Van zaadje tot zonnebloem. activiteitenboekje



Vergelijkbare documenten
ACTIVITEIT. Tuinkers in een eierdop

Droge boon. Ik heb nodig: - een droge boon - een geweekte boon - weegschaal - een liniaal - kleurpotloden

Thema nieuwsbrief Karel in de lente April 2015

Lespakket Zomerzon. Instructieblad groep 1 & 2. Inhoud pakket - Achtergrondinformatie. Lessuggesties:

Speel- & Leerbrief APRIL Marja Baeten. Pedagogisch kader kindercentra 0-4 jaar NATUURLIJK SPELEN APRIL 2015.

Lessuggesties voor groep 3 & 4

Materiaal Groen. Deel 4: Thuis tuinieren

Kinderdagverblijf programma Dit ben ik

ZAAI- GOED DEZE LESBRIEF IS VAN..

Ontwikkelingskansen voor ieder kind! Boodschappen. Kansen in kinderen. Boodschappen. voor ouders. Kansen in kinderen

Auditieve oefeningen - lente. Hakken en plakken

Vind een plantennaam met elke letter van het alfabet.

Lesopdracht. Benodigdheden (ochtend) Leerdoelen voor de kinderen. Lesinhoud. Verteltafel rondom het prentenboek Rupsje nooit genoeg

Liam en Saar. Saar schrijft een briefje. Het is voor Liam. kom je. Saar doet het in een mandje en laat het aan een touw zakken naar zijn tuin.

Ook$met$kinderen$van$0$/$4$jaar$de$natuur$in!

LESSENSERIE GROEI VAN TUINKERS GROEP 1/2

Webboek. Taalontwikkeling spelletjes

Begrippen: Bekende begrippen: Kleur rood- blauw geel groen oranje paars vorm rond hoek bol kubus cilinder balk tent

Opdrachtkaarten Herfst

Wielewoelewool, ik ga naar school! Toelichting

en zelfbeeld Lichamelijke ontwikkeling Lesdoelen: Werkvormen: Benodigdheden: Kinderboeken: Les 1: Wie ben ik Lesoverzicht

DOCENT. Thema: natuur BOMEN BIJ MIJN SCHOOL. groep 3 en 4. Stadshagen

seizoenskleuren Kijk eens naar buiten! Hoe kun je zien welk seizoen het is? Aan de bomen, aan de

Lessuggesties voor groep 1 & 2

De grond waarop wij wonen

Opdrachtkaarten Lente

Het kiemen van zaden

VERTELCYCLUS WEEK 9: ZAAIEN VERSIE 2 ( )

Van meizoentje tot liefkruid

Boterbloemen in het gras

van een plant en zonlicht nodig heeft om te leven voor zuurstof die mensen nodig hebben om te leven bakjes met tuinkers 10 min.

ACTIVITEITEN JAARPLAN 2015 KINDERDAGVERBLIJF WERELDPLEK

Weekprogramma: 3+ Voorstellen aan puk (naam leeftijd, gezinssamenstelling)

De Taallijn. Peuters Interactief met Taal

4 Vind me dan. Achtergrondinfo Planten en dieren hebben allerlei manieren om niet op te vallen. Deze kunnen onderverdeeld worden in:

Opdrachten thema. Veluwe

Kinderopvang De Palmboom Professionele kinderopvang in je eigen buurt! Programma

De meeste jonge kinderen zijn dol op dieren en willen heel graag een eigen huisdier

De teelt van zonnebloemen

LESBRIEF. Karel is jarig. Samenvatting: De begrippen zijn: Wij maken kinderdromen waar

LESBRIEF. Karel is jarig. Samenvatting: De begrippen zijn: Wij maken kinderdromen waar

Materiaal Groen. Deel 3: Groen groeit

Opdracht 1 Hoe werden mensen vroeger begraven? Je krijgt een fotoblad met oude grafmonumenten, zoals een piramide en een hunebed.

Kopieerblad Bouw het! Bouw een kasteel

Opdrachten thema. Veluwe

bedoeld wordt met hoeveelheidbegrippen als: alle, geen, niets, veel, weinig, meer, minder, evenveel. Ordent hoeveelheden om ze te Groep 1 Groep 2

KNUTSELIDEETJES. Tulpen in een vaas. Benodigdheden: schaar, lijm, vouwblaadjes 8 x 8 cm, gekleurd papier. Aan het werk:

leerkracht Tuinieren in de klas zaaien in de vensterbank

Lespakket. Ssst de tijger slaapt. Door: Maike Douglas jufmaike.nl. De lessen met een * ervoor zijn alleen geschikt voor kleuters. ã jufmaike.

