KDT - BE COACH TACTISCHE SITUATIES ON COURT 6 NOVEMBER Pieter Van Hyfte

Transcriptie

1 KDT - BE COACH TACTISCHE SITUATIES ON COURT 6 NOVEMBER 2015 Pieter Van Hyfte

2 GBA: VAN ONTDEKKEN TOT TOEPASSEN U8 U9 U10 U11 U12 U14 Tactische situatie on court ALGEMENE ONTWIKKELING: ONTDEKKEN > LEREN SPEC ONTWIKK: TRAINEN > TOEPASSEN Doel: speler in situatie brengen Laten ontdekken wat er gebeurt Gericht feedback geven op: keuze uitvoering Van U8 U12: van oranje naar harde bal

3 OPPORTUNITEITEN PER PROGRESSIE U8 U9 U10 U11 U12 U14 THE PLAYER YOU CAN BE LUKKEN LUKKEN MET/ONDER DRUK IN LENGTE LUKKEN MET/ONDER DRUK IN LENGTE EN BREEDTE LUKKEN MET/ONDER DRUK IN LENGTE/BREED TE/HOOGTE LUKKEN MET/ONDER TIJD/RUIMTED RUK IN LENGTE/BREED TE/HOOGTE MET VARIATIE AANZET TOT SPECIFIEK GAMEPLAN

4 U8: OPPORTUNITEITEN > ONTWIKKELINGSDOELEN TA: BASISLIJN: UITWISSELEN TA: SPEELZONES/BASIS TA: LATERAAL (HER)POSITIONEREN: ZELF IN BALANS TE: RECHTE/OPEN STD LOOPPAS/KRUISPAS LUKKEN: VASTER DAN DE TG TE: BASISSLAGEN FH/BH: SLINGERBEWE GING + BALANS TA: ONTDEKKEN AANVAL / VERDEDIGING TE: COORDINATIE BIJSLAGEN WE: SLIM SPELEN WE: LUISTEREN TRAINER / ANTWOORDEN JA-NEE ME: AANDACHT RICHTEN/ ENERGIE TONEN ME: LEREN TRAINEN ME: TIJD NEMEN NA PUNT/RALLY TA: STARTEN VAN HET PUNT: LUKKEN TE: O1/2: ARMBEWEGIN G + STABIELE STEUN ME: PLEZIER

5 U8 HERFST KERST KROKUS PASEN (6) (12) (19) (26) (37) VAST ZIJN IN UITWISSELEN VAST ZIJN IN UITWISSELEN U8 OEFENSTOF COÖRDINATIE IFV BIJSLAGEN KIST - PLAY TO BE TOUGH KIST - AANVALLEN KIST - PLAY TO BE TOUGH SITUATIE - VERDEDIGEN SITUATIE AANVAL AANVA SITUATIE - L UITWISSELEN T2 en b4 O1 en b3 O1 en b3 kijken naar de tegenstander - coördinatie: spelen met slice-effect Uitwisselen met lengte - herpositioneren in speelbasis Aanvallen met FH door met benen in het terrein te komen 6 markeerstrips 4 markeerschijven 2 markeerpotjes N Duur Situatie Bedoeling Omschrijving kwaliteit Organ./Mat. 1 15' basislijnspel UITWISSELEN Doelgericht inspelen: lukken - speelbasis - rallyzone De spelers wisselen uit, met spreiding, op een volledig enkelveld. De bal wordt bovenhands in het spel gebracht. Ze spelen beiden met als doel de tegenstander minstens in de rallyzone te houden en te herplaatsen naar de juiste markeerschijf. Hiervoor krijgen ze 2 ballen. Wordt er gemist moeten ze deze ballen terug gaan halen en de oefening verderzetten. De aandacht gaat naar een vast tempo en traject. Actief benenspel ifv herplaatsing en dicht tegen de achterlijn blijven. uitwisselen met vast traject actief benenspel Vast zijn in het uitwisselen met richtingscontrole 4 markeerschijven per terrein voor speelbasis ifv herplaatsing 1 15' basislijnspel UITWISSELEN Spelers starten in het midden vh terrein, speler 1 brengt bal bovenhands in het spel. Speler 2 gaat eerste contact kruisen, Speler 1 gaat zijn eerste contact rechtdoor spelen. Daarna punt vrij uitspelen over volledig terrein. Vast zijn in uitwisselen met richtingscontrole 4 markeerstrips per terrein voor speelbasis Goed lukken leidt tot aanval/verdediging aanleren 3 potjes (verschillende kleuren) worden op verschillende plaatsen gelegd aan de kant speelzones van de speler. 2 potjes aan de zijlijn telkens een halve meter in het terrein (1 aan FH 2 15' kist AANVALLEN zijde en 1 aan BH zijde). Het 3de potje ligt op de speelbasis v/h maxiveld. De trainer roept telkens een kleur - de speler tikt het desbetreffende potje - en geeft een bal in de aanvalszone. De speler valt aan met FH (verplicht), vanuit de aanvalszone, en speelt de bal uit het kerkhof. Spelen tot wanneer je 3 ballen buiten het kerkhof hebt gespeeld. Mis je op een bepaalde kleur dan herneem je die kleur. Na 3e bal opkomen en volley, gevolgd door smash! Aanvallende bal (snel) spelen buiten kerkhof Benenspel aanpassen aan verschillende looprichtingen 3 markeerpotjes per terrein (verschillende kleuren) 2 markeerpotjes voor duiding aanvalszone 6 markeerstrips voor kerkhof

