Ouders betrekken bij de kanjerlessen met behulp van een ouderles

Vergelijkbare documenten
Ouders betrekken bij de kanjerlessen met behulp van een ouderles

Ouders betrekken bij de kanjerlessen met behulp van een ouderles

Ouders betrekken bij de kanjerlessen met behulp van een ouderles

Leskernen van alle kanjerboeken

Groep 1/2 - Max en het dorp

DE HELIOSCOOP. staking onderwijs. De school is dicht. 2 e Paasdag. Juf Nikky is 7 februari bevallen van een prachtige dochter. Zij heet Fayenne.

Kanjertekening van groep 1/2a

Vooraf: Alle lessen zijn zo ontwikkeld dat ouders hierbij aanwezig kunnen zijn. Op voorwaarde dat ouders zich weten te beheersen, met respect spreken

DE HELIOSCOOP. Sinterklaasfeest. Continurooster tot uur

DE HELIOSCOOP. tegenover elkaar in een kring. De kinderen leren hoe ze in gesprek kunnen gaan, vragen kunnen stellen en elkaar tips kunnen geven.

Kanjerbeleid Samenvatting voor ouders

Beleid Kanjertraining

De doelen van de kanjertraining:

Kanjerkrant november 2014

Afgesproken verdeling van de boeken over de groepen

Welkom bij de laatste Kanjerkrant van dit schooljaar! Dit keer leest u onder andere over: - lessen met ouders. - de dieren uit de Kanjertraining

Beleid Kanjertraining op De Meeander

DE HELIOSCOOP. Rapportgesprekken

Dit is een download bij het artikel Omdat je het kunt uit JOP COACH magazine, nr

Kanjerprotocol hoe gaan we om met elkaar

Welkom bij de derde Kanjerkrant van dit schooljaar! Dit keer leest u onder andere over: - groepsdruk. - stagediving. - hoe een kanjer doet

BASbrief 2. 1 oktober 2017 ROERDOMPSTRAAT BADHOEVEDORP

HOE NIEMAND MIJ GELOOFDE EN IK BIJNA ALLES VERLOOR

Kanjerkrant maart 2015

Veilig Thuis. Werkboekje voor kinderen en ouders bij een tijdelijk huisverbod

Thema Gezondheid. Lesbrief 33. In gesprek met de leerkracht.

Hier ben ik. Het is goed dat ik er ben. Ik ben te vertrouwen. Ik help. Ik speel niet de baas. Ik lach niet uit. Ik ben niet zielig.

Pestprotocol Kanjer training

Veilig Thuis. Werkboekje voor kinderen en ouders bij een tijdelijk huisverbod

Papa en mama hebben ruzie. Ton en Toya vinden dat niet leuk. Papa wil graag dat Ton en Toya bij hem op bezoek komen, maar van mama mag dat niet.

Kanjerkrant mei 2014

Kanjerbeleid. Doelstelling Voor de kinderen hebben we als doel dat ze zoveel mogelijk als volgt over zichzelf denken:

pest eruit? De baas spelen

Pestprotocol. Andersenschool

HOE NIEMAND MIJ GELOOFDE EN IK BIJNA ALLES VERLOOR

Werkboek Het is mijn leven

3 Pesten is geen lolletje

Welkom bij onze vernieuwde Kanjerkrant! Dit schooljaar kunt u van meerdere groepen iets lezen in ons krantje. We hopen dat u het leuk vindt om te

We gaan het hebben over: de kanjertraining zonder te praten, alleen wel mag je drie keer praten anders is de opdracht niet geslaagd.

Het kinderprotocol. Inhoud: 1. Inleiding; het kinderprotocol 2. Goed gedrag kun je leren 3. De schoolregels 4. Pesten/ gepest worden 5.

Pest- en gedragsprotocol

Theorieboek. leeftijd, dezelfde hobby, of ze houden van hetzelfde. Een vriend heeft iets voor je over,

Beertje Bruin zegt: We spelen piraatje en ik ben de hoofdman, want ik heb het bedacht.

Pest- en gedragsprotocol voor de kinderen van de Boeier

6,6. Werkstuk door een scholier 2141 woorden 6 januari keer beoordeeld. Nederlands

LESMATERIAAL ONDERBOUW. Lespakket CliniClowns Geen kinderachtig effect. Vo or Groep 1-

Werkstuk Verzorging Pesten

Wat is PDD-nos? VOORBEELDPAGINA S. Wat heb je dan? PDD-nos is net als Tourette een neurologische stoornis. Een stoornis in je hersenen.

