PRAKTISCH BEKWAAMHEIDSEXAMEN SCHRIFTELIJKE PROEF 12 MEI 2012



Vergelijkbare documenten
PRAKTISCH BEKWAAMHEIDSEXAMEN SCHRIFTELIJKE PROEF 12 MEI 2012

BESTEMMING VAN HET RESULTAAT

EIGEN VERMOGEN, VOORZIENINGEN VOOR RISICO'S EN KOSTEN, SCHULDEN OP MEER DAN EEN JAAR

1. Samenstelling kapitaal Aantal aan- In geld geïncor- Uitgifte Totaal delen volstort poreerde reserves premies kapitaal

PRAKTISCH BEKWAAMHEIDSEXAMEN SCHRIFTELIJKE PROEF 29 NOVEMBER 2014

PRAKTISCH BEKWAAMHEIDSEXAMEN SCHRIFTELIJKE PROEF 16 NOVEMBER 2013

HOOFDSTUK 4. Reserves Overgedragen winst (verlies)

2. Wat is het fiscale voordeel?

Tip voor de bedrijfsleider: Vergeet uw 640 belastingvrij dividend niet!

PRAKTISCH BEKWAAMHEIDSEXAMEN SCHRIFTELIJKE PROEF 19 NOVEMBER 2011

MAATREGELEN DI RUPO DE ONDERNEMER ZAL BETALEN

Infosessie 12/09/2013

ENKELE MOGELIJKHEDEN OM NOG TE GENIETEN VAN VERLAAGDE ROERENDE VOORHEFFING

Interne jaarrekening - Uitgebreid verslag (Vennootschap)

De roerende voorheffing op dividenden werd reeds opgetrokken van 15 % naar 25%.

ERKEND BOEKHOUDER-FISCALIST WORDEN. Verantwoordelijke uitgever: Beroepsinstituut van erkende Boekhouders en Fiscalisten

Verantwoordelijke uitgever: Beroepsinstituut van erkende Boekhouders en Fiscalisten. ERKEND BOEKHOUDER-FISCALIST WORdEN

Nieuwsbrief 2014/4. Wat brengt het regeerakkoord?

Inzicht in uw cijfers

PRAKTISCH BEKWAAMHEIDSEXAMEN VOOR ERKENDE BOEKHOUDERS EN ERKENDE BOEKHOUDERS FISCALISTEN BIBF KB van 20 januari 2003 (B.S.

COMMISSIE VOOR BOEKHOUDKUNDIGE NORMEN

BELASTBARE GERESERVEERDE WINST

Bij de aankoop voor ,00 EUR in 2003 van een onroerend goed heeft de vennootschap geboekt :

Fiscale aspecten bij éénmalige revisorale opdrachten

PRAKTISCH BEKWAAMHEIDSEXAMEN SCHRIFTELIJKE PROEF 3 MEI 2014

Boekhouding. boekhouding 1

HOOFDSTUK 4. Reserves Overgedragen winst (verlies) Blz. 55 tot 108

Globale oefening op vennootschapsbelasting AJ 2009

VASTGOED EN VENNOOTSCHAP AANKOOP VAN VASTGOED DOOR DE VENNOOTSCHAP

Pouseele B. & C, Bedrijfsrevisoren. Ter Reigerie 7 bus 3, 8800 Roeselare. Waardeverminderingen en waarderingsregels

Keuzemogelijkheid tussen de notionele interestaftrek en de investeringsreserve Bespreking aan de hand van een voorbeeld

TARIEF IN DE VEN.B. 33 % + ACB van 3 opcentiemen = 33,99 % VERMINDERD BASISTARIEF

EEN geslaagd PROjECT!

Relatie Vennootschap Bedrijfsleider Recente fiscale ontwikkelingen. Luc Maes 24/11/2016

COMMISSIE VOOR BOEKHOUDKUNDIGE NORMEN CBN-advies 2018/XX Dividenduitkering en kapitaalvermindering in natura Ontwerpadvies van 11 juli 2018

BOEKHOUDKUNDIGE BEDIENDE KAN NU OOK LID VAN HET BIBF WORDEN

De Fairness Tax: nieuwe minimumbelasting voor grote vennootschappen?

Bridgeboetiek vzw. Balans en Jaarrekening. Seizoen

Overzicht van de belangrijkste wijzigingen aan het aangifteformulier inclusief de fiscale bijlagen voor het aj. 2015

BROUWERIJ LIEFMANS NV Juridische status : Faillissement. Juridische vorm : NV. Wontergemstraat, DENTERGEM

JAARREKENING IN EURO

PATRIMONIALE ACTUALITEIT

PRAKTISCH BEKWAAMHEIDSEXAMEN VOOR ERKENDE BOEKHOUDERS EN ERKENDE BOEKHOUDERS FISCALISTEN KB van 20 januari 2003 (B.S. 12/02/2003) DE VRAGEN

1. Waarom kan werken met een vennootschap voordelig zijn?

Waar vinden?

PRAKTISCH BEKWAAMHEIDSEXAMEN SCHRIFTELIJKE PROEF 24 NOVEMBER 2012

I. BEREKENING VAN HET GEMIDDELD PERSONEELSBESTAND A. Alle personeelsleden. Gemiddeld personeelsbestand in A1 =... B A2 =... B2...

Invloed van het buitengerechtelijk minnelijk akkoord of de gerechtelijke reorganisatie op de schulden en vorderingen. Ontwerpadvies 2010/X

Bedrijfsrevisor. Verklaring over de jaarrekening zonder voorbehoud

Stopzettingsmeerwaarde daalt naar 10% vanaf 60 jaar en geldt ook voor voorraden en handelsvorderingen

Fiscale en andere nieuwtjes.

PRAKTISCH BEKWAAMHEIDSEXAMEN SCHRIFTELIJKE PROEF 2 MEI 2015

OPDRACHTBRIEF. in deze overeenkomst de beroepsbeoefenaar genoemd,

Balans en Jaarrekening. Seizoen

2. Voordelen van een doktersvennootschap

Studentenarbeid: waarmee moet u rekening houden?

Optimaal gebruik van de managementvennootschap Inhoud

INBRENG IN NATURA OPDRACHT

De vestiging en de invordering van de inkomstenbelastingen

Toelichting bij het jaaroverzicht van dividenden en interesten

HOOFDSTUK 1 BASISBEGINSELEN VAN HET DUBBEL BOEKHOUDEN

COMMISSIE VOOR BOEKHOUDKUNDIGE NORMEN

COMMISSIE VOOR BOEKHOUDKUNDIGE NORMEN

HOOFDSTUK I. Definities. Artikel 1. Voor de toepassing van dit besluit wordt verstaan onder :

Fiscale aspecten bij éénmalige revisorale opdrachten. ViasDFK3 BEDRIJFSREVISOREN

JAARLIJKS FINANCIEEL VERSLAG 2013 FLUXYS BELGIUM

De fiscale begrotingsmaatregelen van de regering Di Rupo I: invloed op uw beleggingen

ENKELE FISCALE CIJFERS. Tarieven Inkomensschijven inkomsten aanslagjaar Inkomensschijf

1. Eigen vermogen, voorzieningen voor risico's en kosten en schulden op meer dan één jaar

Schriftelijke proef van 19 november 2005 DE VRAGEN DEELDOMEIN BOEKHOUDING A. ALGEMENE BOEKHOUDING /15

01/10/ seminarie stagiairs 1


ENKELE FISCALE CIJFERS. Tarieven Inkomensschijven inkomsten aanslagjaar Inkomensschijf

COMMISSIE VOOR BOEKHOUDKUNDIGE NORMEN

Aangeboden door Wouter Devloo IAB Accountant Belastingconsulent

11. Cijfervoorbeelden

B.I.B.F. VERPLICHT SEMINARIE VOOR STAGIAIRS 15 SEPTEMBER 2007 ANTWOORD 2

Die reserves kan men al dan niet uitkeren (= dividenduitkering) tegen een gunstig tarief (zie tabel hieronder).

