Aan de gemeenteraad Registratienummer: GF13.20020 Datum collegebesluit: 16 april 2013 Agendapunt: 12 Portefeuillehouder: De heer T.J. van der Zwan Behandelend ambtenaar: Mevrouw R. Hogeterp Onderwerp: Concept-brandrisicoprofiel en dekkingsplan 1.0 Veiligheidsregio Fryslân. Voorstel: - kennis nemen van het door het AB VRF vastgestelde dekkingsplan 1.0 Veiligheidsregio Fryslân; - de conclusies in bijgevoegd concept-brandrisicoprofiel Veiligheidsregio Fryslân versie 1.3 te onderschrijven; - het bestuur van de Veiligheidsregio Fryslân een aantal aandachtspunten mee te geven ten aanzien van het te voeren brandweerbeleid, e.e.a. conform bijgevoegd conceptraadsbesluit en bijgevoegde concept-brief aan het Algemeen Bestuur van de Veiligheidsregio Fryslân. Overwegingen 1. Juridische context Op grond van artikel 15, lid 2 van de Wet veiligheidsregio s (Wvr) is het Algemeen Bestuur van de Veiligheidsregio (AB VRF) verplicht een regionaal risicoprofiel vast te stellen. Dit risicoprofiel bestaat uit: - een overzicht van de risicovolle situaties binnen de veiligheidsregio die tot een brand, ramp of crisis kunnen leiden; - een overzicht van de soorten branden, rampen en crises die zich in de veiligheidsregio kunnen voordoen; - een analyse waarin de weging en inschatting van de gevolgen van de soorten branden, rampen en crises zijn opgenomen. Het regionale veiligheidsbestuur mag het risicoprofiel op grond van artikel 15, lid 3 Wvr pas vaststellen na overleg met de deelnemende gemeenteraden en overige betrokken ketenpartners in de Veiligheidsregio. Tijdens deze consultatie kunnen gemeenteraden hun wensen ten aanzien van het in het regionale beleidsplan ex artikel 14 Wvr op te nemen beleid kenbaar te maken. 2. Twee profielen: brandrisicoprofiel en een risicoprofiel voor rampen en crises In de Veiligheidsregio Fryslân is ervoor gekozen het vast te stellen risicoprofiel te splitsen in een profiel gericht op zogeheten dagelijkse brandrisico s (brandrisicoprofiel) en een profiel gericht op rampen en crises. Vrijwel alle veiligheidsregio s hanteren deze tweedeling. De reden hiervan is gelegen in het feit dat zowel de kans op, als het effect van dagelijkse brandrisico s en risico s op rampen en crises van een duidelijk verschillende orde zijn. Daarnaast is ten aanzien van de dagelijkse brandrisico s meer statistische informatie beschikbaar dan voor rampen en crises. In onderstaande figuur is de samenhang tussen het brandrisicoprofiel en het risicoprofiel voor rampen en crises, alsmede hun positie ten opzichte van het fysieke veiligheidsbeleid van de Veiligheidsregio, schematisch weergegeven.