AMIGA4LIFE. Hooggevoelig, wat is dat? T VLAARDINGEN

Het Mozaïek-kinderprotocol tegen pesten (voor kinderen van groep 3 t/m 8)

Wanneer vertel je het de kinderen? Kies een moment uit waarop je zelf en de kinderen niet gestoord kunnen worden.

Kanjertraining op t PuzzelsTuk

GOED VRIENDJE? FOUT VRIENDJE?

Pestprotocol Kanjermethode

Het is druk op het schoolplein. Overal zie je kinderen die aan het knikkeren zijn. Joost heeft een grote zware knikkerzak. Hij roept: 'Ik heb de

Van Rijslaan 8, 2625 KX Delft,

kinesiologie en stressmanagement Bluesroute WD MIDDELBURG T (06)

Kanjerbeleid BELEIDSSTUK KANJERTRAINING

DEEL 1. WERKBOEK 5 Eigen keuze Monique van Dam YOU: De keuze is aan jou!

Lesbrief. groep 1-4. bij de verteltheatervoorstelling. Winnie de Poeh: het verhaal van Kanga en Roe. door Marjo Dames / Sterk-Verhaal

Ontdek je kracht voor de leerkracht

Gemaakt door: Kelly.

Voorkom. Pesten. DMS-educatief

Mentorlessen. Klas:...

Leerlingen leren hoe ze zelf (zonder hulp van de leerkracht) conflicten constructief kunnen oplossen.

Hoogbegaafd en gevoelig

Waarom dit boek? 7. 1 De ik-fabriek, wat is dat? Lichaamsseintjes Je lichaam is net een fabriek 17

Beertje Bruin zegt dan: Ik heb van moeder Beer gehoord dat je erg verdrietig

Nieuwsbrief De Vreedzame School

2 Ik en autisme VOORBEELDPAGINA S

Lesbrief bij Niemand mag het weten. Trudy van Harten

Datum: vrijdag 26 januari 2018 Schoolweek: 17. Startpunt

Weet wat je kan Samenvatting op kaarten

Samen zijn we SBO Horizon. Hoe we omgaan met elkaar op school

M i j n o u d e r s g a a n s c h e i d e n

Let op dat je het goet schrijft!! Of foud!! Goetfoud is een site die over geweld gaat.

Spreekopdrachten thema 3 Kinderen

Soms is er thuis ruzie Dan is mama boos en roept soms omdat ik mijn speelgoed niet opruim Maar ik heb daar helemaal niet mee gespeeld Dat was Bram,

voor leerlingen Pesten op het werk VRAGEN EN OPDRACHTEN

Omgangs-gedragsprotocol

leerlingbrochure nld Door: Jolanthe Jansen

Protocol Kanjertraining

Ben jij een kind van gescheiden ouders? Dit werkboekje is speciaal voor jou!

Kanjerkrant juli 2014

Spreekopdrachten thema 3 Kinderen

Beertje Bruin schrikt even, maar als hij ziet dat het Beertje Anders, is moet hij lachen.

HANDIG ALS EEN HOND DREIGT

Ik ga een grote uitdaging niet uit de weg. Taken die moeilijk zijn, vind ik veel leuker dan eenvoudige taken.

Inhoudsopgave. 1. Uitgangspunten blz. 1.1 Doel van het beleidsplan Inhoud van het beleidsplan Beginsituatie De gewenste situatie 5

Eenzaam. De les. Inhoud. Doel. Materiaal. Belangrijk. les

Inleiding. OMGANGSKUNDE OEFENINGEN Isa Goossens

Kanjertraining uitleg van groep 7A

INHOUD. Anti-pest Charter 2

Spreekbeurt Biologie Hoogbegaafdheid

Nieuwsbrief De Vreedzame School

Lesbrief. Introductie

LESBRIEF. Grote Anna leert lezen en rekenen. Digibordles lezen : Digibordles rekenen : Wij maken kinderdromen waar

Bijlage 6: Schetsbordverhaal Zacheüs

Anti-pesten Special maandag 22 september 2014

Lesdoelen: Werkvormen: Benodigdheden: Prentenboeken: Les 10: Hoe zeg ik nee. Lesoverzicht. Basis

Transcriptie:

Ouders betrekken bij de kanjerlessen met behulp van een ouderles Alle lessen zijn zo ontwikkeld dat ouders hierbij aanwezig kunnen zijn. We raden aan om daarom één of meerdere keren per jaar een ouderles te geven. Dit is een Kanjerles waarbij ouders aanwezig zijn in de klas en meedoen met een aantal oefeningen. Hieronder zal een voorbeeld worden gegeven van een manier waarop een ouderles vorm kan krijgen. Voorbeeld van het verloop van de ouderles: Benoem als leerkracht je eigen gevoel, bijvoorbeeld ik vind het best wel spannend ; vraag anderen wie het ook spannend vindt en of ze dat misschien willen uitleggen. Leg basis petten/afspraken uit of laat kinderen die uitleggen aan de ouders Smileyposter: je kunt op twee manieren met elkaar omgaan. Wat willen de kinderen en ouder? Lees een stuk uit het Kanjerboek van de groep voor. In actie: ogenoefening door elkaar lopen (ik ben en zie kleur ogen). Kanjerkring: ouder tegenover eigen kind (wat voor dier wil je een dag zijn; ander stelt vragen); doordraaien; complimenten geven. Afsluiting: optillen van kind of ouder; stagediving. Tips: Creëer geen tribune: zet ouders niet op een rijtje achter in de klas, maar laat ze naast hun kind plaatsnemen en ga zo snel mogelijk actief met ze aan de slag. Doe vooral de oefeningen die de kinderen al kennen en oefeningen die je als leerkracht prettig vindt. Het gaat om samen een les beleven, de les hoeft dus niet lang te duren (20-30 minuten is voldoende). 1

Voorwaarden voor een fijne ouderles: Ouders weten zich te beheersen. We spreken met respect over andermans kinderen en opvoeding. Kanjerbeleid per 1 december 2011: In de bovenbouw bevatten de werkboeken opdrachten gericht op het geven van feedback. De opvatting van de Kanjertraining is dat dit een uitgelezen moment is om ouders te betrekken bij de sociale ontwikkeling van hun kind. Aan het begin van het jaar, bij de startweek zal de leerkracht de ouders op de hoogte moeten stellen van de feedback oefening. Bij het uitvoeren van de feedbackoefening is naderhand de eis dat de ouder van het kind dat feedback ontvangt wordt geïnformeerd. De leerkracht stelt de ouder telefonisch op de hoogte van de gegeven tips aan hun kind. Een mooie toevoeging bij deze tips en complimenten is het sturen van de foto die gemaakt is van het pettenkwadrant en een foto van het kind als middelpunt van de klas (als een zonnetje of door op te tillen). 2

Startweek kanjertraining op school De startweek van de Kanjertraining vindt plaats in de eerste weken van het schooljaar of op het moment dat een school start met de Kanjertraining. De startweek bevat een aantal basis elementen van de Kanjertraining zodat er een duidelijk fundament wordt neergelegd om het vervolg van de lessen op voort te bouwen. Kanjertraining is onder andere gericht op samenwerking tussen ouders en school en daarom willen we u als ouder zoveel mogelijk informeren over wat er op de verschillende momenten aan de orde is bij de Kanjerlessen op school. Onderdelen van de startweek: De smiley-poster wordt met de kinderen besproken aan de hand van stellingen. Alle kinderen kunnen aangeven hoe ze zich willen gedragen het komende schooljaar/de komende periode. De poster krijgt een plek in de klas / school zodat de kinderen ook herinnerd kunnen worden aan die goede wil. Er wordt een oefening gedaan die heet motor en benzinepomp. De kinderen leren dat ze onderdeel zijn van een groep en bijvoorbeeld invloed hebben op het groepsproces door geen aandacht te geven aan storend gedrag. De kinderen leren de betekenis van de dierfiguren en/of de petten. En kunnen in verschillende situaties de petten uitspelen en herkennen. De onderdelen uit de startweek zullen terug komen in de speciaal daarvoor ontwikkelde lessen maar ook tijdens de pauzes en in de wandelgangen zal er aangesloten worden op de Kanjerafspraken en spreken we de Kanjertaal. Tijdens de Kanjerlessen zal er langzaam meer verdieping komen op de verschillende onderdelen. De onderdelen die aan bod komen zijn opgedeeld in leskernen. De leskern die in de klas aan de orde is zal steeds met u als ouder gedeeld worden zodat u op de hoogte bent van de ontwikkelingen op school en zo kunt u hier eventueel thuis op aan sluiten. 3

