Betreft: Startbrief in verband met toetreding tot de pensioenregeling

Transcriptie

1 Yvonne Bloem Administrateur Stichting Pensioenfonds Syngenta Nederland Westeinde 62 Postbus AA Enkhuizen Tel Fax yvonne.bloem@syngenta.com Betreft: Startbrief in verband met toetreding tot de pensioenregeling Onlangs bent u in dienst getreden bij Syngenta Seeds B.V. (hierna: de werkgever). Dit brengt een aantal veranderingen met zich. Een van die veranderingen is dat u gaat deelnemen aan de pensioenregeling van de werkgever. Met deze startbrief bevestigen wij uw deelnemerschap aan de pensioenregeling en willen wij u tevens informeren over een van de belangrijkste arbeidsvoorwaarden: uw pensioen. In deze startbrief vindt u een overzicht van de belangrijkste kenmerken van de pensioenregeling: a) hoe uw pensioen geregeld is; b) welke pensioenaanspraken er voor u verzekerd zijn; en c) overige belangrijke kenmerken. A. Hoe heeft Syngenta de pensioenen geregeld? De werkgever is met u overeengekomen dat u als deelnemer in de pensioenregeling wordt opgenomen zodra u in dienst treedt en 21 jaar of ouder bent. Deze afspraken zijn vastgelegd in de Pensioenovereenkomst waarvan de uitvoering is opgedragen aan de Stichting Pensioenfonds Syngenta Nederland (hierna: het Pensioenfonds). Het Pensioenfonds staat juridisch los van de werkgever en wordt bestuurd door het bestuur. Het bestuur van het Pensioenfonds bestaat uit werkgevers- en werknemersvertegenwoordigers. Ook is aan het Pensioenfonds een Verantwoordingsorgaan verbonden. Het Verantwoordingsorgaan bestaat uit een vertegenwoordiger van de werkgever, de werknemers en de pensioengerechtigden. Het Pensioenfonds heeft de pensioenen herverzekerd bij Delta Lloyd Levensverzekering N.V. (hierna: DL) te Amsterdam. DL verstrekt u gedurende het deelnemerschap aan de pensioenregeling jaarlijks een Uniform Pensioenoverzicht met daarop de verzekerde pensioenbedragen. Tevens verstrekt DL u jaarlijks de opgave met de factor A. U hebt de factor A nodig om te bepalen of u wel of geen pensioentekort heeft, met recht op extra belastingaftrek. Dit gebeurt via de berekening van de zogenaamde jaarruimte en de reserveringsruimte. B. Welke pensioenen zijn er voor u verzekerd? Uw pensioenovereenkomst betreft een middelloonregeling en heeft het karakter van een uitkeringsovereenkomst in de zin van de Pensioenwet. Op grond van het pensioenreglement maakt u, dan wel uw (voormalige) partner of echtgeno(o)t(e), of uw kind(eren) aanspraak op: a. Ouderdomspensioen; b. Partnerpensioen; c. Bijzonder partnerpensioen; d. Wezenpensioen;

2 Pagina: 2/5 1. Ouderdomspensioen U bouwt per jaar dat u deelneemt in het pensioenreglement van het Pensioenfonds een ouderdomspensioen op van 1,75% van uw, in dat jaar vastgestelde, pensioengrondslag. De pensioengrondslag is uw vaste jaarsalaris, te weten 12 maal uw maandsalaris (plus vakantietoeslag en voor zover van toepassing, de vaste ploegentoeslag, persoonlijke toeslag en waarderingstoeslag) minus de franchise (correctie in verband met de AOW (2008: )). Uw ouderdomspensioen gaat in op de 1 ste dag van de maand volgend op of samenvallend met uw 65 jarige leeftijd en wordt uitgekeerd tot uw overlijden. 2. Partnerpensioen Het partnerpensioen wordt bij uw overlijden aan uw partner levenslang uitgekeerd en bedraagt 70% van uw ouderdomspensioen. Mocht u vóór de pensioendatum gedurende uw deelnemerschap komen te overlijden, dan wordt aangenomen, dat de toekomstige dienstjaren ook bij de werkgever zouden zijn doorgebracht en worden deze meegeteld voor de vaststelling van het partnerpensioen. De volgende personen worden als partner beschouwd: degene met wie u gehuwd bent; degene met wie u een geregistreerd partnerschap bent aangegaan; degene met wie u een gezamenlijke huishouding voert, deze dient aangetoond te worden met een door de notaris opgestelde samenlevingsovereenkomst én een uittreksel uit de Gemeentelijke Basisadministratie. 3. Bijzonder Partnerpensioen Het deel van het partnerpensioen dat bij uw overlijden aan uw ex-partner toekomt. 4. Wezenpensioen Het wezenpensioen ontvangen uw kinderen bij uw overlijden indien zij op dat moment jonger zijn dan 18 jaar. Het wezenpensioen stopt indien zij 18 jaar worden of bij eerder overlijden. Zolang uw kind studeert of invalide is, wordt het wezenpensioen uitgekeerd tot 27 jaar of tot eerder overlijden. Het wezenpensioen is 14% van het ouderdomspensioen. Er is sprake van uw kind als het een (pleeg)kind van u of uw partner is. Een pleegkind of een kind van uw partner moet bovendien door u worden opgevoed en onderhouden. C. Overige belangrijke kenmerken 1. Beëindiging deelnemerschap Indien uw deelnemerschap eindigt doordat u uit dienst treedt, behoudt u recht op premievrije aanspraak op: Ouderdomspensioen; Partnerpensioen. Het partnerpensioen bedraagt slechts de tot aan de datum van beëindiging opgebouwde waarde; Wezenpensioen. De bovenvermelde pensioenen gaan in op dezelfde tijdstippen als waarop de oorspronkelijke pensioenen zouden ingaan.