Minimumindeling van het algemeen rekeningstelsel

Eenmanszaak of vennootschap. Boekhoudkantoor Nysen

Aftrek voor risicokapitaal

QUASI-INBRENG OPDRACHT

Vereenvoudigd voorbeeld van een vereffening : boekhoudkundige en fiscale aspecten

Koninklijk besluit van 4 mei 1999 betreffende het Instituut van de Accountants en de Belastingconsulenten

NV ZZZZZZZZZZZ Bijlage 3/1 Straat, nr. Stad/Gemeente

Drastische vermindering vennootschapsbelasting!! Iedereen in een vennootschap vanaf 2018?? Hoe in een KMOvennootschap

JAARREKENING IN EURO

Word boekhouder-fiscalist, een digitaal & menselijk beroep Frank Haemers. Juridische dienst BIBF

COMMISSIE VOOR BOEKHOUDKUNDIGE NORMEN

8. ONZE FINANCIËLE MIDDELEN

RECHTSTREEKSE INVESTERINGEN

Belastingkrediet voor onderzoek en ontwikkeling: boekhoudkundige verwerking en fiscale behandeling.

COMMISSIE VOOR BOEKHOUDKUNDIGE NORMEN

COMMISSIE VOOR BOEKHOUDKUNDIGE NORMEN. CBN-advies 2012/17 - Erkenning van opbrengsten en kosten. Advies van 7 november 2012

I. DE AANVRAGER. Voornaam :. . Nationaal nummer :.. Tel :... Bankrekening : nr...

basisbegrippen SBB Accountants & Adviseurs

DE ZELFSTANDIG ONDERNEMER Al je aftrekbare beroepskosten op een rijtje.

TOELICHTING BIJ DE BALANS EN DE RESULTATENREKENING

Derde Bewerking : Aftrek van vrijgestelde verdragswinsten Aftrek van niet-belastbare bestanddelen

Tax shelter voor startende ondernemingen

Transcriptie:

BIBF B E R O E P S I N S T I T U U T V A N E R K E N D E B O E K H O U D E R S E N F I S C A L I S T E N Wet van 22 april 1999 IPCF I N S T I T U T P R O F E S S I O N N E L D E S C O M P T A B L E S E T F I S C A L I S T E S A G R É É S Loi du 22 avril 1999 PRAKTISCH BEKWAAMHEIDSEXAMEN SCHRIFTELIJKE PROEF 12 MEI 2012 DEEL I. I. BOEKHOUDEN: /40 III. PLICHTENLEER: /10 Sub-Totaal: /50 A. B. C. D. E. 1

ZONE VOORBEHOUDEN AAN DE CORRECTOREN Deel I I. BOEKHOUDING /40 A. ALGEMENE BOEKHOUDING /15 B. WETGEVING OP DE BOEKHOUDING EN DE JAARREKENING VAN DE ONDERNEMING + OPSTELLEN, ANALYSE EN KRITISCHE /15 BEOORDELING VAN DE JAARREKENING C. ALGEMENE BEGINSELEN VAN HET FINANCIEEL BEHEER /5 D. ORGANISATIE VAN DE BOEKHOUDINGSDIENSTEN EN DE ADMINISTRATIEVE DIENSTEN VAN DE ONDERNEMING /5 III. PLICHTENLEER (I) /10 TOTAAL DEEL I : /50 2

PRAKTISCH BEKWAAMHEIDSEXAMEN VOOR ERKENDE BOEKHOUDERS EN ERKENDE BOEKHOUDERS FISCALISTEN BIBF KB van 20 januari 2003 (B.S. 12/02/2003), gewijzigd bij KB van 10/08/2005 SCHRIFTELIJKE PROEF 12 MEI 2012 DEEL 1 Algemene Instructies Er zijn 2 delen voorzien voor deze schriftelijke proef : - het eerste deel zal plaatsvinden van 09u00 tot 12u00 u. (vragen A tot E : boekhouding en deontologie ) - het tweede deel van 13u30 tot 16u00 u (vragen F tot K : fiscaliteit en recht) Gelieve op ELK blad van deze examenreeks uw naam, voornaam en stagenummer (zie oproepingsbrief) te vermelden Het gebruik van een rekenmachine, een rekeningenstelsel en de Codex BIBF is toegelaten voor zover er geen persoonlijke notities in werden opgenomen. Dit examen bestaat uit een reeks vragen, gegroepeerd in 3 deeldomeinen : Boekhouding (40 punten), Fiscaliteit (35 punten), Vennootschapsrecht en andere rechtstakken (25 punten, waarvan 10 punten voor deontologie) De resultaten worden toegestuurd van zodra de correctoren alle exemplaren hebben verbeterd. Deze vragenlijst (MET modelantwoorden) zal uiterlijk 15 dagen na dit examen op de website worden gepubliceerd. Om toegelaten te worden tot het mondeling gedeelte voor het bekomen van de titel van erkend boekhouder BIBF, dient de kandidaat minstens 50% van de punten op het schriftelijk gedeelte te behalen en bovendien minstens 60 % van de punten op deeldomein boekhouden en 50% op het vak deontologie. De kandidaten erkend boekhouder fiscalist dienen bovendien minstens 60 % te behalen op het deeldomein inzake fiscaliteit (= 21 op 35 punten op deeldomein II). VEEL SUCCES!!!!!! 3

DEELDOMEIN BOEKHOUDING./40 Alle journaalposten moeten een datum en een omschrijving bevatten. De rekeningen moeten minstens uit 3 cijfers bestaan en geef toelichting waar nodig. A. ALGEMENE BOEKHOUDING /15 Vraag A. 1. /4 Een kleine vennootschap kocht op 02/01/2009 een personenwagen met dieselmotor en een CO2-uitstoot van 180 gr/km (60% aftrekbaar) voor de prijs van 40.000 exclusief BTW. De aanschaffingswaarde wordt samen met de niet aftrekbare BTW lineair afgeschreven over vijf jaar. Op 01/04/2012 werd deze personenwagen verkocht voor 15.000 exclusief BTW Bereken de boekhoudkundige afschrijvingen, de fiscaal aangenomen afschrijvingen en de verworpen uitgaven; Bereken tevens de eventuele meer- of minderwaarde en verklaar hoe u die fiscaal gaat verwerken. Afschrijving Verworpen uitgaven Aangenomen afschrijvingen 2009 8.840,00 3.536,00 (40%) 5.304,00 2010 8.840,00 3.536,00 (40%) 5.304,00 2011 8.840,00 3.536,00 (40%) 5.304,00 ----------- ---------- ------------- 26.520,00 10.608,00 15.912,00 De boekwaarde per 31/12/2011 bedroeg dus 17.680,00 (44.200,00 26.520,00). Boekhoudkundig werd bijgevolg een minderwaarde geleden van 2.680,00 (15.000-17.680,00). Deze minderwaarde is fiscaal aftrekbaar tegen volgend percentage: 15.912,00/26.520,00 = 60 %. Het verschil, 1.072,00 ( 2.680 x 40 %) dient opgenomen te worden onder de verworpen uitgaven. Het fiscaal resultaat voor aanslagjaar 2013 inkomsten 2012 - met betrekking tot de verrichting kan als volgt bepaald worden: Boekhoudkundig verlies: :-2.680,00 Verworpen uitgave : 1.072,00 Fiscaal resultaat: -1.608,00 4

Vraag A. 2. /5 Geef de boekhoudkundige verwerking voor volgende verrichtingen : Aankoop op 02 november N van 100 maaltijdcheques ter waarde van 7,00 /stuk ; de uitgever van de maaltijdcheques factureert voor 60,00 (+ BTW 21%) aan kosten. De vennootschap wil een rekening aanmaken «Kas maaltijdcheques». De loonfiche voor de maand november N van de bediende bevat volgende gegevens : - Bruto bezoldiging : 1.800,00 - RSZ-bijdrage bediende : Te berekenen - Bedrijfsvoorheffing : 480,00 - Werkgeversbijdragen: 600,00 - Maaltijdcheques : 22 stuks, het deel ten laste van de bediende bedraagt 1,09 per maaltijdcheque en wordt afgehouden van de netto-bezoldiging De aankoopfactuur van de maaltijdcheques werd betaald via bank op 15 november N, de bezoldiging werd per bank betaald op 30 november N en op deze datum werden ook de maaltijdcheques overhandigd aan de bediende. Aankoopfactuur maaltijdcheques (aankoopdagboek) op 02/11/N : 579 Kas Maaltijdcheques (100 stuks) 700,00 6135 Diensten en diverse goederen 60,00 4110 Terug te vorderen BTW 12,60 @440 Leveranciers 772,60 Betaling factuur (financieel dagboek) op 15/11/N : 440 Leveranciers 772,60 @550 Bank 772,60 Bruto loon (dagboek diverse verrichtingen ) op 30/11/N : 620 Bezoldigingen 1.800,00 @ 453 Ingehouden voorheffingen 480,00 454 RSZ 235,26 455 Bezoldigingen (te betalen) 1.060,76 459 Andere sociale schulden 23,98 of 743 Recuperatie personeelskosten (werknemersbijdrage maaltijdcheques) Werkgeversbijdragen (dagboek diverse verrichtingen) op 30/11/N : 621 Werkgeversbijdragen voor sociale 600,00 verzekeringen @ 454 RSZ 600,00 5