Volg de aanwijzingen en ontdek met de cijfercode wat de naam van de boom is. Onze boom heet :...

4-7 jaar Scharrelavontuur. 4-7 jaar Scharrelavontuur. Sterke geuren. Aardegeuren. Pluk een blaadje van een plantje.

december 2012 vanaf 4 jaar tekst: Marian van Gog muziek: Paul Natte Kerstkaart

Regenwormen Tijdstip: in september, oktober en november, na een regenbui.

M i. deborah van de leijgraaf

De planeten Reis door het zonnestelsel

DAT VERDIENT EEN BLOEMETJE!

Cultuurontmoeting : Schilder in de klas

Werken in de tuin Periode 1 Periode 2 Periode 3 Periode 4 Leerjaar 1-3-5

Inleiding Doelgroep Relatieschema Opzet van de lescyclus Opbouw van de lescyclus Doelstellingen...

Het onderzoek van de burgemeester 5/6

Inhoud. 1 Het dagelijkse werk in de bloemenwinkel 6. 2 Kamerplanten Bloemwerk van de vakman Speciaal bloemwerk 108

Knutselen met Je knutsel Ei Kwijt November

Natuur dagboek. Op ontdekking in je achtertuin

Koolwitjes in de klas! (Groep 7 & 8)

Leerpad Natuurbeleving kleuters Lesduur: ca 60 minuten Bestemd voor groep 1/2/3 Sluit aan bij kerndoel: 39, 40a

Zaden en Kiemplanten

Natuur & Milieu Educatie

Doe- pad Watertorenweg. Achtergrond informatie voor de begeleider. Groep 5-6

LEESTIP. Speel- & Leerbrief MEI Marja Baeten. Pedagogisch kader kindercentra 0-4 jaar ZE KOMEN VOOR DE VRIENDJES! MEI 2015.

Ik vou van u is een verhaaltje van het tuinvrouwtje Fiona en het wolkenmannetje Wiebe. Fiona verzorgt haar bloemen met heel veel liefde en overgave.

Thema 1: Wie zijn wij?

In je kracht. Werkboek voor deelnemers

2. Maak met de 4 buizen een vierkant op de grond. Dit is het zoekraam.

Met dit lekkere warme weer zijn we lekker gaan wandelen in het park bij ons in de buurt.

Sorteer netjes! 1. Knip de kaartjes van bijlage 1 uit. Sorteer

Oude bomen. Opdracht 1 - Bijzondere bomen. Opdracht 2 De leeftijd van een boom meten. Benodigdheden

Knutselen met Je knutsel Ei Kwijt

Ontdekdoos Zaden. groep 5 en 6. docentenhandleiding

Practicum: Het ontkiemen van zaadjes

Examen VMBO-BB. landbouw-breed CSPE BB. gedurende 240 minuten. Bij dit examen horen een bijlage, uitwerkbijlagen en digitale bestanden.

Natuurtentoonstelling

Plant in de klas Instructieblad leerkracht Groep 6/7/8

Lessuggesties voor groep 5-8

!!"#$%"&#'((&)"*%'+",-../!

Lespakket Zomerzon. Instructieblad groep 5 & 8. Inhoud pakket - Achtergrondinformatie. Lessuggesties:

gelukkig, maar er was eens een dag dat dat anders was...

Lesbrief bij de voorstelling Aardblij

Natuur, Buiten Activiteit:

VOORBEELD WETENSCHAPPELIJK VERSLAG

De lessen LESBRIEF VOOR DE LEERKRACHT - GROEP 3/4

De leerlingen: leren en ervaren dat mensen niet zonder water kunnen leven. zien waar water voor wordt gebruikt.

Koolwitjes in de klas!

1. Van je juf of meester krijg je een plaatje. Bekijk je plaatje goed. 3. Zoek samen nog vier klasgenoten met een ander plaatje.

Activiteitenprogramma t/m 07.02

Lesmateriaal op school

Het Beverpad. Handleiding voor ouders/begeleiders

Kindervergadering Zo gaat het bij ons!

