Bijlage 1 bij besluit DRZZ/ , d.d Inhoudelijke overwegingen Uitzaaien in Natura-2000 gebied Oosterschelde van uit Ierland en het

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Bijlage 1 bij besluit DRZZ/ , d.d Inhoudelijke overwegingen Uitzaaien in Natura-2000 gebied Oosterschelde van uit Ierland en het"

Transcriptie

1 Bijlage 1 bij besluit DRZZ/ , d.d Inhoudelijke overwegingen Uitzaaien in Natura-2000 gebied Oosterschelde van uit Ierland en het Verenigd Koninkrijk geïmporteerde schelpdieren

2 DE AANVRAAG De aanvrager vraagt een vergunning aan op basis van de Natuurbeschermingswet 1998 (hierna: Nb-wet 1998) voor het uitzaaien van uit Ierland en het Verenigd Koninkrijk geïmporteerde schelpdieren op de mosselpercelen en oesterpercelen in Natura-2000 gebied Oosterschelde. De import is noodzakelijk, omdat er in Natura-2000 gebied de Oosterschelde nauwelijks nog mosselzaadval plaatsvindt. Activiteit In de gebieden, zoals genoemd in de passende beoordeling, worden schelpdierzaad, halfwas schelpdieren en volwassen schelpdieren gevangen. Deze schelpdieren betreffen de soorten Mytilus edulis, Mytilus galloprovincialis en de Ostrea edulis. Nadat deze schelpdieren gevangen zijn worden zij in zogeheten big bags per vrachtwagen naar Yerseke getransporteerd. Daar worden de schelpdieren gespoeld en uitgezaaid in Natura-2000 gebied Oosterschelde op de mossel- en oesterpercelen en/of op de zogeheten verwaterpercelen. Daar kunnen het schelpdierzaad en de halfwas schelpdieren uitgroeien tot volwassen schelpdieren en de volwassen schelpdieren kunnen zich ontdoen van zand en slib. De gebieden van waaruit geïmporteerd wordt zijn: Wexford, Castlemaine, Carlingford Lough, Lough Foyle, Waterford Harbour, Menai Street, Poole Harbour, Belfast Lough, Morecambe Bay, Lough Swilly, Swansea Bay en Youghal Bay. WETTELIJK KADER Beschermde natuurmonumenten Artikel 60, lid 1 en lid 2, van de Nb-wet 1998 bepaalt dat besluiten welke genomen zijn op basis van de Nb-wet 67 (waaronder o.a. het besluit tot aanwijzing van het natuurmonument Oosterschelde ) gelden als besluiten welke genomen zijn op basis van artikel 10 van de Nb-wet 1998 (besluiten ter aanwijzing van beschermde natuurmonumenten). Artikel 10, lid 1, van de Nb-wet 1998 bepaalt dat de minister van LNV bij besluit een natuurmonument kan aanwijzen als beschermd natuurmonument. Artikel 10a, lid 1, van de Nb-wet 1998 bepaalt dat de minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (hierna: LNV) gebieden aanwijst ter uitvoering van de Vogel- en Habitatrichtlijn. Lid 3 van dit artikel stelt dat de instandhoudingsdoelstelling van deze gebieden mede betrekking kan hebben op doelstellingen ten aanzien van het behoud, het herstel en de ontwikkeling van het natuurschoon of de natuurwetenschappelijke betekenis van het gebied, anders dan vereist ingevolge de Vogel- en Habitatrichtlijn. Artikel 15a, lid 2, van de Nb-wet 1998 stelt dat een besluit houdende aanwijzing van een natuurmonument als beschermd natuurmonument onder de Nb-wet 1998 vervalt met ingang van het tijdstip waarop doch slechts voor zover dat beschermd natuurmonument deel uitmaakt van een Natura 2000-gebied. Indien met toepassing van het tweede lid van artikel 15a een besluit houdende de aanwijzing van een natuurmonument als beschermd natuurmonument geheel of gedeeltelijk is vervallen, heeft de instandhoudingsdoelstelling voor het op grond van artikel 10a, eerste lid, aangewezen gebied voor het gedeelte van het gebied waarop de aanwijzing als beschermd natuurmonument betrekking had, mede betrekking op de doelstellingen ten aanzien van het behoud, herstel en de ontwikkeling van het natuurschoon of de natuurwetenschappelijke betekenis van het gebied zoals bepaald in het vervallen besluit. Natura 2000-gebieden Artikel 19d, lid 1, van de Nb-wet 1998 bepaalt dat het verboden is zonder vergunning, of in strijd met aan een dergelijke vergunning verbonden voorschriften of beperkingen, projecten of andere handelingen te realiseren c.q. te verrichten die, gelet op de instandhoudingsdoelstellingen, de kwaliteit van de natuurlijke habitats en de habitats van soorten in een Natura 2000-gebied kunnen verslechteren of een verstorend effect kunnen hebben op de soorten waarvoor het gebied is aangewezen. Zodanige projecten 2

3 of andere handelingen zijn in ieder geval projecten of handelingen die de natuurlijke kenmerken van het desbetreffende gebied kunnen aantasten. Artikel 19e, sub a en sub b, van de Nb-wet 1998 bepaalt dat GS c.q. de minister van LNV bij het verlenen van een vergunning op basis van artikel 19d, lid 1, van de Nb-wet 1998 rekening houden met: - de gevolgen die een project of andere handeling, waarop de vergunningaanvraag betrekking heeft, gelet op de instandhoudingsdoelstelling kan hebben voor een Natura 2000-gebied; - met een op grond van artikel 19a of artikel 19b, van de Nb-wet 1998, vastgesteld beheerplan en - vereisten op economisch, sociaal en cultureel gebied, alsmede regionale en lokale bijzonderheden. Artikel 19f, eerste lid, van de Nb-wet 1998 bepaalt dat voor projecten waarover het bevoegd gezag een besluit op een aanvraag voor een vergunning als bedoeld in artikel 19d, eerste lid, neemt, en die niet direct verband houden met of nodig zijn voor het beheer van een Natura 2000-gebied, maar die afzonderlijk of in combinatie met andere projecten of plannen significante gevolgen kunnen hebben voor het desbetreffende gebied, de initiatiefnemer alvorens het bevoegd gezag een besluit neemt, een passende beoordeling maakt van de gevolgen voor het gebied waarbij rekening wordt gehouden met de instandhoudingsdoelstelling van dat gebied. Artikel 19f, derde lid, van de Nb-wet 1998 bepaalt dat de verplichting tot het maken van een passende beoordeling bij de voorbereiding van een besluit op grond van artikel 19d, niet geldt in gevallen waarin degene die een project waarop dat besluit betrekking heeft, onderneemt, daarmee een project ten aanzien waarvan reeds eerder een passende beoordeling is gemaakt, herhaalt of voortzet, voorzover de passende beoordeling redelijkerwijs geen nieuwe gegevens en inzichten kan opleveren omtrent de significante gevolgen van dat project. VERGUNNINGPLICHT De Oosterschelde is een gebied dat krachtens de Nb-wet 1998 is aangewezen als Natura 2000-gebied en beschermd natuurmonument. Ik stel vast dat de voorgenomen activiteit in potentie de natuurlijke kenmerken van het beschermde gebied Oosterschelde zou kunnen aantasten. Derhalve ben ik van mening dat deze activiteit als vergunningplichtig onder de Nb-wet 1998 moet worden aangemerkt. Ik raad u aan om in contact met het Produktschap Vis duidelijkheid te krijgen over het al dan niet voldoen aan de Verordening Quarantainevoorzieningen levende tweekleppige weekdieren 2007 d.d. 21 juni BELEID Algemene Handreiking Natuurbeschermingswet 1998 (hierna: de Handreiking) In de Handreiking wordt het volgende gesteld: Als (een deel van) een bestaand beschermd natuurmonument en een Natura 2000-gebied samenvallen, gaan de bestaande, voor het natuurmonument geldende doelstellingen over de bescherming van natuurschoon en natuurwetenschappelijke betekenis van het gebied over naar het nieuwe Natura gebied. De status van beschermd natuurmonument komt te vervallen voor het gedeelte van het beschermd natuurmonument dat deel uitmaakt van een Natura 2000-gebied. Wanneer dat gebeurt heeft de instandhoudingsdoelstelling voor dat gedeelte van het Natura 2000-gebied mede betrekking op de doelstellingen voor het behoud, herstel en de ontwikkeling van het natuurschoon of de natuurwetenschappelijke betekenis van het gebied, zoals bepaald in het vervallen besluit van het beschermde natuurmonument (artikel 15a, lid 3, Nb-wet 1998). In dat verband kan opgemerkt worden dat het Natura 2000-gebied Oosterschelde het gehele voormalige staatsnatuurmonument Oosterschelde omvat. Om inzicht te krijgen in de wezenlijke kenmerken en waarden waarvoor dit natuurmonument is aangewezen (deze waarden maken immers sinds de 3

4 inwerkingtreding van de Nb-wet 1998 deel uit van het Natura 2000-gebied Oosterschelde) verwijs ik u naar de hieromtrent vermelde informatie op Beleidsbesluit Schelpdiervisserij Bij besluit van 1 oktober 2004 is het Beleidsbesluit Schelpdiervisserij : Ruimte voor een zilte oogst vastgesteld. In dit beleidsbesluit is m.b.t. verplaatsing van schelpdieren het volgende bepaald: Sinds 1997 is de beleidslijn Verplaatsing Schelpdieren van kracht. Dit is een instrument om de sanitaire, veterinaire en ecologische risico s van de verplaatsing van schelpdieren naar onze kustwateren te reguleren. Op grond van deze beleidslijn is het verboden om schelpdieren te verplaatsen naar de Waddenzee. Ook verplaatsing van schelpdieren afkomstig uit ecologisch niet verwante gebieden (zgn. buiten boreale gebieden) naar de Oosterschelde is in beginsel verboden. Als ecologisch verwante gebieden worden grofweg de landen aan de Noordzee aangemerkt, zoals de oostkust van het Verenigd Koninkrijk. In het najaar van 2003 is het voornoemde verplaatsingsbeleid op basis van een uitspraak van de Raad van State tijdelijk aangepast. Deze aanpassing resulteerde in een voorlopige uitbreiding van het importgebied met wateren rond Ierland. Hierdoor werd de import naar de Oosterschelde mogelijk van schelpdieren, afkomstig uit alle wateren van het Verenigd Koninkrijk en Ierland. In het voorjaar 2004 heeft een groep wetenschappelijke experts zich gebogen over de bij de verplaatsing van schelpdieren betrokken risico s, hetgeen medio 2004 heeft geleid tot het rapport Deskundigenoordeel Verplaatsingsproblematiek Schelpdieren. De deskundigen zijn van oordeel dat de in 2003 doorgevoerde uitbreiding van het importgebied ecologische risico s met zich meebrengt. Regulering van de import vanwege deze risico s is daarom wenselijk. Het deskundigenoordeel geeft ook aan dat verplaatsing van schelpdieren vanuit de Noord-Oost Atlantische Oceaan naar de Nederlandse kustwateren vanuit ecologisch oogpunt, schelpdierziekten e.d. dus daargelaten, geen risico vormen en aan algemene regels kunnen voldoen zoals verwateren, schoonmaken e.d. De in dit gebied reeds eerder bedoeld of onbedoeld geïntroduceerde (of nog te introduceren) exoten vormen wel een risico en kunnen met verplaatsingen worden geïntroduceerd. Het deskundigenoordeel geeft aan dat het zinvol is binnen de NO Atlantische Oceaan, herkomstgebieden te onderscheiden op basis van zeestromingen en watermassa s en het voorkomen van exoten. Het Kanaal, het Nauw van Calais en de Zuidelijke Noordzee kunnen als één zeegebied beschouwd worden, waarbinnen nauwelijks barrières bestaan voor natuurlijke verspreiding. Op basis van het deskundigenoordeel en de uitspraak van het Europese Hof van Justitie over de toepassing van de Vogel- en habitatrichtlijn (HvJEG, 7 september 2004, zaak C-127/02) wordt de openstelling van de importgebieden rond Ierland opnieuw bezien. Beleidslijn Verplaatsing van schelpdieren LNV werkt momenteel aan een nieuwe beleidslijn Verplaatsing van schelpdieren, ter vervanging van de gelijknamige beleidslijn Beleidsnota Invasieve exoten De Beleidsnota Invasieve exoten richt zich op het voorkomen, bestrijden en beheersen van schade door invasieve exoten. De nota definieert een exoot als een uitheemse plant, dier of micro-organisme die Nederland niet op eigen kracht kan bereiken. Slechts een beperkt aantal exoten vertoont invasief gedrag. Een exoot is invasief als deze zich vestigt en explosief ontwikkelt. De nota gaat uit van de trits preventie eliminatie - isolatie en beheer van de populatie als strategie ten aanzien van invasieve exoten. Daarnaast zet de nota in op bewustwording van het risico van uitheemse soorten voor de inheemse biodiversiteit. In de paragraaf aanleiding ontwikkeling van exoten beleid is het volgende verwoord: De deelnemende landen aan het Biodiversiteitsverdrag dus ook Nederland- hebben met elkaar vastgesteld dat Invasieve exoten na habitatverlies en exploitatie de grootste bedreiging voor 4