6 U8 HERFST KERST KROKUS PASEN (6) (12) (19) (26) (37) VAST ZIJN IN UITWISSELEN VAST ZIJN IN UITWISSELEN U8 OEFENSTOF COÖRDINATIE IFV BIJSLAGEN KIST - PLAY TO BE TOUGH KIST - AANVALLEN KIST - PLAY TO BE TOUGH SITUATIE - VERDEDIGEN SITUATIE AANVAL AANVA SITUATIE - L UITWISSELEN T2 en b4 O1 en b3 O1 en b3 kijken naar de tegenstander - coördinatie: spelen met slice-effect Uitwisselen met lengte - herpositioneren in speelbasis Aanvallen met FH door met benen in het terrein te komen Coördinatie: beheersen volley 4 10' netspel UITWISSELEN Coördinatie: type benenspel 2 20' kist UITWISSELEN Coördinatie: drive volley 2 15' kist AANVALLEN De trainer staat met de kist aan de kant van de speler +- 3m in het terrein. Hij gooit de bal aan zodat de speler zich moet aanpassen met de benen aan de bal. De trainer geeft 6 ballen aan telkens op een andere plaats (voor-zijwaarts). De oefening wordt eerst gedaan langs FH zijde en vervolgens langs BH zijde, waarbij er afwisselend gespeeld wordt in rechte/open stand 6 markeerstrips 4 markeerschijven 2 markeerpotjes Speler 1 en speler 2 starten op 1,5m van het net met 1 voet op de zijlijn van het servicevak. Beide spelers spelen samen volley - volley en proberen zoveel mogelijk keer het vak over te steken. 1 x oversteken is 1 punt. Missen is vertrekken van aan de zijlijn van waar je juist kwam. De spelers starten op grens van rally- en aanvalszone (aangeduid met markeerschijf) en moeten lukken in 4 ballen drive volley in te spelen, afwisselend met FH en BH. Doorzetten tot de oefening is beëindigd. goed aanpassen met de benen = vrije arm in ctp + steun op linker en rechtervoet Lukken in volley na verplaatsing contactpunt tussen heup en 1 markeerschijf per terrein schouder voor startpositie opzoeken bij drive V

7 U8 HERFST KERST KROKUS PASEN (6) (12) (19) (26) (37) VAST ZIJN IN UITWISSELEN VAST ZIJN IN UITWISSELEN U8 OEFENSTOF COÖRDINATIE IFV BIJSLAGEN KIST - PLAY TO BE TOUGH KIST - AANVALLEN KIST - PLAY TO BE TOUGH SITUATIE - VERDEDIGEN SITUATIE AANVAL AANVA SITUATIE - L UITWISSELEN T2 en b4 O1 en b3 O1 en b3 kijken naar de tegenstander - coördinatie: spelen met slice-effect Uitwisselen met lengte - herpositioneren in speelbasis Aanvallen met FH door met benen in het terrein te komen Starten van het punt: lukken 5 15' O + bal 3 AANVALLEN Dubbelspel Elk opslagvak is in de breedte in 2 verdeeld (lijn loopt door tot aan basislijn). Speler 1 heeft 2 kansen om het punt te starten door het midden om vervolgens met bal 3 in de buitenste zone te spelen. Oefenvorm + leergesprek (waarom bal 3 naar hoek achterveld?) + verder inoefenen 6 markeerstrips 4 markeerschijven 2 markeerpotjes starten met opslag door het midden + bal 3 naar achterveld 8 markeerstrips per terrein voor servicevakken 4 20' spelsituaties dubbel UITWISSELEN Er worden markeringen gelegd die de basis startposities in het servicevak markeren.dubbelspel : het punt wordt gestart met een opslag (2 kansen). Na 1 spel wisselen van opslag. Aandacht voor positiespel in de aanvallende netbasis (meer links of rechts ifv bal) en ook aandacht voor de verdedigende netbasis. positie aannemen obv situatie 8 markeerschijven per terrein

8 U9: OPPORTUNITEITEN > ONTWIKKELINGSDOELEN MET EN ONDER DRUK IN LENGTE (1 e DIMENSIE): SNELLER DAN DE TG TA: BASISLIJN: UITWISSELEN MET TIJDS- RUIMTEDRUK MEER AANVALS/ VERDD SITUATIES TA: (HER)POSITIONERI NG: ZELF IN/ TG UIT BALANS TA: GEBRUIK SPEELZONES IFV DRUK WE: SLIM SPELEN TE: FH/BH: AANPASSEN OP RITME BAL TA: GEBRUIK BIJSLAGEN IFV DRUK TE: DYNAMISCH BENENSPEL RECHTE -OPEN STD WE: ANTWOORDEN OPEN VRAGEN + TAKEN VERWOORDEN TA: STERK STARTEN VAN HET PUNT TA: AANVAL MET T2 TA: AANVAL MET O1 ME: PLEZIER + VOLDOENI NG ME: AANDACHT/ ENERGIE LANGER VASTHOUDEN ME: LEREN TRAINEN ME:ONTSPA NNEN + OPLADEN VOOR PUNT/RALLY TE O1: ARM + BEENBEWEGING IFV RITME TE O2: LICHT EFFECT VANUIT STABIELE STEUN

