KWALITEITSONDERZOEK IN HET KADER VAN DE STAAT VAN HET ONDERWIJS 2016/2017 Pius X-loc. Aalderinkshoek HAVO Plaats : Almelo BRIN nummer : 02EK 00 BRIN nummer : 02EK 00 HAVO Onderzoeksnummer : 290821 Datum onderzoek : 4-5 oktober 2016 Datum vaststelling : 28 november 2016
Pagina 2 van 10
1. INLEIDING De Inspectie van het Onderwijs heeft op Pius X te Almelo, afdeling havo, een onderzoek uitgevoerd om een oordeel te kunnen uitspreken over de kwaliteit van het onderwijs op deze afdeling. Daarmee geldt dit onderzoek ook als het bezoek dat de inspectie op alle scholen voor voortgezet onderwijs ten minste eens in de vier jaar aflegt. Aanleiding De aanleiding voor dit onderzoek is het volgende. De afdeling is betrokken in het jaarlijkse steekproefonderzoek voor De Staat van het Onderwijs 2016/2017. Dit onderzoek leidt tot een kwaliteitsprofiel voor uw school en een bepaling van het toezichtarrangement. Ook gebruiken we dit onderzoek om informatie te verzamelen over het thema opbrengstgericht werken waarover we in De Staat van het Onderwijs over 2016/2017 zullen rapporteren. Toezichthistorie De afdeling vwo van Pius X bevond zich tot aan het huidige onderzoek in een traject van kwaliteitsverbetering. De afdeling havo had het basisarrangement. Gelijktijdig met dit onderzoek op de havo-afdeling vond op het vwo een onderzoek naar kwaliteitsverbetering plaats. Onderzoeksopzet Voor het onderzoek is een selectie gemaakt van indicatoren uit het Toezichtkader voortgezet onderwijs 2013. Het betreft indicatoren van het zogenoemde kernkader. Deze indicatoren gebruiken we ook om een beeld te krijgen van het opbrengstgericht werken op de school. Het onderzoek bestond uit de volgende activiteiten: Wij hebben relevante documenten van en over de school geanalyseerd. Schoolbezoek, waarbij wij in een aantal lessen de onderwijspraktijk hebben geobserveerd. Wij hebben gesprekken gevoerd met leerlingen, docenten, vaksectievoorzitters, de ondersteuningscoördinator en de directie. Pagina 3 van 10
Aan het eind van het schoolbezoek heeft de inspectie de bevindingen uit het onderzoek besproken met de directie. Opbouw rapport In hoofdstuk 2 staat de conclusie van het onderzoek waaronder het vervolgtoezicht. In hoofdstuk 3 beschrijven we de bevindingen uit het onderzoek in de vorm van een kwaliteitsprofiel. Dit wordt gevolgd door een paragraaf waarin het oordeel van de inspectie wordt toegelicht en de schoolontwikkeling in samenhang wordt beschreven. Pagina 4 van 10
2. CONCLUSIE EN TOEZICHTARRANGEMENT Een kwaliteitsonderzoek zoals we op de havo-afdeling van Pius X hebben uitgevoerd, leidt tot een toezichtarrangement voor kwaliteit en/of voor naleving. Een arrangement kan basistoezicht inhouden of juist aangepast toezicht. In het eerste geval (bij basistoezicht) vinden wij de kwaliteit van voldoende niveau en is het daarom niet nodig om de school onder intensief toezicht te plaatsen. Als er echter te veel tekortkomingen zijn geconstateerd, wordt conform beslisregels geoordeeld dat de kwaliteit onvoldoende is en stellen we een aangepast arrangement vast voor zwakke of voor zeer zwakke kwaliteit en/of voor naleving. Onze conclusie voor de afdeling is als volgt. Op basis van het onderzoek kennen wij aan de afdeling havo van Pius X te Almelo het basisarrangement toe omdat zowel de onderwijsresultaten als de kwaliteit van het onderwijsproces op de afdeling van voldoende niveau zijn. Dit betekent dat wij op dit moment geen reden hebben om het toezicht te intensiveren. Pagina 5 van 10