5 biodiversiteit zijn. In artikel 8h van dit verdrag is opgenomen dat landen verplicht zijn om beleid te ontwikkelen waarmee de introductie van soorten, die inheemse soorten of ecosystemen kunnen bedreigen, wordt voorkomen. Natuurbeschermingswet 1998: De Natuurbeschermingswet stelt voor activiteiten in Natura 2000 gebieden als voorwaarde dat aangetoond moet zijn dat deze activiteiten geen negatief effect hebben in relatie tot het behalen van de instandhoudingsdoelstellingen die voor het betreffende gebied zijn geformuleerd. Met name voor marine ecosystemen kan dit aanleiding zijn om activiteiten waarbij een risico op ongewenste introducties bestaat, niet toe te staan. Verordening Quarantainevoorzieningen levende tweekleppige weekdieren 2007 d.d. 21 juni 2008 (hierna: de verordening) Deze verordening en haar beide uitvoeringsbesluiten zijn vastgesteld door het Produktschap Vis ter voorkoming van de vorming van uitheemse biotoxinen verantwoordelijke dinoflagellaten of hun cysten, schelpdier- of visziekten, virussen of andere levende organismen en hun larven. Bij de voorgestelde importen dient tevens voldaan te worden aan de bovengenoemde verordening. Jurisprudentie Uitspraak Europees Hof van Justitie van 4 december 2008 Bij zijn uitspraak van 4 december 2008 (C-249/07) heeft het Europees Hof bepaald dat het Koninkrijk der Nederlanden, door invoering van een stelsel van voorafgaande vergunning voor de uitzaai in de Nederlandse kustwateren van oesters en mosselen die rechtmatig uit andere lidstaten afkomstig zijn en tot in Nederland inheemse soorten behoren, de vrijheid van verkeer van goederen niet heeft gewaarborgd. De redenen waarom Nederland deze verplichting heeft geschonden betreffen ten eerste het feit dat de vergunning op basis van de Visserijwet, die mede gebaseerd was op de Habitatrichtlijn (92/43/EEG), deze richtlijn verkeerd interpreteerde. De Habitatrichtlijn stelt eisen aan de opzettelijke introductie van niet inheemse soorten. Bij de verplaatsing van mosselen, een inheemse soort, zouden niet inheemse soorten meegenomen kunnen worden. Dit gebeurt echter niet opzettelijk. Daarnaast merkt het Hof op dat verplaatsing van schelpdieren vanuit de Nederlandse Waddenzee naar de Oosterschelde wel vergunningvrij is. Dit is discriminerend aangezien voor de verplaatsing van buitenlandse schelpdieren wel een vergunning vereist is. Ook merkt het Hof op dat al meer dan 30 jaar mosselen uit de Ierse en Keltische zee worden uitgezaaid in de Oosterschelde zonder dat dit tot negatieve gevolgen heeft geleid. Verder merkt het Hof op dat de noodzaak van het vergunningstelsel van de Visserijwet niet kan worden gerechtvaardigd op grond van het bestaan van vrijstellingen waarvan niet is aangetoond dat zij objectief en niet-discriminerend is. Reactie op deze uitspraak In deze uitspraak is niet de Nb-wet 1998 getoetst op basis waarvan deze vergunning wordt voorgeschreven. Om deze reden heeft deze uitspraak geen betrekking op onderhavige vergunning. Ten aanzien van de opzettelijke introductie van niet inheemse soorten kan hierop worden aangevuld dat dit artikel 22 van de Habitatrichtlijn betreft. Met onderhavige vergunning wordt uitvoering gegeven aan de Nb-wet 1998, wat de Nederlandse uitwerking is van artikel 6 lid 1 en lid 2 en lid 3 van de Habitatrichtlijn. Daarnaast wordt op dit moment onderzocht hoe een eventuele vergunningplicht ten aanzien van de verplaatsing van schelpdieren binnen Nederland ingericht moet worden. Deze vergunningplicht zou de discriminatie opheffen. Op de import vanuit Ierland en het Verenigd Koninkrijk die al 30 jaar plaatsvindt heeft artikel 19d lid 3 Nb-wet 1998 betrekking. Deze import zoals beschreven in onderhavige vergunning kan gezien worden als een project dat significante gevolgen kan hebben voor de instandhoudingsdoelstellingen van de Oosterschelde. Toestemming voor deze projecten kan slechts verleend worden als op grond van een 5

6 passende beoordeling de zekerheid is verkregen dat de activiteit de natuurlijke kenmerken niet aantast, zoals vermeld in artikel 6 lid 3 Habitatrichtlijn. Daarnaast is er geen recent onafhankelijk en wetenschappelijk onderzoek gedaan dat onderschrijft dat de importen van schelpdieren al 30 jaar geen schadelijke gevolgen hebben gehad voor de Oosterschelde. Uitspraak Raad van State van 31 december 2008 Bij zijn uitspraak van 31 december 2008 ( /1) heeft de Raad van State de Nb-wet vergunning omtrent importen vanuit Ierland en het Verenigd Koninkrijk vernietigd. De belangrijkste redenen hiertoe waren ten eerste dat niet alle gebieden van waaruit geïmporteerd werd waren onderzocht. Daarnaast oordeelde de Raad van State dat de voor het onderzoek gebruikte gegevens niet op systematische wijze zijn verzameld en mogelijk onvolledig zijn. Ook zegt de Raad van State dat ik in het bestreden besluit heb overwogen dat een uitgebreidere bemonstering in termen van locaties en periodes de onzekerheden in de onderzoeksresultaten zou verminderen. Tot slot oordeelt de Raad van State dat niet kan worden uitgesloten dat de mosselen in de Oosterschelde worden uitgezet alvorens de resultaten van de steekproeven ter kennis van mij zijn gebracht en ik de gelegenheid heb gehad mij te beraden op de resultaten en de nader te nemen maatregelen. Samenvattend kan worden gezegd dat alle gebieden van waaruit geïmporteerd wordt moeten worden onderzocht, dat dit onderzoek systematisch en volledig moet zijn, gedurende meerdere periodes dient plaats te vinden en de resultaten van de onderzoeken bekend dienen te zijn voor uitzaaiing in de Oosterschelde. Reactie op deze uitspraak Op dit moment zijn alle gebieden onderzocht van waaruit geïmporteerd wordt. Dit onderzoek heeft zowel in het voorjaar als in het najaar plaatsgevonden. De resultaten lieten geen invasieve exoten zien die niet tevens in de Oosterschelde voorkomen. Daarnaast vindt ieder voorjaar en ieder najaar een aparte monitoring plaats van alle gebieden van waaruit geïmporteerd wordt. Deze monitoring zal geschieden op de manier die door de Wageningen Universiteit en Researchcentrum is omschreven in bijlage 3. Dit maakt het onderzoek systematisch en volledig. Ik kan na ontvangst van de onderzoeksresultaten direct ingrijpen indien zich invasieve exoten bevinden in de herkomstgebieden. Het besluit kan aangepast, dan wel ingetrokken worden. Pas na mijn goedkeuring kan import plaatsvinden. Op deze manier wordt voldaan aan de eisen, zoals geformuleerd in bovengenoemde uitspraak. OPZET VAN DEZE VERGUNNING Aanwezige exoten Aan deze vergunning ligt het rapport Risk analysis of mussels transfer ten grondslag. In dit rapport is wetenschappelijk onderzoek gedaan naar de flora en fauna die voorkomen in de Britse en Ierse wateren. Uit dit rapport bleek dat er zich één invasieve exoot bevond in deze wateren, die niet reeds voorkwam in de Oosterschelde. Dit betrof de oesterboorder (Urosalpinx cinerea). Deze invasieve exoot kwam voor in het Thames estuarium. Voor dit gebied is deze vergunning niet aangevraagd. Daarnaast is op basis van de vorige verleende vergunning door de importeurs gemonitord op de aanwezigheid van invasieve exoten in de geïmporteerde big bags. Deze resultaten zijn bijgevoegd in de bijlages 2 en 3 van de vergunningaanvraag. Hierin wordt per gebied aangegeven welke exoten zijn aangetroffen in de steekproefsgewijze controle, die in 2008 is uitgevoerd. Er zijn drie exoten gevonden in de monsters. Dit betreffen het muiltje (Crepidula fornicata), de zeepok (Elminius modestus) en het roodwier (Heterosiphonia japonica). Deze drie soorten komen reeds voor in de Oosterschelde. Inmiddels is vastgesteld dat de gevonden zeesla de Ulva Fasciata betreft. In de monsters, die al genomen zijn, is dus geen invasieve exoot aangetroffen, die niet reeds in de Oosterschelde voorkomt. Voor de volledigheid wordt opgemerkt dat in de betreffende bijlages onderzoek gedaan is naar exoten. Deze exoten zijn niet per definitie invasief. Monitoring Op het moment van het verlenen van deze vergunning zijn alle gebieden van waaruit geïmporteerd gaat worden bemonsterd. Op basis van deze gecombineerde gegevens is er genoeg zekerheid ontstaan dat 6

