Stichting Pensioenfonds Jacobs Nederland. Jaarrapport 2013



Vergelijkbare documenten
Verkort. Jaarverslag stichting pensioenfonds jacobs nederland

Verkort. Jaarverslag stichting pensioenfonds jacobs nederland

Verkort. Jaarverslag stichting pensioenfonds jacobs nederland

Terugblik 2011 in cijfers

Samenvatting DEPF reglementen Per 1 januari 2016

Stichting Pensioenfonds Jacobs Nederland. Jaarrapport 2012

Geef pensioen de aandacht die het verdient. Jaarbericht Stichting Pensioenfonds

Samenvatting DEPF reglementen Per 1 januari 2015

Informatiebijeenkomst Pensioenen: actueler dan ooit. Oktober 2013

REGLEMENT AANVULLEND PENSIOEN STICHTING PENSIOENFONDS ALLIANCE

Samenvatting DEPF reglementen

2013 verkort in beeld. Ontwikkelingen. Pensioenen Beleggingen Organogram

2009: een actief jaar met interessante ontwikkelingen

Een overzicht van de kerncijfers vindt u op <pagina 8 en 9> van het volledige jaarverslag.

Stichting Metro Pensioenfonds Populair jaarverslag 2008

Pensioenfonds Robeco. Populair Jaarverslag 2014

Wat is nu precies de rol van de werkgever, de vakbonden en het bestuur van het pensioenfonds?

Betreft: Startbrief in verband met toetreding tot de pensioenregeling

VERKORT JAARVERSLAG 2016

REGLEMENT AANVULLEND PENSIOEN STICHTING PENSIOENFONDS ALLIANCE

Informatiebijeenkomst voor aangesloten werkgevers. April 2012

De Stichting Kuwait Petroleum Pensioenfonds Nederland. Verkort jaarverslag 2013

Wijziging uitvoerder & pensioenregeling november 2014

TRANSPARANTIEDOCUMENT

Het jaarverslag 2012 in vogelvlucht

Pensioenbijeenkomst. 22 maart 2018

VERKORT JAARVERSLAG 2017

Verkort jaarverslag 2013

Stichting Pensioenfonds Buizerdlaan. Waardeoverdracht uit dienst

Stichting Pensioenfonds Allianz Nederland. Waardeoverdracht uit dienst

Belangenvereniging SPD De Pensioenwet vanaf 1 januari 2007

Stichting Pensioenfonds Deutsche Bank Nederland

Informatiebijeenkomst Pensioenfonds KPN Pensioengerechtigden. Oktober 2013

Uw persoonlijke gegevens De heer X. Deelnemer Geboren op: 2 januari 1972 Deelnemersnummer: Uw partner Y. Partner Geboren op: 5 februari 1975

Stichting Pensioenfonds Ford Nederland Pensioenreglement

SPNG. veranderingen. was voor. een jaar van grote. Verkort jaarverslag 2013 >

Addendum 2 bij het Pensioenreglement Sanoma 2009 pensioenregeling, van Stichting Pensioenfonds Sanoma Nederland, contractnummer

Communicatiekalender 2017 en 2018

2011 in het kort TOELICHTING OP HET JAARVERSLAG

Bijlagen. Stichting Pensioenfonds Unisys Nederland. Versie 1 januari 2013 PENSIOENREGLEMENT UNISYS PENSIOENKAPITAALPLAN

Update! WIJZIGINGEN PENSIOENREGELING PER 1 JANUARI bpfhibin.nl

Kemira Rotterdam B.V.

Nieuws. Gezond maar alert. Pensioenfonds IN DIT NUMMER: Verkort jaarverslag. De financiële situatie van het pensioenfonds verbeterde in 2017.

Strengere regels voor pensioenfondsen

Addendum 2 bij het Pensioenreglement pensioenregeling A, van Stichting Pensioenfonds Sanoma Nederland, contractnummer

Toelichting. Uniform Pensioenoverzicht Uitkeringsovereenkomst

Stichting Pensioenfonds Trespa. Brochure Pensioenregeling

Bewaar deze startbrief zorgvuldig. Pensioen heeft nu misschien niet uw hoogste aandacht, binnenkort kan dat anders zijn.

PENSIOENREGLEMENT UNISYS PENSIOENKAPITAALPLAN PENSIOENREGLEMENT UNISYS COMBI PENSIOEN UNISYS PENSIOENREGLEMENT, 12E NOTA VAN WIJZIGING

Profiel voor (kandidaat)leden van het Verantwoordingsorgaan PMT

Communicatieplan Stichting Pensioenfonds Deutsche Bank Nederland

Datum Briefnummer Behandeld door Doorkiesnummer N.W. Dijkhuizen 630

Startbrief. 1. Algemeen. Waardeoverdracht. Informatie die u geeft. Wanneer bent u deelnemer in de Basisregeling?

Bijzondere Deelnemersvergadering 24 april 2014

Jacobs Pensioenperspectief

Stichting IKEA Pensioenfonds. Reglement Verantwoordingsorgaan

REGLEMENT WAO-HIATENPENSIOEN STICHTING PENSIOENFONDS ALLIANCE

AANVULLENDE PENSIOENREGELING

Beschrijving Pension Fund Governance Stichting Bedrijfspensioenfonds voor het Bakkersbedrijf

Kemira Rotterdam B.V.

Mijn Pensioen. Pensioen is meer! Onderwerpen van vandaag 23/11/2015. Mijn Pensioen (1) Hoe ziet mijn pensioen eruit?

Competentievisie verantwoordingsorgaan. Juli 2014

De dekkingsgraad van het Pensioenfonds is bijna elke maand anders. Dat komt vooral door de rentestand en onze beleggingsopbrengsten.

Functieprofielen Algemeen Bestuur Stichting Pensioenfonds ING. Algemeen functieprofiel Bestuur Stichting Pensioenfonds ING

Uw pensioen bij Stichting Bedrijfstakpensioenfonds. Waterrecreatie en de Kunststoffen en Houten Jachtbouw

REGLEMENT AANVULLINGSREGELINGEN PER 1 JANUARI 2006 STICHTING BEDRIJFSTAKPENSIOENFONDS VOOR DE HANDEL IN BOUWMATERIALEN

Verkort Jaarverslag 2014

STICHTING BEDRIJFSPENSIOENFONDS VOOR DE AGRARISCHE EN VOEDSELVOORZIENINGSHANDEL. Postbus GC Rijswijk.

Deelnemerspresentatie november 2018

Toelichting Uniform Pensioenoverzicht 2017 Uitkeringsovereenkomst

Profielschets lid Raad van Toezicht. 20 mei 2019

Aanvullend reglement Pensioenopbouw boven Salarisgrens (hoog)

Artikel 1 - Definities

Uit dienst bij ABN AMRO pensioen laten staan of meenemen?

Aanvulling 3 op het Pensioenreglement 2011

Later AOW en pensioen

pensioenkrant augustus 2015

In de Pensioenwet is vastgelegd dat wanneer een pensioenfonds niet langer voldoet aan de gestelde eisen ten aanzien van:

- U bent actief deelnemer - U bent actief deelnemer én u neemt via uw werkgever deel aan de aanvullende pensioenregeling - U bent arbeidsongeschikt

Het AVEBE Pensioen samengevat

Stichting Pensioenfonds Avery Dennison. Algemene Vergadering van Deelnemers en Gepensioneerden Oegstgeest, 3 september 2018

Stichting Pensioenfonds Capgemini Nederland

Stichting Voorzieningsfonds Getronics 5 februari Stand van zaken SVG. 1 van 20

De pensioenleeftijd zal omhoog gaan

Pensioen-Bijeenkomst. 23 maart 2017

Pensioenfonds B&S. Pensioenkrant Pensioen fonds B&S

AANVULLEND PENSIOENREGLEMENT EINDLOON

Rabobank Pensioenfonds bruto uitkeringsovereenkomst 1 januari ,00% Deeltijd pensioengevend salaris: ,00 Deeltijd franchise:

Communicatieplan Stichting Brocacef Pensioenfonds

stichting pensioenfonds wonen

Einde dienstverband en uw pensioen

STICHTING VUT FONDS ECI IN LIQUIDATIE

Toeslagverlening Uitgave mei 2015

Pensioen aanvullende pensioenregelingen. Wat krijg je in onze aanvullende regelingen? Extra ouderdomspensioen. Laag 1.

