten die in deze buiten-categorie zouden komen te vallen. De zwaarte van het profiel kan worden bepaald door gebruik te maken van het beschikbaar gestelde beoordelingsinstrument (nadere toelichting op gebruik van het beoordelingsinstrument volgt). Daarnaast wordt er altijd een termijn van evaluatie ingevuld: je geeft aan over hoeveel maanden er een evaluatie plaats vindt met de jeugdige en zijn ouders/verzorgers, de aanbieder en evt. het CJG of de Gecertificeerde instelling. De evaluatie moet tenminste na 6 maanden worden uitgevoerd. Ondertekening/datum In dit veld moeten de jeugdige en zijn ouders/verzorgers het ondersteuningsplan deel 1 ondertekenen. Met deze ondertekening wordt de specialistische jeugdhulp formeel aangevraagd en wordt het ondersteuningsplan deel 1 (incl. bijlage) aan de hierin benoemde zorgaanbieder toegestuurd. Tot 12 jaar moeten in principe beide gezaghebbende ouders tekenen, vanaf 16 jaar mag een jeugdige zelfstandig gemachtigd toestemming geven voor jeugdhulp. Kinderen tussen de 12 en 16 jaar hebben zelf, samen met hun ouders/verzorgers een stem in de toestemming voor jeugdhulp. Wanneer het ondersteuningsplan deel 1 via zorgmail wordt verstuurd naar een aanbieder, wordt hier de datum van verzending op gezet. Aanbieder ontvangt deel 1 van het ondersteuningsplan met het profiel of product binnen maximaal drie werkdagen na vaststelling van het plan. Jeugdhulp - Midden Limburg West Instructie toegang v1.0 Pagina 5 van 16

6 Voetnoot 3 Het ingevulde beoordelingsinstrument maakt onderdeel uit van ondersteuningsplan deel 1 (zie voetnoot 3). Aanmeldgesprek bij aanbieder De aanbieder organiseert een aanmeldgesprek met de jeugdige en ouders en/of de toegangsmedewerker. Bij toegang door het CJG of de gecertificeerde instelling: Het CJG of de gecertificeerde instelling heeft altijd contact met de aanbieder en maakt een inhoudelijke afweging om aan te sluiten bij het aanmeldgesprek. De aanbieder onderzoekt welke ondersteuning en inzet nodig is om te komen tot de resultaten binnen het aangegeven profiel of product en maakt hierbij een inschatting van tijd en duur en activiteiten. Als er in ondersteuningsplan deel 1 een profiel is toegekend met de hoogste intensiteit, dan komt de aanbieder in aanmerking voor het profiel intens. Vervolgens onderzoekt de aanbieder welke ondersteuning en inzet nodig is om te komen tot de beschreven resultaten en geeft dat aan in deel 2 van het ondersteuningsplan. Als bij de profielen JmB en J&O intens blijkt dat de ondersteuning die hierbij vereist wordt buitenproportioneel of te specifiek van aard is (kan niet worden opgevangen door eventuele positieve saldo s bij andere profielen), kan de aanbieder gemotiveerd besluiten dat de inzet wordt bekostigd in de vorm van een product in plaats van een profiel. Bij toegang door een arts: De aanbieder organiseert een aanmeldgesprek met de jeugdige en ouders. De aanbieder onderzoekt: - welke producten en/of profiel nodig is voor de jeugdige, passend binnen de gemaakte afspraken met de gemeenten en regelgeving; - welke ondersteuning en inzet nodig is om te komen tot de resultaten; - maakt hierbij een inschatting van tijd en duur en activiteiten; - of inzet van het CJG vanwege zorgen of vragen op meerdere leefdomeinen noodzakelijk is - of inzet van ketenregie door het CJG noodzakelijk is. Dit is het geval als er drie of meer professionele hulp- en/of dienstverleners betrokken zijn bij het gezin. Deze informatie wordt door de aanbieder vastgelegd in ondersteuningsplan deel 1. Opstellen ondersteuningsplan deel 2 Na ontvangst van ondersteuningsplan deel 1 heeft de aanbieder 15 werkdagen om ondersteuningsplan deel 2 op te stellen en terug te sturen. Het ondersteuningsplan maakt onderdeel uit van de beschikking die de jeugdige ontvangt, dit is het gevolg van jurisprudentie. De ouder en jeugdige moeten op basis van het ondersteuningsplan een beeld krijgen wat ze kunnen verwachten van de jeugdhulp. Een korte toelichting op de onderdelen van het ondersteuningsplan deel 2: Het is niet verplicht om het format van het ondersteuningsplan deel 2 van de regio te gebruiken. De aanbieder kan ook (delen) van zijn eigen zorgplan gebruiken, als de onderdelen van het regionale ondersteuningsplan er maar in staan. Zorgaanbieder Vul hier de gevraagde gegevens in van uw organisatie. Jeugdige Vul hier de gevraagde gegevens in over de jeugdige waar het ondersteuningsplan over gaat. Jeugdhulp - Midden Limburg West Instructie toegang v1.0 Pagina 6 van 16

