Kwetsbaarheid van watertypen binnen de Nederlandse zoete en zoute wateren voor exoten Arjan Gittenberger GiMaRIS Marine Research, Inventory, & Strategy solutions Stichting ANEMOON in samenwerking met TPS, Rob Leewis in opdracht van RWS Waterdienst, coordinator S. Kabuta
Uitheemse soorten langs de Nederlandse kusten 16 in 2005/2006 Gittenberger, in press.
Kwetsbaarheid van watersystemen - Watersystemen & soorten - Methodiek - Validatie Leewis, R. & A. Gittenberger, 2007. Kwetsbaarheid van watertypen voor exoten. TPS rapport i.o.v. RWS Waterdienst: 91pp. m.m.v. A. bij de Vaate (Waterfauna Hydrobiologisch Adviesbureau), G. van der Velde (Radboud Universiteit, Nijmegen) R. Pot (Roelf Pot Onderzoek- en Adviesbureau) Coordinatie: S. Kabuta (RWS Waterdienst)
Selectie van watersystemen - Transport vectoren - Stroomsnelheid - Chemische toestand - Menselijk gebruik - Habitat t variatie - Soorten samenstelling ---------------------------------------------------- Eemshaven Noordzeekanaal Loosdrechtsche Plassen Waal Westerschelde
Selectie van exotische soorten Zout water soorten: Japanse oester (Crassostrea gigas) Druipzakpijp (Didemnum cf vexillum) Japanse blaasjeskrab (Hemigrapsus sanguineus) Amerikaanse ribkwal (Mnemiopsis leidyi) Brak water soorten: Knorrepos (Micropogonias undulatus) Brakwatermossel (Mytilopsis leucophaeata) Zoet water soorten: Grote waternavel (Hydrocotyle ranunculoides) Rode Amerikaanse rivierkreeft (Procambarus clarkii) Kaspische vlokreeft (Dikerogammarus villosus) Roofblei (Aspius aspius)
Amerikaanse ribkwal Japanse druipzakpijp A. Gittenberger http://woodshole.er.usgs.gov/project-pages/stellwagen/didemnum/index.htm g p p g g Japanse oester Japanse blaasjeskrab C. Jacobusse G. van Beek
Knorrepos Imares Brakwatermossel T. Van Haaren
Grote waternavel Kaspische vlokreeft Roofblei R. Pot T. van Haaren Rode Amerikaanse rivierkreeft G. van Beek M. Soes
Berekeningsmethode Kwetsbaarheid K = Kwetsbaarheid van een watersysteem voor exoten B = Bedreiging(en) in een watersysteem E = Effect dat een exoot of exotengroep kan veroorzaken Als B > 0 en E > 0, dan is K=(B+E)/2 Als B = 0 of E = 0, dan is K = 0 Gebaseerd op: - Fact sheets van watersystemen t - Fact sheets van exoten
Bedreigingen in een watersysteem 1) Wat bedreigt een watersysteem? B1-B4 B4 ballast water, connectiviteit, stabiliteit van ecosystem, menselijk gebruik, import vectoren, etc. bijv. B5 = Aantal exotische soorten aanwezig: Exoten < ~5 B5 = 0.0 Exoten = ~10 B5 = 0.5 Exoten > ~20 B5 = 1.0 2) Wat wordt bedreigd in een watersysteem? B6-B10 = Inheemse soorten, zeldzame soorten, recreatie, industrieel gebruik (bijv. schelpdieren), habitats, etc.
Effecten van exoten 1) Habitat geschiktheid, gebaseerd op KRW-type H1 = soort kan overleven H2 = soort kan overleven en voortplanten H3 = soort kan overleven, voortplanten en vestigen 2) Reeds gedane substantiële Schade? > 100.000 Euro schade / uitsterven van een inheemse soort 3) Invasie P(otentieel) P1-P3 P3 = Potentieel ti tot t uitbreiding idi P4-P7 = Potentieel tot ecologische schade P8-P10 = Potentieel tot economische schade N.B. Deze vragen behoren beantwoord te worden aan de hand van gepubliceerde data, d.w.z. literatuur referenties.
