Nr: 2004-11-19 Schipluiden: 16 november 2004 Onderwerp: aansluitplan buitengebied Midden-Delfland Aan de Raad 1. Samenvatting Vanuit de Wet Milieubeheer heeft de gemeente de zorgplicht voor het inzamelen en transporteren van afvalwater binnen de gehele gemeente, dus ook in het buitengebied. Dit betekent dat de gemeente tot een bepaald kostenniveau (een vastgesteld omslagpunt) verplicht is om in het buitengebied riolering aan te leggen. Voor de financiering van de riolering is door de provincie in beleidsplannen neergelegd welke bijdrage maximaal van een gemeente kan worden verlangd. De kosten boven deze bijdrage worden gedragen door de waterkwaliteitsbeheerder, het Hoogheemraadschap van Delfland. Is aanleg van riolering te duur dan wordt er verder van uitgegaan dat de gemeenten ook zullen meebetalen als de investeringen voor een IBA bepaalde bedragen overschrijden. In het hoofdstuk Gezamenlijk aanpak aanleg en beheer IBA s (paragraaf 9) wordt hier nader op in gegaan. De provincie verlangt dat er door middel van een zogenaamd aansluitplan op korte termijn inzicht ontstaat in de te nemen maatregelen en de termijnen waarbinnen deze zullen worden uitgevoerd. Dit aansluitplan (inclusief een kostendekkingsplan) dient uiterlijk 31 december 2004 bestuurlijk te zijn afgerond. De gemeente committeert zich op deze wijze bestuurlijk aan het saneren van afvalwaterlozingen in het buitengebied. Voor de nieuwe gemeente Midden-Delfland is nu het Aansluitplan buitengebied Midden-Delfland opgesteld. Als gevolg van de herindeling zijn er gebieden overgedragen naar de buurgemeenten en zijn er gebieden aan de gemeente Midden-Delfland overgedragen. Dit heeft een grote invloed op de te nemen maatregelen, de hieruit volgende financiële consequenties, en de prioriteit. Op basis van een inventarisatie zijn alle niet op de riolering aangesloten percelen in de gemeente Midden-Delfland in kaart gebracht. In totaal gaat het om 457 percelen welke zijn onder te verdelen in 361 woningen en 96 glastuinbouwbedrijven. Daar waar geen riool komt (boven het omslagpunt) dient formeel de lozer, volgens het lozingenbesluit huishoudelijk afvalwater Wvo, zelf een voorziening te treffen. Dit komt dan neer op de aanleg van een installatie voor Individuele Behandeling van Afvalwater, de zogenaamde IBA. Het Hoogheemraadschap van Delfland (HHvD) stelt voor de aanleg van IBA s in samenwerking met de gemeentes aan te pakken ( de verbrede zorgplicht ). In dit voorstel bekostigt de gemeente de aanleg van een IBA en verzorgt het HHvD het toekomstige beheer en onderhoud. Hiertoe is beleid geformuleerd, waarbij het HHvD de meerkosten voor een IBA klasse II ten opzichte van een IBA klasse I voor haar rekening neemt. Dit komt neer op een bijdrage van 3.000,- per IBA (inclusief BTW). Hiermee wordt een hoger milieurendement behaald (90 % in plaats van 32 % per IBA). Verwacht wordt dat een aanzienlijk gedeelte van de bewoners aan het voorgestelde IBA-beleid mee zal doen. Doet een perceeleigenaar mee, dan zal met hem een overeenkomst worden afgesloten waarna hij rioolrecht gaat betalen.