7 Inzet aanbieder Geef hier een korte samenvatting van het in te zetten aanbod. U beschrijft kort welke soort van jeugdhulp u gaat leveren en waarom. Een voorbeeld is: We willen een diagnose proces inzetten om te kijken of <naam jeugdige> een stoornis uit het autistisch spectrum heeft en daarnaast willen we ouders begeleiden bij het bieden van structuur aan <naam jeugdige> in de vorm van ambulante begeleiding. Activiteiten Bij het beschrijven van de activiteiten hoeft er alléén gekeken/ gescoord te worden naar wat wordt gevraagd aan de aanbieder. Het moet heel helder zijn welk resultaat aan de aanbieder wordt gevraagd. Want een aanbieder zou op basis van een totale casus kunnen komen tot resultaten op meerdere terreinen (en dus een zwaarder product of profiel), terwijl er al gewerkt is aan resultaten door CJG of een andere voorziening en dus niet meer door aanbieder meegenomen hoeven te worden. In de eerste kolom activiteiten vult u de te ondernemen activiteiten in. Activiteiten moeten specifieker worden beschreven dan bijvoorbeeld inzetten individuele begeleiding, maar minder specifiek dan wekelijks oefenen met boodschappen doen. Zie de tabel hieronder voor een voorbeeld. In de kolom inschatting tijd/frequentie komt in het geval van een product te staan hoeveel uren/dagdelen er per week/vier weken/maand worden ingezet. De omvang die u hier weergeeft, wordt in geval van een product overgenomen in het 301-bericht dat u ontvangt bij toegang via het CJG. Bij een profiel hoeft u geen tijdsindicatie op te nemen, enkel een gemiddelde contactfrequentie. Zie de tabel hieronder voor een voorbeeld. In de kolom ingangsdatum vult u de gewenste startdatum in van de ondersteuning. Indien u wilt dat de startdatum zo spoedig als mogelijk is, dan vult u de datum in waarop het ondersteuningsplan deel 2 door u is opgesteld. Het CJG en de Gecertificeerde instellingen hanteren als startdatum de datum waarop de beschikking of de bepaling wordt afgegeven. In de kolom einddatum vult u de gewenste einddatum in van de ondersteuning. De einddatum is gebaseerd op de termijn die u denkt nodig te hebben om de resultaten te behalen. De maximale duur van een indicatie is 2 jaar. Een voorbeeld van een ingevulde tabel activiteiten ziet u hieronder. Activiteit (concretisering van product of profiel per activiteit voor de jeugdige en of zijn ouders) We willen middels diagnostiek onderzoeken of er een aanwijsbare oorzaak is dat het gedrag van <naam jeugdige> verklaart. Inschatting Tijd/frequentie 4 dagdelen in een periode van 2 maanden Gewenste Ingangsdatum (start valt na zorgtoewijzingsbericht) / Duur (maximaal 2 jaar) 1 januari 2018 t/m We willen de ouders begeleiden en praktische handvatten geven zodat zij adequaat om kunnen gaan met het gedrag van <naam jeugdige>. Eens per 1-3 weken, afhankelijk van de fase van de ondersteuning 1 januari 2018 t/m Onderaannemerschap De aanbieder die de jeugdhulp gaat leveren, mag gebruik maken van een onderaannemer, onder de voorwaarde dat dit aanvullend is op de jeugdhulp die wordt geleverd door de hoofdaannemer. Indien er sprake is van een onderaannemer, moet de jeugdige hiervan de hoogte worden gesteld en worden de gegevens van de onderaannemer hier beschreven. Bij inzet onderaannemer in de activiteitentabel duidelijk aangeven welke activiteit door welke aanbieder wordt uitgevoerd. Als na herindicatie blijkt dat de jeugdhulp geleverd kan worden in de vorm van een profiel, kan er slechts aan één aanbieder het profiel worden toegekend. Deze hoofdaannemer is dan Jeugdhulp - Midden Limburg West Instructie toegang v1.0 Pagina 7 van 16

8 verantwoordelijk voor de inzet van de onderaannemer. De onderaannemer levert hulp aanvullend op de jeugdhulp van de hoofdaannemer. Ondertekening/datum In dit veld kan de jeugdige en zijn ouders/verzorgers het ondersteuningsplan deel 2 ondertekenen. Met deze ondertekening stemt de jeugdige en/of zijn ouders/verzorgers in met de jeugdhulp die wordt ingezet. Tot 12 jaar moeten in principe beide gezaghebbende ouders tekenen, vanaf 16 jaar mag een jeugdige zelfstandig gemachtigd toestemming geven voor jeugdhulp. Kinderen tussen de 12 en 16 jaar hebben zelf, samen met hun ouders/verzorgers een stem in de toestemming voor jeugdhulp. Wanneer het ondersteuningsplan deel 2 via zorgmail terug wordt gestuurd aan het CJG of de gecertificeerde instelling, wordt hier de datum van verzending op gezet. Het ondersteuningsplan wordt door de aanbieder naar het CJG of de gecertificeerde instelling gestuurd binnen maximaal 15 werkdagen nadat de aanbieder