Actuariële en bedrijfstechnische nota

Verkort jaarverslag 2012

Stichting Pensioenfonds Hoogovens (SPH) Update voor ledenvergadering VHP Tata Steel

Een nieuwe baan. Uw toekomst uitgestippeld

TOELICHTING Uniform Pensioenoverzicht 2017 Actieve deelnemers

voor de beleggingscommissie van Stichting Pensioenfonds voor Verloskundigen (hierna: SPV).

Transcriptie:

Jaarrapport 2013

Postbus 90170 5000 LM Tilburg E-mail: spjnl@achmea.nl Internet: www.pensioenfondsjacobs.nl

INHOUDSOPGAVE Pagina A Voorwoord 4 B Kerncijfers 6 C Karakteristieken van het pensioenfonds 10 D Verslag van het verantwoordingsorgaan 15 E Bestuursverslag 21 Ontwikkelingen 22 Verslag van de vermogensbeheerder 30 Financiële paragraaf 38 Risicoparagraaf 40 Toekomstparagraaf 42 F JAARREKENING 1 Balans per 31 december 2013 44 2 Staat van baten en lasten over 2013 45 3 Kasstroomoverzicht 2013 46 4 Grondslagen voor waardering en resultaatbepaling 47 5 Toelichting op de balans per 31 december 2013 52 6 Toelichting op de staat van baten en lasten over 2013 65 G OVERIGE GEGEVENS 1 Belangrijke gebeurtenissen na balansdatum 71 2 Resultaatverdeling 71 3 Actuariële verklaring 72 4 Controleverklaring van de onafhankelijke accountant 73 BIJLAGEN 1 Verloopstaat deelnemers 76 3

A VOORWOORD 4

Beste lezer, 2013 was voor het Pensioenfonds het jaar waarin we weer verder financieel gezond zijn geworden, maar ook een jaar met veel administratieve veranderingen. Terugblik Een snelle blik op de kerncijfers leert dat de dekkingsgraad, door de opgelopen rente en positieve ontwikkeling van de aandelenkoersen, verder is gestegen tot boven de de vereiste dekkingsgraad. Er is dus geen sprake meer van een reserve tekort. Het totaal aantal deelnemers en pensioengerechtigden is wederom licht gestegen. De uitvoeringskosten zijn hierdoor licht gestegen. Deze stijging wordt ook mede veroorzaakt door de vele veranderingen waarmee het fonds te maken heeft en nog gaat krijgen: wijzigingen in pensioenwetgeving, fiscale wijzigingen door de overheid om de overheidshuishouding op orde te krijgen, pensionfund governance waarbij de wijziging van de bestuursmodellen van een ondernemingspensioenfonds zijn aangepast en de op komst zijnde verandering in de pensioenovereenkomst. Dit alles heeft geleid tot extra tijdsbesteding van het bestuur en zijn adviseurs. Nieuwe pensioenregeling Omdat de nieuwe pensioenregeling van de werkgever een beschikbare premieregeling is, hebben de sociale partners (werkgever en Ondernemingsraad) besloten om de nieuwe pensioenregeling niet bij SPJNL onder te brengen. De werkgever heeft daarom de uitvoeringsovereenkomst met SPJNL met ingang van 1 mei 2014 opgezegd. Dit betekent dat met ingang van 1 mei 2014 binnen SPJNL geen pensioenopbouw meer plaatsvindt en de risico's op overlijden en arbeidsongeschiktheid niet meer zijn verzekerd. Als gevolg daarvan is SPJNL op 1 mei 2014 een gesloten fonds geworden. Het bestuur heeft vervolgens twee belangrijke taken: het veilig stellen van de opgebouwde aanspraken en zorgdragen voor een goede aansluiting van de verzekerde onderdelen op de nieuwe pensioenregeling. Het bestuur heeft ten behoeve van een goede aansluiting intensief overleg gehad met de sociale partners en de nieuwe uitvoerder. Dit overleg is constructief en goed verlopen. Tot slot Al met al kunnen we als bestuur tevreden terugkijken op 2013. In 2014 gaat het bestuur zich beraden over de toekomst van SPJNL en wordt de mogelijkheid onderzocht om de opgebouwde aanspraken over te brengen naar een verzekeraar en SPJNL op te heffen. Op basis van de dekkingsgraad per 31 december 2013 en de afspraken die zijn gemaakt met de sociale partners zien we de toekomst met vertrouwen tegemoet. Erwin Geene, Voorzitter 5

B KERNCIJFERS 6

KERNCIJFERS Deelnemers, gewezen en pensioengerechtigden 2013 2012 2011 2010 2009 Aantal % Aantal % Aantal % Aantal % Aantal % Deelnemers 851 67,0 878 69,6 940 74,9 977 78,7 1.006 81,9 Gewezen deelnemers 233 18,4 228 18,1 193 15,4 172 13,9 147 12,0 Pensioengerechtigden 186 14,6 156 12,3 122 9,7 93 7,4 75 6,1 1.270 100,0 1.262 100,0 1.255 100,0 1.242 100,0 1.228 100,0 Premiebijdragen, saldo waardeoverdrachten, pensioenuitkeringen en pensioenuitvoerings- en administratiekosten (x 1.000) 2013 2012 2011 2010 2009 Premiebijdragen basisregeling 13.293 12.145 11.410 11.384 11.687 Premiebijdragen voor risico deelnemers 2.552 2.462 2.446 2.407 2.390 15.845 14.607 13.856 13.791 14.077 Saldo waardeoverdrachten risico pensioenfonds 1.435 1.253 308 1.292 674 Saldo waardeoverdrachten risico deelnemers -1.700-1.943-1.155-1.112-690 -265-690 -847 180-16 Pensioenuitkeringen 1.641 1.316 908 625 430 Pensioenuitvoerings- en administratiekosten 547 503 494 498 566 7

Technische voorzieningen, stichtingskapitaal en reserves, belegd vermogen (x 1.000); dekkingsgraad en (minimaal) vereist vermogen (in %) 31-12-2013 31-12-2012 31-12-2011 31-12-2010 31-12-2009 Technische voorzieningen - voor risico pensioenfonds 125.900 120.248 100.749 76.851 57.120 - voor risico deelnemers 27.338 26.266 22.096 19.797 17.224 153.238 146.514 122.845 96.648 74.344 Stichtingskapitaal en reserves 23.558 17.007 8.991 10.080 12.217 Beleggingen - voor risico pensioenfonds 162.122 146.760 114.759 87.209 67.742 - voor risico deelnemers 27.338 26.266 22.096 19.797 17.224 Liquide middelen 1.201 1.180 1.082 104 1.150 Saldo overige activa en passiva -13.865-10.685-6.101-382 445 Totaal belegd vermogen 176.796 163.521 131.836 106.728 86.561 Aanwezige dekkingsgraad 118,7 114,1 108,9 113,1 121,4 Vereist vermogen 113,5 113,2 113,4 115,3 121,2 Minimaal vereist vermogen 104,9 105,0 105,1 105,4 105,9 Verdeling beleggingsportefeuille voor risico pensioenfonds (x 1.000) 31-12-2013 31-12-2012 31-12-2011 31-12-2010 31-12-2009 % % % % % Vastgoed beleggingen 1.507 1,0 1.628 1,2 1.697 1,6 1.708 2,0 1.715 2,5 Aandelen 46.595 31,3 39.217 28,7 30.923 28,2 27.123 31,5 23.849 35,3 Vastrentende waarden 96.587 64,9 84.005 61,6 57.082 52,3 51.213 59,5 37.856 56,0 Derivaten -2.538-1,7 5.556 4,1 14.485 13,3 3.002 3,5 2.046 3,0 Overige beleggingen 6.614 4,5 5.968 4,4 5.069 4,6 3.035 3,5 2.182 3,2 Balanswaarde beleggingen 148.765 100,0 136.374 100,0 109.256 100,0 86.081 100,0 67.648 100,0 Derivaten met een negatieve waarde 13.357 10.386 5.503 1.128 94 162.122 146.760 114.759 87.209 67.742 Beleggingsopbrengsten en kosten vermogensbeheer risico pensioenfonds (x 1.000) 2013 2012 2011 2010 2009 Directe beleggingsopbrengsten 158 230 119 127 136 Indirecte opbrengsten -32 16.116 12.704 6.181 8.337 Kosten vermogensbeheer -412-369 -288-231 -211-286 15.977 12.535 6.077 8.262 8

