Rapport. Inventariserend onderzoek Project Versterking zorgvrijwilligerswerk en mantelzorgondersteuning in de Kop van Noord-Holland



Vergelijkbare documenten
Vrijwilligerswerk, mantelzorg en sociale contacten

NAASTENPARTICIPATIEBELEID ISZ De Brug

Steunpunten vrijwilligers en mantelzorg

Mantelzorgbeleid ZAB Nederland

Beleid mantelzorg en vrijwilligers Fener Zorg

Gemeente Sittard-Geleen. Uitvoeringsplan Informele Zorg Inzet van mantelzorgers en (zorg-)vrijwilligers

Betrokken mantelzorger(s) en/of sociaal netwerk

Sociale netwerken. Waarom en hoe?

Ruim baan voor informele zorg

Werkbezoek Gemeenteraad Leiderdorp 21 mei 2014

Onderzoek naar de nieuwe vrijwilliger in de sport in Ommen en Hardenberg. Rapportage 31 mei 2017

Manifest. voor de intensieve vrijwilligerszorg

Manifest. van de mantelzorger

Mantelzorgers. Mantelzorgen?... Nee hoor, gewoon Liefde!

Mantelzorgbeleid Inovum

Vrijwilligerswerk is geen containerbegrip

Feiten en cijfers mantelzorg

MANTELZORGBELEID. Mantelzorgbeleid Pagina 1

Samen voor een sociale stad

Bronnen: Toolkit familieparticipatie, Poster goed verbonden, juridische aspecten van informele zorg, invoormantelzorg en exptertisecentrum mantelzorg

Mantelzorgbeleid. Mantelzorgbeleid De Gouden Leeuw Groep - mei

Burgerpanel Gorinchem. 1 e peiling: Sociale monitor. Juli 2014

Mantelzorgbeleid Driezorg

Familieparticipatie en mantelzorg

Trends in het gebruik van informele zorg en professionele zorg thuis: gebruik van informele zorg neemt toe

Doel. Inleiding. De mantelzorger als samenwerkingspartner MANTELZORGBELEID VIERSTROOM

participatiesamenleving

Enquête mantelzorg in de gemeente Haren

De voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG. Datum 16 oktober 2018 Betreft Kamervragen. Geachte voorzitter,

3 VISIE OP MANTELZORG EXTRAMURALE ZORG ISZ DE BRUG

Gezond meedoen in Kerkrade. Samenvatting Lokaal rapport Volksgezondheid Toekomst Verkenning 2014

Goed samenspel met mantelzorgers loont! SharingDay

Beleid mantelzorg. Versie Herzieningsdatum

Mantelzorgbeleid WZU Veluwe 2015

Beleid: 120 B19 Accent op Mantelzorg

Hoofdstuk 14. Mantelzorg

Gezond meedoen in Stein. Samenvatting Lokaal rapport Volksgezondheid Toekomst Verkenning 2014

18% 16% 14% 12% 10% 8% 6% 4% 2% 0% jaar jaar jaar 65+ Man Vrouw Ja Nee. Deventer gemiddelde

Feiten en cijfers mantelzorg (en werk) Maak werk van mantelzorg. januari 16

Respijtzorg in de regio

Dementiemonitor Mantelzorg 2016 Mantelzorgers over zorgbelasting en ondersteuning

Dé mantelzorger bestaat niet

waardering Zwolle Jonge mantelzorgers (jonger dan 18 jaar) zijn in de onderzoeken van de gemeente niet meegenomen,

De voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG. Datum 24 september 2018 Betreft Kamervragen. Geachte voorzitter,

Startnotitie nota mantelzorg en vrijwilligerswerk Hellevoetsluis 2015

Gezond meedoen in Sittard-Geleen. Samenvatting Lokaal rapport Volksgezondheid Toekomst Verkenning 2014

Gemeenten en vrijwilligerswerk in zorg en welzijn

Meldactie AWBZ oktober 2010

Gezond meedoen in Simpelveld. Samenvatting Lokaal rapport Volksgezondheid Toekomst Verkenning 2014

Plan Informele Zorg 2016

=PLNk_H44EXxX-IVhVcFdC5pPMgaIex4FZQ

Mantelzorgers maken weinig gebruik van verlofregelingen

Vrijwilligers in de zorg voor en ondersteuning van ouderen in de nieuwe Wmo. Mieke Biemond

MANTELZORG Presentatie voor Netwerk Informeel Overleg Oudewater Ellen Joormann, trainer Mezzo 15 november 2016

HUMANITAS NULMETING COMPLEXITEIT VAN DE HULPVRAAG

Mantelzorg, waar ligt de grens?

Zorg Beter met Vrijwilligers, Mantelzorg en Sociaal netwerk. Zorgvisiecongres, 11 april 2013

Mantelzorgbeleid AYA Thuiszorg B.V.

Klanttevredenheid van mantelzorgers. Ik zie mezelf niet als mantelzorger, zorgen voor je naasten doe je gewoon! Gemeente Langedijk Juli 2013

Ontwikkelingen in de vrijwillige inzet. Resultaten onderzoek onder lidorganisaties Mezzo

BEREIKBAARHEID EN INFORMATIE

Notitie scheiden van wonen en zorg Kenmerk 13s043

Gezond meedoen in Nuth. Samenvatting Lokaal rapport Volksgezondheid Toekomst Verkenning 2014

Hoe maakt u optimaal gebruik van vrijwilligers?

Welzijn en (gezondheids)zorg

Onderzoek naar ervaren knelpunten bij burgerinitiatieven in zorg en ondersteuning

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA Den Haag

De reis van de mantelzorger. Branddoctors 2017 Vertrouwelijk Niets uit dit document mag worden gepubliceerd zonder toestemming vooraf

Zorg verlenen en zorg ontvangen 2012

Gezond meedoen in Landgraaf. Samenvatting Lokaal rapport Volksgezondheid Toekomst Verkenning 2014

Betaalbaarheid van toekomstige ouderenzorg. Symposium Ietje de Rooij

Inleiding. Doelen en uitgangspunten van het gemeentebestuur

Gezond meedoen in Schinnen. Samenvatting Lokaal rapport Volksgezondheid Toekomst Verkenning 2014

Mantelzorg. Figuur 1. Mantelzorg per GGD regio. 2 van 6 Rapport Mantelzorg. Bron: Zorgatlas RIVM

Invulling mantelzorgcompliment in Asten en Someren

Gezond meedoen in Gulpen-Wittem. Samenvatting Lokaal rapport Volksgezondheid Toekomst Verkenning 2014

Programma. 1. Presentatie onderzoek: Fadoua Achgaph uur. 2. Presentatie van organisaties uur Pluspunt MEE Activite

Wiens verantwoordelijkheid is het eigenlijk. Mythen en feiten rond de informele steunstructuren

Hoofdstuk 21 Mantelzorg

Mantelzorg en werk steeds lastiger te combineren. Het gevolg: meer verzuim

Cliëntondersteuning. Tips voor het keukentafelgesprek. Hoe kan ik mij voorbereiden op het gesprek met de Wmo-consulent van de gemeente?

Gezond meedoen in Maastricht. Samenvatting Lokaal rapport Volksgezondheid Toekomst Verkenning 2014

Mantelzorg bij Atlant Zorggroep Colofon

Informele Zorg in de ggz Een eerste verkenning

Brief van de staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport

Mantelzorgers in Delft

Samenvatting Klanttevredenheidsonderzoek Wmo en de Benchmarks Wmo resultaten over 2013

Mantelzorgers in Delft

Gezond meedoen in Eijsden-Margraten. Samenvatting Lokaal rapport Volksgezondheid Toekomst Verkenning 2014

Sociale steun. 1 Conclusies. 2 Kracht van het netwerk. Hoe stimuleren we het beroep op het eigen netwerk?

Rapportage Enquête Mantelzorgondersteuning 2012

Vrijwilligerswerk in de provincie Groningen stabiel


Hierbij zend ik u de antwoorden op de vragen van het Kamerlid Leijten (SP) over vrijwilligers en zorg op ander adres ( ).