7 zich geen invasieve exoten bevinden in de herkomstgebieden die niet al in de Oosterschelde voorkomen. Om te zorgen dat er geen invasieve exoten geïmporteerd worden, die zich eventueel gevestigd zouden kunnen hebben in de Britse en Ierse wateren nadat de vergunning is verleend, is er een systeem van monitoring opgezet. Dit systeem is bedacht door de Wageningen Universiteit en Researchcentrum. Ieder half jaar wordt er gemonitord. Deze monitoring vindt plaats in ieder herkomstgebied. Er worden twee monsters genomen voor mosselen en twee voor oesters. Dat wil zeggen dat er vier monsters per gebied genomen worden. Beoordelingsmoment De resultaten van deze monitoring dienen in het bezit te zijn van de Regiodirecteur Regionale Zaken Zuid van het ministerie van LNV (of diensrechtsopvolger) (hierna; de regiodirecteur) vóór 1 juli en vóór 1 november van het lopende jaar. Op het moment dat de analyse voorligt, kan het onderhavige besluit worden gewijzigd of worden ingetrokken. 1) Het besluit zal gewijzigd worden indien niet alle bovengenoemde gebieden gemonitord zijn. Importen uit gebieden, die niet bemonsterd zijn, zullen dan niet toegestaan worden. 2) Indien er of niet op oesters of niet op mosselen is bemonsterd in een bepaald gebied zal import van de niet bemonsterde schelpdiersoort niet worden toegestaan. 3) Indien blijkt dat er zich invasieve exoten bevinden in een bepaald gebied of mogelijke invasieve exoten, zal dit gebied ook buiten de vergunning vallen, tenzij is voldaan aan voorschrift 6. 4) Indien uit de monitoring blijkt dat er zich invasieve exoten of mogelijke invasieve exoten voordoen in de herkomstgebieden, die tevens voorkomen in de Oosterschelde zal import mogelijk blijven. Maatregelen Indien uit de analyse blijkt dat zich invasieve exoten voordoen in een gebied kan de aanvrager indien hij voldoet aan voorschrift 6 uit deze vergunning toch importeren. Hij moet aantonen dat de maatregelen die hij wenst te nemen afdoende zekerheid bieden dat geen invasieve exoten in de Oosterschelde worden geïntroduceerd. Deze maatregelen kunnen onder andere betreffen: 1) het droog zetten van de schelpdieren. Deze maatregel zal tot gevolg hebben zorgen dat bepaalde dier- en plantensoorten niet overleven. 2) het gedurende een korte tijd in zoet water leggen van de schelpdieren. Ook deze maatregel zal zorgen dat bepaalde dier- en plantensoorten niet overleven. 3) het spoelen van de schelpdieren direct na het vissen. Deze maatregel heeft tot doel de schelpdieren te scheiden van tarra, waaronder invasieve exoten. 4) het schoon borstelen van de schelpdieren. Deze maatregel heeft ook tot doel om de schelpdieren te scheiden van tarra, waaronder invasieve exoten. 5) het behandelen van de schelpdieren in andere spoelsystemen, zoals een ronddraaiende trommel, zoutwaterbad of cycloon. Net als de vorige twee maatregelen heeft deze maatregel tot doel om de schelpdieren te scheiden van tarra, waaronder invasieve exoten. 6) het behandelen van de schelpdieren met chemicaliën. Deze maatregel zal zorgen dat bepaalde dier en plantensoorten sterven. 7) het gebruik een venturi-systeem om de mosselen van de touwen te scheiden. Dit systeem heeft als voordeel dat een deel van de tarra, waaronder invasieve exoten, de behandeling niet overleeft, dan wel wordt gescheiden van de mosselen.. 8) het behandelen van de schelpdieren volgens overige methoden en technieken zoals onderzocht en goedgekeurd door een wetenschappelijk en onafhankelijk instituut. Per invasieve exoot verschilt het welke behandeling ertoe zal leiden dat deze door de behandeling gescheiden wordt van de schelpdieren of dat deze behandeling de invasieve exoot onschadelijk zal maken. Het ministerie van LNV zal dit besluit wijzigen of intrekken als de aangedragen informatie naar haar mening niet voldoende aantoont dat er geen invasieve exoten zullen worden uitgezaaid in de Oosterschelde. Als naar haar mening wel voldoende zekerheid is verkregen dan blijft onderhavig besluit gelden. Jaarlijkse rapportage Daarnaast zal de aanvrager ieder jaar een rapportage opstellen waarin hij de volgende gegevens vermeldt: 7

8 - per herkomstgebied dient aangegeven te worden hoeveel mosselen er gevist zijn - per herkomstgebied dient aangegeven te worden hoeveel oesters er gevist zijn - per herkomstgebied dient aangegeven te worden welke exoten (zowel invasief als niet-invasief) daar zijn aangetroffen. Dit betreft een totaalbeeld, waarbij de monitoringsgegevens cumulatief worden gerapporteerd. De rapportage dient vóór 15 december van het lopende jaar in het bezit te zijn van de regiodirecteur, t.a.v. het Nb-wetteam. Op deze manier is er directe controle op de vestiging van invasieve exoten in de Ierse en Britse wateren, gedurende de periode waarvoor de vergunning is verleend. De vergunning kan ingetrokken of gewijzigd worden. PASSENDE BEOORDELING Beheerplan In casu kan vastgesteld worden dat ten aanzien van de voorgenomen activiteit, op het moment van besluitvorming, geen beletsel voortvloeit uit enig beheerplan o.b.v. de Nb-wet Geen beheer, project De voorgenomen activiteit vormt een project dat geen direct verband heeft met of nodig is voor het beheer van het betrokken beschermde gebied. Mogelijk significante gevolgen Uit artikel 19f, lid 1, van de Nb-wet 1998 volgt dat voor projecten die niet direct verband houden met of nodig zijn voor het beheer van een Natura 2000-gebied, maar die afzonderlijk of in combinatie met andere projecten of plannen significante gevolgen kunnen hebben voor het desbetreffende gebied, de initiatiefnemer een passende beoordeling opstelt. Artikel 19g, lid 1, van de Nb-wet 1998 stelt dat een vergunning slechts verleend kan worden indien het bevoegd gezag zich ervan verzekerd heeft dat de natuurlijke kenmerken van het desbetreffende gebied niet aangetast zullen worden. Het Europese Hof van Justitie heeft in haar uitspraak van 7 september 2004 aangegeven dat een passende beoordeling slechts dan achterwege kan worden gelaten indien op grond van objectieve gegevens kan worden uitgesloten dat de activiteit afzonderlijk of in combinatie met andere plannen of projecten significante gevolgen kan hebben voor het betrokken gebied. In casu kunnen dergelijke gevolgen, naar mijn mening, niet bij voorbaat uitgesloten worden. Derhalve concludeer ik dat een passende beoordeling conform artikel 19f van de Nb-wet 1998 vereist is. Een passende beoordeling houdt in dat op basis van de beste wetenschappelijke kennis ter zaken, alle aspecten van een plan of project die op zichzelf of in combinatie met andere plannen of projecten de instandhoudingsdoelstellingen in gevaar kunnen brengen geïnventariseerd moeten worden. De importeurs hebben bij de aanvraag voor deze vergunning een passende beoordeling gevoegd welke is opgesteld door Maad Advies. Deze passende beoordeling steunt inhoudelijk voor een belangrijk deel op het rapport Risk analysis of mussels transfer (Wijsman J.W.M. e.a. (juni 2006), rapportnr. C044/06, Wageningen IMARES,). Selectie van relevante beschermde natuurwaarden ECOLOGIE Voor een uitgebreid overzicht van de kwalificerende habitattypen en habitatsoorten en wezenlijke kenmerken en waarden van zowel het natuurmonument als het Natura 2000-gebied Oosterschelde verwijs ik naar de hieromtrent weergegeven informatie op De importeurs stellen dat van het uitzaaien van mosselzaad op kweekpercelen geen negatieve effecten te verwachten zijn op de relevante beschermde vogelsoorten; er treden eerder positieve effecten op, 8

9 omdat het voedselaanbod toeneemt. Evenmin worden er negatieve gevolgen voor de habitattypen 1160, 1310, 1320, 1330, 7140 en de habitatsoort noordse woelmuis voorzien. De bodemflora en -fauna is echter wel direct gerelateerd aan de bescherming van habitattype Introductie van (invasieve) nietinheemse exoten kan effecten hebben op de reeds aanwezige bodemflora en -fauna. Ook zouden er negatieve effecten kunnen optreden op de habitatsoort gewone zeehond. Om die reden is voorschrift 11 opgenomen in de vergunning, waarin staat dat verstoring van de in de Oosterschelde aanwezige beschermde natuurwaarden tijdens het uitzaaien van het geïmporteerde schelpdieren tot een minimum dienen te worden beperkt: groepen vogels mogen niet dichter dan tot een afstand van 500 m. benaderd worden en zeehonden niet dichter dan tot een afstand van 1500 m Endemische soorten Bij de introductie van nieuwe soorten in de Oosterschelde dient er een onderscheid gemaakt te worden tussen soorten die endemisch zijn voor de Noordoost Atlantische kustregio en exoten. De eerste groep komt van oorsprong voor ergens binnen de biogeografische zone Noordoost Atlantisch continentaal plat. Deze regio strekt zich ruwweg uit van de Noordelijke kust van Spanje tot en met Noorwegen en behelst ook de wateren rond Ierland, het Verenigd Koninkrijk en de Baltische Zee. Omdat er geen duidelijke fysieke barrière bestaat in deze regio kunnen deze endemische soorten zich vrij bewegen binnen dit gebied. Het kan dan ook worden aangenomen dat deze soorten in het verleden wel eens in de Oosterschelde terecht zouden kunnen zijn gekomen. Opgemerkt moet worden dat het als gevolg van veranderende omgevingscondities mogelijk is dat soorten die zich voorheen niet hebben weten te vestigen nu wèl in staat zijn zich te vestigen. Veelal leidt de introductie van deze soorten niet tot grote impact omdat ze vaak aan de grens van hun tolerantie zitten en pathogenen en parasieten vaak mee worden getransporteerd. Exoten De risico s van de introductie van exoten zijn doorgaans groter dan van endemische soorten. Exoten zijn soorten die van oorsprong niet voorkomen in de Noordoost Atlantische kustregio. Door de aanwezigheid van fysieke barrières zoals oceanen en continenten zijn zij niet in staat geweest de regio op natuurlijke wijze te bereiken. Door menselijk handelen (scheepvaart, schelpdiertransport) zijn ze echter uiteindelijk wèl in de Noordoost Atlantische kustregio terecht gekomen en hebben zich aldaar weten te vestigen (primaire introductie). Door natuurlijk transport (waterbeweging, zwemmen) of menselijk handelen (zie hierboven) kunnen ze vanuit de primaire vestigingsplaats in de Noordoost Atlantische kustregio (bv. Ierland of het Verenigd Koninkrijk) in de Oosterschelde worden geïntroduceerd (secundaire introductie). De meeste exotische soorten zijn niet ecologisch schadelijk. De meeste nieuwe soorten voegen zich zonder merkbare problemen in het ecosysteem in; het probleem zit hem in de onvoorspelbare schadelijke soorten die binnen kunnen komen, zoals de oesterboorder (Urosalpinx cinerea) en de Japanse oester (Crassostrea gigas). Het is mogelijk om een analyse uit te voeren om de risico s van de introductie van specifieke soorten in beeld te brengen. Voor de Oosterschelde hebben in dat kader recentelijk (in 2008 en 2006) twee van dergelijke analyses voor de risico s van schelpdiertransporten plaatsgevonden. De resultaten zijn opgenomen in de rapporten Risk analysis of mussels transfer en Risk analysis on the import of mussels from the Limfjord and the Isefjord (Denmark) to the Oosterschelde. In de passende beoordeling bij de aanvraag wordt in belangrijke mate gebruik gemaakt van de onderzoeksresultaten van het rapport Risk analysis of mussels transfer. Daarnaast is er aanvullend onderzoek gedaan naar het voorkomen van invasieve exoten in de ladingen mosselen, die aangeleverd zijn in Yerseke. Dit onderzoek heeft plaats gevonden ten aanzien van alle gebieden van waaruit geïmporteerd wordt en waarop de aanvraag betrekking heeft. Het gebied dat binnen beide onderzoeken als referentie gebruikt is, is het noordoostelijke deel van de Atlantische Oceaan. Binnen dit gebied, dat zowel de Oosterschelde als de Ierse en Britse kustwateren omvat, worden soorten geacht zich (op de lange termijn) vrij te kunnen verplaatsen. 9

