Zwitserleven Institutionele Beleggingsfondsen. Jaarverslag



Vergelijkbare documenten
Zwitserleven Beleggingsfondsen. Jaarverslag

Addendum bij prospectus 18 juli Zwitserleven Institutionele Beleggingsfondsen

Addendum bij het Prospectus van Zwitserleven Beleggingsfondsen d.d. 1 december 2015

Addendum. Prospectus van 1 mei 2018 RZL Beleggingsfondsen N.V.

Registratiedocument 1 JULI 2014

Interpolis Obligaties 3e kwartaal 2012

Addendum bij prospectus 1 december Zwitserleven Beleggingsfondsen

QE in de eurozone: bezit van de zaak, einde van het vermaak?

Halfjaarbericht Bright LifeCycle Fonds

NN First Class Balanced Return Fund

VOORSTEL EN TOELICHTING TOT WIJZIGING VAN DE VOORWAARDEN VAN DEELNAME VAN

Zwitserleven Mix Beleggingsfondsen. Jaarverslag

Het beleggingsbeleid, de kosten en de rechten van de bestaande participanten blijven ongewijzigd.

Zwitserleven Institutionele Beleggingsfondsen. Jaarverslag

Interpolis Obligaties 4e kwartaal 2012

Nieuwsbericht. 22 januari Achmea Beleggingsfondsen Beheer B.V. Postbus KA AMSTERDAM.

Fortis Investments. Fortis Groen Fonds. Kwartaalrapportage

Inhoud JAARVERSLAG 2013 SNS BELEGGINGSFONDSEN N.V. 2

Halfjaarbericht 2015

AEGON Equity Fund. vierde kwartaal 2006

Halfjaarbericht 2014

Interpolis Obligaties 4e kwartaal 2013

Halfjaarbericht Bright LifeCycle Fonds

De gegevens van Hewitt Associates zijn: Hewitt Associates Outsourcing B.V. Beukenlaan 143 Postbus JP Eindhoven

HALFJAARBERICHT 2015 BNG VERMOGENSBEHEER B.V.

Aanvullend prospectus. Achmea paraplu fonds A

Addendum bij prospectus 18 juli Zwitserleven Beleggingsfondsen

Addendum bij het Prospectus van Zwitserleven Institutionele Beleggingsfondsen d.d. 1 januari 2016

ACTIAM Responsible Index Fund Equity Europe

Informatie beleggingsfondsen per 31 december 2015

NN First Class Return Fund

Stichting Fondsenbeheer Spoorwegmuseum. Jaarrapport 2017

Essentiële Beleggersinformatie

TG Fund Management B.V. Amsterdam

Stichting Fondsenbeheer Spoorwegmuseum. Jaarrapport 2015

Zwitserleven Mix Beleggingsfondsen. Jaarverslag

Marktomstandigheden In het tweede kwartaal van 2016 zijn de rentes op de kapitaalmarkt van de eurozone verder gedaald. In het algemeen gold hoe langer

ALGEMENE INFORMATIE BEHEERDER ACCOUNTANT FISCAAL ADVISEUR JURIDISCH ADVISEUR

Wijziging voorwaarden TCM aandelenfondsen

Informatie beleggingsfondsen per 30 juni 2015

Eagle Fund Beheer B.V.

Levensloop Rendement Bouw

TG Fund Management B.V. Amsterdam

Zwitserleven Beleggingsfondsen. Jaarverslag

Halfjaarbericht Bright LifeCycle Fonds

ACTIAM Responsible Index Fund Equity Europe - A

2013 SNS RESPONSIBLE INDEX FUND - EQUITY NORTH AMERICA - A

Marktwaardedekkingsgraad per 31 maart 2014: 128,6%, een toename van 3,3%-punt ten opzichte van 31 december 2013.

TG Fund Management B.V. Amsterdam

Persbericht. Triodos beleggingsfondsen houden stand in lastig beleggingsklimaat Geringe daling van 3% in eerste halfjaar 2011

INFORMATIE BELEGGINGSFONDSEN (NETTO) WERKNEMERS PENSIOEN

Tussentijds bericht Staalbankiers Beleggingsfondsen Beheer B.V. per

Addendum bij het Prospectus van Zwitserleven Institutionele Beleggingsfondsen

SynVest Beleggingsfondsen nv. Halfjaarcijfers Bestuursverslag Verslag directie 2

Terugblik. Maandbericht april 2018

Inlegvel 1 Prospectus EMS Top-Rentefonds (7 augustus 2007)

Zwitserleven Mix Beleggingsfondsen. Jaarverslag

Algemene toelichting:

Addendum. Prospectus van 1 december 2018 RZL Beleggingsfondsen N.V.

NN First Class Return Fund

Eagle Fund Beheer B.V.

LifeCycle Prestatie Pensioen

NN First Class Return Fund

Kwartaalbericht Pensioenfonds KLM-Cabinepersoneel. Eerste kwartaal januari 2014 t/m 31 maart Samenvatting: stijgende aandelen

Addendum. Prospectus van 2 mei 2018 ACTIAM Beleggingsfondsen N.V.

MEESMAN AANDELENFONDSEN WORDEN DUURZAAM EN BELASTINGEFFICIËNT

Kwartaalbericht Pensioenfonds KLM-Cabinepersoneel. Vierde kwartaal oktober 2014 t/m 31 december 2014

Essentiële Beleggersinformatie

Aanpassing Prospectussen Aegon, AEAM en Aegon Paraplu 1 Funds Per 1 augustus 2016

start Beleggen in de Reaal Vermogensverzekering

Kwartaalbericht. 4e kwartaal 2014 Den Haag, 30 januari Samenvatting cijfers per 31 december 2014

Presentatie beleggingsresultaten over eerste kwartaal van 2017 van de Life Cycle Fondsen van Aegon PPI. Bas Endlich Jacob Vijverberg 1

Beleggingsstatuut. 1. Algemene Richtlijnen. 2. Richtlijnen inzake het beleggingsbeleid

Maandbericht Beleggen April 2015

Beleggen in het Werknemers Pensioen

Levensloop Rendement

Kwartaalbericht Algemeen Pensioenfonds KLM

Algemene informatie 3. Verslag van de beheerder 4. Jaarrekening 6. Balans per 31 december Winst- en verliesrekening over

Jaarverslag 2017 van Pensioenfonds Vervoer Maatschappelijk Verantwoord Beleggen. Jaarverslag Maatschappelijk verantwoord beleggen

MEESMAN AANDELENFONDSEN WORDEN DUURZAAM EN BELASTINGEFFICIËNT

Presentatie beleggingsresultaten eerste kwartaal 2018 van de Life Cycle Fondsen van Aegon PPI. Bas Endlich Jacob Vijverberg 1

TOELICHTEND INFORMATIEMEMORANDUM. met betrekking tot het voorstel tot wijziging van het prospectus van

2013 SNS RESPONSIBLE INDEX FUND - EQUITY PACIFIC

Perspectief Mid Year Update Economie & Beleggingsstrategie Ineke Valke

Addendum bij het Prospectus van Zwitserleven Beleggingsfondsen d.d. 1 april 2017

Halfjaarbericht eerste helft 1997 ABN AMRO Asset Management TOTAAL BEHEERD VERMOGEN TOEGENOMEN MET 21 PROCENT

BIJLAGE II IIB SUPPLEMENT W&O EUROPEES AANDELENFONDS

Producten. SynVest Beleggen. Beleggingsfondsen in: Obligaties Vastgoed Aandelen. SYNVEST. Morgen begint vandaag.

Marktwaarde van de pensioenverplichtingen in het tweede kwartaal gestegen van miljoen naar miljoen ( miljoen ultimo Q4 2013).

De jaarlijkse kosteninhouding voor het beheer van de verzekering Levensloop Aandelen bestaat uit een aantal componenten:

2013 SNS RESPONSIBLE INDEX FUND - EQUITY NORTH AMERICA

Inlegvel 1 Prospectus Finles Multi Strategy Hedge Fund (30 juni 2011)

Zwitserleven Beleggingsfondsen. Halfjaarbericht

visie op 2018 Vice seminar a.s.r. vermogensbeheer 1 november 2017 Jack Julicher, Chief Investment Officer

Kwartaalbericht Pensioenfonds KLM-Cabinepersoneel. Vierde kwartaal oktober 2016 t/m 31 december Samenvatting:

Inlegvel 1 Prospectus Paraplufonds Finles beleggingsfondsen (16 maart 2011)

Van Lieshout & Partners Nieuwsbrief 3 e kwartaal Bron: Reuters

Informatie beleggingsfondsen per 30 juni 2016

SNS Beleggingsfondsen N.V.