Het risicoprofiel voor rampen en crises is reeds in 2010 na consultatie van de Friese gemeenteraden vastgesteld door het AB VRF. Uw raad heeft ook van deze consultatieronde gebruik gemaakt (zie bijlage). Dit risicoprofiel voor rampen en crises heeft (mede) de basis gevormd voor het op 28 september 2011 door het AB VRF vastgestelde Beleidsplan veiligheidsregio Fryslân 2011-2014, zorg voor de rampenbestrijding en crisisbeheersing in Fryslân. Het nu voorliggende stuk betreft het concept-profiel gericht op de dagelijkse brandrisico s. Dit concept-brandrisicoprofiel is opgesteld door een regionale projectgroep vanuit de Veiligheidsregio Fryslân, in samenwerking met de (inter)gemeentelijke brandweerkorpsen/medewerkers preventie van de Friese gemeenten. Doel van een brandrisicoprofiel is inzicht te bieden in de risico s van branden in objecten in onze Veiligheidsregio. Het door het AB VRF vast te stellen brandrisicoprofiel vormt mede de basis voor het nog op te stellen mono-beleidsplan en het dekkingsplan 2.0. voor de brandweer. Met het reeds vastgestelde Beleidsplan veiligheidsregio Fryslân 2011-2014, zorg voor de rampenbestrijding en crisisbeheersing in Fryslân en het dit jaar nog op te stellen mono-beleidsplan brandweer wordt invulling gegeven aan artikel 14 van de Wet veiligheidsregio s. 3. Het concept-brandrisicoprofiel Veiligheidsregio Fryslân Voorliggend concept-brandrisicoprofiel van Veiligheidsregio Fryslân is met behulp van een risicodiagram in kaart gebracht. De uitkomsten tonen aan dat de grootste risico s liggen bij ziekenhuizen en GGZ-instellingen waar cliënten overnachten. Voor deze objecten geldt een relatief hogere brandfrequentie. Daarnaast wordt het effect van een brand in een dergelijk object al snel als aanzienlijk ingeschat. Deze beide gebruiksfuncties zijn in de gemeente Heerenveen aanwezig. Een andere objectsoort die eruit springt zijn celfuncties. Hiervoor geldt dat de impact minder hoog wordt geschat, maar dat de brandfrequentie wel veel hoger ligt. Conform onze BAG-administratie zijn in onze gemeente geen celfuncties aanwezig. Een ander objectsoort welke eruit springt zijn woonfuncties voor niet- en verminderd zelfredzamen (verzorgingshuizen, verpleeghuizen etc.). Hiervoor geldt dat een brand al snel een grote impact kent en daarmee tot de grotere risico s in de regio behoort. De brandfrequentie ligt bij deze instellingen iets onder het Friese gemiddelde van 1,4 branden per jaar per duizend objecten. Voor nog twee soorten objecten komt een duidelijk verhoogde impact en/of brandfrequentie naar voren. Dit betreft de categorie BRZO-bedrijven (Besluit Risico s Zware Ongevallen) en de onderwijsinstellingen. BRZO-bedrijven komen ook als risico voor in het reeds vastgestelde regionale risicoprofiel voor rampen en crises; een relatief kleine brand bij een dergelijk bedrijf genereert al snel een behoorlijke impact. Binnen de gemeentegrenzen van Heerenveen zijn geen BRZO-bedrijven aanwezig. Tegen onze gemeentegrens aan echter wel: de bedrijven BASF en Bosma Transport en Opslag in Nijehaske. Tot slot geldt voor onderwijsinstellingen dat deze een fors verhoogde kans op brandstichting kennen. Dit stemt overeen met landelijke gegevens. Daarnaast geldt, zeker bij basisscholen, dat de impact van een brand vrij hoog scoort. Voornoemde conclusies worden door ons onderschreven. Voor meer informatie over het regionale brandrisicoprofiel wordt u kortheidshalve naar bijgevoegd concept-brandrisicoprofiel Veiligheidsregio Fryslân, versie 1.3 verwezen. 1