deel 1 van het ondersteuningsplan heeft ontvangen. Indien de termijn van 15 werkdagen niet haalbaar is, wordt hierover gemotiveerd gecommuniceerd met cliënt en verwijzer. Alle ondersteuningsplannen voor het CJG kunnen beveiligd via zorgmail verstuurd worden aan clientadministratie@cjgml.nl. Per post kan dit naar Vogelsbleek BE Weert, tav cliëntadministratie. Voor de gecertificeerde instellingen geldt dat de ondersteuningsplannen beveiligd via zorgmail terug gestuurd kunnen worden aan de betrokken jeugdzorgwerker die ook het ondersteuningsplan deel 1 aan de aanbieder heeft gestuurd. CJG betrekken (bij toegang door arts) Indien de inzet van ketenregie door het CJG noodzakelijk is of als de inzet van het CJG vanwege zorgen of vragen op meerdere leefdomeinen noodzakelijk is, betrekt de aanbieder het CJG door het ondersteuningsplan deel 1 met aanvullende informatie binnen 15 werkdagen na ontvangst van de verwijzing van de medisch specialist naar het CJG te sturen. Het CJG wordt vervolgens op inhoud betrokken. Toetsen ondersteuningsplan (bij toegang door CJG of GI) Het CJG of de gecertificeerde instelling toetsen of deel 2 van het ondersteuningsplan de voorgestelde zorg in overeenstemming is met gemeentelijke afspraken en best passend is om het beoogde resultaat te bereiken. Als er vragen zijn dan volgt er onderlinge afstemming. Beschikking/Bepaling Bij toegang door het CJG Bij akkoord op deel 2 van het ondersteuningsplan maakt het CJG een beschikking, waarin staat beschreven: a. voor welk product of profiel de hulpverlening geboden mag worden (vastgelegd in deel 1 van het ondersteuningsplan); b. welk resultaat beoogd wordt (vastgelegd in deel 1 van het ondersteuningsplan); c. wat de inzet, activiteiten, duur en frequentie daarbij is (vastgelegd in deel 2 van het ondersteuningsplan); d. welke evaluatiemomenten gepland zijn (vastgelegd in deel 1 van het ondersteuningsplan). De beschikking wordt naar de cliënt gestuurd. Een beschikking heeft een looptijd passend bij de behoefte van de ondersteuning maar de maximale looptijd is altijd twee jaar. Bij toegang door de GI Bij akkoord op deel 2 van het ondersteuningsplan maakt de GI een bepaling. Een afschrift van de bepaling wordt aan de ouders van de jeugdige gestuurd. Jeugdhulp - Midden Limburg West Instructie toegang v1.0 Pagina 8 van 16

9 Bij toegang door arts Indien er toegang door een arts wordt verleend wordt er geen beschikking of bepaling opgemaakt De jeugdhulp wordt verleend op basis van datgene dat is beschreven in ondersteuningsplan deel 1 en 2. (Verzoek om) toewijzing Bij toegang door het CJG De aanbieder krijgt een zorgtoewijzing in de vorm van een ijw- 301 bericht. Het proces van toets van de toegang, versturen van een beschikking en de zorgtoewijzing duurt maximaal 12 werkdagen. De startdatum van de toewijzing of het verzoek om toewijzing is gelijk aan de datum waarop de beschikking is opgemaakt of later als de aanbieder heeft aangegeven dat de jeugdhulp later dient te worden gestart. Bij toegang door de GI Op basis van de bepaling van de gecertificeerde instelling verzoekt de aanbieder bij het facturatieteam van de gemeente om een toewijzingsbericht door middel van een JW315 bericht. In het JW315 bericht wordt naast de cliëntgegevens tenminste ook gevuld: productcategorie, productcode met bijbehorend volume, eenheid en frequentie, toewijzingsingangsdatum, toewijzingseinddatum, aanbieder, type verwijzer en naam verwijzer. Het facturatieteam wijst, na een technische toets,, de hulp toe door middel van een JW301 bericht. De technische toets bestaat onder andere uit een controle op gecontracteerde aanbieder, gecontracteerd product, woonplaatsbeginsel, of de juiste categorie en productcode zijn gebruikt, of het verwijzersveld is ingevuld en of de einddatum is gevuld en maximaal 2 jaar betreft. Het proces van toets van de toegang, het versturen van de bepaling en het verzenden van de IJW berichten duurt maximaal 12 werkdagen. Uitvoeren ketenregie Indien meerdere hulp- en of dienstverleners betrokken zijn is een heldere rol- en verantwoordelijkheidsverdeling tussen de betrokkenen een belangrijke vereiste. Binnen het 1 gezin, 1 plan gedachtengoed zijn het de jeugdige en ouders die in eerste instantie de regie over hun eigen hulpverleningsproces voeren. Daar waar dit onmogelijk of onwenselijk is kan CJG de regie in overleg met de jeugdige en ouders overnemen of ondersteunen. Het gaat daarbij om de regie tussen alle bij het gezin betrokken partners, ook als het gaat om