Lesideeën groep 1 en 2

Vormen van een raket Raketten

Transcriptie:

Van zaadje tot zonnebloem activiteitenboekje

ANMEC Van zaadje tot zonnebloem Handleiding Tekst Layout Marijntje van Gisbergen, Mirella Vierveijzer, Nicole Bonovrie, Eveline Booij, Ellen Daamen, Sietske Goldenbeld Jolanda van der Heijden Telefoon 020-622 54 04 E-mail anmec@anmec.nl Website www.anmec.nl januari 2014

Inhoud Seizoenspakket Van zaadje tot zonnebloem Materialen in het pakket 4 In het kort 5 Samen met ouders Zonnebloem-weetjes Voorbereiding 6 Opbouw en taalontwikkeling 7 Zingen en praten over bloemen 8 Buiten bloemen zoeken 9 Zonnebloemen zaaien 10 Hoe groot ben jij? 11 De groei 12 Een zonnebloem schilderen 13 Rollenspel De bloemenwinkel 14 Zorgen voor de tuin 15 a n m e c - v a n z a a d j e t o t z o n n e b l o e m 3

Seizoenspakket Van zaadje tot zonnebloem Materialen in het pakket Bij het Seizoenspakket Van zaadje tot zonnebloem zijn de volgende materialen meegeleverd: een activiteitenboekje 1 praatplaat 1 activiteitenblad 15 kweekpotjes 1 zakje zonnebloemzaden 1 bloemgietertje 1 liter potgrond De volgende materialen dient u zelf te regelen: materialen uit de NatuurMEdiatheek: (zie kader) prentenboek Zonnebloem verschillende soorten bloemen grote en kleine vaas (vinger-) verf (diverse kleuren) kwasten schorten wit karton groen crêpepapier computer schepjes, harkjes, bezems emmers schaaltjes aluminiumfolie fototoestel blokjes natuurlijk materiaal plaatjes van zonnebloemen tissues lijm schaar bloembak/bloempotjes zaden en bollen Deze materialen worden bij benodigdheden met een * aangegeven Materialen lenen bij de NatuurMEdiatheek Wilt u naast het seizoenspakket Van zaadje tot zonnebloem nog andere materialen gebruiken? Dat kan! In onze NatuurMEdiatheek hebben wij verschillende thematassen te leen. Te denken valt aan: thematas Lieveheersbeestjes, thematas Zonnebloem, thematas Vogels en thematas Vlinders. Bezoektijden NatuurMEdiatheek: woensdag van 13.00-17.00 uur. Op andere werkdagen en in de schoolvakanties, alleen op afspraak. Voor een overzicht van de materialen kunt u kijken op onze website: www.anmec.nl. Wilt u materialen aanschaffen, dan zijn deze te bestellen op www.veldwerkwinkel.nl. 4 v a n z a a d j e t o t z o n n e b l o e m - a n m e c

In het kort Met dit voorjaarspakket laat u de peuters ervaren hoe uit een klein zaadje een enorme bloem kan groeien! Met de aarde, zaden en potjes uit dit pakket kunt u zonnebloemen laten ontkiemen op de groep en hierna overplanten in de volle grond. De activiteiten uit dit boekje beschrijven hoe u de peuters hierbij kunt betrekken. Deze activiteiten zijn gericht op natuurbeleving én taalontwikkeling. Peuters doen zintuiglijke ontdekkingen aan bloemen en zien het groeiproces van dichtbij. Zij leren voor langere tijd zorgen voor hun eigen zonnebloem. Daarnaast leren zij de begrippen die hierbij horen, zoals blad, steel, knop, groei, groot en klein. Samen met ouders Betrek ouders en verzorgers bij het thema. Nodig hen bijvoorbeeld uit om de planten te bekijken die de peuters verzorgen. Of maak foto s van de activiteiten en laat peuters aan de hand van de foto s erover vertellen. U kunt de zonnebloemplantjes overplanten in de buitenruimte van het kindercentrum. U kunt dit doen als de zonnebloem ongeveer 10 cm hoog is. Maar u kunt er natuurlijk ook voor kiezen om de plantjes door de peuters thuis verder te laten verzorgen. Zonnebloem-weetjes De zonnebloem bloeit van juni tot september. Een zonnebloem kan tussen de 40 cm tot 3 meter hoog worden. Het hart van een zonnebloem kan een diameter van 50 cm krijgen. Een zonnebloem doet zijn naam eer aan: ze houden van een zonnige plek en goede grond. De zonnebloem kan gebruikt worden als snijbloem. De zaadjes van een zonnebloem kunnen gegeten worden en op allerlei manieren worden verwerkt. Denk bijvoorbeeld aan zonnebloemolie of zonnebloembrood. Dieren, zoals vogels en konijnen houden van zonnebloemzaadjes. De zaden worden dan ook vaak gebruikt als kippen- en konijnenvoer. a n m e c - v a n z a a d j e t o t z o n n e b l o e m 5