4. Dekkingsplan 1.0 Naast het ter consultatie voorliggende brandrisicoprofiel treft u bijgaand ter informatie het dekkingsplan 1.0 van de Veiligheidsregio Fryslân aan. Een regionaal dekkingsplan geeft de mate aan waarin de brandweer op tijd en met de juiste mensen en middelen aanwezig kan zijn bij incidenten in het verzorgingsgebied. Op grond van artikel 14, lid 2 onder f Wvr is het hebben van een dekkingsplan verplicht. Brandweer Fryslân beschikte over een bestuurlijk vastgesteld dekkingsplan uit 1997. Dit dekkingsplan voldeed echter niet aan de wettelijke eisen conform de Wvr. In het kader van de Meldkamer Noord-Nederland is medio 2011 de operationele uitwerking van een dekkingsplan geactualiseerd (de zogeheten kazernevolgordetabel, KVT). Hoewel deze actualisatie wel enkele malen bij vergaderingen van het regionale veiligheidsbestuur aan bod is geweest, is deze niet bestuurlijk vastgesteld. Om te voldoen aan de wettelijke vereisten en daarnaast de huidige situatie vast te leggen is bijgaand dekkingsplan 1.0 opgesteld. De scope van dit dekkingsplan betreft de theoretisch berekende opkomsttijd bij brand van een basisbrandweereenheid. Uitgangspunt hierbij is dat de brandweereenheid die het snelst ter plaatse kan zijn, als eerste uitrukt: het nu al toegepaste principe van uitrukken volgens operationele grenzen. Daarnaast is uitgegaan van de huidige kazernestructuur in Fryslân. Het sluiten/verplaatsen van brandweerkazernes of herplaatsing van materieel is geen onderdeel of uitkomst van dit dekkingsplan. Op 27 maart jl. is voorliggend plan door het AB VRF vastgesteld. Uit het dekkingsplan 1.0 blijkt dat de brandweer in de Veiligheidsregio Fryslân voor vrijwel alle objecten de maximale wettelijke opkomsttijd van 18 minuten haalt; circa 0,7% van alle objecten worden niet binnen deze tijd bereikt. Binnen de gemeente Heerenveen worden alle objecten echter wel binnen deze 18 minuten bereikt. Afgezet tegen de wettelijke opkomsttijden gekoppeld aan de verschillende gebruiksfuncties in het Besluit veiligheidsregio s (5, 6, 8 of 10 minuten) is het theoretisch behaalde dekkingsresultaat in de Veiligheidsregio Fryslân 18%. De dekkingsoverzichten voor de gemeente Heerenveen stroken met het reeds bekende beeld voor onze gemeente (binnen de tijdnormen Besluit veiligheidsregio s 9% en buiten de tijdnormen Besluit veiligheidsregio s 91%). Als naar de daadwerkelijke incidenten wordt gekeken ligt het dekkingspercentage in de Veiligheidsregio Fryslân hoger; namenlijk op 58%. Dit is het gevolg van het gegeven dat zich vaker branden in dichtbebouwd gebied voordoen en juist in deze gebieden - logischerwijs de brandweerkazernes gepositioneerd zijn. Desalniettemin zit Fryslân met een percentage van 58% onder het landelijk gemiddelde van 78%. Vergelijkbare veiligheidsregio s met een sterk plattelandskarakter (zoals Groningen en Drenthe) scoren echter vergelijkbaar of slechter. Voor de gemeente Heerenveen ligt dit percentage rond de 42%. De opkomsttijden van de brandweer staan landelijk volop in de aandacht. In november jl. heeft het Veiligheidsberaad inzake dit onderwerp een brief gestuurd aan de voorzitters van alle Veiligheidsregio s. Daarnaast heeft het Veiligheidsberaad recentelijk door TNO een onderzoek laten uitvoeren naar de relevantie van de opkomsttijden van de brandweer. Het Veiligheidsberaad heeft verschillende malen aan de minister van Veiligheid en Justitie kenbaar gemaakt dat de huidige wettelijke normtijden niet passen bij hedendaagse brandweerzorg. Door het Veiligheidsberaad wordt gesteld dat enkel het toetsen op prestatie-eisen, en niet op effecten, geen recht doen aan bredere en moderne brandweerzorg. Ten aanzien van de opkomsttijden van de brandweer wordt in ons land momenteel dan ook een tweesporenbeleid voorgestaan. Het eerste spoor richt zich op de korte termijn en beoogt het beschikbaar hebben van een regionaal dekkingsplan dat voldoet aan de kaders van de huidige wetgeving. Het tweede spoor richt zich op een wetenschappelijk onderzoek wat momenteel wordt uitgevoerd naar de haalbaarheid, uitvoerbaarheid en proportionaliteit van de huidige