3. BEVINDINGEN In dit hoofdstuk leest u de bevindingen uit ons onderzoek op basis waarvan we tot onze conclusie over de kwaliteit zijn gekomen. Eerst geven we een samenvattend algemeen beeld over de kwaliteit van het onderwijs op Pius X, afdeling havo. Daarna volgt het kwaliteitsprofiel waarin de oordelen op de indicatoren staan. Vervolgens lichten we die oordelen toe. 3.1 Algemeen beeld We complimenteren de school met de verbetering die team en directie op de school en daarmee ook op de havo-afdeling bereikt hebben. De onderwijsresultaten van de afdeling zijn voldoende en ook voor de kwaliteit van het onderwijs geldt dat die van een voldoende niveau is: leerlingen zijn in vrijwel alle lessen actief aan het leren. De kwaliteit van de uitleg, inclusief die van het onderwijsleergesprek waarbij effectieve feedback zo belangrijk is, ook die kwaliteit is nu voldoende. Alleen de doelgerichte opbouw van de lessen komt nog niet overtuigend van de grond. De kwaliteitszorg is eveneens van voldoende niveau. Het onderwijs wordt nog niet overal beredeneerd afgestemd op verschillen tussen leerlingen. Deze complexe vaardigheid zagen we in vrijwel geen van de door ons bezochte lessen in de praktijk gebracht. Pagina 6 van 10
3.2 Kwaliteits- en nalevingsprofiel In onderstaande tabel staan de indicatoren die in dit onderzoek zijn betrokken en de oordelen hierover. De nummering in de tabellen verwijst naar het volledige waarderingskader voortgezet onderwijs. Het volledige kader kunt u op de website van de inspectie bekijken en downloaden. De oordelen zijn weergegeven in de vorm van een score. De score geeft aan in welke mate de betreffende indicator gerealiseerd is. Legenda voor indicatoren van de opbrengsten: 1. onder de norm 2. boven de norm 3. niet te beoordelen Legenda voor andere indicatoren: 1. slecht 2. onvoldoende 3. voldoende 4. goed De onderwijsresultaten liggen op het niveau dat op grond van de kenmerken van de leerlingenpopulatie verwacht mag worden 1 2 3 R.1 Positie in leerjaar 3 ten opzichte van het advies van de basisschool. (onderwijspositie t.o.v. advies po) R.2 Percentage onvertraagde studievoortgang in leerjaar 1 en 2. (onderbouwsnelheid) R.3_H Percentage onvertraagde studievoortgang vanaf leerjaar 3 (bovenbouwsucces) voor de afdeling havo. EX_H Gemiddeld cijfer Centraal Examen van alle vakken (examencijfers) voor de afdeling havo. De leerlingen krijgen voldoende tijd om zich het leerstofaanbod eigen te maken 1 2 3 4 4.3 De leerlingen maken efficiënt gebruik van de onderwijstijd. Het didactisch handelen van leraren stelt leerlingen in staat tot leren en ontwikkeling 1 2 3 4 7.1 De onderwijsactiviteit heeft een doelgerichte opbouw. 7.2 De leraar geeft een begrijpelijke uitleg. 7.3 De leerlingen zijn actief betrokken. 7.4 De leerlingen krijgen effectieve feedback op hun leerproces. Pagina 7 van 10
De leraren stemmen hun didactisch handelen af op verschillen tussen leerlingen 1 2 3 4 8.1 De leraren gebruiken bij de vormgeving van hun onderwijs de analyse van de prestaties van de leerlingen. 8.2 De leraar stemt de instructie af op verschillen tussen leerlingen. 8.3 De leraar stemt de verwerking af op verschillen tussen leerlingen. De school biedt effectief aanvullend onderwijs en ondersteuning aan leerlingen die dat nodig hebben. (basisondersteuning) 1 2 3 4 9.1 De school volgt systematisch de vorderingen van de leerlingen aan de hand van genormeerde toetsen. 9.2 De school bepaalt wat de onderwijs- en ondersteuningsbehoefte is van individuele of groepen leerlingen. 9.3 De school heeft doelen gesteld die erop gericht zijn om achterstanden te bestrijden. 9.4 De school voert de ondersteuning planmatig uit. De school bewaakt de kwaliteit van haar opbrengsten 1 2 3 4 12.1 De school evalueert systematisch de opbrengsten. 12.2 De school werkt doelgericht aan de kwaliteit van de opbrengsten. De school bewaakt de kwaliteit van het onderwijsproces 1 2 3 4 13.1 De school evalueert systematisch het onderwijsproces. 13.2 De school werkt doelgericht aan de verbetering van het onderwijsproces. 13.3 De school borgt de kwaliteit van het onderwijsproces. 3.3 Toelichting bij kwaliteitsprofiel Het kwaliteitsprofiel lichten we hieronder toe. Daarbij komen achtereenvolgens de volgende vragen aan de orde: welke onderdelen lopen goed op Pius X en welke zaken behoeven nog nadere aandacht? Wat gaat goed? De kwaliteit van het onderwijs op Pius X is sinds de start van het traject van kwaliteitsverbetering op de afdeling vwo over de gehele linie versterkt. Dat ligt ook voor de hand, omdat de reikwijdte van de verbeterplannen zich ook Pagina 8 van 10