9 U9 HERFST KERST KROKUS PASEN (5) (10) (20) (26) (30) (40) (51) VAST ZIJN IN DRUKVOL UITWISSELEN DRUKVOL RICHTINGSCONTROLE U8 OEFENSTOFSPELSITUATIE: UITWISSELEN NAAR AANVAL KIST: VAN UITWISSELEN TOT AANVAL SPELSITUATIE: VERDEDIGING KIST: BE TOUGH UITWISSELEN EN VERDEDIGEN SPELSITUATIES GELINKT AAN SPEELZONES KIST: COORDINATIE (BH slice, smash, drop,..) SPEL VANUIT BASIS STARTPOSITIES STERK STARTEN VAN HET PUNT: OPSLAG 1 EN BAL 3 STERK STARTEN VAN HET PUNT: OPSLAG 1 EN BAL 3 STERK STARTEN VAN HET PUNT: TERUGSLAG 2 EN BAL 4 STERK STARTEN VAN HET PUNT: TERUGSLAG 2 EN BAL 4 MENTALE ROUTINE: OPLADEN MENTALE ROUTINE: ONTSPANNEN MENTALE ROUTINE: O2 EN O3! keuze tussen oplopen in 2e tijd of vast zijn in uitwisselen 5 markeerstrips tactische keuze aanpassen aan de speelzone netverhoger van uitwisselen komen tot aanval Doelgericht inspelen: tijdsdruk met de benen (ontdekken) vast zijn in snel uitwisselen N Duur Situatie Bedoeling Omschrijving kwaliteit Organ./Mat. 1 15' basislijnspel UITWISSELEN De spelers spelen op een half dubbelterrein. Speler 1 start met een bovenhandse pingpongopslag. Speler 2 kiest om de bal te spelen met inloopvolley (voor de bots op eigen terrein) en door te lopen naar het net, of de bal te laten botsen en verder uit te wisselen van achteruit. Het punt wordt vrij uitgespeeld. Moment van opkomen in 2e tijd Vast zijn in het uitwisselen 2 15' basislijnspel Tactische keuze adhv speelzones tijdsdruk met bal (ontdekken): snel/traag/diep/kort/ - V/A herplaatsen in speelbasis Speler 1 start op 1 van de 3 mogelijkheden (markeerschijven > middenstip - 2m achter de basislijn - 2m voor de basislijn). Speler 2 start op een zelf gekozen plaats op de basislijn en geeft de bal (op verschillende manieren: snel/strakl/ruim/...) aan in de BH van speler 1. Speler 2 herplaatst op basis van situatie waarin speler 1 terechtkomt naar juiste plaats in speelbasis. Het punt wordt vrij uitgespeeld. Spelen vanuit verschillende zones V/A herplaatsen naar de speelbasis 5 gekleurde markeerstrips voor startpositie en duiden speelbasis Tijdsdruk met bal: snel uitwisselen (lengte) > aanval 3 15' basislijnspel AANVALLEN De speler brengt de bal centraal bovenhands (met effect over netverhoger) in het spel. Spelers starten centraal en wisselen drukvol uit op de netverhoger (doel: tegenstander achteruit duwen door snel uit te wisselen). Wanneer de druk wegvalt, roept de speler "aanval" en mag hij de aanval inzetten en het hele terrein gebruiken. Het punt wordt verder uitgespeeld. De trainer geeft feedback naar het moment en de kwaliteit van de aanval. rallybalans kantelen van nulsituatie naar aanval netverhoger per terrein

10 U9 HERFST KERST KROKUS PASEN (5) (10) (20) (26) (30) (40) (51) VAST ZIJN IN DRUKVOL UITWISSELEN DRUKVOL RICHTINGSCONTROLE U8 OEFENSTOFSPELSITUATIE: UITWISSELEN NAAR AANVAL KIST: VAN UITWISSELEN TOT AANVAL SPELSITUATIE: VERDEDIGING KIST: BE TOUGH UITWISSELEN EN VERDEDIGEN SPELSITUATIES GELINKT AAN SPEELZONES KIST: COORDINATIE (BH slice, smash, drop,..) SPEL VANUIT BASIS STARTPOSITIES STERK STARTEN VAN HET PUNT: OPSLAG 1 EN BAL 3 STERK STARTEN VAN HET PUNT: OPSLAG 1 EN BAL 3 STERK STARTEN VAN HET PUNT: TERUGSLAG 2 EN BAL 4 STERK STARTEN VAN HET PUNT: TERUGSLAG 2 EN BAL 4 MENTALE ROUTINE: OPLADEN MENTALE ROUTINE: ONTSPANNEN MENTALE ROUTINE: O2 EN O3! keuze tussen oplopen in 2e tijd of vast zijn in uitwisselen tactische keuze aanpassen aan de speelzone van uitwisselen komen tot aanval Sterk starten van het punt: Opslag 1 & bal 3 5 markeerstrips netverhoger 4 20' O + bal 3 AANVALLEN De terugslagspeler start op de dubbellijn met binnenste voet. De opslagspeler heeft dus veel ruimte om naar de T te serveren. Kan hij het punt winnen binnen zijn eerste 3 contacten krijgt hij dubbele punten. Lukt dit niet, bouw je het punt op andere manier op. Wie gebruikt het netspel om te scoren? Drukvol starten met SNEL-SNEL combinatie Opkomen om druk te vergroten Sterk starten van het punt: terugslag 2 en bal ' T + bal 4 AANVALLEN De opslagspeler heeft 1 kans om naar pare kant te serveren, en doet dit steeds vanop een andere startpositie (verspreid over volledige breedte basislijn). De terugslagspeler tracht telkens met OPEN/OPEN strategie sterk te starten. Hoe vaak kan de terugslagspeler, de opslagspeler uit balans spelen? Speel met de terugslag weg van de tegenstander Dubbelspel: druk vergroten met 2 netspelers 4 20' spelsituaties dubbel AANVALLEN De speler starten in de standaard dubbelposities. De opslagspeler heeft 1 kans om te starten met effectopslag. De terugslagspeler start met voeten in terrein en tracht SNEL/SNEL patroon te spelen, waarbij bal 4 gespeeld wordt met volley. Het punt wordt vrij uitgespeeld. De terugslagspeler heeft 2 jokers om dropshot te spelen met terugslag. T2 en bal 4: SNEL/SNEL in dubbelspel door tijd knippen met bal en benen

