secretaris gemeente/o CMW Afdeling Burgergerichte Zaken Centrale aankoopdienst Patrionium & openbare ruimte Vrije tijd gemeente/ OCMW** Sportdienst

Vergelijkbare documenten
SELECTIEPROCEDURE FUNCTIE TECHNISCH ASSISTENT

secretaris gemeente/o CMW Afdeling Burgergerichte Zaken Centrale aankoopdienst Patrionium & openbare ruimte Vrije tijd gemeente/ OCMW** Sportdienst

secretaris gemeente/o CMW Afdeling Burgergerichte Zaken Centrale aankoopdienst Patrionium & openbare ruimte Vrije tijd gemeente/ OCMW** Sportdienst

SELECTIE FUNCTIE ADMINISTRATIEF MEDEWERKER SPORTDIENST. Organogram. CBS. financieel beheerder. gemeentesecretaris

statutair / contractueel Burgergerichte Zaken/Vrijetijdszaken Stat: Onderdaan zijn van de EER of van de Zwitserse Bondsstaat Contr: /

algemeen directeur Afdeling Burgergerichte Zaken Centrale aankoopdienst Patrionium & openbare ruimte Vrije tijd gemeente/ OCMW** Sportdienst

administratief medewerker Kinderopvang Burgergerichte Zaken / Sociale Zaken

GEZINSONDERSTEUNEND WERK ONDERZOEK NAAR COMPETENTIES BIJ VRIJWILLIGERS EN PROFESSIONALS

Voor beide functies wordt een gezamenlijke werfreserve met een duurtijd van 1 jaar en max. verlengbaar met 2 jaar aangelegd.

Begeleid(st)er buitenschoolse kinderopvang

SELECTIE FUNCTIE ADMINISTRATIEF MEDEWERKER CEL BEVOLKING. Organogram. CBS. financieel beheerder. gemeentesecretaris

Jeugdwerker (jongerencultuur) - tijdelijk

algemeen directeur Afdeling Burgergerichte Zaken Centrale aankoopdienst Patrionium & openbare ruimte Vrije tijd gemeente/ OCMW** Sportdienst

Functiebeschrijving Medewerker klantenadviserend. Graad: medewerker C1-C3

algemeen directeur Afdeling Burgergerichte Zaken Centrale aankoopdienst Patrionium & openbare ruimte Vrije tijd gemeente/ OCMW** Sportdienst

CBS. financieel beheerder. gemeentesecretaris. Financiële dienst. Afdeling burgergerichte. zaken. Vrije tijd. Burger-zaken.

Jeugdwerker (vakantieaanbod) - tijdelijk

SELECTIEPROCEDURE FUNCTIE projectmedewerker vluchtelingen Organogram.

NAAM FUNCTIE: CLUSTER LEVEN EN WELZIJN - KINDERDAGVERBLIJF ( T KEVERTJE) - KINDBEGELEIDER

SELECTIEPROCEDURE FUNCTIE ADMINISTRATIEF MEDEWERKER/SPORTDIENST. Organogram.

1. Plaats in het organogram - welke plaats heb ik binnen de gemeente Sint-Pieters-Leeuw

algemeen directeur Afdeling Burgergerichte Zaken Centrale aankoopdienst Patrionium & openbare ruimte Vrije tijd gemeente/ OCMW** Sportdienst

FUNCTIEBESCHRIJVING Nr De technische beambte werkt onder de leiding van de deskundige, verantwoordelijk voor facilitymanagement.

INFORMATIEBUNDEL AANLEG WERVINGSRESERVE HALFTIME CONTRACTUEEL TECHNISCH BEAMBTE - POETSHULP

SELECTIEPROCEDURE FUNCTIE afdelingshoofd Interne Zaken Organogram.

Functiebeschrijving. Graadnaam administratief medewerker Sector Burger- en Welzijnszaken Funtienaam begeleidster BKO Dienst BKO

Kwaliteitsvolle uitvoering van de financiële verrichtingen van de gemeente en het OCMW.

NAAM FUNCTIE: CULTUUR - CULTUURCENTRUM DIEST (CCD) - TECHNISCH ASSISTENT - ZAALWACHTER

gemeentesecretaris archivaris

Klusjesman (M/V) Verrichten van groenonderhoud aan huis bij klanten die daar tijdelijk of blijvend zelf niet kunnen voor instaan.