mantelzorg, vrijwilligershulp en/of hulp vanuit andere delen van het sociaal domein. We noemen dat ook wel ketenregie. Evaluatie resultaten Tijdens de inzet van gespecialiseerde jeugdhulp wordt met de jeugdige en ouders, hun netwerk, alle betrokken hulpverleners en het CJG/GI regelmatig geëvalueerd volgens de momenten zoals vastgelegd in deel 2 van het ondersteuningsplan. Het aantal evaluatiemomenten is afhankelijk van de vooraf inschatte duur van het traject, maar tenminste eens per half jaar. Hierbij wordt geëvalueerd of de ingezette ondersteuning daadwerkelijk is geleverd en leidt tot de beoogde resultaten. Bij afsluiting van de ondersteuning wordt een eindevaluatie uitgevoerd waarin geëvalueerd wordt of de gewenste resultaten behaald zijn. In zowel de tussenevaluatie als de eindevaluatie moet in ieder geval worden besproken en vastgelegd of de jeugdhulp is geleverd zoals is afgesproken. Jeugdhulp - Midden Limburg West Instructie toegang v1.0 Pagina 9 van 16

10 Toelichting beoordelingsinstrument (onderdeel van bepaling van de beoogde inzet) Om de intensiteit van het profiel te bepalen, is door een werkgroep met daarin vertegenwoordigers van zowel aanbieders, CJG, gecertificeerde instellingen en gemeente een beoordelingsinstrument ontwikkeld. Het beoordelingsinstrument bestaat uit 5 vragen die gescoord moeten worden. Op basis van de scoring wordt door het instrument de zwaarte van het profiel bepaald. Het perceel van het profiel kunt u als CJG, gecertificeerde instelling en/of aanbieder zelf bepalen. In de periode september t/m december 2017 zijn er 12 oefensessies georganiseerd waar door zorgaanbieders is geoefend met het beoordelingsinstrument. De vragen die hier naar voren zijn gekomen, worden hieronder ook nog eens duidelijk toegelicht. Hieronder volgen een aantal handvatten voor het gebruik van het beoordelingsinstrument. Kies perceel Regio Midden-Limburg West heeft in totaal 5 profielen met allen drie intensiteiten. Voordat het beoordelingsinstrument wordt gescoord, schat u in welk perceel van toepassing is voor de jeugdige. U stelt het beoordelingsinstrument in op het juiste perceel door deze in te stellen middels het drop down menu rechts boven in het beoordelingsinstrument. Vervolgens beantwoordt u de vijf vragen op basis van uw intakegesprek. Per vraag volgt hieronder een toelichting over hoe u deze vraag moet interpreteren en met welk perspectief u deze vraag moet beantwoorden. Over het algemeen De vragen zijn zodanig opgesteld dat ze elkaar zoveel mogelijk uitsluiten. Uit de oefensessies is echter gebleken dat vooral de eerste twee vragen (veiligheid en balans beschermende- en risicofactoren) nauw samenhangen. Het is echter niet te voorkomen dat aspecten die in een bepaalde vraag rechtstreeks gevraagd worden, ook in andere vragen een indirecte rol spelen. Oefening baart kunst. Het is van belang aspecten die zijn meegenomen in de beoordeling van een vraag niet steeds dezelfde aspecten ook worden meegenomen bij een andere vraag. Uiteindelijk moet het totaal wel een juist beeld schetsen (totaal is meer dan de som der delen). Laat u niet leiden door de kleuren van het beoordelingsinstrument die de indruk van een verkeerslicht geven. Het is niet zo dat als een jeugdige ondersteuning nodig heeft, hij om die reden nooit donkergroen (of optie A) kan scoren. Wanneer in het gezin meerdere kinderen betrokken zijn, moeten de overige kinderen naast de jeugdige waarvoor de aanvraag geldt ook in de beantwoording van de eerste twee vragen meegewogen worden. In het geval dat de toegang wordt verleend door het CJG of een gecertificeerde instelling nemen zij dit mee in de beoordeling. Ze stellen vervolgens resultaatdoelen op die worden gevraagd aan de aanbieder die de gespecialiseerde jeugdhulp gaat leveren. Indien er ook resultaten behaald dienen te worden bij overige kinderen in het gezin, dan wordt dit dus expliciet beschreven in Jeugdhulp - Midden Limburg West Instructie toegang v1.0 Pagina 10 van 16

