PM.05.011. Transitie naar een Integraal Collectief Personenvervoer. Jaarrapportage 2005



Vergelijkbare documenten
Kwartaalrapportage. Stations, bereikbaarheid en vastgoedontwikkelingen 2006 Q2

Jaarrapportage 2005 Nationale Netwerken

ECO rapportage kwartaal 1, 2006

Peoplemovers Op Weg Kwartaalrapportage Q en Jaarrapportage Peoplemovers Op Weg. Kwartaalrapportage Q Jaarrapportage 2005

Kwartaalrapportage 2006 Q1 Spits mijden

Kwartaalrapportage 2006 Q3 Spits mijden

TRANSUMO Project PM , rapport nr. 1 Procesbeschrijving over het tot stand komen van het projectvoorstel Integraal Collectief Personenvervoer

BTK kwartaalrapportage Q1 2006

EindrapportageIntegraal Collectief Personenvervoer, februari 2010 THEMA

Jaarrapportage GL Europese Netwerken

Transitie naar Integraal Collectief Personenvervoer (ICP)

Aanvraagformulier projecten

Traject Tilburg. Aanvragers: Gemeente Tilburg. Adviseur: Monique Postma, Alleato, CMO-net

Aanvraagformulier voor projecten in Nederland

TOELICHTING CONTROLEPROTOCOL STICHTING TRANSUMO. -versie 31 mei pag Inleiding

Naam opdrachtgever Jeroen Oosterling Status: concept Naam opsteller/projectleider

Voorstel (concept-besluit) 1. De kadernota Op Weg, Basismobiliteit: regionale visie en kaders vast stellen.

I Aan de leden van de Participatieraad

OV Visie Holland Rijnland Midden-Holland

OVERLEG EN COMMUNICATIE in het kader van het Programma Kennisverspreiding Vervoermanagement STRUCTUREN EN MEDIA

Notitie projecten impulsbudget Samenwerking

Presentatie Doelgroepenvervoer Ronald de Haas, projectleider 5 januari 2016

Aanvraagformulier voor projecten in Nederland

FAQ: Maak Ruimte voor Gezondheid fase2

VOORSTEL AAN BURGEMEESTER EN WETHOUDERS VAN DE GEMEENTE ROERMOND

Persoonlijke Gegevens : Rob (Robert) Soeters: Geboortedatum en plaats : 28 januari 1964 te Almelo Adres : Bloemenhoeve 8

Verbeteracties subsidies en contractbeheer- en management

VERSLAG GEZOND IN..RAALTE GIDS SUBSIDIE

Slimmer met vastgoed - innovatief aanbesteden. Een interactieve kennismaking met DBFMOcontracten

Projectleidersbijeenkomst September/oktober 2014

Eigen initiatief Duurzame bereikbaarheid Flower Mainport Aalsmeer

Uitvoeringsregel. Lezen U wilt graag voor subsidie in aanmerking komen. Leest u daarom eerst op de website

AANVRAAGFORMULIER Subsidieregeling MKB innovatiestimulering topsectoren Zuid-Nederland

Plan van Aanpak Format. Pilot functiecreatie gemeente/provincie SW bedrijf

Vergroting van het rendement van beleidsonderzoek

Ontwikkeling beheer & onderhoud Nieuwbouw TNW Zuid. Symposium, 9 mei 2017 Rob Weststrate (manager Beheer & Onderhoud)

Subsidieregeling MKB innovatiestimulering topsectoren Zuid-Nederland

PLAN VAN AANPAK AMHK. BJZ Drenthe. GGD Drenthe. Mei 2013

Tussen droom en daad. Rudy Bonnet projectleider. Inspirerend Betrokken Effectief 1

Onderwerp Subsidieverlening Het Inter-lokaal inzake dienstverlening in het kader van Werk & Inkomen en de Papierwinkel

UW NETWERK VOOR EUROPESE SAMENWERKING EN EUROPESE SUBSIDIEPROGRAMMA S

1. Opening. 2. Presentatie over de kern van het concept Ondersteuningsplan. 3. Bespreken van het concept Ondersteuningsplan.

Aanvraagformulier Maatschappelijke Stage schooljaar Regeling aanvullende bekostiging maatschappelijke stage in het voortgezet onderwijs

Ik ga het niet doen, en mijn mensen ook niet!