Beleggingsopbrengsten risico deelnemers (x 1.000) 2013 2012 2011 2010 2009 Directe opbrengsten 102 183 314 401 271 Indirecte opbrengsten 118 3.468 694 878 1.791 220 3.651 1.008 1.279 2.062 Beleggingsrendement risico pensioenfonds 2013 2012 2011 2010 2009 % % % % % Totaal rendement 0,1 14,4 13,5 9,1 15,5 Benchmark -0,2 14,4 13,4 9,3 15,3 Pensioengegevens (x 1) 2013 2012 2011 2010 2009 Maximum pensioensalaris 156.325 153.878 152.053 150.712 147.656 Franchise 18.684 18.392 18.174 18.014 17.649 Toeslagverlening 1 januari boekjaar - actieve deelnemers 2013 % - 2012 % - 2011 % - 2010 % 1,24 2009 % - - inactieve deelnemers - - - 0,04-9

C KARAKTERISTIEKEN VAN HET PENSIOENFONDS 10

KARAKTERISTIEKEN VAN HET PENSIOENFONDS Profiel Juridische structuur en inschrijving, statutair gevestigd te Leiden is opgericht op 5 december 2003. De laatste statutenwijziging was op 30 november 2011. De stichting is ingeschreven bij de Kamer van Koophandel onder nummer 28099999. Het fonds is een ondernemingspensioenfonds. Statutaire doelstelling Het doel van het pensioenfonds is middelen bijeen te brengen voor het verlenen of doen verlenen van pensioenen of overige uitkeringen aan deelnemers of gewezen deelnemers en aan hun nagelaten betrekkingen. Hiertoe heeft zij een organisatie opgezet waarbinnen de uitvoering van de pensioenregeling en het beheer van het vermogen op een adequate en gecontroleerde manier kan plaatsvinden. Voor de aangesloten werkgever Jacobs Nederland BV en 1.270 deelnemers, gewezen deelnemers en pensioengerechtigden wordt circa 149 miljoen vermogen belegd. Organisatie van het pensioenfonds In dit hoofdstuk beschrijven wij de organisatie van ons fonds aan de hand van het onderstaande schema. Bestuur Administrateur Herverzekeraar Vermogensbeheerder Custodian Uitvoerder beleggingen voor risico deelnemers Verantwoordingsorgaan Vistatiecommissie Certificerend actuaris Accountant Adviserend actuaris Compliance Officer 11

Bestuur Aan het eind van het verslagjaar was de samenstelling van het bestuur als volgt: Naam Functie in bestuur Lid sinds Einde zittingstermijn Functie bij Jacobs Nederland Namens de werkgever E. Geene voorzitter 05-12-2003 n.v.t. Directeur Finance L.A.J. Dierick bestuurslid 19-12-2005 n.v.t. Directeur HR F.H.M. Boumans bestuurslid 28-10-2009 n.v.t. Directeur Engineering Namens de deelnemers G.M. Heerschop secretaris 05-12-2003 31-12-2015 Control Systems Engineer T.H.M. van Leeuwen bestuurslid 05-12-2003 31-12-2014 Piping Engineer / OR lid S. Feenstra bestuurslid 19-12-2005 31-12-2014 Electrical Engineer / Namens de pensioengerechtigden OR lid J. Dortmundt bestuurslid 16-05-2012 31-12-2015 Gepensioneerd Het bestuur van bestaat uit zeven leden. Drie daarvan worden door de werkgever benoemd. Zij hebben een zittingsduur voor onbepaalde tijd. Drie leden worden gekozen door de deelnemers en één lid wordt gekozen door de pensioengerechtigden. Deze bestuursleden worden voor een periode van vier jaren benoemd. Eind 2013 liepen de zittingstermijnen van de heren Van Leeuwen en Feenstra af. In verband met de ontwikkelingen ten aanzien van de nieuwe pensioenregeling, heeft het bestuur besloten om hun zittingstermijnen met één jaar te verlengen. Er zijn derhalve geen verkiezingen uitgeschreven. De deelnemers zijn hierover begin oktober 2013 geïnformeerd. Het bestuur heeft geen bezwaren tegen dit besluit ontvangen. Het bestuur is verantwoordelijk voor het beheer van het pensioenfonds en het uitvoeren van de door de werkgever toegezegde pensioenregeling, waaronder het doen van pensioenuitkeringen aan gepensioneerden en nabestaanden van (gewezen) deelnemers. Het bestuur heeft bevoegdheden krachtens de statuten en het pensioenreglement alsmede de uitvoeringsovereenkomst, tot het verrichten van betalingen en het aangaan van contractuele verplichtingen met derden. Het bestuur van het fonds heeft de dagelijkse uitvoering van de werkzaamheden uitbesteed aan een uitvoeringsorganisatie. Deze werkzaamheden betreffen vermogensbeheer en pensioenadministratie. Uitgangspunt is dat het bestuur, conform de eisen van de Pensioenwet verantwoordelijk blijft voor de juiste uitvoering van de uitbestede taken. 12

Verantwoordingsorgaan Naam Lid sinds Einde zittingstermijn Namens de werkgever M.P.M. Jonkers 12-02-2009 01-07-2014 A. Beck 12-02-2009 01-07-2014 Namens de deelnemers P. Blom 12-02-2009 01-07-2014 R. Snoek 12-02-2009 01-07-2014 Namens de pensioengerechtigden A.W.M. van der Klaauw 12-02-2009 01-07-2014 T. de Nijs 19-10-2012 01-07-2014 Het verantwoordingsorgaan beoordeelt of het bestuur op evenwichtige wijze rekening houdt met de belangen van alle belanghebbenden (de deelnemers, de gewezen deelnemers, de pensioengerechtigden en de werkgever) bij het fonds. Op basis van de door het bestuur verstrekte informatie oordeelt het verantwoordingsorgaan over het handelen van het bestuur, over het gevoerde beleid en de beleidskeuzes voor de toekomst, evenals over de naleving van de gedragscode. De zittingstermijn van de leden van het VO liep af per 1 juli 2013. Deze is, net als bij het bestuur, verlengd in verband met de ontwikkelingen ten aanzien van de nieuwe pensioenregeling. Visitatiecommissie Het bestuur heeft het intern toezicht vormgegeven door middel van een visitatiecommissie. Zowel in 2009 als in 2012 heeft er een visitatie plaatsgevonden. Certificerend Actuaris Mercer Nederland B.V. te Amstelveen treedt op als certificerend actuaris. De certificerend actuaris rapporteert jaarlijks over de financiële positie van het fonds en geeft een actuariële verklaring af. Adviserend actuaris Mercer Nederland B.V. te Rotterdam adviseert het bestuur op actuarieel gebied. Hoewel Mercer Nederland B.V. zowel als certificerend actuaris als adviserend actuaris optreedt, zijn de teams die deze werkzaamheden uitvoeren (en de informatie die ze daarvoor gebruiken) intern volledig gescheiden. Accountant Het bestuur heeft KPMG Accountants NV te Amstelveen aangesteld als externe accountant. De accountant controleert de jaarrekening en de verslagstaten ten behoeve van De Nederlandsche Bank (DNB). Hij doet verslag van zijn werkzaamheden in de vorm van een controleverklaring en een verslag aan het bestuur, waarin opgenomen zijn opmerkingen en aanbevelingen omtrent de administratieve organisatie en interne controle van het fonds. Administrateur De uitvoering van de pensioenregeling is uitbesteed aan Syntrus Achmea Pensioenbeheer B.V. te Tilburg. De administrateur verzorgt zowel de deelnemersadministratie als de financiële administratie van het pensioenfonds. Herverzekeraar De risico's ten aanzien van overlijden en arbeidsongeschiktheid zijn herverzekerd bij Zwitserleven. Uitvoerder beleggingen voor risico deelnemers Robeco verzorgt zowel het vermogensbeheer als de beleggingsadministratie van de aanvullende pensioenrekening (APR) en de gesloten prepensioenregeling. 13