NAAM FUNCTIE: LEVEN & WELZIJN THUISDIENSTEN - POLYVALENT VERZORGENDE ZORGKUNDIGE

Kinderbegeleidster BKO (m/v)

Bevoegd Begeleidend Personeel (Gezinszorg)

Functiebeschrijving. Administratief medewerker binnenschoolse kinderopvang. Graad: administratief medewerker A3 (PC331)

Administratief medewerker aanleg werfreserve (C1-C3)

Administratief medewerker afdeling vrije tijd

Verzorgende in de gezinszorg C en D

Functiebeschrijving Medewerker bibliotheek. Graad: medewerker C1-C3

Informatiebundel aanwervingsexamen administratief medewerker

Salarischaal: D1 LAGER SEC.OND. OF GELIJKGESTELD LAGER SEC.OND. OF GELIJKGESTELD

FACILITAIR MEDEWERKER

NAAM FUNCTIE: COMMUNICATIE & ONTHAAL ADMINISTRATIEF MEDEWERKER

gemeentesecretaris afdelingshoofd Vrije Tijd Directeur Abdijmuseum Ten Duinen Polyvalent medewerker Abdijmuseum Ten Duinen

Functiebeschrijving Loketmedewerker. Graad: medewerker C1-C3

algemeen directeur Afdeling Burgergerichte Zaken Centrale aankoopdienst Patrionium & openbare ruimte Vrije tijd gemeente/ OCMW** Sportdienst

Functiebeschrijving. Kinderbegeleider IBO t Koetshuis Vzw Kinderopvang Leuven. Graad: B3 (PC331)

Woonzorgcentrum De Berk

Verzorgend personeel/zorgkundige

Functiekaart Begeleider

Functie: MED/0329 medewerker theatertechieken Periode van - tot: 26/02/2015 -

Functiebeschrijving begeleider buitenschoolse kinderopvang

secretaris gemeente/oc MW Centrale aankoopdienst Patrionium & openbare ruimte Vrije tijd gemeente/ OCMW** Sportdienst patrimonium

Medewerker personeel & organisatie De Lochting

Functie en competentieprofiel HULPKOK

Functie: ASS/0119 assistent Periode van - tot: 02/12/ /09/2015. Salarischaal: D1 LAGER SEC.OND. OF GELIJKGESTELD LAGER SEC.OND.

Departement Burger en Vrije Tijd Binnenschoolse Opvang. administratief

medewerker Theatertechnieken provincie Limburg Functie Doel van de functie Beoordelaars Resultaatsgebieden

Functieprofiel technisch assistent buitendienst

Functiebeschrijving administratief medewerker lokaal dienstencentrum

Functieprofiel leidinggevende

FUNCTIEBESCHRIJVING : Deskundige Overheidsopdrachten 1 DOEL VAN DE FUNCTIE 2 RESULTAATGEBIEDEN 2.1 VOORBEREIDING 2.2 CONTROLE VAN GEGEVENS

FUNCTIEBESCHRIJVING JURIST

Projectmedewerker/ervaringsdeskundige in de armoede en sociale uitsluiting

Infobundel Jongerenwerker

Kennis rond dementie, familierelaties en verlieservaringen is onontbeerlijk.

Functiebeschrijving medewerker technische dienst: garage

Projectleider IT-infrastructuur

Functiebeschrijving. Administratief medewerker. vzw Kinderopvang Leuven

Functiebeschrijving VERZORGENDE GEZINSZORG C1-C2 / D1-D3

DIRECTE LEIDINGGEVENDE (1e evaluator): teamverantwoordelijke, teamcoördinator HOGERE LEIDINGGEVENDE (2e evaluator): teamcoördinator, afdelingshoofd

Administratieve ondersteuning van de werking van de Kunstenacademie (filiaal Ternat) en instaan voor de dagelijkse organisatie van de school.