Raadsnota. Raadsvergadering d.d.: 13 februari 2012 Agenda nr: Onderwerp: Vaststellen intergemeentelijke structuurvisie. Aan de gemeenteraad,

1. CONTACTGEGEVENS. PERSOONLIJKE GEGEVENS CONTACTPERSOON Initialen. adres. Voornaam. Correspondentieadres. Tussenvoegsel Postcode

Projectplan c,mm,n 2.0 op de AutoRAI Inhoud en relevantie van het project

Combineren van vervoerswijzen wat levert het op?

Aanvraagformulier Onderwijs Netwerk Ondernemen

Subsidieregeling MKB innovatiestimulering topsectoren Zuid-Nederland

SCRIPTS: Mobiliteitsdiensten voor toekomst Beginnend in heden. Prof. Dr. Henk Meurs, Radboud Universiteit

Aanvraagformulier voor internationale projecten

Rondweg-Oost N233 Maatregelen treden 3 Um 5 Ladder van Verdaas

Jaarrapportage GL PROTECT: protecting people, planet and profit

Memo. Inleiding. Ontwerpbegroting

OV Visie Holland Rijnland Midden-Holland

Interregeling ecultuurprojecten

Klimaat voor Ruimte Climate changes Spatial Planning. Deel 1 Subsidieovereenkomst *PROJECTCODE* *projecttitel*

Memo. FAQ n.a.v. Inventarisatie gebruik nieuwe OOK. Auteur: Henk-Jan van Ginkel Versie: 1.1 Datum: 27 maart Inleiding

Inleiding: De vragenlijst wordt afgesloten met de vraag om uw kennisvraag 2 ledig in maximaal 100 woorden te formuleren.

EVALUATIE PLAN. {Voeg naam programma in} Evaluatie plan voor {tijdsperiode in jaren} Gemaakt door: {voeg in namen van auteurs en naam van organisatie}

AGENDAPUNT voor burgemeester en wethouders

Aanvraagformulier Subsidie Wetenschappelijk Fonds NVFB

Ondernemend. Ruimte voor talent. Onderscheidend. Kwaliteit. Plezier. Betrokken. Pagina 1 van 10

Octrooi Haalbaarheid van een octrooiaanvraag wordt in dit project onderzocht.

Basismobiliteit Achterhoek: Inleiding. Basismobiliteit Achterhoek: Inleiding

Meerjaren Speurwerkprogramma Voortgangsrapportage 2013 Vraaggestuurd Programma Evidence Based Design

Toelichting BenW-adviesnota

DORPSPLANNEN MAKEN 1 FEBRUARI 2011 GEMEENTE GELDERMALSEN

Arbocatalogus Tuincentra

Strategische Personeelsplanning

De te contracteren jeugdhulp (wat) en de omvang daarvan (hoe) zijn vastgesteld ten behoeve van de contracteringsprocedure

Projectaanvraag regio FoodValley Kortdurend verblijf / logeeropvang in de regio Food Valley

Kwetsbare mensen doen mee in wijken en buurten

Doel: In samenwerking met maatschappelijke partners organiseren van een proces dat leidt tot een herijkte visie op Borne in 2030

Subsidievoorwaarden Stichting Pica ten behoeve van het project <>

CONVENANT ACHTERHOEK 2020 Coöperatief samenwerkende ondernemers, overheid en maatschappelijke organisaties

Presentatie Regionale bijeenkomst Cultuureducatie met Kwaliteit (CMK) in Parkstad

Titel Voorbeeld Offerte. 1 appalti.nl

Programma Zicht op Grevelingen-2

COLLECTIEF VERVOER. Koen Bekking (CROW-KpVV) 11 november 2015

stand van zaken Deventer: een bericht aan de stad

Motie Ondersteuning Standaardisatie Uitvoeringsprocessen. voor BALV 17 november 2014

Tips & Tricks: Tip van de maand januari 2009

Terugblik en tussenstand Regionale Energietransitie Opbrengst terugblik projectgroep op 18 oktober 2018 t.b.v. PHO+ op 21 november

VAN PLAN NAAR PROJECT

Aanvraagformulier Coöperatiefonds Rabobank Eindhoven-Veldhoven

Deelplan IC Treasury Gemeente Lingewaard

Evaluatie Ketenmobiliteit Management samenvatting

Communicatie Decentralisaties Sociaal Domein

Meetlat Projectplanning, monitoring & evaluatie

Griffioenlaan LA Utrecht Postbus LA Utrecht Telefoonnummer:

gisiben IM BOR IM BOR de logische opvolger van IM GEO Baten van IM BOR Welke onderlinge samenhang is er Wie voelt zich geroepen?

