DE IMPACT VAN DE NIEUWE REGELGEVING INZAKE HYPOTHECAIR KREDIET

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "DE IMPACT VAN DE NIEUWE REGELGEVING INZAKE HYPOTHECAIR KREDIET"

Transcriptie

1 DE IMPACT VAN DE NIEUWE REGELGEVING INZAKE HYPOTHECAIR KREDIET Aantal woorden: Tine Bassens Studentennummer: Promotor: Prof. dr. Reinhard Steennot Commissaris: Mevr. Jasmine Malekzadem Masterproef voorgelegd voor het behalen van de graad Master of Laws in de rechten. Academiejaar:

2

3 WOORD VAN DANK Er komt met deze thesis een einde aan de meest intense, meest verrijkende en bovenal mooiste vijf jaar van mijn leven. Professor Steennot, mijn eerste dank en oprechte appreciatie gaan uit naar u om mij met raad en daad bij te staan tijdens het schrijven van deze thesis. Uw academische inzichten, maar evenzeer uw enthousiasme en bereidwilligheid zullen mij bijblijven. Ik wil mijn vrienden bedanken. Samen omarmen we het leven op de hoogste toppen, maar ook in de diepste dalen. Jullie weten mij te inspireren met jullie levensvreugde, ambitie, veerkracht en onuitputtelijke levenswijsheid. Het was een privilege alle facetten van mijn studentenleven met jullie te kunnen delen. De wereld ligt aan jullie voeten. Mijn familie geniet mijn dankbaarheid om mij uit te dagen het beste van mijzelf te geven en consequent vanaf de zijlijn mij aan te moedigen. Een speciale dank je aan de kleinste onder ons allen, mijn metekind Isa, die mij toelaat het leven in het juiste perspectief te zien. Tot slot wil ik mijn ouders bedanken. De vrijheid die jullie mij schenken, laat mij toe mijn eigen weg te zoeken. Jullie vertrouwen in mij geeft mij vleugels. De eindeloze steun waarmee jullie mij omringen, maakt op alle vlakken het verschil. Jullie vormen de fundamenten waarop ik mijn ambities kan realiseren en daar ben ik ontzettend dankbaar voor. Gent, mei 2018 Tine Bassens I

4 II

5 INHOUD dddolml Woord van dank... I Inhoud... III Inleiding... 1 DEEL I. SITUERING... 4 Hoofdstuk 1. De historiek van de Belgische wetgeving inzake hypothecair krediet... 4 Hoofdstuk 2. Harmonisatie Algemeen Harmonisatie in de Richtlijn Woningkredieten... 5 A. Minimale harmonisatie... 6 B. Maximale harmonisatie... 7 DEEL II. TOEPASSINGSGEBIED... 9 Hoofdstuk 1. Ratione personae Kredietgever... 9 A. Professionele kredietgever... 9 B. Link met België Kredietbemiddelaar A. Definiëring B. Kredietbemiddelaar en verbonden agent Consument A. Het begrip doorheen de tijd B. Toestand onder de nieuwe regelgeving Het bestemmingscriterium Het gemengd gebruik C. Tijdstip van beoordeling D. Kredietgevers in de praktijk E. Territoriale voorwaarde Hoofdstuk 2. Ratione materiae Situatie onder de oude regelgeving Situatie onder de nieuwe regelgeving III

6 A. Hypothecaire kredieten met een onroerende bestemming en met een roerende bestemming Hypothecaire kredieten met een onroerende bestemming Hypothecaire kredieten met een roerende bestemming B. Renovatiekredieten C. Hypothecaire zekerheid D. Op voor bewoning bestemde onroerende goederen Hoofdstuk 3. Ratione temporis De Richtlijn Woningkredieten In werking treding nieuwe Belgische regelgeving Hoofdstuk 4. Ratione loci DEEL III. PRECONTRACTUELE INFORMATIEVERPLICHTINGEN EN GEBUNDELDE VERKOOP Hoofdstuk 1. Prospectus Duurzame drager Prospectusverplichting onder de oude regelgeving Hoofdstuk 2. Informatie- inwinningsverplichting en kredietwaardigheidsbeoordeling Informatie-inwinningsverplichting A. Doelstelling en specificaties B. Verificatieverplichting C. Informatie-inwinning en bescherming van de privacy Kredietwaardigheidsbeoordeling A. Informatie B. Het kredietdossier C. Beoordeling van de kredietwaardigheid en onthoudingsverplichting Vergelijking met de oude regelgeving Bewijslast en sanctionering A. Bewijslast B. Private sancties Hypothecaire kredieten met een roerende bestemming Hypothecaire kredieten met een onroerende bestemming Afschrikwekkend effect en proportionaliteitsbeginsel C. Strafrechtelijke sancties Impact van de nieuwe regelgeving Hoofstuk 3. Gepersonaliseerde informatie IV

7 1 Het Europees gestandaardiseerd informatieblad A. Gepersonaliseerde informatie aan de hand van het ESIS Algemeen Tijdstip overhandiging Een ESIS per kredietovereenkomst Het SECCI en het hypothecair krediet met een roerende bestemming De verkoop op afstand Communicatie via spraaktechnologie B. Inhoud C. Informatieverplichting onder de oude regelgeving Informatievoorschriften voor kredietbemiddelaars Het kredietaanbod Passende toelichting Bewijslast en sanctionering A. Bewijslast Stijlclausules Omkering van de bewijslast Rechtspraak Hof van Justitie Stijlclausules in het kader van algemene voorwaarden Concrete toepassing B. Sancties Impact van de nieuwe regelgeving Hoofdstuk 4. Raadgevings- en adviesplicht Raadgevings- en adviesplicht volgens art. VII 131 WER A. Raadgevingsplicht B. Adviesplicht Raadgevings- en adviesplicht naar gemeenrecht Bewijslast en sanctionering A. Bewijslast B. Sancties Impact van de nieuwe regelgeving Hoofdstuk 5. Algemene gedragsregel Hoofdstuk 6. Het jaarlijks kostenpercentage Doelstelling Berekening Kosten die opgenomen dienen te worden in het JKP V

8 A. Ontleden van de definitie B. De kosten die deel uitmaken van het JKP Debetrente Dossierkosten Schattingskosten Notariskosten Belastingen en zekerheden Kosten met betrekking tot nevendiensten Kosten met betrekking tot een zichtrekening Kosten die niet opgenomen dienen te worden in het JKP Kaderkredietovereenkomst Veronderstellingen bij de berekening A. Algemene veronderstellingen B. Limitatieve lijst veronderstellingen Evaluatie van het JKP A. Misleidend karakter B. Meerwaarde van bepaalde nevendiensten C. Kunstmatig karakter D. In de praktijk E. Evaluatie Hoofdstuk 7. Gebundelde verkoop Nevendiensten Aangehecht contract Koppelverkoop en gebundelde verkoop A. Algemeen B. Koppelverkoop en gebundelde verkoop in de Richtlijn Woningkredieten C. Oude regelgeving D. Oneerlijke handelspraktijken E. Impact nieuwe regelgeving DEEL IV. VERANTWOORDE KREDIETVERLENING Hoofdstuk 1. De kredietcrisis als kantelpunt De context waarin de kredietcrisis van 2008 is ontstaan A. Intermediatiefunctie B. De rationele markt C. Neoliberalisme VI

9 2 De kredietcrisis in essentie Huidige Belgische situatie Hoofdstuk 2. Financiële geletterdheid en behavioral economics Financiële geletterdheid A. Wat is financiële geletterdheid B. De Europese consument en het niveau van financiële geletterdheid C. Impact van het niveau van financiële geletterdheid D. Financiële educatie Behavioral economics A. Inzichten uit de behavioral economics Framing Overconfidence Anchoring and adjustment B. Samenvattend Hoofdstuk 3. Evaluatie van de precontractuele informatieverplichtingen in het kader van verantwoorde kredietverlening informatieverstrekking passende toelichting en adviesplicht kredietwaardigheidsbeoordeling en onthoudingsverplichting DEEL V. CONCLUSIE Bibliografie VII

10 VIII

11 INLEIDING 1. Hypothecaire kredietovereenkomsten zijn alomtegenwoordig en niet weg te denken uit onze maatschappij. Het is economisch een uitermate belangrijke tool. De kredietovereenkomst geeft zowel de gehele economie als de individuele persoon de mogelijkheid te groeien en welvarender te worden. 1 Heel wat Belgen gaan deze overeenkomst dan ook aan in hun leven. Hernando de Soto gaat zover te stellen dat de hypotheek, bijhorend het hypothecair krediet, de belangrijkste vorm van creatie van kapitaal is. Hij stelt het als een voorwaarde om een ontwikkelde en welvarende samenleving mogelijk te maken Het sluiten van een hypothecair krediet heeft een aanzienlijke impact op het leven van de kredietnemer. Een hypothecair krediet wordt namelijk gekenmerkt door de doorgaans lange looptijd, de hoogte van de bedragen en het belang van de desgevallende zekerheid. Het is een belangrijke verbintenis. Het onderschrijven van een onaangepast hypothecair krediet kan verstrekkende gevolgen hebben. In extreme situaties kan het ertoe leiden dat de kredietnemer niet in staat zal zijn de kredietovereenkomst af te betalen. Dit heeft desastreuse gevolgen voor de kredietnemer persoonlijk, maar tevens voor de maatschappij, zo leert de kredietcrisis van 2008 ons. Het maatschappelijk belang van verantwoorde hypothecaire kredietverlening is onmiskenbaar. 3. De Europese regelgever werd naar aanleiding van de kredietcrisis en de bijhorende financiële crisis in 2008 wakker geschud. Het besef is gekomen dat het van belang is om de consument en de samenleving te beschermen tegen onverantwoorde kredietverlening. Het is wenselijk om de kredietnemer te begeleiden naar de kredietovereenkomst die het best is aangepast aan zijn behoeften, wensen en financiële mogelijkheden. Met de Richtlijn Woningkredieten 3 werden de regels inzake hypothecaire kredietverlening geharmoniseerd. 4. De nieuwe regelgeving brengt heel wat nieuwigheden, die moeten bijdragen aan een betere bescherming van de consument bij het aangaan van een hypothecair krediet, met zich mee. De nieuwe regelgeving intervenieert in alle fasen in het leven van het hypothecair krediet en past 1 A. VAN DE VELDE, Inleiding tot het financiewezen, Brugge, Die Keure, 2012, H. DE SOTO, Het mysterie van het kapitaal, Houten, Het Spectrum, 2000, 264 p. 3 Richtlijn 2014/17/ЕU van het Europees Parlement en de Raad van 4 februari 2014 inzake kredietovereenkomsten voor consumenten met betrekking tot voor bewoning bestemde onroerende goederen en tot wijziging van de Richtlijnen 2008/48/EG en 2013/36/EU en Verordening (EU) nr. 1093/2010, Pb. L. 28 februari 2014, afl. 60/34. (Hierna: Richtlijn Woningkredieten) 1

12 zowel de praktijk van de kredietgevers als de positie van de consument grondig aan. Een overzicht van de wijzigingen en hun implicaties dringt zich op. Ten eerste vindt een belangrijke wijziging plaats met betrekking tot het toepassingsgebied. De aanpassing heeft voornamelijk betrekking op het toepassingsgebied ratione materiae en heeft een verruiming van het toepassingsgebied van de regelen inzake hypothecair krediet tot gevolg. (Deel II.) Ten tweede werden er een substantieel aantal precontractuele informatieplichten ingevoerd. Voorheen werd dit beheerst door het gemeenrecht bij gebrek aan specifieke regels 4. Nu is er enerzijds sprake van een informatie-inwinningsverplichting. Deze moet een kredietwaardigheidsbeoordeling toelaten met mogelijkerwijs een onthoudingsverplichting tot gevolg. Anderzijds wordt de verplichting opgelegd om gepersonaliseerde informatie, passende toelichting en advies te verschaffen. 5 De wetgever werkte de nieuwe standaarden van precontractuele informatieplichten gedetailleerd uit in de nieuwe regelgeving. Ook werden er bepalingen met betrekking tot de privaatrechtelijke sanctioneringen van inbreuken ingeschreven. (Deel III.) Belangrijk zijn ten derde de bepalingen inzake het jaarlijks kostenpercentage en de gekoppelde en gebundelde verkoop. (Deel III.) Verder werden er nog tal van facetten geregeld zoals bepalingen in verband met: reclame, kredietweigering, wedersamenstelling van het kapitaal, onrechtmatige bedingen met betrekking tot vergoeding voor terbeschikkingstelling en kosten, terbeschikkingstelling van het kredietbedrag, etc. Op deze facetten wordt niet dieper ingegaan. In het licht van de kredietcrisis, vernieuwde economische inzichten en de wens verantwoorde kredietverlening te bewerkstelligen, werd de nieuwe regelgeving finaal geëvalueerd. (Deel IV.) 5. De vraag die de rode draad doorheen het onderzoek uitmaakt, luidt: Wat is de impact van de nieuwe wetgeving inzake hypothecair krediet met betrekking tot het toepassingsgebied, de precontractuele informatieplichten en de regelen inzake koppel- en bundelverkoop?. 4 H. BRAECKMANS, H. CASMAN en K. BYTTEBIER, Actuele ontwikkelingen in de verhouding tussen bank en consument, Antwerpen, Maklu, 1994, P. HEYMANS, De Belgische wet van 22 april 2016 tot omzetting van de Europese richtlijn inzake woningkredietovereenkomsten van 4 februari 2014 in R. DERINE, J. COUTURIER en M. BAX (eds.), Het onroerend goed in de praktijk, Antwerpen, Kluwer, losbl., (1647)