Vermogensbeheerder Het vermogensbeheer wordt verzorgd door Syntrus Achmea Vermogensbeheer te De Meern. De vermogensbeheerder belegt de pensioenpremies volgens de door het bestuur vastgestelde beleggingsrichtlijnen. De beleggingsrichtlijnen bevatten de regels waarbinnen de vermogensbeheerder moet opereren. Hier valt onder: De verdeling, bandbreedte en rebalancing van de portefeuille over de verschillende asset categorieën Type en kwaliteit waaraan beleggingen in beleggingscategorieën moeten voldoen Afdekking van de rente risico s Beperking gebruik en doel derivaten Maximale risico s in de vorm van tracking errors Security lendings zijn niet toegestaan Maatschappelijk verantwoord beleggen Rapportages en benchmarking. Custodian Kasbank N.V. treedt op als custodian van het pensioenfonds. De custodian (bewaarbank) is de financiële partij die (giraal) de effecten van het fonds bewaart. Door het gebruik van een custodian kan geen vermenging plaatsvinden tussen het vermogen van het fonds en dat van de vermogensbeheerder(s). Compliance Officer De compliance officer vervult een onafhankelijke rol binnen het pensioenfonds. De compliance officer controleert de naleving van de gedragscode. Hij adviseert en informeert, gevraagd én ongevraagd, verbonden personen over de uitleg en toepassing van de gedragscode. Sinds 2011 vervult de heer S. Feenstra de rol van compliance officer binnen SPJNL. 14

D VERSLAG VAN HET VERANTWOORDINGSORGAAN 15

VERANTWOORDINGSORGAAN Inleiding Het verantwoordingsorgaan (VO) van het fonds is op 12 februari 2009 ingesteld. Bij oprichting is een reglement vastgesteld op basis van de uitgangspunten van Pension Fund Governance. Hierbij zijn de frequentie van het overleg met het bestuur, de te behandelen onderwerpen met betrekking tot het beleid en de verantwoording van het orgaan vastgesteld. Samenstelling verantwoordingsorgaan Per 1 juli 2012 eindigde de zittingstermijnen van mevrouw A. Beck en de heer R. Snoek. Per 1 juli 2013 eindigde de zittingstermijnen van de heren M.P.M. Jonkers, P. Blom, A.W.M. van der Klaauw en T. de Nijs. Omdat het verantwoordingsorgaan als zodanig in het wetsvoorstel Versterking Bestuur niet meer voorkomt en gezien de ontwikkelingen rondom de pensioenregeling, is in overleg met het bestuur van het pensioenfonds besloten de zittingstermijnen van alle leden van het verantwoordingsorgaan te verlengen tot een nieuw orgaan is ingesteld. Ontvangen documentatie Het verantwoordingsorgaan heeft de volgende documenten van het bestuur ontvangen: - Notulen bestuursvergaderingen 2013 met bijbehorend overzicht actiepunten; - Communicatiebeleidsplan 2013 - Actuariële en bedrijfstechnische nota 14.03.2013 (incl. crisisplan) - Pensioenreglement 2012 - Prepensioenreglement 2011 - Statuten 30.11.2011 - Reglement Verantwoordingsorgaan (oktober 2012) - Concept jaarrapport 2013 - Notulen bestuursvergadering eerste kwartaal 2014 met bijbehorend overzicht actiepunten - Beleggingsnota 2013 Beoordelingsprocedure Het verantwoordingsorgaan heeft een planning gemaakt voor de beoordelingsprocedure, welke vervolgens is afgestemd met het bestuur. Verder heeft het bestuur in oktober 2013 en december 2013 het verantwoordingsorgaan bijgepraat over de actualiteiten. Op 3 april 2014 is het beoordelingsproces met betrekking tot het in 2013 gevoerde bestuursbeleid gestart in een bijeenkomst van het verantwoordingsorgaan, waarbij alle tot dat moment ontvangen documentatie is besproken. Op 5 mei 2014 heeft het verantwoordingsorgaan het concept jaarrapport 2013 besproken. Gedurende het beoordelingsproces is geen overleg geweest met accountant en/of andere deskundigen. Het verantwoordingsorgaan heeft al haar vragen over het beleid in de beoordelingsperiode aan het bestuur voorgelegd en deze zijn op 5 mei 2014 met het bestuur besproken. Hierna heeft het verantwoordingsorgaan de uitgangspunten voor haar eindoordeel geformuleerd. Op basis van de documenten en de gesprekken met het bestuur is het verantwoordingsorgaan gekomen tot de navolgende bevindingen en aanbevelingen. 16

Oordeel Algemene indruk Het verantwoordingsorgaan oordeelt dat het bestuur naar redelijke tevredenheid functioneert. Het verantwoordingsorgaan heeft over het algemeen een positieve indruk over het handelen van het bestuur en het uitgevoerde beleid in het afgelopen kalenderjaar. Er is nog steeds veel gaande in de pensioenwereld, zowel op financieel vlak als op het vlak van regelgeving. Ook speelde het voornemen van de werkgever om de pensioenregeling te wijzigen een significante rol. Het verantwoordingsorgaan oordeelt dat het bestuur hard werkt om op de hoogte te blijven van alle ontwikkelingen en hierop anticipeert. Tevens is door het bestuur aandacht besteed aan de voorgenomen nieuwe pensioenregeling en is verkend op welke wijze opgebouwde aanspraken gewaarborgd kunnen worden na opzegging van de uitvoeringsovereenkomst door Jacobs Nederland B.V. Hieronder geeft het verantwoordingsorgaan op specifieke onderdelen zijn bevindingen weer. Bevindingen Communicatie Het verantwoordingsorgaan stelt vast dat er door het bestuur een communicatiebeleidsplan is vastgesteld voor de periode 2013. Het verantwoordingsorgaan staat hier positief tegenover. Naar mening van het verantwoordingsorgaan, is de communicatie van het pensioenfonds naar haar deelnemers, gewezen deelnemers en pensioengerechtigden in algemene zin voldoende. Echter ten aanzien van de (voorgenomen) opzegging van de uitvoeringsovereenkomst door de werkgever is het pensioenfonds met informatie hoe dit SPJNL raakt, met name naar pensioengerechtigden en gewezen deelnemers, achtergebleven. Nog steeds ziet het verantwoordingsorgaan graag een toelichting bij de grafiek van de dekkingsgraad op de website en opname van de berekende dekkingsgraad in cijfers daarbij. Het verantwoordingsorgaan is van mening dat het bestuur nog altijd voorbij gaat aan de eigen tekst in het communicatieplan 2013 waarin staat opgenomen dat steeds de meest actuele dekkingsgraad wordt gecommuniceerd. Financiële situatie Per 31 december 2013 is er geen sprake meer van een reservetekort. Het (langetermijn)herstelplan kan worden beëindigd nu gedurende 3 kwartaaleinden geen sprake meer is van een reservetekort. De overwegingen van het bestuur om het (langetermijn)herstelplan nog niet af te melden bij DNB kan het verantwoordingsorgaan volgen en steunen. Toekomst Het verantwoordingsorgaan is in 2013 tweemaal door het bestuur bijgepraat over de actuele situatie van het fonds. Daarbij is ook aangegeven dat de werkgever/sponsor een nieuwe pensioenregeling wilde afsluiten. Het verantwoordingsorgaan had een actievere houding van het bestuur willen zien in hun voorbereidingen op het feit dat de werkgever aanstalten maakte om de uitvoeringsovereenkomst op te zeggen. Ook nadat de werkgever had aangekondigd de uitvoeringsovereenkomst te zullen opzeggen, is de communicatie vanuit het pensioenfonds over het effect hiervan op SPJNL maar heel langzaam op gang gekomen. Dit terwijl er vanuit deelnemers, gewezen deelnemers en pensioengerechtigden behoefte was en is aan informatie. De voorbereidingen door het bestuur op de toekomst van SPJNL, in samenwerking met Mercer, zijn inmiddels gestart. Het bestuur heeft het verantwoordingsorgaan op 5 mei 2014 op de hoogte gebracht van die voorbereidingen en te verwachten consequenties. 17