Opmerking : deze twee boekingen kunnen natuurlijk samengevoegd worden in één enkele boeking Betaling van de bezoldiging (financieel dagboek) op 30/11/N : 455 Bezoldigingen (te betalen) 1.060,76 @ 550 Bank 1.060,76 Afgifte maaltijdcheques (dagboek diverse verrichtingen) op 30/11/N : 459 Andere sociale schulden 23,98 of Recuperatie personeelskosten 743 (werknemersbijdrage maaltijdcheques) 623 Andere personeelskosten 130,02 @ 579 Kas Maaltijdcheques (22 stuks van 7,00 ) 154,00 Vraag A. 3. /6 (2 punten per vraag) De stand van enkele rekeningen op 31/12/20N3 (voor inventarisverrichtingen) Rekeningnummer Omschrijving Bedrag 13100 Reserve voor eigen aandelen 160 000 EUR 13110 (bruto dividend op eigen 2 400 EUR aandelen) 40000 Handelsdebiteuren 150 000 EUR 50000 Eigen aandelen 160 000 EUR Journaliseer op 31/12/20N3 volgende verrichtingen: a. In de tweede helft van volgend boekjaar moeten twee personeelsleden afvloeien via het toestaan van conventioneel brugpensioen. We ramen de pensioenkost voor de volgende boekjaren en leggen de nodige voorziening aan : N4: 39 000 N5: 92 000 N6: 120 000 63500 Voorziening voor pensioenen (toevoeging) 251.000,00 @16000 Voorziening voor pensioenen 251.000,00 6

b. De eigen aandelen worden verkocht voor 120 000 EUR inclusief dividendbewijs dat afgeknipt wordt (RV 25%). Geef alle boekingen. Opname resultatenrekening brutodividend eigen aandelen 13110 Andere onbeschikbare reserve 2.400,00 @79200 Onttrekking aan de reserve 2.400,00 Vergoeding dividend vorig boekjaar 69400 Vergoeding kapitaal 2.400,00 @47000 Dividenden vorig boekjaar 2.400,00 Betaalbaarstelling 47000 Dividenden vorig boekjaar (2.400 x25%) 600,00 @45300 Te betalen roerende voorheffing 600,00 Verkoop eigen aandelen 55000 Bank (120.000-2.400+ 600) 118.200,00 47000 Dividenden vorig boekjaar (2.400-600) 1.800,00 65200 Minderwaarde realisatie vlottende activa 40.000,00 @50000 Eigen aandelen 160.000,00 Overboeking van onbeschikbaar naar beschikbaar 13100 Onbeschikbare reserve eigen aandelen 160.000,00 @ 13300 Beschikbare reserve 160.000,00 c. De tabel geeft de openstaande vorderingen en het percentage waardevermindering in functie van de vervaldag. Geef de noodzakelijke boekingen. Uitstaand Bedrag Inclusief 21% BTW % van de waardevermindering + 30 d 52 000 EUR 1 + 60 d 47 180 EUR 10 Overdracht naar dubieuze debiteuren 407 Dubieuze debiteuren 99.180,00 @40000 handelsdebiteuren 30 d 52.000,00 @ 40000 handelsdebiteuren 60 d 47.180,00 Aanleggen waardevermindering handelsvorderingen 63400 Waardevermindering op handelsvorderingen 4.328,93 @ 40900 geboekte waardevermindering 4.328,93 Zijnde 52.000/1,21= 42.975,21x1% = 429,75 en 47.180/1,21=38.991,74x10%= 3.899,17 7

B. WETGEVING OP DE BOEKHOUDING EN DE JAARREKENING VAN DE ONDERNEMING + OPSTELLEN, ANALYSE EN KRITISCHE BEOORDELING VAN DE JAARREKENING Vraag B. 1. /15 /5 5a In het kader van een leasingcontract moet de leasingnemer slechts één inschrijving doen in het inventarisboek, nl. op de dag van het afsluiten van het contract; WAAR FOUT FOUT 5b Een onderneming die een boekhouding op papier houdt moet geen inventarisboek bijhouden ; WAAR FOUT FOUT 5c- De waarde van een contract van een roerende leasing stemt altijd overeen met het verschil tussen de aanschaffingswaarde van het goed en de prijs van de aankoopoptie op het einde van het contract ; WAAR FOUT FOUT 5d De oprichtingskosten worden altijd op ten hoogste 5 jaar afgeschreven ; WAAR FOUT FOUT 5e De voorzieningen kunnen niet als doel hebben de waarde van een element van het actief te corrigeren ; WAAR FOUT JUIST 8

Vraag B. 2. /5 1. Wat betekent de term "alarmbelprocedure"? 2. Wat moet men doen in dergelijk geval? 3. Wat zijn de verantwoordelijkheden van de bestuurders/zaakvoerders? 4. Hoe worden de waarderingsregels toegepast wanneer het perspectief van continuiteit van de activiteiten niet kan worden gehandhaafd? (Hierbij is het niet nodig om het resp. art. in het W.Venn. te vermelden) 1. De alarmbelprocedure komt tussen in geval van geleden verlies waarbij het netto-actief gedaald is tot minder dan de helft van het maatschappelijk kapitaal. (art 633 Wetboek Venn. voor de NV, art 332 voor de BVBA en art 431 voor de CVBA) 2. Een onmiddellijke reactie van de bestuurder(s) is vereist : een bijeenroeping van de Algemene Vergadering en het opstellen van een bijzonder verslag over de financiële toestand van de vennootschap en de eventueel te nemen maatregelen. Op de Algemene Vergadering zal het al dan niet voortzetten van de activiteiten van de onderneming besproken worden. De bijeenroeping moet gebeuren binnen een termijn van ten hoogste 2 maanden na vaststelling van het verlies of had moeten vastgesteld worden krachten wettelijke of statutaire bepalingen. 3.Verantwoordelijkheid bestuursorganen : (Wetboek venootschappen : art 527-530 voor de NV, 262-265 voor de BVBA en 408-409 voor de CVBA) De bestuurders hebben de verantwoordelijkheid om onmiddellijk de aandeelhouders te informeren om een beslissing te nemen. Ze zijn jegens de vennootschap hoofdelijk aansprakelijk voor alle schade die het gevolg is van overtredingen van het Wetboek vennootschappen of van de statuten. Het niet bijeenroepen impliceert de aansprakelijkheid voor een eventuele opgelopen schade. Het niet opmaken van het bijzonder verslag heeft de nietigheid van de beslissingen genomen door de vergadering tot gevolgd. 4. K.B. 30/01/2001 : art 28 : indien geen continuïteit 1 De oprichtingskosten moeten volledig worden afge schreven 2 voor de vaste en vlottende activa moet zo nodig tot aanvullende afschrijvingen of waardeverminderingen worden overgegaan om de boekwaarde terug te brengen tot de vermoedelijke realisatiewaarde 3 een provisie moet worden gevormd voor de kosten die verbonden zijn aan de beëindiging van de werkzaamheden, inzonderheid voor de aan het personeel uit te keren vergoedingen 9