Transcriptie:

Zwitserleven Institutionele Beleggingsfondsen Jaarverslag

ALGEMENE INFORMATIE BEHEERDER ACTIAM N.V. Postbus 8444 3503 RK Utrecht website actiam.nl/fondsbeheer DIRECTIE ACTIAM N.V. J. de Wit, voorzitter E.J. van Bergen, directielid R.G.H. Verheul, directielid G.H.B. Coppens, directielid RAAD VAN TOEZICHT R.G.J. Langezaal, voorzitter W. Horstmann B. Janknegt JURIDISCH EIGENAAR Stichting Bewaarder Zwitserleven Beleggingsfondsen Croeselaan 1 Postbus 8444 3503 RK Utrecht BEWAARDER KAS Trust & Depositary Services B.V. Nieuwezijds Voorburgwal 225 1012 RL Amsterdam ACCOUNTANT KPMG Accountants N.V. Postbus 43004 3540 AA Utrecht BANKREKENINGEN EN CUSTODIAN KAS BANK N.V. Nieuwezijds Voorburgwal 225 1012 RL Amsterdam FISCAAL ADVISEUR REAAL N.V. Afdeling Fiscale Zaken Postbus 8444 3503 RK Utrecht JURIDISCH ADVISEUR REAAL N.V. Afdeling Juridische Zaken Postbus 8444 3503 RK Utrecht De algemene informatie heeft betrekking op de situatie per datum van publicatie, 14 juli 2015. JAARVERSLAG 2014 ZWITSERLEVEN INSTITUTIONELE BELEGGINGSFONDSEN 2

Inhoud 1 Profiel 4 1.1 Onze beleggingsfilosofie in het kort 5 1.2 Verantwoord vermogensbeheer 5 1.3 Risicomanagement 6 1.4 Juridische structuur 6 1.5 DUFAS Code Vermogensbeheerders 7 1.6 Verslaglegging en overige informatie 7 1.7 Voorgenomen verkoop REAAL N.V. 7 Bijlage 1 Overzicht beleggingsstrategie en de vermogensbeheerder 8 Bijlage 2 Overzicht verantwoordelijke fondsmanager 8 2 Algemeen 11 2.1 Bericht van de Raad van Toezicht 12 2.2 Verslag van de beheerder 14 2.2.1 Kerncijfers 14 2.2.2 Wijziging beheerder Zwitserleven Institutionele Beleggingsfondsen 14 2.2.3 Verklaring omtrent de bedrijfsvoering 15 2.2.4 Beheerontwikkelingen 15 2.2.5 Marktontwikkelingen en vooruitzichten 16 2.3 Zwitserleven Institutioneel Government Bonds 10+ Fonds 19 2.4 Zwitserleven Institutioneel Credits Fonds 21 2.5 Zwitserleven Medium Duration Fonds 23 2.6 Zwitserleven Long Duration Fonds 25 2.7 Zwitserleven Ultra Long Duration Fonds 27 3 Jaarrekening 2014 Zwitserleven Institutionele Beleggingsfondsen 29 3.1 Balans 30 3.2 Winst- en verliesrekening 30 3.3 Kasstroomoverzicht 30 3.4 Toelichting 31 3.4.1 Balans 38 3.4.2 Winst- en verliesrekening 40 3.4.3 Beloningsbeleid 42 3.4.4 Overige toelichtingen 44 4 Jaarcijfers 2014 Zwitserleven Institutionele Beleggingsfondsen 45 4.1 Zwitserleven Institutioneel Government Bonds 10+ Fonds 46 4.2 Zwitserleven Institutioneel Credits Fonds 52 4.3 Zwitserleven Medium Duration Fonds 62 4.4 Zwitserleven Long Duration Fonds 70 4.5 Zwitserleven Ultra Long Duration Fonds 78 5 Overige gegevens 86 5.1 Belangen Directie 87 5.2 Gebeurtenis na balansdatum 87 5.3 Statutaire winstbestemmingsregeling 87 5.4 Controleverklaring van de onafhankelijke accountant 88 JAARVERSLAG 2014 ZWITSERLEVEN INSTITUTIONELE BELEGGINGSFONDSEN 3

1 PROFIEL JAARVERSLAG 2014 ZWITSERLEVEN INSTITUTIONELE BELEGGINGSFONDSEN 4

1.1 ONZE BELEGGINGSFILOSOFIE IN HET KORT De beleggingsfondsen van Zwitserleven Institutionele Beleggingsfondsen worden actief beheerd op basis van een gematigd risicoprofiel. Er is sprake van verantwoord vermogensbeheer. DE VERMOGENSBEHEERDERS De ons toevertrouwde gelden worden op een professionele en verantwoorde manier beheerd. Daarvoor is specialistische beleggingsexpertise noodzakelijk. Het beheer van portefeuille wordt verricht door de vermogensbeheerders van ACTIAM N.V. (ACTIAM). De vermogensbeheerders beogen, om rekening houdend met het beleggingsbeleid dat voor de fondsen is geformuleerd, een zo goed mogelijk resultaat te behalen. Bijlage 1 geeft een overzicht van de Zwitserleven Institutionele Beleggingsfondsen, de beleggingsstrategie en de vermogensbe heerder. Bijlage 2 bevat de namen van de fondsmanager(s) die verantwoordelijk zijn voor het beleggingsbeleid. VERANTWOORD VERMOGENSBEHEER Wij vinden het voor onze beleggers van groot belang om verantwoord te beleggen. Wij houden ons daarom aan ESG-criteria, waarbij ESG staat voor Environment, Social en Governance. De ESG-criteria zijn gebaseerd op onze Fundamentele Beleggingsbeginselen. Deze beginselen zijn verankerd in ons beleggingsproces. Traditionele financiële en niet-financiële criteria worden samen gewogen om tot een goed renderende portefeuille te komen. Daarbij letten we nadrukkelijk op duurzame beleidsaspecten op het gebied van milieu, sociaal verantwoord ondernemen en goed ondernemingsbestuur. Vrijwel alle fondsen van Zwitserleven Institutionele Beleggingsfondsen beleggen uitsluitend in ondernemingen en (overheids-) instellingen die voldoen aan onze beleggingsbeginselen voor verantwoord vermogensbeheer. ACTIEF BEHEER MET GEMATIGD RISICOPROFIEL ACTIAM is van mening dat actief beheer voor beleggers waarde kan toevoegen. Door gedegen onderzoek en analyse zoeken we naar een optimale risico-rendementsafweging. Ons beleid is gericht op stabiele resultaten ten opzichte van de relevante benchmark en het behalen van beleggingsdoelstellingen. Voor elk beleggingsfonds is het beleggingsbeleid helder geformuleerd, inclusief restricties, richtlijnen en (risico)limieten. Onze fondsbeheerders volgen en monitoren dit continu. Het risico-rendementsprofiel van de Zwitserleven Institutionele Beleggingsfondsen is gematigd; onze fondsen zijn gericht op het behalen van rendement op langere termijn. Voor beleggers in actief beheerde fondsen kan het fondsrendement achterblijven bij dat van de benchmark (index). Beleggers die dit risico willen verkleinen kunnen kiezen voor fondsen waarin mede sprake is van meer passief beheer. 1.2 VERANTWOORD VERMOGENSBEHEER Ons verantwoord vermogensbeheer is gebaseerd op drie pijlers: onze Fundamentele Beleggingsbeginselen (uitmondend in uitsluitingscriteria), dialoog tussen vermogensbeheerder en de ondernemingen waarin kan worden belegd engagement en uitoefening van stemrecht op aandeelhoudersvergaderingen. De fondsen van Zwitserleven Institutionele Beleggingsfondsen beleggen niet in aandelen, daarom is stemrecht op aandeelhoudersvergaderingen niet van toepassing op Zwitserleven Institutionele Beleggingsfondsen. De Fundamentele Beleggingsbeginselen vormen de basis van het ESG-beleid. Deze beginselen zijn geen subjectieve voorkeuren, maar komen voort uit internationale verdragen, richtlijnen en codes. Doel van het beleid is dat niet wordt belegd in ondernemingen of (overheids) instellingen die onze beleggingsbeginselen voor verantwoord vermogensbeheer schenden. UITSLUITINGSCRITERIA Voorafgaand aan de portefeuillesamenstelling worden ondernemingen en (overheids)instellingen die deel uitmaken van de benchmark gescreend op de Fundamentele Beleggingsbeginselen en extra sectorspecifieke criteria. Deze screening wordt uitgevoerd door een externe dataprovider. Aan de hand van deze screening onderzoekt een toegewijd ESG-team (Environmental, Social, Governance) de ondernemingen en (overheids)instellingen. Voldoet een bedrijf niet, dan gaat ACTIAM in dialoog over de (mogelijk) controversiële onderwerpen of sluit het bedrijf uit als beleggingsdoel. Het ACTIAM Selectiecomité besluit of een bedrijf uitgesloten wordt. Het ESG-team adviseert deze interne commissie. Voor wat betreft engagement besluit ACTIAM zelfstandig welke ondernemingen, overheden en instellingen in aanmerking komen voor engagement. ENGAGEMENT Wanneer er twijfel bestaat of een onderneming wel verantwoord onderneemt, wordt een engagementproces gestart. De vermogensbeheerder gaat hierbij actief in gesprek met het management van de onderneming over waar en hoe de duurzaamheidprestatie kan worden verbeterd. Binnen engagement onderscheiden wij twee vormen: responsief en proactief engagement. Bij responsief engagement wordt de dialoog aangegaan met ondernemingen die op één of meer Fundamentele Beleggingsbeginselen slecht scoren en het risico lopen van belegging te worden uitgesloten, maar waarbij op korte termijn verbetering mogelijk is. Doel is dat het ESG-beleid en de ESG-prestaties voldoen aan onze beleggingsbeginselen. Ondernemingen die geen of onvoldoende vooruitgang laten JAARVERSLAG 2014 ZWITSERLEVEN INSTITUTIONELE BELEGGINGSFONDSEN 5