10 Op grond van bovengenoemde overwegingen ben ik ervan overtuigd dat de zeer strikte voorschriften in deze vergunning ervoor zullen zorgen dat er geen invasieve exoten zullen worden uitgezaaid in de Oosterschelde. CONCLUSIE Vanuit de bij de aanvraag gevoegde passende beoordeling en de IMARES rapporten waarop deze beoordeling is gebaseerd alsmede op basis van de voorschriften die aan de vergunning worden verbonden, heb ik de zekerheid verkregen dat de aangevraagde activiteit, gelet op de relevante instandhoudingsdoelstellingen, de natuurlijke kenmerken van het betrokken gebied niet zal aantasten. BESPREKING VAN INSPRAAK Naar aanleiding van deze aanvraag zijn, op grond van artikel 44, lid 3, van de Nb-wet 1998, de provincie Zeeland en de gemeenten Goes, Kapelle, Noord-Beveland, Reimerswaal, Schouwen-Duiveland en Tholen in de gelegenheid gesteld over deze aanvraag hun zienswijze kenbaar te maken. Ingevolge artikel 4:8 van de Algemene wet bestuursrecht zijn Rijkswaterstaat Zeeland, Nationaal Park Oosterschelde, de Zeeuwse Milieufederatie, de Faunabescherming, het Productschap Vis en Vogelbescherming Nederland in de gelegenheid gesteld tot het indienen van een zienswijze betreffende de onderhavige aanvraag. Hierna volgt een weergave van de ontvangen zienswijzen. Daar waar opmerkingen en suggesties niet reeds hiervoor (impliciet) aan de orde zijn geweest dan wel binnen mijn inhoudelijke overwegingen reeds aan deze inspraak volledig tegemoet is gekomen, volgt een reactie van mijn zijde (cursief weergegeven). Gemeente Schouwen-Duiveland De gemeente geeft aan geen bezwaar te hebben tegen de afgifte van de vergunning voor het mogen uitzaaien van mosselen en oesters in de Oosterschelde die afkomstig zijn uit de Keltische zee. Volgens de gemeente is het een handelwijze die al vele jaren wordt toegepast en heeft geen directe gevolgen voor de te beschermen natuurwaarden. De Faunabescherming De Faunabescherming brengt meerdere punten naar voren. 1) De Faunabescherming is van mening dat de reeds uitgevoerde steekproeven momentopnames zijn, die niet inhouden dat er in de schelpdierladingen geen ongewenste organismen zijn meegelift. In voorschrift 5 wordt de monitoring voorgeschreven; naast de gedane steekproeven dient ieder half jaar ieder gebied bemonsterd te worden. Informatie aan mij verstrekt door IMARES geeft het volgende aan: Dergelijke type van monitoring geeft altijd een beeld van de dominante soorten die er voorkomen. Hoe meer monsters (ruimtelijk en temporeel gevarieerd), hoe beter het beeld van de aanwezige soorten. Echter het aantal soorten dat je aantreft neemt niet lineair toe met het aantal monsters dat je neemt, maar de kosten wel. Deze monitoring zal ervoor zorg dragen dat er specifiek per gebied bekend is of er invasieve exoten voorkomen en welke dat zijn. Door het uitzaaien van schelpdieren die geïmporteerd zijn uit gebieden waar invasieve exoten zijn aangetroffen niet toe te staan zullen er geen ongewenste organismen in de schelpdierladingen meeliften. 2) De Faunabescherming stelt dat het gevolg van een eventuele import van invasieve exoten groot kan zijn en kan leiden tot een significant negatief effect. Volgens de Faunabescherming is het een gelukkig toeval dat er geen fatale rampen hebben plaats gevonden de afgelopen jaren. Ik onderschrijf dat de gevolgen van import van een invasieve exoot groot kunnen zijn. Om die reden zijn ook zeer strikte voorschriften opgenomen in deze vergunning. 10

11 3) De Faunabescherming stelt vervolgens dat de Beleidsnota invasieve soorten gericht is op de preventie van het introduceren van invasieve exoten. In dat licht begrijpt zij niet dat de minister de aanvragen voor het importeren van schelpdieren honoreert. Ook stelt zij dat de ICES Code of Practice on the Introductions and transfers of Marine Organisms 2003 het uitzetten van dieren bedoeld voor consumptie in de vrije natuur verbiedt. In de onderhavige vergunningverlening is nadrukkelijk uitgegaan van de eventuele ecologische risico s die de specifiek te importeren ladingen met zich mee kunnen brengen. Het gaat derhalve om risico s op het concrete uitvoeringsniveau. Ik heb de Beleidsnota Invasieve soorten meegenomen in mijn afweging met betrekking tot de onderhavige aanvraag. Ik wijs op het feit dat deze nota zich nadrukkelijk richt op invasieve exoten. Als er geen kans is op insleep van invasieve exoten (zoals in casu), staat deze nota vergunningverlening voor schelpdierimporten niet in de weg. Voor de ICES Code of Practice on the Introductions and transfers of Marine Organisms 2003 geldt: hierin wordt beschreven dat lid-staten erop toezien dat alle nodige maatregelen worden genomen om negatieve gevolgen te vermijden voor de biodiversiteit (art 4). Deze vergunning biedt afldoende zekerheid dat geen schade aan de biodiversiteit zal worden toegebracht door de zeer strenge voorschriften die verbonden zijn aan de vergunning. Een vergunning ingevolge de Nb-wet 1998 wordt in beginsel alleen verleend indien is vastgesteld dat de aangevraagde activiteit de natuurlijke kenmerken van het betrokken Natura 2000-gebied niet zal aantasten. Ik ben van mening dat de onderhavige vergunningverlening (met in acht neming van de specifiek hieraan verbonden voorschriften) zich met dat uitgangspunt, en met alle relevante internationale en nationale wetgeving, verdraagt. 4) De Faunabescherming stelt dat er in het rapport van IMARES enkele stellingen zijn geponeerd of conclusies zijn getrokken die niet door haar worden gedeeld. Ik acht het rapport van IMARES de best wetenschappelijke en onafhankelijke kennis die beschikbaar is. De Faunabescherming heeft niet gespecificeerd en/ of wetenschappelijk onderbouwd op basis waarvan zij de meningen uit het rapport niet deelt. 5) De Faunabescherming stelt voorts dat in het in het IMARES rapport geen aandacht is besteed aan oesters. Die mening deel ik. Om die reden is in de voorschriften opgenomen dat de monitoring zowel op de mosselbedden als op de oesterbedden plaatsvindt. Beide importen vallen onder de voorschriften van deze vergunning. Voor wat betreft oesters betreft het hier specifiek de Ostrea edulis. 6) De Faunabescherming stelt voorts dat de geïmporteerde oesters en mosselen de aanwezige schelpdieren beconcurreren en mogelijk zelfs wegconcurreren. Zoals ook gesteld door de Raad van State in haar uitspraak van 31 december 2008 ben ik van mening dat de Faunabescherming niet aannemelijk maakt dat het uitzaaien van schelpdieren zal leiden tot voedselconcurrentie. 7) Ten slotte is de Faunabescherming van mening dat de passende beoordeling niet voldoet aan de eisen zoals gesteld in artikel 6 van de Habitatrichtlijn om de hierboven genoemde redenen. Zoals te lezen in mijn bovenstaande reacties deel ik die mening niet. De Provincie Zeeland De provincie geeft aan dat zij het grote belang van de schelpdiersector in Zeeland onderkent. De provincie geeft ook aan een specifiek verantwoordelijkheid te voelen voor het Natura-2000 netwerk, waaraan de provincie een zeer belangrijke en specifieke bijdrage levert. 11

12 De provincie geeft aan dat zij nadere voorwaarden in de sfeer van monitoring en controle van het voorkomen van niet-inheemse organismen in de herkomstgebieden en de getransporteerde partijen nodig zijn om de kans op een fatale introductie naar een aanvaardbaar laag niveau te brengen. Ik ben het eens met uw zienswijze en heb een intensieve monitoring voorgeschreven in deze vergunning voordat de schelpdieren worden geïmporteerd. Verder geeft de provincie aan dat de voorliggende aanvraag ten opzichte van dezelfde aanvragen in voorgaande jaren geen nieuwe punten naar voren brengt. Zij adviseert de vergunning te verlenen met als voorschrift een verbeterde monitoring. Ik onderschrijf deze zienswijze en heb intensieve monitoring voorgeschreven in deze vergunning. Nationaal Park Oosterschelde Het Nationaal Park Oosterschelde geeft aan dat zij het belang van de schelpdiersector in Zeeland onderkent. Ze wil de sector daar waar mogelijk ruimte bieden om deze activiteit economisch verantwoord uit te blijven voeren. Naar het inzicht van het Nationaal Park Oosterschelde kan de activiteit in potentie significant negatieve effecten hebben. Deze effecten zijn dan met name gekoppeld aan de eventuele introductie van een schadelijk invasief organisme. Het doet volgens het Nationaal Park Oosterschelde daarbij niet ter zake of het organisme opzettelijk of onbedoeld is geïntroduceerd. Nadere controle en monitoring op het voorkomen van niet-inheemse organismen in de herkomstgebieden en de getransporteerde partijen zijn nodig om de kans op een fatale introductie naar een aanvaardbaar laag niveau te brengen. Ik deel deze mening. De nadere controle en monitoring zijn voorgeschreven in deze vergunning. Het Nationaal Park Oosterschelde adviseert de vergunning te verlenen. Zij adviseert om de extra monitoring zoals opgenomen in de passende beoordeling in de voorschriften van de vergunning wordt opgenomen. Zij geven hierbij aandachtspunten aan. Deze aandachtspunten betreffen het tijdstip van de monitoring, de methode waarop bemonsterd wordt, welke partij het monster neemt en welke partij het monster analyseert. Ik onderschrijf dit advies. De monitoring, zoals weergegeven in bijlage 3 en zoals opgesteld door IMARES instituut van de Wageningen Universiteit en Research centrum voldoet aan deze eisen. Daarbij merk ik op dat het nemen van de monsters wordt uitgevoerd door lokale counterpart van de voedsel en warenautoriteit in Ierland. De overige belanghebbenden/overheden hebben niet gereageerd of niet binnen de gestelde termijn gereageerd. Conclusie Uit de overwegingen, zoals opgenomen in de, als integraal onderdeel van dit besluit te beschouwen, passende beoordeling, concludeer ik dat geen sprake is van een aantasting van de natuurlijke kenmerken van de Oosterschelde. Deze conclusie geldt nadrukkelijk onder de door mij specifiek hiertoe geformuleerde vergunningvoorschriften. Om die reden ben ik van mening dat de gevraagde vergunning kan worden verleend. 12

DRZZ/

DRZZ/ Directie Regionale Zaken uw brief van uw kenmerk ons kenmerk datum 13-02-2009 DRZZ/2009-2069 22-06-2009 onderwerp doorkiesnummer bijlagen Vergunning Nb-wet uitzaaien uit IRL en VK geïmporteerde scheldpdieren

Nadere informatie

Datum 1 september 2009 Betreft Besluit Nb-wet 1998; Importeren mosselen uit Denemarken; verzaaien in Oosterschelde

Datum 1 september 2009 Betreft Besluit Nb-wet 1998; Importeren mosselen uit Denemarken; verzaaien in Oosterschelde > Retouradres Postbus 6111 5600 HC Eindhoven Keizersgracht 5 5611 HB Eindhoven Postbus 6111 5600 HC Eindhoven www.minlnv.nl Bijlagen 3 Betreft Besluit Nb-wet 1998; Importeren mosselen uit Denemarken; verzaaien

Nadere informatie

uw brief van uw kenmerk ons kenmerk datum /IMA 0511 DRZZ /MT onderwerp doorkiesnummer bijlagen

uw brief van uw kenmerk ons kenmerk datum /IMA 0511 DRZZ /MT onderwerp doorkiesnummer bijlagen Directie Regionale Zaken Wageningen-IMARES afd. WOT t.a.v. Postbus 77 4400 AB Yerseke uw brief van uw kenmerk ons kenmerk datum 06-11-2006 06/IMA 0511 DRZZ 07-567/MT 14-02-2007 onderwerp doorkiesnummer

Nadere informatie

Bijlage 1 bij besluit DRZZ/ , d.d

Bijlage 1 bij besluit DRZZ/ , d.d Bijlage 1 bij besluit DRZZ/2009-1109, d.d. 19-03-2009 VERPLAATSING VAN OESTERPERCELEN EN DE AANLEG VAN ZEVEN NIEUWE OESTERPERCELEN IN DE GREVELINGEN INHOUDELIJKE OVERWEGINGEN De aanvraag De aanvrager verzoekt

Nadere informatie

Procedureel. Conform artikel 41, lid 1, van de Nb-wet 1998 heeft u binnen uw aanvraag uw belang bij het verlenen van de vergunning gemotiveerd.