Vraag B. 3. /5 Onderstaande informatie is afkomstig uit de rekeningen van de NV AFFECTA voor het jaar eindigend op 31 december N. De gegevens zijn vermeld in euro. Debet Credit Geplaatst kapitaal 200.000 Wettelijke reserve 19.800 Schulden op meer dan 1 jaar, 342.030 abstractie makend van het gedeelte kleiner dan 1 jaar Oprichtingskosten 80.000 Vaste activa 790.000 aanschaffingswaarde Geboekte afschrijvingen op 158.000 vaste activa Voorraden 515.483 Klanten 231.142 Leveranciers 296.044 Te betalen bezoldigingen 135.556 Over te dragen winst (N-1) 0 Te betalen belastingen en 32.675 voorheffingen Schulden > 1 jaar die binnen het 69.713 jaar vervallen Over te dragen kosten 31.816 Aankoop handelsgoederen 2.819.999 Diensten en diverse goederen 64.920 Afschrijvingen - Toevoeging 99.000 Interesten 16.143 Belastingen 298.878 Verkoop handelsgoederen 3.693.563 Saldo op 31 december N 4.947.381 4.947.381 Vragen a.) Bereken de uitkeerbare winst (maximum bedrag) volgens de voorschriften van het Wetboek van vennootschappen. b.) De algemene vergadering keert op 20 april N+1 een winst uit van 300.000, waarvan 60% in dividenden en 40% in tantièmes; het saldo wordt overgedragen; 10

c.) Het tarief van de roerende voorheffing op dividenden bedraagt 25% en het tarief van de bedrijfsvoorheffing op tantièmes bedraagt 40%. Geef de boekingen met betrekking tot de resultaatverdeling op 31 december N en op 20 april N+1. De effectieve betaling van de netto dividenden en de netto tantièmes dienen hier niet geboekt te worden. : Methode 1 : netto-actief Actief 1.490.441,00 - Schulden -876.018,00 - Oprichtingskosten -80.000,00 534.423,00 Vrijgegeven kapitaal 200.000,00 Wettelijke reserve 19.800,00 Toevoeging aan de wettelijke reserve v/h boekjaar : 5% [winst van het boekjaar] maar overschrijdt de 10% geplaatst kapitaal 200,00 220.000,00 Uitkeerbare winst 314.423,00 OF Methode 2 : beschikbare reserves Overgedragen winst 0 Resultaat 394.623,00 Toevoeging aan de wettelijke reserve v/h boekjaar : 5% [winst van het boekjaar] maar overschrijdt de 10% geplaatst kapitaal 200.000*10%) rest 20.000-19.800=200-200,00 - Oprichtingskosten -80.000,00 Uitkeerbare winst 314.423,00 Op 20 april N+1 471 Dividenden over het boekjaar (180.000*25%) 45.000,00 @ 453 Ingehouden voorheffing 45.000,00 472 Tantièmes over het boekjaar (120.000*40%) 48.000,00 @ 453 Ingehouden voorheffing 48.000,00 Betaling roerende voorheffing binnen de 15 dagen vanaf de toewijzingsdatum 453 Ingehouden voorheffing 45.000,00 @550 Bank 45.000,00 453 Ingehouden voorheffing 48.000,00 @550 Bank 48.000,00 11

Op 31 december N 6920 Toevoeging aan de wettelijke reserve 200,00 @ 130 Wettelijke reserve 200,00 694 Vergoeding van het kapitaal (300.000*60%) 180.000,00 @ 471 Dividenden over het boekjaar 180.000,00 695 Bestuurders of zaakvoerders (300.000*40%) 120.000,00 @472 Tantièmes over het boekjaar 120.000,00 693 Over te dragen winst (394.623-200-180.000-120.000) 94.423,00 @140 Overgedragen winst 94.423,00 12

C. ALGEMENE BEGINSELEN VAN HET FINANCIEEL BEHEER /5 Vraag C.1 /2,5 Wanbetalers vormen een reële bedreiging voor de financiële gezondheid van vele dienstenbedrijven. Geef een aantal concrete maatregelen die dit risico binnen een dienstenbedrijf kunnen beperken? Degelijk klantenonderzoek en aanvaardingsproces Vastleggen van kredietlimieten Verlagen van aantal dagen klantenkrediet -Correcte uurregistratie - Tijdige en juiste facturatie Optimalisatie van het invorderingsproces - Strikte aanmaningsprocedures - Overweging tot inschakeling van een onderneming gespecialiseerd in invorderingen Vraag C.2. /2,5 Veel ondernemingen verwarren de «winst» en «cash flow» ; deze zijn niet hetzelfde. Licht dit toe aan de hand van 2 vaak voorkomende vergissingen. Twee vaak voorkomende vergissingen zijn : - Niet opvolgen van de vorderingen op klanten, - Investeringen die betaald worden met korte termijn middelen In deze situaties zal de winstsituatie niet toegelaten hebben om de nodige liquiditeiten te bewaren en, vandaar «winst» is geen synoniem van «cash flow». 13

D. ORGANISATIE VAN DE BOEKHOUDING EN DE ADMINISTRATIEVE DIENSTEN VAN DE ONDERNEMING. /5 Vraag D.1. /3 Gegeven a) Een zelfstandige heeft aansluitingsplicht bij een sociaal verzekeringsfonds. Situatie : Aanvang van zelfstandige activiteit op 25 maart 2011 VRAAG: Ten laatste wanneer moet hij aan aangesloten zijn bij een sociaal verzekeringsfonds? b) Verzending van het vervaldagbericht voor het eerste aansluitingskwartaal op 20 april 2011 en voor het tweede aansluitingskwartaal op 20 juli 2011. VRAAG: Vanaf welke datum beginnen eventuele vermeerderingen voor het eerste en tweede aansluitingskwartaal te lopen? : (zie ook Pacioli 303) a) Elke natuurlijke persoon die in België een zelfstandige beroepswerkzaamheid uitoefent moet zich ten laatste op de dag waarop zijn zelfstandige activiteit aanvangt aangesloten zijn (via een ondernemingsloket). Dus aansluiting ten laatste op 25 maart 2011. Als hij die verplichting niet naleeft, loopt hij een administratieve geldboete op. b) Vervaldagbericht voor het eerste aansluitingskwartaal op 20 april 2011: de vermeerderingen voor de bijdragen van het eerste kwartaal zullen voor het eerst verschuldigd zijn vanaf 1 oktober 2011 (einde van het kwartaal volgend op dat van de aansluiting). Vervaldagbericht voor het tweede aansluitingskwartaal op 20 juli 2011: de vermeerdering van de bijdragen van het tweede kwartaal zullen voor het eerst verschuldigd zijn vanaf 1 januari 2012 (einde van het kwartaal volgend op dat waaraan het fonds het daarmee verband houdende vervaldagbericht verzonden heeft). Vraag D.2. /2 In het kader van de antiwitwaswetgeving heeft het BIBF een eerste toelichtingsnota voor de leden opgemaakt. In deze nota wordt onder andere aandacht besteed aan de interne organisatie van het boekhoudkantoor. Geef een 3-tal belangrijke implicaties met een korte omschrijving zoals vermeld in deze nota? 14

: (zie Pacioli 328) 1) Interne maatregelen en controleprocedures De beroepsbeoefenaar moet er op toezien dat binnen het boekhoudkantoor alle verplichtingen correct toegepast worden. 2) Aanwerving en opleiding van personeel De boekhouder moet er op toezien dat alle medewerkers vertrouwd geraken (opleiding) en blijven (permanente vorming) met de diverse aspecten van het klantenonderzoek en de interne procedures. 3) Bewaring van de bewijsstukken na identificatie De bij de identificatie en verificatie van de cliënt bekomen gegevens moeten bewaard worden gedurende minstens 5 jaar na de beëindiging van de zakenlijke relatie. 15

E. PLICHTENLEER /10 Geef steeds een korte toelichting bij uw antwoord en bevestig dit door de vermelding van het artikel/de artikelen van wet en/of KB die van toepassing zijn Vraag E.1.../3 U werkt samen met een collega stagiair BIBF en een extern accountant in één vennootschap. Deze vennootschap wil een website opzetten. 1. Wat gaat u aan de webontwikkelaar meedelen betreffende gegevens die er zeker moeten opkomen? zie artikel 25 van het Reglement van Plichtenleer 1. De boekhouder BIBF die in verenigings- of vennootschapsverband werkt, mag slechts gebruik maken van de daartoe bestemde documenten zoals ondermeer briefpapier, naamkaartjes, facturen, ereloonnota's, en werkdocumenten. 2. Deze documenten moeten verplicht vermelden: - de naam en voornaam van de boekhouder BIBF die deel uitmaakt van de vereniging of van de vennootschap, - zijn titel "erkend boekhouder-(fiscalist) BIBF" en zijn inschrijvingsnummer op het tableau of de titel "stagiair boekhouder-(fiscalist) BIBF" en zijn inschrijvingsnummer op de lijst van de stagiairs, - de firmanaam en juridische vorm van de vereniging of vennootschap, - alle door de wet opgelegde vermeldingen. 3. Deze documenten mogen één, meerdere of alle volgende, limitatief opgesomde, vermeldingen bevatten: 1 het logo van de vereniging of van de vennootscha p, 2 de hierboven in artikel 24 3 opgesomde vermeldi ngen. 2. De webontwikkelaar stelt voor om een aparte rubriek klanten te voorzien waarin u de lijst van de klanten van het kantoor en de links naar hun websites kan opnemen. Kan dit? Neen, zie artikel 23, laatste alinea van het Reglement van Plichtenleer In elk geval zal de boekhouder BIBF noch in het openbaar, noch op schriftelijke wijze mogen gewag maken van de naam van zijn klanten. 16