Functiebeschrijving LOGISTIEK MEDEWERKER DIENSTENCENTRA E1-E3

Stafmedewerker Planning (Gezinszorg)

B1 - DESKUNDIGE LEIDINGGEVENDE

Functiebeschrijving Administratief medewerker weg- en waterbeheer. Graad: medewerker C1-C3

FUNCTIEBESCHRIJVING: Gemeenschapswacht

Algemene info aangaande de functie

Algemene en bijzondere voorwaarden

Functiebeschrijving MAATSCHAPPELIJK ASSISTENT B1-B3

COMPETENTIEPROFIEL Coördinator VORMING EN BEGELEIDING PLOT-Brandweerschool

Functiekaart. Werkt onder de leiding van en rapporteert aan coördinator(maatschappelijke dienstverlening, IBO)

Functiebeschrijving VERPLEEGKUNDIGE OPNAMEBELEID BV1-BV3 / C3-C4

Informatiebundel aanwervingsexamen maatschappelijk werker algemene dienstverlening

assistent Logistiek in combinatie met de opdrachten als inwonend huisbewaarder

Daarnaast neem je de nodige acties om de heffing op een doelmatige manier in te in vorderen bij de grooten/of kleinverbruikers.

Medewerker Administratie

INFORMATIEBERICHT DIENSTHOOFD OMGEVING EN ECONOMIE/ OMGEVINGSMABTENAAR. Graad A1a-A3a voltijds statutair

Functiebeschrijving Niveau C1-C3 Leidinggevend

De gebruiker kan optimaal gebruik maken van het sportcentrum De Mandelmeersen en het gemeenschapscentrum O.C. Mandelroos.

Functiebeschrijving Niveau C1-C3 Niet-Leidinggevend

KINDERVERZORGSTER (KINDBEGELEID(ST)ER)

//////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////

Functiebeschrijving: Deskundige Milieu (m/v)

managementassistent afgevaardigd bestuurder

Competentiegerichte functiebeschrijving Administratief medewerk(st)er Onthaal. Administratief medewerk(st)er onthaal Burger- en welzijnszaken/onthaal

Functie en competentieprofiel ZORGKUNDIGE

Analyseren, toetsen en interpreteren van dossiergegevens teneinde een gefundeerd voorstel van beslissing te kunnen formuleren.

Functiebeschrijving DESKUNDIGE TEWERKSTELLING EN SOCIALE ECONOMIE B1-B3

Competentiewoordenboek niet-kaderleden

Transcriptie:

SELECTIEPROCEDURE FUNCTIE kindbegeleider in gemeentelijke kinderopvang Organogram. GR/OCMWraad CBS/VB financieel beheerder gemeente/o CMW secretaris gemeente/o CMW Interne dienst PBW Financiële dienst gemeente/ OCMW** Afdeling Interne Zaken Afdeling Burgergerichte Zaken Afdeling Technische Zaken Afdeling Welzijn gemeente/ OCMW** Archief ICT Organisatieontwikkeling & -beheersing Beleidsonderste uning en kwaliteit juridische dienst secretariaat gemeente/ OCMW** bodedienst Personeel en onderwijs HRM gemeente/ OCMW** onderwijs basisscholen kunstonder wijs CID Maatschapp elijke veiligheid gemeenschaps wachten evenementen loket wijkteamwerking vrijwilligersloket GAS Burgerzaken onthaal burgerlijke stand bevolking vreemde lingen Vrije tijd Sportdienst Cultuur & toerisme/ erfgoed Jeugddienst Bibliotheek Centrale aankoopdienst gemeente/ OCMW** Patrionium & openbare ruimte patrimonium openbare ruimte Ruimtelijke ordening / leefmilieu ruimtelijke ordening leefmilieu Mobiliteit/ lokale economie/ landbouw/ markten patrimonium Arbeiders- ploegen patrimonium schoonmaak openbare ruimte openbaar domein groen Sociale dienst Algemene maatschapp e lijke dienst verlening Trajact werking Schuldhulpverlening Lokaal opvanginitiatief asielzoekers Welzijn Welzijns dienst Volks gezondheid Senioren Tewerkstell ing Ontwik kelingssame n werking Woonloket (IGS) Zorg Woonzorg centrum (incl. kort verblijf) Assistentiewoningen Lokale dienstencentra Kinder opvang* KDV Het Welpennest KDV De Boomhut KDV De Speelboot Onthaal ouders Samen werkende onthaaloude rs Vlaams Beleid en Integratie Huis van het Kind