Procedureel. Conform artikel 41, lid 1, van de Nb-wet 1998 heeft u binnen uw aanvraag uw belang bij het verlenen van de vergunning gemotiveerd. > Retouradres Postbus 6111 5600 HC Eindhoven Directie Agroketens en Visserij t.a.v.ir. ing. A.J. Vermuë Postbus 20401 2500 EK DEN HAAG Keizersgracht 5 5611 HB Eindhoven Postbus 6111 5600 HC Eindhoven www.minlnv.nl

Nadere informatie

Datum 18 april 2011 Betreft Vergunning Natuurbeschermingswet 1998; uitzaaien Deense mosselen Oosterschelde

Datum 18 april 2011 Betreft Vergunning Natuurbeschermingswet 1998; uitzaaien Deense mosselen Oosterschelde > Retouradres Postbus 6111 5600 HC EINDHOVEN Vereniging van importeurs van schelpdieren J.D. Holstein Coxstraat 41 4421 DC KAPELLE Keizersgracht 5 5611 HB EINDHOVEN Postbus 6111 5600 HC EINDHOVEN www.rijksoverheid.nl/eleni

Nadere informatie

Inhoudelijke overwegingen Uitzaaien mosselen uit het gebied Exe in de Oosterschelde

Inhoudelijke overwegingen Uitzaaien mosselen uit het gebied Exe in de Oosterschelde Inhoudelijke overwegingen Uitzaaien mosselen uit het gebied Exe in de Oosterschelde (RRE) Directoraat-Generaal Natuur & Regio Prins Clauslaan 8 2595 AJ Den Haag Postbus 20401 2500 EK Den Haag www.rijksoverheid.nl/eleni

Nadere informatie

Bijlage 1 bij besluit DRZN/09/1274/SD/SM d.d

Bijlage 1 bij besluit DRZN/09/1274/SD/SM d.d Bijlage 1 bij besluit DRZN/09/1274/SD/SM d.d. 06-05-2009 PROEF MET HET UITZAAIEN VAN MOSSELZAAD AFKOMSTIG VAN HANGCULTURES UIT ZUID-NOORWEGEN EN/OF WEST- ZWEDEN IN DE WADDENZEE INHOUDELIJKE OVERWEGINGEN

Nadere informatie

Procedureel Uw aanvraag is op 18 december 2009 door mij ontvangen. Bij brief van 18 december 2009 heb ik de ontvangst van uw aanvraag bevestigd.

Procedureel Uw aanvraag is op 18 december 2009 door mij ontvangen. Bij brief van 18 december 2009 heb ik de ontvangst van uw aanvraag bevestigd. > Retouradres Postbus 6111 5600 HC Eindhoven Producentenorganisatie van de Nederlandse Mosselcultuur Postbus 116 4400 AC YERSEKE Keizersgracht 5 5611 HB Eindhoven Postbus 6111 5600 HC Eindhoven www.minlnv.nl

Nadere informatie

Voorschriften en beperkingen

Voorschriften en beperkingen > Retouradres Postbus 20401 2500 EK Den Haag Vereniging van Importeurs van Schelpdieren Directoraat-generaal Agro en Directie en Biodiversiteit Datum Betreft Wnb; vergunning; verwateren importmosselen

Nadere informatie

Datum 26 november 2009 Betreft Verlenging Nb-wetvergunning ensisvisserij

Datum 26 november 2009 Betreft Verlenging Nb-wetvergunning ensisvisserij > Retouradres Postbus 6111 5600 HC Eindhoven Keizersgracht 5 5611 HB Eindhoven Postbus 6111 5600 HC Eindhoven www.minlnv.nl Betreft Verlenging Nb-wetvergunning ensisvisserij Geachte heer, Bij brief van

Nadere informatie

Datum 26 november 2009 Betreft Verlenging Nb-wetvergunning ensisvisserij. Geachte heer,

Datum 26 november 2009 Betreft Verlenging Nb-wetvergunning ensisvisserij. Geachte heer, > Retouradres Postbus 6111 5600 HC Eindhoven Keizersgracht 5 5611 HB Eindhoven Postbus 6111 5600 HC Eindhoven www.minlnv.nl Betreft Verlenging Nb-wetvergunning ensisvisserij Geachte heer, Bij brief van

Nadere informatie

Bijlage 1 bij besluit DRZ/06/4101 d.d. 6 oktober 2006

Bijlage 1 bij besluit DRZ/06/4101 d.d. 6 oktober 2006 Bijlage 1 bij besluit DRZ/06/4101 d.d. 6 oktober 2006 HET UITZAAIEN IN DE OOSTERSCHELDE VAN MOSSELEN (MYTILUS SPP) EN PLATTE OESTERS (OSTREA EDULIS) AFKOMSTIG UIT DE IERSE EN KELTISCHE ZEE. INHOUDELIJKE

Nadere informatie

Producentenorganisatie Kokkelvisserij t.a.v. Geachte,

Producentenorganisatie Kokkelvisserij t.a.v. Geachte, Directie Regionale Zaken Producentenorganisatie Kokkelvisserij t.a.v. uw brief van uw kenmerk ons kenmerk datum 3-5-2006 DRZZ 06-4525/MT/GV 2-11-2006 onderwerp doorkiesnummer bijlagen Nb-wet 1998, vergunning,

Nadere informatie

Uw aanvraag is op 12 mei 2010 door mij ontvangen. Bij brief van 2 juni 2010 (kenmerk: DRZZ/ ) heb ik de ontvangst van uw aanvraag bevestigd.

Uw aanvraag is op 12 mei 2010 door mij ontvangen. Bij brief van 2 juni 2010 (kenmerk: DRZZ/ ) heb ik de ontvangst van uw aanvraag bevestigd. > Retouradres Postbus 19143 3501 DC Utrecht Rijkswaterstaat T.a.v. de heer ing. J.C. de Kok Postbus 5807 2280 HV RIJSWIJK Herman Gorterstraat 55 3511 EW Utrecht Postbus 19143 3501 DC Utrecht www.minlnv.nl

Nadere informatie

uw brief van uw kenmerk ons kenmerk datum 28 april DRZ/07/3012/FB/HG onderwerp doorkiesnummer bijlagen

uw brief van uw kenmerk ons kenmerk datum 28 april DRZ/07/3012/FB/HG onderwerp doorkiesnummer bijlagen Directie Regionale Zaken Zeehondencrèche Lenie t Hart t.a.v. Hoofdstraat 94a 9968 AG Pieterburen uw brief van uw kenmerk ons kenmerk datum 28 april 2007 - DRZ/07/3012/FB/HG 01-08-2007 onderwerp doorkiesnummer

Nadere informatie

Conform artikel 41, lid 1, van de Nb-wet 1998 heeft u uw belang bij het verlenen van de vergunning gemotiveerd.

Conform artikel 41, lid 1, van de Nb-wet 1998 heeft u uw belang bij het verlenen van de vergunning gemotiveerd. Ministerie van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie > Retouradres Postbus 20401 2500 EK Den Haag Vereniging van importeurs van schelpdieren ID. Holstein Coxstraat 41 4421 DC Direct'. Regio en Ruimtelijke

Nadere informatie

Nederlandse Vissersbond T.a.v. de heer J.K. Nooitgedagt Postbus AB EMMELOORD

Nederlandse Vissersbond T.a.v. de heer J.K. Nooitgedagt Postbus AB EMMELOORD > Retouradres Postbus 6111 5600 HC EINDHOVEN Nederlandse Vissersbond T.a.v. de heer J.K. Nooitgedagt Postbus 64 8300 AB EMMELOORD Keizersgracht 5 5611 HB EINDHOVEN Postbus 6111 5600 HC EINDHOVEN www.rijksoverheid.nl/eleni

Nadere informatie

uw brief van uw kenmerk ons kenmerk datum DRZZ /GV onderwerp doorkiesnummer bijlagen

uw brief van uw kenmerk ons kenmerk datum DRZZ /GV onderwerp doorkiesnummer bijlagen Directie Regionale Zaken W.D. van den Berg BV uw brief van uw kenmerk ons kenmerk datum 8-3-2006 - DRZZ 06-2416/GV 22-8-2006 onderwerp doorkiesnummer bijlagen Natuurbeschermingswet 1998; 2 vergunning Oosterschelde;

Nadere informatie

Datum 12 februari 2019 Betreft Vergunning Wet natuurbescherming mosselimporten uit "River Dee", Verenigd Koninkrijk

Datum 12 februari 2019 Betreft Vergunning Wet natuurbescherming mosselimporten uit River Dee, Verenigd Koninkrijk > Retouradres Postbus 20401 2500 EK Den Haag Navis Advies B.V. Bezoekadres Bezuidenhoutseweg 73 2594 AC Den Haag Postadres Postbus 20401 2500 EK Den Haag Overheidsidentificatienr 00000001003214369000 T

Nadere informatie

website - 47-RO-2009015319-ab.doc Pagina 1

website - 47-RO-2009015319-ab.doc Pagina 1 website - 47-RO-2009015319-ab.doc Pagina 1 Ons kenmerk RO/2009015319 Behandeld door de heer B. Klijs (0592) 36 56 64 Onderwerp: Vergunning artikel 19d van de Natuurbeschermingswet (Nb-wet) 1998 BESLUIT

Nadere informatie

Conform artikel 41, lid 1, van de Nb-wet 1998 heeft u binnen uw aanvraag uw belang bij het verlenen van de vergunning gemotiveerd.

Conform artikel 41, lid 1, van de Nb-wet 1998 heeft u binnen uw aanvraag uw belang bij het verlenen van de vergunning gemotiveerd. > Retouradres Postbus 6111 5600 HC Eindhoven Oosterschelde Tidal Power 1 B.V. T.a.v. de heer H. van Breugel De Weel 20 1736 KB ZIJDEWIND Keizersgracht 5 5611 GB Eindhoven Postbus 6111 5600 HC Eindhoven

Nadere informatie

Bijlage 1 bij besluit DRZ/ d.d. 20 december 2007

Bijlage 1 bij besluit DRZ/ d.d. 20 december 2007 Bijlage 1 bij besluit DRZ/2007-4657 d.d. 20 december 2007 HET UITZAAIEN IN DE OOSTERSCHELDE VAN MOSSELEN (MYTILUS SPP) EN PLATTE OESTERS (OSTREA EDULIS) AFKOMSTIG UIT IERLAND EN HET VERENIGD KONINKRIJK

Nadere informatie

Rijkswaterstaat Maaswerken t.a.v. Postbus 1593 6201 NB Maastricht. Geachte,

Rijkswaterstaat Maaswerken t.a.v. Postbus 1593 6201 NB Maastricht. Geachte, Directie Regionale Zaken Rijkswaterstaat Maaswerken t.a.v. Postbus 1593 6201 NB Maastricht uw brief van uw kenmerk ons kenmerk datum 06-04-2006 DMW 2006/2196 DRZZ 06-2626/GV 20-07-2006 onderwerp doorkiesnummer

Nadere informatie

1 ONDERWERP AANVRAAG PROCEDURE WETTELIJK KADER... 2

1 ONDERWERP AANVRAAG PROCEDURE WETTELIJK KADER... 2 Directie en Biodiversiteit Bijlage nummer 1 Horend bij kenmerk DGAN-NB/18096623 Inhoud 1 ONDERWERP AANVRAAG... 2 2 PROCEDURE... 2 3 WETTELIJK KADER... 2 3.1 Relevante artikelen Wet natuurbescherming...

Nadere informatie

Vergunning Nb-wet 1998; Project Stroomlijn; Cortenoever

Vergunning Nb-wet 1998; Project Stroomlijn; Cortenoever Inhoudelijke overwegingen Vergunning Nb-wet 1998; Project Stroomlijn; Cortenoever Directoraat-generaal Natuur Behandeld door A. de Noord T 050 750 8333 F 050 750 8399 a.denoord@mineleni.nl Bijlage nummer

Nadere informatie

Vereniging van importeurs van schelpdieren T.a.v. uw brief van uw kenmerk ons kenmerk datum 05-06-2008 DRZ/09/1274/SD/SM 06-05-2009

Vereniging van importeurs van schelpdieren T.a.v. uw brief van uw kenmerk ons kenmerk datum 05-06-2008 DRZ/09/1274/SD/SM 06-05-2009 Directie Regionale Zaken Vereniging van importeurs van schelpdieren T.a.v. uw brief van uw kenmerk ons kenmerk datum 05-06-2008 DRZ/09/1274/SD/SM 06-05-2009 onderwerp doorkiesnummer bijlagen Nb-wet 1998;

Nadere informatie

Procedureel. Rijkswaterstaat Projecten T.a.v. ir. A.W. Velema Programma Ruimte voor de Rivier Postbus ED ARNHEM

Procedureel. Rijkswaterstaat Projecten T.a.v. ir. A.W. Velema Programma Ruimte voor de Rivier Postbus ED ARNHEM > Retouradres Postbus 554 7400 AN Deventer Rijkswaterstaat Projecten T.a.v. ir. A.W. Velema Programma Ruimte voor de Rivier Postbus 9070 6800 ED ARNHEM Verzetslaan 30 Deventer Postbus 554 7400 AN Deventer

Nadere informatie

Conform artikel 41, lid 1, van de Nb-wet 1998 heeft u binnen uw aanvraag uw belang bij het verlenen van de vergunning gemotiveerd.