11 U10: OPPORTUNITEITEN > ONTWIKKELINGSDOELEN MET EN ONDER DRUK IN LENGTE + BREEDTE (2 DIMENSIES): TG LATEN LOPEN TA: BASISLIJN: TIJDS- RUIMTEDRUK EXTREMERE AANVALS/ VERDD SITUATIES TA: AANVAL > OPBOUWEN EN SCOREN TE: FH/BH ONTVANGE N IN SITUATIES DRUKVOL ZENDEN (RICHTINGE N) TA: BIJSLAGEN GEBRUIKEN IFV EXTREME SPELSITUAT IES TA: VERDD > NEUTRALIS EN IN PUNT BLIJVEN ME: AANDACHT EN ENERGIE HOOG EN LAAG SWITCHEN TA: (HER)POSITION LAT EN V/A IFV BALANS EN DRUK TE: TYPES BENENSPEL IFV DYN BEWEGEN ME: LEREN TRAINEN ME: ONTLADEN + ONTSPANNEN + OPLADEN ME: PLEZIER + AANVAARDING WE: STERKE SLAG (HER)KEN NEN WE: SLIM SPELEN WE: TA KEUZE OBV POSITIE TG TA: STERK STARTEN VAN HET PUNT TA: VIA COMBINATIES TA: O1 + B3: OPEN-OPEN TE O1: ARM + BEEN ACTIE VERDER ONTW IFV RITME + HOOGTE TA: VIA BALKWA LITEIT O2 TE O2: PRONATIE + LICHTE BEENACTI E TA: T2 + B4: OPEN- OPEN of SNEL- SNEL

12 U10 HERFST KERST KROKUS PASEN (6) (10) (20) (26) (30) (40) (51) VERGROTEN BCZ IN RUIMTEDRUK: KIJKEN NR BCZ VERGROTEN IN HOOGTE EN VAST ZIJN IN UITWISSELEN LENGTECONTROLE VAST ZIJN IN DRUKVOL UITWISSELEN UITWISSELEN NAAR OPBOUW DRUKVOL UITWISSELEN VARIATIE UITWISSELEN RICHITNGSCONTROLE TEGENST (speelbasis) BREEDTE U8 OEFENSTOF KIST BE TOUGH + BENENSPEL NEUTRALISEREN & IN PUNT BLIJVEN KIST OPBOUW/AANVAL OPBOUW MET TIJD/RUIMTEDRUK STERKE SLAG LEREN KENNEN STERKE SLAG GEBRUIKEN STERKE SLAG VERFIJNEN STERKE SLAG VERFIJNEN KIST NEUTRALISEREN/ IN PUNT KIST KIST: BIJSLAGEN & COORDINATIE GLIJDEN KIST: DRUKVOL UITWISSELEN KIST: AANVAL KIST: BE TOUGH KIST: AANVAL KIST: RICHTINGEN EN EFFECTEN BLIJVEN OPB/AANV OP GRAVEL OPB met KIEZEN TUSSEN NEUTRALISEREN EN IN KIEZEN TUSSEN OPBOUW KIEZEN TUSSEN NEUTRALISEREN EN NEUTRALISEREN & IN PUNT BLIJVEN AANVALLENDE SITUATIES T/Rdruk PUNT BLIJVEN EN AANVAL IN PUNT BLIJVEN OPSLAG 2: LUKKEN MET EFFECT OPSLAG 1: OPEN/OPEN TERUGSLAG 2 + BAL 4 OPSLAG 1: OPEN/OPEN OPSLAG 2: STREVEN NAAR NULSITUATIE OPSLAG 1: PATRONEN TERUGSLAG 2 + BAL 4 OPSLAG 2 VS TERUGSLAG 2 SPEL 2 a/h NET : wisselen helft SPEL SITUATIES SPEL SPEL SPELSITUATIES SPEL SPEL SPELSITUATIES SPEL ONTSPANNEN ONTLADEN O3 ROUTINE O3 ROUTINE kijken naar de tegenstander 6 markeerstrips uitwisselen in verschillende richtingen netverhoger tegenstander L/R en V/A laten bewegen 4 markeerschijven Opbouw met ¾ cross bal: verfijnen aanval naar opbouw/scoren 1 20' basislijnspel OPBOUWEN De spelers wisselen centraal uit op een enkelterrein. Speler 1 brengt de bal in het spel met een centrale bovenhandse effectopslag. Wie lukt er in om de tegenstander na een diepe opbouw, met 3/4 gekruiste bal uit balans te brengen, vervolgens positie aan te passen en te scoren? BREEDTE van het terrein gebruiken met 3/4 cross bal na opbouw met lengte 4 markeerschijven voor 3/4 zones Kist: drukvol uitwisselen met richtingsverandering 2 20' kist UITWISSELEN De trainer geeft de ballen gekruist aan. De speler moet er in lukken om met FH en BH 8 (= U10-2) ballen SNEL afwisselend gekruist en rechtdoor (FHX - FH - BHX - BH ), uit het kerkhof te spelen. De reeks duurt, tot hij hierin lukt. Wordt er gemist, speelt de speler de bal terug naar de richting waarnaar hij miste. De speler tracht dicht tegen de achterlijn te blijven + telkens actief herplaatsen naar speelbasis. vast zijn in het SNEL uitwisselen met richtingscontrole 4 markeerhoeken per terrein om het kerkhof mee af te bakenen Tegenstander voor/achter laten bewegen + eigen plaats in SB 3 20' basislijnspel OPBOUWEN Speler 1 start naast de trainer in de FH hoek, speler 2 start in de speelbasis (aangepaste positie!). De trainer geeft de bal strak aan naar speler 2, die kiest tussen ruim rechtdoor spelen of dropshot rechtdoor spelen. Nadien wordt het punt verder uitgespeeld waarbij de spelers aandacht hebben voor V/A herplaatsing obv hun balkwaliteit. tegenstander V/A laten bewegen V/A (her)positionering in de speelbasis 4 markeerschijven per terrein voor V/A herplaatsing in speelbasis