Roadmap provincie Utrecht

Word jij onze collega?

Jaarrapportage Jaar 2005 Projectnummer VM Projectnaam. ATMA-MODeRN Datum Penvoerder. Universiteit Twente Projectleider

Werkplan Platform Conceptueel Renoveren Gelderland. De vraag: Het aanbod: Doelstelling: Nulmeting: Pilot projecten:

Presenteer je eigen onderzoek op de Mbo Onderzoeksdag op 12 november 2015!

Verslag Bestuurlijke aanbesteding Inkoop Wmo de plenaire sessie fysieke overlegtafel

Beleidskader Wonen met Zorg

Transcriptie:

PM.05.011 Transitie naar een Integraal Collectief Personenvervoer Jaarrapportage 2005

Jaarrapportage Jaar Projectnummer Projectnaam Datum Penvoerder Projectleider 2005 IP.05.011 Transitie naar een Integraal Collectief Personenvervoer Februari 2005 NEA Pieter Hilferink 1. Projectuitvoering (max. 1 A4) Het project is op 1 augustus 2005 officieel van start gegaan. Onderdeel van de eerste werkzaamheden was het afmaken van het voorstel, het op een lijn krijgen van alle partijen, het goed afstemmen van de doelstellingen binnen het project met de TRANSUMO organisatie en de beschrijving van de werkzaamheden. Het projectteam is inmiddels 2 maal bij elkaar gekomen. De eerste keer is voornamelijk gesproken over het verder vormgeven van de projectdoelen en hoe dit concreet verwoord moet worden. Tijdens de tweede bijeenkomst is er meer inhoudelijk over het project gesproken. Vanuit de provincie Gelderland is aangegeven welke pilot projecten er (gaan) lopen en hoe deze op een wetenschappelijke wijze bekeken dienen te worden. Daarbij is er gesproken over de noodzaak van monitoring en op welke wijze dit moet gebeuren, ook in het kader van het door TU Delft te ontwikkelen simulatie model. Hierover zijn vervolgens de eerste afspraken gemaakt. Inhoudelijk zitten de projectteam leden erg op 1 lijn: iedereen is van zeer goede wil en bereid om veel input te leveren. Er spelen in Gelderland een aantal zeer interessante projecten. Het is zeer de moeite waard om dit in een bredere context te bekijken. Ook het Ministerie van Verkeer en Waterstaat heeft grote interesse getoond in dit project en volgt het project nauwkeurig. Waarschijnlijk dat het ministerie VWS zal volgen. Naast de inhoud komt er toch ook wel enige administratie bij het project kijken. Het contract moet worden getekend, kosten moeten op een juiste wijze worden verantwoord. Dit levert nog wel eens wat vragen op. Iedereen is wel van goede wil in deze, desalniettemin is er nog wel eens wat onduidelijkheid over wat wij moeten verantwoorden en op welke wijze dit moet gebeuren. De penvoerder heeft de taak om dit uit te leggen, hetgeen ook gebeurt. Dat dit veel tijd kost wisten wij vooraf. De totstandkoming van het project is geanalyseerd. Eind 2005 is een begin gemaakt met de verslaglegging hiervan. Deze zal begin 2006 worden afgerond.. 1