Voor het uitvoeren van het aansluitplan bedragen de maatschappelijke kosten circa 6,4 miljoen (inclusief BTW). Voor de aanleg van de riolering kan er een bijdrage van het Hoogheemraadschap worden gekregen. Een totale bijdrage van Hoogheemraadschap van Delfland bedraagt 1.342.752,- (inclusief BTW). De totale gemeentelijke investering bedraagt daarom circa 5 miljoen (inclusief BTW). Hierbij bestaat in principe de mogelijkheid om een deel van de kosten te verhalen op de eigenaars van de aan te sluiten percelen. Uitgebreid onderzoek heeft uitgewezen dat innen op publiekrechtelijke gronden (via aansluitverordening en/of baatbelasting) niet mogelijk is. Inning via privaatrechtelijke overeenkomsten is wel mogelijk, maar kent een groot afbreukrisico. De kans is groot dat berekende inkomsten door de gemeenten niet worden ontvangen. Ook de werkgroep riolering buitengebied (samengesteld uit vertegenwoordigers van Westlandse gemeenten en het HHvD) komt na uitgebreid onderzoek tot de conclusie dat het solidariteitsbeginsel (kosten omslaan in het rioolrecht) het laagste afbreukrisico kent. De argumenten als genoemd in paragraaf 11 zijn aanleiding om voor te stellen géén eigen bijdrage te verlangen. Een aanzienlijk deel van de aanlegkosten is al opgenomen in het investeringsprogramma. Voor het rioolrecht betekent dit op termijn (tussen 2005 en 2008) een geringe verhoging (circa 10 per heffingseenheid). 1.1. Toelichting n.a.v. behandeling in commissie Samenleving. Op 9 november 2004 is het Aansluitplan buitengebied Midden-Delfland in de commissie Samenleving besproken. De commissie heeft ingestemd met de inhoud van het aansluitplan en met de invulling van de verbrede zorgplicht. Ten aanzien van de voorgestelde inningsmethode via het rioolrecht (het solidariteitsbeginsel) heeft de commissie een extra toelichting gevraagd. De extra toelichting is als bijlage aan dit raadsvoorstel toegevoegd. Bij uw instemming met het aansluitplan buitengebied Midden-Delfland zullen op 1 januari 2008 alle ongerioleerde percelen in Midden-Delfland tegen de laagst maatschappelijk kosten zijn voorzien van een passende voorziening (riolering of IBA), waarbij alle burgers gelijk zijn behandeld en een zo hoog mogelijke emissiereductie is gerealiseerd. 2
2. Inleiding Vanuit de Wet Milieubeheer heeft de gemeente de zorgplicht voor het inzamelen en transporteren van afvalwater binnen de gehele gemeente, dus ook in het buitengebied. Formeel zouden alle afvalwaterlozingen op het oppervlaktewater en de bodem vóór 1 januari 2005 gesaneerd dienen te zijn. Hierbij wordt de aanleg van drukriolering als standaard gehanteerd. Vanwege de complexiteit, vooral dankzij de ligging van kades en de aanwezigheid van glastuinbouwbedrijven, wordt uitstel verleend, mits er op 1 januari 2005 wel een goedgekeurd aansluitplan ligt, zodat duidelijk is wanneer wel wordt voldaan. Op verzoek van burgemeester en wethouders kunnen Gedeputeerde Staten van de provincie Zuid- Holland, in het belang van een doelmatige verwijdering van afvalwater, ontheffing verlenen van deze zorgplicht. Daar waar geen riool komt (dus boven het omslagpunt) dient formeel de lozer volgens het lozingenbesluit afvalwater Wvo een voorziening te treffen. Dit komt dan neer op de aanleg van een installatie voor Individuele Behandeling van Afvalwater, de zogenaamde IBA. Voor de financiering van de riolering is door de provincie in beleidsplannen neergelegd welke bijdrage maximaal van een gemeente kan worden verlangd. Deze bijdrage is gerelateerd aan grootte van de lozing, grondsoort en kwetsbaarheid van het gebied. De kosten boven deze bijdrage worden gedragen door de waterkwaliteitsbeheerder, het Hoogheemraadschap van Delfland. Er wordt verder van uitgegaan dat de gemeenten ook zullen meebetalen als de investeringen voor een IBA bepaalde bedragen overschrijden. Hierbij kan gedacht worden aan een eigen bijdrage die gelijk is aan de eigen bijdrage voor aansluiting op de riolering. In het hoofdstuk Gezamenlijk aanpak aanleg en beheer IBA s (paragraaf 9) wordt hier nader op in gegaan. 