13 Er werd een klassiek juridisch onderzoek gevoerd. De voornaamste bronnen die gehanteerd werden, waren dan ook: wetgeving, rechtspraak en rechtsleer. Ten eerste zijn de wijzigingen die de nieuwe regelgeving met zich meebrengen in kaart gebracht en is de vergelijking met het voorgaand geldende regime gemaakt. De oude wetgeving 6 en de nieuwe wetgeving inzake hypothecair krediet 7 vormden de belangrijkste instrumenten. Daarnaast werd rechtsleer geconsulteerd om een zo accuraat mogelijk beeld te krijgen van de veranderingen die de nieuwe regelgeving met zich meebrengen. De historische methode werd onder andere aangewend. De rechtspraak van het Hof van Justitie was van cruciaal belang om de nieuwe regels op een correcte manier te interpreteren. De rechtspraak in het kader van het consumentenkrediet verschaft bruikbare inzichten en laat ons toe de interpretatie van het Hof te voorspellen omtrent de nieuwe regels inzake hypothecaire kredieten. Er kan namelijk verwacht worden dat de zienswijze van het Hof van Justitie inzake het consumentenkrediet getransponeerd kan worden naar het hypothecair krediet, gezien de vele gelijkenissen tussen de regelgevingen. Ten tweede werd geëvalueerd in hoeverre de nieuwe regels de doelstellingen bereiken die vooropgesteld werden door de Europese regelgever. Voor deze laatste stap, namelijk de evaluatie, is gebruik gemaakt van de informatie en de inzichten die werden verworven bij het in kaart brengen van de wijzigingen, aangevuld met rechtsleer. 6 Wet van 4 augustus 1992 op het hypothecair krediet, BS 19 augustus Wet 22 april 2016 houdende wijziging en invoering van bepalingen inzake consumentenkrediet en hypothecair krediet in verschillende boeken van het Wetboek Economisch Recht, BS 4 mei

14 DEEL I. SITUERING Hoofdstuk 1. Historiek van de Belgische wetgeving inzake hypothecair krediet 6. Het hypothecair krediet werd al vroegtijdig aan specifieke beschermingsregels onderworpen. In 1936 is het Koninklijk Besluit nr een eerste uiting hiervan. Deze werd in 1992 vervangen door de Wet Hypothecair Krediet 9. Als gevolg van de introductie van het Wetboek Economisch Recht werd de Wet Hypothecair Krediet zo goed als ongewijzigd hierin geïncorporeerd door de Wet van 19 april Het belang van de hypothecaire kredieten en een goede regelgeving hieromtrent is de Europese Unie niet ontgaan. Deze besliste in 2014 de materie rond het hypothecair krediet te harmoniseren door middel van de Richtlijn Woningkredieten. De Europese Unie beoogt enerzijds de creatie van een meer eengemaakte markt met betrekking tot hypothecaire kredietovereenkomsten. De bestaande verschillen in de nationale wetgeving van de lidstaten vormen een beletsel voor de ontwikkeling van grensoverschrijdende activiteiten. 11 Daarnaast streeft de Europese Unie een hoog en enigszins gelijkwaardig niveau van consumentenbescherming na. 12 Financiële integratie en financiële stabiliteit worden beoogd. 13 De Richtlijn werd door de Belgische wetgever omgezet door de Wet van 22 april met inwerkingtreding op 1 april KB nr. 225 van 7 januari 1936 tot reglementering van de hypothecaire leningen en tot inrichting van de controle op de ondernemingen van hypothecaire leningen, BS 7 januari Wet van 4 augustus 1992 op het hypothecair krediet, BS 19 augustus Wet van 19 april 2014 houdende invoeging van Boek VII Betalings-en kredietdiensten in het Wetboek van economisch recht, houdende invoeging van de definities eigen aan Boek VII en van de straffen voor de inbreuken op Boek VII, in de Boeken I en XV van het Wetboek van economisch recht en houdende diverse andere bepalingen, BS 28 mei J.W.A. BIEMANS, Grenzen aan de uitoefening van een hypotheekrecht, Maandblad voor Vermogensrecht 2017, (179) Overweging nr. 5, Richtlijn 2014/17/EU. 13 M. DE MUYNCK, Ontwerp van richtlijn hypothecair krediet: communautair luchtkasteel of solide beschermingsbasis voor kredietnemers?, T.Fin.R. 2011, (136) Wet 22 april 2016 houdende wijziging en invoering van bepalingen inzake consumentenkrediet en hypothecair krediet in verschillende boeken van het Wetboek Economisch Recht, BS 4 mei Art 1. KB 30 november 2016, houdende verlenging van de aanvangsdata der overgangsbepalingen bedoeld in artikel 41 van de wet van 22 april 2016 houdende wijziging en invoeging van bepalingen inzake consumentenkrediet en hypothecair krediet in verschillende boeken van het Wetboek van economisch recht, BS november 2016 (ed.2),

15 Hoofdstuk 2. Harmonisatie 1 ALGEMEEN 7. De verplichting rust op de lidstaten van de Europese Unie om richtlijnen om te zetten in hun nationale regelgeving. De vrijheid die de lidstaten in dit kader hebben is afhankelijk van de wijze waarop de Europese wetgever de welbepaalde materie heeft willen harmoniseren. Dit kan namelijk op twee te onderscheiden wijzen gebeuren. Een richtlijn kan gebaseerd zijn op minimale harmonisatie, maximale harmonisatie 16 of een combinatie van beiden. 17 Maximale harmonisatie impliceert dat de lidstaten niet mogen voorzien in een additionele bescherming en bijgevolg weinig vrijheid hebben bij de omzetting van de welbepaalde richtlijn. 18 Minimale harmonisatie impliceert dat de Europese wetgever een minimum aan bescherming in de richtlijn heeft ingeschreven, maar de lidstaten vrij zijn om additionele beschermingsregels in hun nationale regelgeving in te schrijven HARMONISATIE IN DE RICHTLIJN WONINGKREDIETEN 8. De Richtlijn Woningkredieten is overwegend gebaseerd op minimale harmonisatie. Enkel de bepalingen rond het verstrekken van van precontractuele informatie door middel van een gestandaardiseerd Europees informatieblad 20 en de berekening van het jaarlijks kostenpercentage 21 zijn maximaal geharmoniseerd De keuze om overwegend voor een minimale harmonisatie te kiezen is ingegeven door de bijzondere aard van kredietovereenkomsten met betrekking tot onroerende goederen en de verschillen in marktontwikkeling, categorieën beschikbare producten en procedures die bij het proces van kredietverlening in het geding zijn. Tevens vreesde de Europese Richtlijn ervoor 16 Of volledige/ uitputtende harmonisatie. J. STUYCK, harmonisatieniveau, DCCR 2009, (7) J. STUYCK, harmonisatieniveau, DCCR 2009, (7) R. STEENNOT, Case Volksbank România: Limits of the full harmonization approach on the Consumer Credit Directive, EJCL 2013, (87) Het voorzien in vergaande beschermingsmaatregelen bij de omzetting van een richtlijn wordt goldplating genoemd. E. TERRYN, Codificatie in het economisch recht en de rol van de nationale wetgever, TPR 2009, (105) 125. en R. STEENNOT, Case Volksbank România: Limits of the full harmonization approach on the Consumer Credit Directive, EJCL 2013, (87) Art. 14 (2) en bijlage II deel a, Richtlijn 2014/17/EU. 21 Art. 17 (1)-(5) en (7)-(8), Richtlijn 2014/17/EU. 22 Art. 2, Richtlijn 2014/17/EU. 5

16 dat, indien er hoofdzakelijk gebruikt gemaakt zou worden van maximale harmonisatie, te veel het consumentenbeschermingsniveau in bepaalde lidstaten aangetast zou worden Voor een aantal welbepaalde regels omtrent het Europese gestandaardiseerd informatieblad en het jaarlijks kostenpercentage werd toch geopteerd voor de techniek van de maximale harmonisatie. Dit is ingegeven door het feit dat uniformiteit van groot belang is in dit kader. De doelstelling van deze specifieke regels is namelijk het bewerkstelligen van een betere vergelijkbaarheid tussen verschillende kredietovereenkomsten. 24 Specifiek met betrekking tot de maximale harmonisatie bij het jaarlijks kostenpercentage wijst de Europese regelgever naar de doelstellingen omtrent de goede werking van de interne markt en de hoge mate van consumentenbescherming die dient nagestreefd te worden om de uniforme benadering te verdedigen. 25 A. Minimale harmonisatie 11. Volgens de Richtlijn Woningkredieten rust op de lidstaten de verplichting de bepalingen om te zetten voor het in de definities bepaalde toepassingsgebied. 26 Dit moet in die zin begrepen worden dat de lidstaten het toepassingsgebied niet mogen beperken. De lidstaten moeten ten minste de voorziene bescherming van de consument in het door de Richtlijn bepaalde toepassingsgebied omzetten in het nationale rechtsorde. Ze beschikken over de mogelijkheid om in bijkomende bescherming te voorzien in hun nationale regelgeving. De Belgische wetgever heeft van deze mogelijkheid gebruik gemaakt. 12. De vraag kan gesteld worden als de lidstaten ongelimiteerd in additionele bescherming kunnen voorzien. Hier dient ontkennend op geantwoord te worden. De lidstaten worden begrensd door de verdragsbepalingen inzake het vrij verkeer 27. De additionele bescherming mag geen ongerechtvaardigde beperking van het vrij verkeer inhouden. Opdat de inperking gerechtvaardigd kan worden, dient de bepaling een test te doorstaan. 28 Ten eerste dient de bepaling om redenen van algemeen belang aangenomen te zijn. 23 Overweging nr. 7, Richtlijn 2014/17/EU. 24 Overweging nr. 7, Richtlijn 2014/17/EU. 25 Overweging nr. 49, Richtlijn 2014/17/EU. 26 Overweging nr. 14, Richtlijn 2014/17/ЕU. 27 Het Hof van Justitie beschouwt het toekennen van krediet een dienst in de zin van art. 56 Verdrag betreffende de Werking van de Europese Unie. R. STEENNOT, Case Volksbank România: Limits of the full harmonization approach on the Consumer Credit Directive, EJCL 2013, (87) HvJ 4 december 1986, nr. C-205/84, Commissie van de Europese Gemeenschappen tegen Bondsrepubliek Duitsland, ECLI:EU:C:1986:463. 6

17 Het Hof van Justitie neemt aan dat de bescherming van de consument een reden van algemeen belang is. 29 Ten tweede dient aangetoond te worden dat de bepaling daadwerkelijk nuttig is om de doelstelling te realiseren, namelijk dat er voldaan is aan het pertinentiecriterium. Ten derde dient de bepaling conform het proportionaliteitsbeginsel te zijn. Het mag met andere woorden niet mogelijk zijn om de doelstelling op een alternatieve wijze te bereiken die minder beperkend is voor het vrij verkeer. De bepaling mag tevens niet verder gaan dan wat noodzakelijk is. 30 B. Maximale harmonisatie 13. De Richtlijn Woningkredieten is maar voor een beperkt deel maximaal geharmoniseerd. De vrijheid die de lidstaten krijgen bij de omzetting van de specifiek maximaal geharmoniseerde bepalingen is gelimiteerd, maar niet onbestaande. 14. Ten eerste is het mogelijk voor de lidstaten om het toepassingsgebied van die bepalingen te verruimen. 31 Het arrest Volksbank România 32 van het Hof van Justitie stelt dat bij de omzetting van een richtlijn in nationaal recht het mogelijk is dat de regelgeving ook van toepassing wordt verklaard op een materie die uitdrukkelijk uitgesloten wordt door de richtlijn. 33 In casu had Roemenië regels in het kader van de omzetting van de Richtlijn Consumentenkredieten 34 ook van toepassing verklaard op kredieten gewaarborgd door een hypotheek op onroerend goed. Dit werd als regelmatig door het Hof beschouwd. 35 De Belgische wetgever heeft het toepassingsgebied van de regels inzake het hypothecair krediet, zo ook van de bepalingen die door de Richtlijn maximaal worden geharmoniseerd, verruimd. 29 HvJ 16 december 2008, nr. C-205/07, Lodewijk Gysbrechts en Santurel Inter BVBA, ECLI:EU:C:2008: J. STUYCK, harmonisatieniveau, DCCR 2009, (7) R. STEENNOT, Consumentenkrediet, TPR 2015, (1715) HvJ 12 juli 2012 nr. C-602/10, SC Volksbank România SA tegen Autoritatea Nationala pentru Portectia Consumatorilor comisariatul Judetean pentru Protectia Consumatorilor Calarasi, ECLI:EU:C:2012: M. E. STORME, De redactie privaat: juridische stellagebouw die het zicht op Europa belet, geïllustreerd aan de hand van de bezitsverschaffing van financiële activa, TPR 2006, (1249) Richtlijn 2008/48/EG van het Europees Parlement en de Raad van 23 april 2008 inzake kredietovereenkomsten voor consumenten en tot intrekking van Richtlijn 87/102/EEG van de raad, Pb. L. 22 mei 2008, afl. 133/66. (Hierna: Richtlijn Consumentenkredieten) 35 R. STEENNOT, Case Volksbank România: Limits of the full harmonization approach on the Consumer Credit Directive, Journal of European Consumer Law 2013, (87) 88. 7