uitstrekte over de afdeling havo. Daarbij zijn de onderwijsresultaten van de afdeling stabiel voldoende, wat eveneens geldt voor de zorg voor kwaliteit. Toen wij in december 2014 een kwaliteitsonderzoek uitvoerden op beide afdelingen van de school, vonden we de leskwaliteit op orde. Er heerste een goede sfeer, men vond elkaar aardig. Maar van actieve leerlingen en een dynamisch lesklimaat was nauwelijks sprake. Daar kwam bij dat de resultaten van het onderwijs sterk onder druk stonden en al snel na ons onderzoek onvoldoende zouden worden. Kwaliteitszorg stond in de kinderschoenen. Gelukkig leefde bij zowel de schoolleiding als bij de leraren een gevoel van urgentie om het tij te keren. De planmatige verbeteractiviteiten die dit urgentiegevoel tot gevolg had, hebben binnen twee jaar geresulteerd in een ander, meer ambitieus school- en leerklimaat. Het is opvallend dat de havoleerlingen veel actiever leren dan twee jaar geleden. Ze tonen zich doorgaans geïnteresseerd in de stof en in de wijze waarop de leraar deze aan de man brengt. De lessen zijn afwisselender en leraren kiezen vaker dan voorheen voor alternatieve werkvormen. Implementatie van RTTI en het nadenken over het verwerven van complexere lesvaardigheden zijn op de ontwikkelagenda van de school terechtgekomen. Verschillende secties tonen zich initiatiefrijk bij het kiezen van betere methoden, bij het doelgericht en gemotiveerd omgooien van het curriculum en bij andere onderwijsverbeteringen. Dit alles is sinds ons kwaliteitsonderzoek planmatig en gericht aangepakt. We hebben er vertrouwen in dat schoolleiding en team ook in de toekomst vanuit een sterk zelfreflectief vermogen naar de eigen school- en leskwaliteit blijven kijken om deze ook, indien nodig, te verbeteren. Nadere aandacht nodig Tijdens gesprekken met teamleden en directie is ons duidelijk geworden dat de inspanningen ten behoeve van het verbetertraject in de afgelopen jaren invloed hebben gehad op de onderlinge beeldvorming. Schoolleiding en docententeam zullen bij het borgen en doorgaand verbeteren van de bereikte kwaliteit, baat hebben bij een focus op onderlinge feedback. Heldere communicatielijnen over en weer, horizontale en verticale feedback, spreken en aanspreken, complimenteren waar het kan, werken aan afstemming in schoolafspraken, zullen bijdragen aan de verdere professionele ontwikkeling van de school. Uit contacten na ons bezoek aan de school is gebleken dat gerichte interventies op dit gebied inmiddels gestart zijn. Pagina 9 van 10
Wat de kwaliteit van de lessen betreft kan de school nog veel winnen door meer in te zetten op een meer expliciete wijze van lesopbouw. In de weinige lessen dat we de lesopbouw aan leerlingen gepresenteerd zagen, gebeurde dat soms in een wat obligate vorm, waardoor de toegevoegde waarde gering is. Bijvoorbeeld doordat de leraar volstaat met het op het bord schrijven van de trits: instructie, zelfstandig werken, terugkoppeling of varianten daarop. Deze werkwijze zal de door veel leerlingen ervaren saaiheid van het onderwijs niet meteen opheffen. Opbrengstgericht werken Op schoolniveau is opbrengstgericht werken vanzelfsprekend. Dat heeft zeker ook te maken met het verbetertraject waarin de afdelingen havo en vwo een aantal jaren gezeten hebben. De schoolleiding verzamelt de nodige gegevens over de examens en de rendementen en maakt daarvan grondige analyses. De analyses leiden vervolgens herkenbaar tot concrete verbeterplannen die altijd in dienst staan van het waar nodig verbeteren van de resultaten. Opbrengstgericht werken is echter nog niet zo duidelijk zichtbaar doorgedrongen tot het klaslokaal. Ad hoc zijn vormen van differentiatie zichtbaar, maar dat gebeurt lang niet in alle gevallen op basis van de analyse van de prestaties van de leerlingen. Lesdoelen blijven vaak impliciet en een afsluiting van de les, waarbij de leraar samen met de leerlingen bekijkt of de doelen zijn gehaald, hebben we, zoals gezegd, weinig gezien. Pagina 10 van 10