Met het nieuwe welzijnsbeleid werkt de gemeente Tiel vanuit de volgende uitgangspunten:

Mantelzorgbeleid. Inleiding. Definitie

Mantelzorg en ander vrijwilligerswerk

pggm.nl Mantelzorg en dementie in de beleving van PGGM&CO-leden

Frisse-blik-sessie Mantelzorg

AANSTUREN OP BETERE SAMENWERKING TUSSEN PROFESSIONALS EN MANTELZORGERS

Transcriptie:

Rapport Inventariserend onderzoek Project Versterking zorgvrijwilligerswerk en mantelzorgondersteuning in de Kop van Noord-Holland maart augustus 2013

Inhoudsopgave Voorwoord... 4 Samenvatting... 5 1 Inleiding... 7 1.1 Aanleiding... 7 1.2 Doel van het onderzoek... 7 1.3 Begrippen... 7 2 Methode... 9 2.1 Beschrijving onderzoek... 9 2.2 Dataverzameling... 9 3 Ontwikkelingen en trends in de informele zorg... 11 3.1 Demografische ontwikkelingen... 11 3.2 Maatschappelijke ontwikkelingen... 14 3.3 Trends vrijwilligerswerk in de zorg... 15 3.4 Trends mantelzorg... 17 3.5 Samenwerking tussen informele en formele zorg... 17 4 Zorgvrijwilligers... 19 4.1 Organisaties in de Kop van Noord Holland... 19 4.2 Beschikbaarheid van zorgvrijwilligers... 20 4.3 Drijfveren van zorgvrijwilligers... 24 4.4 Ondersteuningsbehoeften van zorgvrijwilligers... 24 4.5 Ondersteuningsbehoeften van organisaties... 24 4.6 Afstemming professionals en zorgvrijwilligers... 27 4.7 Samenwerking tussen professionals... 28 4.8 Aansluiting tussen vraag en aanbod... 28 5 Mantelzorgondersteuning... 31 5.1 Huidige situatie in de Kop van Noord-Holland (aanbodzijde)... 31 5.2 Mantelzorgers... 33 5.3 Ondersteuningsbehoefte van mantelzorgers... 35 5.4 Bereik van mantelzorgers... 35 5.5 Samenwerking mantelzorgers, zorgvrijwilligers en professionals... 38 6 Conclusies... 39 6.1 Inleiding... 39 6.2 Conclusies... 39 7 Aanbevelingen... 42 7.1 Inleiding... 42 7.2 Werven, opleiden en behouden van zorgvrijwilligers... 42 7.3 Vrijwillige inzet in de wijk... 43 7.4 Een goede ondersteuningsstructuur voor mantelzorgers... 44 7.5 Lokale en regionale netwerkvorming en samenwerking... 45 7.6 Vervolgstappen... 45

Bijlagen... 47 Bijlage 1 Organisaties in de Kop van Noord-Holland... 48 Bijlage 2 Gemeentelijk vrijwilligersbeleid... 50 Bijlage 3 Gemeentelijk mantelzorgbeleid... 52 Bijlage 4 Langdurig werklozen ondersteunen mantelzorgers... 54 Bijlage 5 Ecogram... 55 Bijlage 6 EDIZ (Ervaren Druk door Informele Zorg)... 57 Bijlage 7 Praktijkwerkplaats Versterking zorgvrijwilligerswerk... 59

Voorwoord Voor u ligt de eindrapportage van de inventarisatie van ontwikkelingen, knelpunten en kansen ten aanzien van zorgvrijwilligerswerk en mantelzorgondersteuning in de Kop van Noord-Holland. Het inventariserend onderzoek bestaat uit een kwantitatief en een kwalitatief deel. In het kwantitatieve deel worden de resultaten beschreven van de enquête die is uitgevoerd onder mantelzorgers, (zorg)vrijwilligers en organisaties 1. In voorliggende rapportage zijn de resultaten van het kwantitatieve onderzoek gekoppeld aan de uitkomsten van de deskresearch, de inspiratiesessie en de (groeps)interviews. De rapportage beschrijft de meest recente en relevante ontwikkelingen met betrekking tot vrijwilligerswerk en mantelzorgondersteuning (hoofdstuk 3) en biedt inzicht in de huidige situatie in de regio Kop van Noord-Holland met betrekking tot de beschikbaarheid, kenmerken, behoeften en ondersteuningsmogelijkheden van zorgvrijwilligers en mantelzorgers (hoofdstuk 4 en 5). Ook wordt inzichtelijk gemaakt welk aanbod aan vrijwilligersondersteuning nodig is om overbelaste mantelzorgers te ondersteunen en welke knelpunten de betrokken partijen daarbij ondervinden. De beschrijving wordt ondersteund door voorbeelden uit de praktijk. Tenslotte vindt u in hoofdstuk 6 een overzicht van de belangrijkste resultaten van het onderzoek, gevolgd door een reeks aanbevelingen in hoofdstuk 7. Deze rapportage geeft een weerslag van de regionale situatie. Waar nodig en mogelijk worden verschillen die zich binnen de regio voordoen aangegeven. De nadruk in deze rapportage ligt op een inhoudelijke beschrijving van de huidige situatie en de ontwikkelingen met betrekking tot informele zorg. Waar mogelijk worden de uitkomsten in dit rapport ondersteund door cijfers. Facit, Velsen-Noord Harriette Bakker-Schaafsma Daphne Luiken oktober 2013 1 Rapportage Enquête Zorgvrijwilligerswerk in de Kop van Noord-Holland, april - juli 2013

Samenvatting In de Regionale Sociale Agenda van de gemeenten in de Kop van Noord-Holland wordt geconstateerd dat in de regio veel vrijwillige inzet plaatsvindt. Niettemin zijn er zorgen op dit terrein. Belangrijke ontwikkelingen zijn de vergrijzing, individualisering en verminderde sociale cohesie. Vergrijzing wordt soms ook positief bestempeld, want het betekent dat er een groot reservoir aan vrijwilligers is en de doelgroep ouderen gemiddeld steeds vitaler wordt. Vanwege de vergrijzing, de terugtredende overheid en ontwikkelingen als gezinsverdunning en geografische mobiliteit zijn er zorgen over de (over)belasting van mantelzorgers. De gemeenten in de Kop van Noord-Holland willen bevorderen dat mensen zich vrijwillig gaan inzetten om mantelzorgers te ontlasten. De regio Kop van Noord-Holland wil komen tot een duurzame versterking van vrijwilligerswerk en mantelzorgondersteuning, zowel methodisch als organisatorisch. In februari 2013 is in dit kader het project Versterking zorgvrijwilligerswerk in de Kop van Noord- Holland gestart. Het einddoel is een vernieuwd aanbod om zorgvrijwilligers te ondersteunen, ten behoeve van de ondersteuning van mantelzorgers. Het project is gericht op het ontwikkelen en implementeren van methoden om zorgvrijwilligers te ondersteunen. Daarnaast sluit het project aan bij de behoeften die leven bij mantelzorgers die overbelast dreigen te raken. Het kan gaan om het implementeren van bestaande methodieken uit de regio of uit andere delen van het land. Indien nodig kan het ook gaan om het ontwikkelen van nieuwe methoden. Belangrijk is dat de vernieuwde werkwijze 'landt' bij de professionals die ondersteuning bieden aan zorgvragers, zorgvrijwilligers en mantelzorgers. Hierbij is het noodzaak dat de vernieuwde werkwijze ter versterking van het zorgvrijwilligerswerk geborgd wordt binnen het (gemeentelijk) beleid en binnen een organisatorisch verband. Als eerste stap van dit project is in de eerste helft van 2013 een inventariserend onderzoek uitgevoerd naar onder andere de behoefte en beschikbaarheid van vrijwilligers en het bereik van mantelzorgers. De volgende activiteiten zijn binnen het onderzoek ondernomen: Er is een inspiratiesessie georganiseerd waarin betrokken partijen input konden leveren om richting te geven aan het inventariserend onderzoek. Reeds bekende regionale en landelijke feiten en onderzoeksresultaten zijn verzameld. Door middel van literatuuronderzoek zijn de belangrijkste ontwikkelingen met betrekking tot zorgvrijwilligerswerk en mantelzorgondersteuning geïnventariseerd. Bestaande good practices en methodieken zijn onderzocht en beoordeeld op relevantie voor de regionale situatie in de Kop van Noord-Holland. Zorgvrijwilligers, mantelzorgers en organisaties die zorgvrijwilligers inzetten ten behoeve van mensen met een beperking zijn geraadpleegd middels een online en/of schriftelijke vragenlijst. Het aanbod is in kaart gebracht door interviews met vertegenwoordigers van professionele organisaties die zorgvrijwilligers inzetten ten behoeve van mensen met een beperking en het Mantelzorgcentrum en door literatuuronderzoek. Als verdieping op de uitkomsten van de schriftelijke vragenlijst zijn in groepsverband interviews afgenomen met zorgvrijwilligers en mantelzorgers. De belangrijkste bevindingen uit het onderzoek zijn: Als gevolg van de hervormingen in de zorg, de extramuralisatie, de vergrijzing en ontgroening neemt de vraag naar informele zorg toe. (Vrijwilligers)organisaties ervaren tekorten, waardoor het moeilijk is bepaalde activiteiten te bemensen. Eén op de zeven ouderen maakt (nog) geen gebruik van hulp vanuit het eigen netwerk. Door de genoemde ontwikkelingen ontstaat er steeds meer behoefte aan andere typen vrijwilligers en ontstaan er allerlei nieuwe vormen van vrijwilligerswerk. Er wordt een verschuiving verwacht naar een nieuw type zorgvrijwilliger die flexibel, tijdelijk en ongebonden ingezet wil worden en die behoefte heeft aan kortdurende klussen. Er is steeds meer vraag naar vrijwilligers die mensen thuis kunnen ondersteunen in de vorm van één-op-één-contacten en naar gespecialiseerde vrijwilligers die specifieke zorgvragers hulp kunnen bieden. De meeste mantelzorgers in de regio Kop van Noord-Holland zijn vrouw en tussen de 51 en 70 jaar. Bijna de helft van hen verleent meer dan 8 uur per week mantelzorg en bijna allen doen dit langer dan een jaar. De helft van de geraadpleegde mantelzorgers in de regio ervaart