3. Rol van de provincie Zuid-Holland Met betrekking tot de stand van zaken van de gemeentelijke zorgplicht voor afvalwater, heeft er op 20 oktober 2003 een Bestuurlijk Tripartiet Overleg Riolering plaatsgevonden. Aan dit overleg wordt namens de gemeenten deelgenomen door de Vereniging van Zuid-Hollandse Gemeenten, namens de waterkwaliteitsbeheerders een delegatie van waterkwaliteitsbeheerders en namens de provincie de Gedeputeerde Water. In dit overleg is o.a. de stand van zaken met betrekking tot de uitvoering van de zorgplicht afvalwater besproken. Alle partijen in dit overleg zijn van mening dat het met de uitvoering van het beleid niet goed gaat. Geconstateerd wordt dat het voldoen aan deze zorgplicht vóór 1 januari 2005 door vele gemeenten niet gehaald zal worden. Om wijziging te brengen in deze situatie acht de provincie het noodzakelijk een aantal beleidsmaatregelen te treffen. De provincie heeft aangegeven om krachtdadiger op te gaan treden. In ieder geval verlangt men dat er door middel van een zogenaamd aansluitplan op korte termijn inzicht ontstaat in de te nemen maatregelen en de termijnen waarbinnen deze zullen worden uitgevoerd. Ten aanzien van de buitengebieden verwacht de provincie uiterlijk op 31 december 2004 een aansluitplan dat bestuurlijk is vastgesteld. Voor Schipluiden bestaat al een aansluitplan. Het is op 28 januari 2000 door de gemeenteraad is vastgesteld. Het concept-aansluitplan van Maasland is 24 december 2003 ter beoordeling naar de provincie toegestuurd. De aansluitplannen van Schipluiden en Maasland waren nog gebaseerd op de oude gemeentegrenzen. In het bijgaande aansluitplan buitengebied Midden-Delfland is met deze grenscorrecties rekening gehouden. 4. Wat zijn aansluitplannen Voordat daadwerkelijk tot aansluiting op de riolering of plaatsing van IBA s overgegaan kan worden, zal er in eerste instantie een aansluitplan opgesteld moeten worden. In dit aansluitplan moet aangegeven 3
worden op welke wijze de niet gerioleerde percelen in het buitengebied (formeel voor 1 januari 2005, informeel voor 1 januari 2008) worden gesaneerd. Tevens staan in dit plan de percelen waarvoor de gemeente ontheffing aanvraagt. In het aansluitplan wordt onder andere aangegeven: Aantallen niet gerioleerde percelen (woningen en bedrijven) Te vormen clusters van aan te sluiten percelen Kostenraming per cluster Kostenverdeling Afweging aanleg riolering of alternatief Eventuele aanvraag ontheffing bij de provincie Prioritering uitvoering Een concept-aansluitplan is de basis voor het maatwerkoverleg met het Hoogheemraadschap van Delfland. Doel van het maatwerkoverleg is het verkrijgen van overeenstemming over de opzet van het te rioleren buitengebied en de percelen waarvoor eventueel ontheffing wordt aangevraagd bij de provincie. Nadat het aansluitplan definitief is vastgesteld door de gemeenteraad wordt deze versie bij de provincie en Delfland ingediend. De gemeente committeert zich op deze wijze bestuurlijk aan het saneren van lozingen in het buitengebied. 5. Stand van zaken Schipluiden Voor Schipluiden bestaat al een (in 2000) goedgekeurd aansluitplan. In het plan is al bepaald en vastgelegd op welke wijze de niet gerioleerde percelen in het buitengebied worden gesaneerd (dus riolering of IBA). Echter als gevolg van de grenscorrecties moest dit aansluitplan bijgewerkt worden. 