Groep 4 Max en de klas Vooraf: gedragstypen worden minder gekoppeld aan aap, konijn, vlerk en tijger maar aan persoonlijkheden uit het boek. Leskern 1 Max heeft zin om naar school te gaan. Als hij op school komt ziet hij dat ze vandaag een inval juf hebben, juf Charlotte. Dat gaat niet helemaal goed. Joost laat zich van de stoel vallen en gedraagt zich alsof hij alleen de rode pet op heeft. Mitchel doet bazig en boos en gedraagt zich alsof hij alleen de zwarte pet op heeft. Ze zijn hun witte pet eronder (de pet van jezelf zijn/ te vertrouwen zijn) even kwijt. Eefje durft niks meer te zeggen en gedraagt zich alsof ze alleen nog de gele pet op heeft, ook zij is haar witte pet eronder even kwijt. En Max, die vindt wel dat de juf een beetje boos doet en hoopt dat zijn eigen juf snel weer terug komt maar hij gaat niet gek, boos of bang doen. Er is gesproken met de kinderen over een inval juf. Hoe ging dat in het verhaal van Max? Welke oplossing is goed? Waarom is die oplossing goed? Oefenen gespreksvoering: durf vragen te stellen. Vraag door (stel molvragen) en geef met meer dan 5 woorden antwoord. Oefeningen voor onhandige praters en slechte praters. Oefeningen voor fysieke jongensenergie. Afspraken poster bespreken met elkaar De afsprakenposter: 4

5

Leskern 2 Max is een echte denker, hij denkt de hele dag over allemaal dingen na. Zo denkt hij ook na over zijn wandelende takken, want die heeft hij thuis als huisdieren. Hij heeft alleen een klein probleempje, zijn wandelende takken krijgen kindjes en Max heeft gelezen dat de wandelende tak wel duizend kindjes kunnen krijgen. Hij zal dus voor duizend wandelende takken een naam moeten verzinnen. Misschien kan hij ze een nummer geven? Dat gaat niet lukken want Max kan nog niet tot duizend tellen. Max is niet meer alleen aan het nadenken, hij denkt zoveel na dat hij er over in zit en aan het piekeren is. Piekeren moet je niet in je ééntje doen dus gaat Max naar iemand die hij vertrouwd. Max gaat daarom praten met zijn moeder, dat voelt fijn vindt Max. Taal hangt samen met bewustwording. Kinderen leren dat je nadenkt, dat je op verschillende manieren kunt denken (mijmeren, piekeren, filosoferen, nadenken, puzzelen, dromen en fantaseren). In deze les staat piekeren centraal. Kinderen leren dat piekeren een vervelende vorm van denken is: je maakt je ergens zorgen over en je weet geen oplossing. Je kunt er bijvoorbeeld wakker van liggen. Pieker niet alleen: praat met iemand die je vertrouwt. Kringzit Kinderen maken een piekerkaart en geven aan waarover zij piekeren. Als je piekert, wat moet je dan doen? 6

Leskern 3 Max is thuis, het regent buiten. Max is daarom binnen aan het nadenken over aardappels en maandagen. Hoe zijn deze woorden eigenlijk bedacht? Ook kijkt Max naar buiten, naar de regendruppels en de waterplassen. Wat bijzonder dat de waterplas niet alleen regenwater is maar ook drinkwater voor de vogels. Taal staat centraal. Klank van woorden (verbazing, verwondering over de samenstelling). Wat is mijmeren (filosoferen)? Kinderen leren zelf woorden bedenken die iedereen kan begrijpen. Kinderen geven hun mening (verbaal of middels visualisatie) over bepaalde stellingen. Een vraag om over na te denken en samen te filosoferen: Kunnen dingen ook antwoord geven? 7