Aanbevelingen Op basis van haar bevindingen heeft het verantwoordingsorgaan de volgende aanbevelingen voor het bestuur: Communicatie blijft een belangrijk aandachtspunt, ook nu het fonds per 1 mei 2014 een gesloten fonds is geworden doordat de werkgever/sponsor de uitvoeringsovereenkomst heeft opgezegd. Omdat de ontwikkelingen de verschillende deelnemers op een andere manier raken, verdient het sterk aanbeveling om doelgroepcommunicatie toe te passen. Het tijdig meenemen van deelnemers, gewezen deelnemers en pensioengerechtigden in de wijzigingen voorkomt immers veel onrust bij deze groepen. Aangezien het (langetermijn)herstelplan nog niet is opgezegd, dient het bestuur alert te blijven op de ontwikkelingen die van invloed zijn op de dekkingsgraad om tijdig maatregelen te treffen, zodat het bereikte herstel niet in gevaar komt. De deelnemers, gewezen deelnemers en pensioengerechtigden dienen tijdig op de hoogte te worden gebracht van besluiten omtrent een mogelijke liquidatie en/of voortzetting van het pensioenfonds. Tevens dient hierbij aandacht gegeven te worden aan de gevolgen van deze beslissingen, onder andere inzake de samenstelling van het bestuur, met name ten aanzien van de vertegenwoordigers vanuit de werkgever in het bestuur. Op 1 juli 2014 dient implementatie van de Wet Versterking Bestuur Pensioenfondsen te zijn afgerond. Het verantwoordingsorgaan adviseert het bestuur zo spoedig mogelijk de nog noodzakelijke aanpassingen door te voeren. Als laatste adviseert het verantwoordingsorgaan het bestuur om het verantwoordingsorgaan vroegtijdig te informeren over c.q. te betrekken bij de grote veranderingen die aanstaande zijn en het contact dienaangaande te intensiveren. Voortgang Het verantwoordingsorgaan heeft hierbij vóór de verplichte datum 1 juni 2014 zijn oordeel gegeven. Het verantwoordingsorgaan heeft in haar oordeelsvorming kennis kunnen nemen van het jaarwerk. Dit oordeel zal samen met de reactie van het bestuur worden opgenomen in het jaarrapport 2013. Leiden, 9 mei 2014 Het verantwoordingsorgaan 18

Reactie van het bestuur op het verslag van het verantwoordingsorgaan Het bestuur heeft kennis genomen van het verslag van het verantwoordingsorgaan. Evenals in voorgaande jaren is communicatie een belangrijk onderwerp geweest voor het bestuur. Communicatie is een complex element en subjectief van aard. Het bestuur heeft echter altijd de onderstaande pensioendriehoek gebruikt om de taken en verantwoordelijkheden af te bakenen, en deze duidelijk te maken tijdens de vergadering van deelnemers, waarbij ook de gepensioneerde zijn uitgenodigd. Ten aanzien van de deelnemers, gewezen deelnemers en gepensioneerden is in de eerste helft van 2013 een begin gemaakt met de communicatie voortvloeiend uit de discussie die gaande was tussen de sociale partners. In mei 2013 heeft het bestuur alle betrokkenen schriftelijk en via de website geïnformeerd dat de werkgever en ondernemingsraad in overleg waren over een nieuwe pensioenregeling. Hierbij zijn de gevolgen voor SPJNL geschetst en is aangegeven welke acties het bestuur onderneemt om de opgebouwde aanspraken te waarborgen. Ook is er een vraag- en antwoordenlijst op de website gepubliceerd. In Jacobs Pensioenperspectief van oktober 2013 is uitgebreid aandacht besteed aan de verschillende scenario's en ook op de deelnemersbijeenkomsten in november 2013 is het onderwerp besproken. Het bestuur heeft hier telkens een voorbehoud moeten maken omdat er nog geen zekerheid was welke afspraken er tussen de sociale partners over de nieuwe pensioenregeling en de invoeringsdatum gemaakt zouden worden. Feitelijk was er dan ook geen nieuws te melden zolang de sociale partners niet tot een defintief akkoord waren gekomen. Het bestuur heeft echter niet stil gezeten en vanaf mei 2013 zijn interne studies uitgevoerd en discussies gestart over mogelijke toekomstscenarios. Voor de bewaking van de acties is een uitgebreid projectplan opgezet. Naar mate de discussie tussen de sociale partners vorderde, heeft het pensioenbestuur meerdere malen contact met de OR en werkgever gehad. In het meest recente Jacobs Pensioenperspectief is door het bestuur opnieuw verslag uitbracht van de stand van zaken, waarna het bestuur in april 2014 eindelijk kon melden dat het de opzegging van de uitvoeringsovereenkomt door de werkgever had ontvangen Gelijktijdig in dit proces waren er ook vele veranderingen vanuit de wetgeving op komst. Dit betroffen wijzigingen in fiscale wetgeving en Pension Fund governance, waarbij sociale partners mogelijke veranderingen in de pensioenovereenkomst zouden moeten doorvoeren. Gezien de politieke discussie heeft de invoering daarvan alsmede de richting van de wijzgingen op nationaal niveau op zich laten wachten. Het bestuur heeft daarbij de sociale partners eind 2012 en begin 2013 gewezen op de impact en de beslispunten die noodzakelijk zouden zijn, alsmede haar expertise aangeboden. 19

Naar de mening van het bestuur heeft de communicatie over de opzegging van de uitvoeringsovereenkomst tijdig en uitgebreid plaatsgevonden, waarbij telkens rekening is gehouden met de positie en verantwoordelijkheden van SPJNL in het proces naar de nieuwe pensioenregeling. Het bestuur heeft het verantwoordingsorgaan op de hoogte gehouden van de ontwikkelingen in verschillende overleggen en door het ter beschikking stellen van de notulen van de bestuursvergaderingen. Ook is het verantwoordingsorgaan aanwezig geweest op de opleidingsdag van het bestuur in het najaar van 2013, die voor een groot gedeelte gewijd was aan de (mogelijke) gevolgen van het sluiten van de pensioenregeling. Op dit moment is het bestuur druk bezig met de laatste voorbereidingen op definitieve besluitvorming inzake de toekomst van SPJNL. Ook het verantwoordingsorgaan heeft hierin een belangrijke rol. We bedanken het verantwoordingsorgaan voor de samenwerking in het afgelopen jaar. Voor de komende periode roepen we het verantwoordingsorgaan op hun rol te blijven vervullen, zodat we samen kunnen zorgen voor een goede waarborging van de in de afgelopen 10 jaar opgebouwde pensioenen. Leiden, 23 mei 2014 Het bestuur 20

E BESTUURSVERSLAG 21

Ontwikkelingen Bestuursvergaderingen Het bestuur vergadert maandelijks over de ontwikkelingen binnen en buiten het pensioenfonds. Aan het einde van 2013 is de frequentie verhoogd naar twee keer per maand, in verband met de ontwikkelingen ten aanzien van de pensioenregeling. In totaal zijn er in 2013 13 bestuursvergaderingen geweest. Bij deze vergaderingen zijn de adviserend actuaris en de bestuursadviseur aanwezig. Periodiek sluiten ook de vermogensadviseur en de managers van de uitvoerders (Syntrus / Robeco) bij de vergaderingen aan. Einde huidige pensioenregeling SPJNL Het centrale onderwerp tijdens de bestuursvergaderingen in 2013 was de impact van de invoering van een nieuwe pensioenregeling op de toekomst van SPJNL. Aan het begin van het jaar werd rekening gehouden met een mogelijke invoeringsdatum van 1 januari 2014. Uiteindelijk hebben de directie en Ondernemingsraad van Jacobs Nederland B.V. een akkoord bereikt over een invoering per 1 mei 2014. De invoering van deze nieuwe pensioenregeling betekent het einde van de opbouw in de oude regeling. Omdat de nieuwe regeling een beschikbare premieregeling is, hebben de sociale partners gekozen voor een nieuwe uitvoerder en niet voor uitvoering door SPJNL. Jacobs Nederland B.V. heeft daarom per 1 mei 2014 de uitvoeringsovereenkomst met SPJNL opgezegd. SPJNL blijft verantwoordelijk voor de tot en met 30 april 2014 opgebouwde aanspraken. Het bestuur heeft op de verwachte opzegging van de uitvoeringsovereenkomst geanticipeerd door te onderzoeken op welke wijze deze opgebouwde aanspraken het best gewaarborgd kunnen worden. Daartoe heeft het bestuur een inschatting gemaakt van de uitvoeringskosten van de pensioenregeling in een gesloten pensioenfonds. Weliswaar dalen de uitvoeringskosten ten opzichte van de situatie waarin nog pensioen wordt opgebouwd, maar ze blijven op een substantieel niveau. Met de huidige verscherpte Pensioenwetgeving en vereiste governance structuren zal op lange termijn de uitvoering van een gesloten fonds niet haalbaar zijn. Het bestuur heeft tezamen met zijn adviseurs de verschillende toekomst mogelijkheden in kaart gebracht. Grofweg zijn er drie opties bekeken: - doorgaan als gesloten fonds; - aansluiten bij een bedrijfstakpensioenfonds (PME); - overdragen van de aanspraken naar een Buy-out verzekeraar. PME heeft aangegeven dat men alleen bereid is om de opgebouwde aanspraken over te nemen, als ook de nieuwe pensioenopbouw bij hen wordt ondergebracht. Omdat de regeling van PME niet aansluit bij de nieuwe DC-regeling van Jacobs Nederland B.V. is deze optie afgevallen. Het bestuur heeft in de loop van 2013 offertes aangevraagd bij een viertal verzekeringsmaatschappijen. Hiervan zijn er slechts twee die een serieuze aanbieding hebben gedaan. Omdat de invoeringsdatum van de nieuwe pensioenregeling steeds werd uitgesteld, is het bestuur in 2013 niet verder in onderhandeling gegaan met deze partijen. Inmiddels is het bestuur in gesprek met beide partijen en heeft het bestuur ook nog een derde partij benaderd om een offerte uit te brengen. In 2014 zal het bestuur een keuze maken, waarbij de optie van het (tijdelijk) voortzetten van SPJNL als gesloten fonds nog nadrukkelijk in beeld blijft, als de voorwaarden voor een overdracht van de aanspraken naar een verzekeraar niet gunstig genoeg blijken. 22