psychische/emotionele of lichamelijke belasting. De ervaren belasting neemt toe naarmate de mantelzorger meer uren per week besteedt aan de zorg van zijn/haar naaste. Het aantal traditionele zorgvrijwilligers dat actief is in een vrijwilligers- of zorgorganisatie is al langere tijd stabiel. Het merendeel van de vrijwilligers in de regio is vrouw, tussen de 61 en 80 jaar en autochtoon, zonder betaalde baan. De vergrijzing zou enerzijds kunnen leiden tot een krimpend arsenaal aan vrijwilligers, anderzijds neemt de groep vitale ouderen toe. Dat is juist de groep die naar verhouding veel vrijwilligerswerk verricht. In het algemeen werken vrijwilligers in de regio aanvullend op professionals, maar de afbakening van wat vrijwilligers kunnen doen, blijkt niet altijd duidelijk. Mantelzorgers ervaren diverse knelpunten ten aanzien van de samenwerking met professionals, die ze er van weerhouden hulp te vragen. Een meerderheid van de zorgvrijwilligers heeft geen behoefte aan ondersteuning. Zorgvrijwilligers die aangeven wel behoefte te hebben aan ondersteuning, noemen het ontvangen van informatie, het krijgen van begeleiding en waardering en het volgen van opleiding/cursussen. Veelal is het cursusaanbod en andere mogelijkheden voor ondersteuning voor zorgvrijwilligers in de regio onbekend. Aandachtspunten bij de ondersteuning en begeleiding van zorgvrijwilligers ontstaan voornamelijk bij de begeleiding van speciale doelgroepen en de steeds kritischer wordende vrijwilligers. Een ander aandachtspunt is de begeleiding en scholing van vrijwilligers die worden ingezet bij zorgvragers met meer complexe problematiek, zoals dementie. Een aanmerkelijk deel van de geraadpleegde mantelzorgers is niet bekend met de mogelijkheden voor mantelzorgondersteuning. De behoefte bij mantelzorgers aan extra ondersteuning is echter wel duidelijk aanwezig, met name waar het gaat om advies en informatie, praktische hulp, een financiële tegemoetkoming en emotionele steun. Organisaties geven aan vooral behoefte te hebben aan ondersteuning op het gebied van werving; organisatie en coördinatie van zorgvrijwilligerswerk; deskundigheidsbevordering; ondersteuning en begeleiding van vrijwilligers en de uitwisseling van methodieken en ervaringen. Om aan de vraag naar andere typen vrijwilligers te kunnen voldoen, worden in het rapport concrete acties aanbevolen die gericht zijn op het werven, opleiden en behouden van zorgvrijwilligers. Het stimuleren van vrijwillige inzet in de wijken, dicht bij de burger, wordt aanbevolen om mensen met beperkingen in de thuissituatie te ondersteunen. In de rapportage worden enkele goede praktijken en methoden aangereikt die hierbij een voorbeeld kunnen zijn. Aanbevolen wordt onder andere een mantelzorgakkoord te sluiten met zorg- en welzijnsinstellingen en lokale steunpunten te organiseren om het bereik van mantelzorgers en hun kennis over het ondersteuningsaanbod te vergroten. Ten slotte worden aanbevelingen gedaan om de lokale en regionale samenhang en het delen van kennis en ervaring te stimuleren.

1 Inleiding 1.1 Aanleiding In de Kop van Noord-Holland is een regionale projectstructuur Sociaal Domein ingericht. Eén van de projectgroepen is belast met de uitvoering van de Regionaal Sociale Agenda 2012-2015. In februari 2013 is in dit kader het project Versterking zorgvrijwilligerswerk in de Kop van Noord-Holland gestart. Doelstellingen van het project (eind 2013) zijn: Het is inzichtelijk wat voor de regio Kop van Noord-Holland de (toekomstige) behoefte is aan zorgvrijwilligers, alsmede de verwachte beschikbaarheid van zorgvrijwilligers. Er zijn regionale en landelijke good practices onderzocht en methoden ontwikkeld om zorgvrijwilligers te werven en te ondersteunen in het blijvend uitvoeren van de vrijwilligerstaak. Het is inzichtelijk welk aanbod aan vrijwilligersondersteuning nodig is om overbelaste mantelzorgers te ontlasten. De afstemming tussen vraag en aanbod op het gebied van zorgvrijwilligerswerk is geborgd in een (organisatorische) structuur en in beleid dat door alle betrokken partijen gedragen wordt. In de eerste helft van 2013 is een inventariserend onderzoek uitgevoerd gericht op vraag en aanbod van zorgvrijwilligers en van mantelzorgers, de aansluiting tussen vraag en aanbod en de behoefte aan mantelzorgondersteuning. Tevens spitste het onderzoek zich toe op de knelpunten die zorgvrijwilligers, mantelzorgers, professionele- en vrijwilligersorganisaties ondervinden bij de afstemming tussen de vraag en het aanbod. 1.2 Doel van het onderzoek Doel van het onderzoek is duidelijkheid te krijgen over de (toekomstige) behoefte aan en de beschikbaarheid van zorgvrijwilligers en over de aansluiting tussen vraag en aanbod. Een tweede doel is duidelijkheid te krijgen over het bereik van mantelzorgers, wijzen waarop mantelzorgers bereikt kunnen worden en wat de ondersteuningsbehoeften van mantelzorgers zijn. Ten derde is het doel een beeld te krijgen van bestaande good practices en methodieken die benut kunnen worden. 1.3 Begrippen In het onderzoek worden begrippen gebruikt als zorgvrijwilliger, mantelzorger en mantelzorgondersteuning. In deze paragraaf volgt een korte toelichting wat onder de verschillende begrippen wordt verstaan. Informele zorg Zorg die onbetaald en niet beroepshalve wordt verricht. Informele zorg is te onderscheiden in: gebruikelijke zorg, mantelzorg, zelfhulp en vrijwillige zorg 2. Formele zorg Formele zorg verwijst naar al diegenen die beroepsmatig in de zorg werkzaam zijn. Dat kunnen zorgverleners zijn, maar ook medewerkers van ondersteunende afdelingen en managers. Soms wordt ook de benaming professionele zorg gebruikt waarbij het voornamelijk gaat om de beroepskrachten die zorg verlenen. Zorgvrijwilliger Vrijwilligers die onbetaald en onverplicht werkzaamheden verrichten in georganiseerd verband voor anderen die zorg en ondersteuning nodig hebben en met wie ze bij de start geen persoonlijke relatie hebben. Zorgvrijwilligers zetten zich in voor het welzijn en welbevinden van cliënten, zowel thuis als in een instelling. Ze organiseren recreatieve activiteiten, gaan met iemand op stap, doen praktische klussen zoals het onderhoud van de tuin of ze begeleiden andere vrijwilligers als vrijwilligerscoach. Ze kunnen respijtzorg bieden aan mantelzorgers of helpen het netwerk in kaart te brengen en aan te spreken. 2 Begrippenlijst Expertisecentrum Mantelzorg Pagina 7 van 63

Vrijwilligerswerk in de zorg Vrijwilligerswerk in de zorg is werk dat in enig georganiseerd verband wordt verricht ten behoeve van anderen die zorg en ondersteuning nodig hebben, aldus www.zorgbetermetvrijwilligers.nl. Andere benamingen die ook gebruikt worden voor vrijwilligerswerk in de zorg zijn vrijwillige zorg of vrijwilligerszorg. In dit rapport wordt de benaming vrijwilligerswerk in de zorg gehanteerd, omdat het om diverse vrijwilligerswerkzaamheden in de zorg kan gaan en niet alleen om zorgverlening door vrijwilligers. Voorbeelden van vrijwilligersactiviteiten zijn 3 : Individuele ondersteuning, bijvoorbeeld: bezoeken van bewoners, vervoer verzorgen, uitstapjes maken, financiën regelen. Collectieve ondersteuning, bijvoorbeeld: gastvrouw/gastheer op afdeling of woongroep, meehelpen met recreatieve activiteiten, meegaan met uitstapjes. Facilitaire ondersteuning, bijvoorbeeld: meehelpen in restaurant of grandcafé, maaltijden rondbrengen, beheer van de winkel of bibliotheek, receptie bemensen. Collectieve belangenbehartiging en inspraak; bijvoorbeeld: lid vrijwilligersraad, lid cliëntenraad. Mantelzorger Een mantelzorger verleent zorg aan een chronische zieke, gehandicapte of hulpbehoevende partner, ouder, kind of ander familielid, vriend of kennis. Mantelzorgers hebben vaak geen keuze: de relatie die een mantelzorger met iemand heeft, zorgt ervoor dat hij/zij gaat helpen. Mantelzorgers vinden hun geboden hulp vaak niet bijzonder, maar vanzelfsprekend. Wat mensen voor elkaar doen is afhankelijk van de aard van de relatie die mensen met elkaar hebben en de (soms) wisselende intensiteit van de ondersteuningsvragen. Dat maakt mantelzorg heel persoonlijk. Ook de draagkracht en de draaglast van mensen speelt een belangrijke rol. Mantelzorg Mantelzorg is zorg die niet in het kader van een hulpverlenend beroep wordt gegeven aan een hulpbehoevende door één of meerdere leden van diens directe omgeving, waarbij de zorgverlening direct voortvloeit uit de sociale relatie 4. Mantelzorg kan variëren van hulp bij het huishouden tot persoonlijke verzorging en van emotionele steun en begeleiding tot het uitvoeren van praktische klussen. Mantelzorgondersteuning Mantelzorgondersteuning betreft de emotionele, technische en/of praktische ondersteuning en deskundigheidsbevordering voor mantelzorgers, bijvoorbeeld via cursussen bij steunpunten mantelzorg of thuiszorginstellingen, met als doel het vergroten van hun draagkracht en het verminderen van de draaglast 5. Sociaal netwerk Het sociale netwerk is een verzamelnaam voor een netwerk van betekenisvolle mensen (familieleden, buren, vrienden, collega s, kennissen) dat functioneert als ondersteuningsbron voor het eigen welzijn en welbehagen. De ondersteuning kan zowel emotioneel als praktisch zijn 6. 3 Bron: Zonder cement geen bouwwerk. Vrijwilligerswerk in de zorg, nu en in de toekomst. Vilans, Movisie en NOV, 2011. 4 Definitie van de Nationale Raad voor de Volksgezondheid 5 Begrippenlijst Expertisecentrum Mantelzorg 6 Thesaurus Zorg en Welzijn Pagina 8 van 63