Leskern 4 Vandaag is Max zijn eigen juf er weer, juf Marieke. Juf vraagt hoe het was bij de inval juf was en schrikt wat de kinderen hebben gedaan. Dan kijkt juf naar Max, ze wil van Max weten hoe het was maar Max zegt niks want dan wordt hij misschien wel uitgelachen. Max krijgt er pijn in zijn buik van. Dan vertelt Iris hoe het was, dat ze het best wel vervelend vond hoe sommige kinderen deden. Het gevoel van buikpijn verdwijnt hierdoor gelukkig. Wat gek dat het dan opeens weg is, waar zou dat gevoel gebleven zijn? Fijn dat Iris het durfde te vertellen. Welke gevoel kun je in je lijf hebben en waar zit dit gevoel dan? Kinderen leren aan te geven waar een bepaald gevoel zit in hun lichaam (visualiseren). Met welk gevoel zit je vandaag op school? Verschillende situaties geven verschillende gevoelens. Taal: welke gevoelswoorden kun je bedenken (verzamelen en visualiseren)? Gevoelens uitspelen. Met elkaar bespreken in de Kanjerkring: Hoe kun je moedig doen? Metaforen wat zijn dat? (voorbereiding leskern 5) De slinger van de klok (vertrouwensoefening) Kruipen in een kring (vertrouwensoefening) 8

Leskern 5 Meestal gaat Max met plezier naar school, maar vandaag niet. Zou hij een brief aan de koning schrijven? Wie is de koning eigenlijk? En de juf, Max vindt de juf wel lief. Zou de juf op school wonen? Max wil wel een vogel zijn, dan kon hij overal naartoe vliegen en rondrennen als hij dat wilde. Bespreken van metaforen: ik zou een vogel willen zijn, school is een gevangenis. Herhaling gevoelens en piekerkaart. Kinderen leren negatieve gevoelens (over bijvoorbeeld school) een plaats te geven. Heeft iedereen hetzelfde gevoel? Mening vormen en neem je eigen standpunt in (visualiseren). In de groep wordt besproken: Wat is werken? Kinderen leren wat een consequentie kan zijn van een beslissing. 9

Leskern 6 Max is vandaag bij de buurvrouw, die is heel oud dus daarom noemt hij haar oma. Oma is lief en begrijpt veel. Oma leest over een vogeltje in een kooi die graag wil vliegen. Max vindt het een zielig verhaal. Oma ziet dat er iets is en vraagt aan Max of er wat aan de hand is. Zal Max vertellen wat hij voelt en denkt? Max vertelt oma wat er aan de hand is. Als later de buurman (opa) komt gaat hij Max plagen. Dat vindt Max helemaal niet leuk en dus vraagt hij aan opa of hij ermee wil stoppen. Opa gaat door maar Max hoeft niet te huilen, gaat niet gek doen en wordt niet boos. Hij zegt rustig: ik vind het heel vervelend wat u doet. Hier heb ik geen zin in. Oma vindt dat Max het heel goed heeft opgelost, wat stoer van Max. Bespreken met elkaar wat je doet als je je rot/naar/vervelend voelt? Herhalen van gevoelswoorden (en toevoegen). (Tip: veel gevoelens worden geuit in voltooid deelwoorden. Bijvoorbeeld: ik voel me gehoord, gezien, begrepen, afgewezen, aanvaard, enz.) Oefenen met verschillende soorten conflicten: bijvoorbeeld dagelijkse pesterijen, irritaties. Uitspelen (conflictbeheersing). Herhalen van de Kanjerafspraken; welke regel wordt er in situaties overtreden? Kinderen leren op een nette manier hun mening geven, ook ten opzichte van vervelend gedrag van volwassenen. Hoe ontstaat ruzie? Waarom maken grote mensen en kinderen ruzie? Kinderen leren nadenken over wat mensen beweegt dingen te doen, waarom ze kwaad worden of blij. Wat is verdriet? Waar kun je van huilen (woede, teleurstelling, vreugde)? 10

Leskern 7 Max heeft nieuwe gympen en vertelt dat aan de juf. Vandaag is de inval juf, juf Charlotte er weer. Ze gaan eerst rekenen zegt juf en daarna mag Max zijn nieuwe schoenen laten zien. Als ze even later naar de gymles lopen heeft Max nog niet vertelt over zijn nieuwe schoenen. Als ze in de gymzaal staan kijkt max trots naar zijn gympen maar dan roept Mitchel: wat een stomme schoenen, dat zijn meidengympen want ze zijn paars! Max blijft staan en zegt: ik vind ze wel mooi, jullie doen vervelend en bekijken het maar. Hij draait zich om en gaat lekker hard hollen met zijn nieuwe schoenen. Mitchel en Joost blijven dan beteuterd achter maar hebben al snel een bal gevonden waarmee ze door de zaal gooien. Ze gooien de bal op Eefje maar de juf ziet het niet. Ze gaat naar de juf maar die is aan het praten. Na de les zijn de kleren van Eefje verstopt door Mitchel en Joost. Max haalt daarom de juf op maar dan zeggen Mitchel en Joost dat Max en Frits de kleren hebben verstopt. In deze leskern gaat het over trots zijn. Hoe doe je als een Kanjer (tijger) als je wordt gepest of als je ziet dat iemand wordt gepest? Wat doe je als je de schuld krijgt van iets dat je niet hebt gedaan? Kinderen leren in dergelijke situaties rustig te blijven en vertrouwen te hebben in het gezag. Kanjerkring (gespreksvaardigheden) 11