zien, kunnen van belegging worden uitgesloten. Proactief engagement richt zich op de natuurlijke hulpbronnenindustrie met de focus op ondernemingen in de volgende sectoren: nolie & gas; nmijnbouw; npapier & bosbouw; nvoeding, drank & tabak en nutsbedrijven. Met deze ondernemingen wordt proactief besproken hoe deze het beleid en de prestaties op ESG-gebied kunnen versterken. 1.3 RISICOMANAGEMENT ACTIAM bewaakt voortdurend dat de beleggingsfondsen en de beleggingsportefeuilles blijven voldoen aan de randvoorwaarden zoals die in het prospectus zijn vastgelegd, aan de wettelijke kaders en aan de interne uitvoeringsrichtlijnen. Deze richtlijnen betreffen onder meer de mate van spreiding van de portefeuille, de kredietwaardigheid van debiteuren, de kwaliteit van marktpartijen waarmee zaken worden gedaan en de liquiditeit van de beleggingen. In het verslag van de directie wordt per fonds inzicht gegeven in het risicomanagementbeleid en de specifieke risico s en risico mitigerende maatregelen die van toepassing zijn. 1.4 JURIDISCHE STRUCTUUR In de Zwitserleven Institutionele Beleggingsfondsen zijn gelden ondergebracht ten behoeve van pensioensverzekeringsproducten van SRLEV N.V., dat onder de handelsnaam van Zwitserleven in de fondsen van Zwitserleven Beleggingsfondsen participeert. Op 30 juni 2014 waren Zwitserleven en KAS BANK N.V. de enige participanten. Zwitserleven Institutionele Beleggingsfondsen heeft een zogenaamde paraplustructuur. Dit houdt in dat het fondsvermogen verdeeld wordt in verschillende series participaties (gezamenlijk de subfondsen of fondsen en elk afzonderlijk een subfonds of fonds ). Voor de paraplustructuur is gekozen omdat dit leidt tot schaalvergroting als gevolg waarvan efficiencyvoordelen kunnen worden behaald. Bovendien kunnen nieuwe fondsen op betrekkelijk eenvoudige wijze worden geïntroduceerd en in een bestaande structuur worden ondergebracht. Hierdoor kan sneller en efficiënter op veranderende behoeften van klanten en marktsituaties worden ingespeeld. Beleggingsbeleid, risicoprofiel en kostenstructuur kunnen per subfonds verschillen. Voorafgaand aan de introductie van een subfonds stellen de beheerder en bewaarder van de beleggingsfondsen, met inbreng van Zwitserleven, de subfondsspecificaties vast. Vanaf de introductie van een subfonds gelden de subfondsspecificaties zoals opgenomen in het betreffende aanvullende prospectus. Het prospectus van Zwitserleven Institutionele Beleggingsfondsen inclusief de Voorwaarden van Beheer en de specificaties van de subfondsen zijn kosteloos op te vragen bij de beheerder of op de internetpagina actiam.nl/fondsbeheer in te zien. Diagram Juridische Structuur Zwitserleven Institutionele Beleggingsfondsen Zwitserleven Institutioneel Credits Fonds Zwitserleven Institutioneel Government Bonds 10+ Fonds Zwitserleven Medium Duration Fonds Zwitserleven Long Duration Fonds Zwitserleven Ultra Long Duration Fonds Per 31 december 2014 bestaat Zwitserleven Institutionele Beleggingsfondsen uit Zwitserleven Institutioneel Credits Fonds, Zwitserleven Institutioneel Government Bonds 10+ Fonds, Zwitserleven Medium Duration Fonds, Zwitserleven Long Duration Fonds en Zwitserleven Ultra Long Duration Fonds. DOELSTELLING De beleggingsfondsen van Zwitserleven Institutionele Beleggingsfondsen zijn toegankelijk via producten van Zwitserleven. De beleggingsfondsen hebben tot doel het per subfonds afzonderlijk beleggen van vermogen in effecten, afgeleide producten en andere vermogenswaarden, ten behoeve van de participanten. BELEGGING IN DE BELEGGINGSFONDSEN Het aan elk subfonds toe te rekenen vermogen wordt afzonderlijk belegd in de specifieke beleggingsportefeuille van het betreffende subfonds. Naast de algemene beleggingsdoelstellingen en het beleggingsbeleid heeft elk subfonds een eigen beleggingsbeleid en risicoprofiel. Voor elk subfonds wordt een aparte administratie gevoerd, zodat alle aan een subfonds toe te rekenen opbrengsten en kosten per subfonds worden verantwoord en geadministreerd op een daartoe per subfonds aangehouden rekening. Zowel de positieve als de negatieve waardeveranderingen in de beleggingsportefeuille van een subfonds komen ten gunste respectievelijk ten laste van de participanten in het betreffende subfonds. JAARVERSLAG 2014 ZWITSERLEVEN INSTITUTIONELE BELEGGINGSFONDSEN 6

1.5 DUFAS CODE VERMOGENSBEHEERDERS De Dutch Fund and Asset Management Association (DUFAS) is de branche-organisatie van de vermogensbeheersector die in Nederland actief is. DUFAS behartigt de gemeenschappelijke belangen van deze sector, zowel op het gebied van retail (consumenten) als institutioneel (professionele beleggers). De Code Vermogensbeheerders (verder, de Code ), zoals die door DUFAS is opgesteld, is met ingang 1 oktober 2014 in werking getreden. De Code geeft antwoord op de vraag wat klanten van hun fonds- en vermogensbeheerder mogen verwachten. Als lid van DUFAS onderschrijft ACTIAM de Code. In het jaarverslag van ACTIAM wordt u geïnformeerd over de naleving van de Code Vermogensbeheerders volgens het comply and explain principe. 1.6 VERSLAGLEGGING EN OVERIGE INFORMATIE JAARVERSLAG EN HALFJAARBERICHT Binnen vier maanden na afloop van elk boekjaar verschijnt het jaarverslag van Zwitserleven Institutionele Beleggingsfondsen. Binnen negen weken na afloop van het eerste halfjaar van elk boekjaar wordt een halfjaarbericht gepubliceerd. VERKRIJGBAARHEID VAN INFORMATIE Exemplaren van het jaarverslag, halfjaarbericht, Essentiële Beleggersinformatie en het prospectus kunt u gratis aanvragen op actiam.nl/ fondsbeheer. Daar vindt u ook informatie over onder meer de maandelijkse ontwikkeling van het rendement van de beleggingsfondsen. ACTIAM ACTIAM is statutair gevestigd en houdt kantoor in Utrecht. ACTIAM is een 100% deelneming van REAAL N.V., een dochteronderneming van SNS REAAL N.V. te Utrecht. Op 1 februari 2013 is SNS REAAL N.V. genationaliseerd en sindsdien zijn alle aandelen (indirect) in handen van de Nederlandse Staat. Op 30 december 2013 heeft de Nederlandse Staat vervolgens alle aandelen in het kapitaal van SNS REAAL N.V. overgedragen aan de Stichting administratiekantoor beheer financiële instellingen (NLFI). NLFI is sindsdien de enig aandeelhouder van SNS REAAL. ACTIAM voert directie over en is beheerder van: nde fondsen van SNS Beleggingsfondsen N.V.; nde fondsen van Zwitserleven Beleggingsfondsen, Zwitserleven Mix Beleggingsfondsen en Zwitserleven Institutionele Beleggingsfondsen; nactiam Responsible Index Funds Equity; nactiam Institutional Microfinance Funds en nactiam-fmo SME Finance Fund I ACTIAM is daarnaast met ingang van 22 juli 2014 aangesteld als AIF-beheerder van: nde fondsen van ASN Beleggingsfondsen N.V.; nasn-novib Microkredietfonds en nasn Groenprojectenfonds. Het adres waar de vennootschap kantoor houdt is: ACTIAM N.V. Croeselaan 1 3521 BJ Utrecht 1.7 VOORGENOMEN VERKOOP REAAL N.V. SNS REAAL heeft op 16 februari 2015 bekend gemaakt dat een overeenkomst is getekend met Anbang Group Holdings Co., Ltd., een vooraanstaande Chinese verzekeringsmaatschappij, voor de verkoop van REAAL N.V. ACTIAM is een dochter van REAAL N.V. De definitieve verkoop is afhankelijk van de gebruikelijke goedkeuring van de toezichthouders. JAARVERSLAG 2014 ZWITSERLEVEN INSTITUTIONELE BELEGGINGSFONDSEN 7