FUNCTIEBESCHRIJVING FUNCTIEHOUDER:. Voltijds/deeltijds FUNCTIEGEGEVENS: GRAADNAAM: verzorgende FUNCTIEBENAMING: kindbegeleider in de gemeentelijke kinderopvang Formatie: contractueel Afdeling: Burgergerichte Zaken / Sociale Zaken Dienst: Kinderopvang Cel: Tewerkstellingsplaats: Kinderdagverblijven Niveau: C Graad: basisgraad Rang: Cv Salarisschaal: C1-C2 Nationaliteit: / Diplomavoorwaarden HSO Specifieke diplomavoorwaarden / Datum functiebeschrijving: 23/01/2012 Goedkeuring gemeentesecretaris: 27/01/2014 POSITIONERING VAN DE FUNCTIE. 1. Plaats in het organogram - welke plaats heb ik binnen de gemeente Sint-Pieters-Leeuw De kindbegeleider staat onder de hiërarchische leiding van de dienstverantwoordelijke aan wie rechtstreeks wordt gerapporteerd. Schematische voorstelling: afdelingshoofd Burgergerichte Zaken beleidsmedewerker dienstverantwoordelijke kinderdagverblijven begeleider in de erkende kinderopvang

KERNCOMPETENTIES: deze competenties vindt de gemeente voor iedereen belangrijk 2. Afdelingstaak wat is het doel van mijn dienst/cel De dienst Kinderopvang geeft vorm aan het gemeentelijk kinderopvangbeleid met als doel de klanten te verzekeren van een kwalitatieve dagopvang in de gemeente van kinderen. De dienst Kinderopvang is de overkoepelende entiteit van de cellen Kinderdagverblijven en Opvanggezinnen. De dienst is erkend en gesubsidieerd door en staat onder toezicht en controle van Kind en Gezin. Er wordt gestreefd naar een kwalitatief hoogstaand pedagogisch functioneren, rekeninghoudend met de door Kind en Gezin gestelde kwaliteitscriteria en randvoorwaarden. De cel Kinderdagverblijven beoogt een kwaliteitsvolle voorschoolse dagopvang van kinderen van 0 tot 36 maanden en bestaat uit het kinderdagverblijf de Boomhut, de Speelboot en het Welpennest. De cel Opvanggezinnen beoogt samen met de onthaalouders een kwaliteitsvolle dagopvang in gezinsverband van kinderen van 0 tot 36 maanden. EVALUATOREN. eerste evaluator tweede evaluator dienstverantwoordelijke dienstverantwoordelijke HOE hoe voer ik mijn taken uit? (COMPETENTIES) Een hogere gradatie impliceert steeds dat de lager gelegen gradatie ook is verworven. Competentie Niveau Definitie Voortdurend verbeteren Toont zich leer- en 1 Voortdurend verbeteren van de aanpassingsbereid met betrekking werking door gericht te zijn op tot de eigen functie en situatie. resultaat en kwaliteit, bereidheid tot voortdurend leren, en openstaan voor verandering. Klantgerichtheid Reageert vriendelijk, gepast en Het herkennen van de wensen, correct op voor de hand liggende behoeften en belangen van de vragen van klanten. verschillende soorten (interne en externe) klanten en er gepast op Onderneemt acties om voor de klant 2 reageren, zonder daarbij het de meest geschikte oplossing te algemeen belang uit het oog te bieden bij vragen en problemen die verliezen. minder voor de hand liggen.

belangrijk in mijn functie. FUNCTIESPECIFIEKE COMPETENTIES: deze competenties zijn Samenwerken Werkt mee en informeert anderen. Een bijdrage leveren aan een gezamenlijk resultaat op niveau van Helpt anderen en pleegt overleg. 2 een team, entiteit of de organisatie, ook wanneer dit niet onmiddellijk van persoonlijk belang is. Betrouwbaarheid consequent en correct handelen Handelen vanuit de codes van Handelt correct en respectvol ten aanzien van zijn omgeving en van de bestaande regels en afspraken. integriteit, zorgvuldigheid, objectiviteit, gelijke behandeling, correctheid en transparantie uitgaande van de basisregels, sociale en ethische normen (diversiteit, milieuzorg ). Afspraken nakomen en zijn verantwoordelijkheid opnemen. Competentie Definitie Omgaan met stressfactoren Brengt sociale en ethische normen in de praktijk. Niveau Blijft kalm en rustig in moeilijke 2 1 Efficiënt gedrag vertonen in situaties met hoge complexiteit, tijds- of werkdruk of bij tegenslag, teleurstelling of kritiek. werkomstandigheden. Organisatiebetrokkenheid Zich verbonden tonen met de organisatie, taak en beroep; de belangen ervan verdedigen bij anderen. Mondelinge uitdrukkingsvaardigheid Spreken in een taal zodat het publiek tot wie ze gericht is ze begrijpt. Initiatief Kansen onderkennen en uit eigen Handelt overeenkomstig de waarden en doelstellingen van de organisatie. Weet de eigen boodschap vlot en begrijpelijk te verwoorden. Neemt het initiatief om binnen het eigen takendomein acties te 1 1 1 beweging acties voorstellen of ondernemen. Flexibiliteit De eigen gedragsstijl kunnen veranderen om een gesteld doel te ondernemen (reactief en ad hoc). Past zijn aanpak of gedrag aan als de concrete situatie dat vereist. bereiken. In verschillende situaties of ten aanzien van verschillende personen op een efficiënte wijze zijn Past zijn gedrag doelgericht aan om de gestelde doelstellingen beter (sneller, efficiënter) te kunnen 2