Naast het veiligstellen van de opgebouwde aanspraken, heeft het bestuur veel aandacht gehad voor de aansluiting van de nieuwe pensioenregeling op de SPJNL pensioenregeling. In verband hiermee heeft het bestuur een werkgroep samengesteld die knelpunten identificeert en naar een mogelijke oplossing zoekt. Ondermeer een mogelijke collectieve waardeoverdracht van de APR-kapitalen en de prepensioenkapitalen naar de nieuwe regeling, is een belangrijke aandachtspunt. De werkgroep heeft intensief contact met de werkgever en de uitvoerder van zowel de SPJNL- als de nieuwe pensioenregeling. In het tweede kwartaal van 2014 worden de deelnemers verder geïnformeerd en wordt hen gevraagd om een aantal keuzes te maken. Herstelplan - financiële positie Sinds 2008 is er sprake van een reservetekort en is er een lange termijn herstelplan van kracht. Eind 2012 was dit reservetekort ingelopen. In 2013 heeft dit herstel zich, ondanks een dipje in de zomermaanden, kunnen handhaven. Eind 2013 bedroeg de dekkingsgraad 118,7%, waardoor het bestuur per 1 januari 2014 een toeslag heeft kunnen toekennen van 0,22%. Het lange termijn herstelplan is formeel nog niet afgemeld bij DNB, omdat de dekkingsgraad naar de mening van het bestuur onvoldoende stabiel is. Men wil hiermee voorkomen dat na beëindiging van het herstelplan, een plotselinge daling van de dekkingsgraad leidt tot de verplichting om een nieuw herstelplan op te stellen. DNB heeft echter geen evaluatie van het herstelplan per eind 2013 opgevraagd. Onderzoek juistheid administratie In 2011 heeft DNB de kwaliteit van de administratie van 10 pensioenfondsen laten onderzoeken in het "Quinto-P onderzoek". Naar aanleiding van de resultaten heeft DNB alle pensioenfondsen verzocht om zelf na te gaan of er onvolkomenheden in hun administratie voorkomen en zonodig maatregelen te treffen. SPJNL heeft daarop in samenwerking met de uitvoeringsorganisatie (Syntrus Achmea) het "Impero onderzoek" uitgevoerd. Hierbij is na zorgvuldige selectie voor een aantal maatmensen de gehele pensioenopbouw nagerekend en vergeleken met de geadministreerde pensioenaanspraken. Op dit proces heeft een review plaatsgevonden door afdeling Quality Assurance van Syntrus Achmea. De resultaten zijn in een rapport gepresenteerd aan het bestuur. De conclusie van het rapport is dat de administratie van de pensioenrechten op een zorgvuldige, verantwoorde en correcte wijze is uitgevoerd. Slechts in één specifiek geval is een niet materieel verschil geconstateerd van 2,47 gedurende een periode van onbetaald verlof. Het bestuur is tevreden met de uitkomst van het onderzoek en onderschrijft de conclusies. Er is dan ook geen enkele aanleiding tot het nemen van maatregelen. De resultaten van het onderzoek kunnen naar de mening van het bestuur prima worden gebruikt bij het aantonen van de juistheid van de gegevens, indien er in de toekomst sprake zou zijn van een collectieve waardeoverdracht naar een derde partij. Governance Wet versterking bestuur pensioenfondsen De Wet versterking bestuur pensioenfondsen is een integrale herziening van de governance en medezeggenschap bij pensioenfondsen. De wet moet leiden tot verbetering van de kwaliteit van het pensioenfondsbestuur. De wet is van kracht vanaf 7 augustus 2013. De bepalingen over het verantwoorden van beleggingsbeleid en over geschiktheid en tijdsbeslag waren meteen van kracht. Ook verwante wijzigingen traden in werking. Zo zijn in het Besluit FTK regels over het beloningsbeleid vastgelegd en in het Besluit uitvoering PW regels over geschiktheid, betrouwbaarheid en tijdsbeslag. Een deel van de wet wordt van kracht vanaf 1 juli 2014, wanneer de nieuwe bestuursmodellen gaan gelden. Een pensioenfonds kan kiezen uit vijf bestuursmodellen. De paritaire modellen (model 1, 2 en 3) kennen een verantwoordingsorgaan (VO), waarin de deelnemers en pensioengerechtigden naar evenredigheid zijn vertegenwoordigd. Naar keuze kan de werkgever worden vertegenwoordigd. De onafhankelijke modellen (model 4 en 5) kennen een belanghebbendenorgaan (BO), waarin al deze drie geledingen zijn vertegenwoordigd. Het intern toezicht wordt verstevigd. Ondernemingspensioenfondsen met een paritair of onafhankelijk bestuur krijgen de keuze tussen een permanente raad van toezicht of een visitatiecommissie die jaarlijks visiteert (in plaats van driejaarlijks). 23

Gelet op de ontwikkelingen ten aanzien van de pensioenregeling en daarmee mogelijk de beperkte toekomst van SPJNL, heeft het bestuur besloten om geen wijzigingen aan te brengen in het bestuursmodel en de bestaande opzet te handhaven. Er is al sprake van een paritair bestuursmodel, waarin alle geledingen zitting hebben. De samenstelling van het verantwoordingsorgaan is vooralsnog niet gewijzigd. Het intern toezicht blijft ingevuld door middel van een visitatiecommissie. Naar de mening van het bestuur past deze opzet prima binnen de kaders van de Wet versterking bestuur pensioenfondsen. Het bestuur heeft DNB hier door middel van verschillende enquêtes en via een separate toelichting over geïnformeerd. DNB heeft geen bezwaren geuit. Als besloten wordt om SPJNL niet te liquideren maar door te zetten als gesloten fonds, zal het bestuur de samenstelling van het VO (moeten) wijzigen in verband met de evenredige vertegenwoordiging van deelnemers en pensioengerechtigden. Ook de frequentie van de visitatie zal verhoogd worden van eens per drie jaar naar eenmaal per jaar. Code Pensioenfondsen De Code Pensioenfondsen van de Pensioenfederatie en de STAR bevat normen voor het gedrag van bestuurders, interne toezichthouders en belanghebbenden in de verantwoordingsfunctie. Daarnaast zijn overkoepelende thema's opgenomen, die gaan zowel over het eigen functioneren van het fonds als van dienstverleners. Deskundigheid Bestuursleden moeten vanaf de eerste dag voldoen aan strenge deskundigheids- en geschiktheidseisen. Om hieraan te (blijven) voldoen heeft het bestuur een deskundigheidsplan opgesteld, dat is gebaseerd op de aanbevelingen van de Pensioenfederatie. De inventarisatie van de aanwezige deskundigheid geschiedt op basis van eigen inschatting en tijdens de jaarlijkse bestuursevaluatie. Alle bestuursleden beschikken over voldoende deskundigheid en de deskundigheid van het bestuur als geheel is op het gewenste niveau. Om de deskundigheid op peil te houden wordt ten minste eenmaal per jaar een opleidingssessie georganiseerd. In 2013 vond deze plaats op 17 en 18 oktober. Op de eerste dag was ook het verantwoordingsorgaan aanwezig. In verband met de impact van de invoering van de nieuwe pensioenregeling op de toekomst van SPJNL is tijdens de opleidingsdagen speciale aandacht besteed aan het proces van liquideren van een pensioenfonds. Daarnaast hebben het bestuur en het verantwoordingsorgaan zich door verschillende deskundigen laten informeren over de Wet versterking bestuur pensioenfondsen en het nieuwe financieel toetsingskader. Verder was er aandacht voor communicatie en beleggingen. Bestuursevaluatie Op 18 oktober 2013 vond de jaarlijkse bestuursevaluatie plaats. Hierbij heeft het bestuur geconstateerd dat de ondersteuning van het verantwoordingsorgaan door een adviseur die los staat van het bestuur, heeft geleid tot een verbetering van het proces. De rol van het verantwoordingsorgaan, met name in een eventueel liquidatietraject, blijft belangrijk. Binnen het bestuur is de samenwerking soepel verlopen. Wel moet er aandacht blijven voor de dubbele-petten problematiek die een rol speelt bij het proces van de totstandkoming van de nieuwe pensioenregeling. De taken en verantwoordelijkheden als bestuurslid van SPJNL zijn anders dan die van een OR-lid of werkgeversvertegenwoordiger. Intern toezicht Met de invoering van de Pensioenwet zijn nadere eisen gesteld aan het interne toezicht bij pensioenfondsen. Zo is bepaald dat tenminste één maal in de drie jaar een visitatie bij een pensioenfonds moet plaatsvinden. In 2013 heeft geen visitatie plaatsgevonden. 24