11 de te behalen doelen. In zeer extreme gevallen is het mogelijk dat ook voor de andere aanwezige kinderen een hulpvraag gedefinieerd wordt om daarmee de ondersteuning specifieker in te zetten. Doorgaans is dat echter niet nodig en volstaat het om de hele situatie inclusief andere aanwezige kinderen en overige huisgenoten in de beoordeling te betrekken. In het geval dat de toegang wordt verleend door een arts, moet de aanbieder de veiligheid en de balans tussen beschermende- en risicofactoren van de overige kinderen meewegen in de beoordeling. Daarnaast overweegt de aanbieder altijd bij verwijzing door een arts of het CJG betrokken moet worden wanneer er vragen op meerdere leefdomeinen spelen of bij de hulpverlening vanuit ketenregie of vanwege ketenregie (zie hoofdstuk CJG betrekken). De veiligheid van de jeugdige en zijn omgeving De vraag met betrekking tot de veiligheid van de jeugdige en zijn omgeving moet beoordeeld worden in de situatie alsof er (nog) geen jeugdhulp is ingezet. Bij veiligheid moet worden gedacht aan de veiligheid van de cliënt en zijn omgeving, alsmede de mate waarin de cliënt inzicht heeft en weerbaar is. Inzicht en weerbaarheid bepalen mee binnen de context van veiligheid, ze kunnen de veiligheid nuanceren: de beoordeling iets groener dan wel roder maken. Bij het beoordelen van de veiligheid moet ook gebruik worden gemaakt van algemene, dagelijkse voorzieningen die het veiligheidsprobleem kan oplossen. Denk hierbij bijvoorbeeld aan mantelzorg of bijvoorbeeld een traphekje bij (kleine) kinderen die kunnen weglopen. Niet alle veiligheidsrisico s vragen om gespecialiseerde jeugdhulp. Als hulpmiddel bij het scoren van de veiligheid kan ook een risicotaxatie-instrument worden toegepast. Gebruik hiervoor wel een instrument dat goed wordt beoordeeld door het Nederlands Jeugd Instituut (NJI). Denk bijvoorbeeld aan de Lirik (gratis te downloaden na registratie bij het NJI). De mate van balans tussen beschermende en risicofactoren De vraag met betrekking tot de balans tussen beschermende en risicofactoren moet beoordeeld worden in de situatie alsof er (nog) geen jeugdhulp is ingezet. Afgewogen worden de beschermende - en risico factoren van de jeugdige en/of zijn opvoeders/peergroup. Dit zijn bijvoorbeeld intelligentie, zelfbeeld, persoonlijkheid, temperament, autonomie, jeugdervaringen, gezondheid, opvoedcompetenties, gezins- en of woonsituatie, financiën, culturele aspecten. Onder beschermende factoren verstaan we aspecten in de omgeving en eigenschappen van jongeren die hen kunnen beschermen tegen de invloed van stressoren en die bepaalde uitingen van psychopathologie positief kunnen beïnvloeden. Wanneer een kind bijvoorbeeld ADHD heeft, hoeft dit niet te betekenen dat hij crimineel gedrag gaat vertonen. Als een kind in een beschermende omgeving opgroeit, met een goede pedagogische benadering, psycho-educatie en zonodig medicatie, kan hij zich normaal ontwikkelen. In de GGZ wordt ook wel de term protectieve factoren gebruikt. Het beoordelingsinstrument is voor alle percelen (ook JmB en J&O) bedoeld, dus is gekozen voor een algemene term die bekend is bij de brede toegang. JeugdGGZ mag deze term interpreteren als protectieve factor. Als hulpmiddel bij het scoren van de balans tussen beschermde en risicofactoren kan ook een risicotaxatie-instrument worden toegepast. Gebruik hiervoor wel een instrument dat goed wordt beoordeeld door het Nederlands Jeugd Instituut (NJI). Denk bijvoorbeeld aan de Lirik (gratis te downloaden na registratie bij het NJI). Tijdens de oefensessies hebben enkele deelnemers aangegeven dat de beschrijving bij oranje (de risicofactoren wegen zwaarder dan de beschermde factoren) en rood (de risicofactoren overheersen) niet erg onderscheidend zijn. Toelichting hierop is dat bij oranje er meer risicofactoren dan beschermende factoren zijn, maar er is nog steeds sprake van aanwezigheid van beschermende factoren. Bij rood overheersen de risicofactoren, ze zijn dus dominant aanwezig en de beschermende factoren zijn zo goed als afwezig. Jeugdhulp - Midden Limburg West Instructie toegang v1.0 Pagina 11 van 16

12 De afstand tot het beoogde resultaat Deze vraag moet worden beoordeeld vanuit het oogpunt van de in te zetten jeugdhulp in relatie tot het te behalen resultaat. Hij wordt dus beantwoord vanuit het idee dat de jeugdhulp daadwerkelijk is ingezet. De afstand tot het beoogde resultaat dat moeten worden gehaald met de in te zetten gespecialiseerde jeugdhulp wordt ingeschat aan de hand van de vraag of er sprake is van complexiteit en de mate daarvan. De complexiteit wordt bepaald door de ernst van de beperkingen van de cliënt. Beperkingen hebben immers rechtstreeks invloed op de complexiteit van de noodzakelijke ondersteuning en daarmee op de door de aanbieder in te zetten deskundigheid. Het in te zetten ondersteuningsniveau (kennis en vaardigheden) wordt hoger naarmate de beperkingen van een cliënt ernstiger zijn. De mate van zelfstandigheid van de cliënt (en zijn netwerk) Deze vraag moet worden beoordeeld vanuit het oogpunt van de in te zetten