Conform artikel 41, lid 1, van de Nb-wet 1998 heeft u binnen uw aanvraag uw belang bij het verlenen van de vergunning gemotiveerd. > Retouradres Postbus 19143 3500 DC Utrecht NUON Warmte t.a.v. de heer C.M. Sinke Locatiecode 1NK3230 Postbus 41920 1009 DC Amsterdam Herman Gorterstraat 55 3511 EW Utrecht Postbus 19143 3500 DC Utrecht

Nadere informatie

Op 14 oktober 2010 ontving ik uw aanvraag. Bij brief van 20 oktober 2010 heb ik de ontvangst van uw aanvraag bevestigd.

Op 14 oktober 2010 ontving ik uw aanvraag. Bij brief van 20 oktober 2010 heb ik de ontvangst van uw aanvraag bevestigd. > Retouradres Postbus 554 7400 AN DEVENTER Rijkswaterstaat Oost Nederland t.a.v. de heer drs. J.M.H. Wille Postbus 9070 6800 ED ARNHEM Verzetslaan 30 7411 HX DEVENTER Postbus 554 7400 AN DEVENTER www.minlnv.nl

Nadere informatie

Producentenorganisatie van de Nederlandse Mosselcultuur t.a.v. Postbus AC YERSEKE. uw brief van uw kenmerk ons kenmerk datum

Producentenorganisatie van de Nederlandse Mosselcultuur t.a.v. Postbus AC YERSEKE. uw brief van uw kenmerk ons kenmerk datum Directie Regionale Zaken Noord Producentenorganisatie van de Nederlandse Mosselcultuur t.a.v. Postbus 116 4400 AC YERSEKE uw brief van uw kenmerk ons kenmerk datum 15-12-2008 HVG DRZ/09/1084/JS/SM 16-03-2009

Nadere informatie

Conform artikel 41, lid 1, van de Nb-wet 1998 heeft u binnen uw aanvraag uw belang bij het verlenen van de vergunning gemotiveerd.

Conform artikel 41, lid 1, van de Nb-wet 1998 heeft u binnen uw aanvraag uw belang bij het verlenen van de vergunning gemotiveerd. > Retouradres Postbus 30032 9700 RM Groningen West 6 B.V. T.a.v. K. Groot Postbus 6 1780 AA Den Helder Cascadeplein 6 Groningen Postbus 30032 9700 RM Groningen www.minlnv.nl Bijlagen 3 Betreft Vergunning

Nadere informatie

Voorschriften en beperkingen

Voorschriften en beperkingen > Retouradres Postbus 20401 2500 EK Den Haag Jan Vette B.V. Korringaweg 47 4401 NT Yerseke Directie en Biodiversiteit Bezoekadres Bezuidenhoutseweg 73 2594 AC Den Haag Postadres Postbus 20401 2500 EK Den

Nadere informatie

ECLI:NL:RVS:2006:AZ4794

ECLI:NL:RVS:2006:AZ4794 ECLI:NL:RVS:2006:AZ4794 Instantie Raad van State Datum uitspraak 14-12-2006 Datum publicatie 20-12-2006 Zaaknummer 200607725/1 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Bestuursrecht Voorlopige

Nadere informatie

Wij verzoeken u deze brief, alsmede de twee bijlagen aan de leden van Provinciale Staten door te geleiden.

Wij verzoeken u deze brief, alsmede de twee bijlagen aan de leden van Provinciale Staten door te geleiden. bericht op brief van: uw kenmerk: Aan de voorzitter van Provinciale Staten van Zeeland t.a.v. de statengriffie ons kenmerk: 08007603/38 afdeling: Economie bijlage(n): 2 behandeld door: Broodman, J. doorkiesnummer:

Nadere informatie

Analyse van jurisprudentie inzake de Vogel- en Habitatrichtlijn

Analyse van jurisprudentie inzake de Vogel- en Habitatrichtlijn Analyse van jurisprudentie inzake de Vogel- en Habitatrichtlijn 1. Aanleiding De aanleiding van deze nota is het besluit van de Ministerraad van 28 januari 2005 om de jurisprudentie van de Afdeling bestuursrechtspraak

Nadere informatie

Op 4 augustus 2010 ontving ik uw aanvraag. Bij brief van 9 augustus 2010, (kenmerk: DRZZ/ ) heb ik de ontvangst van uw aanvraag bevestigd.

Op 4 augustus 2010 ontving ik uw aanvraag. Bij brief van 9 augustus 2010, (kenmerk: DRZZ/ ) heb ik de ontvangst van uw aanvraag bevestigd. > Retouradres Postbus 6111 5600 HC Eindhoven Dienst Vastgoed Defensie Directie Zuid t.a.v. kolonel ir. G.C.A. van Langen Postbus 412 5000 AK Tilburg Keizersgracht 5 Postbus 6111 5600 HC Eindhoven www.rijksoverheid.nl/eleni

Nadere informatie

Datum 25 februari 2011 Betreft Wijzigingsbesluit Natuurbeschermingswet 1998; MZI's Oosterschelde, Voordelta en Waddenzee

Datum 25 februari 2011 Betreft Wijzigingsbesluit Natuurbeschermingswet 1998; MZI's Oosterschelde, Voordelta en Waddenzee > Retouradres Postbus 6111 5600 HC Eindhoven Producentenorganisatie van de Nederlandse Mosselcultuur T.a.v. H.J. van Geesbergen Postbus 116 4400 AC Yerseke Keizersgracht 5 5611 GB Eindhoven Postbus 6111

Nadere informatie

BIJLAGE 1 BIJ BESLUIT DRZZ/ , D.D Voor herstelwerkzaamheden aan het stortebed van de stuw van Borgharen. Inhoudelijke overwegingen

BIJLAGE 1 BIJ BESLUIT DRZZ/ , D.D Voor herstelwerkzaamheden aan het stortebed van de stuw van Borgharen. Inhoudelijke overwegingen BIJLAGE 1 BIJ BESLUIT DRZZ/2010-3163, D.D. 31-08-2010 Voor herstelwerkzaamheden aan het stortebed van de stuw van Borgharen Inhoudelijke overwegingen DE AANVRAAG De aanvrager verzoekt om een vergunning

Nadere informatie

Wageningen IMARES Risico inventarisatie schelpdier transporten

Wageningen IMARES Risico inventarisatie schelpdier transporten Wageningen IMARES Risico inventarisatie schelpdier transporten Edwin Foekema Themadag werkgroep exoten NecoV Wageningen, 13 december 2007 Project-team IMARES Yerseke: Jeroen Wijsman, Aad Smaal TNO-IMARES

Nadere informatie

Procedureel De aanvraag voor de onderhavige vergunning werd gedaan bij het Ministerie van Economische Zaken, Landbouw & Innovatie (hierna: EL&I).

Procedureel De aanvraag voor de onderhavige vergunning werd gedaan bij het Ministerie van Economische Zaken, Landbouw & Innovatie (hierna: EL&I). > Retouradres Postbus 20401 2500 EK DEN HAAG Rijkswaterstaat De heer D-J. Zwemmer, Projectmanager Boskalis Postbus 164 6700 AD WAGENINGEN Postbus 20401 2500 EK DEN HAAG www.rijksoverheid.nl/eleni T 070

Nadere informatie

Ministerie van Economische Zaken

Ministerie van Economische Zaken Ministerie van Economische Zaken > Retouradres Postbus 20401 2500 EK Den Haag Directoraat-generaal Natuur Bezoekadres Bezuidenhoutseweg 73 2594AC Den Haag Postadres Postbus 20401 2500 EK Den Haag Factuuradres

Nadere informatie

Datum 4 juli Betreft Wnb-vergunning; NOV-experiment; uitbreiding Windgat; Oosterschelde

Datum 4 juli Betreft Wnb-vergunning; NOV-experiment; uitbreiding Windgat; Oosterschelde > Retouradres Postbus 20401 2500 EK Den Haag Nederlandse Oester Vereniging 4462 CH GOES Directie en Biodiversiteit Bezoekadres Bezuidenhoutseweg 73 2594 AC Den Haag Postadres Postbus 20401 2500 EK Den

Nadere informatie

Conform artikel 41, lid 1, van de Nb-wet 1998 heeft u uw belang bij het verlenen van de vergunning gemotiveerd.

Conform artikel 41, lid 1, van de Nb-wet 1998 heeft u uw belang bij het verlenen van de vergunning gemotiveerd. > Retouradres Postbus 20401 2500 EK Den Haag Vlaamse Overheid Departement Mobiliteit en Openbare Werken Afdeling Martieme Toegang De heer ir. F. Aerts Tarvernierkaai 3 2000 Antwerpen (België) Directoraat-generaal

Nadere informatie

Wijziging Natuurbeschermingswet 1998 door de Crisis- en herstelwet

Wijziging Natuurbeschermingswet 1998 door de Crisis- en herstelwet Wijziging Natuurbeschermingswet 1998 door de Crisis- en herstelwet De Natuurbeschermingswet 1998 (hierna: Nb-wet) voorziet met het oog op het behoud van de biodiversiteit, in regels ter bescherming van

Nadere informatie

Overwegingen bij definitief besluit vergunning Wet natuurbescherming project Stroomlijn fase 3, tranche 7, perceel 1 en 2

Overwegingen bij definitief besluit vergunning Wet natuurbescherming project Stroomlijn fase 3, tranche 7, perceel 1 en 2 Overwegingen bij definitief besluit vergunning Wet natuurbescherming project Stroomlijn fase 3, tranche 7, perceel 1 en 2 Directie en Biodiversiteit Behandeld door T 070 379 7976 F 088 223 3334 Datum 20

Nadere informatie

Artikel 16/19d Natuurbeschermingswet Café Restaurant Rijstal Venhof V.O.F., te Herkenbosch Zaaknummer:

Artikel 16/19d Natuurbeschermingswet Café Restaurant Rijstal Venhof V.O.F., te Herkenbosch Zaaknummer: Besluit van Gedeputeerde Staten van Limburg Vergunning Artikel 16/19d Natuurbeschermingswet 1998 Café Restaurant Rijstal Venhof V.O.F., te Herkenbosch Zaaknummer: 2016-600903 Kenmerk: 2016/86141 d.d. 3

Nadere informatie

Bijlage 3: Natuurtoets Westhavendijk (KuiperCompagnons)

Bijlage 3: Natuurtoets Westhavendijk (KuiperCompagnons) Bijlage 3: Natuurtoets Westhavendijk 14-16 (KuiperCompagnons) NATUUR Kader De Flora- en faunawet (hierna: Ffw) beschermt alle in het wild levende zoogdieren, vogels, reptielen en amfibieën. Van deze soortgroepen

Nadere informatie

Datum 17 december 2010 Betreft Verlenging vergunning Nb-wet storten van onderhoudsbaggerspecie in het Marsdiep

Datum 17 december 2010 Betreft Verlenging vergunning Nb-wet storten van onderhoudsbaggerspecie in het Marsdiep > Retouradres Postbus 6111 5600 HC Eindhoven Bedrijfsgroep Vastgoed Dienst Vastgoed Defensie t.a.v. Kapitein ter zee H.P.P. van Rede Postbus 8002 3503 RA UTRECHT Keizersgracht 5 5611 HB Eindhoven Postbus

Nadere informatie

Bijlage 1 bij besluit DRZZ/ d.d OESTERKWEEK OOSTERSCHELDE INHOUDELIJKE OVERWEGINGEN

Bijlage 1 bij besluit DRZZ/ d.d OESTERKWEEK OOSTERSCHELDE INHOUDELIJKE OVERWEGINGEN Bijlage 1 bij besluit DRZZ/2010-2741 d.d. 8-7-2010 OESTERKWEEK OOSTERSCHELDE INHOUDELIJKE OVERWEGINGEN 1 De aanvraag De aanvrager verzoekt om een vergunning op grond van de Natuurbeschermingswet 1998 (hierna:

Nadere informatie

Wnb; overwegingen vergunning; seismisch onderzoek Lemsterland; Rottige Meenthe & Brandemeer en Weerribben.