18 15. Ten tweede zijn de lidstaten vrij te reguleren wat buiten het geharmoniseerd gebied van een richtlijn valt. 36 Dit komt tevens tot uiting in het arrest Volksbank România 37 van het Hof van Justitie. In casu had Roemenië een regeling getroffen met betrekking tot soorten kosten die van de consument gevraagd konden worden in het kader van het consumentenkrediet. Het Hof oordeelde dat de Richtlijn Consumentenkredieten deze specifieke materie niet heeft geharmoniseerd. Wat al dan niet onder het geharmoniseerd gebied begrepen moet worden is een feitenkwestie A contrario is het verboden in een additionele bescherming te voorzien binnen het geharmoniseerd gebied. HvJ 23 april 2009, nr. C-261/07, VTB-VAB tegen Total Belgium NV en Galatea BVBA tegen Sanoma Magazines Belgium NV, ECLI:EU:C:2009:244. M. DEMUYNCK, Consumentenkrediet: Richtlijn 2008/48/EG en de Belgische uitdaging, DCCR 2009 (5) HvJ 12 juli 2012 nr. C-602/10, SC Volksbank România SA tegen Autoritatea Nationala pentru Portectia Consumatorilor comisariatul Judetean pentru Protectia Consumatorilor Calarasi, ECLI:EU:C:2012: R. STEENNOT, Case Volksbank România: Limits of the full harmonization approach on the Consumer Credit Directive, EJCL 2013, (87) 92. 8

19 DEEL II. TOEPASSINGSGEBIED 16. De eerste stap bij de doorlichting van de nieuwe regelgeving in verband met de hypothecaire kredieten is het onderzoek naar het toepassingsgebied. Er beweegt namelijk heel wat op dit vlak. 17. De wetgeving rond de hypothecaire kredieten omvat logischerwijze kredietovereenkomsten. Een kredietovereenkomst wordt omschreven als: elke overeenkomst waarbij een kredietgever een krediet verleent of toezegt aan een consument, in de vorm van uitstel van betaling, van een lening, of van andere gelijkaardige betalingsregeling. 39 De definitie wordt ontleed en besproken. Hoofdstuk 1. Ratione personae 18. In het kader van het personeel toepassingsgebied kunnen we ons de vraag stellen hoe de begrippen kredietgever en consument ingevuld worden. 1 KREDIETGEVER A. Professionele kredietgever 19. Als een kredietgever wordt gezien: elke natuurlijke persoon of elke rechtspersoon die, in het raam van zijn handels- of beroepsactiviteiten, een krediet toestaat, met uitzondering van de persoon die een kredietovereenkomst aanbiedt of sluit wanneer deze overeenkomst het voorwerp uitmaakt van een onmiddellijke overdracht of indeplaatsstelling ten gunste van een vergunninghoudende of geregistreerde kredietgever aangewezen in de overeenkomst. 40 De regels met betrekking tot de hypothecaire kredieten kunnen met andere woorden enkel toegepast worden op professionele kredietgevers. 39 Art. I.9, 39 WER. 40 Art. I.9, 34 WER. 9

20 Dit is al zo sinds de introductie van de wet van 4 augustus 1992 in Boek VII Wetboek Economisch Recht. 41 De Richtlijn Woningkredieten en bijgevolg de nieuwe Belgische regelgeving veranderen niks aan het concept van de kredietgever Van belang is te weten wat onder in het raam van handels-of beroepsactiviteiten begrepen wordt. Om dit concept beter te begrijpen, kunnen we de parlementaire voorbereiding in het kader van de nieuwe regelgeving bekijken. De parlementaire voorbereiding stelt dat het verlenen van kredieten niet noodzakelijk de specifieke beroepsactiviteit hoeft te zijn van de kredietgever, noch dat kredieten herhaaldelijk worden verleend. Een eerste voorbeeld hierbij is: een werkgever die één van zijn werknemers een lening toestaat, ook al is het verstrekken van krediet totaal vreemd aan de normale activiteiten van de onderneming, wordt gezien als een kredietgever. Een tweede voorbeeld is de verkoper die de betaling op krediet toestaat voor goederen die hij verkoopt. Ook hij kan gezien worden als een kredietgever in dit kader. Een derde voorbeeld zijn de zogenaamde kantoorkredieten 43. De personen die dit soort kredieten verstrekken, dienen ook als kredietgever beschouwd te worden. 44 Het soort gevallen die dan wel uitgesloten worden uit het toepassingsgebied moet eng begrepen worden. Indien het krediet uitzonderlijk wordt toegekend om redenen die totaal vreemd zijn aan het uitoefenen van een beroepsactiviteit en zonder enig winstoogmerk spreekt men volgens de parlementaire voorbereiding niet van een kredietgever. 45 Het gevolg van deze specifieke invulling is ook dat kredieten tussen particulieren 46, die niet handelen in het kader van beroepsactiviteiten, nooit onderworpen zullen zijn aan de regels inzake hypothecair krediet, 41 R. STEENNOT, Nieuwe regelen inzake hypothecair krediet: een verruimd toepassingsgebied en de introductie van gedetailleerde precontractuele informatieverplichtingen, in E. WYMEERSCH, R. HOUBEN en E. DIRIX (eds.), In het vennootschapsbelang: liber amicorum Herman Braeckmans, Antwerpen, Intersentia, 2017, Art. 4 (2), Richtlijn 2014/17/ЕU. en Art I.9, 34 WER. 43 Het zijn kredietovereenkomsten die tot stand komen doordat een persoon zich via de bemiddeling van een notaris aanbiedt om bij wijze van investering een krediet te verstrekken aan een andere persoon. Zowel degene die het krediet verstrekt, als de kredietnemer zijn particulieren. Wetsontwerp van 26 februari 2016 houdende wijziging en invoeging van bepalingen inzake consumentenkrediet en hypothecair krediet in verschillende boeken van het Wetboek van economisch recht, Parl. St. Kamer , nr. 1685/001, Wetsontwerp van 26 februari 2016 houdende wijziging en invoeging van bepalingen inzake consumentenkrediet en hypothecair krediet in verschillende boeken van het Wetboek van economisch recht, Parl.St. Kamer , nr. 1685/001, J. VANNEROM en E. CASIER, Enkele topics van het vernieuwde hypothecair kredietrecht, DBF 2017, (11) 13. en Wetsontwerp van 26 februari 2016 houdende wijziging en invoeging van bepalingen inzake consumentenkrediet en hypothecair krediet in verschillende boeken van het Wetboek van economisch recht, Parl.St. Kamer , nr. 1685/001, Met uitzondering van de zogenaamde kantoorkredieten. 10

21 maar onder de gemeenrechtelijke bepalingen van het Burgerlijk Wetboek zullen vallen. 47 Deze invulling van het begrip kredietgever is typisch Belgisch. 21. De Belgische wetgever heeft een ruimere invulling aan het begrip kredietgever toegekend dan de Richtlijn Woningkredieten. Deze bepaalt namelijk dat kredietovereenkomsten waarbij een werkgever het krediet aan zijn werknemers als nevenactiviteit of tegen een jaarlijks kostenpercentage dat lager is dan gebruikelijk op de markt niet binnen het toepassingsgebied valt We kunnen concluderen dat de Belgische regelgever gekozen heeft voor een ruime invulling van het begrip kredietgever. Dit heeft tot gevolg dat deze voorwaarde maar een minieme barrière vormt om kredietovereenkomsten te onderwerpen aan de nieuwe regelgeving omtrent hypothecaire kredieten. B. Link met België 23. De kredietgever zal maar onder bepaalde territoriale voorwaarden onder de Belgische regels met betrekking tot het hypothecair krediet vallen. Deze voorwaarden zijn in lijn met de redenering die wordt uitgewerkt in het kader van de Rome I verordening 49 en in het bijzonder artikel 6(1) van deze verordening. 50 Ten eerste zal de kredietgever onder de Belgische regelgeving vallen indien hij zijn activiteiten ontplooit in België. 51 Men begrijpt hieronder de situatie waarbij de kredietgever zijn maatschappelijke zetel in België heeft en de kredietovereenkomst gesloten wordt via een Belgisch kantoor van de kredietgever. Een andere mogelijkheid is het geval waarbij een buitenlandse kredietgever via een kredietbemiddelaar in België hypothecaire kredieten verkoopt. Fysieke aanwezigheid in België is noodzakelijk opdat tot ontplooien besloten kan worden. 47 D. MICHIELS, Het hypohecair krediet na de omzetting van de hypothekenrichtlijn, T. Not., 2017, (568) Art. 3, b) Richtlijn 2014/17/EU. 49 Verordening 593/2008 van het Europees Parlement en de Raad van 17 juni 2008 inzake het recht dat van toepassing is op verbintenissen uit overeenkomst (Rome I), Pb. L. 4 juli 2008, afl. 177/6. (hierna: Rome I) 50 J. VANNEROM en E. CASIER, Enkele topics van het vernieuwde hypothecair kredietrecht, DBF 2017, (11) Art. VII 2 2, 1 WER. 11

22 Ten tweede is dit mogelijk indien de kredietgever met ongeacht welke middelen, zijn activiteiten op België richt. 52 Hier zal de kredietgever zijn maatschappelijke zetel niet in België hebben of zal het niet een Belgische kredietbemiddelaar zijn die de kredieten in België aan de man brengt. 24. Om te bepalen welke factoren ertoe kunnen leiden dat men besluit dat een buitenlandse kredietgever zijn activiteiten richt op België kan inspiratie gehaald worden bij uitspraken van het Hof van Justitie. Zoals aangehaald stelt de Rome I -verordening gelijkaardige eisen. Deze werden geïnterpreteerd door het Hof van Justitie. 53 Er is met name geen Europese definitie voor handen, maar wel rechtspraak van het Hof. 54 De onderneming, of in dit geval de kredietgever, zal de doelstelling moeten hebben om zijn producten aan een Belgische consument aan te bieden voorafgaand aan het sluiten van de overeenkomst. 55 Enkele voorbeelden van factoren die blijk geven van het richten van de activiteiten op België zijn: reclame maken in België, een Nederlandstalige versie van zijn website aanbieden, een internationaal prefix voor het telefoonnummer vermelden, verwijzen naar een internationaal cliënteel, gebruik maken van andere topleveldomeinnamen dan die van het land van vestiging, etc. 56 Het geheel van omstandigheden en factoren zal in aanmerking worden genomen bij de besluitvorming in dit kader. Tevens oordeelde het Hof dat het niet noodzakelijk is dat de overeenkomst daadwerkelijk op afstand tot stand komt. 57 Daarnaast dient de consument geen bewijs te leveren van een causaal verband tussen het middel dat wordt aangewend om de activiteiten te richten op België en het sluiten van de overeenkomst door de consument Het voldoen aan één van deze twee mogelijkheden heeft tot gevolg dat de noodzakelijke link er is om onderworpen te zijn aan de Belgische regelgeving. 52 Art. VII 2 2, 2 WER. 53 T. KRUGER en J. VERHELLEN, Internationaal privaatrecht: de essentie, Brugge, Die Keure, 2016, D. BLOMMAERT en P. ALGRAIN, Section 2: le champ d application du credit hypothécaire, in C. BIQUET- MATHIEU en E. BEGUIN (eds.), Le crédit hypothécaire au consommateur, Brussel, Larcier, 2017, HvJ 7 december 2010, nr. C-585/08 en C-144/09, Peter Pammer tegen Reederei Karl Schlüter GmbH & Co. KG, ECLI:EU:C:2010: HvJ 7 december 2010, nr. C-585/08 en C-144/09, Peter Pammer tegen Reederei Karl Schlüter GmbH & Co. KG, ECLI:EU:C:2010: HvJ 6 september 2012, nr. C-190/11, Daniela Mühlleitner tegen Ahmad Yusufi en Wadat Yusufi, ECLI:EU:C:2012: HvJ 17 oktober 2013, nr. C-218/12, Lokman Emrek tegen Vlado Sabranovic, ECLI:EU:C:2013:

23 2 KREDIETBEMIDDELAAR 26. Consumenten komen niet enkel in contact met de kredietgever zelf, maar ook met een kredietbemiddelaar. Deze speelt een belangrijke rol bij de distributie van kredietovereenkomsten. Het is van belang stil te staan bij de invulling van dit begrip. Bepaalde artikelen van de nieuwe regelgeving zijn enkel op de kredietbemiddelaar van toepassing. 59 Andere regels gelden dan weer enkel voor de kredietgever en niet voor de kredietbemiddelaar. 60 A. Definiëring 27. Een kredietbemiddelaar is: een natuurlijke persoon of rechtspersoon die niet optreedt als kredietgever en die in het raam van zijn bedrijfs-of beroepsactiviteiten tegen een vergoeding in de vorm van geld of een ander overeengekomen economisch voordeel: a. Consumenten kredietovereenkomsten voorstelt of aanbiedt; b. Consumenten anderszins dan onder a. bedoeld, bijstaat bij de voorbereiding van het sluiten van kredietovereenkomsten; c. Namens de kredietgever met consumenten kredietovereenkomsten sluit. Wordt hiermee gelijkgesteld de persoon die kredietovereenkomsten aanbiedt of toestaat wanneer deze overeenkomsten het voorwerp uitmaken van een onmiddellijke overdracht of indeplaatsstelling ten gunste van een andere vergunninghoudende of geregistreerde kredietgever aangewezen in de overeenkomst Een kredietbemiddelaar is dus een persoon die bemiddelt in het kader van een beroepsactiviteit en die een vergoeding hiervoor ontvangt Deze definitie is gemeenschappelijk aan het Boek VII van het Wetboek Economisch Recht. Er wordt met andere woorden éénzelfde definitie voor zowel het hypothecair krediet als het consumentenkrediet gehanteerd. 59 Denkende aan hoofdstuk 4, afdeling 5 Bemiddelaars inzake hypothecair krediet van het Wetboek Economisch Recht. (Art. VII 180 VII 183 WER.) 60 Denkende aan titel 5, hoofdstuk 3 de burgerlijke sancties inzake hyothecaire kredieten. (Art. VII 209 VII 214/10 WER.) 61 Art. I.9, 35 WER. 62 D. BLOMMAERT, F. BONNARENS en J. VANNEROM, Commentaar bij art. I.9, 35 WER, in X., Bijzondere overeenkomsten. Artikelgewijze commentaar met overzicht van rechtspraak en rechtsleer., OBO 2016, afl. 108,

24 30. Om het begrip te definiëren worden niet de letterlijke bewoordingen van de Richtlijn Woningkredieten 63, noch van de Richtlijn Consumentenkredieten 64 gebruikt. 31. Er zijn kleine verschillen zoals de verwoording van enige tegenprestatie. De Belgische regelgeving spreekt over een economisch voordeel en de richtlijn spreekt over een financiële prestatie. Dit is een te verwaarlozen verschilpunt. 65 Een meer fundamenteel onderscheid is dat de Richtlijn Woningkredieten erbij voegt dat een notaris of een persoon die enkel een consument rechtstreeks of onrechtstreeks met een kredietgever of kredietbemiddelaar in contact brengt niet als een kredietbemiddelaar beschouwd kan worden. Dit komt op geen enkele directe manier naar voor in de definitie in het Wetboek Economisch Recht. De Belgische regels stellen minder beperkingen en hebben bijgevolg een ruimer toepassingsgebied dan de Richtlijn Woningkredieten. Toch moet deze discrepantie genuanceerd worden. Uit de activiteiten opgesomd in de definitie kan tevens afgeleid worden dat het louter in contact brengen van een consument met een kredietgever/kredietbemiddelaar niet een werkzaamheid is uit welke kan besloten worden de persoon te kwalificeren als kredietbemiddelaar. Tevens blijft het praktisch belang van deze discussie eerder beperkt, daar de notaris in België geen significante rol speelt bij de bemiddeling van hypothecaire kredietovereenkomsten. B. Kredietmakelaar en verbonden agent 32. De Richtlijn Woningkredieten erkent dat er een grote diversiteit is aan soorten actoren die bij de kredietbemiddeling betrokken zijn 66 en laat toe dat subcategorieën gedefinieerd worden in de nationale rechtsorde voor zover deze in overeenstemming zijn met de Richtlijn In de Belgische rechtsorde vallen onder de koepel van kredietbemiddelaar zowel kredietmakelaars als verbonden agenten. Een kredietmakelaar is, volgens het Wetboek Economisch Recht, een kredietbemiddelaar die partijen bij elkaar brengt. 68 Hij heeft geen vertegenwoordigingsbevoegdheid en kan bijgevolg 63 Art. 4 (5), Richtlijn 2014/17/ЕU. 64 Art. 3 f), Richtlijn 2008/48/EG. 65 R. STEENNOT, Toepassingsgebied van de Wet Consumentenkrediet, in Instituut Financieel Recht (ed.), Financiële regulering in de kering, Antwerpen, Intersentia, 2012, Overweging nr. 68 Richtlijn 2014/17/ЕU. 67 Overweging nr. 14 Richtlijn 2014/17/ЕU. 68 Art. I.9, 37 WER. 14

25 geen kredietovereenkomst sluiten in naam en voor rekening van een kredietgever. 69 De invulling die de Richtlijn Woningkredieten geeft aan het begrip kredietbemiddelaar gaat niet zover dat een kredietmakelaar onder de definitie valt. 70 De Richtlijn geeft duidelijk aan dat enkel een consument rechtstreeks of onrechtstreeks in contact brengen met een kredietgever of kredietbemiddelaar niet voldoende is om als kredietbemiddelaar beschouwd te worden. Hieruit dient afgeleid te worden dat de Belgische wetgever een ruimere invulling toekent aan het begrip kredietbemiddelaar. Een verbonden agent is een kredietbemiddelaar volgens het Wetboek Economisch Recht die handelt voor rekening van en onder de verantwoordelijkheid van slechts één kredietgever of meerdere kredietgevers die behoren tot eenzelfde groep. 71 Deze bezit met andere woorden een aanzienlijk grotere bevoegdheid dan de kredietmakelaar CONSUMENT A. Het begrip doorheen de tijd 34. Het begrip consument heeft doorheen de jaren en door middel van verschillende wetswijzigingen een andere invulling gekregen in het kader van het hypothecair krediet. 35. Onder de Wet op het Hypothecair krediet van 4 augustus 1992 werd een enge definitie van het begrip gehanteerd. De kredietnemer moest uitsluitend handelen met een oogmerk dat vreemd was aan zijn handels-, beroeps- of ambachtelijke activiteiten om als consument beschouwd te worden. 73 Het krediet moest met andere woorden exclusief voor private doeleinden gebruikt worden. Gemengde kredieten 74 waren in geen geval onderworpen aan de Wet op het Hypothecair Krediet D. BLOMMAERT, F. NICHELS en F. BONNARENS, Commentaar bij art. I.9, 37 WER, in X., Bijzondere overeenkomsten. Artikelsgewijze commentaar met overzicht van rechtspraak en rechtsleer., OBO 2016, afl. 108, Art. 4 (5), Richtlijn 2014/17/ЕU. 71 Art. I.9, 36 WER. 72 D. BLOMMAERT, F. BONNARENS en J. VANNEROM, Commentaar bij art. I.9, 36 WER, in X., Bijzondere overeenkomsten. Artikelsgewjize commentaar met overzicht van rechtspraak en rechtsleer., OBO 2016, afl. 108, Art. 1 Wet van 4 augustus 1992 op het hypothecair krediet, BS 19 augustus Onder gemengde kredieten worden kredieten begrepen die zowel voor private doeleinden als professionele doeleinden gebruikt worden. R. STEENNOT, Hoofdstuk 1: bescherming van de consument in de wet handelspraktijken, TPR 2009, D. MEULEMANS, hypothecair krediet, in R. DERINE, H. COUSY, J. COUTURIER, W. DELVA, J. HERBOTS en R. VEKEMAN (eds.), Het onroerend goed in de praktijk, Mechelen, Kluwer, losbl., IX.A

26 36. Met ingang van 1 januari 2004 werd het toepassingsgebied van de Wet op het Hypothecair krediet gewijzigd. De aanleiding hiervoor was de problematiek waarbij bepaalde categorieën van hypothecair gewaarborgde kredieten binnen het toepassingsgebied van de Wet op het Consumentenkrediet vielen 76 doordat in het kader van het consumentenkrediet een andere definitie van consument gehanteerd werd. Hier werd namelijk niet bepaald dat de kredietnemer uitsluitend een private doelstelling diende na te streven. Het was een meer algemeen en voor interpretatie vatbare definitie. De Wet Consumentenkrediet definieerde het begrip namelijk als volgt: elke natuurlijke persoon die ten aanzien van de onder deze wet vallende verrichtingen handelt met een oogmerk dat geacht kan worden vreemd te zijn aan zijn handels-, beroeps- of ambachtelijke activiteiten. 77 Deze definitie had tot gevolg dat in het kader van consumentenkredieten er wel een mogelijkheid was bij een gemengd gebruik de kredietnemer te kwalificeren als een consument. 78 Men onderzocht dan ook de wil van de partijen en het prioritair gebruik door de kredietnemer. 79 Dit in tegenstelling tot de definitie van hypothecair krediet die geen gemengd gebruik toeliet. Dit had als concreet gevolg dat een krediet gewaarborgd door een hypotheek op onroerend goed, die diende tot het financieren van een onroerend goed bestemd voor zowel private als professionele doeleinden, onder de regels van het consumentenkrediet ging ressorteren. De regelgeving rond het consumentenkrediet werd gezien als de lex generalis en de regelgeving rond het hypothecair krediet werd gezien als de lex specialis. 80 De gevolgen in de praktijk van het gebrek aan afstemming van de definities had een contradictorisch effect. Waar hypothecair gewaarborgde kredietovereenkomsten met een gemengd gebruik uitgesloten werden van het beschermingsregime onder de regels van het hypothecair krediet, werden ze dan weer gebracht onder het beschermingsregime van het consumentenkrediet. 37. Het Hof van Cassatie bevestigde in 2014 de meer open zienswijze inzake de consumentenkredieten. Ze stelde dat de definitie van het begrip consument onder de wet van 12 juni 1991 zo geïnterpreteerd diende te worden dat een kredietnemer als consument kan worden aanzien als hij het krediet aangaat hoofdzakelijk voor privédoeleinden Als gevolg van deze incoherentie in het wettelijk begrippenarsenaal die voor praktische 76 D. MEULEMANS, hypothecair krediet, in R. DERINE, H. COUSY, J. COUTURIER, W. DELVA, J. HERBOTS en R. VEKEMAN (eds.), Het onroerend goed in de praktijk, Mechelen, Kluwer, losbl., IX.A Art. 1, 1 Wet van 12 juni 1991 op het consumentenkrediet, BS 9 juli M. DAMBRE, Consumentenkrediet: een commentaar op de nieuwe regelgeving, Gent, Mys & Breesch, 1993, Wetsontwerp van 6 mei 1991 op het consumentenkrediet, Parl. St. Kamer, , nr. 1491/5, P.SOURBRON, Aan de wet onderworpen kredietovereenkomsten, in D. MEULEMANS en G. SCHEPERS (eds.), De nieuwe Wet op het Hypothecair Krediet, Deurne, Kluwer Rechtswetenschappen België, 1993, Cass. 17 oktober 2014, BFR 2014,