Bijlage 1 OVERZICHT BELEGGINGSSTRATEGIE EN DE VERMOGENSBEHEERDER BELEGGINGSFONDS STRATEGIE VERMOGENSBEHEERDER Zwitserleven Institutioneel Credits Fonds Euro obligaties van ondernemingen met een hoge kredietwaardigheid ACTIAM Zwitserleven Institutioneel Government Bonds 10+ Fonds Euro staatsobligaties ACTIAM Zwitserleven Long Duration Fonds Euro obligaties, rentederivaten en geldmarktinstrumenten ACTIAM Zwitserleven Medium Duration Fonds Euro obligaties, rentederivaten en geldmarktinstrumenten ACTIAM Zwitserleven Ultra Long Duration Fonds Euro obligaties, rentederivaten en geldmarktinstrumenten ACTIAM Een beschrijving van de beleggingsstrategieën vindt u op http://www.actiam.nl/nl/producten-en-diensten/de-beheerder/fondsstrategieen/#tabs-3. Bijlage 2 OVERZICHT VERANTWOORDELIJKE FONDSMANAGER BELEGGINGSFONDS FONDSMANAGER(S) VERANTWOORDELIJK VOOR FONDS SINDS BIJ HUIDIGE ASSET MANAGER SINDS IN ASSET MANAGEMENT INDUSTRIE SINDS Zwitserleven Institutioneel Credits Fonds Ad Kroot 2013 2006 2006 Zwitserleven Institutioneel Government Bonds 10+ Fonds Johan Idema 2005 1 2005 1 1999 Ad Kroot 2013 2006 2006 Johan Idema 2005 1 2005 1 1999 Zwitserleven Medium Duration Fonds Ad Kroot 2013 2006 2006 Johan Idema 2005 1 2005 1 1999 Zwitserleven Long Duration Fonds Ad Kroot 2013 2006 2006 Johan Idema 2005 1 2005 1 1999 Zwitserleven Ultra Long Duration Fonds Ad Kroot 2013 2006 2006 1) In diensttreding bij rechtsvoorgangers van SNS REAAL Johan Idema 2005 1 2005 1 1999 Een verkorte CV met relevante opleiding en werkervaring van de fondsmanagers vindt u op http://www.actiam.nl/nl/producten-en-diensten/de-beheerder/overzicht-fondsmanagers/#tabs-3. Kies het Zwitserleven Beleggingsfonds om het CV te bekijken. JAARVERSLAG 2014 ZWITSERLEVEN INSTITUTIONELE BELEGGINGSFONDSEN 8

Tabel 1: Lijst van uitgesloten ondernemingen per 31 december 2014. BEDRIJF SECTOR REGIO REDEN Airbus Group N.V. (voorheen EADS) Kapitaalgoederen Europa Controversiële Wapens Aeroteh SA 1 Kapitaalgoederen Europa Controversiële Wapens Alliant Techsystems Inc 1 Kapitaalgoederen Amerika Controversiële Wapens Alpha Natural Resources 1 Energie Amerika Milieuvervuiling Arch Coal Inc 1 Energie Amerika Milieuvervuiling Aryt Industries Ltd 1 Kapitaalgoederen Europa Controversiële Wapens Ashot Ashkelon 1 Kapitaalgoederen Europa Controversiële Wapens Babcock & Wilcox Co 1 Kapitaalgoederen Amerika Controversiële Wapens Babcock International Group PL Kapitaalgoederen Europa Controversiële Wapens BAE Systems PLC Kapitaalgoederen Europa Controversiële Wapens Barrick Gold Corp Mijnbouw Amerika Milieuvervuiling Boeing Co/The Kapitaalgoederen Amerika Controversiële Wapens Bridgestone Auto s en auto-onderdelen Pacific Fundamentele Arbeidsrechten Computer Sciences Corp Diverse financiële instellingen Amerika Controversiële Wapens CONSOL Energy Inc Energie Amerika Milieuvervuiling DTE Energy Nutsbedrijven Amerika Milieuvervuiling Exelis Inc 1 Kapitaalgoederen Amerika Controversiële Wapens Finmeccanica SpA Kapitaalgoederen Europa Controversiële Wapens Fluor Corporation Kapitaalgoederen Amerika Controversiële Wapens Freeport-McMoRan Coppper & Gold Mijnbouw Amerika Milieuvervuiling, Mensenrechten GenCorp Inc 1 Kapitaalgoederen Amerika Controversiële Wapens General Dynamics Corp Kapitaalgoederen Amerika Controversiële Wapens Hanwha Corp 1 Mijnbouw Pacific Controversiële Wapens Honeywell International Inc Kapitaalgoederen Amerika Controversiële Wapens Integrys Energy Group Nutsbedrijven Amerika Milieuvervuiling Jacobs Engineering Group Inc Kapitaalgoederen Amerika Controversiële Wapens Larsen & Toubro 1 Kapitaalgoederen Pacific Controversiële Wapens Lockheed Martin Corp Kapitaalgoederen Amerika Controversiële Wapens MDU Resources Group Nutsbedrijven Amerika Milieuvervuiling Motovilikha Plants JSC Kapitaalgoederen Europa Controversiële wapens NiSource Nutsbedrijven Amerika Milieuvervuiling Norinco International Cooperation 1 Kapitaalgoederen Pacific Controversiële Wapens Northrop Grumman Corp Kapitaalgoederen Amerika Controversiële Wapens Poongsan Corp/New 1 Mijnbouw Pacific Controversiële Wapens Raytheon Co Kapitaalgoederen Amerika Controversiële Wapens Rheinmetall AG 1 Kapitaalgoederen Europa Controversiële Wapens Rio Tinto PLC Mijnbouw Europa Milieuvervuiling Rolls-Royce Group PLC Kapitaalgoederen Europa Controversiële Wapens Safran SA Kapitaalgoederen Europa Controversiële Wapens Serco Group PLC Commerciële en professionele diensten Europa Controversiële Wapens Splav SRPA 1 Kapitaalgoederen Europa Controversiële Wapens ST Engineering (Singapore Technologies) Kapitaalgoederen Pacific Controversiële Wapens Tokyo Electric Power Corp Nutsbedrijven Pacific Mensenrechten Textron Inc Kapitaalgoederen Amerika Controversiële Wapens Thales SA Kapitaalgoederen Europa Controversiële Wapens Vedanta Resources PLC Mijnbouw Europa Mensenrechten, Milieuvervuiling Wal-Mart Stores, Inc. Detailhandel Amerika Fundamentele Arbeidsrechten, wapenverkoop 1) Hoewel dit bedrijf op dit moment niet in ons beleggingsuniversum voorkomt, hebben wij het onderzocht naar aanleiding van signalen van omstreden activiteiten. Als resultaat van dit onderzoek is besloten het bedrijf preventief uit te sluiten. JAARVERSLAG 2014 ZWITSERLEVEN INSTITUTIONELE BELEGGINGSFONDSEN 9

Tabel 2: Lijst van uitgesloten staatsobligaties per 31 december 2014. LAND OVERTREDEN PRINCIPE DATUM UITGESLOTEN China Controversiële Wapens 22-6-2009 Finland Controversiële Wapens 11-2-2009 Griekenland Controversiële Wapens 11-2-2009 Mexico Mensenrechten 23-6-2009 Polen Controversiële Wapens 11-2-2009 Turkije Controversiële Wapens 11-2-2009 Verenigde Staten Controversiële Wapens 22-6-2009 Zuid Korea Controversiële Wapens 11-2-2009 JAARVERSLAG 2014 ZWITSERLEVEN INSTITUTIONELE BELEGGINGSFONDSEN 10

2 ALGEMEEN JAARVERSLAG 2014 ZWITSERLEVEN INSTITUTIONELE BELEGGINGSFONDSEN 11

2.1 BERICHT VAN DE RAAD VAN TOEZICHT De Raad van Toezicht ( RvT ) had over het verslagjaar als statutaire taak om toezicht te houden op het gevoerde beleid van de Beheerder en op de algemene gang van zaken bij Zwitserleven Institutionele Beleggingsfondsen. Uitgangspunt van het betreffende model is dat in deze structuur de Raad van Toezicht een goed overzicht heeft op de handelswijze van de (directie van de) Beheerder. SAMENSTELLING Over het verslagjaar 2014 is de RvT ongewijzigd samengesteld uit de heren R.G.J. Langezaal, W. Horstmann en B. Janknegt. FUSIE SBB MET SNS ASSET MANAGEMENT Met ingang van 1 juli 2014 is er een nieuwe beheerder van SNS Beleggingsfondsen N.V. Met ingang van deze datum is SNS Beleggingsfondsen Beheer B.V. ( SBB ), tot 1 juli 2014 de beheerder, gefuseerd met SNS Asset Management N.V. ( SNS AM ), waarna deze partijen gezamenlijk verder zijn gegaan onder de naam ACTIAM N.V. ( ACTIAM ). Achtergrond van de fusie waren onder andere de verzwaarde eisen voor fondsbeheer als gevolg van nieuwe wet- en regelgeving, waaronder de implementatie van de AIFM-richtlijn als Europese regelgeving voor beleggingsfondsen. Daarnaast is door de fusie expertise op het gebied van fondsbeheer en vermogensbeheer gebundeld. De RvT heeft, voorafgaand aan de effectuering, ingestemd met de fusie en met de benoeming van ACTIAM tot Beheerder van Zwitserleven Institutionele Beleggingsfondsen, in overeenstemming met artikel 5.6 van de voorwaarden. IMPLEMENTATIE AIFM-RICHTLIJN De voortgang van de implementatie van de AIFM-richtlijn is een belangrijk onderdeel geweest in de over het verslagjaar gehouden vergaderingen. De RvT heeft zich door de beheerder uitvoerig laten informeren omtrent de voortgang van de implementatie van deze richtlijn en de wijze waarop voldaan is aan de daarin gestelde eisen. VERGADERINGEN De RvT heeft tot aan de voornoemde fusie in het verslagjaar tweemaal vergaderd met de directie van SBB en na de betreffende fusie is tweemaal vergaderd met de directie van ACTIAM. Geen van de leden van de RvT is herhaaldelijk bij deze vergaderingen afwezig geweest. Tijdens de vergaderingen is een groot aantal terugkerende onderwerpen aan de orde gekomen die betrekking hebben op het beleid, de gang van zaken en de toekomst van Zwitserleven Institutionele Beleggingsfondsen. In iedere vergadering is tevens door de directie van SBB dan wel de directie van ACTIAM verslag gedaan van de prestaties van de subfondsen van Zwitserleven Institutionele Beleggingsfondsen en van eventuele correspondentie en andere contacten met toezichthouders. REALISATIE VAN DE DOELSTELLINGEN VAN ZWITSERLEVEN INSTITUTIONELE BELEGGINGSFONDSEN De afzonderlijke subfondsen van Zwitserleven Institutionele Beleggingsfondsen kennen, uitgaande van een gematigd risico- en kostenprofiel, hoofdzakelijk een prestatiegedreven doelstelling. De directie van de Beheerder geeft ieder overleg aan welk rendement gerealiseerd is met betrekking tot de betreffende subfondsen opdat de RvT kan vaststellen in welke mate de betreffende doelstellingen worden gerealiseerd. WIJZIGING VOORWAARDEN VAN ZWITSERLEVEN INSTITUTIONELE BELEGGINGSFONDSEN Wanneer de Beheerder voornemens is de voorwaarden van Zwitserleven Institutionele Beleggingsfondsen te wijzigen, wordt de voorgenomen wijziging voorgelegd aan de RvT. De RvT toetst in hoeverre met het doorvoeren van de betreffende aanpassing het belang van participanten wordt gediend. De RvT heeft het doorvoeren van de wijzigingen in het (beleggings)beleid van Zwitserleven Institutionele Beleggingsfondsen goedgekeurd. De betreffende wijzigingen staan beschreven in het verslag van de Beheerder. STRATEGIE, RISICO S EN INTERNE BEHEERSINGSSYSTEEM Strategie In 2014 is, naast de implementatie van de AIFM-richtlijn, met name overleg gevoerd over de te volgen strategie van de beheerder in relatie tot de marktomstandigheden waarin beleggingsfondsen zich sedert een aantal jaar bevinden. Daarbij is tevens rekening gehouden met het feit dat verschillende beleggingsfondsen onderdeel kunnen uitmaken van (verzekerings)producten. Risicomanagement Met betrekking tot de opzet en werking van de interne risicomanagement systemen heeft de RvT kunnen vaststellen dat de Beheerder van Zwitserleven Institutionele Beleggingsfondsen iedere reguliere vergadering verslag heeft gedaan en heeft gerapporteerd over de JAARVERSLAG 2014 ZWITSERLEVEN INSTITUTIONELE BELEGGINGSFONDSEN 12