KENNIS: deze kennis is belangrijk in mijn functie. gedrag kunnen aanpassen. Luisteren Tonen (non-)verbale boodschappen op te nemen en te begrijpen, en doorvragen bij onduidelijkheden. Assertiviteit Voor de eigen mening (of het eigen belang) opkomen met respect voor anderen, zelfs als er vanuit de omgeving druk wordt uitgeoefend om dat niet te doen. Inlevingsvermogen Het vermogen om uitgesproken en onuitgesproken informatie op te pikken en gepast daarop te reageren ten aanzien van medewerkers, collega s, klanten, hiërarchie bereiken. Neemt een luisterende houding aan; toont zich luisterbereid. Is luistervaardig: zorgt ervoor dat de boodschap volledig wordt gegeven en begrepen. Geeft eigen standpunten weer, geeft grenzen aan (reactief) Ziet en begrijpt evidente gevoeligheden. Reageert (via houding en handelen) gepast op door anderen geuite gedachten, gevoelens, behoeften en verwachtingen. 2 1 2 grondwettelijk en administratief recht Gemeentedecreet Kennis van specifieke wetgeving betreffende het werkveld functie en werking gemeentelijke organen en diensten WAT welke zijn mijn taken? (VERANTWOORDELIJKHEIDSGEBIEDEN) Dienstverlening en verstrekken van informatie Je zorgt voor de dienstverlening en het verstrekken van informatie. Dit omvat ondermeer de volgende taken: de ouders op een klantgerichte manier ontvangen, bedienen en informatie verstrekken, dit zowel mondeling (breng en haalmoment verzorgen met aandacht voor kind en ouder, observeren) als schriftelijk (registreren en rapporteren via het heen en weerschriftje, informeren via het infobord); begeleiden en ze doorverwijzen naar de juiste persoon/dienst; informatie verstrekken en dit mondeling. Specifieke taken eigen aan de dienst/functie

Als kindbegeleid(st)er heb je een aantal specifieke taken die inherent zijn aan de functie/dienst. Dit omvat ondermeer de volgende taken: Pedagogische taken aandacht hebben voor elk kind en geven van individuele aandachtsmomenten; aanleren van taal, handelingen tot zelfredzaamheid (eten, aan en uitkleden, zindelijkheid, ); stimuleren van fijne en grove motoriek (bewegingsoefeningen, activiteiten aanbieden en begeleiden); conflictoplossend handelen (tussenkomst in conflictsituaties, straffen en belonen, ). Zorgende taken op vlak van persoonsverzorging: hygiënische zorgen, verluieren; op vlak van voeding: geven van middagmaal/vieruurtje, bereiden en geven van flesvoeding en fruitpap; aandacht hebben voor slaap; vaststellen van temperatuur, stoelgang, slaapmoment; meten en registreren van gewicht en lengte; veiligheid, hygiëne, comfort en welbevinden van het kind garanderen; toedienen van medicatie. Administratieve taken aanwezigheden registreren; invullen en consulteren van het logboek en van het heen en weerschriftje; observeren en rapporteren van bevindingen tijdens individuele aandachtsmomenten; telefoonpermanentie verzorgen buiten de kantooruren; registreren van stoelgang, slaapmoment, lengte en gewicht. Didactische taken begeleiding van nieuwe collega s, begeleiding en evaluatie van stagiaires. Overige taken. Als kindbegeleid(st)er heb je een aantal overige taken zoals: aandacht te hebben voor de leefomgeving. Dit omvat onder meer: toezien op de temperatuur en verluchting van de ruimtes; materiaal en speelgoed onderhouden en controleren op veiligheid; handelingen met vuil en proper linnen. op intern vlak deelnemen aan teamvergaderingen, overleg plegen, samenwerken, etc.; zorgen voor een goed onthaal van en ter beschikking staan van klanten, burgers en medewerkers voor het verstrekken van relevante informatie, beantwoorden van vragen, het oplossen van problemen