Fact sheet van watersysteem: Waal KRW-WATER TYPE: R16 Snel stromende rivier; zand en/of kiezel bodem BEDRIJFSMATIGE LOZING VAN / IN WATER: Incidenteel chemisch afval van bedrijven; Eutroof water van landerijen EXOTEN IMPORT VECTOREN / CONNECTIVITEIT Sterk stromend water: Import van exoten upstream Doorvaar route voor scheepsvaart BIODIVERSITEIT Allochtone soorten (~5, ~10, > ~20): > ~20 Inheemse soorten (~10, ~50, > ~100): ~50 Zeldzame / endemische soorten (0, ~2 2, > ~4): ~2 AANWEZIGE HABITATS Saliniteit: Zoet water; geen sterke variatie in saliniteit Stroming: De habitats langs de wal en in het midden van de rivier varieren sterk in stroomsnelheid. Substraat: In de Waal is zowel hard als zacht bestraat aanwezig RECREATIEF GEBRUIK Minimaal gebruik door sportvissers
Fact sheet van exoot: Rode Amerikaanse rivierkreeft (Procambarus clarkii) HABITAT (KRW water types) Habitat1, soort kan overleven: M1-M29; M29; R1-R18R18 Habitat2, soort kan overleven en voortplanten: M1-M29; R2, R4-R18 Habitat3, soort kan overleven, voorplanten en vestigen: M1-M29; R2; R4-R12 REEDS GEDANE SUBSTANTIELE SCHADE Geen geregistreerde gevallen van extinctie van inheemse soorten Geen geregistreerde gevallen van economische schade > 100.000,- Euro INVASIE POTENTIEEL Potentieel tot uitbreiding: De soort is geen r-strateeg; De soort kan grote abiotische variaties doorstaan: Hij langere perioden van droogte en koude doorstaan; De soort verspreidt zich in het larvale stadium door de waterkolom. Potentieel tot ecologische schade: De soort is niet sterk competitief voor ruimte; De soort is een predator van o.a. kleine kreeftachtigen, vissen en weekdieren; De soort kan ziektes en parasieten met zich meedragen die de inheemse kreeften kunnen besmetten; De soort is geen ecological engineer. Potentieel tot economische schade: De soort kan geen inlaten/uitlaten verstoppen;de soort kan geen fysieke schade veroorzaken aan artefacten; De soort schaadt geen organismen die door de mens worden geëxploiteerd.
Kwetsbaarheid van watersystemen voor exoten
Kwetsbaarheid voor de Druipzakpijp (Didemnum cf vexillum)
2008 - Quagga mossel: Dreissena rostriformis i bugensis - Roodwang schildpad: Trachemis scripta elegans - Amerikaanse oesterboorder: Urosalpinx cinerea - Oosterschelde - Ijsselmeer - Biesbosch Bron: SETL monitorings project: hard substraat gerelateerde aquatische organismen
Quagga mossel Amerikaanse oesterboorder (Dreissena i rostriformis i bugensis) ) (Urosalpinx l i cinerea )
Amerikaanse langlob-ribkwal (Mnemiopsis leidyi)
Validatie : Effect Kan de exoot in één of meerdere levensstadia in de waterkolom voorkomen? Kan de soort een predator of een parasiet zijn van de mens en/of een inheemse soort, waarvan de populatie daardoor aanzienlijk kan afnemen? Kan de soort een ziekte, parasiet, of toxine bij zich hebben voor de mens en/of een inheemse soort, waarvan de populatie daardoor aanzienlijk kan afnemen? Met dank aan de CML (Centrum voor Milieuwetenschappen), Universiteit Leiden
Validatie - Is de soort een ecological engineer waardoor deze een positief effect kan hebben op de mogelijke vestiging van andere exoten? -Kan de soort inlaten en/of uitlaten verstoppen? -Kan de soort fysieke schade veroorzaken aan ecosystemen of artefacten (palen, dijken)? - Kan de soort economische schade veroorzaken door verschuivingen in populaties die door de mens worden geëxploiteerd, of door schade aan vangstmiddelen aan te richten? Met dank aan de CML (Centrum voor Milieuwetenschappen), Universiteit Leiden