2 Methode 2.1 Beschrijving onderzoek In de eerste helft van 2013 is een inventariserend onderzoek uitgevoerd naar vraag en aanbod van zorgvrijwilligers en mantelzorgondersteuning in de regio Kop van Noord-Holland. Bij de inventarisatie is gebruik gemaakt van reeds bekende feiten en onderzoeksresultaten, schriftelijke vragenlijsten en interviews. Maandelijks heeft ten tijde van het onderzoek overleg plaatsgevonden met de ambtelijke projectgroep Regionale Sociale Agenda (RSA) over de voortgang van het onderzoek. In de projectgroep RSA zijn alle gemeenten in de regio Kop van Noord-Holland (Hollands Kroon, Den Helder, Schagen en Texel) vertegenwoordigd. 2.2 Dataverzameling In het inventariserend onderzoek zijn de volgende activiteiten verricht: Deskresearch Door middel van literatuuronderzoek zijn de belangrijkste ontwikkelingen met betrekking tot zorgvrijwilligerswerk en mantelzorgondersteuning in kaart gebracht. Bestaande good practices en methodieken zijn onderzocht en beoordeeld op relevantie voor de regionale situatie in de Kop van Noord-Holland. Inspiratiesessie Bij de start van het onderzoek is een inspiratiesessie georganiseerd waarin betrokken partijen 7 input konden leveren om richting te geven aan het inventariserend onderzoek. Via deze inspiratiesessie kon bestaande kennis over succesvolle projecten, succesfactoren, knelpunten, onderzoeksresultaten en dergelijke aangedragen en gedeeld worden. Kwantitatief onderzoek Zorgvrijwilligers, mantelzorgers en organisaties die zorgvrijwilligers inzetten ten behoeve van mensen met een beperking zijn geraadpleegd middels een online en/of schriftelijke vragenlijst. Het onderzoek is uitgezet onder 1228 vrijwilligers van Woonzorggroep Samen, Vrijwaard, s Heerenloo, Esdégé Reigersdaal en Stichting Wonen Plus Welzijn. 966 mantelzorgers zijn aangeschreven via Woonzorggroep Samen en het Mantelzorgcentrum. De respons van zorgvrijwilligers en mantelzorgers bedraagt in beide gevallen 22%. Tenslotte zijn 135 (afdelingen) van organisaties in de Kop van Noord- Holland benaderd, waarbij uiteindelijk 26% van deze organisaties 8 hebben deelgenomen aan het onderzoek. De uitkomsten van het kwantitatief onderzoek zijn verwerkt in een separate rapportage 9. Kwalitatief onderzoek Het aanbod is in kaart gebracht door interviews met vertegenwoordigers van professionele organisaties die zorgvrijwilligers inzetten ten behoeve van mensen met een beperking en het Mantelzorgcentrum 10 en door literatuuronderzoek. De vraag is in beeld gebracht door bestudering van documenten die betrekking hebben op aantallen en kenmerken van onderscheiden cliëntgroepen, literatuur over zorgvrijwilligers en interviews met zorgvrijwilligers en mantelzorgers. 7 Deelnemers inspiratiesessie: Vrijwilligerscentrale De Wering, Mantelzorgcentrum, Woonzorggroep Samen, Vrijwaard, Omring, De Waerden, Platform Dementie, Wonen Plus Welzijn, VGZ en de gemeenten Schagen, Hollands Kroon en Den Helder. 8 Respons is ontvangen van organisaties uit de volgende sectoren: verpleging&verzorging, thuiszorg, gehandicaptenzorg, hospice, GGZ, verslavingszorg, jeugdzorg, dementiezorg en -belangenbehartiging, welzijn en maatschappelijke dienstverlening (waaronder vrijwilligerscentrale, opbouwwerk, ouderenwerk, maatschappelijke opvang en maatschappelijk werk), zorgboerderijen, vrijwilligersorganisaties, en kerken. 9 Rapportage Enquête Inventariserend onderzoek Project Versterking zorgvrijwilligerswerk in de Kop van Noord-Holland april - juli 2013 10 Geïnterviewd zijn: Geriant, Woonzorggroep Samen, Vrijwaard, Omring, Wonen Plus Welzijn, Texels Welzijn, De Wering, Vrijwilligerscentrale Den Helder (De Wering), Midgard, De Waerden en het Mantelzorgcentrum. Pagina 9 van 63

Groepsinterviews Als verdieping op de uitkomsten van de schriftelijke vragenlijst zijn in groepsverband interviews afgenomen met zorgvrijwilligers en mantelzorgers. Doel van deze groepsinterviews was om de uitkomsten van de enquête over de ondersteuningsbehoefte en motieven van zorgvrijwilligers/mantelzorgers in de Kop van Noord-Holland nader te bespreken. In de interviews is onder meer ingegaan op de eventuele knelpunten in het zorgvrijwilligerswerk en mantelzorgondersteuning. Tevens is gesproken over mogelijkheden om het zorgvrijwilligerswerk te versterken. Pagina 10 van 63

3 Ontwikkelingen en trends in de informele zorg De vraag naar en druk op mantelzorgers en vrijwilligers neemt naar verwachting de komende jaren toe als gevolg van diverse (maatschappelijke) ontwikkelingen. Ook verandert de vraag en het aanbod. In dit hoofdstuk benoemen we de belangrijkste ontwikkelingen en trends. 3.1 Demografische ontwikkelingen Demografische gegevens kunnen inzicht geven in de (toename van de) omvang van de groepen hulpvragers, mantelzorgers en zorgvrijwilligers in Nederland en in de regio. Vergrijzing in Nederland Een maatschappelijke ontwikkeling die het beroep op mantelzorgers en vrijwilligers de komende jaren zal doen toenemen is de vergrijzing. Het aandeel ouderen in de bevolking stijgt. Enerzijds komt dit omdat de levensduur van de mensen toeneemt. Anderzijds neemt het aantal geboorten relatief af. Volgens de CBS Bevolkingsprognose 11 zal het aantal 65-plussers toenemen van 2,7 miljoen in 2012 tot een hoogtepunt van 4,7 miljoen in 2041. Tot 2060 blijft het aantal schommelen rond 4,7 miljoen. De komende jaren zal vooral het aandeel 65-79-jarigen sterk stijgen en vanaf 2025 neemt ook de groep 80-plussers sterk toe (de dubbele vergrijzing). In 2040, het hoogtepunt van het aantal 65-plussers, is naar schatting 26% van de bevolking 65-plusser, waarvan een derde ouder is dan 80 jaar. Ter vergelijking: in 2012 is het percentage 65-plussers nog 16%, waarvan 25% 80-plus is. Vergrijzing en ontgroening in de Kop van Noord-Holland Ook in de Kop van Noord-Holland zet de vergrijzing stevig door. Anno 2012 varieert het aantal inwoners van 65 jaar en ouder van 13% (Harenkarspel) tot 19% (Schagen). Becijferd is dat tussen 2009-2019 de vergrijzing zal toenemen met de volgende groeipercentages 12 : Gemeente Aantal inwoners 1-1-2013 Toename vergrijzing 2009-2019 Den Helder 57.065 23,8% Hollands Kroon 47.703 51,5% Schagen 46.436 47,6% Texel 13.068 41,0% Naast vergrijzing treedt er in de regio ontgroening op. Tussen 2009 en 2019 neemt het aantal 0-19 jarigen af. Ten opzichte van 2009 is het ontgroeningspercentage in 2019: Gemeente Aantal inwoners 1-1-2013 Krimpercentage 2009-2019 Den Helder 57.065 13,0% Hollands Kroon 47.703 6,7% Schagen 46.436 11,3% Texel 13.068 14,8% De verschillen in de ontwikkeling van het aantal inwoners tot 2040: enerzijds krimp en anderzijds groei: Gemeente Aantal inwoners 1-1-2013 Bevolkingsontwikkeling Den Helder 57.065 -/- 10% Hollands Kroon 47.703 +/+ 13% Schagen 46.436 +/+ 9% Texel 13.068 -/- 8% 11 Bron: Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) 12 Bron: Kenniscentrum voor Bevolkingsdaling en Beleid, Digitaal Basisboek Bevolkingsdaling Pagina 11 van 63