implementeren van de reglementering van toepasselijke wetgeving. Je volgt hiervoor vorming. Overige werkzaamheden eigen aan de dienst Je vertoont een flexibel gedrag en voert andere taken en werkzaamheden eigen aan de dienst en die aansluiten op de verwachte competenties op eigen initiatief en/of op vraag van je leidinggevende uit ten einde een efficiënte werking van de dienst te realiseren. Medewerker:. datum: 00/00/201. Ik heb kennis genomen van de functiebeschrijving. 1 e evaluator: dienstverantwoordelijke. datum: 00/00/201.

COMPETENTIEPROFIEL KINDBEGELEID(st)ER IN DE GEMEENTELIJKE KINDEROPVANG COMPETENTIES. 1. Voortdurend verbeteren. Voortdurend verbeteren van de werking door gericht te zijn op resultaat en kwaliteit, bereidheid tot voortdurend leren, en openstaan voor verandering. Niveau 1. Toont zich leer- en aanpassingsbereid met betrekking tot de eigen functie en situatie Is gemotiveerd om nieuwe leerstof te verwerken Is bereid om nieuwe methodes aan te leren Past nieuwe afspraken over de uitvoering van de eigen taak meteen toe in de praktijk Vraagt om uitleg en toelichting als iets niet duidelijk is Geeft aan waar zich problemen in de taak voordoen en denkt mee na over oplossingen Past nieuwe richtlijnen, kennis, informatie en inzichten toe in de praktijk 2. Klantgerichtheid. Met het oog op het dienen van het algemeen belang, de legitieme behoeften van verschillende soorten (interne en externe) klanten onderkennen. Niveau 2: Onderneemt acties om voor de klant de meest geschikte oplossing te bieden bij vragen en problemen die minder voor de hand liggen Past binnen de bestaande procedures en planning de dienstverlening of het product aan om de klant verder te helpen Geeft de klant waar hij recht op heeft op de best mogelijke wijze Denkt en handelt vanuit de noden van de klant in plaats vanuit de noden van het eigen functioneren Gaat expliciet na of de klant tevreden is met de aangeboden oplossing en dienstverlening Probeert zelf een antwoord te geven op een vraag of klacht. Verwijst zo nodig door of zoekt hulp Biedt een zo optimaal mogelijke oplossing voor de klant 3. Samenwerken. Een bijdrage leveren aan een gezamenlijk resultaat op niveau van een team, entiteit of de organisatie, ook wanneer dit niet onmiddellijk van persoonlijk belang is. Niveau 2: Helpt anderen en pleegt overleg Steunt de voorstellen van anderen en bouwt daarop voort om tot een gezamenlijk resultaat te komen Stemt de eigen inbreng/prioriteiten/aanpak af op de behoeften van de groep Houdt rekening met de gevoeligheden en met de verscheidenheid van mensen waarmee men samenwerkt Biedt hulp aan bij problemen, ook al valt de taak niet onder de eigen opdracht Vraagt spontaan en vooraf de mening van anderen