wettelijke normtijden. Aan de hand hiervan zal een voorstel worden ontwikkeld op welke wijze deze uitkomsten meegenomen kunnen worden binnen de verdere (door)ontwikkeling van de (repressieve) brandweerorganisatie; waaronder de totstandkoming van een dekkingsplan 2.0. Het AB VRF heeft op 28 november 2012 ingestemd met het volgen van deze twee sporen door op korte termijn het eerste spoor verder uit te werken en nauwlettend de ontwikkelingen in het tweede spoor te blijven volgen. Voor meer informatie wordt kortheidshalve naar bijgevoegd dekkingsplan 1.0 verwezen. In bijlage 7 zijn de dekkingsoverzichten voor onze gemeente opgenomen. Daarnaast is een overzicht met zgn. markante objecten binnen onze gemeente toegevoegd. Onder markante objecten worden objecten verstaan waarvoor een vergunning in het kader van brandveilig gebruik (in het verleden gebruiksvergunning ) nodig is of die onder het regime van het BRZO vallen. Tevens worden hiermee alle objecten waarvan in het brandrisicoprofiel is aangegeven dat deze een verhoogd risico
kennen, weergegeven. 5. Resumerend Op 27 maart jl. heeft het AB VRF besloten bijgevoegd concept-brandrisicoprofiel ter consultatie aan de gemeenteraden en overige crisispartners toe te zenden. Daarnaast is besloten bijgevoegd dekkingsplan 1.0 vast te stellen. Met de vaststelling hiervan wordt grotendeels voldaan aan de eisen van de minister tot het hebben van een actueel dekkingsplan. Grotendeels, aangezien in het dekkingsplan 1.0 nog geen uitspraken worden gedaan over de toepassing van compenserende maatregelen op plekken waar de tijdnormen worden overschreden. Mede in het licht van eerder genoemde landelijke discussie over opkomsttijden en het in uitvoering zijnde onderzoek hiernaar wordt binnen de Veiligheidsregio Fryslân in een later stadium dan ook een dekkingsplan 2.0 opgesteld. In dit dekkingsplan 2.0 wordt onder meer uitgewerkt hoe met geconstateerde normoverschrijdingen zal worden omgegaan en op welke wijze compenserende maatregelen (zowel repressief als preventief) kunnen worden ingezet. Desalniettemin biedt voorliggend dekkingsplan 1.0 in combinatie met het concept-brandrisicoprofiel uw raad inzicht in de belangrijkste brandveiligheidsrisico s in de Veiligheidsregio Fryslân en daarnaast in onze eigen gemeente. Alvorens het brandrisicoprofiel op 27 juni 2013 ter bestuurlijke vaststelling wordt voorgelegd aan het AB VRF, wordt uw raad op grond van eerdergenoemd artikel 15, lid 3 Wvr in de gelegenheid gesteld hierop een reactie te geven en uw wensen ten aanzien van het te voeren brandweerbeleid kenbaar te maken. De reacties en wensen zullen, gelijktijdig met het voorstel tot het vaststellen van het brandrisicoprofiel, aan het AB VRF worden aangeboden. Deze vormen daarmee input voor het eerder genoemde in 2013 op te stellen mono-beleidsplan brandweer en de verdere doorontwikkeling van de repressieve brandweerorganisatie in Fryslân (dekkingsplan 2.0). Voornoemd mono-beleidsplan brandweer richt zich op de per 1 januari 2014 geregionaliseerde brandweerorganisatie. 6. Voorstel Uw raad wordt voorgesteld: - kennis nemen van het door het AB VRF vastgestelde dekkingsplan 1.0 Veiligheidsregio Fryslân; - de conclusies in bijgevoegd concept-brandrisicoprofiel Veiligheidsregio Fryslân versie 1.3 te onderschrijven; - het bestuur van de Veiligheidsregio Fryslân de volgende aandachtspunten mee te geven ten aanzien van het te voeren brandweerbeleid: Binnen de gemeente Heerenveen loopt op dit moment het project Brandveilig Leven Heerenveen 2012/2013. Naast haar repressieve taak, wil brandweer Heerenveen door het geven van brandveiligheidsvoorlichting het veiligheidsbewustzijn en de zelfredzaamheid van burgers ten aanzien van brand verhogen. Dit project is (mede) ingegeven door de landelijke toekomstvisie op de Nederlandse brandweer ( strategische reis ). Op grond van deze visie komt de focus veel sterker dan nu het geval is op de voorkant van de veiligheidsketen (de schakels proactie en preventie) te liggen aangezien hier de meeste veiligheidswinst is te behalen. Voor de bewegingen 'gezamenlijke/gedeelde verantwoordelijkheid', 'zelfredzaamheid' en 'verhogen bewustzijn brandveiligheid' is in deze landelijke toekomstvisie een cruciale rol weggelegd. Bewegingen welke ook aan de basis van Brandveilig Leven-activiteiten liggen. Bovendien zijn deze bewegingen herkenbaar in de landelijke visie op brandveiligheid waarin als kernpunten onder meer van regelgericht naar risicogericht handelen en denken, doelgroepenbenadering en verantwoordelijkheidsverdeling tussen overheid, burgers en bedrijfsleven zijn opgenomen. Onderdelen van deze landelijke toekomstvisie komen daarnaast terug in het in het kader van de brandweerregionalisering opgenomen visiedocument Brandweer Fryslân over morgen. Graag zien wij dat de in de gemeente Heerenveen ingeslagen weg ten aanzien van risicobeheersing (i.c. de inzet op Brandveilig Leven) binnen de geregionaliseerde brandweer gecontinueerd wordt. Naast de inzet op preventie moet er getuige het dekkingsplan 1.0. ook kritisch gekeken worden naar het repressieve vlak. Het in voornoemd visiedocument Brandweer Fryslân over morgen opgenomen uitgangspunt dat de geregionaliseerde brandweerorganisatie voortvarend aan de slag gaat met repressie die is afgestemd op de feitelijke risico s in de omgeving (waaronder variabele voertuigbezetting) onderschrijven wij dan ook van harte. 1
7. Financieel Het brandrisicoprofiel is een feitelijke weergave van de brandrisico s die in de veiligheidsregio Fryslân aan de orde zijn. Uit het vaststellen van voorliggend concept-brandrisicoprofiel sec door het AB VRF volgen geen financiële consequenties. Millenniumparagraaf n.v.t. Ter inzage liggende stukken: - concept-brandrisicoprofiel Veiligheidsregio Fryslân, versie 1.3; - dekkingsplan Fryslân 1.0, Veiligheidsregio Fryslân; - raadsbesluit d.d. 27 mei 2010 inzake concept-risicoprofiel veiligheidsregio Fryslân gericht op rampen en crises; - B&W-besluit d.d. 16 april 2013. Het college van burgemeester en wethouders van Heerenveen, de secretaris, de burgemeester, de heer F.H. Perdok de heer T.J. van der Zwan
Gemeenteraad Onderwerp: Registratienummer: Brandrisicoprofiel en dekkingsplan 1.0 Veiligheidsregio Fryslân GF13.20020 De raad van de gemeente Heerenveen; gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 16 april 2013 en de daarin opgenomen overwegingen; gelet op de inwerkingtreding van de Wet veiligheidsregio's d.d. 1 oktober 2010 en de hieruit voortvloeiende wettelijke verplichting tot het vaststellen van een regionaal risicoprofiel, BESLUIT: - Kennis te nemen van het door het AB VRF vastgestelde dekkingsplan 1.0 Veiligheidsregio Fryslân; - de conclusies in bijgevoegd concept-brandrisicoprofiel Veiligheidsregio Fryslân, versie 1.3 te onderschrijven; - het Algemeen Bestuur van de Veiligheidsregio Fryslân de volgende aandachtspunten mee te geven ten aanzien van het te voeren brandweerbeleid: Binnen de gemeente Heerenveen loopt op dit moment het project Brandveilig Leven Heerenveen 2012/2013. Naast haar repressieve taak, wil brandweer Heerenveen door het geven van brandveiligheidsvoorlichting het veiligheidsbewustzijn en de zelfredzaamheid van burgers ten aanzien van brand verhogen. Dit project is (mede) ingegeven door de landelijke toekomstvisie op de Nederlandse brandweer ( strategische reis ). Op grond van deze visie komt de focus veel sterker dan nu het geval is op de voorkant van de veiligheidsketen (de schakels proactie en preventie) te liggen aangezien hier de meeste veiligheidswinst is te behalen. Voor de bewegingen 'gezamenlijke/gedeelde verantwoordelijkheid', 