Voorbereiding Besluit waar u de zaadjes wilt zaaien en op welke manier de peuters hiervoor gaan zorgen. Het is aan te raden de zaadjes eerst in potjes op de groep te verzorgen. Maak hiervoor ruimte op de groep. Bedenk hoe u het thema kunt laten leven op de groep, bijvoorbeeld: - In de huishoek een bloemenwinkel maken met een kassa, bloemen, prijskaartjes, blaadjes, takjes, bloembollen, zaad enzovoorts. - Een ontdekhoek inrichten om te ontdekken aan blaadjes, zaadjes en bloemen. - Een taalhoek inrichten waar u de themawoorden van de activiteiten ophangt en prentenboeken over bloemen neerlegt. - Bouw tijdens het thema een tentoonstelling op van foto s en werkjes van de peuters. Het prentenboek Zonnebloem van Anne Schneider (uitgever De Eenhoorn; prijs 11,50) is een aanrader om bij dit thema te gebruiken. In dit prentenboek staat het groeiproces van de zonnebloem centraal. Maartje plant een zaadje en ontdekt dat het een zonnebloem wordt. In de herfst wordt de bloem dor. Maartje is hierover verdrietig totdat ze ontdekt dat de zaadjes gegeten worden door vogels en zorgen voor nieuwe zonnebloemen. Op www.schooltv.nl/beeldbank zijn verschillende filmpjes te vinden over de thema s bloemen en zaaien: - In het filmpje Zaaien met Flip de Beer is te zien hoe kleuters bloemen in de klas zaaien en wat zij daarvoor nodig hebben. www.schooltv.nl/beeldbank/clip/ 20080606_flipzaaien01 - In het filmpje Ik koop een roos is te zien hoe kleuters bloemen kopen in een bloemenwinkel. www.schooltv.nl/beeldbank/clip/ 20032502_roos03 - In het filmpje Tuintje maken met Flip de Beer is te zien hoe kleuters viooltjes en bollen planten in een tuin. www.schooltv.nl/beeldbank/clip/ 20031203_lente01 6 v a n z a a d j e t o t z o n n e b l o e m - a n m e c

Opbouw en taalontwikkeling Peuters leren woorden niet in één keer. Als pedagogisch medewerker onderneemt u een aantal stappen voordat uw peuter een nieuw woord écht kent. In het woordenschatonderwijs worden vier stappen onderscheiden: Oriënteren Kennismaking met het thema uit deze fase sluiten aan bij wat de peuters al weten. Peuters hoeven de woorden nog niet actief te gebruiken, herkennen is voldoende. In dit boekje vindt u 8 activiteiten rond het thema Bloemen en Grootte voor peuters van 2 tot 4 jaar. Deze activiteiten sluiten aan bij de fases van het woordenschatonderwijs die hiernaast zijn beschreven. U kunt deze opbouw gebruiken en uit iedere fase één of meer activiteiten aanbieden. Natuurlijk kunt u ook die activiteiten uitkiezen die u aanspreken en deze als losse activiteit aanbieden op de groep. Demonstreren Woorden uitleggen met voorbeelden Tijdens de activiteiten ervaren en ontdekken peuters met al hun zintuigen wat de nieuwe woorden betekenen. Consolideren Oefenen met het gebruiken van de nieuwe woorden Bij deze activiteiten gebruiken de peuters de nieuwe woorden actief. Controleren De nieuwe woorden gebruiken in nieuwe situaties Bij de activiteiten uit deze fase wordt de context groter en krijgen de peuters de ruimte om zelf problemen op te lossen. Hierbij hebben zij de nieuwe woorden nodig. a n m e c - v a n z a a d j e t o t z o n n e b l o e m 7