4. Betrouwbaarheid consequent en correct handelen. Handelen vanuit de codes van integriteit, zorgvuldigheid, objectiviteit, gelijke behandeling, correctheid en transparantie uitgaande van de basisregels, sociale en ethische normen (diversiteit, milieuzorg ) Afspraken nakomen en zijn verantwoordelijkheid opnemen. Niveau 2: Brengt sociale en ethische normen in de praktijk Neemt de verantwoordelijkheid op zich voor zijn eigen handelen (past geen paraplupolitiek toe) Leeft de deontologie na die eigen is aan de functie of het functieniveau, respecteert het beroepsgeheim Spreekt anderen erop aan als ze niet volgens bestaande regels en afspraken handelen Handelt consequent: neemt in soortgelijke omstandigheden soortgelijke standpunten in of een soortgelijke houding aan. Kan inschatten of informatie al dan niet verder kan of mag worden verspreid Vertoont voorbeeldgedrag rond basisregels en afspraken 5. Luisteren Tonen (non-)verbale boodschappen op te nemen en te begrijpen, en doorvragen bij onduidelijkheden. Niveau Is luistervaardig: zorgt ervoor dat de boodschap volledig wordt gegeven en begrepen Schept een situatie die uitnodigt tot een gesprek (bv. stiltes laten) Geeft een samenvatting van wat gezegd is Vraagt opheldering, reden of oorzaak als wat de ander zegt niet duidelijk is Toetst of hij/zij goed begrijpt wat de ander heeft willen zeggen Reageert (verbaal) op non-verbale signalen van zijn/haar gesprekspartner Opmerking: De persoon die met kinderen omgaat dient de tijd te nemen om op een actieve manier naar het kind te luisteren. De persoon dient vaak tussen de regels te lezen en met de kennis over de achtergrond van het kind, de reactie van het kind te begrijpen. Dit betekent naast het aannemen van een luisterende houding, ook actief ingaan op hetgeen verbaal of non-verbaal door het kind wordt aangereikt. 6. Flexibel gedrag De eigen gedragsstijl kunnen veranderen om een gesteld doel te bereiken. In verschillende situaties of ten aanzien van verschillende personen op een efficiënte wijze zijn gedrag kunnen aanpassen. Niveau Past zijn/haar gedrag doelgericht aan naargelang de persoon waarmee hij/zij in contact is Past het eigen gedrag en aanpak aan om het vooropgesteld doel te bereiken Past de inhoud en de vorm van de communicatie aan, aan de kennis en de achtergrond van de (interne) klant Integreert nieuwe informatie op een zodanige wijze dat hij/zij in een overlegsituatie de eigen argumentatie aanpast Past zijn/haar beïnvloedingsstijl (taal, optreden, wijze van aanpak, wijze van overbrengen van inhoud, ) doelgericht aan Opmerking: In het omgaan met kinderen dient de persoon in staat te zijn om gepast te reageren in functie van de situatie die zich voordoet én dient daarnaast een gepaste houding te kunnen aannemen in functie van de persoon waarmee ze in contact is. Men kan namelijk zowel in het contact met kinderen als met de ouders voor verrassende, nieuwe, onverwachte situaties komen te staan waarnaar men zich met aanpassen om het vooropgestelde doel te bereiken.

7. Omgaan met stressfactoren Efficiënt gedrag vertonen in situaties met hoge complexiteit, tijds- of werkdruk of bij tegenslag, teleurstelling of kritiek Niveau 1 Blijft kalm en rustig bij incidenteel verhoogde druk, eigen aan de functie Reageert kalm bij wijzigingen in de planning, bij nieuwe gegevens, e.d. Blijft doelmatig en effectief handelen in situaties van verhoogde druk Vertoont geen uiterlijke tekenen van stress bij verhoging van de druk, zoals trillende handen, trillende stem, zenuwtrekjes, Reageert rustig bij tegenstand of persoonlijke verwijten Bewaakt eigen grenzen van kennen en kunnen Opmerking: De persoon die met kinderen omgaat dient niet enkel geduldig te zijn met de kinderen, hij of zij kan ook terecht komen in situaties waar de druk en het stressniveau wordt opgevoerd, en waarin verwacht wordt dat de persoon om een rustige en beheerste manier de situatie kan benaderen. Dit kan zijn: ruziënde kinderen, kinderen met gedragsstoornissen, boze ouders, 8. Assertiviteit Voor de eigen mening (of het eigen belang) opkomen met respect voor anderen, zelfs als er vanuit de omgeving druk wordt uitgeoefend om dat niet te doen. Niveau 1: Geeft eigen standpunten weer, geeft grenzen aan (reactief) Komt uit voor zijn/haar eigen mening indien ernaar gepeild wordt Durft argumenteren indien hij/zij het niet eens is met zijn/haar gesprekspartner Durft 'neen' zeggen Komt uit voor de eigen mening, zowel spontaan als wanneer er naar gevraagd wordt Opmerking: Als persoon die met kinderen omgaat, dien je assertief te zijn zowel naar kinderen als naar ouders. De rol is van toezicht meer en meer verschoven naar het opvoeden van het kind. Dit betekent dat je in de opvoedende rol grenzen moet durven stellen aan kinderen. Ook naar de ouders dien je op een duidelijke manier te communiceren waarbij je kan aangeven waarom je op een bepaalde wijze met zijn/haar kind bent omgegaan. 9. Inlevingsvermogen Het vermogen om uitgesproken en onuitgesproken informatie op te pikken en gepast daarop te reageren ten aanzien van medewerkers, collega s, klanten, hiërarchie Niveau 2: Reageert (via houding en handelen) gepast op door anderen geuite gedachten, gevoelens, behoeften en verwachtingen Toont begrip voor de reacties van anderen in een bepaalde situatie Communiceert zowel op verbale als nonverbale wijze begrip voor de gevoelens, de behoeften en de belangen van de andere Gaat gepast in op persoonlijke of emotionele boodschappen Opmerking: Binnen dit inlevingsvermogen is het observeren en inschatten van situaties kenmerkend voor een toezichtsfunctie.