13 U10 HERFST KERST KROKUS PASEN (6) (10) (20) (26) (30) (40) (51) VERGROTEN BCZ IN RUIMTEDRUK: KIJKEN NR BCZ VERGROTEN IN HOOGTE EN VAST ZIJN IN UITWISSELEN LENGTECONTROLE VAST ZIJN IN DRUKVOL UITWISSELEN UITWISSELEN NAAR OPBOUW DRUKVOL UITWISSELEN VARIATIE UITWISSELEN RICHITNGSCONTROLE TEGENST (speelbasis) BREEDTE U8 OEFENSTOF KIST BE TOUGH + BENENSPEL NEUTRALISEREN & IN PUNT BLIJVEN KIST OPBOUW/AANVAL OPBOUW MET TIJD/RUIMTEDRUK STERKE SLAG LEREN KENNEN STERKE SLAG GEBRUIKEN STERKE SLAG VERFIJNEN STERKE SLAG VERFIJNEN KIST NEUTRALISEREN/ IN PUNT KIST KIST: BIJSLAGEN & COORDINATIE GLIJDEN KIST: DRUKVOL UITWISSELEN KIST: AANVAL KIST: BE TOUGH KIST: AANVAL KIST: RICHTINGEN EN EFFECTEN BLIJVEN OPB/AANV OP GRAVEL OPB met KIEZEN TUSSEN NEUTRALISEREN EN IN KIEZEN TUSSEN OPBOUW KIEZEN TUSSEN NEUTRALISEREN EN NEUTRALISEREN & IN PUNT BLIJVEN AANVALLENDE SITUATIES T/Rdruk PUNT BLIJVEN EN AANVAL IN PUNT BLIJVEN OPSLAG 2: LUKKEN MET EFFECT OPSLAG 1: OPEN/OPEN TERUGSLAG 2 + BAL 4 OPSLAG 1: OPEN/OPEN OPSLAG 2: STREVEN NAAR NULSITUATIE OPSLAG 1: PATRONEN TERUGSLAG 2 + BAL 4 OPSLAG 2 VS TERUGSLAG 2 SPEL 2 a/h NET : wisselen helft SPEL SITUATIES SPEL SPEL SPELSITUATIES SPEL SPEL SPELSITUATIES SPEL ONTSPANNEN ONTLADEN O3 ROUTINE O3 ROUTINE kijken naar de tegenstander uitwisselen in verschillende richtingen tegenstander L/R en V/A laten bewegen Coördinatie: types benenspel 4 20' kist UITWISSELEN De speler staat aan dezelfde kant als de trainer, in de speelbasis. De trainer laat de speler afwisselend spelen met verre FH (R-L-R), ronddraaien naar FH (links/links), diepe FH (twister) en herhaalt deze reeks 3 keer. Elke bal wordt naar de BH van de tegenstander gespeeld. 6 markeerstrips netverhoger 4 markeerschijven drukvol uitwisselen met juiste richting 7 markeerpotjes per terrein als doel voor spelen richting Sterk starten van het punt: Os + bal 3 open/open 4 20' O + bal 3 OPBOUWEN Strips markeren het buitenste derde van het servicevak (beide vakken). De opslagspeler richt de eerste opslag naar dit vak (3 kansen), en speelt met bal 3 in de opening. (minstens andere terreinhelft). Voor elke gelukte combinatie krijg de speler een potje. Hoeveel potjes kan je verdienen op 10 punten? Taakgericht coachen. Dubbelspel: omgaan met lobs OPEN/OPEN vanuit opslag en bal 3: streven naar consistentie! 4 markeerstrips voor servicevak 20 markeerpotjes 4 20' spelsituaties dubbel OPBOUWEN Spelers starten in dubbel met 1 voor en 1 achter. Trainer brengt bal gekruist in, en wanneer er door de achterspeler een lob gespeeld wordt telt het punt voor 2 punten. Correct beantwoorden lob = 1ste keuze smash ofwel wisselen van terreinhelft en achterspeler speelt in de open ruimtes. Wedstrijd up and down tot 7 punten. Juist beantwoorden van een lob

14 U11: OPPORTUNITEITEN > ONTWIKKELINGSDOELEN MET EN ONDER DRUK IN L + B + HOOGTE (3 DIMENSIES): TG CTN LATEN SPELEN TA: BASISLIJN: TIJDS- RUIMTEDRUK EXTREMERE AANVALS/ VERDD SITUATIES WE: SLIM SPELEN WE: EENVOUDIG WEDSTRIJDPLAN OPSTELLEN MET TRAINER, OBV ZWAKTE TEGENSTANDER TA: SWITCHEN TUSSEN 5 TACTISCHE INTENTIES (U-O-S-N-IPB) > GAME TA: GEBRUIK HOOGTE BAL - AANVAL EN VERDD (PLAY TO BE TOUGH) TA: (HER) POSITIONERI NG IFV BALANS EN VERTREKKEN DE BAL > INVLOED OP TG TA: BIJSLAGEN IFV PERSOONLIJK GEBRUIK TE: FH/BH: VOORSPANN ING: LADEN BENEN (GEBRUIK TYPES) + WGDR SCHOUDERLI JN IFV AGRESSIEF BASISLIJN TA: STERK STARTEN VAN HET PUNT TA: AANVALLEN D VIA COMBINATIE O1 + B3 T2 + B4 TA: VERDD VIA KWALITEIT O2 T1 TE: O1 EN O2: MEER VOORSPANNING EN RACKETKOPVERSNELLING ME: TRAINEN MET MENTAAL - TACTISCHE DISCIPLINE ME: GRENSVER LEGGEND TRAINEN ME: ROUTINE BEHEERSEN TIJDENS ME: ZELFCONTROLE