Leskern 8 Max loopt naar school. Hij maakt zich zorgen. Mitchel en Joost hadden de kleren verstopt maar gaven Max en Frits de schuld. Zou Eefje nu ook denken dat zij het hebben gedaan? Gelukkig is Juf Marieke vandaag weer op school. Eefje is vandaag niet op school. Ze is gisteren na de gymles ziek naar huis gegaan. Daarom belt juf Marieke even naar de moeder van Eefje. Juf is boos als ze weer in de klas komt. Eefje durft niet meer naar school want ze werd gepest. Juf praat met Joost en Mitchel en die willen graag Kanjers zijn en beloven om niet meer te pesten. De volgende situatie is besproken: Als een groepsgenoot niet meer naar school durft te komen; hoe zou dat komen? Kinderen geven hun mening en zoeken samen naar een oplossing. Vertrouwen in gezag: goede voorbeeld geven. Oefening motor en benzinepomp: zelfbeheersing, concentratie, elkaar helpen, eigen baas zijn. 12

Leskern 9 Het is rustig in de klas Mitchel doet zijn best. Hij wil aan juf Marieke laten zien dat hij te vertrouwen is. Joost vindt het stom en zegt dat Mitchel saai doet. Mitchel zegt: ik doe gewoon en dat is niet stom en saai, dat is wel moeilijk. Joost denkt dat Mitchel niet gewoon kan doen en zegt: Maar je kunt niet gewoon doen want je bent een pestkop, dat is veel te moeilijk voor jou. Joost en Tanja beginnen naar Mitchel te roepen dat hij een pestkop is en lokken hem uit. Mitchel blijft rustig en wil blijven kleuren maar ook de kleurpotloden pakken ze af. Tanja loopt naar juf en zegt dat Mitchel vervelend is. Juf wordt boos op Mitchel en daarom moet hij alleen vooraan zitten. Besproken naar aanleiding van het verhaal: Je best doen om de witte pet op te zetten. Kinderen praten over hoe dat voelt als je gewend bent te pesten. Ben je stom en saai als je gewoon doet? Hoe maak je een ruzie goed? Kinderen leren vragen te stellen over hoe de ander zich voelt. Bewegen op muziek in de Kanjerkring. 13

Leskern 10 Het gaat goed in de klas. Alle kinderen doen goed hun best en gaan met plezier naar school. Eefje is jarig en heeft prachtige stiften gekregen waarmee ze na het trakteren mag tekenen. Joost wil ook wel van die mooie stiften en pakt zomaar de stiften van de tafel en verstopt ze op de gang. Als Eefje later terugkomt en wil tekenen ziet ze dat de stiften weg zijn. Juf vraagt aan de klas of iemand weet waar de stiften zijn maar niemand weet het. Dan komt Frits van de wc, hij heeft gezien dat Joost ze had en vertelt dat aan de juf. Joost zegt: maar ik heb ze niet gepakt, ik heb ze gevonden en nu zijn ze van mij. Dan moet je beter op je spullen letten. Herhaling piekerkaart. Bespreken : Het gaat goed in de groep en soms gaat het mis. Gesprek voeren over wat is van mij en wat van een ander. Gesprek voeren over klikken. Vraag: waarom stelen mensen? Kinderen vormen hun mening. 14