27 problemen zorgde, werd de definitie van het begrip in het kader van de hypothecaire kredieten aangepast. Er werd voor geopteerd om uitsluitend te vervangen door hoofdzakelijk. 82 Gemengde kredieten konden bijgevolg ook onder het toepassingsgebied van de wet vallen. 39. In 2014 werd de regelgeving omtrent de hypothecaire kredieten en de consumentenkredieten ingevoerd in Boek VII van het Wetboek van Economisch recht. 83 B. Toestand onder de nieuwe regelgeving 40. De actuele definitie van het begrip consument in het kader van de hypothecaire kredieten luidt als volgt: iedere natuurlijke persoon die handelt voor doeleinden die buiten zijn handels, bedrijfs-, ambachts- of beroepsactiviteit vallen. 84 Deze definitie is gemeenschappelijk aan het Wetboek Economisch Recht. Deze definitie wordt met andere woorden ook gehanteerd in het kader van het consumentenkrediet. Tevens verwijst de Richtlijn Woningkredieten bij het definiëren van het begrip uitdrukkelijk naar de Richtlijn Consumentenkredieten. 85 Bijgevolg kan de verworven kennis over hoe het begrip in het kader van het consumentenkrediet ingevuld wordt, aangewend worden teneinde de invulling in het kader van het hypothecair krediet in te schatten. 1. Het bestemmingscriterium 41. Om te bepalen of een persoon als consument kan worden beschouwd, dient gebruik gemaakt te worden van het bestemmingscriterium. 86 Men dient de doeleinden van de kredietovereenkomst na te gaan door de bestemming van het gefinancierde goed te bekijken. Enig ander criterium is irrelevant. 82 Art. 83 Wet van 24 maart 2003 tot wijziging van de wet van 12 juni 1991 op het consumentenkrediet, BS 2 mei Wet van 19 april 2014 houdende invoeging van Boek VII Betalings-en kredietdiensten in het Wetboek van Economisch recht, houdende invoeging van de definities eigen aan Boek VII en van de straffen voor de inbreuken op Boek VII, in de Boeken I en XV van het Wetboek van Economisch recht en houdende diverse andere bepalingen, BS 28 mei Art. I.1, 2 WER. 85 Art. 4 (1), Richtlijn 2014/17/EU. 86 G. STRAETMANS, consumentenbescherming en marktpraktijken in het Wetboek van Economisch Recht, TPR 2015, (1316)

28 42. Het specialisatiecriterium 87 wordt niet toegepast. 88 Zo zien we dat het Hof van Justitie in de zaak Costea van oordeel is dat het beschikken over een bijzondere expertise omtrent de materie onbelangrijk is bij de kwalificatie van de kredietnemer. 89 In casu sloot een advocaat een kredietovereenkomst met een kredietgever zonder dat melding werd gemaakt van de doelstelling van het krediet. Het specialisme van de advocaat was het handelsrecht, waardoor hij bijgevolg een bijzondere expertise had op het vlak van kredietovereenkomsten. Het Hof beklemtoont in deze zaak dat enkel de bestemming van het gefinancierde krediet dient in overweging genomen te worden. Noch de functie, noch de kennis en ervaring van de kredietnemer zijn relevante criteria. 43. Nu het duidelijk is dat het bestemmingscriterium dient aangewend te worden bij de kwalificatie van de kredietnemer kunnen we stilstaan bij de invulling ervan. 90 De vraag is met name of het doel van het gefinancierde goed objectief of subjectief wordt ingevuld. Bij een objectieve invulling van het criterium dient de kredietgever na te gaan of de aard van het goed of de dienst ofwel privé ofwel professioneel is. De moeilijkheid hierbij is dat vele goederen een dubbele aard bezitten. Het is ook niet ondenkbaar dat de intrinsieke aard van bepaalde goederen niet wordt gerespecteerd en voor een andere bestemming wordt gebruikt. Een tweede mogelijkheid is de subjectieve invulling te hanteren van het criterium. Hierbij zal de kredietgever rekening moeten houden met het doel van het gefinancierde goed die de kredietnemer in gedachten heeft. In deze context stoot men dan weer op een moeilijke bewijsvoering. De kwalificatie wordt dan namelijk afhankelijk van de wil van de kredietnemer. Een compromis dringt zich op. In de praktijk zal men vertrekken van een objectieve invulling en dan zal men bijkomend rekening houden met de concrete omstandigheden Het specialisatiecriterium kwalificeert een kredietnemer als consument indien deze handelt buiten zijn professionele specialiteit. R. STEENNOT, Hoofdstuk 1: bescherming van de consument in de wet handelspraktijken, TPR 2009, (233) R. STEENNOT en J. VANNEROM, Boek VII van het Wetboek Economisch Recht: codificatie, doch tevens innovatie, DCCR 2015, (47) HvJ 3 september 2015, nr. C-110/14, Horatiu Ovidiu Costea tegen Volksbank România, ECLI:EU:C:2015:538. en R. STEENNOT, Nieuwe regelen inzake hypothecair krediet: een verruimd toepassingsgebied en de introductie van gedetailleerde precontractuele informatieverplichtingen, in E. WYMEERSCH, R. HOUBEN en E. DIRIX (eds.), In het vennootschapsbelang: liber amicorum Herman Braeckmans, Antwerpen, Intersentia, 2017, K. MARCHAND en P. CAMBIE, Handelspraktijken en de bescherming van de consument, in I. ARTESCHEINE en N. PORTUGAELS (eds.), Duiding bouwrecht, Brussel, Larcier, Ter illustratie: Een hypothecair krediet kan aangevraagd worden ter financiering van de verwerving van een onroerend goed. De aard van het onroerend goed is niet eenduidig privé dan wel professioneel van aard. Hij zal er dan op aan komen om te weten te komen met welk oogmerk de kredietnemer het goed verwerft. Zo kan hij de intentie hebben om het goed exclusief als woning te gebruiken of is zijn opzet net het huisvesten van zijn dokterspraktijk. Het zal respectievelijk wel en niet als consument beschouwd worden. Het subjectieve element, namelijk de intentie van de kredietnemer, zal hier de doorslag geven bij de beoordeling. R. STEENNOT, G. STRAETMANS, E. TERRYN, B. KEIRSBILCK en B. WYSEUR, Overzicht van rechtspraak consumentenbescherming ( ) en marktpraktijken ( ), TPR 2015,

BOEK VII WER: CAPITA SELECTA INZAKE CONSUMENTEN- EN HYPOTHECAIR KREDIET. Prof. Dr. Reinhard Steennot (Instituut Financieel recht, Ugent)

BOEK VII WER: CAPITA SELECTA INZAKE CONSUMENTEN- EN HYPOTHECAIR KREDIET. Prof. Dr. Reinhard Steennot (Instituut Financieel recht, Ugent) BOEK VII WER: CAPITA SELECTA INZAKE CONSUMENTEN- EN HYPOTHECAIR KREDIET Prof. Dr. Reinhard Steennot (Instituut Financieel recht, Ugent) INLEIDING OVERZICHT Toepassingsgebied Informatieverplichtingen: bewijslast

Nadere informatie

Hypothecair krediet What s in a name?

Hypothecair krediet What s in a name? Hypothecair krediet What s in a name? Bart Garré Liedekerke Wolters Waelbroeck Kirkpatrick Matinée d étude UPC b.garre@liedekerke.com BVK-studievoormiddag 1 Regelgevend kader (1/2) Richtlijn 2014/17/EU:

Nadere informatie

BEMIDDELAARS INZAKE HYPOTHECAIR KREDIET NA RICHTLIJN 2014/17/EU

BEMIDDELAARS INZAKE HYPOTHECAIR KREDIET NA RICHTLIJN 2014/17/EU BEMIDDELAARS INZAKE HYPOTHECAIR KREDIET NA RICHTLIJN 2014/17/EU Prof. dr. Diederik BRULOOT Bemiddelaars inzake hypothecair krediet SITUERING 1 RICHTLIJN 2014/17/EU (MCD) Dubbel doel 1. Hoog niveau van

Nadere informatie

De omzetting van de Richtlijn in Belgisch recht : krachtlijnen en knelpunten

De omzetting van de Richtlijn in Belgisch recht : krachtlijnen en knelpunten Paul HEYMANS, Legal, Tax, Risk & Control Manager Credit Operations, ALLIANZ, Voorzitter van de Juridische Commissie Hypothecair krediet van de BVK en Ondervoorzitter van de EMF 23-10-2015 1 UITGANGSPUNT

Nadere informatie

21 DECEMBER Wet betreffende diverse bepalingen inzake de financiering voor kleine en middelgrote ondernemingen (1)

21 DECEMBER Wet betreffende diverse bepalingen inzake de financiering voor kleine en middelgrote ondernemingen (1) 21 DECEMBER 2013. - Wet betreffende diverse bepalingen inzake de financiering voor kleine en middelgrote ondernemingen (1) FILIP, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Nadere informatie

No.W06.15.0231/III 's-gravenhage, 21 augustus 2015

No.W06.15.0231/III 's-gravenhage, 21 augustus 2015 ... No.W06.15.0231/III 's-gravenhage, 21 augustus 2015 Bij Kabinetsmissive van 9 juli 2015, no.2015001243, heeft Uwe Majesteit, op voordracht van de Minister van Financiën, mede namens de Minister van

Nadere informatie

Het consumentenkrediet. De Wet van 12 juni 1991. Pierre Lettany KLUWER RECHTSWETENSCHAPPEN BELGIE

Het consumentenkrediet. De Wet van 12 juni 1991. Pierre Lettany KLUWER RECHTSWETENSCHAPPEN BELGIE Het consumentenkrediet De Wet van 12 juni 1991 Pierre Lettany KLUWER RECHTSWETENSCHAPPEN BELGIE Voorwoord V Inleiding en doel van de wet 1 1. E.G.-verplichtingen (1) 1 2. Sociaal beleid (2) 1 3. Economisch

Nadere informatie

Vertaling C-110/14-1. Zaak C-110/14. Verzoek om een prejudiciële beslissing

Vertaling C-110/14-1. Zaak C-110/14. Verzoek om een prejudiciële beslissing Vertaling C-110/14-1 Zaak C-110/14 Verzoek om een prejudiciële beslissing Datum van indiening: 7 maart 2014 Verwijzende rechter: Judecătoria Oradea (Roemenië) Datum van de verwijzingsbeslissing: 25 februari

Nadere informatie

Eindtermen Kredietbemiddeling

Eindtermen Kredietbemiddeling Kredietbemiddeling Module 1 Algemene beginselen van de kredietbemiddeling Deel 1 De financiële en juridische omgeving Professionele kennis en 1. Kredietgevers en kredietbemiddelaars 2. Organen voor toezicht,

Nadere informatie

Financial Law Institute

Financial Law Institute Financial Law Institute Working Paper Series WP 2011-04 Reinhard STEENNOT Michel TISON Toepassingsgebied van de Wet Challenging the Prudential Supervisor: liability Consumentenkrediet versus (regulatory)

Nadere informatie

Inhoudstafel. iii. Ten geleide... HOOFDSTUK 1. TOEPASSELIJKE WETGEVING OP VASTGOEDCONTRACTEN

Inhoudstafel. iii. Ten geleide... HOOFDSTUK 1. TOEPASSELIJKE WETGEVING OP VASTGOEDCONTRACTEN Inhoudstafel Ten geleide...................................................... i HOOFDSTUK 1. TOEPASSELIJKE WETGEVING OP VASTGOEDCONTRACTEN GESLOTEN DOOR EEN RECHTSPERSOON.................. 1 Dirk MEULEMANS,

Nadere informatie

De (nieuwe) regelen inzake consumentenkrediet in Boek VII WER

De (nieuwe) regelen inzake consumentenkrediet in Boek VII WER De (nieuwe) regelen inzake consumentenkrediet in Boek VII WER Prof. Dr. Reinhard Steennot Instituut Financieel Recht (UGent) Interuniversitair Centrum Recht & Consument (UGent UA) Inleiding Boek VII: financiële

Nadere informatie

Krediet KMO Wet KMO Financiering Informatieverplichting Wederbeleggingsvergoeding Zekerheden Onrechtmatig beding

Krediet KMO Wet KMO Financiering Informatieverplichting Wederbeleggingsvergoeding Zekerheden Onrechtmatig beding Krediet KMO Wet KMO Financiering Informatieverplichting Wederbeleggingsvergoeding Zekerheden Onrechtmatig beding Mrs. Régine Feltkamp Mr. Gerrit Hendrikx Advocaat-Avocat-Attorney Professor V.U.B. Junior

Nadere informatie

Online Seminar ING Excellent Introductie in de Mortgage Credit Directive

Online Seminar ING Excellent Introductie in de Mortgage Credit Directive Online Seminar ING Excellent Introductie in de Mortgage Credit Directive Mr. J. Oosterbaan Martinius Algemeen directeur Bureau D & O Amsterdam November 2015 Hartelijk Welkom Wij willen u vandaag kennis

Nadere informatie

Precontractuele informatieverplichtingen in het kredietrecht, een vergelijking tussen het gemeen recht en de Wet Consumentenkrediet

Precontractuele informatieverplichtingen in het kredietrecht, een vergelijking tussen het gemeen recht en de Wet Consumentenkrediet Faculteit Rechtsgeleerdheid Academiejaar 2011-2012 Precontractuele informatieverplichtingen in het kredietrecht, een vergelijking tussen het gemeen recht en de Wet Consumentenkrediet Masterproef van de

Nadere informatie

Richtlijn 2014/17/EU

Richtlijn 2014/17/EU Richtlijn 2014/17/EU Naar een strenger woonkredietrecht? Dr. Johan Vannerom Advocaat Senior Affiliated Researcher KU Leuven Click to add Title Inhoudsopgave I. Inleiding II. III. IV. Harmonisatieniveau