Vraag E.2../2 Van een vriend verneemt u dat de mede-eigendom van zijn appartement, in uw buurt, een syndicus van gebouwen zoekt. Hij vraagt of u, als boekhouder BIBF, dit soort van opdracht kan aannemen. Ja of neen. Geef hem de nodige toelichting alsook de wettelijke basis hiervoor. Ja Artikel 20 2 en 3 alinea van het Reglement van Plichtenleer «De boekhouder BIBF kan eveneens optreden als syndicus van gebouwen, als vereffenaar van vennootschappen en commissaris inzake opschorting. De boekhouder BIB* die tevens optreedt als syndicus van onroerende goederen in mede-ëigendom in toepassing van artikel 4, 1 van h et koninklijk besluit van 6 september 1993 tot bescherming van de beroepstitel en van de uitoefening van het beroep van vastgoedmakelaar, is met betrekking tot deze activiteit gehouden de voorschriften van plichtenleer van het Beroepsinstituut van vastgoedmakelaars met betrekking tot de syndicus na te leven. Het toezicht op de naleving van deze regels gebeurt echter door de Kamers van het Instituut. Vraag E.3../2 U bent er in geslaagd om samen met een collega stagiair BIBF op korte tijd een kantoor uit te bouwen met cliënteel actief in zeer diverse sectoren. Onder deze cliënten zitten nogal wat startende ondernemers die u regelmatig ook vragen stellen met betrekking tot o.a. aanvullende pensioenregelingen en dergelijke. De groei van uw kantoor gaat niet onopgemerkt voorbij en op een bepaalde dag ontvangt u een schrijven een verzekeringsmakelaar waarin hij u voorstelt om in ruil voor een % (zowel per dossier en nog een getrouwheidspremie per jaar) van zijn commissie dat u steeds al uw cliënten die dergelijke zaken zouden willen systematisch doorverwijst naar zijn agentschap. Mag u dit doen? Geef artikel en toelichting. Neen Artikel : zie art 13 & 4 laatste lid reglement van Plichtenleer Het is de boekhouder BIBF verboden om op enigerlei wijze commissie- of makelaarslonen of welkdanig voordeel ook toe te kennen of te ontvangen die verband houden met zijn opdrachten en die strijdig zijn met artikel 4 van dit reglement. Toelichting : Een systematische doorverwijzing zou een onafhankelijke beroepsuitoefening in het gedrang brengen. Vraag E.4../3 17

U verricht al sinds het begin van de stage boekhoudkundige en fiscale prestaties voor een bedrijfsrevisor (Yvan). Deze prestaties worden door u maandelijks gefactureerd en dit op basis van een uurtarief dat u schriftelijk is overeengekomen. Een aantal van deze dossiers worden overgenomen door een accountantskantoor, J. Kwenie. Het bedrijfsrevisorenkantoor deelt u mee dat u in deze dossiers alle nog in uw bezit zijnde stukken daarom rechtstreeks aan uw confrater IAB moet overhandigen. In de maand vóór de overdracht had u nog een aantal prestaties verricht in die dossiers en conform de afspraken waren deze door u gefactureerd aan het bedrijfsrevisorenkantoor. U stelt echter vast dat deze factuur (ten bedrage van 875,10 ) niet voldaan wordt en na het sturen van herinnering deelt het bedrijfsrevisorenkantoor mee dat zij niet willen betalen omdat zij denken dat u die cliënten gestimuleerd heeft om naar het accountantskantoor over te stappen. 1. In functie van de instructie van het bedrijfsrevisorenkantoor neemt u contact met J. Kwenie en u spreekt een datum af voor de overdracht van de stukken. Welk document verdient hierbij uw grootste aandacht? Art. 17 : De voorganger zal onverwijld alle documenten, eigendom van de cliënt, alsmede deze die kaderen in de wederzijdse hulp en hoffelijkheid ter beschikking stellen van de cliënt of van zijn opvolgende confrater. Hij is gehouden hiervan een gedetailleerde en gedagtekende inventaris in twee exemplaren op te stellen, die door alle betrokken partijen ondertekend wordt. 2. Yvan houdt voet bij stuk en weigert te betalen. U geeft opdracht aan uw raadsman om uw collega te dagvaarden. Zijn er bepalingen uit het reglement van plichtenleer van toepassing? Art 8 De boekhouder BIBF dient de bevoegde Kamer per aangetekende brief te verwittigen wanneer hij in het kader van zijn beroepsuitoefening een burgerlijke, strafrechtelijke, commerciële, sociale of administratieve vordering instelt tegen een confrater. 18

BIBF B E R O E P S I N S T I T U U T V A N E R K E N D E B O E K H O U D E R S E N F I S C A L I S T E N Wet van 22 april 1999 IPCF I N S T I T U T P R O F E S S I O N N E L D E S C O M P T A B L E S E T F I S C A L I S T E S A G R É É S Loi du 22 avril 1999 PRAKTISCH BEKWAAMHEIDSEXAMEN SCHRIFTELIJKE PROEF 12 MEI 2012 DEEL 2 II. FISCALITEIT : /35 III. RECHT : /15 Sub-Totaal: /50 F. G. H. I. J. K. 19

ZONE VOORBEHOUDEN AAN DE CORRECTOREN Deel II. II. FISCALITEIT (inclusief beginselen van registratie- en successierechten alsook de beginselen inzake douane en accijnzen) /35 F. BTW /10 G. PERSONENBELASTING /10 H. VENNOOTSCHAPSBELASTING /10 I. BELASTINGSPROCEDURES /5 III. VENNOOTSCHAPSRECHT EN ANDERE RECHTSTAKKEN (II) /15 J. VENNOOTSCHAPSRECHT EN DE WETGEVING IN VERBAND MET /10 ONDERNEMINGEN IN MOEILIJKHEDEN K. BEGINSELEN VAN HET ARBEIDS- EN SOCIAAL ZEKERHEIDSRECHT /5 TOTAAL DEEL II : /50 20

PRAKTISCH BEKWAAMHEIDSEXAMEN VOOR ERKENDE BOEKHOUDERS EN ERKENDE BOEKHOUDERS FISCALISTEN BIBF KB van 20 januari 2003 (B.S. 12/02/2003), gewijzigd bij KB van 10/08/2005 SCHRIFTELIJKE PROEF 12 MEI 2012 DEEL 2 Algemene Instructies Er zijn 2 delen voorzien voor deze schriftelijke proef : - het eerste deel zal plaatsvinden van 09u00 tot 12u00 u. (vragen A tot E : boekhouding en deontologie ) - het tweede deel van 13u30 tot 16u00 u (vragen F tot K : fiscaliteit en recht) Gelieve op ELK blad van deze examenreeks uw naam, voornaam en stagenummer (zie oproepingsbrief) te vermelden Het gebruik van een rekenmachine, een rekeningenstelsel en de Codex BIBF is toegelaten voor zover er geen persoonlijke notities in werden opgenomen. Dit examen bestaat uit een reeks vragen, gegroepeerd in 3 deeldomeinen : Boekhouding (40 punten), Fiscaliteit (35 punten), Vennootschapsrecht en andere rechtstakken (25 punten, waarvan 10 punten voor deontologie) De resultaten worden toegestuurd van zodra de correctoren alle exemplaren hebben verbeterd. Deze vragenlijst (MET modelantwoorden) zal uiterlijk 15 dagen na dit examen op de website worden gepubliceerd. Om toegelaten te worden tot het mondeling gedeelte voor het bekomen van de titel van erkend boekhouder BIBF, dient de kandidaat minstens 50% van de punten op het schriftelijk gedeelte te behalen en bovendien minstens 60 % van de punten op deeldomein boekhouden en 50% op het vak deontologie. De kandidaten erkend boekhouder fiscalist dienen bovendien minstens 60 % te behalen op het deeldomein inzake fiscaliteit (= 21 op 35 punten op deeldomein II). VEEL SUCCES!!!!!! 21