Validatie -Is de soort een r-strateeg (= relatief veel nakomelingen in het groeiseizoen en relatief snel geslachtrijp)? -Heeft de exoot een grote ecologische amplitude (kan grote abiotische variaties doorstaan)? -Is de soort competitief voor ruimte of voedsel met een inheemse soort, waarvan de populatie daardoor aanzienlijk kan afnemen? - Kan de soort in één of meerdere levensstadia een predator of een parasiet zijn van de mens en/of een inheemse soort, waarvan de populatie daardoor kan afnemen? Met dank aan de CML (Centrum voor Milieuwetenschappen), Universiteit Leiden
Validatie Bedrijfsmatig lozing van / in water: bijv. koelwater, chemische h afval, euthrofiering vanuit landerijen, etc. Connectiviteit met exoten brongebieden: Kwantiteit / kwaliteit van natuurlijke en antropogene import vectoren van invasieve soorten Habitat-variatie: Variatie in de parameters saliniteit, stroming, en substraat Recreatief gebruik: surfen, zeilen, zwemmen, duiken, vissen, etc. Met dank aan de CML (Centrum voor Milieuwetenschappen), Universiteit Leiden
Validatie: Bedreiging Bedrijfsmatig lozing van / in water: bijv. koelwater, chemische h afval, euthrofiering vanuit landerijen, etc. Connectiviteit met exoten brongebieden: Kwantiteit / kwaliteit van natuurlijke en antropogene import vectoren van invasieve soorten Habitat-variatie: Variatie in de parameters saliniteit, stroming, en substraat Recreatief gebruik: surfen, zeilen, zwemmen, duiken, vissen, etc. Met dank aan de CML (Centrum voor Milieuwetenschappen), Universiteit Leiden
Wat bedreigt het watersysteem? Validatie: Bedreiging Natuurlijke biodiversiteit verstorende invloeden: Seizoensverschillen in bijv. temperatuur, zoutgehalte, etc Buffer functie: Afhankelijk van de grote van een geheel van aaneengesloten gebieden KRW-type = M7,19-21,29; 29; R2,7,15-16; Kust3,4 B(edreiging)=0,00 KRW-type = M1,3,5-6,8,10,14-18,23-24,27-28,etc. B(edreiging)=0,5 KRW-type =M2,4,9,11-13,22,25-26; R1,3 B(edreiging)=1,0 Hoge biodiversiteit van allochtone soorten: Uitheemse soorten = ~ 5 B(edreiging)=0,0 Uitheemse soorten = ~ 10 B(edreiging)=0,5 i Uitheemse soorten > ~ 20 B(edreiging)=1,0. Met dank aan de CML (Centrum voor Milieuwetenschappen), Universiteit Leiden
Validatie: Bedreiging Wat wordt bedreigd in het watersysteem? Habitat variatie: Variatie in de parameters saliniteit, stroming, en substraat Hoge biodiversiteit van zeldzame of endemische soorten: Hoge biodiversiteit van inheemse soorten: Inheemse soorten = ~ 10 B(edreiging)=0,0 Inheemse soorten = ~ 50 B(edreiging)=0,5 Inheemse soorten > ~ 100 B(edreiging)=1,0 Bedrijfsmatige onttrekking van water: drinkwater, koelwater, bewatering, voeding voor schelpdieren, etc. Met dank aan de CML (Centrum voor Milieuwetenschappen), Universiteit Leiden
Berekeningsmethode Kwetsbaarheid K = Kwetsbaarheid van een watersysteem voor exoten B = Bedreiging(en) in een watersysteem E = Effect dat een exoot of exotengroep kan veroorzaken Als B > 0 en E > 0, dan is K = (B+E) / 2 Als B = 0 of E = 0, dan is K=0 Bandbreedtes K, B en E waarden: 0 t/m 10?
Bandbreedtes van bedreigingwaardes Met dank aan CML (Centrum voor Milieuwetenschappen), Universiteit Leiden
Bandbreedtes van effectwaardes Met dank aan CML (Centrum voor Milieuwetenschappen), Universiteit Leiden
Bandbreedtes van kwetsbaarheidswaardes Met dank aan CML (Centrum voor Milieuwetenschappen), Universiteit Leiden
Toekomst perspectief: geautomatiseerd dashboard