15 U11 HERFST (10) (21) (31) (41) (52) U8 OEFENSTOFO2 (EN BAL 3) T2 EN BAL 4 O2 EN BAL 3 O1 EN BAL 3 KIST VASTHEID SLAGEN > RICHTINGEN ANTICIPATIE V/A HERPLAATSING - SITUATIES > NEUTRALISEREN + SITUATIES > OPBOUW OF SCOREN KERST KROKUS PASEN VAST ZIJN IN UITWISSELEN LENGTECONTROLE RICHTINGSCONTROLE UITWISSELEN OP TEMPO LENGTECONTROLE KIST PLAY TO BE TOUGH KIST OPBOUWEN > SCOREN KIST UITWISSELEN HOOG TEMPO KIST PLAY TO BE TOUGH KIST NETSPEL O2 VS T2 + SITUATIES > OPBOUW OF SCOREN O1 EN BAL 3 - SITUATIES > IN PUNT BLIJVEN OPKOMEN EN NETSPEL SPINCONTROLE ANTICIPATIE OP TEGENSTANDER KIST UITWISSELEN HOOG TEMPO UITWISSELEN OP TEMPO + SITUATIES > OPBOUW OF KIST PLAY TO BE TOUGH LENGTECONTROLE - SITUATIES > NEUTRAL OF IN PUNT BLIJVEN O1 EN BAL 3 (+ O3 ROUTINE) O2 VS T2 O1 EN BAL 3 O2 VS T2 O1 EN BAL 3 O2 VS T2 hoge ballen uitlokken + tactische keuze op hoge ballen anticipatie op positie van de tegenstander coördinatie: smash na de bots 4 markeerstrips 4 markeerschijven Drukvol uitwisselen met harde bal - Tegenstander hoog contact geven tactisch antwoord op hoge trage bal N Duur Situatie Bedoeling Omschrijving kwaliteit Organ./Mat. 1 20' basislijnspel UITWISSELEN De spelers wisselen uit op een half dubbelterrein. De bal wordt bovenhands in het spel gezet en moet telkens voorbij de servicelijn worden gespeeld (ook bij de bovenhandse aangeefbal). Als een speler een bal speelt vanuit inloopvolley, drivevolley of volley, wordt het punt verder uitgespeeld (inclusief servicevakken). uitwisselen met lengte actief benenspel hogere bal uitlokken bij tegenstander + opvolgen 4 markeerstrips per terrein voor afbakenen half dubbelterrein Kijken naar tegenstander - Anticipatie op positie tegenstander 2 20' basislijnspel NEUTRALISERE N Speler 1 in de speelbasis (naast de trainer). Speler 2 start met de racketkop op de netband. De trainer geeft een hoge vlak lob aan en speler 1 tikt 1 van beide markeerschijven aan (op 1 m van de zijlijn). Speler 2 speelt smash na bots. Speler 1 past zijn herplaatsing aan, aan de positie van speler 2 (meer vooraan in speelbasis (rallyzone) wanneer speler 2 meer achteraan is, meer achteraan (verddzone) wanneer speler 2 meer vooran is. Punt uitspelen. anticiperen voorachterwaartse herplaatsing op basis positie van de tegenstander neutraliseren waar nodig 4 markeerschijven per terrein voor afbakenen speelbasis (vooraan/ achteraan) en stip om te tikken.

16 U11 HERFST (10) (21) (31) (41) (52) U8 OEFENSTOFO2 (EN BAL 3) T2 EN BAL 4 O2 EN BAL 3 O1 EN BAL 3 KIST VASTHEID SLAGEN > RICHTINGEN ANTICIPATIE V/A HERPLAATSING - SITUATIES > NEUTRALISEREN + SITUATIES > OPBOUW OF SCOREN KERST KROKUS PASEN VAST ZIJN IN UITWISSELEN LENGTECONTROLE RICHTINGSCONTROLE UITWISSELEN OP TEMPO LENGTECONTROLE KIST PLAY TO BE TOUGH KIST OPBOUWEN > SCOREN KIST UITWISSELEN HOOG TEMPO KIST PLAY TO BE TOUGH KIST NETSPEL O2 VS T2 + SITUATIES > OPBOUW OF SCOREN O1 EN BAL 3 - SITUATIES > IN PUNT BLIJVEN OPKOMEN EN NETSPEL SPINCONTROLE ANTICIPATIE OP TEGENSTANDER KIST UITWISSELEN HOOG TEMPO UITWISSELEN OP TEMPO + SITUATIES > OPBOUW OF KIST PLAY TO BE TOUGH LENGTECONTROLE - SITUATIES > NEUTRAL OF IN PUNT BLIJVEN O1 EN BAL 3 (+ O3 ROUTINE) O2 VS T2 O1 EN BAL 3 O2 VS T2 O1 EN BAL 3 O2 VS T2 hoge ballen uitlokken + tactische keuze op hoge ballen anticipatie op positie van de tegenstander coördinatie: smash na de bots 4 markeerstrips 4 markeerschijven Play to be tough attitude: fouten uitlokken 1 20' basislijnspel UITWISSELEN Er liggen safelines op elk terrein (1 m van de enkelspellijn), daar mag de bal niet in botsen. Wie de tegenstander in de fout lokt wint het punt, winners zijn niet toegelaten. drukvol uitwisselen + geduld om fout uit te lokken (attitude richting Variatie: voeten in het terrein: opbouw en scoren is toegelaten Sterk starten met Opslag 2: nulsituatie bereiken 4 20' O + bal 3 NEUTRALISERE N Opslagspeler heeft 1 kans om met topspinservice te starten (wide richting op de ONPARE KANT) Terugslagspeler gaat starten in het terrein en de bal snel en vroeg terugspelen naar de opslagspeler. Doel is voor opslagspeler om tegenstander 2x achteruit te duwen: met opslag en bal 3 (referentie midilijn) en zo nulsituatie te bereiken na bal 4. Lukken = potje. Opslag 2 lukken met effect en bal 3 op lengte (diep) om nulsituatie te behouden. markeerstrips voor midilijn