uitkomsten. De rapportagestructuur over het risicobeheersingssysteem is naar de mening van de RvT adequaat opgezet en heeft in het boekjaar naar behoren gefunctioneerd. JAARVERSLAG 2014 In april 2015 heeft de RvT in een bijeenkomst met de Beheerder en in aanwezigheid van de accountant, overleg gevoerd over het jaarverslag van 2014. Tevens is de accountantsverklaring besproken, evenals de kwaliteit van de interne risicomanagement- en beheersingssystemen. De RvT is van mening dat de jaarrekening en het verslag van de Beheerder een getrouw beeld geven van de positie van Zwitserleven Institutionele Beleggingsfondsen. De RvT stelt voor dat de participanten de jaarrekening 2014 goedkeuren en zowel SBB, fungerend als Beheerder tot 1 juli 2014, als ACTIAM, fungerend als Beheerder vanaf 1 juli 2014, als Beheerder decharge te verlenen voor het gevoerde beleid van Zwitserleven Institutionele Beleggingsfondsen, en de RvT voor het uitgeoefende toezicht in 2014 op Zwitserleven Institutionele Beleggingsfondsen. De RvT steunt het dividendvoorstel zoals is opgenomen in het jaarverslag. Namens de Raad van Toezicht, R.G.J. Langezaal, voorzitter W. Horstmann B. Janknegt Utrecht, 14 april 2015 JAARVERSLAG 2014 ZWITSERLEVEN INSTITUTIONELE BELEGGINGSFONDSEN 13

2.2 VERSLAG VAN DE BEHEERDER 2.2.1 KERNCIJFERS ONTWIKKELING ZWITSERLEVEN INSTITUTIONELE BELEGGINGSFONDSEN 2014 In 2014 is het fondsvermogen van Zwitserleven Institutionele Beleggingsfondsen met 301 miljoen toegenomen naar 2,7 miljard, een stijging van 12,6% ten opzichte van 31 december 2013. De stijging van het totale fondsvermogen is toe te schrijven aan de koersstijgingen van de beleggingen. Tabel 3: Fondsvermogen per 31 december 2014 in duizenden euro s. NAAM FONDS FONDSVERMOGEN PER 31-12-2014 31-12-2013 Zwitserleven Institutioneel Credits Fonds 148.204 135.317 Zwitserleven Institutioneel Government Bonds 10+ Fonds 56.677 50.453 Zwitserleven Medium Duration Fonds 504.626 541.519 Zwitserleven Long Duration Fonds 984.803 910.578 Zwitserleven Ultra Long Duration Fonds 997.245 752.680 Tabel 4: Rendement 2014 op basis van intrinsieke waarde. 2.691.555 2.390.547 NAAM FONDS FONDS 1 BENCHMARK 2 Zwitserleven Institutioneel Credits Fonds 8,82% 8,24% Zwitserleven Institutioneel Government Bonds 10+ Fonds 21,75% 21,91% Zwitserleven Medium Duration Fonds 13,76% -- Zwitserleven Long Duration Fonds 42,37% -- Zwitserleven Ultra Long Duration Fonds 70,49% -- 1) Voor zover van toepassing is het rendement inclusief herbelegging van in 2014 uitgekeerd dividend. 2) De benchmark van het fonds kan worden teruggevonden in het prospectus van Zwitserleven Institutionele Beleggingsfondsen. Tabel 5: Rendement 3 en 5 jaar per 31-12-2014 op basis van intrinsieke waarde en meetkundig gemiddelde. Op basis van intrinsieke waarde en meetkundig gemiddelde 3 JAAR 5 JAAR FONDS 1 BENCHMARK 2 FONDS 1 BENCHMARK 2 Zwitserleven Institutioneel Credits Fonds 7,84% 7,92% 6,24% 6,01% Zwitserleven Institutioneel Government Bonds 10+ Fonds 11,07% 11,74% 7,71% 8,18% Zwitserleven Medium Duration Fonds -- -- -- -- Zwitserleven Long Duration Fonds -- -- -- -- Zwitserleven Ultra Long Duration Fonds -- -- -- -- 1) Voor zover van toepassing is het rendement inclusief herbelegging van uitgekeerd dividend. 2) De benchmark van het fonds kan worden teruggevonden in het prospectus van Zwitserleven Institutionele Beleggingsfondsen. Tabel 6: Dividendvoorstellen in euro per participatie. NAAM FONDS 2014 2013 Zwitserleven Institutioneel Credits Fonds 0,35 0,41 Zwitserleven Institutioneel Government Bonds 10+ Fonds 0,30 0,31 Zowel de datum ex-dividend als betaalbaarstelling is donderdag 28 mei 2015. 2.2.2 WIJZIGING BEHEERDER ZWITSERLEVEN INSTITUTIONELE BELEGGINGSFONDSEN Per 1 juli 2014 zijn SNS Beleggingsfondsen Beheer B.V. ( SBB ) en SNS Asset Management N.V. ( SNS AM ) gefuseerd en is de naam SNS AM gewijzigd in ACTIAM N.V. ( ACTIAM ). Vanaf deze datum is ACTIAM beheerder geworden van Zwitserleven Beleggingsfondsen, Zwitserleven Mix Beleggingsfondsen en Zwitserleven Institutionele Beleggingsfondsen en zet het door SBB gevoerde fondsbeheer voort. JAARVERSLAG 2014 ZWITSERLEVEN INSTITUTIONELE BELEGGINGSFONDSEN 14