Zorggebruik In Nederland wonen ongeveer 2,3 miljoen mensen met een matige of ernstige lichamelijke beperking; ongeveer 170.000 met een ernstige of lichte verstandelijke beperking en 1,9 miljoen volwassenen met een psychische aandoening. Een deel van deze mensen woont in een zorginstelling. In de toekomst zullen steeds minder mensen in een instelling wonen, omdat de toelatingscriteria steeds strenger worden. Bovendien zal door de vergrijzing ook het aantal mensen met beperkingen stijgen. Uiteraard hebben lang niet al deze mensen ondersteuning nodig. In het rapport Informele zorg in Nederland 13 staat hierover het volgende: Een groot deel van de zorg krijgen mensen vanuit hun netwerk. Dat geldt voor zowel thuiswonende zorgvragers als voor instellingsbewoners. De verhouding informele-formele hulp is afhankelijk van de ernst van de beperkingen en van de afbakening van de hulp. Wanneer het alleen gaat om huishoudelijke hulp, persoonlijke verzorging en verpleging, krijgen mensen met matige of ernstige beperkingen meer professionele dan informele zorg; wanneer ook begeleiding en zaken regelen worden meegenomen ontvangen mensen meer informele zorg. Een meerderheid van de hulpbehoevenden denkt dat hun netwerk niet meer hulp kan geven. Vrijwilligerswerk in de zorg De schatting hoeveel mensen actief zijn als vrijwilliger in de zorg lopen landelijk uiteen van 450.000 tot 2 miljoen. In het eerste geval gaat het om inschattingen op basis van vrijwilligersorganisaties, in het laatste om schattingen op basis van enquêtes onder de bevolking, waarin 8 tot 15% aangeeft weleens vrijwilligerswerk te doen in de zorg. In vergelijking met andere Europese landen is de deelname aan vrijwilligerswerk in Nederland groot. Onderstaande tabel illustreert de uiteenlopende schattingen op basis van verschillende selectiemethoden. Aandeel vrijwilligers in de volwassen Nederlandse bevolking, naar soort hulp, 2004-2010 (in procenten) 13 2004 2006 2007 2008 2010 Vrijwilligerswerk 14 44 42 45 waarvan verzorging 15 8 7 8 Vrijwilligerswerk 16 45 44 47 waarvan buren- bejaardengehandicaptenhulp 13 13 15 Vrijwilligerswerk 17 24 25 27 27 13 Bron: Informele zorg in Nederland. SCP, juni 2013 14 In de afgelopen 12 maanden vrijwilligerswerk voor organisaties of verenigingen gedaan. Het kan gaan om jeugd, school, verzorging, sportvereniging, hobbyvereniging, culturele vereniging, kerk, vakbond, politieke partij, andere organisatie. In 2010 is deze vraag voorgelegd aan 15-plussers, de jaren daarvoor aan 18-plussers. 15 Afgelopen 12 maanden wel eens activiteiten gedaan in de verzorging of verpleging zoals bejaardenzorg, kinderopvang, kruiswerk, zieken bezoeken, collecteren voor gezondheidsorganisatie, welfarewerk in het ziekenhuis of assisteren bij stervensbegeleiding 16 Gevraagd is of mensen voor verenigingen en organisaties onbetaald werk verrichten. Hierbij worden 12 organisaties genoemd, waaronder zang-, muziek- of toneelvereniging, sportvereniging, hobbyvereniging, politieke organisatie, vakbond, godsdienstige organisatie, school, buren-, bejaarden-, gehandicaptenhulp. 17 Selectie van mensen die op dat moment vrijwilligerswerk doen. Pagina 12 van 63

Meestal gebeurt de inzet van vrijwilligers in georganiseerd verband, via een steunpunt vrijwillige thuiszorg, een kerkelijke organisatie of een afdeling van een landelijke organisatie als Zonnebloem, Rode Kruis of Humanitas. 18 Aantal zorgvrijwilligers Via vrijwilligersorganisaties, zoals Zonnebloem, Rode Kruis, Humanitas 250.000 In verzorgings- en verpleeghuizen 100.000 In gehandicaptenorganisaties 50.000 In ziekenhuizen 20.000 In GGZ-instellingen, via MEE-organisaties en gezondheidsprojecten 30.000 Totaal 450.000 Het aandeel vrijwilligers dat actief is in een vrijwilligersorganisatie en het aandeel dat actief is in de zorg, is al langere tijd stabiel. Sinds 1997 zijn volgens cijfers van het CBS wel kleine schommelingen te zien, maar is geen stijging of daling waargenomen. Naar schatting geven 25.000 mensen intensieve vrijwilligerszorg, zoals thuishulp, vriendendiensten, buddyzorg of georganiseerde burenhulp. Ook de groep die vrijwilligerswerk verricht, vergrijst. Dat houdt zowel bedreigingen als kansen in. Enerzijds zou een toename van de vergrijzing kunnen leiden tot een krimpend arsenaal aan vrijwilligers, anderzijds neemt de groep vitale ouderen met een gemiddeld hoog opleidingsniveau toe. Dat is nu juist de groep die naar verhouding veel vrijwilligerswerk verricht en die beschikt over veel kennis en ervaring. Mantelzorg in Nederland Het is moeilijk een eenduidig antwoord te geven op de vraag welk aandeel van de bevolking mantelzorg geeft. Dit is onder andere afhankelijk van hoe mantelzorg wordt gedefinieerd. Een complicatie bij onderzoek naar de omvang van de groep mantelzorgers is dat veel mensen die wel hulp geven zich niet als mantelzorger herkennen. Een op de vijf volwassen Nederlanders (20%) geeft meer dan drie maanden of meer dan acht uur per week hulp aan een hulpbehoevende naaste, inclusief hulp aan huisgenoten (2,6 miljoen mensen). Van hen geven 1,1 miljoen mensen zowel langdurige als intensieve hulp. Uit onderstaande tabel 19 blijkt dat deze groep in omvang is toegenomen. Aantal mantelzorgers van 18 jaar of ouder in Nederland, naar duur en intensiteit, (in aantallen x 1000) 2001 2008 Totaal 3.700 3.500 > 8 uur per week 1.050 1.400 > 3 maanden 2.050 2.300 > 8 uur per week en/of > 3 maanden 2.400 2.600 > 8 uur per week en > 3 maanden 750 1.100 Naar verwachting zal door de vergrijzing het aantal mantelzorgers tot 2025 licht stijgen (met 5%) en ook het aantal ontvangers van deze hulp (met 6%) 20. Vraag en aanbod blijven in balans. Dat komt ook door het mechanisme dat het aanbod de vraag volgt. Iemand wordt mantelzorger als een hulpvrager in de sociale omgeving een beroep doet op mantelzorg. 60% van de mantelzorgers is vrouw. Bijna de helft is tussen de 45 en 65 jaar. De 65-plussers vormen een minderheid, maar het aandeel van deze groep groeit. De meeste mantelzorgers combineren hun zorgtaak met een betaalde baan. De tijd die zij aan de hulp besteden, hangt nauwelijks samen met hun arbeidsduur; wel leveren zij veel vrije tijd in. 20 18 Bron: Zonder cement geen bouwwerk, Vilans, Movisie, 2011 19 Bron: SCP (Mantelzorg 2001); CBS (ih 08) SCP-bewerking 20 Informele zorg in Nederland, SCP, juni 2013 Pagina 13 van 63