De planning voorloopt voorspoedig. Het is vooral belangrijk om de monitoring van de projecten direct mee te laten lopen met de start van de pilot projecten zelf. Hiervoor is intensief contact geweest tussen diverse partijen. Het contract laten tekenen kost meer tijd dan verwacht. Dit weerhoud partijen echter niet om volop aan de slag te gaan met de projectuitvoering. 2. Projectconsortium (max. 1 A4) Het consortium bestaat uit een werkgroep en een projectgroep. De werkgroep is onderdeel van de projectgroep en bereidt de projectgroepvergaderingen voor. In de werkgroep nemen deel NEA, TUD en AGV. TRANSUMO is zelf ook enige malen aanwezig bij de werkgroep of projectgroep geweest. In de projectgroep nemen verder deel KNV (namens taxi en OV branche), Provincie Gelderland en de vervoerbedrijven Arriva, Vijfstromenland en Syntus. De samenwerking binnen het consortium is zeer goed. Iedereen is zich bewust van zijn rol. De onderlinge communicatie voorloopt ook goed. Er zijn veel directe contacten. Het ministerie van V&W (DGP) heeft veel interesse in het project en men is erg positief over het project. We gaan nu gezamenlijk (TRANSUMO en V&W) de indicatoren benoemen voor monitoring van de pilots, waarbij nauwkeurige afstemming hierover met de diverse pilot projecten plaatsvindt. Voor V&W zal AVV (Peter Bakker) namens V&W deelnemen in de projectgroep. Ook het ministerie van VWS kan een rol gaan spelen bij het project, aangezien dit ministerie inhoudelijk (doelgroepenvervoer) met het project van doen heeft. 3. Kennisverspreiding en communicatie (max. 1 A4) Kennis verspreiding en afstemming heeft vooral intern en met V&W plaatsgevonden. Dit omdat het project pas sinds kort van start is gegaan. Datum Activiteit Draagt bij aan mijlpalen SenterNovem (zie bijlage 1) 15-8-05 Afstemming penvoerder en MT - 18-8-05 1 e vergadering projectconsortium M1 25-8-05 Afstemming penvoerder MT - 17-11-05 2 e vergadering projectconsortium M1 8-12-05 Presentatie project door Pieter Hilferink op bijeenkomst TRANSUMO/V&W M1 14-12-05 Overleg met Marcel Otto (DGP) over afstemming project met pilot programma doelgroepenvervoer - 4. Inhoudelijke focus (max. 0,5 A4) Problematiek en maatschappelijke relevantie project Naast het traditionele openbaar vervoer bestaan er diverse vormen van doelgroepenvervoer, ieder met zijn eigen organisatie en financiering. De financiering van deze vormen van collectief vervoer staat onder druk. Samen met het openbaar vervoer vormt dit collectief vervoer een bont geheel. Door de versnippering 2

is er geen optimaal aanbod en is de bijdrage van collectief vervoer op het platteland aan de oplossing van de mobiliteitsproblemen beperkt. Tevens leidt dit versnipperde systeem tot stigmatisering van doelgroepen en wordt niet optimaal gebruik gemaakt van de mogelijkheden om in landelijke gebieden ook vormen van collectief vervoer voor iedereen aan te bieden. Naar verwachting zal door de vergrijzing en de veranderingen in de welzijnssector deze problematiek alleen maar toenemen. Een aanzet tot een integraal collectief vervoersysteem is geadviseerd als één van de oplossingen van de problematiek van het collectief vervoer op het platteland door het Openbaar Vervoerberaad. Kennisvragen en wetenschappelijke relevantie De kennisvragen voor het project zijn met name gericht op de wijze waarop het doelgroepenvervoer op dit moment tot stand komt en hoe dit aansluit bij het openbaar vervoeraanbod. Dit is in Nederland zeer lastig en complex georganiseerd. De vraag is: kan dit niet beter, efficiënter, effectiever. Om hier achter te komen wordt enerzijds onderzoek gedaan naar een optimalisatie van de vervoerstromen, m.b.t. monitoring-instrumenten en een simulatiemodel. Anderzijds zal onderzoek worden gedaan naar de financiële en organisatorische aspecten van het doelgroepenvervoer in Gelderland en de overige delen van Nederland op microniveau. Hierdoor kan ook gekomen worden tot een procesbeschrijving of zaken en zo ja hoe, deze beter op elkaar kunnen worden afgestemd 5. Bijdrage aan vernieuwing kennisinfrastructuur (max. 0,5 A4) Beschrijf de bijdrage van uw project aan de vernieuwing van de kennisinfrastructuur voor duurzame mobiliteit. Aspect Nieuwe partijen Nieuwe disciplines Nieuwe netwerken Bijdrage van het project Het komt zelden voor dat de genoemde partijen uit het consortium gezamenlijk kijken naar een optimalisatie van het netwerk. Dat dit nu wel gebeurt is zeer vernieuwend. Afstemming van verschillende vervoersstromen waarbij gekeken wordt naar een betere aansluiting op de behoefte van gebruikers en een betere efficiency afstemming tussen welzijn en verkeer en vervoer. Door een afstemming van het OV met doelgroepenvervoer ontstaan nieuwe netwerken waarbij deze disciplines aan elkaar worden gekoppeld. 6. Bijdrage aan internationalisering (max. 0,5 A4) Beschrijf de bijdrage van uw project aan de internationalisering van Transumo. Aspect Bijdrage van het project Relatie met de volgende netwerken Internationale seminars: Railways operations modelling and analysis Internationale congressen: IFAC, INSTR, ECOMM, UITP congres, AET congres 3