Achtergrond van de fusie zijn onder andere de verzwaarde eisen voor fondsbeheer door nieuwe wet- en regelgeving, waaronder Europese regelgeving voor beleggingsinstellingen, met name de Alternative Investment Fund Managers Directive (AIFMD). Daarnaast wordt door de fusie expertise in fondsbeheer gebundeld. Het vermogensbeheer en de fondsadministratie blijven ongewijzigd. Beide waren door SBB al grotendeels uitbesteed aan ACTIAM. Op 14 april 2006 heeft de Autoriteit Financiële Markten de vergunning op grond van artikel 2:65 van de Wet op het financieel toezicht (Wft) verleend aan SBB. Door de fusie is de vergunning per 1 juli 2014 van rechtswege overgegaan naar ACTIAM. AIFMD Op 22 juli 2013 is de AIFMD geïmplementeerd in de Wft. Nederlandse beleggingsinstellingen kwalificeren vanaf 22 juli 2013 in beginsel als alternatieve beleggingsinstelling ( abi ) of als instelling voor collectieve belegging in effecten ( icbe ). Hierbij gold voor abi-beheerders, zoals destijds SBB, een overgangsregime tot (uiterlijk) 22 juli 2014. Tijdens het overgangsregime golden de vereisten van de Wft zoals die van kracht waren op 21 juli 2013. Van dit overgangsregime heeft SBB gebruik gemaakt. Vanaf 22 juli 2014 voldoet ACTIAM N.V. als abi-beheerder aan de nieuwe vereisten die gelden voor een abi-beheerder. Deze vereisten betreffen onder meer het aanstellen van een onafhankelijke bewaarder (zie hierna), het risicomanagementbeleid, beleid inzake belangenconflicten, uitbestedingsbeleid, beloningsbeleid, waarderingsbeleid fondsactiva en hebben voorts betrekking op de jaarverslaglegging en kapitaalvereisten voor beheerder en bewaarder. BEWAARDER Als gevolg van implementatie van de AIFMD wetgeving is ACTIAM verplicht om een onafhankelijke bewaarder aan te stellen. Per 22 juli 2014 is KAS Trust & Depositary Services B.V. te Amsterdam aangesteld als bewaarder van de door ACTIAM beheerde beleggingsfondsen van Zwitserleven Institutionele Beleggingsfondsen. De bewaarder is een onder wettelijk toezicht staande entiteit met als wettelijke taken onder andere het monitoren van kasstromen, naleving van beleggingsbeleid en eigendomsverificatie ten aanzien van de financiële activa van de beleggingsfondsen. 2.2.3 VERKLARING OMTRENT DE BEDRIJFSVOERING Wij beschikken over een beschrijving van de bedrijfsvoering die voldoet aan de eisen van de Wet op het financieel toezicht (Wft) en het Besluit gedragstoezicht financiële ondernemingen (Bgfo). Wij hebben gedurende de ver slagperiode verschillende aspecten van de bedrijfsvoering beoordeeld. Bij onze werkzaamheden hebben wij geen constateringen gedaan op grond waarvan wij zouden moeten concluderen dat de beschrijving van de opzet van de bedrijfsvoering als bedoeld in artikel 121 van het Bgfo niet voldoet aan de vereisten zoals opgenomen in de Wft en daaraan gerelateerde regelgeving. Op grond hiervan verklaren wij als beheerder voor Zwitserleven Institutionele Beleggingsfondsen te beschikken over een beschrijving van de bedrijfsvoering zoals bedoeld in artikel 121 Bgfo, die voldoet aan de eisen van het Bgfo. Ook hebben wij geconstateerd dat de bedrijfsvoering effectief en overeenkomstig de beschrijving functioneert. Derhalve verklaren wij met een redelijke mate van zekerheid dat de bedrijfsvoering gedurende de verslagperiode effectief en overeenkomstig de beschrijving heeft gefunctioneerd. 2.2.4 BEHEERONTWIKKELINGEN AANPASSING VAN DE OP- EN AFSLAGEN Bij de vaststelling van de hoogte van de op- en afslag ten opzichte van de intrinsieke waarde gaat het om dekking van de door de Zwitserleven Institutionele Beleggingsfondsen te maken gemiddelde transactiekosten bij toe- en uittreding door beleggers. Uit oogpunt van transparantie en eenvoud worden deze kosten uitgedrukt in een vast percentage van het aan- of verkoopbedrag. De hoogte wordt bepaald op basis van de werkelijke kosten die gemaakt worden bij toe- en uittreding. De beheerder kan het percentage aanpassen indien het gemiddelde door marktomstandigheden is gewijzigd. Jaarlijks vindt een evaluatie plaats. De opslag of afslag komt geheel ten goede aan het beleggingsfonds, zodat het daarmee de aan- en verkoopkosten van de onderliggende financiële instrumenten kan voldoen. Participanten worden hierdoor beschermd tegen de kosten van beleggingstransacties die het fonds moet maken als gevolg van toe- of uittredende participanten. Uit de jaarlijkse evaluatie bleek dat de gemaakte transactiekosten in veel gevallen afweken van de toen geldende hoogte van de op- en afslag. Om participanten niet te benadelen, is de hoogte van de op- en afslag per 1 april 2014 in lijn gebracht met de kosten. AANPASSING BESLUITVORMING ESG-BELEID Sinds 2 januari 2015 berust de formele besluitvorming over de start van een engagementtraject met een onderneming niet langer bij het ACTIAM Selectiecomité. Het Selectiecomité heeft deze verantwoordelijkheid overgedragen aan de afdeling die het ESG- (Environmental, Social, Governance) beleid uitvoert. Doel is het engagementproces efficiënter in te richten zodat sneller en adequater kan worden gehandeld. Het Selectiecomité monitort onveranderd de voortgang van de lopende engagements en blijft verantwoordelijk voor het besluit een onderneming uit te sluiten. JAARVERSLAG 2014 ZWITSERLEVEN INSTITUTIONELE BELEGGINGSFONDSEN 15

SECURITIES LENDING Ultimo 2014 zijn er geen effecten aan andere financiële instellingen uitgeleend. Het uitlenen van effecten aan andere financiële instellingen tegen een vergoeding heet securities lending. De securities lending activiteiten zijn in het tweede halfjaar van 2014 afgebouwd. Reden voor de afbouw van het gehanteerde securities lending programma was dat de toenemende risico s van deze activiteit niet langer opwogen tegen het rendement dat hiermee werd gerealiseerd. DEBETSTAND OP DE GELDREKENINGEN Beleggingen worden niet gefinancierd met vreemd vermogen. Een tijdelijke debetstand op de geldrekeningen van de fondsen is wel toegestaan. De totale debetstand van de geldrekeningen, uitgedrukt als percentage van de omvang van de betreffende fondsen, mag daarbij maximaal 2% zijn. ACTIAM heeft dit per 2 januari 2015 verduidelijkt in de voorwaarden. 2.2.5 MARKTONTWIKKELINGEN EN VOORUITZICHTEN ECONOMISCHE ONTWIKKELINGEN Begin 2014 werden de signalen sterker dat de wereldeconomie op een breed front aantrok. In de Verenigde Staten namen de orderontvangsten toe en steeg het ondernemersvertrouwen. Europa haakte steeds meer aan op dit leidende Amerikaanse voorbeeld. De Chinese economie groeide sterk, hoewel minder sterk dan voorheen. VERENIGDE STATEN Extreem winterweer veroorzaakte in de Verenigde Staten in het eerste kwartaal een terugval in het bruto binnenlands product (BBP). Toen de winter voorbij was, volgde een opleving. Zelfs de huizenmarkt, die al enige tijd aan het afkoelen was, begon weer op te veren. Gedurende de rest van het jaar kenmerkte de Amerikaanse economie zich door breed gedragen groei. De werkgelegenheid nam steeds verder toe, wat de economie momentum gaf. De inflatie bleef gematigd, met percentages onder de centrale bank-norm van 2%. EUROZONE Het beeld voor de economie van de eurozone zag er aanvankelijk gunstig uit: de indicatoren stegen en het consumentenvertrouwen herstelde. In harde cijfers berekend bleven de prestaties echter achter. Vanaf het voorjaar zakte de groei weer tot dichtbij de nullijn. Duitsland had in 2014 voornamelijk last van de onrust rond Oekraïne en de spanningen met Rusland. De Franse economie bleef kwakkelen. Italië kwam opnieuw in een recessie terecht. De overheden van Frankrijk en Italië hebben de laatste jaren verzuimd hervormingen door te voeren, waardoor beide landen een structureel concurrentienadeel hebben opgelopen. De Spaanse economie maakte wel vorderingen. In de loop van het jaar nam ook de werkgelegenheid toe. Ook andere economieën van perifere eurolanden, zoals Portugal, Ierland en zelfs Griekenland, toonden tekenen van herstel. De Nederlandse BBP-cijfers werden aanvankelijk sterk vertekend door weerseffecten. Toch ging het in de loop van 2014 gestaag beter met de economie. De inflatie in de eurozone zakte steeds verder onder het niveau dat de Europese Centrale Bank (ECB) op middellange termijn wenselijk acht. Dit kwam voor een belangrijk deel door de daling van de energieprijzen. De onderliggende inflatie bleef laag, met percentages tussen 0,7 en 1,0%. CHINA De vertraging van de Chinese economie zette in 2014 door. Vooral in de vastgoedsector waren de ontwikkelingen minder positief. Dit wordt veroorzaakt doordat men teveel heeft gebouwd op grond van overspannen verwachtingen dat de prijzen verder zouden stijgen. Om de groeivertraging van de economie binnen de perken te houden, besloten de Chinese leiders tot een bescheiden stimuleringsprogramma. Later in het jaar voerde de centrale bank ook een renteverlaging door. JAPAN De Japanse economie maakte in het eerste kwartaal een flinke groeispurt. Anticiperend op de btw-verhoging per 1 april haalden consumenten en bedrijven aankopen en investeringen naar voren. Na 1 april zakten de bestedingen in. Deze klap kwam de economie gedurende de rest van het jaar niet meer te boven. De inflatie daalde in de tweede helft van 2014. Daarmee raakte de inflatiedoelstelling uit zicht. Voor beleidsmakers was dat reden het beleid van monetaire stimulering te intensiveren. OPKOMENDE MARKTEN In veel opkomende markten leek het in het eerste gedeelte van het jaar iets beter te gaan. De vrees voor afbouw van het opkoopprogramma van het stelsel van Amerikaanse banken, de Federal Reserve (Fed), gaf eerder druk op de economieën van deze markten. Een gedeelte van het geld van het opkoopprogramma stroomt naar opkomende markten doordat internationale beleggers vanwege de dalende rente naar andere beleggingsmogelijkheden zoeken. Uit vrees voor afbouw trokken deze beleggers kapitaal terug. In veel landen keerden de spanningen later in 2014 weer terug, onder andere door de daling van grondstofprijzen. JAARVERSLAG 2014 ZWITSERLEVEN INSTITUTIONELE BELEGGINGSFONDSEN 16