Mantelzorgers en vrijwilligers in de Kop van Noord-Holland Er is voor de gemeenten in de regio Kop van Noord-Holland geen onderzoek uitgevoerd naar aantallen als het gaat om mantelzorgers en hun inzet of naar zorgvrijwilligers. Op basis van de genoemde aantallen en percentages in het SCP-rapport Informele Zorg in Nederland kan een schatting worden gedaan van de omvang van de informele zorg in de regio Kop van Noord Holland. Nederland Schagen Den Helder Hollands Kroon Texel Kop van NH Inwoners 16.8 miljoen 46.436 57.065 47.703 13.068 164.272 Totaal Mantelzorgers (2008) 3,5 miljoen (20,8%) 9.659 (20,8%) 11.888 (20,8%) 9.938 (20,8%) 2.722 (20,8%) 34.223 (20,8%) Mantelzorgers die intensief en langdurig zorg verlenen 1,5 miljoen (8,9%) 4.133 (8,9%) 5.079 (8,9%) 4.246 (8,9%) 1.163 (8,9%) 14.675 (8,9%) Mantelzorgers die (tamelijk) zwaar belast zijn 220.000 (1,3%) 604 (1,3%) 742 (1,3%) 620 (1,3%) 170 (1,3%) 2.135 (1,3%) Zorgvrijwilligers 8-15% 3.715-6.965 (8-15%) 4.565-8.560 (8-15%) 3.816-7.155 (8-15%) 1.045-1.960 (8-15%) 13.142-24.641 (8-15%) 3.2 Maatschappelijke ontwikkelingen De omvang van aanbod en gebruik van zorgvrijwilligerswerk en mantelzorg wordt niet alleen beïnvloed door demografische factoren zoals vergrijzing en gezondheid, maar ook door veranderende ideeën over informele zorg in het overheidsbeleid. Om de zorg toegankelijk, goed en betaalbaar te houden, voert het kabinet de komende jaren hervormingen door. Bijvoorbeeld op het gebied van de AWBZ. Ook neemt de overheid maatregelen zodat mensen langer zorg thuis kunnen krijgen. Er zal vaker een beroep worden gedaan op het eigen sociale netwerk van mensen 21. Hervormingen in de AWBZ Het kabinet wil de Algemene Wet Bijzondere Ziektekosten (AWBZ) vanaf 2015 ingrijpend hervormen. Alleen de zwaarste, langdurige zorg wordt dan nog vergoed uit de AWBZ. Lichtere vormen van AWBZ-zorg gaan naar gemeenten of worden geregeld via de zorgverzekering. Gemeenten gaan zorgen voor de begeleiding en persoonlijke verzorging aan huis 22. Zoals hulp bij aan- en uitkleden en haren wassen. Huishoudelijke hulp wordt alleen nog door de gemeente betaald als de hulpvrager een laag inkomen heeft. Medische zorg, zoals verpleging en langdurige geestelijke gezondheidszorg, wordt geregeld in de zorgverzekering. Met deze verschuiving worden taken die voorheen door beroepskrachten werden ingevuld, teruggelegd naar de omgeving van de zorgvrager. Eerst moet een beroep op hun eigen netwerk worden gedaan. Als daar niet voldoende steun voor participatie uit komt, kan naar oplossingen op gemeentelijk niveau worden gekeken. Eerst in collectieve vorm, zo nodig op individueel niveau. Extramuralisatie van de zorg De overheid neemt maatregelen zodat mensen langer zorg thuis kunnen krijgen. Ook mensen willen steeds langer thuis blijven wonen in de eigen omgeving en verblijven minder vaak en minder lang in intramurale instellingen zoals verpleeginstellingen en ziekenhuizen. Dit betekent dat zorg aan ouderen en mensen met een lichamelijke, verstandelijke of psychische beperking steeds vaker thuis en in de wijk moet worden geleverd en de druk op de omgeving toeneemt. Deze ontwikkeling vraagt een andere organisatie van zowel de zorg die door professionals wordt gegeven als de ondersteuning die hun naasten hierbij kunnen bieden; wanneer mensen langer in hun omgeving blijven wonen zal er ook meer van die omgeving worden gevraagd. 21 Bron: Kamerbrief hervorming langdurige zorg: naar een waardevolle toekomst, april 2013 22 11-09-2013: Staatssecretaris Van Rijn overweegt zowel de verpleging als de verzorging onder te brengen bij de zorgverzekeraars en niet deels bij de gemeenten. De knip tussen persoonlijke verzorging en verpleging is hiermee hoogstwaarschijnlijk van de baan. Pagina 14 van 63

De rol van mantelzorgers en vrijwilligers bij de ondersteuning van mensen in hun eigen omgeving wordt dus groter. Het gemeentelijk beleid zal zich daarom gaan richten op het versterken, verlichten en verbinden van de informele ondersteuning en zorg 23. Wmo 2015 Het wetsvoorstel Wmo 2015 wordt in het najaar van 2013 behandeld in de Tweede Kamer. Doel van de nieuwe wet is dat de gemeente zorg moet dragen voor de maatschappelijke ondersteuning en dat zij in dat verband goede toegankelijkheid van voorzieningen, diensten en ruimten voor mensen met een handicap bevordert. De zelfredzaamheid en participatie van personen met een beperking en met chronische, psychische of psychosociale problemen staat hierbij voorop, teneinde te bevorderen dat burgers zo lang mogelijk in de eigen leefomgeving kunnen blijven wonen en op eigen kracht kunnen deelnemen aan de samenleving. Voorkomen moet worden dat burgers op ondersteuning van de gemeente aangewezen zijn en dus moeten gemeenten meer inzetten op het ondersteunen van mantelzorgers en vrijwilligers. Doel hiervan is dat burgers weer voor elkaar gaan zorgen. In de nieuwe Wmo is aandacht voor een zo integraal mogelijke dienstverlening op het gebied van maatschappelijke ondersteuning, zorg, jeugdzorg, onderwijs, welzijn, wonen, werk en inkomen. In deze integrale benadering staat de samenwerking met zorgverzekeraars en zorgaanbieders (ZVW) voorop. Toenemende arbeidsparticipatie Om de vergrijzing op te vangen moet de arbeidsparticipatie stijgen. Een verdere verhoging van de arbeidsparticipatie zal er naar verwachting toe leiden dat mensen minder tijd over hebben voor mantelzorg of vrijwilligerswerk. Stimulering van betaalde arbeid laat zien dat de tijd besteed aan vrijwilligerswerk of mantelzorg met bijna 5% daalt. 24 Het combineren van werk en mantelzorg is een belangrijke oorzaak van overbelasting. De verwachting is dat mantelzorgers de komende jaren steeds vaker en steeds meer problemen zullen ervaren bij het combineren van zorg en werk. 25 Individualisering Door de toenemende individualisering willen mensen steeds meer hun leven naar eigen inzicht inrichten. Traditioneel maatschappelijke verbanden zoals gezin, kerk en klasse spelen steeds minder een rol. De vanzelfsprekendheid waarmee vroeger mensen voor een langere periode zich inzetten voor een organisatie is voorbij. De potentiële vrijwilliger is moeilijker te binden voor langere tijd en aan één organisatie. Dit maakt het voor vrijwilligersorganisaties noodzakelijk om aan te sluiten bij de leefwereld van de doelgroepen en rekening te houden met de wens tot ongebondenheid, tijdelijkheid en flexibiliteit. Vrijwilligerswerk dient uitdagend, leuk en verrijkend te zijn en valt niet meer samen met conventie, gewoonte en trouw aan de organisatie. De verkleining van sociale netwerken beperkt ook de mogelijkheid om mantelzorg te verlenen en in te passen in het leven. Zo zijn familieverbanden kleinschaliger en wonen kinderen bijvoorbeeld vaker verder weg. Informatisering Tegenwoordig hebben steeds meer mensen toegang tot het internet. Via netwerken communiceren meer mensen gelijktijdig met elkaar. Communiceren gaat steeds makkelijker en initiatieven zijn eenvoudiger te organiseren. Dat geldt ook voor de werving van vrijwilligers via bijvoorbeeld digitale vacaturebanken. Voor degenen die mantelzorg geven en ontvangen biedt dit nieuwe vormen van contacten en bronnen voor informatie. 3.3 Trends vrijwilligerswerk in de zorg Kenmerken van zorgvrijwilligers Vooral ouderen en vrouwen zijn actief als zorgvrijwilliger. Laagopgeleiden doen vaker vrijwilligerswerk in de zorg dan hoogopgeleiden. Dat ouderen vaker vrijwilligerswerk in de zorg verrichten dan jongeren lijkt een kwestie van beschikbare tijd, behoefte en voorkeuren. Jongeren willen zich minder vastleggen. Mogelijk worden ouderen ook vaker gevraagd door ouderen die al vrijwilligerswerk doen. 24 Mensen hebben uiteenlopende redenen om zich in te zetten in het vrijwilligerswerk. Sommigen willen graag iets voor een ander doen, maar anderen zien het als een manier om mensen te ontmoeten, zichzelf te ontwikkelen of ervaring op te doen. 23 Bron: Kamerbrief over mantelzorg en langdurige zorg Versterken, verlichten en verbinden, juli 2013 24 Bron: Informele zorg in Nederland, SCP, 2013 25 Bron: Onderzoek mantelzorgondersteuning HHM, 2011 Pagina 15 van 63