DEELDOMEIN FISCALITEIT (inclusief beginselen van registratie- en successierechten alsook de beginselen inzake douane en accijnzen)./35 F. BTW /10 De vermelde bedragen zijn BTW-exclusief De blanco btw-aangifte in bijlage is louter ten informatieve titel. Vraag F. 1. /5 Een schoonheidsspecialiste, die een schoonheidssalon uitbaat, heeft de pensioengerechtigde leeftijd bereikt en beslist om een deel van haar zaak over te dragen aan haar dochter op 30/06/2011 en zet haar activiteit verder onder het stelsel van de vrijstellingsregeling. Voorafgaand aan deze overdracht, beslist ze om het volgende te houden : - het handelspand dat ze bouwde in 2001 (met toepassing van BTW ) voor het,toenmalige, bedrag van 59.915,86. Het handelspand werd op haar naam verkregen en is in zijn geheel bestemd voor de activiteiten van het schoonheidssalon. - haar auto van het merk MINI aangekocht op 15/10/2009 : beroepsmatig gebruikt voor 70%. Prijs van de investering : 20.233,00. - enkele verzorgingsproducten met een waarde van 513,17. Welke zijn de formaliteiten die de moeder en de dochter moet vervullen om in orde te zijn t.a.v. de BTW administratie? Welke zijn de eventuele regularisaties die moeten gebeuren? Formaliteiten en regularisaties door de moeder - indiening van een aangifte overschakeling naar vrijstellingsregeling (formulier 604.b) - indiening van de btw-aangifte over het tweede trimester 2011 - herziening van de aftrek ten gevolge van de vrijstellingsregeling : Onroerend goed : - afgetrokken BTW : 59.915,86 x 21 % = 12.582,33 - Herziening (vak 61) : 12.582,33 x 5/15 = 4.194,11 MINI : - afgetrokken BTW : 20.233,00 x 21 % = 4.248,93 x 50 % = 2.124,46 - Herziening (vak 61) : 2.124,41x 3/5 = 1.274,68 22

Verzorgingsprodukten : - afgetrokken BTW : 513,17 x 21 % = 107,77 - Herziening (vak 61) : 107,77 Formaliteiten en regularisaties door de dochter indiening van begin activiteiten (formulier 604.a) Vraag F. 2. /3 De Stagecommissie heeft op 15/05/2012 beslist om vraag F2 niet te verbeteren. De punten zijn verdeeld over de vragen F1 en F3. Vraag F. 3. /2 Een zelfstandige IT-consultant laat herstellingswerken uitvoeren aan het dak van zijn woning dat hij voor 20% gebruikt voor de uitoefening van zijn beroepswerkzaamheid. Het gebouw is ouder dan vijf jaar. Hij ontvangt van de aannemer een factuur van 1.875 (excl. BTW) met vermelding van clausule : Belasting te voldoen door de medecontractant, koninklijk besluit nr. 1, art. 20 Wat wordt geschreven in de verschillende BTW roosters? Rooster Bedrag Rooster Bedrag Rooster Bedrag Rooster Bedrag R56 1.875 x 6% R59 1.875 x 6% x 20% R82 1.875 x 20% R87 1.875,00 Rooster Bedrag Rooster Bedrag Rooster Bedrag Rooster Bedrag 56 112,50 59 22,50 82 375,00 87 1.875,00 23

Ter informatie 24

25

G. PERSONENBELASTING /10 Vraag G.1 /2 Kinderen ten laste aanslagjaar 2011 /inkomsten 2010 Omcirkel het juiste antwoord 1. Een kind geboren op 31 december 2010 om 23 uur 30. Is dit ten laste? (Ja, want maakt deel uit van het gezin op 01 januari 2011) 2. Een kind geboren op 5 februari 2010 en overleden op 26 augustus 2010.Is dit ten laste? (ja want geboren en overleden in hetzelfde jaar) 3. Een kind van 19 jaar van een alleenstaande ouder heeft inkomsten uit een leercontract voor EUR 4.800 per jaar. Hij kan werkelijke kosten aantonen om zich te verplaatsten naar zijn leermeester voor EUR 1.500 per jaar. Is dit kind ten laste? (4.800 1.500 = 3.300 < 4.080,00 ) 4. Een kind van 26 jaar, nog steeds student, zoon van een alleenstaande belastingplichtige heeft eveneens inkomsten voor EUR 4.800 per jaar maar kan geen werkelijke kosten bewijzen voor verplaatsingen of andere kosten. Is dit kind ten laste? Ja, Netto : netto middelen 4.800X80%= 3.840 < limite 4.080 (5.100 x 80%) Brutto : 4.800<5.100) 5. Een student van 28 jaar gedomicilieerd bij zijn ouders te Aarlen en die op kot zit in Antwerpen. Gezien de afstand tussen Aarlen en Antwerpen komt hij slechts één maal per maand naar zijn ouders, die zijn studies financieren. Is hij ten laste? (Ja, het studerend kind blijft ten laste tijdens zijn studies, hij heeft niet op definitieve wijze het domicilie verlaten) 6. Een kind van 10 jaar van ouders die beiden in leven zijn en wettelijk samenwonen, heeft in 2008 een huis geërfd dat wordt verhuurd en waarvan de maandelijkse huurinkomsten EUR 360 bedragen. Het kind heeft geen andere beroepsinkomsten. Is dit kind ten laste? (ja, is netto onroerend inkomen = ontvangen huurx60%) 360x 12 maanden = 4.320x 60%=2.592<3.537,50) ja ja ja ja ja ja neen neen neen neen neen neen 26

Vraag G.2. /8 Aanslagjaar 2011 inkomsten 2010 Een koppel gehuwd onder het wettelijk stelsel op 05/05/2005 vraagt u hun fiscale aangifte in te vullen op basis van volgende elementen : Gegevens betreffende het gezin Meneer : Bediende Mevrouw : Zelfstandige Zij hebben samen 2 kinderen die nog in hun huis wonen Kinderen: Eric Geboren op 15/01/2010 Annie Geboren op 25/03/2007 Gemiddelde aanslagvoet vorig inkomstenjaar van Meneer : 22% Gemiddelde aanslagvoet vorig inkomstenjaar van Mevrouw : 19% Tarief gemeentebelasting bedraagt 8% De vader van Meneer, invalide voor meer dan 66 %, is gedomicilieerd bij het koppel sinds 01/01/2011. Hij is 81 jaar en geniet een jaarlijks bruto pensioen van 25.000 en een invaliditeitsuitkering van 9.000. Gegevens betreffende de onroerende goederen Eigen en enig woonhuis gelegen te Leuven en eigendom van het koppel KI 1.500 Aankoop met registratierechten op: 9/09/2009 Onroerend goed bewoond sinds: 15/12/2009 Mevrouw gebruikt de woning voor 20% beroepsmatig voor haar beroep van zelfstandig boekhoudster BIBF. Zij oefent dit beroep uit als natuurlijk persoon sinds 01/01/2000. Ze betaalt geen huur voor het beroepsmatig gebruik van een deel van het woonhuis. Onbebouwde grond gelegen te Tienen waarvan Mevrouw enige eigenares was voor haar huwelijk KI 125 Aankoop met registratierechten op: 5/07/2001 Deze grond wordt verhuurd aan de buurman die hem niet beroepsmatig gebruikt. VRAGEN a) Welke personen zijn ten laste van het gezin : geef de belastingvrije sommen, vul de aangifte in en bepaal het eventueel limietbedrag om ten laste te zijn; b) Bereken het onroerend inkomen en vul de aangifte in. 27