jeugdhulp in relatie tot het te behalen resultaat. Hij wordt dus beantwoord vanuit het idee dat de jeugdhulp daadwerkelijk is ingezet. Beoordeeld wordt de mate waarin de cliënt in staat is het beoogde resultaat (samen met zijn netwerk) te bereiken. De zelfredzaamheid van een cliënt kan worden bevorderd door een goed netwerk. De vraag is in welke mate er ondersteuning nodig is (door een professional). Tijdens de oefensessies is de opmerking geplaatst dat zelfstandigheid niet altijd samenhangt met veel of weinig ondersteuning. Naar aanleiding hiervan werd de volgende vraag gesteld: hangt deze vraag met betrekking tot de zelfstandigheid van de jeugdige en zijn netwerk samen met leerbaarheid van de cliënt (en zijn netwerk)? Leerbaarheid is een onderdeel van het begrip zelfstandigheid. Zelfstandigheid is het in staat zijn om onafhankelijk te zijn van een ander. Dat gaat niet alleen om praktische dingen, maar ook om het zelfstandig keuzes te maken. Dat wil niet zeggen dat je geen advies meer nodig hebt. Als een kind zelfstandig is, dan kan hij op zijn eigen benen staan. Zelfstandigheid moet beoordeeld worden vanuit de context van het gezin waarin het kind opgroeit. Het gaat niet alleen om de zelfstandigheid van het kind maar juist de combinatie kind en omgeving is bepalend. Een onzelfstandig kind met een sterk netwerk er omheen kan met minder hulp toe dan een onzelfstandig kind omgeven door een onzelfstandig netwerk. De combinatie kind en omgeving heeft daarom wel degelijk effect op de in te zetten ondersteuning. De mate van samenwerkingsgerichtheid van de cliënt (en zijn netwerk) Deze vraag moet worden beoordeeld vanuit het oogpunt van de in te zetten jeugdhulp in relatie tot het te behalen resultaat. Hij wordt dus beantwoord vanuit het idee dat de jeugdhulp daadwerkelijk is ingezet. De samenwerkingsgerichtheid gaat over de mate waarin een cliënt (en zijn netwerk) ontvankelijk is voor ondersteuning door derden (professionals) om het beoogde doel te bereiken. Gedacht kan worden aan of de cliënt en/of zijn netwerk gemotiveerd is om jeugdhulp te ontvangen en met de geboden hulp aan de slag te gaan. Indien de motivatie van de ouders en jeugdige niet in balans is, moet dit worden meegenomen in de beoordeling. Een aantal aanbieders merkten op dat als een cliënt laag scoort op de samenwerkingsgerichtheid, de zorgintensiteit over het algemeen laag is (als een cliënt niet komt, worden er ook geen kosten gemaakt/gedeclareerd), terwijl dit in de profielen tot een hogere intensiteit zal leiden. Deze conclusie is sterk geënt op het klassieke denken over uitval. In de systematiek die vanaf 2018 in Midden-Limburg West wordt ingevoerd, staat het resultaat denken centraal. Een aanbieder krijgt door de toekenning van een profiel een resultaat verplichting. Anders dan in het klassieke denken, betekent dit dat er een extra inspanning gepleegd moet worden om het resultaat te halen bij jeugdigen die non-coöperatief gedrag vertonen. Non-coöperatief gedrag leidt daarom tot een hoger profiel. Het is bedoeld om te voorkomen dat jeugdigen gaan shoppen en trajecten voortijdig afbreken. Jeugdhulp - Midden Limburg West Instructie toegang v1.0 Pagina 12 van 16

13 Overige toelichting Naar aanleiding van de oefensessies zijn er nog een aantal zaken ter sprake gekomen die nog meer toelichting vragen. Deze zaken zijn niet direct onder één van de stappen uit de werkprocessen te scharen, maar het is wel van belang om deze nog nader toe te lichten. Zorgmail Alle aanbieders zijn contractueel gezien verplicht om Zorgmail te gebruiken. Deze beveiligde mail wordt gebruikt om onderling privacygevoelige informatie te delen, die niet via het gegevensknooppunt/vecozo kan worden gedeeld. Alle ondersteuningsplannen worden via Zorgmail verzonden. Als u bent aangesloten bij zorgmail, kunnen alle medewerkers van de Midden-Limburgse gemeenten, CJG Midden-Limburg, Bureau Jeugdzorg en de William Schrikkergroep beveiligd met u mailen en mail van u ontvangen via Zorgmail. Zorgmail kan op verschillende manieren worden gebruikt. Indien u als aanbieder een aparte mailbox bij zorgmail hebt, geeft u dit mailadres dan door aan de partijen waarmee u samenwerkt, zodat zij u beveiligd kunnen mailen via dat mailadres. Op- en afschalen Bij het werken met profielen wordt er op basis van historische declaratiegegevens gewerkt met gemiddelde tarieven. Er is hierbij geen korting toegepast op de tarieven. Dit betekent dat aanbieders soms over houden en soms te kort komen binnen een profiel op individueel