6. Stand van zaken Maasland In Maasland zijn vrijwel alle percelen in het buitengebied (in 1990) al op de (druk)riolering aangesloten. De kosten voor aanleg van (druk)riolering (inclusief pompinstallaties) zijn hierbij voor rekening van de gemeente uitgevoerd. Vanuit de Wet Milieubeheer is de gemeente echter nu verplicht om ook de glastuinbouw op deze riolering aan te sluiten. Dat betekent dat er in Maasland nog circa 70 hectare op de (bestaande) drukriolering aangesloten moet worden. Het aansluiten van de glastuinbouwbedrijven op de bestaande (druk)riolering is een omvangrijk en complex probleem. Tot dusver uitgevoerde capaciteitsberekeningen laten zien dat de glastuinbouw alleen door gestuurde lozingen (in de nachtelijke uren) op de bestaande drukriolering aangesloten kan worden. De tuinder zal hiervoor de nodige voorzieningen (o.a. een buffertank) moeten treffen, de gemeente zal het huidige drukrioleringssysteem aan moeten passen, zodat gestuurd lozen mogelijk is. Voor het aansluiten van de glastuinbouwbedrijven en enkele nog niet aangesloten percelen in Maasland is ook een aansluitplan gemaakt. Dit aansluitplan is ter beoordeling naar het Hoogheemraadschap van Delfland en provincie Zuid-Holland verzonden. 7. Verdere voortgang voor de gemeente Midden-Delfland. Voor de nieuwe gemeente Midden-Delfland is nu het bijgaande Aansluitplan buitengebied Midden- Delfland opgesteld. In het Aansluitplan buitengebied Midden-Delfland is onder andere het volgende opgenomen: Het bijgewerkte aansluitplan voor Maasland (op basis van de nieuwe gemeentegrenzen) Het bijgewerkte aansluitplan voor Schipluiden (op basis van de nieuwe gemeentegrenzen) 4
Het bijgewerkte aansluitplan voor Abtswoude (overgenomen uit het aansluitplan van Delft) Welke maatregelen er op perceelniveau genomen moeten worden. Dus sanering d.m.v. aanleg en/of aansluiting op de riolering of door plaatsing van een IBA. Wanneer de maatregelen uitgevoerd moeten worden. Het vaststellen van de prioriteiten heeft in overleg met de waterkwaliteitsbeheerder (Delfland) plaatsgevonden. Het geven van een financiële onderbouwing. Hierbij is ook een advies gegeven over de gemeentelijke bijdrage en de eigenaarbijdrage (een juridisch complexe materie) 8. Samenvatting aansluitplan Midden-Delfland Op basis van een inventarisatie zijn alle niet op de riolering aangesloten percelen in de gemeente Midden-Delfland in kaart gebracht. In totaal gaat het om 457 percelen welke zijn onder te verdelen in 361 woningen en 96 glastuinbouwbedrijven. Het aantal aan te sluiten percelen is weergegeven in de onderstaande tabel. Gemeente Aantal percelen Midden-Delfland Won. Glas Totaal Schipluiden 316 48 364 Maasland 12 48 60 Delft 33 0 33 Midden-Delfland 361 96 457 De onderstaande tabel geeft een overzicht van de benodigde investeringen. Kern Aantal percelen Midden-Delfland Benodigde investering Prijspeil 2004 (incl. btw) Won. Glas totaal Schipluiden 316 48 364 5.224.082,- Maasland 12 48 60 878.911,- Delft 33 0 33 281.800,- Midden-Delfland 361 96 457 6.384.267,- 9. Voorstel plan van aanpak aanleg en beheer IBA's Daar waar geen riool komt (dus boven het omslagpunt) dient formeel de lozer, volgens het lozingenbesluit huishoudelijk afvalwater Wvo, een voorziening te treffen. Dit komt dan neer op de aanleg van een installatie voor Individuele Behandeling van Afvalwater, de zogenaamde IBA. Vanuit het ministerie van Volkshuisvesteing, Ruimtelijke Ordening en Milieu (VROM) is een aanwijzing gegeven hoe om te gaan met de verbrede zorgplicht. Het komt er op neer dat de overheden aan alle inwoners een min of meer gelijkwaardig pakket aanbieden. Dit betekent dat indien de gemeente ontheffing heeft verkregen voor het verzorgen van riolering, zij toch bij kan dragen in het aanleggen en beheren van een vervangende voorziening (IBA). Het