3 Pagina: 3/5 2. Vrijstelling van premiebetaling bij arbeidsongeschiktheid Bij arbeidsongeschiktheid (van 45% of meer) als bedoeld in de pensioenregeling wordt uw deelnemerschap (gedeeltelijk) premievrij voortgezet. De mate van premievrije voortzetting van de pensioenregeling is afhankelijk van de mate van de arbeidsongeschiktheid. De vrijstelling van premiebetaling bij arbeidsongeschiktheid is op risicobasis verzekerd en komt derhalve bij beëindiging van het deelnemerschap te vervallen. Een verleende vrijstelling van premiebetaling komt bij beëindiging van het deelnemerschap niet te vervallen, maar duurt voort zolang en in de mate dat de arbeidsongeschiktheid voortduurt. 3. Betalingsvoorbehoud De werkgever behoudt zich het recht voor om bijdragen in de kosten van het pensioenreglement te verminderen of te beëindigen ingeval van ingrijpende wijziging van omstandigheden. 4. Uw verplichtingen Voor een goede uitvoering van het pensioenreglement is het noodzakelijk dat u belangrijke informatie onmiddellijk doorgeeft aan uw werkgever of aan het Pensioenfonds. Hierbij kunt u denken aan een adreswijziging, een huwelijk of een echtscheiding. 5. Eigen bijdrage U betaalt een bijdrage in de pensioenpremie aan de werkgever. Dit wordt de eigen bijdrage genoemd en bedraagt jaarlijks 7% van uw pensioengevend salaris, verminderd met een door het Pensioenfonds vastgesteld bedrag, dat jaarlijks kan wijzigen. Voor 2008 is dit bedrag vastgesteld op De werkgever houdt maandelijks 1/12 gedeelte van de eigen bijdrage in op uw salaris. De eigen bijdrage is ongeacht uw leeftijd of gezinsomstandigheden. 6. Vrijwillige pensioenregeling Uw pensioenovereenkomst voorziet niet in de mogelijkheid tot het deelnemen aan een vrijwillige pensioenregeling. 7. Uitruil partnerpensioen in ouderdomspensioen op de pensioendatum en de effecten daarvan U hebt de mogelijkheid om op de pensioendatum het partnerpensioen uit te ruilen voor een hoger ouderdomspensioen. Indien gewenst, kunt u het Pensioenfonds verzoeken om de effecten van een eventuele uitruil van partnerpensioen in ouderdomspensioen op uw pensioenaanspraken te laten berekenen. 8. Waardeoverdracht Wanneer u als nieuwe deelnemer gebruik wil maken van waardeoverdracht dan moet u dit verzoek doen binnen zes maanden na de aanvang van uw pensioenopbouw. Uw eventueel elders opgebouwde pensioenaanspraken, zal het Pensioenfonds dan aanwenden voor verhoging van de pensioenaanspraken. De overdracht vindt plaats volgens de bepalingen van het pensioenreglement en de Pensioenwet. 9. Toeslagverlening a. Zolang u deelnemer bent aan de pensioenregeling, wordt op uw opgebouwde pensioenaanspraken jaarlijks toeslag verleend overeenkomstig de procentuele stijging van de Consumenten-prijsindex-Alle Huishoudens. Als referentieperiode geldt hiervoor de periode van oktober tot oktober in het voorafgaande jaar.