FINANCIËLE MARKTEN Vastrentende markten De ECB ging stap voor stap verder met het verruimen van haar monetaire beleid. De centrale bank werd hierbij aangespoord doordat de groei zwak bleef en de inflatie en inflatieprognoses daalden. Zowel in juni 2014 als in september 2014 verlaagde de ECB de herbeleningsrente en de depositorente met tien basispunten. Deze rentes kwamen uiteindelijk uit op respectievelijk 0,05% en -0,20%. In juni kondigde de ECB targeted LTRO s aan (LTRO is de afkorting van Long-term refinancing operation). Dit zijn kredietfaciliteiten met als doel de bancaire kredietverlening te bevorderen. In het vierde kwartaal ging de centrale bank over tot de aankoop van pakketten van gebundelde leningen (asset backed securities) en pandbrieven (covered bonds). Door op deze manier de balansen van banken te ontlasten, wordt het voor banken gemakkelijker nieuwe kredieten te verstrekken. In oktober meldden de beleidsmakers van de ECB dat zij verwachtten dat de ECB-balans met 1.000 miljard zou stijgen tot het niveau van begin 2012. In december 2014 werden zij hier nog wat stelliger over door niet meer van een verwachting te spreken, maar van een intentie. In de Verenigde Staten bouwde de Fed vanaf begin 2014 zijn aankopen van treasuries en aan hypotheken gerelateerde obligaties af (ook wel de tapering genoemd). De Fed beëindigde deze activiteiten in oktober geheel. De beleidsmakers gaven steeds aan dat zij de beleidsrente nog geruime tijd laag zouden houden. In december klonk een ander geluid: de Fed meldde dat hij geduldig zou zijn met het verhogen van de rente. De obligatierentes daalden duidelijk. De drie belangrijkste verklarende factoren zijn 1) de aanhoudende twijfels over de groeikracht van de Europese economie, 2) de afnemende inflatie en het ongebruikelijk ruime monetaire beleid en 3) de verwachting dat de ECB zou overgaan tot het aankopen van staatsobligaties. De Duitse tienjaarsrente zakte over het gehele jaar gemeten met 139 basispunten tot 0,54%. De overeenkomende rentes in andere kernlanden van de muntunie, zoals Frankrijk en Nederland, daalden nog sterker. Deze lage rentes versterkten de zoektocht naar rendement door beleggers. Hierdoor daalden de renteniveaus van de obligaties van landen in de periferie van de eurozone. Zo zakte de Italiaanse tienjaarsrente met 221 basispunten naar 1,88%. In de Verenigde Staten daalde de lange rente ook, onder meer doordat inflatiedruk uitbleef en de overtuiging toenam dat de Fed uitermate voorzichtig zou zijn met het aanhalen van de renteteugels. Met een daling van 83 basispunten tot 2,18% voor tienjaars treasuries daalde de rente in de Verenigde Staten minder dan die in Europa. Valuta s Door teleurstellende cijfers over de Amerikaanse economie bleef de euro aanvankelijk sterk tegenover de dollar. Toen de ECB echter in mei 2014 nieuwe verruimingsmaatregelen aankondigde, begon de euro aan kracht in te boeten. De koers van de euro bleef daarna dalen. Dat gebeurde onder invloed van zowel de maatregelen die genomen werden, als het steeds concretere perspectief van een nog extremer monetair beleid in de vorm van kwantitatieve verruiming. Per saldo daalde de euro in het verslagjaar met ruim 16 dollarcent tot $1,21. De euro zakte ook weg ten opzichte van het Britse pond doordat in het Verenigd Koninkrijk een verhoging van de rente van de centrale bank nabij zou zijn. Het vooruitzicht van een hogere rente stimuleert de vraag naar ponden. De vrees voor een Schotse keuze voor onafhankelijkheid leidde tussentijds overigens tot enig koersverlies voor het Britse pond. De Japanse yen zakt al sinds eind 2012 gestaag weg ten opzichte van de dollar. De neergang zette zich in 2014 voort. Achtergrond is de agressieve monetaire verruiming die de Bank of Japan doorvoert als onderdeel van het plan van premier Shinzo Abe om de economie te stimuleren, ook wel Abenomics genoemd. Vanaf november 2014 werd dit beleid geïntensiveerd omdat de economie zich niet of nauwelijks herstelde van de inzinking na de btw-verhoging op 1 april 2014. Zoals gezegd legde de vrees voor afbouw van het opkoopprogramma van de Fed druk op de economieën van de opkomende markten. Toen die vrees was weggeëbd, keerde de rust in de eerste helft van 2014 terug. Later moesten veel munten alsnog terrein inleveren, veelal onder invloed van de daling van de grondstofprijzen. De Russische roebel sprong het meest in het oog: de Russische munt werd niet alleen geplaagd door de daling van de olieprijzen, maar ook door westerse sancties en geopolitieke spanningen. Aandelenmarkten Na een sterk 2013 realiseerden de internationale aandelenmarkten opnieuw fraaie koerswinsten in 2014. In de laatste maanden van het jaar werden de aandelenmarkten wel wat grilliger van karakter. Tegenvallende cijfers over de Amerikaanse en Chinese economie zetten de internationale aandelenmarkten begin 2014 onder druk. Ook de onzekerheid over interventies van de Fed, die al had aangekondigd zijn ruime monetaire beleid te gaan afbouwen, had een ongunstig effect. Naarmate de economische cijfers uit de Verenigde Staten verbeterden en duidelijk werd dat de terugval inderdaad door het strenge winterweer veroorzaakt was, kregen de markten weer wind in de zeilen. Ook verschafte de Fed al snel meer duidelijkheid over het toekomstige monetaire beleid. In Europa bracht de uitslag van de Europese verkiezingen niet de gevreesde onrust. De markten werden gestimuleerd door de steeds krachtigere geluiden van de ECB dat zij vergaand zou ingrijpen als de inflatie tegenviel. In september werden beleggers positief verrast doordat de ECB extra monetaire verruimingsmaatregelen aankondigde. In oktober gingen de beurzen echter stevig onderuit toen er vrees ontstond voor een nieuwe Europese recessie na de publicatie van slechte Duitse productiecijfers. Ook onenigheid binnen de ECB had een negatieve uitwerking. Later herstelden de koersen zich weer doordat nieuwe macrocijfers bleken mee te vallen. Bovendien stond president Mario Draghi binnen de ECB sterker dan eerder gedacht. Eind 2014 sloeg het sentiment opnieuw om. De vrije val van de olieprijs leidde tot toenemende onrust over de Russische roebel. Dit had ook effect op de valuta s van andere opkomende markten, temeer omdat er onzekerheid heerste over het toekomstige rentebeleid van de Fed. JAARVERSLAG 2014 ZWITSERLEVEN INSTITUTIONELE BELEGGINGSFONDSEN 17

De Amerikaanse beurs presteerde in 2014 verreweg het beste. De MSCI USA (netto) steeg met 14%; door de stijging van de Amerikaanse dollar steeg deze index in euro s gemeten zelfs 29%. Europa (MSCI Europe Net) bleef achter met een stijging van 7%. De MSCI Pacific (AC ASIA PACIFIC Net) en MSCI Emerging Markets (MSCI EM Net) gingen er in euro s gemeten respectievelijk 14% en 11% op vooruit. Gemeten in Amerikaanse dollars waren de resultaten respectievelijk 0% en -2%. OLIE EN GRONDSTOFFEN De olieprijs bleef gedurende het eerste halfjaar van 2014 stabiel. De prijs begon in juli 2014 te dalen en raakte uiteindelijk in een vrije val. De prijs van een vat Noordzeeolie zakte in 2014 met ruim $ 54 per vat tot net onder $ 57. Internationale politieke spanningen, zoals de ontwikkeling van de Islamitische Staat in Syrië en Irak, hadden weinig effect op de prijs. De daling kwam vooral door de stijging van het aanbod, waarbij de opkomst van schalieolie in de Verenigde Staten een dominante factor was. Saoedi-Arabië koos voor behoud van marktaandeel en was, anders dan in het verleden, niet bereid de productie terug te schroeven. Toch kan vermoedelijk niet de hele prijsdaling aan aanbodfactoren worden toegeschreven. Ook de vraag naar olie stond onder druk, onder andere door de groeivertraging van de Chinese economie. Daarnaast remt de duurdere dollar de vraag vanuit niet-dollargebieden. VOORUITZICHTEN Ondanks de onrust rond de olieprijs, de roebel en valuta s van opkomende markten blijven de macrofundamenten van het economische herstel in onze visie intact. De daling van de olieprijs gaat de Amerikaanse economie en vooral het economische herstel van de eurozone een steun in de rug geven. De groei van de wereldeconomie wordt vooral getrokken door de Verenigde Staten. Europa herstelt van de eerdere groeiverzwakking dankzij de lagere eurokoers, het ruimere monetaire beleid van de ECB en de daling van de olieprijs. De Chinese economie mindert vaart, maar blijft een belangrijke groeimotor voor andere regio s. De Japanse economie zal voor langere tijd worden gestimuleerd, na de recente overwinning van premier Shinzo Abe bij de parlementsverkiezingen. Per saldo blijven de macro-omstandigheden positief voor aandelen. Ook het monetaire beleid blijft gunstig. In de Verenigde Staten wordt mogelijk de rente verhoogd, maar er is voorlopig nog lang geen sprake van een verkrappend monetair beleid. In de eurozone is het niet de vraag óf het monetaire beleid verder wordt verruimd, maar in welk tempo en op welke manier. In Europa is de daling van de bedrijfswinsten voorzichtig omgebogen in een stijging. Gezien de verwachte wisselkoerseffecten lijkt een verdere stijging realistisch. Op basis van de huidige koers-winstverhoudingen zijn aandelen niet goedkoop. Koersstijgingen die toe te schrijven zijn aan hogere koers-winstverhoudingen, zijn daarom niet te verwachten. Deze prognoses zijn uiteraard met veel onzekerheid omgeven. Internationale spanningen en de politieke ontwikkelingen wereldwijd vormen belangrijke risicofactoren. Gezien de macro-economische omstandigheden verwachten wij dat de rente kan gaan stijgen, de omvang van het ECB beleid blijft echter van grote invloed. Tabel 7: Geld- en kapitaalmarktrente. 31-12-2014 01-01-2014 Duitsland 10-jaarsrente 0,54 1,94 Nederland 10-jaarsrente 0,68 2,23 Italië 10-jaarsrente 1,88 4,09 Spanje 10-jaarsrente 1,61 4,14 JAARVERSLAG 2014 ZWITSERLEVEN INSTITUTIONELE BELEGGINGSFONDSEN 18