niveau. Gemiddeld moet men op organisatieniveau uitkomen met het profiel dat is toegekend. Het is dus niet de bedoeling om direct op- of af te schalen als op persoonsniveau het tarief van het profiel te ruim of te krap is. Bij de toegang wordt de intensiteit van het in te zetten profiel bepaald. Als de aanbieder hierover een andere mening heeft, kan met de toegang gemotiveerd inhoudelijk in gesprek worden gegaan. De toegang bepaalt uiteindelijk het daadwerkelijk in te zetten profiel. Gedurende het traject vinden er evaluaties plaats tussen de aanbieder, het CJG/GI en de jeugdige en zijn ouders waar het verloop van het traject inhoudelijk wordt beoordeeld. Als in uitzonderlijke gevallen toch blijkt dat het profiel dat is ingezet niet voldoet (te ruim of te krap), kan in overleg met de toegang het profiel worden aangepast. Voor de percelen JmB en JenO kan dit met ingang van de eerstvolgende maand. De GGZ-profielen hebben een trajectprijs. Deze profielen moeten met terugwerkende kracht worden hersteld. Dit is voor alle betrokkenen veel werk aangezien ingediende declaraties weer moeten worden gecrediteerd en opnieuw moeten worden ingediend. Intake zonder toewijzing Het kan voorkomen dat een intake niet leidt tot een daadwerkelijke toewijzing. In de overlegtafels is aangegeven dat dit niet vaak voorkomt, echter bij de oefensessies is aangegeven dat dit toch regelmatig voorkomt. Afgesproken is dat aanbieders dit bijhouden wanneer dit voorkomt, zodat we dit kunnen monitoren en wellicht waar nodig in de toekomst kunnen bijstellen. Het risico blijft vooralsnog bij aanbieder. Diagnostiek Diagnostiek wordt in de basis uitgevoerd binnen een profiel. Vanuit de oefensessies zijn er signalen dat diagnose en behandeling tegelijkertijd niet passen in het profiel specialistisch basis, terwijl op basis van de zwaarte van de problematiek dit profiel wel passend wordt geacht. Er wordt op dit moment niets aangepast, maar wel wordt dit gemonitord. Wanneer er enkel diagnostiek hoeft te worden uitgevoerd en er daarnaast geen sprake is van jeugdhulp, wordt het product behandeling individueel zwaar diagnostiek ingezet. Begeleiding en behandeling Het is bekend dat er een grijs gebied is tussen begeleiding en behandeling. Naast dat er een verschil in het doel van de inzet is, is de benodigde duur van de interventie ook een duidelijk verschil tussen behandeling en begeleiding. In het productenboek (blz 18) staat dat De behandeling duurt een afgebakende periode met, in principe, een maximum van 1 jaar. Jeugdhulp - Midden Limburg West Instructie toegang v1.0 Pagina 13 van 16

14 Profiel en product In Midden-Limburg West geldt in de basis dat alle producten uit categorie 41 en 45 niet kunnen worden toegekend naast een profiel. Uitzondering hierop zijn twee producten: 41A15 (verblijf zonder overnachting) en 45A58 (verblijf behandeling zwaar MFC). Verblijf en logeren Er zijn logeer- en verblijfsproducten waarbij de behandeling/begeleiding is inbegrepen in het product en er zijn logeer- en verblijfsproducten waar dit niet het geval is. Bij het bepalen of het nodig is om naast het product ook een profiel aan te vragen, moeten de volgende overwegingen worden gedaan. 1. Is de begeleiding of behandeling nodig binnen de setting van het verblijf of het logeren? Het kan zijn dat een jeugdige maar een deel van de week in een instelling verblijft of maar een aantal dagen per maand ergens logeert. Naast dit verblijf of logeren is er ook nog ondersteuning nodig in de thuis- of schoolsituatie van het kind. In dit geval is het mogelijk om naast het verblijf of het logeren een profiel aan te vragen. 2. Is de begeleiding of behandeling inbegrepen in het product? Als de begeleiding of behandeling alleen nodig is binnen de setting van het verblijf of het logeren, dan moet in onderstaande tabel worden nagegaan of deze in- of exclusief begeleiding/behandeling is. Als dit inclusief is, is het niet mogelijk om voor de begeleiding/behandeling nog een profiel aan te vragen, de jeugdhulp is immers al inbegrepen in het tarief. Is het product exclusief ingekocht, dan is dit wel mogelijk. 43 Jeugdhulp verblijf (incl. behandeling) Landelijke productcategorie 41 Dagbehandeling Productcode 41A15 43A15 43A16 43A17 43A18 43A19 43A20 43A21 43A35 43A36 43A37 43A38 Productomschrijving Inclusief Exclusief groep midden JGGZ (voorheen verblijf zonder overnachting) Verblijf begeleiding licht J&O Verblijf begeleiding midden kamertraining centrum J&O Verblijf begeleiding midden gezinshuis J&O Verblijf begeleiding- Zwaar leefgroep J&O Verblijf begeleiding- Zwaar fasehuis J&O Verblijf begeleidinglicht JGGZ Verblijf begeleidingmidden JGGZ Verblijf begeleidinglicht JmB Verblijf begeleidingmidden JmB Verblijf begeleiding- Zwaar Beschermd Wonen Verblijf begeleiding- Zwaar Beschermd Wonen Plus Gedeeltelijke begeleiding Begeleiding Begeleiding Begeleiding Begeleiding Dagbesteding Begeleiding 43A41 Logeren licht/midden Begeleiding en Dagbesteding Dagbesteding Dagbesteding Dagbesteding Jeugdhulp - Midden Limburg West Instructie toegang v1.0 Pagina 14 van 16