17 U11 HERFST (10) (21) (31) (41) (52) U8 OEFENSTOFO2 (EN BAL 3) T2 EN BAL 4 O2 EN BAL 3 O1 EN BAL 3 KIST VASTHEID SLAGEN > RICHTINGEN ANTICIPATIE V/A HERPLAATSING - SITUATIES > NEUTRALISEREN + SITUATIES > OPBOUW OF SCOREN KERST KROKUS PASEN VAST ZIJN IN UITWISSELEN LENGTECONTROLE RICHTINGSCONTROLE UITWISSELEN OP TEMPO LENGTECONTROLE KIST PLAY TO BE TOUGH KIST OPBOUWEN > SCOREN KIST UITWISSELEN HOOG TEMPO KIST PLAY TO BE TOUGH KIST NETSPEL O2 VS T2 + SITUATIES > OPBOUW OF SCOREN O1 EN BAL 3 - SITUATIES > IN PUNT BLIJVEN OPKOMEN EN NETSPEL SPINCONTROLE ANTICIPATIE OP TEGENSTANDER KIST UITWISSELEN HOOG TEMPO UITWISSELEN OP TEMPO + SITUATIES > OPBOUW OF KIST PLAY TO BE TOUGH LENGTECONTROLE - SITUATIES > NEUTRAL OF IN PUNT BLIJVEN O1 EN BAL 3 (+ O3 ROUTINE) O2 VS T2 O1 EN BAL 3 O2 VS T2 O1 EN BAL 3 O2 VS T2 hoge ballen uitlokken + tactische keuze op hoge ballen anticipatie op positie van de tegenstander coördinatie: smash na de bots 4 markeerstrips 4 markeerschijven Dubbelspel: drukvol uitwisselen als achterspeler 2 20' spelsituaties dubbel SCOREN 4 achterspelers gaan drukvol in de crosslijn uitwisselen. Wanneer duo mist, wordt punt uitgespeeld met resterende bal. Het duo dat mist, loopt naar het net. Druk en vastheid in de crosslijn om netspeler te laten scoren aan het net

18 U12: OPPORTUNITEITEN > ONTWIKKELINGSDOELEN MET/ONDER DRUK IN L/B/H MET VARIATIE: SPEEL EFFICIENTER DAN DE TG TA: BIJSLAGEN = BASISSLAGEN TA: VARIATIE IFV BALANS EN DRUK TA: BASISLIJN: SWITCHEN TUSSEN 6 TACTISCHE INTENTIES MET TIJDS- RUIMTEDRUK TA: MENTAAL STERK IN NADEELSITUATIES: KEUZE TUSSEN NEUTRALISEREN IN PUNT BLIJVEN - TEGENAANVAL TE: FH/BH: VERDER ONTW IFV EXPLOSIEF TENNIS IN ALLE SITUATIES: LADEN (GEBRUIK TYPES) EN VOORSPANNING TA: (HER)POSITIONERI NG IFV BALANS, VERTREKKENDE BAL EN KEUZEMOGELIJKHE DEN TG WE: SLIM SPELEN TA: EIGEN STERKTES KOMEN MEER TOT UITING EN EFFICIENTER > GAME PLAN TA: STERK STARTEN VS STERK STARTEN WE: OMGAAN MET BIG POINTS WE: EENVOUDIG WEDSTRIJDPLA N UITVOEREN EN OPLOSSINGEN ZOEKEN TA: EFFICIENT GEBRUIK VAN COMB O+B3 / T+B4 TA: KWALITEIT O2 (0-SIT BEREIKEN) / T1 (NEUTR) ME: TRAINEN MET MENTAAL - TACTISCHE DISCIPLINE ME: GRENSV ERLEGGE ND TRAINEN ME: ROUTINE BEHEERS IN WEDSTRIJD ME: ZELFCONTROL E + VERTROUWEN TE: O1/O2: GROTE VOORSPANNING EN RACKETKOPVERSNELL ING TE: SPEC BENENSPEL T-SLAG

19 U12 HERFST KERST KROKUS PASEN (4) (8) (12) (16) (24) (31) (42) UITWISSELEN OP TEMPO U8 OEFENSTOF KIST NETSPEL KIST NADEELSITUATIES KIST SCOREN KIST NETSPEL KIST UITWISSELEN HOOG TEMPO T2 EN BAL 4 O1 EN BAL 3 LENGTECONTROLE OPKOMEN EN NETSPEL O2 EN BAL 3 RICHTINGSCONTROLE NADEEL > UITWISSELEN EN VOORDEEL O2 EN BAL 3 UITWISSELEN > VOORDEEL O1/B3 VERSUS T1/B4 (+ O3 routine) UITWISSELEN OP TEMPO OPKOMEN EN NETSPEL O2/B3 VERSUS T2/B4 LENGTECONTROLE UITWISSELEN > VOORDEEL KIST SCOREN O1/B3 VERSUS T1/B4 (+ O3 routine) SPINCONTROLE LENGTECONTROLE RICHTINGSCONTROLE NADEEL > SWITCHEN TUSSEN SPELSITUATIES UITWISSELEN EN KIST PLAY KIST SCOREN TO BE O1/B3 VERSUS T1/B4 O2/B3 VERSUS T2/B4 (+ O3 routine) STERKTES + KEYPOINTS STERKTES + KEYPOINTS STERKTES + KEYPOINTS sxitchen tussen tactische bedoelingen (openen-gesloten houden terrein) herkennen van eigen sterktes 8 markeerstrips Switchen tussen tactische bedoelingen terrein openen/gesloten houden play to be tough N Duur Situatie Bedoeling Omschrijving kwaliteit Organ./Mat. 1 20' basislijnspel Aan beide kanten is een middenzone afgebakend (+-4m breed). Beide spelers starten in de speelbasis. Speler 1 geeft de bal vrij aan naar speler 2. Vanaf dan wordt het punt vrij uitgespeeld. Bij elke aankomende bal maakt de speler een bewuste keuze tussen terrein openen of terrein gesloten houden. Play to be tough = lukken op moeilijke ballen switchen tussen verschillende bedoelingen adhv terrein openengesloten houden 8 markeerstrips per terrein voor middenzone (her)kennen eigen sterktes 2 20' basislijnspel De speler krijgt 4 strips om het terrein af te bakenen op een manier naar keuze (bij zichzelf op bij tegenstander) bv: iemands die kiest om vooral FH te spelen bakent 1/4 van BH helft af waar tegenstander niet mag spelen bv: iemand die kiest om sterk te starten met opslag 1 wide legt strips bij tegenstander op 1m van middenlijn > tegenstander moet daar s (her)kennen van eigen sterktes 4 markeerstrips per terrein voor afbakenen half dubbelterrein