4 Pagina: 4/5 In de afgelopen drie jaar zijn uw opgebouwde pensioenaanspraken verhoogd overeenkomstig de procentuele stijging van de Consumenten-prijsindex-Alle Huishoudens in het desbetreffende jaar. De verwachting is dat de verhoging in de komende jaren ook gelijk zal zijn aan deze procentuele stijging. b. Het Pensioenfonds streeft ernaar uw ingegane pensioenen (en indien u eerder uitdienst gaat uw uitgestelde premievrije pensioenaanspraken) te verhogen met toeslagen. De verhoging met toeslagen van deze pensioenen is voorwaardelijk en bedraagt de procentuele stijging van de afgeleide Consumenten-prijsindex-Alle Huishoudens met een maximum van 3%. Als referentieperiode geldt hiervoor de periode van oktober tot oktober in het voorafgaande jaar. Dit betekent dat het bestuur van het Pensioenfonds jaarlijks besluit of er wel of geen verhoging van deze pensioenen plaatsvindt. De ingegane pensioenen en de opgebouwde pensioenaanspraken van de gewezen deelnemers zijn in de afgelopen drie jaar als volgt verhoogd: - Voor het jaar 2005 was de verhoging 1,45%; - Voor het jaar 2006 was de verhoging 1,25%; - Voor het jaar 2007 was de verhoging 1,23%. Dit betekent dat de toeslagverlening over de afgelopen drie jaar gelijk is geweest aan deze stijging. c. De in sub b bedoelde verhoging met toeslagen is voorwaardelijk en afhankelijk van de beschikbare financiële middelen in het voor dit doel aangehouden depot. Als u in enig jaar een verhoging krijgt, is het niet zeker of en in welke mate in de toekomst ook toeslag wordt verleend. Het bestuur streeft ernaar om financiële middelen te reserveren voor de toeslagverlening, of deze middelen voldoende zijn voor de toeslagverlening zal jaarlijks moeten blijken en is ter beoordeling van het bestuur. Er wordt geen pensioenpremie voor betaald. 10. Vrijwillige voortzetting van de pensioenregeling Als u uit dienst gaat bij de werkgever dan wordt uw deelnemerschap aan de pensioenregeling beëindigd. Het Pensioenfonds kent niet de mogelijkheid om op individueel verzoek de deelname aan de pensioenregeling vrijwillig voort te zetten. 11. Aanvullende informatie (op verzoek) De volgende informatie kan gedownload worden via of is op verzoek beschikbaar: Het pensioenreglement; Het jaarverslag en de verkorte jaarrekening. De uitvoeringsovereenkomst tussen de werkgever en het Pensioenfonds. 12. Korte- of lange termijnherstelplan Er is geen sprake van een korte- of lange termijnherstelplan van toepassing op het Pensioenfonds. 13. Omstandigheden welke van belang zijn Er zijn geen (negatieve) omstandigheden bekend welke betrekking hebben op het functioneren van het Pensioenfonds.

5 Pagina: 5/5 14. Klachten- en geschillenreglement Mocht u een klacht hebben over de uitvoering van het (de) pensioenreglement(en), dan kunt u deze schriftelijk bij het Pensioenfonds indienen. De klacht bevat zo duidelijk mogelijk een omschrijving van de wijze van uitvoering van de werkzaamheden waarover wordt geklaagd. De volledige procedure staat omschreven in het interne klachten- en geschillenreglement, dat u kunt opvragen bij de administrateur van het Pensioenfonds. Website Meer informatie vindt u ook op Hier vindt u aanvullende informatie over de pensioenregeling zoals die voor deelnemers geldt vanaf 01 januari Ook vindt u hier meer informatie over de actie u dient te ondernemen, indien: Er wijzigingen in uw persoonlijke situatie of omstandigheden zijn. Zoals b.v. trouwen, partnerschap, kinderen, scheiding, arbeidsongeschikt worden en overlijden. Er wijzigingen in uw werksituatie zijn. Zoals b.v. meer of minder werken, verlof opnemen, uitdienst gaan, wijziging omstandigheden bij de werkgever. Vragen? Hebt u na het lezen van deze startbrief nog vragen, wilt u meer informatie of hebt u een klacht over het Pensioenfonds? Neem dan contact op met de administrateur, zijn gegevens staan in de kop van deze brief. Met vriendelijke groet, Stichting Pensioenfonds Syngenta Nederland Yvonne Bloem