Hoe ruikt het? Heb je ze ooit eerder gezien? Wat vind je ervan? Zingen en praten over bloemen Oriënteren Kennismaking met het thema bloemen: bespreken van begrippen zoals bloem, blad, steel. Begrippen Blad, bloem, steel, groeien, klein, groot, mooi, vaas Benodigdheden - een bosje bloemen, geplukt of gekocht, met verschillende bloemen - een grote en kleine vaas Een bosje bloemen voor mij? Verras de peuters en laat (één van uw collega s) een bosje bloemen bezorgen op de groep. Praat met de peuters in een kring of aan tafel over de gebeurtenis en het boeketje. Beschrijf de bos bloemen en gebruik de woorden steel, blad, bloem, groot en klein. Denk hierbij aan vragen zoals: Wat zijn dit? Waar komen ze vandaan? Welke kleur heeft het? Hoe voelt het? Leg uit dat de bloemen niet zomaar kunnen blijven liggen, ze moeten in een vaas. Veel bloemen doe je in een grote vaas en weinig bloemen in een kleine vaas. Welke vaas is nodig? Passen de bloemen daarin? Leg uit dat er ook water bij moet, anders worden de bloemen droog en slap. Zet het boeket in een vaas op de groep. Een versje over bloemen Geef (enkele) peuters een bloem uit het boeket in de hand. Vraag om de beurt of zij weten wat voor bloem het is en vertel dat je een versje weet over die bloem. Zeg of zing het voor, vul steeds een andere bloem in: Ik wou dat ik een bloempje was En groeide in het groene gras Het liefste wou ik een zijn Maar toch vind ik elk bloempje fijn Uit: Eén been, stokkebeen van Paul Biegel, Uitgeverij Holland Groeien als een bloem Laat de peuters meezingen en bewegen als ze het versje een beetje kennen. De peuters gaan groeien als een bloem. Doe deze beweging eerst voor: je begint op je hurken zo klein mogelijk. Tijdens het zingen van het liedje groei je tot een grote bloem en strek je je helemaal uit! 8 v a n z a a d j e t o t z o n n e b l o e m - a n m e c

Buiten bloemen zoeken Oriënteren Verdere kennismaking met het thema: ontdekken van verschillen en overeenkomsten tussen bloemen. Begrippen Blad, bloem, steel, groeien, klein, groot, mooi, vaas, knop Benodigdheden - een veldje of tuin met bloemen in de buurt waar bloemen geplukt mogen worden - grote en kleine bloemen - twee vazen Waar komen bloemen vandaan? Laat de peuters een geplukte bloem zien en bespreek waar deze bloem vandaan komt. Vertel dat bloemen eerst moeten groeien voordat ze geplukt worden. Wie weet een plekje waar bloemen groeien? Leg uit dat jullie buiten op zoek gaan naar bloemen. Stel de peuters vragen tijdens hun ontdekkingen zoals: Ruiken alle bloemen hetzelfde? Voelen alle bloemen hetzelfde? Zijn alle bloemen even groot? Welke bloemen zijn heel groot? Welke bloemen zijn heel klein? Laat de peuters één grote en één kleine bloem uitkiezen, plukken en meenemen. Grote en kleine bloemen Bespreek terug op de groep het uitstapje en herhaal de vragen die u in de bloementuin gesteld hebt. Leg de bloemen van groot naar klein in een rijtje. Gebruik hierbij de begrippen groter en kleiner. Benoem de bloemen in de rij en laat de peuters de grootste en kleinste aanwijzen. Zet vervolgens twee vazen op tafel en laat ze de grote bloemen in een vaas doen en in de andere vaas de kleine bloemen. Laat hierna de peuters de vaas benoemen, in welke vaas zitten de grote bloemen en in welke de kleine? Voelen en ruiken Ga naar een plek waar bloemen groeien. Laat de peuters eerst rustig rond kijken en vraag wat zij allemaal zien. Laat ze ook ruiken en voorzichtig voelen aan de bloemen. a n m e c - v a n z a a d j e t o t z o n n e b l o e m 9