10. Initiatief Kansen onderkennen en uit eigen beweging acties voorstellen of ondernemen. Niveau Doet eerst zelf al het mogelijke om een probleem op te lossen alvorens de hulp van anderen in te roepen Gaat uit zichzelf achter informatie aan Ziet werk liggen en gaat over tot actie Kan problemen die zich voordoen zelf afwerken Onderneemt uit eigen beweging gerichte acties om het concrete probleem op te lossen 11. Organisatiebetrokkenheid Zich verbonden tonen met de organisatie, taak en beroep; de belangen ervan verdedigen bij anderen. Niveau 1. Handelt overeenkomstig de waarden en doelstellingen van de organisatie Staat achter beslissingen die voor de entiteit nuttig zijn, zelfs als die minder populair of controversieel zijn of persoonlijk ongunstig uitvallen Voert richtlijnen uit, ook al komen die niet overeen met de eigen belangen Toont belangstelling voor de organisatie of entiteit (bv. informeert zich regelmatig) Reageert correct en loyaal als buitenstaanders, klanten enzovoort kritiek uiten op de organisatie Respecteert de binnen de organisatie of entiteit bestaande afspraken en procedures 12. Mondelinge uitdrukkingsvaardigheid Spreken in een taal zodat het publiek tot wie u zich richt u begrijpt. Niveau 1. Weet de eigen boodschap vlot en begrijpelijk te verwoorden Communiceert duidelijk en to the point Legt (technische) gegevens op een begrijpelijke wijze uit Beperkt het gebruik van jargon Antwoordt doelgericht en beknopt Is goed verstaanbaar (volume, articulatie, tempo) Spreekt vlot Ondersteunt zijn boodschap met aangepast non-verbaal gedrag Maakt duidelijk dat de kennis van de Nederlandse taal een meerwaarde betekent voor de integratie in de maatschappij

Evaluatiecriteria - vergelijkende selectieprocedure kindbegeleider in gemeentelijke kinderopvang Selectietechniek bestaande uit: 1. Schriftelijke proef. 60/100 a) Gevalstudie. 30/60 Omvat de specifieke beschrijving van één of meer situaties of praktijkgevallen die verband houden met de dienst, en waarover de gegevens tijdens het examen aan de kandidaat worden bezorgd. De wetgeving of specifieke kennis m.b.t. de functie kan hierin worden verwerkt en wordt in dat geval ter beschikking gesteld. b) Een competentieproef. 30/60 De kandidaat wordt geconfronteerd met een probleemsituatie (m.b.t. de inhoudelijke en organisatorische werking van de dienst of afdeling) die zich tijdens de latere uitoefening van de functie kan voordoen. De kandidaat tracht een oplossing uit te werken, waarbij de competenties vereist voor de functie op basis van de functiebeschrijving en het competentieprofiel worden getoetst. 2. Mondelinge proef. 40/100 Deze selectietechniek beoogt de evaluatie van de overeenstemming van het profiel van de kandidaat, met de specifieke vereisten van de functie, evenals van zijn motivatie, van zijn persoonlijkheid, eventuele werkervaring, vakkennis en van zijn interesse voor het werkterrein. De geselecteerde competenties worden grondig bevraagd. Om te slagen dienen de kandidaten minstens 50% van de punten te behalen op de schriftelijke proef, minstens 50% op de praktische proef, minstens 50% van de punten te behalen op de mondelinge proef en minstens 60% op het geheel van de selectieproef.