28

29

Gehuwd koppel vóór 2010 : code 1002-65 1) Gezinslast 2 kinderen ten laste waarvan 1 minder dan 3 jaar Belastingvrije som 2 kinderen 3.520,00 Kind jonger dan 3 jaar 510,00 Aantal kinderen ten laste code 1030-37 2 Aantal kinderen - 3 jaar code 1038-29 1 1 ander persoon ten laste De vader van meneer Rechtstreekse verwant Hij is meer dan 65 jaar en ernstig gehandicapt Berekening netto bedrag van de bestaansmiddelen Men houdt geen rekening met de invaliditeitsuitkering, die is niet belastbaar Bruto pensioen 25.000,00 Maximaal vrijgestelde inkomsten - 22.770,00 2.230,00 Forfaitaire kosten 20% - 446,00 Netto bedrag van de bestaansmiddelen 1.784,00 Maximale limiet om ten laste van een gezin te zijn Belastingvrije som +65 jaar 2.730,00 Belastingvrije som invalide 2.730,00 5.460,00 Aantal ouders ten laste van + 65 jaar code 1043-24 1 Aantal ten laste + 65 jaar gehandicapt code 1044-23 1 2.830,00 Limiet is niet overschreden en hij blijft dus ten laste van het gezin 2) Onroerende inkomsten Terrein Mevrouw is 100% eigenaar vóór het huwelijk maar het wettelijk stelsel is van toepassing => 50% van de inkomsten van het goed voor haar en 50 % van de inkomsten voor haar man Het gaat hier over een terrein => aan te geven KI niet-geïndexeerd (zonder verhoging van 40% aangezien geen bebouwd onroerend goed) KI terrein 125.00 Niet geïndexeerd KI terrein geïndexeerd 125x1,5461 193.26 Afgerond op 194 Meneer 50% van KI 30

Vak 1107-57 62.50 KI geïndexeerd afgerond 97 Mevrouw 50% van KI Vak 2107-27 62.50 KI geïndexeerd afgerond 97 Onroerende inkomsten op het terrein namelijk ieder 97 194 In totaal Eigen en enige woning verworven in 2009 Meneer en mevrouw zijn beide eigenaar ten belope van 50% => de inkomsten van dit goed zijn eveneens voor ieder de helft Mevrouw gebruikt 20% van de oppervlakte van het gebouw voor haar kantoor => 20% van het KI is toegekend aan mevrouw voor professioneel gebruik van het gebouw. KI van eigen woonhuis voor eigen beroep van het vak 2105 is niet belastbaar daar dit KI beschouwd wordt als uitgespaarde huur en het ontbreken van kosten die het belastbaar beroepsinkomen verhogen. Er is dus geen reden om de verhoging van 40% toe te passen en evenmin een reden om het huurexcédent te (KI*2/3*3,87) daar niet in vennootschap en geen huur betaald. Op 1 januari van elk jaar vóór dit jaar was er een maximaal aantal kinderen = 2 Het gaat over de eigen en enige woonst => het KI bestemd voor privé gebruik is vrijgesteld, hij overschrijdt de fiscale limiet niet KI Huis 1.500.00 KI geïndexeerd 1500x1,5461 2.319.15 Afgerond naar 2.319 Meneer 50% van het KI privé woonst => volledig vrijgesteld Vak 1100-64 - KI privé vrijgesteld ten belope van 50%*1500 = 750 Vak 1105-59 - KI aan professioneel gebruik - 20% van 100% van het KI aan professioneel gebruik => te hernemen bij Mevrouw de onroerende inkomsten Vak 2100-34 - KI privé vrijgesteld ten belope van 30%*1500 = 450 Vak 2105-29 300.00 KI aan professioneel gebruik 300 Onroerend inkomen op de woning bij mevrouw alleen 300 in totaal 31

32

33

H. VENNOOTSCHAPSBELASTING /10 Vraag H.1. /5 De NV Solar werd opgericht in 1992. Zij voert haar boekhouding per kalenderjaar. Het maatschappelijk kapitaal van de vennootschap bedraagt 100 000 EUR en is als volgt samengesteld op 01/01/2011: Samenstelling van het gestorte Waarde kapitaal Inbreng in geld in 1992 150 000.00 Kapitaalverhoging door incorporatie +30 000.00 van belaste reserves in 1997 Kapitaalvermindering in 2003-80 000.00 aangerekend op het gestort kapitaal 100 000.00 Op 10 mei 2012 beslist de AV der aandeelhouders van de NV Solar de winst van het boekjaar 2011 in de vorm van dividenden uit te keren. Zo kent de NV een dividend toe van 8 000.00 EUR waarop zij 25% RV inhoudt. Gevraagd : a) Bereken de maximumdrempel van 13%; b) Is deze vennootschap louter op grond van deze gegevens uitgesloten van het verlaagd tarief? c) Veronderstel dat er naar aanleiding van een fiscale controle intresten toegekend zijn aan een bestuurder (op geldlening) geherkwalificeerd in dividend voor een bedrag van 2 000 EUR. Blijf je dan bij je beslissing van b)? a) Maximumdrempel bedraagt 9 100 EUR : (150 000 80 000)*0.13; b) Neen, de dividenduitkering van 8 000 EUR blijft beneden de maximumdrempel van 13% zodat deze vennootschap niet uitgesloten is van het verlaagde basistarief van de vennootschapsbelasting. c) Nee, de vennootschap verliest haar recht op het verlaagd tarief. Het totale bedrag aan dividend is dan gelijk aan 10 000 = 8 000 + 2 000 34

Vraag H.2. /5 Een Belgische BVBA heeft voor aanslagjaar 2011, inkomensjaar 2010 (boekjaar per kalenderjaar) in haar kosten en opbrengstenrekeningen volgende bedragen in verband met belastingen opgenomen : MAR Omschrijving kost Bedrag 6400 Douanerechten 3.010,00 6402 Onroerende voorheffing op eigen handelspand 2.138,00 6403 Nalatigheidsintresten BTW 860,50 6404 Ten laste genomen RV op geherkwalificeerd inkomen intrest AJ 2010 217,00 6406 Elektriciteitsheffing Vlaams Gewest 200,00 6407 Eurovignet vrachtwagens 750,00 6700 Voorafbetalingen Vennb. AJ 2011 2.000,00 6700 RV op ontvangen intresten termijnrekening 483,60 6702 Geraamde vennb AJ 2011 2.145,40 6712 Gevormde voorziening supplement gewone vennb. AJ 2009 3.306,00 7710 Regularisering vennb AJ 2010 5.490,00 750 Ontvangen moratoriumintresten m.b.t. venb 278,00 Hoe wordt de aangifte in de vennootschapsbelasting voor aanslagjaar 2011 beïnvloed door deze geboekte belastingen? Bereken en vul de aangifte in. 35

36

37

38

Niet aftrekbare belastingen 6404 Ten laste genomen RV op geherkwalificeerde intresten aj 2010 217,00 6700 Voorafbetalingen venb aj 2011 2.000,00 6700 RV op ontvangen intresten termijnrekening 483,60 6702 Geraamde vennootschapsbelasting aj 2011 2.145,40 4.846,00 7710 Regularisering van de vennootschapsbelasting aj 2010-5.490,00-644,00 VU code 029 niet- aftrekbare belastingen = 0 Verhoging van de begintoestand belaste reserves code 007 = +644 EUR Gewestelijke belastingen, heffingen en retributies 6406 Elektriciteitsheffing Vlaams Gewest 200,00 EUR op code 028 Gevormde fiscale voorziening 6712 Gevormde fiscale voorziening: niet in de VU maar wel in het vak van de belastbare gereserveerde winst: Belaste voorzieningen van 0 naar 3.306,00 EUR Voorafbetalingen venb aj 2011 zijn verrekenbaar in code 175 = 2.000,00 EUR RV op ontvangen intresten termijnrekening zijn verrekenbaar in code 195 = 483,60 EUR 39