Zonnebloemen zaaien Demonstreren Woorden uitleggen met voorbeelden: ervaren en ontdekken met alle zintuigen wat woorden betekenen. Begrippen - blad, bloem, steel, groeien, klein, groot, mooi, vaas, knop - zaadje, wachten, uitkomen, water, zon, eerst, daarna, plant Benodigdheden - zonnebloemzaadjes - potgrond - potjes - gietertje * prentenboek Zonnebloem van Anne Schneider * computer met internet, filmpje Zaaien met Flip de Beer * schepjes * schaaltjes of aluminiumfolie voor onder de potjes Zaadjes zaaien Bereid de peuters voor op het zaaien van de zaadjes door het prentenboek voor te lezen of het filmpje over Zaaien te laten zien (www.schooltv. nl/beeldbank). Lees een boek interactief voor door vragen te stellen en dingen te laten benoemen. Bespreek het boek of het filmpje na. Vertel de peuters dat jullie ook zaadjes gaan zaaien. Uit de zaadjes zullen zonnebloemen gaan groeien! Aan de slag Zet de benodigde materialen klaar en begeleid steeds een groepje van ongeveer vier peuters. Bespreek eerst de materialen. Laat de potgrond, zaadjes en potjes zien en laat de peuters eraan voelen en ruiken. Laat de peuters de zaadjes aanwijzen. Leg uit dat uit deze zaadjes hele grote zonnebloemen kunnen groeien. Doe zelf voor hoe je een zonnebloemzaadje zaait (vul het potje met aarde, tot onder de rand, maak een gaatje met je vinger in de aarde, doe het zaadje erin en maak het gaatje dicht). Laat iedere peuter met een schepje zijn of haar potje vullen met aarde en het zaadje zaaien. Laat de peuters vertellen wat ze doen en hun ervaringen delen. Bespreek wat een goede plek is om de potjes neer te zetten. Zorgen voor het zaadje Bespreek met de peuters, als ze allemaal het zaadje hebben gezaaid, wat er met de potjes gedaan moet worden. Kunnen de potjes gewoon blijven staan? Leg uit dat de zaadjes zon en water nodig hebben om te groeien. De aarde in het potje moet vochtig zijn, maar niet te nat. Bespreek met de peuters dat zij voor hun zaadje gaan zorgen en het water mogen geven. 10 v a n z a a d j e t o t z o n n e b l o e m - a n m e c

Hoe groot ben jij? Demonstreren Woorden uitleggen met voorbeelden: vergelijken van verschillende grootten en gebruiken van de begrippen groot, groter, grootst en klein, kleiner, kleinst. Begrippen - blad, bloem, steel, groeien, klein, groot, mooi, vaas, knop - even groot, even klein, groter, grootst, kleiner, kleinst, ongeveer Benodigdheden - activiteitenblad Zonnebloemen: klein en groot * verf, kwasten en schorten * wit karton * groen crêpepapier Kleuren van bloemen Teken vooraf voor iedere peuter op wit karton een grote bloem die de peuters kunnen inkleuren. Weten ze nog welke kleuren de bloemen hadden in de bloementuin of in het boeket? Laat ze alle kleuren opnoemen. Leg uit dat u bloemen heeft die nog geen kleur hebben. Laat de voorgetekende bloemen kleuren, schilderen of beplakken met kleuren die zij in het boeket of in de bloementuin hebben gezien. Hoe groot ben jij? Leg uit dat u weleens wilt weten hoe groot iedereen is. Laat de peuters in een kring staan en laat hen naar elkaar kijken. Is iedereen even groot? Wie is het grootst? Wie is het kleinst? Leg uit dat ze de geknutselde bloemen even groot maken als zijzelf. Hiervoor laat u iedere peuter om de beurt tegen een muur of kast staan. U meet de lengte door een klein stipje te zetten en op dit stipje de bloem van de peuter te plakken. Maak een steel aan iedere bloem door er een strook groen crêpepapier aan vast te plakken. Bloem, steel en blad Bekijk samen met de peuters alle bloemen op de muur of de kast. Wie weet nog welke bloem van hem of haar is? Zijn alle bloemen even groot? Welke bloem is het grootst en welke bloem is het kleinst? Laat ze de verschillende onderdelen van de bloem aanwijzen. Samen met de peuters ontdekt u dat de bloemen nog een blaadjes hebben! Laat ze in de buitenruimte een paar groene blaadjes verzamelen en plak deze aan de steel van de bloem. a n m e c - v a n z a a d j e t o t z o n n e b l o e m 11