'zelfredzaamheid' en 'verhogen bewustzijn brandveiligheid' is in deze landelijke toekomstvisie een cruciale rol weggelegd. Bewegingen welke ook aan de basis van Brandveilig Leven-activiteiten liggen. Bovendien zijn deze bewegingen herkenbaar in de landelijke visie op brandveiligheid waarin als kernpunten onder meer van regelgericht naar risicogericht handelen en denken, doelgroepenbenadering en verantwoordelijkheidsverdeling tussen overheid, burgers en bedrijfsleven zijn opgenomen. Onderdelen van deze landelijke toekomstvisie komen daarnaast terug in het in het kader van de brandweerregionalisering opgenomen visiedocument Brandweer Fryslân over morgen. Graag zien wij dat de in de gemeente Heerenveen ingeslagen weg ten aanzien van risicobeheersing (i.c. de inzet op Brandveilig Leven) binnen de geregionaliseerde brandweer gecontinueerd wordt. Naast de inzet op preventie moet er getuige het dekkingsplan 1.0. ook kritisch gekeken worden naar het repressieve vlak. Het in voornoemd visiedocument Brandweer Fryslân overmorgen opgenomen uitgangspunt dat de geregionaliseerde brandweerorganisatie voortvarend aan de slag gaat met repressie die is afgestemd op de feitelijke risico s in de omgeving (waaronder variabele voertuigbezetting) onderschrijven wij dan ook van harte. Daarnaast roept de raad van Heerenveen het algemeen bestuur van de veiligheidsregio Fryslân op om in de toekomstige afweging met betrekking tot de verdeling van brandweerkazernes de kracht en toekomstbestendigheid van de huidige teams van brandweervrijwilligers mee te wegen. Verwacht mag worden dat het over het algemeen steeds moeilijker zal worden om brandweervrijwilligers te vinden. Met als gevolg dat op sommige plaatsen, in de toekomst wel overgestapt zal moeten worden op professionele brandweer, waarmee de kosten al snel flink op kunnen gaan lopen. Kazernes waar het wel goed lukt om vrijwilligers te werven en te behouden, hebben dan ook een belangrijke meerwaarde. Deze kazernes zijn waarschijnlijk toekomstbestendiger tegen lagere kosten. Deze extra waarde moet meegenomen worden 1
omdat dit niet zomaar (op een willekeurige plek) te organiseren is. Het is ontstaan uit de kracht van het dorp en het huidige team. In meetbare indicatoren zou het bijvoorbeeld kunnen gaan om: aantal jaren dat vrijwilligers bij de brandweer blijven, het "gemak" waarmee nieuwe aanwas wordt geworven, eventueel ook de uitruktijden. Aan de kosten kant, is een toekomstbestendig team dus relatief goedkoop aan wervingskosten en opleidingskosten. Maar een belangrijker financieel voordeel is, dat de kans vele malen groter is dat de kazerne ook in de toekomst kan blijven bestaan uit vrijwilligers. Er zou daarom ook een toekomstscenario moeten worden gemaakt, op basis van de kenmerken/meetbare indicatoren van de huidige teams: welke kazernes, of hoeveel brandweerwagenbezettingen per kazerne, bestaan met relatief grote kans, over (bijvoorbeeld)10 jaar nog steeds uit vrijwilligers? Opkomsttijden zijn het laagst bij een grote spreiding van brandweerauto's. De vrijwilligers wonen/zijn dan immers dichter bij een brandweerauto (kortere uitruktijd), en er is een brandweerauto dichter bij de brand (kortere aanrijdtijd). Meerdere (dezelfde) voertuigen op één locatie, is dus in die zin minder effectief. Mogelijk wel efficiënter door schaalvoordelen. De grote vraag is, of die materiële efficiency (schaalvoordelen) in de ene kazerne, in voorkomende gevallen, opweegt tegen de personele efficiency van een krachtig en toekomstbestendig team in een andere kazerne (nu en in de toekomst). Wij zijn van mening dat dit meegewogen moet worden om tot een goed doordacht dekkingsplan 2.0 te komen. Aldus vastgesteld in de openbare raadsvergadering van 23 mei 2013. De griffier, De voorzitter, mevrouw W.J.M.A. Jansen de heer T.J. van der Zwan 2