40

41

42

I. BELASTINGPROCEDURES/ REGISTRATIERECHTEN EN SUCCESSIERECHTEN /5 Vraag I.1. /2,5 Een ambtenaar bevoegd voor de directe belastingen onderzocht in november 2011 de boekhouding van het kalenderjaar 2008 van een vennootschap met een boekjaar dat afsluit per 31 december. Op 6 december 2011 verstuurde de administratie een bericht van wijziging waarin de administratie aankondigde enkele per vergissing niet aangegeven inkomsten te belasten. Uw cliënt vraagt u op 13 december 2011 om advies en deelt u mee dat de ambtenaar het bij het rechte eind heeft met betrekking tot de per vergissing niet aangegeven inkomsten. Hoe dient uw cliënt best op dit bericht van wijziging te reageren (Ter info : 1 januari 2012 was een zondag).? Gelieve uw antwoord te motiveren. In niet frauduleus getinte dossiers (zoals deze) verstrijkt de aanslagtermijn voor het inkomstenjaar 2008 (aanslagjaar 2009) per 31 december 2011. De belastingplichtige heeft een termijn van 1 maand te rekenen vanaf de derde werkdag na 5 december 2011 om te antwoorden op een bericht van wijziging. De antwoordtermijn verstrijkt dus op 9 januari 2012 (8 januari 2012 is een zondag, de termijn wordt dus verlengd tot de eerst volgende werkdag). Meer nog, de administratie mag voor het verstrijken van deze datum geen aanslag vestigen. De verjaringstermijn voor het kalenderjaar 2008 is dan reeds verstreken. Als raadgever raden we dan ook om pas na 31 december 2011, doch voor 9 januari 2012, niet akkoord te antwoorden op het bericht van wijziging. Motivering van het niet akkoord is niet nodig daar men op dat tijdstip perfect kan antwoorden dat de aanslag is verjaard is. Vraag I.2. /2,5 De Heer Peeters heeft een fout gemaakt in zijn aangifte in de personenbelasting : hij heeft winsten aangegeven voor 450.000,00 in plaats van 45.000,00! 1.Welke mogelijkheden heeft hij om deze vergissing te verbeteren? 2. Over welke termijnen beschikt hij? Citeer de wettelijke bepaling(en) die op deze materie van toepassing zijn. Twee administratieve bezwaarprocedures kunnen door deze BP worden aangewend : 1. De BP kan eerst en vooral een bezwaarschrift indienen zoals voorzien bij artikel 366 WIB. 43

Dit bezwaarschrift moet ingediend worden binnen een termijn van zes maanden vanaf de derde werkdag die volgt op de datum van verzending van zijn aanslagbiljet (artikel 371 WIB). 2. Indien deze termijn van 6 maanden (voor bezwaarschrift) overschreden zou zijn, kan de BP nog een aanvraag tot ambtshalve ontheffing indienen, zoals voorzien bij artikel 376 WIB. De directeur van de directe belastingen zal de ambtshalve ontheffing toekennen voor hetgeen teveel belast werd omwille van materiële vergissingen. In casu is er een schrijffout van de BP bij het invullen van zijn aangifte in de PB. Dit is wel degelijk een materiële vergissing in de zin van artikel 376 WIB. Dit verzoek moet ingediend worden binnen een termijn van 5 jaar vanaf de 1ste januari van het jaar waarin de belasting werd gevestigd. 44

III. DEELDOMEIN VENNOOTSCHAPSRECHT EN ANDERE RECHTSTAKKEN (II)./15 J. VENNOOTSCHAPSRECHT, ONDERNEMINGEN IN MOEILIJKHEDEN /10 Vraag J.1. /4 Leg uit : verdachte periode In de regel treedt het ophouden van betalen niet in van de ene dag op de andere: de handelaar verkeert meestal al geruime tijd in een virtuele onmogelijkheid te betalen. Hij had eigenlijk reeds zijn faillissement moeten aangeven, doch heeft dit steeds opnieuw uitgesteld in de hoop op betere tijden. Men noemt dit de verdachte periode, namelijk de periode voorafgaand aan het faillissement sinds het tijdstip dat de gefailleerde in feite had opgehouden te betalen. Handelingen gesteld tijdens deze periode kunnen onverbindend worden geacht t.a.v. de curator. De verdachte periode kan door de rechtbank worden vastgesteld wanneer er ernstige en obsjectieve omstandigheden zijn die ondubbelzinnig aangeven dat de betalingen reeds voorheen opgehouden hebben. De verdachte periode kan niet meer dan zes maanden terugwerken voor het vonnis. Vraag J.2. /3 Geef enkele pistes die gevolgd kunnen worden wanneer de samenwerking in een BVBA onmogelijk geworden is en leg kort uit. 1. Uitsluiting: (art. 334-339 W.Venn) de aandeelhouder wordt verplicht zijn aandelen af te staan. Dit op bevel van de rechter en op initiatief van de vennoten die samen 30% bezitten en enkel wanneer de eisers bewijs hebben van gegronde redenen (misbruik van minderheid, wangedrag). Het vonnis bepaalt de overdrachtsprijs. 2. Uittreding: (340-341 W.Venn) elke vennoot kan deze vordering instellen op voorwaarde dat er gegronde redenen zijn. De aandeelhouders, op wie de gegronde reden van toepassing is, worden verplicht de aandelen van de andere aandeelhouder over te nemen. 45

Vraag J.3. /3 Kan één persoon meer dan één éénpersoons-bvba oprichten? Zo nee, verklaar Zo ja, verklaar Ja, maar hij zal de aansprakelijkheidsbeperking die hij normaal zou genieten niet genieten voor de bijkomende vennootschappen, die hij later nog zou oprichten. Voor deze zal hij hoofdelijk gehouden zijn. (art. 213 W. Venn.) K. BEGINSELEN VAN HET ARBEIDS EN SOCIAAL ZEKERHEIDSRECHT /5 Vraag K.1. /2 Geef enkele verschillen tussen de arbeidsongeschiktheidsuitkering voor werknemers en zelfstandigen. 1. Werknemers moeten 66,66% arbeidsongeschikt zijn om te kunnen genieten van een uitkering; bij zelfstandigen geldt dergelijke vereiste niet. 2. De vergoeding voor de werknemers wordt berekend op een percentage van het gederfde loon van de werknemer. De vergoeding voor de zelfstandigen bedraagt een forfaitair bedrag. 3. Bijkomende voorwaarde voor de zelfstandige die een uitkering wil verkrijgen wegens invaliditeit (langer dan 1 jaar arbeidsongeschikt): hij moet worden erkend als ongeschikt om om het even welke beroepsbezigheid uit te oefenen. (art 20 arbeidsongeschiktheidsbesluit zelfstandigen) 46

Vraag K.2. /3 Bart is op 1 februari 2001 in dienst getreden van een grote winkelketen. Bart ondertekende op 20 januari 2001 een arbeidsovereenkomst voor onbepaalde duur (voltijds 5 dagenweek van maandag tot vrijdag). Bart werkt als bediende en verdeelt zijn tijd tussen het vullen van de rekken en het bedienen van de kassa. Hoewel hierover duidelijke interne richtlijnen bestaan, maakt Bart gebruik van zijn persoonlijke klantenkaart, telkens wanneer een klant zijn / haar klantenkaart is vergeten. In plaats van gebruik te maken van een speciale, anonieme klantenkaart van de werkgever, gebruikt Bart zijn eigen klantenkaart om er de aankopen van de klanten op te registreren. Op die manier slaagt Bart erin om maandelijks enkele waardevolle geschenken 'bijeen te sparen'. Op zaterdag 3 december 2011 wordt de werkgever ingelicht door een collega van Bart. Bart is op dat ogenblik enkele dagen met verlof. Na zijn terugkeer uit verlof wordt Bart onmiddellijk geroepen voor een gesprek. Eens geconfronteerd met de feiten, valt Bart door de mand en bekent hij alles. Dit gesprek vindt plaats op vrijdag 9 december 2011. De werkgever beslist, op basis van alle gekende feiten en na de bekentenis van Bart, om Bart te ontslaan wegens dringende reden. 1. Op welke dag moet het ontslag om dringende reden uiterlijk worden betekend? Op dinsdag 13 december 2011 (d.i. 3 werkdagen na de kennisname van de feiten; N.B. zondagen en feestdagen worden niet meegeteld). 2. Stel dat het ontslag om dringende reden één dag te laat werd betekend. Wat is het minimum risico voor de opzegvergoeding die de werkgever dan moet betalen, als je weet dat Bart een bruto jaarloon verdient van 35.000 EUR? Wat is het bruto bedrag en met hoeveel maanden (bruto) loon stemt deze opzegvergoeding overeen? Bart is een hogere bediende (grens jaarloon 2011 30.535 EUR bruto); de opzeggingsvergoeding zal dus bepaald worden bij overeenkomst of door de rechter (art. 82 3 AOW, zonder dat zij minder kan zijn dan 3 maanden per begonnen schijf van 5 jaar anciënniteit). De minimum opzegvergoeding stemt overeen met 9 maanden loon en bedraagt in casu 26.249 EUR bruto (35.000 EUR : 12 x 9). 47

48