De groei Consolideren Het gebruik van nieuwe woorden oefenen: het groeiproces van de zonnebloem volgen, een versje leren en de alsdan relatie zien tussen water geven en de groei van een plant. Begrippen - blad, bloem, steel, groeien, klein, groot, mooi, vaas, knop - zaadje, wachten, uitkomen, water, zon, eerst, daarna, plant Benodigdheden - gietertje * fototoestel * blokjes Bloemenzaadje Verzorg steeds samen met een groepje peuters de zonnebloemen op een vast moment op de dag. Bekijk samen hoe de aarde eruit ziet, droog of vochtig en laat de peuters als dit nodig is water geven. Deze terugkerende activiteit kunt u steeds starten met het opzeggen van onderstaand versje Bloemzaadje. Door het versje steeds te herhalen bij deze activiteit kunnen de peuters het versje leren. Leg ook steeds uit waarom ze de zonnebloem water geven. Bloemenzaadje klein Slaap je nog zo fijn? De winterkou is weg, Kom nu naar buiten zeg! Steek je groene snuit, Maar gauw boven de aarde uit. Bovenaan je steel Word je misschien rood of geel Bloemenzaadje klein Kom maar gauw, t is hier fijn! De groei bijhouden Hoe meer de zonnebloem groeit, hoe meer er is te zien en te bespreken met de peuters. Denk aan vragen als: Is de steel gegroeid? Zie jij de blaadjes? Hoeveel blaadjes tel jij? Zie je een knop? Door wekelijks een foto van de plantjes te maken en deze op de groep op te hangen, kunt u de peuters laten zien hoe een zonnebloem groeit. Behalve met foto s kunt u ook met blokjes de hoogte van de zonnebloem bijhouden. Maak een blokkentoren die even groot is als het plantje. Bekijk samen steeds of er een blokje op de toren bij mag om de toren even groot als het plantje te maken. 12 v a n z a a d j e t o t z o n n e b l o e m - a n m e c

Een zonnebloem schilderen Consolideren Het gebruik van nieuwe woorden oefenen: een zonnebloem maken met vingerverf en hierbij de onderdelen van de bloem benoemen. Begrippen - blad, bloem, steel, groeien, klein, groot, mooi, vaas, knop - zaadje, wachten, uitkomen, water, zon, eerst, daarna, plant Benodigdheden - praatplaat Zonnebloemen * plaatjes van zonnebloemen * vingerverf, groen, bruin, geel * schorten en tissues * stevig wit papier * natuurlijk materiaal (zand, gras, blaadjes, takjes) Hoe ziet een zonnebloem eruit? Zoek verschillende plaatjes van zonnebloemen op (praatplaat, internet, tijdschriften). Laat deze aan de peuters zien en bespreek met hen hoe een zonnebloem eruit ziet. Wijs de onderdelen aan en laat de peuters de steel, bladeren en kleuren benoemen. Bespreek of de zonnebloem een grote of kleine bloem is. Een zonnebloem verven Zet alle materialen klaar en begeleid steeds twee peuters bij het verven van een zonnebloem. Doe dit eerst zelf voor: schilder uw handpalm bruin en uw vingers geel. Druk uw hand een aantal keren op het papier. Hierbij drukt u uw handpalm (de kern) steeds op dezelfde plek en met uw vingers (de bloemblaadjes) maakt u een rondje. Begeleid de peuters bij het verven van hun handpalm en het afdrukken op het papier. Maak de handen van de peuters schoon en bespreek of de zonnebloem nu klaar is. Laat de peuters met groene verf nog de steel en de bladeren schilderen. Zonnebloem versieren De geschilderde zonnebloemen kunnen nog versierd worden met natuurlijke materialen. Laat peuters hiervoor in de buitenruimte of tijdens een wandeling takjes, zand, gras, blaadjes en andere materialen verzamelen. Deze materialen plakken zij bij hun zonnebloem op het vel. Hang de kunstwerken op en bekijk samen of alle zonnebloemen even groot zijn. a n m e c - v a n z a a d j e t o t z o n n e b l o e m 13