20 U12 HERFST KERST KROKUS PASEN (4) (8) (12) (16) (24) (31) (42) UITWISSELEN OP TEMPO U8 OEFENSTOF KIST NETSPEL KIST NADEELSITUATIES KIST SCOREN KIST NETSPEL KIST UITWISSELEN HOOG TEMPO T2 EN BAL 4 O1 EN BAL 3 LENGTECONTROLE OPKOMEN EN NETSPEL O2 EN BAL 3 RICHTINGSCONTROLE NADEEL > UITWISSELEN EN VOORDEEL O2 EN BAL 3 UITWISSELEN > VOORDEEL O1/B3 VERSUS T1/B4 (+ O3 routine) UITWISSELEN OP TEMPO OPKOMEN EN NETSPEL O2/B3 VERSUS T2/B4 LENGTECONTROLE UITWISSELEN > VOORDEEL KIST SCOREN O1/B3 VERSUS T1/B4 (+ O3 routine) SPINCONTROLE LENGTECONTROLE RICHTINGSCONTROLE NADEEL > SWITCHEN TUSSEN SPELSITUATIES UITWISSELEN EN KIST PLAY KIST SCOREN TO BE O1/B3 VERSUS T1/B4 O2/B3 VERSUS T2/B4 (+ O3 routine) STERKTES + KEYPOINTS STERKTES + KEYPOINTS STERKTES + KEYPOINTS sxitchen tussen tactische bedoelingen (openen-gesloten houden terrein) herkennen van eigen sterktes 8 markeerstrips Sterk starten van het punt: Terugslag 1 neutraliseren DIEP 4 20' T + bal 4 NEUTRALISEREN Opslagspeler start 1 meter in het terrein en krijgt 3 kansen om SNEL te starten. Terugspeler gaat trachten om DIEP te neutraliseren (achter de voeten van de opslagspeler), terrein gesloten houden) om zo tot een nulsituatie te komen. Terugslag op lengte (diep centraal) + type benenspel (stap/steun) Dubbelspel: punt gaan afdwingen aan het net 2 20' spelsituaties dubbel SCOREN We starten met 1 achterspeler en 1 netspeler. Wanneer de bal botst mogen de dubbellijnen niet gebruikt worden. Wedstrijd tot 10 punten. Terrein sluiten in opbouw, terrein openen in scoren

21 ONTWIKKELINGSDOELEN U9-U10-U12 Ontwikkelingsdoelen U9 1. WEDSTRIJD VAARDIGHEDEN & BELEVING Speler kan na een wedstrijd antwoorden op de vragen: wat ging goed, minder goed?, wat verbeteren? Tegenstander L/R? P: De speler vertoont een positieve houding tov zichzelf, andere speler(s), trainers en derden (ouders, scheidsrechter, ). E: De speler kan de training/wedstrijd met de juiste energie, van begin tot einde, afwerken. A: De speler vertoont de attitude van een winnaar, die samenwerkt met anderen. K: De speler kan de aandacht richten op controleerbare zaken, met het juiste aandachtsniveau. 2. TACTISCHE VAARDIGHEDEN De speler (her)kent de 3 spelsituaties (- / 0 / + ). De speler kent de 3 basis tactische keuzes ( verdedigen/ uitwisselen /aanvallen). De speler is vast binnen uitwisselen. De speler kan basis tactische patronen van sterk starten vanuit O toepassen tijdens de wedstrijd. De speler kent de verschillende speelzones op het terrein en kan zich zijwaarts (her)positioneren op basis van eigen keuzes. De speler kan met dezelfde slag verschillende richtingen spelen. De speler kan tijdsdruk creëren (snel spelen, opkomen naar het net). De speler kent de basisposities en de basisprincipes van dubbelspel (midiveld). 3. TECHNISCHE VAARDIGHEDEN De speler kan O1 voldoende snel uitvoeren met beenactie. (conform de actieconcepten). De speler kan O2 met een lichte bewerking slice/spin uitvoeren. (conform de actieconcepten). De speler kan FH uitvoeren in balans in een richting naar keuze. (conform de actieconcepten). De speler kan BH uitvoeren in balans in een richting naar keuze. (conform de actieconcepten). De speler kan volley (FHV en BHV) uitvoeren (conform de actieconcepten). De speler kan smash uitvoeren (conform de actieconcepten). De speler kan slice met een strak traject uitvoeren.

22 UITGEWERKTE KDT VISIE PER LEEFTIJD > INFOTHEEK

23 Bedankt voor uw aandacht One team, One dream