2.3 ZWITSERLEVEN INSTITUTIONEEL GOVERNMENT BONDS 10+ FONDS FONDSPROFIEL Zwitserleven Institutioneel Government Bonds 10+ Fonds belegt in staatsleningen genoteerd in euro van landen uit de eurozone of in leningen die door overheden uit de eurozone worden gegarandeerd. Een lening waarin wordt belegd moet kredietbeoordelaar Standard & Poor s, Moody s of Fitch hebben beoordeeld met respectievelijk minimaal A-/ A3/A-. De duration van de portefeuille, ook wel de gewogen gemiddelde looptijd van de portefeuille genoemd, mag maximaal 2 jaar afwijken van die van de benchmark. Minimaal 75% van de portefeuille heeft een resterende looptijd van meer dan 7 jaar. Het fonds kan ook beleggen in afgeleide producten, uitsluitend in swaps, rentefutures en renteopties. Het fonds kan maximaal 50% van de portefeuillewaarde van de effecten uitlenen. Dit heet securities lending: het uitlenen van effecten aan andere financiële instellingen tegen een vergoeding. Momenteel wordt er geen gebruik gemaakt van securities lending. Het beleggingsdoel is een rendement te behalen dat hoger is dan het rendement van de iboxx Sovereign 7+ AAA/AA/A Index (TR), de benchmark. FONDS VERMOGEN IN 1 MLN. RENDEMENT OP BASIS VAN INTRINSIEKE WAARDE 1 RENDEMENT BENCHMARK DIVIDEND PER PARTICIPATIE 2 INTRINSIEKE WAARDE PER PARTICIPATIE 2014 56,7 21,75% 21,91 % 0,31 12,19 2013 50,5-3,01% -2,72% 0,35 10,30 2012 49,7 16,03% 17,65% 0,33 10,97 2011 388,6 4,43% 4,13% 0,38 9,77 2010 3 535,4-2,15% -1,72% 0,00 9,73 1) Voor zover van toepassing is het rendement inclusief herbelegging van dividend. 2) Dit is het in het betreffende jaar uitgekeerde dividend over het voorgaande boekjaar. 3) Het rendement van het fonds en de benchmark betreft de periode 29 maart 2010 t/m 31 december 2010. Portefeuillebeleid Binnen Zwitserleven Institutioneel Government Bonds 10+ Fonds wordt beoogd waarde toe te voegen door actief beleid. Dat betekent dat de portefeuille op het gebied van duration, landen en curve actief wordt gestuurd. In de eerste vijf maanden van 2014 was het fonds zo gepositioneerd dat geanticipeerd werd op het oplopen van de rente. Tegen de verwachting van de markt in daalde de rente. Door het gedisciplineerd toepassen van stop-losses zijn de verliezen als gevolg van de dalende rente beperkt gebleven. Sinds eind juni nam het fonds regelmatig een overwogen duratiepositie in ten opzichte van de benchmark. De verder dalende rente leverde extra rendement op. Een aanhoudend zwakke groei, een dalende inflatie en een ongebruikelijk ruim monetair beleid - inclusief de verwachting dat de Europese Centrale Bank (ECB) uiteindelijk overgaat tot aankoop van staatsobligaties - vormden de belangrijkste ingrediënten voor de neerwaartse trend van de rente. De Duitse 10-jaars staatsrente zakte over het hele jaar met 1,39% tot het historisch bijzonder lage niveau van 0,54%. Eind december nam het fonds een overwogen duratiepositie in ten opzichte van de benchmark. Voor wat betreft de landenpositionering was het fonds onderwogen in Frankrijk en België ten gunste van Duitsland en Nederland. Qua curvepositionering was het fonds wel sterk vertegenwoordigd in de langere looptijden van Frankrijk en België. De staatsobligaties van Oostenrijk, Nederland, België en Frankrijk presteerden beter dan die van Duitsland. Risicobeheer In de tabel is aangegeven welke risico s van toepassing zijn op het fonds en die zich in de verslagperiode in het fonds hebben gemanifesteerd. Marktrisico: Door risico s van fluctuaties van de financiële instru menten in de portefeuille van Zwitserleven Institutioneel Government Bonds 10+ Fonds is er gedurende de verslagperiode sprake geweest van marktrisico. De portefeuille bestaat uit staatsleningen genoteerd in euro van landen uit de eurozone of uit leningen die door overheden uit de eurozone worden gegarandeerd. Rentebewegingen en wijzigingen in rating in de kwaliteit van de debiteuren leiden tot koersfluctuaties. Marktrisico Valutarisico Renterisico Kredietrisico Liquiditeitsrisico ü û ü ü ü Valutarisico: Voor Zwitserleven Institutioneel Government Bonds 10+ Fonds wordt alleen belegd in in euro gedenomineerde instrumenten. Er is dus geen sprake van valutarisico. Renterisico: De modified duration van Zwitserleven Institutioneel Government Bonds 10+ Fonds bedroeg ultimo verslagperiode 11,8 (ultimo 2013: 10,8). Dit betekent dat een 1% rentedaling (stijging) tot gevolg heeft dat de koersen bij benadering met 11,8% stijgen (dalen) als de overige omstandigheden gelijk blijven. Binnen Zwitserleven Institutioneel Government Bonds 10+ Fonds is daarom duidelijk sprake van renterisico. In het beleggingsmandaat zijn duidelijke grenzen afgesproken waarbinnen de vermogensbeheerder de duration van de portefeuille mag laten afwijken van die van de benchmark. In de verslagperiode is beperkt gebruik gemaakt van deze mogelijkheid. De duration van de portefeuille week gedurende de verslagperiode beperkt af van de duration van de benchmark. JAARVERSLAG 2014 ZWITSERLEVEN INSTITUTIONELE BELEGGINGSFONDSEN 19

Kredietrisico: In het mandaat zijn strikte grenzen gesteld aan de kredietkwaliteit van de debiteuren in portefeuille. Er mag alleen belegd worden in individuele vermogenstitels met minimaal een rating van Moody s, Standard & Poor s of Fitch en deze dient een minimale rating te hebben van A3/A-/A-, hetgeen een beperkt kredietrisico is. De laagste rating van de drie genoemde rating agencies is bepalend voor de beoordeling. De gemiddelde issue rating van Zwitserleven Institutioneel Government Bonds 10+ Fonds bedraagt minimaal Aa2/ AA/AA conform Moody s Weighted Average Rating Factor (WARF). WARF is een onafhankelijke methodiek om kredietrisico uit te drukken. Ultimo verslagperiode bedroeg de gemiddelde rating van de portefeuille Aa1. De gemiddelde rating gedurende de verslagperiode is Aa1 geweest (WARF). Er is dus sprake van een beperkt kredietrisico. Liquiditeitsrisico: Zowel het beleggingsfonds als de onderliggende beleggingstitels kennen een hoge mate van liquiditeit. Het liquiditeitsrisico is beperkt. LANDENVERDELING Duitsland 34,2% DEBITEUREN / RATINGS Duitsland 34,17% Ratings Frankrijk 33,41% AAA 34,22% België 12,50% AA 65,78% Nederland 12,29% Oostenrijk 7,48% Oostenrijk 7,5% Nederland 12,3% Frankrijk 33,5% België 12,5% CASHFLOWVERDELING EN LOOPTIJD GEÏNDEXEERD RENDEMENTSVERLOOP Time bucket Modified Duration Contribution YTM (year) Total 0-5 0,00 150 140 Fonds Benchmark 5-10 3,32 10-15 1,69 130 15-20 1,37 120 20-25 1,52 25-35 3,24 35+ 0,61 Total 11,75 110 90 dec-09 dec-10 dec-11 dec-12 dec-13 dec-14 Rendement Over 2014 behaalde Zwitserleven Institutioneel Government Bonds 10+ Fonds een rendement op basis van intrinsieke waarde van 21,75%, na aftrek van kosten. Over dezelfde periode kwam het rendement van de benchmark uit op 21,91%. Het sterk gedaalde renteniveau werkte in 2014 sterk positief door in het absolute fondsrendement. Relatief gezien werd er rendement verloren op de landenposities doordat de landenspreads ten opzichte van Duitsland gedaald zijn. De ingenomen renteposities droegen wel positief bij aan het fondsrendement. JAARVERSLAG 2014 ZWITSERLEVEN INSTITUTIONELE BELEGGINGSFONDSEN 20