Rollenspel De bloemenwinkel Controleren De nieuwe woorden in andere situaties gebruiken: actief woorden gebruiken in een begeleid rollenspel. Begrippen - blad, bloem, steel, groeien, klein, groot, mooi, vaas, knop - even groot, even klein, groter, grootst, kleiner, kleinst, ongeveer, winkel, kopen Benodigdheden - computer met internet, filmpje Ik koop een roos - verschillende bloemen - bloemenhoed Bloemen kopen Bekijk samen met de peuters het filmpje Ik koop een roos op www. schooltv.nl/beeldbank. Bespreek het filmpje na. Wat hebben ze gezien? Leg uit dat er winkels zijn waar je bloemen kunt kopen, grote bloemen, kleine bloemen en bloemen in alle kleuren. Vertel verder dat er in de winkel een meneer of mevrouw is die de bloemen verkoopt en dat je geld nodig hebt om bloemen te kopen. In de bloemenwinkel Maak voor deze activiteit een hoed of kroon met bloemen en zet deze op. Leg uit dat u bloemen verkoopt. Speel samen met uw collega een rollenspel. Bijvoorbeeld: Goedemiddag, welkom in mijn winkel! Hallo mevrouw, ik ben op zoek naar mooie bos bloemen. Voor wie zoekt u een bos bloemen? Voor mijn oma, ze is jarig. Is dit wat voor u, een bos met rozen en tulpen, rood en paars? Heel erg mooi, wat kost het? 5,00, alstublieft. 5,00 voor u, dank u en tot ziens! U ook bedankt, tot ziens. Nodig na dit rollenspel ook één van de peuters bij u uit om bloemen te kopen. Voer een gesprekje met het kind. Denk aan vragen zoals: Welke bloemen wil jij kopen? Deze grote bloem misschien, of liever die kleine bloemen? Een bloemenhoek Bedenk samen met de peuters wat je allemaal nodig hebt in een bloemenwinkel. Denk aan bloemen, takjes, emmers, kassa, munten, winkelbel, vaas, gieter, pakpapier, linten, etc. Schrijf de ideeën op voor de ouders en vraag hen om eventueel spullen van thuis mee te nemen. Richt samen met de peuters de bloemenwinkel in. Als de winkel klaar is, begeleid dan de peuters in het rollenspel door vragen te stellen zoals: Wat zeg je als je bloemen wilt kopen en wat zeg je als je bloemen verkoopt? 14 v a n z a a d j e t o t z o n n e b l o e m - a n m e c

Zorgen voor de tuin Controleren De nieuwe woorden in andere situaties gebruiken: helpen bij het zorgen voor de buitenruimte en activiteiten benoemen. Begrippen - blad, bloem, steel, groeien, klein, groot, mooi, vaas, knop - zaadje, wachten, uitkomen, water, zon, eerst, daarna, plant Benodigdheden - gietertje * computer met internet, filmpje Tuintje maken * bloembakken en -potjes * grond en zand * schepjes, harkjes, emmers, bezems, * zaden en bollen (bijvoorbeeld een pak bonen, uien of appelpitjes) Zand en aarde Zet buiten materialen klaar zoals potjes en emmers met zand en aarde. Laat de peuters met hun handen met het zand en de aarde spelen voordat je de schepjes en harkjes geeft. Voelen zand en aarde hetzelfde? Laat vervolgens de peuters de aarde overscheppen in de potjes met schepjes. Tuinieren Weten de peuters nog dat ze zaden van de zonnebloem hebben gezaaid? Weten zij ook nog hoe ze dat deden (aarde in een potje, gaatje maken met vinger, zaadje erin, gaatje dichtmaken, water geven)? Laat de nieuwe zaden en/of bollen zien. Kunnen de peuters deze zaaien in de potten of bakken? Laat ze bij deze activiteit hun al hun zintuigen gebruiken, bijvoorbeeld door te vragen hoe de zaden en bollen eruit zien en hoe de aarde ruikt en voelt. Tuintje maken Weten de peuters nog waar bloemen vandaan komen? Bloemen komen uit zaden in de grond. Bloemen kun je laten groeien in de tuin, net zoals de zonnebloemen. Bekijk samen het filmpje van Flip de Beer waarbij kinderen een tuintje maken op: www.schooltv.nl/beeldbank. a n m e c - v a n z a a d j e t o t z o n n e b l o e m 15