Nadere informatie

RAAD VOOR HET VERBRUIK ADVIES

RAAD VOOR HET VERBRUIK ADVIES RvV-513 RAAD VOOR HET VERBRUIK ADVIES Over een voorontwerp van Koninklijk Besluit tot wijziging van het Koninklijk Besluit van 23 oktober 2015 betreffende de uitvoering, wat de sociale kredietgevers en

Nadere informatie

De nieuwe regeling voor hypothecair krediet: focus op de precontractuele fase

De nieuwe regeling voor hypothecair krediet: focus op de precontractuele fase De nieuwe regeling voor hypothecair krediet: focus op de precontractuele fase Pauline Verbiest 1 1. Inleiding................................................................................ 846 2. Een

Nadere informatie

RAAD VOOR HET VERBRUIK ADVIES

RAAD VOOR HET VERBRUIK ADVIES RvV 501 RAAD VOOR HET VERBRUIK ADVIES Over een ontwerp van koninklijk besluit tot regeling van de Centrale voor Kredieten aan Particulieren Brussel, 29 november 2016 SAMENVATTING Aanleiding tot dit ontwerp

Nadere informatie

Omzetting van de Europese richtlijn naar het Belgisch recht

Omzetting van de Europese richtlijn naar het Belgisch recht 87 HOOFDSTUK 1 Omzetting van de Europese richtlijn naar het Belgisch recht AFDELING 1 Het fiscale stelsel opgelegd door de Europese fiscale fusierichtlijn van 23 juli 1990 (veelvuldig gewijzigd) 1. Toepassingsgebied

Nadere informatie

FSMA_2016_12 dd. 4/08/2016

FSMA_2016_12 dd. 4/08/2016 FSMA_2016_12 dd. 4/08/2016 De richtsnoeren die in dit document aan bod komen, zijn van toepassing op de volgende ondernemingen (hierna "de gereglementeerde ondernemingen" genoemd): - de kredietinstellingen

Nadere informatie

Studiedag De bescherming van consumenten in de (recente) rechtspraktijk: hoe gebruik ik dit in schuldendossiers?

Studiedag De bescherming van consumenten in de (recente) rechtspraktijk: hoe gebruik ik dit in schuldendossiers? Studiedag De bescherming van consumenten in de (recente) rechtspraktijk: hoe gebruik ik dit in schuldendossiers? Praktijkgerichte toelichting van (recente) rechtspraak consumentenbescherming met aandacht

Nadere informatie

Kredietbemiddeling eindtermen

Kredietbemiddeling eindtermen Kredietbemiddeling eindtermen Module/examen 2 Consumentenkrediet Deel 1 Met krediet aanverwante materie: de debet en kredietkaart Beroepskennis en basiskennis Onderwerpen De personen die hun professionele

Nadere informatie

Implicaties van de EU richtlijn inzake hypothecair krediet voor het Belgisch recht

Implicaties van de EU richtlijn inzake hypothecair krediet voor het Belgisch recht Faculteit Rechtsgeleerdheid Universiteit Gent Academiejaar 2014-2015 Implicaties van de EU richtlijn inzake hypothecair krediet voor het Belgisch recht Masterproef van de opleiding Master na Master in

Nadere informatie

De Commissie voor de bescherming van de persoonlijke levenssfeer;

De Commissie voor de bescherming van de persoonlijke levenssfeer; 1/6 Advies nr 60/2016 van 23 november 2016 Betreft: Ontwerp van Koninklijk Besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 7 juli 2002 tot regeling van de Centrale voor Kredieten aan Particulieren

Nadere informatie

DE WIJZIGINGEN AAN DE WET KMO-FINANCIERING

DE WIJZIGINGEN AAN DE WET KMO-FINANCIERING DE WIJZIGINGEN AAN DE WET KMO-FINANCIERING Aantal woorden: 17.596 Evelyn Fiers Studentennummer: 01201706 Promotor: Prof. dr. Kristof Maresceau Commissaris: Brecht Lambrecht Masterproef voorgelegd voor

Nadere informatie

EUROPESE OVEREENKOMST OVER EEN VRIJWILLIGE GEDRAGSCODE BETREFFENDE VOORLICHTING IN DE PRECONTRACTUELE FASE INZAKE WONINGKREDIETEN ("DE OVEREENKOMST")

EUROPESE OVEREENKOMST OVER EEN VRIJWILLIGE GEDRAGSCODE BETREFFENDE VOORLICHTING IN DE PRECONTRACTUELE FASE INZAKE WONINGKREDIETEN (DE OVEREENKOMST) EUROPESE OVEREENKOMST OVER EEN VRIJWILLIGE GEDRAGSCODE BETREFFENDE VOORLICHTING IN DE PRECONTRACTUELE FASE INZAKE WONINGKREDIETEN ("DE OVEREENKOMST") Deze Overeenkomst is tot stand gekomen door onderhandelingen

Nadere informatie

Datum van inontvangstneming : 03/02/2015

Datum van inontvangstneming : 03/02/2015 Datum van inontvangstneming : 03/02/2015 Vertaling C-610/14-1 Zaak C-610/14 Verzoek om een prejudiciële beslissing Datum van indiening: 29 december 2014 Verwijzende rechter: Okresný súd Prešov Datum van

Nadere informatie

Toelichtingen bij enkele begrippen uit de wet marktpraktijken. Bescherming van de consument bv: onrechtmatige bedingen, prijsaanduiding

Toelichtingen bij enkele begrippen uit de wet marktpraktijken. Bescherming van de consument bv: onrechtmatige bedingen, prijsaanduiding Consumentenrecht Toelichtingen bij enkele begrippen uit de wet marktpraktijken Doelstelling van de wet Bescherming van de consument bv: onrechtmatige bedingen, prijsaanduiding Bescherming van de eerlijke

Nadere informatie

Boek I, titel 2 van het Wetboek van economisch recht Hoofdstuk 5. Definities eigen aan boek XIV:

Boek I, titel 2 van het Wetboek van economisch recht Hoofdstuk 5. Definities eigen aan boek XIV: Vrij beroep 1/ België Wet van 15 mei 2014 houdende invoeging van Boek XIV "Marktpraktijken en consumentenbescherming betreffende de beoefenaars van een vrij beroep" in het Wetboek van economisch recht

Nadere informatie

B67 Consumentenkrediet

B67 Consumentenkrediet MONOGRAFIEËN BW B67 Consumentenkrediet Mr. drs. J.W.A. Biemans Kluwer a W olters Kluwer business Deventer - 2013 INHOUDSOPGAVE Voorwoord / V Afkortingenlijst / XIII Verkort aangehaalde literatuur / XV

Nadere informatie

A. Inleiding. De Hoge Raad had zijn advies uitgebracht op 7 september 2017.

A. Inleiding. De Hoge Raad had zijn advies uitgebracht op 7 september 2017. Advies van 20 december 2017 over het ontwerp van koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 12 november 2012 met betrekking tot de beheervennootschappen van instellingen voor collectieve

Nadere informatie

Hof van Cassatie van België

Hof van Cassatie van België 17 OKTOBER 2014 C.13.0400.N/1 Hof van Cassatie van België Arrest Nr. C.13.0400.N A. B., eiseres, vertegenwoordigd door mr. Paul Lefèbvre, advocaat bij het Hof van Cassatie, met kantoor te 1050 Brussel,

Nadere informatie

Reclame voor kredietovereenkomsten: juridische analyse en een empirisch onderzoek

Reclame voor kredietovereenkomsten: juridische analyse en een empirisch onderzoek Faculteit Rechtsgeleerdheid Academiejaar 2013-14 Reclame voor kredietovereenkomsten: juridische analyse en een empirisch onderzoek Masterproef van de opleiding Master in de rechten Ingediend door Servaas

Nadere informatie

Totstandkoming van de kredietovereenkomst Precontractuele Fase

Totstandkoming van de kredietovereenkomst Precontractuele Fase Totstandkoming van de kredietovereenkomst Precontractuele Fase Paul HEYMANS, Legal, Tax, Risk & Control Manager Credit Operations, ALLIANZ, Voorzitter van de Juridische Commissie Hypothecair krediet van

Nadere informatie

Inhoudstafel. De Bibliotheek Handelsrecht Larcier... i Voorwoord bij de Reeks Bank- en insolventierecht...iii. Voorafgaande opmerking...

Inhoudstafel. De Bibliotheek Handelsrecht Larcier... i Voorwoord bij de Reeks Bank- en insolventierecht...iii. Voorafgaande opmerking... financiele-diensten.book Page v Thursday, October 27, 2005 2:58 PM v De Bibliotheek Handelsrecht Larcier...................................... i Voorwoord bij de Reeks Bank- en insolventierecht...........................iii

Nadere informatie

RAAD VOOR HET VERBRUIK ADVIES

RAAD VOOR HET VERBRUIK ADVIES RvV-468 RAAD VOOR HET VERBRUIK ADVIES Over een voorontwerp van koninklijk besluit tot het nemen van bijzondere maatregelen en tot afwijken van sommige bepalingen van boek VI van het Wetboek van economisch

Nadere informatie

Wet van 19/12/05 betreffende precontractuele informatie bij commerciële samenwerkingsovereenkomsten

Wet van 19/12/05 betreffende precontractuele informatie bij commerciële samenwerkingsovereenkomsten Wet van 19/12/05 betreffende precontractuele informatie bij commerciële samenwerkingsovereenkomsten Op 18.01.2006 verscheen in het Belgisch Staatsblad de Wet betreffende de precontractuele informatie bij

Nadere informatie

Datum van inontvangstneming : 22/05/2012

Datum van inontvangstneming : 22/05/2012 Datum van inontvangstneming : 22/05/2012 Vertaling C-123/12-1 Datum van indiening: 6 maart 2012 Verwijzende rechter: Zaak C-123/12 Verzoek om een prejudiciële beslissing Tribunalul Giurgiu (Roemenië) Datum

Nadere informatie

GEVOLGEN VAN EN OPLOSSINGEN VOOR WANBETALINGEN ONDER EEN CONSUMENTENKREDIET

GEVOLGEN VAN EN OPLOSSINGEN VOOR WANBETALINGEN ONDER EEN CONSUMENTENKREDIET GEVOLGEN VAN EN OPLOSSINGEN VOOR WANBETALINGEN ONDER EEN CONSUMENTENKREDIET Aantal woorden: < 51.736 > Larissa Schreuders Stamnummer: 01204134 Promotor: Prof. dr. Reinhard Steennot Commissaris: Ines Vandevelde

Nadere informatie

TETRALERT - ONDERNEMING WET FINANCIERING KMO S

TETRALERT - ONDERNEMING WET FINANCIERING KMO S 1 TETRALERT - ONDERNEMING WET FINANCIERING KMO S 1. Inleiding De wet van 21 december 2013 betreffende diverse bepalingen inzake de financiering voor kleine en middelgrote ondernemingen (hierna de «Wet»)

Nadere informatie

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Economische Gemeenschap, inzonderheid op artikel 100 A,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Economische Gemeenschap, inzonderheid op artikel 100 A, RICHTLIJN VAN DE RAAD van 22 februari 1990 tot wijziging van Richtlijn 87/102/EEG betreffende de harmonisatie van de wettelijke en bestuursrechtelijke bepalingen der Lid-Staten inzake het consumentenkrediet

Nadere informatie

Het Besluit uitvoering EU-verordeningen financiële markten wordt als volgt gewijzigd:

Het Besluit uitvoering EU-verordeningen financiële markten wordt als volgt gewijzigd: Besluit van tot wijziging van het Besluit uitvoering EU-verordeningen financiële markten, het Besluit Gedragstoezicht financiële ondernemingen Wft en het Besluit bestuurlijke boetes financiële sector in

Nadere informatie

CIRCULAIRE PPB CPB van de CBFA over de voorbereiding op de inwerkingtreding van de MiFID- richtlijn

CIRCULAIRE PPB CPB van de CBFA over de voorbereiding op de inwerkingtreding van de MiFID- richtlijn Prudentieel beleid Brussel, 20 juni 2007 CIRCULAIRE PPB-2007-8-CPB van de CBFA over de voorbereiding op de inwerkingtreding van de MiFID- richtlijn (circulaire aan de kredietinstellingen, de beleggingsondernemingen,

Nadere informatie

EERSTE KAMER DER STATEN-GENERAAL

EERSTE KAMER DER STATEN-GENERAAL EERSTE KAMER DER STATEN-GENERAAL I Vergaderjaar 2010-2011 32 339 Wijziging van Boek 7 van het Burgerlijk Wetboek, de Wet op het financieel toezicht en enige andere wetten ter implementatie van richtlijn

Nadere informatie

Statuten kredietbemiddelaar

Statuten kredietbemiddelaar Statuten kredietbemiddelaar Stijn Vanhalst juridisch medewerker Wat is FVF Federatie voor Verzekerings- en Financiële tussenpersonen Verzekeringsmakelaars Meer dan 1.600 leden in Vlaanderen Belangenverdediging

Nadere informatie

EUROPEES PARLEMENT. Commissie milieubeheer, volksgezondheid en consumentenbeleid. aan de Commissie juridische zaken en interne markt

EUROPEES PARLEMENT. Commissie milieubeheer, volksgezondheid en consumentenbeleid. aan de Commissie juridische zaken en interne markt EUROPEES PARLEMENT 1999 2004 Commissie milieubeheer, volksgezondheid en consumentenbeleid 21 november 2002 VOORLOPIGE VERSIE 2002/0222(COD) ONTWERPADVIES van de Commissie milieubeheer, volksgezondheid

Nadere informatie

PRECONTRACTUELE INFORMATIEVERPLICHTINGEN IN HET KREDIETRECHT

PRECONTRACTUELE INFORMATIEVERPLICHTINGEN IN HET KREDIETRECHT Faculteit Rechtsgeleerdheid Universiteit Gent Academiejaar 2009-10 PRECONTRACTUELE INFORMATIEVERPLICHTINGEN IN HET KREDIETRECHT Een vergelijking van de wet op het consumentenkrediet met het gemeen kredietrecht

Nadere informatie

Voorstel voor een VERORDENING VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD

Voorstel voor een VERORDENING VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD EUROPESE COMMISSIE Brussel, 9.8.2017 COM(2017) 422 final 2017/0189 (COD) Voorstel voor een VERORDENING VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD tot vervanging van bijlage A bij Verordening (EU) 2015/848 betreffende

Nadere informatie

Wet van 12 juni 1991 op het consumentenkrediet (BS 9 juli 1991) zoals gewijzigd bij wet van 13 juni 2010 (BS 21 juni 2010).