Anders dan bij de mantelzorg kiezen mensen er bewust voor om vrijwilligerswerk te doen. Toch blijkt ook hier dat het voor mensen soms niet gemakkelijk is om te stoppen met vrijwilligerswerk (de vrijwilligersklem ). Mensen hebben uiteenlopende redenen om geen vrijwilligerswerk te doen, zoals tijdgebrek (jongere mensen) of het gevoel al genoeg te hebben gedaan (ouderen). Nieuwe vormen van vrijwilligerswerk Naast het traditionele vrijwilligerswerk zijn er allerlei andere vormen van vrijwilligerswerk in opkomst. Dit varieert van burgerinitiatieven en tijdelijke vrijwilligers (de flitsvrijwilliger) tot geleid vrijwilligerswerk (zoals de maatschappelijke stage). Voorbeelden van kortlopende initiatieven zijn het jaarlijks terugkerende NLdoet 26 of online vrijwilligerswerk zoals chatten met de kindertelefoon of online communiceren met een maatje. Een vorm van vrijwilligerswerk die mensen zelf organiseren is bijvoorbeeld een digitaal prikbord voor vraag en aanbod van vrijwillige diensten. Exacte cijfers ontbreken, maar er lijkt een groeiende groep mensen te zijn die slechts voor een bepaalde tijd (eenmalig, voor een korte periode of alleen op gezette tijden) vrijwilliger zijn. Per 2011 is de maatschappelijke stage voor middelbare scholieren verplicht gesteld. Alle scholieren in het voortgezet onderwijs moeten verplicht minimaal 30 uur maatschappelijke stage lopen. Tijdens deze stage doen zij vrijwilligerswerk zoals helpen in een buurthuis, sportactiviteiten organiseren of werken op een zorgboerderij. Daarnaast lijkt tevens het maatschappelijk verantwoord ondernemen belangrijker te worden in Nederland. Bedrijven sporen hun werknemers aan om vrijwilliger te worden. Mensen met een bijstandsuitkering worden steeds vaker in het kader van re-integratie verplicht om vrijwilligerswerk te doen. De laatste jaren zijn veel projecten ontwikkeld waarin zorgvrijwilligers meedoen, zoals de maatjesprojecten. 27 Bij maatjesprojecten gaat het om individuele contacten tussen een vrijwilliger en een cliënt, een functionele vriendschap met een tijdelijk karakter, bedoeld om het isolement van de hulpvrager te doorbreken. Tenslotte is een tendens waarneembaar dat organisaties die werkzaam zijn ten behoeve van mensen met beperkingen behoefte hebben aan bemiddeling van hun cliënten naar vrijwilligerswerk. Vanwege de beperkingen van deze burgers is deze bemiddeling meer arbeidsintensief en dient bij de bemiddeling ook aandacht te zijn voor de begeleiding van deze vrijwilligers. Door deze nieuwe vormen van vrijwilligerswerk ontstaat een grotere diversiteit van vrijwilligers en biedt het kansen nieuwe groepen aan te boren. Hogere eisen aan het vrijwilligerswerk Binnen sommige sectoren worden er hogere eisen gesteld aan het vrijwilligerswerk. Binnen zorg en welzijn is vaker vraag naar gespecialiseerde vrijwilligers die een specifiekere en/of intensievere vorm van hulp of ondersteuning kunnen bieden, zoals aan psychiatrische patiënten, mensen met een verstandelijke beperking, terminale patiënten en mensen met dementie. Dit vraagt om meer zelfstandigheid van de vrijwilliger en specifieke kennis. Soms zijn deze functies lastig te vervullen omdat mensen de verantwoordelijkheid niet aandurven. Onderzoek van Movisie wijst uit dat het meest effectief is om potentiele vrijwilligers te werven in kringen van de doelgroep (of mensen die tot de doelgroep behoren) via een persoonlijke benadering door vrijwilligers (mond-tot-mondreclame). Ook aan de vrijwilligersorganisaties worden steeds hogere eisen gesteld. Hun belangrijkste uitdaging is een goede match tussen vraag en aanbod en inspelen op de mogelijkheden en wensen van vrijwilligers. 26 Het evenement NL Doet is bedoeld om vrijwilligerswerk zichtbaar te maken en mensen ermee te laten kennismaken. NL DOET vindt plaats op de derde vrijdag en zaterdag van maart. 27 Andere voorbeelden: zie de website van het kennisinstituut Movisie (www.movisie.nl/kennisdossier/vrijwillige-inzet). Pagina 16 van 63

3.4 Trends mantelzorg Kenmerken van mantelzorgers Vooral vrouwen geven mantelzorg. Men veronderstelt vaak dat werkenden minder mantelzorg verlenen dan mensen die niet werken, maar een baan hebben blijkt nauwelijks van invloed te zijn. Wel zijn er mantelzorgers die tijdelijk stoppen of minder gaan werken. Veel mensen zien de hulp die zij bieden zelf niet als mantelzorg; zij geven hulp vanuit vanzelfsprekendheid en liefde. Er is ook een kleine groep bij wie de hulpverlening niet geheel vrijblijvend is; zij zorgen uit plichtsgevoel of omdat er niemand anders beschikbaar is. De belangrijkste reden om geen hulp te bieden terwijl je wel iemand kent die hulp nodig heeft, is dat er al hulp van anderen is. Ook reisafstand kan een reden zijn, of te veel andere verplichtingen. Mantelzorg verlenen kan heel positief zijn en voldoening geven of tot nieuwe contacten, vaardigheden of meer geluk leiden. Echter, mantelzorg kan, vooral als deze intensief is (veel uren) of bij hulp in moeilijke situaties (bijvoorbeeld bij mensen met gedragsproblemen), leiden tot overbelasting. Doordat de intensieve zorgverlening in de loop van de tijd is toegenomen neemt ook het aantal mensen dat zwaar- of overbelast is toe. 28 Burenhulp Veelal wordt gedacht dat kwetsbare mensen wel eenvoudig steun uit de buurt kunnen krijgen. Dat blijkt al snel (veel) te veel gevraagd. Mensen vinden buurtcontacten wel belangrijk, maar de contacten zijn over het algemeen oppervlakkig en instrumenteel. Voor emotionele steun moet je doorgaans niet bij de buren zijn. Eenzame of sociaal geïsoleerde mensen hebben derhalve weinig bij hun buren te zoeken. Daarbij spelen nog twee zaken, zoals blijkt uit onderzoek van Lilian Linders 29 : Bij mensen met een ondersteuningsbehoefte is sprake van vraagverlegenheid: ze vragen geen informele ondersteuning, omdat ze niemand tot last willen zijn (ook de kinderen niet) en ze niet afhankelijk willen worden van buren/buurtgenoten, ook al omdat ze weinig of niets terug kunnen doen. Om die reden maken ze liever gebruik van professionele voorzieningen. Anderzijds is er vaak sprake van handelingsverlegenheid bij potentiële informele zorgverleners, omdat men zich niet wil opdringen. Mensen bieden daarom niet spontaan hulp aan. Maar als ze gevraagd worden, blijken ze vaak wel bereid om een helpende hand te bieden. Een op de zeven ouderen heeft geen enkele relatie met zorgpotentieel in zijn of haar netwerk en het zorgpotentieel van buren en vrienden wordt nog nauwelijks omgezet in hulp. Er is bij ouderen dus meer ruimte voor informele zorg dan er op dit moment feitelijk wordt verleend. 30. 3.5 Samenwerking tussen informele en formele zorg Zorg is steeds meer een coproductie. Cliënt, mantelzorgers, vrijwilligers en professionals leveren ieder hun aandeel. In de thuissituatie was dit altijd al het geval. Daar wordt de meeste zorg door mantelzorgers geleverd en zijn beroepskrachten verhoudingsgewijs weinig aanwezig. Als een cliënt naar een zorginstelling verhuist, proberen zorgaanbieders die samenwerking zoveel mogelijk in stand te houden. Een verhuizing naar een zorginstelling houdt, in deze visie, niet in dat de naasten van de cliënt de zorg voor de cliënt overdragen aan de instelling. Professionals nemen niet meer taken over dan nodig is en stimuleren juist dat het sociale netwerk van de cliënt in stand blijft. Het leven in de zorginstelling sluit daardoor zo veel mogelijk aan bij de manier waarop de cliënt zijn leven had ingericht voor zijn verhuizing. In deze visie op zorg zijn ook de vrijwilligers belangrijk. Zij vervullen als het ware de rol van behulpzame buren, familie of kennissen die steun en gezelligheid brengen. Dat de bijdrage van vrijwilligers en mantelzorgers aan de kwaliteit van leven van een cliënt een zwaarder accent krijgt, wordt soms gezien als voorbeeld van verschraling van de zorg. Daarbij wordt verondersteld dat het werk eigenlijk door beroepskrachten gedaan zou moeten worden. Actiz 31 ziet dit anders: mantelzorgers en vrijwilligers zijn geen substituut-beroepskrachten, maar hebben eigen kwaliteiten die voor cliënten erg waardevol zijn. Naarmate zorgverlening meer een coproductie is van verschillende betrokkenen, dienen vragen zich aan over de spelregels die daarop van toepassing zijn. Welke handelingen moeten door een 28 Bron: Informele zorg in Nederland, SCP, juni 2013 29 Promotieonderzoek De betekenis van nabijheid. Een onderzoek naar informele zorg in een volksbuurt, Universiteit Tilburg, 2010) 30 Bron: SCP, toekomstverkenning informele zorg, 2007 31 Juridische aspecten van informele zorg. Actiz, 2012 Pagina 17 van 63