Wnb; overwegingen vergunning; seismisch onderzoek Lemsterland; Rottige Meenthe & Brandemeer en Weerribben. Directoraat-generaal, Visserij en Landelijk Gebied Behandeld door Wnb; overwegingen vergunning; seismisch onderzoek Lemsterland; Rottige Meenthe & Brandemeer en Datum 5 december 2018 Bijlage nummer 1 Horend

Nadere informatie

Beschikking van Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant

Beschikking van Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant Beschikking van Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant op de op 2 december 2016 door ons ontvangen aanvraag voor een vergunning ingevolge artikel 2.7, tweede lid, van de Wet natuurbescherming van R. Verburgt

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2009 2010 32 002 Wijziging van de Natuurbeschermingswet 1998 en de Flora- en faunawet in verband met uitbreiding van de werkingssfeer van beide wetten naar

Nadere informatie

Op 14 oktober 2010 ontving ik uw aanvraag. Bij brief van 20 oktober 2010 heb ik de ontvangst van uw aanvraag bevestigd.

Op 14 oktober 2010 ontving ik uw aanvraag. Bij brief van 20 oktober 2010 heb ik de ontvangst van uw aanvraag bevestigd. > Retouradres Postbus 554 7400 AN Deventer Rijkswaterstaat Oost Nederland t.a.v. de heer J.M.H. Wille Postbus 9070 6800 ED ARNHEM Verzetslaan 30 Deventer Postbus 554 7400 AN Deventer www.rijksoverheid.nl/eleni

Nadere informatie

Bijlage 1 bij besluit DRZZ/ , d.d. 23 september 2010 SCHELPDIERINVENTARISATIES VLAKTE VAN DE RAAN INHOUDELIJKE OVERWEGINGEN

Bijlage 1 bij besluit DRZZ/ , d.d. 23 september 2010 SCHELPDIERINVENTARISATIES VLAKTE VAN DE RAAN INHOUDELIJKE OVERWEGINGEN Bijlage 1 bij besluit DRZZ/2010-3332, d.d. 23 september 2010 SCHELPDIERINVENTARISATIES VLAKTE VAN DE RAAN INHOUDELIJKE OVERWEGINGEN DE AANVRAAG De aanvraag heeft betrekking op de jaarlijkse onderzoeksactiviteiten

Nadere informatie

VEEL GESTELDE VRAGEN NATURA 2000

VEEL GESTELDE VRAGEN NATURA 2000 VEEL GESTELDE VRAGEN NATURA 2000 1. Algemeen...1 2. Gebieden...3 3. Beheerplan...4 4. Gevolgen...5 5. Europa...6 6. Relatie met andere wetgeving...6 7. Belanghebbende...7 8. Financiering...8 1. Algemeen

Nadere informatie

Datum 21 maart 2012 Betreft Natuurbeschermingswet 1998; vergunning; exploitatie MZI's; Waddenzee

Datum 21 maart 2012 Betreft Natuurbeschermingswet 1998; vergunning; exploitatie MZI's; Waddenzee > Retouradres Postbus 30032 9700 RM Groningen Hoogerheide-Elenbaas BV De heer W. van den Berg Steinstraat 19 4311 BH BRUINISSE Cascadeplein 6 9726 AD Groningen Postbus 30032 9700 RM Groningen www.rijksoverheid.nl/eleni

Nadere informatie

IBN 2015, Tweede Kamer, vergaderjaar , nr. 1.

IBN 2015, Tweede Kamer, vergaderjaar , nr. 1. Directie Natuur De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA 's-gravenhage uw brief van uw kenmerk ons kenmerk datum onderwerp doorkiesnummer bijlagen Aanwijzing Natura 2000-gebieden

Nadere informatie

't Zinkske H.A.W. Bakker Vuurlinie RN NEERKANT. Datum 2 oktober 2015 Betreft Beslissing aanvraag Art. 75 Flora en faunawet

't Zinkske H.A.W. Bakker Vuurlinie RN NEERKANT. Datum 2 oktober 2015 Betreft Beslissing aanvraag Art. 75 Flora en faunawet > Retouradres Postbus 19530 2500 CM Den Haag 't Zinkske H.A.W. Bakker Vuurlinie 10 5758 RN NEERKANT Postbus 19530 2500 CM Den Haag mijn.rvo.nl T 088 042 42 42 F 070 378 61 39 ffwet@rvo.nl Betreft Beslissing

Nadere informatie

De Stichting Oostflank Sint Pieter (hierna: SOS) tekent bij deze bezwaar aan tegen de omgevingsvergunning met kenmerk 14-1694WB d.d. 16-01-2015.

De Stichting Oostflank Sint Pieter (hierna: SOS) tekent bij deze bezwaar aan tegen de omgevingsvergunning met kenmerk 14-1694WB d.d. 16-01-2015. Aantekenen Burgermeester en wethouders van de gemeente Maastricht, Postbus 1992, 6201 BZ Maastricht, Stichting Oostflank Sint Pieter Ursulinenweg 3 6212 NC Maastricht Maastricht, 10 maart 2015. Geachte

Nadere informatie

Formulier voor aanvraag vergunning Wet natuurbescherming Onderdeel: Natura 2000-gebieden (hoofdstuk 2 Wnb)

Formulier voor aanvraag vergunning Wet natuurbescherming Onderdeel: Natura 2000-gebieden (hoofdstuk 2 Wnb) Formulier voor aanvraag vergunning Wet natuurbescherming Onderdeel: Natura 2000-gebieden (hoofdstuk 2 Wnb) Het formulier heeft betrekking op het verzoek Wet natuurbescherming, Natura 2000-gebieden (Hoofdstuk

Nadere informatie

Omschrijving beleidsruimte

Omschrijving beleidsruimte BIJLAGE 2. TRANSPONERINGSTABELLEN Tabel 1. Vogelrichtlijn Richtlijn 2009/147/EG van het Europees Parlement en de Raad van 30 november 2009 inzake het behoud van de vogelstand (PbEU 2010, L 20) Vogelrichtlijn

Nadere informatie

Coöperatieve Producentenorganisatie van de Nederlandse Kokkelvisserij u.a. uw brief van uw kenmerk ons kenmerk datum

Coöperatieve Producentenorganisatie van de Nederlandse Kokkelvisserij u.a. uw brief van uw kenmerk ons kenmerk datum Directie Regionale Zaken Coöperatieve Producentenorganisatie van de Nederlandse Kokkelvisserij u.a. uw brief van uw kenmerk ons kenmerk datum 13-07-2007 - DRZZ/2007-4761 20-12-2007 onderwerp doorkiesnummer

Nadere informatie

Procedureel. Vlaams Gewest

Procedureel. Vlaams Gewest Directie Regionale Zaken Vlaams Gewest uw brief van uw kenmerk ons kenmerk datum 24 oktober 2008 16EFA-U-08-0813 DRZZ/2009-1236 1 april 2009 onderwerp doorkiesnummer bijlagen Vergunning Natuurbeschermingswet

Nadere informatie

Aquacultuur. Kirsten Schoonaert. LNE- Afdeling Milieuvergunningen. Vlaremtrein-2013. VLAREM-trein 2013. Kirsten Schoonaert

Aquacultuur. Kirsten Schoonaert. LNE- Afdeling Milieuvergunningen. Vlaremtrein-2013. VLAREM-trein 2013. Kirsten Schoonaert Aquacultuur Vlaremtrein-2013 LNE- Afdeling Milieuvergunningen 1 DOEL Verordening nr. 708/2007 van de Raad van 11 juni 2007 inzake het gebruik van uitheemse en plaatselijk niet-voorkomende soorten in de

Nadere informatie

Bijlage bij besluit DRZO/ Vergunning Natuurbeschermingswet 1998 Kribverlaging Waal Traject Km INHOUDELIJKE OVERWEGINGEN

Bijlage bij besluit DRZO/ Vergunning Natuurbeschermingswet 1998 Kribverlaging Waal Traject Km INHOUDELIJKE OVERWEGINGEN Bijlage bij besluit DRZO/2010-3270 Vergunning Natuurbeschermingswet 1998 Kribverlaging Waal Traject Km 902-905 INHOUDELIJKE OVERWEGINGEN De aanvraag De aanvraag betreft de realisatie van het project Kribverlaging

Nadere informatie

OMGEVINGSVERGUNNING VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN ZEELAND

OMGEVINGSVERGUNNING VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN ZEELAND OMGEVINGSVERGUNNING VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN ZEELAND Aan: Yara Sluiskil B.V. Postbus 2 4540 AA Sluiskil Kenmerk: Afdeling: Vergunningverlening Datum: 26 juli 2017 Onderwerp: Omgevingsvergunning op grond

Nadere informatie

Op 3 juni 2016 heb ik uw aanvraag ontvangen voor een ontheffing voor drie grijze eekhoorns. In deze brief stel ik u op de hoogte van mijn beslissing.

Op 3 juni 2016 heb ik uw aanvraag ontvangen voor een ontheffing voor drie grijze eekhoorns. In deze brief stel ik u op de hoogte van mijn beslissing. > Retouradres Postbus 19530, 2500 CM Den Haag Rijksdienst voor In Beslag Genomen Goederen B. Langeveld Prinses Beatrixlaan 2 2595 AL DEN HAAG Rijksdienst voor Postbus 19530, 2500 CM Den Haag mijn.rvo.nl

Nadere informatie

Omschrijving beleidsruimte

Omschrijving beleidsruimte TRANSPONERINGSTABELLEN Tabel 1. Vogelrichtlijn Richtlijn 2009/147/EG van het Europees Parlement en de Raad van 30 november 2009 inzake het behoud van de vogelstand (PbEU 2010, L 20) Vogelrichtlijn Omgevingswet/

Nadere informatie

Rijkswaterstaat Noord-Nederland De heer W.J. Adema Postbus JH LEEUWARDEN

Rijkswaterstaat Noord-Nederland De heer W.J. Adema Postbus JH LEEUWARDEN > Retouradres 2500 EK Den Haag Rijkswaterstaat Noord-Nederland De heer W.J. Adema Postbus 2301 8901 JH LEEUWARDEN Directoraat-generaal Natuur Cascadeplein 6 2500 EK Den Haag T 070 379 8911 (algemeen) www.rijksoverheid.nl/eleni

Nadere informatie

omgevingsdienst HAAGLANDEN

omgevingsdienst HAAGLANDEN Zaaknummer Ons Kenmerk Datum 00487909 ODH-2017-00078990 1 h AUG. 2017 Bezoekadres Zuid-Hollandplein 1 2596 AW Den Haag Postadres Postbus 14060 2501 GB Den Haag T (070) 21 899 02 E vergunningen@odh.nl I

Nadere informatie

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 69148 21 december 2016 Beleidsregel van de Staatssecretaris van Economische Zaken van 17 december 2016, nr. WJZ / 16189044,

Nadere informatie

Conform artikel 41, lid 1 van de Nb-wet 1998 heeft u binnen uw aanvraag uw belang bij het verlenen van de vergunning gemotiveerd.