Wet van 12 juni 1991 op het consumentenkrediet (BS 9 juli 1991) zoals gewijzigd bij wet van 13 juni 2010 (BS 21 juni 2010). Wet van 12 juni 1991 op het consumentenkrediet (BS 9 juli 1991) zoals gewijzigd bij wet van 13 juni 2010 (BS 21 juni 2010). Art. 11 1 Te gelegener tijd voordat de consument door een kredietovereenkomst

Nadere informatie

De wederbeleggingsvergoeding

De wederbeleggingsvergoeding De wederbeleggingsvergoeding FORUM ADVOCATEN BVBA Nassaustraat 37-41 2000 Antwerpen T 03 369 95 65 F 03 369 95 66 E info@forumadvocaten.be W www.forumadvocaten.be 1 Inhoud Relevantie Onderscheid lening

Nadere informatie

GEDELEGEERDE VERORDENING (EU) Nr. /.. VAN DE COMMISSIE. van 19.9.2014

GEDELEGEERDE VERORDENING (EU) Nr. /.. VAN DE COMMISSIE. van 19.9.2014 EUROPESE COMMISSIE Brussel, 19.9.2014 C(2014) 6515 final GEDELEGEERDE VERORDENING (EU) Nr. /.. VAN DE COMMISSIE van 19.9.2014 tot aanvulling van Richtlijn 2014/17/EU van het Europees Parlement en de Raad

Nadere informatie

Auteur. Onderwerp. Datum

Auteur. Onderwerp. Datum Auteur Stefan Nerinckx Onderwerp Het toepasselijk recht op verbintenissen voortvloeiend uit (internationale) arbeidsovereenkomsten: een nieuwe Europese verordening in de maak? Datum april 2005 Copyright

Nadere informatie

RAAD VOOR HET VERBRUIK ADVIES

RAAD VOOR HET VERBRUIK ADVIES RvV 511 RAAD VOOR HET VERBRUIK ADVIES Over een voorontwerp van wet houdende hervorming van het ondernemingsrecht. Brussel, 5 juli 2017 SAMENVATTING De Raad voor het Verbruik werd op 22 juni 2017 door de

Nadere informatie

Rechtsvordering : ook nadien niet-aangegeven inkomsten

Rechtsvordering : ook nadien niet-aangegeven inkomsten Rechtsvordering : ook nadien niet-aangegeven inkomsten Auteur(s): Filip Smet Editie: 1202 p. 9 Publicatiedatum: 21 april 2010 Rechtbank/Hof: Cassatie Datum van uitspraak: 11 februari 2010 Wetboek: W.I.B.

Nadere informatie

MEDEDELING AAN DE LEDEN

MEDEDELING AAN DE LEDEN EUROPEES PARLEMENT 2009-2014 Commissie verzoekschriften 28.11.2014 MEDEDELING AAN DE LEDEN Betreft: Verzoekschrift nr. 0824/2008, ingediend door Kroum Kroumov (Bulgaarse nationaliteit), gesteund door zestien

Nadere informatie

A D V I E S Nr. 1.438 ------------------------------- Zitting van woensdag 19 maart 2003

A D V I E S Nr. 1.438 ------------------------------- Zitting van woensdag 19 maart 2003 A D V I E S Nr. 1.438 ------------------------------- Zitting van woensdag 19 maart 2003 Ontwerp van koninklijk besluit tot wijziging van artikel 19 van het koninklijk besluit van 28 november 1969 tot

Nadere informatie

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Economische Gemeenschap, inzonderheid op artikel 100,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Economische Gemeenschap, inzonderheid op artikel 100, RICHTLIJN VAN DE RAAD van 22 december 1986 betreffende de harmonisatie van de wettelijke en bestuursrechtelijke bepalingen der Lid-Staten inzake het consumentenkrediet (87/102/CEE) DE RAAD VAN DE EUROPESE

Nadere informatie

Date de réception : 16/12/2011

Date de réception : 16/12/2011 Date de réception : 16/12/2011 Resumé C-571/11-1 Zaak C-571/11 Resumé van het verzoek om een prejudiciële beslissing overeenkomstig artikel 104, lid 1, van het Reglement voor de procesvoering van het Hof

Nadere informatie

De Commissie voor de bescherming van de persoonlijke levenssfeer;

De Commissie voor de bescherming van de persoonlijke levenssfeer; 1/6 Advies nr 25/2010 van 1 september 2010 Betreft: Advies betreffende het ontwerp van koninklijk besluit houdende wijziging van verschillende besluiten betreffende registratie van persoonsgegevens ingevolge

Nadere informatie

J.-P. Snappe, E. Derycke, T. Merckx-Van Goey, P. Nihoul en R. Leysen

J.-P. Snappe, E. Derycke, T. Merckx-Van Goey, P. Nihoul en R. Leysen Grondwettelijk Hof 15 oktober 2015 Voorzitters: Rechters: Advocaten: A. Alen en J. Spreutels J.-P. Snappe, E. Derycke, T. Merckx-Van Goey, P. Nihoul en R. Leysen N. Maes Grondwet gelijkheid en niet-discriminatie

Nadere informatie

de Koning > Retouradres Postbus 20201 2500 EE Den Haag Directie Financiele Markten

de Koning > Retouradres Postbus 20201 2500 EE Den Haag Directie Financiele Markten > Retouradres Postbus 20201 2500 EE Den Haag de Koning Korte Voorhout 7 2511 CW Den Haag Postbus 20201 2500 EE Den Haag www.rijksoverheid.nl Uw brief (kenmerk) Datum 24 september 2015 Betreft Nader rapport

Nadere informatie

Wetboek van economisch recht consumentenkrediet. Art. 1, 1 Art. I.1, 2. Art. 1, 2 Art. I.9, 34. Art. 1, 3 Art. I.9, 35. Art. 1, 4 Art. I.

Wetboek van economisch recht consumentenkrediet. Art. 1, 1 Art. I.1, 2. Art. 1, 2 Art. I.9, 34. Art. 1, 3 Art. I.9, 35. Art. 1, 4 Art. I. Hoofdstuk 6 - Bijlage 1. Concordantietabel wet op het consumentenkrediet - Wetboek van Economisch recht (bron: FOD Economie) Wet van 12 juni 1991 op het Wetboek van economisch recht consumentenkrediet

Nadere informatie

De Commissie voor de bescherming van de persoonlijke levenssfeer,

De Commissie voor de bescherming van de persoonlijke levenssfeer, KONINKRIJK BELGIE 1000 Brussel, Postadres : Ministerie van Justitie Waterloolaan 115 Kantoren : Regentschapsstraat 61 Tel. : 02 / 542.72.00 Fax : 02 / 542.72.12 COMMISSIE VOOR DE BESCHERMING VAN DE PERSOONLIJKE

Nadere informatie

Deel I. Belangrijkste basiswetgeving

Deel I. Belangrijkste basiswetgeving Deel I. Belangrijkste basiswetgeving Burgerlijk wetboek (Uittreksel) - Consumentenkoop........... 3 Burgerlijk wetboek (Uittreksel) - Kosteloze borgtocht.......... 5 Wet van 6 april 2010 betreffende marktpraktijken

Nadere informatie

Circulaire 2018/C/37 betreffende de invoering van een nieuwe vrijstelling van de taks op de beursverrichtingen

Circulaire 2018/C/37 betreffende de invoering van een nieuwe vrijstelling van de taks op de beursverrichtingen Eigenschappen Titel : Circulaire 2018/C/37 betreffende de invoering van een nieuwe vrijstelling van de taks op de beursverrichtingen Samenvatting : vrijstelling van de TOB met betrekking tot verrichtingen

Nadere informatie

A. Inleiding. beroepen. 2 Hervorming verschenen in het Publicatieblad van de Europese Unie L158 van 27 mei 2014.

A. Inleiding. beroepen. 2 Hervorming verschenen in het Publicatieblad van de Europese Unie L158 van 27 mei 2014. Advies van 7 september 2017 over het ontwerp van koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 12 november 2012 met betrekking tot de beheervennootschappen van instellingen voor collectieve

Nadere informatie

Hoofdstuk I: Inzake de toepasselijke wetgeving:

Hoofdstuk I: Inzake de toepasselijke wetgeving: Hoofdstuk I: Inzake de toepasselijke wetgeving: Afdeling I: De oorspronkelijke wet van 5 juli 1998 en de diverse wetswijzigingen: Bij wet van 5 juli 1998 2 werd een titel IV toegevoegd aan het Gerechtelijk

Nadere informatie

Advies. Over het voorontwerp van decreet tot invoering van een verhoogd abattement bij hypotheekvestiging op de enige woning

Advies. Over het voorontwerp van decreet tot invoering van een verhoogd abattement bij hypotheekvestiging op de enige woning Brussel, 9 juli 2008 070908 Advies decreet hypotheekvestiging Advies Over het voorontwerp van decreet tot invoering van een verhoogd abattement bij hypotheekvestiging op de enige woning 1. Toelichting

Nadere informatie

Een nieuw statuut voor kredietgevers en kredietbemiddelaars

Een nieuw statuut voor kredietgevers en kredietbemiddelaars Een nieuw statuut voor kredietgevers en kredietbemiddelaars Compliance Forum 6 oktober 2015 1. Inleiding 2 FOD Economie FSMA Organisatie van het toezicht Toezicht op de naleving van de wetgeving, o.m.