Communicatie De deelnemerscommunicatie wordt verzorgd door de communicatiecommissie aan de hand van een door het bestuur vastgesteld communicatieplan. Er zijn in 2013 2 edities van Jacobs Pensioenperspectief verstuurd naar de actieve deelnemers en de gepensioneerden. Het pensioenfonds heeft naast het jaarverslag 2012, net als voorgaande jaren, een verkort jaarverslag uitgebracht en als download beschikbaar gesteld op de website. Het verkort jaarverslag is een samenvatting van de ontwikkelingen in 2012. Eind mei 2013 zijn de Uniforme Pensioenoverzichten 2013 verstuurd naar de deelnemers. Ook zijn er een aantal brieven naar de deelnemers verstuurd t.w.: Eind december 2012, brief aangaande de premieverhoging per 1 januari 2013. Eind mei 2013, brief aangaande de gevolgen van de nieuwe pensioenregeling. Begin oktober 2013, brief aangaande de bestuurssamenstelling. In november 2013 zijn de deelnemersbijeenkomsten georganiseerd in Hoogvliet, Leiden, Meerssen en Sappemeer. Hierbij is o.a. ruim aandacht geschonken aan de financiële situatie van SPJNL. Voor 2014 zal de nadruk komen te liggen op het sluiten van de huidige regeling bij SPJNL. Naar verwachting zal de communicatie richting de deelnemers eind april / begin mei 2014 starten. Het bestuur wordt hierbij geholpen door communicatiedeskundigen van Syntrus Achmea, ook onze adviserend actuaris zal hierbij een belangrijke rol spelen. Algemene ontwikkelingen AOW-leeftijd in stappen omhoog De AOW-leeftijd gaat in stappen omhoog naar 67 jaar. Dit is al in wetgeving vastgelegd. Een versnelling van de verhoging van de AOW-leeftijd tot 67 jaar in 2021 is de gecombineerde uitkomst van afspraken uit het Herfstakkoord en het Regeerakkoord van oktober 2012. De indiening van het wetsvoorstel voor versnelde verhoging van de AOW-leeftijd staat voor 2014 gepland. Verhoging pensioenrichtleeftijd en verlaging opbouwpercentage Per 1 januari 2014 is de fiscale pensioenrichtleeftijd verhoogd van 65 naar 67 jaar. Daarna is de pensioenrichtleeftijd gekoppeld aan de levensverwachting. Verdere verhoging gaat met stappen van één jaar. De komende jaren ligt de fiscale pensioenrichtleeftijd hoger dan de AOW-leeftijd. De Wet verhoging AOW- en pensioenrichtleeftijd verlaagde per 1 januari 2014 de maximale opbouwpercentages met 0,1%. Voor middelloon geldt een maximaal opbouwpercentage van 2,15% en voor eindloon 1,9%. De opbouwpercentages gaan met ingang van 1 januari 2015 nog verder omlaag. Het kabinet bereikte hierover in december 2013 een akkoord met enkele oppositiepartijen. Het akkoord in het kort: het fiscaal maximale opbouwpercentage wordt 1,875% voor middelloonregelingen; er komt een bovengrens voor het tweede pijlerpensioen van 100.000; er moet premieverlaging worden gerealiseerd; DNB gaat daar op toezien; de positie van zelfstandigen wordt versterkt; de mogelijkheid van inzet van het werknemersdeel in de pensioenpremie voor het aflossen van de hypotheekschuld op de eigen woning wordt verkend er komt een brede dialoog over de toekomst van ons pensioenstelsel. De SER wordt om advies gevraagd en betrekt hierbij de relatie tussen de vermogensopbouw voor pensioen, zorg en de eigen woning. Het gevolg is dat nagenoeg alle pensioenregelingen in de komende jaren versoberen. 25

De pensioenregeling van SPJNL is inhoudelijk niet gewijzigd per 1 januari 2014. De pensioenleeftijd is gehandhaafd op 65. In combinatie met het opbouwpercentage van 1,75% blijft de regeling binnen de fiscale maxima. De APR-tabellen zijn aangepast aan de maximale fiscale ruimte. Tevens is in 2014 de mogelijkheid om de pensioeningang uit te stellen toegevoegd, zodat deelnemers de ingang van de pensioenuitkering kunnen laten samenvallen met de ingang van de AOW-leeftijd. Het pensioenreglement zal met ingang van 1 mei 2014 worden aangepast in verband met de sluiting van de pensioenregeling. Ondermeer worden bepalingen toegevoegd ten aanzien van het niet meer opbouwen van aanspraken en stoppen van de risicoverzekering van partnerpensioen vanaf 1 mei 2014. Definitieve inhoud nieuw FTK nog niet bekend De eerste stap in de herziening van het pensioenstelsel is het verhogen van de AOW- en pensioenrichtleeftijd. De tweede stap is het schokbestendig maken van de pensioencontracten. De financiële regels voor pensioenen liggen vast in het financieel toetsingskader (FTK). Het FTK is onderdeel van de Pensioenwet. De planning is dat 1 januari 2015 een nieuw FTK van kracht wordt. In de zomer van 2013 hield staatssecretaris Klijnsma een consultatie over een voorontwerp voor het nieuwe FTK. In het consultatiedocument werd een scheiding tussen nominale en reële contracten voorgesteld. Na de consultatie koos staatssecretaris Klijnsma alsnog voor één FTK, een tussenvariant. Deze tussenvariant, ook wel FTK1+ genoemd, is te omschrijven als een FTK met het nominale contract zoals we dat nu kennen als uitgangspunt. Met de introductie van de nieuwe tussenvariant wil Klijnsma ervoor zorgen dat pensioenfondsen oude rechten niet hoeven in te varen in het nieuwe contract. De stand van zaken eind 2013 is dat het voorstel verder wordt uitgewerkt. Klijnsma overlegt daarover nog met de pensioensector. Een aantal grotere pensioenfondsen wil namelijk nog steeds graag over naar een reëel kader. De inhoud van het FTK was daarom eind 2013 nog niet bekend. Planning is om het wetsvoorstel begin 2014 aan de Tweede Kamer te sturen. Invoering SEPA/IBAN SEPA staat voor Single Euro Payments Area. SEPA is het initiatief van de Europese Unie en gezamenlijke Europese banken tot harmonisatie van het betalingsverkeer in euro's binnen Europa. Hierdoor wijzigt onder andere het huidige bankrekeningnummer in een IBAN-nummer. DNB was van mening dat alle pensioenfondsen al op 1 november 2013 klaar moesten zijn met de SEPA migratie. SPJNL heeft zich hieraan geconfirmeerd. De administratie is sinds eind 2013 SEPAproof. Pensioenparagraaf Pensioenregeling De pensioenregeling heeft het karakter van een uitkeringsovereenkomst; de aanvullende pensioenrekening (APR) en de prepensioenregeling hebben het karakter van een premieovereenkomst. De regeling is vastgelegd in een pensioenreglement dat bestaat uit een basispakket en een keuzepakket. Hieronder volgt een globale beschrijving van de voorzieningen die de regeling haar deelnemers biedt. Basispakket: Een ouderdomspensioen ingaand op de eerste dag van de maand waarin de (gewezen) deelnemer de 65-jarige leeftijd bereikt en uitgekeerd tot en met de maand van overlijden. Ieder deelnemersjaar wordt een aanspraak opgebouwd ter grootte van 1,75% van de voor dat jaar geldende pensioengrondslag (middelloonsysteem). De pensioengrondslag wordt verkregen door van het pensioengevend salaris een franchise af te trekken. Het pensioengevend salaris is gemaximeerd. Een op risicobasis verzekerd partnerpensioen ter grootte van 1,225% van de laatst geldende pensioengrondslag vermenigvuldigd met het aantal deelnemersjaren dat zou kunnen worden bereikt als het deelnemerschap tot aan de pensioendatum zou zijn voortgezet. Een op risicobasis verzekerd tijdelijk partnerpensioen ingaand op de eerste dag van de maand waarin de deelnemer overlijdt en uitgekeerd tot en met de eerste dag van de maand waarin de partner de 65-jarige leeftijd bereikt, of, indien dit eerder is, tot en met de laatste dag van de maand waarin de partner overlijdt. 26