Conform artikel 41, lid 1 van de Nb-wet 1998 heeft u binnen uw aanvraag uw belang bij het verlenen van de vergunning gemotiveerd. > Retouradres Postbus 19143 3500 DC Utrecht Rijkswaterstaat Zuid-Holland t.a.v. dr. A.P.M.A. Vonck Postbus 556 3000 AN Rotterdam Herman Gorterstraat 55 3511 EW Utrecht Postbus 19143 3500 DC Utrecht www.minlnv.nl

Nadere informatie

Ontwerpbesluit van Gedeputeerde Staten van Limburg. Artikel 16/19d Natuurbeschermingswet 1998

Ontwerpbesluit van Gedeputeerde Staten van Limburg. Artikel 16/19d Natuurbeschermingswet 1998 Ontwerpbesluit van Gedeputeerde Staten van Limburg Vergunning Artikel 16/19d Natuurbeschermingswet 1998 Pascal Haumann B.V., Halve Maan 3 te Well Zaaknummer: 2015-0351 Kenmerk: 2016/98662 d.d. 15 december

Nadere informatie

Bijlage 1 bij besluit DRZZ/2009-1802, d.d. 25-05-2009

Bijlage 1 bij besluit DRZZ/2009-1802, d.d. 25-05-2009 Bijlage 1 bij besluit DRZZ/2009-1802, d.d. 25-05-2009 Uitbreiding van de testhal voor F16 motoren nabij Natura-2000 gebied Brabantse Wal Inhoudelijke overwegingen De aanvraag De aanvrager verzoekt om een

Nadere informatie

Bijlage bij besluit DRZO/2010-2825

Bijlage bij besluit DRZO/2010-2825 Bijlage bij besluit DRZO/2010-2825 Natuurbeschermingswet 1998 Vergunning project Verbreding A50 tracé Ewijk-Valburg, aanleg en gebruik extra Waalbrug en renovatie huidige Waalbrug INHOUDELIJKE OVERWEGINGEN

Nadere informatie

Deze wet beschermt van ongeveer 500 van de dier- en plantensoorten die in Nederland

Deze wet beschermt van ongeveer 500 van de dier- en plantensoorten die in Nederland Bijlage 3. Ecologie B3.1. Beleidskader Aanleiding en doel De beoogde ontwikkeling betreft de bouw van 31 woningen op een deels braakliggende kavel en delen van zeer diepe achtertuinen (zie ook paragraaf

Nadere informatie

Besluit. Producentenorganisatie van de Nederlandse Mosselcultuur T.a.v. Postbus AC Yerseke

Besluit. Producentenorganisatie van de Nederlandse Mosselcultuur T.a.v. Postbus AC Yerseke > Retouradres Postbus 20401 2500 EK Den Haag Producentenorganisatie van de Nederlandse Mosselcultuur T.a.v. Postbus 116 4400 AC Yerseke Bezoekadres Bezuidenhoutseweg 73 2594 AC Den Haag Postadres Postbus

Nadere informatie

Nota zienswijzen ontwerpbestemmingsplan "Recreatieve Poort 2015" Behoort bij het besluit van de raad van de gemeente Goirle van 9 juni 2015 Mij bekend, De griffier Gemeente Goirle Afdeling Ontwikkeling

Nadere informatie

Vereniging van Opstallocatiehouders Binnengebied Eemshaven t.a.v. uw brief van uw kenmerk ons kenmerk datum DRZ/07/1235/MO/SM

Vereniging van Opstallocatiehouders Binnengebied Eemshaven t.a.v. uw brief van uw kenmerk ons kenmerk datum DRZ/07/1235/MO/SM Directie Regionale Zaken Vereniging van Opstallocatiehouders Binnengebied Eemshaven t.a.v. uw brief van uw kenmerk ons kenmerk datum 28-8-2006 - DRZ/07/1235/MO/SM 30-03-2007 onderwerp doorkiesnummer bijlagen

Nadere informatie

Ontwerpbesluit van Gedeputeerde Staten van Limburg. Artikel 16/19d Natuurbeschermingswet 1998

Ontwerpbesluit van Gedeputeerde Staten van Limburg. Artikel 16/19d Natuurbeschermingswet 1998 Ontwerpbesluit van Gedeputeerde Staten van Limburg Vergunning Artikel 16/19d Natuurbeschermingswet 1998 Maatschap Vissers-Gommans, Vosberg 11 a te Panningen Zaaknummer: 2014-1047 Kenmerk: 2016/63042 d.d.

Nadere informatie

Ministerie van Economische Zaken

Ministerie van Economische Zaken Ministerie van Economische Zaken > Retouradres Postbus 20401 2500 EK Den Haag Directoraat-generaal Natuur Bezoekadres Bezuidenhoutseweg 73 2594 AC Den Haag Postadres Postbus 20401 2500 EK Den Haag Factuuradres

Nadere informatie

Omgevingsvergunning. De omgevingsvergunning wordt verleend onder de bepaling dat de gewaarmerkte stukken en bijlagen deel uitmaken van de vergunning.

Omgevingsvergunning. De omgevingsvergunning wordt verleend onder de bepaling dat de gewaarmerkte stukken en bijlagen deel uitmaken van de vergunning. Dossiernummer: 2011/16386 Omgevingsvergunning Burgemeester en wethouders van Zundert zijn voornemens om overeenkomstig de besluitvormingsprocedure als bedoeld in artikel 3.10 van de Wet algemene bepalingen

Nadere informatie

PUBLIC RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 10 mei 2006 (15.05) (OR. en) 9133/06 ADD 2. Interinstitutioneel dossier: 2005/0153 (CNS) LIMITE

PUBLIC RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 10 mei 2006 (15.05) (OR. en) 9133/06 ADD 2. Interinstitutioneel dossier: 2005/0153 (CNS) LIMITE Conseil UE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 0 mei 2006 (5.05) (OR. en) Interinstitutioneel dossier: 2005/053 (CNS) 933/06 ADD 2 PUBLIC LIMITE AGRILEG 76 AGRIFIN 35 ADDENDUM BIJ HET VERSLAG van: de Groep

Nadere informatie

Verklaring van geen bedenkingen van Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant

Verklaring van geen bedenkingen van Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant Verklaring van geen bedenkingen van Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant Op het op 6 januari 2016 door ons ontvangen verzoek om een verklaring van geen bedenkingen in het kader van de Natuurbeschermingswet

Nadere informatie

Besluit. TenneT TSO BV. Postbus AS Arnhem

Besluit. TenneT TSO BV. Postbus AS Arnhem > Retouradres Postbus 20401 2500 EK Den Haag TenneT TSO BV Postbus 718 6800 AS Arnhem Directie en Biodiversiteit Bezoekadres Bezuidenhoutseweg 73 2594 AC Den Haag Postadres Postbus 20401 2500 EK Den Haag

Nadere informatie

Onderzoek flora en fauna

Onderzoek flora en fauna Onderzoek flora en fauna 1. Conclusie Geconcludeerd wordt dat voor de beoogde functieveranderingen geen ontheffing in het kader van de Flora- en faunawet vereist is. Hierbij dient wel gewerkt te worden

Nadere informatie

Ik heb uw aanvraag op 21 april 2008 ontvangen.

Ik heb uw aanvraag op 21 april 2008 ontvangen. Directie Regionale Zaken DRIEHOEK ADVOCATEN T.a.v. Postbus 570 8000 AM ZWOLLE uw brief van uw kenmerk ons kenmerk datum 18-04-2008 DRZ/09/325/BB/SM 13-01-2009 onderwerp doorkiesnummer bijlagen Natuurbeschermingswet

Nadere informatie

Wildernistrek E.G.C. van Uchelen Reeweg 1 8381 GA VLEDDER. Datum 19 juni 2015 Betreft Beslissing aanvraag Art. 75 Flora- en faunawet

Wildernistrek E.G.C. van Uchelen Reeweg 1 8381 GA VLEDDER. Datum 19 juni 2015 Betreft Beslissing aanvraag Art. 75 Flora- en faunawet > Retouradres Postbus 19530 2500 CM Den Haag Wildernistrek E.G.C. van Uchelen Reeweg 1 8381 GA VLEDDER Postbus 19530 2500 CM Den Haag mijn.rvo.nl T 088 042 42 42 F 070 378 61 39 ffwet@rvo.nl Betreft Beslissing

Nadere informatie

GEDEPUTEERDE STATEN VAN DE PROVINCIE GRONINGEN VERGUNNING NATUURBESCHERMINGSWET 1998. verleend aan STAATSBOSBEHEER. voor

GEDEPUTEERDE STATEN VAN DE PROVINCIE GRONINGEN VERGUNNING NATUURBESCHERMINGSWET 1998. verleend aan STAATSBOSBEHEER. voor GEDEPUTEERDE STATEN VAN DE PROVINCIE GRONINGEN VERGUNNING NATUURBESCHERMINGSWET 1998 verleend aan STAATSBOSBEHEER voor plaatsen en gebruik schuilvoorziening Rottumeroog (art. 20 gebied) besluit 16 juli

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2010 2011 32 856 Wijziging van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering en enkele andere wetten teneinde nader inhoud te geven aan het beginsel van openbaarheid

Nadere informatie

TWEEDE KAMER DER STATEN-GENERAAL

TWEEDE KAMER DER STATEN-GENERAAL TWEEDE KAMER DER STATEN-GENERAAL 2 Vergaderjaar 2010-2011 32 856 Wijziging van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering en enkele andere wetten teneinde nader inhoud te geven aan het beginsel van openbaarheid

Nadere informatie

de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Plein CR Den Haag

de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Plein CR Den Haag Postbus 20701 2500 ES Den Haag Telefoon (070) 318 81 88 Fax (070) 318 78 88 Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Plein 2 2511 CR Den Haag Datum 29 februari 2008 Ons kenmerk D/2008004808

Nadere informatie

Hogeschool Van Hall Larenstein T.R. Huisman Agora CJ LEEUWARDEN. Datum 15 januari 2014 Betreft Beslissing aanvraag Art. 75 Flora- en faunawet

Hogeschool Van Hall Larenstein T.R. Huisman Agora CJ LEEUWARDEN. Datum 15 januari 2014 Betreft Beslissing aanvraag Art. 75 Flora- en faunawet > Retouradres Postbus 19530 2500 CM Den Haag Hogeschool Van Hall Larenstein T.R. Huisman Agora 1 8934 CJ LEEUWARDEN Postbus 19530 2500 CM Den Haag mijn.rvo.nl T 088 042 42 42 F 070 378 61 39 ffwet@rvo.nl

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2006 2007 31 038 Wijziging van de Natuurbeschermingswet 1998 in verband met de regulering van bestaand gebruik en enkele andere zaken Nr. 2 VOORSTEL VAN

Nadere informatie

Inhoud 1 ONDERWERP AANVRAAG PROCEDURE WETTELIJK KADER... 2

Inhoud 1 ONDERWERP AANVRAAG PROCEDURE WETTELIJK KADER... 2 Wnb; wijziging vergunning onderhoudsbaggerwerk in de haven van Delfzijl; Waddenzee Directoraat-generaal Agro en Behandeld door Datum 20 december 2017 Bijlage nummer 1 Horend bij kenmerk DGAN-NB / 17206945

Nadere informatie

1 ONDERWERP AANVRAAG PROCEDURE WETTELIJK KADER... 2

1 ONDERWERP AANVRAAG PROCEDURE WETTELIJK KADER... 2 Directie en Biodiversiteit Behandeld door Datum Bijlage nummer 1 Horend bij kenmerk DGAN-NB/18143643 Inhoud 1 ONDERWERP AANVRAAG... 2 2 PROCEDURE... 2 3 WETTELIJK KADER... 2 3.1 Relevante artikelen Wet

Nadere informatie

Wijzigingsbesluit Natura 2000-gebied Voordelta

Wijzigingsbesluit Natura 2000-gebied Voordelta Wijzigingsbesluit Natura 2000-gebied Voordelta De Staatssecretaris van Economische Zaken Gelet op de artikelen 10a en 15 van de Natuurbeschermingswet 1998; BESLUIT: Artikel 1 Het besluit van 19 februari

Nadere informatie

Inspraakwijzer beheerplannen Natura 2000 Drenthe

Inspraakwijzer beheerplannen Natura 2000 Drenthe Inspraakwijzer beheerplannen Natura 2000 Drenthe Waarom deze inspraakwijzer? Deze inspraakwijzer is geschreven als toelichting op de terinzagelegging van het ontwerp-beheerplan voor Natura 2000-gebied

Nadere informatie

IE lil! Uil

IE lil! Uil Gemeente Nieuwkoop T.a.v. de heer R. van Heeringen Postbus 1 2460 AA TER AAR IE lil! Uil 15. 2293 Bezoekadres Zuid-Hollandplein 1 2596 AW Den Haag Postadres Postbus 14060 2501 GB Den Haag T (070) 21 899

Nadere informatie