Relatie met de volgende projecten vanuit het consortium METEOR - evaluatiemethodiek 6KP-DG-TREN, CIVITAS 1 OPTIMUM2 project over mobiliteitsmanagement (NEA zit in de klankbordgroep) SAMPLUS, VIRGIL, FAMS projecten over vraaggestuurd OV 7. Bijdrage aan output Transumo (max. 0,5 A4) Het afgelopen jaar zijn nog geen concrete deliverables opgeleverd, aangezien pas in Augustus 2005 van start is gegaan met het project en de partijen eerst een goed voorstel moesten afstemmen. Wel is een begin gemaakt met een rapportage over de totstandkoming van het voorstel en is een eerste aanzet gegeven voor de rapportage over de financierings- en organisatorische aspecten van collectief vervoer. 8. Bijdrage aan mijlpalen Transumo (max. 1 A4) Mijlpalen M1 Meer-partij, interdisciplinaire onderzoekstrajecten W4 Activiteiten die aansluiten bij internationale programma s en netwerken (publieke en private initiatieven zoals de EU KP s, National Science Foundation etc. M4 Ontwikkelde concepten (nieuwe diensten, optimaliseringsprocessen e.d.); M6 Kennis van gebruikers (alleen als er expliciet onderzoek wordt gedaan naar gebruikerswensen/behoeften). Bijdrage van het project Projectteam is tripartiet Samenwerkingsrelatie met UITP wordt opgebouwd vanuit NEA Mbv een simulatiemodel wordt getracht inzicht te krijgen in het optimaliseren van het (OV) netwerk Er wordt een gedegen monitoring systeem ontwikkeld in overleg met de pilot projecten. Deze zal meer inzicht moeten geven in het gebruik. Dit systeem wordt afgestemd met het ministerie van V&W M8 Praktijkcases (waar concepten/ideeën in de praktijk worden getoetst en op basis van bevindingen van praktijkcases worden aangepast); M10 Bijdragen aan of benutten van transitiekennis (projecten waarin expliciete aandacht aan het verwerven/toepassen van transitiekennis wordt gegeven). In het project worden twee praktijk project gevolgd die op een wetenschappelijke wijze worden vergeleken verdiept. De kennis die wordt opgedaan in dit project kan voor heel Nederland toepasbaar zijn. Het simulatiemodel en de financiële en organisatorische structuren zijn ook voor andere projecten toepasbaar 4

9. Financieel/administratief (max. 0,5 A4) De kosten die gemaakt zijn in 2005 zijn kosten in het kader van de opstart en de eerste projectwerkzaamheden. Diverse werkzaamheden zijn uitgevoerd door alle partijen. De kosten overstijgen het budget. Hieronder is in de tabel een overzicht gegeven. 5

Financieel overzicht realisatie: 1: Loonkosten: 96 548,- 2: Opslag: 14.427,- 6: Kosten arbeid (geen loonkosten), kosten accountant: 4.250,- Totaal projectkosten: 115.225,- Accountantsverklaring Dien na afloop van elk jaar een goedkeurende accountantsverklaring in, over de cijfers in het samenvattend financieel overzicht projecten. (Zie format BSIK Bijlage Financieel overzicht, in Excel.) 6

10. Ondertekening Ondergetekenden verklaren hierbij dat zij akkoord zijn met weergave van de activiteiten en financiën van het afgelopen jaar, als omschreven in deze jaarrapportage. Projectleider Pieter Hilferink Organisatie NEA E-mail contactpersoon phi@nea.nl Postadres organisatie Postbus 1969 2280 DZ Rijswijk Handtekening Themamanager Pieter Hilferink Organisatie NEA E-mail contactpersoon phi@nea.nl Postadres organisatie Postbus 1969 2280 DZ Rijswijk Handtekening 7