Leskern 11 Vandaag gaat de klas op schoolreisje. Het is erg gezellig maar er zijn ook andere kinderen in de speeltuin. Die zijn groter en spelen de baas. Juf Marieke spreekt de andere kinderen aan maar ze doen heel brutaal. Daarom gaan ze ergens anders spelen, dan hebben ze geen last van die grote kinderen die de baas spelen. Even later worden de grote kinderen uit de speeltuin gestuurd. Juf Marieke heeft daarvoor gezorgd. De juffen en meesters van de grote kinderen zijn nu boos op ze, de grote kinderen kijken niet meer blij en zijn nu niet meer stoer. Op de terugweg zingen de kinderen in de bus een leuk lied. Waarom zijn er regels en afspraken? Wat kan er gebeuren als je deze regels niet opvolgt? Kinderen worden aangezet tot zelfstandig nadenken. Moet je altijd luisteren naar de juf/meester? Hoe ga ik om met naar gedrag (conflictbeheersing). Vervelende kinderen die ook niet naar de leerkracht luisteren: wat doe je dan? Ga altijd weg bij naar gedrag (schouderophalend vermogen ontwikkelen wees gelukkig op je springkussen ). Kinderen bedenken samen een melodie bij een tekst. 15

Leskern 12 Max kan heel goed fantaseren, het is soms net of heeft hij een televisie in zijn hoofd. Maar Max fantaseert opeens wel iets geks, dat hij ruzie heeft met Frits en dat hij daarom niet naar school wil. Mama belt daarom met de moeder van Frits. Max krijgt een raar gevoel in zijn buik. Nu is Frits boos op Max dat hij dat heeft verzonnen. Mama vertelt dat je wel dingen mag fantaseren maar dan moet je niet zeggen dat het echt is want dan lieg je. Verschil tussen liegen en fantaseren. Kinderen leren dat ze wel vertellen dat ze aan het fantaseren zijn zodat iedereen weet dat het verzonnen is, dat het niet echt is en dat je niet aan het liegen/jokken bent. Wat kan er gebeuren als je dit niet doet? Raak jij wel eens in de war? Wat voel je dan? Dansen op muziek. Kanjerkring: woordjes oefenen. 16

Leskern 13 Frits is vandaag jarig. Max is de beste vriend van Frits dus nu mag hij vast mee de klassen rond. Frits kiest Mitchell en Tanja. Hoe kan dat nou? Hoe doe je bij bijvoorbeeld verjaardag & klassen rond? (hoe ga je om met manipuleren?) Kinderen leren dat je er als Kanjer (tijger) niet altijd uitkomt: vraag hulp. Begrijpen we waarom iemand verdrietig is? Kinderen geven hun mening over een groepsgenoot door een plaats bij hem/haar in te nemen (feedback geven). Zijn we allemaal gelijk: visualiseren in de groep. 17

Leskern 14 Het is woensdagmiddag. Max zou bij Frits gaan spelen maar die ochtend was het helemaal niet leuk op school. Frits deed net alsof hij Max niet kende. Uit school holde Frits naar zijn moeder om te vragen of hij bij Mitchell mocht spelen. Max zegt tegen Frits dat zij samen zouden spelen. Frits zegt: oh dat ben ik vergeten dat komt dan een andere keer. En hij rent weg. Tijdens het spelen die middag komt Max Joost, Mitchell en Frits tegen. Ze doen heel gemeen. Gesprek over veiligheid: bij wie voel jij je veilig? Wat is vriendschap? Je bent vrienden en ineens gaat het mis: hoe los je dit op? Conflictbeheersing: oefenen en uitspelen. Door voorbeelden te visualiseren leren kinderen hoe een vriendschap zou kunnen verlopen. Nadenken over vragen die met vriendschap en gedrag te maken hebben. 18

Leskern 15 De volgende dag is het niet leuk op school. Max en Frits hebben nu echt ruzie. Ze willen na schooltijd gaan vechten. Alle kinderen praten erover maar juf weet van niks. Iris hoort het ook en snapt er niks van, Frits en Max zijn toch vrienden? Iris stapt daarom op Max en Frits af en gaat met ze praten. Max en Frits zeggen de dingen die ze niet leuk vinden maar eigenlijk willen ze wel weer graag vrienden zijn. Ze maken het daarom weer goed, geven elkaar een hand en een high five. Alle kinderen hebben gezien dat ze het weer goed hebben gemaakt. Juf is trots op Iris omdat ze ziet hoe Iris heeft geholpen om de ruzie op te lossen. Hoe los je een onderling verschil met elkaar op? Welke manier kies jij? Kinderen leren dat je elkaar kunt helpen om een ruzie op te lossen (maatje zoeken, peer mediation). Conflictbeheersing: hoe kan een maatje jou op de Kanjermanier helpen? Kiezen van een maatje. Kinderen leren op natuurlijke wijze peer mediation. Herhalen van de Kanjerafspraken. 19