Hoogheemraadschap van Delfland (HHvD) heeft aangegeven hoe zij invulling wil geven aan de verbrede zorgplicht. Zij stelt voor de aanleg van IBA s in samenwerking met de gemeentes aan te pakken. In dit voorstel bekostigt de gemeente de aanleg van een IBA en verzorgt het HHvD het toekomstig beheer en onderhoud. Uitgangspunt hierbij is dat er gebruik wordt gemaakt van een IBAsysteem met een hoog milieurendement (minimaal IBA klasse II). Hiertoe is beleid geformuleerd, waarbij het HHvD de meerkosten voor een IBA klasse II ten opzichte van een IBA klasse I voor haar rekening neemt. Dit komt neer op een bijdrage van 3.000,- per IBA (inclusief BTW). Hiermee wordt een hoger milieurendement behaald. 5
Voor de burger is de deelname aan het voorgestelde IBA-beleid vrijwillig. Doet een perceeleigenaar mee dan zal met hem een overeenkomst worden afgesloten waarna hij rioolrecht gaat betalen. Doet een perceeleigenaar niet mee dan zal deze geen rioolrecht betalen. Hij zal dan echter zelf moeten zorgen voor de aanschaf, plaatsing en het onderhoud van een IBA. Verwacht wordt dat een aanzienlijk gedeelte van de bewoners aan het voorgestelde IBA-beleid mee zal doen. De kostenraming is gebaseerd op het maximaal aantal IBA s. De voorgestelde participatie aan het IBA-beleid is in het aansluitplan in hoofdstuk 5.4 nader uitgewerkt. 10. Wat willen we bereiken? We willen op 1 januari 2008 alle ongerioleerde percelen in Midden-Delfland tegen de laagst maatschappelijk kosten hebben voorzien van een passende voorziening, waarbij alle burgers gelijk zijn behandeld en een zo hoog mogelijke emissiereductie is gerealiseerd. Per 1 januari 2005 dient er een goedgekeurd aansluitplan te liggen, waarin is aangegeven hoe alle afvalwaterlozingen die op 1 januari 1985 aanwezig waren zijn gesaneerd. Hierbij willen we alle lozingen op 31 december 2007 hebben gesaneerd. Indien financieel haalbaar, worden de saneringen uitgevoerd door de aanleg van drukriolering of het aansluiten op bestaande riolering. Indien de maatschappelijke kosten te hoog zijn, wordt een IBA (Individuele Behandeling Afvalwater) geplaatst. Door ook de aanleg van IBA s als gemeente te verzorgen, geven we invulling aan de verbrede zorgplicht. Hierbij wordt door het Hoogheemraadschap van Delfland voorzien in een subsidie en onderhoud, zodat IBA s met een hoog zuiveringsrendement worden toegepast en ook het onderhoud is verzekerd. 11. Wat gaat het kosten? Voor het uitvoeren van het aansluitplan bedragen de maatschappelijke kosten circa 6,4 miljoen (inclusief BTW). Voor de aanleg van de riolering kan er een bijdrage van het Hoogheemraadschap worden gekregen. Deze bijdrage dient om het verschil tussen de gemeentelijke bijdrage en de werkelijke kosten te dekken. In het maatwerkoverleg is een bijdrage van Delfland van 829.752,- overeengekomen. Daarnaast wordt in het kader van het IBA-beleid van Delfland een bijdrage van 513.000,- verkregen voor het toepassen van hoogrendements IBA s in plaats van de verbeterde septic tank. Deze totale bijdrage van Delfland van 1.342.752,- (inclusief BTW) is toegezegd in het maatwerkoverleg. Naast de aanleg van drukriolering en IBA s zijn er nog aanpassingen nodig om het rioolwater af te voeren met enkele rioolgemalen en persleidingen. Deze aanpassingen, vooralsnog geraamd op circa 810.000,-, zijn ook opgenomen in de totale kosten. Over de kostenverdeling van deze gemalen en persleidingen moet nog overeenstemming met Delfland worden bereikt. De totale gemeentelijke investering bedraagt daarom maximaal 5 miljoen (inclusief BTW). Hierbij bestaat in principe de mogelijkheid om een deel van de kosten te verhalen op de eigenaars van de aan te sluiten percelen. In Maasland is in het verleden de aanleg van (druk)riolering (inclusief pompinstallaties) voor rekening van de gemeente uitgevoerd. In 2001 heeft de gemeenteraad van Schipluiden een besluit genomen om een eigen bijdrage te vragen van particulieren van f 6.000,- en van glastuinbouwbedrijven van f 12.000,- (gebaseerd op het profijtbeginsel). De wijze van innen is in dit raadsbesluit in het midden gelaten. Onderzoek heeft uitgewezen dat innen op publiekrechtelijke gronden (via aansluitverordening en/of baatbelasting) niet mogelijk is. Inning via privaatrechtelijke overeenkomsten is wel mogelijk, maar kent een groot afbreukrisico. De kans is groot dat berekende inkomsten niet worden ontvangen. Ook de werkgroep riolering buitengebied (samengesteld uit vertegenwoordigers van Westlandse gemeenten en het HHvD) komt na uitgebreid onderzoek tot de conclusie dat het solidariteitsbeginsel 6
(kosten omslaan in het rioolrecht) het laagste afbreukrisico kent. De volgende argumenten zijn aanleiding om voor te stellen géén eigen bijdrage te verlangen: - Praktische overwegingen (De inning van een éénmalige bijdrage vergt veel administratieve en waarschijnlijk ook juridische inzet). - De boeren zitten al in een financieel moeilijke positie. Het beleid van Midden-Delfland is de boerenbedrijven niet onnodig zwaar te belasten. - In het verleden hebben de betrokken bewoners in het buitengebied zelf al moeten investeren in aanleg van septictanks en de aansluiting daarop. - In Maasland is in het verleden voor de aanleg van (druk)riolering in het buitengebied geen eigen bijdrage gevraagd; - Na aanleg van de riolering of een IBA zal de betreffende perceeleigenaar vaak behoorlijke kosten moeten maken voor het aanpassen van zijn riolering op eigen erf. - Het zijn kosten die we als groene gemeente willen dragen (een groene gemeente met schoon water). - Er zullen meer perceeleigenaren mee doen aan de verbrede zorgplicht. (meer IBA s met een hoog rendement betekent schoner water). - Geen risico dat berekende inkomsten niet ontvangen worden (geen afbreukrisico). - Betrokken perceeleigenaren gaan na aansluiting rioolrecht betalen. Bij uitvoering van het solidariteitsbeginsel bedraagt de totale bruto gemeentelijke investering circa 5 miljoen (inclusief BTW). Omdat de BTW aftrekbaar is (via het BTW-CompensatieFonds), is de netto investering 4,2 miljoen (exclusief BTW). Vanuit het verleden was er voor realisatie van het aansluitplan in het investeringsprogramma al 2,7 (exclusief BTW) miljoen opgenomen. Hiervoor is dus feitelijk al dekking en hiermee is bij de bepaling van het rioolrecht al rekening gehouden. Bij opstelling van het nieuwe investeringsprogramma zijn deze bedragen opnieuw ingezet. Er blijft dus een gat over van circa 1,5 miljoen ( 4,2 2,7). Hiervan kan nog afgehaald worden het project Willemoordseweg/Vlaardingsekade, omdat dit al is uitgevoerd en betaald. In het aansluitplan staat voor deze wegen een bedrag geraamd van circa 0,35 miljoen. Het gat, waarvoor in de meerjarenbegroting 2005 2008 nog geen dekking is, bedraagt dus circa 1,15 miljoen euro. Voor het rioolrecht betekent dit op termijn (tussen 2005 en 2008) een verhoging van circa 10 euro per heffingseenheid. 11.1 Toelichting n.a.v. behandeling in commissie Samenleving. Op 9 november 2004 is het Aansluitplan buitengebied Midden-Delfland in de commissie Samenleving besproken. De commissie heeft ingestemd met de inhoud van het aansluitplan en met de invulling van de verbrede zorgplicht. Ten aanzien van de voorgestelde inningsmethode via het rioolrecht (het solidariteitsbeginsel) heeft de commissie een extra toelichting gevraagd. De extra toelichting is als bijlage aan dit raadsvoorstel toegevoegd. 