professional verricht worden? Wat mag een vrijwilliger doen? Wie is aansprakelijk als een vrijwilliger of mantelzorger een fout maakt? Kan een zorgaanbieder ook instaan voor levering van verantwoorde zorg als mensen met wie de aanbieder geen arbeidsovereenkomst heeft gesloten daaraan een bijdrage leveren? De resultaten van een flitsenquête die ActiZ in 2010 heeft gehouden, laten zien dat sterk verschillend wordt gedacht over de vraag wat een vrijwilliger kan doen. Bij die vraag spelen ook psychologische factoren een rol. Zo n factor is bijvoorbeeld dat cliënten er vaak moeite mee hebben als een vrijwilliger taken uitvoert die op het terrein van de persoonlijke verzorging liggen. Ook organisatorische factoren zijn van belang. Voor de continuïteit van de werkzaamheden in een organisatie is de inzet van beroepskrachten in de regel noodzakelijk. In het algemeen werken vrijwilligers aanvullend op professionals, maar de afbakening van wat vrijwilligers kunnen doen blijkt niet altijd duidelijk. Wettelijk zijn er weinig belemmeringen, maar in praktijk vinden organisaties het soms lastig om in te schatten wat vrijwilligers kunnen. Hoewel harde gegevens ontbreken, lijkt het erop dat vrijwilligers steeds meer doen. De hulpvragen die op hen afkomen, lijken complexer te worden 32. Wetgeving staat het verlenen van mantelzorg en vrijwilligerswerk in instellingen niet in de weg. Ook de op landelijk niveau ontwikkelde handreikingen en protocollen doen dat niet. Voor de praktijk belangrijke documenten, zoals het Kwaliteitskader VVT en het model Zorgleefplan, zien verlening van mantelzorg in de instelling als iets positiefs dat aanmoediging verdient. Ook ten aanzien van de inzet van vrijwilligers worden geen belemmeringen opgeworpen. Bepalend bij vrijwilligers is wat iemand kan, niet of hij ervoor betaald wordt. 33 Recent heeft staatssecretaris van Rijn in zijn kamerbrief Informele zorg d.d. 20 juli 2013 34 gesteld dat het vervangen van professionals door vrijwilligers en werklozen bij het uitvoeren van lijfsgebonden zorg, waaronder medische handelingen, niet in overeenstemming is met zijn visie op de langdurige zorg. Lijfsgebonden zorg moet ook na 2015 in handen blijven van mensen die daarvoor zijn gekwalificeerd en die deze activiteiten kunnen uitvoeren volgens professionele standaarden. Om de kwaliteit te borgen van de maatschappelijke ondersteuning zullen kwaliteitsnormen in het wetsvoorstel Wmo 2015 opgenomen worden. Deze normen worden door betrokken veldpartijen nader uitgewerkt tot een gezamenlijk gedragen kwaliteitskader. Het Zorginstituut krijgt hierbij een wettelijke taak en de IGZ ziet toe op de naleving van het kwaliteitskader door de aanbieders. 32 Bron: Informele zorg in Nederland. SCP, juni 2013 33 Bron: Vilans notitie Grenzen verleggen 34 Kamerstukken II, 29 538, nr. 149 Pagina 18 van 63

4 Zorgvrijwilligers In dit hoofdstuk worden de onderzoeksbevindingen uit de raadplegingen onder zorgvrijwilligers, mantelzorgers en organisaties die zorgvrijwilligers inzetten ten behoeve van mensen met een beperking in De Kop van Noord-Holland weergegeven. De huidige situatie van het zorgvrijwilligerswerk in de Kop van Noord-Holland en de (toekomstige) behoeften van zorgvrijwilligers en organisaties die een rol spelen in het zorgvrijwilligerswerk worden in kaart gebracht. Achtereenvolgens wordt beschreven: Welke partijen een rol spelen in het zorgvrijwilligerswerk in de Kop van Noord-Holland. De beschikbaarheid van zorgvrijwilligers. De drijfveren van zorgvrijwilligers. De ondersteuningsbehoeften van zorgvrijwilligers. De ondersteuningsbehoeften van organisaties. De afstemming van professionals met zorgvrijwilligers. De samenwerking tussen professionals. De aansluiting tussen vraag en aanbod. 4.1 Organisaties in de Kop van Noord Holland In de Kop van Noord-Holland zijn diverse organisaties actief die met zorgvrijwilligers werken of deze beschikbaar stellen en die belang hebben bij een toename van het aanbod zorgvrijwilligerswerk. Hierbij is een onderscheid te maken tussen professionele zorgorganisaties, organisaties voor welzijn en maatschappelijke dienstverlening en vrijwilligersorganisaties 35. Professionele zorgorganisaties Professionele zorgorganisaties die werkzaam zijn in de Kop van Noord-Holland zijn: Verpleeg- en verzorgingshuizen Gehandicaptenzorg Thuiszorg Hospice GGZ Verslavingszorg Jeugdzorg Zorgboerderijen en tuinderijen Organisaties voor welzijn en maatschappelijke dienstverlening Organisaties voor welzijn en maatschappelijke dienstverlening die werkzaam zijn in de Kop van Noord-Holland zijn: Welzijnsorganisaties Maatschappelijk werk Maatschappelijke opvang Vrijwilligersorganisaties Vrijwilligersorganisaties in de Kop van Noord-Holland zijn: Humanitas, afdeling Kop van Noord-Holland Home-Start Nederlandse Rode Kruis Stichting Aktie Graag gedaan Graag Gedaan Tafeltje Dekje Zonnebloem Stichting Present Alzheimer Nederland, afdeling Noord-Holland-Noord Kerken 35 Zie bijlage 1 voor een totaaloverzicht van organisaties in de Kop van Noord-Holland Pagina 19 van 63

Beleid en rol van gemeenten Gemeenten dienen een integraal beleid te voeren voor het plaatselijke vrijwilligerswerk vanuit prestatieveld 4 van de Wmo. Vanuit de visie dat de inzet van vrijwilligers wordt gewaardeerd, dat burgers en organisaties worden gestimuleerd deel te nemen aan vrijwilligerswerk, dat vrijwilligerswerk waar nodig wordt ondersteund en zichtbaar aanwezig is in de plaatselijke situatie. Voor een nader omschreven vrijwilligersbeleid en doelstellingen van gemeenten in de Kop van Noord- Holland op het gebied van ondersteuning van vrijwilligers(werk) wordt verwezen naar bijlage 2. 4.2 Beschikbaarheid van zorgvrijwilligers Profiel van de zorgvrijwilliger en aard van de werkzaamheden Uit de raadpleging onder zorgvrijwilligers in de Kop van Noord-Holland komt een duidelijk profiel van de gemiddelde zorgvrijwilliger naar voren. Het merendeel van de geraadpleegde vrijwilligers is vrouw, tussen de 61 en 80 jaar en autochtoon, zonder betaalde baan. Ouderen doen vaker vrijwilligerswerk in de zorg dan jongeren. Het lijkt een kwestie van beschikbare tijd, behoefte (ouderen ontmoeten in hun dagelijks leven meer mensen die hulp behoeven) en voorkeuren (jongeren willen zich minder vastleggen). De vrijwilligers zijn vooral werkzaam in de ondersteuning van ouderen, waarbij begeleiding bij maatschappelijke en vrijetijdsactiviteiten en praktische hulp het meeste worden genoemd. Het grootste deel van de zorgvrijwilligers is actief voor een intramurale zorginstelling en/of voor een vrijwilligersorganisatie. Voorbeelden van activiteiten die worden genoemd zijn: Begeleiding naar fysiotherapeut, kapper of anderszins. Tafeltje dekje. Ondersteuning in de dagelijkse zorg (o.a. maaltijdondersteuning, ondersteunen bij tillen). Bieden van vervoer (ziekenvervoer, maaltijdbezorging). Boodschappen doen. Tuinonderhoud en klussen in huis Ondersteuning bij thuisadministratie Maatjescontacten. (Preventieve) huisbezoeken. De verwachting is dat in de toekomst meer behoefte bestaat aan ondersteuning bij vervoer door vrijwilligers als gevolg van de invoering van de eigen bijdrage voor vervoer. Vrijwilligers kunnen een belangrijke rol spelen bij het bieden van vervoer, mits zij goed gefaciliteerd worden (kilometervergoeding, scholing e.d.). Momenteel worden veel zorgvrijwilligers ingeschakeld binnen de intramurale zorginstellingen zoals woonzorgcentra en verpleeghuizen. Mede door de extramuralisatie is er steeds meer behoefte aan vrijwilligers die ingezet worden voor één-op-één-contacten. Eisen aan het zorgvrijwilligerswerk De eisen die aan vrijwilligers gesteld worden, worden steeds hoger door de toenemende professionalisering, uitbreiding van wettelijke voorschriften en hogere eisen aan kwaliteit van dienstverlening in de sector. Uit de interviews met organisaties in de Kop van Noord-Holland blijkt dat de meeste organisaties geen strikte eisen voor vrijwilligers, maar slechts richtlijnen voor hun competenties hebben. Een enkele organisatie beschikt over een profielbeschrijving en taakomschrijving van de vrijwilliger in hun organisatie. Het is voor bepaalde organisaties gebruikelijk dat men bij indiensttreding van de vrijwilliger een identiteitsbewijs en Verklaring Omtrent Gedrag (VOG) vraagt. Weer andere organisaties volstaan met screening van de vrijwilliger door middel van een gesprek of vragen vrijwilligers een sollicitatiebrief te schrijven voor bepaalde activiteiten. Binnen onze organisatie is momenteel een discussie gaande. Wanneer vragen we wel een VOG en wanneer niet? We vragen ons af of het in alle gevallen nodig is een VOG op te vragen en of het een garantie biedt goede vrijwilligers in huis te halen. Nu vragen we bijvoorbeeld een VOG aan vrijwilligers die bezoekdiensten verrichten. Aan vrijwilligers die bij bepaalde activiteiten, zoals het organiseren van een bingo of klaverjasavond, worden ingezet, stellen we andere eisen. Pagina 20 van 63