15 44 Jeugdhulp verblijf (excl. ) 45 Jeugdhulp ambulant 46 Jeugdhulp crisis 54 Jeugd-ggz 43A42 43A51 43A52 43A54 43A56 44A33 44A34 45A58 (etmaal) Logeren zwaar (etmaal) Verblijf behandelinglicht VG Verblijf behandelingmidden Verblijf behandelinglicht LVG Verblijf behandelingzwaar JmB Logeren- Licht/ midden (dagdeel) Logeren zwaar (dagdeel) Verblijf behandeling- Zwaar MFC 46A02 Verblijf begeleiding J&O Crisis 46A03 Verblijf behandeling- (L)VG Crisis 46A04 Verblijf begeleiding (L)VG Crisis 46A05 Verblijf begeleiding J&O Crisispleegzorg Verblijf behandelinglicht JGGZ Verblijf behandelingmidden JGGZ Verblijf behandeling- Zwaar JGGZ Verblijf behandeling- Zwaar extra intensief JGGZ Verblijf behandeling- Zwaar zeer intensief JGGZ dagbesteding Begeleiding en dagbesteding J&O: behandeling JmB: en dagbesteding en dagbesteding en dagbesteding Begeleiding en dagbesteding Begeleiding en dagbesteding Begeleiding Begeleiding Gedeeltelijke begeleiding BOPZ: behandeling Verblijf F: behandeling Verblijf behandeling- Zwaar zeer intensief JGGZ 1 Dit product is samengesteld uit twee producten met verschillende bekostigingsmethodieken. Doel is om met aanbieders te komen tot 1 product met een prijs excl., dit is op dit moment nog niet bekend. Jeugdhulp - Midden Limburg West Instructie toegang v1.0 Pagina 15 van 16

16 Facturatie profielen Voor het factureren van profielen hanteren we de volgende afspraken: Vanwege een grotere zekerheid van de bij de jaarverantwoording vereiste rechtmatigheid kan vanaf 1 januari 2018 alleen maar gefactureerd worden. Declareren is niet meer mogelijk. Voor de profielen JmB en J&O die per maand worden gefactureerd, geldt dat: In de periode dat wordt gestart met hulpverlening niet wordt gefactureerd; In de periode dat de hulp wordt beëindigd wel wordt gefactureerd; het volledige periode-tarief wordt betaald; Bij tussentijdse uitval wordt de periode waarin de uitval plaatsvindt gefactureerd; het volledige periode-tarief wordt betaald; Bij een wisseling van aanbieder wordt de periode waarin de cliënt over gaat volledig vergoed aan de oude aanbieder. Voor de nieuwe aanbieder geldt dat in de periode dat wordt gestart met de hulpverlening niet wordt gefactureerd. Bij traject-financiering is bij de aanbieder het tarief voor het volledig traject bekend. Dit geldt voor de profielen GGZ kort, GGZ specialistisch, GGZ specialistisch plus en dyslexie. Voor deze profielen geldt de volgende richtlijn: 10% van het traject mag pas gefactureerd worden nadat de hulpverlening hard is afgesloten via het berichtenverkeer; De overige 90% factureert de aanbieder in gelijke bedragen verdeeld over de looptijd van de toegewezen hulpverlening; Indien het voor een aanbieder niet mogelijk is om de trajecten op deze wijze te factureren, kan contact opgenomen worden met contractmanagement om maatwerk afspraken te maken. Tussentijdse beëindiging traject Tussentijdse beëindiging komt nauwelijks voor. Mocht een situatie zich voordoen waarbij een traject langer dan 2 maanden wordt gestopt, kan in overleg met contractmanagement gekeken worden naar een maatwerkoplossing. In de systematiek van werken met profielen maakt een voortijdige beëindiging deel uit van het bedrijfsrisico. Echter bij het perceel GGZ specialistisch pus is afgestemd dat wanneer minder dan 80% van de jeugdhulp niet is geleverd, je niet meer kunt spreken van een bedrijfsrisico. In dit geval wordt de aanbieder gevraagd om contact op te nemen met contractmanagement om een maatwerk afspraak te maken. Deze instructie is een dynamisch document. Gedurende het eerste kwartaal wordt gestart met de nieuwe werkwijze in de toegang. Naar verwachting komen er naar aanleiding van vragen uit de praktijk nog toevoegingen op deze instructie. Indien er vragen zijn over het toegangsproces in het eerste kwartaal 2018, dan kunnen deze gesteld worden aan Anneke Renckens, bereikbaar via a.renckens@weert.nl. Jeugdhulp - Midden Limburg West Instructie toegang v1.0 Pagina 16 van 16