Nadere informatie

UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT RECHTSGELEERDHEID Academiejaar 2014-2015

UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT RECHTSGELEERDHEID Academiejaar 2014-2015 UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT RECHTSGELEERDHEID Academiejaar 2014-2015 De regulering van rentevoeten inzake hypothecair krediet De Belgische regeling in rechtsvergelijkend perspectief Masterproef van de

Nadere informatie

Instelling. Onderwerp. Datum

Instelling. Onderwerp. Datum Instelling The Bright Side Newsletter n 23 Bright Advocaten www.b-right.be Onderwerp Verbod op verkoop met verlies in strijd met het Europees recht Datum 22 april 2013 Copyright and disclaimer De inhoud

Nadere informatie

Dekimpe & Vandenberghe BVBA Molenkouter Rollegem - tel: 056/ fax: 056/

Dekimpe & Vandenberghe BVBA Molenkouter Rollegem - tel: 056/ fax: 056/ Dekimpe & Vandenberghe BVBA Molenkouter 12 8510 Rollegem deva@dvv.be - tel: 056/253688 - fax: 056/253689 www.sterkverzekerd.be Ondernemingsnummer 0434586017 - Ingeschreven als kredietmakelaar in hypothecair

Nadere informatie

Voorstel van decreet. van de heren Sas van Rouveroij, Ivan Sabbe, Björn Rzoska, Bart Tommelein en Lode Vereeck

Voorstel van decreet. van de heren Sas van Rouveroij, Ivan Sabbe, Björn Rzoska, Bart Tommelein en Lode Vereeck stuk ingediend op 2198 (2013-2014) Nr. 1 3 oktober 2013 (2013-2014) Voorstel van decreet van de heren Sas van Rouveroij, Ivan Sabbe, Björn Rzoska, Bart Tommelein en Lode Vereeck houdende wijziging van

Nadere informatie

VRAGEN VAN RESPONSIBLE LENDING BIJ KREDIETVERLENING DOOR HET IMF

VRAGEN VAN RESPONSIBLE LENDING BIJ KREDIETVERLENING DOOR HET IMF VRAGEN VAN RESPONSIBLE LENDING BIJ KREDIETVERLENING DOOR HET IMF Aantal woorden: 40 260 Laura Meuleman Studentennummer: 01102218 Promotor: Prof. Dr. Diederik Bruloot Commissaris: Dhr. Brecht Lambrecht

Nadere informatie

ARREST VAN HET HOF (Vijfde kamer) 10 mei 2001 *

ARREST VAN HET HOF (Vijfde kamer) 10 mei 2001 * ARREST VAN 10. 5. 2001 ZAAK C-144/99 ARREST VAN HET HOF (Vijfde kamer) 10 mei 2001 * In zaak C-144/99, Commissie van de Europese Gemeenschappen, vertegenwoordigd door P. van Nuffel als gemachtigde, bijgestaan

Nadere informatie

7566/17 eer/gys/sl 1 DGG 3B

7566/17 eer/gys/sl 1 DGG 3B Raad van de Europese Unie Brussel, 23 maart 2017 (OR. en) Interinstitutioneel dossier: 2016/0279 (COD) 7566/17 PI 33 CODEC 463 NOTA van: aan: het secretariaat-generaal van de Raad de delegaties nr. vorig

Nadere informatie

HOGE RAAD VOOR DE ZELFSTANDIGEN EN DE KMO

HOGE RAAD VOOR DE ZELFSTANDIGEN EN DE KMO HOGE RAAD VOOR DE ZELFSTANDIGEN EN DE KMO N HANDELSPRAT - Fitness A04 Brussel, 29 september 2010 MH/SL/AS A D V I E S over EEN ONTWERP VAN KONINKLIJK BESLUIT BETREFFENDE DE FITNESS- EN WELLNESSCONTRACTEN

Nadere informatie

COMMISSIE VOOR BOEKHOUDKUNDIGE NORMEN. CBN-advies Omrekening van kapitaal bij grensoverschrijdende fusies

COMMISSIE VOOR BOEKHOUDKUNDIGE NORMEN. CBN-advies Omrekening van kapitaal bij grensoverschrijdende fusies COMMISSIE VOOR BOEKHOUDKUNDIGE NORMEN Omrekening van kapitaal bij grensoverschrijdende fusies Advies van 16 december 2009 I. INLEIDING De Belgische wetgever heeft de grensoverschrijdende fusie, voorzien

Nadere informatie

The Impact of the ECHR on Private International Law: An Analysis of Strasbourg and Selected National Case Law L.R. Kiestra

The Impact of the ECHR on Private International Law: An Analysis of Strasbourg and Selected National Case Law L.R. Kiestra The Impact of the ECHR on Private International Law: An Analysis of Strasbourg and Selected National Case Law L.R. Kiestra Samenvatting Dit onderzoek heeft als onderwerp de invloed van het Europees Verdrag

Nadere informatie

1.2 Belanghebbende heeft een verweerschrift ingediend dat de Commissie van Beroep op 11 november 2013 heeft ontvangen.

1.2 Belanghebbende heeft een verweerschrift ingediend dat de Commissie van Beroep op 11 november 2013 heeft ontvangen. Uitspraak Commissie van Beroep 2014-007 d.d. 31 januari 2014 (mr. W.J.J. Los, voorzitter, mr. A. Bus, mr. J.B. Fleers, drs. P.H.M. Kuijs AAG, prof. mr. F.R. Salomons, leden, en mr. M.J. Drijftholt, secretaris)

Nadere informatie

Art. 1, 26 Art. VII.67, 1 et 2 Art. 2, lid 1 Art. VII.2, 2 Art. 2, lid 2 Art. VII. 2, 3 Art. 3, 1, 1 à 3 Art. VII. 3, 2, 1 à 3

Art. 1, 26 Art. VII.67, 1 et 2 Art. 2, lid 1 Art. VII.2, 2 Art. 2, lid 2 Art. VII. 2, 3 Art. 3, 1, 1 à 3 Art. VII. 3, 2, 1 à 3 Wet van 12 juni 1991 op het consumentenkrediet Hoofdstuk 1. Definities en toepassingsgebied Wetboek van economisch recht Art. 1, 1 Art. I.1, 2 Art. 1, 2 Art. I.9, 34 Art. 1, 3 Art. I.9, 35 Art. 1, 4 Art.

Nadere informatie

N HANDELSPR Fin. diensten A 03 Brussel, MH/SL/LC A D V I E S. betreffende

N HANDELSPR Fin. diensten A 03 Brussel, MH/SL/LC A D V I E S. betreffende N HANDELSPR Fin. diensten A 03 Brussel, 18.05.2005 MH/SL/LC A D V I E S betreffende DE OMZETTING IN BELGISCH RECHT VAN TWEE EUROPESE RICHTLIJNEN INZAKE FINANCIËLE DIENSTEN OP AFSTAND (bekrachtigd door

Nadere informatie

Rolnummer Arrest nr. 84/2007 van 7 juni 2007 A R R E S T

Rolnummer Arrest nr. 84/2007 van 7 juni 2007 A R R E S T Rolnummer 4100 Arrest nr. 84/2007 van 7 juni 2007 A R R E S T In zake : de prejudiciële vraag betreffende de artikelen 12, 1, en 253 van het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992, gesteld door het Hof

Nadere informatie

Voorstel van decreet. van de heren Sven Gatz, Dirk Van Mechelen, Marino Keulen en Sas van Rouveroij. 367 ( ) Nr. 1 9 februari 2010 ( )

Voorstel van decreet. van de heren Sven Gatz, Dirk Van Mechelen, Marino Keulen en Sas van Rouveroij. 367 ( ) Nr. 1 9 februari 2010 ( ) stuk ingediend op 367 (2009-2010) Nr. 1 9 februari 2010 (2009-2010) Voorstel van decreet van de heren Sven Gatz, Dirk Van Mechelen, Marino Keulen en Sas van Rouveroij houdende wijziging van artikel 159

Nadere informatie

De Commissie voor de bescherming van de persoonlijke levenssfeer;

De Commissie voor de bescherming van de persoonlijke levenssfeer; 1/6 Advies nr 56/2013 van 6 november 2013 Betreft: Advies inzake het ontwerp van Koninklijk besluit tot vaststelling van de bijzondere voorwaarden betreffende het register van de gemeentelijke administratieve

Nadere informatie

ACTUALIA ECONOMISCH RECHT EN CONSUMENTENBESCHERMING

ACTUALIA ECONOMISCH RECHT EN CONSUMENTENBESCHERMING ACTUALIA ECONOMISCH RECHT EN CONSUMENTENBESCHERMING Het Centrum voor Beroepsvervolmaking in de Rechten (CBR) is een feitelijk samenwerkingsverband tussen de Raad van de Orde der Advocaten bij de balie

Nadere informatie

Artikelen 10, 11 en 15 Wet Consumentenkrediet: over informatie, toelichting, advies en onthouding

Artikelen 10, 11 en 15 Wet Consumentenkrediet: over informatie, toelichting, advies en onthouding DOSSIER: Le crédit à la consommation 1991-2011 / Consumentenkrediet 1991-2011 Reinhard STEENNOT Hoofddocent, Instituut Financieel Recht, Ugent Artikelen 10, 11 en 15 Wet Consumentenkrediet: over informatie,

Nadere informatie

Datum van inontvangstneming : 23/09/2014

Datum van inontvangstneming : 23/09/2014 Datum van inontvangstneming : 23/09/2014 Samenvatting C-372/14-1 Zaak C-372/14 Samenvatting van het verzoek om een prejudiciële beslissing in de zin van artikel 98, lid 1, van het Reglement voor de procesvoering

Nadere informatie

Wij Willem-Alexander, bij de Gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau enz. enz. enz.

Wij Willem-Alexander, bij de Gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau enz. enz. enz. Wijziging van de Wet op het financieel toezicht, Boek 7 van het Burgerlijk Wetboek en de Overgangswet nieuw Burgerlijk Wetboek ter implementatie van richtlijn nr. 2014/17/EU van het Europees Parlement

Nadere informatie

Richtlijn betreffende bescherming rechten op aanvullend pensioen

Richtlijn betreffende bescherming rechten op aanvullend pensioen Richtlijn betreffende bescherming rechten op aanvullend pensioen Richtlijn 98/49/EG van de Raad van 29 juni 1998 betreffende de bescherming van de rechten op aanvullend pensioen van werknemers en zelfstandigen

Nadere informatie

Zaak C-380/03. Bondsrepubliek Duitsland tegen. Raad van de Europese Unie

Zaak C-380/03. Bondsrepubliek Duitsland tegen. Raad van de Europese Unie Zaak C-380/03 Bondsrepubliek Duitsland tegen Europees Parlement en Raad van de Europese Unie Beroep tot nietigverklaring Harmonisatie van wetgevingen / EG Reclame en sponsoring voor tabaksproducten Nietigverklaring

Nadere informatie

DOUANEDOSSIER. OORSPRONG VAN GOEDEREN: Niet-preferentiële oorsprongsregels. Bea Foubert

DOUANEDOSSIER. OORSPRONG VAN GOEDEREN: Niet-preferentiële oorsprongsregels. Bea Foubert DOUANEDOSSIER OORSPRONG VAN GOEDEREN: Niet-preferentiële oorsprongsregels Bea Foubert Tekst bijgewerkt tot 31 maart 2004 INHOUDSOPGAVE VOORWOORD 15 I NIET-PREFERENTIËLE VERSUS PREFERENTIËLE REGELS VAN

Nadere informatie

RAAD VOOR HET VERBRUIK ADVIES

RAAD VOOR HET VERBRUIK ADVIES RvV 495 RAAD VOOR HET VERBRUIK ADVIES betreffende het ontwerp van Koninklijk Besluit tot regeling van de spreiding van de commissie voor bemiddeling inzake kredietovereenkomsten Brussel, 5 juli 2016 1

Nadere informatie

Beloningsbeleid en beloningspraktijken (MiFIDrichtlijn): tenuitvoerlegging door de FSMA

Beloningsbeleid en beloningspraktijken (MiFIDrichtlijn): tenuitvoerlegging door de FSMA ESMA-richtsnoeren FSMA_2013_19 dd. 4/12/2013 Beloningsbeleid en beloningspraktijken (MiFIDrichtlijn): tenuitvoerlegging door de FSMA Toepassingsveld: De richtsnoeren die in dit document aan bod komen,

Nadere informatie

(Voor de EER relevante tekst)

(Voor de EER relevante tekst) L 162/14 23.6.2017 UITVOERINGSVERORDENING (EU) 2017/1111 VAN DE COMMISSIE van 22 juni 2017 tot vaststelling van technische uitvoeringsnormen met betrekking tot procedures en formulieren voor de verstrekking

Nadere informatie

De impact van Boek VI WER op overeenkomsten op afstand en verkopen buiten de onderneming

De impact van Boek VI WER op overeenkomsten op afstand en verkopen buiten de onderneming Faculteit Rechtsgeleerdheid Universiteit Gent Academiejaar 2015-2016 De impact van Boek VI WER op overeenkomsten op afstand en verkopen buiten de onderneming Masterproef van de opleiding Master in de rechten

Nadere informatie

Richtlijn 98/59/EG van de Raad van 20 juli 1998 betreffende de aanpassing van de wetgevingen van de lidstaten inzake collectief ontslag

Richtlijn 98/59/EG van de Raad van 20 juli 1998 betreffende de aanpassing van de wetgevingen van de lidstaten inzake collectief ontslag Richtlijn 98/59/EG van de Raad van 20 juli 1998 betreffende de aanpassing van de wetgevingen van de lidstaten inzake collectief ontslag Publicatieblad Nr. L 225 van 12/08/1998 blz. 0016-0021 DE RAAD VAN

Nadere informatie

K het nummer van volgorde aanduidt van een kredietopneming, waarbij 1 < of = m;

K het nummer van volgorde aanduidt van een kredietopneming, waarbij 1 < of = m; 22 MEI 2000. Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 4 augustus 1992 betreffende de kosten, de percentages, de duur en de terugbetalingsmodaliteiten van het consumentenkrediet.

Nadere informatie

C.O.B.A. 4 COMMISSIE VOOR ONRECHTMATIGE BEDINGEN

C.O.B.A. 4 COMMISSIE VOOR ONRECHTMATIGE BEDINGEN C.O.B.A. 4 COMMISSIE VOOR ONRECHTMATIGE BEDINGEN Aanbeveling betreffende strafbedingen Brussel, 21 oktober 1997 1 Gelet op de artikelen 35, par. 3, lid 2, en 36 van de wet van 14 juli 1991 betreffende

Nadere informatie