Een wezenpensioen ter grootte van 20% van het op de dag van overlijden van de deelnemer verzekerde partnerpensioen. Voor volle wezen wordt dit verdubbeld. Een arbeidsongeschiktheidspensioen. Verder biedt het basispakket een voortzetting van de pensioenopbouw in geval van arbeids-ongeschiktheid. Keuzepakket: Een aanvullend partnerpensioen ter grootte van 1/7 deel van het nabestaandenpensioen uit het basispakket. Een extra aanvullend partnerpensioen op risicobasis voor een partner die ten tijde van het overlijden van de deelnemer tijdens actief dienstverband ouder is dan 40 jaar en geen kinderen beneden de 18 jaar heeft. Een aanvullende pensioenrekening (APR) waarbij de premies op een aparte beleggingsrekening worden gestort en waarvan het saldo op de pensioendatum kan worden aangewend voor de aankoop van extra pensioenaanspraken. De pensioenregeling kent daarnaast een aantal flexibele elementen, te weten: de mogelijkheid om de ingangsdatum van het ouderdomspensioen te vervroegen of uit te stellen, de mogelijkheid om ouderdomspensioen op de pensioendatum of uitdiensttredingsdatum uit te ruilen voor partnerpensioen en de mogelijkheid om het ouderdomspensioen middels een hoog/laag constructie uit te keren. Ook kan een gewezen deelnemer een partnerpensioen dat is verkregen door uitruil bij uitdiensttreding, op de pensioendatum weer terugruilen voor ouderdomspensioen. Prepensioenregeling: Vanaf 1 oktober 2004 voert het pensioenfonds een prepensioenregeling uit. Als gevolg van de Wet VPL is de prepensioenregeling per 1 januari 2006 premievrij gemaakt voor alle deelnemers en kan er met ingang van deze datum geen prepensioenpremie meer ingelegd worden. Een groot aantal deelnemers heeft de opgebouwde prepensioenkapitalen in 2006 overgeheveld naar de APR of levensloopregeling. Voor de overgebleven deelnemers wordt het prepensioenkapitaal op de gekozen (pre)pensioendatum omgezet in aanspraken. Wijzigingen regeling In 2013 zijn er geen wijzigingen in het pensioenreglement geweest, met uitzondering van de aanpassing van de APRtabelllen. De belangrijkste kenmerken van de regeling zijn als volgt: 2013 2014 Pensioensysteem Voorwaardelijk geïndexeerd middelloon Voorwaardelijk geïndexeerd middelloon Toetredingsleeftijd 21 21 Pensioenleeftijd 65 65 Franchise 18.684 18.845 Maximum salaris 156.325 157.669 Opbouwpercentage 1,75% 1,75% Partnerpensioen 1,225% (risico) 1,225% (risico) Tijdelijk partnerpensioen 9.691 (risico) 9.774 (risico) 27

Toeslagen Toeslagbeleid Toeslagverlening is bedoeld om de waarde van de pensioenen op peil te houden. De toeslagverlening op pensioenaanspraken en op pensioenuitkeringen is voorwaardelijk en vindt alleen plaats als de financiële middelen van het fonds dit toelaten. Er bestaat dus een risico dat er in een jaar geen toeslagverlening plaatsvindt. Het bestuur van het pensioenfonds beslist elk jaar of er een toeslag wordt verleend. Gestreefd wordt naar een toeslag op pensioenaanspraken van deelnemers die gelijk is aan de procentueel hoogste stijging van het consumentenprijsindexcijfer alle huishoudens afgeleid de periode september - september van het voorgaande jaar, zoals gepubliceerd door het Centraal Bureau voor de Statistiek (hierna: CBS) of de algemene loonontwikkeling. Onder de algemene loonontwikkeling wordt verstaan de ontwikkeling van de CAO-lonen per maand, exclusief bijzondere beloningen, zoals gepubliceerd door het CBS over de periode september - september van het voorgaande jaar. Voor ingegane pensioenen met uitzondering van het arbeidsongeschiktheidspensioen, de aanspraken van gewezen deelnemers en de eventuele aanspraken op bijzonder partnerpensioen van de ex-partners wordt gestreefd naar een toeslag die gelijk is aan de stijging van het consumenten-prijsindexcijfer alle huishoudens afgeleid. Er is voor toekomstige toeslagen geen geld gereserveerd en er wordt ook bij de bepaling van de hoogte van de pensioenpremies geen rekening gehouden met toeslagverlening. Voor de deelnemers die op 31 december 2003 deelnemer in Stichting Pensioenfonds Stork waren en aansluitend de dag daaropvolgend deelnemer zijn geworden in geldt het volgende: Als de toeslag op de achtergebleven pensioenrechten en -aanspraken bij Stichting Pensioenfonds Stork (vanaf 1 januari 2012 Pensioenfonds van de Metalelektro (PME)), lager is dan de toeslag op de pensioenrechten en -aanspraken bij Stichting Pensioenfonds Jacobs Nederland, zullen deze achtergebleven pensioenrechten en -aanspraken bij de voorwaardelijke toeslagverlening zoals hierboven omschreven mede in aanmerking genomen worden. De bedoelde pensioenrechten en - aanspraken bij PME kunnen in dat geval in het betreffende jaar bij bestuursbesluit worden verhoogd met het verschil tussen de door beide fondsen gehanteerde toeslagpercentages. Dit geldt zowel voor actieve deelnemers als voor gewezen deelnemers en pensioengerechtigden. Deze toeslag wordt opgeteld bij de pensioenrechten of - aanspraken in. Er is voor toekomstige toeslagen geen geld gereserveerd en er wordt ook bij de bepaling van de hoogte van de pensioenpremies geen rekening gehouden met toeslagverlening. De afgelopen jaren was de toeslagverlening in overeenstemming met het hiervoor gepresenteerde toeslagbeleid. Verleende toeslagen In het kader van het herstelplan is per 1 januari 2013 geen toeslag verleend. Per 1 januari 2014 zijn alle opgebouwde pensioenaanspraken en ingegane pensioenuitkeringen verhoogd met 0,22%. Ook de PME-aanspraken zijn conform de overgangsbepaling verhoogd met 0,22%. Financiering De financiering van de basisregeling is gebaseerd op het systeem van doorsneepremie. Het pensioenfonds brengt de jaarlijkse premie door middel van maandelijkse voorschotnota's in rekening bij Jacobs Nederland B.V. Aan het eind van het boekjaar wordt een definitieve premienota opgemaakt. De premie voor het basispakket bedraagt volgens de uitvoeringsovereenkomst maximaal 29% van de som van de pensioengrondslagen. De afspraken over de premiehoogte en wijze van afdracht zijn vastgelegd in een uitvoeringsovereenkomst, die in werking is getreden op 1 januari 2008. Feitelijke premie Voor het verslagjaar 2013 gold voor het basispakket een totaalpremie voor de werkgever en werknemers samen van 29% van de som van de pensioengrondslagen (2012: 27%). De totale premie 2013 bedroeg 13.293.000. Aanvullende pensioenrekening (APR regeling) De premies van de APR-regeling worden belegd bij Robeco. De totale premie 2013 bedroeg 2.552.000. 28