12. Juridische consequenties Door de afdeling belastingen is aangegeven dat een financiering uit de rioolheffing nog een klein risico voor rechtsongelijkheid in zich heeft. Dit risico lijkt echter zeer beperkt, aangezien de omstandigheden tussen bewoners in de kern en in het buitengebied en tussen nieuwe en bestaande bebouwing toch verschilt, hetgeen per definitie ongelijkheid in zich heeft. Gelet op de kosten die bestaande lozers moeten maken voor het verwijderen van bestaande voorzieningen (septic tanks), het verplaatsen van leidingen en het verrichten van andere aanpassingen, zullen bestaande lozers vrijwel altijd meer kosten moeten maken dan nieuwe lozers, hetgeen ook een andere benadering rechtvaardigt. 7
13. Voorstel te nemen besluiten Volgens de huidige regelgeving moet het aansluitplan (inclusief het kostendekkingsplan) vóór 1 januari 2005 door de gemeenteraad, het Hoogheemraadschap van Delfland en de Provincie Zuid- Holland zijn vastgesteld. In het aansluitplan is vastgelegd welke maatregelen er op perceelniveau genomen moeten worden om alle afvalwaterlozingen te saneren(aanleg riolering of IBA). Bij woningen die niet op de riolering worden aangesloten moet het afvalwater eerst via een IBA worden gezuiverd voordat het kan worden geloosd. Om de doelmatigheid van de saneringsoperatie te bevorderen kunnen gemeenten deze operatie begeleiden via de zogeheten verbrede zorgplicht (paragraaf 9). In dit kader stellen wij voor om de aanleg van IBA s in samenwerking met het Hoogheemraadschap Van Delfland aan te pakken. De gemeente doet dan meer haar strikte plicht. Door participatie in het IBA-beleid van Delfland wordt een grotere emissiereductie bereikt. Midden-Delfland geeft daarmee invulling aan het imago van groene gemeente. Om te kunnen starten met de uitvoering van het aansluitplan is het ook noodzakelijk dat er een bindende uitspraak wordt gedaan over de financiering van de maatregelen in het aansluitplan. Samengevat stellen wij voor in te stemmen met: 1. Het aansluitplan buitengebied Midden-Delfland. Dit aansluitplan is gebaseerd op de eerdere aansluitplannen voor Maasland en Schipluiden en is reeds ambtelijk afgestemd met het Hoogheemraadschap van Delfland. 2. De invulling van de verbrede zorgplicht, zoals beschreven in paragraaf 9. 3. Financiering uit de rioolheffing. Om de aanleg te financieren wordt uitgegaan van het solidariteitsbeginsel. In Maasland is in het verleden de aanleg van (druk)riolering (inclusief pompinstallaties) voor rekening van de gemeente uitgevoerd. De inning van een eigen aansluitbijdragen, zoals eerder (in 2000) vastgesteld door de gemeenteraad van Schipluiden, stuit op aanzienlijk juridische en praktische bezwaren. Door middel van een beperkte verhoging van de jaarlijkse rioolheffing van circa 10 kan het gehele aansluitplan, voor zover dat nog niet is gedekt, worden uitgevoerd. Hierbij kan tevens een brede participatie met het IBA-beleid worden gerealiseerd. Nadat een definitief beeld is verkregen van de meerjarige kosten van de rioleringszorg (inclusief riolering buitengebied), het tempo van de investeringen en de verdeling van de kosten kunnen wij voorstellen doen ten aanzien van de werkelijke hoogte van de rioolrechten. Bij instemming met het Aansluitplan buitengebied Midden-Delfland zullen op 1 januari 2008 alle ongerioleerde percelen in Midden-Delfland tegen de laagst maatschappelijk kosten zijn voorzien van een passende voorziening (riolering of IBA), waarbij alle burgers gelijk zijn behandeld en een zo hoog mogelijke emissiereductie is gerealiseerd. Het Aansluitplan buitengebied Midden-Delfland ligt op de gebruikelijke manier ter inzage. Dit voorstel is behandeld in de vergadering van de raadscommissie Samenleving. Burgemeester en wethouders van Midden-Delfland, de secretaris, de burgemeester, P.T. Veenman A.J. Rodenburg 8